Samen Gezond in Groot Amsterdam
ad en t S e t Gro org z s d i e dh Gezon
4. In gesprek met... Eric van der Burg
8. Gezondheid en gezondheidszorg in Amsterdam
18. Zorgverlening in de grote stad is complex en duur
22. College Grote Stad en Gezondheidszorg
2014 01
Inhoud
04
3 Grote Stad en Gezondheidszorg
Grote Stad en Gezondheidszorg
4 In gesprek met... Arnoud Verhoeff 6 In gesprek met... Eric van der Burg 8 Gezondheid en gezondheidszorg in Amsterdam
06
Hoe gezond zijn bewoners in de grote stad? Zijn er verschillen tussen de gezondheidsvraagstukken in de grote stad en daar buiten? Wat betekent dit voor beleid en praktijk? Deze vragen staan centraal in deze SIGRA Informatief en sluiten
13 Invloed van etnische afkomst vaak overschat bij depressie
aan bij het onderzoeksprogramma van de bijzondere leerstoel Grote Stad en Gezondheidszorg.
14 In gesprek met... Anouk Gomes en Rieta van Staalduine 16 In gesprek met... Rob van Dam 18 Zorgverlening in de grote stad is complex en duur 20 In gesprek met... Jolanda Buwalda 22 College Grote Stad en Gezondheidszorg: delen en vertalen
18
van wetenschappelijke inzichten naar de praktijk 24 Gezondheidsbevordering voor een multi-etnische populatie 26 In gesprek met... Karen den Hartog en Guido Kroon 28 Prestatie-indicatoren voor de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg 30 Roze ouderen: aandacht voor een vergeten groep
Deze leerstoel wordt al tien jaar gedragen door SIGRA en Achmea,
Deze SIGRA Informatief laat de actuele wetenschappelijke
in samenwerking met de gemeente Amsterdam. We weten dat
ontwikkelingen rondom deze drie thema’s zien en laat beleidsmakers
de zorgverlening in een grootstedelijke leefomgeving anders
en mensen op de werkvloer aan het woord over deze thema’s.
van aard is dan daar buiten. Een afwijkende demografische
Hiermee willen we u als lezer informeren en inspireren. Dat doen we
samenstelling speelt hierin een rol, maar ook het grote aanbod van
ook eens per jaar op een andere wijze, namelijk tijdens het College
verleiding én van zorgdiensten. Werknemers in de Amsterdamse
Grote Stad en Gezondheidszorg. Een college voor zorgmedewerkers
zorg- en welzijnssector hebben hier dagelijks mee te maken en
uit de grote steden, ieder jaar rondom een ander thema, met
wetenschappelijk onderzoek geeft ons elke dag meer inzicht in wat
inspirerende sprekers uit de wetenschap. Dit jaar ging het college
we in de zorgverlening in de grote stad kunnen verwachten.
over ‘Draagvlak voor eigen gezondheid in de stad’. In deze SIGRA Informatief vindt u reacties van de bezoekers op dit college. SIGRA
22
De leerstoel Grote Stad en Gezondheidszorg heeft als doel de
en Achmea zijn inmiddels alweer bezig met de voorbereidingen
praktijk en de wetenschap van zorgverlening in de grote stad
voor het college van 2014, dat in het voorjaar zal plaatsvinden. We
dichter bij elkaar te brengen. Bijzonder hoogleraar Arnoud Verhoeff
informeren u binnenkort via onze website en nieuwsbrief over de
bekleedt de leerstoel nu al zes jaar en zit inmiddels in zijn tweede
precieze datum en het thema. Raakt u geïnspireerd door deze SIGRA
termijn. Het thema van de leerstoel is heel breed en daarom is er in
Informatief, bezoek dan zeker het college!
de tweede termijn een focus gelegd bij drie centrale thema’s: 1. Eigen verantwoordelijkheid voorop
26
2. Zorg in de buurt 3. Diversiteit in de langdurige zorg
Veel leesplezier!
Mariëtte van der Lans Beleidsmedewerker SIGRA o.a. verantwoordelijk voor het thema Grote Stad en Gezondheidszorg.
De SIGRA Informatief is een uitgave van SIGRA (Samenwerkende Instellingen Gezondheidszorg Regio Amsterdam). De SIGRA Informatief verschijnt circa twee keer per jaar als themanummer, met meer achtergrondinformatie over een actueel onderwerp in SIGRA-verband. Hoofdredactie Saskia Schalkwijk Eindredactie Wendy Rinzema Redactieadres Maassluisstraat 574A 1062GZ Amsterdam Tel: 020 512 88 88 E-mail:
[email protected] Website: www.sigra.nl Overname artikelen Overname van artikelen is toegestaan mits de bron wordt vermeld. Vormgeving Brandwave Drukwerk Brandwave Oplage 3000
30
3
In gesprek met... Arnoud Verhoeff Bijzonder hoogleraar Grote Stad en Gezondheidszorg
“Mijn ambitie is de uitwerking van de verschuiving naar de participatiesamenleving goed te monitoren”
Lees meer over de op Zelfredzaamheid-Matrix matrix.nl eid mh zaa red elf w.z ww
burgers. Ze zetten in op meer preventie en een verandering in de werkwijze van professionals in zorg en welzijn. Ik verwacht de eerste resultaten begin volgend jaar en dan verschijnt er ook een artikel over de werkwijze in het Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen (TSG).”
Auteur: Mariëtte van der Lans, SIGRA Arnoud Verhoeff is sinds 1997 hoofd van de afdeling epidemiologie, documentatie en gezondheidsbevordering bij de GGD Amsterdam en sinds 2007 bijzonder hoogleraar Grote stad en Gezondheidszorg aan de UvA. Hij is primair bezig met onderzoek naar de gezondheidstoestand en gezondheidsbevordering in de regio Groot Amsterdam. Zijn werkzaamheden voor de leerstoel Grote Stad en Gezondheidszorg sluiten hierbij goed aan en verruimen zijn blik naar andere grote steden.
“Dat is lastig te beantwoorden, want de resultaten zijn ontzettend divers. Ik vind het een erg mooi resultaat dat het thema grote stad en gezondheidszorg in brede zin beter erkent wordt en op de agenda staat. Vanuit de leerstoel genereren we kennis die relevant is
Wat is het belang van de leerstoel?
(voor de wijkzorgteams). Deze aanpassing vraagt om breder
“De leerstoel is belangrijk, omdat de gezondheidszorg in de grote
te kijken dan de doelgroep, maar juist ook de professionals
stad voor zowel de praktijk, de beleidsmakers en de wetenschap
die met de doelgroep werken mee te nemen. De blik of het
Is er veel veranderd in de zes jaar dat u de leerstoel bekleedt?
toch bijzonder is. Achmea en SIGRA, de dragers van de leerstoel,
referentiekader van een professional uit de maatschappelijke
“De laatste jaren is de definitie van gezondheid veranderd. Toen
onderkennen het belang om vanuit een wetenschappelijke
opvang verschilt van de blik van een wijkverpleegkundige. De
ik begon werd gezondheid gemeten naar vitaliteit. Nu wordt
blik naar de gezondheidszorg in de grote steden te kijken.
Zelfredzaamheid-Matrix is echt ontwikkeld als hulpmiddel voor
gezondheid gemeten naar participatie. Werd er eerder gekeken naar
Deze organisaties laten hiermee zien dat de wetenschap het
de professional en niet als instrument voor indicatiestelling. Voor
beperkingen, nu draait het om mogelijkheden. Aan de andere kant
beleidsproces kan ondersteunen en versterken. Ik zie dat terug in
een bredere inzet is minimaal validatie van het instrument nodig!
hebben we het nog steeds over dezelfde thema’s in de stad, zoals
mijn werk. Ik heb een netwerk dat breder is dan de wetenschap
Waar de matrix nu gebruikt wordt als hulpmiddel verzamelen
gezondheidsachterstanden, meer gezondheidsproblematiek en de
en zit aan tafel bij beleidsmakers en uitvoerders.”
we gegevens voor analyses, die we de komende twee jaar gaan
diversiteit in de bevolking. Er zijn wel thema’s die meer aandacht
uitvoeren, om onder andere de validiteit na te gaan. Het risico is
hebben gekregen. Ik noemde eerder al zelfredzaamheid. Daarnaast
hier dat de praktijk op de wetenschap vooruit gaat lopen.
is er meer aandacht voor mantelzorgers en vrijwilligers in de zorg.
Welke thema’s zijn nu actueel?
voor praktijk en beleid, daar mogen we trots op zijn.”
Ik zie in de ontwikkelingen zeker ook een grote-stadscomponent.
“Zelfredzaamheid is ontzettend actueel. Ik ben nauw betrokken
4
Wat vindt u een mooi resultaat van de leerstoel?
bij de ontwikkeling van de Zelfredzaamheid-Matrix binnen mijn
Een ander thema waar ik momenteel veel aandacht aan besteed
In de grote steden hebben we een boven proportioneel aantal
afdeling bij de GGD. Deze is een aantal jaar terug ontwikkeld
is de ‘geïntegreerde zorgaanpak’. Er loopt nu bijvoorbeeld
alleenstaanden met een beperkt netwerk. Op deze mensen heeft de
voor de ondersteuning van professionals werkzaam in de
een evaluatieonderzoek naar de projecten ‘Beter samen in
nieuwe definitie van gezondheid mogelijk een andere uitwerking.
maatschappelijke opvang. Wij zijn nu bezig de Zelfredzaamheid-
Amsterdam Noord’ en ‘Overvecht gezond!’ in Utrecht. Beide
Mijn ambitie is dan ook om de komende jaren de uitwerking van de
Matrix te verbreden naar andere doelgroepen, zoals gezinnen
projecten draaien om het terugbrengen van de zorgconsumptie
verschuiving naar een participatiesamenleving goed te monitoren.”
