Gevonden zakelijke gegevens van en over Leonard Joseph COLLARIS, Geboren Nuth, 3 maart 1878, Overleden Nieuwenhagen, 12 september 1964
Harold en René COLLARIS
Leonard Joseph COLLARIS,
Geboren te Nuth, 3 maart 1878, Overleden te Nieuwenhagen, op 12 september 1964.
Foto omslag: De houtzagerij in Nieuwenhagen, achter het huis Heigank 33. Op de foto is de grote bomenzaag Zichtbaar met daarbij opa’s zoon Gustaf Albert
2
Van zoon, via vader, geheimzinnig mens en liefdeloos persoon, naar opa. Van boerenzoon, timmerman, meubelmaker, huizenbouwer en grootgrondbezitter, naar werkgever. Een reden te meer om dit indrukwekkend zakelijke leven te onderzoeken.
3
Voorwoord: Vaak hebben wij ons afgevraagd hoe het zakelijke leven van onze “opa” er uit gezien moet hebben. Voor ons was dat ondanks alle verhalen een groot geheim. We kenden hem uit onze jeugd alleen als; gierig, bot, nors, inhalerig, geen aandacht hebbende voor anderen, egoïstisch, rijk enzovoort. Tijdens een van onze genealogische zoektochten kwam René bij de heemkunde van Landgraaf ter oren dat van het leven van “der Collaris uit Nieuwenhagen” waarschijnlijk niets terug te vinden was. Deze man was voor iedereen een gesloten boek. Een reden te meer om in zijn leven te duiken en te zien hoe zijn “gesloten” zakelijke leven er ongeveer uitgezien moet hebben. Omdat ook bij familie niet veel zakelijke gegevens/verhalen bekend zijn, zullen we het moeten doen met hetgeen wij weten en er nog van hem te vinden was. Omdat het zakelijke bij “Opa” de boventoon gevoerd heeft, zal de inhoud van dit boek hoofdzakelijk over zakelijke dingen gaan. Opa’s genealogische leven zal als een rode draad door het boek lopen. Aan het einde van dit boek zijn de genealogische gegevens uitgewerkt vanaf de ouders van opa naar zijn nakomelingen.
Harold en René Collaris
4
Inhoudsopgave: NUTH (NIERHOVEN)........................................................................................ 6 HEERLEN............................................................................................................ 11 KERKRADE........................................................................................................ 16 NUTH (2E PERIODE)....................................................................................... 20 EIJGELSHOVEN. ............................................................................................. 21 NIEUWENHAGEN............................................................................................. 28 NIEUWENHAGEN, HEIGANK 45. ............................................................. 30 NIEUWENHAGEN, HEIGANK 33. ............................................................. 60 NIEUWENHAGEN, HEIGANK 61. ............................................................. 96 NIEUWENHAGEN, OVERIGE LANDERIJEN. .....................................107 NIEUWENHAGEN, VERKOOP EN OVERLIJDEN. ............................113 GENEALOGISCHE GEGEVENS. ...............................................................119 SPECIALE DANK. ...........................................................................................126
5
Nuth (Nierhoven). Op 3 maart 1878 omstreeks 14.00 uur 1 wordt in zijn ouderlijk huis te Nierhoven (Nirven) gemeente Nuth geboren: COLLARIS, Leonard Joseph, zoon van Jan COLLARIS en Maria Hubertina BRANDS, gedoopt op 3 maart 1878 in de RK-kerk St. Bavo te Nuth 2 , doopgetuigen waren; Leonardus Josephus COLLARIS pro quo Hubertus HERMANS en Cornelia HAMERS pro quo Maria Catharina NIJSTEN. Hoe is het zover kunnen komen. Op 2 oktober 1861 trouwde Jan COLLARIS geboren op 17 december 1838 te Heerlen met Maria Hubertina BRANDTS geboren op 24 april 1841 te Nuth, in de gemeente Nuth 3 . Hij ging vanaf die datum wonen in het ouderlijk huis van Maria Hubertina. De ouders van Maria Hubertina BRANDTS waren Mathijs BRANDTS geboren in Juli 1777 te Nuth en Anna Elisabeth HAMERS geboren op 6 maart 1804 te Geleen. Zij woonden in de boerderij welke gelegen was in Nierhoven huisnummer 274 te Nuth (zie foto).
Het huis in Nierhoven gemeente Nuth van de familie Brandts, thans de stal van Stegelstraat 20 te Nuth. Op de lange Muur zit een raam, dit was vroeger de voordeur. (foto Harold Collaris)
6
Omdat de vader van Maria Hubertina op 24 september 1856 gestorven was, werd Jan COLLARIS meteen de hoofd van het gezin en moest vanaf zijn huwelijk de boerderij samen met zijn vrouw en zijn schoonmoeder runnen. Volgens het bevolkingsregister van Nierhoven (Nuth) 4 van 1850 – 1862 staan in het huis Nierhoven nummer 274 ingeschreven: 1. BRANDTS Mathijs, geboren juli 1777 te Nuth, gehuwd, RK, landbouwer, overleden 24-09-1856; 2. HAMERS Anna Elisabeth, geboren 6 maart 1804 te Geleen, gehuwd, RK, huishoudster; 3. BRANDTS Maria Hubertina, geboren 24 april 1841 te Nuth, (on)gehuwd, RK, zonder beroep; 4. HAMERS Jan Michiel, geboren 1781 te Beek, weduwnaar, RK, zonder beroep, overleden 12 oktober 1851; 3. COLLARIS Jan, geboren 17 december 1838 te Heerlen, gehuwd, RK, landbouwer. Saillant detail hierbij is dat Mathijs Brandts ouder is dan zijn schoonvader Jan Michiel Hamers. Op 1 januari 1860 wordt een nieuw bevolkingsregister aangemaakt voor Nuth (Nierhoven) 5 , huizing Nierhoven 68, later 65, van 1860 – 1880. Bij het aanmaken van het blad over de familie Collaris-Brandts zijn er nog maar 3 bewoners, te weten.: 1.HAMERS Maria Elisabeth, Hoofd, geboren 6 maart 1804 te Geleen, weduwe, RK, landbouwster; 2.BRANDTS Maria Hubertina, dochter, geboren 24 april 1841 te Nuth, gehuwd, RK, landbouwster; 3.COLLARIS Jan, schoonzoon, geboren 17 december 1838 te Heerlen, gehuwd, RK, landbouwer. Vanaf 1862 worden er kinderen geboren en worden deze achtereenvolgens ingeschreven bij het gezin COLLARISBRANDTS: De oudste zoon Jan Hendrik Hubert geboren 23 juni 1862 te Nuth wordt in de registers niet teruggevonden. Deze zoon is reeds op 28 juni 1862 in de leeftijd van 5 dagen overleden in het huis in Nierhoven te Nuth.
7
Op 23 april 1863 wordt in Nuth geboren de oudste dochter Maria Hubertina Elisabeth; Op 12 december 1864 wordt in Nuth geboren een zoon met de namen Jan Mathijs Jozef; Op 28 oktober 1866 wordt in Nuth geboren een zoon met de namen Jan Willem; Op 28 september 1868 wordt in Nuth geboren een zoon met de namen Jan Hendrik; Op 4 oktober 1870 wordt in Nuth geboren een zoon met de namen Jan Hubert. Deze sterf op 14 december 1870 te Nuth; Op 11 oktober 1871 wordt in Nuth geboren een zoon met de namen Jan Hubert Joseph; Op 21 mei 1874 wordt in Nuth geboren een dochter met de namen Maria Hubertina; Op 30 juli 1875 wordt in Nuth geboren een dochter met de namen Maria Josephina; Zoals al eerder gemeld werd opa (Leonard Joseph) geboren op 3 maart 1878 in zijn ouders huis gelegen te Nierhoven gemeente Nuth. Het huis waar hij geboren is staat er nu nog steeds. Het adres is nu Stegelstraat 20 in Nuth. Wat vroeger het woonhuis was is thans de stal. Naast het oude woonhuis stond vroeger een schuur welke aan de zijde die naar het huis toe gekeerd was (naar de binnenplaats), open was en waar de machines gestald werden (zie de foto op de volgende pagina). Het oude huis van de “Brandtsen” is in 1937 geheel afgebrand. De nieuwe bewoners hebben toen op de plaats van de overkapping op de binnenplaats een nieuw huis gebouwd. Het oude huis hebben ze toen aan de buitenzijde weer in de oude staat terug gebracht. Omdat dit nu dienst moest gaan doen als varkens- en koeienstal werden alleen kleinere ramen geplaatst en werd de voordeur vervangen door een raam. Deze deur was immers niet meer nodig. De achterdeur ging nu dienst doen als toegangsdeur naar de stal. De stal is nu nog steeds in dienst. De huidige bewoner gebruikt hem als schuur om allerlei spullen op te slaan. Varkens en koeien staan er al lang niet meer.
8
Het linkse deel is het huis in Nierhoven gemeente Nuth van de familie Brandts, thans de stal van Stegelstraat 20 te Nuth. (Foto Harold Collaris)
Op 1 januari 1880 wordt een nieuw bevolkingsregister aangemaakt onder de naam Bevolkingsregister Nuth (Nierhoven) 1880 – 1900. 6 Als adres wordt nu aangegeven Nierhoven nr. 67, later veranderd in nr. 81 en weer later in 66. In dit register is Maria Elisabeth HAMERS als nr 11 ingeschreven. Tevens staat achter haar naam vermeld dat ze op 23 november 1881 gestorven is. Verder staan alle eerder genoemde kinderen nog steeds in dit register. Op 26 november 1883 wordt nog ingeschreven het laatste kind dat in dit gezin is geboren te Nuth een dochter met de namen Anna Maria. In 1899 – 1900 wordt in Nuth de 8e volkstelling 7 gehouden. Het document wat dientengevolge is opgemaakt gaat over het getal van huizen en vermoedelijk getal van de bewoners van elke afdeeling, wijk of buurt. Hierin is ook opgenomen het gehucht Nierhoven. Het aantal huizen binnen de bebouwde kom bedraagt 17 en het vermoedelijke getal van de bewoners bedraagt 59.
9
Op 18 december 1897 wordt opa opgeroepen voor de keuring voor de nationale militie. Zijn beroep was toen schrijnwerker en hij was 1.77 m. lang. Hij is voor de nationale militie vrijgesteld in verband met broederdienst. Opa blijft tot 6 mei 1900 in het ouderlijk huis woonachtig. Dit wil niet zeggen dat hij het thuis goed heeft gehad. In het boerenbedrijf was het voor iedereen hard werken. Misschien is dat de reden dat hij niet in het boerenbedrijf wilde blijven werken. Tussen 1880 en 1900 zijn van het gezin Collaris – Brandts, waarvan in 1880 nog 9 kinderen thuis woonde, 6 kinderen uit het ouderlijk huis vertrokken. In het ouderlijk huis bleven wonen Anna Maria COLLARIS de jongste uit het gezin. Anna Maria trouwde op 15 november 1921 te Nuth met Henri Nicolas ROUSCHOP. Deze bleven op de boerderij wonen tot 1931. Toen is de boerderij verkocht. Ook bleef op de boerderij wonen Jan Hendrik COLLARIS. Hij bleef vrijgezel en bleef tot zijn overlijden op de boerderij. Op 6 mei 1900 vertrok “opa” Leonard Joseph COLLARIS naar Heerlen. 8 Hij vertrok om zich het vak van schrijnwerker eigen te maken. Toen der tijd was er geen school die les gaf in het vak dat je wilde leren. Je moest het vak leren door kennisoverdracht van man tot man. Hij moest dus daarvoor zijn werkplaatsen zoeken die bereid waren hem zijn vak inhoudelijk te leren.
10
Heerlen. Op 18 mei 1900 meldt Leonard Joseph COLLARIS zich bij de gemeente Heerlen. In het register van vestiging 9 van de burgelijke stand van Heerlen van 30-10-1899 tot 13-6-1901, wordt op de dag van aangifte 18 mei 1900, Collaris Leonard Joseph in de kolom namen en voornamen van de aangever ingevuld. In de kolom Huizing, (straat, gracht, enz, wijk en huisnummer) wordt ingevuld dat opa zich vestigt bij J. Winkens. Bij de aangifte heeft hij een duplicaat van het getuigschrift overhandigd. Bij onderzoek in het bevolkingsregister van Heerlen van 1900 1909 10 kwam vervolgens aan het licht dat met J. Winkens bedoeld moet worden; Marie Joseph Franciscus WINKENS, geboren op 3 december 1862 te Brunssum, van beroep timmerman. Tevens is in deze kolom opgenomen dat hij als (H) hoofd van het bedrijf optreedt. Hiermee is aangegeven dat J. Winkens een eigen timmermansbedrijf had. J. Winkens is gehuwd met Clara Hubertina JANSSEN, geboren op 27 april 1865 te Beek. In dit register staat vervolgens opgenomen dat het echtpaar Winkens – Janssen 4 dochters hebben die bij aankomst van opa tussen de 1 en 5 jaar oud zijn geweest. J. Winkens woont in de wijk K op nummer 5, later omgenummerd in 21a. In het gemeentearchief is geen straat/wijkregister meer aangetroffen waarin staat met welke straat/wijk de letter K bedoeld wordt. Opa is op dit adres echter nooit ingeschreven geweest. Volgens de ambtenaar van het archief te Heerlen kwam het wel vaker voor dat in Heerlen mensen “illegaal” woonden. Het was al heel wat dat hij zich in het register van vestiging had later inschrijven. Opa moet hier echter maar kort geweest zijn want op 4 november 1901 wordt hij in de gemeente Kerkrade 11 weer uitgeschreven naar Heerlen. Hij heeft tussen 18 mei 1900 en 4 november 1901 een periode in Heerlen en een periode in Kerkrade gewoond. Van het weggaan en het weer terug komen in Heerlen zijn geen gegevens gevonden. Het is dus ook onbekend hoelang hij in Heerlen en de eerste periode in Kerkrade is geweest. Het is wel duidelijk dat hij zowel de eerste als de tweede keer in Heerlen geweest is bij J. Winkens en hij zijn vak van timmerman / meubelmaker aldaar geleerd heeft.
11
In het bevolkingsregister van Heerlen van 1910 – 1940 12 wordt de familie Winkens – Janssen ook nu teruggevonden. Nu is het beroep van J. Winkens meubelmaker en woont hij in wijk K nummer 26 (waarschijnlijk is het nummer van zijn huis weer omgenummerd). Nu worden op zijn adres wel meerdere inwonenden ingeschreven. Omdat de beroepen van die ingeschrevenen van uiteenlopende aard zijn, was bij J. Winkens een kostgangersverblijf verder mag aangenomen worden dat ook opa bij hem in de kost moet zijn geweest zonder dat dit geregistreerd was. Omdat J. Winkens hoofd van een onderneming (timmerbedrijf) was, moet hij zeker voor het plaatsen van bv. Machinerieën vergunningen aangevraagd hebben. Bij onderzoek in de hinderwetvergunningen kwam aan het licht dat hij inderdaad meerdere vergunningen aangevraagd had. Deze zijn echter aangevraagd in 1908 en 1910 en het betrof een vergunning voor het beginnen van een steenbakkerij, voor een koperslagerij en voor een broodbakkerij. Hij heeft dus in de jaren dat opa bij hem vertrokken was waarschijnlijk zijn timmerbedrijf opgegeven. Wel werd bij het afgeven van die vergunningen als beroep Timmerman vernoemd. Ook bleek dat het bij “K 26” ging om het perceel met de sectie B Nr. 2968. Het betrof hier een perceel gelegen in de Pappersjans te Heerlerheide. De straat Pappersjans werd toen aangegeven als; “Weg van Sittard naar Heerlen”. Op de sectiekaart van de gemeente Heerlen van latere datum staan op het perceel al 3 huizen gebouwd en is een gedeelte van het perceel al afgescheiden. Van oudere datum is echter niets meer bekend. Een tekening van de bovengenoemde aanvraag en een gedeelte van de sectiekaart van Heerlen zijn hieronder afgebeeld.
12
In de periode dat hij in Heerlen werkzaam was heeft hij vermoedelijk ook al verkering gekregen met oma. Oma was toendertijd werkzaam in Tirlemontd, Luik en Brussel (België). Er is een ansichtkaart verstuurd naar Mademoiselle Maria Moonen in Tirlemontd op 19 november 1903. Het was een kaart met op de voorkant Gruss aus Eijgelshoven. J. Collaris.
13
Ook is er een ansichtkaart verstuurd op 4 mei 1904 aan Mademaiselle Maria Moonen. Hierop staat op de voorzijde prenten van Heerlen en schrijft opa; Ik zit hier achter een lekker glasje bier zoo aan uw te denken stuur ik uw mijne hartelijke groet. J. Collaris. Onderstaande kaart is in Heerlen afgestempeld op 4-51904.
14
Opa is buiten het vreemdelingenregister in Heerlen nooit uitgeschreven, maar zeker is dat hij uit Heerlen vertrokken is. Op 4 november 1904 wordt Leonard Joseph Collaris in het register van de gemeente Kerkrade ingeschreven.
15
Kerkrade. Op 4 november 1904 wordt Leonard Joseph COLLARIS ingeschreven in het register voor alleenstaanden van de gemeente Kerkrade 13 . Hij staat aldaar als volgt geregistreerd; Nr. 20, 1901, COLLARIS, Leonard Joseph, geboren 3 maart 1878, geboorteplaats Nuth, ongehuwd, van beroep timmerman. Hij wordt ingeschreven bij H. Rompen op 4 november 1904 en is gekomen van Heerlen. In het bevolkingsregister van Kerkrade 14 wordt inderdaad één gezin terug gevonden met de naam Rompen. Het betreft Hendrik Joseph Hubertus Marie Alphons, geboren te Wittem op 5 november 1862. Hij is van beroep Schrijnwerker en woont in wijk B op nummer 77, Groot Nulland. Hij woont hier samen met zijn vrouw Petronella Hubertina van Wersch, geboren op 13 juli 1869 te Kerkrade en zijn tussen 1900 en 1911 geboren kinderen. Vreemd is echter dat dit gezin op 26 october 1904 wordt uitgeschreven naar Eilendorf (Duitsland) en pas op 27 januari 1907 weer wordt ingeschreven vanuit Eilendorf. Opa is dus bij hen ingeschreven terwijl ze al vertrokken waren. De mogelijkheid bestaat echter dat ze zich hebben laten uitschrijven, terwijl ze toch nog gebleven zijn tot zeker 31 april 1905 toen opa vertrokken was. Het inschrijven bij een andere Rompen is niet mogelijk omdat in die tijd geen andere Rompen in Kerkrade woonden.
Op 15 november 1904 stuurt opa een ansichtkaart aan mademoiselle Maria Moonen in Liege (België). Het is een kaart met de afbeelding van de Dominiale mijn te Kerkrade en hij schrijft daarop: Beminde Maria. Ik verwacht uw aanstaande zondag in Achen. Om reden die zondag, daar nu kan schacht uit. De oorzaak daarvan zal ik uw dan vertellen. Nu moet ge mij late weten of gij komt of niet. En met welke trein. In achting en afwachting blijf ik uw getrouwe Vriend. J. Collaris.
