Alles wat je altijd al wilde weten over de opleiding
Financiële beroepen 93200 Financieel administratief medewerker niveau 3 BOL 93211 Assistent-accountant niveau 4 BOL 93212 Bedrijfsadministrateur niveau 4 BOL
cohort 2013 - 2016 Kwalificatiedossier versie 2013 Studieduur 3 jaar / 4800 SBU Florijn College ROC West-Brabant Studiegids/Oer versie 1.0, juni 2013
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
1
1 Woord vooraf Welkom op het Florijn College! Je hebt gekozen voor de opleiding Financieel administratief boekhouder / Administrateur. In deze studiegids willen we je van tevoren goed informeren over het beroep en de opleiding waarvoor je bent ingeschreven. In de zakelijke dienstverlening kom je dagelijks in contact met de hele wereld. Daardoor krijgen administratieve werkzaamheden ook een internationale betekenis. In het onderwijs van het Florijn College willen we dan ook de wereld binnenhalen: “Think global, act local.” Het Florijn College heeft zich ten doel gesteld studenten op te leiden tot succesvolle wereldburgers die een tastbare bijdrage leveren aan handel en zakelijke dienstverlening. Om dit doel te bereiken wil het Florijn College dat zijn studenten boven het gemiddelde uitstijgen, excelleren en succesvol zijn. Door initiatief te nemen, vragen te stellen en elkaar respectvol, open en eerlijk te benaderen wordt jouw studietraject een succes en help je ons met het vormgeven en verbeteren van de opleiding. Om succesvol te blijven moet het onderwijs voortdurend in beweging blijven. In een schoolgemeenschap die bestaat uit vele culturen en jonge mensen, willen we aan een omgeving bouwen die voor iedereen stimulerend werkt en uitnodigt tot presteren. Die omgeving maken we samen: studenten, docenten en overige medewerkers. We willen graag dat jij hieraan bijdraagt door jouw ambities waar te maken. Ben jij succesvol, dan is het Florijn College dat ook!
Lisan van Beurden directeur Florijn College
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
2
2 Inhoudsopgave
1 2 3 4
Woord vooraf .................................................................................................................. 2 Inhoudsopgave ............................................................................................................... 3 Belangrijke documenten ................................................................................................. 4 Alles over het beroep ..................................................................................................... 5 4.1 4.2 4.3 4.4
5
Alles over de opleiding ................................................................................................... 7 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
6
Begeleiding bij het leren .........................................................................................14 Studieloopbaanbegeleiding ....................................................................................14 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering ..........................................14 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie ...................................................14 Aanwezigheid en leerplicht .....................................................................................15 Klachten en inspraak ..............................................................................................15 Veiligheid en gedrag...............................................................................................15 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd! .................................15
Alles over de beoordeling ..............................................................................................16 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 7.9 7.10 7.11
8 9
Wat zijn de hoofdonderdelen van je opleiding? ....................................................... 7 Alles over de lesweek .............................................................................................. 7 Alvast wat over de stage ......................................................................................... 8 Wat ga je leren? Wat zijn kerntaken en werkprocessen? ........................................ 8 Maatwerk ...............................................................................................................10 Eisen aan het leertraject en studiebelasting ...........................................................10
Alles over de begeleiding ..............................................................................................14 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8
7
Wat doet een Administrateur? ................................................................................. 5 Hoe ziet de opleiding er in het kort uit?.................................................................... 6 Wat kun je met je opleiding doen?........................................................................... 6 De onderwijsovereenkomst ..................................................................................... 6
Ontwikkelingsgericht beoordelen van studieonderdelen .........................................16 Examens om je diploma te behalen........................................................................16 Hoe ziet een examen eruit?....................................................................................16 Hulpmiddelen .........................................................................................................17 Examenprogramma (gemiddeld opleidingstraject) ..................................................17 Wanneer zijn de examens? ....................................................................................21 Hoe gaat het met herkansen? ................................................................................21 Hoe kun je vrijstelling krijgen voor een examen? ....................................................21 Hoe is de organisatie van de examens geregeld? ..................................................21 Wat bewaart de school? .........................................................................................21 Waar kun je terecht als je het niet eens bent met een beslissing? ..........................21
Verantwoording voor de studiegids ...............................................................................22 Bijlage verantwoording onderwijstijd (Top-model)..........................................................23
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
3
3 Belangrijke documenten In deze studiegids wordt verwezen naar een aantal belangrijke documenten. Deze bijlagen kan je terugvinden op de website van het Florijn College onder de tab ‘Onderwijs’ bij ‘Studenteninfo’. (http://www.florijn.nl/onderwijs/studenteninfo.aspx). Een papieren versie kan je inzien bij STIP. Het gaat om de volgende documenten: • • • • • • • • • • • •
Onderwijs overeenkomst (OOK) Praktijkovereenkomst (POK) Deelnemersstatuut Klachtenprocedure Herkansingsregeling Vrijstellingsregeling Inzage examens Examenreglement Procedure bezwaar en beroep Hulpmiddelen bij examens Zorgbegeleiding ‘Als het (even) tegen zit’ Calamiteiten: wat te doen?
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
4
4 Alles over het beroep Informatie over het beroep en vervolgstudies
4.1 Wat doet een Administrateur? Je draagt zorg voor het bijhouden en het controleren van de gegevens op financieeladministratief terrein. Je levert je bijdrage aan managementrapportages en het financiële jaarverslag. Van jou kan worden verwacht dat je gegevens analyseert, statistieken maakt en het management adviseert. Je verantwoordelijkheid is uitvoerend van aard, dat wil zeggen controlerend en begeleidend. Er zijn, op het Florijn College, drie afstudeerrichtingen: - financieel administratief medewerker (niveau 3) - bedrijfsadministrateur (niveau 4) - assistent accountant (niveau 4) Financieel administratief medewerker De financieel administratief medewerker is werkzaam op de administratie van een bedrijf of instelling. De werkzaamheden zijn vooral gericht op het bijwerken van de dagboeken, het bijwerken van de subadministraties en het voeren van kwantiteitenregistraties. Daarnaast is de financieel administratief medewerker betrokken bij het creditmanagement en verricht hij ook administratieve taken die niet perse financieel van aard zijn. De werkzaamheden worden uitgevoerd op niveau 3 en omvatten een deel van de taken van de bedrijfsadministrateur. Bedrijfsadministrateur De bedrijfsadministrateur is werkzaam op de administratie van een bedrijf of instelling. Zijn primaire taak is om inzicht te creëren in de financiële positie van het bedrijf, ten behoeve van het management en externe belanghebbenden. Daarnaast is de bedrijfsadministrateur betrokken bij het creditmanagement en verricht hij ook administratieve taken die niet perse financieel van aard zijn. Kenmerkend voor deze functie is de noodzaak goed inzicht in het boekhouden te hebben, en overzicht over de gehele administratie met haar subadministraties. De werkzaamheden zijn enerzijds gericht op het bijwerken van de dagboeken, anderzijds assisteert de bedrijfsadministrateur bij de periodeafsluitingen. Hij kan relatief snel als vervanger optreden voor lager gekwalificeerde medewerkers op de subadministraties. Assistent accountant De assistent-accountant is werkzaam bij een accountantskantoor of bij een administratiekantoor. Hij controleert financiële informatie van de klant en biedt, indien gewenst, financieel-administratieve ondersteuning. De werkzaamheden worden meestal op het accountantskantoor uitgevoerd en sporadisch bij de klant. Kenmerkend voor deze functie is de noodzaak goed inzicht te hebben in het boekhouden en overzicht over de gehele administratie met haar subadministraties. De assistent-accountant moet zich tevens een beeld kunnen vormen van de bedrijven waarvoor hij zijn werkzaamheden verricht. Zijn werkzaamheden zijn gericht op het controleren van (deel)administraties, het voorbereiden van de periodeafsluitingen en het jaarverslag en het opstellen van belastingaangiften.
