Klassenkr@nt GROEP 3b
2014-2015
Inhoudsopgave
2. Voorwoord 3. Inleiding 4. De groep 4a. Pedagogisch klimaat 4b. Rekenen 4c. Taal/Spelling 4d. Lezen 4e. Schrijven 4f. Zaakvakken 4g. Engels 4h. SOVA/SEVO 4i. Expressievakken 4j. Computergebruik 4h. Bewegingsonderwijs/zwem 5. Zelfstandig werken 6. Huiswerk 7. Excursies/rijden kinderboerderij enz. 8. Zorg en Begeleiding 9. Contacten met ouders 10. Om te onthouden... 11. Leerlingenlijst
Voorwoord
Krimpen aan den IJssel, september 2014
Geachte ouder(s)/verzorger(s), Voor u ligt de klassenkrant van groep 3. In deze krant kunt u alles lezen rondom het onderwijs bij ons in de klas; de groepsregels, informatie over onze methoden, op welke wijze de oudercontacten vormgegeven worden, de zorgstructuur wordt toegelicht en verder staan er heel veel praktische zaken in die belangrijk zijn om te weten. Vooral omdat het in groep 3 nogal anders gaat dan in de kleutergroepen. Het komende jaar zal ik mij van harte inzetten om de ontwikkeling van uw kind zo optimaal mogelijk te bevorderen. Ik zal u hier op geplande momenten ook over informeren. Desondanks kan het voorkomen dat u vragen heeft m.b.t. de leerstof of de ontwikkeling van uw kind. Ik wil benadrukken dat ik het bijzonder waardeer als u in dat geval z.s.m. contact met ons opneemt. Ook als uw kind in de thuissituatie tekenen van ‘niet welbevinden’ vertoont, hoor ik dit graag. De oorzaak zou misschien op school kunnen liggen. Ik hoop op een heel fijn schooljaar met elkaar als ouders, kinderen en leerkrachten, onder Gods zegen.
Met vriendelijke groet, Willemijn van der Grond
3. Inleiding
Juf van der Grond Anderhalf jaar geleden ben ik begonnen op de Admiraal de Ruyterschool. Eerst invalwerk en later een aantal dagen per week in groep 4. Dit jaar sta ik de hele week voor groep 3/4, iets waar ik heel blij mee ben en veel zin in heb! Een combinatieklas, een uitdaging voor mij en de kinderen. Ik vind het belangrijk dat er een goede sfeer is in de klas, zodat iedereen zich op zijn/haar gemak voelt. Hierdoor kunnen we goed werken en samenwerken. Als u vragen heeft of als er iets niet duidelijk is mag u altijd even langskomen, mailen of bellen. We hopen als groep op een goed en leerzaam jaar, en bovenal op de zegen van de Heere, die we als leerlingen en als leerkracht nodig hebben. Teamleider: Juf den Ouden was de teamleider van de onder- en middenbouw. (Onderbouw: groep 1,2 en middenbouw: groep 3,4,5). Zoals u weet is zij met ingang van dit cursusjaar onze nieuwe directeur. In het komende jaar zal er gekeken worden hoe deze functie vervuld gaat worden. Meester Keereweer houdt deze functie in de bovenbouw (groep 6,7,8). Binnen iedere bouw hebben de betreffende leerkrachten regelmatig een bouwvergadering en uitwisseling van informatie, ideeën etc. De teamleider heeft hierin een coördinerende en leidinggevende functie. Na de leerkracht fungeert de teamleider ook als tweede aanspreekpunt als het gaat om zaken betreffende uw kind, de groep of de school. Echter, de leerkracht is in de eerste plaats de verantwoordelijke waar u terecht kunt.
4. De groep 4a. Pedagogisch klimaat We hechten als team veel waarde aan een veilig pedagogisch klimaat in de school. Een mooie term: “veilig pedagogisch klimaat”, maar hoe geven wij hier als leerkrachten betekenis aan in de praktijk van alledag? Ten eerste hebben we drie belangrijke schoolregels. Het zijn drie basale regels waar alle gedragsovertredingen naar terug te brengen zijn. 1. Wij zijn aardig voor elkaar 2. Wij zorgen goed voor alle spullen 3. Wij zijn rustig in en om de school In de eerste schoolweek hebben we deze regels met de kinderen concreet gemaakt. Zo is er een ‘groepscontract’ afgesproken en vastgelegd waarin de regels staan die we met elkaar belangrijk vinden en waar we ons aan willen houden. Deze regels zijn ook zichtbaar in de klas. Daarnaast vinden we rust, reinheid en regelmaat belangrijk. Daarom hanteren we als leerkrachten de regels consequent, zorgen we voor een schoon en opgeruimd lokaal (dit leren we ook de kinderen aan) en zorgen we voor zo min mogelijk wisselingen in lessen en leerkrachten voor de groep. De dagritmekaarten, de time-timer en het verkeerslicht gebruiken we als ondersteunende materialen om een goede structuur in de dag en de les aan te brengen. U kunt hier in het vervolg van deze klassenkrant nog meer over lezen. Voor elke kleuter is de overgang van groep 2 naar 3 een hele stap. Het ene kind is er sneller aan gewend dan het andere kind. De ervaring leert dat kinderen tot de herfstvakantie vaak erg moe kunnen zijn aan het einde van de dag en vooral aan het einde van de week. Voldoende nachtrust is cruciaal om het lestempo bij te kunnen benen. Wilt u hierop letten? Na de kerstvakantie zijn de meeste kinderen vaak goed gewend aan het andere dagritme en het werken aan een tafel. Schippersleerlingen Voor de schippersleerlingen is de overgang naar groep 3 extra intensief. Zij gaan namelijk niet alleen naar een nieuwe school, in een nieuwe klas met nieuwe kinderen en een nieuwe juf, maar ook nog eens voor het eerst van boord naar het internaat. Dit vraagt nogal wat van een kind. En ook hier geldt dat elk kind er anders mee omgaat. De één heeft heimwee en de ander neemt fluitend afscheid op maandagmorgen. Door alle veranderingen zien we soms dat de leerontwikkeling in de eerste weken moeizaam op gang komt. Na de herfstvakantie, als ze voldoende gewend zijn aan het internaat- en schoolritme, zien we deze leerlingen ook vaak open bloeien. Het contact met u als schippersouders en groepsleiding vinden we zeker in deze periode erg belangrijk. De wijze waarop we dit als school vorm willen geven, kunt u in hoofdstuk 9 lezen. Om de belevingswereld van de wal- en schipperskinderen dichter bij elkaar te brengen vinden we het leuk als de schipperskinderen een foto van hun schip en/of een (klein) potje met lading meebrengen naar school. Ook zullen we aan het begin van groep 3 een bezoek brengen aan het internaat de Driemaster. 4b. Rekenen De hoofdvakken in groep 3 zijn rekenen, taal, lezen en schrijven. Hieronder willen we een kort overzicht geven van wat we aanleren en hoe dit in zijn werk gaat. De ruimte hieronder is te klein om alles heel precies uit de doeken te doen, maar het zal u allemaal nog duidelijker worden tijdens de wenmorgens die we in het najaar organiseren. Heeft u in de loop van het jaar verder nog vragen, staan we altijd open om deze te beantwoorden.
