BULLETIN
BEROEPSINSTITUUT
VAN HET
VAN ERKENDE
BOEKHOUDERS
EN
FISCALISTEN
FLASH Volgens de Boekhoudwet worden de dagboeken eerst door de griffies van de rechtbanken van koophandel geviseerd alvorens erin geschreven wordt. In een nota aan de ondernemingsloketten staat dat deze bepaling sinds 1 juli 2003 “in de praktijk onuitvoerbaar” is geworden. De handelsondernemingen worden immers niet meer bij het handelsregister ingeschreven maar bij de ondernemingsloketten en het specifiek register voor de burgerlijke vennootschappen werd geïntegreerd in het algemeen rechtspersonenregister van de kruispuntbank. Minister van Economie, Fientje Moerman, bevestigde in de Kamer dat de dienst Administratieve Vereenvoudiging een koninklijk besluit voorbereidt tot definitieve schrapping van de viseringsplicht. Minister Moerman benadrukt dat er tot voor kort twee instanties handelsboeken viseerden : voor de handelsondernemingen waren dat de diensten van het handelsregister, voor de vrije beroepers de ambtenaren van het departement Financiën. Over de vrije beroepers heeft ze nog geen beslissing genomen. In de wetgeving moet wel het principe van de onveranderbaarheid van de boekhouding worden opgenomen. De technische normen hiervoor worden uitgewerkt door de CBN.
Als het betere de vijand is van het goede De Wet van 15 maart 1999 heeft het landschap van de fiscale procedure grondig gewijzigd, met name door een bijkomend niveau van beroep in te voeren. Zo is het sindsdien mogelijk om na de directoriale beslissing beroep aan te tekenen bij de Rechtbank van Eerste Aanleg, terwijl de zaak vroeger onmiddellijk behandeld werd voor het Hof van Beroep.
plaatsing, van de stukken met betrekking tot de betwisting waarvan hij geen kennis had. Te dien einde zal hij worden uitgenodigd zich binnen een termijn van dertig dagen aan te melden.”
In diezelfde Wet werd de bevoegdheid inzake bezwaarschriften van de Gewestelijke directeur van de directe belastingen gewijzigd. Voordien beschikte hij over een rechterlijke bevoegdheid, hij moest namelijk een beslissing nemen naar billijkheid over een specifieke vraag van een belastingplichtige. En, laten we de keizer geven wat des keizers is, in de meeste gevallen waren de beslissingen genomen door deze ambtenaar niet eenzijdig in het voordeel van de Administratie. Door deze rechterlijke bevoegdheid kon het beginsel van de openbaarheid van bestuur, bepaald in de wet van 11 april 1994, dat iedere burger toestaat zijn administratief dossier in te kijken en een kopie te verkrijgen, niet meer worden toegepast en bijgevolg had de wetgever een alinea 3 toegevoegd aan artikel 374 WIB 92 met de volgende inhoud: “Wanneer de bezwaarindiener zulks in zijn bezwaarschrift heeft gevraagd, zal hij worden gehoord en kan hij inzage krijgen, zonder ver-
P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
I
N
H
O
U
D
• Als het betere de vijand is van het goede
1
• De onmiddellijke aangifte van tewerkstelling (DIMONA) en de nieuwe multifunctionele 3 aangifte aan de RSZ (DMFA)
1
• IAS 17 : Huurcontracten
5
• Voor U gelezen
6
• Contact
7
• Seminaries
7
3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
Afgiftekantoor 2800 Mechelen 1 • Tweewekelijks • NL : P309340
Griffies moeten dagboeken niet meer viseren
Na de hervorming van de fiscale procedure in 1999, heeft de Gewestelijke directeur geen rechterlijke bevoegdheid meer, enkel nog een administratieve bevoegdheid en de wetgever was van mening dat het inzagerecht en het verkrijgen van een kopie van zijn administratieve dossier overbodig waren geworden. Hij heeft artikel 374 al.3 dan ook gewijzigd waardoor het voortaan als volgt luidt:
onlangs bekrachtigd door een arrest van het Hof van Beroep van Gent van 3 juli 2003. Aangezien artikel 374 al.3 WIB 92 gewijzigd werd en de wet van 1994 op de openbaarheid van administratieve handelingen niet van toepassing is, heeft de belastingplichtige geen enkel recht meer om zijn dossier in te kijken in de procedurefase van het klassieke bezwaarschrift bij de Gewestelijke directie. Een averechts effect waaraan de wetgever zeker niet gedacht had.
“Wanneer de bezwaarindiener zulks in zijn bezwaarschrift heeft gevraagd, zal hij worden gehoord. Te dien einde zal hij worden uitgenodigd zich binnen een termijn van dertig dagen aan te melden.”
Bijgevolg is er nog slechts één manier om zijn administratief dossier te kunnen inzien, namelijk een beroep doen op artikel 32 van de Grondwet.
De belastingplichtige behield echter een inzagerecht in zijn administratief dossier op basis van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur. De Administratie betwistte dit recht niet.