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
5
4.2 Hoe ziet de opleiding er in het kort uit? De opleiding bestaat uit een gezamenlijk deel en een uitstroomdeel. Het gezamenlijke deel van de opleiding duurt twee jaar. Die tijd wordt gebruikt om te werken aan je basisvaardigheden en –kennis. Na het tweede jaar wordt bepaald welk vervolgtraject het beste bij je past: de niveau 3-opleiding financieel administratief medewerker of de niveau 4opleiding Administrateur. Voor leerlingen met een niveau 3 diploma wordt ook nog de mogelijkheid tot het behalen van een niveau 4 diploma geboden door een extra opstroom jaar aan het einde van de opleiding. In het basisdeel krijg je met alle onderdelen van het beroep te maken. In het uitstroomdeel krijg je extra lesstof voor de richting waarin je je gaat specialiseren en kies je voor één of meerdere uitstromen. Een “uitstroom” is een specialisatie. Ongeveer 20% van je studie zal voor die uitstroom gebruikt worden. Voor de opleiding Administrateur kun je kiezen uit: financieel administratief medewerker, assistent accountant en bedrijfsadministrateur. 4.3 Wat kun je met je opleiding doen? De niveau 4 uitstroomvarianten van de opleiding Administrateur sluiten prima aan bij hboopleidingen in vergelijkbare richtingen zoals Accountancy, bedrijfseconomie of commerciële economie. Aansluitende opleidingen in het particulier onderwijs zijn PDL, MBA en SPD. Wanneer je niet kiest voor een vervolgopleiding kun je met je diploma gaan werken op een administratiekantoor of bij een grote organisatie. Administrateurs bij bedrijven, instellingen of accountantskantoren voeren financieel administratieve werkzaamheden uit, die er toe leiden dat het bedrijf, de instelling of de klant inzicht houdt in de financiële positie en de bijbehorende rechten en plichten. Deze werkzaamheden zijn ook gericht op de verantwoording aan externe belanghebbenden, zoals banken, de belastingsdienst, aandeelhouders en andere stakeholders. De eisen die aan de opleiding worden gesteld en de daarbij behorende werkzaamheden in de beroepspraktijk zijn uitgebreid opgenomen in het kwalificatiedossier voor MBO Opleidingen. Hiervoor verwijzen wij je naar de volgende link: http://www.kwalificatiesmbo.nl. 4.4 De onderwijsovereenkomst Scholen zijn wettelijk verplicht om een onderwijsovereenkomst met je aan te gaan (zie bijlage “OOK”). In deze overeenkomst staan afspraken tussen jou en de school. Je hebt alleen recht op onderwijs als je de onderwijsovereenkomst ondertekent en bij STIP hebt ingeleverd.
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
6
5 Alles over de opleiding Informatie over het onderwijsprogramma
5.1 Wat zijn de hoofdonderdelen van je opleiding? In alle studiejaren bestaat je lesweek uit een aantal vergelijkbare onderdelen. We maken onderscheid tussen: a. Financieel administratieve beroepsvorming (FAB) Gedurende het volledige schooljaar is er een grote werkruimte waar je werkt aan beroepsopdrachten. De begeleidende docent ondersteunt je bij vragen, geeft uitleg en organiseert waar nodig groepsinstructies. Je werkt op je notebook met verschillende digitale leermiddelen, simulatieprogramma’s en opdrachten. De digitale leeromgeving It’s Learning voorziet je van alle informatie en materiaal om aan de slag te kunnen. Daarnaast krijg je buiten de grote werkruimte verdieping door middel van themalessen op het gebied van Bedrijfsadministratie (BA) en Bedrijfseconomie (BE). b. Generieke vakken In dit onderdeel besteed je aandacht aan vaardigheden die je in het dagelijks leven en in je beroep nodig hebt. Denk daarbij aan computervaardigheden, Nederlands, Burgerschap en Engels. Je kan ook nog voor Duits of Frans kiezen als extra taal. De generieke onderdelen worden op vaste momenten in je rooster aangeboden in aparte lokalen. Buiten deze geroosterde onderdelen keer je altijd terug naar de grote werkruimte. De snelheid waarmee je het leertraject doorloopt, bepaal je voor een groot deel zelf. Wanneer het je lukt om sneller door de leerstof heen te gaan, dan kan je ook eerder aan de stages beginnen. Heb je meer moeite met de stof of vertraag je door andere omstandigheden, dan ga je later op stage. Afhankelijk van je voortgang en je resultaten krijg je een studieadvies (SA) over je leertraject en het niveau waarop je kan uitstromen. Een schematische weergave van een gemiddeld opleidingstraject vind je terug in tabel 1. Tabel 1. Opleidingstraject Financiële beroepen Schooljaar 2013-2014
Schooljaar 2014-2015
Schooljaar 2015-2016
P1
P2
P3
P4
P5
P6
P7
P8
P9
P10
P11
P12
school
school
school
school
stage
stage
school
school
school
school
stage
stage
Sa1
Sa2
Sa3
In periodes 8 t/m 16 vinden proeven van bekwaamheid plaats. Dit zijn de examens die je moet behalen om je diploma te krijgen. (zie hoofdstuk 6) 5.2 Alles over de lesweek Gedurende de lesweek werk je altijd in de grote werkruimte aan met name financieel administratieve beroepsvorming. Tussendoor ga je voor geroosterde onderdelen zoals Engels naar andere lokalen toe. De week ziet er globaal als volgt uit:
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
7
Tabel 2. Globale weekindeling schooljaar 1 Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
8.30-10.00
FAB
ENG
NED
EN
NED
10.00-10.30
pauze
pauze
pauze
pauze
pauze
10.30-12.00
BA
FAB
FAB
FAB
FAB
12.00-12.30
pauze
pauze
pauze
pauze
pauze
12.30-14.00
FAB
LL
ENG
BU
FAB
14.00-15.00
BU
FAB/toetsing
BE
-
SLB/toetsing
15.00-17.00
-
-
-
-
SLB/toetsing
