WETENSCHAPPELIJK TIJDSCHRIFT HAGAZIEKENHUIS Nummer 1 - augustus 2015 | jaargang 6
Afscheid Dr. T.C.A.M. (Theo) van Woerkom, decaan HagaAcademie 28 augustus 2015 Auditorium HagaZiekenhuis
SPECIAL THEO VAN WOERKOM
HagaScoop
Deze foto werd eind 2009 van Theo van Woerkom gemaakt, vlak voordat hij afscheid nam als neuroloog. Het zware houten bureau en de bijbehorende archief kast (niet zichtbaar op de foto) nam hij mee naar de HagaAcademie om weer als werk plek te gebruiken in zijn nieuwe rol als decaan. Na de verhuizing van de Haga Academie naar de kantoorruimte op de vierde etage is het bureau ‘verdwenen’. Het paste niet meer in het concept van 'Het nieuwe werken'.
VOORWOORD
Elly van Schaik, senior communicatieadviseur HagaZiekenhuis en eindredacteur wetenschappelijke uitgaven van het HagaZiekenhuis
Onderwijs, opleidingen en wetenschap van Haga op de kaart gezet In mei 2010 lanceerden we het eerste nummer van HagaScoop, het wetenschappelijk tijdschrift van het HagaZiekenhuis. Het werd een ‘0-nummer’, eigenlijk bedoeld als proef. Maar in een paar weken tijd wist de redactie – met Theo van Woerkom als hoofdredacteur en ikzelf als eindredacteur/ productie begeleiding – een prachtig blad te maken. Assistenten, verpleegkundigen en specialisten toonden hun onderzoeks opzet en -resultaten. We waren best trots op het resultaat. Het werd een ‘blijvertje’.
Wetenschapsdag. Promovendi kregen de gelegenheid om hun proefschrift in de serie Hagapromotiereeks op te laten maken en bundelen. Samenwerken met Theo aan deze indruk wekkende lijst van producties was voor mij een groot genoegen. Op www.hagaziekenhuis.nl/wetenschap zijn alle publicaties te zien.
Vol lof
In de afgelopen vijf jaar zijn er, met dit nummer mee, vijftien uitgaven van HagaScoop verschenen. Het tijdschrift maakt zichtbaar wat er op het gebied van wetenschap en opleiden binnen het HagaZiekenhuis plaatsvindt. Vooral de uitgaven waarin coassistenten en opleiders aan het woord komen, waren leuk om aan te werken. Theo gaf mij alle ruimte om er mooie uitgaven van te maken. Interviews met coassistenten en opleiders, geïllustreerd met mooie foto’s, laten goed zien waar opleiden in het HagaZiekenhuis voor staat. Deze speciale edities zijn tijdens het Nationale Coassistentencongres in Noordwijk onder de coassistenten verspreid.
Deze uitgave heb ik, logisch natuurlijk, zonder Theo moeten maken, maar Femke van der Sman, wetenschapscoördinator, heeft mij er bij geholpen. Toen ik een interview met Theo hield, zogenaamd voor het personeelsblad ‘HagaMgzn’ of intranet (maar natuurlijk voor dit nummer bedoeld, zie pagina 4-7), leek hij toch wel teleurgesteld. Met regelmaat liet Theo aan mij doorschemeren dat hij de HagaScoop uitgave over collega Wijermans die afscheid nam, toch wel heel mooi vond… Dankzij de bijdrage van velen heeft Theo nu zijn ‘eigen’ HagaScoop. Het is een bijzonder nummer geworden. Alle auteurs in dit tijdschrift zijn, zonder uitzondering, vol lof over hem. Over hoe geweldig hij de functie van decaan invulde, wat hij voor de (medische) opleidingen voor elkaar heeft gekregen, maar vooral hoe hij als persoon is.
Onder supervisie van Theo verschenen er zes wetenschappelijk jaaroverzichten (2009-2014) in een nieuwe vorm. En ook een jaarlijkse uitgave van het Haga Abstractenboek, een supplement van HagaScoop. Dit boek, waarin jonge onderzoekers hun abstract(s) publiceren, verschijnt ieder jaar tijdens de Haga
We gaan Theo enorm missen. Het HagaZiekenhuis moet het zonder hem verder doen, maar ik verwacht dat hij ons wel zal blijven volgen, want – ik weet het zeker – het HagaZiekenhuis zit voor altijd in zijn hart. Ik wens Theo alle goeds samen met zijn vrouw Marjo.
Wetenschap, onderwijs en opleiden zichtbaar maken
HagaScoop | Augustus 2015
1
Opleiden en onderwijs geven zijn belangrijke doelstellingen van het HagaZiekenhuis. Dat geldt met name voor onderwijs aan coassistenten en semiartsen, want zij zijn de artsen van de toekomst.
Samen met hun opleiders, op een zonnige dag in februari 2013, de vrieskou trotserend, kijkt deze groep coassistenten de toekomst verwachtingsvol tegemoet. Aan die toekomst heeft het HagaZiekenhuis, indachtig zijn visie: zorgzaamheid, innovatie en samenwerking, bijgedragen. Deze foto werd begin 2013 voor het Haga Ziekenhuis, locatie Leyweg, gemaakt, bedoeld voor de HagaScoop special over coassistenten (april 2013). De werkzaamheden voor de nieuw2
HagaScoop | Augustus 2015
bouw waren net begonnen. De nieuwbouw op de achtergrond werd in de foto geshopt, maar klopt niet met wat het geworden is. De foto mocht eigenlijk helemaal niet worden gemaakt op deze plek, want het was bouw terrein en daar mag je niet zomaar komen. Theo van Woerkom, links op de foto, wist het toch voor elkaar te krijgen. Het heeft hem achteraf wel wat excuusmailtjes en -telefoontjes gekost..., maar dat deed hij op zijn eigen elegante wijze.
De coassistenten op de foto zijn inmiddels basisarts en de plaats waar zij staan is drastisch veranderd. Voor het ziekenhuis en naast het polikliniekgebouw staat nu het nieuwe JKZ en OK-complex. Ook de hoogbouw van het ziekenhuis heeft van boven naar beneden, in samenhang met de renovatie van iedere verdieping, anno 2015 inmiddels een nieuw gezicht gekregen.
10
14
8
I N H O U D S O P G AV E
16 20 28
Koester opleiding en onderwijs! T.C.A.M. (Theo) van Woerkom, decaan
4
Ontdekkingstocht. J. (Jacqueline) Bustraan, opleidingskundig adviseur
7
Theo weg. J.H.L. (Jeanneke) van Meulebrouck, directeur HagaAcademie
8
Verbinden is één van Theo zijn grootste kwaliteiten. Dr. M.J.A. (Marjolein) Tasche, directeur HagaZiekenhuis
10
Sterk opleidingsziekenhuis. B. (Bob) Knippenberg, vaatchirurg en opleider
12
Theo, een gouden kracht. Dr. A.J. (Arnout Jan) de Beaufort, kinderartsneonatoloog en prof.dr. J. (Jan) van Lith, hoogleraar Obstetrie
14
Een rolmodel. M.A.C. (Marja) van Buuren, opleidingskundige medische vervolgopleidingen
16
Helden. L.L. (Lilian) Bryson, onderwijscoördinator HagaAcademie
18
Bevlogen en kleurrijk mens. Dr. S.F.T.M. (Bas) de Bruijn, neuroloog en opleider
20
Monnikenwerk. Dr. R.R.F. (Rudy) Kuiters, neurochirurg
22
Old teachers never die... Dr. H.G.M. (Harry) Heijerman, longarts en opleider
24
Surimono. Dr. P.W. (Pierre) Wijermans, voorzitter Wetenschapscommissie en Haga Wetenschapsdag
26
Een lesje ademhalen... B.M.A. (Bertie) van Spronsen, hoofd Congresbureau HagaAcademie
28
Rots in de branding voor medisch specialistische opleidingen. Dr. F. Brus, kinderarts en opleider
30
Wat vind je hiervan? H.J.M. (Hella) de Wit, coach en intervisiebegeleider medisch onderwijs
32
Aan alle avonturen komt een eind. E.J. (Edith) Bense, sectormanager Hartcentrum
34
Mijn Daan Roosegaarde. F.J. (Frank) Tetteroo, manager HagaAcademie
36
HagaScoop | Augustus 2015
3
4
HagaScoop | Augustus 2015
I N T E R V I E W
Na vijf en een half jaar jaar als decaan bij de HagaAcademie gewerkt te hebben verlaat Theo van Woerkom het HagaZiekenhuis. “Het is goed zo. Ik ga omdat ik noodzakelijke vernieuwingen die ik niet zie aankomen niet in de weg wil staan”, zoals Theo zelf zegt.
Door: Elly van Schaik
Koester opleiding en onderwijs! Alweer vijf en een half jaar geleden vroeg Marjolein Tasche, directeur HagaZiekenhuis, aan Theo van Woerkom of hij de functie van decaan wilde bekleden. De medische opleidingen gingen op de schop. Het nieuwe opleiden moest in huis vorm krijgen. “Ik vond het een ongelooflijk goed idee van Marjolein om een decaanfunctie in het leven te roepen,” zegt Theo. “Die heeft een opleidingsziekenhuis zoals het Haga echt nodig. Een decanaatschap kom je niet vaak tegen, maar ik kan het ieder opleidingsziekenhuis aanraden. Het heeft mij alle tijd en ruimte gegeven om, samen met de HagaAcademie en de centrale opleidingscommissie (COC), die functie en daarmee het medisch onderwijs en de medische opleidingen, vorm te geven. Daarbij was de steun en het vertrouwen van zowel de opleiders en assistenten als van de sectormanagers, staf managers en vele anderen onmisbaar. Een topklinisch ziekenhuis dat zichzelf respecteert kan niet zonder onderwijs en opleidingen. Natuurlijk kost dat extra mankracht, geld en tijd, maar je krijgt daar ook heel veel voor terug, niet alleen betere patiëntenzorg, maar ook een veel betere sfeer.”
Nieuwe opleiden gaat over patiëntveiligheid Het nieuwe opleiden was ook voor Theo nieuw. “De zin en betekenis ervan ontdek je al lerende. Bij de algemene competenties, die allerminst soft zijn, gaat het eigenlijk over patiënt veiligheid,” legt Theo uit. “Als je die competenties dus een kans wilt geven, moet je ze niet alleen tot de arts-assistenten en coassistenten beperken, maar naar alle medewerkers van het ziekenhuis uitbreiden. Zo schep je het begin van een opleidingsklimaat en opleidingscultuur en een lerende organisatie voor alle medewerkers. Onderwijs geven en opleiden is in feite niet veel anders dan bewust worden van je denken en handelen en open staan, meer voor wát er gezegd wordt dan voor wie wat zegt”.
Theo: “Wat onderwijs en opleiden voor de cultuur van een ziekenhuis betekenen besef je pas als ze er niet meer zijn. Je kunt dat vergelijken met wat ik eens gelezen heb over het belang van water voor een vis. Pas als de laatste op het droge ligt, dringt tot hem door waarin hij altijd geleefd heeft. Koester dus je opleidingen en onderwijs!”