(voor de ‘Samen DOEN’ teams) en ouderen of chronisch zieken
in de 1stelijn en het sneller op de juiste plek behandelen van
Eric Arnoud van der Verhoeff Burg
De Bijzonder Amsterdamse hoogleraar wethouder Grotezorg. Stad en Gezondheidszorg 5
In gesprek met... Eric van der Burg De Amsterdamse wethouder Zorg en Welzijn
de wijk. Intussen zal er in de stad altijd een groep mensen zijn die het niet zelf kan. Voor hen moet je als samenleving wat regelen. Om
Auteur: Sofie Coronel, freelance journalist
daar ruimte voor te maken, moeten we wel zo veel mogelijk mensen
Wat is de Amsterdamse visie op de transities in de zorg?
dak- en thuislozen en verslaafden. Een ander verschil is dat er
“Vanaf 2015 wordt in Amsterdam zorg en ondersteuning via
in Amsterdam veel mensen zijn die geen mantelzorgers in hun
wijkzorgteams aangeboden. Hiervoor wordt de stad in 22
directe omgeving hebben.”
gebieden opgedeeld. In deze wijkteams stellen de huisarts, wijkverpleegkundige en maatschappelijk werker, in overleg met degene die de zorg nodig heeft, zorg op maat samen. De wijkverpleegkundige, buurtconciërge en buurtregisseur registreren en signaleren. Amsterdam krijgt te maken met omvangrijke veranderingen in de zorg. De voorstellen van het kabinet leiden tot meer taken voor de gemeente, die met minder budget moeten worden vervuld. Belangrijk is dat mensen in Amsterdam gebruik kunnen blijven maken van een Persoonsgebondenbudget. Ik vind
“Professionals beseffen nog onvoldoende hoe groot de cultuurverandering is”
in hun kracht zetten om het zelf te doen.”
Wat leer je van kleinere gemeentes rondom Amsterdam? “De aantallen zijn daar zo klein, dat ze bijna ieder individueel
“Ik vind het belangrijk dat mensen een vrije keus hebben, als de zorg niet via algemene voorzieningen kan worden opgelost”
het ontzettend belangrijk dat mensen een vrije keus hebben, als de
geval in de staf kunnen bespreken. Dat zal bij ons niet gaan. Wat wij wel leren van kleine gemeentes is dat je met echt maatwerk en creativiteit een heel eind komt. Daarom vind ik het belangrijk om de zorg en begeleiding op wijkniveau te organiseren. Men wil wel aan de slag, maar beseft nog onvoldoende hoe groot de cultuurverandering is. Veel mensen denken: we doen hetzelfde, alleen net een beetje anders. Maar nee, je moet echt stoppen met bepaalde activiteiten en andere activiteiten voor beperkte groepen gaan opzetten. Intussen kan ik me voorstellen dat mensen dan
zorg niet via algemene voorzieningen kan worden opgelost. Niet alle
Burgers moeten hun zorg meer zelf organiseren. Hoe moet
denken: eerst zien, dan geloven. 1 januari 2015 is nog ver weg. Er
gemeenten zullen dit overnemen.”
het met mensen die geen mantelzorgers hebben?
moet bovendien nog een besluit worden genomen.”
“Ik ben ervan overtuigd dat de zorgconsumptie daalt als het ons
6
In hoeverre verschilt de Amsterdamse situatie van die
lukt om eenzaamheid tegen te gaan. Als we mensen meer in een
Hoe ver zijn we nu met de nieuwe aanpak?
buiten de grote stad?
sociale omgeving krijgen. We willen mensen zo veel mogelijk
“We zouden in januari 2014 met een pilot starten in
“Wij hebben een ander soort problematiek, een grotere omvang.
thuis en in de wijk de ondersteuning bieden die ze nodig hebben.
vijf Amsterdamse buurten. Hier gaan we verschillende
Denk aan de 2.500 mensen die wegens psychische problematiek
Dat is goedkoper, maar belangrijker is dat mensen langer veilig
wijkzorgconcepten testen. Nu is duidelijk geworden dat de
begeleiding krijgen. Of aan de 250 mensen die dat krijgen
en verzorgd thuis kunnen blijven wonen en zo lang het kan grip
verantwoordelijkheid voor de verzorging voor het grootste
vanwege hun visuele handicap. Er zijn ook gemeenten waar de
houden op hun eigen leven. Met het beleid om langer thuis te
deel bij de zorgverzekeraar komt te liggen. We moeten met de
totale zorgbehoefte 250 mensen is. Ook zijn er in Amsterdam
wonen, neemt het risico op eenzaamheid toe. Dus zullen we meer
zorgverzekeraar goed de taakverdeling afstemmen. De pilot hebben
veel meer mensen die in de maatschappelijke opvang zitten,
laagdrempelige dagbestedingactiviteiten moeten organiseren in
we daarom tot april 2014 uitgesteld.”
Eric van der Burg
De Amsterdamse wethouder Zorg en Welzijn 7
Gezondheid en Gezondheidszorg in Amsterdam Zijn Amsterdammers gezond? De meesten wel blijkt uit onderzoek. Toch zijn er nog steeds groepen Amsterdammers die er qua gezondheid minder goed voor staan. Deze situatie is - op onderdelen - aardig vergelijkbaar met de gezondheid van de inwoners uit de andere drie grote steden, Utrecht, Den Haag en Rotterdam. De kenmerken van inwoners van de grote stad zijn anders dan die van inwoners uit de rest van het land. Dit heeft tot gevolg dat ook het zorggebruik anders is dan in de rest van het land. Wat betekent dit voor de gezondheidszorg en wat voor invloed heeft dit op het werk van de mensen op de werkvloer? Amsterdammers voelen zich gezond Driekwart van de volwassenen ervaart de eigen gezondheid als goed tot zeer goed. Laagopgeleiden en ouderen voelen zich minder gezond dan andere groepen in Amsterdam.
Henriëtte Dijkshoorn, projectleider en onderzoeker bij de GGD: Ik heb meegewerkt aan de Amsterdamse gezondheidsmonitor 2012 en wat opvalt ten opzichte van de vorige peiling (2008), is dat het aantal psychische klachten en het aantal rokers gelijk is gebleven. Het alcoholgebruik is iets gedaald en de eenzaamheid onder de
Noord 68%
West 75%
Nieuw-West 67%
Centrum 85%
Zuid 81%
tot 73% 73% tot 79%
Oost 76%
Zuid-Oost 70%
79% en meer
Amsterdammers is juist gestegen. In de aandachtwijken Noord, Nieuw West en Zuidoost ervaren de inwoners hun gezondheid
Burgers in
grote steden
Berri Sciarone, zorgbemiddelaar Niet-aangeboren Hersenletsel bij Heliomare: NAH-cliënten zijn door hun beperkingen vaak niet meer in staat om goed te plannen, initiatieven te nemen en keuzes te maken.
- Zijn jonger
We zien een toename van NAH-cliënten op de wachtlijsten voor
- Zijn vaker allochtoon
geholpen worden bij hun hulpvraag. Voor diverse hulpvragen is
- Consumeren meer zorg
geen zicht op de verplichte kosten. Door de oplopende kosten
verlener te bezoeken
Zij nemen geen medicatie, krijgen te maken met complicaties,
- Kennen per verzekerde hogere zorgkos ten
kan zijn.
- Zijn armer (lagere Sociaal Economische Stat us)
schuldhulpverlening. Hierdoor kunnen mensen vaak niet op tijd
- Wonen vaker alleen of alleen mét kinderen
een eigen bijdrage in de zorgkosten verplicht. Cliënten hebben
- Nemen vaker zélf het init iat ief om een zorg-
zien zij af van zorg. Zij komen terecht in een vicieuze cirkel.
- Gebruiken meer medicijnen
waardoor in het ergste geval een ziekenhuisopname het gevolg
- Zijn vaker psychisch ongezond
- Kampen vaker met langdurige aandoeningen - Drinken meer alcohol - Roken meer
- Gebruiken meer drugs
- Kinderen hebben meer overgewicht
SEH Verpleegkundigen Nico van der Doelen en Conny de Vaal, SEH OLVG: Hier in de grote stad heb je veel te maken met mensen die
eerder als matig of slecht, dan Amsterdammers uit andere wijken.
op eigen initiatief naar het ziekenhuis komen om geholpen te
Uit onderzoek blijkt dat niet-westerse Amsterdammers hun
worden. Meer dan de helft van onze cliënten zijn zelfverwijzers.
gezondheid vaker als matig tot slecht ervaren dan autochtone
Mensen willen de zorg hebben op het moment dat het hun
Amsterdammers. Ook ouderen voelen zich minder gezond en
uitkomt en denken vaak dat spoedeisende hulp te maken heeft
vrouwen ervaren meer psychische klachten. Lager opgeleiden
met de snelheid van het afhandelen. Als een patiënt niets ernstigs
en Amsterdammers van niet-westerse herkomst kampen vaker
mankeert, adviseren wij om naar de huisarts te gaan of naar de
met overgewicht. Bij bepaalde risicogroepen is er sprake van een
huisartsenpost (HAP). Dan zijn de mensen ook hun eigen risico
stapeling van factoren die invloed hebben op de gezondheid.
niet zomaar kwijt.
