Grenzüberschreitende Vechtetal-Strategie Grensoverschrijdende Vechtvisie
Notulen: 3e bijeenkomst van de Duits-Nederlandse Steuerungsgruppe 16 maart 2009 / De Zwieseborg (Nederland) Voorzitters: De heer Jan v/d Molen (Waterschap Velt en Vecht) De heer Schwarz (Landkreis Grafschaft Bentheim) Aanwezig: zie bijlage Projectbureau: De heer Van Sluis (DHV) De heer Renner (DHV) De heer Janssen (NWP) De heer Knies (NWP)
1. Opening Nadat de vergadering door de heer Van de Molen is geopend, geeft het projectbureau een korte toelichting op de agenda en wordt erop gewezen dat er nieuwe deelnemers zijn op deze derde bijeenkomst van de Duits-Nederlandse stuurgroep.
2. Inleiding De heer Janssen van het projectbureau geeft een inleidende presentatie over het doel van de workshop. Centraal op deze dag staat de verdere concretisering van Duits-Nederlandse projecten en projectideeën die opgenomen moeten worden in het uitvoeringsprogramma Vecht en Vechtdal 2009 – 2013. De huidige projecten/projectideeën zijn op basis van een inventarisatie in de twee landen in longlists voor Nederland en Duitsland samengevoegd. Nadat bespreking van deze longlists in de tweede workshop van de Duits-Nederlandse Steuerungsgruppe en het opdrachtgeversoverleg, en na bilateraal overleg met de initiatiefnemers/partners zijn daaruit drie shortlists ontstaan: voor Nederland,
1/8
voor grensoverschrijdende projecten en voor Duitsland. De shortlists omvatten projecten die geschikt zijn om op niet al te lange termijn te worden uitgevoerd. De heer Janssen benadrukt dat er in de workshop van vandaag vooral gestreefd zal worden om tot een concrete invulling te komen van de Duits-Nederlandse projecten en projecten (shortlist). Er zal in vier werkgroepen en in twee sessies (voor en na de lunch) worden gewerkt. De werkgroepen zijn: A
Waterbeheer en natuurontwikkeling (G 1, G 2)
B
Vechtdalproducten (G 11)
C
Gebiedsontwikkeling Hardenberg - Emlichheim (G 4)
D
Toerisme, cultuur, educatie (G 3, G 5a; b, G 6, G 9, G 10)
De heer Janssen zegt verder dat de betreffende projectbladen G1 t/m G11 van de grensoverschrijdende projecten als uitgangspunt kunnen dienen voor de discussie in de vier werkgroepen. De discussie in de werkgroepen is er met name voor bedoeld om: •
overeenstemming te bereiken over de gewenste en gemeenschappelijke projecten
•
afspraken te maken over de verdere gang van zaken/uitwerking.
Ten slotte wijst de heer Janssen erop dat er bij deze workshop een aantal extra projectpartners en actoren aanwezig is, omdat het bij deze workshop gaat om de uitvoeringsfase. Dit is dus de eerste bijeenkomst van de 'projectteams' die afspraken kunnen maken over de toekomstige uitwerking en uitvoering van de projecten.