Een geschenk uit de hemel Theo heeft naast de implementatie van het nieuwe opleiden veel energie gestopt in de STZ-visitatie van 2012. “In feite was die visitatie een geschenk uit de hemel,” zegt Theo. “In korte tijd moesten we alle activiteiten en ideëen die – in de breedste zin – met onderwijs, (het nieuwe) opleiden, onderzoek en patiëntenzorg te maken hebben, inventariseren, (re)organiseren en vastleggen. Toen bleek hoeveel het HagaZiekenhuis potentieel te bieden heeft. Voor de HagaAcademie was het een enorme kans om zich te profileren. Wat daarbij ook hielp was de HagaScoop, het wetenschappelijk tijdschrift van het HagaZiekenhuis dat samen met Elly van Schaik, senior communicatieadviseur HagaZiekenhuis, opgezet werd. Het blad maakt zichtbaar wat er op het gebied van wetenschap en opleiden binnen het Haga Ziekenhuis plaatsvindt. De redactionele formule etaleert een mix van medisch wetenschappelijke artikelen, interviews, nieuwsfeiten en door het HagaZiekenhuis georganiseerde wetenschappelijke activiteiten. Tevens is er aandacht voor paramedisch en verpleegkundig wetenschappelijk onderzoek en zorggerelateerde wetenschappelijke publicaties, bijvoorbeeld van beleidsonderzoekers van het HagaZiekenhuis. Dat we de STZ-visitatie toen met glans hebben doorstaan, geeft mij nog steeds een goed gevoel.”
HagaScoop | Augustus 2015
5
Leidse OOR Binnen de Leidse Opleiding en Onderwijs Regio (OOR) kijkt Theo met veel plezier terug op de inspirerende samenwerking met Jan van Lith en Arnout Jan de Beaufort en anderen uit het LUMC. “Het ging daarbij om het opzetten en implementeren van een nieuwe opzet binnen de coschappen: Curriculum 2012. De nieuwe Masterfase, die qua opleiden zeker zo intensief zal zijn als het nieuwe opleiden, verdient daarmee een aan de vervolgopleidingen gelijkwaardige plaats en behandeling. Ondermeer om het regionaal opleiden meer kans te geven zou ik het toejuichen als er in het HagaZiekenhuis een multi disciplinair platform onderwijs, opleiden, onderzoek en ont wikkeling komt. Zo’n platform benadrukt niet alleen het belang dat het Haga aan onderwijs en opleiden geeft, maar maakt lijnen ook korter en overzichtelijker.”
Toekomst Op de vraag hoe de toekomst van het opleiden eruit ziet, zegt Theo: “Dat weet ik niet. Mogelijk wordt er meer gebruik gemaakt van apps en zelfs robots. Wat hopelijk blijft is de waarde van het goede voorbeeld. Niets is inspirerender en blijft langer in je geheugen dan het goede voorbeeld van je opleider(s) en collega’s. In dat opzicht hoop ik dat observatie en confrontatie en een daarop gebaseerde beoordeling meer kansen krijgen, niet alleen richting student en assistent, maar ook specialisten
6
HagaScoop | Augustus 2015
onder elkaar. Spiegel je aan elkaar. Laat anderen zien hoe je denkt en werkt. Haal het beste uit elkaar en pas dat toe op je afdeling, in je organisatie. Dan gaat iedereen er op vooruit. Wat in de topsport normaal is (zoals Sven Kramer -7x wereldkampioen- die ieder rondje nog laat observeren/analyseren) hoort ook in de topgeneeskunde regel te zijn.”
“Niets is inspirerender dan het goede voorbeeld van je opleiders en collega's” Afscheid Na zijn carrière als neuroloog en decaan vindt Theo het goed om nu afscheid te nemen van het HagaZiekenhuis. “Ik heb een geweldige tijd gehad als neuroloog en als decaan en ik ben dankbaar dat ik het allemaal heb mogen meemaken. Maar het is goed als nieuwe mensen het werk overnemen. Het gerenoveerde Haga is een prachtig ziekenhuis om in te werken, een inspirerende omgeving voor medewerkers, zeker ook voor assistenten en coassistenten. Ik wens het HagaZiekenhuis en de mensen van de HagaAcademie met wie ik mij de laatste jaren zo verbonden heb gevoeld, alle goeds en succes toe.”
Het kan geen toeval zijn… juist nu valt mijn oog op een artikel in Academic Medicine van juni jl.: ‘Reimagining the Self at Late Career Transitions: How Identity Threat Influences Academic Physicians’ Retirement Considerations’ (Onyura, 2015).
J. (Jacqueline) Bustraan, opleidingskundig adviseur HagaAcademie en OOR-LUMC
Ontdekkingstocht In bovengenoemd artikel beschrijven de auteurs welke factoren en overwegingen zoal een rol spelen wanneer artsen in de latere fase van hun loopbaan nadenken over het beëindigen daarvan. Belangrijk hierbij is in hoeverre iemands professionele identiteit als arts een centrale component is of zelfs samenvalt met je individuele identiteit. Veel respondenten blijken zich juist in de latere fase van hun carrière bewust en met veel plezier te richten op de opleiding van ‘the upcoming generation’. Het verliezen van de band met een collegiale, professionele en intellectuele gemeenschap is voor veel respondenten een spijtig vooruitzicht.
begrijpen, zelden veroordelend. Vaak onderbouwd vanuit de literatuur, kunst, filosofie of andere ‘klassieken’. Met ‘oog voor het kleine in het grote’, ruimdenkend, vanuit verwondering en met zelfspot, humor en relativering. Prachtig en waarachtig onderzoekend. Ik wens je van harte alle goeds, geluk en gezondheid om samen met Marjo je ontdekkingstocht nog een hele tijd voort te zetten.
Onyura, B., Bohnen, J. et al. (2015). Imagining the Self at Late-CareerTransitions: How Identity Threat Influences Academic Physisicans’ Retirement
De auteurs benadrukken hoe belangrijk het is om naast het arts-zijn ook andere, uiteenlopende interessegebieden te koesteren en te ontwikkelen. Tijdens de loopbaan zou dit beschermen tegen de ‘strong job demands’, na afronden van de loopbaan om een nieuwe koers en invulling te vinden. Gelukkig heb jij deze aanbeveling al van nature en van jongs af aan ter harte genomen. Wat heb ik genoten van je prachtige verhalen en anekdotes. Gericht op de ander echt willen zien,
Considerations. Academic Medicine, Vol. 90, No. 6, June 2015, 794 – 797.
HagaScoop | Augustus 2015
7
8
HagaScoop | Augustus 2015
Nu zelfs de definitie van ‘gezondheid’ onderwerp van discussie en gesprek is, wordt het motto van Theo Van Woerkom over onderwijsvernieuwing de echte werkelijkheid.
J.H.L. (Jeanneke) van Meulebrouck, directeur HagaAcademie
Theo weg Theo zijn motto luidt: ‘In de opleiding tot zorgprofessional moet het vermogen om je aan te passen aan nieuwe kennis, een veranderlijke omgeving, nieuwe verwachtingen van patiënten, de meeste aandacht krijgen. Dat vraagt het vermogen om te reflecteren en een open dialoog te voeren met collegaorganisaties en patiënten.’ Zowel in Theo zijn opvatting over opleiden als in die van Machteld Huber1 over gezondheid, is het begrip dynamisch geworden. Huber spreekt over: ‘Gezondheid als het vermogen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven’.
De manier waarop Theo altijd de verbinding heeft gebracht tussen generaties, tussen organisatie en dokters, tussen patiënten en ziekenhuis maar ook tussen kunst en ratio heeft tot een duurzame inspiratie geleid voor ons achterblijvers. Wij zullen er zuinig op zijn. Maar nu ga je weg.
WEG De vrees van mensen Die moeten oversteken Over een brug Waarvoor ze zelf De plankjes moeten neerleggen
Het verschil met de WHO-definitie is dat in dit concept de potentie benadrukt wordt om gezond te zijn of te worden, zelfs wanneer er sprake is van ziekte. Daarbij zijn voor de patiënt persoonlijke groei en ontwikkeling en het vervullen van persoonlijke doelen in het leven net zo belangrijk. De zorg professional van de toekomst zal zich in deze nieuwe dynamiek moeten bewegen. Dat vraagt om meer dan statische kennis over ziektebeelden en interventies.
Jij neemt het weg Want al die bruggen Die zelf zijn gebouwd Zijn altijd sterker Dan de angst Voor de persoon Aan de overkant
Positieve gezondheid en een positief leerklimaat Huber introduceerde om dit concept te operationaliseren, zes dimensies waaraan je gezondheid kunt aflezen: lichamelijke functies, mentale functies en beleving, de spirituele/existentiële dimensie, kwaliteit van leven, sociaal-maatschappelijke participatie en dagelijks functioneren.
Het is jouw weg
Alle goeds op jouw nieuwe weg en dank je voor je inspiratie. “Doordat de nadruk ligt op veerkracht en eigen regie, voelen patiënten zich in hun kracht aangesproken en niet uitsluitend benaderd als zieke. Voor deze groep zijn sociale participatie en zingeving minstens zo belangrijk als aandacht voor hun fysieke klachten. Het is belangrijk dat een arts dat ook ziet”, aldus Huber.
Machteld Huber is sinds 1986 als onderzoeker Voedingskwaliteit & Gezondheid
1
aan het Louis Bolk Instituut verbonden. Sinds 2011 is ze lid van de Wetenschappelijke Raad voor Integrale Duurzame Landbouw en Voeding en zij is medeoprichter van het International Research Network for Food Quality & Health.
Voor het Hagaziekenhuis introduceerden wij de 7-O's als manier om een lerende organisatie te operationaliseren waarbij patiëntwaarde als centrale doelstelling staat. Hiervoor worden elementen als opleiden, onderzoeken, onderwijzen, ontwikkelen van de organisatie en de mensen die erin werken en het leren van onze externe omgeving ingezet.
Het Louis Bolk Instituut is een internationaal onafhankelijk kennisinstituut ter bevordering van duurzame landbouw, voeding en gezondheid. Belangrijke opdrachtgevers zijn onder meer het Ministerie van EZ, provincies, natuur beherende organisaties, gezondheidsfondsen, ZonMw en het bedrijfsleven. Meer informatie: www.louisbolk.nl
HagaScoop | Augustus 2015
9
Toen Theo van Woerkom eind 2009 als neuroloog met pensioen ging aarzelde Marjolein Tasche, directeur HagaZiekenhuis, geen moment. Zij vroeg hem decaan te worden in het HagaZiekenhuis. Marjolein: “Hij moest er kort over nadenken, maar tot mijn grote vreugde zei hij ja.”