Gezondheidsbeleving per stadsdeel: percentage inwoners van 19 jaar en ouder dat de gezondheid als (zeer) goed ervaart.
Lees verder op de volgende pagina
8
9
Amsterdammers houden van snoepen, een sigaret en een borrel De landelijk dalende trend van het totaal aantal rokers zien we niet terug in Amsterdam. Amsterdam telt, net als Den Haag en Rotterdam meer rokers dan gemiddeld in Nederland. Utrecht zit onder het landelijk gemiddelde. Amsterdammers drinken ook meer dan gemiddeld in Nederland. Utrecht, Den Haag en Rotterdam zitten op het landelijk gemiddelde. Bijna een kwart miljoen Amsterdammers zijn te zwaar, 70.000 Amsterdammers hebben obesitas. Ten opzichte van Nederland ligt het cijfer voor overgewicht in de G4 iets lager, behalve bij kinderen. 28,4%
33,5%
23,6%
17,2%
20%
14,5%
39,7%
50%
25%
0%
43,6%
35,9%
Neel Schouten, afdelingsmanager ACT-team en
werker bij Doras:
projectleider implementatie verslaving en psychiatrie bij GGZ Ingeest:
Ik zie zeker kenmerken van de grootstedelijke problematiek terugkomen in mijn werk. Mensen wonen in de stad dicht op
Dat mensen vaker psychisch ongezond zijn is herkenbaar.
elkaar, maar hebben nauwelijks contact met elkaar. Overlast
Ik zie een toename van mensen die zich melden met een
van buren komt veel voor. Er zijn veel woonverbanden die niet
depressie en langdurige trajecten volgen. De ACT-teams
Drinken zwaar en/of overmatig (man) Drinken zwaar en/of overmatig (vrouw)
vrijwillig gekozen zijn: mensen die gaan scheiden, jongeren die
behandelen mensen met meervoudige, ernstige psychiatrische
thuis blijven wonen of meerdere gezinnen onder één dak, omdat
problematiek. Onze cliëntengroep verschilt, afhankelijk van
zij geen eigen huis kunnen betalen. Deze situaties leiden vaak tot
de populatie in de wijk. In sommige wijken heerst er meer
Overgewicht Overgewicht (man) Overgewicht (vrouw)
stress en psychische klachten. Een ander voorbeeld is de grote
armoede. De bewoners hebben te maken met financiële
groep (alleenstaande) allochtone moeders met kleine kinderen
problemen, geen overzicht op de oplopende schulden en
die thuis zitten. Zij begeven zich vaak alleen in hun eigen circuit
meer somatische klachten. In multiculturele wijken heb je
en zijn niet betrokken bij de begeleiding van hun schoolgaande
meer te maken met de zogenoemde ‘eerste-derde-generatie-
Amsterdammers van 19 jaar en ouder die... Roken Roken (man) Roken (vrouw) Drinken zwaar en/of overmatig
Ronny Bohnenn, algemeen en schoolmaatschappelijk
Vanessa Pen, manager Obesitas Centrum Amsterdam
Annelies Schrale, teamcoach complexe zorg en Miriam
kinderen, omdat zij de Nederlandse taal nauwelijks spreken. Via
problematiek’. Door het werken met een divers samengesteld
(OCA), onderdeel van het SLAZ:
Akrarry, afdelingshoofd Korsakov bij Amsta:
‘eigen kracht groepen’ proberen wij mensen uit hun isolement te
team krijg je veel beter door wat er speelt bij een cliënt.
halen en te stimuleren om iets te ondernemen. Doras biedt diverse
Typisch stedelijk is, dat mensen zich aan de ene kant kunnen
activiteiten aan, zoals fiets- en bewegingsclubs, taallessen en
verschuilen en in anonimiteit kunnen leven en aan de andere
groepen voor gezonde voeding.
kant sneller in een isolement raken.
Jaarlijks voeren wij ruim 400 operaties uit. De grootste leeftijdsgroep
Korsakovpatiënten hebben als gevolg van veel drank en/of
bij het OCA ligt tussen de 30 en 55 jaar, maar ik zie ook steeds meer
druggebruik cognitieve schade opgelopen. Het belangrijkste
twintigers. Naast overgewicht lijden de patiënten vaak aan andere
kenmerk is geheugenverlies. De mensen die hier binnenkomen
aandoeningen, zoals suikerziekte, slaap apneu en hoge bloeddruk.
hebben een ongezond leven achter de rug en kampen met
Overgewicht is zichtbaar. Mensen met overgewicht schamen zich
verschillende aandoeningen. Wij signaleren als tendens een
vaak voor hun lichaam en kunnen hierdoor in een isolement raken.
verzwaring van de zorg. Er komen meer mensen met een
Psychische klachten en eenzaamheid komen veel voor in Amsterdam, zelfs vaker dan gemiddeld in Nederland. Zeven procent van de volwassenen
Opvallend genoeg associëren de meeste patiënten overgewicht
complexe zorgvraag binnen en de combinatie van aandoeningen
– dat zijn ongeveer 45.000 Amsterdammers - kampt met ernstige psychische klachten. Ook in de ander drie grote steden (Utrecht, Den Haag en
niet met ziek zijn. Wil je op de lange termijn iets bereiken, dan
varieert. Ook worden de maatschappelijke ontwikkelingen binnen
Rotterdam) zijn meer dan gemiddeld mensen psychisch ongezond.
is het belangrijk om te werken aan een gedragsverandering bij
de zorg zichtbaar. Waar voorheen bijvoorbeeld een deel van
mensen. Hiervoor moet je eerst ontdekken waar het probleem
de Korsakovpatiënten doorverwezen werd naar de GGZ, vallen
zit, is het een psychisch probleem, een verkeerd eetpatroon of te
deze nu onder de verpleeghuiszorg. Deze verschuiving vraagt
weinig beweging? Voor de verwijzers, zoals huisartsen, internisten,
meer expertise in onze dienstverlening. Wij spelen in op deze
longartsen en orthopedisten worden bijeenkomsten georganiseerd,
veranderingen door de kwaliteit in huis te verbeteren, waarbij we
zodat zij beter kunnen doorverwijzen.
bijvoorbeeld verzorgenden I.G. opleiden tot verpleegkundigen.
Veel psychische klachten
10,6% 20%
10%
0%
8,4%
8,7%
13,8%
14,2%
10,6%
11,5%
Amsterdammers met (zeer) ernstige eenzaamheid (%) Totaal 19-34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65-74 jaar 75 jaar en ouder
Lees verder op de volgende pagina
10
11
Angela Ruigrok, participatiemedewerker bij Dynamo: Hoewel ouderen de grootste groep vormen van onze cliënten, krijgen wij ook (alleenstaande) ouders met jonge kinderen en kwetsbare groepen met psychische problematiek vanaf 23 jaar over de vloer. Wij organiseren diverse activiteiten om hen
Bronnen De gegevens in dit artikel komen uit:
de gelegenheid te bieden een sociaal netwerk op te bouwen.
Invloed van etnische afkomst vaak overschat bij depressie Auteur: Agnes Schier, promovenda leerstoel Grote stad en Gezondheidszorg
Hierdoor worden mensen uit hun isolement gehaald en kunnen
• De Amsterdamse Gezondheidsmonitor
zij met elkaar in gesprek en uiteindelijk de zorg met elkaar
2012 van de GGD Amsterdam. Dit is het
In tegenstelling tot wat wel wordt aangenomen, speelt afkomst geen belangrijke rol in de ontwikkeling van angst en depressie
delen. ‘Koffie met je kleintje’ is bijvoorbeeld een activiteit
vierjaarlijks gezondheidsonderzoek van de
bij niet-Westerse migranten. Depressie komt weliswaar iets vaker voor in sommige bevolkingsgroepen, maar de kenmerken van
voor jonge ouders, waar ze onderwerpen rond het opvoeden
GGD Amsterdam onder Amsterdammers
depressie bij Nederlanders en Turkse, Marokkaanse en Surinaamse Nederlanders vertonen vooral overeenkomsten.
met elkaar kunnen delen. Daarna volgt de burenlunch voor
van 19 jaar en ouder.
ouderen, waar de jonge ouders ook kunnen aanschuiven. Zo proberen wij het contact tussen de oude en de jonge
Alle uitkomsten zijn te vinden op
generatie te bevorderen. Ook bieden we mensen hiermee de
www.ggd.amsterdam.nl/agm
mogelijkheid om over problemen te praten, zoals armoede, werkloosheid, moeilijk kunnen rondkomen met een kleine
• Zorg in de G4; Verschillen tussen zorg
beurs, hoge zorgkosten en de opvoeding van je kind. Door
in de G4 en daarbuiten van het Platform
erover te praten en ervaringen te delen, kunnen psychische
Zorginstellingen Grote Steden (PZGS).
klachten voorkomen worden.
SIGRA, dat het PZGS ondersteunt, heeft een beknopt overzicht gemaakt van de overeenkomsten en de verschillen binnen de gezondheidszorg in de vier grote steden, Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag, en de rest van Nederland. Het rapport, waarin een aantal interessante bevindingen wordt gepresenteerd op het gebied van zorgbehoefte, zorgconsumptie en zorgkosten is te vinden op www.pzgs.nl.