Per week heb je 25,5 klokuren begeleide onderwijstijd. De lessen en projecten worden geroosterd in eenheden van 0,5 uur. Een lesuur op je rooster is dus een half uur. De schooldagen beginnen meestal om 08.30 uur en duren tot maximaal 17.00 uur. De indeling van de lesweek is van veel factoren afhankelijk en kan tussentijds wijzigen. Alle wijzigingen worden van tevoren bekendgemaakt op de portal en via de monitor bij de entree en in de aula. De portal is een website die alleen beschikbaar is voor studenten van het Florijn College (https://portal.rocwb.nl/default.aspx). Om op de portal te kunnen, krijg je in de introductieweek een loginnaam en wachtwoord. Vóór aanvang van een periode wordt het weekrooster ook op papier uitgedeeld. In principe worden lessen altijd overgenomen of opgevangen als een docent afwezig is. Je wordt dus altijd geacht aanwezig te zijn. We streven ernaar zo min mogelijk te laten uitvallen. 5.3 Alvast wat over de stage Zoals je in tabel 1 hebt gezien, zijn er in het leertraject twee stages. Afhankelijk van hoe snel je de leerstof beheerst ga je op stage. Voor de meeste studenten zal de eerste stage beginnen in schooljaar 2. De stage is vijf dagen per week bij een bedrijf. Tijdens de stage zijn er ook enkele terugkomdagen. Je bent dan een dag(deel) op school. Op de terugkomdagen wordt je praktijkervaring besproken en in verband gebracht met de theorie. Stage wordt ook wel BPV (Beroeps Praktijk Vorming) genoemd. De keuze voor een bedrijf is onder andere afhankelijk van de uitstroom je kiest, het type bedrijf dat bij je past en de beschikbaarheid van bedrijven. De eerste stage is vooral gericht op het basisdeel van de opleiding. Je oefent dan vooral basiswerkzaamheden van een Financieel administratief medewerker / Administrateur. In de tweede stage komen er steeds meer taken, die passen bij jouw uitstroomrichting. Je studieloopbaanbegeleider en de coördinator van de BPV helpen je bij het vinden van een goed stageadres. Het stagebedrijf dient goedkeuring te hebben van kenniscentrum Ecabo. In het lesprogramma zijn projecten en lessen opgenomen die voorbereiden op een goede BPV. BPV-docenten komen enkele malen bij je stagebedrijf op bezoek voor voortgangsgesprekken en begeleiding. Binnen het stagebedrijf is er altijd een medewerker (praktijkopleider) die je dagelijks begeleidt in het bedrijf. Samen met het bedrijf en de school onderteken je voor aanvang van de stage een praktijkovereenkomst (zie bijlage “POK”) waarin afspraken staan over wat er van jou verwacht wordt en wat jij van het bedrijf mag verwachten. Uitgebreide informatie over de stages ontvang je tijdig in de periode voor aanvang van de stage. 5.4 Wat ga je leren? Wat zijn kerntaken en werkprocessen? De opleiding is opgedeeld in een basisdeel en een keuzedeel. In het basisdeel wordt aandacht besteed aan de kerntaken en werkprocessen die voor alle uitstromen van toepassing zijn.
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
8
Een kerntaak is een deel van de beroepstaken dat in omvang of belangrijkheid kenmerkend is voor het beroep waarvoor je wordt opgeleid. In het geval van de Administrateur is er bijvoorbeeld de kerntaak “Houdt de dagboeken bij”. De werkzaamheden die bij die kerntaak horen, zijn beschreven in de bijlage “Kwalificatiedossier”. Een werkproces is een onderdeel van een kerntaak. Voor het werkproces “1.1 Werkt het inkoopboek bij” betekent dit bijvoorbeeld dat je inkoopfacturen kunt invoeren in een boekhoudkundig systeem. Voor de Administrateur zitten in het basisdeel de werkprocessen 1.1 t/m 1.4, 3.1 t/m 3.4. Andere werkprocessen komen in het basisdeel in mindere mate aan de orde (zie tabel 3). Tabel 3. Kerntaak-werkprocesmatrix Financiële Beroepen / Administrateur
Financieel administratief medewerker (FAM)
Bedrijfsadministrateur BA)
Assistent-accountant (AA)
NIV 3
NIV 4
NIV 4
1.1. Werkt het inkoopboek bij
x
x
x
1.2. Werkt het verkoopboek bij
x
x
x
1.3. Werkt de bankboeken bij
x
x
x
1.4. Werkt het kasboek bij
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Financiële Beroepen
Kerntaak
KT1 Houdt de dagboeken bij
KT2 Verricht werkzaamheden t.b.v. periodeafsluitingen en belastingaangiften
KT3 Verricht activiteiten voor het debiteuren- en crediteurenbeheer
KT4 Houdt kwantiteitenregistratie bij
Werkproces
2.1. Verricht boekingen in het memoriaal 2.2. Verricht werkzaamheden voor de periodeafsluiting 2.3. Treft voorbereidingen voor de aangifte omzetbelasting 2.4. Verricht werkzaamheden voor de aangifte inkomstenbelasting 3.1. Voert stamgegevens in en wijzigt deze 3.2. Stelt facturen op 3.3. Bewaakt betalingstermijnen en verricht activiteiten voor de invordering 3.4. Controleert inkoopfacturen en verricht activiteiten voor fiattering van inkoopfacturen 3.5. Controleert het debiteurenbeheer 3.6. Controleert het crediteurenbeheer 4.1. Houdt een projectadministratie bij of controleert deze 4.2. Houdt een urenadministratie bij 4.3. Houdt administraties van kwantitatieve gegevens bij of controleert deze 4.4. Instrueert over het gebruik van administratieve systemen 4.5. Beheert de kas
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
9