Door: Elly van Schaik
Dr. M.J.A. (Marjolein) Tasche, directeur HagaZiekenhuis
Verbinden is één van Theo zijn grootste kwaliteiten “Ik was ongelooflijk blij dat Theo de decaanfunctie aannam,” zegt Marjolein Tasche. “Het ging om een nieuwe functie in het HagaZiekenhuis die Theo zelf moest ontwikkelen. Dat heeft hij op zijn eigen unieke wijze geweldig gedaan en daarmee het onderwijsklimaat en -faciliteiten in het HagaZiekenhuis een enorme boost gegeven. Het is goed dat een medisch specialist de decaanfunctie vervult en een Hagabrede visie heeft op de kwaliteit van opleiding, onderwijs en wetenschap en de verbinding tussen de HagaAcademie en de patiëntenzorg heeft. Het is een functie die niet meer weg te denken valt in ons ziekenhuis.” 10
HagaScoop | Augustus 2015
Marjolein wilde een decaanfunctie omdat opleiden ‘in het ziekenhuis zit’. Oftewel, het echte Leerhuis is het ziekenhuis. “Zorg, onderwijs en onderzoek gaan hand in hand samen,” legt Marjolein uit. “Natuurlijk staat de zorg bovenaan, maar het past allemaal in elkaar. Een topklinisch ziekenhuis zoals het Haga kan niet zonder opleiden, onderwijs en wetenschap. We zijn een lerende organisatie voor alle medewerkers. Als een ziekenhuis een goed opleidingsklimaat heeft dan heb je ook goede zorg (kort door de bocht gezegd natuurlijk). Medewerkers die in het ziekenhuis willen leren staan open voor innovatie. Dat is een van onze kernwaarden. Als lerende
Verbindende kwaliteiten “Mede door Theo zijn toewijding, betrokkenheid en vakmanschap heeft de HagaAcademie een grote stap kunnen zetten,” vervolgt Marjolein haar verhaal. “Theo is een ver bindende factor geweest tussen de HagaAcademie en de opleiders. Hij weet goed wat er leeft bij opleiders en kon de vertaling ervan maken naar de organisatie. Dat gold ook voor het nieuwe opleiden. Hij heeft de ondersteuning en het kwaliteitssysteem beter op poten gezet en had ver nieuwende ideeën. Het Discipline Overstijgend Onderwijs, het introductieprogramma voor coassistenten en het Opleidingssymposium zijn door Theo zijn inbreng een succesvolle formule geworden. Zo vond hij het bijvoorbeeld beter om het onderwijs in de coschappen door de onderwijskundigen aan te laten sluiten bij de opleiding tot medisch specialist. De onderwijskundigen, die zich eigenlijk voornamelijk richtten op de vervolgopleidingen, werden ook ingezet voor de coschappen. Hij wist zo een cultuur te
I N T E R V I E W
heb je kritische vragen zoals ‘waarom doen we dat zo?’ Het houdt iedereen scherp en het dwingt tot nadenken of het beter of slimmer kan.”
creëren waarin coassistenten en AIOS zich prettig en veilig voelen. Een grote verdienste van Theo was zijn belangrijke inzet om de STZ-visitatie goed door te komen.”
Warme persoonlijkheid Marjolein gaat Theo zeker missen. “Ik word altijd blij als ik Theo zie. Hij is een warme persoonlijkheid met heel veel kwaliteiten. Hij weet mensen te inspireren, is bevlogen en betrokken en kan goed schakelen. Hij is in staat om mensen, bijvoorbeeld bij een visitatie, op één lijn te krijgen en dezelfde visie te delen. Daarnaast is hij modern in zijn opvattingen. Hij staat er altijd en gaat onvoorwaardelijk voor meer dan honderd procent. Als je een afspraak met Theo hebt dan heeft hij altijd wel een mooi verhaal of anekdote met een diepere gedachte. Zoals de volgende. ‘Jantje loopt met zijn moeder hand in hand. Op een gegeven moment vraagt Jantje aan zijn moeder: Mam, waarom leven wij? Zijn moeder antwoord: Jantje, je moet niet vragen waarom leven wij, maar hoe leven wij?’ En zo denkt Theo. Hij haalt al het moois uit het leven en geniet er met volle teugen van. Ik wens hem een mooie nieuwe toekomst, samen met zijn vrouw Marjo.”
"Mam, waarom leven wij?" HagaScoop | Augustus 2015
11
12
HagaScoop | Augustus 2015
I N T E R V I E W
“Theo is altijd volkomen zichzelf,” zegt chirurg Bob Knippenberg die alleen maar lof uitspreekt voor Theo van Woerkom als specialist, als opleider, als decaan en niet in de laatste plaats als mens.
Dr. B. (Bob) Knippenberg, vaatchirurg, opleider
Door: Elly van Schaik
Sterk opleidingsziekenhuis Bob Knippenberg kent Theo vanaf het moment dat hij dertig jaar geleden in het ziekenhuis kwam werken. “Vooral in de periode dat Theo stafvoorzitter was en de fusie met het Rode Kruis speelde, leerde ik Theo goed kennen”, zegt Bob. “Hij heeft toen belangrijk werk verricht. Ik was op dat moment bestuurslid van de medische staf en kreeg een goede professionele, maar ook vriendschappelijke relatie met hem. Theo is een intelligente gesprekspartner met een groot empatisch vermogen. We wisselden vaak van gedachten met elkaar over uiteenlopende onderwerpen. Het kon gaan over ethische, morele en politieke kwesties. Tijdens die gesprekken gingen we altijd diep op de materie in en zochten we naar de juiste definitie in woorden. Ook over de opleidingscultuur hadden we vaak geanimeerde gesprekken. Ik vond het altijd prettig om mijn mening aan die van hem te scherpen. Die momenten zal ik blijven koesteren.”
Theo houdt vast aan zijn koers
Voorbeeld “Theo heeft altijd een voorbeeldfunctie gehad als specialist, als opleider én als decaan. Hij begreep die rol, al was het voor hem een natuurlijk iets. Het opleiden van de coassistenten heeft hij in het ziekenhuis sterk verankerd. We zijn, mede door zijn toedoen, een sterker opleidingsziekenhuis geworden.” Bob: “Theo is Theo, hij is altijd volkomen zichzelf. Een man met een grote integriteit die zich niet laat misleiden door de waan van de dag. Theo zijn kwaliteiten zijn vooral zijn verbindend vermogen, zijn openheid in discussies en zijn bereidheid om te luisteren. Hij staat -zonder vooroordeel- altijd open voor andermans mening. Dat een klein gebaar soms grote impact kan hebben heb ik door Theo wel ervaren. Ik zal nooit vergeten dat ik van hem, tijdens een lastige periode, een brief kreeg waarin hij op bijzondere wijze zijn bericht verwoordde. Daar kon ik mij aan vasthouden, ik vond dat bijzonder waardevol.”
‘Theo is de beste decaan die we ons als HagaZiekenhuis konden wensen’. Dat is de overtuigde mening van Bob. “Hij had de beste contacten met de vakgroepen en specialisten, was betrouwbaar en hij kreeg alle vertrouwen van de opleiders. Daarbij heeft hij altijd koers gehouden. Dat is een belangrijke basis om iets voor elkaar te krijgen en dat is hem prima gelukt. Hij heeft de decaanfunctie fantastisch ingevuld. Het nieuwe curriculum heeft hij goed begrepen. Zijn vertaling naar de organisatie door er structuur in aan te brengen, maakte het nieuwe opleiden werkbaar.” HagaScoop | Augustus 2015
13
Dr. A.J. (Arnout Jan) de Beaufort, kinderarts-neonatoloog (staand) en Prof. Dr. J. (Jan) van Lith,hoogleraar Obstetrie 14
HagaScoop | Augustus 2015
‘Never regard your study as a duty, but as the enviable opportunity to learn to know the liberating influence of beauty in the realm of the spirit for your own personal joy and to the profit of the community to which your later work belongs.’ – Albert Einstein
Dr. A.J. (Arnout Jan) de Beaufort, kinderarts-neonatoloog, coördinator Geneeskunde Prof. Dr. J. (Jan) van Lith, hoogleraar Obstetrie
Theo, een gouden kracht in de onderwijsen opleidingsregio Leiden, OOR Leiden ”Nauwe samenwerking in onderwijs en opleiden is een van de sterke elementen in de OOR Leiden. Medische vervolgopleidingen en de klinische fase van de studie Geneeskunde: twee speelvelden die gezamenlijk het opleidingcontinuüm vormen. Inhoudelijk vinden in de OOR Leiden de partners op het domein van de vervolgopleidingen elkaar onder andere in de regionale opleidings commissie, het gezamenlijk overleg van de voorzitters van de centrale opleidingscommissies. In het netwerk van regionale onderwijskundigen draagt krachtenbundeling wezenlijk bij aan voortdurende verbetering van de kwaliteit van de vervolg opleidingen.
collega’s, met succes, kansen te zien om coassistenten op te leiden. ‘Als specialist is het toch gewoon je verantwoordelijkheid jonge aanstaande dokters op te leiden?’ Anders hoor je hier niet thuis’. ‘Bedenk daarbij dat ieder zichzelf respecterend ziekenhuis medisch onderwijs en opleiding koestert’. Stellig en overtuigd van de goede zaak: de opleiding van (co)assistenten.
Voor de klinische fase van de studie Geneeskunde, de coschappen, speelt de regio een cruciale rol. De OOR heeft het voorrecht en de verantwoordelijkheid bij te dragen aan voorbereiding van aanstaande artsen op hun latere beroepsuitoefening. De co assistenten van nu zijn ons aller behandelaars van straks en daar heeft Theo van Woerkom, decaan van het HagaZiekenhuis, zich de afgelopen jaren in de regio met veel overtuiging sterk voor gemaakt.
In dit najaar gaat de herziene master Geneeskunde LUMC van start. Dit programma bestaat uit twee jaar coschappen gevolgd door het schakeljaar, de oriëntatie, en voor sommige coassistenten een gerichte voorbereiding, op het vervolgtraject als arts. Theo was deel van de vormgeving: iedere donderdag om acht uur was Theo van de partij tijdens het regulier overleg van de werkgroep herziening master. Hij is een betrokken pleitbezorger van het gedachtegoed. Samenwerking in de regio en verdere consoli dering van het opleidingscontinuüm met inbreng van onderwijskundige expertise uit de vervolgopleidingen ook voor de masterfase zijn onmisbare bouwstenen. In een van de notities “Hoe leiden we gezamenlijk in de OOR Leiden de coassistenten op?” schrijft Theo: ‘de essentie van de nieuwe Master is dat de coassistent langer op de afdeling aanwezig is en dus ook langere tijd geobserveerd kan worden. Op deze wijze is zijn ontwikkeling beter te volgen, wat de beoordeling ten goede komt. Nadrukkelijk zij vermeld dat de beoordeling niet alleen gericht is op het verwerven van kennis, maar dat het gaat om de juiste balans tussen vaardigheden, competenties en vakinhoudelijke kennis. Dit betekent veel werk voor de werkvloer. En kansen ter verbetering van het opleidingscontinuüm’. Typisch Theo, met oog voor het belang van coassistent én (co)opleider, aimabel, betrokken, vasthoudend. It’s all-in the name, Theo d’OOR van Woerkom. En dat is ie!!”