Agnes Schrier analyseerde de antwoorden van drie verschillende
buurt met veel of weinig andere migranten. De resultaten uit het
bevolkingsonderzoeken, uitgevoerd door de GGD Amsterdam.
proefschrift tonen aan dat behandelaars de reguliere diagnostiek
In het eerste onderzoek werden bijna 1.200 Amsterdammers
en behandeling kunnen - en moeten - aanbieden bij patiënten
(van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Nederlandse afkomst)
met een depressieve- of angststoornis van Turkse, Marokkaanse of
ondervraagd over hun gezondheid en werd lichamelijk onderzoek en
Surinaamse afkomst. Gestructureerde beoordeling van psychiatrische
laboratoriumonderzoek gedaan. In het tweede onderzoek werden
symptomen bevordert adequate diagnostiek. Psychotherapie kan
830 mensen thuis uitgebreid geïnterviewd over hun psychische
vaker worden ingezet bij patiënten van niet-Westerse afkomst dan
gezondheid. Dat gebeurde door tweetalige interviewers in het
nu het geval is.
Nederlands, Turks, Arabisch of Berber. Het derde onderzoek was een samenwerking tussen de GGD van Amsterdam, Rotterdam, Den
De resultaten van dit promotieonderzoek ondersteunen dan ook
Haag en Utrecht, waarvoor bijna 17.000 mensen een schriftelijke
het uitgangspunt van het in 2012 gepubliceerde Intercultureel
enquete invulden.
Addendum Depressie: de bestaande richtlijn is toepasbaar bij
“Depressie vertoont dezelfde symptomen onder alle onderzochte bevolkingsgroepen” Onder alle onderzochte bevolkingsgroepen vertoont depressie dezelfde symptomen. Depressie gaat even vaak samen met angst en komt bij alle etnische groepen vaker voor bij mensen met
migranten en alleen als daarvoor bewijs is, moeten behandelaars afwijken van de richtlijnen.
(VU, 2 juli 2013)
Proefschrift Agnes Schrier iety in Titel: Depression and anx ulation Pop ds. migrants in the Netherlan tors. fac risk and sis studies on diagno an, km Bee ATF : res oto (Co -)Prom MAS de Wit JJM Dekker, AP Verhoeff, chrift is op efs Het volledige digitale pro psy.nl. @iier chr te vragen via A.S
neurotische persoonlijkheidstrekken. Depressie gaat gepaard met een gevoel door God in de steek gelaten te zijn. Ook blijkt geen verschil in psychische klachten tussen mensen die wonen in een
12
13
In gesprek met... Anouk Gomes en Rieta van Staalduine van Achmea Anouk is regiocoördinator en verantwoordelijk voor het convenant met de gemeente ‘Amsterdam samen gezonder!’ Rieta van Staalduine is directeur eerste lijn. Auteur: Mariëtte van der Lans, SIGRA
“Goede voorbeelden die in bestuurlijk Den Haag genoemd worden, komen regelmatig van pilotprojecten die samen met Achmea in de grote steden zijn opgezet”
Anouk Gomes Rieta van S
taalduine
Wat is het verband tussen Achmea en de grote steden?
Wat is er typisch aan de zorg in een grote stad als
kans op overleven en verlaagt het risico op complicaties. We zijn
Wat zijn de uitdagingen waar Amsterdam voor staat de
“Van oudsher is Achmea de grootste zorgverzekeraar in grote
Amsterdam?
daarom samen met de ziekenhuizen in gesprek om de complexe
komende tijd?
steden als Amsterdam, Utrecht (Agis) en Rotterdam (Zilveren
“Grote steden hebben te maken met een grote diversiteit aan
spoedeisende zorg meer te concentreren.”
“We zitten midden in een stelselwijziging, in combinatie met
Kruis). Voor deze steden voeren we ook de AWBZ uit. Daarom
bevolkingsgroepen met een slechtere gezondheidstoestand. Deze
zijn wij nauw betrokken bij de kwaliteit van de gezondheidszorg
gezondheidsproblemen concentreren zich in bepaalde wijken.
Gaan jullie anders te werk in de grote stad dan daar buiten?
zijn hervormingen door te voeren. Er komt meer nadruk te liggen
en de zorginfrastructuur in deze steden. Dat doen we niet alleen.
Hierbij moet je bijvoorbeeld denken aan meer depressieklachten,
“We werken in de steden heel nadrukkelijk samen met de
op de eigen verantwoordelijkheid. Grote uitdaging is hoe we
Belangrijke partners zijn de gemeenten waarmee we convenanten
een inactieve leefstijl of overgewicht. Deze inwoners maken meer
gemeente. We willen op buurtniveau netwerkorganisaties
dat het beste kunnen stimuleren? En op welke wijze willen we
hebben gesloten. Ons doel is de gezondheid van kwetsbare
dan gemiddeld gebruik van zorg en hebben vaak ook behoefte
inrichten. In deze netwerken moeten zorg- en
de zorg en ondersteuning organiseren en hoe kan dat beter en
inwoners, bijvoorbeeld in achterstandswijken, te verbeteren en
aan andere vormen van ondersteuning. Daarom inventariseren
welzijnsprofessionals op het niveau van de wijk of buurt
efficiënter? Ook dit onderzoeken we samen met de gemeente,
daarmee de zorgkosten te verminderen. De band met Amsterdam
we in zo’n wijk welke zorg en ondersteuning onze verzekerden
intensiever gaan samenwerken. Achmea faciliteert samen met
zoals bijvoorbeeld in de wijkzorgprojecten. We hopen dat er in
is ook terug te zien in de uitwisseling van personeel tussen de
nodig hebben en maken afspraken met de zorgverleners in de
de gemeente het samenkomen, het enthousiasmeren en het
Amsterdam innovaties ontstaan in de wijken die ons verrassen.”
Amsterdamse zorgsector en Achmea, zo vertelt Rieta. Tijdens
wijk. Afspraken over de samenhang en afstemming van zorg en
bijhouden van de resultaten. Goede voorbeelden die in bestuurlijk
haar loopbaan is ze bestuurder van Amsta, SIGRA en het Platform
ondersteuning tussen de eerste en tweede lijn, welzijn en preventie.
Den Haag genoemd worden, komen regelmatig van pilotprojecten
Zorginstellingen Grote Steden geweest. Zij is niet de enige bij
Maatwerk is hierbij belangrijk, want geen enkele wijk is hetzelfde.
die samen met Achmea in de grote steden zijn opgezet. Een
Achmea met een verleden in Amsterdam en andersom zijn ex-
Achmea doet dit samen met gemeenten. Verder zie je dat in een
voorbeeld is een project in Amsterdam met de GAZO en de SAG.
collega’s van Rieta nu in Amsterdam aan het werk.”
grote stad als Amsterdam veel specialistische zorg aanwezig is.
Hierbij hebben we hebben ingezet op langere consulten in de
Zo zijn er veel ziekenhuizen met ieder een eigen spoedeisende
eerste lijn, waardoor het aantal verwijzingen naar de tweede lijn
hulppost. Achmea wil graag dat haar verzekerden bij complexe
afnam. Onderzoek wijst uit dat de patiënt het liefst alles bij de
spoedzorg snel in een gespecialiseerd ziekenhuis terechtkomen,
huisarts afhandelt, dus een positief resultaat.”
kostenbesparingen in de zorg. Dat maakt dat we genoodzaakt
voor de beste behandeling door een ervaren team. Dit verhoogt de
14
15
In gesprek met... Rob van Dam
Bestuursvoorzitter Amstelring en voorzitter SIGRA Auteur: Wendy Rinzema
“Er moeten vanuit de politiek keuzes gemaakt worden, om de toekomst goed in te kunnen richten”
Waarom is Grote Stad en Gezondheidszorg een speerpunt
verpleegkundigen vanaf een bepaald niveau aan te trekken,
betekent dit dat de mensen die het zelf kunnen het ook zelf
binnen SIGRA?
omdat de concurrentie vanuit de ziekenhuizen zo groot is.
moeten doen. Zorgaanbieders moeten hierover met de mensen in
“Binnen SIGRA werken we met alle zorgorganisaties samen aan
Daardoor is het verloop van medewerkers heel hoog. In de VVT
gesprek. Op zich een prima visie, maar dan moet wel het recht om
het begeleiden en helpen van de burger om zo gezond mogelijk
in Amsterdam wordt een hoger salaris per functieniveau betaald,
te gaan ‘shoppen’ worden beperkt. Anders bestaat het risico dat
te blijven. De huidige ontwikkelingen in de zorg vragen een
terwijl de organisaties geen hoger tarief ontvangen. De kosten zijn
wanneer wij een klant aanspreken op zelfredzaamheid, deze gaat
andere houding van zowel de zorgorganisaties als de burgers.