Zolang de wetgever geen klaarheid geschapen heeft met betrekking tot deze bepalingen, is het noodzakelijk dat U, wanneer u een bezwaarschrift moet indienen evenals in elk ander stadium van de procedure, niet alleen verwijst naar de wet van 11 april 1994 maar ook en vooral naar artikel 32 van de Grondwet, als u er zeker van wil zijn het administratieve dossier van een van uw cliënten te kunnen inkijken.
En toen sloeg het noodlot toe. Het Hof van Cassatie heeft in een vonnis van 23 oktober 2000 beslist dat de wet van 11 april 1994 samen met artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State gelezen moest worden. Dit artikel 14 stipuleert dat de wet van april 1994 enkel van toepassing is op de administratieve overheden tegen wier handelingen een beroep mogelijk is bij de Raad van State. Dat betekent dat de beslissingen die werden genomen door de Gewestelijke directeurs, niet onder de wet van 11 april 1994 vallen vermits beroep aangetekend kan worden bij de Rechtbanken van Eerste Aanleg. Dit standpunt werd
Veel succes!
De onmiddellijke aangifte van tewerkstelling (DIMONA) en de nieuwe multifunctionele a a n g i f t e a a n d e R S Z ( D M FA ) Sinds 1 januari 2003 moeten de werkgevers een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling (afgekort DIMONA) opstellen en indienen voor de meeste van hun werknemers.
ling, heeft het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale documenten, alsmede de wet van 30 juni 1971 betreffende de administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op sommige sociale wetten, aangepast.
Sinds diezelfde datum is ook de driemaandelijkse aangifte aan de RSZ, die elke werkgever moet invullen en indienen betreffende de salarisgegevens en de arbeidsduur van het personeel dat in zijn onderneming tewerkgesteld is, grondig hervormd.
Bovendien heeft het koninklijk besluit van 25 februari 2003 (3) het koninklijk besluit van 8 augustus 1980 betreffende het bijhouden van sociale documenten gewijzigd teneinde de samenhang te verzekeren van het bijhouden van gezegde documenten in het kader van de veralgemening van de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling.
Deze aangifte heeft een multifunctioneel karakter gekregen en moet uitsluitend in elektronische vorm worden ingediend. Deze veralgemening van de multifunctionele aangifte (DMFA) is een van de drie luiken van het e-government van de sociale zekerheid.
I.1. Het personeel dat binnen het toepassingsgebied van DIMONA valt
I. De onmiddellijke aangifte van tewerkstelling
In principe moet voor alle werknemers een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling worden ingediend.
Het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels (1) heeft, sinds 1 januari 2003, de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, of DIMONA (déclaration immédiate/onmiddellijke aangifte), veralgemeend tot alle werknemers en werkgevers.
Het betreft: • De personen die zijn tewerkgesteld in het kader van een arbeidsovereenkomst. • De personen die op een andere manier dan krachtens een arbeidsovereenkomst prestaties leveren onder het gezag van een ander persoon (4).
De wet van 24 januari 2003 (2) houdende diverse bepalingen met betrekking tot de veralgemening van de onmiddellijke aangifte van tewerkstel1
Belgisch Staatsblad van 20 november 2002
2
Belgisch Staatsblad van 5 februari 2003
3
Belgisch Staatsblad van 5 maart 2003
4
We denken hierbij vooral aan het statutaire personeel in de overheidssector.
3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
2
P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
• De personen die niet onder het gezag van een andere persoon werken, maar die volledig of gedeeltelijk onderworpen zijn aan de sociale zekerheid voor werknemers. • De leerlingen.
leggen wanneer zij op verschillende plaatsen werknemers tewerkstellen (13). Het speciaal personeelsregister moet diverse vermeldingen bevatten zoals: • Het RSZ-nummer van de werkgever. • De werkplaats. • Het RSZ-identificatienummer van elke werknemer. • De begindatum van de tewerkstelling. • De datum waarop de overeenkomst is beëindigd.
Van het toepassingsgebied van de onmiddellijke aangifte blijven echter onder meer uitgesloten de werknemers die occasionele arbeid verrichten (5), de werknemers die prestaties leveren van hoogstens 25 werkdagen per jaar voor sportieve en/of sociaal-culturele activiteiten, de vrijwilligers tewerkgesteld in de vzw’s die niet zijn onderworpen aan de sociale zekerheid, de occasionele werknemers die tijdens de dagen van intense activiteit zijn tewerkgesteld in de tuinbouwsector, de “extra” werknemers die zijn tewerkgesteld in de horecasector, de werknemers die in België zijn gedetacheerd in het kader van dienstverrichtingen (6).
Deze vermeldingen moeten uiterlijk op het ogenblik van de tewerkstelling worden opgegeven, waarbij de datum van uitdiensttreding moet worden opgegeven binnen 7 dagen na de datum waarop de overeenkomst is beëindigd. Het speciaal personeelsregister kan worden bijgehouden op papier of op een elektronische drager, op voorwaarde dat de sociale inspecteurs er op de werkplaats te allen tijde kennis van kunnen nemen (14). Vanaf de laatste verplichte inschrijving moet het gedurende 5 jaar worden bewaard.