3. Duitse, Nederlandse en grensoverschrijdende projecten en projectideeën De heer Knies (projectbureau) en de heer Van der Griendt (Ruimte voor de Vecht) vatten samen wat de stand van zaken is met betrekking tot de long- en shortlists in de beide landen. De heer Knies legt uit hoe de Duitse longlist tot stand is gekomen. Naast ca. 70 reeds voltooide projecten in het Vechtdal zijn er nog 45 projecten gepland, en 54 projecten die in aanmerking komen voor uitvoering. De geplande en in aanmerking komende projecten zijn opgenomen in longlist D (zie bijlage). De heer Knies geeft vervolgens een korte beschrijving van de 6 veelbelovende projecten op de Duitse shortlist: herinrichting van de Vecht in Darfeld, Vechteuferpark in Metelen, reconstructie van een Vecht-stuw bij Schüttorf, Vecht-meer / waterstad Oorde, project Frenswegen en manege Denne (Emlichheim). Voor de Nederlandse situatie geeft de heer Van der Griendt als toelichting dat er op de Nederlandse shortlist momenteel 9 projecten staan, op de longlist 63 projecten en op een extra 'ideeënlijst' nog eens 90 projecten (zie bijlage). Met de uitvoering van de Nederlandse shortlist-projecten wordt in 2009 begonnen; voor deze projecten wordt cofinanciering in het kader van het programma Ruimte voor de Vecht ter beschikking gesteld. Van de longlist-projecten wordt verwacht dat deze in de periode van 2010-2013 kunnen worden uitgevoerd. De heer Van der Griendt geeft vervolgens een korte omschrijving van de 9 projecten op de Nederlandse shortlist: fietsersbrug Loozensche Linie, jagers- & verzamelaarsplek Larinkmars, monding oude Radewijkerbeek, natuurbelevingspunt, natuurbuffer Agnietenberg, natuurlijke inrichting oevers Vechtmonding, passeerbaar maken stuw Junne, pontje Hessum, en Vechtpark-Haven. De heer Renner vat samen dat de Duitse en Nederlandse long- en shortlists geactualiseerd zijn. De grensoverschrijdende projecten en projectideeën zullen daarentegen op basis van de resultaten van de workshop van vandaag worden geactualiseerd. Hij wijst er nog eens op dat de status van de Duitse en Nederlandse shortlist verschilt: de Nederlandse shortlist-projecten zullen worden gerealiseerd in
2/8
2009/2010; de projecten op de Duitse shortlist zijn weliswaar veelbelovend, maar de uitvoering bevindt zich nog niet in een dergelijk vergevorderd stadium als de Nederlandse projecten. Als inleiding op de eerste sessie van de werkgroepen beschrijft de heer Renner het overzicht van de grensoverschrijdende projecten en projectideeën. Hierbij gaat het momenteel om 10 onderwerpen/projecten en ca. 15 concrete projecten. Daarnaast gaat hij in op de vraag hoe deze grensoverschrijdende projecten en projectideeën verband houden met het gemeenschappelijke toekomstbeeld, de vijf integrale statements en de daaruit afgeleide geformuleerde actievelden op inhoudelijk en ruimtelijk gebied.
4. Rondleiding landhoeve Zwieseborg en Loozensche Linie De heer Arkes (Staatsbosbeheer) en de heer Jehee (Ruimte voor de Vecht) geven tijdens een rondleiding informatie over de landhoeve Zwieseborg, die in het kader van het LEADER-programma is verbouwd (www.zwieseborg.nl) en het integrale project Loozensche Linie (herstel oorspronkelijke meander, reconstructie van de verdedigingswerken).
5. Verslag van de werkgroepen Werkgroep A 1. Verslag hoogwater •
• • •
Verslag over de uitwisseling die momenteel plaatsvindt, en de aanwezige kennis Initiatiefnemer: Waterschap Groot Salland (Kloosterboer) neemt contact op met Bezirksregierung Münster en het NLWKN Naar verwachting zijn in april meer resultaten bekend; in mei is een volgende bijeenkomst gepland Belangrijke bouwsteen voor een Vechtsymposium
3/8
2. Passeerbaarheid
•
• •
• •
Principiële discussie over passeerbaarheid (passeerbaarheid voor aquatische/terrestrische organismen / inhoud / afgrenzing ten opzichte van elkaar / herinrichting winterbed vanuit het oogpunt van natuurbehoud / doelsoorten) – overeenstemming over naam: WG Biologische Passeerbaarheid Er wordt gestreefd naar uitwisseling van informatie en ervaringen (constructiemethoden, monitoring, controle van de behaalde resultaten, doelsoorten) en overige afspraken Er is vastgesteld welke andere actoren nog van belang zijn (visserij-organisaties (Landesfischereiverband, Visfederatie, Rijkswaterstaat), natuurverenigingen) Initiatiefnemer: WVV (de heer De Vries), Bezirksregierung Münster (de heer Jasperneite ? de heer Nolte), NLWKN (de heer Gaebel); WVV zal het contact tot stand brengen Eveneens een belangrijke bouwsteen voor een Vechtsymposium
3. Vechtsymposium •
• • •
Wordt niet beschouwd als een symposium waarop alleen vakinhoudelijke kennis wordt uitgewisseld, maar als overkoepelend evenement om de communicatielijnen open te houden. Voorstel: tweedaags evenement (1 dag vaksymposium (alle sectoren, ook toerisme en gebiedsontwikkeling), 1 dag synopsis en afstemming), in ieder geval als terugkerend evenement. Vanwege de nieuwe richting zijn er geen initiatiefnemers aangewezen. Wenselijkheid uitgesproken van integratie in toekomstig programmabureau.