hierdoor hoger dan elders. Voor medewerkers is het desondanks
shoppen en de gevraagde zorg gaat halen bij de concurrent. Dit zie
Hoe kunnen we de dingen beter organiseren dan nu en hoe
moeilijk om in Amsterdam betaalbare huisvesting te vinden en de
je al gebeuren in de pilots elders in het land. Dan gaan de goede
kunnen we daar als SIGRA een rol in nemen? Het feit dat we in
kosten van levensonderhoud zijn hoger dan elders in het land. Ze
bedoelingen een zachte dood sterven, want dan gaan we niet door
een grootstedelijke omgeving zitten, met veel aanbieders, maakt
hebben daarom vaak moeite om rond te komen, wat soms tot
met het aanspreken op zelfredzaamheid en dan zullen de kosten
het makkelijker om de zorg enerzijds (fysiek) dichter bij de mensen
schuldproblemen leidt. Hierdoor is de werkbelastbaarheid van deze
weer oplopen. Dit is een consequentie waar in de politiek nu nog
te brengen en anderzijds gespecialiseerde zorg te centreren. Dat
medewerkers lager en het verzuim hoger.”
onvoldoende aandacht voor is.
nodig om zoveel ziekenhuizen te hebben en moeten die allemaal
Wat zijn de uitdagingen waar we voor staan in
Ook denk ik dat in de huidige ontwikkelingen preventie steeds
hetzelfde bieden? Moeten in de ouderenzorg alle verpleeghuizen
Amsterdam?
belangrijker wordt. De huidige financieringsstromen hebben
revalidatiebedden hebben? Is het niet veel slimmer om enkele
“Persoonlijk ben ik er nog niet gerust op dat we als samenleving, als
echter vaak een negatieve prikkel richting preventie. De mensen
gespecialiseerde revalidatiecentra te hebben, waarmee je een betere
stad, als SIGRA en als politiek voldoende duidelijk hebben hoe we de
die de preventie uitvoeren, plukken hier niet de vruchten van.
kwaliteit van zorg kunt leveren?”
toekomst gaan inrichten en hoe we van A naar B komen. Als ik niet
Ik denk dat we met z’n allen moeten kijken naar een systeem
goed weet hoe ik mijn organisatie naar de toekomst moet brengen
waarin dit wel gebeurt. We moeten dus bijvoorbeeld niet alleen
Heeft de zorg in Amsterdam ook echt andere
en bang ben dat we op deze manier onderuit gaan, dan ga ik voor
maar financieren dat er opvang voor ouderen is in de wijk, maar
karakteristieken?
mijn bestaansrecht vechten. Dan zijn we straks tegen elkaar aan het
ook dat bewegen wordt gestimuleerd, via sportvoorzieningen en
“De zorg in Amsterdam heeft absoluut bijzondere karakteristieken.
vechten, in plaats van met elkaar aan de toekomst te bouwen. Er
informatie op scholen.”
Bijvoorbeeld zoveel ziekenhuizen op een kluitje, dat heb je nergens.
moeten vanuit de politiek keuzes gemaakt worden. Een voorbeeld
Deze overcapaciteit heeft consequenties voor de ouderenzorg.
hiervan is de keuzevrijheid van de cliënt voor een zorgaanbieder.
Voor organisaties in de ouderenzorg is het al jaren moeilijk om
Als we de mensen meer regie geven en langer thuis laten wonen,
geeft kansen, maar ook vraagstukken. Is het bijvoorbeeld nog wel
16
Rob van Dam
Bestuursvoorzitter Amstelring en voorzitter SIGRA 17
Zorgverlening in de grote stad is complex en duur Auteur: Mariëtte van der Lans, SIGRA In 2012 hebben zorginstellingen uit de grote steden hypothesen opgesteld voor factoren waarop de G4 verschillen van de rest van Nederland. Deze hypothesen zijn getoetst in de ActiZ Benchmark. Hieronder vindt u de uitkomsten hiervan. In 2014 zullen de hypothesen opnieuw getoetst worden.
Kwaliteit
met name rond de zorg voor cliënten. Medewerkers in de grote
De CQ-index, of cliënttevredenheid, wordt vaak gezien als
steden scoren dan ook hoog op ondernemerschap. Dit alles
indicator van kwaliteit van zorg. In de Benchmark zijn cliënten
maakt het werk van de HRM-afdelingen van zorgorganisaties in
uit de thuiszorg, de intramurale verzorging en verpleging en
de grote steden complex.
vertegenwoordigers van psychogeriatrische cliënten bevraagd
Hypothese Grote steden
over kwaliteit via een enquete. Het resultaat van de enquete
HRM-netwerken SIGRA
is omgezet in een CQ-score. In de grote steden wordt over
Binnen SIGRA zijn drie HRM-netwerken waar medewerkers van
het algemeen lager gescoord op de CQ-index. Buiten de grote
de HRM-afdelingen van zorgorganisaties elkaar ontmoeten:
steden scoort de intramurale zorg 8,3 punten op de CQ-index,
het HRM-netwerk Ziekenhuizen, het HRM-netwerk Care en het
terwijl binnen de grote stad een 7,9 gescoord wordt. Specifiek is
HRM-netwerk Zaanstreek-Waterland. Tijdens bijeenkomsten
het verschil te wijten aan:
van deze netwerken wordt gesproken over de uitdagingen die
• ervaren beschikbaarheid van personeel;
de HRM-ers tegenkomen en wordt afgesproken om bepaalde
Hoger verloop
• schoonmaken, maaltijden, inspraak en overleg (intramuraal);
thema’s gezamenlijk op te pakken. Vanwege het hoge verloop
Hoger ziekteverzuim
• sfeer (psychogeriatrie);
van personeel in Amsterdam staat bijvoorbeeld mobiliteit vaak
Lagere aanvaarbare werkdruk
• veiligheid (thuiszorg).
op de agenda. Zo onderzocht het HRM-netwerk Ziekenhuizen de beweegredenen van ZZP-ers en gedetacheerden en maakte
HRM
het HRM-netwerk Care afspraken rond een onderlinge
In de grote steden hebben organisaties te maken met een
referentiecheck.
hoger verloop van personeel en een hoger ziekteverzuim. Er
18
“In de grote steden wordt over het algemeen lager gescoord op cliënttevredenheid dan buiten de grote steden”
zijn in de grote steden meer uitzendkrachten nodig en ook
Huisvestingskosten
sommige lonen lijken hoger te liggen. Buiten de grote steden
Zorginstellingen in de grote steden geven meer geld uit aan
maken de personeelskosten 5% van de begroting uit, terwijl
huisvesting en innovatie. De huisvestingskosten liggen daar op
binnen de grote steden gemiddeld 7,7% wordt uitgegeven aan
9.989 euro per cliënt en buiten de grote steden op 7.903 euro
personeel. Medewerkers in de grote steden zijn kritisch over de
per cliënt. Dit hangt deels samen met de hogere zorgzwaarte van
visie en ambitie van hun eigen organisatie en scoren lager op
cliënten binnen de grote stad, maar wordt vooral veroorzaakt
veranderkracht. Ze zien wel de noodzaak van verandering in,
door de hogere huurprijzen.
Cliënt
Bedrijfsvoering
Het boekje ‘ZZP-ers en gfuncties de ge tacheerden in zor Groot io reg n in ziekenhuize ar inzet na ek rzo de On Amsterdam; gustus 2012, en drijfveren’ van Au l. vindt u op www.sigra.n de Meer informatie over op u dt vin ck’ che tie en ‘Refer nl. rg. www.werkindezo
Conclusie
Grote steden
Niet grote steden
Lagere klanttevredenheid (VV/PG/ZT)
7,9 / 7,5 / 7,9
8,3 / 7,8 / 8,2
Ervaren beschikbaarheid personeel (VV/PG/ZT)
6,0 / 6,1 / 7,2
6,7 / 6,5 / 7,7
8,2%
6,6%
7,1 / 6,4
7,3 / 6,6
Hoger aandeel ZZP 9 Medewerker
ikel komen De gegevens uit dit art 2012’, te rk uit de ‘Actiz Benchma .nl. zgs w.p vinden op ww
Lagere medewerkertevredenheid
Hogere huisvestingskosten per cliënt Hoger aandeel inhuur
21,5% / 21,6% 15,8% / 14,4% 6,7%
5,9%
6,6
6,7
€9.989
€7.903
7,7%
5,0%
Hogere huisvestingskosten per cliënt
€9.989
€7.903
Hoger aandeel huur
44,3%
37,6%
0,6%
0,4%
Meer geld voor innovatie Meer reistijd en -kosten
5,8% / 2,4%
7,7% / 4,0%
Hogere instroom leerlingen
1,9%
2,6%
Meer openstaande vacatures (uitvoerenden)
4,4%
4,4%
Hogere externe opleidingskosten
0,7%
0,9%
13,4%
13,3%
Hogere kapitaalkosten Bron: ActiZ Benchmark in de Zorg 2011 en 2012
19
In gesprek met... Jolanda Buwalda Bestuursvoorzitter SAG, bestuurslid SIGRA en portefeuillehouder Grote Stad en Gezondheidszorg Auteur: Wendy Rinzema, SIGRA
“Het is goed dat we ons als SIGRA ook verbinden met wetenschappelijk onderzoek”
Waarom is Grote Stad en Gezondheidszorg een
welke chronische zorg er nodig is en wat het meervoudige karakter
meervoudig complexe vragen van bewoners. Dat doen we op een
speerpunt binnen SIGRA?
