Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Twente E-MOVO 2015-2016
Internet
GGD Twente is onderdeel van Regio Twente
ggdtwente.nl
2
Algemene informatie In het najaar van 2015 is E-MOVO voor de vierde keer uitgevoerd onder de schoolgaande jeugd in Twente. De resultaten van dit digitale vragenlijstonderzoek zijn neergelegd in negen factsheets. Gegevens over de gezondheid, het welzijn en de leefstijl van jongeren zijn nodig voor de onderbouwing van gemeentelijk
Algemene informatie gezondheids- en jeugdbeleid. Voor de scholen bieden de resultaten aanknopingspunten voor school-
gezondheidsbeleid en voor maatregelen en activiteiten om gezond gedrag bij leerlingen te bevorderen.
In het najaar van 2015 E-MOVO voorE-MOVO de vierdeuit. keer uitgevoerd onder de schoolgaande jeugd in GGD Twente voert in is haar werkgebied Twente. De resultaten van dit digitale vragenlijstonderzoek zijn neergelegd in negen factsheets. Gegevens over de gezondheid, het welzijn en de leefstijl van jongeren zijn nodig voor de onderbouwing van gemeentelijk gezondheids- en jeugdbeleid. Voor de scholen bieden de resultaten aanknopingspunten voorWat schoolgezondheidsbeleid en voor maatregelen en Hoeveel activiteiten om gezond is E-MOVO? leerlingen dedengedrag mee? bij leerlingen te bevorderen. GGD voert in haar uit. E-MOVO is een Twente digitale vragenlijst die werkgebied op scholen E-MOVO In het schooljaar 2015/2016 hebben 7.953 leervoor voortgezet onderwijs wordt afgenomen. lingen meegedaan aan E-MOVO. Van deze groep Wat is E-MOVO? Hoeveel leerlingen deden mee? Leerlingen uit klas 2 en 4 beantwoorden via wonen ongeveer 400 leerlingen buiten Twente of E-MOVO is een digitale vragenlijst die in op In het schooljaar 2015/2016 hebben 7.953 internet vragen over gezondheid, welzijn en leefhebben eenmeegedaan fictieve postcode opgegeven. Zij zijn scholen voor voortgezet onderwijs wordt leerlingen aan E-MOVO. Van stijl. Met E-MOVO wordt een goed beeld verin de rapportage over Twente niet meegenomen. afgenomen. Leerlingen uit klas 2 en 4 beantdeze groep wonen ongeveer 400 leerlingen kregenvia vaninternet de gezondheidssituatie van jongeren. De gemiddelde leeftijd van een de leerlingen in klas 2 woorden vragen over gezondheid, buiten Twente of hebben fictieve postcode is 13 jaar; in klas 4 is de gemiddelde leeftijd welzijn en leefstijl. Met E-MOVO wordt een opgegeven. Zij zijn in de rapportage over goed beeld gekregen van de gezondheidsTwente Landelijke afstemming 15 jaar. niet meegenomen. situatie van jongeren. De gemiddelde leeftijd van de leerlingen in klas E-MOVO in Twente staat niet op zichzelf, maar 2 is 130.1. jaar;Percentage in klas 4 isdeelnemende de gemiddelde leeftijd is afgestemd op vergelijkbaar onderzoek door de Figuur Landelijke 15 jaar. per gemeente GGD’en afstemming in heel Nederland. Naast een landelijk leerlingen E-MOVO in Twente niet op zichzelf, verplichte basissetstaat zijn er in E-MOVO eenmaar aantal is afgestemd op vergelijkbaar onderzoek door Twentse vragen opgenomen onder andere over 12% 12% de GGD’en in heel Nederland. Naast een seksualiteit. landelijk verplichte basisset zijn er in E-MOVO 9% 9% resultaten van vragen E-MOVO worden centraal 8% 8% eenDe aantal Twentse opgenomen onderverwerkt door het RIVM en voor een groot deel op6% 6% 6% 6% andere over seksualiteit. 5% 4% 4% de E-MOVO databank van het CBS. Hierdoor De genomen resultateninvan worden centraal 3% kunnen regionale en gemeentelijke E-MOVO verwerkt door het RIVM en voor een groot deel opgenomen de databank vanmet hetlandelijke CBS. cijfers. gegevens in vergeleken worden Hierdoor kunnen regionale en gemeentelijke EMOVO vergeleken Wat gegevens levert E-MOVO op? worden met landelijke cijfers. E-MOVO levert een schat aan gegevens op. Gemeenten, scholen en GGD krijgen handvatten Wat levert E-MOVO op? voor de ontwikkeling van preventief gezondE-MOVO levert een schat aan gegevens op. heidsbeleid, het opstellen van maatregelen voor Gemeenten, scholen en GGD krijgen handvateen gezonde leefen werkomgeving en het ten voor de ontwikkeling van preventief geontwikkelen enhet uitvoeren vanvan activiteiten gericht zondheidsbeleid, opstellen maatregeop het bevorderen van gezond gedrag. len voor een gezonde leef- en werkomgeving Leerlingen krijgenennauitvoeren het invullen de vragenen het ontwikkelen vanvan activiteiten lijst gericht op hetachtergrondinformatie bevorderen van gezond passende bij diverse gedrag. gezondheidsonderwerpen en verwijzingen naar Leerlingen krijgen na het invullen van de vrainteressante websites. genlijst passende achtergrondinformatie bij diverse gezondheidsonderwerpen en verwijWaarom wordt E-MOVO uitgevoerd? zingen naar interessante websites. Gemeenten hebben volgens de Wet publieke gezondheid de taak om de gezondheid Waarom wordt(Wpg) E-MOVO uitgevoerd? van hun inwoners in kaart te De GGD Gemeenten hebben volgens debrengen. Wet publieke voert die taak uit voor de gemeenten met een gezondheid (Wpg) de taak om de gezondheid gezondheidsmonitor. van hun inwoners in kaart te brengen. De GGD E-MOVO omde degemeenten vier jaar uitgevoerd, voert die taakwordt uit voor met een gezondheidsmonitor. evenals een monitor onder volwassenen en E-MOVO wordt om monitor de vier jaar uitgevoerd, ouderen en een onder ouders van evenals een van monitor kinderen 0-12onder jaar. volwassenen en ouderen en een monitor onder ouders van kinderen van 0-12 jaar.
Figuur 0.1. Percentage deelnemende leerlingen per gemeente
Achtergrondkenmerken E-MOVO vraagt enkele achtergrondgegevens Achtergrondkenmerken E-MOVO vraagt enkele van de leerlingen. Dat zijnachtergrondgegevens onder andere leeftijd vangeslacht, de leerlingen. Datde zijn onder en maar ook vier cijfersandere van deleeftijd en geslacht, vier de postcode. Dit maar laatsteook omde vast te cijfers stellen van uit welke postcode. de Ditleerlingen laatste om vast te stellen uit gemeente afkomstig zijn. Veel welke gemeente de leerlingen afkomstig zijn. scholen hebben immers een regionale functie en Veel scholen hebben immers een regionale hebben daarom leerlingen uit buurgemeenten, functie en hebben daarom leerlingen uit buurook buiten Twente. Verder is gevraagd naar gemeenten, ook buiten Twente. Verder is geetniciteit en thuissituatie. vraagd naar etniciteit en thuissituatie. Tabel Aantalleerlingen leerlingen en Tabel 0.1 Aantal perper klasklas en opleiding opleiding vmbo havo/vwo Totaal Klas 2
2.223 vmbo
1.692 havo/vwo
3.915 Totaal
Klas 24 Klas Klas 4 Totaal Totaal
2.223 1.860 1.860 4.083 4.083
1.692 1.789 1.789 3.481 3.481
3.915 3.649 3.649 7.564 7.564 3
1
Deelnemende scholen Deelname aan E-MOVO gebeurt op vrijwillige basis. Ruim de helft (56%) van de schoollocaties heeft meegedaan. Totaal gaat het om 29 van de 52 locaties in Twente. Niet alle scholen hebben zowel klas 2 als klas 4 mee laten doen. Dit resulteerde soms in een zeer klein aantal deelnemende leerlingen per school. Het voortgezet onderwijs in de gemeenten Tubbergen en Wierden heeft niet deelgenomen aan E-MOVO. De volgende scholen hebben E-MOVO uitgevoerd: • AOC Oost • Assink* • Bataafs Lyceum • Bonhoeffer College* • Canisius • Carmel* • Jacobus Fruitier • Gilde College • Noordik* • Pius X College* • Reggesteyn • Stedelijk Lyceum* • Waerdenborch* * = meerdere locaties
4
Leeswijzer De rapportage is opgebouwd uit negen factsheets rondom de volgende onderwerpen: 1. Gezond van lijf en leden 2. Lekker in je vel 3. Beweeg je fit 4. Eten en drinken 5. In hoger sferen 6. Op school 7. Digitale snelweg 8. Seks en zo 9. Thuis, vriendschap en vrije tijd Meer gedetailleerde gegevens zijn te vinden in het bijbehorende tabellenboek. Deze informatie staat op de site van de TGV: www.twentsegezondheidsverkenning.nl Aanvullende cijfers of berekeningen kunnen desgewenst opgevraagd worden bij de epidemiologen van GGD Twente. Weging Alle percentages in de factsheets en het bijbehorende tabellenboek zijn gewogen. Dit betekent dat een verrekening heeft plaats gevonden naar het werkelijke aantal jongeren dat in Twente woont. Hierdoor wordt voorkomen dat er een vertekend beeld ontstaat, wanneer er bijvoorbeeld meer havo/vwo-leerlingen dan vmboleerlingen hebben deelgenomen, of meer jongens dan meisjes.
1 Gezond van lijf en leden In1 Nederland is het met de gezondheid jeugd over het algemeen goed gesteld. De jongeren in Twente Gezond van lijf van ende leden 1vormen Gezond lijf Deen leden hierop geen van uitzondering. meesten voelen zich gezond en gelukkig en hebben weinig chronische ziekten. Eén opisdehet vijfmet jongeren in klas 2 denkt hij of zij overgewicht heeft. goed Vragen over gehoor en In Nederland de gezondheid van dat de jeugd over het algemeen gesteld. De jongeren in Twente vormen hierop geen uitzondering. De meesten voelen zich gezond en gelukkig en hebben In Nederland is het metleveren de gezondheid van de jeugd gehoorbescherming een zorgelijk beeld op. over het algemeen goed gesteld. De jongeren in weinig chronische Eén op de vijf klas 2zich denkt dat hijen of gelukkig zij overgewicht heeft. Twente vormen hieropziekten. geen uitzondering. Dejongeren meesteninvoelen gezond en hebben Vragen over gehoor en Eén gehoorbescherming leveren een zorgelijk op.overgewicht heeft. weinig chronische ziekten. op de vijf jongeren in klas 2 denkt dat beeld hij of zij
Vragen over gehoor en gehoorbescherming leveren een zorgelijk beeld op. Ervarengezondheid gezondheid goed oordeel de eigen gezondheid Ervaren goed Het Het oordeel overover de eigen gezondheid wordtwordt Ervaren gezondheid, ook wel subjectieve gebeïnvloed door opleiding en in mindere mate Ervaren gezondheid, ook wel subjectieve gezondbeïnvloed door opleiding en in mindere Ervaren gezondheid goed Het oordeel over de eigen gezondheidmate wordt zondheid of gezondheidsbeleving genoemd, door geslacht. Ervaren gezondheid, ook wel subjectieve gebeïnvloed door opleiding en in mindere mate heid of gezondheidsbeleving genoemd, weerdoor geslacht. weerspiegelt het oordeel over de eigen gezondheid ofhet gezondheidsbeleving genoemd, door geslacht. spiegelt oordeel over de eigen gezondheid. Gelukkig voelen zondheid. Het verschilt van persoon tot perweerspiegelt hetvan oordeel over depersoon eigen geHet verschilt persoon tot welke Gelukkig voelen is gevraagd om hun geluksgesoon welke factoren het gezondheidsoordeel Aan jongeren Gelukkig voelen zondheid. Het verschilt van persoonbeïnvloeden. tot perfactoren het gezondheidsoordeel Aan jongeren gevraagd om hun geluksgevoel beïnvloeden. uit te isdrukken in een variërend van soon welke factoren het gezondheidsoordeel Aanvoel jongeren is gevraagd omcijfer hun geluksgeuit te drukken in een cijfer variërend van heel gelukerg heel erg ongelukkig (een 1) tot heel beïnvloeden. voel uit te drukken in een cijfer variërenderg van ongelukkig (een 1) tot heel erg gelukkig (een 10). 10). Het(een gemiddelde voor Twentse heelkig erg(een ongelukkig 1) tot heel ergdegelukAlmelo 90% Het gemiddelde voor de Twentse jongeren is eenhet jongeren is een 8. Het geluksgevoel wordt kig (een 10). Het gemiddelde voor de Twentse Borne 88% sterkst bepaald door geslacht, maar ook leef8. Het geluksgevoel wordt het sterkst bepaald Almelo 90% jongeren is een 8. Het geluksgevoel wordt het Dinkelland 95% tijd en opleiding spelen een rol. door geslacht, maar ook leeftijd en opleiding Borne 88% sterkst bepaald door geslacht, maar ook leefEnschede 89% Hetopleiding blijkt een goed gezondheid Dinkelland 95% spelen een rol.dat spelen tijd en eenervaren rol. Haaksbergen gelijk op gaat met een geluksgevoel. Enschede 89%89% Het niet blijktaltijd dat een goed ervaren gezondheid niet een goed ervaren gezondheid Hellendoorn Haaksbergen 89% 91% niet altijd op gaat metgeluksgevoel. een geluksgevoel. altijd gelijkgelijk op gaat met een Hengelo Hellendoorn 91%90% HofHengelo van Twente 90% 92% Losser Hof van Twente 92%92% Oldenzaal Losser 92%92% Rijssen-Holten 90% Oldenzaal 92% Tubbergen 95% Rijssen-Holten 90% Twenterand 92% Tubbergen 95% Wierden Twenterand 92% 95% Wierden 95% Figuur 1.1 Goed ervaren gezondheid per gemeente Figuur 1.1 Goed ervaren gezondheid per Figuur 1.1 Goed ervaren gezondheid per gemeente gemeente
Jongeren in Twente zijn over het algemeen tevreden met hunzijn gezondheid. 91% noemt de Jongeren in Twente over het algemeen Jongeren in Twente(zeer) zijn over het 8% algemeen eigen gezondheid goed; vindtde dat tevreden met hun gezondheid. 91% noemt tevreden met hun gezondheid. 91% noemt het ‘wel gaat’ en 1% vindt de eigen gezondheid eigen gezondheid (zeer) goed; 8% vindt dat de (zeer) slecht. gezondheid (zeer)de goed; 8% vindt dat het het eigen ‘wel gaat’ en 1% vindt eigen gezondheid De vraag is in eerdere E-MOVO onderzoeken ‘wel gaat’ en 1% vindt de eigen gezondheid (zeer) slecht. ook gesteld en laat E-MOVO over de jaren heen een (zeer) slecht. De vraag is in eerdere onderzoeken tamelijk gelijkmatig beeld zien. De vraag is in eerdere E-MOVO onderzoeken ook ook gesteld en laat over de jaren heen een tamelijk gelijkmatig beeld gesteld en laat over de zien. jaren heen een tamelijk gelijkmatig beeld zien.