I.2. De modaliteiten van de onmiddellijke aangifte Uiterlijk op het ogenblik dat de nieuwe werknemer zijn prestaties begint, moet de werkgever een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling doen, de aangifte van indiensttreding genoemd (7). De verklaring kan op de volgende manieren worden gedaan: • Hetzij telefonisch, via een lokale server: het volstaat het nummer van de server te vormen (8). • Hetzij via het Internet, via de portaalsite van de sociale zekerheid (9). • Hetzij via file transfer: alle bestanden die via ftp worden doorgezonden, moeten voorzien zijn van een digitale handtekening.
I.4. De andere sociale documenten De werkgever blijft er voorts toe gehouden de documenten op te stellen, bepaald door het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978. Dit geldt voor: • De opstelling van de individuele rekening voor elke werknemer. • De opstelling in tweevoud van een overeenkomst van tewerkstelling als student. • De opstelling van een overeenkomst van tewerkstelling als thuiswerker. • De opstelling van een overeenkomst van professionele onderdompeling in geval van een “bedrijfsstage”.
Wanneer de arbeidsbetrekking wordt beëindigd, moet de werkgever vanaf de eerste werkdag die volgt op het einde van de aangegeven tewerkstelling een aangifte van uitdiensttreding doen volgens dezelfde modaliteiten als de aangifte van indiensttreding (10). Als tegenprestatie voor de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling worden de werknemers ontslagen van hun administratieve verplichtingen inzake het bijhouden van een personeelsregister op papier (11) en het verzenden van een kopie van de overeenkomst van tewerkstelling als student naar de sociale inspectie.
I.5. De afschaffing van bepaalde wettelijke verplichtingen
Nadat hij de onmiddellijke aangifte heeft ingevuld, kan de werkgever via de portaalsite van de sociale zekerheid het resultaat van zijn aangiften visueel consulteren (12).
De wet betreffende de veralgemening van de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling heeft bepaalde vroegere bepalingen en de desbetreffende verplichtingen voor de werkgever afgeschaft.
I.3. Het speciaal personeelsregister
Zo is de sociale identiteitskaart afgeschaft (15). De wet schaft eveneens de verplichting af om aan de sociale inspectie een kopie te bezorgen van de overeenkomst van tewerkstelling als student.
De werkgevers die ertoe gehouden zijn de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling te doen, moeten een speciaal personeelsregister aan5
Dat wil zeggen een werk dat wordt verricht voor de behoeften van de huishouding van de werknemer en van zijn gezin en voor zover dit werk niet meer bedraagt dan 8 uur per week bij een of meer werkgevers.
6
Voor zover de werkgever zich richt naar het vereenvoudigde stelsel inzake sociale documenten, georganiseerd door de wet van 5 maart 2002.
7
De werknemer moet in principe worden geïdentificeerd aan de hand van de SIS-kaart.
8
Nr. 02 511 51 51 – Contactcentrum Eranova. Deze mogelijkheid is echter uitsluitend beschikbaar voor de werkgevers die al een – zelfs voorlopig – inschrijvingsnummer hebben bij de RSZ en die de gegevens van de SIS-kaart kennen.
9
www.socialsecurity.be
10 Er zijn altijd uitzonderingen, onder meer indien de datum waarop de overeenkomst wordt beëindigd (voor een overeenkomst van bepaalde duur), de einddatum van een overeenkomst van tewerkstelling als student of de einddatum van de beschikbaarstelling voor de gebruiker van een uitzendkracht, niet verschilt van de datum die is opgegeven in de onmiddellijke aangifte van indiensttreding. 11 Dit document moet echter vanaf 1 januari 2003 gedurende 5 jaar worden bewaard. 12 De RSZ registreert elke aangifte van een werkgever in een elektronisch personeelsbestand dat eigen is aan de werkgever. De werkgever kan zijn elektronisch personeelsbestand raadplegen. Om een gebruikersnaam en een wachtwoord te krijgen, moet hij in zijn onderneming een beheerder aanwijzen die de contactpersoon van de RSZ zal zijn. 13 Met uitzondering van onder andere de werkgever die zijn werknemers gewoonlijk minder dan 5 opeenvolgende dagen per week tewerkstelt op eenzelfde plaats, van de werkgever die zijn werknemers tewerkstelt voor bouwwerkzaamheden, van de werkgever die valt onder het paritair comité van het uitzendwerk voor zijn uitzendkrachten. 14 De tekst rept met geen woord over de manier waarop de werknemer moet worden ingeschreven. 15 Deze kaart was slechts verplicht voor de bouwsector, waar zij sinds 1 januari 1999 trouwens niet meer van toepassing was. P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
3
3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
I.6. De sancties Per werkgever wordt trouwens slechts een enkele aangifte opgesteld die alle tewerkgestelde werknemers moet omvatten.