16
Van de eerste periode, ergens tussen 18 mei 1900 en 4 november 1901, dat hij in Kerkrade is geweest, is niets terug te vinden. Over deze periode kan dan ook niets gezegd worden. Het is echter mogelijk dat hij op hetzelfde adres geweest is. Wat hij bij zijn werkadres in Kerkrade nu precies heeft moeten doen is niet duidelijk. In de eerste kaart sprak hij over een schacht en nu in de volgende kaart heeft hij het over een “akelijk ding”.
17
Hij schrijft op 9 februari 1905 aan zijn vriendin die op dat moment in Luik (België) werkzaam is; “Ik heb zoo even uw kaart ontvangen. Zo stuur ik uw ook mijne hartelijke groeten en maak maar dat gij weg komt anders kunne wij zamen trekken want ik heb mijn boel bijna in order. Vele groet van uw vriend JC. Mijn tijd begint ook kort te worden hier in dat akelijk ding”.
18
Dat de tijd niet meer lang heeft geduurd blijkt uit het feit dat op 31 april 1905 opa wordt uitgeschreven in het register van alleenstaanden van de gemeente Kerkrade naar Brussel.
19
Nuth (2e periode) Op 31 april 1905 vertrekt opa vanuit Kerkrade echter niet naar Brussel. Hij wordt op 31 maart 1905 ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Nuth en is afkomstig van Kerkrade 15 . Wat hij in deze periode gedaan heeft is onbekend. Ook nu is de verkeringstijd nog steeds gaande met oma. Op 23 augustus 1905 wordt vanuit Oostende-Mariakerke (België) een kaartje gestuurd naar opa. Hoe eenvoudig toentertijd de post verstuurd werd en ook nog aankwam, bewijst het onderstaande adres welke op betrokken kaart stond vermeld.
Lang is opa echter niet meer in Nuth gebleven. Op 30 januari 1906 wordt hij uitgeschreven vanuit de gemeente Nuth naar Eijgelshoven.
20
Eijgelshoven. Op 30 januari 1906 wordt opa ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Eijgelshoven 16 . Hij wordt ingeschreven als schrijnwerker en op het adres Kerkbende. Het adres Kerkbende, ook wel Bende genoemd, lag toentertijd op de Dorpstraat, dat was de grote weg van de Kerk naar Haanrade. Later werd deze straat Hoofdstraat en nu, na het samengaan met Kerkrade, heet hij Veldhofstraat.
Gedeelte van de kaart van Eijgelshoven van rond 1895.
21
Opa woonde toen der tijd in een huis dat er nu nog steeds staat. Hieronder een foto van het huis uit de zestiger jaren. Het huis is in 1902 gebouwd.
Huis opa. De kerk op de achtergrond was toen nog niet gebouwd. (Foto Heemkunde Eijgelshoven)
Opa werkte begin 1906 bij een Timmer- en meubelwerkplaats in Eijgelshoven. De eigenaar was Frans Op den Camp. Dit was de enige timmer- en meubelwerkplaats in Eijgelshoven. De werkplaats was gelegen op het Einde. Later Hoofdstraat 65 genoemd. De locatie is aangegeven op de eerder geplaatste plattegrond. Hieronder een foto van het bedrijf zoals het denkelijk beter in ons geheugen licht. In de 60er jaren zag het bedrijf van Frans op den Camp er zo uit.
22
Timmer- en meubelmakersbedrijf Frans Op den Camp. (Foto Heemkunde Eijgelshoven)
Lang moet opa hier echter niet gewerkt hebben. Hij is meteen daarna zijn eigen zaak begonnen. De reden om dit te denken is een kaart dat aan hem gestuurd is op 12 september 1906. Deze kaart wordt gestuurd aan Mijnheer J. Collaris, Schrijnwerker te Eijgelshoven.
23
Meester, Ik kan niet meer komen. Ik moet woensdag morgen beginnen met meskeren op de fabriek te Wijk. Daar heb ik al lang op gewacht of dat niet kwam. Geef svp de schaaven en bijtels en de zagenzetter mede, Jean Hintje zal dat wel doen. Over het anderen zal wel terecht komen. Henri
Uit de kaart blijkt verder dat hij al meer dan één knecht in dienst heeft. Buiten de Henri die de kaart schrijft moet er ook een Jean Hintje zijn. Op 4 juli 1907 treed Leonard Joseph COLLARIS in Schimmert in het wettelijk huwelijk 17 met Maria Anna MOONEN. Zij is geboren op 11 mei 1878 te Schimmert en is de dochter van Wilhelmus MOONEN en Anna Catharina LIMPENS. Zij is van beroep dienstmeid. Als getuigen van dit huwelijk traden op; Martin FRIJNS, kleermaker en bekende van de bruid, Johan Hubert STOHR, brigadier van de Koninklijke Marechaussee en bekende van de bruid, Pieter Hubert KNUBBEN, landbouwer en bekende van den bruidegom en Jan Nicolaas KLINKEBERG, veldwachter en bekende van de bruid.
24
Meteen dezelfde dag is ook de Kerkelijke inzegening18 voltrokken in de RK kerk te Schimmert. Hier traden als getuigen op Lambert MOONEN en Maria COLLARIS. Er is geen huwelijksfoto van opa en oma voorhanden maar wel twee afzonderlijke foto´s van latere datum.
Op 21 juli 1907 wordt in het bevolkingsregister 19 van de gemeente Eijgelshoven bijgeschreven Moonen Maria Anna, geboren 11 mei 1878 te schimmert en eveneens wonende te kerkbende. Begin 1908 is oma volop zwanger van hun eerste kind.Tegen het einde van de zwangerschap moet oma voor een bepaalde tijd naar Luik (Belgie) zijn geweest want opa schrijft haar een kaart met daarop de volgende tekst. Ik ben in Schimmert geweest en zij hielden zich goed. Vele groeten van hun allemaal maar bijzonder van uwe 12, 9, 5, 6, 8, 5, 2, 2, 5, 14, 4, 8, 13, 9, 14, 14, 1, 1, 13, 10, 15, 19, 5, 16, 8. Berekend vanuit de letters van het alfabet staat hier, “liefhebbende minnaar Joseph”. Waarom men zich in Schimmert goed hield en waarom oma in de hoogzwangere tijd in Luik was is niet bekend. Wel is opa en oma in deze tijd bezig om naar Nieuwenhagen te gaan. Volgens de “Kadastrale legger” gaat het om grond welke
25
gelegen is aan Onderst Nieuwenhagen sectie B nr. 3171. Het gaat om grond waar nu is gelegen het huis Heigank 45. Dit is namelijk in 1909 door opa gekocht. Later zullen we met Nieuwenhagen verder gaan. Wel woonden ze in Eijgelshoven nog steeds in hun oude huisje. Oma is in die tijd nog naar Den Haag geweest en heeft vandaar een kaart gestuurd naar opa. Aan Den Heer Joseph Collaris, Schrijnwerker te Eigelshoven. Ze schrijft: Met deze deel ik U mede dat ik U Maandag het bestelde kom brengen dat Maria dan met den trein van 1 uur aan het station is in Kerkrade. Groette van Maria.
Dit is dan meteen ook het laatste dat in Eijgelshoven gebeurd is. Het leven voltrok zich verder in Nieuwenhagen. Op 3 augustus 1908 wordt opa en oma in het register van vertrokkenen in het gemeentearchief van Eijgelshoven 20 ingeschreven. Opgenomen staat; 3 aug. 1908, Collaris Leon Jos. Getal personen 1 M, 1 V, huizing Benden, vertrokken naar Nieuwenhagen. Het huisje waarin opa en oma in Eijgelshoven woonde is er nu ook al niet meer. Op deze plek staan nu appartementen en
26
winkels en is er meer bedrijvigheid dan er eerst was. Zie hieronder de situatie nu.
Situatie in Eijgelshoven anno 2004. (Foto René Collaris)
27
Nieuwenhagen. Op 8 augustus 1908 wordt in het bevolkingsregister van Nieuwenhagen 21 ingeschreven; COLLARIS, Leonard Joseph, mannelijk, hoofd, geboren 3 maart 1878 te Nuth, gehuwd, RK, schrijnwerker, huizing Heiveldje en gekomen vanuit Eijgelshoven in augustus 1908. Ook werd ingeschreven; MOONEN, Maria Anna, vrouw, geboren op 11 mei 1878 te Schimmert, RK, zonder beroep, huizing Heiveldje en gekomen vanuit Eijgelshoven in augustus 1908. Opa en oma moeten echter al veel eerder naar Nieuwenhagen gekomen zijn. Op 7 april 1908 werd er een ansichtkaart toegestuurd vanuit Parijs aan Mr. Madame COLLARIS-MOONEN, Nieuwenhagen, pris Sittard Holland. In deze kaart werden de beste groeten overgebracht van Hubertina en Albert. Zie hieronder de adreszijde van de kaart.
Dat ze al eerder in Nieuwenhagen woonden blijkt ook uit het feit dat de eerste dochter op 10 april 1908 in het bevolkingsregister van Nieuwenhagen 22 werd ingeschreven onder de volgende gegevens; Onder nummer 3, ingeschreven op 10 april 1908 COLLARIS, Anna Maria, Vrouw, dochter, geboren op 10 april 1908 in Nieuwenhagen, ongehuwd, RK, Huizing Heiveldje. 28
In het geboorteregister van de gemeente Nieuwenhagen 23 werd zij aangegeven op den tienden april 1908. Zij werd aangegeven door Collaris, Leonard Joseph samen met Joseph HEERINGS wonende te Nieuwenhagen en Pierre REUMKENS, wonende te Nieuwenhagen. In de geboorteakte staat, dat zij is geboren in de woning van opa en oma om 03.00 uur in het Heiveldje. Om te weten in welke woning opa vanuit Eijgelshoven in Nieuwenhagen is komen wonen is de sectiekaart van Nieuwenhagen sectie B nodig. Deze kaart is van latere datum en het Heiveldje heette toen al Kerkstraat. Maar alle later te noemen percelen staat er wel op.
Alle gekochte/gebouwde en bewoonde percelen/woningen zullen achtereenvolgens beschreven worden.
29
Nieuwenhagen, Heigank 45. Dit adres is in het verleden ook wel Heiveldje, Dorpstraat, Schoolstraat en Kerkstraat genoemd. In de kadastrale legger nummer 2326 van; Mathijs Joseph RÖMKENS, geboren 7 oktober 1855 te Nieuwenhagen, landbouwer, wonende te Nieuwenhagen en Maria Theresia RÖMKENS, geboren 6 oktober 1853 te Nieuwenhagen, zonder beroep, wonende te Nieuwenhagerheide staat vermeld onder nummer 12, Heiveldje, Sector B nummer 2737, bouwland, groot 13 are en 30 centiare, gekocht in 1906. Deze regel wordt vervolgens overgebracht naar regel 20. Hierin staat dat dat een stuk grond verkocht is en het stuk van hen nog maar 8 are en 40 centiare groot is. Hierna wordt in regel 21 de grond gesplitst en worden nieuwe nummers genoemd. Beide stukken grond worden 4 are en 20 centiare groot. Het eerste stuk blijft in eigendom van Römkens voornoemd met het nummer sector B nummer 3170 en het tweede stuk grond wordt Sector B nummer 3171. Dit stuk grond wordt door opa gekocht in 1908 en dus uitgeschreven naar de kadastrale legger nummer 2736 van opa als weiland. Waarschijnlijk heeft opa op dit stuk weiland een huis ( nu Heigank 45) gebouwd, samen met een werkplaats, want in 1909 wordt in zijn kadastrale legger opgenomen onder 1, in onderst Nieuwenhagen sector B nummer 3171, een huis, tuin en een werkplaats op grond, groot 4 are en 20 centiare. Van de bouw van dit huis zijn geen stukken meer terug gevonden. Aangenomen mag worden dat het huis er ongeveer zo uitgezien moet hebben.
30
Voorgevel huis thans Heigang 45 zoals deze rond 1908 geweest is.
Hier is ook de plaats waar opa zijn bedrijf heeft voortgezet vanuit Eijgelshoven. Op 28 juni 1908 krijgt opa een kaart gestuurd van een knecht. De kaart wordt gestuurd aan den Heer Jos. Collaris, Bouw en Meubelwerken te Nieuwenhagen. Hij schrijft; U kunt mij van deze week verwachte. Jac Bitters. De voor- en achterkant van de kaart staat op de volgende pagina.
31
Aangenomen mag worden dat opa op dit moment werkte met minimaal de oude knecht uit Eijgelshoven en de nieuwe knecht Jac Bitters van de kaart. Er moest dus op dit moment aardig wat werk voorhanden zijn.
32
Niet alleen met de carrière van opa maar ook met het gezin vlotte het goed. In het geboorteregister van de gemeente Nieuwenhagen 24 wordt de volgende aangifte opgenomen; Aangifte wordt op 22 juni 1909 gedaan door de vader Leonard Collaris, schrijnwerker, wonende te Nieuwenhagen, vergezeld van Herbert Kunkels, herbergier te Nieuwenhagen en van Leo Severins, schrijnwerker te Nieuwenhagen. Op de twintigsten juny 1909 ten zes ure des namiddags is in zijn woning te Heiveldje een kind geboren van het vrouwelijke geslacht uit zijne bij hem wonende echtgenoote Maria Moonen. Ze krijgt de voornamen Maria Josefina Wilhelmina.
Bovenstaande kaart is een foto van het Heiveldje/de Kerkstraat/nu Heigank te Nieuwenhagen. Deze foto is uit ongeveer 1915. Rechts op de foto staan werklui voor het huis. Dat is thans het huis Heigank 43/45, het huis waar opa in Nieuwenhagen is komen wonen vanuit Eijgelshoven. Een van die werklui zal waarschijnlijk opa zijn. Links op de foto is het huidige woonhuis Heigank 62. Destijds was dit het postkantoor. Voor het huis staat dhr. Reumkens, destijds de kantoorhouder. Overduidelijk is te zien dat het steeds voller werd op het Heiveldje.
33
Hieronder een foto van hoe het er nu uitziet in dit stuk Heigank.
Huis Heigank 45, zoals het in 2003 uitziet. (Foto Harold Collaris)
In die tussentijd is er heel wat gebeurd in het huis Heigank 43/45. Achtereenvolgens zullen we die veranderingen doornemen. Dat opa in den beginne het niet zo vullig had, of al heel erg slim was, blijkt uit het feit dat hij op 7 december 1909 een rekwest indient bij de gemeenteraad met de mededeling dat hij voor de gemeentebelasting van 1909 te hoog aangeslagen zou zijn. De gemeenteraad behandeld dit rekwest en besluit zijn aanslag te verminderen op Fl. 9.74 in kl II voor den hoofdelijken omslag en op Fl. 2,42 in kl 6 voor de wegdienst. Buiten de timmerwerkzaamheden is er in huize Collaris niet stil gezeten. Op de 28ste maart 1911 wordt in in het geboorteregister van de gemeente Nieuwenhagen 25 de aangifte opgenomen van de geboorte van een kind. Aangever was Leonard Collaris. Deze deelde mee dat op de zevenentwintigste maart 1911 des namiddags ten elf ure in zijne woning te Heiveldje is geboren een kind van het mannelijk geslacht uit zijne echtgenoote Maria Moonen. Het kind zal de voornamen krijgen Gustaf Albert. Opa was bij deze aangifte vergezeld van Hubert Kunkels, herbergier te Nieuwenhagen en Jan Zeijen, schrijnwerker te Nieuwenhagen.
34
Het “grote werk” begint echter pas goed na de geboorte van hun eerste zoon. Opa besluit in 1911 de werkplaats drastisch te veranderen en te moderniseren. Dit blijkt uit onderstaande. In augustus 1911 geeft opa de firma Kiderlen & Co te Amsterdam door het ondertekenen van de machtiging 26 toestemming om namens hem de aanvrage voor een vergunning te doen bij de gemeente Nieuwenhagen. De aanvrage ging over het plaatsen van een Hornsby Stockport benzine motor van 15 PK, voor het inbeweging brengen van verschillende houtbewerkingmachines. In augustus 1911 geeft de firma Kiderlen & Co uit Amsterdam aan de gemeente Nieuwenhagen te kennen 27 dat Jos. Collaris Moonen te Nieuwenhagen het voornemen heeft om op het perceel gelegen aan de Heiveldjesweg en bekend onder sectie B no. 3171 een hornsby Stockport benzinemotor van 15 PK te plaatsen, alsmede een vlakbank met boortoestel, een vandiktebank, een lintzaag, een horizontale boomenzaagmachine en een slypmachine, een en ander ten diensten van een inrichting voor machinale houtbewerking. Tevens wordt aangegeven het hier een inrichting betrof in de zin van de veiligheidswet. In de beschrijving welke bij de aanvrage wordt gevoegd staat dat de motor zal geplaatst worden op een steenen fundeering, terwijl de afgewerkte gassen van bedoelde motor tot buiten het gebouw zullen worden afgevoerd. Deze aanvragen waren ondertekend door J. Collaris. Op 6 september 1911 wordt bovenstaande door de firma Kiderlen & Co te Amsterdam, werktuigkundigen, met verschuldigden eerbied, namens Jos Collaris Moonen te Nieuwenhagen aan de Edelachtbare Heeren Burgemeester en Wethouders 28 ter kennis gegeven, voor het verkrijgen van de benodigde vergunning. Ook nu wordt duidelijk gemaakt dat het betreft het plaatsen van een 15 PK benzinemotor van het merk Hornsby Stockport alsmede een vlakbank met boortoestel, een vandiktebank, een lintzaag, een horizontale boomenzaagmachine, een slijpmachine en een fraisbank, een en ander ten dienste van een inrichting voor machinale houtbewerking. Het betreft een inrichting in de zin der Veiligheidswet.
35
In de beschrijving welke bij de aanvrage wordt gevoegd staat dat de motor zal geplaatst worden op een steenen fundeering, terwijl de afgewerkte gassen van bedoelde motor tot buiten het gebouw zullen worden afgevoerd. Bij deze aanvraag is nu tevens een tekening gevoegd ( zie hieronder), waarop duidelijk is aangegeven waar een en ander geplaatst wordt in de werkplaats.
36
Op 9 september 1911 wordt door de firma Kirchner & Co AG de volgende kaart naar opa gestuurd. Deze kaart had de inhoud; Aan den heer J. Collaris Moonen, Schrijnwerker Nieuwenhagen. Mr. Beleefd verzoeken wij U ons omgaand te willen melden, het opstellingsplan zoo naar U genoegen is. Opdat wij er de teekening der horizontale zaag toe kunnen zenden. Zoodra de fundaties klaar zijn wilt u ons wel bericht zenden. In afwachting Hoogachtend Kirchner & Co. A.G., Amsterdam 9 sept. 1911.