40%
40%35% 35%30% 30%25% 25%20% 20%15% 15%10% 10% 5% 5% 0% 5
6
7
8
9
1 1.22 Gelukkig 3 4 voelen 5 6 Figuur
7
8
9
10
0%
1
2
3
4
10
Figuur 1.2 Gelukkig voelen Figuur 1.2 Gelukkig voelen
Tabel 1.1 Gezondheid naar sociaal-demografische kenmerken Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Tabel 1.1 Gezondheid naar sociaal-demografische kenmerken % % % % % % % % Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo (Zeer) goed ervaren % 91 % 92 % 89 % 91 % 90 % 88 % 94 88 Tabel 1.1 Gezondheidgezondheid naar sociaal-demografische%kenmerken (Zeer) goed ervaren 88 91 69 92 78 89 61 91 73 90 66 88 67 94 72 Gelukkig voelen,Nederland ≥8 gezondheid Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Langdurige Gelukkig voelen,ziekte ≥8 of % - % 69 % 78 % 61 % 73 % 66 % 67 7% 72 5 6 6 6 5 6 handicap (Zeer) goed ervarenLangdurige gezondheidziekte of 88 89 91 90 94 - 91 6 92 6 33 6 34 5 32 6 88 7 35 5 33 Gehoorproblemen 34 35 handicap Gelukkig voelen, ≥8 69 78 61 73 66 67 72 Gebruikt soms/altijd Gehoorproblemen - 34 15 33 17 34 12 32 17 35 13 35 17 33 13 oordoppen Langdurige ziekte of handicap 6 6 6 5 6 7 5 Gebruikt soms/altijd 15 17 12 17 13 17 13 Oordeel over gewicht (te 22 13 30 21 22 24 19 Gehoorproblemen oordoppen 34 33 34 32 35 35 33 zwaar) Oordeel over gewicht (te 22 17 13 12 30 17 21 13 22 17 24 13 19 Gebruikt soms/altijd oordoppen Weinig chronische- ziekten- en15handicaps zwaar) Oordeel over gewicht (te zwaar) 22 13 30 21 22 24 19 Weinig chronische ziekten en handicaps
3
3 5
Wanneer hebben jongeren last van hun gehoor? Na discotheek bezoek
Na bezoek festival, Figuur 1.3 Gehoorproblemen concert of party
19%
13%
Een op de vijf jongeren vindt zichzelf te zwaar Al decennia lang hebben steeds minder Na luisteren muziek metkinderen een gezond gewicht. Dekoptelefoon toename van10% oortjes of overgewicht is niet alleen bij de jeugd zichtbaar, maar ook bij volwassenen en ouderen. Figuur 1.3 Gehoorproblemen
Een op de vijf jongeren vindt zichzelf te zwaar Al decennia lang hebben steeds minder kinderen een gezond gewicht. De toename van overgewicht is niet alleen bij de jeugd zichtbaar, maar ook bij volwassenen en ouderen. De laatste jaren is de toename van overgewicht bij de jeugd aan het afvlakken. Overgewicht is meestal het resultaat van een ongezonde leefstijl. Daarnaast zijn er allerlei factoren die het ontstaan van overgewicht beïnvloeden, zoals reclame, gewenning aan grote porties voedsel, ingrijpende gebeurtenissen, groepsdruk en de beschikbaarheid van snoep, koek, chips en dergelijke. 6
factoren die het ontstaan van overgewicht beïnvloeden, zoals reclame, gewenning aan grote porties voedsel, ingrijpende gebeurtenissen, groepsdruk en de beschikbaarheid van snoep, koek, chips en dergelijke. Bij E-MOVO is aan leerlingen gevraagd wat zij Bij E-MOVO is aan leerlingen gevraagd wat zij zelf zelf van van hun hun gewicht gewicht vinden. vinden.Vinden Vindenzezezichzelf zichzelf te licht of te zwaar of is het gewicht te licht of te zwaar of is het gewicht normaal? normaal? Totaal Totaaldenkt denkt22% 22% van vande dejongeren jongerendat datzezetete zwaar zijn. zwaar zijn. Meisjes Meisjesschatten schattenhun hungewicht gewichtvaker vakertetehoog hooginin jongens.Dit Ditgeldt geldtzowel zowelbij bijhet hetvmbo, vmbo,als alsbij dan jongens. bij havo/vwo. havo/vwo.
havo/vwo
De E-MOVO E-MOVOpercentages percentages vergeleken De zijnzijn vergeleken metmet de de werkelijke gewichtscijfers die tijdens de werkelijke gewichtscijfers die tijdens de contactcontactmomenten van de Jeugdgezondheidsmomenten van de Jeugdgezondheidszorg in klas 2 zorg in klas 2 zijn bepaald. zijn bepaald.
vmbo
te ondervinden. Uit eerder E-MOVO onderzoek is bekend dat jongeren geen welvaartsziekten rapporteren, maar onder andere migraine, eczeem, ADHD en astma. Weinig chronische ziekten en handicaps Vanderde alle jongeren heeft 6% een chronische ziekte Twee geen gehoorproblemen of aandoening of heeft dezetijdens in het afgelopen Harde muziek in discotheken, concerjaar gehad. Twee derde van deze groep zegt hier ten en via koptelefoons kan blijvende gehoorin het dagelijks leven last van te ondervinden. schade veroorzaken. Het gaat daarbij om Uit eerder E-MOVO onderzoek is bekend dat jonminder goed horen, doofheid en blijvend oorsuizen. zijn aanwijzingen datrapporteren, jongeren maar gerenErgeen welvaartsziekten steeds vaker en op jongereeczeem, leeftijd ADHD wordenen astma. onder andere migraine, blootgesteld aan een hoeveelheid geluid die eenTwee risicoderde kan vormen. Blootstelling op jonge geen gehoorproblemen leeftijd kan onomkeerbare gehoorschade Harde muziek in discotheken, tijdens concerten veroorzaken die mogelijk pas op latere leeftijd en via koptelefoons kan blijvende gehoorschade aan het licht komt. Het gaat daarbij om muziekfesminder goed Hetveroorzaken. risico op gehoorschade bij een horen, doofheid en blijvend oorsuizen. Er zijn tival of discotheek kan verminderd worden aanwijzingen dat jongeren steeds vaker en op door het dragen van gehoorbescherming. Ook jongere leeftijd worden blootgesteld aan een harde muziek via de koptelefoon wordt afgerahoeveelheid geluid die een risico kan vormen. den. VanBlootstelling de Twentseop jongeren zegt 66% geen jonge leeftijd kan onomkeerbare gehoorproblemen te hebben. Een derde heeft gehoorschade veroorzaken die mogelijk pas op dat latere wel, variërend van leeftijd aan hetsoms licht (30%) komt. tot altijd (3%). Het risico op gehoorschade bij een muziekfestival 15% van de jongeren gebruikt oordoppen (3% of discotheek kan verminderd worden door het altijd en 12% soms), maar dit zijn veelal de jondragen van gehoorbescherming. Ook harde geren zonder gehoorproblemen. muziek via de koptelefoon wordt afgeraden. Van de hebben Twentse jongeren jongeren zegt geen geWanneer last66% van hun hoorproblemen te hebben. Een derde heeft dat gehoor? wel, variërend van soms (30%) tot altijd (3%). 15% van de jongeren gebruikt oordoppen (3% altijd en 12% soms), maar dit zijn veelal de jongeren zonder gehoorproblemen.
Overgewicht subjectief
13%
Overgewicht objectief
15% 13%
22%
Overgewicht subjectief
31% 17%
Overgewicht objectief
23% 19% Meisje
Jongen
Figuur 1.4 Subjectief en objectief oordeel over Figuur 1.4 Subjectief overgewicht in klas 2 en objectief oordeel over overgewicht in klas 2
Uit figuur 1.4 komt naar voren, dat jongens hun Uit figuurover 1.4 het komt naar voren, datinschatten jongens hun gewicht algemeen beter dan meisjes. Veel meisjes beter denken dat ze tedan gewicht over het algemeen inschatten zwaar zijn, bijdenken het vmbo. meisjes. Veelvooral meisjes dat ze te zwaar zijn, Overgewicht komt vaker voor bij mensen met vooral bij het vmbo. een laag inkomen en een lage Overgewicht komt vaker voor bijopleiding. mensen met Cijfers de Jeugdgezondheidszorg een laagvan inkomen en een lage opleiding.wijzen Cijfers eveneens in deze richting. In klas 2 bij het van de Jeugdgezondheidszorg wijzen eveneens vmbo heeft 21% van de jongeren overgewicht; in richting. In klas bijdeze havo/vwo is dit 14%.2 bij het vmbo heeft 21% van de jongeren overgewicht; havo/vwoinisklas dit Gemiddeld denkt 21% van debijleerlingen 14%. 2 dat zij te zwaar zijn; in werkelijkheid ligt het Gemiddeld 21% van deopleerlingen in klas 2 overgewichtdenkt lager, namelijk 18%. dat zij te zwaar zijn; in werkelijkheid ligt het overNaast overgewicht is bij aantal jongeren in gewicht lager, namelijk opeen 18%. klas 2 ook sprake van ondergewicht. 5% van de jongeren op hetisvmbo 8% van de Naast overgewicht bij eenenaantal jongeren in jongeren op havo/vwo heeft ondergewicht. klas 2 ook sprake van ondergewicht. 5% van de jongeren op het vmbo en 8% van de jongeren op havo/vwo heeft ondergewicht. 4
2 Lekker in je vel 2 Lekker in je vel Een goede gezondheid heeft niet alleen te maken met lichamelijke gezondheid en niet-ziek zijn, maar Een lekker goede gezondheid heeftweerbaar niet alleenzijn te maken met lichamelijke gezondheid enleven niet-ziek maarVan ook met in je vel zitten, en tevreden zijn met je zelf en het datzijn, je leidt. de Twentse heeft 90% geen sociaal-emotionele problemen. vergelijkbaar percentage ook metjongeren lekker in je vel zitten, weerbaar zijn en tevreden zijn met jezelfEen en het leven dat je leidt. Van de toont zich weerbaar. 15% van de Twentse jongeren heeft depressieve gevoelens. Twentse jongeren heeft 90% geen sociaal-emotionele problemen. Een vergelijkbaar percentage toont zich Sociaal-emotionele goed heeft depressieve score bij hyperactiviteit en aandacht tekort. weerbaar. 15% vangezondheid de Twentse jongeren gevoelens. Psychisch gezonde jongeren kunnen over het Een kwart van de jongeren scoort op dit onderalgemeen goed functioneren. Ze kunnen deel van de SDQ. omgaan met tegenslagen, hebben goede Door de jaren heen is de SDQ tamelijk stabiel. Door de jaren heen is de SDQ tamelijk stabiel. Sociaal-emotionele goedEen relaties met anderen engezondheid zijn productief. Psychisch gezonde jongeren kunnen over het zekere mate van psychische en sociale Almelo 90% algemeen goed Ze kunnen omgaan onbalans past in de functioneren. periode van de puberteit Borne 92% en is met niet tegenslagen, altijd problematisch. Het herkennen hebben goede relaties met Dinkelland 92% van ernstige van psychische anderen vormen en zijn productief. Een zekere mate van Enschede 89% ongezondheid moeilijk, omdat psychischeisenvaak sociale onbalans past in de periode Haaksbergen 91% symptomen vergelijkbaar zijn altijd met normaal van de puberteit en is niet problematisch. Hellendoorn 87% gedrag de puberteit. Jongeren ontkennen of Hetinherkennen van ernstige vormen van psychische Hengelo 89% verbergen daarnaast vaakmoeilijk, zorgwekkende ongezondheid is vaak omdat symptomen Hof van… 92% gevoelens. vergelijkbaar zijn met normaal gedrag in de puberLosser
91%
teit. Jongeren ontkennen of verbergen daarnaast Oldenzaal 92% Om te meten of jongeren sociaal-emotionele vaak zorgwekkende gevoelens. Rijssen-… 89% problemen kunnen hebben, is de Strengths Tubbergen 93% and Difficulties Questionnaire (SDQ) gebruikt. Twenterand 90% Om te meten of jongeren sociaal-emotionele Deze vragenlijst bestaat uit 25 stellingen die Wierden 92% problemen kunnen hebben, is de Strengths and betrekking hebben op emotionele problemen, Difficulties Questionnaire (SDQ) gebruikt. Deze gedragsproblemen, hyperactiviteit, problemen Figuur 2.1 SDQ per gemeente vragenlijst bestaat 25 stellingen die betrekking Figuur 2.1 SDQ per gemeente met leeftijdsgenoten enuitpro-sociaal gedrag Weerbaarheid groot hebben opde emotionele De SDQ meet risico’s opproblemen, populatie gedragsproniveau Belangrijk is dat jongeren vaardigheden leren hyperactiviteit, problemen Weerbaarheid groot en is blemen, binnen E-MOVO niet bedoeld ommet eenleeftijdsom hun eigen te vaardigheden maken. Zelfvertrouindividuele diagnose te stellen. genoten en pro-sociaal gedrag. Belangrijk is datkeuzes jongeren leren wen, opkomen voor jezelf, weten wat je wilt en De SDQ meet de risico’s op populatie niveau en is om hun eigen keuzes te maken. Zelfvertrouwen, nee durven zeggen belangrijke Een op de tien Twentse heeft binnen E-MOVO nietjongeren bedoeld om eenvolgens individuele opkomen voor jezelf, zijn weten wat je wiltvoorwaaren nee den omzeggen gelukkig zijn. 92% voorwaarden van de Twentse de SDQ sociaal-emotionele problemen. diagnose te stellen. durven zijntebelangrijke om jongeren weerbaar. Jongens zijn jongeren wat Leerlingen van het vmbo hebben vaker deze gelukkig teiszijn. 92% van de Twentse weerbaarder dan meisjes. op het problemen leerlingen havo/vwo. Een opdan de tien Twentsevan jongeren heeftDit volgens is weerbaar. Jongens zijn watJongeren weerbaarder dan vmbo zijn wat minder weerbaar, dan jongeren geldt de voor alle onderdelen van de SDQ. Er zijn SDQ sociaal-emotionele problemen. meisjes. Jongeren op het vmbo zijn wat minder op de havo/vwo. Jongeren die onvoldoende op onderdelen duidelijke verschillen tussen Leerlingen van het vmbo hebben vaker deze weerbaar, dan jongeren op de havo/vwo. weerbaar zijn, zijn vaak ook minder gelukkig. jongens en meisjes. Opvallend is de hoge problemen dan leerlingen van havo/vwo. Dit Jongeren die onvoldoende weerbaar zijn, zijn geldt voor alle onderdelen van de SDQ. Er zijn op vaak ook minder gelukkig. onderdelen duidelijke verschillen tussen jongens Tabel 2.1 SDQ en weerbaarheid naar sociaal-demografische kenmerken en meisjes. Opvallend isNederland de hoge score bij hyper-Jongen Twente Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo activiteit en aandacht tekort. Een kwart van de % % % % % % % % scoort op dit onderdeel van de SDQ. Geen jongeren sociaal-emotionele problemen
Emotionele problemen
86
90
91
88
90
90
87