Theo was vicevoorzitter van het regionale samenwerkingsoverleg masterfase Geneeskunde, het ‘UO-master’. Met de vriendelijke zachte ‘g’ wist Theo altijd op het juiste moment de goede toon te treffen. Kritisch en constructief vanuit het perspectief van de coassistent en met oog voor haalbaarheid op de werkvloer. Dit principe huldigde hij (ook) tijdens de vele coschapsvisitaties waar Theo de voorzittersrol had. ‘Draag zorg voor kwaliteit door terugkoppeling en implementatie van verbeterpunten: maak de cirkel af. Het opleidingsklimaat is laagdrempelig en er heerst een goede sfeer. En wat er beter kan is: in een vroeg stadium anamnese en lichamelijk onderzoek observeren zodat de coassistent daar profijt van heeft tijdens de stage.’ Een man van het woord. Een dreigend tekort aan coschapplekken (een serieuze uitdaging voor vele UMC’s)? Theo ging op pad en motiveerde
Theo is altijd zeer betrokken, geïnteresseerd in de mens, warm en beminnelijk. Altijd een praatje met eenieder, altijd steunend. Hij zorgde voor de balans in de grote groep van studenten, medisch specialisten, onderwijskundigen, onderwijscoördinatoren.
HagaScoop | Augustus 2015
15
16
HagaScoop | Augustus 2015
”Ik zit hier en kijk terug naar de 5 ½ jaar samenwerking met Theo van Woerkom. Wat het lastig maakt is dat er zoveel herinneringen boven komen en ik struikel over de gedachten aan (eigen)aardigheden en alles wat ik van hem heb geleerd, zo tussen de bedrijven door.”
M.A.C. (Marja) van Buuren, opleidingskundige/coördinator medisch vervolgonderwijs HagaAcademie
Een rolmodel ”Ik wil graag iets zeggen over mijn beeld op hoe Theo zich in de loop van de afgelopen jaren heeft ontwikkeld als decaan. Ik zie een groot vermogen van Theo om zich hedendaagse ontwikkelingen en veranderingen in het moderne opleiden toe te eigenen en er letterlijk een eigen verhaal van te maken. Of het nu gaat om de relatie tussen de rol van feedback in de medische vervolgopleidingen en de manier waarop Sven Kramer gecoacht wordt, of om de noodzaak van de algemene competenties! Ik heb de afgelopen jaren genoten van die verhalen, bijvoorbeeld tijdens de introductie van nieuwe assistenten maar ook tijdens genoeglijke koffiepauzes. Dan kon het over de meest uiteenlopende thema’s gaan. Van politiek en filosofie tot muziek en de vakantie op een Canarisch eiland, waar Theo dan weer onverwacht een interessant verhaal van kon maken. Dat komt omdat Theo zich altijd gedegen verdiept in de materie en omdat hij de gewoonte heeft om uitgebreid te kletsen met mensen van allerlei rangen en standen die op zijn pad komen.
Nooit onverschillig Kletsen, wat een mooi oud woord is dat eigenlijk, en ‘by the way’, taal is trouwens ook een ding. Hoeveel stukken van anderen heeft Theo wel niet foeterend zitten redigeren? Kon ik hem ooit een verslag laten lezen zonder dat er in gecorrigeerd werd? Ieder woord en iedere zinsbouw doet er toe. Alles doet er toe en is er een kwestie waardoor Theo wordt gegrepen, dan zullen we dat weten. Theo is nooit onverschillig en onverschilligheid bij anderen, daar kan hij geen begrip voor opbrengen. Ik noemde al de algemene competenties, Canmeds (Canadian Medical Education Directives for Specialists), die ons voorzien van een taal om gedrag van een goede arts (verpleegkundige, zorgverlener…) te herkennen en er over in discussie te kunnen gaan. Theo kan artsen al dan niet in opleiding inspireren door de verbinding te leggen van hedendaagse opleidingseisen,
zoals de competenties, naar zijn ervaringen als neuroloog, waarbij hij dan niet aarzelt om in retrospectief zichzelf kwetsbaar op te stellen. ‘Waar ging het mis toen bij die patiënt met artritis temporalis’? Júist op het gebied van samenwerking, communicatie en organisatie? Theo brengt de boodschap dat de geneeskunde een mooi maar ook gevaarlijk vak is, waarbij je niet zonder een reflectieve houding kunt als je geen brokken wilt maken, met bevlogenheid over. En zo was Theo als neuroloog en opleider tot 2009 een rolmodel, zoals blijkt uit het Liber amicorum1 uit 2009, en dat heeft hij voortgezet als decaan. Kiki Lombarts, hoogleraar professional performance, heeft drie pijlers van professioneel gedrag van artsen beschreven; het voortdurend streven naar excellentie, het handelen vanuit medemenselijkheid en het afleggen van rekenschap2. Ik denk dat iedereen die Theo kent hem hierin zal herkennen. En ik hoop dat ik met bovenstaande woorden iets kan bijdragen aan het beeld van Theo als decaan. Ik neem wat ik in de afgelopen jaren van Theo heb geleerd met me mee en ik zal zijn verhalen, zijn visie, onze gesprekken, samenwerking en vooral ook zijn humor ontzettend missen. Ik wens Theo veel plezier met Marjo en Sugar in de vrijgekomen tijd, al weet ik zeker dat een deel daarvan zich weer zal vullen met een commissie, werkzaamheden voor LUMC of parochie bestuur of… ”Theo, dank voor het vertrouwen!”
Een bewogen neuroloog, Liber amicorum voor Theodorus Chrysostimus
1
Antonius Maria van Woerkom, ‘s-Gravenhage 2009, Professional performance van artsen - Tussen tijd en technologie,
2
de bewerkte oratie van Kiki Lombarts, hoogleraar Professional Performance aan de UvA.
HagaScoop | Augustus 2015
17
”Toen Theo van Woerkom als decaan op de HagaAcademie van start ging was ook ik nog niet zo lang werkzaam in het HagaZiekenhuis.
te warrig, maar eigenlijk een creatieve hervormer
Hoewel de zorg voor mij als vormgever nieuw terrein was, signaleerde ik desondanks veel parallellen met het hotelwezen waar ik ooit mijn loopbaan startte. Zeer verrast was ik toen Theo mij als betrekkelijke outsider vroeg mee te werken aan een gezamenlijk interview voor de HagaScoop Coassistenten Special (publi catie HagaScoop april 2011). Het interview ademde al snel de sfeer van de wijze waarop hij de coschappen in het HagaZiekenhuis wilde vormgeven: Samen!”
L.L. (Lilian) Bryson, onderwijscoördinator HagaAcademie
Helden ”Samen met mij, maar nadrukkelijk ook samen met de affiliatiepartners, de coassistentenopleiders en niet in de laatste plaats de coassistenten zelf. Samen verwelkomden wij wekelijks de nieuwe (keuze)coassistenten en semi-artsen die in ons ziekenhuis van start gingen. Samen gaven wij vorm aan de door hem geïnitieerde Centrale Co-assistenten Commissie (CCoC), samen begeleidden wij visitaties, samen initieerden wij onderwijsvernieuwingen en samen vierden wij onze resultaten. Kortom, samenwerken met Theo was een feest!
Opdracht In het kader van mijn masterstudie Kunst- en Cultuurwetenschappen vroeg ik Theo eens of ik hem kon interviewen over 18
HagaScoop | Augustus 2015
zijn helden oftewel de mensen die hem geïnspireerd hadden. De definitie van een held als ‘een al dan niet fictieve persoon die heroïsche kwaliteiten heeft of een heldendaad heeft verricht en die wordt beschouwd als een model of ideaal’, was het te hanteren vertrekpunt. Vanzelfsprekend werkte hij graag aan mijn opdracht mee en zo vernam ik van zijn helden Kennedy, Mozes, Merkel, Bartók, Nijhoff en Federer. Ik herinner me nog goed dat ik ongelofelijk onder de indruk was van de overtuiging waarmee hij zonder blikken of blozen zijn bewondering uitsprak voor de Bijbelse figuur Mozes, naar zijn idee de grootste held die er ooit geweest is: ‘En waarom... Kijk, daarvoor moet je de geschiedenis in gaan. Er zijn veel interessante aspecten aan. Ten eerste heeft hij toen hij nog heel
jong was een opdracht gekregen van God of van Zijn stem, dat hij dat volk moest leiden. Dat heeft hij veertig jaar gedaan, dus dat laat al zien hoe ongelofelijk vasthoudend hij geweest is. Niet alleen is hij de vriend van God geweest die wel met God mocht spreken maar Hem nóóit mocht zien, hij heeft met zijn tien geboden als het ware het innerlijk geweten bij de mens gebracht. Het is niet voor niets dat Freud daarover geschreven heeft, over Mozes in de tijd van het nazisme, want hij wilde laten zien hoe Duitsland zich helemaal overgaf aan een dictator, aan een extern geweten en z’n innerlijk geweten verliet. Bovendien is het bijzondere van Mozes geweest: Hij mocht niet in het beloofde land. Dus hij heeft iets gedáán waar hij zelf nooit de vruchten van plukte, de bonus niet kreeg. Wij leven in een tijd met bonussen, begrijp je? Ook al presteer je niets, je krijgt een bonus. Hij kreeg géén bonus. Uiteindelijk mocht hij niet mee het beloofde land in, dat wist hij op een gegeven moment. En tóch heeft hij het gedaan en dat maakt hem zo uitzonderlijk, begrijp je?’.