37
In de gemeente Nieuwenhagen wordt daarop met het verzoek van opa verder gewerkt. Er wordt voor het verzoek tot het oprichten van een inrichting welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken een mededeling tot evt. bezwaarschrift opgemaakt. Dit formulier wordt buiten het gemeentehuis in de mededelingenkast uitgehangen voor een bepaalde termijn. Ook werd een formulier naar betrokkenen gestuurd. Hier betrof het Cornelius van Rooij voor perceel B 2324 (links naast het huis van opa), Joseph Dedroeg voor perceel B 2627 (rechts naar het huis van opa) en de familie Bauer voor perceel B 1480. Het formulier had de volgende inhoud: Wij geven U bij dezen kennis dat door Joseph Collaris-Moonen, meubelbewerker, alhier aan ons is ingediend een verzoek met bijlagen om vergunning tot plaatsing van een Hornsby Stockport benzinemotor, alsmede een vlakbank met boortoestel, van diktebank, een lintzaag, een horizontale boorzaagmachine, een slijpmachine en een fraisbank, een en ander voor machinale houtbewerking, op perceel kadastraal bekend in Sectie B, no. 3174 dezer gemeente. Op vrijdag 20 october a.s. zal voor U gelegenheid bestaan om bezwaren tegen dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Hiertoe zullen wij op dien dag, des namiddags te vijf uren zitting houden in het gemeentehuis. Van het verzoekschrift met bijlagen kan terstond inzage worden genomen, terwijl gij van de te dezer zake ingekomen schrifturen drie dagen vóór den hierboven aangegeven dag op de Secretarie der gemeente kunt kennis nemen. De burgemeester en Wethouders. Op 16 october 1911 wordt door Cornelis van Rooij een bezwaarschrift ingediend bij de gemeente. Als reden van bezwaar wordt opgegeven: 1. Wegens het hieruit voortvloeiende brand gevaar. Waar door bij van Rooij in het allergevingetz? Geval hooge assurantie premie zal moeten betalen. 2. Wegens spreiding van ongezonde en walgelijke damp, alsmede voor het groote gevaar wat door de motor en de hierdoor gedreven machinerien ontstaat waardoor hij als mijnwerker door de steeds veranderende schaftijden waarschijnlijk nooit zijn behoorlijk rust of slaaptijd zal hebben.
38
3. dat aangezien zijn huis tevens moet dienen om gedeeltelijk te verhuren hij misschien om boven aangehaalde reden geen huurders zal kunnen houden of krijgen. Op 16 october 1911 wordt door Joh. Jos. Römkens een bezwaarschrift ingediend bij de gemeente. Hij geeft op als reden: 1. Omdat dit voor zijn huizen groot gevaar van brand veroorzaakt. 2. Wegens de stank en geraas zijn huizen veel in huurwaarden zullen verliezen doordat er misschien geen fatsoenlijke menschen meer willen wonen. 3. De assurantie premie zullen verhoogd worden. Op 16 october 1911 wordt door Pieter Joseph Reumkens. Brievengaarder te Nieuwenhagen een bezwaarschrift ingediend bij de gemeente Nieuwenhagen. Als reden van zijn bezwaar wordt opgegeven: 1. Wegens het groote gevaar van brand voortvloeiende uit het gebruik van lichtvlambare stoffen en olieën op eene machine, geplaatst in een eenvoudig houten keetje, aangebouwd aan het houtmagazijn vormende één geheel met zijn eigen woonhuis en die van van Rooij en Dedroeg. Dit bezwaar is gegrond op a. de verantwoordelijkheid over de ten zijner kantore berustende papieren registers, gelden enz. de posterijen betreffende welke aan groot gevaar blootstaan en waarvoor hij allerwaarschijnlijks hooger assurantie premieën zal moeten betalen. 2. Om gezondheidsredenen van wege de stinkende, walgelijke dampen door het gebruik van benzine verspreid. 3. Wegens het groote spektakel en geruisch door dergelijke machines veroorzaakt, waardoor de nachtrust, die toch nu reeds door het buitentijds remoer op de werkplaats van Collaris, te wenschen overlaat, heelemaal verstoord zal worden. Op de 20ste october 1911 wordt door Burgemeester en Wethouders een proces-verbaal opgemaakt naar aanleiding van de zitting eerder bedoeld ten gemeentehuize. In dit proces-verbaal worden alle bezwaren van betrokkenen nogmaals aangehaald en verwoord. In dit proces-verbaal worden echter geen verdere conclusies getrokken. 39
Op de 30ste october 1911 komt van het Rijkstoezicht op fabrieken en werkplaatsen te Venlo een schrijven betreffende de Hinderwet. Hierin staat dat naar aanleiding van het ontwerk, der aan Joseph Collaris-Moonen te verleenen voorwaardelijke vergunning tot oprichting eener houtbewerkingsinrichting met benzinemotor van 15 PK, het hen overbodig voorkomt daaraan voorwaarden te verbinden betreffende het aantal privaten, de daglichttoetreding en de ventilatie van de motorkamer en werkplaats, de beveiliging van de machines en drijfwerk. Daarin wordt volledig voorzien door de bepalingen eener andere wet, met name ingevolge de Veiligheidswet. Zij geven derhalve beleefd in overweging, deze voorwaarden niet op te nemen, terwijl omtrent de bewaring van benzine het stellen van uitgebreider voorschriften ten zeerste aanbeveling verdient. Deze opmerkingen in overweging nemende staat niets meer in de weg tot het overgaan van de verklaring ingevolge artikel 12bis, 3e alinea der Hinderwet. Getekend de inspecteur der arbeidsinspectie. Dhr. Klompen. Op 14 november 1911 wordt door de Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nieuwenhagen een vergunning 29 afgegeven. In de vergunning wordt duidelijk gesteld dat aan de bezwaren, door de buren ingediend, voorbij is gegaan. Ook wordt gesteld dat de arbeidsinspectie toestemming heeft gegeven. Als voorwaarden wordt aangegeven: 1. Er moet een brandgevel worden geplaatst tussen de machinekamer en de werkplaats; 2. het machinegebouw moet in steen opgetrokken worden afgesloten met een ijzeren deur; 3. benzine mag alleen in metalen vaten of bussen opgeslagen worden in een brandvrije opslagruimte. Die moet tenminste 10 meter van de overige gebouwen staan en van steen opgetrokken zijn. Het gebouw moet ook een ijzeren deur hebben. Er mag niet meer dan 200 liter op voorraad staan. 4. De inrichting moet vóór 1 juli 1912 in werking zijn; 5. Er moet gelet worden op de bepalingen genoemd in “de Wet”. Vreemd in deze hele procedure is dat door opa steeds wordt gesproken over sectie B no. 3171. Dit staat ook vermeld in de legger van het kadaster en op de sectiekaart van de gemeente 40
Nieuwenhagen. Door Burgemeester en Wethouders wordt in deze procedure steeds gesproken over sectie B no. 3174. Vermoedelijk is deze fout er in den beginne bij de gemeente in geslopen en is er niet meer uit gehaald. Zelfs in de vergunning wordt gesproken over sectie B no. 3174. Dat opa buiten het werken met elektrische apparaten ook nog met oud materiaal werkte is te merken aan een kaart die hij vanuit Bocholtz gestuurd krijgt van waarschijnlijk een knecht van hem. Deze schrijft aan Den Heere Jos. Collaris, Mech. Schrijnwerkerij te Nieuwenhagen. Bocholtz 2/3-1912. Mijnheer Als u nog genegen bent om een corbidketel met geleidingen te kopen dan komt een aan bij P.J. Gorissen te Bocholtz. Die wil een apparaat verkoopen wegen aanschaffing van electrisch licht. Groeten (naam onleesbaar)
Dat opa niet stil stond blijkt uit het feit dat ondanks de verbouwing er steeds meer zaken aangeschaft moesten worden. Wat hij met onderstaande order uit 1912 precies gekocht heeft is niet bekend. Het blijkt echter een groot stuk te zijn omdat het zo ver uit de buurt in een specialistische zaak gekocht is.
41
42
Op de 22ste mei 1914 wordt er wederom een akte opgemaakt van het geboorteregister van de gemeente Nieuwenhagen 30 . In deze akte staat vermeld dat opa verschenen was voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Nieuwenhagen, die verklaarde dat op de 20ste mei 1914 des voormiddags te elf ure in zijne woning te Schoolstraat (Heigank) is geboren een kind van het mannelijke geslacht uit zijne echtgenoote Maria Anna Moonen, zonder beroep, aan welk kind worden gegeven de voornamen Hubert Hendrik. De aangifte is gedaan in tegenwoordigheid van Johan Joseph Kremers mijnwerker en Arnold Joseph Kremers mijnwerker. Dat Nieuwenhagen in die tijd nog geen groot dorp was is te zien aan een oude kaart van ongeveer 1913. Duidelijk is te zien dat in de “nu Heigank” maar enkele huizen stonden.
gedeelte van de kaart van Nieuwenhagen verkregen op internetsite www.bertquaedvlieg.nl
In 1915 wordt voor de eerste keer een adresboek voor Heerlen en omstreken uitgegeven door M. Gerrese, boekhandel, Saroleastraat 17 te Heerlen. In dit boek zijn de adressen en namen opgenomen van notabelen, instellingen en beroepen van personen van de gemeenten Heerlen (Heerlerheide), Hoensbroek, Nuth, Schinnen, Schaesberg, Eygelshoven, Nieuwenhagen en Ubach over Worms. Onder de gemeente Nieuwenhagen staat onder de wijkaanduiding opgenomen; nr. 88 Leonard Joseph Collaris, timmerman. Onder de alfabetische rangschikking staat onder de C; Collaris Leo 43
Joseph, Schrijnwerker, Heiveldje, wijk C 88 en onder de beroepenaanduiding staat onder; Timmerlieden Collaris Leonard Joseph, Heiveldje, wijk C 48.
44
Op 11 oktober 1918 wordt er in de gemeente Nieuwenhagen een proces-verbaal 31 opgemaakt van den openbare houtverkoop, welke is gehouden door het gemeentebestuur. Het proces-verbaal luidt als volgt:
45
Den elfden october negentien honderd en achttien zijn wij Burgemeester en Wethouders der gemeente Nieuwenhagen ter uitvoering van het Raadsbesluit van den 11 september 1918, na openbare bekendmaking overgegaan tot een openbare verkoop van circa honderd koopen slaghout, dennen en ander, en van eenige opgaande boomen gehoorende aan de gemeente Nieuwenhagen en liggende of staande in verschillende plaatsen der heide en wel onder de volgende voorwaarden: Het hout wordt verkocht naar aanwijzing die daarvan bij toewijzing geschiedt, waardoor de koopers verondersteld worden het door hen gekochte te kennen en geen nadere aanwijzing meer te verlangen. De verkoopers vrijwaren geenszins de hoeveelheid van het hout noch de hoedanigheid; het hout blijft vanaf het oogenblik der toewijzing voor rekening en gevaar der respectievelijke koopers. Alle risico van schade en ander bij het kappen en vervoeren der boomen is voor de koopers; De koopers zijn verplicht hunne koopprijzen te voldoen met eene verhooging van VIJFTIG CENT per koop slaghout en met eene verhooging van 2 % van den koopprijs voor de boomen en wel als administratiekosten, oproeploon en nummergeld, in handen van den gemeente-ontvanger onmiddellijk na de toewijzing; De koopers zijn gehouden het door hen gekochte slaghout weg te voeren vóór het einde der maand october en de boomen vóór 1 januari 1919; De verkoop geschiedt bij opbod ten meest biedende; alle geschillen welke hieromtrent mochten ontstaan, zullen door ons ter plaatse worden beslist. Nadat van het vorenstaande aan gegadigde liefhebbers duidelijk voorlezing was gedaan, is met den verkoop begonnen en is het hout toegewezen als volgt. Nummer 6 werd toegewezen aan Collaris Jos. Te Nieuwenhagen. Het moet een grote partij zijn geweest want het is het grootste bedrag, nl. Fl 35,50, dat op de lijst voorkomt. De andere bedragen variëren van 50 cent tot enkele guldens. Verder is nummer 27 toegewezen aan Collaris Jos te Nieuwenhagen en aan J.G. Sporken te Nieuwenhagen. Deze partij kostte Fl. 10,50 respectievelijk Fl. 14.00. In totaal werden 84 partijen toegewezen. De totale kosten waren Fl. 392,80. Opa heeft dus een flinke partij hout gekocht.
46
In de vergadering van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nieuwenhagen op 5 september 1919 worden de ingekomen stukken behandeld. Onder a hebben Douven en Collaris beide eene rekening ingediend over het hout dat ten behoeve van het puthuisje in de Putstraat is geleverd. Men zal bij beiden daarover informeren. Dat opa niet alleen in hout handelde blijkt uit het feit dat hij in 1920 informatie aanvraagt over bomen en hagen in midden Limburg. De kaart, hieronder afgebeeld, laat zien dat het toen allemaal schriftelijk afgehandeld moest worden.
Aan Den Heer J. Collaris te Nieuwenhagen Limburg. Echter Boomkwekerij van Frans Coenders Echt (L). 13-12-1920. Ik kan u aanbieden gesneden doorn van 100 tot 140 cm hoog á fl. 70. per 1000 van 60 tot 100, á fl. 60. per 1000. Eenjarige perzik van circa een meter hoog á fl. 1,50 per stuk, leiboom perzik niet leverbaar. Hoogachtend Frans Coenders. Zie op de volgende pagina de voorkant van de kaart. 47
In dossier met nummer 1815 van de gemeente Nieuwenhagen worden tekeningen aangetroffen van de bouw van een woonhuis voor L.J. Collaris te Nieuwenhagen. Het verzoek is ingediend in maart 1921. Het betreft de bouw in sectie B nummer 3174 (Dit moet zijn B 3171 Heigank 45). Het gaat hier om de bouw van het woonhuis welke thans gelegen is achter het woonhuis Heigank 45 en betreft het toenmalige woonhuis Kerkstraat 43, thans gedeeltelijk Heigank 43. Hieronder worden de tekeningen van die bouw geplaatst. Van de aanvraag voor de bouw van het huis is niets meer teruggevonden. Op het tekeningetje van de Kerkstraat (1e deel) is te zien dat dit woonhuis gebouwd wordt tussen het woonhuis Kerkstraat 45 en de toentertijd aldaar staande houtzagerij/timmerwerkplaats.
48
49
50
Ook voor deze woning heeft opa premie aangevraagd en waarschijnlijk ook gekregen. Er wordt nl. in hetzelfde dossier van de gemeente Landgraaf 32 een verbintenis ingevolge verleende premie voor steun aan particuliere bouwnijverheid teruggevonden. Hierin staat: Ondergetekende L.J. Collaris wonende Kerkstraat te Nieuwenhagen, verplicht zich in verband met de hem ingevolge het Koninklijk Besluit van 8 November 1920, no. 29, door Burgemeester en Wethouders van Nieuwenhagen, bij hun besluit van 1922 uit ’s Rijks kas verleend premie ten behoeve van den bouw van een woning op het terrein, gelegen in laatstgenoemde gemeente, kadastraal bekend sectie B no. 3174, tot het volgende: 1. Hij zal gedurende 15 jaar na voltooing van een woning deze bewonen of ter bewoning doen bezigen. 2. Bij verkoop zal hij in het koopcontract doen vastleggen dat deze verplichtingen op den kooper of diens opvolger zullen overgaan. 3. Bij verhuur zal hij zich onthouden van heffing van sleutelgeld of anders niet oorbare praktijken. Nieuwenhagen 14 maart 1922. Was getekend L.J. Collaris Ook met de timmerwerkplaats/zagerij worden inmiddels meerdere zaken in werking gesteld. Op 10 januari 1922 33 wordt door opa een verzoek ingediend voor het plaatsen en aansluiten van een 5 PK elektromotor aan het elektriciteitsnet ten behoeve van de houtzagerij. De vergunning wordt echter ingehouden omdat vooreerst een aanvrage ingevolge de Hinderwet gedaan moet worden. Door opa moet vervolgens een verzoek ingevolge de Hinderwet ingediend zijn. Er wordt namelijk een zitting gehouden ingevolge artikel 7 der Hinderwet voor de uitbreiding van de Timmerfabriek van J. Collaris. Hierbij wordt het volgende aangehaald; B en W gaan over ingevolge art. 7 Hinderwet om gelegenheid te geven tot het indienen van bezwaren tegen de door J. Collaris in de Kerkstraat gevraagde vergunning tot uitbreiding met 2 electromotoren zijner timmerfabriek op perceel sectie B no. 3174. Voor deze zaak verschenen J. Dedroeg en A. v. Rooij wonende naast genoemd perceel, die verklaarden vergoeding te verlangen van Collaris voor alle schade, welke later eventueel zal 51
veroorzaakt worden aan hunne huizen en vooral vergoeding voor de verhooging van brandassurantiepremie, welke een gevolg zal zijn voor het verleenen van de vergunning. Andere bezwaren worden niet ingediend. B en W overwegende, dat de bezwaren niet van dien aard zijn dat de vergunning daardoor zal kunnen gewijgerd worden, maken proces-verbaal op van deze zitting en besluiten, mits nadere goedkeuring van de Directeur van de Arbeidsinspectie te Maastricht de gevraagde vergunning aan L. Collaris te verleenen onder nader te bepalen voorwaarden. In de vergadering van Burgemeester en wethouders van 2 juni 1922 34 verzoekt L.J. Collaris wederom om aansluiting aan de electrische leiding voor 2 motoren in zijnen timmerwerkplaats in de Kerkstraat alhier. Hem is reeds vergunning ingevolge de Hinderwet verleend. B en W verleenen vergunning tot aansluiting Opa woont met zijn gezin inmiddels in het huis nu Heigank 33. Ook is rond deze tijd de timmerwerkplaats van de Kerkstraat 45 naar het nieuwe pand achter Kerkstraat 33 verhuisd. Hij heeft het huis Heigank 43/45 verhuurd aan C. Hallmans. In de vergadering van Burgemeester en wethouders van 27 juli 1927 35 wordt onder woningtoezicht het volgende aangehaald; Er is een rapport van de gemeenteopzichter omtrent een gehouden inspectie in het huis van J. Collaris aan de Kerkstraat 19 (nu Heigank 45) verhuurd aan C. Hallmans. In dat huis wonen 8 gezinnen met 27 personen alhoewel het slechts voor 2 gezinnen is ingericht. De opzichter stelt voor de Gezondheidscommissie te hooren en daarna de noodige aanschrijvingen aan Hallmans te doen. B en W besluiten de Gezondheidscommissie daarvan in kennis te stellen met het verzoek een onderzoek in te stellen en advies ingevolge de woningwet uit te brengen. In de vergadering van 29 september 1927 36 wordt het schrijven van de gezondheidscommissie van Heerlen van 6 september LL. met rapport omtrent de bewoning van perceel Kerkstraat 19 alhier behandeld. Hierin wordt geadviseerd maatregelen te nemen tegen de in dat pand heerschende overbevolking.