4. Ontwikkeling winterbed / natuurbehoud
•
•
•
• • •
• •
Op basis van de discussie over passeerbaarheid wordt gesteld dat de functie van de Vecht als corridor van groot belang is. Daarbij wordt benadrukt dat er niet gestreefd wordt naar een aaneengesloten concept (geen masterplan) maar dat de voorkeur uitgaat naar een stapsteenconcept. Overeenstemming over uitwisseling en harmonisering van de eisen die aan een stapsteenconcept in D en NL worden gesteld; het concept wordt door beide landen als het meest pragmatisch en effectief beschouwd. Volgens de werkgroepleden is de herinrichting van waardevolle structuren vaak wel haalbaar, maar loopt deze vaak vast op de wet- en regelgeving op het gebied van natuurbescherming. Dus: betere afstemming met de overheden op het gebied van natuurbescherming, betrekken van de verantwoordelijke instanties Er wordt benadrukt dat er rekening moet worden gehouden met de belangen van de landbouw Er moet een overzicht komen van alle grond die in eigendom is van de overheid, zoals dat bijv. binnenkort in NRW beschikbaar zal zijn, want de overheid heeft vaak veel meer grond dan wordt aangenomen of bekend is, waardoor er dus meer grond beschikbaar is en meer ruilmogelijkheden zijn. 'WG Stapsteen' (nog geen definitieve naam vastgesteld) zeer gewenst Onderzoek door eindverantwoordelijke naar de afstemming met overheden op het gebied van natuurbescherming en oprichting AK.
4/8
Werkgroep B In deze werkgroep werd het onderwerp streekproducten, en dan met name de productie en marketing van (duurzame) Vechtdalproducten besproken.
1.
Streekproducten •
Allereerst wordt vastgesteld dat in de toekomst ook toeristenorganisaties (m.b.t. marketing van streekproducten) en in Nedersaksen de dierentuin van Nordhorn (vraag, marketing) bij het proces moeten worden betrokken.
•
Harry Donkers (Stichting Dianthus) presenteert het Nederlandse concept Vechtdalproducten en de projectschets ZuivelNatuur en benadrukt dat het de bedoeling is dat dit concept in het hele Vechtdal, mede in samenwerking met Duitse boeren, wordt ontwikkeld. Daarnaast stelt hij dat er in Nederland een concrete vraag bestaat, bijvoorbeeld naar duurzaam geproduceerd graan; ook hier zou directe samenwerking met Duitse boeren mogelijk zijn.
•
Er wordt gesproken over de uitbreiding van de initiatieven op het gebied van Vechtdalproducten naar Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen, waarbij het met name gaat om a) marketing van streekproducten en b) duurzame productiemethoden.
•
Voorgesteld wordt om te onderzoeken of de uitbreiding van de initiatieven op het gebied van Vechtdal-producten kan worden gesubsidieerd met INTERREG-middelen. De concrete samenwerking van Duitse en Nederlandse boeren zou zich kunnen richten op oude huisdierrassen, met name runderen en varkens. In Noordrijn-Westfalen zou de nadruk kunnen liggen op de marketing van streekproducten, met name op de combinatie van Vechtdalproducten met de inspanningen van de marketingregio Münsterland.
•
Een bredere doelstelling van een INTERREG-project zou kunnen bestaan uit uitbreiding van het concept van Vechtdalproducten naar het hele Vechtdal (bijv. een gemeenschappelijk logo/merk voor het Vechtdal) en het stimuleren van de regionale en bovenregionale marketing van Vechtdalproducten. Belangrijke aandachtspunten zijn: 1) gebiedsafbakening; 2) samenwerking tussen de Duitse en Nederlandse deelnemende partijen; 3) afstemming welke producten en diensten waardevol zijn voor de regio en 4) organisatievorm en kwaliteitszorg.
•
Daarnaast dient het bestaande LEADER-projectidee met betrekking tot uitbreiding van marketingactiviteiten ten behoeve van de Vechtdalroute verder te worden ontwikkeld; onderzocht moet worden in hoeverre dit kan worden gecombineerd met en gekoppeld aan het concept Vechtdalproducten, met name ten aanzien van contacten met klanten en distributeurs (culinaire gids/streekproductenroute). Afgesproken wordt dat de Landkreis Grafschaft Bentheim samen met de Stichting Dianthus, begin juni een eerste informatiebijeenkomst organiseert voor geïnteresseerde boeren in Nedersaksen en NRW. Stichting Dianthus presenteert tijdens deze bijeenkomst onder andere het Nederlandse concept voor Vechtdalproducten. De bijeenkomst biedt de gelegenheid om kennis te maken met nieuwe geïnteresseerde Duitse en Nederlandse boeren.
