Groslijst begrotingsvoorbereiding 2003 Inleiding Onderstaand worden in het kort diverse aandachtspunten genoemd die mogelijk van invloed zouden kunnen zijn bij de afwegingen rond de allocatie van middelen in de begroting 2003 en die niet zijn meegenomen in het financieel beleidskader 2003. Voor een deel betreft het hier nieuwe zaken, voor een ander deel gaat het om intensivering van het bestaande beleid. De meeste voorstellen zijn structureel van aard (in dit verband wil dat zeggen: meer dan 1 jaar); voorzover voorstellen incidenteel zijn voor 2003 is dit aangegeven. Een korte toelichting op de genoemde onderwerpen is bijgevoegd. Product bedrag Vriendschapsrelatie Dmitrov Mobiliteitsbeïnvloeding Waterhuishoudingbeleid Waterhuishoudingbeleid Waterkeringen c.a. 50.000 Economische ontwikkeling Recreatie en toerisme 58.000 Sport Kunst Steunfuncties specifiek welzijn Zorgstructuur Ruimtelijk beleid Onvoorzien/Stelposten Personeel Personeel Personeel Personeel 20.000 Beheer en onderhoud gebouw Geo-informatie Informatietechnologie
Totaal-generaal
1
nr.
omschrijving € 11.500 € 50.000 € 160.000 € 50.000 €
165 302 403 403 421
intensivering onderwijsprogramma plankosten combinatie Hanzelijn-N23 e uitvoering waterbeleid 21 eeuw Europese kaderrichtlijn water hydraulische randvoorwaarden
702 714
uitvoering RITP 2002-2006 € verhoging stelpost uitvoering BART (post 031.42)
821 831 842 861 911 031. C101. C101. C101. C101.
breedtesportregeling cultuurconvenant podiumkunst stimuleringsregeling vrijwilligerswerk oplossen knelpunten curatieve zorg uitvoering rijksbeleid (Vijfde Nota) stelpost uitgaven a.g.v. dualisering stelpost beheer en ontwikkeling organisatie nieuw functiewaarderingsysteem (inc.) invoering nieuw beloningsbeleid (inc.) coachingstraject jaargesprekken
C201. kosten n.a.v. huisvestingsonderzoek C241 ontwikkeling Geo-loket C501. stelpost verdere ontwikkelingen ICT
58.000 €
€ 50.000 € 50.000 € 20.000 € 25.000 € 50.000 1 € 150.000 p.m. € 20.000 € 50.000 € €
p.m. 50.000 p.m.
€ 922.500 + p.m.
Naar verwachting zal het rijk via het Provinciefonds bijdragen in deze kosten; de omvang van de bijdrage is nog niet bekend
Toelichting: Vriendschapsrelatie Dmitrov De onderwijssamenwerking Flevoland-Dmitrov heeft een bijzonder goed uitstralingseffect in Dmitrov. Er wordt veel geleerd en verbeteringen in praktijk gebracht. Indien structureel € 11.500 extra beschikbaar wordt gesteld, wordt het mogelijk het ROC en andere onderwijsinstellingen verder bij het onderwijsproject in Dmitrov te betrekken. Hierdoor kan de vriendschapsrelatie op dit gebied verder gestalte krijgen. Mobiliteitsbeïnvloeding Om de aanleg van een deel N23 (Lelystad-Dronten) mogelijk te houden is het gewenst dat bij het ontwerp van de Hanzelijn met deze weg rekening wordt gehouden. Hiervoor moeten extra kosten worden gemaakt. Deze kosten bestaan uit bredere viaducten en andere op- en afritten. Deze extra plankosten zullen aan Railbeheer vergoed moeten worden. In een later stadium zal besloten moeten worden in hoeverre al bij de aanleg van het spoorwegtracé met het wegtracé rekening moet worden gehouden. Voor 2003 is hiermee een bedrag € 50.000,-- gemoeid. Waterhuishoudingbeleid Voor het beleidsterrein water is er een aantal externe ontwikkelingen gaande die vragen om een regierol van de provincie. De recente inzichten in de effecten van bodemdaling en klimaatsverandering en de wateroverlast die daarmee gepaard gaat zijn aanleiding om het waterbeleid te herzien. Over deze taken zijn afspraken gemaakt in de Startovereenkomst Waterbeleid 21ste eeuw . Eind 2002 zullen in het Nationaal Bestuursakkoord Water taakstellende afspraken worden gemaakt over de uitvoering en programmering. Een aantal nieuwe taken zijn hiermee op de provincie afgekomen. Het betreft de beoordeling van ruimtelijke plannen op de gevolgen voor de waterhuishouding en het opstellen van een stroomgebiedvisie. In verband hiermee hebben Provinciale Staten op 7 maart 2002 besloten de formatie van de afdeling Milieuplanvorming uit te breiden met 1 fte. Naar schatting is met het nieuwe waterbeleid een bedrag gemoeid van €€ 160.000 op jaarbasis