ervan is. Er zijn bijvoorbeeld in Amsterdam bepaalde wijken, waar
nieuwe manier, door allemaal met hetzelfde instrumentarium te
“Een gezonde stad en vitale burgers is een bindend thema voor
22% van de patiënten laaggeletterd is. Als je dat niet weet, dan
werken, bijvoorbeeld de Zelfredzaamheid-Matrix. Ook de transities
alle leden. De juiste zorg op de juiste plek op het juiste moment
weet je niet of je patiënt begrijpt wat er aan de hand is en of
proberen we daar een plek in te geven, want die gaan van dezelfde
zo afgestemd mogelijk realiseren, is door de grootschaligheid in
hij bij medicatie of therapie de juiste handelingen doet. Het is
mechanismen uit: normaliseren waar kan en specialiseren waar
de grote stad lastig. Ook hebben we in de stad te maken met
essentieel om te weten wat je verzorgingsgebied is, maar ook hoe
moet. Nieuwe vormen van partnership, zowel op organisatieniveau
bepaalde maatschappelijke effecten en veel diversiteit, zoals
je bepaalde problemen kunt signaleren.”
als in de uitvoering, leiden tot nieuwe inzichten, waar weer elementen in kunnen zitten die nader onderzoek behoeven. Hier
bijvoorbeeld de omvang van eenoudergezinnen of het aantal mensen dat onder de armoedegrens leeft. Om zogenaamde
Wat is het belang van onderzoek hierin?
kunnen we dan iets mee doen binnen de bijzondere leerstoel Grote
maatconfectie, dus persoonsgerichte gezondheidszorg te leveren,
“Ik denk dat het goed is dat we ons als SIGRA ook verbinden
Stad en Gezondheidszorg of het Sarphati Initiatief. Wat ik een heel
behoeft het neerzetten van een goede zorginfrastructuur specifieke
met wetenschappelijk onderzoek. Zo kunnen we vanuit de kennis
interessant onderwerp voor onderzoek zou vinden vanuit SIGRA, is
aandacht. Die moet herkenbaar zijn voor bewoners en werkbaar
over de grootstedelijke problematiek repertoire ontwikkelen
de verbinding tussen geestelijke gezondheidszorg en welzijnswerk,
voor professionals. Gezondheidszorg is niet alleen gericht op de
aan de hand van onderzoek, om zorginhoudelijk weer een
dus de cure in verbinding met de maatschappelijke dienstverlening:
specifieke vraagstukken, maar ook op het systeem en de ordening
paar slagen verder te komen. Ook de vergelijking met andere
wanneer heeft een cliënt meer van het één of meer van het ander
van gezondheidszorg. Het is van belang om een gezamenlijke
steden, als spiegel, is interessant. Het is bij dit onderzoek wel
nodig en wanneer moet het een coöperatie zijn?”
opvatting te krijgen, om de hele infrastructuur binnen een
belangrijk dat we niet wetenschappelijk hoog overvliegen, maar
noodzakelijke nieuwe ordening weer te laten functioneren.
dat we ‘practice based’ onze onderwerpen sorteren en research doen. En het is goed dat we uiteindelijk ook kunnen laten zien
20
Ook bewustzijn van de context waarbinnen je werkt en dat die
wat het onderzoek heeft opgeleverd. Ik denk dat het College
anders is dan buiten de grote stad, is een belangrijk uitgangspunt.
Grote Stad en Gezondheidszorg een mooi voorbeeld is van het
Of je nu in de eerste lijn werkzaam bent of in de gespecialiseerde
vertalen van wetenschappelijk onderzoek naar de praktijk voor
zorg, kennis over je populatie en de wijk en daarin partner zijn
een breed publiek. Als SAG zijn we betrokken bij het driejarige
met een maatschappelijke opdracht is een kernwaarde. Je moet
project ‘Beter samen in Amsterdam Noord’. Dit is een gerichte
weten welke ziektebeelden en aandoeningen er bovenmatig zijn,
samenwerking tussen cure, care en communitywork, rondom
Jolanda Buwalda
Bestuursvoorzitter SAG, bestuurslid SIGRA en portefeuillehouder Grote Stad en Gezondheidszorg 21
College Grote Stad en Gezondheidszorg: delen en vertalen van wetenschappelijke inzichten naar de praktijk Het College Grote Stad en Gezondheidszorg, onder leiding
2013 had als thema: ‘Draagvlak voor eigen gezondheid
van bijzonder hoogleraar Arnoud Verhoeff, doet vaak
en zorg in de stad’, met pakkende en uitdagende
nogal wat stof opwaaien en roept soms meer vragen dan
presentaties van drie totaal verschillende sprekers: Jos van
antwoorden op. Het brengt in ieder geval de mensen
der Lans, cultuurpsycholoog en journalist/publicist, Lilian
in beweging, op zoek naar een goede oplossing voor
Linders, docent en onderzoeker Sociale Studies bij de
en kritische vragen gesteld….
erd…. ndachtig geluist en er wordt aa
In de pauze en na afloop wordt er druk gediscussieerd, zoals hieronder weergegeven….
Lidwien Schweitzer, manager gezondheidszorg en eerstelijnsgezondheidszorg bij Arkin De presentatie van Linders was helder en gaf nieuwe inzichten,
Will van Schendel, directeur bij stichting Doras
maar ik vraag me af of ‘de kwetsbare burger’ niet een beetje werd onderbelicht ten opzichte van zijn assertieve stadsgenoot. Ik denk
veranderingen en bereid om daar samen aan te werken!
Fontys Hogeschool en prof. Dr. Dick Willems, hoogleraar
Ik ken Van der Lans al wat langer dan vandaag en als spreker is hij
Het vierde College Grote Stad en Gezondheidszorg in
medische ethiek aan de Universiteit van Amsterdam.
goud. Hij kan mensen opruien en voor wat spanning zorgen, zodat
gaat juist om die hele grote groep die niet zo’n goede zelfsturing
ze er daarna wat mee gaan doen. Wat ik heel erg aardig vond in zijn
heeft, wat moet je daar mee?
dat mondige mensen sowieso hun weg wel weten te vinden. Het
verhaal, is het feit dat hij zegt dat de tweedelijnszorg een keer met de nuldelijnszorg moet gaan praten en vice versa.
Rob Van Dam, Raad van Bestuur Amstelring
Bijzonder hoogleraar Arnoud Verhoeff leidt het college
22
r Er is veel belangstelling voo het college
De drie sprekers van het college over ‘Draagvlak voor eigen gezondheid en zorg in de stad’
Arnoud Verhoeff, bijzonder hoogleraar Het specifieke thema ‘Grote Stad’ is inderdaad wat te weinig naar voren gekomen. Daar heb je natuurlijk juist een specifieke kwetsbare
Ik ben het met Van der Lans eens dat het zit in de dialoog tussen
groep bewoners en je moet wel heel erg in de gaten houden dat zij de
de burger en de professional in de zin van samenwerking in de
boot niet missen. Maar het leuke is dat Linders liet zien dat er al heel
wijk en de realisering dat je niet alles kunt. Van Schendel: Ik deel
veel voor elkaar gedaan wordt, het is alleen niet zo zichtbaar. De wil
die mening. We moeten eens gaan accepteren dat een deel niet
is er dus wel! Maar we moeten ons actief gaan bedenken in hoeverre
geholpen kan of wil worden of maar tot een bepaald niveau. En
dat nuttig is. Daar raakt het voor mij ook het verhaal van Willems.
dat is ook goed! Opzienbarend is natuurlijk wel dat er een grote
Hij geeft namelijk aan dat er wel degelijk ethische grenzen aan eigen
vraagverlegenheid is bij mensen om de nuldelijnszorg in te gaan.
verantwoordelijkheid zitten. Bijvoorbeeld de alcoholisten die hij in zijn
Wij moeten ons als aanbieders ook op een andere manier gaan
presentatie noemt. Die helpen elkaar, maar het is de vraag of ze er
presenteren. De verzorgingsstaat wordt een participatiestaat en naar
echt beter van worden. Op zo’n moment vind ik dat je moet ingrijpen
die weg moeten we zoeken.
en zeggen: laten we de overstap maken naar appelsap!
23
Gezondheidsbevordering voor een multi-etnische populatie Auteur: Marieke Hartman, promovenda: leerstoel Grote Stad en Gezondheidszorg Hoe kunnen we gezondheidsbevorderingsprogramma’s ontwikkelen en kiezen die passen bij multi-etnische populaties? Is er een basis voor een ‘one-size-fits-all’ programma? En zo niet, wat voor soort aanpassingen zijn er nodig? Deze vragen waren onderwerp van het proefschrift van Marieke Hartman, voormalig promovenda op de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid GGD Amsterdam/ AMC-UvA.
zijn, sterk georganiseerd en vasthouden aan de eigen cultuur en het gebruik van de eigen taal aan te bevelen. Voor deze gemeen-
Het werkgebied van de GGD Amsterdam is een grote stad, die
Preventie gewichtsstijging
schappen, zoals de Ghanese, kunnen etnisch-specifieke wijk-
wordt gekarakteriseerd door de diversiteit aan inwoners. Zo leven
Dit vormde de aanleiding voor het promotieonderzoek naar
organisaties en leiders uit de gemeenschap (vertrouwde personen)
er in Amsterdam meer dan 175 etnische groepen, afkomstig van
de behoefte voor het aanpassen van gezondheidsbevordering
als een brugfunctie dienen naar gezondheidsbevorderingsaanbod.
over de hele wereld. Gezondheid en risicofactoren voor ziekten
aan verschillende etnische groepen. Dit onderzoek is gedaan
Een samenwerking met gezondheidsprofessionals (gezien als
verschillen binnen etnisch diverse populaties. Er zijn in Nederland
aan de hand van een specifieke casus, namelijk die van de
experts) is in zijn algemeenheid wel gewenst.
