Liturgie voor de kerstviering op 16 december 11 uur te Bégnins - Muziek - Woord van welkom. Gez. 138: 1,2,3,4 Komt allen tezamen Aansteken van kaarsen met de kinderen Gez 124: 1,2,3,4,5 Nu daagt het in het Oosten Woorden vinden -Janneke heeft een hele mooie kerstboom gezien en ze wil het vertellen aan moeder. “Hij was heel mooi” “Wat was er dan zo mooi aan?” vraagt moeder. Groot- ballen- lichtjes- slingers, engeltjes…. “Vindt je dat mooi?” vroeg moeder. Janneke knikt ‘ja’. “Waarom vindt je dat mooi?” vraagt moeder. Janneke weet niet wat ze daarop moet zeggen. “Nou gewoon”, zegt ze, “hij is heel mooi.” Niet makkelijk om te zeggen waarom je iets mooi vindt. Daar heb je geen woorden voor. Als je het wilt zeggen moet je naar woorden zoeken. Dichters, mensen die liedjes of gedichten schrijven doen dat Die proberen de dingen te beschrijven die je eigenlijk niet kunt zeggen. Zij zoeken naar woorden. Wij zijn geen dichters, maar we gaan wel naar woorden zoeken. Die zijn hier verstopt. EN al die woorden samen vormen een zin. Er zijn 8 woorden. Helpen jullie mee zoeken? Gedicht: Het kerstbroodhuis van Annie M.G. Schmit gelezen door Carolijn Gez 143: 1,2,3 Stille nacht Kinderen gaan naar hun eigen ruimte Gebed ‘Rayonne en moi’ gelezen door Heleen Lugt Gez 150:1,2,5 In den beginne was het woord Gedicht: Kerstfeest 2012, gelezen door Leonie van Daalen
Tussentijds 140: 1,2,3 Vanwaar zijt gij gekomen Gedicht: Le papillon de Noël van Suzanne Bruning gelezen door Mark Bruning Tussentijds 48: 1,2,3,4,5,6 Liefde eenmaal uitgesproken Schriftlezing: Lucas 2: 1-21 Gedicht De Stal van Michel van der Plas? gelezen door Leonie van Daalen Gez. 145: 1,2,3 Nu zijt wellekome Wat gebeurde er toen Jezus werd geboren? Op één van de kringen deden we onlangs een Bijbelquiz. Een van de vragen was: Jozef en Maria gingen van Nazaret naar Bethlehem. Hoe gingen ze daar naar toe? A. Te voet, B. te paard, C. op een ezel of D. We weten het niet. …..Vragen aan de aanwezigen….. De feiten, voor zover je die zo zou kunnen noemen worden door de verschillende evangelisten verschillend benoemd. Matteüs begint met een stamboom van Abraham tot Jezus en telt drie periodes van 14 generaties voor de geboorte van Jezus. Daarna vertelt hij dat Maria zwanger blijkt te zijn van de Heilige Geest en dat Jozef bij haar weg wil gaan, maar in een droom van de engel te horen krijgt wat er aan de hand is. Jozef moet het kind de naam Jezus geven. Daarna volgt het verhaal van de magiërs uit het Oosten die de ster hebben gezien. Ze vragen om inlichtingen in Jeruzalem, reizen naar het kind in Bethlehem en worden in een droom gewaarschuwd via een andere weg terug te keren. Het kind en zijn ouders moeten vluchten naar Egypte, de kinderen van Bethlehem worden vermoord. Marcus vertelt helemaal niets over de geboorte van Jezus. In Lucas klinkt eerst het verhaal van de aankondiging van de geboorte van Johannes. In hoge ouderdom krijgen Zacharias en Elisabeth nog een kind, net als Abraham en Sara. De engel bezoekt na die aankondiging ook bij Maria aan dat ze een bijzonder kind zal krijgen. Zij moet het kind de naam Jezus geven. Maria gaat naar haar nicht Elisabeth in het bergland en zingt daar een lofzang, die zo uit het Oude Testament komt. Dan volgt het verhaal van de geboorte van Johannes en daarna die van Jezus, met het verhaal dat er geen plaats is voor Jozef en Maria in de herberg, het verhaal van de engelen en de herders en de toewijding van Jezus in de tempel en pas na de doop van Jezus volgt er een geslachtsregister dat terugtelt vanaf Jozef, die naar men aannam de vader van Jezus was, tot Adam, de zoon van God.
