Grondverzet: hoe omgaan met niet genormeerde en vluchtige parameters? In samenwerking met VEB en OVAM Elisa Vermeulen – Grondbank vzw
Grondbank – uw partner voor grondverzet
Programma
Inleiding – Elisa Vermeulen (Grondbank) Procedure CMA1/A. Staalname v/h vaste deel v/d aarde (Joris Tallon, OVAM) Berekenen toetsingswaarden (Kristel Lauryssen, VEB) Aandachtspunten opmaak technisch verslag toetsingswaarden grondverzet – Elisa Vermeulen (Grondbank)
Inleiding Elisa Vermeulen, vzw Grondbank
Learnshop “Hoe omgaan met niet- genormeerde en vluchtige parameters?” IFEST – 14/02/2012
Grondbank – uw partner voor grondverzet
Vlarebo: beschikbare normen WVG (bijlage V)
BSN BBG (bijlage IV) (bijlage VI)
Zware metalen
√
√
√
BTEXS
√
√
√
PAK's (10)
√
√
√
PAK's (6)
√
√
x
hexaan, heptaan, octaan
√
√
√
minerale olie
√
√
√
MTBE
√
√
x
PCB (7)
√
x
√
Gechloreerde KWS
√
√
x
Cyanides
√
√
√
Trimethylbenzenen
x
√
x
Chloorfenolen
x
√
x
Vluchtige parameters
VOCl BTEX Styreen Hexaan / Heptaan / Octaan MTBE Chloorbenzenen
Vlarebo: niet-genormeerde parameters
Uitgegraven bodem waarvan men weet of redelijkerwijs kan aannemen dat hij verontreinigende stoffen bevat die niet vermeld zijn in bijlage IV, V of VI kan nog gebruikt worden voor gebruik als bodem (buiten/binnen KWZ) of bouwkundig bodemgebruik, onder de volgende voorwaarden:
er wordt geen bijkomende verontreiniging van het grondwater veroorzaakt; de mogelijke blootstelling aan de verontreinigende stoffen levert geen bijkomend risico op;
(Art. 161.§2, Art.164, Art.168.§3)
Standaardprocedure opmaak TV
Niet-genormeerde parameters:
“Voor parameters die niet opgenomen zijn in bijlage IV, V of VI van het VLAREBO, gaat de erkende bodemsaneringsdeskundige bij het evalueren van het analyseresultaat uit van eigen opgestelde toetsingswaarden.”
Vluchtige parameters – bemonstering
Bij zintuiglijke waarneming die kunnen wijzen op aanrijking of verontreiniging, wordt een representatief staal geanalyseerd op de relevante parameter(s). Bij indicaties voor vluchtige verbindingen (vluchtige oliederivaten, chloorverbindingen) wordt steeds een enkelvoudig staal geanalyseerd.
Standaardprocedure opmaak TV algemeen
Bemonstering – algemeen
“Indien op de te onderzoeken gronden welbepaalde verdachte zones met verdachte punten of verdachte materialen voorkomen, worden deze zones afzonderlijk onderzocht…. in functie van de relevantie van de verdachte zone ten opzichte van de uit te voeren grondwerken… Het aantal bijkomende analyses wordt bepaald volgens de richtlijnen van de Standaardprocedure voor Oriënterend Bodemonderzoek …”
Bestaande bodemonderzoeken
“Van bestaande bodemonderzoeken worden de relevante gegevens in het technisch verslag overgenomen. … De van toepassing zijnde plannen met de ligging van de bemonsteringspunten, de boorprofielen en de analyseresultaten worden in het technische verslag opgenomen. Daarbij is het belangrijk dat de bestaande resultaten worden getoetst aan de normen en voorwaarden voor gebruik van uitgegraven bodem.”
Aandachtspunten tijdens opmaak technisch verslag – vluchtige parameters Elisa Vermeulen, vzw Grondbank
Learnshop “Hoe omgaan met niet- genormeerde en vluchtige parameters?” IFEST – 14/02/2012
Grondbank – uw partner voor grondverzet
Historisch onderzoek bemonsteringsstrategie
Welke verdachte parameters? Evaluatie bestaande bodemonderzoeken
Doel TV ≠ doel OBO/BBO Resultaten representatief?
Bodembedreigende activiteiten nog aanwezig? Gewijzigde procedures OBO/BBO/CMA (bvb. werd het vaste deel van de bodem wel onderzocht?)
