Vaatwasmiddelen
Inhoud 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16.
Inleiding Handafwas of vaatwasmachine? De handafwas De machinale vaatwas De vaatwasmachine De bevuiling Het vaatwasmiddel Het spoelglansmiddel Het zout Het multifunctionele vaatwasmiddel Overige producten Materialen in de vaatwasmachine Veiligheid en milieu Consument en informatie Unilever Nederland B.V. Vaatwastips en adviezen
3 7 9 12 13 18 19 27 28 29 32 34 41 42 43 44
Aan de inhoud van deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. Unilever Nederland aanvaardt geen aansprakelijkheid, mocht onverhoopt schade ontstaan.
Colofon Uitgave: Unilever Nederland Home & Personal Care, 2006 Vormgeving: Newton 21 Fotografie/illustraties: pag. 4, 14, 15, 17, 32: Miele Nederland BV, Vianen pag. 1, 13: Lowe, Parijs pag. 2, 18: Newton 21
02
1. Inleiding Het is 1885. In een restaurant in Parijs treffen we de eerste vaatwasmachine aan. Het apparaat, dat met de hand dient te worden aangedreven, bestaat uit een houten ton en een ingewikkelde staalconstructie waarin acht borden worden geklemd. Eerst gaan de borden door een reservoir met heet water om van het vet te worden ontdaan, dan langs twee borstels voor een stevige boenbeurt en tenslotte door koud water om te worden afgespoeld. Borden eruit halen, in een droogrek plaatsen en klaar. Of de ‘Automatische bordenwasser’ de vaat echt schoon kreeg, vertelt dit verhaaltje uit een oude SUN brochure niet, maar machine vaatwasmiddelen bestonden toen nog niet. Wel toont dit aan dat men in de 19e eeuw al begon te denken over automatisch afwassen. Ook een oud onderzoek naar afwasmachines van de Stichting Vergelijkend Warenonderzoek begint met het aanprijzen van de vaatwasmachine: ’Biedt zich aan: hulp voor de afwas. Doet tegen betaling voor slechts 49 cent per keer uw vaat. Wil geen minimumjeugdloon, vier weken vakantie of inspraak. Is van goeden huize. Staat dag en nacht klaar. Is in het bezit van uitstekende getuigschriften. En deze hulp heet: Afwasmachine.’ Afwassen in het algemeen is het onderwerp van deze brochure. Hierbij wordt zowel aan de handafwasmiddelen als aan de machinale vaatwasmiddelen aandacht besteed.
03
De machinale vaatwas krijgt de meeste aandacht, omdat daar de chemische aspecten van het reinigingsproces zo’n grote rol spelen en de interacties met de schoon te wassen artikelen het grootst zijn.
In 1929 wordt de eerste elektrisch aangedreven huishoudelijke vaatwasmachine in Europa ontwikkeld. De machine heeft een metalen kuip in een frame en is in tegenstelling tot de huidige vaatwasmachines een bovenlader. In de kuip bevinden zich twee boven elkaar staande draadmanden waarop het serviesgoed kan worden geplaatst en die uitneembaar zijn. Zoals nog steeds in moderne vaatwas-
04
machines, plaatst men de grotere artikelen, zoals pannen en schalen, op het onderste rek en de kleinere zaken, zoals bestek, kopjes en schoteltjes, op het bovenste rek. Een propeller brengt het water in beweging. Zodra de motor – die zich onder de kuip bevindt – draait, wervelt het water dat zich in de kuip bevindt omhoog en wast de vaat schoon. Vlak voor de economische crisis in Europa was de tijd echter niet gunstig voor een bloeiende start van dit nieuwe huishoudelijke apparaat. Tot het begin van de jaren ’60 bleef de interesse beperkt. Toen werden de nieuwe typen volautomatische vaatwasmachines met belading aan de voorzijde ontwikkeld. Roterende sproeiarmen zorgen voor de beweging van het water. Het gebruik van de vaatwasmachine was in die tijd in het gewone huishouden nog een echte uitzondering. In die jaren ontstaat een sterke groei die zich met het toenemen van de welvaart alleen maar heeft doorgezet. Vanaf die tijd is het principe van de voorlader met roterende sproeiarmen voor de vaatwasmachine niet meer verlaten. In de loop der jaren hebben alle vaatwasmachinefabrikanten grote technische vernieuwingen doorgevoerd. Hierdoor zijn de machines aanzienlijk efficiënter geworden en veel energiezuiniger. Ze verbruiken minder water, maken gebruik van sensoren om het programma te sturen, wassen beter schoon en zijn veel stiller geworden. Zo is bijvoorbeeld het waterverbruik van vaatwasmachines tussen 1985 en 2005 alleen al met 55% verminderd en
nam in diezelfde periode het stroomverbruik met de helft af, terwijl ook al vóór 1985 nog veel aanzienlijker besparingen waren doorgevoerd. In de modernste goede vaatwasmachines worden sensoren gebruikt om bijvoorbeeld de hoeveelheid vuil (door middel van troebelheids metingen tijdens de was) of de pH van het wassop te bepalen. Deze machines kiezen zelf het optimale wasprogramma en gaan uiterst zuinig om met water en elektriciteit.
Reductie in water- en elektriciteitsgebruik bij vaatwasmachines 1985 op 100% gesteld
100
80 verbruik (%)
Geschiedenis
60
40
20
0
1985 water
1995 elektriciteit
Data: ex Merk Electrolux
2005
De consument Historie van het merk SUN 1965
Geboorte van het merk SUN met lancering in
1999
Frankrijk 1966 1984
SUN Alles-in-1 Tablets in Nederland (tabletten met zoutfunctie en aparte spoelglans)
Lancering van SUN in Nederland, met poeder,
1999
SUN Ontgeurder op de markt gebracht
zout en spoelglans
2000
SUN Poeder vernieuwd met fosfaat
SUN Poeder pakken voorzien van een kind-
2001
veilige sluiting
SUN Tablets vernieuwd en SUN 3in1 tabletten op de Nederlandse markt gebracht
1987
SUN Vloeibaar gelanceerd
2001
SUN Acti-spray op de markt gebracht
1990
Fosfaatvrije SUN Poeder in het assortiment
2002
SUN Micro poeder van de markt verdwenen
opgenomen
2002
1991
Introductie van SUN Progress poeder met daarbij in 1992 het SUN Progress zout
1994 1994 1995
SUN Ontgeurder van 1999
SUN Progress poeder vervangen door SUN
2003
Micro in twee varianten (normaal en citroen)
2005
SUN Tablets op de markt gebracht SUN Machinereiniger gelanceerd en daarna
05
Geen corrosieve producten meer op de markt
SUN 3in1 Gel Capsules op de markt SUN 4in1 Plus Tablets op de markt met wateroplosbare folie
2005
regelmatig vernieuwd 1997
SUN Deo 2 actions (citroenverfrisser) op de markt gebracht als vervanging van
SUN Neutraliser (geurloze verfrisser) op de markt gebracht
2006
SUN Extra Power spray op de markt gebracht
2006
SUN bestaat 40 jaar in Nederland
Gemiddeld wast de Nederlandse consument per dag 45 à 60 minuten met de hand af. Over een geheel jaar gerekend, betekent dat meer dan 30 werkdagen met de hand afwassen. De vaatwasmachine kan dit vervelende karwei niet alleen voor het allergrootste deel overnemen, maar doet dit ook nog hygiënischer. De vaatwasmachine is een elektrisch apparaat dat volledig automatisch werkt. De vaat gaat er vuil in en komt er schoon en droog uit. Met de moderne apparatuur van tegenwoordig en een uitstekend machinaal vaatwasmiddel kan vrijwel altijd een perfect schoon en glanzend resultaat worden verkregen. Zijn er toch nog vragen of problemen dan kan de Consumentenservice vakkundige voorlichting geven, gebaseerd op jarenlange ervaring. Deze brochure beantwoordt allerlei vragen die te maken hebben met het vaatwassen, met de hand en met de machine, en geeft informatie over die zaken die kunnen bijdragen tot een perfect resultaat. Afwassen met de hand neemt in Nederland langzaam af, terwijl het aantal huishoudens met een vaatwasmachine langzaam toeneemt. Reeds meer dan 40% van de huishoudens bezit een vaatwasmachine, waarmee gemiddeld 5 keer per week wordt afgewassen; de afwasborstel wordt hier gemiddeld ongeveer 4 keer per week per huishouden
Wasfrequentie machinale vaatwas in Nederland in 2005. % van alle huishoudens met een vaatwasmachine.
06
1 of 2 x per week: 2 3 x per week: 9 4 x per week: 14 meer dan 4 x per week: 75
% % % %
gebruikt. De verwachting is dat een lichte neergaande trend voor de handafwas zich zal doorzetten. Bij het reinigen met de hand is de chemische werking gering, de temperatuur lager dan 40°C en de tijd zo kort dat slijtageverschijnselen aan de artikelen vrijwel niet optreden.
De belading van de vaatwasmachine bestaat doorgaans uit een groot aantal artikelen. In aantal komt het roestvrijstalen bestek (messen, vorken en lepels) samen met aardewerk en porselein (borden, kopjes, schoteltjes) op de eerste en tweede plaats. Daarnaast natuurlijk glaswerk; veelal glazen, maar ook borden en schalen.
Er zal altijd een deel met de hand worden afgewassen. De reden kan zijn dat het materiaal niet geschikt is voor de machinale vaatwas, maar het komt ook vaak voor dat men even iets schoon wil maken zonder daar een geheel machineprogramma voor te willen starten.
Al deze artikelen tezamen zorgen voor 80-90% van de totale belading in aantal. Daarnaast is er nog een aantal artikelen die in mindere mate voorkomen, zoals plastic bordjes en bekers, zilverbestek en pannen. Pannen zijn gering in aantal, maar nemen natuurlijk veel plaats in. Ook kunnen speciale artikelen aanwezig zijn, zoals gedecoreerd aardewerk en kristal. Bestek, glazen, kopjes en borden zien we in bijna alle machinebeladingen. De gemiddelde belading bestaat uit ongeveer 65-70 artikelen. De consument beoordeelt het wasresultaat voornamelijk op twee aspecten: 1. De staat van de glazen: helderheid, glans en afwezigheid van opgedroogde druppels en strepen. 2. Potten en pannen: verwijdering van hardnekkige bevuiling.
Het machinaal reinigen van bestek, glazen, porselein en aardewerk gaat in een aantal gevallen gepaard met bepaalde slijtageverschijnselen. Dat is het gevolg van het chemisch proces onder alkalische omstandigheden met onthard water en bij een relatief hoge temperatuur. In deze brochure zal daarom vooral bij het machinale afwasproces veel aandacht worden besteed aan deze ongewenste bijverschijnselen, die vaak veel vragen bij de consument oproepen. Tevens bespreken we in de vorm van tips en adviezen wat er kan worden gedaan om slijtage zoveel mogelijk te voorkomen. Tegenwoordig geven fabrikanten van porselein en aardewerk steeds vaker en duidelijker aan wanneer bepaalde artikelen geschikt zijn voor de vaatwasmachine. Niet alle materialen zijn goed bestand tegen het wasproces in de vaatwasmachine, zoals bijvoorbeeld aluminium en hout.
2. Handafwas of vaatwasmachine? Handafwas
Werkingsfactoren Bij het reinigen van de vaat spelen vier factoren een belangrijke rol: mechanische werking, chemische werking, temperatuur en tijd. De relatieve bijdrage van elk van deze factoren aan het afwasresultaat kan worden weergegeven in een cirkeldiagram. Bij de handafwas wordt het vuil voornamelijk door de afwasborstel verwijderd en het aandeel van de mechanische werking is dan ook groot. Bij de machinale vaatwas daarentegen moet het vuil worden verwijderd door de stralen van de wasoplossing uit de sproeiarmen en deze hebben niet de kracht van de afwasborstel. Om een schoon resultaat te verkrijgen, moet dit tekort aan mechanische werking worden gecompenseerd door de chemische werking van het vaatwasmiddel, de temperatuur en de tijdsduur. Bij de machinale vaatwas hebben deze laatste drie factoren tezamen dan ook een veel groter aandeel in de reiniging.
Hoe hoger de temperatuur tijdens het afwassen, hoe groter het reinigend vermogen, hoe hygiënischer het afwassen plaatsvindt. Het verwarmingselement in de machine zorgt ervoor dat het water een temperatuur bereikt tussen 50°C en 65°C. Bij de handafwas komt het water tot ongeveer 40°C, omdat onze handen een hogere temperatuur slecht kunnen verdragen.
Machinale vaatwas
Vergelijking Handafwas Machinale vaatwas Handafwas -
Machinale vaatwas -
bijdrage (%)
bijdrage (%)
Mechanische werking
75
15
Chemische werking
10
35
Temperatuur
10
25
Wastijd
5
25
07
Hygiëne
Na het afwassen met de hand wordt het vaatwerk gedroogd met een droogdoek, waarin zich met het vocht ook vuilresten kunnen ophopen. Dit kan een minder hygiënisch eindresultaat opleveren. Tijdens het wasproces in de vaatwasmachine speelt de temperatuur een belangrijke rol bij het bereiken van een hygiënisch schoon resultaat, maar ook de chemische werking van de enzymen en het bleekmiddel, niet aanwezig in de handafwas producten, speelt hierbij een rol. Ook de aanwezigheid van TAED of andere bleekkatalysatoren die het bleken bij lage temperatuur mogelijk maken, is belangrijk. Bij het machinaal vaatwassen komt de vaat bij het drogen nergens mee in aanraking. Het drogen gebeurt uitsluitend door warmte. Ook dit aspect draagt bij aan een goede hygiëne.