Verrassende inkijk Aanvankelijk vond ik de opdracht rond de heldeninterviews niet erg aansprekend. Het concept ‘held’ leek mij zo achterhaald, Wie heeft er nog een held? Na het interviewen van collega’s, vrienden en familie kwam ik echter tot de conclusie dat het vragen naar iemands helden – hoe goed je hem of haar ook meent te kennen – je een verrassende inkijk geeft in wat de persoon in kwestie drijft. Theo definieerde helden als: ‘Al die mensen die voor jou de wereld gewoon bewoonbaar hebben gemaakt. Die jou helpen als het moeilijk gaat maar die jou ook in één keer iets laten zien van ‘Zo ziet de wereld eruit, begrijp je?’. Want jij kijkt naar iets, maar pas op het moment dat iemand jou op iets attendeert dan pas zie je het. En al die mensen die daar aan bijdragen, dat zijn eigenlijk helden. Kijk je hebt heel veel aan andere mensen te danken, dat besef je vaak niet, en het is natuurlijk het enorme ik-tijdperk om te denken dat jij de bron bent van alle zin geving. Nee, ik ben heel veel mensen tegengekomen die voor mij heel veel hebben betekend’. Gelukkig heb ook ik al veel van dergelijke helden – ook wel docenten, begeleiders, leermeesters, coaches of opleiders genoemd – ontmoet. Eén ervan is prof. dr. Ruben Gowricharn, die zijn hele professionele leven gewijd heeft aan Sociale Cohesie en Transnationale Vraagstukken (http://promotiekamer.nl/ wp-content/uploads/oratie.pdf ) en het inzicht deelde dat liefde, variërend van de liefde voor een held tot de liefde voor geld, macht of de natiestaat, het sterkste bindingsmechanisme is. In de diverse samenleving van vandaag wordt via mechanismen als integratie en assimilatie, samenhang in de maatschappij nagestreefd. Integratie verwijst hierbij naar de opname van bepaalde personen of groepen in een (groter) geheel zoals de maatschappij of een organisatie. Een belangrijk kenmerk van integratie is dat deze opname van beide kanten komt,
oftewel beiden passen zich aan de ander aan, waardoor samensmelting ontstaat tussen betreffende personen of groepen. Integratie onderscheidt zich hierdoor nadrukkelijk van assimi latie waarbij aanpassing slechts van één kant komt. Niet alleen personen of bevolkingsgroepen kunnen zich integreren ook landen, bedrijven of systemen kunnen een proces van integratie ondergaan. In werkelijkheid echter vertoont integratie vaak grote overeenkomsten met assimilatie waardoor beide zowel in- als uitsluitende effecten kunnen genereren. Met de deelname aan Platform Den Haag Inclusief (www.denhaaginclusief. nl) lijkt het HagaZiekenhuis er nadrukkelijk voor gekozen te hebben om de kernwaarde Innovatie niet alleen te betrekken op technologie maar ook op cultuur of beter gezegd de bedrijfscultuur. Een keuze die mij, dat mag duidelijk zijn, uiterst gelukkig stemt!
Nummer één De nummer één van mijn eigen heldenlijst, Antanas Mockus, prijkte prominent op de Wall of Fame in mijn oude kamer op de HagaAcademie waar naast inspirerende beelden, foto’s van vrienden en mooie mannen, ook afbeeldingen van slimme mannen hingen zoals Antanas in zijn ‘Supercitizen’ kostuum en natuurlijk ook Theo die de reden van dat eerbetoon waarschijnlijk nooit heeft geweten. Mockus zag ik voor het eerst in de tv-uitzending Wintergasten en ik was meteen geboeid. Wát een onorthodoxe man in werkelijk alle facetten: z’n uiterlijk, z’n leefsituatie, z’n afkomst, z’n carrière, z’n authenticiteit maar vooral z’n creativiteit! Deze man is weliswaar geen kunstenaar in artistieke zin maar gebruikt zijn ongekend creatieve talenten om een mooiere wereld te creëren. Uiterlijk zou je je hoofd er waarschijnlijk niet voor omdraaien maar innerlijk is deze man van een buitengewone schoonheid. Als kind van Litouwse immigranten, wiskundige, filosoof en politicus, heeft hij als wetenschapper carrière gemaakt om tot slot de politiek in te gaan en burgemeester van Bogotá te worden. In deze functie is Mockus wat mij betreft op onovertroffen wijze te werk gegaan. Een bijzondere, eerlijke en open man die niet uit is op macht maar op samenwerking. Voor mij een toonbeeld van leiderschap! Zelf definieer ik een held als ‘iemand die de moed heeft om zijn of haar unieke innerlijke licht optimaal te laten schijnen en daarmee anderen inspireert hetzelfde te doen’ en vanuit deze definitie richt ik mij met een laatste dankwoord tot mijn collega dr. T.C.A.M. van Woerkom: ‘Bedankt Theo voor je intens stralende licht!’. Tot slot doe ik aan iedereen die dit leest de inspirerende oproep: ‘Wees heldhaftig!’.”
HagaScoop | Augustus 2015
19
20
HagaScoop | Augustus 2015
I N T E R V I E W
Neuroloog Bas de Bruijn werkte van 1998 tot eind 2009 met Theo van Woerkom samen. Daarvoor kende hij Theo al vanuit de landelijke nascholingscommissie neurologie. “Theo vroeg mij toen of ik maat wilde worden in de maatschap Neurologie van Ziekenhuis Leyenburg, tegenwoordig het HagaZiekenhuis.”
Dr. S.F.M.T. (Bas) de Bruijn, neuroloog, opleider
Door: Elly van Schaik
Bevlogen en kleurrijk mens Wat Bas de Bruijn vooral zal bijblijven van de periode dat hij met Theo werkte is zijn bijzondere humor, tomeloze enthousiasme en brede belangstelling, niet alleen voor zijn vak maar vooral voor de mensen om hem heen. “Ik herinner mij het eerste gesprek op de overdracht neurologie in Ziekenhuis Leyenburg met Theo nog heel goed,” vertelt Bas. “Hij sprak ondermeer over zijn vrouw Marjo en over zijn hond. Aanvankelijk dacht ik ‘wat moet ik met die privé-informatie, ik had in zes jaar opleidingstijd in het AMC nog nooit iemand in het openbaar iets persoonlijks horen zeggen’. Maar eigenlijk was het heel mooi hoe hij zich kwetsbaar opstelde. Het ging bij Theo niet alleen maar over werk. Hij toonde warme belangstelling voor de mensen om hem heen. Door zijn manier van doen kreeg hij een persoonlijke band met veel mensen, en zeker met zijn assistenten. Daarvoor ging hij door het vuur.”
Patiëntenzorg Theo is iemand die bij zijn patiënten veel verder keek dan alleen de medisch technische kant. Het verhaal van de patiënt vond hij minstens zo belangrijk. Hij ging ‘all the way’ als hij zich voor patiënten inzette, vooral patiënten met bewegingsstoornissen en Gilles de la Tourette hadden zijn bijzondere belangstelling. Hij was een bijzondere dokter.”
Opleider “Als opleider was Theo als een vader voor zijn assistenten. Hij wist bij de Neurologie een geweldige en veilige opleidingssfeer te creëren waar assistenten en coassistenten zich thuis voelden. Theo stond altijd pal achter zijn assistenten. Hij was vaak wars van hiërarchie en discussieerde altijd horizontaal met iedere medewerker. Een van zijn kwaliteiten is dat Theo als het er op aankwam in staat was beslissingen te nemen en zonodig te forceren. Hij straalt een bepaald gezag uit waar je niet omheen kan. Wij hadden nog wel eens levendige, soms verhitte discussies, met zelfs telefoontjes in de avonduren. Stiekem vond hij dat volgens mij ook mooi. Juist die kritische geluiden waren volgens mij voor Theo de reden om het
opleiderschap aan mij over te dragen. Ik voelde mij zeer vereerd en ben nog steeds dankbaar voor zijn wijsheden en de goede naam van de opleiding die hij als opleider creëerde en in stand hield.”
Decaan Dat Theo decaan werd bij de HagaAcademie was volgens Bas echt een zegen voor de HagaAcademie. “Theo stond open voor vernieuwingen, hij kreeg veel voor elkaar. Er werd een wetenschapsbeleid ontwikkeld. Het nieuwe opleiden werd geïntroduceerd en kreeg vorm in de organisatie. Theo heeft het opleidingsniveau en wetenschapsklimaat in het Haga duidelijk naar een hoger niveau getild.”
Takken en bril Er zijn veel anekdotes te vertellen over Theo, vertelt Bas met een glimlach. “Hij reed bijna altijd door rood met zijn fiets met een snelheid of hij met een race bezig was. Een keer had hij een heggenschaar meegenomen om de takken die hij onderweg tegenkwam en waar hij last van had, zonder pardon af te knippen. Een andere anekdote is toen hij een nieuwe bril had aangeschaft, eentje waarvan de glazen donker verkleurden bij veel licht. Toen ik aan een coassistent vroeg wat hij van die bril vond en daar geen positieve reactie op volgde (zij moest lachen maar durfde niets te zeggen) was het snel klaar met de bril. Zijn vrouw Marjo heeft mij er nog voor bedankt. Het Haga Ziekenhuis gaat een kleurrijk figuur missen. Gelukkig is Theo een groot voorbeeld geweest voor vele collega’s die zijn prachtige kwaliteiten hebben overgenomen.”
HagaScoop | Augustus 2015
21
22
HagaScoop | Augustus 2015
”In 2009 nam Theo van Woerkom als neuroloog en opleider afscheid van zijn actieve, glansrijke klinische en wetenschappelijke carrière op de afdeling neurologie van het HagaZiekenhuis. Die carrière stond volledig in het teken van patiëntenzorg, onderwijs, opleiding, wetenschap en levensbeschouwing. Het verbaasde dan ook niemand dat Theo daags na zijn afscheid alweer in de wandelgangen van het ziekenhuis gesignaleerd werd.”
Dr. R.R.F. (Rudy) Kuiters, neurochirurg
'Monnikenwerk' Iemand die zo lang intensief betrokken is geweest bij de vorming en verschijning die het HagaZiekenhuis nu is, kan en mag nog niet weg. De afgelopen tien jaar heeft de fusie heel veel tijd en energie gekost, maar is met succes voltooid. Op indrukwekkende wijze is het HagaZiekenhuis getrans formeerd naar een modern en ‘nieuw’ gebouw, dat toekomst bestendig is.
Leiding geven Nieuwe praktijkvoering en werkwijzen zijn ingevoerd, daarbij past ook een verandering van werken en onderwijs. De decaan is het hoofd van een faculteit op een universiteit. De decaan heeft de algemene leiding van de faculteit en is verantwoordelijk voor het bestuur en beheer van die faculteit. Decanus betekent ‘hoofd over tien’ (man), in katholieke kloostertermen, tien monniken. Wie anders dan Theo van Woerkom, die aan een veelvoud van tien (medische) monniken leiding heeft gegeven, zou deze functie kunnen vervullen. Het decanaat van de HagaAcademie was hem op het lijf geschreven, een functie waarmee hij mede kon bouwen aan de grote wens van zijn in 1989 overleden voorganger Bertus Endtz, om in Den Haag een Medische Hogeschool of Universitaire Dependance te stichten, te beginnen in het HagaZiekenhuis.
van onderzoek en publicaties. In de Centrale Opleidings Commissie speelde Theo een belangrijke rol. De continuïteit van de opleidingen werd bij de visitaties voorbereid met een generale repetitie in de vorm van proefvisitaties, en niet zonder succes.
Lesgeven tot kunst verheven Theo heeft de arts-assistenten en de coassistenten begeleid als ware het zijn kinderen en het nog zelf lesgeven tot kunst verheven. De oude bibliotheek kreeg een nieuwe moderne vorm. Met dezelfde voortvarendheid zette hij zich in voor een succesvolle STZ-visitatie van het ziekenhuis. Voor sommige personen bestaat geen pensioenleeftijd, maar op 70-jarige leeftijd acht Theo zelf de tijd rijp om zijn functie als decaan van de HagaAcademie over te dragen. Hij zal worden opgevolgd door dr.(Frank) Brus, kinderarts-neonatoloog. De HagaAcademie en het HagaZiekenhuis zeggen decaan Theo met pijn in het hart vaarwel, maar ik denk dat hij stiekem nog wel eens even gebeld zal worden voor een wijs en ervaren advies. De beller zal niet teleurgesteld worden. Het is een voorrecht geweest om vanuit de neurologie en de neurochirurgie met elkaar te hebben samengewerkt.