52
B en W besluiten de huurder van het perceel Ch. Hallmans aan te schrijven de bevolking daarvan binnen 14 dagen in overeenstemming te brengen met de voorschriften der verordening op de bewoning. In het register van wegenbelasting over het jaar 1928 van de gemeente Nieuwenhagen staat vermeld: Onder naam der belastingplichtige Chr. Hallmans/J. Collaris, woonplaats Nieuwenhagen, perceel sectie B no. 3171, plaatselijke benaming Kerkstraat 25/27, belastbare huurwaarde 170,- te heffen percentage voor bestrating kiezel 1% en verlichting ½ %, aanslag 2,55. Voor deze wegenbelasting worden jaarlijks nieuwe registers opgemaakt die eigenlijk altijd op hetzelfde neerkomen. We zullen ze verder dan ook niet meer noemen. Dat de overbevolking in het huis in de Kerkstraat nogal wat voeten in de aarde had blijkt uit het feit dat in 1929 dit probleem nog steeds niet opgelost was. Op 13 maart 1929 wordt een vergadering gehouden van Burgemeester en wethouders 37 . Een van de onderwerpen dat besproken werd, was de woninginspectie. Er was een rapport van de gemeenteopzichter omtrent een gehouden inspectie in de percelen: 1. Hoogstraat 44, eigenaar A. Handels, 2. Emmastraat 30, eigenaar J. Jörissen en 3. Kerkstraat 25 en 27, eigenaar J. Collaris. Uit het rapport blijkt dat al die percelen overbevolkt zijn en, voor wat de inrichting betreft, niet voldoen aan de eisen der bouwvergunning. Als besluit wordt daaraan toegevoegd dat Burgemeester en Wethouders besluiten de gezondheidscommissie te Heerlen te vragen overeenkomstig artikel 14 der woningwet een onderzoek in die percelen in te stellen en nu reeds onmiddellijk de eigenaren dier percelen aan te schrijven dat ze een einde moeten maken aan die mistoestanden hunne woningen, anders moeten inrichten en dat, bij niet nakoming der voorschriften de bouwverordening alle maatregelen tot onbewoonbaarverklaring zullen worden genomen. Verder dragen B en W den opzichter op een dergelijk onderzoek in te stellen in de woningen der Wed. Jac. Römkens.
53
Op 8 mei 1929 werd een vergadering gehouden van Burgemeester en Wethouders der gemeente Nieuwenhagen 38 . Een van de onderwerpen die daarin besproken werden was het volgende: Onder volgnummer 1 wordt de waterloop van de Kerkstraat besproken. Er was een verzoek gedaan door L.J. van Kan, M. van Kan en J. Janssen om afdoende maatregelen te nemen tegen ’t onder water lopen van de door hen gehuurde percelen in de Kerkstraat, doordat J. Collaris aldaar ’t water in den loop belemmerd heeft. Als besluit wordt genomen; B en W besluiten te antwoorden dat deze zaak van civielen aard is en dat de oplossing daarvan niet in de bevoegdheid van het gemeentebestuur ligt, dat echter hoogstwaarschijnlijk in den loop van het jaar de riolering aldaar zal worden gelegd zodat een einde aan de toestand zal worden gemaakt. Wordt waarschijnlijk vervolgd. Wat opa in 1932 met het huis Kerkstraat 45 van plan is, weten we niet, maar in de vergadering van Burgemeester en wethouders van 2 november 1932 39 wordt een verzoek ingediend door P. Nagel en J. Collaris alhier om een verlof B ingevolge de drankwet voor perceel B. no. 4174-Kerkstraat 45 te krijgen. Door B en W wordt beslist de verzoekers te berichten dat het verzoek overeenkomstig de eischen der Drankwet moeten worden ingediend en dat duidelijk moet worden opgegeven voor wien het verlof gevraagd wordt. Vermoedelijk werd in het winkelpand Kerkstraat 45 iets gevestigd waarvoor deze vergunning aangevraagd moest worden. Of dit ook daadwerkelijk verder gedaan is is onbekend. Er zijn geen vervolgstappen teruggevonden. Welke mensen allemaal in het pand Kerkstraat gewoond hebben, het is niet meer terug te vinden. Het moeten er in ieder geval heel veel geweest zijn. Op 11 augustus 1948 wordt door de gemeente Nieuwenhagen een besluit afgevaardigd tot ontheffing van een belastingaanslag. De burgemeester en wethouders besluiten 40 aan de Wed. J. Kunst, Kerkstraat 45, alhier, ontheffing van een belastingaanslag. De reden waarom ontheffing wordt verleend is dat wegens de zeer geringe inkomsten van de belastingplichtige het betalen van de schoolgeldaanslag voor het jaar 1945/1946 bijzonder hard zou
54
zijn. Het betreft het schoolgeld voor gewoon lager onderwijs. De gehele aanslag van fl. 8,00 wordt kwijtgescholden. Intussen is er veel gebeurd met het pand Heigank 45. Inmiddels moet de bakkerij van Heigank 33 naar Heigank 45 gebracht zijn. Op 30 december 1949 wordt namelijk in het gemeentearchief de stukken gevonden 41 over de aanvraag voor het splitsen van het huis Kerkstraat 45. Naar aanleiding van dit verzoek deelt B en W het volgende mee; Gezien het verzoek van L.J. Collaris, Kerkstraat 33 alhier om vergunning tot het splitsen van zijn winkel-woonhuis, kadastraal bekend gemeente Nieuwenhagen sectie B, no. 3171, plaatselijk gemerkt Kerkstraat 45; Gelet op het bepaalde in artikel 6 der Woningwet en de bepalingen der verordening op het bouwen en de bewoning voor de gemeente Nieuwenhagen; Besluiten Burgemeester en Wethouders de gevraagde vergunning te verlenen. Nieuwenhagen, 30 december 1949. B en W voornoemd. Hierbij zijn dan gevoegd de tekeningen zoals het voor de aanvraag uitzag en na de aanvraag uit zal zien. Deze tekeningen worden hierna toegevoegd zodat een duidelijk beeld gekregen kan worden hoe de situatie toen was en werd. De veranderingen werden doorgevoerd omdat in 1951 de oudste zoon Gustaf Albert naar Nieuwenhagen kwam om met zijn gezin in de Kerkstraat 45 zijn eigen bakkerij en het woonhuis te betrekken. Het achterhuis, Kerkstraat 43, zou door de familie Gulicher bewoond gaan worden.
55
56
Op deze tekening is nu ook te zien dat de oude timmerwerkplaats en houtzagerij inmiddels afgebroken is. Wanneer dat precies gebeurd is, is niet bekend.
57
Duidelijk is aan onderstaande foto uit de eind 60er jaren te zien dat de voorgevel na 1949 alleen nog maar veranderd is voor wat betreft de toegangsdeur van de winkel. Deze is begin van de 60er jaren dicht gemaakt en de voordeur is aangepast.
De familie Gulicher heeft toch heel wat jaren in dit achterhuis gewoond. In de vergadering van Burgemeester en Wethouders van 22 juni 1956 wordt door J.W. Gulicher, thans wonende in de Kerkstraat nummer 43, om een andere woonruimte. Door B en W wordt dit verzoek aangehouden. Op 17 juli 1957 komt in dit gedeelte van het huis dat het nummer Kerkstraat 43 heeft, Frans Hubert SMEETS met zijn echtgenote wonen. De familie Gulicher heeft inmiddels een nieuwe woonruimte gekregen hogerop in de Kerkstraat. Smeets en echtgenote, een Duitse vrouw genaamd Käthe, zijn afkomstig vanaf de Brunssummerweg 9. Op 27 november 1957 wordt op het adres Kerkstraat 43 als kostganger ingeschreven Jhan H. CÖRVERS. Ook hij is afkomstig vanaf de Brunssummerweg 28.
58
Op 10 oktober 1960 wordt in de notulen van de vergadering van Burgemeester en Wethouders van Nieuwenhagen 42 opgenomen een woningklacht. Hierin staat dat er een schrijven is ontvangen van F.H. Smeets, Kerkstraat 43 alhier met betrekking tot de onderhoudstoestand van het door hem gehuurde gedeelte van het pand Kerkstraat 43. Besloten wordt de eigenaar aan te schrijven de noodzakelijk geachte verbeteringen aan te brengen.
59
Nieuwenhagen, Heigank 33. In de kadastrale legger nummer 2736 van opa staat tussen nr 4 en 5 opgenomen dat opa over de grond genummerd sectie B no. 2738 gedeeltelijk eigenaar is. Wanneer hij daar eigenaar van geworden is en over welke gedeelte staat niet vermeld. In 1918 wordt dit stuk grond officieel gedeeld, bijgekocht en omgenummerd. Opa koopt dit stuk grond van de Weduwe BAURGORISSEN. Het gaat hier om Anna Catharina Hubertina GORISSEN, geboren op 30 november 1847 te Nieuwenhagen, zonder beroep, wonende te Einde in Nieuwenhagen. Het Einde wordt later Rötscherweg. Zij is weduwe van Pieter Jozeph BAUER, geboren op 14 juli 1853 te Nieuwenhagen, van beroep landbouwer, gestorven op 7 mei 1891. De weduwe Baur-Gorissen woonde ten tijde van de verkoop in de Rötscherweg in een boerderij (thans Rötscherweg nummer 33) en wilde voor elk van haar kinderen een huis (boerderij) kopen en wel de huizen naast die waar zij in woonde. Zij wilde graag haar kinderen om zich heen hebben. Voor de benodigde gelden heeft ze de grond onder andere aan opa verkocht. De stukken grond waren o.a. B 1799 (Houtzagerij) en B 3456 (Heigank 33). Saillant detail is dat de wed. de 3 boerderijen wel gekocht heeft maar dat niet alle kinderen zijn bij haar komen wonen. (zie het boek van May Quaedflieg “En d’r Boer heë boeëret wieër”. Het stuk grond van opa wordt genummerd als sectie B no. 3456, bouwland, groot 7 are en 30 centiare. In 1919 wordt door opa een verzoek ingediend bij de Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nieuwenhagen tot het bouwen van een nieuw huis welke geplaatst moest worden in sectie B no. 3456. Nu is dat Heigank 33. Van het indienen van de vergunning tot het bouwen en de tekeningen is niets meer terug gevonden. Wel worden later verbouwingen op tekening teruggevonden die dan ingevoegd worden.
60
Huis Heigank 33 zoals het er in 2002 uitzag. (foto Harold Collaris)
De oprit waar nu de auto’s geparkeerd staan was vroeger de toegang naar de houtzagerij. In deze toegang waren rails in de grond geplaatst waarover een lorrie kon rijden waarmee de bomen naar de houtzagerij konden gereden worden.
61
Wel wordt over de bouw van het huis nogal wat melding gemaakt in de vergadering van Burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwenhagen. In de vergadering van 19 september 1919 43 wordt onder II (Rooilijn Collaris) het volgende behandeld. J. Collaris, timmerman alhier heeft plan en bestek in duplo ingediend van een woon- en winkelhuis te bouwen op het perceel sectie B no. 3456, met verzoek om bouwvergunning en aanwijzing der rooilijn. Plan en bestek zijn niet afgewerkt en niet volledig, geen sterkte van muren is aangegeven; anderzijds heeft Collaris reeds met bouwen begonnen zonder enige vergunning en wel op eene rooilijn, welke veel te ver vooruitspringt. Daarom besluiten B en W plan en bestek niet goed te keuren, als rooilijn aan te wijzen die, welke op het uitbreidingsplan is aangegeven voor genoemd perceel en de vergunning tot bouwen in te houden totdat plan en bestek overeenkomstig de bouwvergunning zijn ingediend en Collaris wil bouwen op de rooilijn volgens uitbreidingsplan. Vermeld moet worden dat het huis, naast het te bouwen huis van opa, het huis van de burgemeester Dhr. Loyson was. Ik kan me voorstellen dat een huis dat te ver naar voren staat het uitzicht vanuit zijn huis nogal zou verstoren. Dat het misschien ook een vorm van pesterij was, kan opgemaakt worden uit het feit dat de huizen aan de andere zijde van opa, zij het wel jaren later, meters naar voren zijn gebouwd. In de vergadering van Burgemeester en Wethouders van 5 december 44 wordt melding gemaakt dat het Plan en bestek voor het woonhuis van J. Collaris met verzoek om bouwvergunning in de Kerkstraat worden niet conform bevonden aan de voorschriften der bouwverordening en aan indiener ter wijziging teruggezonden. Op 6 maart 1920 wordt in de vergadering van B en W45 wederom aangegeven bij de ingekomen stukken dat J. Collaris, timmerman, verzoekt vergunning voor het bouwen van een woonen winkelhuis op perceel sectie B no. 3456 in de Kerkstraat, onder overlegging van plan en bestek in dubbel; deze worden in orde bevonden en de vergunning verleent met bericht, dat de rooilijn zal worden aangewezen. 62
In de vergadering van B en W van 23 april 1920 46 wordt het beroep van J. Collaris alhier tegen door B en W aangewezen rooilijn voor het woonhuis in de Kerkstraat behandeld. B en W besluiten dit bezwaar af te wijzen als in strijd met de waarheid en ongegrond. In de vergadering van Burgemeester en wethouders van 29 juli 1921 47 wordt aan opa de vergunning tot huisaansluiting aan den waterleiding verleend. Op 14 maart 1922 wordt door opa een aanvraag premie voor steun aan particuliere bouwnijverheid aangevraagd. Hij stelt hierin: De ondergetekende L.J. Collaris, wonende Kerkstraat te Nieuwenhagen verzoekt premie uit ’s Rijks kas ten behoeve van den bouw van een woning. De woning heeft buitenwerks gemeten, boven den beganegrondvloer geen grooter inhoud dan 450 m3. De gesteldheid van den bodem eischt geen kostbare fundeeringswijze, zoodat aanvrager meent aanspraak te hebben op een premie, berekend naar den maatstaaf van F. …. Per m2 woningoppervlakte. De oppervlakte der woning voor zoover deze voor de premie in aanmerking komt, bedraagt 49,85 m2. Hierbij wordt overgelegd in drievoud een stel tekeningen (Zijn niet meer teruggevonden), waarop situatie. De stichtingskosten zonder den grondprijs worden globaal geraamd op F. 3300,-; de grondprijs bedraagt F. 200,-; de huur welke aanvraager voornemens is te bedingen bedraagt F. 20,- per md. Mede wordt overlegd in tweevoud op zegel, de verbintenis ingevolge de te verleenen premie. Nieuwenhagen, 14 maart 1922 Ondertekend L.J. Collaris. Op 28 september 1922 zend B en W een brief 48 aan den heer Hoofdinspecteur voor de volkshuisvesting te ’s Gravenhage. Zij stellen hierin; Wij hebben de eer U mede te deelen, dat L.J. Collaris alhier, wien bij beschikking van den Heer Minister van Arbeid, bekend gemaakt in het bijvoegsel tot de Nederl. Stcr. Van 23 en 24 juni jl. no. 121, premie, groot F. 900,- werd toegekend in den bouw van een woning binnen deze gemeente, op 15 september jl. met de bouw dier woning is begonnen. 63
B en W. Op 23 october 1923 stuurt B en W een brief 49 aan de Minister van Arbeid te ’s Gravenhage. Hierin staat: Wij hebben de eer Uwe Excellentie hierbij te doen geworden de bij ons ingediende aanvraag van L.J. Collaris alhier om betaalstelling van de hem verleende premie in den bouw eener woning binnen deze gemeente. Hierop heeft betrekking de beschikking Uwer Excellentie, bekend gemaakt in het bijvoegsel tot de Nederl. Stcr. 23-24 Juni 1922, no. 121, volgnummer 65. Uit een ter plaatse ingesteld onderzoek is ons gebleken, dat het huis glas- en waterdicht is en dat aan alle eischen om betaalbaarstelling is voldaan. Wij verzoeken Uwe Excellentie beleefd de toegekende premie ad. F. 900,- betaalbaar te willen stellen. B en W te Nieuwenhagen. Dat opa meteen in het nieuwe huis is gaan wonen blijkt uit het feit dat de gedeeltelijke leegstand bijna een crisis veroorzaakt had binnen Burgemeester en Wethouders. Omdat het gemeentehuis van Nieuwenhagen te klein geworden was en het nieuwe gemeentehuis nog gebouwd moest worden werd in de gemeenteraad beslist dat er tijdelijk iets gehuurd moest worden. B en W werd met de uitvoering hiervan belast. Omdat het nogal een lachwekkende vertoning werd, zullen we de notulen van deze vergaderingen in zijn geheel opnemen. Vergadering van Burgemeester en Wethouders op 6 october 1923 50 . Tegenwoordig; alle leden Voorzitter; Dhr Burgemeester Loyson. Op den bepaalde tijd opent de voorzitter de vergadering en deelt mede dat hij ter uitvoering van ’s Raadsbesluit van 5 october ll. het huren van een lokaal als tijdelijk gemeentehuis bespreken wil; dat hij toevallig gisterenavond nog vernomen heeft, dat een nieuw gebouwd huis van L. Silvertand tegenover de kerk alhier te huur is. Het bevat in het geheel 5 kamers, 2 beneden met een groot lokaal geschikt tot vergaderzaal voor de raad en 3 bovenkamers. Als huur voor die 5 kamers wordt fl. 45,- per maand gevraagd, dus nog minder als de raad heeft beschikbaar gesteld. J. Römkens heeft nog een of een gedeelte leegstaan in de Kerkstraat doch dat is er helemaal niet voor geschikt. 64
Wethouder Zenden; deelt mede dat de benedenruimte van het nieuw gebouwde huis van J. Collaris in de Kerkstraat op één kamer na ook beschikbaar is. Vier vertrekken staan ter beschikking. Voorzitter; Ik vind bezwarend dat het boven bewoond is; men zal er dus nooit geheel vrij in zijn; en wie kan dan garanderen voor de veiligheid van al onze stukken. Haan; Er is een aparte zij-ingang voor de bewoners. Zenden; De brandkast kan misschien wel gedurende dien tijd in de woning van de burgemeester geplaatst worden. Voorzitter; afgezien van het feit dat zulks niet mag, zou ik die brandkast ook niet bij mij in huis willen hebben. Zenden; De ontruiming van het oude gebouw had ook op een latere datum moeten bepaald worden, dan was dit alles niet nodig geweest. Voorzitter; Daar gaat het hier niet over, die kwestie is lang afgedaan. Zenden; Ik ben tegen het huis van L. Silvertand. Voorzitter; Waarheen moeten we dan, dat is toch heel geschikt, dan moeten we maar iets anders zoeken. Straks hebt u gezegd dat het huis van Römkens te klein is. Dat van Collaris kunnen we niet gebruiken. Zenden; Die trekt er ook wel uit als het moet en laat het ons geheel over. Voorzitter; En hoeveel huur zullen we moeten betalen, dan komen we er zeker niet met het beschikbaar gestelde bedrag. Nee, mij dunkt dat hier een persoonlijke kwestie in het spel is. Als de heren zoo willen gaan handelen, dan moet de zaak maar in het wild gaan loopen. We moeten de belangen der gemeente behartigen en geen personen gaan in aanmerking nemen. Hoe denkt wethouder Haan hierover? Haan; Het beste is dat wij het met ons drieën eens daarover worden. Zouden we de beslissing niet tot maandag aanhouden; dan kunnen we morgen het huis van Silvertand eens gaan inzien. Voorzitter; Maandag ben ik verhinderd evenals dinsdag en dan is trouwens ook de kans verkeken. Als dat gebeurt dan moet u er ook maar de gevolgen van dragen; ik heb in deze mijn plicht gedaan. Zenden; Ik stel voor dat huis eens te gaan inzien, bv morgen en dan kunnen we toch ook besluiten. Voorzitter; Neen, dat kan niet; buiten de vergadering hebben we geen bevoegdheid en op zondag zal ik geen huis gaan inzien en 65