5.5 Maatwerk a. Aansluiting op je vooropleiding Een diploma van de kaderberoepsgerichte-, gemengde of theoretische leerweg in de sector economie sluit het beste aan. Bij diploma’s van de van de kaderberoepsgerichte-, gemengde of theoretische leerweg van andere vmbo-sectoren geeft een vakkenpakket met economie of wiskunde de beste aansluiting. b. Aansluiting op vervolgonderwijs en arbeidsmarkt, Na de opleiding kun je gaan werken in één van de genoemde werkvelden. Ook is het mogelijk door te stromen naar het HBO in met name de economische richtingen. In het laatste deel van je opleiding kan je zelfs een doorstroomprogramma volgen bij Avans. Dit programma is gericht op kennismaking met het HBO en de economische opleidingen. c. Remediëren, verrijken, verdiepen Omdat het leertraject flexibel is ingericht, kan je waar nodig langer les krijgen in bepaalde vakken. Ook zijn er mogelijkheden voor extra ondersteuning. Daarvoor maak je maatwerkafspraken met de betreffende student. d. Vertraging of versnellen. Je bepaalt in principe je eigen leertempo en bent daar ook verantwoordelijk voor. Docenten en je studieloopbaanbegeleider volgen je voortgang en begeleiden je intensief. De gemiddelde studieduur is 3 jaar, de supersnelle studenten kunnen de opleiding in 2 jaar afronden en met vertraging kan het traject uitlopen tot 4 jaar. 5.6 Eisen aan het leertraject en studiebelasting De school heeft de wettelijke plicht om je per schooljaar minimaal 850 uren te begeleiden in je leerproces. Deze begeleiding mag je van ons verwachten en eisen, want daarvoor ben je naar het Florijn College gekomen. Ook is de zogenaamde 850-urennorm van belang, omdat je recht op studiefinanciering hiervan afhangt. We plannen ruim zodat onverwachte lesuitval geen risico vormt voor het behalen van de norm. Het programma voor de beroepsgerichte vakken, voor talen, voor rekenen en voor loopbaan en burgerschap sluit aan op de eisen van het ministerie van onderwijs. De eisen voor beroepsgerichte vakken zijn vastgelegd in het ‘kwalificatiedossier’. De eisen voor Nederlands en Rekenen staan in het ‘Referentiekader’. Voor de moderne vreemde talen (Engels, Duits, Frans) staan de eisen in het ‘Europees Referentie Kader’. Voor Burgerschap geldt het document ‘Kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap’. Je kunt al deze documenten terugvinden op de website www.kwalificatiesmbo.nl. We begrijpen dat de codes van de studieonderdelen je nog niet veel zullen zeggen, maar vinden het belangrijk dat je van tevoren kunt zien wat er aan studie-inzet van je verwacht wordt. Voor de opleiding Financiële beroepen zijn de volgende uren gepland:
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
10
totaal aantal klokuren
1
Periode 4
9
Periode 3
10
Periode 2
9
Periode 1
9
Afwijkende activiteiten
Aantal lesweken per periode*
Naam studieonderdeel
Schooljaar 1
Bedrijfsadministratie
3
3
3
3
56
Bedrijfseconomie
2
2
2
2
37
Burgerschap
4
4
4
4
74
Computervaardigheden
2
2
2
2
37
Duits/Frans (keuzevak)
0
0
0
0
0
Engels
4
4
4
4
74
Financieel administratieve beroepsvorming
25
23
25
21
436
Voorbereiding BPV
0
0
0
4
18
Leren Loopbaan
2
2
2
2
37
Rekenvaardigheden
1
1
1
1
19
Nederlands
6
6
6
6
111 0
Communicatieve vaardigheden
0
2
0
0
9
Studieloopbaanbegeleiding
2
2
2
2
37 0
Introductie
32
16
Toetsing en examinering
16
8
klokuren per lesweek
25,5
25,5
25,5
Totaal schooljaar 1
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
25,5 968
11
9
1
Periode 2
Afwijkende activiteiten
totaal aantal klokuren
10
Periode 4
9
Periode 3
9
Periode 1
Aantal lesweken per periode*
Naam studieonderdeel
Schooljaar 2
Bedrijfsadministratie
3
3
29
Bedrijfseconomie
2
2
19
Burgerschap
4
4
38
Computervaardigheden
2
2
19
Duits/Frans (keuzevak)
0
0
0
Engels
4
4
38
Financieel administratieve beroepsvorming
25
25
238
Voorbereiding BPV
0
0
0
Leren Loopbaan
2
2
19
Rekenvaardigheden
1
1
10
Nederlands
6
6
57 0
Communicatieve vaardigheden
0
0
0
Studieloopbaanbegeleiding
2
2
19 0
BPV
72
650
72
Toetsing en examinering
8
klokuren per lesweek
36
36,2
25,5
Totaal schooljaar 2
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
4
25,5 1138
12
9
1
Periode 4
Afwijkende activiteiten
totaal aantal klokuren
10
Periode 2
9
Periode 1
9
Periode 3
Aantal lesweken per periode*
Naam studieonderdeel
Schooljaar 3
Bedrijfsadministratie
3
3
27
Bedrijfseconomie
2
2
18
Burgerschap
4
4
36
Computervaardigheden
2
2
18
Duits/Frans (keuzevak)
0
0
0
Engels
4
4
36
Financieel administratieve beroepsvorming
25
25
225
Voorbereiding BPV
0
0
0
Leren Loopbaan
2
2
18
Rekenvaardigheden
1
1
9
Nederlands
6
6
54 0
Communicatieve vaardigheden
0
0
0
Studieloopbaanbegeleiding
2
2
18 0
BPV
72
650
64,5
Toetsing en examinering
8
klokuren per lesweek
25,5
25,5
36
Totaal schooljaar 3
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
4
32,25 1113
13
6 Alles over de begeleiding Informatie over begeleiding bij het leren en leerproblemen
6.1 Begeleiding bij het leren Bij alle studieonderdelen word je uiteraard ondersteund door de begeleidende docent. Je bent aan de studie begonnen om je persoonlijke doelen te bereiken. Zowel binnen als buiten de lessen proberen we je daarbij te helpen. Als het nodig is om je extra te ondersteunen voor een studieonderdeel maak je daarvoor met een docent afspraken. 