Methode We werken met de methode ‘Alles Telt’. De methode bestaat uit 6 blokken van 6 weken. We houden dus ongeveer 4 weken in een cursusjaar over voor herhaling, het afnemen van Citotoetsen enz. Elk blok heeft een thema om de rekenactiviteiten betekenisvol voor de kinderen te kunnen maken. Na 25 lessen maken de kinderen een toets. Naar aanleiding daarvan geven we nog 3 herhalingslessen. In deze tijd krijgen de zwakkere kinderen die uitvielen op de toets extra instructie en begeleiding. Nog belangrijker vinden we het om preventief te werken, dus door extra instructie/oefening te geven voordat een kind uit gaat vallen. Een aantal lessen per blok zijn leerkrachtgebonden lessen. Dit betekent dat er (meestal) a.d.h.v. een plaat gepraat wordt over rekenbegrippen e.d. Deze leerstof wordt de les daarna verwerkt tijdens zelfstandig werken. Hiervoor krijgen de kinderen een eigen werkschrift waarin ze, na instructie van de leerkracht, zelfstandig gaan werken. Ook in het werkschrift staan mogelijk verdiepings- en verbredingsopdrachten. “even verder”, “even snel” en “plus” genaamd. De plusopdrachten zijn vooral voor de leerlingen die extra uitdaging nodig hebben. Hierin wordt dieper op de stof ingegaan en wordt er een groter beroep gedaan op de creativiteit van de kinderen om tot een oplossing te komen. Mochten ze aan deze opdrachten te weinig hebben, maken we ook nog wel gebruik van andere extra rekenmaterialen. Op de website www.allestelt.nl staat nog meer ouderinformatie over het leerjaar in groep 3. Ook staan hier tips op hoe u de rekenontwikkeling van kind kan stimuleren. In de onderbouwgroepen hebben de kinderen al kennis gemaakt met rekenvaardigheden. De getalrij tot 10 (soms zelfs al tot 20) is aan de orde gekomen, het tellen, inzicht in de ruimte om hen heen enz. In groep 3 wordt hierop verder gebouwd. Vooral in het eerste rekenblok is het belangrijk dat kinderen een goed getalbegrip ontwikkelen, zodat ze een voorstelling kunnen maken van de hoeveelheid bij een getal en het kunnen plaatsen in een getalrij. Het eerste half jaar staat het getalbegrip en het splitsen centraal. Het splitsen is erg belangrijk om later goed te kunnen automatiseren. Hier besteden we dan ook veel aandacht aan. Vanaf januari wordt het memoriseren van sommen onder de 10 steeds belangrijker. We trainen dit door gebruik te maken van de spelkist “met sprongen vooruit”. Op een speelse manier leren kinderen snel antwoord te geven op optel- en aftreksommen. Aan het eind van groep 3 moeten de kinderen immers alle plus en minsommen onder de 10 snel in hun hoofd uit kunnen rekenen. De sommen onder de 20 moeten geautomatiseerd zijn; dit wil zeggen dat de kinderen een makkelijke strategie kennen om deze sommen redelijk snel uit te kunnen rekenen. Daarnaast besteden we het tweede half jaar aandacht aan: de kloktijden (hele en halve uren), meten en meetkunde, ‘dubbelen’ en ‘bijna dubbelen’ en er wordt een voorbereiding gemaakt voor het vermenigvuldigen en delen. 4c. Taal/Spelling Methode In groep 3 gebruiken we de taalmethode ‘de Leessleutel’. Alle letters worden aangeleerd m.b.v. een sleutelwoord. Het eerste sleutelwoord is ‘naam’. We leren dit woord als globaalwoord aan. De kinderen kennen dus nog niet alle letters, maar kunnen aan het eind van hun eerste schooldag dit woord als globaalwoord ‘lezen’. De volgende dag wordt er 1 letter uit het globaalwoord aangeboden. In dit geval de letter ‘n’. Met de ‘aa’ en de ‘m’ wordt op dat moment nog niets gedaan. Maar je ziet wel vaak kinderen die deze letters toch alvast opslaan zodat ze onbewust steeds meer letters beheersen voordat ze daadwerkelijk aangeboden worden. Bij elke letter leren de kinderen ook een gebaar aan.
