Geraniums of gladiolen? Loopbaanonderzoek naar gestopte wethouders periode oktober 2004 t/m december 2008
P&O Services Groep Drs. Titia Lont Frank Visser Februari 2009
Inhoudsopgave
Inleiding 1. Over het onderzoek 1.1. Doelstelling en onderzoeksverantwoording 1.2. Populatie en respons 2. Loopbaansituatie voorafgaand aan het wethouderschap 3. Loopbaanontwikkeling tijdens het wethouderschap 3.1. Oriëntatie en coaching 3.2. Zicht op eigen competenties 4. Baanloze periode 4.1. Reden van stoppen 4.2. Duur van de baanloze periode 4.3. Activiteiten en nevenfuncties 4.4. Loopbaancoaching en outplacement 4.5 Manieren waarop een baan gevonden is 5. Voor- en nadelen van het wethouderschap 5.1. Loskomen van het wethouderschap 5.2. Imago van wethouders 5.3. Andere voor- en nadelen 6. Huidige loopbaansituatie 6.1. Actuele werkkring 6.2. Wachtgeld of bijstand 6.3. FPU of pensioen 7. Kansrijke sectoren voor ex-wethouders 8. Gouden tips om een baan te vinden 9. Conclusies 10. Aanbevelingen
Pag. 3 Pag. 4 Pag. 4 Pag. 5 Pag. 6 Pag. 7 Pag. 7 Pag. 7 Pag. 8 Pag. 8 Pag. 8 Pag. 8 Pag. 9 Pag. 10 Pag. 11 Pag. 11 Pag. 12 Pag. 12 Pag. 13 Pag. 13 Pag. 14 Pag. 15 Pag. 16 Pag. 17 Pag. 18
Bijlagen a. Werkgevers voorafgaand aan het wethouderschap en huidige werkgevers b. Gevolgde opleidingen, cursussen en trainingen c. Bezoldigingstabel wethouders d. Geraadpleegde literatuur
2
Inleiding
In de periode oktober 2004 tot en met december 2008 hebben maar liefst 934 wethouders hun ambt beëindigd, al dan niet vrijwillig. Naast het feit dat dit voor de personen in kwestie vaak een ongewenste loopbaansituatie tot gevolg had, zijn er ook financiële en politieke effecten. Zo hadden bijvoorbeeld de 25 grootste gemeenten in 2008 gezamenlijk een wachtgeldverplichting van 6,4 miljoen euro. Daarnaast bracht het vertrek van wethouders, soms hele colleges, veel politieke onrust met zich mee. De gemeenten Delfzijl, Tilburg, Vlissingen, Deventer en Boarnsterhim zijn hier voorbeelden van. Naast de toenemende kwetsbaarheid van het ambt zijn er steeds meer maatschappelijke argumenten (o.a. de recessie) te benoemen om het van-werk-naar-werk principe ook van toepassing te laten zijn op de doelgroep politieke ambtsdragers. Het fenomeen wachtgeld blijkt geen stimulans om snel op zoek te gaan naar een andere baan. Dit geldt in sterkere mate voor ex-politieke ambtsdragers die uit de Tweede Kamer, provincie of grotere gemeenten afkomstig zijn, en een navenant grotere wachtgelduitkering ontvangen. P&O Services Groep verzorgt sinds een aantal jaren mobiliteitstrajecten voor politieke ambtsdragers, waaronder een groep ex-wethouders. Ondanks stevige ondersteuning bij netwerk- en sollicitatieactiviteiten blijkt deze groep veel last te hebben van het slechte imago van politieke ambtsdragers. Daarnaast lijken de meer traditionele manieren van solliciteren - het schrijven van een brief en CV - uit de tijd. Netwerken schijnt het toverwoord te zijn, maar juist dat netwerk is in veel gevallen gelieerd aan de oude functie. Ex-wethouders staan dus open en bloot op de arbeidsmarkt en moeten zichzelf zien te verkopen met een bestuurlijk getint CV.
Een onderzoek uitgevoerd door IVA beleidsonderzoek en advies (2008) bevestigt dit beeld. Werkgevers die nog geen praktijkervaring hebben met het in dienst nemen van ex-politieke ambtsdragers lijken van mening dat deze onvoldoende beschikken over de vereiste competenties. Bovendien hebben de betreffende werkgevers de perceptie dat ex-bestuurders door hun politieke achtergrond moeilijk plooibaar zijn. Dat staat in schril contrast met werkgevers die wél ervaring hebben met ex-politieke ambtsdragers in hun organisatie. Met name de netwerkkwaliteiten, het strategisch denken en handelen en de pasbaarheid in de functie van de organisatie vallen hierbij nadrukkelijk op. In aanvulling op het genoemde onderzoek van het IVA heeft P&O Services Groep het initiatief genomen om een loopbaanonderzoek onder ex-wethouders uit te voeren. De centrale vraagstelling luidde: Welke sectoren op de arbeidsmarkt bieden voor ex-wethouders de beste kansen op een baan en wat zijn de gouden tips om na het beëindigen van het wethouderschap duurzaam een andere baan te verwerven? De titel van dit onderzoeksrapport ‘Geraniums of gladiolen?’ lijkt wellicht grappig, maar is zo niet bedoeld. Veel ex-wethouders voelen zich achter de geraniums erg ontheemd en het is voor hen soms een ware ‘Via Gladiola’ om een passende baan te vinden. Overigens is er ook een kleine groep die het prima vindt om thuis te zijn en meer tijd te hebben voor gezin, hobby’s en nevenfuncties. Dit onderzoeksrapport vormt hopelijk de opmaat tot een maatschappelijke discussie over HRM-beleid en goed werkgeverschap ten dienste van ex-politieke ambtsdragers, zowel vanuit de politieke partijen als de lokale overheid.
3
Het zou wenselijk zijn dat de kwetsbaarheid van het ambt wordt verminderd, en dat gestopte wethouders zelf en met hulp van anderen hun loopbaan ter hand kunnen nemen. Rest ons nog initiatiefnemer Titia Lont en onderzoeksmedewerker Frank Visser te bedanken, alsmede Bertina van Dodeweerd voor de secretariële ondersteuning. Ik wens u veel leesplezier toe. Namens directieleden en consultants P&O Services Groep, Frank Damen Algemeen directeur
[email protected] www.posg.nl (073) 503 93 20
1. Over het onderzoek
1.1. Doelstelling en onderzoeksverantwoording Sinds oktober 2004 zijn veel wethouders om zeer diverse redenen gestopt met het uitoefenen van hun politieke ambt. Veel vakbladen rapporteren over het grote aantal gevallen bestuurders op lokaal niveau en de redenen hiervan. De focus van dit onderzoek was daarom gericht op het achterhalen van de succesfactoren van ex-wethouders om weer een baan te verwerven. De centrale onderzoeksvraag was: Welke sectoren op de arbeidsmarkt bieden ex-wethouders de beste kansen op een baan en wat zijn de gouden tips om na het beëindigen van het wethouderschap duurzaam een andere baan te verwerven? Het kwantitatieve deel van het onderzoek bestond uit het versturen van een korte vragenlijst naar alle 934 wethouders die sinds oktober 2004 tot en met december 2008 zijn gestopt. In de enquête stonden onder andere vragen over: • loopbaansituatie voorafgaand aan het wethouderschap • huidige werksituatie • activiteiten tijdens de baanloze periode • manier waarop men een baan heeft gekregen • actuele loopbaansituatie • rol van netwerken en de politieke partij • ervaringen met loopbaanbegeleiding/bureaus.