•
•
Verdere werkafspraken met betrekking tot de uitwerking van INTERREG- of LEADERprojectideeën worden na die bijeenkomst gemaakt. Oriënterende vervolggesprekken kunnen na de zomer plaatsvinden.
5/8
Werkgroep C In deze werkgroep kwamen verschillende onderwerpen/projecten (6) aan bod: 1.
Fietskaart Samtgemeinde Emlichheim
• • • •
De Samtgemeinde Emlichheim ontwikkelt momenteel haar eigen fietskaarten. De bedoeling is dat deze kaarten grensoverschrijdend van opzet zijn en met de partners over de grens worden afgestemd. Er is al contact gelegd met de gemeente Hardenberg. De Samtgemeinde Emlichheim wil de fietsroute graag integreren in het Nederlandse knooppuntensysteem. Daarnaast wordt getracht (waar mogelijk gemeenschappelijke) subsidie/financiering te krijgen via de Euregio.
De coördinatie van de verdere planning van dit project is in handen van de heer Wösten (Samtgemeinde Emlichheim); hij neemt contact op met Linda Schopmann (gemeente Hardenberg). 2. Ruiterpadennetwerk De Landkreis Grafschaft Bentheim heeft een concept voor een ruiterpadennetwerk ontworpen; de voorgestelde routes worden momenteel besproken en afgestemd met de betrokken gemeenten in de Landkreis. Dit ruiterpadennetwerk moet grensoverschrijdend worden opgezet. Tot nu toe zijn er twee plaatsen voorgesteld waar de routes de grens zouden moeten kruisen. De heer Oncken (LRGB) zal contact opnemen met de heer Eysink (provincie Overijssel) voor een concrete invulling en verdere afstemming van het project. Er is nog geen definitieve uitsluitsel over de uitvoering van het project, met name de financiering (LEADER ?). Naast de nu voorgestelde routes, die door de hele Landkreis lopen, moeten er nog lokale routes (gemeenten) worden ontwikkeld en afgestemd. Bij deze afstemming zal met name nog worden gelet op het gebruik van de ruimte (geen storende invloed op de landbouw). Men is met name geïnteresseerd in een route direct langs de Vecht. In april 2009 zal er al verdere afstemming over het project plaatsvinden. 3. Wandelroute/Vechtdalpad Er is interesse om te kijken of er gezamenlijk een wandelroute in het Vechtdal kan worden opgezet. 4. Vecht-bevaarbaarheid Tegenwoordig is er een aantal roei-evenementen op de Vecht (sloepenrace Gramsbergen – Laar). In principe heeft de Samtgemeinde Emlichheim belangstelling om de mogelijkheden voor boottochten uit te breiden. De bedoeling is om de bestaande aanlegplaatsen op te waarderen. 5. 'Vecht-meer' De Samtgemeinde Emlichheim is van plan een 'Vechtmeer' (7 à 8 ha) te realiseren, dat als recreatieplas moet gaan dienen. Op dit moment wordt de haalbaarheid hiervan onderzocht. Dit Vechtmeer moet een integrale functie krijgen (recreatie, bescherming tegen hoogwater, compensatie, enz.). 6. Masterplan - Gebiedsontwikkeling Emlichheim/Hardenberg De Samtgemeinde Emlichheim (gemeenten Laar en Emlichheim) en de gemeente Hardenberg willen een grensoverschrijdend gebiedsontwikkelingsplan (masterplan) opstellen. Daarbij moet de Vecht
6/8
centraal komen te staan en als uitgangspunt worden genomen. Bij de gebiedsontwikkeling zal worden gekeken naar de volgende punten: • • • • • •
recreatie/vrije tijd/toerisme bescherming tegen hoogwater natuur/landschap/compensatie landbouw 'de grens'/'grensgebied' communicatiestructuren
Het masterplan moet vorm krijgen in een gezamenlijk en open planningsproces (D/NL; stuurgroep/werkgroep). In eerste instantie zal de samenwerking plaatsvinden tussen de Samtgemeinde Emlichheim (met de gemeente Laar en de gemeente Emlichheim) en de gemeente Hardenberg. De plannen moeten worden afgestemd met enerzijds de betrokken instanties en anderzijds de Landkreis Grafschaft Bentheim en de provincie Overijssel. De heer van de Molen (Waterschap Velt en Vecht) neemt de rol van initiatiefnemer op zich om de plannen concreet vorm te geven en het gemeenschappelijke doel te verwezenlijken. In september 2009 zal na afronding van het lopende project 'Grensoverschrijdende Vechtvisie' een eerste ontmoeting plaatsvinden tussen de burgemeesters van de gemeenten.