Op de gebarenkaart staat ook een plaatje waar de betreffende letter in is verwerkt. Op deze manier proberen we zoveel mogelijk kanalen te gebruiken om de letters aan te leren (zien, horen en voelen). Een taalles bestaat uit veel verschillende activiteiten. Bij elk thema (duurt 2 weken) hangt er een poster op en bij elk nieuw woord wat aangeleerd wordt, wordt er een verhaal voorgelezen. Vervolgens worden de al aangeleerde letters herhaalt m.b.v. flitskaarten die de leerkracht laat zien waarna de kinderen zo snel mogelijk de letters die op de kaarten te zien zijn benoemen. Daarnaast oefenen we het rijmen, luisteren naar het verschil in klanken, letters opschrijven, begin/midden/eindklanken benoemen en nog veel meer. Ook algemene taalvaardigheden als: praten over een boek, mondelinge taalvaardigheden, interpunctie, hoofdletters e.d. komen aan bod. Aan het eind van de les verwerken de kinderen de instructie in hun zelfstandig werkboekje. Half januari zijn vaak alle letters aangeboden en gaan we verder met de spelling van langere woorden, spellingregels (sch, au/ou, ng/nk, aai/ooi/oei woorden, eer/oor/eur woorden) zinnen schrijven, enz. Pluswerk Ook bij deze methode gebruiken we ‘plusboekjes’ voor de kinderen die begin groep 3 al kunnen lezen. Deze uitdagende verwerkingen zijn langer en doen een groot beroep op hun leesvaardigheid en begrip van de tekst. Extra oefenstof De kinderen die moeite hebben om alle letters in het juiste tempo te onthouden, krijgen extra instructie en extra inoefentijd. Zo flitsen of lezen we vaak ook individueel (of in een klein groepje) met een kind om het leesproces (van letterherkenning in de eerste fase) goed te kunnen volgen. Na elk thema gaat er een leesblad mee naar huis en losse letters. Deze losse letters zijn te gebruiken als flitskaartjes. Het is de bedoeling dat uw kind deze aangeleerde letters ongeveer binnen 1-1,5 seconde kan benoemen. U kunt ze ophangen aan een lijntje of op een prikbord. Elke dag 5 minuten oefenen is al voldoende om het lestempo goed bij te kunnen benen. Het leesblad zal steeds uitgebreider worden. U kunt het eerst zelf voorlezen en daarna door uw kind laten lezen. Samen lezen of om de beurt een regel lezen is ook motiverend. We geven deze bladen preventief aan alle kinderen mee. Sommige kinderen zullen deze extra oefening niet (meer) nodig hebben, maar vaak vinden ze het wel leuk om deze bladen ook mee naar huis te krijgen. 4d. Lezen Het leren lezen is één van de belangrijkste vaardigheden in groep 3. De meeste kinderen kijken hier erg naar uit en zijn daardoor erg gemotiveerd om te leren lezen. Dit is de ideale situatie om kinderen de letters aan te leren. Na verloop van tijd kan het echter toch gebeuren dat uw kind merkt dat het niet lukt om alle letters te onthouden en woordjes te lezen. In dit geval is het erg belangrijk dat u als ouder en wij als leerkrachten alert zijn op motivatieproblemen. Het idee ‘leren lezen is niet leuk (meer)’ moeten we ten allen tijde zien te voorkomen en soms zijn er dan aanpassingen nodig in de lesstof of het tempo waarmee de letters aangeboden worden. Elke week worden er twee woorden en twee letters aangeleerd. Dit wordt na 2 weken getoetst en na 8 weken vindt de zgn. ‘herfstsignalering’ plaats. Dit is een landelijke toets waarin 16 woorden en 16 letters binnen een bepaalde tijd benoemt moeten worden en geschreven worden. Dit is een belangrijk signaleringsmoment voor de leerkracht om te zien welke kinderen er achter blijven met het automatiseren van de klanklettercombinatie in hun geheugen. Als blijkt dat uw kind achter blijft, gaan we gelijk extra ondersteuning geven. Na de kerstvakantie zijn bijna alle letters aangeboden en kunnen de meeste kinderen eenvoudige boekjes lezen. We volgen de
kinderen verder met de AVI-toetsen. Volgens AVI-CITO hanteren we de landelijke norm dat de kinderen in februari groep AVI-M3 (midden groep 3) en eind groep 3 AVI-E3 (eind groep 3) minimaal behaald moeten hebben. We zullen u middels het rapport en aparte niveaubriefjes informeren over het behaalde niveau van uw kind. Kinderen die bij de start van groep 3 al AVI-M3 behaald hebben, doen verkort met de instructielessen mee en lezen daarna een boek op niveau. Vanaf februari lezen we in de groep ongeveer 4-5 keer per week 20 minuten. Hier zitten 2-3 leeslessen in, waarbij kinderen lezen in hun leesboek van de leessleutel. Twee keer per week lezen kinderen in groepjes (met het zelfde niveau) uit een AVI-boek van school. Daarnaast is het ook belangrijk om elke dag thuis te oefenen met lezen (richtlijn 10-15 min per dag). Elke dag een klein poosje oefenen zorgt voor snellere vorderingen dan één keer per week een half uur. Vooral in het leesproces bent u als ouder een belangrijke schakel (wat we zo-even al aangeven hebben). Het thuis oefenen van de letters, het oefenen met AVI-boekjes, maar bovenal het positief stimuleren van uw kind is ontzettend belangrijk, ook al gaat het nog niet zoals het zou moeten gaan. Uw kind moet ten allen tijde het leesplezier zien te behouden. Vooral kinderen die moeite hebben om het technische leesproces onder de knie te krijgen, zien we snel afhaken. Het is moeilijk en daarom niet leuk. Zitten ze eenmaal in deze negatieve spiraal, is het vaak lastig om er weer uit te komen. Een aantal tips om leesplezier te bevorderen en te behouden zijn: 1. Leesplezier staat voorop. Interessante, leuke boeken die het kind zelf uitgekozen heeft, werkt motiverend. (lid worden van de bieb). 2. Afwisselende werkvormen zijn: om de beurt een bladzijde lezen/stuk van een bladzijde een bladzijde voorlezen en het kind leest dezelfde bladzijde daarna zelf hardop (doordat u het al een keer voorgelezen hebt, begrijpt het kind de tekst beter en weet hij/zij wat er komt zodat het leestempo omhoog gaat) koorlezen (u leest in een langzaam tempo, samen met het kind, waardoor u het kind als het ware meetrekt) 3. Praten over het verhaal is zeker zo belangrijk als alleen lezen. Stel geen vragen waardoor het lezen een soort ‘overhoorlesje’ wordt van wat het kind gelezen heeft, maar meer vragen als: hoe zou het verhaal aflopen, zou jij dat ook doen wat de ‘hoofdpersoon deed’, wat vind je van het verhaal (leuk/spannend enz.), enz. Dit stimuleert het leesbegrip, wat voor langzame lezers vaak lastig is, waardoor het ook niet leuk is om te lezen. 4. Als een kind een woord niet weet wacht u ongeveer 3 seconden en zegt het daarna voor. Af en toe leest u de zin nogmaals vloeiend voor, waardoor de verhaallijn voor het kind helder blijft. 5. Soms is het ook belangrijk (bij kinderen die motivatieproblemen dreigen te krijgen) om het woord direct voor te zeggen, zodat het verhaal goed te volgen blijft voor het kind waardoor lezen leuk wordt. 6. Tot en met AVI-E3 is het belangrijk dat het kind hardop leest. Hiermee worden ‘radende lezers’ ondervangen en het kind heeft meer grip op wat hij leest. Het hardop verklanken van woorden is erg belangrijk. 7. Geef gerichte positieve reacties. Bijvoorbeeld: ik vind dat je goed gelezen hebt, vooral op de moeilijke woorden deed je goed je best. Of: ik zag dat je het moeilijk vond, maar het is toch gelukt.