De enquête is opgesteld op basis van expertise binnen P&O Services Groep, IVA beleidsonderzoek en advies en ervaringsdeskundigen vanuit de doelgroep wethouders. De onderzoekers hebben een wervende begeleidingsbrief opgesteld en bijgevoegd. Binnen twee weken moesten de respondenten de formulieren terugsturen. Het kwalitatieve deel van het onderzoek bestond uit het versturen van tien verdiepingsvragen per mail aan de respondenten die een e-mailadres hadden ingevuld. Hierop kwamen 37 ingevulde vragenlijsten retour. Daarnaast heeft Titia Lont van P&O Services Groep een aantal gesprekken gevoerd met de wethouders die op dit moment door middel van een mobiliteitstraject verbonden zijn aan P&O Services Groep of inmiddels een baan hebben gevonden. Deze gesprekken gingen respectievelijk over loskomen van het wethouderschap en het glazen huis, rouwverwerking, kerncompetenties, loopbaandrijfveren, netwerken en solliciteren. Als dank voor de medewerking aan het onderzoek konden de respondenten kiezen uit de volgende presentjes: het boekje ‘Nieuwe burgemeesters op weg’ van Titia Lont en Liane Pielanen, de publicatie ‘Gelukkig gaan we reorganiseren!’ van Geert Mos, de rapportage ‘Een beter loopbaanperspectief voor politieke ambtsdragers’ van IVA beleidsonderzoek en advies of een gratis en vrijblijvend adviesgesprek met een coach van P&O Services Groep.
4
De adressen van de ex-wethouders zijn verzameld op basis van drie steekproeven uit de VNG-Gids Gemeentebesturen (Uitgave Sdu). Helaas bleken, in enkele gevallen, de gegevens niet actueel te zijn. Hierdoor werden enkele enquêtes verkeerd geadresseerd en konden de respondenten daardoor niet tijdig de vragenlijst retourneren. Aan de hand van de opgestuurde vragenlijst hebben de onderzoekers informatie achterhaald over het verwerven van een nieuwe baan. Om eventuele ongewenste situaties te voorkomen hebben de onderzoekers ervoor gekozen om alle deelnemers aan dit onderzoek te anonimiseren in het rapport. De verdiepingsvragen heeft P&O Services Groep gebruikt om aanvullende en meer kwalitatieve informatie te vergaren.
Legenda
• CDA • Lokaal • VVD • PvdA
30% 25% 20%
• Christen Unie/SGP • Groen Links/SP • Overig
15% 10%
1.2. Populatie en respons In totaal is de enquête naar 934 ex-wethouders gestuurd die in de periode oktober 2004 tot en met december 2008 gestopt zijn. De meeste ex-wethouders waren lid van het CDA, de PvdA, de VVD of een lokale partij of groepering. Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 is de SP in verschillende gemeenten in het college van B&W gekomen. Van de respondenten was één persoon lid van de SP.
5% 0% Afbeelding 1:
Totale onderzoekspopulatie naar partij Afbeelding 1 Totale onderzoekspopulatie naar partij (n=934)
Legenda
• CDA • Lokaal • VVD • PvdA
30% 25% 20%
• Christen Unie/SGP • Groen Links/SP • Overig
15% 10% 5% 0% Afbeelding 2:
Totale onderzoeksrespons naar partij Afbeelding 2 Totale onderzoeksrespons naar partij (n=305)
5
2. Loopbaansituatie voorafgaand aan het wethouderschap Van de 305 respondenten werkten er 216 voorafgaand aan het wethouderschap in een vast dienstverband. De meesten van hen waren werkzaam binnen het onderwijs of de overheid. Dit bevestigt het beeld dat politieke ambtsdragers vooral uit de publieke sector afkomstig zijn. De ex-wethouders, afkomstig van de overheid, waren vooral gemeenteambtenaar. Opvallend is dat er slechts een persoon voor een waterschap werkte en een persoon voor een politieke partij. Onder de ex-wethouders was 14,2% zelfstandig ondernemer. Zij waren vooral adviseur/consultant of actief in de land- en tuinbouw. Een enkeling runde een ander soort bedrijf. Slechts een klein aantal ex-wethouders (12,3%) had een dienstverband in het bedrijfsleven voordat ze aan een wethouderschap begon. Totaal hadden zeven personen geen baan en waren er zes actief in het vrijwilligerswerk.
Legenda
2,69%
14,20%
2,69%
• Vrijwilligerswerk / Geen baan Zelfstandig ondernemer
Vast dienstverband
14,20% 83,11%
Legenda
VrijwilligerswerkVrijwilligerswerk / geen baan • Vast dienstverband / geen baan • Vast dienstverband • Zelfstandig ondernemer • Zelfstandig ondernemer • Vrijwilligerswerk / Geen baan Zelfstandig ondernemer
Vast dienstverband
83,11%
Afbeelding 3 Werksituatie voorafgaand aan wethouderschap
6
3. Loopbaanontwikkeling tijdens het wethouderschap
3.1. Oriëntatie en coaching Opvallend is dat tweederde van de ex-wethouders aangeeft tijdens hun bestuurlijke periode niet bezig te zijn geweest met een carrière na het wethouderschap. Uit de enquête blijkt dat ze vooral de verwachting hadden na de volgende gemeenteraadsverkiezingen door te kunnen gaan als wethouder. Daarentegen was 27% wel bezig met zijn of haar verdere loopbaan tijdens het uitoefenen van de bestuurlijke functie. Dat deden ze onder meer door oriënterende gesprekken te voeren binnen het bestaande netwerk, de arbeidsmarkt te bekijken, te bepalen welke richting ze wilden kiezen na de beëindiging van de ambtsperiode en scholing/coaching. In de meeste gevallen vloeiden hier geen concrete acties uit voort. Uit de verdiepingsvragen blijkt dat veel respondenten scholing en coaching van belang vinden, ook aan het begin van het wethouderschap. Dit geldt volgens de ex-wethouders in het bijzonder voor wethouders van buiten, die soms zonder politieke ervaring starten. Enkele ex-wethouders geven echter ook aan dat scholing en coaching niet zaligmakend is. Uiteindelijk blijf je als wethouder toch afhankelijk van het lokale politieke krachtenveld.
3.2. Zicht op eigen competenties Uit de enquête blijkt dat bijna geen enkele van de 305 respondenten zicht heeft op de eigen kerncompetenties. Daarop is in dit onderzoek door middel van een aantal verdiepingsvragen nader ingezoomd. In het totaal hebben 37 respondenten deze vragen beatwoord. Uit deze weliswaar beperkte steekproef blijkt dat de meeste ex-wethouders zichzelf als strateeg, helper, presteerder en analyticus kwalificeren. Op de competenties pionier en verankeraar wordt nauwelijks gescoord. De meeste ex-wethouders achten zich vooral geschikt om een functie als directeur/ bestuurder of (project)manager te vervullen (zie ook de uitstroomprofielen van het IVA in afbeelding 5). Daarnaast is het starten als zelfstandige zonder personeel, gericht op consultancy/beleidsadvies een gewilde combinatie. Maar het is de vraag hoe succesvol deze ZZP’ers zijn. Deze vraag zou in vervolgonderzoek nader tegen het licht kunnen worden gehouden.
