www.pwc.nl
Global Economic Crime Survey Update Financial Sector Juni 2012
In samenwerking met de VU Amsterdam en de Martin Luther Universiteit Halle
Bij PwC in Nederland werken ruim 4.600 mensen met elkaar samen vanuit 12 vestigingen en drie verschillende invalshoeken: Assurance, Tax & HRS en Advisory. We leveren sectorspecifieke diensten en zoeken verrassende oplossingen, niet alleen voor nationale en internationale ondernemingen, maar ook voor overheden en maatschappelijke organisaties. PwC firms leveren sectorspecifieke diensten op de gebieden Assurance, Tax & HRS en Advisory om waarde toe te voegen voor klanten. Meer dan 169.000 mensen in 158 landen in firms binnen het PwC-netwerk delen hun gedachten, ervaringen en oplossingen om nieuwe perspectieven en praktische oplossingen te ontwikkelen.
Inleiding Hierbij bieden wij u de eerste update Financial Sector bij onze Global Economic Crime Survey (GECS) aan. De GECS is een tweejaarlijkse enquete die PwC wereldwijd laat uitvoeren naar de verschijningsvormen van fraude en de oorzaken en omvang hiervan, alsmede naar bewezen effectieve beheersingsmaatregelen.
Uit het onderzoek blijkt dat van de ondernemingen die actief zijn in de financiële dienstverlening, de afgelopen twee jaar 55 procent slachtoffer was van ‘gewone’ vermogensdelicten1. Andere opmerkelijke zaken uit het onderzoek zijn: • Respondenten werkzaam bij financiële instellingen rapporteren vaker dan andere respondenten aantoonbare witwaszaken en minder vaak aantoonbare concurrentievervalsende afspraken.
onderdeel van de GECS en kan daar niet los van worden gezien. Wij laten periodiek onderzoek doen naar de aard en omvang van economische criminaliteit, zodat wij onze klanten beter van dienst kunnen zijn. Wij delen de resultaten met u, omdat wij u inzage willen geven in de opgedane kennis en u de mogelijkheid willen bieden te leren van best practices in de branche. Zodat u inzicht krijgt in de trends die de branche als geheel bedreigen en waarmee u mogelijk rekening moet houden.
•
Respondenten werkzaam bij financiële instellingen rapporteren vaker het vermoeden van vermogensdelicten dan andere respondenten. Dit geldt eveneens voor het vermoeden van witwassen.
•
Op het gebied van voorkomen van economische criminaliteit zijn we u graag van dienst. Of het nu gaat om preventieve advisering of om het concreet onderzoeken van integriteitschendingen. Maar nog veel meer hopen wij dat u dit onderdeel van onze dienstverlening nooit nodig hebt.
Respondenten uit de financiële sector melden daarentegen niet vaker dan andere respondenten diefstal van klant- of bedrijfsgegevens. Terwijl juist deze instellingen bij uitstek het doelwit zouden zijn van criminelen die door middel van bijvoorbeeld phishing zich oneigenlijk toegang verschaffen tot de rekeningen van klanten, om deze vervolgens te misbruiken.
Op de volgende pagina’s kunt u gedetailleerde uitkomsten van het onderzoek lezen. Deze update is een
Wij zien het als onze maatschappelijke verantwoordelijkheid om onze kennis te delen en gezamenlijk ernaar te streven economische criminaliteit zoveel mogelijk een halt toe te roepen. Mede door publicaties als de GECS geven wij hier invulling aan. Eugénie Krijnsen, PwC Advisory – Financial Services André Mikkers, PwC Advisory – Forensic Services
Bijvoorbeeld diefstal, oplichting en/of verduistering.
1
Update Financial Sector juni 2012 1
Resultaten Financiële instellingen lijken meer last te hebben van ’gewone’ vermogensdelicten dan andere ondernemingen. Meer dan de helft van de respondenten uit de financiële sector meldt in de afgelopen twee jaar aantoonbaar te zijn getroffen door zulke delicten en bijna tweederde vermoedt dat zulke delicten zich in de afgelopen twee jaar voordeden. Deze vermogensdelicten vinden vooral plaats waar er contact is tussen de instelling en de klanten: bij het betalingsverkeer en bij het ‘front office krediet’. ‘Gewone’ vermogensdelicten kunnen vooral bij financiële instellingen een grote impact hebben. Gevraagd naar het meest ingrijpende delict noemt 80 procent van de respondenten uit deze sector een ‘gewoon’ vermogensdelict. Economische criminaliteit treft organisaties wereldwijd, dus ook organisaties binnen de financiële sector. Om een beter beeld te krijgen over de aard, de omvang en de schade van economische criminaliteit binnen de financiële sector zijn in deze enquête aan de vijftig Nederlandse respondenten uit de financiële sector additionele vragen gesteld. Aan de in totaal 250 Nederlandse respondenten van de enquête is gevraagd in hoeverre hun onderneming gedurende de afgelopen twee jaar aantoonbaar geconfronteerd is met verschillende vormen van economische criminaliteit. Figuur 1 toont de antwoorden van de respondenten die werkzaam zijn bij financiële instellingen ten opzichte van de antwoorden van de respondenten die werkzaam zijn in andere sectoren.