93
9
9
3
14
8
9
9
8
9
9
12
5
25 Klas 4 % 10 90 9 9 92 9
22vmbo % 11 87 10 9 93 12
27 havo/vwo % 12 93 12 8 90 5
20
12 10 12 7 Tabel 2.1 SDQ enGedragsproblemen weerbaarheid naar sociaal-demografische kenmerken Hyperactiviteit/aandacht Nederland27 Twente 25 Jongen24 Meisje23 Klas 2 tekort % % % % % Problemen met leeftijds13 11 11 10 genoten Geen sociaal-emotionele problemen 86 90 91 88 90 Geen pro-sociaal gedrag ⃰ 11 10 14 5 Emotionele problemen 9 9 3 14 8 Weerbaar Gedragsproblemen 12 93 10 92 12 95 7 90 9
⃰ = gedrag dat niet alleen gericht27 is op het eigen Hyperactiviteit/aandacht tekort 25welzijn, maar 24 ook op dat 23van anderen 25
22
27
20
Problemen met leeftijdsgenoten
13
11
11
10
10
11
12
8
Geen pro-sociaal gedrag*
11
10
14
5
9
10
12
7
Weerbaar
93
92
95
90
92
93
90
94
8 7 94
5
* = gedrag dat niet alleen gericht is op het eigen welzijn, maar ook op dat van anderen 7
Veel ingrijpende gebeurtenissen Veel jongeren hebben een ingrijpende gebeurtenis meegemaakt, zoals echtscheiding of overlijden. Wie een ingrijpende gebeurtenis heeft meegemaakt voelt zich duidelijk minder gelukkig. Een kwart van de leerlingen groeit op met een gezinslid met een ernstige ziekte of handicap, een psychische ziekte of een verslaving. Jongeren kunnen problemen hebben met deze situaties en er kan ook in de sfeer van mantelzorg een beroep op hen worden gedaan. Twee derde van de jongeren met een ziek, gehandicapt of verslaafd gezinslid geeft mantelzorg. Van de totale groep jongeren verricht 16% mantelzorgtaken. Iets meer dan de helft van deze jongeren doet dit 1 à 2 uur in de week. Bijna een derde geeft 3 tot 6 uur mantelzorg. 1% is 15 uur of meer aan mantelzorg per week kwijt. Huishoudelijke taken worden verreweg het meest genoemd in het kader van mantelzorg. In veel mindere mate worden emotionele steun en de zorg voor broertjes of zusjes genoemd. Een op de zeven jongeren heeft depressieve gedachten Jongeren kunnen voor een kortere of langere tijd niet zo lekker in hun vel zitten. Dit kan allerlei oorzaken hebben, zowel op school als door de thuissituatie. Piekeren, faalangst, gevoelens van wanhoop en besluiteloosheid komen bij veel jongeren voor. Het kan gepaard gaan met lichamelijke klachten en onhandelbaar gedrag en het kan de schoolprestaties beïnvloeden. In ernstiger gevallen kunnen langdurig depressieve gevoelens ontstaan gecombineerd met gedachten over zelfdoding. Een depressie op jeugdige leeftijd vergroot de kans op een depressie op latere leeftijd. In E-MOVO is de aanwezigheid van depressieve gevoelens gemeten met de Major Depression Inventory (MDI). Dit gestandaardiseerde meetinstrument telt dertien vragen over hoe de jongere zich in de voorgaande twee weken heeft gevoeld. Met de MDI worden licht, matig en ernstig depressieve gevoelens gemeten. 15% van de Twentse jongeren heeft depressieve gevoelens. Het hoogst scoren meisjes en vmboleerlingen.
Jongeren met depressieve gevoelens voelen zich minder gelukkig en worden vaker gepest. De MDI-score is stabiel over de jaren heen. Ouders meest gevraagd voor hulp Waar gaan jongeren naar toe voor informatie of hulp, wanneer er problemen zijn?
Ouders Broer of zus
83% 43%
Vaste vriend of vriendin
70%
Klassenleraar / mentor Docent Vertrouwenspersoon
22% 17% 9%
Figuur 2.2 Hulp vragen
Internet is niet populair als het om problemen of hulp vragen gaat. 8% van de leerlingen raadpleegt internet. Internet is waarschijnlijk meer een bron van informatie, dan een raadgever bij persoonlijke problemen of vragen. De bekendheid van de GGD site voor de jeugd is gering. 13% van de leerlingen heeft wel van de site gehoord, maar er nooit op gekeken. Slechts 1% heeft wel eens op www.jouwggd.nl gekeken
Tabel 2.2 Psycho-sociale gezondheid, mantelzorg en hulp vragen naar sociaal-demografische kenmerken Nederland %
Twente %
Jongen %
Meisje %
Klas 2 %
Klas 4 %
vmbo %
havo/vwo %
Echtscheiding
-
18
18
19
17
20
21
15
Overlijden
-
6
6
5
5
6
7
4
Ziek, gehandicapt of verslaafd gezinslid
-
25
23
27
24
26
30
20
Mantelzorg geven
-
16
14
18
15
17
20
13
Depressieve gevoelens
-
15
10
19
13
16
19
10
Hulp vragen aan ouders
-
83
84
81
85
80
79
86
Ingrijpende gebeurtenissen:
8
3 Beweeg je fit! beweging heeft 3 Beweeg je een fit!positief effect op de conditie, het welzijn en het lichaamsgewicht. Het 3 Lichamelijke Beweeg je fit!
verkleint de kans op gezondheidsproblemen, die vooral later in het leven kunnen ontstaan, zoals hart- en
vaatziekten enbeweging diabetes. is een goede remedie tegen stress. Lichamelijke heeft een positief effect de conditie, het welzijn enlichaamsgewicht. het lichaamsgewicht. Lichamelijke beweging heeftBewegen een positief effect op deop conditie, het welzijn en het Het Het verkleint de kans op gezondheidsproblemen, die vooral later in het leven kunnen ontstaan, zoals verkleint de kans op gezondheidsproblemen, die vooral later in het leven kunnen ontstaan, zoals hartHet advies van het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) aan jongeren van 12-18 jaar is om harten vaatziekten en diabetes. Bewegen een goede remedie stress. en vaatziekten en diabetes. Bewegen is eenisgoede remedie tegentegen stress. dagelijks minstens éénNederlands uur matig intensief bewegen. Het advies vanNederlands het Instituut Sport en Bewegen (NISB) aan jongeren van 12-18 Het advies van het Instituut voortevoor Sport en Bewegen (NISB) aan jongeren van 12-18 jaar isjaar is om dagelijks minstens éénmatig uur matig intensief te bewegen. om dagelijks minstens één uur intensief te bewegen.
Eén opvijf devijf vijf jongeren voldoet aan Eénde op de jongeren voldoet aan beweegnorm Eén op jongeren voldoet aan beweegnorm beweegnorm Om een goede gezondheid te behouden is het Om eende goede gezondheid te behouden Om een goede gezondheid te behouden is hetis het volgens Nederlandse Norm voor Gezond volgens de Nederlandse voor Gezond volgens de Nederlandse voor Gezond Bewegen gewenst omNorm alle Norm dagen van de week Bewegen gewenst omdagen alle dagen van de week Bewegen gewenst om matig alle van de week tenminste één uur intensieve lichaamstenminste éénmatig uur matig intensieve lichaamstenminste één uur intensieve lichaamsbeweging te hebben. Daarnaast is minimaal beweging te hebben. Daarnaast is minimaal 2 beweging te hebben. Daarnaast is minimaal 2 2 uur gymnastiek (oefeningen in kracht, lenigheid uur gymnastiek (oefeningen in kracht, uur gymnastiek (oefeningen in kracht, lenig-lenigof coördinatie) per week Deze norm geldt heid of coördinatie) per nodig. week heid of coördinatie) per week nodig.nodig. DezeDeze voor de jeugd van 12-18 jaar. de jeugd van 12-18 normnorm geldt geldt voor voor de jeugd van 12-18 jaar. jaar. Of aan de beweegnorm wordt voldaan hangt Of aan de beweegnorm wordt voldaan hangt Of aan de beweegnorm wordt voldaan hangt af af af van de duur, de frequentie en de intensiteit. van de duur, de frequentie de intensiteit. van de duur, de frequentie en deen intensiteit. Eénde op de vijf ininTwente voldoet aanaan het Eén op dejongeren vijfjongeren jongeren Twente voldoet Eén op vijf in Twente voldoet aan het advies van het NISB om elke dag minstens advies van het NISB om elke dag minstens één het advies van NISB om elke dag minstens één uur matig intensief te bewegen. uur matig matig intensief te bewegen. één uur intensief bewegen. De helftde van deleerlingen leerlingen hetvoortgezet voortgezet De helft van leerlingen op het voortgezet De helft van de opophet onderwijs in Twente Twente beweegt minimaal een onderwijs in Twente beweegt minimaal eeneen uur onderwijs in beweegt minimaal uuruur 5 dagen dagen perweek. week. Geslacht en leeftijd op 5 op dagen per week. Geslacht en en leeftijd op 5 per Geslacht leeftijd hebhebben weinig invloed; opleiding daarentegen hebben invloed; opleiding daarentegen benweinig weinig invloed; opleiding daarentegen wel. wel. wel.
33% 31% 31%33%
Meeste leerlingen fietsen naar school Meeste leerlingen fietsen naar school Meeste leerlingen fietsen naar school De meeste leerlingen 5per dagen per week De meeste leerlingen gaan 5 dagen per week De meeste leerlingen gaan 5 gaan dagen week deof fiets of lopend naar school. Het dagelijks op fiets of lopend naarschool. school. Het dagelijks op de deop fiets lopend naar Het dagelijks fietsen naar school betekent voor een deel fietsen naarschool school betekent voor een deel fietsen naar betekent voor een deel vanvan de van de leerlingen zij aan de beweegnorm de leerlingen dataan zijdat aan de beweegnorm vol- volleerlingen dat zij de beweegnorm voldoen, doen, wanneer zij tenminste het weekdoen, wanneer zij tenminste ook inook hetinweekwanneer zij tenminste ook in het weekend end voldoende bewegen engenoeg ver genoeg van end voldoende bewegen en ver van voldoende bewegen en ver genoeg van school school wonen. school wonen. wonen. 25% 25% 24% 24% 23% 23% 21% 22% 22% 21% 21% 21% 20% 20% 19% 19% 19% 18% 18% 17% 17% 19% 16% 16% 16% 16% 13% 13%
3.2 Voldoen aan beweegnorm per gemeente FiguurFiguur 3.2 Voldoen aan beweegnorm per gemeente Figuur 3.2 Voldoen aan beweegnorm per Driekwart vanjongeren de jongeren bij een Driekwart van de sportsport bij een gemeente
vereniging of club vereniging of club Driekwart van de jongeren sport bij een Driekwart van de jongeren sportbij bijeen een Driekwart van de jongeren sport vereniging of of club of in de sportschool. vereniging of club club in de sportschool. 6% 6% vereniging of doet dit elke dag; 66% doet dit meerdere keren doet dit elke 66% doet dit meerdere Driekwart vandag; de jongeren sport bij een ver-keren per week. Vmbo-leerlingen zijn minder vaak per week. Vmbo-leerlingen zijn minder vaak inactief (< 3 uur) semi-inactief semi-inactief (3 -5 uur) inactief (< 3 uur) (3 -5 uur) eniging of club of in de sportschool. 6% doet aansporten het sporten bijclub. een club. aan het bij een dit elke dag; 66% doet dit meerdere keren semi-actief (5-7 uur)normactief normactief (≥ 7 uur) semi-actief (5-7 uur) (≥ 7 uur) Ook zonder zijn vanclub een of club ofper vereniOok zonder lid te lid zijntevan een vereniweek.ging Vmbo-leerlingen zijn minder vaak aan het wordt er bewogen. veel bewogen. ging wordt er veel Figuur 3.1 Lichamelijke activiteit in uren per week FiguurFiguur 3.1 Lichamelijke activiteit in uren per week sporten bij een club. 3.1 Lichamelijke activiteit in uren per Ook zonder lid te zijn van een club of vereniging week 6.1 Bewegen naar sociaal-demografische kenmerken TabelTabel 6.1 Bewegen naar sociaal-demografische kenmerken wordt er veel bewogen.
19% 19% 17% 17%
Nederland Twente Jongen 2 havo/vwo Nederland Twente Jongen MeisjeMeisje Klas 2Klas Klas 4Klas 4vmbovmbo havo/vwo % % % % % % % % % % % % % % % % Tabel 3.1 Bewegen naar sociaal-demografische kenmerken Voldoet aan Voldoet aan 20 20 19 19 19 19 18 18 19 19 19 19 19 19 19 19 beweegnorm beweegnorm Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Beweegt 5 dagen Beweegt 5 dagen 54 54 52 53 53 % 52 52 %47 47 % 59 59 % % 52 54 % 54 51 % 51 % minimaal minimaal 1 uur 1 uur Voldoet aan beweegnorm 20 19 19 18 19 19 19 19 Fietsen of lopen Fietsen of lopen naar naar 86 86 93 93 94 94 93 93 96 96 91 91 91 91 96 96 school school Beweegt 5 dagen minimaal 1 uur 54 52 54 51 53 52 47 59 Wekelijks⃰ sporten Wekelijks⃰ sporten bij bij 76 76 77 79 79 91 75 75 9173 73 96 82 82 Fietsen of lopen naar 86 93 77 80 94 80 75 93 75 96 club of vereniging clubschool of vereniging Wekelijks⃰ bewegen Wekelijks* sporten bij club of vereniging 77 80 75 79 75 73 82 Wekelijks⃰ bewegen los los 76 78 78 76 76 76 76 75 75 80 80 72 72 76 76 75 75 vanof club of vereniging van club vereniging Wekelijks* bewegen los van club of 78 76 76 75 80 72 76 75
vereniging
⃰ Wekelijks 1 of meerdere per week ⃰ Wekelijks = 1 of = meerdere dagendagen per week
* Wekelijks = 1 of meerdere dagen per week
7
7 9
4 Eten en drinken 4 Eten en drinken
Een gezond en gevarieerd voedingspatroon is belangrijk voor een gezond gewicht en het voorkomen van ziekten. Eetgewoonten worden in de jeugd gevormd en veranderen in het latere leven weinig. Driekwart van de Twentse jeugd heeft als goede gewoonte om elke dag te ontbijten. Het eten van groente Een gezond en gevarieerd voedingspatroon is belangrijk voor een gezond gewicht en het voorkomen en blijft echter sterk achter bij de geadviseerde hoeveelheden. De dorst wordt vanfruit ziekten. Eetgewoonten worden in de jeugd gevormd en veranderen in hetmeestal latere gelest leven met weinig. Driekwart van de Twentse jeugd heeft als goede gewoonte om elke dag te ontbijten. Het eten van fris. Het gebruik van energiedrankjes is beperkt. groente en fruit blijft echter sterk achter bij de geadviseerde hoeveelheden. De dorst wordt meestal gelest met fris. Het gebruik van energiedrankjes is beperkt.