4e. Schrijven Elke nieuw aangeleerde letter leren we ook gelijk te schrijven in een ‘schrijfletter’. Dus het blokschrift bij taal noemen we ‘boekletters’ (letters zoals ze in boekjes voorkomen) en bij schrijven spreken we over de ‘schrijfletter’ (het verbonden schrift). Als alle letters aangeleerd zijn als schrijfletter,
starten we vanaf half februari met het verbonden schrift. Dit is voor de meeste kinderen in het begin nog erg lastig, maar oefening baart kunst! Aan het eind van groep 3 moeten de kinderen in een redelijk tempo het verbonden schrift beheersen. De hoofdletters worden in groep 3 wel aangeleerd om te kunnen lezen, maar de kinderen hoeven ze nog niet te kunnen schrijven. 4f. Zaakvakken/wereldoriëntatie Om de doorgaande lijn vanuit groep 2 naar groep 3 te waarborgen, werken we ook in groep 3 nog twee uur per week in de hoeken. Door ruimtegebrek zijn dit geen echte hoeken zoals in de kleuterbouw. Vaak hebben we 1-2 themahoeken waarin gespeeld kan worden. De andere ‘hoeken’ bestaan uit losse opdrachten die in groepjes gemaakt worden. Het spelelement maakt in groep 3 langzaam plaats voor onderzoeksactiviteiten. Dit laatste is wel afhankelijk van het gekozen thema. Aangezien de roostertijd voor handvaardigheid en tekenen opgenomen is in het thematisch werken, besteden we ook veel aandacht aan teken/knutselopdrachten rondom het thema. De kinderen plannen hun werkjes ook weer op het planbord zoals in groep 1-2. We behandelen ongeveer 4-5 thema’s per jaar en kijken hierbij welke thema’s dicht bij de belevingswereld van de kinderen liggen of wat op dat moment actueel is. Daarnaast besteden we nog aandacht aan het thema van de kinderboekenweek. Zo mogelijk proberen we bij elk thema ook een excursie te organiseren of we nodigen iemand uit om op school iets te komen vertellen. Biologie en verkeer Na de herfstvakantie geven we biologie of verkeer. Bij biologie gebruiken we de methode “Natuurlijk” die ook in de volgende groepen gebruikt wordt. De onderwerpen vormen een voorloper op de biologielessen in groep 4. Het gaat zoal over kleuren, voedsel, kriebelbeestjes, stevig en niet stevig (bouwconstructies) enz. Bij verkeer maken we gebruik van de methode “Een rondje verkeer”. Op een leuke interactieve wijze komen verschillende onderwerpen aan bod: lopen op de stoep, oversteken, waar mag je wel/niet spelen?, met de bus, met de trein enz. 4g. Engels In groep 3 geven we nog geen Engels. We hebben ons het afgelopen jaar bezonnen op een nieuwe methode en dit jaar wordt dit ingevoerd vanaf groep 5. Wat we t/m groep 5 gaan doen wordt komend jaar besloten. 4h. SOVA Om de andere week geven we een les uit de methode “Kinderen en hun sociale talenten” om kinderen bewust sociale vaardigheden aan te leren. Het volgende komt hierin naar voren: √ samen spelen en werken √ een taak uitvoeren √ ervaringen delen √ aardig doen √ jezelf presenteren √ een keuze maken √ opkomen voor jezelf √ omgaan met ruzie. Doordat er schoolbreed les gegeven wordt rondom dezelfde thema’s is het herkenbaar voor alle kinderen. Elk jaar wordt er een beetje dieper ingegaan op de stof wat past bij de sociaalemotionele ontwikkelingsfase van het kind. Via de Informails wordt u op de hoogte gehouden welk thema er wanneer aan bod komt/gekomen is.
4i. Expressievakken De expressievakken handvaardigheid en tekenen worden vrijwel niet ‘los’ gegeven aangezien ze ondergebracht zijn bij het ‘werken in hoeken’ zoals u hierboven hebt kunnen lezen. Tussen twee thema’s door wordt er wel eens een aparte teken- of handvaardigheidles gegeven. Elke week krijgen de kinderen een half uur muziekles volgens de methode “Meer met muziek”. We leren dan vaak een liedje aan. Ook het gebruik van instrumenten, het aanleren van verschillende ritmes en het (herkennen van het) notenschrift komt aan bod. 4j. Computergebruik In ons nieuwe schoolgebouw is er om verschillende redenen voor gekozen om de computers niet meer in een centrale ruimte te plaatsen. Die redenen zijn onder andere het beperkte toezicht op het werken met de computer en het vaak niet effectief omgaan met de leertijd door leerlingen. In elk lokaal staan er enkele computers die gedurende de schooldag ingezet kunnen worden bij de verschillende lessen. In groep 3 wordt de computer voornamelijk ingezet bij het ‘werken in hoeken’. Leerlingen oefenen met het programma ‘de Leessleutel’ wat extra ondersteuning biedt bij het aanleren en herhalen van de woorden/letters. Daarnaast kunnen er ook woordenschatoefeningen gedaan worden. Tijdens de rekenlessen werken de kinderen met het computerprogramma behorend bij de methode ‘Alles telt’. 4h. Bewegingsonderwijs Eén keer per week op dinsdagmiddag, gymmen we in het speellokaal van de kleuters. Dit omdat de afstand naar de gymzaal voor groep 3 leerlingen nog te groot is om te lopen. Aangezien juf Rijsdijk niet met de klas naar gym kan lopen en niet iedere leerkracht bevoegd is om gym te geven, is er de volgende oplossing gevonden. Groep 4 heeft één keer in de twee weken gym, op dinsdagmiddag. Op die middag ruilen juf van der Grond en juf Rijsdijk van klas. Juf van der Grond loopt dan met groep 4 naar de gymzaal. Daar geeft meester van de Loo de klas gym. Hij brengt groep 4 om kwart over 3 weer op school. Juf van der Grond geeft de rest van de middag groep 6 les. Dit betekent voor de kinderen in groep 3/4 dat zij één keer in de twee weken op dinsdagmiddag juf Rijsdijk hebben. Wilt u er aan denken dat uw kind echte gymkleding (gympakje of korte broek/shirt en gymschoenen) meeneemt? Elke week gaan de gymtassen weer mee naar huis om gewassen te worden. Graag zien we ze voor dinsdag dan weer terug op school. We hebben als school de afspraak gemaakt dat kinderen niet mee mogen gymmen als ze geen gymkleding bij zich hebben. (Om veiligheidsredenen en vanuit het oogpunt van een goede hygiëne.) De eerste keer krijgen ze nog een waarschuwing, de tweede keer moeten ze op de bank blijven zitten en gymmen ze niet mee.