bijvoorbeeld relatief meer Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en
preventie van gewichtsstijging onder een multi-etnische groep
Ghanese vrouwen te zwaar dan Nederlandse vrouwen en ze
moeders uit Amsterdam Zuidoost, met speciale aandacht voor
Algemeen gezondheidsbevorderingsaanbod?
bewegen gemiddeld minder. De GGD Amsterdam wil degenen met
bewegingsstimulering. In het multiculturele stadsdeel Amsterdam
Met betrekking tot gezondheidsbevorderingsprogramma’s werd
het hoogste risico op ziekte graag extra hulp bieden om gezond te
Zuidoost was het overgewichtprobleem het grootst, in vergelijking
geconcludeerd dat uniform bewegingsaanbod lijkt te kunnen
kunnen leven.
met de andere stadsdelen van Amsterdam. Een kwart van de
aansluiten bij moeders van verschillende etnische groepen, als
inwoners gaf aan hulp te willen bij afvallen. Daarom werden er
deze gericht is op gemene delers. Bijvoorbeeld beweeggroepen
Gezondheidsbevordering
focusgroepen gehouden met Ghanese, Antilliaanse, Surinaamse en
bestaande uit alleen vrouwen, zo mogelijk opgesplitst naar
De GGD doet dit onder andere door gezondheidsbevordering:
Nederlandse moeders uit het stadsdeel, over wat oorzaken zijn voor
beweegniveau en met als belangrijkste basis plezier. Professionele
het geven van voorlichting en het faciliteren en reguleren van
veel of weinig bewegen, gezond of ongezond eten en op welke
coaches die investeren in groepsbinding en het afstemmen
programma’s die een gezonde leefstijl stimuleren. Dit aanbod sluit
manier hulp bij afvallen was gewenst. Tot slot werd gevraagd hoe
van het beweegaanbod aan de behoeftes is wenselijk, evenals
echter niet vanzelfsprekend aan bij een multi-etnische doelgroep.
ze normaal gesproken hoorden over activiteiten uit de wijk en waar
betaalbare en makkelijk bereikbare faciliteiten. Echter of algemeen
Om het gezondheidsbevorderingsaanbod toch voor iedereen
gezondheidsinformatie vandaan werd gehaald?
gezondheidsbevorderingsaanbod mogelijk is kan voor andere leefstijlgedragingen, zoals voeding of roken zomaar anders zijn.
geschikt te maken, wordt er binnen de wetenschap vanuit gegaan
24
“Aangepaste kanalen zijn belangrijk voor hechte etnische gemeenschappen die vasthouden aan eigen cultuur en taal”
dat het goed is dit aanbod aan te passen aan verschillende groepen
Aangepaste kanalen
Dit zou apart overwogen moeten worden. De systematische
in de samenleving. Echter, het aanpassen van interventies kan extra
De conclusie uit het onderzoek was dat het aanpassen van
aanpak, zoals toegepast in dit promotieonderzoek, kan hierbij als
kosten met zich meebrengen en de haalbaarheid binnen zeer diverse
gezondheidsbevorderingsaanbod niet zonder meer nodig is.
voorbeeld dienen. Hierdoor kan binnen de gezondheidsbevordering
populaties is de vraag. Ook is de verhoogde effectiviteit ervan nog
Deze behoefte lijkt afhankelijk van welk aspect en de beoogde
wel rekening worden gehouden met etnische diversiteit, maar
niet bewezen. Na twee systematische literatuuronderzoeken door
gedragsverandering. Met betrekking tot de werving voor
hoeven er niet onnodig schaarse middelen worden geïnvesteerd in
Marieke Hartman werd hard bewijs niet gevonden.
gezondheidsbevorderingsprogramma’s (doel: bereik en deelname),
aanpassingen voor etnische groepen die weinig potentieel hebben
zijn aangepaste kanalen voor etnische gemeenschappen die hecht
voor beter gebruik en geschiktheid van het aanbod.
dit Marieke Hartman deed de van cht dra onderzoek in op eke bli Pu ts laa rkp We Academische m/ rda ste Gezondheid GGD Am te versie van ple com De . vA C-U AM te vragen via het proefschrift is op dam.nl ter ms d.a gg edg@
25
In gesprek met... Karen den Hertog en Guido Kroon van de gemeente Amsterdam Karen is projectleider setting ‘ondersteuning en zorg’ van de Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht. Guido is buurtprojectleider in Amsterdam Oost.
“De aanpak krijgt vorm door de juiste partners eraan te binden, zoals scholen, sportvoorzieningen, ondernemers en buurtorganisaties”
Auteur: Wendy Rinzema, SIGRA
Wat zijn de ervaringen in Amsterdam Oost?
26
Wat is het Pact Gezond Gewicht?
Is overgewicht en obesitas bij kinderen een probleem van de
Guido: “Binnen de Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht ligt
Karen: “In Amsterdam kampen ruim 30.000 kinderen met
grote stad?
de focus op de vijf ‘zwaarste’ buurten in Amsterdam. In deze
overgewicht en obesitas. Als deze kinderen geen ondersteuning en
Karen: “Het is absoluut een probleem dat meer voorkomt in de grote
buurten zijn projectleiders aangesteld, om een samenhangende
zorg krijgen, zijn ze voor de rest van hun leven getekend. Dan hebben
stad. Dat heeft onder andere te maken met opleidingsniveau en
uitvoering tot stand te brengen. De Indische Buurt in stadsdeel
ze een lagere kwaliteit van leven, veel gezondheidsproblemen en
inkomensproblemen. Wat verder een rol speelt, is dat de beweegwereld
Oost is één van deze zwaarste buurten. De aanpak krijgt vorm
gaan een groter beroep op voorzieningen doen. Daarom bundelen de
van kinderen in de stad kleiner is. De stoepen zijn smaller en de
door de juiste partners aan onze aanpak te binden, zoals scholen,
gemeente Amsterdam en Achmea hun krachten voor de aanpak van
parkeerdruk is hoog. Ook is er minder sociale samenhang, zodat ouders
sportvoorzieningen, ondernemers en buurtorganisaties. Zodat er een
(dreigend) overgewicht en obesitas bij deze kinderen. De ambitie is
hun kinderen minder snel iets verder weg laten spelen. Dan zijn er nog
beweging ontstaat van onderop en de mensen in de wijk zelf een
dat in 2033 alle Amsterdamse kinderen een gezond gewicht hebben.
de verleidingen van de stad. Het is bijna onvermijdelijk dat je op weg
rol in de aanpak gaan spelen. Bijvoorbeeld Turkse of Marokkaanse
Kinderen bij wie overgewicht of obesitas is vastgesteld krijgen zorg die
naar school of naschoolse activiteit langs een snackbar of een winkel
ouders, die zelf voorlichting aan andere ouders gaan geven. Of
hen helpt bij het aanleren en vasthouden van een gezonde leefstijl.
komt. Daarom moet je als ouder vaardiger zijn in de opvoeding en als
teamleiders bij Albert Heijn, die leerlingen van basisscholen een
Ouders spelen hierin een cruciale rol en worden actief betrokken en
kind meer zelfbeheersing hebben, om toch de gezonde keuze te maken.
rondleiding geven in de winkel, om ze bewust te maken van de
ondersteund bij en na de behandeling. Ook zet het pact nadrukkelijk
Er is ook een duidelijke multiculturele component. Het probleem speelt
gezonde en de ongezonde keuzes die er zijn. Hierbij vertellen ze
in op preventie van (stijgend) overgewicht bij alle kinderen. Ruim
met name onder de Turkse, Marokkaanse, Ghanese en Antilliaanse
wat het betekent, als je elke dag voor je naar school gaat die zak
twintig Amsterdamse zorg- & welzijnskoepels hebben het Pact mede
bevolkingsgroepen. De multiculturele component is heel complex. Eén
chips koopt, hoeveel je moet bewegen om dat er weer af te krijgen
ondertekend. Zij denken mee over de vraag welke zorg deze kinderen
van de kernelementen in de aanpak is dat je goed moet aansluiten bij
en wat het doet met je gezondheid. Zo zijn er meer ondernemers
en hun ouders moeten krijgen, welke zorg in de tweede lijn thuishoort
wat de doelgroep beweegt. In de Marokkaanse en Turkse cultuur zijn
in de buurt waar we afspraken mee proberen te maken, om het op
en welke elders in de stad uitgevoerd kan worden, in de eerste lijn of
formele rolmodellen bijvoorbeeld vaak belangrijk, zoals een (huis)arts.
bepaalde momenten even anders te doen en in te zoemen op de
bijvoorbeeld bij welzijns- en sportorganisaties. Op deze manier kunnen
In andere culturen spreekt men juist veel meer elkaar direct aan. Wil je
gezonde keus. Bijvoorbeeld de mandarijntjes naast de snoepzakken
we de kinderen zoveel mogelijk in de lokale context bedienen.”
aanpak succesvol zijn, dan moet je hier goed rekening mee houden.“
in de aanbieding in de week van Sint Maarten.”