Dezelfde administratieve boetes zijn van toepassing in geval van inbreuk op het bijhouden van het personeelsregister en in geval van inbreuk op de verplichtingen inzake de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling.
(19)
De tewerkgestelde werknemer voor wie een DIMONA-aangifte is opgesteld, zal per kwartaal slechts eenmaal voorkomen op een of meerdere “werknemersregels”.
Een administratieve boete ten bedrage van 1.875 € tot 6.250 € kan worden opgelegd aan de werkgever, zijn aangestelden of lasthebbers, die niet de gegevens inzake de onmiddellijke aangifte heeft verstrekt, geen algemeen of speciaal personeelsregister heeft aangelegd of ingevuld, deze documenten niet op de opgegeven plaats tijdens de voorgeschreven termijnen bewaart, nalaat ze binnen de gestelde termijnen aan de werknemer te bezorgen, niet de nodige maatregelen heeft genomen opdat deze documenten ter beschikking worden gehouden van de inspectie, enige andere uitvoeringsmodaliteit niet heeft nageleefd die is voorgeschreven door de wets- en reglementsbepalingen.
Het belangrijkste verschil in vergelijking met het vroegere systeem zit hem dus in het feit dat de bijdragen voor elke werknemer individueel worden berekend en niet langer globaal en collectief.
II.3. Globale aangifte van bepaalde personeelsgegevens Als uitzondering op hetgeen voorafgaat, blijft de aangifte globaal, namelijk op het vlak van de onderneming, wat de volgende gegevens betreft: • De solidariteitsbijdrage van 7,5 % die verschuldigd is wegens de tewerkstelling van een jongere in het kader van een overeenkomst van tewerkstelling als student. • De inhouding van 13,07% op het totale bedrag van het dubbel vakantiegeld. • De bijdrage van 13,07% op bepaalde deelnemingen in de winst. • De speciale bijdrage voor de sociale zekerheid voor de bruggepensioneerden. • De werkgeversbijdrage van 8,86% op de bovenwettelijke pensioenen.
II. De multifunctionele aangifte aan de RSZ II.1. Principes Sinds 1 januari 2003 is de traditionele aangifte aan de RSZ vervangen door andere volledig en uitsluitend elektronische modaliteiten, deze aangifte wordt ook “multifunctioneel” genoemd (16). De multifunctionaliteit uit zich in het ter beschikking stellen via het netwerk van de kruispuntbank van alle inlichtingen die door de werkgever aan de RSZ worden verstrekt ten bate van alle instellingen van de sociale zekerheid.
II.4. Termijn en bezorging van de multifunctionele aangifte
De aangifte moet worden opgesteld door alle werkgevers die bezoldigd personeel tewerkstellen, zodra een DIMONA-aangifte is ingediend.
De aangifte moet aan de RSZ worden bezorgd, uiterlijk de laatste dag van de maand na het voorbije kalenderkwartaal.
De nieuwe aangifte zal worden gebruikt voor de berekening en de inning van de sociale bijdragen, maar ook voor het bepalen van de rechten aslook voor de berekening van de uitkeringen die aan de sociale verzekerden verschuldigd zijn (17). De meeste instellingen van de sociale zekerheid die met de kruispuntbank zijn verbonden, zullen de vereiste inlichtingen kunnen inwinnen en zullen die bijgevolg niet langer afzonderlijk moeten opvragen, op een bepaald en per definitie verschillend tijdstip.
Voor een werkgever die bij een sociaal secretariaat is aangesloten, blijft de uiterste datum voor de bezorging van de aangifte vastgesteld op de twintigste werkdag van de tweede maand na het voorbije kwartaal (20). Sinds 1 januari 2003 mag de multifunctionele aangifte nog enkel elektronisch worden ingediend (21). Dit gebeurt via de portaalsite van de sociale zekerheid.
Teneinde het nagestreefde doel qua eenmaking en vereenvoudiging te analyseren, werden bepaalde gebruikte begrippen eenvormig gemaakt (18). Werden zodoende geharmoniseerd de begrippen “bezoldiging”, “werkperiode”, “werkdag”, “voltijds werknemer” of “deeltijds werknemer”, “wettelijke of conventionele vakantie”,...
De gegevens mogen echter nog altijd met behulp van een magnetische drager worden verstrekt (22). Hoe dan ook is het vanaf het 1ste kwartaal van 2003 niet langer mogelijk de aangiften op een papieren drager aan de RSZ te richten. Een enkele multifunctionele aangifte zal trouwens alle tewerkgestelde werknemers moeten vermelden. Bijgevolg is het in principe niet langer mogelijk de aangifte te splitsen door bijvoorbeeld de gegevens betreffende de werklieden en die betreffende de bedienden afzonderlijk te verstrekken (23).
II.2. Modaliteiten van de multifunctionele aangifte Vanaf het 1ste kwartaal van 2003 bestaat de multifunctionele aangifte in een aangifte zonder personeelsstaat, noch boekhoudkundig vak, noch enige andere staten.