Driekwart van dedrinken leerlingen ontbijt elke dag op de vijf jongeren voldoet aan beweegnorm 4 Eén Eten en Ontbijten bevordert de concentratie en daar-
energie, maar ze hebben wel een oppeppend Almelo effect. Dat komt onder andere door 73% de cafeïne Ontbijten bevordert de concentratie en daarmee 76% één mee de leerprestaties op school. Bovendien die erin zit. HetBorne advies is om niet meer dan de leerprestaties op school. Bovendien gaan leerDinkelland 85% gaan leerlingen na ontbijt eenvoedingspatroon goed ontbijt minder Een lingen gezond gevarieerd is belangrijkblikje voorenergiedrank een gezond per gewicht het voorkomen dag teendrinken. De meeste naen een goed minder gauw snacken Enschede 72% gauw snacken of snoepen. van de van of ziekten. Eetgewoonten worden in de jeugd gevormdleerlingen en veranderen in hetdat latere weinig.2% (92%) doen ook leven niet. Slechts snoepen. Driekwart van deDriekwart leerlingen ontbijt Haaksbergen 78% leerlingen ontbijt elke dag. 6% ontbijt Driekwart van6% de Twentse jeugd heeft als (bijna) goede omleerlingen elke dag drinkt te ontbijten. Het eten van van de twee of meer blikjes elke dag. ontbijt (bijna) nooit. 84% van de gewoonte Hellendoorn 77% nooit. 84% van de jongeren ontbijt 5 dagen of groente en fruit blijft 5echter achter de geadviseerde hoeveelheden. dorst wordtgebruik meestal energiedrank per dag.De Het dagelijks jongeren ontbijt dagensterk of meer per bij week. Het Hengelo 76% ligt meer Het Nederlandse gemiddelde gelest metper fris.week. Het gebruik van is beperkt. het laagst bij leerlingen van de havo/vwo. Nederlandse gemiddelde staatenergiedrankjes op 82%. Dit beteHof van Twente 75% staat op 82%. Dit betekent dat één op de Losser 81% kent datleerlingen één op deminstens zeven leerlingen minstens een zeven een dag per week Driekwart van de leerlingen ontbijt elke dag Oldenzaal 76% dag per week zonder ontbijt naar school gaat. Almelo zonder ontbijt naar school gaat.en daar73% Ontbijten bevordert de concentratie
Rijssen-Holten 71% Borne 76% Tubbergen 79% Dinkelland 85% Twenterand 72% Enschede 72% Wierden 76% Haaksbergen 78% Hellendoorn 77% Figuur 4.2 Dagelijks ontbijten per gemeente Hengelo 76% Hof van Twente 75% effect. Dat komt onder andere door de cafeïne Losser 81% dieOldenzaal erin zit. Het advies is om 76% niet meer dan één blikje energiedrank per dag Rijssen-Holten 71% te drinken. De meeste leerlingen (92%) doen dat Tubbergen 79%ook niet. Slechts 2% van de leerlingen Twenterand 72% drinkt twee of meer blikjes energiedrank per dag. Het dageWierden 76%
mee de leerprestaties op school. Bovendien teteweinig en en fruit eters Veel weinig groente fruit eters gaanVeel leerlingen nagroente een goed ontbijt minder Het landelijk advies van het Voedingscentrum Het landelijk advies van het Voedingscentrum gauw snacken of snoepen. Driekwart van de luidt: eet eet dagelijks 200gram gram groente 200 luidt: dagelijks 200 groente enen 200 leerlingen ontbijt elke dag. 6% ontbijt (bijna) gram (2 stuks) fruit. gram (2 stuks) fruit. nooit. 84% van de jongeren ontbijt 5 dagen of meer per week. Het Nederlandse gemiddelde staat op 82%. Dit betekent dat één op de zeven leerlingen minstens een dag per week zonder ontbijt naar31% school gaat. eet dagelijks fruit
Veel te weinig groente en fruit eters Het landelijk advies van het Voedingscentrum luidt: eet dagelijks 200 gram groente en 200 gram eet (2 stuks) fruit. dagelijks 45%
lijks gebruik ligt het laagst bij leerlingen van de
havo/vwo. Figuur 4.2 Dagelijks ontbijten per gemeente Figuur 4.2 Dagelijks ontbijten per gemeente
groente
Fris dekomt grootste effect. Dat onderdorstlesser andere door de cafeïne Fris de grootste dorstlesser Gevraagd is naar het gebruik van zoete die erin zit. Het advies is om niet meer dan één Gevraagd is naar hetper gebruik vandrinken. zoete Figuur 4.1 Dagelijks groente en fruit (suikerhoudende) drankjes, zoals (suikerfrisdrank, blikje energiedrank dag te De In de loop van de jaren is er weinig veranderd houdende) drankjes,(92%) zoalsvruchtensap frisdrank, aanmaakaanmaaklimonade, enniet. zoete meeste leerlingen doen dat ook in de groente- en fruitconsumptie van de jeugd. limonade, vruchtensap en zoetedrinkt melkof yoghurtIn de loop van de jaren is er weinig veranderd in melkofvan yoghurtproducten. De meeste Slechts 2% de leerlingen twee of (81%) drinken een of producten. meeste leerlingen (81%) de groenteen fruitconsumptie van de jeugd. meerleerlingen blikjesDeenergiedrank perdagelijks dag. Hetdrinken dageWeinig gebruik van energiedrankjes meerdere glazen fris. lijks gebruik ligt het laagst bij leerlingen van de dagelijks een of meerdere glazen fris. Energiedrankjes zijn frisdranken met veel Water, koffie en thee zijn minder populair als havo/vwo. Water, koffi e en thee zijn minder populair als Weinig gebruik van energiedrankjes suikers. Van energiedrankjes krijg je niet meer dorstlesser. dorstlesser. Energiedrankjes zijn frisdranken met veel energie, maar ze hebben wel een oppeppend Fris de grootste dorstlesser suikers. Van energiedrankjes Figuur 4.1 Dagelijks groente en fruitkrijg je niet meer Gevraagd is naar het gebruik van zoete Tabel 4.1 Eten en drinken naar sociaal-demografische kenmerken (suikerhoudende) drankjes, zoals frisdrank, In de loop van de jaren is er weinig veranderd aanmaaklimonade, zoete havo/vwo Nederland Twente Jongen Meisje Klas vruchtensap 2 Klas 4 envmbo de groenteen fruitconsumptie vankenmerken de jeugd. Tabel 4.1 Eten enindrinken naar sociaal-demografi sche yoghurtproducten. De meeste % % %melk- of % % % % % leerlingen (81%) drinken dagelijks een of Weinig gebruik van energiedrankjes Dagelijks ontbijten 72 74 78 Nederland Twente Jongen Meisje 71 Klas 2 77 Klas 4 72 vmbo 68 havo/vwo 82 meerdere glazen fris. Energiedrankjes zijn frisdranken met%veel % % % % % % Dagelijks fruit eten 31 30 27 34 en thee 33 zijn minder 28 27 %als 34 Water, koffie populair suikers. Van energiedrankjes krijg je niet meer Dagelijks ontbijten 72 74 78 71 77 72 68 82 dorstlesser. energie, maargroente ze hebben oppeppend45 Dagelijks eten wel een 41 42 48 44 46 41 49 Dagelijks fruit eten 31 30 27 34 33 28 27 34 Figuur 4.1 Dagelijks groente en fruit
Dagelijks energiedrank
Dagelijks groente eten
-
41
8
45
12
42
5
48
8
44
46
10
41
13
4
49
TabelDagelijks 4.1 Etenfris en drinken naar sociaal-demografische 81 kenmerken 86 77 81 82 82 81 - Nederland 8 Twente 12Jongen 5Meisje 8Klas 2 10 13 4 Klas 4 vmbo havo/vwo Dagelijks water, koffie of -81 % % 43 Dagelijks fris 86 % 3577 % 5181 % 39 82% 47 82 % 37 81% 49 thee Dagelijks ontbijten 72 Dagelijks water, koffi e of thee 43 74 35 78 51 71 3977 4772 3768 4982
Dagelijks energiedrank
10
Dagelijks fruit eten
31
30
27
34
33
28
27
34
Dagelijks groente eten
41
45
42
48
44
46
41
49
Dagelijks energiedrank
-
8
12
5
8
10
13
4
8
5 In hoger sferen 5 DeInjeugdhoger sferen in het voortgezet onderwijs bevindt zich in een levensfase waarin zij kunnen gaan experimenteren met diverse genotmiddelen, zoals alcohol, tabak en drugs. Het alcoholgebruik onder jongeren in Twente De jeugd in het voortgezet onderwijs bevindt zich in een levensfase waarin zij kunnen gaan experidaalt. Het rokers is minder geworden. Het drugsgebruik onveranderd. menteren metaantal diverse genotmiddelen, zoals alcohol, tabak enisdrugs. Het alcoholgebruik onder jongeren in Twente daalt. Het aantal rokers is minder geworden. Het drugsgebruik is onveranderd.
Alcoholgebruik daalt Alcoholgebruik daalt VanVan de tweedeklassers in in Twente de tweedeklassers Twenteheeft heeft18% 18% recent alcohol gedronken; bij bij de de vierdeklassers recent alcohol gedronken; vierdeklassers is is dat BijBij‘recent dat63%. 63%. ‘recentalcohol alcoholgedronken’ gedronken’gaat gaat het het zowel enkele slokjes, slokjes,als alsom oméén één zowel om om enkele ofof meerdere meerdere glazen in de afgelopen 4 weken. glazen in de afgelopen 4 weken. Leerlingen van het vmbo drinken vaker, dan Leerlingen van het vmbo drinken vaker, dan leerlingen van de havo/vwo. 29% van de leerlingen havo/vwo. 29% vankeet de jongeren jongeren heeftvan weldeeens alcohol in een heeft wel eens alcohol in een keet gedronken. gedronken. Het recente alcoholgebruik onder Het recente alcoholgebruik Twentse 2003jongeren Twentse jongeren daalde onder in de periode daalde in de periode 2003-2011 van 68% 2011 van 68% naar 44%. De Twentse cijfersnaar voor ‘ooit’liggen en ‘recent’ voor44%. ‘ooit’ De en Twentse ‘recent’ cijfers alcoholgebruik hoger dan de Nederlandse. alcoholgebruik liggen hoger dan de Nederlandse. Waar wordt meeste alcohol Waar wordt meeste alcoholgedronken? gedronken? 43% 22%
Discotheek
17%
13%
Binge drinken iets minder 5.1 Waarisalcohol VanFiguur binge drinken sprake,drinken wanneer bij één gelegenheid vijf of meer drankjes worden genuttigd. 29% van de Binge drinken ietsTwentse minder jongeren heeft wel eens vijf ofdrinken meer drankjes een feestje of Van binge is sprake,op wanneer bij één andere gelegenheid In 2011 wasgenutgelegenheid vijf ofgedronken. meer drankjes worden dit percentage ietsde hoger, namelijk 32%. tigd. 29% van Twentse jongeren heeft wel Het eens Twentse voorop binge drinkenof vijf ofpercentage meer drankjes een feestje ligt hoger dan het landelijke. andere gelegenheid gedronken. In 2011 was dit percentage iets hoger, namelijk 32%. Tabel 5.1 Alcohol en sociaal-demografische kenmerken Het Twentse percentage voor binge drinken ligt Nederland Twente Jongen hoger dan het landelijke. % % % Alcohol ⃰ ooit 60 Tabel 5.1 Alcohol en sociaal-demografische kenmerken 31 Alcohol ⃰ recent** Binge drinken recent⃰Nederland ⃰ 22 Twente % % Hoe vaak dronken 15 recent** Alcohol* ooit 60 68 Indrinken Alcohol* recent** 31 41 Indrinken in een keet Binge drinken recent** 22 29 Oordeel ouders/ Hoe vaak dronken verbieden recent** 15 16
Indrinken
* een paar slokjes, één of meer glazen ** recent = afgelopen 4 weken
32% 19%
50%
35% 27% 20% 19%
49%
36% 31% 29%
36% 27%
Figuur 5.2 Wel eens drinken in een keet
Figuur 5.2 Wel eens drinken in een keet
Bij anderen thuis Thuis met anderen
Hok, schuur of keet Figuur 5.1 Waar alcohol drinken
50%
Drinkgedrag zorgelijk 16% van de leerlingen is de afgelopen 4 weDrinkgedrag ken dronkenzorgelijk of aangeschoten geweest. Bijna 16% van de leerlingen is de afgelopen 4 weken een kwart drinkt alcohol voordat ze uitgaan. dronken of aangeschoten geweest. Bijna een Het indrinken gebeurt op allerlei plekken, maar kwart drinkt alcohol voordat ze uitgaan. Het het meest bij vrienden thuis. Ook de keet wordt genoemd,gebeurt maar minder vaak. indrinken op allerlei plekken, maar het Drank bij wordt voornamelijk viadevrienden verkremeest vrienden thuis. Ook keet wordt gen. Een klein genoemd, maaraantal minderjongeren vaak. (8%) slaagt erin om zelfwordt alcohol te kopen.via In vrienden E-MOVOverkregen. is niet Drank voornamelijk gevraagd hoeveel jongeren hebEen klein aantal jongeren (8%)geprobeerd slaagt erin om zelf ben om alcohol te kopen. alcohol te kopen. In E-MOVO is niet gevraagd hoeveel geprobeerd hebben om alcohol Eén op jongeren de vijf ouders verbiedt alcohol te kopen. Ongeveer een kwart van de leerlingen drinkt thuis alcohol. Dit gebeurt veelal met goedkeuEén ouders21% verbiedt ring op vandedevijfouders. van alcohol de ouders verbiedt het gebruik vanvan alcohol. Ongeveer een kwart de leerlingen drinkt Een derde van leerlingen de thuis alcohol. Ditde gebeurt veelalheeft met met goedkeuring ouders afspraken gemaakt om tot verbiedt een be- het van de ouders. 21% van de ouders paalde leeftijd geen alcohol te drinken. gebruik van alcohol. Een derde van de leerlingen heeft met de ouders afspraken gemaakt om tot een bepaalde leeftijd Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo geen%alcohol te % drinken.% % %
68
72
64
52
83
72
63
41
44
37
18
63
46
35
29 Jongen31 Meisje26 Klas 2 10 Klas 447 vmbo35 havo/vwo 21 % % % % % % 16 16 15 3 28 19 13 72 64 52 83 72 63 22 22 21 4 39 26 18 44 37 18 63 46 35 10 12 10 1 19 13 7 31 26 10 47 35 21 22 21 22 33 10 18 25 16 15 3 28 19 13
22
22
21
4
39
26
18
Indrinken in een keet
-
10
12
10
1
19
13
7
Oordeel ouders/ verbieden
-
22
21
22
33
10
18
25
* een paar slokjes, één of meer glazen
9
** recent = afgelopen 4 weken 11
Aantal rokers ietsgedaald gedaald Aantal rokers iets Roken is verslavendenenveroorzaker veroorzaker van van tal Roken is verslavend tal van ziektes, zoals kanker, longziekten en harten vaatvan ziektes, zoals kanker, longziekten en harte ziekten. De meeste rokers zijn voor het 18 jaar en vaatziekten. De meeste rokers zijn voor het e begonnen met roken. meer 18 jaar begonnen met roken. RedenReden te meerteom de jeugd om de jeugd te beschermen tegen de ongete beschermen tegen de ongezonde gevolgen van zonde gevolgen van roken. Bijvoorbeeld door roken. Bijvoorbeeld door de campagne NIX18. de campagne NIX18. Van alle tweedeklassers heeft 15% roken wel Vaneens alle tweedeklassers heeft 15% rokeniswel geprobeerd; onder vierdeklassers dat eens geprobeerd; onder vierdeklassers is dat 41%. Gemiddeld heeft 28% van de jongeren 41%. Gemiddeld heeft 28% van de jongeren ooit gerookt, dat wil zeggen een paar trekjes, een ooit gerookt, dat wil zeggen een paar trekjes, Het percentage is vergelijkeen hele helesigaret sigaretofofmeer. meer. Het percentage is baar met dat van volwassenen (19-65 jaar). vergelijkbaar met dat van volwassenen (19-65 Het opleidingsniveau is sterk van invloed op het jaar). of niet (gaan) roken. van op het vmbo Het wel opleidingsniveau is sterkLeerlingen van invloed scoren zowel bij het ooit als bij het dagelijks en het wel of niet (gaan) roken. Leerlingen van het vmbo scoren roken zowelveel bij het ooitdan alsleerlingen bij het van de wekelijks hoger dagelijks en wekelijks roken veel hoger dan havo/vwo. leerlingen vanooit, de havo/vwo. Zowel het als het dagelijks en wekelijks Zowel het zijn ooit,gedaald als het ten dagelijks envan wekelijks roken opzichte 2011. roken zijn gedaald ten opzichte van 2011. Hiermee is een negatieve trend omgebogen in Hiermee is een negatieve trend omgebogen in een positieve. een positieve. Leerlingen krijgen sigaretten voornamelijk Leerlingen krijgen hunhun sigaretten voornamelijk via vrienden, maar kopen ze ook zelf. Eenkleikleine via vrienden, maar kopen ze ook zelf. Een groep krijgt ze van hun ouders. De meeste ne groep krijgt ze van ouders. De meeste sigaretten worden in kroeg, de kroeg, café of discotheek sigaretten worden in de café of discotheek gekocht. gekocht.