Legenda
7% 27%
27%
• Onbekend
Onbekend
7% 66%
66%
Doorstroom competentieprofielen uit onderzoeken (het voorlopige EVC-referentiekader) Afbeelding 5 Uitstroomprofi elen IVA beleidsonderzoek en advies Bestuurlijk
Management
Helper Pionier
Helper Pionier
Consultant Pionier Helper/ Teamspeler
Teamspeler Analyticus
Netwerker Presteerder
Teamspeler Analyticus
Netwerker
Netwerker Analyticus
Presteerder
Presteerder /Strateeg Verankeraar Strateeg
Verankeraar
7
Onbekend
Afbeelding 4 bezig tijdens wethouderschap met loopbaan
“Ik had gedacht dat ik nog wel een periode door mocht gaan als wethouder.”
Legenda
• Ja Ja • Ja • Nee Nee • Nee Ja Nee • Onbekend
Verankeraar Strateeg
4. baanloze periode
4.1. Reden van stoppen In het onderzoek heeft P&O Services Groep de ex-wethouders gevraagd aan te geven waarom ze zijn gestopt. Uit afbeelding 6 blijkt dat de meeste respondenten niet zijn herbenoemd nadat er gemeenteraadsverkiezingen hadden plaatsgevonden. Ruim 27% van de ex-wethouders moest aftreden vanwege politieke redenen. Van de respondenten is 14,5% gestopt om persoonlijke redenen. Ziekte, leeftijd en andere interesses (kleinkinderen, reizen, etc.) werden hierbij als reden genoemd. Enkelen stopten omdat ze een andere baan aanvaardden. Zij kregen bijvoorbeeld een kerkelijke functie of gingen verder in een andere bestuurlijke functie zoals burgemeester of gedeputeerde. Ook keerden enkelen terug in het bedrijfsleven of begonnen aan een promotieonderzoek.
Legenda
Legenda
3,0%
3,0%
14,5%
14,5% 14,5%
40,1%
40,1%
• Niet herbenoemd Anders • Niet herbenoemd • Politieke redenen Anders • Politieke redenen Politieke redenen • Persoonlijke redenen Andere baan Politieke redenen • Persoonlijke redenen Andere baan • Andere baan • Andere baan herbenoemd • Anders Niet Persoonlijke redenen
• Anders
14,5%
27,9%
Niet herbenoemd Persoonlijke redenen
4.2. Duur van de baanloze periode Van de ex-wethouders waren de meesten baanloos voor een periode van 0-6 maanden. Dit waren 95 van de 305 ex-wethouders. In het totaal gingen er 30 mensen met de FPU na het wethouderschap en waren 40 mensen langer dan twee jaar baanloos. De ex-wethouders die niet in één van de gegeven categorieën vielen, keerden respectievelijk terug naar hun oude werkgever, hebben een eigen onderneming opgezet of hebben gebruik gemaakt van de wachtgeldregeling. Opvallend is dat vrouwelijke ex-wethouders relatief langer werkloos zijn dan hun mannelijke collega’s. Daarentegen is de gemiddelde leeftijd van mannelijke ex-wethouders hoger en zijn er dus ook meer met pensioen of FPU gegaan. Uit de verdiepingsvragen blijkt dat een meerderheid van de respondenten van mening is dat er een verband bestaat tussen het dualisme en het grote aantal afgetreden wethouders. Men vindt de lokale politiek steeds meer een slangenkuil en de afrekencultuur is volgens de respondenten groot.
“Het opportunisme in de politiek viert hoogtij.”
27,9%
Afbeelding 6 Reden van stoppen
4.3. Activiteiten en nevenfuncties De ex-wethouders die de vragenlijst hebben ingevuld en teruggezonden zijn over het algemeen actieve mensen: 114 van hen zijn actief in bestuurlijke functies. Daarnaast zijn 90 personen actief in het vrijwilligerswerk. In totaal volgden 17 respondenten een opleiding nadat ze gestopt waren als wethouder. Deze opleidingen liepen uiteen van cursussen tot MbA-opleidingen en andere universitaire studies. Met uitzondering van de MbA-studies en de hbo-opleiding bestuurskunde hadden de genoemde studies in beginsel weinig raakvlakken met de overheid. Andere activiteiten die werden ontplooid waren het starten c.q. uitbreiden van de eigen onderneming, vakantie houden, solliciteren/netwerken, nevenfuncties en tijd besteden aan hobby’s en (klein)kinderen. Tot slot gaven 75 personen aan helemaal geen activiteiten te hebben ondernomen in hun baanloze periode.
Baanloze periode ex-wethouders Periode 0-6 maanden 6-12 maanden 1-2 jaar > 2 jaar FPU / Pensioen Anders
Afbeelding 7
8
Aantal 95 22 18 40 45 66
4.4. Loopbaancoaching en outplacement Van de ex-wethouders hebben er 41 loopbaancoaching genoten. Dat is 13,9% van het aantal respondenten. Van hen hebben 39 personen de loopbaancoaching via een bureau georganiseerd, een via vrienden/kennissen en een persoon via de politieke partij. In vrijwel alle situaties heeft de gemeente of het stadsdeel de kosten van de coaching en begeleiding gefinancierd. In twee gevallen hebben de ex-wethouders zelf middelen gezocht. Opvallend is dat in één situatie de gemeente niet wilde meewerken aan het realiseren van loopbaancoaching. Om die reden heeft deze ex-wethouder geen loopbaancoaching willen of kunnen organiseren. Respondenten geven aan dat de afdeling Personeel & Organisatie van de gemeente pas met dergelijke mogelijkheden komt, nadat ze zijn afgetreden. Dit vinden zij te laat. Veel ex-wethouders geven aan dat gemeenten loopbaancoaching verplicht moeten aanbieden, tenzij de desbetreffende persoon hier geen behoefte aan heeft.
Verder stellen ze dat coaching en begeleiding een jaar voor het einde van de ambtsperiode zou moeten beginnen, zodat wethouders niet plotseling met lege handen komen te staan wanneer ze (onverwacht) niet terugkeren in het dagelijks bestuur van de gemeente. In de gemeente Zwolle voert de burgemeester bijvoorbeeld jaarlijks loopbaangesprekken met iedere wethouder afzonderlijk. Het loopbaanperspectief na de verkiezingen komt hierbij nadrukkelijk aan de orde. Een vraag die uit dit onderzoek naar voren komt is of een vorm van ‘valpreventie’ wellicht al in een eerder stadium van de ambtstermijn moet worden aangeboden. Enkele respondenten geven namelijk aan dat zij bij de start van het wethouderschap meer coaching en begeleiding hadden willen ontvangen. Een andere vraag is in welke vorm wethouders regie kunnen voeren over hun eigen loopbaan en door persoonlijk ondernemerschap hun marktwaarde voor de periode na het wethouderschap kunnen vergroten.
In algemene zin doen politieke partijen weinig aan nazorg, in casu loopbaanbegeleiding en/of jobsearch ten behoeve van hun gestopte vertegenwoordigers. Slechts enkele ex-wethouders hebben via de politieke partij loopbaancoaching gehad. Geënquêteerden vragen hiervoor meer aandacht vanuit de politieke partijen.