Toetsingswaarden kunnen niet losgekoppeld worden van analysemethodes
Monsterneming en analyse – vluchtige parameters
Staalnamemethode (cfr. CMA) Geen mengstalen Minimum aantal stalen van de bemonsteringsstrategie respecteren Voorbeeld: hoop van 600 m³ VOCl verdachte parameter op herkomst 2 MM + minstens 2 extra analyses op VOCl
Evaluatie van de gebruiksmogelijkheden
Van een partij uit te graven/uitgegraven bodem
Indien specifieke uitvoeringsbepalingen:
Verontreinigingsbron gekend? Omvang verontreiniging voldoende gekend? Afbakening partijen met verschillende gebruiksmogelijkheden mogelijk? Bouwheer op de hoogte brengen Eindgebruiker op de hoogte brengen TV vormt basis voor een prijsvraag
Begeleiding door EBSD tijdens de uitvoering als alternatief voor intensieve bemonstering?
Evaluatie van de gebruiksmogelijkheden (2)
Opgelet bij saneringsnoodzaak – begeleiding door EBSD
Terugsaneerwaarden versus omliggende gebruiksmogelijkheden Timing sanering versus bouwwerken Vaak verschillende actoren – groter risico op misverstanden
Toetsingswaarden grondverzet voor nietgenormeerde parameters Elisa Vermeulen, vzw Grondbank
Learnshop “Hoe omgaan met niet- genormeerde en vluchtige parameters?” IFEST – 14/02/2012
Grondbank – uw partner voor grondverzet
Algemene principes
Toetsingswaarde = indicatief voor blootstellings- of uitloogrisico, uitgaande van de aanwezige concentratie Risico-inschatting op basis van beoogde toepassing (bvb. onder vloeistofdichte verharding) volstaat niet Buitenlandse normen: toetsingswaarden geschikt in Vlaamse context?
Achtergrond normering (afhankelijk van beleid) Standaardbodem? Vergelijkbare analysemethode?
Algemene principes (2)
Beoordeling in functie van het beoogde gebruik (verschillend beschermingsniveau), bvb.
Bodemsaneringsnorm niet per definitie geschikt als toetsingswaarde, want:
BSN houdt geen rekening met uitloogrisico Site-specifiek BSN is afhankelijk van parameters op herkomst
Toetsingswaarden i.f.v. beoogde gebruik
Vrij gebruik als bodem Gebruik als bodem met studie ontvangende grond Gebruik binnen de kadastrale werkzone Gebruik binnen de ZvGtP Bouwkundig bodemgebruik en vormvast product
Vrij gebruik als bodem
= Richtwaarde: toegelaten concentraties aan verontreinigende stoffen, waarbij de bodem al zijn functies zonder beperkingen kan vervullen 60% BSN II voor standaardbodem (met uitzonderingen) Generieke waarde (geen onderscheid in functie naargelang bestemmingstype of beoogde toepassing)
Gebruik als bodem met studie ontvangende grond
< 80 % bodemsaneringsnorm voor bestemmingstype van de ontvangende grond Geen blootstellingsrisico - o.b.v. bodemsaneringsnorm (humaantoxicologische en ecotoxicologische effecten) Uitloogrisico toename grondwaterverontreiniging :
Max 10% toename conc. Nooit > 80%BSN grondwater Periode van 500 jaar
Site-specifieke toetsingswaarde mogelijk bestemming (en de bijhorende parameters) moet gekend zijn!
Gebruik binnen de kadastrale werkzone
Afbakening KWZ (soortgelijke kenmerken) Vrij gebruik indien < 80% BSN (x1z) > 80% BSN (x2z)
Geen bijkomend blootstellingsrisico Geen extra uitloging naar grondwater Gelaagdheid respecteren (indien vereist)
Site-specifieke waarden mogelijk i.f.v. risicoevaluatie
Afbakening kadastrale werkzone – heterogene verontreiniging
Concentratiecontouren <80% BSN II < 80% BSNi
KWZ = projectzone KWZ = zones met overschrijding 80% BSN II > 80% BSNi – KWZ = zone met overschrijding 80% geen DAEB BSNi voor die parameter(groep) of andere benadering mits motivatie (bvb. Pb en benzo(a)pyreen) > 80% BSNi – KWZ = zone met overschrijding 80% DAEB BSNi en EAEB voor die parameter(groep) of andere benadering mits motivatie
Indien ≠ bestemmingstypes: de beoogde verplaatsing mag geen aanleiding geven tot bijkomende overschrijding van betreffende BSN Minder verontreinigde partij kan gebruikt worden in of op een sterker verontreinigde zone (éénrichtingsverkeer)
Bouwkundig bodemgebruik en vormvaste toepassingen
Basis uitgangspunten (naar analogie met bouwstofnorm Vlarea) :
Metalen: marginale bodembelasting door verontreinigende parameters (minimale aanrijking over een periode van 100 jaar in een bodemprofiel van 1 meter ten gevolge van uitloging Sulfaat, bromide, chloride: marginale grondwaterbelasting Organische parameter: BSN III (in praktijk achterhaald?)