Ruim eeneen derde van hetroken Ruim derde vande deouders ouders verbiedt verbiedt het roken van hun kinderen van hun kinderen 37% van de ouders verbiedt hun kinderen om 37% van de ouders verbiedt hun kinderen om te te roken. Ouders zijn wat roken betreft iets roken. Ouders zijn wat roken betreft iets strenger strenger dan bij alcoholgebruik. dan bij alcoholgebruik. Slechts 4% keurt het roken van hun kinderen Slechts 4%volgens keurt het van van hun de kinderen goed, althans deroken mening kingoed, althans volgens de mening van de kinderen deren zelf. Het zelf. voorbeeldgedrag van ouders is van invloed op het of niet roken van kinderen. 32% Hetwel voorbeeldgedrag van hun ouders is van invloed van op de het ouders rookt; derde van hen32% wel of niet bijna rokentwee van hun kinderen. heeftvan dagelijks rokende de ouders rookt; kinderen. bijna twee derde van hen heeft dagelijks rokende kinderen.
36% 29% 26%
28% 26% 26% 25% 23%
34% 30%
29%29% 26%
22%
Figuur 5.3 Ooit gerookt per gemeente Figuur 5.3 Ooit gerookt per gemeente
Drugsgebruik onveranderd Drugsgebruik onveranderd Cannabis gebruik vermindert het korte termijn Cannabis gebruik vermindert het korte termijn gegeheugen, het reactievermogen en de concentratie enhet kanreactievermogen daardoor de schoolprestaties beheugen, en de concentratie ïnvloeden. 19% de vanschoolprestaties de leerlingen heeft soften kan daardoor beïnvloeden. drugsvan (wiet hasj) aangeboden gekregen. 19% de of leerlingen heeft softdrugs (wiet ofDit gebeurt het meest op straatDit of gebeurt bij een hangplek hasj) aangeboden gekregen. het voor jongeren. 8%bijvan jongeren heeft ooit meest op straat of eende hangplek voor jongeren. softdrugs gebruikt; 4% in de afgelopen 4 we8% van de jongeren heeft ooit softdrugs gebruikt; ken. Leeftijd en opleiding zijn hierbij het meest 4% de afgelopen 4 weken. Leeftijd en opleiding van in invloed. zijn hierbij hetjongeren meest vanheeft invloed. 10% van de wel eens hard10% van de jongeren heeft wel eens harddrugs drugs (XTC, cocaïne, paddo’s, amfetamine, (XTC, cocaïne, paddo’s, amfetamine, GHB e.d.) GHB e.d.) aangeboden gekregen. Harddrugs aangeboden gekregen. Harddrugs worden aan-in worden aangeboden op straat, in de disco, het café, op bij straat, festivals endisco, op andere geboden in de in het plaatsen. café, bij 4% van en deop jongeren heeft ooit harddrugs gefestivals andere plaatsen. bruikt; de afgelopen 4 weken. Leeftijd is 4% van1% de in jongeren heeft ooit harddrugs het meest1% vanininvloed. De verschillen gebruikt; de afgelopen 4 weken. tussen Leeftijd geslacht en van opleiding zijn is het meest invloed. Deklein. verschillen tussen geslacht en opleiding zijn klein. Eerder E-MOVO-onderzoek wijst uit dat jongeren in 2015 niet meer drugs gebruikten Eerder jongeren dan in E-MOVO-onderzoek 2011. Het verhogenwijst van uit de dat leeftijdsin 2015 niet meer drugs gebruikten dan in 2011. grens voor de verkoop van alcohol heeft Het verhogen van de leeftijdsgrens voor de blijkbaar niet geleid tot een toename van het verkoop van alcohol heeft blijkbaar niet geleid tot drugsgebruik. een toename van het drugsgebruik.
Tabel 5.2 Roken en drugs naar sociaal-demografische kenmerken Nederland Twente Jongen Meisje % % % %
Klas 2 %
Klas 4 %
vmbo %
havo/vwo %
Roken ⃰ ooit
25
28(38)⃰⃰ ⃰
29
27
15
41
37
18
Roken ⃰ wekelijks
8
10(14)
10
9
3
16
15
4
Roken ⃰ dagelijks
5
7(10)
7
7
2
Oordeel ouders/verbieden 37 39 36 44 Tabel 5.2 Roken en drugs naar sociaal-demografische kenmerken Soft drugs aangeboden 19 22 16 8 gekregen Nederland Twente Jongen 9 Ooit soft drugs gebruikt 11 8 % %7 %2 Hard drugs aangeboden 10 25 10 28(38)** 9 Roken* ooit 294 gekregen Roken* wekelijks 8 10(14) 101 Ooit hard drugs gebruikt 5 4 4 4
*enkele trekjes,dagelijks hele sigaret of meer Roken*
12
12
2
31
34
41
30 Meisje 14 %
22 Klas 2 10 %
16 Klas 4 %6
vmbo %
havo/vwo %
15 27
11 15
418
37
18
97
35
163
15
4
5
7(10)
7
7
2
12
12
2
Oordeel ouders/verbieden
-
37
39
36
44
31
34
41
Soft drugs aangeboden gekregen
-
19
22
16
8
30
22
16
11
8
9
7
2
14 10
10
6
Hard drugs aangeboden gekregen
-
10
10
9
4
15
11
8
Ooit hard drugs gebruikt
5
4
4
4
1
7
5
3
⃰ ⃰ tussen haakjes de percentages van E-MOVO 2011
Ooit soft drugs gebruikt
*enkele trekjes, hele sigaret of meer ** tussen haakjes de percentages van E-MOVO 2011 12
6 Op school plezier naar school gaan is belangrijk voor het sociaal en psychisch welbevinden van jongeren en komt 6 Met Op school de schoolprestaties ten goede. Ruim de helft van de Twentse jongeren vindt het leuk om naar school te
gaan. Ernstig spijbelen komt eigenlijk nauwelijks voor. Ongeveer een op de tien jongeren wordt wel eens Met plezier naar school gaan is belangrijk voor het sociaal en psychisch welbevinden van jongeren en Een klein percentage wordt Ruim gepestde viahelft internet telefoon. komtgepest. de schoolprestaties ten goede. van of demobiele Twentse jongeren vindt het leuk om naar school te gaan. Ernstig spijbelen komt eigenlijk nauwelijks voor. Ongeveer een op de tien jongeren wordt wel eens gepest. Een klein percentage wordt gepest via internet of mobiele telefoon. Ruim helft gaat graagnaar naarschool school Ruim de de helft gaat graag Ruim de helft jongeren vindt Ruim de helft vanvan de de jongeren vindt hethet (hartstikke) leuk op school; 34% zegt ‘gaat wel’ en 9% (hartstikke) leuk op school; 34% zegt ‘gaat wel’ en 9% geeft te vinden. geeft aanaan het het ‘niet‘niet leuk’leuk’ te vinden. Meisjes en Meisjes en havo/vwo-leerlingen hebben havo/vwo-leerlingen hebben het meer het naar hun meerzin. naar hun zin. dienaar hethun minder Jongeren dieJongeren het minder zin hebben naarop hun zin hebben op school vindenvakken vooralniet school vinden vooral ‘de meeste ‘de meeste niet‘de leuk’ of vinden dat ‘deniet leuk’ of vakken vinden dat manier van lesgeven manier van lesgeven niet leuk’ is. leuk’ is. Pesten wordt slechts door enkelen (1%) als Pesten wordt slechts door enkelen (1%) als oorzaak van het niet-leuk vinden genoemd. oorzaak van het niet-leuk vinden genoemd.