wegens programmakosten. Daarnaast is op 3 juli 2000 de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) vastgesteld door het Europees Parlement. De belangrijkste aanleiding voor het opstellen van de kaderrichtlijn was het geconstateerde gebrek aan samenhang tussen de reeds bestaande richtlijnen (zwemwater, viswater, drinkwater, etc.) betreffende waterbeheer. De KRW voorziet in een uitgebreide regeling voor het behoud en het bereiken van een goede (chemische en ecologische) waterkwaliteit in Europa. Ecologische streefbeelden en een stroomgebiedbenadering staan hierbij centraal. In 2004 moet de provincie een eerste rapportage aan Brussel leveren met een analyse van het stroomgebied. Met de in het meerjaren perspectief voorziene middelen en de daarmee uit te voeren activiteiten kan de rapportage niet tijdig aan Brussel worden aangeleverd. Om de benodigde externe deskundigheid te kunnen inhuren is een extra bedrag nodig van € €50.000,-. Waterkeringen c.a. Het rijk stelt voor buitendijkse wateren die wettelijk zijn aangemerkt tot buitenwater de hydraulische randvoorwaarden (waterstanden, golfeigenschappen) vast die door de aanliggende primaire waterkeringen gekeerd moeten kunnen worden. De provincie bevordert dat voor de buitendijkse wateren die niet wettelijk tot buitenwater zijn aangemerkt in overleg met de beheerders van deze wateren in de planperiode onderzoek wordt gedaan naar de waterbewegingen en dat er hydraulische randvoorwaarden voor de aanliggende primaire waterkeringen worden vastgesteld. Het betreft de primaire waterkeringen langs de randmeren (Nuldernauw, Wolderwijd, Veluwemeer en Drontermeer) en de binnenmeren (Kadoelermeer en Vollenhovermeer).
In 2003 wordt samen met Rijkswaterstaat, het waterschap Zuiderzeeland en de provincie Overijssel op basis van een plan van aanpak de benodigde rekenmodellen gebouwd en worden berekeningen uitgevoerd. Om deze geplande activiteiten voor de sterke bepaling van de betrokken waterkeringen te kunnen uitvoeren is een incidenteel bedrag nodig van € €50.000
Economische ontwikkeling Het concept eindrapport Regionaal Innovatie –en Technologieplan 2002-2006 is recent vrijgegeven voor toezending aan ruim 100 organisaties en personen voor advies. Nadat de reacties binnen zijn zal verdere bestuurlijke besluitvorming plaatsvinden en aan het rapport een uitvoeringsprogramma worden toegevoegd. Verwacht wordt dat voor een deel van de kosten van het uitvoeringsprogramma het EPD 2000-2006 kan worden benut. Voor het andere deel van het uitvoeringsprogramma RITP is aanvullend provinciaal geld nodig, wat in de meerjarenraming niet is voorzien. Daarbij moet gedacht worden aan een jaarlijks bedrag van €€ 58.000. Recreatie en toerisme Het concept Beleids- en Actieplan Recreatie en Toerisme ( BART) is recent in de commissie ELPOO aan de orde gesteld en vrijgegeven voor verzending aan vele organisaties en personen voor advies. Nadat de reacties binnen zijn zal verdere bestuurlijke besluitvorming plaatsvinden en aan het rapport een uitvoeringsprogramma worden toegevoegd. Gezien de prioriteiten zal het vooralsnog gaan om versterking van de samenhang en kwaliteit van de toeristische recreatieve structuur waarbij gedacht moet worden aan de doorgaande fiets-, wandel- en vaarstructuur. Verwacht wordt dat voor een deel van de kosten het EPD 2000-2006 kan worden benut. Voor het andere deel is voor uitvoering BART aanvullend provinciaal geld nodig. In de begroting 2002 en in de meerjarenraming is reeds een structureel bedrag van € 79.412 als stelpost opgenomen. Voorzien wordt echter dat voor de verdere voortgang additioneel nog een jaarlijks bedrag van €€ 58.000 nodig is om aan de doelstellingen van de beleidsnota en het nog op te stellen actieprogramma te kunnen voldoen. Sport Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport biedt de provincies de gelegenheid een breedtesportondersteuningsproject in te dienen voor maximaal €€ 113.445 op jaarbasis over een periode van zes jaar. Evenals bij de breedtesportprojecten van gemeenten en landelijke sportorganisaties draagt VWS maximaal 50% bij in de kosten van het project. Aangezien