Structuur Met Theo’s bekende en innemende voortvarendheid is de begeleiding van de coassistenten ter hand genomen, kwam er structuur in het onderwijs, de voordrachten, de praatjes voor de coassistenten, de enquêtes en het stimuleren tot het doen HagaScoop | Augustus 2015
23
24
HagaScoop | Augustus 2015
Theo afscheid van het HagaZiekenhuis…, je haalt je schouders op en denkt, we zien hem volgende week wel weer ergens anders opduiken in een nieuwe functie. Ik vraag mij dan ook ten zeerste af of ik dit stukje wel echt moet schrijven en niet gewoon even moet wachten. Maar vooruit, je bent wel de eerste voor wie ik voor een tweede keer wat schrijf ter gelegenheid van een afscheid.
Dr. H.G.M. (Harry) Heijerman, longarts, opleider
Old teachers never die… Een tweede afscheid doet meer zeer dan een eerste, het zou nu wel eens echt zo kunnen zijn. Dan nemen we afscheid van een dokter, opleider, onderzoeker en decaan waar je niet zo makkelijk een ander voor kan vinden. Je opvolger staat een zware taak te wachten, maar ook een uitdaging. Want je hebt als eerste decaan van het HagaZiekenhuis veel voor elkaar gekregen. Met jou had ik, als voorzitter van de Centrale Opleidings Commissie (COC), het voorrecht om het modern opleiden in het HagaZiekenhuis vorm te mogen geven. Voorwaar geen makkelijke taak en zonder jouw onvermoeibaar optimisme en liefde voor het opleiden was het nooit zo geworden als het nu is.
Uitdaging Ook het voorbereiden van opleidingsvisitaties was een uit daging, zeker met het moderniseren van de opleidingen voor de opleidingsgroep niet altijd eenvoudig. Vele uren stak je in het voorbereiden van deze visitaties welke mede daardoor altijd een succesvolle uitkomst kenden. We gaan jou enthousiasme en onvermoeibare inzet heel erg missen. Maar ik ben er zeker van dat ik je ergens in de medische opleidingswereld wel weer eens tegen het lijf zal lopen. Daar zie ik naar uit! Het ga je, lang en in uitstekende gezondheid, goed.
Kwaliteit en belang AIOS voorop Niet het moderniseren maar ook het bewaken van de kwaliteit van de opleiding staat bij jou voorop. Een nieuwe opleiding verdien je niet zo maar, daar werd door jou nauwkeurig op gelet met altijd de kwaliteit en het belang van de AIOS voorop. De huidige kwaliteitcyclus in ons ziekenhuis is er dan ook een om trots op te zijn en je kent, doordat je bij vrijwel iedere vakgroep wel hebt gevisiteerd, het ziekenhuis misschien nog wel het best van ons allemaal.
HagaScoop | Augustus 2015
25
In 1598 vertrokken uit Rotterdam vijf schepen richting Azië. Het schip ‘de Liefde’ was de enige van deze vijf die uiteindelijk in april 1600 in Japan aankwam. Kort na de komst van de Nederlanders vond in Japan een heel belangrijke veldslag plaats die uiteindelijk leidde tot de eenwording van het Japanse rijk (de slag bij Sekigahara) en de vestiging van het Tokugawa Shôgunaat. Dit geschiedde indirect met de hulp van Nederlandse kanonnen die van het schip ‘de Liefde’ buitgemaakt waren.
Surimono In 1641 besluit de Shõgun Japan voor alle buitenlanders te sluiten en ook de Japanners mochten niet meer reizen. Dit mede nadat ook het katholicisme uit Japan was verdrongen en ver boden vanwege het ondermijnende karakter van de geestelijkheid voor het Shôgunaat. Ook dit geschiedde mede met de hulp van de Nederlandse aanwezigheid in de vorm van schepen met kanonnen. Hierna ontstaat een zekere rust en stabiliteit in Japan die tot de tweede helft van de 19e eeuw zou duren. Deze relatieve rust leidde ertoe dat de welvaart in de daarop volgde decennia langzaam maar zeker toenam. Het was juist de middenklasse die hiervan profiteerde terwijl de macht van de adel (de samurai) afnam. Uiteindelijk leidde de toegenomen welvaart ertoe dat het voor de middenklasse mogelijk werd het dagelijks leven te veraangenamen en een stedelijk ‘lifestyle’ begon in het begin van de 18e eeuw zijn vorm te krijgen. Deze duidelijk op plezier maar ook op cultuur gebaseerde levensstijl wordt wel Ukiyo genoemd wat letterlijk ‘het vliedende 26
HagaScoop | Augustus 2015
Dr. P.W. (Pierre) Wijermans, voorzitter Haga Wetenschapscommissie, voorzitter Haga Wetenschapsdag
leven’ betekent. Er ontstaan levendige ‘plezierwijken’ waar duidelijk meer gebeurde dan de prostitutie zoals dat in Westerse denken vaak wordt aangenomen. Naast de theehuizen met hun vermaak gaan onder andere het Kabuki theater en het sumoworstelen een grote rol spelen. Door de belangrijke plaats die deze vormen van vermaak bieden, ontstaat ook behoefte aan afbeeldingen van de helden van het theater en van de worstelaars. In de vorm van houtsneden die de acteurs en worstelaars uitbeelden wordt in deze behoefte voorzien. Deze vorm van ‘kunst’ wordt in navolging van de levensstijl ukiyo-e genoemd. Tussen 1700 en 1800 maakt de ukiyo-e een enorme technische vooruitgang door. De toegenomen kennis van de kunst van het snel en veelvuldig drukken van de houtsneden leidde ertoe dat ook geïllustreerde boeken makkelijker op de markt konden komen. De kunstenaars werden door de uitgevers veelvuldig gevraagd boeken te illustreren; niet alleen als kunstuiting maar ook voor onderwijs-
doeleinden. Zo schrijft Hiroshige, de belangrijkste ukiyo-e kunstenaar wat betreft landschapsprenten: “The publisher has asked me to publish my pictures of grasses, flowers, fishes, etc., which I have painted for amusement. I have accepted his offer and now issue this book, for the purpose of giving hints to children who wish to paint, though they have not yet begun to paint regularly in classes. Those grasses, trees, fishes, etc., which are not illustrated in this volume will be published later in successive volumes”. Met de opkomst van de middenklasse ontstaat onder sommigen van hen ook de behoefte aan actieve deelname aan culturele activiteiten zoals kalligrafie en dichtkunst. Er ontstaan clubs van dichters waarbij met name de kyoka een dichtvorm is die veel beoefend wordt. Deze dichtersverenigingen (Ren) gaan er toe over om hun gedichten te publiceren en naast de boekvorm ontstaat de traditie om dit te doen middels een houtsnede. Omdat vrijwel alle houtsneden bij de kunstenaar besteld worden door de uitgever die de risico’s draagt van de uitgifte ontstaat een andere vorm van houtsneden de zogenaamde surimono’s. Surimono’s zijn privé uitgegeven ukiyo-e. Deze werden vaak gemaakt met de meest dure technieken zoals blinddruk en metaaldruk. De dichtervereniging gaf ze uit bij speciale gelegenheden zoals nieuwjaar. De dichtclub benaderde dus de kunstenaar en de houtsnijder en de drukker. Hiermee konden zij zelf bepalen hoe de prent eruit zou komen te zien en hoe luxe de drukktechniek zou zijn. Onderwerpen die zich leenden voor dergelijke prenten waren er legio, maar belangrijke onderwerpen waren bijvoorbeeld gebeurtenissen in het verleden, helden en het teken uit de dierenriem van het nieuwe jaar. Het vieren van Nieuwjaar was de belangrijkste aanleiding voor de dichtclubs voor het uitgeven van een surimono.
van Atai Uji, thee inschenken. Zij is een historisch figuur die bekend werd door de zorg voor haar familieleden en de edu catie van de kinderen. Zij had niet alleen als weduwe de zorg voor haar twee kinderen, maar zorgde ook voor haar ouders en de kinderen van een overleden schoonzus. Het gedicht is van Shunmintei Tanenari.
Sakikaoru Hana no tsubomi no Kodakara ya Haru wa senkin Kono Atai Uji
Children are The buds of flowers Fragrantly blooming The spring brings Atai Uji A thousand pieces of gold
Hieronder een voorbeeld van dergelijke surimono’s.
Een surimono van de kunstenaar Totoya Hokkei (1780-1850) die hij maakte voor de dichtclub Hyôtan in 1822, het jaar van het paard. We zien King Mu uit de 11e eeuw met zijn beroemde paard. Beste Theo, deze korte geschiedenis is een voorbeeld dat ons leert dat vrede leidt tot verbetering van de leefomstandigheden voor de algemene bevolking wat tot gevolg heeft dat scholing mogelijk wordt een kunst kan gaan bloeien.
Een surimono van de kunstenaar Yashima Gakutei (1786-1864) die hij omstreeks 1821maakte voor de dichtclub Honcho (Honcho-ren). We zien Saki Taminaoshi no Anna, de dochter HagaScoop | Augustus 2015
27
28
HagaScoop | Augustus 2015
”In Dagblad Trouw las ik een artikel met de titel: ‘Kan hartcoherentie helpen een burn-out te voorkomen?’ Het trok mijn aandacht…”
B.M.A. (Bertie) van Spronsen, hoofd Congresbureau HagaAcademie
Een lesje ademhalen… ”In het artikel wordt Kees Blase geciteerd. Kees Blase studeerde af in de Medisch Fysica en de Andragologie, met een kandidaats neurobiologie. Hij werd geïnspireerd door het Amerikaanse Institute of HeartMath en bracht in 2000 de hartcoherentiemethodiek naar Nederland. Hiermee kon hij de verbinding tussen de neurowetenschappen en de klinische praktijk realiseren. Eerst in het onderwijs, en drie jaar later als mede oprichter van HeartMathNL in de gezondheidszorg en overheid. Om het wetenschappelijk en de klinische kwaliteit te kunnen waarborgen richtte hij in 2005 het HartFocus opleidings-en innovatieinstituut op. Behalve individuele behandeling, trainingen en opleidingen geeft hij regelmatig lezingen over HRV-biofeedback op wetenschappelijke congressen en conferenties in Nederland, Belgie, Duitsland, Engeland, Italie, Oostenrijk en Nieuw Zeeland.