18% 13% 10% 7%
15% 9%
6% 6%
13% 12%
9%
7%
6% 3%
Ziekteverzuim tamelijk hoog tamelijkishoog Figuur 6.1 Spijbelen per gemeente Eén Ziekteverzuim op de drie jongeren in de voorgaande Eén op de drie jongeren is 3 indagen de voorgaande Figuur 6.1 Spijbelen per gemeente maand ziek geweest. 11% is of langer Van alle jongeren is 7% zelf pester. 2% is zoziekMeisjes geweest. is 3 dagen of langer ziek maand geweest. en11% vmbo’ers verzuimen wel pester als slachtoffer. vaker wegens ziekte. Heten ziekteverzuim is over ziek geweest. Meisjes vmbo’ers verzuimen Van alle jongeren is 7% zelfLeerlingen pester. 2%die is zowel gepestals worden hebben een minder goed de jaren stabiel. vakerheen wegens ziekte. Het ziekteverzuim is over pester slachtoffer. Leerlingen die gepest ervaren hebben gezondheid, zijn minder gelukkig, de jaren heen stabiel. worden een minder goed ervaren minder weerbaar en hebben eenminder grotereweerkans Veel jongeren spijbelen gezondheid, zijn minder gelukkig, op depressieve gevoelens emotionele 10%Veel vanjongeren de Twentse jongeren heeft de afgelospijbelen baar en hebben een grotere en kans op depressieve problemen. pen 4 weken gespijbeld. 4% heeft 3 uur of 10% van de Twentse jongeren heeft de afgelopen gevoelens en emotionele problemen. meer gespijbeld. Vierdeklassers spijbelen va4 weken gespijbeld. 4% heeft 3 uur of meer Cyberpesten op kleine schaal ker dan tweedeklassers, maar ook geslacht en gespijbeld. Vierdeklassers Cyberpesten op kleine schaal Van de Twentse jongeren is 5% de afgelopen opleiding zijn van invloed. spijbelen vaker dan tweedeklassers, maar ook geslacht en opleiding Van de Twentse jongeren is 5% de 3 maanden gepest via internet of afgelopen mobiele De belangrijkste redenen om te spijbelen zijn zijn van invloed. 3 maanden gepest via internet of mobiele teletelefoon. 3% van de jongeren pest zelf via ‘geen zin in school’ en ‘teveel tussenuren’. De belangrijkste redenen om te spijbelen zijn foon. 3% van de jongeren pest zelf via internet. internet. Het meeste meestecyberpesten cyberpesten blijftbeperkt beperkt van 1 tot in school’ en ‘teveel tussenuren’. Het blijft van 1 tot Eén‘geen op dezin tien leerlingen gepest in de 3 keer keer per permaand. maand.Het Hetwekelijks wekelijkscyberpesten cyberpesten afgelopen 3 maanden 3 gegebeurt zeer kleine schaal. 1% de vanleerlingen de Pesten als schelden, Eén isopomschreven de tien leerlingen gepest inroddelen, de afgelopen beurt op op zeer kleine schaal. 1% van leerlingen is één ofkeren meerdere keren per week vervelende berichtjes sturen, spugen of 3 maanden is één of meerdere per week slachtoffer slachtoffer van cyberpesten. iemand buitensluiten. Van Twentse jongePesten is omschreven alsde schelden, roddelen, van cyberpesten. Ook al al zijn zijnde deaantallen aantallenklein, klein,dedeimpact impact van ren wordt 2% regelmatig (één ofspugen meerdere vervelende berichtjes sturen, of iemand Ook van cyberpesten en ‘gewoon’ pesten kan groot zijn. keren per week) op school gepest; Het hoogbuitensluiten. Van de Twentse jongeren wordt 2% cyberpesten en ‘gewoon’ pesten kan groot zijn. ste percentage gepeste jongeren is te vinden regelmatig (één of meerdere keren per week) op onder de tweedeklassers van het vmbo. school gepest. Het hoogste percentage gepeste jongeren is te vinden naar ondersociaal-demografische de tweedeklassers van Tabel 6.1 Schoolbeleving kenmerken het vmbo. Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo %
%
%
%
%
%
%
%
54
60
60
54
54
60
32 Jongen % 11
41 Meisje % 8
362 Klas %5
374 Klas % 14
5710 36 5 10
54 10 32 4 11
60 10 41 6 8
60 12 36 5 5
548 37 5 14
5412 41 6 11
32
10
10
10
12
8
12
8
5
4
6
5
5
6
4
Schoolbeleving, leuk 57 Tabel 6.1 Schoolbeleving naar sociaal-demografische kenmerken Ziekteverzuim, recent ⃰ Spijbelen, recent ⃰ Schoolbeleving, leuk Gepest worden ⃰ ⃰
Ziekteverzuim, recent* Cyberpesten ⃰ ⃰
Spijbelen, recent*
Gepest worden** Cyberpesten**
⃰ recent = afgelopen 4 weken
40 Nederland %11
- 11 40 5 11 11 5
* recent = afgelopen 4 weken ** afgelopen 3 maanden
36 Twente %10
⃰ ⃰ afgelopen 3 maanden
41 vmbo %11
32 havo/vwo %8
60 8 8
4
11 13
7 Digitale snelweg gebruik van social media is niet meer weg te denken uit de huidige samenleving en heeft onder jongeren 7 Het Digitale snelweg 7 Digitale snelweg een enorme vlucht genomen. Hetzelfde geldt voor (online) gamen. Een wereld aan nieuwe mogelijkheden voor vermaak en sociale contacten Een uit positief aspect van deze mediaen is het opdoen Het gebruik van social media is niet heeft meerzich weggeopend. te denken de huidige samenleving heeft ondervan Het gebruik van social media is niet meer weg te denken uit de huidige samenleving en heeft onder jongeren een enorme vlucht genomen. Hetzelfde geldt voor (online) gamen. Een wereld aan nieuwe kennis en het onderhouden van een groot netwerk van vrienden. De meeste Twentse jongeren zijn dagelijks jongeren een enorme vlucht genomen. Hetzelfde geldt voor (online)Een gamen. Eenaspect wereldvan aandeze nieuwe mogelijkheden voor vermaak en sociale contacten heeft zich geopend. positief actief op opdoen social media. Eén op de zeven heeftcontacten ongewenste ervaringen met internet. risico aspect op De problemamogelijkheden voor sociale heeft geopend. Een positief van deze media is het vanvermaak kennis enen het onderhouden van eenzich groot netwerk vanHet vrienden. meeste media is het opdoen van kennis en het onderhouden van een groot netwerk van vrienden. De meeste Twentse jongeren dagelijks actief opblijft social media. Eén op de zeven heeft ongewenste ervaringen tisch gebruik vanzijn social media of gamen beperkt. Twentse Het jongeren dagelijks actiefgebruik op social op of degamen zeven heeft ongewenste ervaringen met internet. risico zijn op problematisch vanmedia. socialEén media blijft beperkt.. met internet. Het risico op problematisch gebruik van social media of gamen blijft beperkt.. VeelVeel gebruik social gebruik socialmedia media Veelzoeken gebruik social media Almelo 85% Het zoeken naarnaar sociaal contact Het sociaal contactenenhet hetverkenverkennen Almelo Het zoeken naar sociaal contact en het verkenBorne 80% 85% nen van van sociale socialemogelijkheden mogelijkheden beperkingen enen beperkingen is van 80% nen van sociale mogelijkheden en beperkingen DinkellandBorne is van tijden. gebeurt vooral via media. 84% allealle tijden. Nu Nu gebeurt dat dat vooral via social Dinkelland van alleJongeren tijden. Nustaan gebeurt dat vooralmet via 84% socialis media. voortdurend Enschede 83% Jongeren staanJongeren voortdurend metvoortdurend elkaar in contact social media. staan Enschede elkaar in contact en dat is ook zichtbaar. De met Haaksbergen 85%83% en dat isinook zichtbaar. Deismeeste jongeren De elkaar contact en zijn dat ook zichtbaar. Haaksbergen meeste jongeren (84%) dagelijks actief op Hellendoorn 87%85% (84%) zijn dagelijks actief op social media. actief op Hellendoorn socialmeeste media.jongeren Meisjes (84%) makenzijn hierdagelijks meer gebruik Hengelo 84% 87% Meisjes makenEen hier kleine meermaken gebruik vanmeer dan social media. Meisjes gebruik Hengelo van dan jongens. groephier (5%) maakt Hof van Twente 86%84% jongens. Een kleine groep (5%) maakt (bijna) van dangebruik jongens. Een kleine groep (5%) maakt Hof van Twente (bijna) nooit van social media. Losser 82% 86% (bijna)gebruik nooit gebruik van social media. nooit van social media. Losser Oldenzaal 81% 82% Leidt het hoge social media gebruik tot probleOldenzaal Rijssen-Holten 80% 81% Leidtgedrag? hethoge hogesocial socialmedia media gebruik Leidt het gebruik tottot problematisch Rijssen-Holten 80% Tubbergen 85% matisch gedrag? problematisch gedrag? Tubbergen 85% Twenterand 84% 84% 84% 84%
Twenterand Wierden Wierden
Figuur 7.2 Dagelijks gebruik social media per Figuur 7.2 Dagelijks gebruik social mediaper per Figuur 7.2 Dagelijks gebruik social media gemeente gemeente gemeente
Figuur 7.1 Risico op problematisch gedrag Figuur 7.1 Risico op problematisch gedrag Figuur 7.1 Risico op problematisch gedrag
Veel ongewenste ervaringen met internet ongewenste ervaringen internet 15% Veel van de Twentse jongeren heeftmet meege15% van de Twentse jongeren heeft meegeVeel ervaringen met internet maakt datongewenste iemand tegen zijn/haar zin vervelenmaakt dat iemand tegen zijn/haar zin vervelen15% van de Twentse jongeren heeft meegede foto’s of filmpjes heeft verspreid via interde foto’s of filmpjes heeft verspreid via maakt dat iemand tegen zijn/haar zin vervelende net of de mobiele telefoon. Het percentage interligt net ofzo dehoog mobiele telefoon. Hetvia percentage of filmpjes verspreid internet ofligt drie foto’s keer alsheeft bij cyberpesten. drie keer zotelefoon. hoog alsHet bijpercentage cyberpesten. de mobiele ligt drie Meisjes, vierdeklassers en vmbo’ers hebben Meisjes, vierdeklassers en vmbo’ers hebben het vaakst ervaringen. keer zoongewenste hoog als bij cyberpesten. het vaakst ongewenste ervaringen. Meisjes, vierdeklassers en vmbo’ers hebben het vaakst ongewenste ervaringen.
Gamen voor jongens Gamen voor jaren jongens Er zijn de laatste steeds mooiere games Gamen voor jongens Er zijn de laatste jaren mooiere games ontwikkeld. De techniek opsteeds dit gebied schrijdt Er zijn de laatste jaren steeds mooiere games ontwikkeld. De techniek op dit gebied schrijdt voort en maakt competities internetverband ontwikkeld. techniek op ditingebied schrijdt voort Veel enDemaakt competities in internetverband mogelijk. jongeren (22%) spelen (bijna) voort en maakt competities in internetverband mogelijk. VeelJongens jongerenveel (22%) spelen dagelijks games. meer dan (bijna) mogelijk. Veel jongeren (22%) spelen (bijna)dan dagelijks games. Jongens meisjes; tweedeklassers meer veel dan meer vierdedagelijks games. Jongens veel meer dan meisjes; meer danmeisjes; vierdeklassers. 42%tweedeklassers van de Twentse jongeren speelt tweedeklassers meer dan vierdeklassers. 42% klassers. 42% van de Twentse jongeren speelt (bijna) nooit games. Dit zijn vooral meisjes. van (bijna) nooit games. zijn vooral meisjes. de jongeren speeltDit (bijna) nooit games. HetTwentse risico op problematisch game gedrag is Hetvooral risico op problematisch game is Dit meisjes. 3%zijn voor de totale groep leerlingen. Ditgedrag is 3% voor de totale groep leerlingen. Dit is Het risico op problematisch game gedrag is 3% ongeveer 12% van de jongeren die (bijna) ongeveer 12% van de jongeren die (bijna) voor de totale groep is ongeveer dagelijks gamen. Zijleerlingen. vinden hetDithet moeilijkst dagelijks gamen.die Zij (bijna) vindendagelijks het het moeilijkst 12% van de jongeren gamen. om te stoppen. om te stoppen. Zij vinden het het moeilijkst om te stoppen.
Tabel 7.1 Social media en gamen naar sociaal-demografische kenmerken Tabel 7.1 Social media en gamen naar sociaal-demografische kenmerken Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Nederland havo/vwo % %Twente %Jongen % Meisje % Klas 2 % Klas 4 % vmbo % % % % % % % % % Tabel 7.1 Social media en gamen naar sociaal-demografische kenmerken Gebruik social media ⃰ 81 84 77 90 80 87 82 86 Gebruik social media ⃰ 81 84 77 90 80 87 82 86 Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Risico op problematisch Nederland 7 4 10 6 8 9 5 Risico op problematisch % 8 % % 8 % 9 % 5 gebruik social media 8 7 % 4 % 10 % 6 gebruik social media Gebruik social media* 81 8415 7714 9016 80 87 82 86 Ongewenste ervaringen 14 16 16 14 Ongewenste ervaringen 15 14 16 14 16 16 14 Risico op problematisch social 8 24 7 22 4 36 108 626 8 9 5 Gamen gebruik ⃰ 19 22 23 Gamen ⃰ 24 22 36 8 26 19 22 23 media Risico op problematisch Risico op problematisch 5 3 6 1 3 3 5 2 5 3 14 6 16 1 14 3 16 3 16 5 game gedrag Ongewenste ervaringen 15 14 2 game gedrag
Gamen*
⃰ (bijna) dagelijks ⃰ (bijna) dagelijks
Risico op problematisch game gedrag 14
24
22
36
8
26
19
22
23
5
3
6
1
3
3
5
2
* (bijna) dagelijks
12 12
8 Seks en zo de puberteit worden veel jongeren voor het eerst verliefd en hebben hun eerste ervaringen met seksueel 8 InSeks en zo gedrag. Het is belangrijk dat jongeren van meet af aan weten wat veilig vrijen is, hoe je grenzen moet
stellen, wat seksueel overdraagbare aandoeningen zijn en hoe je omgaat met relaties. In de puberteit worden veel jongeren voor het eerst verliefd en hebben hun eerste ervaringen met Seksuele activiteit zich bijdat de Twentse vaak (tong)zoenen. kleine seksueel gedrag. Hetbeperkt is belangrijk jongerenjongeren van meet afnog aantot weten wat veiligEen vrijen is, groep hoe jeheeft grenzen moet stellen, wat seksueel overdraagbare aandoeningen zijn en hoe je omgaat met relaties. al geslachtsgemeenschap, maar brengt het veilig vrijen nog niet erg in praktijk. De opvattingen over Seksuele activiteit beperkt zich bij de Twentse jongeren vaak nog tot (tong)zoenen. Een kleine groep zijn wisselend.maar brengt het veilig vrijen nog niet erg in praktijk. De opvattingen heefthomoseksualiteit al geslachtsgemeenschap, over homoseksualiteit zijn wisselend.
(Tong)zoenen nog (Tong)zoenen nogniet nietvoor voor iedereen iedereen Ruim de helft vanvan de vierdeklassers Ruim de helft de vierdeklassersheeft heeft ervaring ervaring met tongzoenen. de tweedeklasmet tongzoenen. Bij deBij tweedeklassers is dat een serskwart. is dat Niet een alleen kwart.leeftijd, Niet alleen maar maarleeftijd, ook opleiding ook zijn opleiding zijnvoor bepalend voorseksuele de eerste bepalend de eerste contacten. seksuele contacten. De vraag over tongzoenen De vraag over tongzoenen is als introductievraag is als introductievraag gesteld op het thema gesteld op het thema seksualiteit. Wie geen seksualiteit. Wie geen ervaring heeft met tongervaring tongzoenen over krijgtveilig geen zoenen krijgtheeft geenmet vervolgvragen vervolgvragen over veilig vrijen. vrijen.