6.2 Studieloopbaanbegeleiding Doel van de studieloopbaanbegeleiding is dat je: - leert in korte tijd zelf verantwoordelijkheid te nemen voor je opleiding; - een zelfstandige eigen manier van leren en werken ontwikkelt; - inzicht krijgt in je sterke en zwakke punten: waar ben ik goed in, wat kan beter?; - kritiek kunt geven en ontvangen; - ontdekt wat je precies wilt bereiken en weet wat je daarvoor moet doen; - een beeld krijgt van mogelijkheden na de opleiding die bij jou passen (vervolgopleiding, werk). Bij alle studieonderdelen word je uiteraard ondersteund door de begeleidende docent. Je bent aan de studie begonnen om je persoonlijke doelen te bereiken. Zowel binnen als buiten de lessen proberen we je daarbij te helpen. Je wordt extra ondersteund voor bepaalde studieonderdelen, zoals taal en het oefenen van studievaardigheden. Samen met jou kunnen we kijken naar mogelijkheden voor hulp bij het leren. Je studieloopbaanbegeleider helpt je bij het behalen van bovenstaande doelen. In een studentdossier worden afspraken vastgelegd en wordt je voortgang en ontwikkeling bijgehouden. Als er zaken zijn die het studeren moeilijk maken (bv. een handicap of privéproblemen) dan kan de studieloopbaanbegeleider je doorverwijzen naar het Zorgteam. Bij het Zorgteam kunt je terecht voor meer informatie en ondersteuning. Mochten er zaken zijn die door het Zorgteam niet (of niet voldoende) kunnen worden opgevangen, dan kan via de zorgcoördinator een doorverwijzing plaatsvinden naar de Schoolmaatschappelijk werker, het Servicecentrum Studie & Beroep of externe zorgbegeleiding. Meer informatie over zorgbegeleiding vind je op de portal in brochure “Als het (even) tegenzit”. 6.3 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering Wanneer je extra ondersteuning nodig hebt bij het leren, wend je je tot je studieloopbaanbegeleider. Heb je bijvoorbeeld problemen met taal veroorzaakt door een handicap, dan kun je extra hulp krijgen. Daarvoor wordt eerst een zogenaamd handelingsplan opgesteld, waarin staat wat we extra voor je kunnen doen. Je kunt extra begeleiding krijgen als je: - een stoornis, belemmering of handicap hebt die speciale ondersteuning of deskundige doorverwijzing vraagt - recht hebt op een StudentGebondenFinanciering Aanvullende informatie is verkrijgbaar bij je studieloopbaanbegeleider en op de portal. 6.4 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie Het is misschien een beetje raar om bij de start van een opleiding te praten over het verlaten van de opleiding, maar je moet op jonge leeftijd kiezen voor een vervolgopleiding en soms blijkt die keuze niet de juiste te zijn. Mocht deze opleiding niet goed bij je passen dan kan het
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
14
Servicecentrum Studie & Beroep je helpen bij het vinden van een andere opleiding die beter bij je past. Aanvullende informatie is verkrijgbaar bij je studieloopbaanbegeleider en op de portal. 6.5 Aanwezigheid en leerplicht Je aanwezigheid wordt geregistreerd in Presto. Je krijgt bij aanvang van je studie uitleg over het systeem en over de eisen die er voor je aanwezigheid gelden. De studieloopbaanbegeleider let op je aanwezigheid. Indien je vaak te laat bent of ongeoorloofd afwezig bent, moet de school hiervan verplicht melding maken bij de leerplichtambtenaar en bij DUO. De werkwijze en eisen die er aan aanwezigheid worden gesteld, kun je terugvinden in de bijlage ‘Verzuimprocedure’. 6.6 Klachten en inspraak Op verschillende manieren word je betrokken bij de verbetering van ons onderwijs. Jaarlijks vinden er enquêtes en onderzoeken plaats. Daarnaast worden er gesprekken met studenten georganiseerd over bepaalde thema’s. In de studentenraad spreken studenten met de directie over belangrijke ontwikkelingen. Op een school met ongeveer 1700 studenten gaat ook wel eens wat fout. Dat vinden we natuurlijk heel vervelend, maar we weten ook dat het niet uit te sluiten valt. We willen problemen uiteraard goed oplossen en steeds kijken wat we kunnen doen om de fout in de toekomst te voorkomen. Heb je een serieuze klacht die te maken heeft met het onderwijs of de organisatie van het Florijn College, dan kun je dat in eerste instantie melden bij je studieloopbaanbegeleider. Die kan reageren op je klacht en helpen het probleem op te lossen. Kom je er op die manier niet uit, dan kun je gebruikmaken van de klachtenprocedure. De “Klachtenprocedure” vind je terug op de portal. 6.7 Veiligheid en gedrag In de economische beroepen is het werken over de grenzen en met verschillende culturen een gegeven. We zien de veelkleurigheid en diversiteit van de wereld om ons heen dan ook als een kans. In de missie van het Florijn College komt dit tot uiting: "Studenten opleiden tot succesvolle wereldburgers die een tastbare bijdrage leveren aan handel en zakelijke dienstverlening". Dat betekent in de praktijk dat we elkaar serieus nemen en met respect behandelen. Onderlinge bedreigingen en pesten worden niet getolereerd. We bestrijden discriminatie op basis van verschillende culturele/etnische herkomst of seksuele geaardheid. Regels over leef- en werkomgeving en onderwijs vind je op de portal in het “Deelnemersstatuut” en in de “Schoolregels”. We hebben allemaal een actieve rol in de veiligheid in en buiten het schoolgebouw. In de introductieweek krijg je instructies over wat je moet doen bij calamiteiten. Met de studieloopbaanbegeleider loop je naar de verzamelplaats waar iedereen naar toe moet bij een ontruiming. Tijdens je studie doe je ook mee aan een ontruimingsoefening. De instructie voor ontruimingen “Calamiteitenflyer locatie W33” kan je vinden op de portal. 6.8 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd! Voor bijzondere gevallen is er op het Florijn College een vertrouwenspersoon. Je kunt altijd hulp krijgen van de vertrouwenspersoon als je te maken hebt gekregen met ongewenste intimiteit (bijvoorbeeld een vernederende grap of ongewenst lichamelijk contact) of andere zaken waar je een klacht over hebt (t.a.v. docenten of medestudenten). De vertrouwenspersonen zijn: mevrouw Karin Kort en de heer Bart Edwards van Muijen. Zij hebben een zwijgplicht. Ze zijn op school te bereiken onder nummer 076-5308800 of via hun e-mailadres:
[email protected] /
[email protected].