Werkgroep D 1.
Bevaarbaarheid •
Vecht is regionale levensader; vroeger transport -> nu toerisme
•
Zonering scheepstypen: mondingsgebied: kruisers, rondvaartboot – tot in Duitsland: platbodems – hele Vecht: kano‘s. Overstapstations zullen nodig zijn.
•
Historische èn nieuwe typen platbodems zijn interessant; innovatie is gewenst en mogelijk.
•
Vroeger werd er alleen in de winter gevaren; ’s zomers was er te weinig water. Afstemming tussen gebruik en inrichting/beheer is noodzakelijk.
•
Er zijn al veel losse particuliere initiatieven.
•
De belangen lopen niet overal parallel.
•
Weinig tijd en geld voor regie; er is geen logische partij die kan/wil gaan trekken.
•
Vooralsnog: bilaterale contacten uitwisselen en uitbouwen!
2.
Blauwe klaslokalen •
Oversticht en Natuur & Milieu Overijssel hebben een plan van aanpak gemaakt.
•
Principe: gastheer zijn; buren in de eigen omgeving rondleiden
•
Thema‘s: natuur, milieu, waterbeheer, geschiedenis, erfgoed
•
Koppeling met andere thema’s is aantrekkelijk
•
Het initiatief is opgepakt door 2X2 scholen in Nordhorn en Hardenberg
3.
Identiteit •
4.
Oversticht en Provincie Overijssel hebben een concreet voorstel uitgewerkt. Zij benaderen op korte termijn Heimatverein LK GB (Herr Tietz). Ruiterpadennetwerk:
•
Consumenten, gemeenten zijn zeer actief (NL: Stichting Hippisch Toerisme).
•
Netwerk van (paarden)voorzieningen is niet compleet.
7/8
•
LK GB (Herr Branderhorst) belegt later in dit jaar een brede D-NL bijeenkomst over verbinding netwerken, etc.
•
Behoefte aan en invulling van een masterplan dan bespreken (project reeds aankondigen bij prov. Ov.)
5.
Uitwerking Vechtetalroutes: •
Wandelpaden: plan 1993 (Vechtetal Wanderroute) reanimeren met gemeenten erbij;
•
Regio IJssel-Vecht neemt initiatief:
•
Fietsroutes zijn al goed uitgewerkt; nog meer Duitse stations inbouwen. NL- en D-routes meer vervlechten/laten aansluiten, markering uniformeren.
•
Zorg voor certificering door de fietskoepels in NL en D.
6.
Algemeen •
Er is grote behoefte aan grensoverschrijdende info over onderdak, organisaties, voorzieningen, afstemming bewegwijzering, etc. “Vechtgids/Vechteverzeichnis” . Koppelen aan website!
•
Er is politieke aandacht voor wandel- en fietsroutes mogelijk via omgevingsvisie Provincie Overijssel.
6. Plenaire zitting en afsluiting Tijdens de plenaire zitting vat het projectbureau de resultaten uit de afzonderlijke werkgroepen samen. Daarna licht de heer Renner de verdere planning tot het einde van het project in juni toe, en wijst hij op het eindsymposium op 16 juni 2009 in Laar. De heer Renner spreekt de hoop uit dat de constructieve en aangename sfeer van deze dag een goede basis biedt voor de deelnemende Duitse en Nederlandse partijen om de komende maanden tot verdere afspraken te komen over afzonderlijke onderwerpen en projecten, en tot concrete DuitsNederlandse samenwerking. Namens het projectbureau bedankt hij alle aanwezigen voor hun actieve deelname aan deze workshop en de voorafgaande workshops. Ten slotte spreekt de heer Schwarz de hoop uit dat de voortzetting van de samenwerking tussen Duitsland en Nederland ertoe zal leiden dat het tot nu toe onontdekte en onbenutte ontwikkelingspotentieel van het Vechtdal onder de aandacht zal worden gebracht. Hij bedankt alle aanwezigen voor hun deelname, inhoudelijke bijdrage en hun bereidwilligheid tot voortzetting van de grensoverschrijdende samenwerking, en wenst iedereen wel thuis.
8/8