16 DMFA: déclaration multifonctionnelle/multifunctionele aangifte 17 Als voorbeeld citeren wij vergoedingen inzake arbeidsongeschiktheid ten laste van de ZIV, de werkloosheidsuitkeringen enz. 18 Zie daartoe de koninklijke besluiten van 10 juni 2001 (BS van 31 juli 2001). 19 Dat wil zeggen per RSZ-nummer. 20 Artikel 33, § 2 van het koninklijk besluit van 28 november 1969. 21 Wet van 24 februari 2003 betreffende de modernisering van het beheer van de sociale zekerheid, artikel 5 – BS van 2 april 2003. 23 Cassette, magneetband, diskette of andere drager; de aangifte van de ondernemingen die veel personeel tewerkstellen, moet bij voorkeur worden gedaan in de vorm van file transfer of ftp-bestanden of met gebruikmaking van de bestaande netwerken zoals Cobonet of het interbankennetwerk Isabel. 23 Voor bijzondere situaties zijn echter administratieve uitzonderingen mogelijk.
3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
4
P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
III. BESLUIT
Zoals vroeger kan de werkgever wijzigingen aanbrengen aan de originele aangifte.
De onmiddellijke aangifte van tewerkstelling en de veralgemening van de elektronische multifunctionele aangifte brengen ontegensprekelijk een omwenteling teweeg in de administratieve praktijk van de bezorging van de gegevens aan de betrokken instellingen. Zij beogen in hoofdzaak een vereenvoudiging en op termijn de wijziging van het bijhouden van de andere sociale documenten met als logisch gevolg de verlichting van de administratieve last en dus ook van de desbetreffende kosten.
Zo kan hij aanvullende gegevens verstrekken (24) of bepaalde bestaande gegevens corrigeren (25). Deze wijzigingen of correcties moeten echter on line gebeuren, dat wil zeggen rechtstreeks in de gegevensbank van de RSZ. De werkgever of het sociaal secretariaat zullen bijgevolg niet langer kunnen verwijzen naar de originele gegevens die zijzelf hebben verstrekt, maar naar die welke door de RSZ werden gevalideerd, geregistreerd en bewaard, aangezien deze dienst de “authentieke bron” van gezegde gegevens is geworden.
Deze administratieve rationalisering vereist echter een grotere stiptheid bij de toepassing van de modaliteiten en van de termijnen waarbinnen de aangiften moeten worden ingediend. Deze stiptheid is des te meer geboden omdat de burgerlijke en/of administratieve sancties vrij hoog kunnen zijn, zelfs al hopen we dat zij na de inwerkingtreding van deze nieuwe reglementeringen in het begin toch met enige soepelheid zullen worden toegepast.
II.5. Sancties Wanneer de multifunctionele aangifte niet binnen de gestelde termijn aan de RSZ wordt bezorgd, kan dit voor de werkgever aanleiding geven tot een forfaitaire boete van 495,79 €, verhoogd met 247,89 € per schijf van 24.489,35 € verschuldigde bijdragen boven de 49,578,70 €. De RSZ kan er echter van afzien deze boete toe te passen wanneer de kwartaalaangifte werd ingediend vóór het einde van het kwartaal na dat waarop zij betrekking heeft.
Michel STRONGYLOS
[email protected]
Wanneer de werkgever de aangiften niet heeft ingediend of een onvolledige of onjuiste aangifte heeft ingediend, heeft de RSZ het recht deze aangifte van ambtswege te vervolledigen of te corrigeren.
24 Zoals bijvoorbeeld de aangifte van nieuwe salarisgegevens. 25 Zoals de correctie van de gegevens betreffende de arbeidsprestaties.
IAS 17
Huurcontracten
Deze norm IAS 17 betreft alle huurcontracten behalve: • de huurcontracten die betrekking hebben op de ontginning of het gebruik van natuurlijke rijkdommen zoals olie, gas, bouwhout, metalen en andere mijnrechten; • de licentieakkoorden die betrekking hebben op films, video-opnamen, toneelstukken, manuscripten, octrooien en auteursrechten.
indien die lager is, tegen de bijgewerkte waarde van de bedragen die als huur zijn betaald. Het bijwerkingspercentage moet de rentevoet van het huurcontract zijn. Het actief moet worden afgeschreven volgens de regels die gebruikt worden voor de andere vaste activa van de onderneming. Indien de onderneming bij de afloop van het contract geen eigenaar wordt, moet het actief volledig worden afgeschreven over de gebruiksduur of over de duur van het contract, naargelang welke van beide de kortste is.
Het huurcontract is een akkoord waarbij de verhuurder aan de huurder voor een bepaalde duur het gebruiksrecht van een actief afstaat tegen betaling of een reeks van betalingen.
De betalingen van de schuld moeten worden omgeslagen over de financiële kosten en de afschrijving van het saldo van de schuld.
Leasingcontract Dit contract draagt aan de huurder alle risico’s en voordelen over die inherent zijn aan de eigendom van het actief. Bij de afloop van het contract kan de eigendom al dan niet worden overgedragen.