5. Zelfstandig werken In de groepen 1 en 2 hebben de kinderen al geoefend met zelfstandig werken. In groep 3 gaan we daar mee verder. We proberen er naar toe te werken dat de kinderen aan het einde van dit jaar 15 minuten zonder hulp van de leerkracht of medeleerling zelfstandig een taak uit kan voeren. We beginnen met een paar minuutjes per les en bouwen dat uit. De time-timer wordt gebruikt om de zelfstandig werktijd visueel te ondersteunen. Bij de kleuters hebben de kinderen gebruik gemaakt van het verkeerslicht. Ze gebruikten daar de kleuren oranje en groen. Wij gebruiken alle kleuren. De betekenis bij rood is: zelf stil aan je taak werken; bij oranje: zelf stil aan je taak werken, maar heb je een vraag, dan stel je die aan een klasgenoot; bij groen: je mag ook de leerkracht om hulp vragen. 6. Huiswerk In groep 3 wordt vrijwel nog geen huiswerk gegeven. Elke woensdag overhoren we de psalm. In een groepje zingen ze de psalm bij het bureau van de juf. Als ze het goed gedaan hebben, krijgen ze een sticker op een zgn. psalmkaart. Deze kaart blijft in het laatje op school. We oefenen de psalm ongeveer vier keer per dag in de klas. Meestal kennen de kinderen hem dan na een week. Het is wel fijn als u de psalm ook thuis zingt met uw kind. In de groepsmails kunt u altijd zien wanneer we welke psalm overhoren. Voor het leesproces is het soms belangrijk en noodzakelijk dat uw kind ook thuis oefent met lezen. Dit heeft u ook hierboven kunnen lezen. Als u tegen knelpunten aanloopt hieromtrent of als u merkt dat het allemaal te veel wordt voor uw kind, horen we het graag. In overleg kunnen we vast tot een goede oplossing komen. 7. Excursies Als een thema er zich voor leent, proberen we een paar keer per jaar op excursie te gaan. De ene keer zal dit wat verder weg zijn, dan de andere keer. Daarnaast gaan we ook twee keer in het cursusjaar naar de kinderboerderij. Deze uitjes kunnen alleen doorgaan als we voldoende ouders hebben die willen/kunnen rijden. Zeker met het hoge leerlingenaantal zullen we een beroep moeten doen op een groot aantal ouders die willen rijden. We hopen hierin van harte op uw medewerking! Ook de groepsleiding van het internaat nodigen we van harte uit om met ons mee te gaan. (Als u zich opgeeft om te rijden is een inzittendenverzekering verplicht).
8. Zorg en Begeleiding Uw zorg is onze zorg ! Misschien vindt uw kind het moeilijk op school? Of gaat het misschien zelfs soms met tegenzin? Als ouders en leerkracht sta je dan voor dezelfde vraag; wat is er aan de hand en hoe lossen we het op? Soms is dit snel duidelijk, maar het kan ook zo zijn dat het probleem dieper ligt. De leerkracht heeft al van alles geprobeerd, maar komt er niet uit. Op dat moment kan hij/zij even langslopen bij de Intern Begeleider. Op de Admiraal de Ruyterschool zijn wij: Ada Verhoeff-Goudriaan (groep 1 t/m 3) en Marjo Lammers-Vastenhoud (groep 4 t/m 8) als Intern Begeleiders verantwoordelijk voor de leerlingenzorg. Misschien heeft u zich wel eens afgevraagd wat IB-ers eigenlijk voor rol hebben in de school en hoe de zorgstructuur op school in elkaar steekt? U kunt dit lezen in de schoolgids, maar we zullen dit hier nog zo beknopt mogelijk voor u toelichten. Wat is een Intern Begeleider (IB-er)? De Intern Begeleider houdt zich bezig met allerlei zaken die te maken hebben met extra begeleiding voor leerlingen en de coördinatie daarvan. Wat doet de Intern Begeleider? 1. De IB-er geeft praktische tips en hulpmiddelen aan leerkrachten waarmee de zorg voor leerlingen kan worden verbreed en veilig gesteld. 2. De IB-er begeleidt de leerkracht in de klas en buiten de klas 3. We bespreken met de leerkracht welke leerlingen extra zorg nodig hebben bij het gewone leerstofaanbod in de groep. Soms is dit noodzakelijk omdat uw kind meer leerstof aankan of omdat uw kind juist meer instructie/oefening nodig heeft om bijv. hun rekensommen te kunnen maken. 4. Leerkrachten van informatie voorzien rondom allerlei gedrag-, leeren werkhoudingproblemen waar ze mee te maken krijgen in hun groep. Enkele taken van de Intern Begeleider: het houden van groeps- en leerlingbesprekingen de leerkracht helpen inzicht te krijgen in het probleem van de leerling een planning maken wanneer welke (Cito)toetsen afgenomen moeten worden digitaal invoeren van leerlinggegevens in het leerlingvolgsysteem overleg voeren met externe instanties zoals orthopedagogen, fysiotherapeuten, logopedisten, ambulant begeleiders, de schoolarts enz. aanspreekpunt zijn voor ouders van zorgleerlingen rugzakbegeleiding coördineren Wat houdt dit concreet in? Via een toetskalender waarop een aantal vastgestelde Cito-toetsen staat, meten we twee keer per jaar de voortgang van de vorderingen van de leerlingen op het gebied van Spelling, Rekenen, Begrijpend lezen en Technisch lezen (AVI, DMT). In de onderbouw wordt eind groep 1 en midden groep 2 de Citotoets Rekenen en Taal afgenomen. Daarnaast zijn er natuurlijk nog de toetsen die bij de lesmethoden horen en de observaties van de leerkrachten in de groepen (in de onderbouw d.m.v. KIJK). Verder wordt er 2 keer per jaar in november en maart een sociaal-emotionele observatielijst “ZIEN” ingevuld door de leerkracht. Hierdoor krijgen we inzicht in de groepssfeer en hoe elk kind ‘in elkaar zit’ op gedragsgebied. Al deze gegevens samen vormen het Leerlingvolgsysteem en worden opgeslagen in de computer. We volgen uw kind hierdoor 8 jaar lang om vervolgens met deze gegevens een goede vervolgkeuze te kunnen maken naar het Voortgezet Onderwijs.