27
Prestatie-indicatoren voor de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg
prestatiemetingen lopen echter sterk uiteen en er wordt een grote variatie gevonden in de dimensies van kwaliteit die met prestatieindicatoren in kaart worden gebracht. De keuze voor indicatoren voor bepaling van bijvoorbeeld de effectiviteit, continuïteit of duurzaamheid van de OGGZ blijkt sterk afhankelijk van de definities
Monitoring van de kwaliteit van het Amsterdams zorgsysteem voor sociaal kwetsbare burgers
binnen het lokale zorgsysteem en de focus van de lokale politiek.
Auteur: Steve Lauriks, promovendus Leerstoel Grote Stad en Gezondheidszorg
Kwaliteit Amsterdamse OGGZ
De Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) is in 2007 overgeheveld van de Wet op de Collectieve Preventie naar de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Parallel hieraan zijn de AWBZ-middelen voor OGGZ-activiteiten op het gebied van toeleiding en de subsidieregeling ‘Initiatieven OGGZ’ overgeheveld naar de centrumgemeenten. Gemeenten hebben daarmee de centrale verantwoordelijkheid gekregen bij de financiering, coördinatie, toeleiding en uitvoering van OGGZ. Daarmee is ook de informatiebehoefte van gemeenten over de OGGZ toegenomen. Om aan deze informatiebehoefte te voldoen, ontwikkelt de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid GGD Amsterdam/ AMC-UvA een set van prestatie-indicatoren, die de prestaties meet van de OGGZ in Amsterdam
Om te bepalen wat onder kwaliteit van het Amsterdamse OGGZsysteem wordt verstaan en welke prestatie-indicatoren betekenisvol en haalbaar zijn om die kwaliteit van zorg in kaart te brengen, is aan professionals en beleidsmakers gevraagd een basis-set te selecteren uit de pool van prestatie-indicatoren. Met systematische selectie en een gestructureerde consensusprocedure is door deze stakeholders een set van 30 haalbare en betekenisvolle prestatie-indicatoren geselecteerd, die vier dimensies van kwaliteit van OGGZ in kaart brengen: toegankelijkheid, continuïteit, passendheid en effectiviteit.
De eerste vraag die moest worden beantwoord, is welk doel
toeleiding, uitvoering, en veldregie. Deze functies worden vervult
de prestatie-indicatoren dienen. De wettekst met betrekking
voor personen die tot de doelgroep behoren door (een combinatie
tot de OGGZ (WMO, prestatieveld 8) biedt handvatten, door
van) zeven primaire problemen: alcohol, drugs, psychiatrische
Op dit moment wordt gekeken naar de eigenschappen van enkele
de verschillende taken en functies van de OGGZ te benoemen.
stoornis, huisvesting, formele gemeentelijke binding, gezinssituatie
prestatie-indicatoren in de basis-set, met name om te bepalen of
Ketenpartners nemen ieder een deel van deze taken en functies
en relationeel geweld. Het zorgsysteem wordt dan beoordeeld op de
de prestatie-indicatoren werkelijk maten zijn voor de kwaliteit van
voor hun rekening, bijvoorbeeld voor een subgroep zoals
mate waarin het de beoogde functies vervult voor de doelgroep.
de OGGZ, de zogenaamde criterium- en constructvaliditeit. Dit
daklozen en zijn verantwoordelijk voor de prestaties. De specifieke verantwoordelijkheid van de gemeente ligt bij de kwaliteit van het OGGZ-systeem, die alleen tot stand komt door de samenwerking tussen organisaties en instellingen. De prestatie-indicatoren dienen inzicht te geven in de kwaliteit van de zorgketen als geheel.
Bepalen kwaliteit OGGZ In een conceptueel kader voor de kwaliteit zijn vervolgens de
28
met de bepaling van kwaliteit van de OGGZ. De doelstellingen voor
“Prestatie-indicatoren in de OGGZ dienen inzicht te geven in de kwaliteit van de zorgketen als geheel”
wordt gedaan door prestatie-indicatoren die uitkomsten van OGGZ meten. Bijvoorbeeld door het aantal politiecontacten van OGGZ (sub-) groepen te relateren aan processen en/of structuren van het OGGZ-systeem. Zoals het bieden van continue, geïntegreerde zorg. Vergelijkingen met andere gemeenten en benchmarking, ontwikkeling van nieuwe prestatie-indicatoren en verdere bepaling van de validiteit van prestatie-indicatoren in de basis-set zijn aandachtspunten voor toekomstig onderzoek. In 2014 kunnen
functies van de OGGZ uitgezet tegenover de primaire doelgroepen.
Een inventarisatie van prestatie-indicatoren in de literatuur
de prestaties van de Amsterdamse OGGZ worden gemeten aan
In de literatuur en gesprekken met experts zijn zes functies van
resulteerde in een zeer omvangrijke set van indicatoren. Wereldwijd
de hand van de prestatie-indicatoren die binnen de Academische
de OGGZ geïdentificeerd: epidemiologie, signalering, melding,
is een groot aantal initiatieven en projecten dat zich bezighoudt
Werkplaats Publieke Gezondheid zijn ontwikkeld.
29
Roze ouderen: aandacht voor een vergeten groep
Bronnen Onder Roze Ouderen wordt verstaan lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender
Auteur: Waheeda Abdoelrahman, SIGRA
50-plussers.
In Nederland wonen ongeveer 900.000 mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender zijn (LHBT). Dit is circa 5% van de bevolking. Van de Amsterdamse mannen is ongeveer 10% homoseksueel en van de vrouwen 3% lesbisch, gemiddeld 6,6%.
Het consortium Roze 50+ is het samenwerkings-
Onderzoeken uit binnen- en buitenland wijzen uit dat lesbische vrouwen, homomannen, biseksuelen en transgenders meer risico
verband van ANBO, COC en MOVISIE en
lopen op psychische problemen en een slechtere gezondheid dan heteroseksuelen. Dat heeft alles te maken met discriminatie,
ondersteunt en adviseert organisaties in de
afkeer, verbaal en fysiek geweld en de stress die dat oplevert. Het consortium Roze 50+, spreekbuis en belangenbehartiger van
gezondheids- en welzijnssector en Vilans,
‘roze’ 50-plussers, wil de leefsituatie, de gezondheid en het welzijn van LHBT 50-plussers verbeteren, door bundeling van kennis en
kenniscentrum voor langdurige zorg.
ervaring en belangenbehartiging. Roze ouderen zijn nog altijd een kwetsbare groep in onze
kunnen zij in aanmerking komen voor de Roze Loper, het KIWA-
samenleving, vinden Anton Koolwijk en Renée Goudsblom,
kwaliteitscertificaat voor een LHBT-vriendelijk beleid. In Amsterdam
geestelijk verzorgers bij respectievelijk Amsta en Amstelring. “Ruim
zijn er inmiddels verschillende zorgcentra met een roze loper,
twintig jaar geleden was er nauwelijks zicht op homoseksuele en
waaronder 6 locaties van Amstelring en 5 van Amsta. Een ander
lesbische ouderen. Eind jaren negentig kreeg deze groep meer
initiatief is de ‘roze ambassadeurs’. Dit zijn medewerkers en
aandacht. Uit signalen bleek dat er binnen deze groep sprake
bewoners die affiniteit hebben met roze ouderen en uit willen
was van eenzaamheid, slechte behandeling, onbekendheid en
dragen binnen hun zorgcentrum dat iedereen gelijk is en iedereen
onzichtbaarheid. Het consortium heeft landelijk de ‘Roze belweek’
zichzelf zou moeten kunnen zijn. Het profiel van deze mensen is
ingevoerd, waarin roze ouderen en hun omgeving werden
dat ze divers denken, divers willen samenleven en of divers willen
opgeroepen om ervaringen te delen. Ook professionals in de
werken. Amsta is hier actief mee bezig en heeft inmiddels 5 namen
zorg konden hun ervaringen delen. De inventarisatie bracht een
op het ambassadeurslijstje staan. Verder worden er gesprekken
aantal onderwerpen naar voren, waaronder eenzaamheid onder
gevoerd om seksuele diversiteit binnen het curriculum van het
de ouderen, homo-onvriendelijk klimaat in zorgcentra en meer
beroepsonderwijs in te voeren.
aandacht voor homoseksualiteit in de opleidingen van verplegenden en verzorgenden.”
Ook wordt jaarlijks de Grey Pride georganiseerd. Er vinden dan allerlei roze activiteiten plaats in de verschillende zorgcentra, met als
Ouderenzorg maakt deel uit van de samenleving en zou open
doel te wijzen op seksuele diversiteit, aandacht te vragen voor de
moeten staan voor iedereen, waar persoonlijke aandacht, respect
Amsterdamse roze senioren, hen via een feestje zichtbaar te maken
en openheid en gelijkwaardige behandeling centraal komen te
en te wijzen op het belang van de Roze Loper.
staan. Vandaar dat zowel landelijk als regionaal diverse activiteiten
De gegevens uit dit artikel komen uit de volgende onderzoeken: • Homoseksuelen in Amsterdam, Dienst O&S Gemeente Amsterdam, maart 2009 • Handreiking homo-emancipatie (homo’s en gezondheid), MOVISIE.
“Lesbische vrouwen, homomannen, biseksuelen en transgenders lopen meer risico op psychische problemen en een slechtere gezondheid dan heteroseksuelen”
en initiatieven worden georganiseerd. Als blijkt dat het zorgaanbod van zorginstellingen aansluit op de vraag van de roze doelgroep,
30
31
Samen Gezond in Groot Amsterdam
© SIGRA 2014 • www.sigra.nl