“De PvdA doet het meeste voor gestopte wethouders. Zij weten altijd baantjes te vinden.”
Baanloze periode ex-wethouders per geslacht Periode 0-6 maanden 6-12 maanden 1-2 jaar > 2 jaar FPU / Pensioen Anders
Afbeelding 8
9
Man (n=255) 32,5% 5,3% 6,8% 17,4% 16,0% 22,0%
Vrouw (n=50) 24,2% 16,1% 8,6% 27,0% 6,5% 17,6%
4.5. Manieren waarop een baan gevonden is Het achterhalen van de succesfactoren om weer een baan te verwerven is een van de doelstellingen van dit onderzoek. Daarom hebben wij aan de ex-wethouders gevraagd op welke wijze zij een andere baan hebben gevonden. Deze vraag werd door 51,9% van de respondenten ingevuld. Van de respondenten heeft 32% een baan weten te vinden via zijn of haar netwerk. Wat opvalt is dat 43,1% (tevens het hoogste percentage) van de ex-wethouders op een andere manier een baan gevonden heeft. Ze geven aan verder te zijn gegaan als zelfstandige (bijvoorbeeld een eigen adviesbureau) of gebruik te hebben gemaakt van de terugkeerregeling die ze hadden. Dit laatste kwam veel voor bij mensen die bij de rijksoverheid of in het onderwijs werkzaam waren.
De vakbladen zoals Binnenlands Bestuur en VNG Magazine zijn erg populair en werden veel gebruikt door respondenten bij het zoeken naar geschikt werk (67 maal ingevuld). Ook de landelijke dagbladen worden veelvuldig als bron gebruikt. Volkskrant Banen (bijlage van de Volkskrant) werd hierbij als suggestie genoemd. Internet werd slechts door een kwart van de respondenten genoemd als medium dat zij gebruikt hebben bij hun zoektocht naar nieuw werk. De respondenten bezochten websites zoals www.monsterboard.nl, www.gemeentebanen.nl, www.werkenbijdeoverheid.nl en de websites van wervingen selectiebureaus.
Het vinden van een geschikte baan kan op verschillende manieren. Via landelijke of regionale dagbladen is een mogelijkheid, maar uiteraard biedt het internet ook velerlei mogelijkheden. Tot slot zijn vakbladen ook bronnen om naar banen te zoeken. We hebben de respondenten gevraagd aan te geven welke media zij gebruiken of gebruikt hebben bij het verwerven van een, voor hen, geschikte baan. Daarbij konden ze meerdere opties aankruisen.
10
Legenda Legenda
• Dagbladen Internet
• Dagbladen •Internet Vakbladen • Vakbladen • Internet Vakbladen • Internet Vakbladen
57
57
67
112
112
Dagbladen
Dagbladen
67
Afbeelding 9 Gebruik van bronnen bij het vinden van een andere baan
5. Voor- en nadelen van het wethouderschap
5.1. Loskomen van het wethouderschap Nadat wethouders zijn afgetreden of na gemeenteraadsverkiezingen niet zijn teruggekeerd in het college van B&W start er een nieuwe fase. In het onderzoek hebben we daarom aan de ex-wethouders gevraagd of zij het moeilijk vonden of vinden los te komen van het wethouderschap. Iets meer dan de helft van de respondenten vond of vindt het moeilijk om los te komen van het politieke ambt, 48% had er geen moeite mee. De ex-wethouders die aangaven moeite te hebben (gehad) met het loskomen van hun functie, hadden vooral moeite met het nieuwe dagritme. Zij gaven aan dat het wethouderschap een groot beslag legde op hun tijd en dit, soms abrupt, wegviel. De vaste structuur en (lange) werkdagen zijn er plotseling niet meer. Dagen moeten opnieuw worden vormgegeven en ingevuld. De situatie wordt als ‘180 graden omgekeerd’ ervaren door ex-wethouders. Respondenten benadrukken dat het lastig kan zijn om te blijven wonen in de gemeente. Je wordt steeds door burgers aangesproken en de meesten denken dat je via het ‘old boys network’ al weer een baan gevonden hebt.
“Als wethouder werkte ik 60 uur per week. Nadat ik aftrad ging ik naar 0 uur per week.” Respondenten geven te kennen dat ze de vele (politieke) contacten missen. In het ambt van wethouder ontmoet je veel verschillende groepen mensen en doe je allerlei contacten op. Nadat wethouders zijn gestopt, stoppen ook deze contacten.
Het blijkt ook dat voormalige ambtsdragers de spanning van het vak missen. Geen lange vergaderingen, spannende debatten of stemmingen meer. Ze vinden het lastig om dit los te laten, zo blijkt uit de vragenlijst. Sommige ex-wethouders blijven als raadslid, lid van het bestuur van de plaatselijke politieke partij of als geïnteresseerde inwoner betrokken bij de lokale politiek. Op deze manier horen en zien ze veel van het beleid. Met een aantal zaken zullen zij het niet eens zijn, maar deze ex-wethouders kunnen niet altijd invloed uitoefenen omdat ze simpelweg in een andere positie zitten. Dit ervaren ex-wethouders ook als een reden waarom ze moeilijk los kunnen komen van hun oude baan. Tot slot vinden ex-wethouders het lastig om weer in een vast dienstverband te werken. Ze hebben geen eigen secretariaat, ambtelijke ondersteuning of eventueel een dienstauto ter beschikking. Ze moeten wennen aan de nieuwe structuur waarbij ze in veel situaties onder een leidinggevende moeten werken.
Vooral in kleinere gemeenten is het wethouderschap een deeltijdbaan. Op deze manier blijft een wethouder vaak deels in functie bij een andere werkgever of actief in de eigen onderneming en is het gemakkelijker om terug te keren in de oude baan. Daarnaast zegt deze groep voldoende uitdaging te vinden in een andere baan, het raadslidmaatschap of andere (bestuurlijke) activiteiten. De toekomst biedt nieuwe perspectieven en uitdagingen. Met andere woorden, het leven heeft meer te bieden dan alleen de politiek, zo vinden de ex-wethouders die geen moeite hadden los te komen van het politieke ambt. Achterom kijken heeft daarbij geen zin. Bovendien, zo stellen respondenten, is het bekleden14 van een politieke functie risicovol. Zij waren erop ingesteld 12 dat ze mogelijk weggestuurd werden of niet terugkwamen in het college van B&W na de 10 gemeenteraadsverkiezingen. Enkele respondenten hadden 8 geen problemen met het loskomen doordat ze aansluitend in 6 een andere gemeente een politieke functie konden bekleden. Dertien mensen werden wethouder (van buitenaf) en vijf 4 mensen (waarnemend) burgemeester. 2 0
“Ik mis de spanning van het politieke vak.” Van de ex-wethouders die de enquête terugzonden vond 48% het niet moeilijk om los te komen van het wethouderschap. Deze groep geeft aan dat het na een periode van een aantal termijnen (soms zelfs vier) voldoende is geweest. Ze hebben een aantal projecten gedurende deze periode kunnen begeleiden en afronden en willen kansen geven aan de jongere generatie.