Begrensd door BSN V Generieke waarden (geen onderscheid naargelang toepassing)
Toetsingswaarden grondverzet o.b.v. beschikbare studies (OVAM, VITO)
Bouwkundig bodemgebruik
Toetsingswaarden org. parameters (VOCl e.a.) Toetsingswaarden uitloging voor metalen en anorganische parameters
Vrij gebruik: toetsingswaarden metalen en anorganische parameters BSN (i.f.v. studie ontvangende grond/groeve) voor PCB’s Opgelet! De erkende bodemsaneringsdeskundige blijft verantwoordelijk voor
correct inschatten van de gebruiksmogelijkheden en eventuele risico’s correcte toepassing en interpretatie van deze toetsingswaarden (indicatief)
Toetsingswaarden BBG organische parameters
Bron: “Bepaling van risico’s door uitloging en beschrijving evolutie van de bodemkwaliteit, deel 1: opstellen methodiek” (OVAM, mei 2005) Generieke toetsingswaarden voor de totaalconcentratie, berekend voor een standaardbodem, een standaardklimatologie een standaardgrondwater Onverzadigde zone (toepassingen boven het grondwaterniveau) Indicatie voor een risico op uitloging
Toetsingswaarden BBG organische parameters (2)
Berekende toetsingswaarden werden bijkomend bijgesteld i.f.v. bodemsaneringsnormen
Bij overschrijding van BSN voor bestemmingstype III
Extra motivatie vereist Eindgebruiker op hoogte brengen
Geen gebruik mogelijk bij overschrijding van BSN voor bestemmingstype V
BSN III (standaard)
TW voor uitloging (OVAM, 2005)
Weerhouden TW
dichloormethaan
0,35
0,3
0,3
tetrachloormethaan
0,1
0,1
0,1
tetrachlooretheen
1,4
1,3
1,3
trichloormethaan (chloroform)
0,1
4,7
0,1
trichlooretheen
1,4
1,7
1,4
vinylchloride
0,1
4,2
0,1
methyl tertiair butylether
9
3,7
3,7
BBG (mg/kg DS)
Toetsingswaarden WVG en uitloging (kolomproef) voor anorganische parameters
Bron: “Synthesenota Normvoorstellen uitgegraven bodem en secundaire grondstoffen” (VITO, juni 2009) Normvoorstellen voor waarde vrij gebruik en uitloging (bouwkundig bodemgebruik), rekening houdend met de bescherming van het grondwater Diverse waarden opgegeven voor diverse scenario’s
Opvulling onder grondwaterniveau (OV) Ophoging, gemiddeld gevoelig voor uitloging (OH)
WVG
(mg/kg DS)
Toetsingswaarde BBG kolomproef
OV
OH
(mg/kg DS)
Sb
2
8
0,1
Co
0,4
25
0,2
Mo
10
78
0,2
Se
2,2
18
0,04
V
4
36
0,8
Zware metalen
Andere anorganische parameters
Ba
1,6
SO4
540
Cl
430
F
4,6
Br
0,3
Toetsingswaarden BSN PCB’s
Voorstel onderbouwing normen voor PCB's in baggerspecie met het oog op gebruik als bodem (VITO, 2005) Indicatie bij aanvoer met studie ontvangende grond/groeve
Equivalent voor bodemsaneringsnorm
mg/kg DS I PCB (7)
0,044
II 0,044
III 0,91
IV 2,57
V 10,44
Toetsingswaarden asbest voor grondverzet Gebruik als bodem buiten de KWZ (x)
Gebruik binnen de KWZ (y) (bodem of BBG)
Bouwkundig bodemgebruik (z)
(x≠9) < 2 mg/kg DS = detectielimiet
(y=1) < 100 mg/kg DS* als toetsingswaarde BSN
(z=1) < 100 mg/kg DS* als toetsingswaarde voor bijlage VI
OF
(y=2) < 1000 mg/kg DS**: mits specifieke voorwaarden (projectspecifiek i.f.v. risico-evaluatie) OF
OF
OF
(x=9) Geen gebruik mogelijk
(y=9) Geen gebruik mogelijk
(z=9) Geen gebruik mogelijk
* Omrekeningsformule: C (mg/kg) = 10 x C (niet-hecht) + C (hecht-gebonden) ** Criterium gevaarlijke afvalstof
Vragen?
Welkom op onze stand D5014 in Hal 5 Receptie !