zeker niet vergaderen. Ik heb het gezien, het is heel geschikt voor het beoogde doel. Wilt u het inzien dan kunnen we dat ook nog doen; ik zal dan den eigenaar laten roepen. U behoeft toch zeker de andere heren raadsleden niet meer daarvan te raadplegen en kunt toch wel zelfstandig handelen. Haan; is het huis ook voorzien van electrisch licht? Dat moet de eigenaar toch in ieder geval laten aanbrengen. Voorzitter; De binnenleiding is er dat weet ik, de aansluiting is gauw gemaakt; de verlichting kan verder geschieden zoals ze thans in dit gebouw plaats heeft. Haan; Ik stel voor niet te beslissen vóór maandag. Voorzitter; Dan moet u zonder mij vergaderen; ik heb reeds gezegd dat ik dien dag verhinderd ben en dan heeft het ook geen doel meer omdat hoogstwaarschijnlijk het huis dan verhuurd is. Zenden; Dan verlaat ik de vergadering. Voorzitter; Goed, dat laat mij koud; U hebt echter een aardige maniet om de belangen der gemeente te behartigen. Wij kunnen ook met twee beslissen. Haan; Ik stem toe dat het huis van L. Silvertand gehuurd wordt tegen fl. 45,- per maand, mits de eigenaar het electrisch licht late aanleggen op zijn kosten. Burgemeester en Wethouders besluiten dan met twee stemmen tegen een, het bovenomschreven huis van L. Silvertand bevattende 5 kamers te huren van maand tot maand ingaande 16 october 1923, tegen een huur van fl. 45,- per maand en onder voorwaarde dat de electrische lichtleiding door de eigenaar moet worden aangelegd. Daarna wordt de vergadering door de burgemeester gesloten. In de vergadering van Burgemeester en wethouders van 4 juni 1926 51 komt aan de orde dat J. Collaris heeft verzocht een vergunning tot het leggen van een stoep vóór diens woning Kerkstraat 15a. B en W verleenen de vergunning; de opzichter zal echter de aanwijzing ter plaatse moeten doen. Op 12 november 1928 is een vergadering van Burgemeester en Wethouders 52 gehouden. Hierin wordt besproken de aanleg van goten en trottoirs in de Kerkstraat. Een rapport van de opzichter omtrent het leggen van trottoirs en goten in de Kerkstraat, speciaal wat betreft die werkzaamheden vóór de eigendommen 66
van J. Collaris en P. Reumkens staat aan die werkzaamheden ten grondslag. Naar aanleiding van dat rapport besluiten B en W vóór de woning van J. Collaris het trottoir te leggen tot aan de woning en de opvaart langs de woning als volgt te maken. Tot aan de rooilijn met goede keien en daarachter gelijk met de woning met de oude keien van Collaris. Vóór de woning van P. Reumkens zal men tot het trottoir leggen ofschoon Reumkens zich nog niet wil verplichten het voor openbaar gebruik af te staan. Het betreft hier de woning van J. Collaris gelegen aan de Kerkstraat 33. Voor al deze zaken moest opa over het jaar 1928 voor perceel B 3456, plaatselijk bekend als Kerkstraat 17 als belastingplichtige betalen; Belastbare huurwaarde 450,-, te heffen percentage voor bestrating kiezel 1 % en verlichting ½ %, aanslag 6,75. Deze aanslagen worden daarna jaarlijks herhaald en zullen niet meer aangehaald worden. Ook hier is buiten timmerwerkplaats, zagerij en huizenbouwerij ook nog geld te maken met andere zaken. De zoon van Opa Gustaf Albert is in Noord-Limburg in opleiding voor rozenkweker en tuinier. In die hoedanigheid heeft hij veel te maken met het kweken van onder andere bomen. In de vergadering van burgemeester en wethouders van 4 april 1931 53 wordt onder andere het onderwerp beplanting behandeld. Er is een offerte ingediend door J. Collaris alhier voor de levering van lindeboompjes, te planten bij het kruis aan den Waubacherweg. Die boompjes kosten per stuk fl. 6,50. B en W besluiten deze boompjes nu niet te bestellen, omdat de planttijd voorbij is. In de vergadering van 15 december 1931 van B en W te Nieuwenhagen 54 komen wederom lindeboompjes onder de hamer. Er moeten lindebomen geleverd worden voor pleinen. B en W openen de inschrijvingsbiljetten voor de levering van lindeboompjes voor diverse pleinen. a. P Peschen te Eijgelshoven, omtrek 14-16 fl. 4,50 en omtrek 18-21 fl. 8,00 b. L. Everdijk te Biezelingen, omtrek 15-17 fl. 4,50 en omtrek 17-20 fl. 10,50
67
c. J. Collaris alhier, omtrek 10-12 fl. 3,60 en omtrek 1820 fl. 4,25 en 5,10. Aangezien het geheel moeilijk is de boompjes zoo te koopen, besluiten B en W den burgemeester te machtigen de door J. Collaris geoffreerde boompjes, welke in een kweekerij te Tegelen te groeien staan, te gaan bezien en een goede kwaliteit te bestellen. In de vergadering van 23 december 1931 van B en W 55 deelt de burgemeester onder punt 8 mee dat hij in Tegelen is geweest om de door J. Collaris geoffreerde lindeboompjes te zien. Hij beveelt aan de boompjes van 12-14 cm omvang voor den prijs van fl. 4,25 per stuk; deze zijn van goede kwaliteit. B en W besluiten dan bij J. Collaris te bestellen genoemde boompjes; 4 stuks platgesnoeide en 16 stuks gewoon gesnoeide. Tijdens een vergadering van B en W van 13 januari 1932 komen nogal wat zaken op tafel die betrekking hebben op de Gatestraat. Bij de werkzaamheden staat een grote boom in de weg. Door G. Konsten wordt gevraagd of er nog geen koper voor die boom is van ma. Pelzer. De opzichter antwoordt dat Collaris eerst fl 65,- wilde geven doch dat hij thans niet meer dan fl. 40,- wil betalen. Er worden nu eerst nog andere houtkooplieden aangeschreven. Op 27 januari 1932 komt die boom wederom aan bod in de vergadering van B en W 56 . Onder punt 25 wordt de vergoeding van boomen behandeld bij het verbreden van de Gatestraat. De opzichter deelt mee, dat J. Collaris het hoogste bod heeft gedaan voor de eik, welke in het weiland van Ma. Pelzer in de Gatestraat moet gekapt worden tot verbreding van de weg. Hij biedt fl. 40,terwijl Ma. Pelzer fl. 65,- gevraagd heeft. Teneinde de uitvoering van het werk en de werkverschaffing niet onnodig stop te zetten, ware het beter het verschil van fl. 25,- aan Ma. Pelzer uit de gemeentekas bij te betalen. B en W besluiten het bedrag van fl. 25,- aan Ma. Pelzer uit de gemeentekas te betalen. Dat opa inmiddels een naam opgebouwd heeft met zijn boompjes blijkt uit het feit dat in de vergadering van B en w van 1 augustus 1933 besloten wordt van opa 5 lindeboompjes te kopen voor beplanting van het plein bij de O.L. school en het Dr. Nolensplein. Hier is geen uitvraag voor gedaan. Men naam aan dat de boompjes bij opa toch het goedkoops waren. 68
In juli 1933 worden de plannen van opa werkelijkheid om in het pand Heigank 33, achter de winkel een bakkerij in te richten. Zijn twee zoons zouden in deze bakkerij werk vinden. Op 1 augustus 1933 wordt bij B en W te Nieuwenhagen het verzoek gedaan. Hiertoe worden de aanvraag, de bijbehorende beschrijving en de betrokken tekeningen bij B en W ingediend. Het schrijven 57 begint met het verzoek; Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der gemeente Nieuwenhagen. De ondergetekende Jos. Collaris, Kerkstraat Nieuwenhagen verzoekt U hem krachtens de Hinderwet vergunning te verleenen tot het inrichten van een bakkerij met bakoven en het plaatsen van een electro motor met kneedmachine op/in het perceel, kadastraal bekend gemeente Nieuwenhagen, sectie B no. 3456, gelegen aan de Kerkstraat 33. Ingevolge het bepaalde bij art. 5 der genoemde wet wordt hierbij overlegd: 1. een nauwkeurige beschrijving in drievoud, van de plaats waar voormelde inrichting zal worden gesteld, enz; 2. een plattegrondteekening, in drievoud, op een schaal van 1 op 100, aanduidende de uit- en inwendige samenstelling der inrichting met toebehooren en 3. aanduidende de gebouwen of lokalen, bestemd tot ziekenverpleging, uitoefening van den openbaren eeredienst of scholen, binnen een kring van twee honderd meter van het gebouw of lokaal der inrichting gelegen; 4. een verklaring, dat de inrichting zal zijn een/niet zal zijn een fabriek of werkplaats in den zin der Veiligheidswet. Nieuwenhagen, 1 augustus 1933 w.g. J. Collaris Bijgevoegd is een beschrijving 58 : Behorende bij het verzoek van Jos Collaris, Kerkstraat Nieuwenhagen d.d. 1 augustus 1933 om vergunning tot het inrichten van een bakkerij met oven en het plaatsen van een electro motor met kneedmachine. Plaats, waar de inrichting zal worden gesteld. Gemeente Nieuwenhagen, sectie B no. 3456 gelegen aan de Kerkstraat no. 33. Onmiddellijk grenzende aan ten noorden aan perceel 69
no. 3455, ten oosten aan perceel no. 1799 en 2900, ten zuiden aan perceel no. 3642 en ten westen aan de Kerkstraat 33. Opgaaf van hetgeen in de inrichting zal worden verricht, vervaardigd of verzameld. In de inrichting wordt het bakkersbedrijf verricht. Beweegkracht, welke zal worden aangewend. Een 3 PK electro motor. Verdere mededeelingen. Schoorsteen lang 8.50 m. Nieuwenhagen 1 augustus 1933 w.g. J. Collaris Tevens werden hierbij gevoegd de benodigde tekeningen waar zowel de bakkerij als het elektronische gedeelte van de elektromotor op vermeld stonden. De bedoelde tekeningen zullen hierna in zijn geheel afgebeeld worden.
70
71
In de vergadering van Burgemeester en Wethouders van 4 augustus 1933 59 wordt de aanvraag van opa behandeld. Het betreft de Hinderwet Bakkerij J. Collaris.
72
J. Collaris Kerkstraat 33 alhier, vraagt onder overlegging van de vereischte stukken, vergunning ingevolge de Hinderwet tot oprichting van een bakkerij met elect. Motor van 3 p.k. op het perceel, sectie B.No.3456, plaatselijk bekend Kerkstraat 33. B en W besluiten het ter openbare kennis te brengen. De noodige stukken naar de arbeidsinspectie te Maastricht te zenden en bepalen de zijner aanhooren van bezwaren op 23 augustus a.s. Op 7 augustus daaropvolgend worden bovenvermelde 60 ter openbare kennis brenging in de daarvoor bestemde kast uitgehangen. De inhoud was; Hinderwet Burgemeester en wethouders van Nieuwenhagen brengen hierbij ter openbare kennis, dat ter gemeentesecretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlage van J. Collaris, wonende Kerkstraat 33 alhier om vergunning tot oprichting van een bakkerij op het perceel kadastraal bekend gemeente Nieuwenhagen sectie B no. 3456, plaatselijke gemerkt Kerkstraat 33. Op woensdag 23 augustus 1933, 4.30 nm zal ter gemeente secretarie alhier gelegenheid worden gegeven om bezwaren in te dienen tegen de inwilliging van het verzoek en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Zoowel de verzoeker, als zij die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen vóór het bovenvermeld tijdstip ter gemeente secretarie kennis nemen van de terzake ingekomen schrifturen. Nieuwenhagen, 7 augustus 1933. Namens B en W de secretaris w.g. Gezamenlijk hiermee wordt aan B en W kenbaar gemaakt wanneer eerder genoemde mogelijkheid tot bezwaar gehouden zal worden. Op 7 augustus 1933 wordt tevens verstuurd door B en W van Nieuwenhagen aan: Wed. W. Loyson, Wed. J. Dedroeg en het R.K. Kerkbestuur “Maria Hulp der Christenen” een brief 61 met de inhoud: Wij brengen hierbij te Uwer kennis, dat door J. Collaris alhier bij ons is ingediend een verzoek met bijlagen om vergunning tot oprichten van een bakkerij met electrische beweegkracht op perceel, kadastraal bekend gemeente Nieuwenhagen, sectie B no. 3456, plaatselijk gemerkt Kerkstraat 33. 73
Op woensdag 23 augustus a.s. des nm 4.30 uur, zal voor U gelegenheid bestaan om bezwaren tegen het verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Hiertoe zullen wij op dien dag zitting houden in het raadhuis. Van het verzoekschrift met bijlagen kan terstond inzage worden genomen, terwijl U van te dezer zake ingekomen schrifturen drei dagen voor den hierboven aangegeven dag op de secretarie dezer gemeente kunt kennis nemen. B en W . Gelijk met bovenstaande brief wordt ook de brief aan de arbeidsinspectie verstuurd met de mededeling van het verzoek van opa. In de vergadering van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nieuwenhagen op 9 augustus 1933 62 wordt onder 4 behandeld de aanvraag van een bouwvergunnung van J. Collaris. Het betreft een verzoek van J. Collaris om een vergunning tot het bouwen van een bakkerij, op het perceel Sectie B. no. 3456, gelegen aan de Kerkstraat (Kerkstraat 33). Het besluit in deze was dat op advies van de gemeenteopzichter de gevraagde vergunning wordt verleend. In de vergadering van B. en W. te Nieuwenhagen 63 op 23 augustus 1933 wordt als laatste de Hinderwet behandeld. In de notulen staat dat Burgemeester en Wethouders ten slotte over gaan tot het houden der zitting voor het aanhooren van bezwaren tegen de door J. Collaris alhier gevraagde vergunning tot het oprichten van een bakkerij, op het perceel Kerkstraat 33. Er waren geen bezwaren ingediend. Besloten wordt hiervan proces-verbaal op te maken en een afschrift hiervan te zenden aan het districtshoofd der Arbeidsinspectie te Maastricht. Omdat op 19 september nog steeds geen oordeel van de arbeidsinspectie bij de gemeentesecretaris binnen is, deelt deze B en W mede, dat ingevolge de bepalingen van de Hinderwet vóór 23 september een beslissing moet worden genomen op het verzoek van J. Collaris. Hij stelt B en W voor een besluit tot verdaging der beslissing te nemen. In de vergadering van B en W te Nieuwenhagen op 20 september 1933 64 is onder 11 opgenomen Vergunning Hinderwet J. Collaris.
74
Mededeeling van den gemeente-secretaris dat het advies van de Arbeidsinspectie over het verzoek van J. Collaris tot het oprichten van een bakkerij, nog niet is binnengekomen, zoodat een besluit tot verdaging moet worden genomen. B. en W. besluiten hun beslissing op het verzoek van J. Collaris te verdagen. Op 20 september 1933 komt bij B en W te Nieuwenhagen een brief binnen van de arbeidsinspectie te Maastricht 65 . Hierin staat gesteld; Ter voldoening aan het bepaalde bij art, 7 bis, 2e alinea der Hinderwet en in verband met de krachtens art. 6ter dier wet verkregen inlichtingen, deel ik Uw college mede, dat voor zoover mij thans kan blijken uit de mij op 7 augustus 1933 overlegde stukken, naar mijn oordeel de door J. Collaris op te richten bakkerij, op het perceel, gelegen te Nieuwenhagen, Kerkstraat 33, kadastraal bekend gemeente Nieuwenhagen, sectie B no. 3456, zal voldoen aan de eischen krachtens art. 6 der Veiligheidswet gesteld. De hoofdinspecteur der arbeidsinspectie w.g. In de vergadering van B en W te Nieuwenhagen op 29 september 1933 66 wordt het volgende genotuleerd. Aanvraag hinderwet. Oprichting bakkerij J. Collaris. Mededeeling van den Hoofdinspecteur van den Arbeid te Maastricht, dat naar zijn oordeel de door J. Collaris op te richten bakkerij op het perceel Kerkstraat 33 zal voldoen aan de eischen krachtens art. 6 der Veiligheidswet gesteld. Besloten wordt omdat er geen bezwaren meer bestaan tegen het verlenen der vergunning, wordt besloten de door J. Collaris gevraagde vergunning tot oprichting der bakkerij, te verlenen. Op 29 september 1933 wordt definitief het besluit genomen dat de bakkerij er mag komen. Onderstaand wordt de vergunning in zijn geheel opgenomen. Opa moest wel nog even f. 5,- betalen aan de gemeente. Dit is de eerste keer dat ik tegen kom dat er iets voor een vergunning betaald moet worden.
75
76
Ook deze bouwwerkzaamheden werden natuurlijk door opa zelf uitgevoerd. Onderstaande foto laat zien hoe de achterbouw van de bakkerij er deels uitzag (Links). Het raam rechts is het raam van de keuken aan de achterzijde van het huis. De man op de foto achter de eerste rij is opa.
In oktober wordt dan door opa de eerste automobiel aangeschaft. Dit was ten dienste van de bakkerij. Op 7 oktober 1933 wordt door de commissaris der Koningin van de provincie Limburg een nummerbewijs voor motorrijtuig volgens de motor- en rijwielwet afgegeven aan Collaris, Leonard Joseph wonende te Nieuwenhagen, Kerkstraat 33 met volgnummer 23467 en letter P.
77
Onderstaande foto laat de auto zien met daarvoor links een knecht, in het midden zoon Albert en rechts zoon Hein.