Voorbeeld: (er is geen rekening gehouden met de BTW)
Gewoon huurcontract
2520
Ondertekening van het contract:
Elk contract dat geen leasingcontract is.
Gehuurd materieel aan 172 Leasingschulden 422 Schulden die binnen het jaar vervallen
25.000,00 20.000,00 5.000,00
Betaling:
BOEKING
422 650
1. BIJ DE HUURDER
Schulden die binnen het jaar vervallen Rente verbonden aan schulden aan 550 Bank
5.000,00 400,00 5.400,00
De leasingcontracten worden op het actief en het passief geboekt voor bedragen die gelijk zijn aan de billijke waarde van het gehuurde goed of,
P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
5
3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
Afschrijving: 630
Dotatie aan de afschrijvingen aan 2529 Afschrijvingen van het materieel
De huurinkomsten worden in de resultatenrekening tijdens de hele duur van het contract op lineaire basis als opbrengsten geboekt, tenzij een andere basis representatief is voor de spreiding in de tijd van de voordelen die de gebruiker eruit zal halen.
5.000,00 5.000,00
De gewone huurcontracten worden in de resultatenrekening tijdens de hele duur van het contract op lineaire basis als kosten geboekt, tenzij een andere basis representatief is voor de spreiding in de tijd van de voordelen die de gebruiker eruit zal halen.
Voorbeeld: (er is geen rekening gehouden met de BTW) 4000
Voorbeeld: (er is geen rekening gehouden met de BTW) 61113 Huur van materieel aan 4400 Leveranciers
Klanten aan 7000 Omzet
5.400,00 5.400,00
Leasebacktransacties
5.400,00 5.400,00
2. BIJ DE VERHUURDER
Een leasebacktransactie is een verrichting waarbij de eigenaar van een goed het aan een derde overdraagt om het vervolgens van hem te huren. De betaling als huurgeld en de verkoopprijs zijn doorgaans aan elkaar gekoppeld want er wordt samen over onderhandeld.
De verhuurder moet:
Het boeken zal afhangen van de categorie van het huurcontract.
• de activa boeken en ze voorstellen als vorderingen voor een bedrag dat gelijk is aan de netto-investering in het huurcontract;
Leasingcontract
• de financiële inkomsten boeken op basis van een formule die een vast periodiek rendementspercentage weergeeft;
Het surplus van de opbrengsten van de overdracht in vergelijking met de boekwaarde van het goed moet worden uitgesteld en afgeschreven over de duur van het huurcontract.
• bij het begin van het huurcontract de oorspronkelijke rechtstreekse kosten boeken als kosten;
Gewoon huurcontract Verkoopprijs = billijke waarde: elke winst of elk verlies moet onmiddellijk worden geboekt.
• de te ontvangen betaling boeken als terugbetaling van de hoofdsom en als financiële opbrengsten.
Verkoopprijs < billijke waarde: elke winst of elk verlies moet onmiddellijk worden geboekt.
Voorbeeld: (er is geen rekening gehouden met de BTW)
Verlies dat niet is goedgemaakt door toekomstige betalingen die kleiner zijn dan de marktprijs:
Aankoop van het materieel met het oog op de verhuring ervan:
Het verlies wordt onmiddellijk geboekt.
6040
Verlies dat is goedgemaakt door toekomstige betalingen die kleiner zijn dan de marktprijs:
Aankopen van handelsgoederen aan 4400 Leveranciers
22.000,00 22.000,00
Ondertekening van het contract: 2900 4000
Vorderingen op meer dan één jaar Klanten aan 7000 Omzet
Het verlies wordt uitgesteld en afgeschreven over de gebruiksduur van het actief.
20.000,00 5.000,00 25.000,00
Verkoopprijs > billijke waarde: surplus uitgesteld en afgeschreven over de gebruiksduur van het actief.
Ontvangst van de betaling: 550
Bank aan 7510 Financiële opbrengsten
5.400,00 400,00
4000
Klanten
5.000,00
IASB 167 Fleet Street LONDEN EC4A2ES ENGELAND Website: http://www.iasc.org.uk
Françoise PHILIPPE Erkend boekhouder-fiscalist Lid van de CBN
In de gewone huurcontracten worden de verhuurde goederen geboekt volgens de aard van het actief.
Voor U gelezen VAN CROMBRUGGE ( Stefaan), Beginselen van de vennootschapsbelasting, 6de editie, Kalmthout, Biblo, 2003, 206 p.
moet in staat zijn alle verdere problemen te identificeren en op te lossen door redenering of verdere opzoekingen. Het moet hem tevens mogelijk worden toekomstige wetswijzigingen in hun juiste context te situeren.