de medewerkers van Sport Service Flevoland zich voor een groot gedeelte al inzetten voor de breedtesport in Flevoland (dank zij provinciale subsidie) lijkt een extra bijdrage van de kant van de provincie van €€ 50.000 voor de duur van zes jaar een goede investering. De provincie is dan in staat om een totale bijdrage van €€ 113.445 te verstrekken. In het kader van de breedtesportimpuls is een intensivering van het provinciaal sportbeleid van belang. Gebleken is dat de stimulering en ondersteuning van gemeenten bij het opstellen van projectplannen en de uitvoering van breedtesportprojecten zeer gewenst is. Sport Service Flevoland is momenteel bezig om in nauw overleg met de gemeenten tot een goed onderbouwd plan te komen. Sport Service Flevoland ziet de stimuleringsregeling als een kans om die projecten te formuleren (en te realiseren) die aansluiten bij en aanvullend zijn op het sportbeleid van Flevolandse gemeenten en die taakverlichtend en dus ondersteunend zijn in de uitvoering van het gemeentelijk sportbeleid. De regeling biedt tevens de kans om kleinere gemeenten zoals Urk, Zeewolde en Dronten te ondersteunen in een projectaanvraag breedtesportimpuls. Daarbij wordt gestreefd naar projecten die duurzaamheid voor ogen hebben en daarmee ook in de toekomst garant staan voor de versterking van het breedtesportbeleid in de provincie Flevoland Kunst In de Cultuurconvenant2001-2004, podiumkunst, is afgesproken dat OC&W, provincie en gemeente Almere zich zullen inzetten voor de versterking van (de infrastructuur voor) podiumkunst. Hiervoor is een commissie Task Force gevormd, bestaand uit de beleidsmedewerkers van provincie en gemeente, de intendant cultuur van Almere, de directeur van het landelijk festival Storm en de directeur van de Schouwburg ’t Voorhuys te Emmeloord. Deze commissie Task Force stelt voor op korte termijn een Theaterwerkplaats Almere/Flevoland met een artistiek leider in te stellen. Vanuit de
werkplaats worden voor 2003 en 2004 artistiek belangwekkende gezelschappen naar Almere/Flevoland “getrokken” en worden afzonderlijke projecten (bijvoorbeeld locatieprojecten) in Almere/Flevoland gerealiseerd. De geraamde kosten bedragen voor 2003 en 2004 per jaar € 415.000 en bestaan uit de kosten van de Theaterwerkplaats, artistiek leider, gezelschappen, projecten en publiciteit. Van de provincie is een bijdrage van €€ 50.000 per jaar en van de gemeente Almere een bijdrage van €€ 150.000 per jaar nodig. Van OC&W en het landelijk Fonds Podiumkunsten wordt een bijdrage van € 165.000 verwacht, van afnemers € 50.000. Steunfuncties specifiek welzijn Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport biedt de provincies op grond van de Tijdelijke stimuleringsregeling vrijwilligerswerk de mogelijkheid om voor de periode 2001 tot en met 2004 een meerjarige uitkering aan te vragen voor activiteiten waarmee het vrijwilligerswerk duurzaam en systematisch wordt versterkt. In gesprekken van het ministerie van VWS met de besturen van VNG en het IPO is door alle gesprekpartners de relevantie onderschreven van een vrijwilligersimpuls, die moet leiden tot een systematische en langdurige aanpak gericht op versterking van de ondersteuning aan vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. De provinciale steunfunctie-instelling stichting Axion heeft inmiddels een subsidie van het ministerie van VWS ontvangen voor de voorbereidingsperiode, welke moet resulteren in een breed gedragen projectvoorstel dat ten goede komt aan de versterking van de infrastructuur van het vrijwilligerswerk in de provincie Flevoland. Het ministerie van VWS stelt per provincie voor de jaren 2002, 2003 en 2004 een bedrag van maximaal €€ 68.067 per jaar ter beschikking. Het is nog onduidelijk in welke richting de uiteindelijke projectaanvraag gaan en welke partijen daarbij een rol zullen spelen (dat kan bijvoorbeeld een aantal provinciale steunfunctie-instellingen zijn). Gezien het feit dat vanaf 2003 reeds € 45.379 van de begrotingspost projecten vrijwilligerswerk in de begrotingspost projecten Welzijn stroomt, zou het redelijk zijn om van de kant van de provincie een