69% 61% 52% 48% 50% 51% 49% 46% 45% 46% 46% 37% 35%
59%
gebruikt condoom HelftHelft gebruikt condoom 10%10% van van de Twentse jongeren heeft welwel eens de Twentse jongeren heeft eens geslachtsgemeenschap gehad. InIn2011 geslachtsgemeenschap gehad. 2011lag lagditdit percentage ongeveer op op 14%. NetNet alsals bijbij tongFiguur 8.1 perper gemeente percentage ongeveer 14%. Figuur 8.1Condoomgebruik Condoomgebruik gemeente tongzoenen zijnleeftijd leeftijden enopleiding opleidinghet hetmeest meest zoenen zijn van Ongewensteintimiteiten intimiteiten van invloed. invloed. Ongewenste 6% van de jongeren (bij jongens evenveel als Meer dan de helft van de jongeren gebruikt bij Meer dan de helft van de jongeren gebruikt bij 6% van de jongeren (bij jongens evenveel als bij bij meisjes) geeft aan in de afgelopen zes het vrijen niet altijd een condoom. Dit percenhet vrijen niet altijd een condoom. Dit percentage meisjes) geeft aan in de afgelopen zes maanden maanden een ongewenste seksuele ervaring tage is vergelijkbaar met dat van vier jaar gelevergelijkbaar met dat redenen van vier jaar een ongewenste seksuele te hebben te hebben gehad. Onder ervaring ongewenste ervaring den.isDe meest genoemde omgeleden. geen De meest genoemde redenen om geen condoom te gehad. Onder ongewenste ervaring wordt verwordt verstaan: alles van zoenen, tot intiem condoom te gebruiken zijn: ‘gebruiken ander gebruiken zijn: ‘gebruiken ander voorbehoedsstaan: alles van zoenen, tot intiem betasten betasten en naar bed gaan. In klas 4 en openhet voorbehoedsmiddel’ en ‘vaste verkering’. middel’ en ‘vaste verkering’. naar gaan.meer In klas 4 en op hetintimiteiten vmbo komen vmbobed komen ongewenste Niet alle meisjes vrijen veilig meer ongewenste intimiteiten voor dan in klas 2 voor dan in klas 2 en bij de havo/vwo19%Niet vanalle de meisjes meisjesvrijen gebruikt leerlingen. veiligde pil of een anen bij de havo/vwo-leerlingen. der voorbehoedsmiddel om niet de zwanger te ander 19% van de meisjes gebruikt pil of een worden. 8% gebruikt bovendien condooms en Sensebekend bekend voorbehoedsmiddel om niet zwanger te worden. Sense is daarmee niet alleen tegen zwangerschap, Senseisiseen eengratis gratis anoniem spreekuur 8% gebruikt bovendien condooms en is daarmee Sense enen anoniem spreekuur vanvan maar ook tegen soa’s beschermd. 12% van de de GGD GGDvoor voorjongeren. jongeren.Ruim Ruimeen een kwart van niet alleen tegen zwangerschap, maar ook tegen de kwart van dede meisjes die geslachtsgemeenschap hebben Twentse jongeren kent het spreekuur: een iets soa’s beschermd. 12% van de meisjes die Twentse jongeren kent het spreekuur, een iets gehad, gebruikt zelf geen voorbehoedsmiddel. groter aantal kent de website van Sense. geslachtsgemeenschap hebben gehad, gebruikt groter aantal kent de website van Sense. zelf voorbehoedsmiddel. Tabel 8.1geen Seksualiteit naar sociaal-demografische kenmerken Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo % % % % % % % % Tabel 8.1 Seksualiteit naar sociaal-demografische kenmerken (Tong)zoenen 47 43 44 41 25 60 51 34 Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Ooit seks gehad 13 10 11 9 2 17 14 5 % % % % % % % % Condoomgebruik altijd 52 47 51 41 61 45 46 48 (Tong)zoenen 47 43 44 41 25 60 51 34 Beschermd tegen 1 Ooit seks gehad zwangerschap 13 10 10 11 9 19 2 17 14 14 12 5 7 Beschermd tegen Condoomgebruik altijd 52 47 4 51 45 6 46 5 48 3 - 41 8 61 1 zwangerschap en soa Beschermd tegen zwangerschap 10 19 1 14 12 7 Ongewenste 6 6 5 3 9 8 4 intimiteiten Beschermd tegen zwangerschap 4 8 1 6 5 3 Sense spreekuur en soa 29 25 34 28 29 30 27 bekend Ongewenste intimiteiten 6 6 5 3 9 8 4 Sexting beperkt
Sense spreekuur bekend * een paar slokjes, één of meer glazen
-
29
** recent = afgelopen 4 weken
25
34
28
29
30
27
13 15
Sexting beperkt De opkomst van nieuwe media heeft ook De opkomst van nieuwe media heeft ook gezorgd voor een nieuw fenomeen: sexting. Je gezorgd voorgeslachtsdelen een nieuw fenomeen: sexting. borsten, of billen laten zien of Je borsten, geslachtsdelen of voor billendelaten zien of iets anders seksueels doen webcam of iets anders seksueels doen voor de websmartphone. De verspreiding van seksueel getinte cam of smartphone. De verspreiding van foto’s en filmpjes via internet gaat razendsnel en seksueel getinte foto’s en filmpjes via internet gevolgen kunnen ingrijpendkunnen zijn. gaat de razendsnel en de gevolgen 3% van de jongeren heeft wel eens aan sexting ingrijpend zijn. gedaan. Het meest gebeurt dit in klas 3% van de jongeren heeft wel eens aan 4 en bij het vmbo. Jongens meisjes doen dit vaak. sexting gedaan. Hetenmeest gebeurt diteven in klas 4 en bij het vmbo. Jongens en meisjes doen dit is niet te koop evenSeks vaak. Heb je wel eens geld of andere dingen gekregen Seksinisruil niet teseks? koop1% van de jongeren heeft dit voor Heb wel je wel eens geld voornamelijk of andere dingen gekreeens gedaan, jongens in klas 4 gen in seks? 1% van de jongeren vanruil hetvoor vmbo. heeft dit wel eens gedaan, voornamelijk jongensHouding in klas 4ten van het vmbo. opzichte van homoseksualiteit niet altijd even tolerant Houding ten je opzichte van homoseksualiteit Wat vind ervan, wanneer twee jongens of niet altijd even tolerant twee meisjes verliefd zijn op elkaar? 5% van de Wat vind je ervan, wanneer twee jongens of Twentse jongeren vindt dit verkeerd; 32% vindt twee meisjes verliefd zijn op elkaar? 5% van dit een beetje of erg raar.ditMeisjes hebben de Twentse jongeren vindt verkeerd; 32%wat verliefd zijn een tolerantere houding dan jongens. vindt dit een beetje of erg raar. Meisjes hebben Een negatieve houding uit zich ook door geen wat verliefd zijn een tolerantere houding dan vriendschap met een homoseksuele jongere te jongens. sluiten (15%), uit nietzich naast of geen haar te Een willen negatieve houding ookhem door willen zitten in de pauze (25%) en laten merken vriendschap met een homoseksuele jongere te dat je door zo iemand niet aangeraakt wilt willen sluiten (15%), niet naast hem of haar teworwillen zitten in de pauze (25%) en laten den (36%). merken zowanneer iemand niet Watdat vindjejedoor ervan, tweeaangeraakt jongens of wilt worden (36%). twee meisjes of een jongen en een meisje elkaar Wat zoenen vind je ervan, wanneer twee jongens op het schoolplein of op straat? of twee meisjes of een jongen en een meisje elkaar zoenen op het schoolplein of op straat? Zoenen op straat of schoolplein verkeerd
Zoenen op straat of schoolplein verkeerd
Meisje Jongen
7% 4% 16% 18% 16%
35%
Figuur 8.2 Zoenen Figuur 8.2 Zoenen
Weinig openheid op school over homoseksualiteit Weinig openheid op school over homoseksualiteit Slechts12% 12%van van jongeren denkt je op Slechts dede jongeren denkt datdat je op schooloveral overal voor geaardheid uit kunt school voor je je geaardheid uit kunt komen. komen. 37% denkt dat dit alleen tegenover 37% denkt dat dit alleen tegenover vrienden vrienden kan. Jongens en meisjes verschillen kan. Jongens en meisjes verschillen enigszins van enigszins van opvatting, maar vooral leeftijd en opvatting, maar vooral leeftijd en opleiding speopleiding spelen een rol. len een Van derol. Twentse jongeren denkt 19% dat een Van de Twentse jongeren denkt 19%helemaal dat een niet homoseksuele jongere op school homoseksuele jongere op school helemaal niet eerlijk uit kan komen voor zijn/ haar geaardeerlijk uit kan komen voor zijn/ haar geaardheid. heid. Seksuele geaardheid nog nog pril pril Seksuele geaardheid Aan vierdeklassers is gevraagd of zijofiets Aan vierdeklassers is gevraagd zij willen iets willen zeggenover overhun hun seksuele voorkeur. De zeggen seksuele voorkeur. De meesten meesten zich aangetrokken totgeslacht het voelen zichvoelen aangetrokken tot het andere andere geslacht (ongeveer 95%). Eendekleine (ongeveer 95%). Een kleine groep geeft voorgroep geeft de voorkeur eigen sekse of keur aan de eigen sekse of aan voeltde zich aangetrokvoelt aangetrokken tot gaat beideom geslachten. ken totzich beide geslachten. Het 2% van Het gaat om de meisjes. jongens en 3% van de de jongens en 2% 3% van van de meisjes.
Tabel 8.2 Seksualiteit en homoseksualiteit naar sociaal-demografische kenmerken Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 % % % % %
Klas 4 %
vmbo %
havo/vwo %
5
2
2
0
3 3 3 2 5 Sexting Tabel 8.2 Seksualiteit en homoseksualiteit naar sociaal-demografische kenmerken Seks voor geld ⃰ 1 2 0 0 2 Verliefd homo/lesbo (verkeerd) (Zeker) geen Sextingwillen vriendschap (Zeker)Seks niet voor naastgeld* willen zitten Verliefd homo/lesbo (verkeerd) (Zeker) niet aanraken geen vriendschap willen Zoenen(Zeker) jongen/meisje (helemaal) verkeerd (Zeker) niet naast willen zitten Zoenen meisje/meisje (Zeker) niet aanraken (helemaal) verkeerd ZoenenZoenen jongen/jongen jongen/meisje (helemaal) (helemaal) verkeerd
25
-
38
36
-
47
Openheid op school
12
verkeerd
-
Zoenen meisje/meisje (helemaal) ⃰ regelmatig of vaak verkeerd
Nederland 5 9 Twente3 % % 15 21 7
-
6 17 25
-
4
1 13 5 26
14
7
Klas 28 % 18
2 27
0 23
0 31
9 37
3 36 7
13
13
27
3
21
4
7
2
5 43 7
5 2
19
7 28
15
5
5
2
2
0
8
5
18
10
31
19
-
47 17
26 16
37 20
36 13
43
28
-
35
6 16
4 22
7 29
4 32
7
7
5
20
13
17
13
18
8
16
16
17
9
23
havo/vwo %
36 16
11
38
3
Klas 4 5 vmbo % % 10
18
-
25
Meisje 7 % 15
16
19 15
Zoenen jongen/jongen (helemaal) verkeerd
-
25
35
16
22
29
32
19
Openheid op school
-
12
11
13
8
16
14 9
15
*regelmatig of vaak 16
-
3
Jongen 5 % 13
9 Thuis, vriendschap en vrije tijd Jongeren mogen dan veel tijd op school doorbrengen, de meeste tijd zijn ze toch thuis, al was het alleen al om
9 Thuis, vriendschap envrije vrije tijd 9 dieThuis, vriendschap een belangrijke bijdrage aan de opvoedingen leveren. Etniciteittijd kan invloed hebben op de opvoeding.
te slapen, te eten, huiswerk te maken en te ontspannen. Het is niet alleen de school, maar zeker ook de ouders
16% van de E-MOVO-leerlingen is allochtoon. De meeste leerlingen groeien op in een gezin met beide Jongeren mogen dan veel tijd op school doorbrengen, de meeste tijd zijn ze toch thuis, al was het Jongeren veel te tijdeten, op school doorbrengen, meeste tijd zijn ze het oudersmogen eentedan vergelijkbaar percentage oordeelt positief over de relatie met de ouders. alleen alenom slapen, huiswerk te maken endete ontspannen. Het istoch niet thuis, alleenaldewas school, alleen al om te slapen, te eten,die huiswerk te maken en te ontspannen. Het isleveren. niet alleen de school, maar zeker ook de ouders een belangrijke bijdrage aan de opvoeding Etniciteit kan Dezeker relatieook metdevrienden wordt door 84% als positief beoordeeld. In hun vrijeleveren. tijd besteden jongeren veel maarinvloed ouders die een belangrijke bijdrage aan de opvoeding Etniciteit hebben op de opvoeding. 16% van de E-MOVO-leerlingen is allochtoon. De meestekan leerlingen invloed desocial opvoeding. 16%ouders van deenE-MOVO-leerlingen is allochtoon. De Vrijwilligerswerk meeste groeien op inop een gezin met beide een vergelijkbaar oordeelt positief leerlingen over deis tijd hebben aan gamen en media, maar daarnaast is ook ruimte voor percentage sport en bijbaantjes. groeien opmet in een gezin met beide ouders en een vergelijkbaar percentage oordeelt positief over de relatie de ouders. voor jongeren geen onbekend relatie met de met ouders. De relatie vrienden wordtfenomeen. door 84% als positief beoordeeld. In hun vrije tijd besteden jongeren De relatie met wordt door 84% maar als positief beoordeeld. In hun vrije tijd en besteden jongeren veel tijd aanvrienden gamen en social media, daarnaast is ook ruimte voor sport bijbaantjes. Vrijwilveelligerswerk tijd aan gamen social media, maar daarnaast is ook ruimte voor sport en bijbaantjes. Vrijwilis vooren jongeren geen onbekend fenomeen. Veel Turkse jongeren op geen vmbo onbekend fenomeen. Relatie met de ouders is goed ligerswerk is voor jongeren Veel Turkse jongeren opE-MOVO vmbo hebben ervaren kwaliteit relatie de jonDeDe ervaren kwaliteit vanvan de de relatie die die de jongere Van de leerlingen die aan gere heeft met zijn/haar gemeten de leerlingen dieopaan E-MOVO hebben VeelVan Turkse jongeren vmbo De ervaren kwaliteit van de relatieis die devragen jonheeft met zijn/haar ouders isouders gemeten met deelgenomen is 16% allochtoon. metbegrip, vragen over begrip, geluk, is liefde, is 16% gere heeft met zijn/haar gemeten Vandeelgenomen de meeste leerlingen die aanallochtoon. E-MOVO(twee hebben over geluk, liefde,ouders eerlijkheid, tijdeerlijken De allochtone jongeren derde) zijn heid, tijd en kunnen praten metliefde, je ouders. De jongeren (twee derde) met vragen over begrip, geluk, eerlijkdeelgenomen isallochtone 16% (Turkse) allochtoon. kunnen praten met je ouders. vanmeeste niet-westerse afkomst. 84% van de jongeren beoordeelt de relatie met zijn van niet-westerse (Turkse) afkomst. heid, met jedeouders. De meeste allochtonezitten jongeren derde) 83% tijd vanen de kunnen jongerenpraten beoordeelt relatie met Naar verhouding er veel(twee niet-westers de van ouders als goed. beoordeelt de relatie met Naarniet-westerse verhouding zitten er veel niet-westers 84% de zijn van afkomst. de ouders alsjongeren goed. allochtone jongeren jongeren(Turkse) op het het vmbo. Deze groep op Deze groep de ouders als goed. Naarallochtone verhouding zitten er veel vmbo. niet-westers loopt doorgaans meer gezondheidsrisico’s, loopt doorgaans Kunnen praten 71% allochtone jongeren meer op hetgezondheidsrisico’s, vmbo. Deze groep zozowel op lichamelijk als op sociaal enpsychisch psychisch wel op lichamelijk als op sociaal en loopt doorgaans meer gezondheidsrisico’s, zoKunnen pratentijd 71% Voldoende 58% vlak. wel op lichamelijk als op sociaal en psychisch Voldoende tijd 58% Eerlijk behandeld 68% vlak. Meeste jongerenwonen wonen gezin beide Meeste jongeren in in gezin metmet beide ouders EerlijkThuis behandeld 68% gelukkig 61% ouders Meeste jongeren wonen in gezin met beide van ThuisHouden gelukkig 61% 77% ouders Begrepen Houden van
Begrepen Figuur 9.2 Relatie met ouders
50%
77%
50%
Figuur 9.2 Relatie oudersvoelt zich helemaal De helft van demet jongeren Figuur 9.2 Relatie met ouders
Figuur 9.1 Thuissituatie
Figuur 9.1 Thuissituatie Figuur 9.1van Thuissituatie 18% de Twentse jongeren heeft te maken
met Ruim een derde hen 18%echtscheiding. van de Twentse jongeren heeft van te maken 18%(41%) vanechtscheiding. de Twentse jongeren maken heeft daar problemen mee. met Ruim eenheeft derdetevan hen met (41%) echtscheiding. Ruim een derde heeft daar problemen mee.van hen (41%) heeft daar problemen mee.
begrepen door zijn/haar ouders. Driekwart is Dehet helft van deeens jongeren voelt zich dat helemaal helemaal met de stelling ouders Devan helft van de zijn/haar jongeren voelt zichDriekwart helemaal begrepen door ouders. is hen houden. 61% zegt thuis altijd gelukkig het met de stelling dat ouders begrepen dooreens ouders. Driekwart is het tehelemaal zijn (30% iszijn/haar redelijk vaak gelukkig). 68% van henzich houden. 61% zegt thuis altijd gelukkig helemaal eens met de stelling dat ouders van voelt thuis altijd eerlijk behandeld, 58% te zijn (30% is61% redelijk gelukkig). 68%te vindt dat ouders altijd voldoende tijd voor hen hen houden. zegtvaak thuis altijd gelukkig voelt zich en thuis altijd eerlijk behandeld, 58% hebben bijna driekwart kan altijd met de zijn (30% is redelijk vaak gelukkig). 68% voelt vindt dat ouders altijd voldoende tijd voor ouders praten als dat nodig is. 58% zich thuis altijd eerlijk behandeld, vindthen dat hebben en bijna driekwart met de en ouders altijd voldoende tijd kan vooraltijd hen hebben ouders praten als dat nodig is. bijna driekwart kan altijd met de ouders praten als dat nodig is.