Legenda
• Gemeenteraadslid • Wethouder in andere gemeente • (Waarnemend) burgemeester • Afdelingsbestuur • Lid Provinciale Staten • Gedeputeerde
14 12 10 8 6
Afbeelding 10: Betrokken blijven bij de politiek
4 2 0 Legenda
11
Afbeelding 10 Betrokken blijven bij de politiek • Gemeenteraadslid • Wethouder in andere gemeente • (Waarnemend) burgemeester • Afdelingsbestuur • Lid Provinciale Staten • Gedeputeerde
5.2. Imago van wethouders De ex-wethouders geven aan dat het imago van politici niet erg goed is. Potentiële werkgevers hebben vooroordelen met betrekking tot deze groep mensen en tegenover de politiek in algemene zin. Respondenten geven duidelijk aan dat potentiële werkgevers niet op ex-bestuurders zitten te wachten. Wanneer een gemeente, bijvoorbeeld door een minder goede financiële situatie, een slecht imago krijgt, werkt dat in het nadeel van de ex-wethouder. Deze hoeft er dan niet eens debet aan te zijn. Geënquêteerden schrijven dat de opgedane bestuurlijke ervaring soms helemaal geen voordeel blijkt te zijn. Dit beeld wordt bevestigd door voormalige Tweede Kamerleden. Oud-parlementariër Bert Bakker (D66) geeft te kennen in een interview met dagblad De Pers ‘dat men niet met open armen op oud-politici staat te wachten’. Enkele respondenten geven in de enquête aan dat ook de politieke kleur een rol speelt bij het vinden van een andere baan of eventuele politieke functie. Voormalig minister en Kamerlid Hilbrand Nawijn bevestigt dat in hetzelfde interview. ‘Ik zou wel een burgemeesterschap willen, maar dat zit er niet in met LPF achter mijn naam’. Besturen is iets anders dan managen, maar je zoekt - als ex-wethouder - wel naar managementfuncties, zeggen de de respondenten. Ook is het verschil tussen een bestuurlijke en ambtelijke setting groot, zo schrijven de de deelnemers aan het onderzoek.
5.3. Andere voor- en nadelen De voordelen van het wethouderschap bij het vinden van een nieuwe baan zijn erg divers. Zo noemt 52% van de ex-wethouders het opgebouwde netwerk als voordeel. Door het veelzijdige werk als politiek ambtsdrager hebben ze veel verschillende contacten kunnen opdoen. Andere belangrijke voordelen, die veelal genoemd worden, zijn de opgedane bestuurlijke ervaring en visie op de maatschappij. Verder ervaren respondenten verworven competenties zoals sensitiviteit en bindend vermogen.
“Je denkt als wethouder de maatschappelijke ladder te zijn opgeklommen, maar als je stopt is ineens de ladder weg.” Opvallend is dat één op de tien respondenten geen enkel voordeel heeft ondervonden bij het solliciteren naar een andere functie. Zij geven aan dat ze eerder hinder dan profijt hebben van het feit dat ze wethouder zijn geweest.
12
Voordelen bij het vinden van een baan: • Bij een gemeente heb je een gemakkelijkere entree vanwege je ervaring met gemeentelijke vragen en je politieke/ bestuurlijke gevoeligheid. • Inhoudelijke ervaring en kennis van politieke processen. Hierdoor breed inzetbaar en kennis van organisatieprincipes. Daarnaast ook kennis van gemeenten en maatschappij, zowel inhoudelijk als procesmatig. Het bedrijfsleven zoekt mensen die weten hoe de overheid werkt. • Tijdens het wethouderschap kun je veel contacten leggen en een groot netwerk creëren. • Veel competenties geleerd (onder andere samenwerken, analyseren, processen begeleiden, communiceren). • Brede maatschappelijke visie, analyserend sterk, zaken in brede context kunnen plaatsen.
6. Huidige loopbaansituatie
6.1. Actuele werkkring Waar komen ex-wethouders terecht nadat ze geen deel meer uitmaken van het college van b&W? Een interessante vraag. Klaas de Vries, voormalig minister van binnenlandse Zaken, schreef in 1999 in een brief aan de Tweede Kamer dat het vaak veel tijd en moeite kost voordat een ex-wethouder een passende nieuwe werkkring vindt. P&O Services Groep was daarom benieuwd naar de huidige baan van de 934 gestopte wethouders. Van de 305 ex-wethouders die aan dit onderzoek hebben meegewerkt, werkten er op dit moment 79 in vast dienstverband. Van deze groep waren de meesten werkzaam 100 in het onderwijs of bij de overheid. Vijftien mensen maakten 80 gebruik van de terugkeerregeling. Zij gingen terug naar hun oude baan bij een school of60overheidsinstelling. 40 20 0 Legenda
• Appa / bijstand / FPU • Dienstverband • Eigen onderneming • Andere politieke of bestuurlijke functie • Vrijwilligerswerk • Terug in oude baan
100 80 60
Afbeelding 10: Betrokken blijven bij de politiek
40 20 0 Legenda
Het opstarten of verder uitbreiden van een eigen onderneming werd door 55 ex-wethouders gedaan. Van hen waren er 39 actief in advies en consultancy. Opvallend was dat twee ex-wethouders een eigen taxibedrijf oprichtten. Opmerkelijk is bovendien dat het starten als zzp’er in de meeste gevallen in combinatie met een (gedeeltelijke) wachtgelduitkering wordt gedaan. Naast een baan is een aantal ook actief (gebleven) in het vrijwilligerswerk of in het bekleden van andere bestuurlijke functies. Hierbij moet worden gedacht aan het werk van gemeenteraadslid, bestuurslid, lid van een adviesraad of toezichthouder. Drie ex-wethouders werden lid van Provinciale Staten, twee werden gedeputeerde en dertien werden vakwethouder, oftewel wethouder van buiten. Twee mensen werden lid van het dagelijks bestuur van een waterschap. Van de respondenten maakten of maken 83 personen gebruik van de Appa-, bijstands- of FPU-regelingen. 6.2. Wachtgeld of bijstand Nadat een wethouder is afgetreden heeft deze recht op een uitkering op basis van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa). De ex-wethouder ontvangt deze uitkering ongeacht de reden van zijn of haar vertrek. De Appauitkering heeft het karakter van een voorziening totdat de wethouder in een andere functie een voldoende inkomenspeil heeft bereikt. Er is een anti-cumulatieregeling van toepassing waarbij inkomsten op de uitkering in mindering worden gebracht. Als het inkomen gelijk is aan of hoger dan het inkomen uit het wethouderschap vindt er in het geheel geen uitkering meer plaats.