Mechanische werking Chemische werking
Temperatuur Wastijd
Energie Vaatwassen kost energie, water, een vaatwasmiddel en arbeid. Bij het afwassen met de hand moet veelal meerdere malen per dag een aantal handelingen worden verricht, zoals het vuile vaatwerk verzamelen, afspoelen, afwassen, afdrogen en vervolgens de schone vaat opbergen. Met de vaatwasmachine is dit allemaal veel gemakkelijker. De vuile vaat kan meteen in de machine worden gezet. Afwassen, afspoelen en afdrogen gaan volautomatisch en de vaat kan ook nog even in de machine blijven staan. De vaatwasmachine kan dienen als (tijdelijke) berging voor zowel de schone als de vuile vaat. Natuurlijk kost een vaatmachine meer geld dan één of zelfs meerdere afwasborstels en er is ruimte nodig om de machine te kunnen plaatsen. In de afgelopen jaren is het energieverbruik van de vaatwasmachine drastisch gedaald door minder waterinname, lagere temperatuur- en Eco-programma’s en door het toepassen van sensoren.
Er is nog een aantal andere redenen waarom de consument voor sommige artikelen niet altijd voor het gebruik van de vaatwasmachine kiest, ook al is deze aanwezig. Deze redenen kunnen zijn: 1 De machine is vol 2 Emotionele of geldwaarde 3 Meteen weer nodig 4 Te groot 5 Kan breken 6 Opnieuw wassen 7 Te zwaar bevuild 8 Kan beschadigen 9 Niet genoeg artikelen 10 Niet-vaatwasmachinebestendig 11 Kan smelten 12 Onvervangbaarheid
Een machinale vaatwas wordt vergeleken met 3 keer een handafwas. Machinale vaatwas
e
Elektriciteit
0,12
Water
0,02
Product
0,20
Kosten per was Handafwas
0,34 e
Warm water spoelen 0,4 KWh
0,04
Water 5 liter
0,01
Warm water wassen Kortom, in de huishoudens met een vaatwasmachine zal toch veelal op twee manieren worden afgewassen: met de hand en in de machine.
Een globale kostenvergelijking tussen met de hand afwassen en machinaal afwassen laat zien dat beide manieren van afwassen niet al te veel in kosten van elkaar verschillen, wanneer men de kosten van de machine zelf even buiten beschouwing laat. Met de machine meegerekend, is machinaal afwassen wel duurder, maar daar staat heel veel gemak en tijd tegenover.
0,4 KWh
0,04
Water 5 liter
0,01
Product 6 ml
0,02
Kosten per was
0,12
Totale kosten van 3 handafwassen
Handafwas
08
Kostenvergelijking
Machinale vaatwas
Elektriciteit: dagtarief e 0,14/ KWh nachttarief e 0,08/ KWh Water: e 1,01/ m3
0,36
3. De handafwas De handafwasproducten zijn vloeibare producten, waarvan men een klein scheutje (ongeveer 6 ml.) toevoegt aan het water. Handafwasmiddelen zijn gebaseerd op hoogschuimende wasactieve stoffen die tezamen met de mechanische kracht van de afwasborstel een uitstekende reinigende werking geven. De schuimvorming tijdens het gebruik is een indicatie dat voldoende wasactieve stoffen in het sop aanwezig zijn. Samenstelling van een handafwasmiddel Mogelijke ingrediënten Anionogene oppervlakte-actieve stoffen
Niet-ionogene oppervlakte-actieve stoffen Amfotere oppervlakte-actieve stoffen
Schuimstabilisator
Productstabilisator Parfum en kleurstof Zuur (bv. citroenzuur of citroensap) Conserveringsmiddel Water
09
De reinigende werking en de schuimvorming worden in de eerste plaats bepaald door de anionogene wasactieve stoffen, vaak natriumalkylethersulfaten. Deze stoffen zorgen voor uitstekende reinigende eigenschappen en geven veel schuim.
Handafwasmiddelen zijn samengesteld zoals in bijgaande tabel is weergegeven. Aanwezigheid in product (%) 5 – 20
1-10 1-10
0-5
0-5 0-2 0-2 0-2 tot 100
Functie(s) Waswerking, reinigen Schuimvorming, Anti-redepositie Waswerking, reinigen Schuimversteviger Schuimvorming, Verbetert de reiniging, Verbetert de productoplosbaarheid Anti-redepositie Verwijdering vettig vuil, Mildheid, Schuimstabilisator Regelt de viscositeit van het product Verbeteren de esthetische eigenschappen Regeling van de pH rond een neutrale waarde Producthoudbaarheid
Anionogene oppervlakte-actieve stof: Natriumalkylethersulfaat R - O - (C2H4O)n - SO3- - Na+ Amfotere oppervlakte-actieve stof: Betaïne R1 - N+ - R2 - COO- Na+ CINiet-ionogene oppervlakte-actieve stof: Alkylmonoethanolamide R - CO - NH - CH2 - CH2 - OH
Teneinde de waswerking verder te optimaliseren worden kleinere hoeveelheden van andere typen oppervlakteactieve stoffen toegevoegd. Dit zijn veelal geëthoxyleerde alcoholen (niet-ionogene wasactieve stoffen) en/of betaïnes (amfotere wasactieve stoffen). In combinatie zorgen deze wasactieve stoffen voor een betere pakking aan het oppervlak en aan de grensvlakken van olie (dit is dus het vloeibare vettige vuil) en water, waardoor de reinigende werking beter wordt en tevens dit vettige vuil beter in suspensie wordt gehouden, waardoor het niet op de artikelen terugslaat. Dit wordt hier geïllustreerd.
Behalve deze wasactieve stoffen bevatten de handafwasmiddelen nog een aantal ingrediënten die zorgen voor de juiste pH, de lange houdbaarheid van het product en de gewenste viscositeit, kleur en geur. De huidige samenstellingen zijn veelal dermate geconcentreerd dat een klein scheutje voldoende is voor de gehele afwas. Handafwasmiddelen zijn zodanig samengesteld dat ze geen huidirritatie veroorzaken. Veel producten zijn dermatologisch getest. In die uitzonderingsgevallen waarin door een gevoelige huid toch huidirritatie optreedt, kunnen beschermende handschoenen worden gebruikt.
De fabricage van handafwasmiddelen Bij de fabricage van vloeibare handafwasmiddelen wordt gebruikgemaakt van vloeibare grondstoffen en water in een eenvoudig mengproces. De grondstoffen worden gewogen en met het benodigde water in een mengtank gedoseerd. De fabricage geschiedt veelal batchgewijs. Na een efficiënte en volledige menging van alle ingrediënten wordt het afwasmiddel naar een vulmachine geleid, waar de afvulling in plastic flessen plaatsvindt.
De flessen gaan vervolgens naar een verpakkingsmachine voor het verpakken in kartonnen dozen en het pallettiseren. Tijdens de fabricage is hygiëne van het grootste belang. Het gehele proces vindt plaats onder uiterst hygiënische condities teneinde het product in optimale kwaliteit bij de consument af te kunnen leveren en de houdbaarheid te bevorderen.
Fabricage van een handafwasmiddel Grondstoffen
Wasactieve stoffen aan een olie/water grensvlak Anionogene wasactieve stof
Niet-Ionogene wasactieve stof
Mixer
Water
Pakking van een mengsel van wasactieve stoffen aan een olie/water grensvlak Flessenvulmachine Flessenmachine
Verpakkingsmachine
Ca2+
10
Ca2+
Na+
Na+ Na+
Na+ Na+ Ca2+
Na+
Vervoer
Mengketel voor de fabricage van handafwasmiddelen.
11
4. De machinale vaatwas Er komen steeds meer vaatwasmachines in Nederland. Nu staat er al een in meer dan 40% van de huishoudens en dit aantal zal ongetwijfeld verder toenemen. In een aantal andere Europese landen, Frankrijk bijvoorbeeld, beschikken nog meer huishoudens over een vaatwasmachine. Ook in Nederland zijn de wasgewoonten geleidelijk aan het veranderen. Meer dan de helft van de vaatwasmachinebezitters gebruikt de machine elke dag, waarbij meestal een normaal of een eco(nomisch) programma wordt gebruikt. De vaatwasmachines in Nederland nemen voor het overgrote deel koud water in. Ongeveer twee van de drie vaatwasmachines is tegenwoordig in de keuken ingebouwd; zo’n 36% is dan vrijstaand. De meest voorkomende machinemerken zijn in het lijstje opgenomen. De machines zijn gemiddeld nog niet zo oud: meer dan de helft is jonger dan 6 jaar, maar er zijn ook nog steeds machines in gebruik die ouder zijn dan 20 jaar. Vaatwasmachinemerken • AEG • Ariston • ATAG • Bauknecht • Bosch • Candy • Electrolux • Indesit
12
in Nederland • Marijnen • Miele • Neff • Pelgrim • Siemens • Whirlpool • Zanussi
Sinds 1966 is het machinevaatwasproduct SUN op de markt. In de beginperiode werden uitsluitend poeders gebruikt, maar dit is de laatste jaren drastisch veranderd. De introductie in 1994 van tabletten voor de vaatwas was een enorm succes en meer en meer consumenten gaan het gemak van deze manier van doseren inzien. Naast de gewone tabletten zijn al weer enige jaren de zogenaamde multifunctionele tabletten op de markt. Deze tabletten geven de consument nog meer gemak door de functie van spoelglans, zout en het hoofdwasproduct in één tablet te combineren. Deze multifunctionele tabletten zijn nu het meest gebruikte product. Ongeveer 90% van de consumenten gebruikt nu tabletten, hetzij de gewone tabletten, al dan niet in combinatie met apart gebruik van spoelglans en zout, hetzij de multifunctionele tabletten. Deze laatste worden het meest gebruikt. Het gebruik van vloeibare machinale vaatwasmiddelen komt (bijna) niet voor in ons land.
Vaatwasmachinetypen in Nederland (2005) Normaal model, 60 cm breed
64% ingebouwd
36% vrijstaand
Productgebruik machinale vaatwas in Nederland (2005) % van het aantal wassen
De wasgewoonten verschuiven in veel huishoudens naar een wasfrequentie van één keer per dag. Tevens merken we dat delicate, zilveren en kostbare artikelen meer met de hand afgewassen gaan worden. Het uiterlijk van glas blijft voor de consument het belangrijkste criterium voor een goed afwasresultaat: optimale glans en geen kalkaanslag. 10% Poeder 36% Tablet in combinatie met zout en/of spoelglans 54% Multifunctioneel tablet
5. De vaatwasmachine De werking van de vaatwasmachine Bijna alle vaatwasmachines in Nederland zijn voorladers, meestal 60 cm breed en geschikt voor een gemiddeld huishouden. Er zijn enkele kleine keukenmodellen op de markt voor bijvoorbeeld eenpersoonshuishoudens. Deze laten we hier verder buiten beschouwing. De meeste modellen kunnen worden ingebouwd in de keuken of losstaand worden gebruikt na aansluiting op elektriciteit en wateraanvoer en -afvoer. Bij de installatie is het zaak op een aantal punten te letten die altijd in het instructieboekje bij de machine worden genoemd: geen knikken in de slangen, de juiste hoogte van water-afvoerslang, het waterpas staan van de machine, het aanbrengen van een aquastop, etc..
13
bestek. Veelal zijn de machines uitgerust met twee boven elkaar draaiende sproeiarmen: een die direct het onderrek besproeit en een die direct het bovenrek besproeit. Soms is er ook nog een kleine sproeiarm die aan het plafond in de vaatwasmachine hangt. Het verwarmingselement, dat voor de verwarming van het rondsproeiende water zorgt, bevindt zich ingebouwd in de machine en is dus niet zichtbaar. In oudere machines kan men dit element nog wel zichtbaar onderin de machine aantreffen vlak boven de kuipbodem. In het midden van de bodem bevindt zich de afvoeropening met een zeef en een uitneembaar ‘pittenbakje’. De zeef houdt de grove en niet-oplosbare vuilresten tegen, zodat de pomp van de machine niet kan beschadigen.
In de vaatwasmachine vindt de reiniging plaats doordat uit draaiende sproeiarmen water en wassop over de vaat wordt gesproeid. De inrichting van de machine is geheel in overeenstemming met deze wijze van reinigen. In de kuip bevinden zich twee (soms drie) boven elkaar geplaatste uitschuifbare rekken voor de artikelen. De rekken zijn zo geconstrueerd dat het vaatwerk goed bereikbaar is voor de wassop- en waterstralen. Voor het bestek en andere kleine artikelen staat op het onderste rek een korfje of mandje (soms ook twee kleinere). Ook zijn er machines met een speciaal bovenrek voor een nog zorgvuldiger behandeling en reiniging van het
14
In de machine bevinden zich een reservoir voor het zout en een regenerator (harshouder). Tijdens het wasprogramma wordt bij elke was een kleine hoeveelheid zout gebruikt om het functioneren van de regenerator op peil te houden: uitwisseling van calciumionen door natriumionen. Het water dat voor het wassen wordt ingenomen, stroomt door deze regenerator en wordt daarin voor een groot gedeelte onthard. Door dit ontharden verloopt het wasproces beter. Toch geldt voor enkele aspecten ‘te zacht water is niet goed’. Een erg lage waterhardheid (beneden de ± 4°DH) kan negatief werken op het behoud van decoraties op het vaatwerk en op het mooi blijven van glas. Onder deze omstandigheden is het dan ook beter geen zout te gebruiken.