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
15
7 Alles over de beoordeling Ontwikkelingsgericht beoordelen en de examenregeling
7.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen van studieonderdelen Tijdens je leertraject wordt je regelmatig bij de verschillende onderdelen getoetst door middel van bijvoorbeeld opdrachten, presentaties of toetsen. Al deze onderdelen zijn erop gericht jou die kennis en die vaardigheden te leren die je nodig hebt voor het goed uitvoeren van de kerntaken. Daarnaast word je beoordeeld op je competenties. Dit zijn aspecten die horen bij een goede beroepshouding. Denk hierbij aan samenwerken, presenteren, kwaliteit leveren. Deze competenties komen gedurende de hele opleiding terug. Je bent natuurlijk nooit ‘klaar’ met het ontwikkelen van je competenties. In het eerste jaar verwachten wij van jou een ander niveau dan bijvoorbeeld in de stage. Voortdurend kijk je kritisch naar je eigen ontwikkeling. Regelmatig wordt de voortgang met je besproken. Een aantal momenten tijdens je opleiding, krijg je een studieadvies. Er wordt dan gekeken: - naar de ontwikkeling die je hebt doorgemaakt - of je studieresultaten aan de verwachtingen voldoen - of de opleiding / het beroep bij je past - of je klaar bent om deel te nemen aan een examen. 7.2 Examens om je diploma te behalen Om te meten of je het niveau dat hoort bij een “beginnend beroepsuitoefenaar” behaald hebt, leg je een aantal examens af. Om je diploma te behalen, word je beoordeeld op de volgende onderdelen: a. Beroep b. Taal c. Rekenen d. Burgerschap e. BPV Een overzicht van al deze examens, tref je verderop aan in het Examenprogramma. Per examen kun je in het examenprogramma zien wanneer je bent geslaagd. De examencommissie stelt uiteindelijk vast of je voldaan hebt aan alle eisen en je het diploma hebt behaald. 7.3 Hoe ziet een examen eruit? Bij het Florijn College gebruiken we verschillende examenvormen. In het “Examenprogramma” staat vermeld welke vorm een examen heeft. Hieronder vind je een korte toelichting bij iedere examenvorm Proeve van bekwaamheid (PvB) Een proeve van bekwaamheid is een praktijkexamenproduct dat waarin je laat zien dat je een kerntaak beheerst. Het examen vindt plaats in je stagebedrijf. Je wordt beoordeeld op wat je laat zien en de producten die je hebt gemaakt. Een proeve kan meerdere dagen duren en kan bestaan uit meerdere praktijkopdrachten. Examenprojecten (EP) Een proeve van bekwaamheid is een praktijkexamenproduct dat waarin je laat zien dat je een kerntaak beheerst. Het examenproject vindt plaats op school in een simulatie. Je wordt beoordeeld op wat je laat zien en de producten die je hebt gemaakt. Een examenproject kan één of meerdere dagdelen duren.
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
16
Tentamen (TE) Het tentamen is een examen om je vakkennis en vaardigheden te beoordelen. Het gaat om kennis en vaardigheden die belangrijk zijn voor de uitoefening van het beroep en die onvoldoende aan de orde komen in de examenprojecten. Centrale examens Nederlands en Rekenen (COE) Voor de onderdelen Lezen en Luisteren gebruiken we verplichte examens van het CITO. De examens worden digitaal afgenomen in een aantal computerlokalen van het Florijn College. De examens bestaan uit teksten en filmpjes met multiple choice vragen. Voor rekenen bestaat het centrale examen uit de onderdelen Getallen, Verhoudingen, Verbanden en Meten en Meetkunde. Instellingsexamens Nederlands (IE) Het Florijn College heeft eigen examens voor de vier onderdelen Schrijven, Taalverzorging en begrippenlijst, Spreken en Gesprekken. Deze examens zijn schriftelijk (open en gesloten vragen, opdrachten en multiple choice) en mondeling (bijvoorbeeld een klantgesprek of presentatie). Examens Moderne vreemde talen (MVT) Voor de talen Engels, Duits en Frans zijn de examens gericht op de vaardigheden Luisteren, Lezen, Schrijven, Spreken en Gesprekken voeren. De examenvormen zijn vergelijkbaar met die van Nederlands. Examens Burgerschap (Bu) Bijzonder voor het onderdeel Burgerschap is dat de examens je ontwikkeling meten. Je toont met werkstukken, opdrachten en presentaties aan dat je je verdiept hebt in een onderwerp en wat je hebt geleerd. Het gaat hierbij om kennis, inzicht en bewustzijn, en ook hoe je je gedraagt en functioneert. De vier onderdelen voor burgerschap zijn: de politiek-juridische dimensie, De economische dimensie, de sociaal-maatschappelijke dimensie en de dimensie vitaal burgerschap. 7.4 Hulpmiddelen Afhankelijk van de examenvorm mag je gebruik maken van hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld een rekenmachine. In het examenprogramma (kolom HM) wordt vermeld welke hulpmiddelen zijn toegestaan. Op het voorblad van ieder examen worden toegestane hulpmiddelen vermeld. Belangrijkste hulpmiddelen zijn de rekenmachine (R), het woordenboek (W), de hoofdtelefoon (H) en hulpmiddelen bij praktijkexamens (P). Meer informatie over hulpmiddelen vind je terug op de portal in “Hulpmiddelen bij examens”. 7.5 Examenprogramma (gemiddeld opleidingstraject) Beroep Kwalificatiedossier Financiële beroepen 2013, Financieel boekhoudkundig medewerker niveau 3 Examencode
Examennaam
Verantw. ExamenWerkpro- Schaal Plaats vorm cessen
Duur (in uren)
Per Hm
Kerntaak 1 ??? ???
??? DEFINITIEF EXAMENPROGRAMMA WORDT NOG VASTGESTELD
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
17
(
Niveau
Schaal Examen*) vorm
Plaats
Duur (in uren)
Per
Hm
FNELL2F-1
Nederlands lezen en luisteren
2F
1 dec
COE dig
FC
2
7~1 1
H
FNESP2F-1
Nederlands spreken
2F
1 dec
IE mond
FC
1/2
7~1 1
-
FNEGE2F-1
Nederlands gesprekken voeren
2F
1 dec
IE mond
FC
1/2
7~1 1
-
FNESC2F-1
Nederlands schrijven
2F
1 dec
IE schrift
FC
2
7~1 1
-
FNETB2F-1
Nederlands taalverzorging en begrippenlijst
2F