78
Dat opa zich nog steeds niet alleen met houtbewerking en bakkerijzaken bezig hield blijkt uit onderstaand bericht in de vergadering van B en W te Nieuwenhagen 67 . In de vergadering van burgemeester en wethouders van 6 maart 1935 wordt onder punt 13-4-6 een aanbesteding behandeld. Het betreft een aanbesteding voor de levering van 2 lindeboompjes. Ingeschreven werd als volgt: J. Vaessen, Hoogstraat 46 alhier voor den prijs van F. 1,20 per stuk. J. Collaris, kerkstraat alhier voor den prijs van F. 1,75 per stuk. Wethouder Haan merkt hierna op dat J. Vaessen thans geen zaak meer heeft en dat hem de levering dus niet gegund kan worden. B & W besluiten de levering te gunnen aan J. Collaris voor de totaalprijs van F. 3,50. Het bakkerijverhaal van Kerkstraat 33 is nog niet van de baan. Zoals in onderstaand bericht staat. In de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwenhagen van 14 augustus 1935 wordt onder punt 33-0-2. behandeld een hinderwet geval. Bij het schrijven van 7 augustus jl. brengt de opzichter van gemeentewerken een rapport uit betreffende den toestand van den schoorsteen van de bakkerij van J. Collaris, kerkstraat 33, alhier. Uit dit rapport blijkt dat deze schoorsteen te laag is, waardoor rookneerslag ontstaat waarvan de naastgelegen perceelen hinder ondervinden. Deze schoorsteen moet 3 meter hooger worden gebouwd, deze voorwaarde werd ook opgenomen in de Hinderwetvergunning verleend aan J. Collaris op 29 september 1933. In december 1935 moet er een aanbesteding gedaan worden voor de beplanting van de Raadhuisstraat. Ook opa heeft hierop ingeschreven. In de vergadering van Burgemeester en wethouders van 5 december 1935 68 wordt deze aanbesteding behandeld. B en W gaan over tot opening van de ingeleverde inschrijvingsbiljetten voor de levering van 146 bol-acacia’s voor de beplanting van de Raadhuisstraat. Er zijn geen gegadigden aanwezig. Ingeschreven hebben: 1. J.H. Faessen te Tegelen voor fl. 0,75 per stuk van 10-12 cm omvang; 2. 2. H. Peters alhier, voor fl. 1,- per stuk van 10-12 cm omvang;
79
3. 3. J. Collaris alhier, voor fl 0,89 per stuk van 10-12 cm omvang en 4. L. Eversdijk te Goes voor fl. 0,65 per stuk van 10-12 cm omvang. Aangezien uit de offerte van Faessen en Eversdijk niet duidelijk blijkt of boomen met 2 of driejarige kroon voor de opgegeven prijzen geleverd worden, besluiten B en W een boompje bij wijze van proef bij beiden te bestellen alvorens te beslissen omtrent de gunning van de heele hoeveelheid. Opa is dus deze keer buiten de boot gevallen. In het cohier op de straatbelastingen, gebouwde en ongebouwde eigendommen van 1935 staan de volgende gegevens opgenomen: Artikel van het cohier 1110, belastingplichtige J. Collaris, Kerkstraat 33, Nieuwenhagen, adres, Kerkstraat legger artikel 2736, ligging der percelen sectie B no. 1799, belastbare opbrengst a.fl. 102,76, verschuldigde belasting ingevolge de heffingsverordening art. 7 eerste lid sub a.; a 5% fl 5,14, d 2% 2,04, 2 ½ % 2,57, 1 ½ % 1,53, 1 ½ % 1,53, totaal bedrag der belasting 12,81. Artikel van het cohier 1109, belastingplichtige J. Collaris, Kerkstraat 33, Nieuwenhagen, adres, Kerkstraat legger artikel 2736, ligging der percelen sectie B no. 285 en 2142, belastbare opbrengst a.fl. 4,55 en b. 12,24, verschuldigde belasting ingevolge de heffingsverordening art. 7 eerste lid sub a.; a 5% fl 0,82, d 2% 0,32, 2 ½ % 0,41, 1 ½ % 0,25, totaal bedrag der belasting 1,80. Artikel van het cohier 1108, belastingplichtige J. Collaris, Kerkstraat 33, Nieuwenhagen, adres, Kerkstraat legger artikel 3161, ligging der percelen sectie B no. 284, belastbare opbrengst a.fl. 4,55, verschuldigde belasting ingevolge de heffingsverordening art. 7 eerste lid sub a.; a 5% fl 0,22, d 2% 0,09, 2 ½ % 0,11, 1 ½ % 0,07, totaal bedrag der belasting 0,49 Op 26 mei 1938 gebeurt dan in huize Collaris in de Kerkstraat 33 datgene waar niemand rekening mee had gehouden. Oma, Maria Anna MOONEN komt te overlijden. Op 30 mei 1938 is ze begraven op de begraafplaats van de parochie Maria Hulp der Christenen te Nieuwenhagen.
80
Het overlijden van oma moet opa een geweldige klap gegeven hebben. Alsof hij van dat moment met werken gestopt is, worden er verder geen zaken betreffende hem meer aangetroffen. De bakkerij wordt overgezet naar Kerkstraat 45 en zijn dochter Josefien runt de kruidenierswinkel verder in Kerkstraat 33. Hij zelf blijft nog bezig met zijn timmerwerkplaats en houtzagerij. Volgens zeggen heeft deze echter tijdens de oorlog stilgelegen en daarna weer opgestart. Vanaf de 50er jaren ligt de houtzagerij en timmerwerkplaats echter ook stil. Het enige dat opa dan nog doet is de fruitweides. Daar wordt in die jaren nog heel wat fruit geplukt. In 1962 als het met opa niet zo goed meer gaat en bedlegerig is geworden en tante fien de winkel ook niet meer zo goed kan bijhouden komen Jo en Trina Claessen, de zoon en schoondochter van opa’s oudste dochter Marie naar Nieuwenhagen en komen inwonen in het huis Kerkstraat 33. In
81
de vergadering van 19 juni 1962 van Burgemeester en Wethouders van Nieuwenhagen komt onder het hoofdstuk Huisvesting het verzoek aan de orde van J.H. Claessen, Kerkstraat 33 alhier, om vestigingsvergunning voor voormeld pand. B en W besluiten de vergunning te verlenen. Op 13 juli 1962 wordt door/namens het gemeentebestuur door Burgemeester Vrouwenraets een voorlopige koopakte 69 opgemaakt voor een stuk grond dat gelegen is voor de winkel en de oprit van het huis Kerkstraat 33. Deze grond is nodig om de trottoir van de Kerkstraat uit te breiden. Het betreft hier een stuk grond van 72 m2 waarvoor een vergoeding gegeven wordt van fl. 92,- inclusief fl.20,- voor de 2 bomen die er staan en het rooien daarvan. De voorlopige koopakte wordt ondertekend door opa, zijn vier kinderen en de 3 aangetrouwden. Tevens wordt op 10 oktober vanuit B en W het gehele verhaal aankoop grond verwoord naar de gemeenteraad, die aldaar toestemming voor moet geven. De bijgevoegde tekening waarop wordt aangegeven welke grond noodzakelijk is te kopen wordt hieronder weergegeven.
82
Door de gemeenteraad wordt het verzoek van B en W met enkele wijzigingen, niet aangaande opa, aangenomen in de gemeenteraadsvergadering 70 van 17 oktober 1962.
83
In de vergadering van B en W van 28 november 1962 wordt het verzoek van J. Collaris behandeld. Het gaat om een premie voor woningverbetering. J Collaris, Kerkstraat 33 alhier, verzoek om beschikbaarstelling van een premie ingevolge de premieregeling woningverbetering/-splitsing 1953. B en W besluit het verzoek te bevorderen bij de volkshuisvesting.
Dit is het huis Kerkstraat 33 zoals het er in de jaren rond 1945 uitzag. Rechts op de foto is tante Fien de jongste dochter van opa.
84
Nieuwenhagen, zagerij achter huis Heigank 33. Hoe opa aan de grond is gekomen waarop de houtzagerij geplaatst is, wordt uitvoerig beschreven in het hoofdstuk “Overige grondstukken”. Uit alle gegevens blijkt dat de werkplaats/zagerij welke stond achter het huis in de Heigank 45 al snel te klein werd. Wanneer het gebouw van de houtzagerij achter Heigank 33 precies gebouwd is wordt in de stukken niet duidelijk. Dat in 1919 begonnen wordt met het omzetten van de machinerieën van Heigank 45 naar Heigank 43 wordt wel duidelijk. Door L.J. Collaris wordt op 9 september 1919 een aanvraag ingediend bij B en W van de gemeente Nieuwenhagen 71 . De aanvraag houdt het volgende in; Ondergetekende L.J. Collaris verzoekt beleefd onder overlegging der daarvoor vereischte stukken om vergunning tot het plaatsen van een Hornsby-Stockport Benzine motor en een horizontale boomzaagmachine op het perceel gemeente Nieuwenhagen sectie B no. 1799. Volgens deze brief zijn 4 bijlagen bijgevoegd. Nl. 1. Verklaring behorende bij de aanvraag van L.J. Collaris tot het plaatsen van een Hornsby-Stockport benzine motor van 15 PK en een horizontale boomzaagmachine. Ondergetekende verklaart bij deze dat de inrichting zal zijn in den zin der Veiligheidswet en voornemens op te richten op perceel no. 1799 sectie B van de gemeente Nieuwenhagen. 2. Beschrijving behorende bij de aanvrage van L.J. Collaris tot het plaatsen van bovengenoemde motor en zaag. Deze wordt geplaatst ten dienste van een houtzagerij. Bedoelde motor wordt geplaatst in een steenen gebouw met pannen gedakt op een steenen fundering. De afgewerkte gassen van de bedoelde motor zullen tot buiten het gebouw worden afgevoerd. 3. Uitreksel uit de kadastrale leggers, behorende bij de aanvraag van L.J. Collaris tot het plaatsen van genoemde motor en zaag. Ondergetekende verklaart bij deze dat binnen een kring van twee honderd meter van de inrichting waarin de zaag en motor geplaatst worden op het perceel sectie B no. 1799 gemeente Nieuwenhagen zich bevind de openbare school no.1 en wel op sectie B no. 2847.
85
Tevens wordt melding gemaakt van het indienen van tekeningen van het gebouw en de plaatsing van motor en zaag. De tekening van het plaatsen van de motor en de boomzaag wordt hieronder geplaatst.
Op 27 september wordt door B en W van de gemeente Nieuwenhagen de benodigde formulieren opgemaakt en gepubliceerd in de daarvoor bestemde kast bij het gemeentehuis. Het betreft de aanvraag van opa voor de inrichting welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Gesteld wordt dat B en W der gemeente Nieuwenhagen ter openbare kennis brengen dat ter gemeentesecretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen van Jos. Collaris, schrijnwerker alhier om vergunning tot het plaatsen van een Hornsby-Stockport benzine motor en van een horizontale boomzaagmachine in een gebouw gelegen op het perceel kadastraal bekend in sectie B no. 1799. 86
Op vrijdag den 17 october 1919 des namiddags te 2 – 4 uren, zal ten raadhuize gelegenheid bestaan om bezwaren tegen dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Zoowel de verzoeker als zij die bezwaren hebben kunnen gedurende drie dagen vóór bovengenoemde tijdstip op de secretarie der gemeente kennis nemen van de ter zake ingekomen schrifturen. De burgemeester en wethouders voornoemd. Op die zelfde dag wordt in de vergadering van B en W72 bepaald dat voor wat betreft de Hinderwet de vergunning J. Collaris tot plaatsen van een benzine motor met boomzaag binnen 100 meter van o.l. school I, B en W geen bezwaar tegen de vergunning hebben. Het geraas van de motor wordt zoodoende gedempt, dat het geven van onderwijs niet daardoor zal verstoord worden. Van het verhandelde in de openbare zitting is proces-verbaal opgemaakt. Naar aanleiding van de publicatie van de voorgenomen plaatsing van de motor en zaag worden drie bezwaarschriften ingediend. Bij het behandeling tijdens de zitting komen ze alle drie aan bod. Het proces-verbaal 73 van de zitting wordt als volgt opgesteld: Hinderwet. Proces-verbaal Op heden den zeventienden der maand october van het jaar 1919 des namiddags te twee uur, is door ons burgemeester en wethouders der gemeente Nieuwenhagen in het gemeentehuis zitting genomen om, ter voldoening aan art. 7 der Hinderwet en naar aanleiding van de volgens artikel 6 dier Wet gedane openbare en bijzondere kennisgevingen, in dato 4 october 1919, gelegenheid te geven tot het inbrengen van bezwaren tegen de inwilliging van het verzoek van J.L. Collaris, timmerman alhier, om vergunning tot het plaatsen van een Hornsby-Stockport benzine motor en van eene horizontale boomzaagmachine in een gebouw gelegen op het perceel kadastraal bekend Gemeente Nieuwenhagen, Sectie B no. 1799. Voor deze zaak verscheen: 1. De heer J. Dedroeg, winkelier, wiens huis en landeryen op circa 40 meter afstand van het gebouw J. Collaris zijn gelegen, die verklaart vergoeding te verlangen van den aanvrager voor alle schade, welke later eventueel zal veroorzaakt worden aan zijn landeryen en huis, en vooral de 87
verhooging van bransassurantiepremie, door de inrichting, waarvoor vergunning wordt gevraagd. 2. De heer L. Silvertand, van beroep bouwkundig opzichter en caféhouder alhier wiens huis en landeryen op circa 90 meter afstand van de inrichting J. Collaris gelegen zijn, die verklaart te verlangen, dat de meerder assurantiepremie, welke tengevolge der plaatsing van den benzinemotor van hem zal gevergd worden voor zijne nabystaande gebouwen, door J. Collaris zal moeten worden betaald evenals voor de nog te plaatsen gebouwen op zijn eigendom evenals alle andere schade, welke eventueel aan zyne gebouwen en andere eigendommen door het verleenen der gevraagde vergunning zal kunnen worden veroorzaakt. 3. De heer W. Loyson, houder van een magazijn in bouwmaterialen wiens gebouwen zijn gelegen op een afstand van circa 7 a 8 meter van de inrichting Collaris, die verklaart te verlangen, dat de meerdere assurantiepremie, welke tengevolge der plaatsing van een benzine motor van hem zal gevergd worden voor zyne nabystaande gebouwen of nog te plaatsen gebouwen, evenals alle andere schade, welke eventueel aan zyne gebouwen en andere eigendommen door het verleenen van de gevraagde vergunning zal kunnen worden veroorzaakt. De burgemeester en Wethouders adviseren de gevraagde vergunning te verleenen. Vreemd in deze zaak is nu dat de ondertekening alleen door de secretaris is gedaan en niet door de een bezwaar indienende burgemeester terwijl wel staat vermeld dat hij adviseert de gevraagde vergunning te verleenen. Op 20 october 1919 wordt door de arbeidsinspectie een brief 74 naar het gemeentebestuur gestuurd met daarin de mededeling dat er volgens de Hinderwet/Veiligheidswet geen bezwaar is voor het afgeven van de vergunning. Dat het afgeven van de vergunning bij de een of de ander niet lekker zat blijkt uit het antwoord dat B en W geeft op een brief van de arbeidsinspectie waarin gesteld wordt dat de aangedragen bezwaren geen reden zijn de vergunning niet af te geven. Burgemeester en Wethouders antwoordt op 25 october 1919 als volgt op die brief 75 . Onderwerp Hinderwetaanvrage J. Collaris.
88
Wij hebben de eer hiermede de ontvangst te berichten van Uw schrijven van 21 october 1919 no. 2547/205 L., houdende een concept van voorwaarden in verband met de aanvrage van J. Collaris. Het was geenszins onze bedoeling de vergunning te weigeren naar aanleiding der ingediende bezwaren. Nochtans is het niet te ontkennen, dat de aanwezigheid van een benzine motor als eene zeer gevaarlijke belending kan beschouwd worden voor de omliggende gebouwen en vooral voor een magazijn in hout en bouwmaterialen. Ons college heeft dan ook gemeend aan den concessionaris de in uw concept vervatte voorwaarden bij het veleenen der vergunning te moeten opleggen. U gelieve een concept-akte-van-vergunning hierbij aan te treffen; na ontvangst der verklaring als bedoeld in artikel 12 bis, 3e lid der Hinderwet zullen wij de vergunning uitreiken. Burgemeester en wethouders. Frappant is nu ook weer dat het stuk alleen ondertekend is door de secretaris en niet door burgemeester W. Loyson. De arbeidsinspectie 76 antwoordt hierop dat de conceptvergunning verder geen wijziging behoefd en afgegeven kan worden. Vergadering van Burgemeester en Wethouders op 7 november 1919 77 . Onderwerp Hinderwet. Bij schrijven van 28 october j.l. no. 2595.H.205.h heeft de inspecteur van de Arbeid bepaald dat de inrichting Collaris (waarover in de vergadering van 17 oktober j.l.) aan de eischen der veiligheidswet voldoet en dat hij met de door B en W gestelde voorwaarden accoord gaat. Daarom besluiten B en W aan J. Collaris de gevraagde vergunning te verleenen onder de voorwaarden bij de vergunning omschreven. Hieronder in zijn geheel de afgegeven vergunning.
89
90
91
Dat hiermee het probleem opgelost was, bleek uit het feit dat in de vergadering van burgemeester en wethouders van 6 maart 1920 waarbij bij de ingekomen stukken staat vermeld; Bij schrijven van 6 maart ll. Deelt J. Collaris mede dat hij vanaf 18 februari ll. Zijne houtzagerij met benzine motor heeft in bedrijf genomen. Het werk van opa bleef nog steeds komen. Of het nu groot werk of klein werk was, hij maakt het. Dit blijkt uit onderstaand verzoek.
92
De heer J. Hoenen uit Ten Esschen schrijft aan opa; Mijn Heer, Zoo uw tijd en gelegenheid heb, zout uw dan niet zoo goed willen zijn en mij wat ramen willen maken voor de bijen kasten. Dan komt ik ze het laatste van de week afhalen. Hoogachtent. Op de voorkant stond onderstaande afbeelding.
93
Van de houtzagerij zelf, zijn geen foto’s gevonden. Die foto’s die er wel iets mee te maken hebben, plaatsen we hieronder.
Hierboven zit tante Fien op de boomstammen bij de houtzagerij. De hele tuin achter Kerkstraat 33 lag zo ongeveer vol met boomstammen. Zelfs toen opa al lang gestopt was met de houtzagerij, lagen er nog bomen in de tuin.
94
Bovenstaande foto is gemaakt voor de houtzagerij. Links voor de houtzagerij was een poort die toegang gaf tot de boomgaarden die achter de huizen van de Kerkstraat door liepen.
95
Nieuwenhagen, Heigank 61. Op 30 maart 1920 wordt in het register van gevestigden van de gemeente Nieuwenhagen 78 ingeschreven: Cornelis BONGERS, geboren 23 oktober 1893 te Utrecht, van beroep Loodgieter (lood en zink werker), naar adres Putstraat 51 te Nieuwenhagen. Hij is afkomstig van Heerlen. Tevens wordt volgens dat register, op dat adres ingeschreven Leonie Maria de SMET, geboren op 25 oktober 1892 te Zuidzande, zonder beroep. Ook zij is afkomstig van Heerlen. Beiden worden als gehuwd ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Nieuwenhagen 79 . Zij zijn gehuwd op 3 juni 1919 te Oostburg. Op 9 september 1921 wordt het bouwland kadastraal bekend, gemeente Nieuwenhagen sectie B no. 2734, groot 8 are en 45 centiare, gemerkt gemeente Nieuwenhagen, Heiveldje gekocht door: Joseph COLLARIS, schrijnwerker, Nieuwenhagen en Cornelis BONGERS, zink en loodwerker, Nieuwenhagen. Opa wordt eigenaar voor 4 are en 31 centiare. Cornelis Bongers wordt eigenaar voor 4 are en 14 centiare. Een en ander wordt in de kadastrale legger opgenomen met art. nr. 3303. Onderstaand tekeningetje geeft aan hoe het stuk grond gelegen is.