De vulopening van het zoutreservoir voor de waterontharder, afgesloten met een schroef- of bajonetsluiting, bevindt zich in de kuipbodem. Wanneer zout moet worden bijgevuld, wordt dit veelal aangegeven met een indicatielichtje aan de voorkant van de machine of een vlotter in het deksel van het zoutvat. Of dit ook echt noodzakelijk is, hangt af van de wascondities, met name van de waterhardheid van het ingenomen water en het gebruikte product. Aan de binnenkant van de deur bevinden zich het doseerbakje voor het machinevaatwas product en de doseerinrichting voor het spoelglansmiddel. Het klepje of deksel van het doseerbakje gaat gedurende het wasprogramma automatisch open, nadat het water voor de hoofdwas is ingenomen. Vanuit het spoelglansreservoir worden tijdens de laatste spoelgang van het gekozen wasprogramma eveneens automatisch enkele milliliters spoelglansmiddel gedoseerd. De exacte hoeveelheid kan men zelf instellen (vaak tussen de 1 en 6 ml.) via een draaiknopje vlak bij de opening voor het bijvullen van spoelglansmiddel. Aan het aanwezige ‘oog’ of een indicatielichtje is te zien wanneer moet worden bijgevuld. Met de komst van de multifunctionele producten, voornamelijk in de vorm van tabletten, waarbij de zoutfunctie en het spoelglans zijn ingebouwd, is apart doseren van de spoelglans en het zout niet meer nodig. Het multifunctionele tablet (of -poeder) wordt net zo gebruikt en gedoseerd als het gewone product. Het regeneratievat voor
het ontharden van het water dat zich in de machine bevindt, wordt eenvoudigweg niet meer gebruikt en een eventueel indicatielichtje voor het bijvullen van zout kan nu worden genegeerd. Bij vaatwasmachines met een speciaal programma voor de multifunctionele producten (3in1, 4in1, etc.) zal het lichtje niet meer gaan branden. Nu ook apart doseren van spoelglans niet meer nodig is, wordt ook dit reservoir niet meer gebruikt indien een multi-functioneel tablet (of poeder) wordt gekozen. Ook een eventueel indicatielichtje dat signaleert dat er geen spoelglans meer aanwezig is, kan nu worden genegeerd. Wanneer de machine goed is aangesloten, kunnen we de machine gaan beladen. Hoe wordt de machine beladen? Het antwoord is eenvoudig: zodanig dat alle vuile delen en oppervlakken goed bereikbaar zijn voor de stralen van het wassop. De rekken zijn zo geconstrueerd dat het vaatwerk naar zijn soort op de gunstigste plaats komt te staan. In principe worden alle kopjes, glazen, schalen en dergelijke op hun kop in de rekken geplaatst. Dit geeft niet alleen de beste reiniging, maar zorgt er ook voor dat er geen water in achterblijft en dat het wassop zo snel en volledig mogelijk kan weglopen. Het bestek dient met de heften en stelen naar beneden in het bestekbakje (of het daarvoor bestemde aparte rek) te worden geplaatst, zodanig dat het ronddraaien van de sproeiarmen niet wordt belemmerd. Teneinde contactcorrosie, te zien als vlekjes of bruine puntjes, te voorkomen (zie later hoofdstuk) is het goed ervoor te zorgen dat soort bij soort staat: roestvrij staal bij roestvrij staal en zilver bij zilver. Pannen plaatst
15
glans en eventueel zout – aanwezig zijn alvorens de machine te starten op het gekozen programma.
Het wasprogramma Het gehele was- en droogproces verloopt automatisch, waarbij verschillende instellingen via de programmakeuze vooraf kunnen worden gekozen. De meeste programma’s bestaan uit de volgende onderdelen: men in het onderrek, omdat daar de kracht van het wassop uit de sproeiarmen het grootst is. Overigens is het beladen van de vaatwasmachine een kwestie van ervaring. Na een paar keer weet elke consument welke opstelling voor het vaatwerk het beste resultaat geeft. Nog enkele nuttige tips: 1. Laad de vaatwasmachine nooit te vol. 2. Een vaatwasmachine is geen vuilnisvat: verwijder het grove vuil, graten, botjes en stokjes van het vaatwerk, voordat u het in de vaatwasmachine plaatst. 3. Zet artikelen met randen zodanig schuin dat er geen water in kan blijven staan. 4. Let er met grote artikelen en lang bestek op dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien. 5. Zet het vaatwerk zodanig neer dat de artikelen elkaar niet raken en geen beschadigingen kunnen optreden. 6. Vergeet niet te controleren of het multifunctionele tablet of de aparte producten – vaatwasmiddel, spoel-
1. Voorspoelprogramma De vaat wordt kort met water afgespoeld om alvast het loszittende vuil te verwijderen. Dit gebeurt bij een normaal wasprogramma met koud water. 2. Wassen Bij een volledig programma worden alle stappen benut: een voorwas en hoofdwas. In beide stappen wordt een hoeveelheid water ingenomen (5 tot 15 liter afhankelijk van machinetype en -leeftijd; soms nog minder water); dit wordt verwarmd, soms alleen in de hoofdwas, en rondgesproeid. Na enige tijd wordt het voorspoelwater met vuil afgepompt en weggespoeld. In de hoofdwas vindt de eigenlijke reiniging plaats. Enige minuten na de waterinname wordt het wasmiddel automatisch gedoseerd. De geleidelijke temperatuurstijging tot veelal 55°C schept de beste condities voor de verwijdering van allerlei soorten vuil en de beste bescherming voor de artikelen.
3. Een tussenspoelgang In deze tussenstap na het afpompen van het wassop en het vuil uit de hoofdwas wordt een kleine hoeveelheid water ingenomen om een geleidelijke afkoeling te bewerkstelligen teneinde de vaat te beschermen. 4. Spoelen Na de eerste tussenspoelgang volgt soms nog een tweede tussenspoeling, waarbij de vaat met schoon koud
water wordt afgespoeld om de laatste sop- en vuilresten te verwijderen. Daarna volgt een laatste spoelgang waarbij het water wordt verwarmd om het drogen naderhand te bespoedigen. Tijdens deze spoelgang, bijna aan het einde, vindt automatisch de dosering van het spoelglansmiddel plaats, waardoor de waterdruppels gemakkelijker van het vaatwerk aflopen, wat het drogen bevordert. Bij gebruik van de multifunctionele producten wordt geen apart spoelglansmiddel gedoseerd. De spoelglans komt
Wasprogramma in een vaatwasmachine. Tijd-/temperatuurcurve met waterverbruik tussenspoelgang
hoofdwas
laatste spoelgang
drogen
70
7
60
6
50
5
40
4
30
3
20
doseren spoelglansmiddel
doseren wasmiddel
10
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
2 1
65
tijd (in minuten) temperatuur
16
waterinname
70
waterverbruik (liters)
temperatuur (0C)
voorwas
dan vanuit het hoofdwasmiddel in de laatste spoelgang terecht. 5. Drogen Deze stap begint zodra het spoelen is beëindigd. Dit drogen is mogelijk gemaakt, doordat de vaat is verwarmd tijdens de laatste spoelgang en dus een ‘eigen warmte’ heeft. In veel machines wordt de warme lucht gecirculeerd waardoor het drogen sneller gaat. Soms wordt de vochtige lucht uit de machine verwijderd door een ventilator. De meeste moderne machines bevatten een scala aan machineprogramma’s. Afhankelijk van de belading en de bevuiling kan men tegenwoordig kiezen uit: • Intensief programma: hoofdwas met voorwasprogramma voor de zeer vuile vaat. • Normaal hoofdwasprogramma: voor de normaal vuile vaat. • Kort programma: voor de minder vuile vaat. • Glasprogramma: een minder intensief programma voor het spoelen en reinigen van glaswerk (soms geen droogstap). • Eco(nomisch) programma: voor de normaal vuile tot minder vuile vaat. • Auto-programma: de machine bepaalt, door middel van sensoren, het best passende programma. De diverse programma’s verschillen op de volgende punten: hoeveelheid waterinname, maximale temperatuur tijdens
de hoofdwas, tijdsduur van de hoofdwas en aantal spoelgangen. Een aantal hiervan gaat soms samen; een lagere maximale temperatuur tijdens de hoofdwas zal veelal ook leiden tot een iets kortere tijdsduur van dit programmaonderdeel. In de moderne machine wordt veelal gestreefd naar het verkrijgen van een goede reinigende werking met zo weinig mogelijk energie. Een van de belangrijkste parameters hierbij is de hoeveelheid water die wordt ingenomen, omdat het opwarmen daarvan relatief veel energie vraagt. Het gebruik van de ‘Energiespaar’ knop op vaatwasmachines resulteert vaak in een lagere waterinname of temperatuur en dus een lager energieverbruik voor het gehele programma. De nieuwste vaatwasmachines hebben tegenwoordig een aantal ingebouwde sensoren. Deze sensoren meten tijdens het wasprogramma de hoeveelheid vuil via een troebelheidsmeting van het wassop. Met het resultaat wordt het progamma aangepast. Zowel water, tijdsduur van het programma als een spoelgang en de temperatuur kunnen dan volautomatisch worden aangepast aan de wasconditie, zodat een zo efficiënt mogelijk gebruik van de vaatwasmachine wordt gemaakt en tegelijkertijd een volledig schone en droge vaat wordt verkregen. Het overgrote deel van de huidige nieuwe betere machines is met sensoren uitgerust. Voor de consument is dit een extra zekerheid dat zo goed en zuinig mogelijk wordt gewassen.
17
Het onderhoud van de vaatwasmachine In het algemeen vergt een vaatwasmachine weinig onderhoud. Het is wel nodig van tijd tot tijd (bijvoorbeeld eenmaal per week) het filter en het ‘pittenbakje’ onder in de machine schoon te maken om verstopping en redepositie (het opnieuw neerslaan van losgemaakt vuil op een ander artikel in de was) in de volgende was te voorkomen. Ook wordt aanbevolen iedere maand een machinereiniger te gebruiken. Het criterium hiervoor kan zijn: kalkaanslag, een vieze geur of een vettige aanslag.
6. De bevuiling Zoals reeds eerder is uiteengezet, speelt de chemische werking bij het machinale vaatwasproces een belangrijke rol. Dit aspect van de vuilverwijdering moet van het vaatwasproduct komen: de interactie van de wasmiddelingrediënten met het vuil. De verschillende vuilsoorten zoals ei, vet en zetmeelhoudende voedselresten (aardappels, pap, pudding, spaghetti), evenals natuurlijke kleurstoffen (theeaanslag, vruchtensap, rode wijn) moeten op een snelle en doeltreffende wijze worden verwijderd. De soorten bevuiling die aanwezig zijn, kunnen worden ingedeeld in een aantal groepen. Allereerst is er het grove en veelal losse vuil dat al in de voorspoeling met water wordt verwijderd. Dit geldt ook voor het oplosbare vuil zoals bijvoorbeeld suiker in restanten vruchtensap. Vervolgens zijn er de bevuilingen die in de hoofdwas met behulp van chemische reacties worden afgebroken en opgelost. Dit zijn de enzymgevoelige bevuilingen zoals eiwitten, zetmeel (pasta’s, aardappels, etc.) en bleekgevoelige bevuilingen zoals thee en koffie. Daarnaast kan er ook vettig materiaal aanwezig zijn en enkele nietvoedselstoffen zoals lippenstift en huidvet.
18
Met behulp van de chemische inwerking van het product en de temperatuur zullen de vetten veelal smelten en vervolgens worden afgebroken tot kleine emulsiedruppeltjes en worden verwijderd. Tenslotte zijn er nog de aangebakken en ingedroogde
bevuilingen die donkerbruin tot zwart gekleurd kunnen zijn en die zeer moeilijk te verwijderen zijn, zelfs met een intensief programma en bij hoge temperatuur; deze kunnen beter voorbehandeld worden. Daarvoor bestaan speciale producten
7. Het vaatwasmiddel De samenstelling van het machinale vaatwasmiddel is afgestemd op de grote verscheidenheid aan bevuilingen. Het product bevat een aantal componenten met elk een eigen taak. Dit maakt dat het machinale vaatwasmiddel een geheel andere samenstelling heeft dan het middel voor de handafwas. De functies van het machinale vaatwasmiddel zijn: • Vuil verwijderen en in oplossing houden. • Zorgen voor een stralende vaat (glas). • Beschermen van decoraties en gevoelige oppervlakken in het algemeen. • Schuimvorming door voedselresten onderdrukken. • Aanslag verwijderen – bleken (thee). • (Rest)hardheid uit het water wegnemen. • Onaangename geur wegnemen. • Helpen bij het drogen.
De productontwikkeling Hoewel deze productfuncties niet zijn veranderd, is de samenstelling van de machinale vaatwasproducten in de loop der tijd wel drastisch gewijzigd. De allereerste producten bestonden uit soda en natriumtripolyfosfaat en waren zeker niet ideaal. In de vijftiger jaren is daar het chloorbleekmiddel bijgekomen, maar ook toen waren de producten nog zeer eenvoudig. De grote vlucht in de ontwikkeling van de eerste volledige
19
vaatwasproducten is gekomen met de introductie van laagschuimende oppervlakte-actieve stoffen en hoogalkalische silicaten. De conventionele samenstellingen zijn vanaf dat moment volledig geschikt voor de ontwikkelde vaatwasmachines van die tijd en de reinigingsresultaten waren zeer goed, zeker in vergelijking met de handafwasresultaten. Het grootste vaatwasproduct in Nederland, SUN, was op deze ingrediënten gebaseerd en is in 1966 op de markt gekomen. De formuleringen van deze eerste poeders bestonden uit de volgende ingrediënten: Natriummetasilicaat Dit is een zeer sterk alkalisch silicaat dat in de was zorgt voor een zeer hoge pH (±12) en daardoor bijdraagt aan het afbreken van onder andere olie, vet en zetmeel. Tevens zorgt het voor bescherming van glazuur en decor (glas, porselein). Natriumtripolyfosfaat Dit ingrediënt zorgt voor het binden van de hardheidscomponenten, calcium- en magnesium-ionen (Ca2+ en Mg2+) afkomstig uit het water en uit het vuil. Tevens zorgen de fosfaten ervoor dat eenmaal losgemaakte vuildeeltjes tijdens het wassen niet opnieuw neerslaan op andere oppervlakken. Bleekmiddel In deze oude formuleringen bevindt zich veelal een organisch
chloorhoudend bleekmiddel (KDCC = kaliumdichloroisocyanuraat). Dit chloorbleekmiddel zorgt voor een zeer efficiënte bleekwerking alsmede voor de nodige hygiëne. Het verwijdert de aanslag van bijvoorbeeld thee en andere gekleurde vlekken. Tijdens de was werd natriumhypochloriet gevormd. De bleekreactie verliep dan als volgt:
NaOCl ----> Na+ + OClgekleurde vlek + OCl------> ontkleurde of gebleekte vlek + Cl-
Oppervlakte-actieve stoffen Deze niet-ionogene oppervlakte-actieve verbindingen zorgen voor een goede en gelijkmatige bevochtiging van de vaat en met name het glaswerk, houden vetachtig vuil in oplossing en gaan tevens de mogelijk optredende schuimvorming tijdens de was tegen. Dit laatste aspect is noodzakelijk om de sproeiarmen van de machine goed te laten functioneren.