Als blijkt dat een leerling andere scores haalt dan verwacht (of signalen vertoont van niet-welbevinden), zal de leerkracht daar extra aandacht aan besteden d.m.v. een hulpplan. Hulpplannen In het hulpplan worden een aantal aanpassingen beschreven zodat de betreffende leerling toch de lesdoelen van de groep kan halen, of juist verrijking zal krijgen wanneer blijkt dat de gewone leerstof niet voldoende uitdaging biedt. Het hulpplan is een werkplan waarin de leerkracht aangeeft wat het probleem van het kind is, welk doel zij wil bereiken met de leerling(en), hoe zij dit zal organiseren, met welke materialen en op welke momenten. De ouders worden van dit plan op de hoogte gebracht. Na een aantal weken (6-8) zal dan bekeken worden of de doelstellingen bereikt zijn en wordt het hulpplan afgesloten of zo nodig verlengd. De hulp wordt in eerste instantie door de leerkracht in de groep gegeven. Groepsplannen Voor rekenen en spelling worden er hoofdzakelijk groepsplannen geschreven. In dit plan staat het lesaanbod verwoord voor de hele groep (opgedeeld in verschillende niveaugroepen). Uw kind wordt in één van de drie niveaugroepen geplaatst en de leerkracht vermeldt de bijbehorende aanpak (bijv. extra instructie, extra oefentijd, inzetten van verrijkingsmateriaal). We beogen hiermee dat de rekendoelen waaraan gewerkt wordt voor alle kinderen hetzelfde zijn, maar dat de manier waarop uw kind deze doelen haalt, verschillend kan zijn. Ieder kind leert immers anders. We willen door deze manier van werken recht doen aan deze verschillen. Remedial Teaching (RT) Soms heeft de leerkracht in de klas al van alles geprobeerd, maar uw kind blijft toch achterlopen bij de rest van de groep. De leerkracht zal dit dan opnieuw met de Intern Begeleider bespreken. We kijken dan of mogelijkheid is voor Remedial Teaching (RT) = extra hulp buiten de groep. Ons doel hiermee is altijd om de leerling kortdurend intensief extra te begeleiden waardoor hij/zij weer zo snel mogelijk mee kan doen met de groep. Eén keer per week (20 min) wordt uw kind uit de klas gehaald en wordt er in een aparte ruimte geoefend met de vaardigheden die nog lastig zijn volgens het door de leerkracht opgestelde hulpplan. De RT-er registreert de voortgang elke week in het hulpplan en onderhoudt hierover contact met de leerkracht, zodat de hulp buiten de klas niet los komt te staan van het lesprogramma in de klas. Groepsbespreking Drie keer per jaar wordt uw kind met de Intern Begeleider besproken. Dit vindt meestal plaats na de herfstvakantie, rond de voorjaarsvakantie en voor de zomervakantie (tijdens de overdracht naar de nieuwe leerkracht). Tijdens deze groepsbespreking worden opvallende ontwikkelingen ten aanzien van de toetsresultaten en op sociaal-emotioneel gebied besproken en de IB-er geeft zonodig advies bij het opstellen van een hulpplan voor in of buiten de groep. In sommige omstandigheden neemt de leerkracht of IB-er contact met u op om de zorgen rondom uw kind op school te bespreken en te kijken welke aanpassingen er eventueel nodig zijn. We willen benadrukken dat niet alle problemen even ernstig zijn als we u bellen om een afspraak te maken, maar we willen graag zo preventief mogelijk begeleiding bieden en nemen daarom ook zo spoedig mogelijk contact met u op als de ontwikkeling anders verloopt dan verwacht. We zien ouders hierin als ‘ervaringsdeskundige’ die vaak een schat aan informatie hebben over hun kind waar wij ons voordeel mee kunnen doen op school. U kent uw kind immers het beste! Indien de benodigde hulp voor uw kind niet binnen school geboden kan worden of als er aanleiding is voor nader onderzoek, kunnen we hulp van buitenaf inschakelen. Als school
zijn we aangesloten bij de schoolbegeleidingsdienst: “Driestar Educatief”. Vanuit deze dienst komt de orthopedagoog 7 keer per jaar op school om ingewikkelde vragen/problemen rondom een kind met ouders, leerkracht en IB-er te bespreken. Ze geeft adviezen en heeft ook de bevoegdheid om nader onderzoek te doen (hierbij kunt u denken aan een intelligentieonderzoek, dyslexieonderzoek e.d.). Echter, uitsluitend als ouders daar toestemming voor geven. Verder kunnen we gebruik maken van de kennis van leerkrachten uit het Speciaal Basis Onderwijs (SBO), de zogenaamde Ambulante Begeleiders. Zij kunnen komen observeren en de leerkracht bredere ondersteuning en tips geven. Problemen van maatschappelijke aard, of zaken die met opvoeden te maken hebben, worden begeleid door de School Maatschappelijk Werker (SMW-er) mevrouw Jannine Kok. Logopedie en fysiotherapie Verder zullen wij als school ouders soms adviseren om een fysiotherapeut of een logopedist in te schakelen. Taal/spraak en motoriek zijn belangrijke peilers waarop de verdere ontwikkeling is gebouwd. Vooral in de onderbouw proberen we daarom zo goed mogelijk te signaleren wanneer kinderen achterlopen in hun spraak/taal- of motorische ontwikkeling. We zullen u dan adviseren om een screening te laten doen en aan de hand daarvan te bekijken of behandeling nodig is. De oudste kleuters en de schipperskinderen in groep 3 krijgen een logopedische screening door de gemeente Krimpen aangeboden. Hier zijn voor de ouders geen kosten aan verbonden. Deze screening vindt plaats in de eerste 3 maanden van het cursusjaar. Als blijkt dat een leerling logopedische hulp nodig heeft, krijgt deze een verwijsbrief voor de huisarts, een kopie voor een vrijgevestigde logopedist en een kopie voor de ouders/verzorgers. (Logopedische behandelingen worden vergoed door de zorgverzekeraar.) Tenslotte De leerkracht blijft ten allen tijde de eerst verantwoordelijke voor het leerproces van uw kind. U wordt zo goed mogelijk op de hoogte gehouden van de vorderingen die uw kind maakt door de rapportavonden, de ouderbezoeken of extra contact via de telefoon of email. Mocht u desondanks toch vragen hebben rondom de leerstof of begeleiding van uw kind, kunt u altijd contact opnemen met de leerkracht. In tweede instantie kunt u ons benaderen. Juf Verhoeff (IB-er gr 1 t/m 3)
[email protected] Juf Lammers (IB-er groep 4 t/m 8)
[email protected]