extra bijdrage voor de tijdelijke stimuleringsregeling vrijwilligerswerk van € 20.000 ter beschikking te stellen. Zorgstructuur De curatieve zorg vraagt sinds enkele maanden veel extra aandacht en inzet van de provincie. Dit heeft te maken met zowel de knelpunten die er binnen de curatieve zorg in Flevoland zijn (huisartsen, ziekenhuizen Emmeloord/Lelystad, ambulancezorg), als de aandacht die de politiek op lokaal, provinciaal en landelijk niveau voor dit onderwerp heeft. Als onderdeel van de Task Force Huisartsen is onder leiding van de GGD Flevoland voor dit jaar al een extra inzet toegezegd. Het is echter de verwachting, dat in de loop van dit jaar en vooral de twee komende jaren de inzet vanuit de provincie voor het oplossen van de knelpunten in de curatieve zorg in Flevoland moet worden vergroot. De in dat kader uit te voeren activiteiten zijn specifiek gericht op het oplossen van die knelpunten en moeten worden gezien al aanvulling op de meer beleidsmatige activiteiten, die daarnaast voortgezet zullen worden. Concreet gaat het om zowel de extra uren als om zaken als het beperkt doen laten verrichten van onderzoek en het organiseren van bijeenkomsten. Naar verwachting is tijdelijk voor de periode 2003 en 2004 een bedrag nodig van jaarlijks maximaal €€ 25.000,--. Ruimtelijk beleid Op basis van de Vijfde Nota dienen de provincies m.b.t. een groot aantal onderwerpen te komen tot regionale uitwerkingen van het nationaal beleid. Te noemen zijn o.m. herziening van het locatiebeleid (inclusief voorzieningen en detailhandel), visie op woningbouwproductie en verdeling hiervan over het gebied (per kern en tussen kernen), woonmilieu- en woonkwaliteitendifferentiatie, visies op water, landbouw, natuur, recreatie, verkeer en vervoer en landschap, voor onderdelen uitgewerkt in programma’s. Deze uitwerkingen moeten bijeenkomen in zogenoemde regionale structuurvisies welke uiterlijk in 2003 moeten zijn opgesteld. De structuurvisies vormen de basis voor het kunnen trekken van rode (actie gemeenten) en het trekken van groene contouren (actie provincies). In de meerjarenraming is bij post 9.1.1.18 tot 2004 rekening gehouden met hogere kosten voor ruimtelijke aspecten van het Omgevingsbeleid. Dit i.v.m. uitwerking van in het Omgevingsplan aangekondigde Integrale inrichtingsstudies. Het opstellen van de regionale structuurvisies liggen in
het verlengde van deze inrichtingsstudies, maar zijn qua begrenzing en inhoud omvangrijker. Daarnaast is sprake van een verplicht karakter en is vervaardiging aan een tijdslimiet gebonden. Om die reden wordt een verhoging van de raming met € 50.000 wenselijk geacht. Onvoorzien/Stelposten Voor 2003 worden in het kader van de invoering van de Wet dualisering provincies onontkoombare uitgaven voorzien, zoals het instellen van de Rekenkamer(functie), de beleidsevaluatie en de statengriffier. Wat dit in financiële zin betekent is op dit moment nog moeilijk in te schatten; dat geldt tevens voor de omvang van de vergoeding die het Rijk mogelijk via het Provinciefonds ter beschikking zal stellen. Vooralsnog lijkt het opnemen van een (netto) stelpost dualisering ter grootte van € 150.000 raadzaam. Personeel De afgelopen jaren was er sprake van een geleidelijke toename van de omvang van de organisatie. Onduidelijk is hoe een en ander zich in de komende periode zal ontwikkelen. Dit zal onder meer worden beïnvloed door de uitkomsten van het organisatie-ontwikkelingstraject dat momenteel in uitvoering is. Duidelijk is wel dat het beheer en de ontwikkeling van de organisatie ook de komende jaren nadrukkelijk aandacht zal blijven vragen. Wat een en ander in financiële termen betekent valt thans niet aan te geven. Het is evenwel een aandachtspunt voor de begroting 2003; op dit moment wordt volstaan met een p.m. vermelding. Het voornemen bestaat om per 1 januari 2004 het functiewaarderingssysteem Fuwaprov in te voeren. Gezien de doorlooptijd van het project is een goede voorbereiding wenselijk. Het maken van functiebeschrijvingen zal minder tijdrovend zijn omdat Fuwaprov normfuncties kent waartegen provinciale functies kunnen worden afgezet. Hierdoor