Irriterend
Bijtend
Bovengenoemde samenstellingen zijn lange tijd zeer succesvol geweest, vooral wegens het goede afwasresultaat. Deze nog relatief eenvoudige formuleringen hadden echter een aantal serieuze nadelen: • Door vooral het natriummetasilicaat waren deze samenstellingen ‘BIJTEND’ en konden bij onverhoopt contact met de huid of slijmvliezen irritatie en zelfs kleine brandwonden veroorzaken. • De samenstelling bevatte fosfaten; vooral eind tachtiger jaren ontstond er een intensieve discussie in Nederland om uit milieuoverwegingen deze fosfaten ook uit de machine vaatwasmiddelen te verwijderen. Dat is tot nu toe niet gebeurd, mede door de unieke reinigende eigenschappen van de fosfaten in de machinale vaatwas. • Het chloorbleekmiddel is een zeer effectief bleekmiddel; het is echter niet mogelijk op een eenvoudige manier tegelijkertijd in het product ook enzymen te gebruiken. • De totale compositie was zeer gevoelig voor de opname van vocht (hygroscopisch), waarbij de poederdeeltjes aan elkaar kunnen kleven tot een harde klont, zodat het doseren vrijwel onmogelijk werd. Door deze eigenschap was extra verpakking noodzakelijk, wat weer meer kosten met zich meebracht. Bovenstaande nadelen geven aan dat er heel wat mogelijkheden waren de machinevaatwasproducten te optimaliseren: beter en veiliger.
20
In de afgelopen jaren zijn de research- en ontwikkelingsinspanningen gericht geweest op de onderstaande product-aspecten: 1. Behoud van de reinigende werking bij een lagere pH, zodat het product niet meer bijtend is. 2. Behoud van het uiterlijk van glas en decoraties. Meer aandacht dus voor de beschermende werking van het product tijdens de was. 3. Vervanging van het chloorbleekmiddel door effectieve alternatieven gebaseerd op bleekwerking door middel van actieve zuurstof en katalysatoren. 4. Het invoeren van enzymen in de vaatwasmiddelen in combinatie met zuurstofbleekmiddelen. 5. Behoud van de schuimdrukkende werking door de wasactieve stoffen. 6. Voortdurende verbetering van de producteigenschappen en de verpakkingen. Naast deze ontwikkelingen is de afgelopen jaren (sedert ongeveer 1992) veel werk verzet om te komen tot nieuwe productvormen zoals tabletten. Dit had een tweeledig doel: a. Het vergroten van het doseergemak voor de consument. b. Het bereiken van een optimaal wasresultaat door het toevoegen van de juiste hoeveelheid chemicaliën aan de was.
Deze ontwikkeling is alweer gevolgd door de zogenoemde multifunctionele producten (en vooral tabletten), waarbij diverse functies in één tablet zijn gecombineerd voor nog meer gemak voor de consument. Zo zijn er nu SUN 4in1+ Tablets op de markt (na producten als SUN Alles-in-1 en SUN 3in1), waarbij de ‘4’ staat voor de functies van Reinigingsmiddel, Spoelglansmiddel, Zout en Glasbeschermer, terwijl de ‘+’ nog eens is voor de volledig in water oplosbare film waarin het tablet is verpakt (Hydrofilm ®). De moderne vaatwasmiddelen zien er qua samenstelling tegenwoordig ingewikkelder uit dan vroeger, maar zijn ook aanzienlijk beter en veiliger voor milieu en consument.
De samenstelling van een gewoon vaatwasmiddel is hier weergegeven met de functies van de ingrediënten. Niet alle composities zijn natuurlijk exact hetzelfde, terwijl niet alle in de tabel genoemde ingrediënten in alle composities voorkomen. Machinevaatwasproducten worden
in Nederland gebruikt in de vorm van een tablet (gewoon of multifunctioneel) of een poeder. Het aandeel van tabletten en zeker ook van de multifunctionele tabletten neemt voortdurend toe.
Samenstelling van een machinaal vaatwasmiddel Mogelijke ingrediënten BUFFERS-BUILDERS Natriumcarbonaat Natriumtripolyfosfaat Natriumsilicaat BLEEKMIDDELEN Natriumpercarbonaat TAED Bleekkatalysator ENZYMEN Protease Amylase SCHUIMDRUKKERS EN BEVOCHTIGERS Niet-ionogene oppervlakteactieve stoffen ADDITIEVEN Polymeren Fosfonaten Zinkzouten Benzotriazole (BTA) ZOUTEN Natriumsulfaat
GEUR- EN KLEURSTOFFEN Parfum Kleurstof
21
Aanwezigheid in product (%) 30 – 80
5 – 15 1–5 0–1 2–5
1–5
1–5
0 – 20
0–1
Functie(s) Waterontharder – antikalk, handhaven pH Buffer en Ca-binder Ca-binder, anti-redepositie Buffer en corrosiebeschermer Vlekverwijdering Bron van actieve zuurstof en buffer Bleekactivator bij lage temperatuur. Bleekkatalysator Vuilverwijdering Verwijdering van eiwitten Verwijdering van zetmeel Bevochtiging, drogen, in oplossing houden van vuil. Wasactieve stof en schuimdrukker Hulpstoffen Hulpstof bij de Ca-binding en anti-redepositie Stabilisator van het bleeksysteem en hulpstof bij Ca-binding Glasbescherming Beschermer tegen zilververkleuring Oplosbaarheid Hulpstof bij de oplosbaarheid van poeders Verbeteraar van de strooibaarheid bij poeders Compensatie van onaangename geur vanuit het vuil Indicatie voor speciale wasactieve ingrediënten (spikkels) of speciale lagen bij tabletten
De huidige ingrediënten Zouten, waterontharders en buffers De combinatie van zouten, waterontharders (calcium- en magnesiumbindende ingrediënten of builders) en buffers zorgt in de was voor een mild alkalische pH van ongeveer 10. Deze pH zorgt ervoor dat de vuildeeltjes gemakkelijker loslaten van de vaat en helpt ook tegen het opnieuw neerslaan op de belading (ook wel redepositie genoemd) van eenmaal losgeweekte deeltjes. Vooral natriumtripolyfosfaat is naast builder een goed anti-redepositiemiddel. In fosfaatvrije samenstellingen wordt naast het natriumcitraat als builder dan ook veelal een polymeer (bijvoorbeeld een polyacrylaat) gebruikt om redepositie van vuildeeltjes tegen te gaan. Eenmaal in oplossing worden de losgemaakte vuildeeltjes verder afgebroken door een combinatie van de chemische en de mechanische interactie tijdens het wasproces. De juiste pH-waarde tijdens de was is tevens van uitermate groot belang voor een optimale werking van zowel het zuurstofbleeksysteem als de enzymen. Het aanwezige natrium(di)silicaat in de formulering heeft ook een positief bufferende werking. Daarnaast hebben de silicaten en vooral de zinkzouten een speciale beschermende rol in het tegengaan van glascorrosie, aantasting van decoraties en het glanzend houden van glazuur op de vaat. De juiste pH in de was en de aanwezige beschermende ingrediënten zorgen niet alleen voor een goede basis voor het reinigingsproces, maar
dragen ook bij aan de beschermende werking voor diverse onderdelen van de vaatwasmachine, zodat deze optimaal kan blijven functioneren. Natriumtripolyfosfaat Na5P3O10 Na - O - PO3 - PO3 - PO3 - Na
om heeft men net als in de textielwas de oplossing gevonden door het gebruik van TAED (tetra-acetyl-ethyleen-diamine). TAED reageert reeds bij lage temperatuur met waterstofperoxide onder vorming van perazijnzuur. H2O2 + OH- + TAED ------> 0 ------> H2O + Tri AED + CH3C
Na
Na
Na
Het bleeksysteem Kleurstofvlekken, zoals van thee, koffie en wijn zijn bijzonder hardnekkig en moeilijk te verwijderen. Ze zijn alleen via een oxidatiereactie aan te pakken. De vaatwasmiddelen bevatten als oxiderend reagens (lees ‘bleekmiddel’) meestal natriumpercarbonaat. Tijdens het wasproces lost het perzout op en zorgt het voor de vorming van waterstofperoxide (H2O2), dat zich kan splitsen in water en een reactieve zuurstofgroep. H2O2 + OH- ------> H2O + OOHDe vrijgekomen OOH- zorgt voor het afbreken en ontkleuren van de kleurstofvlekken. Natriumpercarbonaat heeft echter een belangrijk nadeel. De reactie van de actieve zuurstof met vuil vindt pas goed plaats bij een hoge temperatuur: vanaf 60°C. De vaatwastemperatuur is echter hooguit 65°C en daar-
22
0
0-
Dit perazijnzuur oxideert vlekken al bij lage temperaturen. Men noemt TAED ook wel een bleekactivator. Daarnaast wordt aan het bleeksysteem een kleine hoeveelheid bleekstabilisator toegevoegd om te zorgen dat het bleeksysteem gedurende de gehele was actief blijft en niet wordt gedeactiveerd door eventueel aanwezige metaalionen. Het bleeksysteem in de moderne machinevaatwasproducten werkt dus op basis van zuurstofbleek op eenzelfde manier als het bleekmiddel in de textielwasproducten. Sommige machinevaatwasproducten, met name de SUN producten, bevatten een gepatenteerde bleekkatalysator die de efficiëntie van bleekmiddel verder versterkt. Daardoor geven deze producten een superieur bleekresultaat en is hierdoor bijvoorbeeld de koffie- en theevlekverwijdering optimaal. Enzymen Het enorme succes van het gebruik van enzymen in de textielwas leidde ertoe dat vanaf ongeveer 1950 vooral
proteolytische (eiwitsplitsende) enzymen een grote ontwikkeling doormaakten. Tot het eind van de jaren ‘80 bevatten alle machinevaatwasproducten een chloorhoudend bleekmiddel en was het gebruik van enzymen onmogelijk, doordat het chloorbleekmiddel de enzymen tijdens de was onmiddellijk deactiveerde. De ontwikkeling van nieuwe vaatwasmiddelen rond 1990 leidde tot nieuwe samenstellingen met een zuurstofbleekmiddel, waardoor tevens de weg open lag voor het gebruik van enzymen. Voor de vaatwasproducten is sindsdien vooral aandacht besteed aan proteolytische en amylolytische (zetmeelsplitsende) enzymen. De eigenschappen waaraan een enzym moet voldoen om geschikt te zijn voor de verwerking in vaatwasmiddelen volgen uit de condities waaronder het enzym z’n werk moet doen: in het wassop, in aanwezigheid van diverse wasmiddel-componenten, bij een pH tussen de 9 en 11 en in een temperatuurgebied tussen de 30°C en 65°C. Daarnaast is het belangrijk dat de enzymen hun activiteit behouden, zowel bij opslag van het wasmiddel, in de winkel, in het huishouden als in de was zelf. Enzymen zelf zijn complexe eiwitmoleculen die voorkomen in alle levende cellen. Door zorgvuldige selectie van in de natuur voorkomende micro-organismen heeft men de beschikking gekregen over verschillende typen enzymen. Pas na een zeer lange periode van onderzoek kan worden aangetoond welk micro-organisme het meest effectief een enzym met de gewenste eigen-
schappen produceert. Met behulp van gericht onderzoek wordt voortdurend gezocht naar de optimale enzymen voor machinevaatwasproducten. Bij het ontwikkelen van deze enzymen heeft men uitgebreid kunnen profiteren van de ervaringen opgebouwd in de textielwas. Onder invloed van protease kunnen grote eiwitmoleculen in het vuil, die zijn opgebouwd uit aminozuren, biochemisch in kleinere deeltjes worden gesplitst. Deze kleinere deeltjes lossen gemakkelijk in water op. Op deze manier wordt het vuil laagje voor laagje verwijderd. Amylase werkt op dezelfde manier op zetmeelachtig vuil. Vuilverwijdering Mechanisme bij hoge pH: Deeltjesverwijdering
Mechanisme door enzymen: Laag voor laag verwijdering
De in de vaatwas gebruikte enzymen zijn uitermate milieuvriendelijk, omdat er maar heel weinig van nodig zijn (ze kunnen vele malen hun werk verrichten tijdens de was), ze meestal voor het einde van het wasproces al volledig gedeactiveerd zijn en vervolgens geheel worden afgebroken.