Het boek “Beginselen van de vennootschapsbelasting” presenteert op een bondige en bevattelijke wijze het systeem, de grote lijnen en de principes van de vennootschapsbelasting. Wie deze principes kent,
3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
Het boek is niet alleen bedoeld voor wie zich voor het eerst in de vennootschapsbelasting wil verdiepen, maar voor iedereen die er dage-
6
P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
lijks mee geconfronteerd wordt en nood heeft aan een basiswerk om op terug te vallen.
verrekening van voorheffingen en credits. Na een korte uitweiding over de bijzondere aanslag op geheime commissielonen volgt een laatste hoofdstuk over de fiscale gevolgen van de ontbinding en de herstructurering van een vennootschap.
Professor Dr. Stefaan Van Crombrugge, hoogleraar aan de Universiteit Gent, gaat in een eerste hoofdstuk na wanneer de vennootschapsbelasting precies van toepassing is.
Het boek houdt rekening met de recente en belangrijke hervorming van de vennootschapsbelasting door de Wet van 24 december 2002. De meeste van deze nieuwe maatregelen zijn reeds vanaf het aanslagjaar 2004 van kracht. Ook de recentste evoluties in rechtspraak en rechtsleer zijn verwerkt.
De begrippen ‘rechtspersoonlijkheid”, “exploitatie van onderneming of winstgevende bezigheid” en “fiscale winst” staan hier centraal. De belastbare grondslag van vennootschappen is hun winst. De analyse van de fiscale winst maakt het tweede, en meest omvangrijke onderdeel uit van het boek. De auteur bespreekt eerst de brutowinst, en vervolgens de nettowinst van vennootschappen, met speciale aandacht voor de meerwaarden, beroepskosten, beroepsverliezen, enz.
Hoe bestellen ? Prijs : 50 EUR (incl.BTW)
Aansluitend komen de overige vrijstellingen en extracomptabele aftrekken aan bod, zoals de DBI- aftreken, de investeringsreserve. Vervolgens twee speciale regimes : de verkrijging van eigen aandelen en de gedeeltelijke verdeling van het maatschappelijk vermogen.
U kunt het boek telefonisch bestellen via het nummer 0800.12683 of nog faxen naar het nummer 0800.12633. Inschrijven kan ook via email naar volgend adres :
[email protected].
Het derde hoofdstuk behandelt het tarief en de berekening van de vennootschapsbelasting . Ruime aandacht gaat naar het stelsel van de
Contact regio van zuid en Midden Limburg of Vlaams Brabant. Tel. : 0475/51.79.05
• Middelgroot boekhoudkantoor in de regio Antwerpen zoekt boekhouder A6/A1 of gelijkwaardig door ervaring voor de verwerking van de boekhoudingstukken, voeren van de BTW - administratie (o.a BTW- Aangiften en opstellen van jaarrekening). Stage BIBF mogelijk. Diverse mogelijkheden van samenwerking zijn bespreekbaar. Contact : Fiduciaire Van der Veken & Partners cvba, Tav Dhr. J. Daems, Markgravelei 26, 2018 Antwerpen. Tel. : 03/242.94.82. E-mail :
[email protected]
• Boekhoudkantoor wenst cliënteel uit te breiden via overname dossiers in de regio Leuven- Mechelen- Aarschot – Heist o/d Berg. Ook mogelijkheid tot samenwerking. Tel. : 0496/23.00.12 • Boekhoudkantoor zoekt voor uitbreiding van zijn activiteiten overname van een kantoor op de as Antwerpen – Waasland – Gent. Modaliteiten te bespreken. Tel. : 03/755.34.77 – 0475/825.665
• Nederlandstalig boekhoudkantoor wenst uit te breiden en zoekt samenwerking of overname van een boekhoudkantoor in de WestVlaanderen bij voorkeur de Westhoek. Tel : 058/51.59.95
• Regio Olen-Blankenberge, boekhoudkantoor over te nemen, omzet plus/minus 75.000 EUR wegens einde loopbaan ! Ref. : 152/02
• Klein Nederlandstalig boekhoudkantoor wenst uit te breiden en zoekt samenwerking of overname van een boekhoudkantoor in de
Seminaries 25/11/2003 Waregem 25/11/2003 26/11/2003
26/11/2003 27/11/2003
P A C I O L I
Optimaliseren van fiscale verliezen en andere fiscale topics Meester Vanbiervliet, Advocaat Brugge Vereffening - Dhr. Pouseele Geel Kempense bedrijven – Dhr.Tony Bastijns, adviseur Strategisch Plan Kempen, Docent Katholieke Hogeschool Kempen Leuven Optimaliseren van fiscale verliezen en andere fiscale topics Meester Vanbiervliet, Advocaat Ruddervoorde Optimaliseren van fiscale verliezen en andere fiscale topics Meester Vanbiervliet, Advocaat
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F
7
BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120 ACC VER LBC-NVK Tel : 03-2208753 - Fax : 03-2316664 BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
Seminaries 27/11/2003 Gent 29/11/2003 Hasselt
Vereffening - Dhr. Pouseele De rol van de boekhouder in de financiele planning voor kmo en bedrijfsleider – Dhr. Roel Bellens - professor EHSAL, R.U. Groningen; Guy Walraevens - professor EHSAL Aanvullende pensioenen Meester Poppe, advokaat
KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120 LVAB Tel : 011/238776 - Fax : 011/238867
BTW Dhr. Bart Beheydt, BTW-adviseur Waregem BTW-actualiteit Dhr. Eddy Soenen, e.a. Inspecteur - Diensthoofd AOIF Hasselt Vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen Dhr. Luc Vereycken, Dendermonde Milieuwetgeving Dhr. Luc Van Middel, adviseur in milieu-aangelegenheden Gent Corporate Governance Dhr. Bruno Deklerck, directeur vaktechniek IBR, Aalst BTW-actualiteit Eddy Soenen, e.a. Inspecteur - Diensthoofd AOIF Leuven Electronische facturatie Universiteit Cel financiële informatieverwerking ( C.F.I ) Antwerpen (wilrijk) Dhr. Ludovic D’HOORE, juridisch adviseur bij de C.F.I. Leuven BTW-actualiteit Dhr. Eddy Soenen, e.a. Inspecteur - Diensthoofd AOIF Hasselt De individuele pensioentoezegging – Dhr.Paul Van Eesbeeck, vennoot Vereycken & Vereycken Consulting Ruddervoorde BTW-actualiteit Dhr.Eddy Soenen, e.a. Inspecteur - Diensthoofd AOIF Antwerpen Dubbele belastingsverdragen Hasselt Valkuilen in het arbeidsrecht – Meester Tilleman, advocaat Sint-Katelijne- De invordering van de belastingen (directe en indirecte). Waver Dhr.M. Loyens, inspecteur-jurist Sint-Katelijne- De invordering van de belastingen (directe en indirecte). Waver Dhr.M. Loyens, inspecteur-jurist Hasselt Dubbele belastingsverdragen Brugge Electronische facturatie Geel Sociaal statuut zelfstandigen – Dhr.Aimé Mertens, Provinciaal coordinator Sociaal Verzekeringsfonds Middenstand en Beroepen Hasselt De 80 % en 100 %-grens bij pensioenen, invaliditeit en overlijden – Mevrouw Ann Misplon, Kasterlee Updating Vennootschapsrecht Dhr. Jos Mertens, advocaat, Gent Electronische facturatie
ACC VER LBC-NVK Tel : 03-2208753 - Fax : 03-2316664 BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 LVAB Tel : 011/238776 - Fax : 011/238867 ACC VER LBC-NVK Tel : 03-2208753 - Fax : 03-2316664 BBAV Tel : 09.377 87 88 - Fax : 09.378 06 67 BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120 LBAB Tel : 0496/272.440 - Fax : 02/426.22.06 BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 LVAB Tel : 011/238776 - Fax : 011/238867 BBB Tel : 056/70 02 34 - Fax : 056/72 56 58 KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120 LVAB - Tel : 011/238776 - Fax : 011/238867 MAB Tel : 015/62 31 10 - Fax : 015/62 18 48 MAB Tel : 015/62 31 10 - Fax : 015/62 18 48 KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120 KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120 ACC VER LBC-NVK Tel : 03-2208753 - Fax : 03-2316664
01/12/2003 Aalter
02/12/2003 Antwerpen 02/12/2003 03/12/2003 04/12/2003 06/12/2003 08/12/2003 09/12/2003 09/12/2003 10/12/2003 10/12/2003 11/12/2003 11/12/2003 13/12/2003 13/12/2003 14/12/2003 16/12/2003 16/12/2003 17/12/2003
17/12/2003 18/12/2003 18/12/2003
ACC VER LBC-NVK Tel : 03-2208753 - Fax : 03-2316664
LVAB Tel : 011/238776 - Fax : 011/238867 KBAB Tel : 014/41.61.46 - Fax : 014/71.02.67 KVABB - Tel : 09.231 2101 - Fax : 09.231 2120
Noch deze publicatie, noch gedeelten van deze publicatie mogen worden gereproduceerd of opgeslagen in een retrievalsysteem, en evenmin worden overgedragen in welke vorm of op welke wijze ook, elektronisch, mechanisch of door middel van fotokopieën, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De redactie staat in voor de betrouwbaarheid van de in haar uitgaven opgenomen info, waarvoor zij echter niet aansprakelijk kan worden gesteld. V e r a n t w o o r d e l i j k e u i t g e v e r: Marcel-Jean PAQUET, B.I.B.F. - Legrandlaan 45, 1050 Brussel • Tel. 02 626 03 80 • Fax 02 626 03 90 • E-mail:
[email protected] • Url: www.bibf.be. R e d a c t i e : Valérie CARLIER, Geert LENAERTS, José PATTYN. A d v i e s r a a d : Professor P. MICHEL, Ecole d'Administration des Affaires de l'Université de Liège, Professor C. LEFEBVRE, Katholieke Universiteit Leuven. 3 - 1 6
N O V E M B E R
2 0 0 3
8
P A C I O L I
N
R
1 5 2
I P C F
-
B I B F