1 dec
IE schrift
FC
2
7~1 1
-
Eisen voor diplomering in schooljaar 2016-2017 en later Voor Nederlands wordt het cijfer van het centrale examen (= één cijfer met één decimaal) en het cijfer van het instellingsexamen (= één cijfer met één decimaal) gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Nederlands - Kader: referentiedocument Nederlandse taal en Rekenen, niveau 4-opleidingen Examencode Examennaam
Niveau
Schaal Examen*) vorm
Plaats
Duur (in uren)
Per
Hm
FNELL3F-1
Nederlands lezen en luisteren
3F
1 dec
COE dig
FC
2
7~1 1
H
FNESP3F-1
Nederlands spreken
3F
1 dec
IE mond
FC
1/2
7~1 1
-
FNEGE3F-1
Nederlands gesprekken voeren
3F
1 dec
IE mond
FC
1/2
7~1 1
-
FNESC3F-1
Nederlands schrijven
3F
1 dec
IE schrift
FC
2
7~1 1
-
FNETB3F-1
Nederlands taalverzorging en begrippenlijst
3F
1 dec
IE schrift
FC
2
7~1 1
-
Eisen voor diplomering in schooljaar 2015-2016 en later Voor Nederlands wordt het cijfer van het centrale examen (= één cijfer met één decimaal) en het cijfer van het instellingsexamen (= één cijfer met één decimaal) gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Moderne vreemde talen - Kader: Europees Referentie Kader (CEF), kwalificatiedossier 2013, niveau 3 Examencode Examennaam
Niveau
schaal
Examenvorm
Plaats
Duur (in uren)
Per
FENLUB1-1
A2
1 dec
TOA
FC
1
7~11 H
Engels luisteren
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
Hm
18
FENLEB1-1
Engels lezen
A2
1 dec
TOA
FC
1
7~11 -
FENSPB1-1
Engels spreken
A1
1 dec
TOA
FC
1/2
7~11 -
FENGEB1-1 Engels gesprekken voeren
A2
1 dec
TOA
FC
1/2
7~11 -
FENSCB1-1
A2
1 dec
TOA
FC
1,5
7~11 -
Engels schrijven
Eisen voor diplomering in schooljaar 2015-2016 en later Voor Engels wordt het cijfer van het alle examens gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Engels. Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Moderne vreemde talen - Kader: Europees Referentie Kader (CEF), kwalificatiedossier 2013, niveau 4 Examencode Examennaam
Niveau
schaal
Examenvorm
Plaats
Duur (in uren)
Per
FENLUB1-1
Engels luisteren
B1
1 dec
TOA
FC
1
7~11 H
FENLEB1-1
Engels lezen
B1
1 dec
TOA
FC
1
7~11 -
FENSPB1-1
Engels spreken
A2
1 dec
TOA
FC
1/2
7~11 -
FENGEB1-1 Engels gesprekken voeren
A2
1 dec
TOA
FC
1/2
7~11 -
FENSCB1-1
A2
1 dec
TOA
FC
1,5
7~11 -
Engels schrijven
Hm
Eisen voor diplomering in schooljaar 2015-2016 en later Voor Engels wordt het cijfer van het alle examens gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Engels. Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Moderne vreemde talen 2 - Kader: Europees Referentie Kader (CEF), kwalificatiedossier 2013, niveau 3 Examencode Examennaam
Niveau
schaal
Examenvorm
Plaats
Duur (in uren)
Per
Hm
FDULUA2-1/ Duits luisteren of FFRLUA2-1 Frans luisteren
B1
1 dec
dig
FC
1
7~11 H
FDULUA2-1/ Duits lezen of FFRLUA2-1 Frans lezen
B1
1 dec
dig
FC
1
7~11 -
FDULUA2-1/ Duits spreken of FFRLUA2-1 Frans spreken
A2
1 dec
mond
FC
1/2
7~11 -
FDULUA2-1/ Duits gesprekken voeren of FFRLUA2-1 Frans gesprekken voeren
A2
1 dec
mond
FC
1/2
7~11 -
FDULUA2-1/ Duits schrijven of FFRLUA2-1 Frans schrijven
A2
1 dec
schrift
FC
1,5
7~11 -
Eisen voor diplomering: geen (keuzetaal) Voor Duits/Frans wordt het cijfer van het alle examens gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Moderne vreemde talen 2 - Kader: Europees Referentie Kader (CEF), kwalificatiedossier 2013, niveau 4 Examencode Examennaam
Niveau
schaal
Examenvorm
Plaats
Duur (in uren)
Per
FDULUA2-1/ Duits luisteren of FFRLUA2-1 Frans luisteren
B1
1 dec
dig
FC
1
7~11 H
FDULUA2-1/ Duits lezen of FFRLUA2-1 Frans lezen
B1
1 dec
dig
FC
1
7~11 -
FDULUA2-1/ Duits spreken of FFRLUA2-1 Frans spreken
A2
1 dec
mond
FC
1/2
7~11 -
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
Hm
19
FDULUA2-1/ Duits gesprekken voeren of FFRLUA2-1 Frans gesprekken voeren
A2
1 dec
mond
FC
1/2
7~11 -
FDULUA2-1/ Duits schrijven of FFRLUA2-1 Frans schrijven
A2
1 dec
schrift
FC
1,5
7~11 -
Eisen voor diplomering: geen (keuzetaal) Voor Duits/Frans wordt het cijfer van het alle examens gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Rekenen - Kader: referentiedocument Nederlandse taal en Rekenen, niveau 3 Examencode
Examennaam
Niveau Schaal Examenvorm
FREK3F-1
Getallen, Verhoudingen, 2F Verbanden, Meten en meetkunde
0 dec.
COE dig
Plaats
Duur (in uren)
Per Hm
FC
2
7-8
-
Eisen voor diplomering in schooljaar 2016-2017 en later Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 - 10). Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Rekenen - Kader: referentiedocument Nederlandse taal en Rekenen, niveau 4 Examencode
Examennaam
Niveau Schaal Examenvorm
FREK3F-1
Getallen, Verhoudingen, 3F Verbanden, Meten en meetkunde
0 dec.
COE dig
Plaats
Duur (in uren)
Per Hm
FC
2
7-8
-
Eisen voor diplomering in schooljaar 2015-2016 en later Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 - 10). Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Burgerschap - Kader: Kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap in het mbo 2011-2012 Examencode
Examennaam
schaal Examenvorm
Plaats
FBUCOKT1-1 Politiek-juridische dimensie
O-V
Schift/mond FC
FBUCOKT2-1 Economische dimensie
O-V
Schift/mond FC
FBUCOKT3-1 Sociaal-maatschappelijke dimensie
O-V
FBUCOKT4-1 Dimensie vitaal burgerschap
O-V
Duur (in uren)
Per Hm -
Schift/mond FC
Eindopdracht 10 (niveau 3) 10 Scriptie (niveau 4) 10
Schift/mond FC
10
-
-
Eisen voor diplomering Ontwikkeling is voor iedere afzonderlijke dimensie voldoende aangetoond. Beroeps Praktijk Vorming - Kader: kwalificatiedossier versie 2013 Examencode
Examennaam
schaal
Examen- Plaats vorm
Duur (in uren)
Per
Hm
FBPVSEC1
BPV algemeen
O-V-G
Bpv
Bpv
650
5 t/m 6
FBPVSEC2
BPV uitstroom
O-V-G
Bpv
Bpv
650
11 t/m 12
-
Eisen voor diplomering Minimaal aantal uren per stage behaald. Alle stages zijn minimaal met een voldoende beoordeeld.