23
Oppervlakte-actieve stoffen In de machinevaatwasproducten bevinden zich oppervlakteactieve stoffen die diverse functies hebben. De voornaamste taken zijn: het zorgen voor een goede bevochtiging van de oppervlakken en daarmee ook het bevorderen van het droogproces, het emulgeren, in oplossing houden en verwijderen van vooral vettig vuil en het voorkomen van redepositie. Dit alles moet plaatsvinden onder condities waarbij weinig of geen schuimvorming optreedt. Dit laatste aspect is een van de opvallendste verschillen met de handafwasproducten. Deze moeten tot op het laatst schuimen om de consument te laten zien dat het product nog werkzaam is, terwijl in de vaatwasmachine geen schuim kan worden getolereerd. Immers, schuim betekent luchtbellen. Aangezien de wasvloeistof in de vaatwasmachine met grote snelheid wordt rondgepompt en via de sproeiarmen voor de mechanische reiniging zorgt, zouden luchtbellen een negatieve invloed hebben op het eindresultaat. Teneinde de schuimvorming tegen te gaan worden speciale niet-ionogene wasactieve stoffen aan het hoofdwasproduct toegevoegd die hun reinigende taken uitvoeren zonder dat daarbij veel schuim wordt gevormd. Door de specifieke oppervlakte-actieve eigenschappen zijn deze stoffen in staat gevormde schuimfilmpjes tijdens de was zeer snel weer af te breken, waardoor geen luchtbellen in de vaatwasmachine kunnen blijven bestaan.
Additieven Vaatwasmiddelen bevatten een aantal additieven of toevoegingen om de reinigende werking te verbeteren en om bepaalde oppervlakken, zoals glas of zilver, extra te beschermen. Polymeren kunnen worden toegevoegd als anti-redepositiemiddel. Deze moleculen gaan in het wassop een verbinding aan met vuildeeltjes waardoor het geheel moeilijker op de schone oppervlakken terug neerslaat. Fosfonaten worden gebruikt om het bleeksysteem te stabiliseren. Fosfonaten zijn in staat sporen verontreinigingen die zich in het water bevinden (Cu, Ni, Mn) te binden. Dit is belangrijk, omdat een te hoge concentratie verontreinigingen in de was het bleeksysteem doet ontleden en dus minder effectief maakt. De actieve zuurstofmoleculen gaan in aanwezigheid van deze verontreinigingen met elkaar reageren in plaats van hun blekende werking uit te oefenen. Ook binden fosfonaten zeer effectief calciumionen, waardoor ze bijdragen aan het ontharden van het water. Aan vaatwasmiddelen kunnen stoffen worden toegevoegd met een speciale beschermende werking. Een voorbeeld is een stof die zilveren oppervlakken beschermt tegen de inwerking van onder andere zuurstof gevormd uit bleekmiddelen tijdens de was of zwavel uit voedselresten. Hierdoor wordt het verkleuren (geel, bruin of zwart worden) van zilver tegengegaan. In een later hoofdstuk wordt op het verkleuren van zilver verder ingegaan.
Een tweede voorbeeld is de toevoeging van zinkzouten. Zinkzouten hebben de eigenschap dat ze tijdens de was aantasting van glas kunnen tegengaan. Wanneer tijdens de was door de invloed van het wassop oneffenheden en minuscule gaatjes aan het glasoppervlak ontstaan na vele malen wassen, zijn zinkzouten in staat deze oneffenheden en gaatjes meteen weer op te vullen en te blijven hechten aan het glas. Dit ‘glas-protectie-systeem’ wordt toegepast in alle moderne SUN vaatwasmiddelen en zorgt ervoor dat de glazen er veel langer mooi uit blijven zien dan vroeger. Het werkingsprincipe is als hier beschreven en weergegeven in bijgaande illustratie. Sommige poedervormige vaatwasproducten bevatten een, veelal kleine, hoeveelheid natriumsulfaat om ervoor te zorgen dat het poeder niet gaat klonteren en zijn strooibaarheid behoudt. De in producten aanwezige kleur- en geurstoffen hebben onder andere een signaalfunctie. Sommige producten bevatten een parfum. De parfums die in vaatwasproducten worden gebruikt, zijn zodanig van samenstelling dat ze enerzijds het product een aangename geur geven en onaangename (voedsel)geurtjes maskeren tijdens de was en bij het openen van de deur na afloop, maar anderzijds niet adsorberen aan de vaat zelf. Vooral dit laatste aspect is van groot belang en dat is dan ook de reden dat er voor de vaatwasproducten totaal andere parfums nodig zijn dan voor de textielwas.
24
De productie van machinale vaatwasmiddelen. Zoals hiervoor besproken, bevatten vaatwastabletten en poeders veel verschillende ingrediënten. In het productieproces van vaatwasmiddelen moet ervoor worden gezorgd dat elk van deze ingrediënten op een juiste manier en in de correcte hoeveelheid aan het vaatwasproduct worden toegevoegd, zodat uiteindelijk het afwasresultaat bij de consument optimaal is. Het is tevens van groot belang dat de consument geen problemen ondervindt bij het gebruik van de producten, zoals bijvoorbeeld stofontwikkeling bij poeders, of slecht oplosbare of gebroken tabletten.
Om aan al deze eisen te voldoen, worden als eerste stap in het productieproces van zowel vaatwaspoeders als -tabletten alle ingrediënten tot één poeder gemengd. Om de juiste samenstelling te garanderen, worden de verschillende poedervormige en vloeibare grondstoffen nauwkeurig afgewogen en door elkaar gemengd in een grote menger. Hierbij worden de vloeistoffen geabsorbeerd door poreuze ingrediënten, zodat een goed vloeiend poedermengsel wordt verkregen. De receptuur van dit ingrediëntenmengsel wordt aangepast voor de verschillende toepassingen. Zo worden voor het tabletteren hulpstoffen toegevoegd die de tabletteereigenschappen en de oplossnelheid van de tabletten verbeteren. Tevens bevatten bij de drielagentabletten bijvoorbeeld de witte lagen in het tablet andere componenten dan de groene laag.
De SUN fabriek bij Lyon in Frankrijk. Wanneer de poedermengsels zijn gemaakt, kunnen deze als vaatwaspoeder in plastic flessen worden verpakt of verder worden verwerkt tot tabletten. In het laatste geval worden kleine, afgemeten hoeveelheden poeder ingebracht in kleine holtes op de ronddraaiende tafel van een tabletteermachine. Vervolgens wordt het poeder in de holtes met zeer grote kracht samengeperst door de meedraaiende stempels, die omlaag komen. Bij de productie van een meerlaagstablet wordt dit proces een aantal malen herhaald: eerst wordt het poeder voor de eerste laag gedoseerd en samengeperst, vervolgens wordt het poeder voor de tweede laag erbovenop gedoseerd en
25
De verpakkingslijnen in de SUN fabriek
samengeperst en zo ook de derde laag. Tenslotte wordt het tablet uit de holte geduwd en verlaat het de tabletteermachine om verpakt te worden. Bij de tabletproductie geldt: hoe harder het tablet wordt geperst, hoe sterker het tablet wordt, maar ook hoe moeilijker het oplost. Ook moet ervoor worden gewaakt dat de daarvoor gevoelige componenten niet worden beschadigd. Hier moet dus een compromis worden gevonden, omdat het van groot belang is dat de tabletten goed oplossen, maar ook onbeschadigd bij de consument komen. Voordat het tablet uiteindelijk wordt verpakt in een doos, wordt meestal eerst een folie om de tablet gedaan. Dit kan een folie zijn die moet worden verwijderd vóór gebruik, maar het kan ook een wateroplosbare folie zijn. Sommige tabletten worden vervolgens eerst nog in een plastic zak verpakt alvorens ze de doos ingaan. Tenslotte wordt een aantal pakken bij elkaar in plastic verpakt. De folie, de plastic zak, de doos en het plastic omhulsel dragen alle bij aan de bescherming van het tablet tijdens transport en opslag, zodat de hoge kwaliteit gewaarborgd blijft tot aan het gebruik door de consument.
Fabricage van een machinaal vaatwastablet Vloeibare Grondstoffen
Vaste Grondstoffen
Kleine hoeveelheden overige componenten
Mixer
Verpakken poeder
Tabletteermachine
Palettiseren
Enkele malen bij meerlaagstabletten Verpakkingsmachine
Vervoer
Folie om tablet
Verpakken tabletten
Palettiseren Vervoer
26
8. Het spoelglansmiddel Het spoelglansmiddel bestaat meestal uit drie of vier functionele ingrediënten zoals in de tabel is weergegeven. De dosering wordt automatisch door de machine geregeld; de hoeveelheid per wasbeurt kan men zelf instellen via een regelknop op het spoelglansreservoir in de deur van de vaatwasmachine. Voor een mooi en gelijkmatig opdrogende vaat wordt altijd aanbevolen spoelglansmiddel te gebruiken.
Op deze manier worden druppelvorming en opdroogstrepen, vooral zichtbaar op glaswerk, voorkomen waardoor de gehele vaat een veel stralender uiterlijk krijgt en bovendien nadrogen met de hand overbodig wordt. Bij gebruik van de multifunctionele tabletten is het spoelglansmiddel reeds in het tablet ingebouwd en is geen aparte dosering van een spoelglansmiddel meer nodig.
Samenstelling van een spoelglansmiddel Mogelijke ingrediënten Niet-ionogene wasactieve stoffen
Aanwezigheid in product (%) 5 – 20
Functie(s) Gelijkmatige bevochtiging van alle oppervlakken Bevordering van het droogproces
Zuren (Citroenzuur)
5 – 35
Neutraliseert de was–pH Lost eventuele kalkneerslag op Verbetert het uiterlijk van glaswerk
Stabilisator
2 – 10
Stabiliseert het spoelglansmiddel bij wisselende temperaturen
Additieven (zinkzouten) Water
27
0–2 Tot 100
Glasbescherming Oplosmiddel
9. Het zout De functie van het regeneratiezout (een grofkorrelige vorm van natriumchloride, NaCl) in het wasproces is reeds besproken in het hoofdstuk over de werking van de machine. Hoe meer calcium- en magnesiumionen tijdens de was aanwezig, hoe groter de kans op neerslag van calciumcarbonaat en calciumfosfaat. Het gebruik van regeneratiezout helpt deze neerslag te voorkomen. Het is duidelijk dat in zacht water de reinigende werking van het vaatwasproduct beter tot haar recht komt dan in hard water. De aanwezige calciumionen kunnen door hun tweewaardigheid bruggen vormen tussen substraat
(het bord bijvoorbeeld) en het vuildeeltje. Het vervangen van Ca++ door Na+ is dus gunstig, omdat deze bruggen dan niet meer kunnen worden gevormd. In het algemeen wordt aanbevolen zout te gebruiken in die gebieden in Nederland waar middelhard tot hard water voorkomt. In zacht water gebieden hangt het af van de
wasomstandigheden of zoutgebruik wenselijk of noodzakelijk is en kan men het beste zelf experimenteren om te bepalen of zoutgebruik het wasresultaat verbetert.
Ionenuitwisseling tussen de hars in de regenerator van de machine met de Ca-/Mg-ionen uit het leidingwater
Waterhardheid Gemiddelde waterhardheid in Nederland: 9 ºDH
+
A
Optimale waterhardheid in de was: 2 - 4 ºDH
B
Definities: Zacht water
< 8,4 ºDH
Middelhard water
8,4 - 14 ºDH
Hard water
> 14 ºDH
1 ºDH (Duitse hardheid) = 10 mg/l (ppm) CaO (calciumoxide) = 17,8 mg/l CaCO3 = 1,78 ºFH (Franse hardheid) = 0,178 mmol/l Ca++ ionen.
28
+ Ontharden
= A: de hars neemt Ca/Mg op uit het water en staat Na af.
Regenereren = B: de hars neemt Na op uit het
= Harsdeeltjes in de regenerator van de vaatwasmachine
regeneratiezout en is weer klaar
= Calcium- of magnesium-ion: Ca of Mg (2+)
voor ontharden.
= Natrium-ion: Na (+)
10. Het multifunctionele vaatwasmiddel
De laatste jaren zijn nieuwe tabletten (en ook poeders) ontwikkeld die de verschillende functies combineren in één product. We zullen dit het multifunctionele poeder of tablet noemen. Dit betekent meer gemak voor de consument bij eenzelfde wasresultaat. Deze verandering heeft er tevens toe geleid dat inmiddels meer consumenten een multifunctioneel tablet gebruiken dan de drie aparte producten: een tablet + zout + spoelglans. We zullen hier nu ingaan op de werking van het moderne multifunctionele vaatwastablet.
29
Het multifunctionele tablet De invoering van tabletten in de machinale vaatwas is een groot succes gebleken. De consument wil op een eenvoudige en gemakkelijke manier afwassen en daarbij is een tablet een stuk handiger dan het doseren van een poeder. Hoe simpeler dat kan hoe beter, mits natuurlijk de vaat wel schoon wordt. Niets is zo irritant bij het uitruimen van de vaatwasmachine als een niet schone vaat en het alsnog te moeten schoonmaken met de hand, of het artikel opnieuw te moeten wassen in de machine. Na de invoering van het vaatwastablet, waarbij nog steeds veelal zout en spoelglansmiddel moeten worden gedoseerd, was dus al gauw de vraag: kan het niet nog eenvoudiger? De afgelopen jaren hebben aangetoond dat dit kan, maar daar is wel veel research en ontwikkeling voor nodig geweest. Vaatwasmiddel, zoutfunctie en spoelglansmiddel samengevoegd in één tablet geeft een combinatie- of multifunctioneel tablet met drie functies tezamen (bijvoorbeeld de SUN 3in1 Tablets). Recent is daar nog een extra productfunctie aan toegevoegd, glasbescherming, en deze multifunctionele tabletten worden 4in1 genoemd. De meest recente en geavanceerde tabletten voor de machinale vaatwas zijn de SUN 4in1 Plus Tablets. De genoemde vier functies zijn hier in één tablet vertegenwoordigd, terwijl de ‘Plus’ staat voor ‘Hydrofilm®’. Deze volledig in water oplosbare film geeft de consument nog meer doseringsgemak, doordat het tablet nu mét folie direct in het doseerbakje kan worden geplaatst.