9.Oudercontacten In een cursusjaar vinden op de volgende momenten contacten met ouders plaats. Ouderavond Deze wordt jaarlijks belegd. Het ene jaar nodigen we een externe spreker uit die met ons nadenkt over een maatschappelijk of onderwijskundig thema. Het andere jaar, geven we zelf invulling aan deze avond door een onderwijskundig thema aan de orde te stellen. Hierbij kiezen we altijd een dusdanig onderwerp wat op dat moment relevant is in de schoolontwikkeling. Informatie aan het begin van het schooljaar Er wordt geen aparte informatieavond belegd aan het begin van het schooljaar. Deze klassenkrant vervangt de informatieavond. Ouderbezoeken/Boordbezoek We vinden het belangrijk om aan het begin van de schoolloopbaan van een kind op ouderbezoek te gaan. Daarom krijgen de leerlingen uit groep 1 en 2 tussen de herfst- en de voorjaarsvakantie ouderbezoek. Kinderen die t/m januari groep 0 binnenstromen krijgen in de maanden februari-juni ouderbezoek. De tien-minutengesprekken in december vervallen hierdoor voor groep 1 en 2. Ouderbezoeken in de groepen 3-8 zullen alleen nog incidenteel plaatsvinden. Luistergesprekken Waarom een luistergesprek? In het vorige cursusjaar zijn we gestart met de zogenaamde luistergesprekken aan het begin van het cursusjaar voor groep 1 t/m 8. Door zowel leerkrachten als ouders zijn deze gesprekken als positief en waardevol ervaren. Vandaar dat we deze werkwijze graag voortzetten. Doel Het doel van deze gesprekken is om zoveel mogelijk informatie te verzamelen waarmee wij het lesaanbod zo optimaal mogelijk kunnen afstemmen op de behoeften van uw kind. De kernvraag tijdens deze gesprekken is dus: “Wat heeft uw kind nodig om goed tot leren te kunnen komen?” Zoals het woord al zegt, zal tijdens deze gesprekken niet de leerkracht aan het woord zijn, maar u als ouder. Naast de overdracht van de leerlingen tussen de ‘oude’ en de ‘nieuwe’ leerkracht voor de zomervakantie, krijgen we op deze wijze ook van u informatie bij de start van het cursusjaar. Hierdoor is er aan het begin van het cursusjaar al contact tussen de leerkracht en u als ouder. Organisatie In de derde week van het schooljaar zullen we met alle ouders (in ieder geval één van beide ouders) een luistergesprek voeren. De walouders worden ingepland. In de eerste schoolweek krijgt u middels een brief aanvullende informatie over de gang van zaken rondom deze ‘luisteravonden’. We begrijpen dat we de schipperouders natuurlijk niet zomaar in kunnen plannen. Toch kan het misschien voorkomen dat er schipperouders (van ingeschreven leerlingen) zijn die wel in de gelegenheid zijn om te komen of die dat graag willen. In de brief die in de eerste week van het nieuwe cursusjaar meegaat, wordt daarom ook aangegeven dat als schipperouders graag aanwezig zijn op de luisteravond(en), ze dit door kunnen geven aan de leerkracht binnen een bepaalde tijd. Deze schipperouders worden dan ook ingepland op één van de drie luisteravonden. Mocht u als schipperouder niet in de gelegenheid zijn om te komen voor een luistergesprek, wordt u in de derde of vierde schoolweek door de leerkracht gebeld voor een ‘telefonisch luistergesprek’. Dit betreft de schipperouders van ingeschreven leerlingen.
U krijgt van te voren een vragenlijst die als leidraad zal dienen voor het gesprek. Middels deze vragenlijst kunt u zich thuis ook goed voorbereiden op het gesprek. Daarnaast kunt u relevante informatie die u ter sprake wilt brengen hier alvast op noteren. De luistergesprekken duren 10 minuten. Aangezien we veel waarde hechten aan deze gesprekken zullen beide leerkrachten (indien van toepassing) hierbij aanwezig zijn. Data luistergesprekken De gesprekken staan gepland op:
dinsdag- en donderdagavond 16 en 18 september 2013 Wilt u deze data alvast reserveren in uw agenda? Op één van deze avonden wordt u namelijk verwacht om te komen praten over uw kind(eren). Zoals gezegd zullen de ouderbezoeken in groep 3 t/m 8 hierdoor in principe vervallen. Mocht u in de loop van het cursusjaar toch behoefte hebben aan een ouderbezoek, kunt u dit alsnog kenbaar maken bij de leerkracht. De leerkracht kan ook zelf aangeven een ouderbezoek wenselijk te vinden. Er zullen dus alleen incidenteel nog ouderbezoeken afgelegd worden in groep 3 t/m 8. Rapportavonden De rapportavonden na het eerste en tweede rapport blijven bestaan. Ook de vormgeving blijft bijna gelijk. U kunt zich van tevoren opgeven via het antwoordstrookje bij de Informail. Onze secretaresse maakt een indeling en u krijgt voor het gesprek een bevestiging van de tijd waarop u wordt verwacht voor het ‘tien-minutengesprek’. Daarnaast kunt u, zonder afspraak, de hele avond het werk van uw kind bekijken op de tafels in de gang. Dit geldt voor de groepen 3-8. De kleuterlokalen blijven de hele avond vrij toegankelijk voor ouders om even binnen te lopen en de werkjes te bekijken. De leerkrachten van de kleutergroepen zullen de tien minutengesprekken in een andere ruimte voeren. Rapportinloop schipperouders De ouders van de schippersleerlingen uit groep 3 en 4 worden in de week van de rapportavond of de week daarna gebeld door de leerkracht. De ouders van de schippersleerlingen uit groep 5 t/m 8 krijgen op vrijdagmiddag van 15.30-16.15 uur de gelegenheid om de leerkracht te spreken in de klas. Definitieve data worden bekend gemaakt via de Informail. In verband met de VO gesprekken vervalt de contactavond en schippersinloop voor groep 8 bij rapport 2. Internaat informeren Om te waarborgen dat er voldoende contact tussen de leerkracht en het internaat zal zijn is in overleg met de directie van het internaat afgesproken dat de leerkracht na het eerste en tweede rapport per mail contact legt over elke schippersleerling uit zijn/haar klas. De groepsleiding van het internaat zal binnen een week een reactie geven per mail. Het contact met het internaat zal plaatsvinden nadat de leerkracht de ouder gesproken heeft (bij de groepen 3-4). De ouders van de leerlingen uit groep 5-8 die niet op de rapportinloop zijn geweest ontvangen de informatie van de leerkracht wat naar het internaat gaat per mail, zodat ouders altijd op de hoogte zijn van deze informatiestroom. Daarnaast houdt de leerkracht ook buiten deze vaste contactmomenten contact met het internaat over allerhande zaken. De Intern Begeleiders van de school houden contact met mevr. Hoogendijk van het internaat over leerlingen met specifieke zorgbehoeften.