Wat is hartcoherentie? Hartcoherentie, of beter gezegd: Autonomic Balance is de regelmatige, gebalanceerde afwisseling van versnelling en vertraging van de hartslag. Autonomic Balance wordt gemeten via hart ritmevariabiliteit (HRV), de maat voor het interval tussen hart slagen. Met de ademhaling kan de hartslag worden beïnvloed. Bij een goede balans in het autonome zenuwstelsel is er sprake van een gelijkmatig, ‘sinus’-golfachtig patroon in de hartritmevariabiliteit (HRV). De activerende en herstellende activiteit van het autonome zenuwstelsel zijn dan in balans. Hierdoor kan veel stress voorkomen worden zowel bij volwassenen, bijvoorbeeld met podium- of presentatieangst, als bij kinderen bijvoorbeeld met faalangst. (bron: http://www.hartfocus.nl/7/index.html#. VZkowWccTtQ)
Zingen, presenteren, ademhaling en stress Eerder zei ik al dat dit artikel mijn aandacht trok. Ik zal uitleggen waarom. Ik ben geen wetenschapper en kan daarom niet beoordelen of de aanpak van Blase wetenschappelijk werkt. Wat ik wel weet is dat ik als dirigent en zang-/presentatiecoach
altijd start bij de ademhaling. Geen koorrepetitie zonder een focus op de voeten, het middenrif, het hart, de longen en vervolgens het hele lijf. In eenvoudige ademhalingsoefeningen worden lijf en geest tot rust gebracht, maar belangrijker nog in het hier en nu. Dat dwingt het koor of de zanger zijn dagelijkse stress opzij te zetten. Evenals Blase beweert, leg ook ik de focus op een goede uitademing waardoor een gespannen gevoel naar de achtergrond verdwijnt en men maximaal kan presteren. Ditzelfde is toe te passen wanneer iemand een presentatie moet houden. Sprekers (meestal arts-assistenten of paramedici) die op de Haga Wetenschapsdag een voordracht houden, bieden wij aan een presentatietraining te volgen bij de HagaAcademie. Een goede presentatie begint altijd bij de persoon zelf. Het is verleidelijk om te denken dat de deskundige inhoud van de presentatie alles goed maakt, maar het tegendeel is waar. De presentatie moet immers overgebracht worden. Iedere luisteraar kent wel het benauwde gevoel wanneer een presentator achter de adem is, te snel en onverstaanbaar spreekt en geen contact maakt met het publiek. De grote boosdoener in dit soort situaties is angst of stress waardoor de hartslag omhoog gaat, de ademhaling versnelt, het stemgeluid wordt zwak en het liefst wil men er zo snel mogelijk vanaf zijn. Wanneer er serieus aandacht wordt besteed aan een adem halingsoefening vlak voor men het podium op moet, dan reduceert onherroepelijk de spanning en voelt men zich zekerder op het podium. Er zijn nog tal van andere factoren die kunnen bijdragen aan een goede podiumpresentatie, maar ademhaling is het begin en wanneer dit goed gaat vallen er vanzelf veel andere dingen op zijn plaats. Lieve Theo, je enorme brede interesse in zoveel verschillende zaken hebben mij het meest geboeid in jou. Het moet wel ergens over gaan. Geen koetjes en kalfjes. Je bent een voorbeeld voor velen, vooral omdat jij in staat bent om een leven lang te leren. Dat heb je afgelopen jaren op de HagaAcademie ook weer bewezen. Je leert mét en van én door elkaar. Ik zal je missen.” HagaScoop | Augustus 2015
29
”Ruim een jaar geleden kondigde Theo van Woerkom aan dat hij zijn werkzaamheden als decaan van de HagaAcademie per 1 april 2015 wilde beëindigen. Behalve dat ik door zijn aankondiging verrast werd vroeg ik mij meteen af: hoe moet het dan verder met de HagaAcademie en de medisch specialistische opleidingen in het bijzonder?”
Dr. F. (Frank) Brus, kinderarts, opleider
Rots in de branding voor de medisch specialistische opleidingen ”Nog maar net begonnen aan het voorzitterschap van de Centrale OpleidingsCommissie van het HagaZiekenhuis zag ik uit naar de samenwerking met de man, die geldt als de rots in de branding voor de medische opleidingen in het Haga Ziekenhuis. Terwijl de verf van de meeste opleidingscurricula nog maar nauwelijks is opgedroogd stapelen de volgende veranderingen zich alweer op. Van verticaal visiteren tot individualisering van de opleidingsduur, op al deze nieuwe zaken zal ook in het HagaZiekenhuis moeten worden ingespeeld. In de afgelopen jaren zijn wij er als opleiders aan gewend geraakt dat Theo van Woerkom als decaan en Marja van Buuren als beleidsmedewerker de meeste kolen uit het vuur haalden. Als één van die opleiders ben ik de eerste om te erkennen dat Theo in de afgelopen jaren de centrale figuur 30
HagaScoop | Augustus 2015
en stuwende kracht is geweest bij het implementeren en verder uitbouwen van het zogenaamde nieuwe opleiden in het HagaZiekenhuis. Toen ik in 2006 in het HagaZiekenhuis kwam werken was van dat moderne opleiden nog weinig te merken. Pogingen om vanuit een bescheiden opgetuigde HagaAcademie veranderingen te bewerkstelligen kwamen maar moeizaam van de grond. Uiteindelijk groeide met het aanscherpen van de landelijke regelgeving het besef dat er op het terrein van de medische vervolgopleidingen in het HagaZiekenhuis meer moest gebeuren. Besloten werd om overeenkomstig de structuur van de zorgeenheden, voor de HagaAcademie een directeur voor organisatorische taken en een decaan voor de opleidings-
inhoudelijke taken aan te stellen. De decaan moest bij voorkeur iemand uit de (eigen) opleidingsgelederen zijn. Theo was kort na zijn afscheid als neuroloog bereid om deze rol op zich te nemen. Was dit een logische keus? Eerlijk gezegd niet. Theo was een opleider van de oude stempel en ik betwijfelde of hij de aangewezen persoon was om al die nieuwlichterij, zoals velen destijds het moderne opleiden beschouwden, in het Haga Ziekenhuis te laten landen. Het is duidelijk dat ik het volledig bij het verkeerde eind heb gehad.
Professionalisering Theo is in de jaren zestig in Groningen tot neuroloog opgeleid. Vrijwel altijd vertelt hij dat er hard gewerkt moest worden, maar dat de sfeer goed was. Aan de hand van vele anekdotes vertelt hij met veel liefde over zijn opleidingstijd. Steeds weer geeft hij blijk van bewondering en groot respect voor professor Minderhoud, die destijds zijn opleider was. Het jaarlijkse opleidingsgesprek duurde over het algemeen kort; na 5 tot 10 minuten stond je weer buiten. Toch kende Minderhoud zijn assistenten door en door en toonde hij warme belangstelling voor hen. Vandaag de dag dient de medisch specialist in opleiding aantoonbaar competentiegericht opgeleid te worden. Niet alleen de opleider maar de hele maatschap (de zgn. opleidersgroep) heeft een collectieve rol bij het opleiden, dat in een positief en veilig klimaat dient plaats te vinden. Kritische, constructieve feedback is de hoeksteen van het opleiden en alle leden van de opleidersgroep moeten aantoonbaar aan eigen professionalisering als docent en begeleider werken. De opleiding en de leden van de opleidersgroep worden regelmatig door de artsen in opleiding beoordeeld. Hieruit komen verbeterpunten naar voren waarmee een opleiding vervolgens zijn voordeel kan doen. Nog altijd vragen sommigen zich af waarom dat moderne opleiden er gekomen is. Vroeger werd niet gesproken over competenties, laat staan dat er sprake was van feedback. Je werkte van acht tot acht en desondanks werden ook toen over het algemeen goede specialisten afgeleverd.
heid en aandacht van opleiders naar voren. Zo vanzelfsprekend was veilig en constructief opleiden dus blijkbaar niet. Het behoeft geen betoog dat iedere specialist in opleiding tot betere prestaties komt als het opleiden in een veilige omgeving gebeurt met voldoende aandacht voor constructieve individuele feedback. In Groningen wisten ze dat op de neuro logie blijkbaar al. De opleider fungeerde als rolmodel voordat dit was uitgevonden. Voor Theo was dit alles dus niet nieuw. Hij heeft zijn goede ervaringen van destijds meegenomen naar de huidige tijd en met verve toegepast in zijn rol als decaan. Hij is er als geen ander in geslaagd om opleidingsgroepen te helpen bij het vinden van hun weg naar het moderne opleiden. Alle medisch specialistische opleidingen beschikken intussen over een stevige basis waarop kan worden verder gewerkt.
Wat gaat de toekomst ons brengen? Zoals gezegd zijn de medisch specialistische opleidingen onderhevig aan voortdurende veranderingen. Zo blijkt de praktijk van alledag weerbarstig als het gaat om het concreet opleiden in die andere competenties dan het medisch handelen. Jonge specialisten blijken onvoldoende voorbereid op hun rol buiten de spreekkamer. In de komende jaren zullen de landelijke opleidingscurricula van de verschillende specialismen op dit punt ingrijpende aanpassingen ondergaan door het ontwikkelen van zgn. niet-klinische profielen zoals wetenschap, patiëntveiligheid en medisch leiderschap. Het specialisme gynaecologie en verloskunde is de andere specialismen daar intussen al in voorgegaan met het nieuwe opleidingsplan BOEG. De HagaAcademie heeft met Theo aan het roer al de eerste stappen gezet om cursussen voor arts-assistenten op te zetten op het gebied van ziekenhuismanagement- en financiering, onderwijs en wetenschappelijke vorming. De HagaAcademie zal zonder Theo verder gaan. Hij geeft het stokje aan mij over en ik zal alle zeilen bij moeten zetten om in de buurt van zijn prestaties te komen. Uiteraard gaan we de luide stem met het rauwe randje, de bedachtzame blik, de citaten van beroemde filosofen en de vele dikwijls hilarische anekdotes over “vroegâh” missen. Maar Theo zou Theo niet zijn als hij er niet voor had gezorgd dat we op eigen benen kunnen staan. Beste Theo, veel, heel veel dank daarvoor!”
Maar was het vroeger altijd zo goed? Steeds als Theo over zijn eigen opleidingstijd vertelt, wordt duidelijk dat er destijds op de afdeling Neurologie van het Academisch Ziekenhuis Groningen een veilig en positief opleidingsklimaat heerste. De opleider was een rolmodel voor zijn assistenten en toonde oprechte belangstelling voor hen. Maar een dergelijk opleidingsklimaat was in die tijd eerder uitzondering dan regel. Als ik tijdens ‘teach the teacher’ cursussen deelnemers vraag naar negatieve ervaringen uit hun opleidingstijd komen steevast voorbeelden van onveiligheid en gebrek aan betrokkenHagaScoop | Augustus 2015
31
32
HagaScoop | Augustus 2015
”De Griekse filosoof Socrates heeft tweeduizend jaar geleden al laten zien wat de belangrijkste stap voor het oplossen van een probleem is: Het stellen van de juiste vragen…”
H.J.M. (Hella) de Wit, coach, intervisiebegeleider medisch onderwijs HagaAcademie
Wat vind je hiervan? ”Door open vragen te stellen wordt de gesprekspartner uit genodigd veel informatie te geven. Dit in tegenstelling tot gesloten vragen waarop de ander alleen ‘ja’ of ‘nee’ kan antwoorden. Open vragen stellen is een basisvaardigheid om goede gesprekken te kunnen voeren. Een goede vraag stellen? Dat blijkt in de praktijk nog niet altijd mee te vallen. Toch is het voor iedereen die beroepshalve met anderen communiceert van groot belang om vragen te stellen die impact hebben. Want inderdaad, het stellen van vragen geeft stof tot nadenken. En het stellen van (goede/juiste/ relevante) vragen heeft een directe invloed op de kwaliteit van de communicatie en daarmee op de kwaliteit van de zorg.