2 PwC
Ongeveer de helft van de respondenten meldt dat hun onderneming gedurende de afgelopen twee jaar slachtoffer is geworden van dergelijke vermogensdelicten. Deze vermogensdelicten vormen hiermee ook in Nederland het meest voorkomende type economische criminaliteit. Respondenten uit financiële instellingen rapporteren vaker dan andere respondenten aantoonbare witwaszaken en minder vaak aantoonbare concurrentievervalsende afspraken. Bij geen van de overige delicttypen zijn er verschillen gevonden tussen respondenten uit de financiële sector en uit andere sectoren.
Figuur 1. Door Nederlandse Banken en andere ondernemingen gerapporteerde aangetoonde economische criminaliteit
46%
Gewone vermogensdelicten
55% 4% 4%
Balans foutief opstellen
8% 7%
Corruptie 2%
Geld witwassen
9% 11%
Overtreding patent- & merkenrechten
5% 4% 2%
Industriële & economische spionage
13%
Diefstal klant- & bedrijfsgegevens
20% 11%
Concurrentievervalsende afspraken
2% 0%
20% Overig
Financiële instellingen
40%
60%
De respondenten is ook gevraagd naar de mate waarin zij vermoeden dat deze typen economische criminaliteit zich in de afgelopen twee jaar in hun onderneming voordeden. De antwoorden op deze vraag zijn weergegeven in figuur 2. Daaruit blijkt dat respondenten werkzaam bij financiële instellingen vaker het vermoeden van vermogensdelicten rapporteren dan andere respondenten. Dit geldt eveneens voor het vermoeden van witwassen. Bij geen van de overige delicttypen zijn er verschillen gevonden in de antwoorden van de respondenten uit de financiële sector en de respondenten uit andere sectoren. Het is geen verrassing dat respondenten uit de financiële sector vaker dan andere respondenten witwassen rapporteren, zowel aangetoonde zaken als het vermoeden ervan. Criminelen maken traditioneel van financiële instellingen gebruik om hun buitenrechtelijk verkregen vermogen een legale status te geven. Daarom verplichtte de overheid deze instellingen als eerste tot het melden van ongebruikelijke transacties. Het is opmerkelijk dat respondenten uit de financiële sector niet vaker dan andere respondenten diefstal van klant- of bedrijfsgegevens melden. Terwijl financiële instellingen juist bij uitstek het doelwit zouden zijn van criminelen die door middel van bijvoorbeeld phishing zich oneigenlijk toegang verschaffen tot de rekeningen van klanten, om deze vervolgens te plunderen.
Update Financial Sector juni 2012 3
Figuur 2. Door Nederlandse banken en andere ondernemingen gerapporteerde vermoedde economische criminaliteit
48%
Gewone vermogensdelicten
63% 9% 7%
Balans foutief opstellen
17% 22%
Corruptie
De in figuur 1 en figuur 2 gepresenteerde resultaten suggereren dat financiële instellingen ook in Nederland zeer vaak worden geconfronteerd met gewone vermogensdelicten. Daarbij vermoeden de respondenten uit de financiële sector beduidend vaker deze vermogensdelicten dan de respondenten uit andere sectoren. Dit zou erop kunnen duiden dat binnen deze sector er relatief veel van dit type delicten onopgelost blijven.