Afbeelding Huidige baan • Appa 11 / bijstand / FPU • Dienstverband • Eigen onderneming • Andere politieke of bestuurlijke functie • Vrijwilligerswerk • Terug in oude baan Afbeelding 10: Betrokken blijven bij de politiek
13
Aantal jaren Aantal personen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
3 19 15 69 15 15 11 38 2 8 5 19 5 2 4 4 1 1 1
Afbeelding 12 Wachtgeldperiode
De uitkering bedraagt gedurende het eerste jaar 80% en vervolgens 70% van de laatstelijk als wethouder genoten bezoldiging. De uitkering wordt toegekend voor een duur gelijk aan de tijd waarin de wethouder in functie is geweest, maar tenminste voor de duur van twee jaar en ten hoogste voor de duur van zes jaar. Een wethouder die minder dan drie maanden in functie is geweest, wordt een uitkering toegekend voor de duur van zes maanden. Als de wethouder bij zijn aftreden de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt en hij in het tijdvak van twaalf jaren dat direct aan zijn aftreden voorafgaat ten minste tien jaren wethouder is geweest, wordt de uitkering voortgezet tot het tijdstip waarop hij de leeftijd van 65 jaar bereikt. Al deze regelingen en faciliteiten kunnen voor gemeenten hoge wachtgeldlasten met zich meebrengen. Van de 305 respondenten die mee hebben gedaan waren er 50 langer dan tien jaar wethouder en hadden in de meeste gevallen recht op de bovengenoemde regeling (zie afbeelding 12). Daarnaast hadden 66 ex-wethouders recht op maximaal zes jaar wachtgeld. Een kleine groep ex-wethouders ontvangt aansluitend aan hun wachtgelduitkering bijstand. Aangezien de meeste wethouders op oudere leeftijd als wethouder zijn gestart, en een vrij lange tijd wethouder zijn geweest, is deze situatie niet vaak van toepassing.
6.3. FPU of pensioen Uit de verdiepingsvragen blijkt dat een groot aantal ex-wethouders wil blijven doorwerken tot na hun 65ste. Uit deze beperkte steekproef blijkt zelfs dat bijna de helft wil blijven doorwerken tot hun 70ste levensjaar. Ook is opvallend dat men zelfs op oudere leeftijd nog politieke ambities heeft. Veel 60-plussers willen opnieuw wethouder of (waarnemend) burgemeester worden.
14
7. Kansrijke sectoren voor ex-wethouders 120 100 80 60 40 20 0
Om te achterhalen wat de succesfactoren zijn bij het vinden van een andere functie hebben wij de respondenten gevraagd aan te geven welke sectoren zij kansrijk achten voor (ex-) wethouders om een baan te vinden. Ze konden meerdere opties invullen. Respondenten gaven aan dat de kansen op een baan mede afhangen van de kwaliteiten/competenties van de desbetreffende personen, de omstandigheden, persoonlijke voorkeuren, vakopleiding en vroegere werkervaring. Een enkele respondent was van mening dat ook de politieke kleur van de ex-wethouder een rol speelde.
De gemeentelijke overheid werd 87 maal ingevuld, de provinciale en rijksoverheid iets minder (80 keer). De geënquêteerden zien de gemeentelijke overheid als een kansrijkere sector dan de provinciale en rijksoverheid. Door de bestuurlijke kennis en ervaring op lokaal niveau is het mogelijk grotere kansen bij de lokale overheid te hebben. Ook worden de zelfstandige bestuursorganen en woningcorporaties als kansrijke sectoren beoordeeld. Deze werken veel samen met overheden waardoor het voor ex-wethouders wellicht gemakkelijker is om daar aan het werk te kunnen. De minst kansrijke sector is, volgens de respondenten, het bedrijfsleven. Zij geven aan dat de kansen die er zijn liggen op het snijvlak tussen bedrijfsleven en overheid. Ex-wethouders zien de consultancy- en advieswereld als meest kansrijke sector om een baan te vinden. De kennis en ervaring die ze hebben opgedaan in het werk voor de gemeente kunnen zij hier zeker toepassen in adviezen voor overheidsinstellingen. De overige non-profitorganisaties vonden gehoor bij 63 respondenten. De genoemde organisaties waren actief op het gebied van welzijn, sport, cultuur, onderwijs en goede doelen.
15
Legenda
120 100 80 60 40 20 0 Legenda Afbeelding 13 Kansrijke sectoren • Adviesbureaus • Zelfstandige bestuursorganen • Woningcorporaties • Gemeentelijke overheid • Provinciale of Rijksoverheid • Non-profitorganisaties • Zorginstellingen • Bedrijfsleven
• Adviesbureaus • Zelfstandige bestuursorganen • Woningcorporaties • Gemeentelijke overheid • Provinciale of Rijksoverheid • Non-profitorganisaties • Zorginstellingen • Bedrijfsleven
8. Gouden tips om een baan te vinden
In het onderzoek was de vraag aan respondenten naar de gouden tips voor (ex-)wethouders om een andere baan te vinden een belangrijke. Ruim 93% van de respondenten had tips en suggesties. De meest voorkomende tip (70% respons) was het creëren van een groot en uitgebreid netwerk. Naast het aanboren van veel contacten is het ook van belang dit netwerk te onderhouden. Via je netwerk kun je signalen afgeven dat je op zoek bent naar een andere baan. Wellicht kunnen mensen in het netwerk je daarbij helpen. De politieke partijen kunnen hierbij ook een rol spelen, bijvoorbeeld via benoemingen- of scoutingcommissies en netwerktrainingen. Bestuurders moeten het er niet op aan laten komen, want dan zijn ze te laat. Respondenten gaven ook veelvuldig de tip om tijdens de ambtsperiode te solliciteren, zodat je niet na de verkiezingen ‘ernaast’ komen te staan.
“Niemand zit te wachten op wethoudersgedrag als je geen wethouder meer bent.” Ook vinden de respondenten het essentieel dat mensen zichzelf blijven. Op die manier kunnen (ex)-wethouders goed bepalen wat ze willen en welke richting ze in de toekomst willen gaan. Positief blijven denken is ook erg belangrijk om een andere baan te vinden, immers je moet zelf een andere baan vinden. Belangrijk is ook, zo geven de ondervraagden aan, dat ex-wethouders een maatschappelijke carrière hebben opgebouwd voordat ze wethouder worden. Op deze manier kunnen zij terugvallen op de eerdere carrière. Daarbij is het van belang dat mensen niet op te jonge leeftijd wethouder worden, zeggen vijf respondenten. Enkele personen geven de tip om helemaal geen wethouder te worden. Zij geven aan dat het slechts tegen je werkt en je er geen voordeel uit kunt halen wanneer je wethouder af bent.
Een overzicht van de gegeven tips en suggesties door ex-wethouders: •Z org voor een uitgebreid netwerk, onderhoud het netwerk en zoek binnen je netwerk naar mogelijkheden. Probeer dit netwerk te creëren voor en tijdens het wethouderschap. Leg contacten binnen je politieke partij en werkvelden waar je interesses liggen. Koester de contacten met je oude werkkring. Maak jezelf ook bekend bij head hunters. •P olitieke partijen moeten helpen met nazorg en begeleiding. Op dit moment verwachten politici meer steun dan ze krijgen. •Z org ervoor dat je een maatschappelijke carrière hebt voordat je wethouder wordt. Begin dus niet op te jonge leeftijd aan een wethouderschap. •B lijf positief en onafhankelijk denken. Denk goed na over hetgeen je wilt doen. Solliciteer niet in het wilde weg, maar gericht. Wees daarbij niet afwachtend, immers je moet het zelf doen! Maar blijf wel altijd jezelf! •L eg niet teveel nadruk op je werkervaring uit het wethouderschap. Dat werpt vaak een drempel op bij sollicitaties. Zet vooral je competenties in de schijnwerpers. •D oor middel van bijscholing is het goed mogelijk om andere functies bij gemeenten te vervullen (b.v. griffier, beleidsmedewerker, gemeentesecretaris). •Z ie je periode als wethouder vooral als een fase tussen twee banen in en denk op tijd na over je toekomst. Blijf daarom maximaal twee periodes wethouder en onderhoud je kennis en vaardigheden van je vorige functie/vakgebied. •V erkoop je kennis van de overheid, politiek, verhoudingen en organisaties door bijvoorbeeld directeur/bestuurder, projectmanager of beleidsadviseur te worden.