Gebruik producttype machinale vaatwas 80 70 60 % wassen
De producten die tot nu toe zijn besproken, vervullen de drie klassieke functies die in combinatie met de moderne vaatwasmachine een stralend resultaat laten zien: 1 schoonmaakfunctie 2 spoelglansfunctie 3 onthardingsfunctie (zout).
50 40 30 20 10 0 1990
1995
2000
2005
Introductie tabletten Standaard poeder Geconcentreerd poeder Tablet
Multifunctioneel tablet
In dit hoofdstuk gaan we dieper in op de werking van dit moderne multifunctionele tablet (SUN 4in1 Plus Tablets). Hoe werkt dat nu allemaal? Laten we de samenstelling van deze tabletten beschouwen en met name kijken naar de rol van de ingrediënten voor de vier functies van deze multifunctionele tabletten: • vaatwasmiddel • zoutfunctie • spoelglansmiddel • glasbescherming. Het vaatwasmiddel heeft in zo’n multifunctioneel tablet eigenlijk de simpelste functie. Het werkt net als in een gewoon tablet met dezelfde ingrediënten om ervoor te zorgen dat de vaat schoon wordt. De volgende bestanddelen helpen hierbij: bufferzouten en waterontharders (fosfaten), bleekmiddelen, enzymen, polymeren en oppervlakte-actieve stoffen. De werking van deze ingrediënten is al in het vorige hoofdstuk besproken. De ingebouwde zoutfunctie is de tweede functie in het multifunctionele vaatwastablet. Wat doet zout ook alweer wanneer het apart wordt toegevoegd? Zout, apart gedoseerd in het speciale voorraadvat in de vaatwasmachine, regenereert de ionenwisselaar. Deze ionenwisselaar zorgt ervoor dat in het water de calciumionen worden uitgewisseld voor natriumionen.
30
Bij de gewone tabletten + regeneratiezout wordt het water dus verzacht door het calcium te verwijderen door middel van de ionenwisselaar en te vervangen door natrium. In het tablet is de zout-FUNCTIE aanwezig en niet een bepaalde hoeveelheid van het regeneratiezout (NaCl) zelf. Wat bedoelen we dan met zoutfunctie? Met het gebruik van het multifunctionele tablet wordt door een speciale combinatie van bufferzouten en polymeren de calcium niet uit het water verwijderd, maar tijdens de was gebonden aan deze bufferzouten en in oplossing gehouden. Dit ‘gebonden in oplossing houden’ zorgt ervoor dat de calciumzouten niet kunnen neerslaan, wat heel slecht zou zijn voor onder andere de glans op glazen.
Omdat het tablet een vaste hoeveelheid product in de vaat brengt, is er een bovengrens aan de bindingscapaciteit. Het kan dus zijn dat er zoveel calcium in het water aanwezig is (of er heel veel water aanwezig is in de hoofdwas in bijvoorbeeld oudere vaatwasmachines) dat niet al het calcium kan worden gebonden. Bij SUN is dat het geval boven een waterhardheid van 21°DH of 35°FH. Boven deze waterhardheid wordt aanbevolen toch nog wat extra zout (NaCl) te gebruiken om het water gedeeltelijk te ontharden. Dit komt, omdat onder deze ‘zeer hard water’-condities de capaciteit van het tablet om al het calcium in oplossing te houden onvoldoende wordt. Met gedeeltelijke ontharding via zoutgebruik in het regeneratievat kan men het risico van vorming van calcium-neerslag en/of onvoldoende reiniging verlagen. In Nederland is de hoogste waterhardheid 18°DH. Nog slechts een paar dorpen in het oosten van het land hebben deze hoge hardheid. De spoelglansfunctie is de derde functie in het multifunctionele tablet. Wat is deze functie? De klassieke aparte spoelglans zorgt in de laatste spoelgang gedurende het vaatwasproces voor goede bevochtiging van de vaat (met name glaswerk) en voor een glanzend, streepvrij opdrogen van de vaat. Deze functie moet nu dus in het multifunctionele tablet worden ingebouwd. Hiervoor worden extra oppervlakte-actieve stoffen toegevoegd vanwege hun adsorberende en oppervlaktespanning verlagende eigenschappen. Deze stoffen adsorberen aan
belading en machine tijdens de hoofdwas in het machineprogramma. Een deel van deze stoffen is ook nog aanwezig in de spoelgangen (‘carry-over’). De bevochtigende eigenschappen van deze ingrediënten zijn zo goed dat er voldoende in de laatste spoelgang aanwezig is om voor een efficiënt streepvrij droogeffect te zorgen. Een apart spoelglansmiddel dat automatisch door de vaatwasmachine wordt gedoseerd, zal in een vergelijking met spoelglans in een multifunctioneel tablet robuuster zijn en onder een groter aantal verschillende condities optimaal werken. Ook kan er bij een apart spoelglansmiddel meer product worden gedoseerd. De praktijk van de afgelopen jaren heeft echter bewezen dat de in deze multifunctionele tabletten ingebouwde spoelglans beantwoordt aan de verwachtingen ten aanzien van adequaat drogen. Door de ingebouwde zout- en spoelglansfuncties is een multifunctioneel tablet iets zwaarder dan een vergelijkbaar gewoon tablet. Type en hoeveelheid van zowel builderzouten als oppervlakte-actieve stoffen zijn daarvan de oorzaak. De drie lagen die zichtbaar zijn aan het tablet (wit-groen-wit) zijn het symbool voor de drie beschreven functies: reinigen, ontharden en drogen. SUN heeft na deze ontwikkelingen, die door de consument zeer worden gewaardeerd zoals uit de verkoopcijfers blijkt, nog een belangrijke functie ingebouwd die minder ‘zichtbaar’ is: glasprotectie of glasbescherming.
31
In andere hoofdstukken wordt de glascorrosie uitgebreid besproken. Aantasting van glas is een proces dat geleidelijk optreedt en pas na verloop van tijd en een groot aantal wassen zichtbaar wordt. Het proces is niet omkeerbaar en eenmaal aangetast glas is helaas niet meer te herstellen. Wanneer de consument het ziet, is het te laat. Hoe kunnen we dit proces voorkomen of tenminste substantieel vertragen? Zodra een minuscuul ‘gaatje’ ontstaat, moeten we dit meteen tijdens de hoofdwas weer opvullen met een geschikte stof om het oppervlak mooi te houden. Met speciale anorganische zouten zoals zinksulfaat kunnen we dit veilig en onzichtbaar doen. We kunnen dat als een apart product toevoegen, maar het is het meest effectief om dit ingrediënt in te bouwen in het vaatwastablet. Het zinkzout werkt dan effectief gedurende de hoofdwas. Dit is de periode in het wasprogramma waarin het glas aan de strengste condities wordt blootgesteld: hoge pH, hoge temperatuur en het vaatwasmiddel. In alle gevallen is glasaantasting een proces dat van vele factoren afhankelijk is. SUN zorgt er met deze ingebouwde functie voor dat het glas er zo lang mogelijk optimaal uit blijft zien. Glasaantasting helemaal voorkomen onder alle omstandigheden kan niet worden gegarandeerd; daarvoor spelen te veel factoren een rol bij dit verschijnsel. De werking van deze glasbeschermers is elders in de brochure nog eens schematisch weergegeven (zie blz. 22).
Met zo’n anorganisch zinkzout wordt dus een vierde functie aan het tablet toegevoegd tot Sun 4in1. In plaats van vier producten, poeder of tablet, regeneratiezout, spoelglansmiddel en glasprotector, kan nu worden volstaan met één multifunctioneel tablet (of poeder). Om het doseren van de vaatwastabletten nog gemakkelijker te maken, zijn er nu de SUN 4in1 Plus Tablets. Het tablet is verpakt in een dunne film van polyvinylalcohol (PVA). Deze stof is uitstekend in water oplosbaar, is goed te verwerken tot een relatief sterke film en het laat absoluut geen sporen na op de vaat. Het tablet kan dus samen met deze film direct in het doseerbakje van de vaatwasmachine worden gedaan. Eenmaal automatisch gedoseerd in de was lossen zowel de film als het tablet snel op, waarna de ingrediënten hun werking kunnen doen. Omdat de film nu met het tablet wordt meegedoseerd, hoeft de consument niet meer direct de ingrediënten van het tablet aan te raken, wat de consument als een voordeel ervaart. Daarentegen moet men voorzichtig zijn met natte handen om het plakkerig worden van de folie (en dan ook de vingers) te voorkomen. Het is derhalve aanbevolen de tabletten droog te bewaren. Met het gebruik van deze film zijn de 4in1 tabletten nu 4in1Plus(+) genoemd: vier functies in één tablet voor het wasresultaat en dan nog eens extra doseergemak.
11. Overige producten De machinereiniger
Het voorbehandelproduct
Het verdient aanbeveling van tijd tot tijd de machine zelf een reinigingsbeurt te geven (eens in de maand bijvoorbeeld). Hiervoor bestaan speciale reinigingsmiddelen met als belangrijkste ingrediënten een zuur (bijvoorbeeld citroenzuur), een wasactieve stof en een parfum. Deze samenstelling dient in een lege machine te worden gebruikt om de binnenkant en alle leidingen een grondige schoonmaakbeurt te geven, inclusief vettig vuil dat zich mogelijk heeft opgehoopt achter de rubberen randen.
Voor heel vuile schalen en pannen waarvan kan worden verwacht dat die niet gemakkelijk schoon zullen worden, zijn er voorbehandelproducten op de markt. Zowel vloeibare als poedervormige producten kunnen voorkomen. Dit zijn producten met een sterk reinigend vermogen, veelal bleekmiddelen en enzymen, die hetzij voorgedoseerd kunnen worden in de machine (dus in de voorwas hun werk doen), hetzij direct kunnen worden aangebracht op de bevuiling. Deze laatste producten brengt men op de moeilijke bevuiling aan, bijvoorbeeld door middel van een spray, en laat men even inwerken om het losweken te bevorderen. Eenmaal in de vaatwasmachine werkt dit product dan verder in op deze bevuiling teneinde een optimaal resultaat te verkrijgen.
32
Verfrisser, ontgeurder
Nieuwe producten
Om tijdens en na de was een aangename en frisse geur te verspreiden, zijn verfrissers, ontgeurders of neutralisers in de handel die parfum bevatten. Deze producten kunnen aan het rek in de machine worden bevestigd en gaan gemiddeld twee à drie maanden mee.
Voortdurend worden nieuwe producten ontwikkeld om de consument zo goed mogelijk te bedienen. Dat betekent een optimaal wasresultaat, een optimale bescherming van de artikelen en de vaatwasmachine om slijtage zoveel mogelijk tegen te gaan en zoveel mogelijk gemak. De introductie van de multifunctionele tabletten en de Hydrofilm® zijn daarvan recente voorbeelden. In de toekomst zullen zowel de vaatwasmiddel fabrikanten als de vaatwasmachine fabrikanten verdere stappen zetten om nog meer verbeteringen te realiseren op het gebied van afwasresultaat, milieubelasting en veiligheid.
Mildere geurproducten, ook wel neutralisers genoemd zijn, net als de verfrissers, ook bedoeld om een aantal wassen mee te gaan en in de vaatwasser in een houder op te hangen. De essentie van een neutraliser is dat deze geen eigen geur verspreidt, maar de onaangename voedselgeurtjes wegvangt of neutraliseert die in de vaatwasser kunnen blijven hangen. Ook dit product gaat twee tot drie maanden mee.
33
12. Materialen in de vaatwasmachine Glas De meeste soorten glaswerk blijken na veelvuldig gebruik in de vaatwasmachine enigszins te verweren. Dit kan te zien zijn als krassen, witte lijnen of vlekken, en/of regenboogachtige verkleuringen. In dit hoofdstuk laten we zien dat deze verwering van vele factoren afhankelijk is. Glas is een vloeistof met een zeer hoge viscositeit; eigenlijk zo hoog dat wij glas als een vaste stof beschouwen die wij bovendien zeer waarderen door zijn helderheid. Glas is een mengsel van alkali- en aardalkalisilicaten: bijvoorbeeld natrium-, calcium-, magnesium- en aluminiumsilicaat. De eigenschappen van het glas worden onder andere bepaald door de verschillende verhoudingen waarin deze metaalzouten aanwezig zijn. Glas wordt in de vaatwasmachine blootgesteld aan relatief hoge temperaturen. In combinatie met de alkalische vaatwasmiddelen kan hierdoor aantasting van het glas ontstaan met als gevolg lokale veranderingen in de brekingsindex. Dit kan dan te zien zijn als gekleurde regenboogachtige vlekken, strepen of een melkachtige film. Aangezien het een permanente verandering betreft, kunnen deze vlekken niet worden verwijderd. Een behandeling met bijvoorbeeld verdund zuur of alcohol heeft geen effect. Alle glassoorten zijn gevoelig voor aantasting. Alle vormen van verwering zijn het gevolg van een combinatie van factoren: het productieproces van het glas, het wasprogramma, de temperatuur en de samenstelling van het wassop.
34
Er zijn drie typen verwering gedefinieerd, die na pas 50 of nog meer wassen zichtbaar kunnen worden: 1. Een gekleurde film over het gehele oppervlak (ook wel irridescentie genoemd). 2. Strepen of lijncorrosie, vaak evenwijdig aan elkaar en gebogen over het oppervlak, 3. Een melkachtige film. 1. Een gekleurde film Een gekleurde film is het gevolg van een oppervlaktelaag van het glas met een net iets andere brekingsindex dan het onderliggende glas. Deze film bestaat hoofdzakelijk uit silicaat. Het gekleurde effect dat men waarneemt, is het gevolg van dit brekingsindexverschil. Dit is hetzelfde effect als bij een dun oliefilmpje op water. Deze kleuren kunnen op twee manieren ontstaan. In de eerste plaats kan er een dun filmpje van silicaat neerslaan op het glas. In de tweede plaats kan dit ontstaan bij het gebruik van een wassop dat natrium en calcium uit het glasoppervlak uitloogt tot op een diepte van 100-300 nm. Ten gevolge hiervan ontstaat een poreuze silicaatstructuur aan het oppervlak. Deze poreuze laag heeft een lagere brekingsindex dan het originele glas en veroorzaakt dus ook de irridescentie. Een gekleurde film is dus altijd het gevolg van het ontstaan van een poreuze oppervlaktelaag.