5%
Geld witwassen
20% 15%
Overtreding patent- & merkenrechten
8% 7% 4%
Industriële & economische spionage
32% 28%
Diefstal klant- & bedrijfsgegevens 20% 15%
Concurrentievervalsende afspraken
0%
20% Overig
40% Financiële instellingen
60%
80%
De term ‘gewone vermogensdelicten’ klinkt weinig verontrustend. Net als bij de term ‘veelvoorkomende criminaliteit’ lijkt het te gaan om delicten die zeer vaak voorkomen, maar waarvan de impact betrekkelijk gering is. Deze indruk wordt versterkt als men deze delictvorm plaatst naast beduidend zwaarder klinkende criminaliteit als industriële en economische spionage, concurrentievervalsende afspraken, corruptie of witwassen. De resultaten uit de Nederlandse versie van de enquête laten echter het tegendeel zien. De respondenten is gevraagd het meest ingrijpende economische delict te noemen. Daarop antwoordde maar liefst 80 procent van de respondenten die werkzaam is in de financiële sector een ‘gewoon’ vermogensdelict. Bij respondenten uit andere sectoren was dit 69 procent. Hiermee lijken deze vermogensdelicten naast veelvoorkomend ook ingrijpend. Dit lijkt vooral te gelden bij financiële instellingen. Aan de respondenten die werkzaam zijn bij een financiële instelling en die een gewoon vermogensdelict rapporteerden, zijn in deze versie van de Crime Survey additionele vragen gesteld.
4 PwC
Figuur 3. Financiële instellingen: percentage slachtoffer van vermogensdelicten naar bedrijfsonderdeel % tenminste af en toe Staf / bedrijfsgebied
0%
Overige producten diensten
18%
Betalingsverkeer
58% 6%
Back office krediet
50%
Front office krediet
Back office handel
0%
22%
Front office handel
0%
20%
40%
60%
80%
Figuur 4. Financiële instellingen: percentage dat tenminste enige financiële schade rapporteert van vermogensdelicten naar bedrijfsonderdeel % enige schade Staf / bedrijfsgebied
6%
Overige producten diensten
19%
Betalingsverkeer
65%
Aan de respondenten is gevraagd de financiële schade als gevolg van vermogensdelicten aan te geven per bedrijfsonderdeel. Bij de meeste bedrijfsonderdelen rapporteerde het grootste deel van de respondenten geen financiële schade. Uitzondering daarop vormen opnieuw het betalingsverkeer en de front office krediet. Bij beide bedrijfsonderdelen meldt meer dan de helft van de respondenten uit de financiële sector geldelijke verliezen als gevolg van vermogensdelicten. Het grootste deel van de respondenten schat de schade per bedrijfsonderdeel tussen de tienduizend en honderdduizend euro. De grootste financiële strop als gevolg van vermogensdelicten schat één respondent op een bedrag tussen de vijf miljoen en tien miljoen euro bij de front office krediet.
23%
Back office krediet
59%
Front office krediet
Back office handel
Aan hen is gevraagd naar de bedrijfsonderdelen waar de delicten zijn gepleegd. Figuur 3 toont de antwoorden op deze vraag. Deze figuur laat zien dat de respondenten vermogensdelicten vooral lokaliseren op de plekken waar er direct contact is tussen de financiële instelling en de klanten: de front office krediet en bij het betalingsverkeer. Bij de staf en de back office-handel vinden volgens de respondenten helemaal geen vermogensdelicten plaats.
0%
27%
Front office handel
0%
20%
40%
60%
80%
Update Financial Sector juni 2012 5
Colofon: Projectteam PwC Forensic Services
Drs. André J. Mikkers RA
Margreet Strijbos MSc
Drs. Eugénie Krijnsen RA
Extern onderzoeksbureau TNS Emnid Methodologie en validatie Economy & Crime Research Center van de Martin Luther Universiteit Halle Prof. Dr. Kai-D. Bussmann Faculteit der Rechtsgeleerdheid, sectie Criminologie VU Amsterdam Prof. Dr. Wim Huisman Dr. Adriaan Denkers
6 PwC
Contact PwC PwC Banking Leader Eugénie Krijnsen +31 (0)88 792 3698
[email protected] Forensic Services André Mikkers +31 (0)88 792 6348
[email protected] www.pwc.nl/forensic-services
© 2012 PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287). Alle rechten voorbehouden. In dit document wordt met ‘PwC’ bedoeld PricewaterhouseCoopers Advisory N.V., die een member firm is van PricewaterhouseCoopers International Limited. ‘PwC’ is het merk waaronder member firms van PricewaterhouseCoopers International Limited (PwCIL) handelen en diensten verlenen. Samen vormen deze member firms het wereldwijde PwC-netwerk. Elke member firm in het netwerk is een afzonderlijke juridische entiteit en handelt voor eigen rekening en verantwoording en niet als vertegenwoordiger van PwCIL of enige andere member firm. PwCIL verricht zelf geen diensten voor klanten. PwCIL is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor het handelen of nalaten van welke van haar member firms dan ook, kan geen zeggenschap uitoefenen over hun professionele oordeel en kan hen op geen enkele manier binden.