16
• Overschat jezelf niet en zoek heel gericht naar een baan die bij je opleiding en ervaring past. Doe waar je goed in bent. • Laat je niet volledig ‘opslokken’ door je wethouderschap en start je voorbereidingen ruim voor het einde van je termijn. Laat het er niet op aan komen. Geef signalen af dat je iets ambieert en leg ook tijdig contact met een bureau voor loopbaanbegeleiding. • Denk en handel niet politiek, maar commercieel. Toon daarbij brede interesse te hebben en flexibel te zijn. Niemand zit te wachten op wethoudersgedrag als je geen wethouder meer bent. • Leer een vak voor je wethouder wordt. Zorg voor een goede opleiding en voldoende scholing/training. Blijf studeren zolang je nog geen andere baan hebt. • Kijk niet om, maar vooruit. Neem een positieve houding aan en maak van een bedreiging een kans. Ken hierbij je eigen competenties en weet welke functies en organisaties bij jouw persoonlijkheid en werkervaring passen.
“Wethouderschap was in deeltijd, ik ben daarnaast altijd de koeien blijven melken.”
9. Conclusies
Het grootste deel van de wethouders (ongeveer 45% van de respondenten) werkte voorafgaand aan het wethouderschap in een vast dienstverband, met name in de publieke sector. Een kleiner deel was zelfstandig ondernemer (vooral in de land- en tuinbouw) of had een dienstverband in het bedrijfsleven. Mannelijke wethouders waren gemiddeld 4 jaar en 8 maanden wethouder, vrouwen gemiddeld 5 jaar en 3 maanden. De respondenten gezamenlijk dus gemiddeld 5 jaar. Tweederde van de ex-wethouders was tijdens het wethouderschap niet bezig met het vervolg van de loopbaan. Achteraf gezien vindt men scholing en coaching tijdens het wethouderschap zeer wenselijk, al blijven wethouders toch steeds afhankelijk van het politieke krachtenveld. Veel wethouders zien een directe relatie tussen de invoering van het dualisme en het groot aantal gevallen wethouders. De meeste respondenten hebben geen zicht op de eigen kerncompetenties of doorstroomprofielen. Uit verdiepingsvragen blijkt dat men vooral kansen voor zichzelf ziet als directeur/bestuurder of projectmanager. De ex-wethouders die met name voor de inhoud gaan, zien een toekomst als beleidsadviseur of als zzp’er met een beleidsadviesbureau voor zich weggelegd.
De meeste van de gestopte wethouders werden niet herbenoemd na de gemeenteraadsverkiezingen of moesten om politieke redenen aftreden. Velen hadden er geen rekening mee gehouden dat ze niet terug zouden keren in het dagelijks bestuur van de gemeente. Op die manier waren ze van de ene op de andere dag baanloos. Ongeveer een derde van de ex-wethouders vond binnen een jaar een andere baan. Relatief veel ex-wethouders maken gebruik van de Appa/FPU (83 van de 305 personen). Dit heeft mogelijk te maken met het fenomeen dat veel ex-wethouders de periode tot hun (pre-)pensioen overbruggen door middel van wachtgeld. Een andere tendens is dat mensen vaak op relatief oudere leeftijd wethouder worden. Uit het onderzoek blijkt dat een ambtstermijn van maximaal twee periodes (in totaal 8 jaar) voor wethouders optimaal is om hun carrière nog een ‘boost’ te kunnen geven. Dit wordt bevestigd door onderzoek van het IVA beleidsonderzoek en advies (2008). Gemeenten doen weinig aan loopbaanbegeleiding en nazorg voor (ex-)wethouders, terwijl uit dit onderzoek juist blijkt dat daar veel behoefte aan is. Het is niet bekend hoeveel wethouders te maken hebben met een burnout en andere psychische klachten. Wellicht wordt dit uit schaamte niet naar buiten gebracht, maar misschien komt dit ook omdat hun ‘werkgever’ hier niet echt zicht op heeft.
17
Ook politieke partijen doen weinig aan loopbaanbegeleiding en -coaching. Slechts één respondent organiseerde de coaching via de politieke partij. Er is in Nederland, in tegenstelling tot de doelgroep burgemeesters, geen professionaliseringsfonds voor wethouders. Na het aftreden als wethouder begonnen veel ex-wethouders (39 mensen) een eigen adviesbureau, vaak in combinatie met wachtgeld. Het is niet duidelijk in hoeverre deze zzpconstructies succesvol zijn en voor de langere termijn een duurzame stap op de arbeidsmarkt betekenen. Kansrijke sectoren op de arbeidsmarkt voor ex-wethouders zijn vooral adviesbureaus en daarnaast de overheid en het onderwijs. Het zelfstandig ondernemerschap is met name een goed perspectief voor diegenen die voorafgaand aan hun wethouderschap ook al ondernemer waren. Tenslotte kunnen ex-wethouders een goede rol vervullen op het snijvlak van overheid en bedrijfsleven, bijvoorbeeld bij PPS-projecten. .
10. Aanbevelingen
Voor de staatssecretaris van BZK • Schaf de term wachtgeld af, omdat hier geen stimulerende werking van uit gaat. Wellicht is het begrip loopbaanuitkering bruikbaar. • Ontwikkel een instrumentarium gericht op de arbeidsparticipatie van ex-wethouders. Dit om de stap vanuit de thuissituatie naar de arbeidsmarkt te versoepelen en het van-werk-naar-werk principe zo veel mogelijk te implementeren. Creëer in dit kader in alle overheidslagen werkervaringsplekken waar ex-politieke ambtsdragers zich kunnen oriënteren op vakgebieden en functies. • Richt een Professionaliseringsfonds voor Wethouders in, en stel dit ook open voor bij- en omscholing van (ex-)wethouders. • Doe vervolgonderzoek naar psychische klachten en burnoutverschijnselen bij ex-wethouders en maak hiervoor in overleg met de gemeenten specifiek beleid. Goed werkgeverschap betekent ook een zorgplicht voor ex-wethouders. • Benoem samen met de VNG onafhankelijke vertrouwenspersonen waar (ex-)wethouders vlak na hun ontslag terecht kunnen.
Voor de gemeenten en de VNG • Organiseer een jaar voordat de collegetermijn afloopt evaluatiegesprekken met individuele wethouders. Burgemeesters zouden hierbij een initiërende rol kunnen spelen. • Bied standaard loopbaanbegeleiding of outplacement aan als een wethouder stopt. Laat dit niet uitsluitend aan het initiatief van de (ex-)wethouder over. • Stel interne vacatures bij gemeenten, provincies en de VNG open voor ex-wethouders. Voor de politieke partijen en de Wethoudersvereniging • Geef wethouders aan het begin van hun ambtstermijn meer bagage mee, op het gebied van vakkennis, sociale vaardigheden en permanente loopbaanontwikkeling. Voorkomen is beter dan genezen. • Bied coaching en intervisie voor wethouders. Iedere topsporter heeft een coach. • Creëer intervisiebijeenkomsten voor gestopte wethouders. Het is soms best eenzaam achter de geraniums. • Geef ex-wethouders concrete handvatten om de regie over hun loopbaan te nemen. Bied daarnaast een luisterend oor en structurele nazorg. • Maak een wethouderspool die niet alleen gericht is op vacatures, maar met name op de competenties en doorstroomprofielen van de betreffende wethouders in kaart brengt. Als wethouders meer zicht krijgen op hun marktwaarde en Unique Selling Points, kunnen ze ook gerichter solliciteren.