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
20
7.6 Wanneer zijn de examens? In de bijlage “Examenprogramma” is vermeld wanneer examens worden afgenomen. Er wordt afgeweken van de examenplanning indien je leertraject is versneld of vertraagd. Uiteraard word je tijdig geïnformeerd over de examenplanning. 7.7 Hoe gaat het met herkansen? Voor ieder examen zijn er in principe 2 herkansingsmogelijkheden. De wijze waarop dat gebeurt en de momenten waarop dit kan, kunnen verschillen per examen. Voor de proeve van bekwaamheid geldt een afwijkende herkansingsregeling. Je kan hierover meer teruglezen in de “Herkansingsregeling” op de portal. Indien je na de herkansingen nog niet bent geslaagd dan kun je deelnemen aan de extraneusregeling die plaats vindt na de zomervakantie in het nieuwe schooljaar. Informatie over herkansingen kun je opvragen bij je studieloopbaanbegeleider. De examencommissie kan, indien daar reden toe is, afwijken van deze herkansregels. 7.8 Hoe kun je vrijstelling krijgen voor een examen? Om een vrijstelling voor een onderdeel te krijgen, moet je aantonen dat je het vereiste niveau hebt. Dat kan door middel van bijvoorbeeld een certificaat of diploma. Je vraagt de vrijstelling zelf aan bij de examencommissie. Een vrijstelling wordt door de examencommissie afgegeven wanneer je kunt aantonen dat je over het juiste niveau beschikt en voldoet aan alle gestelde voorwaarden. Meer informatie over vrijstellingen vind je in de bijlage “Vrijstellingsregeling” op de portal. 7.9 Hoe is de organisatie van de examens geregeld? Op het Florijn College wordt de examinering georganiseerd door het Examenbureau (kamer 0.09). De medewerkers van het Examenbureau zorgen er onder andere voor dat je tijdig informatie krijgt over het examen, de examenresultaten en het diploma. 7.10Wat bewaart de school? Alle examenproducten worden, voor zover mogelijk, tot zes maanden na de einduitslag van het examen bewaard bij het Examenbureau. Resultaten worden voor onbeperkte tijd digitaal vastgelegd in het cijferregistratiesysteem. Je hebt de mogelijkheid om het beoordeelde examen in te zien. De aanvraagprocedure vind je in de bijlage ‘Inzage examens’. 7.11Waar kun je terecht als je het niet eens bent met een beslissing? In uitzonderlijke gevallen zou het kunnen voorkomen dat je het niet eens bent met de einduitslag van een examen of de manier waarop je bent beoordeeld. Dat dien je binnen 14 dagen na de bekendmaking van de einduitslag schriftelijk te melden bij de examencommissie (via het Studenten Informatie Punt STIP). Dit geldt alleen voor de examens, dus niet voor andere vormen van beoordeling tijdens het studietraject. Voor die gevallen ga je met je bezwaren naar je afdelingsmanager. Meer informatie vind je in de bijlage ‘Procedure bezwaar en beroep’.
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
21
8 Verantwoording voor de studiegids
De studiegids bevat informatie over het leertraject dat hoort bij de opleiding Financiële beroepen. Vanwege veranderende voorschriften, wetgeving en omdat docenten van het Florijn College voortdurend bezig zijn om de opleiding waar mogelijk te verbeteren, kunnen er wijzigingen plaatsvinden. Eenvoudige wijzigingen worden bij je gemeld door je studieloopbaanbegeleider. Denk daarbij een roosterwijzigingen of zaken die met de organisatie te maken hebben. Belangrijke wijzigingen worden bij je gemeld door je trajectbegeleider. Als het nodig is wordt er een aanvulling op deze studiegids op papier uitgereikt. Je zult dan moeten tekenen voor ontvangst. Denk daarbij bijvoorbeeld aan veranderingen in de examens die je moet doen om je diploma te behalen. De studiegids wordt met zorg samengesteld. Alle informatie die een school wettelijk verplicht is aan je te melden staat in dit document. Toch kan het zo zijn dat er zaken onduidelijk zijn of dat je een fout hebt ontdekt. Zou je dit aan je trajectbegeleider willen doorgeven, zodat we de studiegids kunnen verbeteren? versie 1.0
1ste versie studiegids Financiële beroepen 2013+
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
22
9 Bijlage verantwoording onderwijstijd (Top-model) Het TOP-model laat zien hoe de studieduur verdeeld wordt over verschillende onderwerpen, samenwerkingsvormen en begeleidingsvormen. Ook laat het zien hoeveel uren de student in instelling verzorgd onderwijs (IIVO) geniet; dit totaal wordt weergegeven in de cel rechtsonder in de tabel en is de som van de gekleurde cellen. Legenda van de codes: 1a
verwerven van competenties in de arbeidssituatie;
1b
verwerven van competenties in de gesimuleerde arbeidssituatie;
2a
verwerven van vaardigheden buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie;
2b
verwerven van kennis buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie;
3
overige deelnemeractiviteiten.
Financiële beroepen
Schooljaar 1 individueel / onafhankelijk onbegeleid
begeleid
1a
individueel / in groep onbegeleid
samen / afhankelijk
begeleid
0
onbegeleid
0
totaal
begeleid
SBU's
0
0
1b
0
0
0
0
0
0
0
2a
218
436
32
65
0
0
750
2b
207
0
139
278
37
74
734
425
518
171
360
3 subtotaal
totaal
82
942
18 37
531
127
116
90
1600
1600
968
Van de 1600 SBU's zijn de volgende uren IIVO
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
16
23
Legenda van de codes: 1a
verwerven van competenties in de arbeidssituatie;
1b
verwerven van competenties in de gesimuleerde arbeidssituatie;
2a
verwerven van vaardigheden buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie;
2b
verwerven van kennis buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie;
3
overige deelnemeractiviteiten.
Financiële beroepen
Schooljaar 2 individueel / onafhankelijk onbegeleid
begeleid
1a
individueel / in groep onbegeleid
samen / afhankelijk
begeleid
650
onbegeleid
0
totaal
begeleid
SBU's
0
650
1b
0
0
0
0
0
0
0
2a
119
238
14
29
0
0
399
2b
238
0
71
143
19
38
509
0
42
38
1600
3 subtotaal
totaal
42 357
929
1287
0 86
171
19
257
57
1138
Van de 1600 SBU's zijn de volgende uren IIVO
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
1600
24
Legenda van de codes: 1a
verwerven van competenties in de arbeidssituatie;
1b
verwerven van competenties in de gesimuleerde arbeidssituatie;
2a
verwerven van vaardigheden buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie;
2b
verwerven van kennis buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie;
3
overige deelnemeractiviteiten.
Financiële beroepen
Schooljaar 3 individueel / onafhankelijk onbegeleid
begeleid
1a
individueel / in groep onbegeleid
samen / afhankelijk
begeleid
650
onbegeleid
0
totaal
begeleid
SBU's
0
650
1b
0
0
0
0
0
0
0
2a
113
225
14
27
0
0
378
2b
275
0
68
135
18
36
532
0
40
36
1600
3 subtotaal
totaal
40 388
915
1303
0 81
162
18
243
54
1113
Van de 1600 SBU's zijn de volgende uren IIVO
F93200-93212BOL_2013-2016 _Financiële_Beroepen34
1600
25