Vragen stellen om de ander te begrijpen De meest open vraag begint met ‘Wat vind je van...” Dit is de beste manier om zoveel mogelijk informatie van de ander te krijgen, over zijn mening, zijn kennis, de waarden die hij hanteert en de gevoelens die hij bij een bepaald onderwerp heeft. “Wat vind je” is beter dan “wat denk je”, want daarmee wordt alleen gevraagd naar verstandelijke informatie. Daarmee wordt geen inzicht in de gevoelens van de gesprekspartner gekregen, terwijl die vaak nog belangrijker zijn dan zijn letterlijke mening. Met de vraag: ‘Wat vind je van…’ is men helemaal neutraal. In het antwoord op deze vraag kan de ander het meest van zichzelf laten zien. Vragen stellen is een goede manier om de wereld en de ander beter te begrijpen. Door vragen te stellen schept men orde in de wereld rondom ons. Er wordt beter begrepen wat er gebeurt en men komt tot nieuwe ideeën en oplossingen. Het stellen van vragen ligt ten grondslag aan het voeren van een dialoog. De kern van een dialoog is dat er ruimte is voor persoonlijke standpunten, zonder dat er geprobeerd wordt om de ander te overtuigen van de eigen mening. Bij de dialoog is er respect voor ieders zienswijze. De dialoog is zeer bruikbaar om standpunten uit te diepen en ook te krijgen voor ver schillende invalshoeken. Door een goede dialoog begrijpen
mensen beter wat de ander bezighoudt en waarom de ander doet wat hij doet.
Intervisie Deze open houding is ook een voorwaarde om op een goede manier intervisie te voeren. Intervisie is een gestructureerde vorm van gezamenlijke reflectie op een gedeelde beroeps praktijk. Begeleide intervisie beoogt het leren van ervaringen te versterken. Binnen het medisch onderwijs, en meer specifiek binnen het medisch onderwijs van het Hagaziekenhuis, wordt in toenemende mate gebruik gemaakt van (begeleide) intervisie. Evenals bij de dialoog is het (leren) stellen van (open) vragen binnen een intervisiebijeenkomst van essentieel belang om verdieping te krijgen in het standpunt cq. de beleving van degene die een praktijksituatie inbrengt. Het belang van reflectie binnen de medische beroeps uitoefening wordt inmiddels onderkend. Begeleide intervisie als onderwijsinstrument zal toenemen gezien de moderne opleidingseisen die aan opleidingen wordt gesteld (kaderbesluit CCMS 2011). Theo, enerzijds heb ik je leren kennen als iemand die heel stellig is. Anderzijds ken ik je ook als iemand die zichzelf continu vragen stelt. Dat siert je. Toen de vraag om begeleide intervisie voor dokters binnen het HagaZiekenhuis toenam, was jij een van de eersten die daar actie op ondernam. Dat is tekenend voor je. Je gaat adequaat, actief en constructief om met vragen die gesteld worden. Jij bent een pleitbezorger geworden voor het intercollegiaal reflecteren binnen de professionele beroepsuitoefening van artsen. Het stellen van vragen aan elkaar om daarmee te komen tot verdieping van het vak en de persoonlijke ontwikkeling van professionals. Op sommige momenten hoef je jezelf geen vragen te stellen en kun je heel stellig zijn: Ik wens je, samen met Marjo, het allerbeste!” HagaScoop | Augustus 2015
33
34
HagaScoop | Augustus 2015
“Geef me het werk dat bij me past en ik hoef nooit meer te werken” – Confucius
E.J. (Edith) Bense, sectormanager Haga Hartcentrum
Aan alle avonturen komt een eind “Lieve Theo, eind 2009 heb ik je leren kennen tijdens een sollicitatiegesprek. Ik herinner me nog het gesprek met vier verschillende interviewers met uiteenlopende meningen. Gelukkig belde je mij de volgende dag op en hebben we het gesprek in een kleine setting ‘overgedaan’.” “Zo werd ik begin 2010 lid van het Managementteam Neuropsy samen met Theo als Medisch Manager. Al snel werden we een hecht team. Theo’s enthousiasme en niet aflatende inzet werkten zeer aanstekelijk. Zo had hij als ervaren neuroloog, opleider en voormalig voorzitter van de Medische Staf veel zorg- en ziekenhuiservaring. Ik kwam van buiten en moest nog veel leren over de echte kneepjes van het ziekenhuisvak. Theo was daarbij altijd bereid tot uitleg. Of het nou ging over de werking van het brein, het syndroom van Gilles de la Tourette, de fusie van twee ziekenhuizen, het managen van een maatschap of RVE, goed leiderschap, films en/of boeken; altijd had Theo een gefundeerd oordeel of een mooi verhaal.” “Ik herinner me het inspirerende bezoek aan Helios en onze wandeling door Berlijn. Onze gesprekken over de verhouding tussen managers en professionals en de noodzaak van innovatie in de zorg. Ik weet nog goed dat ik tijdens een vakantie het bericht kreeg ‘uw contract wordt niet verlengd’. Het bleek een fout in het systeem. Ik wist dat het niet waar kon zijn en moest er ook om lachen. Jij was echter boos. Je schreef naar P&O dat dit op een ‘ernstig misverstand’ moest berusten.
‘Mevr. Bense gaat helemaal niet met ontslag, zij is sector manager van de RVE Hoofd/Hals en is van plan nog jaren hier te blijven.’ ” “We hadden in die tijd bijna dagelijks contact en onze eigen ‘Keek-op-de-Week’. Goede patiëntenzorg en patiëntveiligheid stonden altijd voorop. Daar waren degelijke plannen voor nodig en je pakte zaken voortvarend aan. Je was een bevlogen manager met hart voor de zaak. Een betere collega kon je je niet wensen.” “Na ruim twee en een half jaar stopte je als medisch manager. Je schreef: ‘Aan alle avonturen komt een eind. Zo ook het delen van het management met jou’. Je ging als Decaan bij de HagaAcademie werken. Het Nieuwe Opleiden werd je doel. Ook hiervoor zette je je met veel energie in. Gelukkig hielden we nog contact en was er soms tijd om elkaar te zien en bij te praten onder het genot van een kopje koffie in het ziekenhuis of een gezellig etentje samen met Marjo en Ab. Je gaat nu met pensioen, aan jouw Haga-avontuur komt een eind. Ik kan mij niet voorstellen dat je het rustiger aan gaat doen. Jou kennende zal je je altijd blijven inzetten voor een goed doel of een mooie reis maken. Ik gun je een hele lange, goede tijd samen met Marjo en veel wandelingen met jullie hond Sugar. En mochten jullie weer eens op reis gaan, weet dan dat Sugar bij ons altijd welkom is.”
HagaScoop | Augustus 2015
35
In de TV-Show van 15 februari 2015 zag ik een interview met Daan Roosegaarde. Daan is een pionier, ontwerper en kunstenaar. Hij heeft het verlangen te ontdekken en wil dit vertalen om de wereld beter te maken. Zijn motto is: DOEN. Hier de eerste overeen komst met Theo.
F.J. (Frank) Tetteroo, manager HagaAcademie
Mijn Daan Roosegaarde Een van de innovaties van Daan is een ‘smart highway’. De lijnen van lichtgevende verf laden licht overdag op en ’s nachts geven zij licht. Een wegdek wat reageert op de temperatuur. Als het onder de nul graden is verschijnen er patronen van ijskristallen. Lantarenpalen die aangaan als er een voertuig aankomt en
uitblijven als er niemand is. Elektrische auto’s worden auto matisch opgeladen door middel van inductie in het wegdek. Met gebruik van bestaande inzichten, openstaan voor nieuwe inzichten. Iets nieuws bedenken. Hier is de tweede overeenkomst. Daan is authentiek, niet een mens zoals alle anderen. Hij inspireert, is vernieuwend en is no-nonsense. Hiermee de derde overeenkomst. Daan heeft het motief van de sterrennacht gebruikt voor zijn innovatie ‘het verlichte fietspad’ in Nuenen. Vincent van Gogh heeft ‘de sterrennacht’ geschilderd in het ziekenhuis van SaintPaul-de-Mausole in Saint-Rémy-de-Provence, in juni 1889. Op het moment dat Vincent van Gogh het schilderij schilderde voelde hij een sterke drang naar religie. Hier de vierde overeenkomst. Theo, jij bent mijn Daan Roosegaarde. Ik heb van je inzichten, je persoonlijkheid, je authenticiteit genoten. Ik ga je missen. Ik wens je al het goeds voor de toekomst. Ik verwacht dat wij elkaar in de toekomst zeker zullen ontmoeten, daar kijk ik naar uit.
36
HagaScoop | Augustus 2015
COLOFON HagaScoop is het wetenschappelijk magazine van het HagaZiekenhuis, uitgegeven door de HagaAcademie. Deze uitgave is speciaal gemaakt vanwege het afscheid van Theo van Woerkom, decaan aan de HagaAcademie. Uitgave: augustus 2015 Hoofdredactie: E.G. (Elly) van Schaik (tevens eindredactie en coördinatie), Communicatie HagaZiekenhuis F. (Femke) van der Sman, wetenschapscoördinator HagaAcademie Fotografie: Studio Oostrum E.G. (Elly) van Schaik en eigen foto's auteurs Vormgeving: De VormCompagnie, Houten Productie en contact: HagaZiekenhuis, afdeling Communicatie Leyweg 275, 2545 CH Den Haag telefoon 070 - 210 1893
[email protected] Het HagaZiekenhuis aan de Leyweg heeft een geweldige metamorfose ondergaan. Het Juliana Kinderziekenhuis, Haga Juliana Geboortecentrum, Geboortehotel Haga en RonaldMcDonald Huis zijn sinds 29 april 2015 onder één dak in de prachtige nieuwbouw gehuisvest. Ook de Kinder SEH verhuisde op hetzelfde moment naar het Haga Spoedplein aan de Leyweg. Een inspirerende omgeving waar het fijn werken is voor iedere medewerker.
Oplage: 750 exemplaren
© Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatisch gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld. Evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie.
Locatie Leyweg Leyweg 275 2545 CH Den Haag Telefoon 070 - 210 00 00 Locatie Sportlaan Sportlaan 600 2566 MJ Den Haag Telefoon 070 - 210 00 00 Locatie Juliana Kinderziekenhuis Leyweg 275 2545 CH Den Haag Telefoon 070 - 210 00 00 Locatie Zorgplein Westland Zandeveltplein 3 2692 AH ’s Gravenzande Telefoon 0174 – 417 227 www.hagaziekenhuis.nl