2. Strepen of lijncorrosie Het bovengenoemde effect van het ontstaan van kleuren vindt plaats over het gehele oppervlak. Ook kan er gelokaliseerde verwering ontstaan in de vorm van strepen. Chemische analyses hebben aangetoond dat de samenstelling van het glas op de strepen een iets andere is dan die op andere plaatsen van het oppervlak. Deze lokale verschillen worden toegeschreven aan de variaties van de glassamenstelling tijdens het productieproces in de smelt van het glas, die tijdens het afkoelen blijven bestaan. De strepen laten vaak de spanningsverschillen in het glas zien, nadat het glas is afgekoeld. De strepen kunnen in lange evenwijdige patronen, vaak licht gebogen, over een groot deel van het glasoppervlak lopen.
3. Een melkachtige film Wanneer de strepen op het verweerde oppervlak groot in aantal zijn en zeer dicht langs elkaar lopen, ontstaat een verstrooiing van het licht dat een diffuse indruk maakt en waardoor het oppervlak met een melkachtige film lijkt te zijn bedekt. Deze melkachtige film kan op diverse plaatsen ontstaan. Bekende plaatsen zijn: net onder de rand bij drink-glazen of in de voet van een wijnglas. Nagloeien bij de productie is vaak de oorzaak dat in hetzelfde glas sommige delen geheel helder blijven en andere delen poreus en troebel worden. Het nagloeien resulteert in een sterkere glasstructuur, wat we regelmatig herkennen in het helder blijven van de rand van een glas.
Zichtbare vormen van glasaantasting Vorming van regenboogachtige kleuren verschil in brekingsindex poreuze laag glas
Mechanische beschadigingen (krasjes)
poreuze laag glas
Melkachtige film of witte kleur poreuze laag glas
35
Op de verwering van glas hebben de volgende factoren invloed: A. De productie Wanneer de randen van de glazen bij de productie worden nagegloeid, krijgen die randen een andere samenstelling, waardoor ze ongevoeliger kunnen worden voor verwering. B. De temperatuur van het vaatwassen Door hogere temperaturen zullen interacties tussen glas en wassop meer veranderingen in het glas veroorzaken. Hoe hoger de temperatuur, hoe eerder het glas zal verweren. C. Het gebruikte vaatwasmiddel De samenstelling van het vaatwasmiddel bepaalt mede de veranderingen. Het fosfaat- en silicaatniveau, de pH van de was en de waterhardheid (zoutgebruik) spelen hierbij een belangrijke rol. Het optimale silicaatniveau is afhankelijk van de wascondities en de alkaliteit. De belangrijkste factor is natuurlijk het al of niet aanwezig zijn van een zinkzout in de samenstelling. Deze zinkzouten zijn immers de typische ingrediënten die een beginnende aantasting van het glas kunnen tegengaan en de genoemde verschijnselen aan het glasoppervlak aanzienlijk kunnen vertragen. Het glas kan er zo veel langer helder en stralend uit blijven zien.
36
D. De dosering Zoals hierboven is weergegeven, hangt de glasaantasting mede af van de samenstelling van het product en dus ook van de concentratie aan ingrediënten tijdens de was. Deze wordt mede bepaald door de dosering van het product. Om problemen te voorkomen, kan men het beste de aanbevolen dosering voor een poeder volgen of een tablet gebruiken. E. De samenstelling van het water De structuur van glas kan worden verzwakt door uitwisseling van ionen. Bij zeer zacht water kunnen calciumionen uit het glas in oplossing komen en daarmede porositeiten in het glas achterlaten. Dit is zichtbaar als witte lijn- of vlekvormige verwering. Zeer hard water kan leiden tot het neerslaan van kalkzouten. Dit lijkt op witte verwering, maar is verwijderbaar door behandeling met een zuur (of het spoelglansmiddel). Kalkaanslag is meestal te voorkomen door het regelmatig gebruik van regeneratiezout indien noodzakelijk voor de reiniging of door multifunctionele producten te gebruiken. F. De kwaliteit van het glas De samenstelling van het glas speelt een rol bij de corrosiegevoeligheid. Ook een betere homogeniteit in de samenstelling kan leiden tot glas dat ongevoeliger is voor chemische invloeden.
Voor het reinigen van glaswerk is het raadzaam zoveel mogelijk gebruik te maken van een programma met een relatief lage temperatuur om het optreden van veranderingen in het glas zo lang mogelijk uit te stellen. Men kan het beste een product gebruiken met ingebouwde glasbeschermingstechnologie (zinkzouten) en dan de aanbevolen productdosering volgen (of nog eenvoudiger, een gewoon of multifunctioneel tablet gebruiken).
Kristal
Gedecoreerd glas
Kristal is een bijzondere glassoort die gemaakt wordt van zilverzand, loodmenie en potas. Daarom bevat kristal altijd een zeker gehalte aan lood- en kaliumsilicaten. Deze andere samenstelling geeft, vergeleken met gewoon glas, aan het kristal een grotere helderheid. Tevens heeft kristal een andere structuur dan glas. Door deze andere structuur is kristal gevoeliger voor de chemische inwerking zoals die tijdens het vaatwasproces optreedt. De verweringsverschijnselen van kristal zoals die zichtbaar kunnen worden na herhaald wassen zijn dezelfde als van glas, maar ze kunnen, ten gevolge van de zachtere structuur van het kristal, sneller optreden. Derhalve is het veiliger kostbaar kristal met de hand af te wassen.
Door middel van een print en met behulp van een glasachtige lijm kunnen decoraties op het glas worden aangebracht. Het glas wordt dan verhit, zodat glas en print samensmelten. Omdat dit bij een relatief lage temperatuur gebeurt, is gedecoreerd glas meestal gevoeliger voor het vervagen van de kleuren dan gedecoreerd
Gezien de vele factoren die van invloed zijn op het optreden van een verandering in het glas- of kristaloppervlak en omdat het gaat om een geleidelijk proces, kan worden geconcludeerd dat de zichtbare veranderingen aan het glas- of kristaloppervlak te beschouwen zijn als een ‘slijtageproces’ dat onvermijdelijk verbonden is aan het machinale vaatwassen.
porselein of aardewerk. In feite bevindt zich op het glas geen beschermende laag, zoals het glazuur bij porselein. Na herhaald gebruik en wassen zullen deze decoraties op glas dan ook veelal vervagen.
Porselein en aardewerk Porselein en aardewerk worden bijna altijd beschermd door een laagje glazuur. Derhalve betekent verwering
37
van deze materialen automatisch de verwering van deze glazuurlaag. In het algemeen wordt de verwering van aardewerk en porselein pas zichtbaar wanneer de decoratie gaat vervagen of wanneer door de tijd haarscheurtjes in het glazuur ontstaan. Decoraties kunnen op verschillende manieren zijn aangebracht: onder het glazuur, in of gelijktijdig met het glazuur en op het glazuur. Het vervagen van de decoraties treedt het minst snel op bij de decoraties die onder het glazuur zijn aangebracht. Het verweren van het glazuur is in principe hetzelfde proces als bij glas, maar doordat de oppervlakken niet transparant zijn, is dit nauwelijks of niet zichtbaar. Wanneer donkere decoraties worden toegepast, zal het uiterlijk geleidelijk lichter worden door de vorming van een ruwe en matte toplaag. Deze ruwheid kan men aantonen met behulp van een potloodstreep. Net als bij glas is de aantasting van glazuur afhankelijk van de wasmiddelsamenstelling en pH tijdens de was. Moderne vaatwasmiddelen zijn milder, en dus beter, voor glazuur dan de producten van een aantal jaren geleden, zodat dit nauwelijks nog een probleem is.
Plastic In het algemeen zijn er met plastic weinig problemen te verwachten. Gezien het vaak lage gewicht verdient het aanbeveling de plastic artikelen in het bovenrek te plaatsen. Dit is vaak tevens zo ver mogelijk weg van het verwarmingselement, waardoor vervormingen niet kunnen optreden. Poreus plastic kan verkleuren, doordat het soms kleurstoffen (bijvoorbeeld van tomaten) uit het wassop opneemt die dan vaak niet meer te verwijderen zijn. Hele harde plasticsoorten kunnen soms kleine haarscheurtjes gaan vertonen ten gevolge van spanningen door temperatuurverschillen die tijdens het wasprogramma optreden. Door het hydrofobe (waterafstotende) karakter van plastic is de bevochtiging van het oppervlak door het wassop moeilijker dan bij vele andere materialen. Daardoor komt het voor dat het drogen van plastic niet altijd optimaal verloopt en druppels achterblijven.
Aluminium Sommige metalen geven problemen in het vaatwasproces, bijvoorbeeld aluminium en aluminiumlegeringen. Dit komt omdat het beschermende oxidelaagje oplost in de alkalische was en tot een vlekkerig uiterlijk leidt. Aantasting van aluminium in het vaatwasproces is niet helemaal te voorkomen. Beschermende zouten zoals silicaten en bleekmiddelen vereisen ook bepaalde concen-
38
traties voor optimale glasbescherming en reiniging, zodat enige oxidatie blijft bestaan. Roestvrijstalen pannen kunnen soms langs de bodem een (onbedekte) aluminium rand bezitten die in de vaatwasmachine op den duur toch kan oxideren.
Roestvrij staal Roestvrij staal heeft dit oxidatieprobleem niet, maar het kan toch roestvorming ontwikkelen. Roestvorming kan ontstaan door verschillen in samenstelling aan het metaaloppervlak. Een kleine beschadiging kan aanleiding zijn voor zo’n verschil. Er ontstaat dan een rond roestvlekje om de beschadiging heen: ‘pitting‘corrosie. Deze vorm van corrosie kan vaak diep in het metaal dringen. Ook een zekere concentratie van NaCl (aanwezig ten gevolge van de regeneratiestap) is aanleiding voor gemakkelijke ‘pitting‘corrosie bij bestek. De beste remedie tegen metaalcorrosie is een juiste plaatsing in het bestekbakje, zodat zo weinig mogelijk water achterblijft en een snel droogproces. Contact van metaal met plastic dat water kan vasthouden kan beter worden vermeden. Ook het openen van de vaatwasmachine direct na afloop van het programma kan een positieve bijdrage geven.
Zilver Zilveren en verzilverde artikelen kunnen in de vaatwasmachine worden gewassen. Verzilverd betekent dat het oppervlak van de artikelen uit een dun laagje zilver bestaat; voor het gedrag in de vaatwasmachine is er nauwelijks verschil tussen deze twee soorten. Het kan voorkomen dat onder bepaalde omstandigheden zilver tijdens het vaatwasproces verkleurt. Dit kan zichtbaar worden door een verkleuring van het oppervlak naar geel, bruin en zelfs tot zwart toe. Deze verkleuringen vinden plaats op het zilveroppervlak zelf, maar in die gevallen waar relatief veel zilververkleuring plaatsvindt, kan deze aanslag ook op andere plaatsen neerslaan zoals bijvoorbeeld de borden. Deze aanslag heeft dan een grijze of paarse kleur en kan zowel op porselein, plastic als metaal aanwezig zijn. Zilververkleuring kan worden veroorzaakt door het ontstaan van Ag2O (zilveroxide; invloed van bleekmiddel), van Ag2S (zilversulfide; invloed van eibevuiling) en van AgCl (zilverchloride; invloed van zout) of mengsels ervan. Al deze verbindingen zorgen voor een verkleuring van het oppervlak. In alle gevallen is met een zilverpoetsmiddel de oorspronkelijke zilverkleur terug te krijgen. In het algemeen treden tijdens de was corrosieve condities voor het zilver op wanneer door de wasomstandigheden zich een situatie voordoet, waarbij tegelijkertijd een combinatie van de bovenbeschreven verschijnselen zich aandient: veel bleekmiddel en/of aanwezigheid van eibevuilingen en/of een hoge concentratie van (regeneratie)zout.
Omdat zo’n wasconditie niet vaak voorkomt, zal in een volgende was het verschijnsel van zilververkleuring veelal niet weer optreden.
Contactcorrosie en zilver Een geheel andere vorm van zilver-, maar ook staalverkleuring of -aantasting treedt op via contactcorrosie. Contactcorrosie is oxidatie van metalen op die plaatsen waar door een verschil in samenstelling aan het oppervlak een elektro-chemische spanning ontstaat. Deze spanning zorgt dan voor oxidatie van het zilver tot Ag2O. Dit type oxidatie is vaak gemakkelijk te lokaliseren daar het uitsluitend voorkomt op specifieke plaatsen. Aanwezigheid van een bleekmiddel bevordert dit proces maar is niet absoluut noodzakelijk. Voorbeelden van dit type corrosie zijn: 1. Een beschadigde plek of putje waarbij de samenstelling aan het oppervlak door de beschadiging anders is dan die van het verzilverde oppervlak. De verkleuring ontstaat dan rondom deze beschadiging. Vaak zijn dit kringetjes, maar het kan er ook uitzien als een roestplekje. 2. Op de plaats waar heft en lemmet van een mes samenkomen. Een heft van zilver tegen een lemmet van roestvrij staal kan ook op die contactplaats contactcorrosie geven (tenzij de beide metalen door een dunne lijmlaag toch van elkaar zijn gescheiden). Deze kans op contactcorrosie kan zoveel mogelijk worden vermeden door materialen met een verschillende samenstelling niet in de vaatwasmachine tegen elkaar te zetten. Zilver bij zilver en roestvrij staal (rvs) bij rvs is het
39
advies. Zonder direct contact tussen de twee verschillende metalen treedt dit verschijnsel niet op. Zilverbescherming met het vaatwasproduct Vaatwasproducten bevatten veelal een zilverbeschermer om de zilververkleuring zoveel mogelijk tegen te gaan. De balans tussen de diverse productingrediënten, zoals met name het bleekmiddelniveau en het gehalte aan zilverbeschermer, en de samenstelling van de bevuiling is hier belangrijk voor het uiteindelijke resultaat op het zilveren oppervlak. Een andere factor die invloed heeft op de mogelijkheid tot verkleuring is de hoeveelheid bevuiling, terwijl ook het type vuil belangrijk is. Ei is al genoemd, maar in het algemeen geldt voor andere typen bevuilingen dat in aanwezigheid van vuil er minder risico is op zilververkleuring dan in een volledig schoon systeem. Het idee hierachter is dat het zuurstofbleekmiddel zich in een schoon systeem niet met het vuil behoeft bezig te houden en dan andere zaken ter oxidatie opzoekt. Dit betekent dus vaak dat door het voorwassen met de hand, met als gevolg relatief weinig vuil in de machine, zilververkleuring bij een relatief hoge dosering eerder zal optreden.