Relatie met de ouders is goed
Tabel 9.1 Etniciteit, thuissituatie en relatie met ouders naar sociaal-demografische gegevens Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 % naar % %sociaal-demografische % gegevens % gegevens % Tabel 9.1 Etniciteit, relatie met sociaal-demografische ouders naar Tabel 9.1 Etniciteit, thuissituatie en thuissituatie relatie met en ouders Nederland Relatie met de ouders is goed
vmbo %
havo/vwo %
Twente Meisje Klas12 2 Klas104 vmbo havo/vwo Niet-westers allochtoon Nederland 17 11 Jongen 10 12 14 8 Nederland % Twente % Jongen% Meisje% Klas 2 % Klas 4% vmbo% havo/vwo % Thuis met beide ouders 74 % 80 % 80 % 79 % 81 % 79 % 76 % % 84 Niet-westers allochtoon 17 11 10 12 12 10 14 8 - 11 18 10 18 12 19 12 17 10 20 14 21 Niet-westers allochtoonGescheiden ouders 17 8 15 Thuis met beide ouders 74 80 80 79 81 79 76 84 Thuis met beide oudersProblemen met 74 84 40 - 80 41 80 33 79 49 81 44 79 39 76 41 echtscheiding Gescheiden ouders 18 18 19 17 20 21 15 Gescheiden ouders 18 18 19 17 20 21 15 Relatie met ouders, 84 86 81 86 81 81 85 Problemen goed ⃰ met Problemen met echtscheiding 41 41 33 33 49 49 44 44 39 39 41 41 40 40 echtscheiding Relatie met ouders,Relatie goed*met ouders, 83 84 86 86 81 81 86 86 81 81 81 81 85 85 goed ⃰ 15 * gemiddeld of meer dan gemiddeld
15
17
⃰ gemiddeld of meer dan gemiddeld ⃰ gemiddeld of meer dan gemiddeld Driekwart krijgt sociale steun vanvan Driekwart krijgt sociale steun Driekwart krijgt sociale steun van vrienden/ vrienden/vriendinnen vrienden/vriendinnen vriendinnen EenEen standaard vragenset naarnaar sociale steun is is standaard vragenset sociale steun Een standaard vragenset naar sociale steun is gebruikt om om te bepalen hoehoe de relatie metmet gebruikt te bepalen de relatie gebruikt om te bepalen hoe de relatie met vrienden en vriendinnen wordt beoordeeld. vrienden en vriendinnen wordt beoordeeld. vrienden en vriendinnen beoordeeld. Vragen zijn zijn gesteld overover dewordt tijd vrienVragen gesteld de die tijd met die met vrienVragen zijn gesteld over de tijd die met vrienden denden wordt doorgebracht, of iets samen is wordt doorgebracht, of iets samen is wordt doorgebracht, of met ietsmet samen is ondernoondernomen, of jeofplezier elkaar hebt ondernomen, je plezier elkaar hebt men, of je plezier met elkaar hebt gehad, of je gehad, of jeofelkaar geholpen hebt, of jeofover gehad, je elkaar geholpen hebt, je over alles hebt kunnen praten en of je vertrouwen in in elkaar geholpen hebt, of je over alles hebt alles hebt kunnen praten en of je vertrouwen elkaar hebt. 72% van de Twentse jongeren kunnen praten en of je vertrouwen in elkaar elkaar hebt. 72% van de Twentse jongeren scoort hoog, wanneer het het om om sociale steun hebt. 72% van de Twentse jongeren scoort hoog, scoort hoog, wanneer sociale steun vanvan vrienden gaat. 8% scoort laag envrienden 20% vrienden gaat. 8% scoort laag en 20%gaat. wanneer het om sociale steun van gemiddeld. Er laag isEreen duidelijk verschil tussen gemiddeld. iseneen duidelijk verschil 8% scoort 20% gemiddeld. Er istussen een jongens en meisjes. Meisjes ervaren meer jongens meisjes. Meisjes ervaren meer duidelijk en verschil tussen jongens en meisjes. sociale steun dandan jongens. sociale steun jongens. Meisjes ervaren meer sociale steun dan jongens. Bijna allealle Twentse jongeren (98%) zeggen Bijna Twentse jongeren (98%) zeggen Bijna alle Twentse jongeren (98%) zeggen voldoende vrienden te hebben. voldoende vrienden te hebben. voldoende vrienden te hebben. Veel leerlingen lid van eeneen vereniging Veel leerlingen lid van vereniging Veel leerlingen lid van een vereniging VeelVeel vrije tijd van jongeren gaat op aan social vrije tijd van jongeren gaat op aan social media, TV kijken, maar daarVeelgamen vrijegamen tijden vanaan jongeren op aan social media, en aan TVgaat kijken, maar daarnaast is erisgamen ook ruimte omTVom actief te maar zijn bijdaarnaast een media, enruimte aan kijken, naast er ook actief te zijn bij een is vereniging of club. 80% van de Twentse er ook ruimte om actief te zijn bij een vereniging vereniging of club. 80% van de Twentse jongeren is 80% lidisvan een vereniging. of club. deeen Twentse jongeren is lid van jongeren lidvan van vereniging. een vereniging.
EénEén opde de vijf leerlingen helemaal nergens opvijf deleerlingen vijf leerlingen is helemaal nergens Eén op isishelemaal nergens lid lid van. Vooral leerlingen van vmbo het zijn zijn lid van. Vooral leerlingen van vmbo het van. Vooral leerlingen van het zijnvmbo minder minder vaakvaak lid van een een vereniging of club. lid van of club. vaakminder lid van een vereniging of vereniging club. Almelo Almelo BorneBorne Dinkelland Dinkelland Enschede Enschede Haaksbergen Haaksbergen Hellendoorn Hellendoorn Hengelo Hengelo Hof van HofTwente van Twente Losser Losser Oldenzaal Oldenzaal Rijssen-Holten Rijssen-Holten Tubbergen Tubbergen Twenterand Twenterand Wierden Wierden
67% 67% 69% 69% 80% 80% 69% 69% 84% 84% 79% 79% 68% 68% 83% 83% 79% 79% 79% 79% 60% 60% 79% 79% 71% 71% 76% 76%
Figuur 9.4 Lid per gemeente Figuur 9.4sportvereniging Lid sportvereniging per gemeente Figuur 9.4 Lid sportvereniging per gemeente
In deIngrote steden en inen Rijssen-Holten zijn zijn de grote steden in Rijssen-Holten jongeren minder vaak lid van een sportvereniIn dejongeren grote steden en in Rijssen-Holten minder vaak lid van eenzijn sportverenigingging dan dan in deinrest van Twente. jongeren minder vaak lidvan vanTwente. een sportvereniging de rest dan in de rest van Twente. Ook tijd voor bijbaantje en vrijwilligerswerk Ook tijd voor bijbaantje en vrijwilligerswerk
EenEen bijbaantje is voor veel veel jongeren aantrekkebijbaantje is voor jongeren aantrekkeOok tijdeen voor bijbaantje en vrijwilligerswerk lijk om extra zakcentje te verdienen, om om lijk om een extraveel zakcentje teaantrekkelijk verdienen, Een bijbaantje is voor jongeren Kerk/moskee ervaring op te doen en voor de sociale contac6% Kerk/moskee ervaring op te doen en voor de sociale contac6% om extra om ervaring ten.een Bijna de zakcentje helft van te deverdienen, Twentse jongeren ten. Bijna de helft van de Twentse jongeren Jeugdvereniging/… 3% op te doen en voor de Leeftijd sociale contacten. heeft een bijbaantje. is duidelijkBijna vande Jeugdvereniging/… 3% heeft een bijbaantje. Leeftijd is duidelijk van helft van de Twentse jongeren heeft een bijbaantje. invloed. In klas 2 heeft 26% een bijbaantje; in invloed. In klas 2 heeft 26% een bijbaantje; in Natuur/milieu 2% Natuur/milieu klas 4 isisdit gestegen 63%. klas 2 heeft 2% Leeftijd van naar invloed. klas 4duidelijk is dit gestegen naarIn63%. 26% een bijbaantje; in klas 4 is dit gestegen naar Zang/muziek/… 11% Zang/muziek/… 11% Veel volwassenen en ouderen in Twente doen 63%. Veel volwassenen en ouderen in Twente doen Sport vrijwilligerswerk. Ook aan jongeren is gevraagd 71% Sport vrijwilligerswerk. Ook aan jongeren is gevraagd 71% of zij vrijwilligerswerk doen bijvoorbeeld door te Veel of volwassenen en ouderen in Twente doen door te zij vrijwilligerswerk doen bijvoorbeeld helpen in de sportkantine, boodschappen te Figuur 9.3 Lidmaatschap van een vereniging helpen in de sportkantine, boodschappen te vrijwilligerswerk. Ook aan jongeren is gevraagd Figuur 9.3 Lidmaatschap van een vereniging doen voor oude mensen of oud papier doen voor oude mensen of oud papier of zij vrijwilligerswerk doen bijvoorbeeld door Figuur 9.3 Lidmaatschap van een vereniging ophalen. Verreweg de meeste leerlingen (71%) zijn lid ophalen. te helpen in de sportkantine, boodschappen te Verreweg de meeste leerlingen (71%) zijn lid 21% van de Twentse jongeren doet aan een van een sportclub. Daarnaast is het gevarieerd 21% van de Twentse jongeren doet aan een doen voor oude mensen of oud papier ophalen. Verreweg de meesteDaarnaast leerlingen (71%) zijn lid van van een sportclub. is het gevarieerd vorm van vrijwilligerswerk. Het doen van vrijbinnen welke club of organisatie leerlingen vorm van vrijwilligerswerk. Het doen van binnen welke club of organisatie leerlingen 21% van de Twentse jongeren doet aan een een sportclub. Daarnaast is het gevarieerd binnen willigerswerk verdeelt zich tamelijk gelijkmatigvrijactief zijn. Zang, muziek of toneel worden nog verdeelt zich tamelijk gelijkmatig Zang, muziek of toneel worden nog naarwilligerswerk geslacht, leeftijd en opleiding. vorm van vrijwilligerswerk. Het doen van vrijwelke club of organisatie actief zijn. het actief vaakstzijn. genoemd (11%). leerlingen naar geslacht, leeftijd en opleiding. het vaakst genoemd willigerswerk verdeelt zich tamelijk gelijkmatig Zang, muziek of toneel(11%). worden nog naar geslacht, leeftijd en opleiding. het vaakst genoemd (11%). Tabel 9.2 Sociale steun, vrienden en vrije tijd naar sociaal-demografische gegevens Tabel 9.2 Sociale steun, vrienden en vrije tijd naar sociaal-demografische gegevens Anders Anders
9%
9%
Nederland Twente Jongen Meisje Klas 2 Klas 4 vmbo havo/vwo Nederland % %Twente %Jongen % Meisje % Klas 2 % Klas 4 % vmbo %havo/vwo % % % % % % % % Veel sociale steun van 72 67 77 71 74 72 72 Veel sociale steun van vrienden 72 67 77 71 74 72 72 vrienden Genoeg vrienden 98 98 98 98 98 98 98 Genoeg vrienden 98 98 98 98 98 98 98 Lid sportvereniging 71 73 68 73 68 64 78 Lid sportvereniging - en vrije 71 73 68 73gegevens 68 64 78 Tabel 9.2 Sociale steun, vrienden tijd naar sociaal-demografische Geen lid van vereniging 20 18 22 18 22 27 13 Geen lid van vereniging 20 18 22 18 22 27 13 Nederland 2 Klas 41 4 vmbo Bijbaantje 44 47 Twente42 Jongen 26 Meisje 63 Klas 48 Bijbaantje 44 47% 42 % 26 % 63% 48 % 41% % Vrijwilligerswerk 21 20 23 21 21 20 22 Vrijwilligerswerk 21 2072 23 67 21 77 2171 20 74 2272 Veel sociale steun van vrienden -
72
Genoeg vrienden
-
98
98
98
98
-
71
73
68
73
98 16 98 16 68 64
98
Lid sportvereniging Geen lid van vereniging
-
20
18
22
18
22
27
13
Bijbaantje
-
44
47
42
26
63
48
41
Vrijwilligerswerk
-
21
20
23
21
21
20
22
*regelmatig of vaak 18
havo/vwo %
78
COLOFON GGD Twente Regiorapport E-MOVO Juni 2016 Redactie: Cristel Boom Femke Koedijk Kees Smit Olga Souverein Jannet Visser Gegevens en onderzoeken over de gezondheid van Twentenaren zijn digitaal beschikbaar via www.twentsegezondheidsverkenning.nl
ADRES
Nijverheidstraat 30 7511 JM Enschede POSTADRES
Postbus 1400 7500 BK Enschede TELEFOON
053 487 68 88 DIGITAAL
[email protected]