In onze gedachten en in de kunst zijn deze verhalen met elkaar verweven geraakt en hebben we er een bepaalde voorstelling van gevormd. En als ik u in een quiz gevraagd had we de zoon van God genoemd wordt in de bijbel zou u vast niet Adam genoemd hebben. Door de verschillende verhalen proberen Matteüs en Lucas iets van Jezus te vertellen. Met de perioden in het geslachtsregister: 14 geslachten van Abraham tot David, 14 van David tot de ballingschap en 14 van de ballingschap tot Christus plaats Matteüs Jezus in de geschiedenis van Israël. De tijd is aangebroken voor een nieuw begin. Matteüs laat het kind zefs in ballingschap vertrekken naar Egypte en daarvandaan terugkeren zoals eens het volk Israël uit Egypte kwam. Zowel Matteüs als Lucas zeggen dat dit kind een schepping van God is, niet een gewone geboorte. Het wordt door de Heilige Geest verwekt. Het is Gods daad, Gods gave, meer dan enig ander kind. Beiden vertellen dat het kind in Bethlehem geboren wordt, zoals in de profetieën beschreven wordt, maar bij Lucas woonden Jozef en Maria in Nazareth voor ze daarheen gingen terwijl ze er volgens Mattheüs pas na de terugkeer uit Egypte gingen wonen. Vooral Matteüs vertelt dat hij de vervulling is van verschillende profetieën en ook Lucas plaatst het kind in een Bijbelse tradie. In het evangelie van Lucas raakt de hemel de aarde bijna zou je kunnen zeggen: de engel Gabriël verschijnt twee maal en een grote hemelse legermacht zingt Gods glorie op de velden bij de herders. De boodschap van Lucas is dat in dit kind hemel en aarde bijeen komen. De hoogste glorie en de diepste diepte, geen plaats in de herberg, komen samen in de kribbe. De verhalen zijn dus geen verslagen van wat er gebeurd is, maar het zijn woorden die de evangelisten gevonden hebben om ons van het wonder te vertellen dat God met ons is in dit kind. Hoe dat precies zit dat is niet te beschrijven. Dan moet je allerlei gedachtenkronkels maken. De evangelisten doen het met verhalen of met dichterlijke woorden, zoals Johannes: In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. 2 Het was in het begin bij God. 3 Alles is erdoor ontstaan en zonder dit is niets ontstaan van wat bestaat. 4 In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen. 5 Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen.
Schriftlezing Mattheüs 2: 1-12 Sytze de Vries, Jij mijn Adem 113: 1,2,3,4 Waar eens David werd geboren Gedicht: Kerstfeest van J.-W. van de Beukel gelezen door Barbara Vogelezang
Woorden uit de stilte Muziek Gedicht: Pyramid van Suzanne Bruning gelezen door Mark Bruning. Collecte Gebed Uw licht in deze wereld Geboren niet in luxe en weelde Maar in eenvoud In een kribbe Uw licht in deze wereld Niet in het paradijs Of in de hoge hemel Maar in deze wereld Waar kinderen gedood werden in Bethlehem Waar kinderen gedood worden in een school in Amerika Waar kinderen sterven van de honger of als kind soldaat Komt u licht Niet tegen te houden Want niets kan ons scheiden van uw liefde. Uw licht in deze wereld In deze verbijsterende onbegrijpelijke wereld Uw licht in deze wereld Uw liefde Voor alle mensen Of ze nu wonen in Benin, Ivoorkust en Togo In Egypte, Syrië of Pakistan Of in Nederland, Zwitserland of Frankrijk Of waar dan ook. Uw licht in deze wereld Licht van hoop Licht van liefde Licht waar engelen van zongen. Leer ons uw vrede Heer Zonder wrok, zonder wrevel Uw licht in deze wereld Leer ons dat licht te volgen Jezus uw Zoon.
Amen. Afsluiting met de kinderen Refrein: 't Is geboren het God'lijk Kind Komt, herders speelt op uw feestschalmeien 't Is geboren het God'lijk Kind dat ons allen zo teer bemint Ik zie een engel die daar gezwind Dalend over de groene weiden 'k Zie een engel die daar gezwind Bij hun schaapkes de herders vindt Refrein Schrikt niet, herders, weest blijgezind Laat uw schaapkes in die valleien Schrikt niet, herders, weest blijgezind Daar gij eerst de Verlosser vindt Refrein In een stal ligt dat God'lijk Kind Op wat stro moet 't zijn leden spreien In een stal ligt dat God'lijk Kind, Waar zijn moeder 't in doekjes windt Refrein Zegen Ere zij God. Muziek