18
Voor de (ex-)wethouders • Wees u bewust van de wethoudersfunctie als u er aan begint. Dat betekent een bewuste keuze voor het ambt in het kader van uw loopbaanperspectief, inclusief het in kaart brengen van de benodigde competenties en doorstroomprofielen. • Houd uw vakkennis en vaardigheden tijdens het wethouderschap op peil, ook met het oog op uw loopbaanperspectief en marktwaarde na het ambt. • Creëer en onderhoud een uitgebreid netwerk. Geef signalen af wanneer u beschikbaar bent voor een andere functie. • Kijk vooral naar de toekomst en zoek nieuwe wegen om uzelf op de kaart te zetten. Begin een weblog, schrijf eens een artikel en creëer op deze manier een nieuw platform om uw verdere loopbaan tot bloei te laten komen.
bijlage A
Werkgevers voorafgaand aan het wethouderschap en huidige werkgevers
Werkgevers voorafgaand aan het wethouderschap
Huidige werkgevers
In dienstverband bedrijfsleven Arbeidsvoorziening Kerk Onderwijs/wetenschap (Semi-)overheid
In dienstverband bedrijfsleven brancheorganisatie Kerk Onderwijs/wetenschap (Semi-)overheid
64 2 1 50
Gemeente Provincie Rijk Waterschap Overig Zelfstandig bestuursorganen Zorg/welzijn/cultuur
33 5 24 1 6 4 19
Zelfstandig ondernemer Advies- en consultancybureaus Agrarisch/veehouder Zorg/welzijn Juridisch/financieel Media (journalistiek, vertaalbureau) Overig
15 12 2 4 5 4
22 5 1 50
Gemeente Provincie Rijk Waterschap Overig Zelfstandige bestuursorganen Zorg/welzijn/cultuur
19 4 11 1 2 2 8
Zelfstandig ondernemer Advies- en consultancybureaus Agrarisch/veehouder Juridisch/financieel Media (journalistiek, vertaalbureau) Overig
39 3 3 1 2
Andere politieke of bestuurlijke functie
44
Vrijwilligerswerk
28
Terugkeer in oude baan
15
19
Vast dienstverband Zelfstandig ondernemer Vrijwilligerswerk/geen baan Appa Pensioen
Afbeelding 14 Werkgevers
Voorafgaand aan wethouderschap 241 54 11
Huidige werkkring 128 55 28 83 11
Bijlage B
Gevolgde opleidingen, cursussen en trainingen
Van de 305 respondenten gaven 17 personen aan dat zij een opleiding hebben gevolgd nadat zij waren gestopt als wethouder. Het betrof de volgende opleidingen, cursussen en trainingen:
Opleidingen • MBO Grafisch vormgeven • MBO SVH-opleidingen • Hoger Onderwijs voor Volwassen (HOVO) • Opleiding tot griffier (Bestuursacademie) • HBO Bedrijfskunde • HBO Bestuurskunde • HBO Ruimtelijke Ordening • HBO Theologie • MA Erfgoedstudies • MA Management en Organisatie • MBA Public Governance • Diverse studies aan de Open Universiteit (OU)
20
Cursussen en trainingen • Auditwerk • Jurisprudentie • Noodhulp/rampenbestrijding
bijlage c
bezoldigingstabel wethouders
Tabel I, bezoldiging wethouders, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders Kl. Inwonertal Tijdbestedingsnorm in % Rgl.-nr. BBRA-schaal Bezold. per 01-05-2003 1 t/m 2.000 45% 32 3.106,48 (45% = 1.397,92) 2 2.001-4.000 55% 35 3.458,88 (55% = 1.902,38) 3 4.001-8.000 65% 38 3.945,77 (65% = 2.564,75) 4 8.001-14.000 75% 41 4.483,75 (75% = 3.362,81) 5a 14.001-18.000 75% 44 5.025,93 (75% = 3.769,45) 5b 18.001-24.000 100% 44 5.025,93 6 24.001-40.000 100% 46 5.384,90 7 40.001-60.000 100% 49 5.925,23 8 60.001-100.000 100% 52 6.464,60 9 100.001-150.000 100% 55 7.006,78 10 150.001-375.000 100% 57 7.384,02 11 375.001100% 62 8.291,27
Bezold. per 01-01-2006 3.168,61 (45% = 1.425,87) 3.528,06 (55% = 1.940,43) 4.024,69 (65% = 2.616,05) 4.573,43 (75% = 3.430,07) 5.126,45 (75% = 3.844,84) 5.126,45 5.492,60 6.043,73 6.593,89 7.146,92 7.531,70 8.457,10
Tabel II, bezoldiging wethouders, bedoeld in artikel 3a, eerste lid onder a, van het Rechtspositiebesluit wethouders Kl. Inwonertal Aantal wethouders Tijdbestedingsnorm in % Bezold. per 01-05-2003 Bezold. per 01-01-2006 3 6.001-8.000 2 80% 3.945,77 (80% = 3.156,62) 4.024,69 (80% = 3.219,75) 4 8.001-14.000 2 90% 4.483,75 (90% = 4.035,38) 4.573,43 (90% = 4.116,09) 5a 14.001-18.000 2 90% 5.025,93 (90% = 4.523,34) 5.126,45 (90% = 4.613,81)
Tabel II, bezoldiging wethouders, bedoeld in artikel 3a, eerste lid onder b, van het Rechtspositiebesluit wethouders Kl. Inwonertal Aantal wethouders Tijdbestedingsnorm in % Bezold. per 01-05-2003 Bezold. per 01-01-2006 3 6.001-8.000 3 50% 3.945,77 (50% = 1.972,89) 4.024,69 (50% = 2.012,35) 4 8.001-14.000 3 60% 4.483,75 (60% = 2.690,25) 4.573,43 (60% = 2.744,06) 5a 14.001-18.000 3 60% 5.025,93 (60% = 3.015,56) 5.126,45 (60% = 3.075,87) Bron: Ministerie van binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
21
Bijlage D
Geraadpleegde literatuur
Artikel ‘Bijna 200 wethouders vertrokken - 122 weg na politiek conflict’ Binnenlands Bestuur, 9 januari 2009 VNG-Gids Gemeentebesturen SDU, 2005, 2008 en 2009 Handboek ‘Basisboek methoden en technieken’ Dr. D.B. Baarda, dr. M.P.M. de Goede, 3e druk, 2001 Onderzoeksrapport ‘Terugtredende wethouders’ Bureau Zenc, dr. Peter Castenmiller, drs. Marco Meesters, drs. Bettine Pluut, september 2006 Websites www.minbzk.nl www.vng.nl www.binnenlandsbestuur.nl www.posg.nl www.wethoudersvereniging.nl
22
23
Den Haag Hedel Maastricht Meppel Tilburg Wageningen Correspondentieadres
| Postbus 94, 5320 AB Hedel
Telefoon
24
| (073) 503 93 20
Internet
| www.posg.nl