Consultatie met orthopedagoog Wanneer een leerling met de orthopedagoog besproken wordt, nodigt de leerkracht (na toestemming van de ouders) ook de groepsleiding van het internaat uit. De leerkracht stuurt het verslag van de orthopedagoog (na toestemming van ouders) door naar de groepsleiding van het internaat. De IB-er stuurt het verslag van de orthopedagoog door naar mevr. Hoogendijk. Contacten met ouders t.a.v. huiswerk: Het huiswerk van de groepen 3 t/m 5 wordt één keer per twee weken doorgemaild naar de groepsleiding van het internaat en naar de schipperouders van de betreffende groepen. Hier kunnen ook andere opmerkingen m.b.t. schoolactiviteiten op vermeld worden. Voor het huiswerk wordt er aan de leerlingen van groep 6 wekelijks een huiswerkbriefje (Weekpl@nning) op A-5 formaat meegegeven. Daarnaast ontvangen de ouders en de huisjes van het internaat dit ook per e-mail. In groep 7 en 8 wordt er voor het noteren van het huiswerk en overige informatie met een agenda gewerkt. In groep 7 wordt het invullen van de agenda samen met de leerkracht gedaan en die controleert dit tevens. In groep 8 geeft de leerkracht de leerling de gelegenheid de agenda in te vullen en controleert dit steekproefsgewijs. In groep 6 staat het weekoverzicht op de voorkant van het bord. In groep 7 staat het weekoverzicht op de voorkant van het bord en wordt het in hun eigen agenda geschreven. In groep 8 wordt het weekoverzicht in hun eigen agenda geschreven en laat de leerkracht m.b.v. het Smartboard het weekoverzicht eens per week zien. Naar het internaat wordt ook nog wekelijks op vrijdag een overzicht van het huiswerk van alle bovenbouwgroepen gemaild. Leerlingen met extra onderwijsbehoeften De leerkracht is de eerst verantwoordelijke voor het informeren van ouders over terugval in resultaten en andere zorgen rondom leerlingen. Ouders worden vroegtijdig op de hoogte gebracht van behaalde Cito D/E scores of bij een forse daling. Dit mag nooit een verrassing zijn op het rapport. Leerlingen met specifieke zorgbehoeften worden met de IB-er besproken en vervolgens eventueel met de orthopedagoog of andere externen. Oudermorgens De groepen 1 t/m 3 organiseren in het najaar oudermorgens. Ouders zijn dan van 8.3010.30 welkom in de groep van hun kind. Dit wordt van te voren door de leerkracht georganiseerd middels aanmelden en inplannen. Schippersouders krijgen in groep 3 op twee morgens de gelegenheid om een oudermorgen bij te wonen. In de kleutergroepen wordt er een aantal mogelijkheden geboden voor schippersouders op maandag- en vrijdagmorgen. Buiten de geplande moedermorgens staan we bezoek niet toe om de rust in de groepen zoveel mogelijk te bewaren.
Overige contacten Los van bovenstaande gesprekkencyclus nemen we ook om andere redenen contact op met u als ouders/internaat: - bij een heftig incident op school waar uw kind bij betrokken was - bij extreem brutaal gedrag - bij straf na schooltijd langer dan een kwartier, over het hoe en waarom van de straf - na ongelukjes die gevolgen kunnen hebben - bij grote veranderingen in de resultaten/welbevinden van uw kind Alle data voor bovenstaande contactmomenten kunt u terugvinden in de jaarplanner welke mee zal gaan bij de Informail van september 2014.
10. Om te onthouden... Bieb Om de drie weken gaan we op dinsdagmiddag naar de bieb. De kinderen mogen met hun tas en biebpas naar de bieb om drie boeken uit te zoeken. Ze mogen een prentenboek en twee (voor-) leesboeken nemen. Het prentenboek blijft in het laatje op school en de voorleesboeken gaan in de biebtas mee naar huis. Later in het jaar kiezen de kinderen meer leesboeken uit die ze dan in hun laatje op school bewaren om te kunnen lezen. Vaak gaan er dan nog 1 of 2 boeken mee naar huis. Wilt u er voor zorgen dat de biebtas tijdig aan de kapstok hangt? Het is jammer als kinderen weer drie weken moeten wachten totdat ze nieuwe boeken uit mogen kiezen. De biebdata zullen we vermelden in de groepsmail. Gemaakt werk De kinderen maken niet alleen opdrachten in hun schriften, maar ook op stencils. Deze stencils krijgen de kinderen om de week mee naar huis in een snelhechter. De bedoeling is dat u al het werk eruit haalt en de snelhechter de volgende schooldag weer meegeeft. Zending Op woensdagmorgen wordt er geld opgehaald voor de zending. Op dit moment van schrijven is nog niet bekend voor welk doel we dit jaar in groep 3 zullen sparen. T.z.t. zullen we u hierover informeren via de groepsmail. Speelgoedmiddag Tot de herfstvakantie mogen de kinderen op maandagmiddag (buiten)speelgoed meenemen. Dit is voor de kinderen herkenbaar uit de kleutergroepen. Hierdoor proberen we o.a. de overgang van groep 2 naar groep 3 zo soepel mogelijk te laten verlopen. We spelen in principe buiten met de kleutermaterialen, tenzij het regent. Dan spelen we wel binnen, dus dan graag speelgoed meegeven waar binnen mee gespeeld kan worden (geen vecht- , schiet- , of computerspelletjes). Cadeautjes De kinderen maken voor de jarige papa’s en mama’s een klein cadeautje. Dit krijgen ze kort voor uw verjaardag mee naar huis. Voor de verjaardagen van de jufs krijgt uw kind een briefje mee dat er geld ingezameld wordt. Hier wordt door een andere leerkracht een cadeau van gekocht. Trakteren Als uw kind jarig is mag het op school trakteren. Ook mag het met twee kinderen de klassen rond. We hebben de afspraak dat de kinderen per bouw de groepen rond gaan. Voor groep 3 geldt dat deze leerlingen dus alleen bij groep 3/4, 4, 5 mogen trakteren. Daarnaast mogen ze ook langs de directeur. Als uw kind in een vakantie of in het weekend jarig is, gaan we er vanuit dat het kind de maandag daarna trakteert. Wilt u even contact opnemen als dit niet uitkomt? Dagritmekaarten Om de structuur voor de kinderen duidelijk te houden, werken we met dagritmekaarten. Dit zijn plaatjes met daaronder geschreven welke les /activiteit het is. De kaartjes worden op volgorde van lessen/activiteiten van de betreffende dag opgehangen aan de muur. Zo weten de kinderen wat er die dag allemaal komen gaat en in welke volgorde, zodat ze niet voor verrassingen komen te staan. Dit bevordert de structuur. Tot slot vindt u de leerlinglijst op de volgende pagina. Mocht u nog informatie missen, horen we het graag.
11. Leerlinglijst