96
Begin 1922 wordt het stuk bouwland sectie B nr. 2734 opgedeeld en krijgt elke eigenaar zijn eigen stuk grond. Ten behoeve van de deling wordt sectie B no. 2734 opgesplitst en krijgt twee nieuwe nummers. Het stuk grond van Cornelis Bongers, groot 4 are en 14 centiare krijgt het nummer Sectie B no. 3583 (nu Heigank 63). Ook de kadastrale legger wordt aangepast. De oude leggers worden afgesloten en er wordt voor ieder een aparte legger aangemaakt. De legger van Cornelis Bongers krijgt art. no. 3291. Het stuk grond wordt gemerkt als Nieuwenhagen, Groene weg Sectie B no. 3583. In juli 1921 wordt door C. Bongers een verzoek ingediend bij Burgemeester en Wethouders te Nieuwenhagen om op zijn stuk bouwland een huis te mogen bouwen. Het huis zou een inhoud krijgen van 445.00 m3, voorzien van een woonkamer, een kamer, een keuken en 4 slaapkamers. Een exacte tekening van dit huis is niet voorhanden. Wel vindt je hieronder een foto van dit huis zoals het in 2004 nog steeds staat.
Huis Heigank 63 zoals het in 2004 is. (Foto René Collaris)
97
We zullen ons verder niet met dit huis bezig houden. Het stuk grond van opa krijgt na de splitsing ook een nieuw nummer. Het wordt gemerkt als, gemeente Nieuwenhagen, sectie B no. 3584. Het is groot 4 are en 31 centiare en is nu Heigank 61. Omdat er van opa al een kadastrale legger voorhanden is, wordt dit daarbij ingeschreven. Deze legger blijft Art. nr. 2736. Hieronder een tekening hoe de grond in de nieuwe situatie ligt. Het rode is van C. Bongers en het blauwe van opa.
Op 31 december 1921 wordt bij de gemeente Nieuwenhagen een verzoek gedaan door opa tot het bouwen van onderstaand woonhuis. De bouwkosten worden beraamd op 5000 gulden. In vergadering van Burgemeester en Wethouders van 3 januari 1922 80 wordt bij de ingekomen stukken melding gemaakt van dit verzoek. Er is een brief van J. Collaris d.d. 31 december 1920. Hierin wordt gevraagd om een bouwpremie voor een woonhuis in de Kerkstraat onder indiening der vereischte stukken en plannen. 98
Omdat de stukken niet voldoen aan de Ministeriële voorschriften van 28 december ll worden ze ter wijziging naar de aanvrager teruggestuurd. Op 25 februari 1922 wordt wederom ingediend bij de Burgemeester en Wethouders der gemeente Nieuwenhagen 81 ; Ondergetekende geeft met verschuldigde eerbied te kennen Leonard Jozef Collaris, wonende te Nieuwenhagen Kerkstraat 19, dat hij voornemens is in hoedanigheid van eigenaar een woonhuis te bouwen op een perceel kadastraal bekend gemeente Nieuwenhagen sectie B no. 2734 aan de Kerkstraat, volgens bijgaande teekening en omschrijving, redenen waarom hij uw college beleefd verzoekt hem vergunning te willen verleenen tot het oprichten van bovengenoemd gebouw. De bouwkosten zullen bedragen 5000,- Gulden. Hoogachtend Uw Dw: Dn. Getekend L.J. Collaris Bij deze brief waren ook de bouwtekeningen en het bestek bijgevoegd. Hieronder worden ze afgebeeld.
99
100
101
102
Door opa wordt een verzoek in gediend, in aanmerking te komen voor een premie uit s’Rijks kas voor het bouwen van een woning. Dit verzoek wordt door hem op 25 februari 1922 gedaan. Naar aanleiding van het verzoek van opa, wordt dit behandeld in de vergadering van B en W op 3 februari 1922. Uittreksel uit de notulen der vergaderingen van Burgemeester en wethouders van Nieuwenhagen 82 . Door de burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwenhagen wordt besloten, gelet op het verzoek d.d. 25 februari l.l. van L.J. Collaris te Nieuwenhagen om premie uit s’Rijks kas ten behoeve van den bouw van één woning op een terrein gelegen in de gemeente Nieuwenhagen, kadastraal bekend Gemeente Nieuwenhagen Sectie B. No. 2734. Overwegende, dat de overlegde stukken, plannen, teekeningen, bestekken enz. voldoen aan de eischen der bouwverordening voor deze gemeente en aan de eischen gesteld by nadere beschikking van den Heer Minister van Arbeid in verband met het Kon. Besl. Van 8 November 1920, No. 29. Besloten wordt overeenkomstig de bepalingen van het Kon. Besl. Van 8 november 1920, No. 29 eene bouwpremie uit s’Rijks kas, berekend naar den maatstaf van F. 16,-- per m2 woningoppervlakte en naar een totaal van 125,75 m2 woningoppervlakte tot een maximum van Fl. 1200,-- per woning voorwaardelijk te verlenen aan L. J. Collaris voornoemd mits definitief goedkeuring van den Heer Minister van Arbeid en onder nader te bepalen voorwaarden. Aldus gedaan in de vergadering van burgemeester en wethouders van Nieuwenhagen van 3 februari 1922. In de vergadering van Burgemeester en Wethouders van Nieuwenhagen d.d. 28 juli 1922 83 besluiten B en W de bouwvergunning voor een woonhuis te verleenen aan J. Collaris alhier, voor perceel sectie B no. 2734 in de Kerkstraat alhier. Tekening en bestek voldoen aan de eischen der bouwverordening. Op 28 september 1922 wordt namens de burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwenhagen aan de hoofdinspecteur van de volkshuisvesting te ’s Gravenhage kenbaar gemaakt dat opa met de bouw van het huis kadastraal
103
bekend onder nummer B 2734 waarvoor een premie van F. 600,is toegekend, is begonnen. Op 18 januari 1923 wordt naar de Heer Minister van Arbeid te ’s Gravenhage, door B en W 84 een brief gestuurd, waarin is gesteld dat B en W de eer hebben Uwe Excellentie hierbij te doen geworden de bij ons ingediende aanvraag van L.J. Collaris alhier, om betaalbaarstelling der hem verleende premie in den bouw eener woning in deze gemeente. Hierop heeft betrekking het besluit Uwer Excellentie, bekend gemaakt in de Nederl. Stcr. Van 28 en 29 Juli 1922, No. 146, volgnummer 196. Uit een ter plaatse ingesteld onderzoek is ons gebleken, dat aan alle eischen om betaalbaarstelling voldaan os; eene desbetreffende verklaring gaat hierbij. Wij verzoeken Uwe Excellentie beleefd de toegekende premie tot een bedrag van F. 600,- betaalbaar te willen stellen. Burgemeester en Wethouders van Nieuwenhagen. Hierbij wordt gevoegd een brief waarin gesteld is: Burgemeester en Wethouders van Nieuwenhagen verklaren in verband met de aanvraag om uitbetaling der toegekende premie aan L.J. Collaris alhier: 1. dat het huis glas- en waterdicht is en geheel overeenkomstig de bij de aanvraag overgelegde bescheiden is uitgevoerd. 2. dat aan alle vereischten, welke zijn gesteld in het bevoegsel tot de Nederl. Stcr. Van 28 en 29 juli 1922, No. 146, volgnummer 196, is voldaan. 3. dat de opgaaf van de te bedingen huur in hun bezit is, Zij verzoeken derhalve beleefd de premie tot een bedrag van F. 600,- betaalbaar te willen stellen. Burgemeester en Wethouders. De huur die voor dit huis gevraagd werd was f. 20,- per maand. Dat dit huis niet bestemd was om door opa en zijn gezin bewoond te worden, maar voor de verhuur, is wel duidelijk. Een Collaris heeft in dit huis nooit gewoond. Nadat dit huis in zijn geheel was afgebouwd, is het door opa verhuurd. In het huis is komen wonen:
104
Balthasar Joseph Hubert JANSSEN, geboren 6 februari 1893 te Nieuwenhagen, mijnopzichter bij de Laura, en Maria Magdalena RUMPEN, geboren op 17 april 1895 te Aken (Duitsland), zonder beroep. Beiden zijn gehuwd te Nieuwenhagen op 23 juni 1916. Na hun huwelijk zijn zij op 12 januari 1917 bij zijn ouders; Johan Jacobus Janssen, geboren 4-4-1852 te Nieuwenhagen, tuinier en Anna Maria Meijs, geboren 4-12-1858 te Ubach over Worms in gaan wonen. Die woonden toen aan de Heerenweg te Nieuwenhagen. Wanneer ze precies in het huis van opa zijn gaan wonen is niet helemaal duidelijk. Waarschijnlijk meteen toen het huis af was. Volgens de kadastrale legger van opa is het huis in 1925 verkocht. Balthasar Janssen heeft het huis toen gekocht. Hij is tot 1951 hoofdbewoner van dit huis geweest. Vermoedelijk is hij toen gestorven, omdat de wed. Janssen-Rumpen hierna hoofdbewoonster werd tot 6-1-1972. Hoe het verder in dit huis is gesteld geweest, zullen we in verband met het niet meer terzake doende zijn, niet verder onderzoeken. Het huis ziet in 2004 als volgt uit.
Foto huis Heigank 61 zoals het er in 2004 uitziet. (Foto René Collaris)
105
Zoals je kunt zien ziet het huis er, wat de voorgevel betreft, anders uit dan toen het in 1922 gebouwd werd.
106
Nieuwenhagen, overige landerijen. Sectie B nummer 2142. In 1919 koopt opa een stuk bouwland in de gemeente Nieuwenhagen sectie B no. 2142. Volgens de kadastrale legger is het stuk land gelegen in het Heiveldje en betreft het bouwland met hakhout en is groot 34 are en 40 centiare. Hij kocht het stuk grond van; Mathias Joseph RÖMKENS, geboren 29 juni 1880 te Nieuwenhagen en van Maria Hubertina Rosalia HUNTJENS, geboren 7 februari 1874 te Hulsberg, beiden zijn met elkaar gehuwd op 17 oktober 1905 te Hulsberg en wonen in het Heiveldje te Nieuwenhagen. Het stuk land is gelegen achter de huizen ter hoogte van Heigank 61. Thans zijn er de sportvelden van SVN gelegen.
Sectie kaart sectie B met omlijnd nummer 2142.
107
Sectie B nummer 285. In 1919 koopt opa een stuk bouwland in de gemeente Nieuwenhagen, sectie B nummer 285. Volgens de kadastrale legger was het stuk grond gelegen in het Heiveldje en betreft het een stuk bouwland groot 13 are. Hij kocht het stuk grond van: Albertus Jozef REUMKENS, geboren op 20 april 1869 te Nieuwenhagen, van beroep landbouwer en Maria Angelina VAESSEN, geboren op 18 december 1874 te Nieuwenhagen, zonder beroep. Beiden zijn met elkaar gehuwd op 17 februari 1898 te Nieuwenhagen en zijn wonende te Nieuwenhagen, Dorpstraat. Het stuk grond is gelegen achter de huizen, ter hoogte van Heigank 61. Ook hier zijn thans de voetbalvelden van SVN gelegen.
Sectie B met omlijnd nummer 285.
108
Sectie B nummer 2433. Op 18 februari 1919 koopt opa van Hendrik Joseph PELZER, landbouwer, gehuwd met Josephina MAAS, wonende te Ubach over Worms een stuk weiland in de gemeente Nieuwenhagen, bekend onder Sectie B nummer 2433. Dit stuk grond is groot 17 are en 95 centiare. Dit stuk weiland was gelegen aan de Heereweg ongeveer halverwege tussen de Kerkstraat en de Gatestraat. In 1924 heeft opa dit stuk weiland weer verkocht. Welke prijs hij ervoor gevangen heeft en aan wie het verkocht is, is niet teruggevonden.
Sectiekaart B met omlijnd sectie 2433.
109
Sectie B nummer 284. In 1920 koopt opa een stuk bouwland in de gemeente Nieuwenhagen, sectie B nummer 284. Volgens de kadastrale legger was het een stuk grond gelegen in het Heiveldje en betreft het bouwland groot 13 are. Hij heeft het gekocht van: Johan Joseph RÖMKENS, geboren op 3 oktober 1864 te Nieuwenhagen, van beroep brikkenbekker en Maria Elisabeth Hubertina REUMKENS, geboren op 5 mei 1861 te Nieuwenhagen, zonder beroep. Beiden zijn gehuwd op 25 mei 1894 en wonen te Nieuwenhagen in het Heiveldje later “gang”. Ook dit stuk grond is gelegen achter de huizen, ter hoogte van Heigank 61. Ook hierop zijn thans de voetbalvelden van SVN gelegen.
Sectiekaart B met omlijnd nummer 284.
110
Sectie B nummer 1799. In 1920 koopt opa een stuk grond in de gemeente Nieuwenhagen, sectie B nummer 1799. Volgens de kadastrale legger was het een stuk grond gelegen in de Dorpstraat (zo werd de Heigank toen ook wel genoemd) en betreft het bouwland groot 31 are en 90 centiare. Hij kocht het stuk grond van: De erven van; Anna Catharina HANSSEN weduwe van Hendrik Jos. BAUR en van kleinzoon Quirinus Willem Joseph BAUR (zoon van BAURGORISSEN). Ten tijde van de verkoop heeft een schoondochter het vruchtgebruik over het stuk grond. Te weten: Anna Catharina Hubertina GORISSEN, weduwe van Pieter Joseph BAUR. Het is onbekend of zij ook medeeigenaar was van het stuk grond. Ook dit stuk grond is gelegen achter de huizen, ter hoogte van Heigank 45. Er liggen nu deels de voetbalvelden van SVN op en deels het parkje achter Heigank 33. Op dit stuk grond heeft opa later de houtzagerij gebouwd. Zie hiervoor het betreffende hoofdstuk. Op de volgende pagina treft u de sectiekaart van deze sectie aan.
111
Sectiekaart B met omlijnd nummer 1799.
112
Nieuwenhagen, verkoop en overlijden. Het einde van de houtzagerij en de daaromheen liggende boomgaarden wordt in 1963 een feit. Gemeente Nieuwenhagen willen de stukken grond aankopen om het sportpark aan de Kerkstraat (thans Heigank) flink uit te breiden. Onderhandelingen worden echter flink bemoeilijkt omdat opa op dat moment al erg ziek is. Toch wordt de verkoop op 25 juli 1963 een feit. Op die datum wordt door de gemeenteraad goedgekeurd dat de percelen sectie B no. 284, 285, 2142 en ged. 4316, groot 92.60 are, voor de prijs van fl. 34.000,- incl. de vergoedingen verkocht worden. Hieronder het besluit en de betrokken tekening.
113
114
115
Op 24 december 1963 wordt door notaris E.C.C. Geraerts uit Nieuwenhagen een akte opgemaakt onder nummer 1813 waarin de eerder genoemde verkoop wordt bekrachtigd. Bij deze verkoop is opa niet meer aanwezig maar is een volmacht gegeven aan de kinderen. Hieronder het voorblad van de betreffende akte.
116
Opa blijft vervolgens in zijn ziekbed totdat hij op 12 september 1964 komt te overlijden op een leeftijd van 86 jaar. Opa wordt opgebaard in de kleine voorkamer in zijn woonhuis Heigank 33. Op 16 september 1964 wordt opa begraven door pastoor Meens op de begraafplaats van de parochie Maria Hulp der Christenen te Nieuwenhagen.
Opa is bijgezet in het graf waarin oma ook al gegraven lag. Hieronder een foto van het graf zoals het er in 2000 uitzag.
117
Graf van opa en oma zoals het in 2000 was. (Foto Harold Collaris).
118
Genealogische gegevens. Deze genealogische gegevens zullen uitgaan vanaf de ouders van opa. Opa’s broers en zussen zullen alleen genoemd worden met eigen en aangetrouwde gegevens en verder zullen vanaf opa alle bekende gegevens vermeld worden van de COLLARISnaamdragers. 1. Jan COLLARIS, landbouwer, werkman, geboren op 17 december 1838 om 08.00 uur te Beersdal gemeente Heerlen, overleden op 29 oktober 1902 te Nuth. Zoon van Jan Hendrik CLARIS en Joanna Catharina BRULS. Hij is op 2 oktober 1861 te Nuth gehuwd met; 2. Maria Hubertina BRANDS, huishoudster, werkvrouw, geboren op 24 april 1841 om 09.00 uur te Nierhoven gemeente Nuth, overleden op 29 oktober 1902 te Nuth. Zij was dochter van Jan Mathijs BRANDS en Anna Elisabeth HAMERS. Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren. 1. Jan Hendrik Hubert COLLARIS, geboren op 23 juni 1862 om 14.00 uur te Nuth, in de leeftijd van 5 dagen oud overleden op 28 juni 1862 om 06.00 uur te Nuth. 2. Maria Hubertina Elisabeth COLLARIS, geboren op 23 april 1863 om 04.00 uur te Nuth en overleden op 10 mei 1899 te Nuth. Zij is op 20 november 1890 te Nuth gehuwd met; Joannes DRUMMEN, meubelmaker, geboren op 30 juni 1855 te Nuth en gestorven op 20 december 1938 in Nuth. 3. Jan Mathijs Joseph COLLARIS, winkelier, tuinier, koetsier, geboren op 12 december 1864 om 07.00 uur te Nuth, overleden op 31 december 1913 te Kerkrade. Gehuwd op 5 mei 1899 te Kerkrade met Maria Josepha FRANSSEN, winkelierster, geboren op 23 maart 1878 te Kerkrade. 4. Jan Willem COLLARIS, landbouwer, houtzager, geboren op 28 oktober 1866 om 04.00 uur te Nuth, overleden op 6 maart 1917 om 03.00 uur te Heerlen, gehuwd op 18 oktober 1894 te Nuth met Maria Hubertina LIPSCH, dienstmeid, geboren op 1 augustus 1868 te Wylre, overleden op 14 oktober 1912 om 13.00 uur te Heerlen. 5. Jan Hendrik COLARIS, geboren op 28 september 1868 om 06.00 uur te Nuth, nooit gehuwd geweest, overleden op 11 oktober 1938 te Nuth.