Adviezen om de zilververkleuring tijdens de was zoveel mogelijk te voorkomen: 1. Machinale vaatwasproducten gebruiken zoals aanbevolen, met de juiste doseringen. 2. Niet morsen met het bijvullen van regeneratiezout. 3. Belading : Zilver bij zilver, rvs bij rvs. 4. Indien veel vuil op het zilver aanwezig is, verdient het aanbeveling dit vooraf te verwijderen. Dit is zeker aan te bevelen bij eibevuiling. 5. Metalen (ook zilver) direct na de was uit de machine halen of de machine meteen na de was openzetten, verkleint de kans op verkleuren ten gevolge van zouteffecten.
Andere materialen: hout, been enz. Er zijn nog andere materialen die beter niet in de vaatwasmachine kunnen worden afgewassen, omdat die wellicht niet bestand zijn tegen de hoge temperatuur of de temperatuurwisselingen die optreden tijdens het wasprogramma. Dit geldt vooral voor hout, been, ivoor en antieke of handgemaakte serviezen. Deze materialen kunnen tijdens de was chemisch worden aangetast, waardoor glans of kleur achteruitgaan. Met sommige decoraties (antiek), zoals gouddecor, moet men ook zeer voorzichtig zijn en geen risico nemen.
40
13. Veiligheid en milieu Tijdens de ontwikkeling van nieuwe vaatwasmiddelen wordt veel aandacht gegeven aan veiligheid en milieu. Een aantal aspecten wordt hier genoemd. Mildere chemische samenstelling Tussen de bijtende standaardpoeders met een chloorbleekmiddel en (hoogalkalisch) metasilicaat en de huidige mildere, geconcentreerde tabletten bestaat een wereld van verschil. Betere veiligheid Door het verlaten van het chloorbleekmiddel en de hoge was-pH en alkaliteit, zijn de producten in de loop der tijd veel veiliger geworden. De veiligheidsetikettering is tegenwoordig niet meer ‘bijtend’ maar ‘irriterend’. Deze etikettering is noodzakelijk, omdat de producten nog steeds alkalisch zijn en een (zuurstof)bleekmiddel bevatten. Zoals met alle was- en reinigingsmiddelen moet men ook de machinevaatwasproducten buiten bereik van kinderen bewaren. Juiste dosering De meest verkochte productvorm is in Nederland nu het (multifunctionele) tablet. Hierdoor wordt de juiste hoeveelheid gedoseerd, tegenwoordig vaak veel minder grammen per was dan men vroeger met het standaard vaatwaspoeder gewend was te doseren, waardoor het milieu niet onnodig wordt belast.
41
Multifunctionele producten. De laatste jaren gebruiken consumenten meer en meer de multifunctionele producten (met name tabletten). Niet alleen het comfort is een voordeel, ook worden door het gebruik van deze tabletten veel minder chemicaliën per was gebruikt dan vroeger met de afzonderlijke producten vaatwasmiddel, spoelglansmiddel en regenereerzout. Minder verpakking Door de geconcentreerdere vorm van de producten is ook de hoeveelheid verpakkingsmateriaal verminderd en behoeft er nu minder aan energie voor transport te worden besteed. Ook de ontwikkeling van een oplosbare tabletfolie die meegedoseerd wordt en volledig biologisch afbreekbaar is, helpt de hoeveelheid verpakkingsafval verder te verminderen.
14. Consument en informatie Na de wasadviezen die de wasmiddelenindustrie de afgelopen jaren heeft gegeven in de ‘washright’ campagne met tips en symbolen voor de textielwas, zijn er verdere ontwikkelingen geweest voor alle schoonmaakproducten en dus ook de afwasproducten. Dit heeft geresulteerd in de nieuwe Verordening Wasmiddelen (Detergent Regulation) die op 8 oktober 2005 van kracht is geworden en waarin meer informatie naar de consument centraal staat. Dit houdt onder andere in: 1. Uitsluitend gebruik van biologisch afbreekbare wasactieve stoffen is toegestaan. 2. Nieuwe etikettering met een uitgebreidere ingrediëntenlijst en vermelding van 26 potentieel allergene ingrediënten (indien aanwezig). 3. Een website moet worden vermeld op de verpakking, van de fabrikant of het productmerk, met vermelding op de website van de ingrediënten per product. 4. Een medisch informatieblad moet op verzoek beschikbaar zijn voor artsen.
Naast deze wettelijk geregelde zaken hebben de wasmiddelenfabrikanten verdere onderlinge afspraken gemaakt om de consument nog meer en beter te informeren over wassen op een veilige en verantwoorde manier. Op de vaatwasmiddelen staan al de wettelijke veiligheidsaanbevelingen met het oranje-zwarte St. Andreaskruis. Daarnaast zullen we nu steeds vaker de icoontjes en teksten voor veilig gebruik zien verschijnen. Deze zgn ‘Safe Use Icons’ zijn hierbij weergegeven. Deze symbolen zullen meer en meer een vertrouwd en gemakkelijk te begrijpen beeld worden op alle was- en reinigingsmiddelen. Verantwoord wassen zal ook veelal worden weergegeven door het gebruik van het symbool voor duurzaam schoonmaken ofwel ‘sustainable cleaning’. Naast het algemene symbool voor alle producten is er ook een symbool met een glas voor de vaatwasproducten. Beide www.sustainable-cleaning.com symbolen zijn hier afgebeeld.
Safe Use symbols Buiten bereik van kinderen bewaren.
Oogcontact vermijden. Bij oogcontact grondig uitspoelen met water.
Na gebruik de handen afspoelen en drogen.
Bij een gevoelige of beschadigde huid langdurig contact met het product vermijden.
Niet inslikken. In geval van inslikken een arts raadplegen.
Het product in de oorspronkelijke verpakking bewaren.
Niet mengen met andere producten.
Na gebruik de ruimte ventileren.
Irriterend
42
15. Unilever Nederland Unilever is een van de grootste producenten van consumentenartikelen in de wereld. Met zo'n 223.000 medewerkers in circa 100 landen produceert en verkoopt zij wereldwijd voedingsmiddelen en producten voor huishoudelijke en persoonlijke verzorging. Enkele bekende Unilever-merken zijn: Axe, Becel, Bertolli, Dove, Knorr, Magnum en Omo. Unilevers missie kan in één woord worden samengevat: vitaliteit. Unilever voegt vitaliteit toe aan het leven. Zij wil voorzien in de dagelijkse behoefte aan voeding, hygiëne, en persoonlijke verzorging met merken die mensen helpen zich goed te voelen, er goed uit te zien en meer uit het leven te halen. Het grote aantal activiteiten en de spreiding over vele landen dragen in belangrijke mate bij tot de kracht en stabiliteit van de onderneming. Unilever concentreert zich op sterke, krachtig door reclame gesteunde merken die voortdurend worden verbeterd en aan de wensen en smaak van de kwaliteitsbewuste consument worden aangepast. Het succes van de producten is voor een belangrijk deel te danken aan de investeringen die worden gedaan in research en ontwikkeling. Unilever heeft daartoe researchcentra in Europa, India, China en de Verenigde Staten.
43
Unilever is in 1930 ontstaan door het samengaan van twee ondernemingen die toen al in vele landen werkzaam waren. In Nederland was dat de Margarine Unie van Van den Bergh en Jurgens en in Engeland het zeepbedrijf Lever Brothers. De grondlegger van dit bedrijf, William Lever, bracht in 1884 voor het eerst een huishoudzeep met een merknaam (Sunlight) op de markt. Unilever Home and Personal Care Nederland produceert en verkoopt was- en reinigingsmiddelen voor huishoudelijk gebruik en producten voor persoonlijke verzorging. Reeds in 1901 vestigde William Lever, nu Lord Leverhulme, in Nederland een eigen onderneming, Lever's Zeep Maatschappij in Vlaardingen. De productie van Sunlight-zeep startte echter pas in 1917. In de loop der jaren werden daaraan Vim-schuurpoeder, Lux-toiletzeep en Radion-zeeppoeder toegevoegd. Na 1945 moest het bedrijf weer vrijwel van de grond af worden opgebouwd, maar het was al snel weer geheel operationeel. Lange tijd opereerden alle Europese Lever-vestigingen, verspreid over 16 landen, vrijwel geheel autonoom. In 1990 werd echter een overkoepelende organisatie opgericht, die verantwoordelijk werd voor alle activiteiten in Europa: Lever Europe, waarna een verdere integratie van
activiteiten op het gebied van Home Care en Personal Care leidde tot de oprichting van de HPCE-organisatie (Home and Personal Care Europe). Door het opzetten van een coördinatiecentrum kunnen alle Europese vestigingen nu nauw samenwerken, waardoor de efficiëntie op gebieden als productinnovatie, productie en marketing kan worden vergroot. In 1998 werden in Nederland Lever en Elida Andrélon samengesmolten tot Lever Fabergé Nederland. In 2005 is Lever Fabergé, samen met andere Nederlandse Unilever-bedrijven, geïntegreerd in één bedrijf – Unilever Nederland B.V. – met voor iedere business unit een eigen naamsaanduiding. Voor Lever Fabergé is dat Unilever Nederland Home and Personal Care. Met belangrijke merken als Omo, Sunil, Robijn, Sun, Cif, Glorix, Andrélon, Dove, Axe, Rexona, Vaseline, Lux en Sunlight is Unilever Nederland Home and Personal Care de grootste aanbieder van producten voor de huishoudelijke en persoonlijke verzorging op de Nederlandse markt.
16. Vaatwastips en adviezen In onderstaand lijstje staan de belangrijkste tips voor de consument weergegeven om de vaatwasmachine optimaal te gebruiken. Vele genoemde punten zijn een logisch gevolg van de in de voorgaande hoofdstukken beschreven processen en verschijnselen die tijdens de machinale vaatwas kunnen optreden. Algemene informatie en informatie over vaatwassen is ook te vinden op: www.sun-services.nl www.unilever.nl www.unilever.com www.sustainable-cleaning.com www.isditproductveilig.nl www.nvz.nl Tips en adviezen voor het gebruik van de vaatwasmachine. 1. Verwijder de grove etensresten met wat keukenpapier. 2. Plaats het servies ondersteboven in de rekken, zodat de sproeiarmen de vuile oppervlakken direct kunnen bereiken. 3. Plaats glazen en porseleinen kopjes in het bovenste rek. Hier is de sproeidruk wat lager dan in het onderste rek. 4. Belaad de machine niet te vol en zorg dat de glazen elkaar niet raken. Dit voorkomt dat krassen op het glas ontstaan. 5. Plaats het bestek in het bestekmandje met de heften naar beneden. Zorg dat de lepels niet ‘in elkaar vallen’
44
6. 7.
8. 9. 10.
11.
12.
13.
14.
en de stelen niet door het mandje heen steken zodat ze het draaien van de sproeiarmen kunnen belemmeren. Plaats de pannen zo in het onderste rek dat ze niet alle stralen afschermen van de rest van de vaat. Wees voorzichtig met kunststof artikelen; deze kunnen niet altijd het vaatwasproces verdragen. Lichte artikelen kunnen door de waterdruk gaan zweven in de machine of omvallen. Plaats geen artikelen van verschillende metalen tegen elkaar om contactcorrosie te voorkomen. Open de vaatwasser zodra het programma is afgelopen. Dit bevordert het drogen. Werk bij het uitruimen van de machine van beneden naar boven. Eventueel nog aanwezig water komt dan niet op onderliggende voorwerpen terecht. Kristallen glaswerk en mondgeblazen glas kan door veelvuldig afwassen in de machine structuurveranderingen ondergaan en een doffe glans gaan vertonen. Dit kostbare glaswerk kan beter met de hand worden afgewassen. Plaatselijk opgebrachte decoraties kunnen vervagen. Zelfs het beste product kan dit niet altijd voorkomen. Geëtst glaswerk kan meestal niet tegen de hoge machinevaatwastemperatuur. Heften van hout of been kunnen barsten gaan vertonen of bij een gelijmd heft kan de lijm loslaten. Ook hiervoor is het advies: met de hand afwassen. Neem geen risico met antiek en gouden decoraties op porselein.
Tot slot: Gebruik voor het beste resultaat en de gemakkelijkste, veiligste en milieuvriendelijkste manier van afwassen de SUN multifunctionele tabletten. Hang de SUN Neutraliser in de machine tegen onaangename geurtjes, gebruik af en toe de SUN Reinigingsversterker (daar waar nodig) en iedere maand de SUN Machinereiniger om uw vaatwasmachine in optimale conditie te houden.