zullen gelijke functies in provincies gelijk gewaardeerd worden. Naast de invoering van een sectoraal functiewaarderingssysteem zal ook het provinciale schalenstelsel worden geharmoniseerd. Voor het beschrijven van functies betekent het dat hier minder tijd ingestoken zal worden. Er zal veel meer dan tot nu toegewerkt worden met een standaard functiebeschrijvingen. Extra aandacht en veel tijd gaan we besteden aan procesgang bij invoering. Voor de incidentele implementatiekosten is een bedrag van € 20.000 nodig. Het beoordelen van medewerkers dient op een zo objectief mogelijke wijze door de leidinggevende te gebeuren. In het nieuwe beloningssysteem dient de leidinggevende te beoordelen in welke mate de in het planningsgesprek afgesproken duurzame groei in ontwikkeling door de medewerker in het jaar volgend op het planningsgesprek is volbracht. Tevens beoordeelt de manager de prestaties van een medewerker afgezet tegen de afspraken uit het planningsgesprek. Om de ontwikkeling te bepalen wordt sectoraal een systeem van competenties ontwikkeld. De bestuurlijke SPA werkgroep komt in de zomer van 2002 met voorstellen. Deze zullen vertaald worden naar onze organisatie omdat bij het nieuwe beoordelingssysteem zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met SMART principes en competenties. Introductie van een dergelijk systeem vraagt aan incidentele implementatiekosten €€ 50.000 In een lerende cultuur is het van essentieel belang dat mensen leren en zich ontwikkelen op basis van de dagelijkse werkzaamheden. Zeker gezien de ontwikkeling dat medewerkers steeds professioneler worden, kan de manager zich meer gaan richten op de persoonlijke ontwikkeling van de medewerker. Hij wordt dan coach in plaats van opdrachtgever/baas. De manager als coach richt zich op de medewerker die resultaten behaalt en niet op het zelf willen scoren. Bij coaching is het geven van goede feedback essentieel voor het leer- en ontwikkelingsproces van medewerkers. Veel managers beschikken niet van nature over de gave om te coachen. Door managers in de provincie te laten coachen door een professionele coach kunnen ze enerzijds werken aan hun eigen persoonlijke ontwikkeling en anderzijds door het voorbeeldgedrag zelf leren coachen. Coachingstrajecten vormen structureel een onderdeel van MD programma’s, Hiermee is een bedrag gemoeid van € 20.000 Beheer en onderhoud gebouw In het voorjaar van 2002 vindt een huisvestingsonderzoek plaats. Op basis daarvan zullen besluiten moeten worden genomen om te komen tot een adequate huisvesting. Verwacht mag worden dat er voorstellen zullen worden gedaan die zullen leiden tot bouwkundige, electrotechnische en werktuigbouwkundige aanpassingen. Op dit moment is er nog geen zicht op de hoogte van dergelijke
kosten, die naar verwachting met name in 2003 en 2004 zullen moeten worden gemaakt. Op dit moment wordt volstaan met een p.m. vermelding. Geo-informatie Het belang van ruimtelijke informatiesystemen neemt aan betekenis toe. Ruimtelijke Informatiesystemen (GIS) zijn van belang bij uitwisseling van informatie tussen (overheids)instanties (onder meer op het terrein van bestemmingsplannen (DURP), vastgoedinformatie e.d.) en bij (efficiënter maken van) beleidsontwikkelings-processen binnen de organisatie. Mede met het oog op de herziening van het Omgevingsplan is het nodig dat de ontwikkeling binnen de provincie een slag verder wordt gebracht (bijv. eenmalig vastleggen van geografisch gebonden aspectengegevens). Hiervoor wordt een bedrag van € 50.000 geraamd. Informatietechnologie Enkele uitdagende en aantrekkelijke nieuwe functionele ontwikkelingen staan voor de deur. Dit zijn ontwikkelingen die de bedrijfsvoering en uitstraling van de provincie een enorme stimulans kunnen geven. Binnen de huidige financiële kaders is hiervoor geen ruimte. Hierbij kan met name gedacht worden aan ontwikkelingen op het gebied van Geografische en Documentaire Informatiesystemen. Naar de gewenste ontwikkeling op beide gebieden zal in 2002 nader onderzoek plaats vinden. Voor eventuele uitvoeringskosten in 2003 wordt in deze fase volstaan met een p.m. vermelding.