119
6. Jan Hubert COLLARIS, geboren op 4 oktober 1870 om 16.00 uur te Nuth, in de leeftijd van 71 dagen oud overleden op 14 december 1870 te Nuth. 7. Jan Hubert Joseph COLLARIS, landbouwer, dienstknecht, geboren op 11 oktober 1871 om 05.00 uur te Nuth, overleden op 13 november 1958 te Nieuwenhagen, gehuwd op 14 november 1907 te Vaals met Anna Therese CRUTZEN, geboren op 8 april 1877 te Vaals, overleden op 16 september 1950 te Nieuwenhagen. 8. Maria Hubertina COLLARIS, geboren op 21 mei 1874 om 23.00 uur te Nuth, gehuwd met Albert OVERLOOP, wonende te Brussel, verdere gegevens nog onbekend. 9. Maria Josephina COLLARIS, zonder beroep, geboren op 30 juli 1875 om 05.00 uur te Nuth, overleden op 16 januari 1965 te Nieuwenhagen, gehuwd met Frans Josef Hubertus VAESSEN, landbouwer, geboren op 24 maart 1849 te Nieuwenhagen, overleden op 9 november 1936 te Nieuwenhagen. 10. Leonard Joseph COLLARIS (opa), timmerman, meubelmaker, bakker, houtzager, winkelier, geboren op 3 maart 1878 om 14.00 uur te Nuth, gedoopt op 3 maart 1878 te Nuth; doopgetuigen Leonardus Josephus COLLARIS, pro quo Hubertus HERMANS en Cornelia HAMERS pro quo Maria Catharina NIJSTEN, overleden op 12 september 1964 te Nieuwenhagen, begraven op 16 september 1964 op de RK begraafplaats van de parochie Maria Hulp der Christenen te Nieuwenhagen, gehuwd op 4 juli 1907 te Schimmert met Maria Anna MOONEN (oma), dienstmeid, geboren op 11 mei 1878 om 12.00 uur te Schimmert, overleden op 26 mei 1938 om 01.00 uur te Nieuwenhagen, begraven op 30 mei 1938 op de RK begraafplaats van de parochie Maria Hulp der Christenen te Nieuwenhagen. Zij was dochter van Wilhelmus MOONEN en Anna Hubertina LIMPENS. 11. Anna Maria COLLARIS, winkelierster, geboren op 26 november 1883 om 23.00 uur te Nuth, overleden op 19 april 1953 te Nuth, gehuwd op 15 november 1921 te Nuth met Henri Nicolas ROUSCHOP, bloemist, geboren op 24 oktober 1882, te Eijsden, overleden op 17 april 1941 te Nuth. Kinderen van de onder 10 genoemde opa en oma zijn worden hieronder aangegeven in de serie I:
120
I.1. Anna Maria (tante Marie) COLLARIS, zonder beroep, geboren op 10 april 1908 om 03.00 uur te Nieuwenhagen, overleden op 4 oktober 1992 te Brunssum, begraven op 9 oktober 1992 te Melick en Herkenbosch, gehuwd op 24 april 1939 te Melick en Herkenbosch met Leonardus Johannes (Ome Leo) CLAESSEN, geboren op 26 februari 1906 te Melick en Herkenbosch, overleden op 20 juni 1945 te Sittard. I.2. Maria Josefina Wilhelmina (tante Fien) COLLARIS, winkelierster, geboren op 20 juni 1909 om 18.00 uur te Nieuwenhagen, overleden op 14 februari 2003 te Brunssum, begraven op 18 februari 2003 te Nieuwenhagen-Landgraaf. Tante Fien is nooit gehuwd geweest. I.3. Gustaf Albert COLLARIS, rozenkweker, bakker, mijnwerker, constructiebankwerker, geboren op 27 maart 1911 om 23.00 uur te Nieuwenhagen, overleden op 8 december 1999 te Landgraaf, gecremeerd op 13 december 1999 te Heerlen, gehuwd op 23 december 1941 te Heerlen met Wilhelmina Marina JAGER, coupeuze, geboren op 14 maart 1917 te Nijmegen, overleden op 5 april 1999 te Heerlen, gecremeerd op 9 april 1999 te Heerlen. I.4. Hubert Hendrik COLLARIS (ome Hein), bakker, gemeentewerker, geboren op 20 mei 1914 om 11.00 uur te Nieuwenhagen, overleden op 20 februari 1995 te Brunssum, begraven op 24 februari 1995 te Brunssum, gehuwd op 30 april 1943 te Brunssum met Maria Catharina (tante Mia) MAASSEN, zonder beroep, geboren op 7 februari 1918 te Brunssum, overleden op 17 november 1995 te Brunssum, begraven op 22 november 1995 te Brunssum. De kinderen hiervan zullen hieronder indien ze naamdrager zijn worden aangegeven in de serie II. Kinderen van I.3. II.1. Gertrudis Maria Anna COLLARIS, naaister, medewerkster koffiezaak, geboren op 3 oktober 1942 te Heerlen, gehuwd op 8 februari 1963 te Nieuwenhagen met Johan Gerardus GEUSKENS, bouwvakker, brandweerman, geboren op 8 juni 1940 te Ubach over Worms, zoon van Joseph GEUSKENS en 121
II.2.
II.3.
II.4.
II.5.
II.6.
Anna Maria Catharina DASSEN. Albert Maria Marinus COLLARIS, mijnwerker, brigadier politie, geboren op 4 februari 1946 te Heerlen, gehuwd 1 op 24 november 1967 te Eygelshoven met Mathilde Maria Gerardus KREEFT, geboren op 16 juni 1946 te Kerkrade, dochter van Roelof KREEFT en Catharina Maria KUIJS, gescheiden, gehuwd 2 op 25 september 1987 te Heerlen met Suzanne OLZHEIM, medewerkster belastingdienst. Geboren op 3 januari 1953 te Utrecht, dochter van Pierre Joseph OLZHEIM en Renee Huguette Lucienne SAUNIER. Joseph Maria Antonius COLLARIS, electriciën, lasser, bankwerker, caféhouder, geboren op 19 februari 1948 te Heerlen, gehuwd op 19 maart 1970 te Heerlen met Hubertina Johanna Juliana MOONEN, winkelbediende, caféhoudster, geboren op 30 april 1952 te Heerlen, dochter van Baltus Hubertus MOONEN en Maria Petronella Cornelia DELAHAIJE. Joseph Hendrikus Gerardus COLLARIS, mijnwerker, marechaussee, beveiliger, hoofdagent spoorwegpolitie, algemeen leider Railverkeersleider, stafmedewerker spoorwegveiligheid ProRail, geboren op 29 december 1951 om 09.00 uur te Nieuwenhagen, gehuwd op 28 december 1973 te Ubach over Worms met Maria Johanna Cornelia PIETERS, administratief medewerkster, geboren op 15 augustus 1954 te Ubach over Worms, dochter van Jacobus PIETERS en Petronella NIEUWLAAT. Marinus Adrianus Maria COLLARIS, mijnwerker, machinist bij de Nederlandse Spoorwegen, geboren op 29 december 1951 om 10.00 uur te Nieuwenhagen, gehuwd op 4 augustus 1971 te Ubach over Worms met Jeanette Maria Elisabeth PIETERS, naaister, baliemedewerkster, geboren op 6 juli 1950 om 05.30 uur te Ubach over Worms, dochter van Jacobus PIETERS en Petronella NIEUWLAAT. Wilhelmina Elisabeth Hubertina COLLARIS, administratief medewerkster, geboren op 5 oktober 1954 te Nieuwenhagen, gehuwd op 8 februari 1974 te Nieuwenhagen met Herman Maria Louis GERARDS, medewerker belastingdienst, geboren op 8 september 1953 te Ubach over Worms, zoon van Jan Mathias Gerardus GERARDS en Netje HORSCH.
122
Kinderen van I.4. II.7. Annelisabeth Josephina COLLARIS, geboren op 25 mei 1944 te Brunssum, gehuwd op 30 oktober 1964 te Brunssum met Walter Ernst DANKLOF, timmerman, geboren op 20 februari 1942 te Oels (Duitsland), zoon van Martinus DANKLOF en Catharina Josephina Maria MOREELS. II.8. Maria Anna Louisa COLLARIS, geboren op 19 juli 1946 te Brunssum, gehuwd met Hans Dieter KONIGS, geboren op 10 juli 1942 te Düren (Duitsland). II.9. Josephina Wilhelmina Gerarda COLLARIS, geboren op 11 april 1948 te Brunssum, gehuwd op 29 juni 1967 te Brunssum met Albert Karel van WEES, zoon van Theodorus van WEES en Sibbeltje SOORSMA. II.10. Louisa Odilia Albertina COLLARIS, geboren op 24 mei 1949 te Brunssum. II.11. Hendrik Godfried Helena COLLARIS, geen beroep, geboren op 15 mei 1956 te Brunssum, overleden op 21 juli 1967 te Epe op 11 jarige leeftijd. II.12. Theodora Gerarda Josephina COLLARIS, geboren op 21 december 1957 te Brunssum, gehuwd op 10 december 1976 te Brunssum met Detlef Jozef METZLER, geboren op 16 januari 1954 te Herzogenrath (Duitsland), zoon van Robert METZLER en Elisabeth SCHEIVEN. De kinderen van II zullen hieronder indien ze naamdrager zijn worden aangegeven in de serie III. Kinderen van II.2. III.1. Marcel Albert Maria COLLARIS, medewerker verhuurbedrijf, geboren op 14 januari 1970 te Nijmegen, gehuwd op 12 oktober 2001 te Landgraaf met Bianca Andreas Laurentius BERTHOLET, administratief medewerkster, geboren op 2 april 1974 te Klimmen, dochter van Peter Jozef Clara BERTHOLET en Paula Maria van WISSEN. III.2. Raymond Roelof Wilhelmina COLLARIS, informaticamedewerker ABP, geboren op 28 mei 1971 te Nijmegen, gehuwd op 6 augustus 1998 te Brunssum met Nadine Chantal Jeanne Christianne JANSSEN, administratief medewerkster, geboren op 2 mei 1972 te Roermond, dochter van Theodorus Wilhelmus JANSSEN en Anna Maria Elisa GIELEN.
123
Kinderen van II.3. III.3. Peggy Cornelia Albertina COLLARIS, grafisch medewerkster, geboren op 7 oktober 1970 te Heerlen, gehuwd op 7 juli 1995 te Landgraaf met Joseph Henry SYSTERMANS, grafisch medewerker, geboren op 24 september 1963 te Pasadena (USA), zoon van Joseph M. SYSTERMANS en Maisy KETJEN, gescheiden. III.4. Joyce Anna Harold COLLARIS, administratief medewerkster, geboren op 7 september 1972 te Heerlen, gehuwd op 22 mei 1992 te Landgraaf met Robert Peter Sylvester KUIJPERS, bouwvakker, geboren op 1 januari 1973 te Heerlen, zoon van Mathijs Hubert KUIJPERS en Sibilla HANSSEN. Kinderen van II.4. III.5. Daphne COLLARIS, verpleegkundige AZM, geboren op 9 augustus 1975 te Heerlen, gehuwd op 14 september 2001 te Beek met Berry Cornelis Maria REKMANS, constructiebankwerker, geboren op 12 april 1976 te Sittard, zoon van Franciscus Arnoldus REKMANS en Josephina Maria Hubertina KNEEPKENS. III.6. Kim COLLARIS, administratief medewerkster, geboren op 8 mei 1978 te Heerlen. Kinderen van II.5. III.7. Patrick COLLARIS, onderhoudsmonteur, geboren op 12 maart 1972 te Ubach over Worms, gehuwd op 27 juli 1996 te Heerlen met Barbara Maria Josephina VROOMEN, winkelbediende, geboren op 2 november 1972 te Heerlen, dochter van Hubertus Maria Winandus VROOMEN en Gertrudis Wilhelmina Maria VANDEBERG. III.8. Dave COLLARIS, bouwkundig tekenaar, geboren op 4 maart 1974 te Ubach over Worms, gehuwd op 1 juni 2002 te Schinnen met Sandra Hendrika Leonie ALBERTS, maatschappelijk werkster, geboren op 16 november 1973 te Puth-Schinnen, dochter van Joseph Gerardus Maria ALBERTS en Jacqueline Johanna Maria van den BORST. De kinderen van III zullen hieronder indien ze naamdrager zijn worden aangegeven in de serie IV.
124
Kind van III.1. IV.1. Rik Peter Raymond Stefan COLLARIS, geboren op 25 april 2002 te Heerlen.
Kinderen van III.7. IV.2. Maggie Kayleigh Luca COLLARIS, geboren op 11 maart 2001 te Heerlen. IV.3. Owen Luke Rick COLLARIS, geboren op 5 september 2002 te Heerlen.
125
Speciale dank. Voor het tot stand komen van dit boek moeten enkele mensen speciaal bedankt worden. We zijn ons er terdege van bewust dat als je namen gaat noemen, je altijd mensen vergeet. Dat is zeker niet de bedoeling. Toch hieronder enkele speciaal noemenswaardigen. Marcel Haesen, gemeentearchief gemeente Landgraaf. Heemkundevereniging van Landgraaf Stichting Eijgelshoven door de eeuwen heen. Gemeentearchief gemeente Kerkrade. Jean Wouters, gemeentearchief gemeente Heerlen. May Quaedvlieg uit Nieuwenhagen. Jo Claessen uit Bingelrade. Jean Bartholomeus uit Roermond. Océ uit ’s-Hertogenbosch. Patrick Collaris uit Heerlen.
126
1
Geboorteakte nummer 10 uit het archief van de gemeente Nuth. Doopakte nummer 9 van de RK kerk St. Bavo te Nuth. 3 Huwelijksakte nummer .. gemeentearchief gemeente Nuth. 4 Akte bevolkingsregister van de gemeente Nuth (Nierhoven), 1850 - 1862. 5 Akte bevolkingsregister van de gemeente Nuth (Nierhoven), 1860 - 1880. 6 Akte bevolkingsregister van de gemeente Nuth (Nierhoven), 1880 - 1900. 7 Document volkstelling 8e Nuth 1899 – 1900. 8 Akte bevolkingsregister van de gemeente Nuth (Nierhoven), 1900 - 1910. 9 Akte van vestiging van het bevolkingsregister van de gemeente Heerlen, 30-10-1899 – 13-6-1901. 10 Bevolkingsregister van Heerlen 1900 – 1909 deel 21. 11 Register van uitgaande personen van de gemeente Kerkrade. 12 Bevolkingsregister van gemeente Heerlen 1910 – 1940. 13 Register van alleenstaande Personen van de gemeente Kerkrade deel 1, 1899 – 1911. 14 Bevolkingsregister Kerkrade, 1900 – 1911 deel 7 O t/m R en index. 15 Zie register onder voetnoot 8. 16 Bevolkingsregister van Eijgelshoven 1869 – 1909 (1918), fiche 2. 17 Register van huwelijken van gemeente Schimmert, akte nummer 7 1907. 18 Kerkelijk archief gemeente Schimmert 1907. 19 Zie register onder voetnoot 16. 20 Register van vertrokkenen, archief gemeente Eijgelshoven, 1800 – 1937, nr 1300. 21 Uittreksel bevolkingsregister gemeente Nieuwenhagen 1880 – 1920. 22 Zie register onder voetnoot 21. 23 Uittreksel geboorteregister gemeente Nieuwenhagen 1908. 24 Uittreksel geboorteregister gemeente Nieuwenhagen 1909. 25 Uittreksel geboorteregister gemeente Nieuwenhagen 1911. 26 Machtiging voor correspondentie (aanvragen vergunning) met gemeente Nieuwenhagen. 27 Aanvraagformulieren inrichting machinale houtbewerking getekend door J. Collaris. 28 Aanvraagpapieren voor vergunning voor inrichting van werkplaats van J. Collaris. 29 Vergunning uit het gemeentearchief Landgraag voor de inrichting in perceel B 3174. 30 Geboorteakte uit het geboorteregister van Nieuwenhagen van 1914. 31 Proces-verbaal van verkoop hout op 11-10-1918 door B en W gemeente Nieuwenhagen. 32 Verbintenis ingevolge verleende premie uit dossier gemeente Landgraaf. 33 Kopie notulen vergadering van B en W van 10 januari 1922. 34 Kopie notulen vergadering van B en W van 2 juni 1922. 35 Kopie notulen vergadering van B en W van 27-07-1927. 36 Kopie notulen vergadering van B en W van 23-09-1927. 37 Kopie notulen vergadering van B en W van 13-03-1927. 38 Kopie notulen vergadering van B en W van 08-05-1929. 39 Kopie notulen vergadering van B en W van 02-11-1932. 40 Ontheffing van een belastingaanslag d.d. 11-08-1948. 41 Verzoek splitsen van winkel-woonhuis Kerkstraat 45. 42 Kopie notulen vergadering B en W van 10 oktober 1960. 43 Kopie notulen vergadering B en W van 19 september 1919. 44 Kopie notulen vergadering B en W van 5 december 1919. 45 Kopie notulen vergadering B en W van 6 maart 1920. 46 Kopie notulen vergadering van B en W van 23 april 1920. 47 Kopie notulen vergadering van B en W van 29 juli 1921. 48 Brief aan Volkshuisvesting van B en W d.d. 28-9-1922. 49 Brief aan Minister van Arbeid d.d. 23-10-1923. 50 Vergadering van B en W d.d. 6-10-1923. 51 Vergadering van B en W d.d. 4-6-1926. 52 Vergadering van B en W d.d. 12-11-1928. 53 Notulen vergadering B en W d.d. 4 april 1931. 54 Notulen vergadering B en W d.d. 15 december 1931. 55 Notulen vergadering B en W d.d. 23 december 1931. 56 Notulen vergadering B en W d.d. 27-1-1932. 57 Verzoek tot inrichten van een bakkerij aan B en W d.d. 1-8-1933. 58 Beschrijving behorende bij verzoek tot inrichten van bakkerij. 2
127
59
Kopie notulen vergadering van B en W van 4 augustus 1933. Openbaarmaking Hinderwetaanvrage voor bakkerij Kerkstraat 33. 61 Brief aan betrokken buren voor aanvraag bakkerij Kerkstraat 33. 62 Kopie notulen vergadering van B en W van 9 augustus 1933. 63 Kopie notulen vergadering van B en W van 23 augustus 1933. 64 Kopie notulen vergadering van B en W van 20 september 1933. 65 Brief van arbeidsinspectie te Maastricht over bakkerij. 66 Kopie notulen vergadering van B en W van 29 september 1933. 67 Kopie notulen vergadering van B en W van 6 maart 1935. 68 Kopie notulen vergadering van B en W van 5 december 1935. 69 Voorlopige koopakte voor verkrijgen van grond voor Kerkstraat 33. 70 Overzicht van genomen maatregelen en kosten van aangekochte stukken grond door gemeenteraad. 71 Aanvraagformulieren voor de bouw van houtzagerij en omzetten boomzaag en benzinemotor. 72 Kopie notulen vergadering B en W van 17 oktober 1919. 73 Kopie van het proces-verbaal ingevolge de Hinderwet. 74 Brief arbeidsinspectie aan B en W te Nieuwenhagen d.d. 20-10-1919. 75 Brief aan arbeidsinspectie van B en W Nieuwenhagen d.d. 25-10-1919. 76 Brief van arbeidsinspectie aan B en W d.d. 28 october 1919. 77 Kopie notulen vergadering van B en W van 7-11-1919. 78 Register van gevestigden van de gemeente Nieuwenhagen. 79 Bevolkingsregister van de gemeente Nieuwenhagen van 1920. 80 Kopie notulen vergadering van B en W van 3 januari 1922. 81 Verzoek tot bouwen woonhuis uit gemeentearchief Nieuwenhagen d.d. 25-2-1922. 82 Uittreksel van vergadering van B en W te Nieuwenhagen d.d. 3-2-1922. 83 Kopie notulen vergadering van B en W van 28 juli 1922. 84 Brief aan Minister van Arbeid d.d. 18-1-1923. 60
128