F I N A N C I E E L J A A R V E R S L A G

Jaarverslag

Financieel 2007

FINANCIEEL

JAARVERSLAG

2007

F INANCIEEL J AARVERSLAG 2007

TOELICHTING

O P O N D E R D E L E N VA N H E T F I N A N C I E E L J A A R V E R S L A G

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

I N H O U D S O P G AV E

TOELICHTING OP ONDERDELEN VAN HET FINANCIEEL JAARVERSLAG Bericht van de Raad van Toezicht Kerngegevens Verslag van het College van Bestuur inzake het beleid en beheer Financieel verslag 2007

5 6 8 9 14

JAARREKENING

4

Geconsolideerde balans per 31 december 2007 Geconsolideerde exploitatierekening 2007 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2007 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling Uitsplitsing van de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans Niet in de balans opgenomen verplichtingen Overzicht verbonden partijen Uitsplitsing van de onderscheiden posten van de geconsolideerde exploitatierekening Enkelvoudige balans per 31 december 2007 Enkelvoudige exploitatierekening 2007 Uitsplitsing van de onderscheiden posten van de enkelvoudige balans Uitsplitsing van de onderscheiden posten van de enkelvoudige exploitatierekening Aansluiting geconsolideerd en enkelvoudig vermogen

19 20 21 22 26 34 36 40 47 50 51 56 63

OVERIGE GEGEVENS Accountantsverklaring Gebeurtenissen na balansdatum Bestemming exploitatiesaldo Bestuursverklaring (verklaring College van Bestuur)

64 66 66 66

BIJLAGEN Gegevens over de rechtspersoon Specificatie posten OCW Specificatie naar hoofdkostenplaats Investeringsplanning 2008 t/m 2018 Verantwoording Academisch Ziekenhuis Bilaterale uitwisseling Erasmuspartners Aantal uitwisselingsstudenten Faculteiten en instituten Algemene gegevens

67 68 69 70 71 75 77 82 83 84


TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

TOELICHTING OP ONDERDELEN VA N H E T F I N A N C I E E L J A A RV E R S L A G

5


TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

B E R I C H T VA N D E R A A D VA N T O E Z I C H T De Raad van Toezicht is in 2007 zevenmaal bijeengeweest, waarvan vijfmaal in aanwezigheid van het College van Bestuur. In het verslagjaar stonden voor de Raad naast de benoeming van een rector magnificus vooral centraal het toezicht op door het College van Bestuur ingezette verbeteringen in organisatie en administratie en op de vaststelling van het Instellingsplan 2007-2010 en de vertaling daarvan in concreet beleid. In november 2006 vernam de Raad van de rector magnificus, prof. mr. P.F. van der Heijden, dat hij zijn functie bij de UvA ging neerleggen wegens zijn benoeming bij de Universiteit van Leiden per 1 februari 2007. Tijdens de wervingsprocedure voor een nieuwe rector, die het voorjaar van 2007 in beslag heeft genomen, heeft de Raad prof. mr. J.W. Zwemmer, oud-decaan van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid en de Faculteit der Economische Wetenschappen en Econometrie, bereid gevonden het rectoraat te vervullen. De wervingsprocedure is voorspoedig verlopen en met instemming van de medezeggenschap heeft de Raad in de zomer de benoeming bekendgemaakt van de decaan van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen, prof. dr. D.C. van den Boom, tot rector magnificus. Zij bekleedt deze functie sinds 1 oktober 2007.

6

De Raad heeft gedurende het jaar met het College van Bestuur gesproken over de ontwikkeling van het Science Park in de Watergraafsmeer en de nieuwbouwprojecten die daar ontwikkeld worden. Er is een aanvang gemaakt met het gebouw van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI) op het Science Park. Verder is in 2007 besloten naast deze faculteit nieuwbouw te realiseren voor het Universitair Sportcentrum dat in 2010 ook naar de Watergraafsmeer verhuist. Belangrijk in het kader van de ontwikkeling van het Science Park en van de Universiteit als geheel is ook het voornemen van het College om samen met de Vrije Universiteit een Amsterdam University College (AUC) te starten voor onderwijs aan excellente studenten die voor een belangrijk deel uit het buitenland afkomstig zullen zijn. Besluitvorming hieromtrent is nog niet afgerond; de beoogde startdatum is gesteld op 1 september 2009. Ook het AUC zal definitieve huisvesting op het Science Park krijgen, zodat de onderscheidende bètasignatuur die het onderwijsprogramma krijgt, versterkt en gevoed wordt door de nabijheid van de FNWI en NWO. De Raad staat het College bij in het bestuurlijke proces rond de voorbereiding en verdere vormgeving van het AUC. Daarnaast sprak de Raad dit jaar met het College over ontwikkelingen die regelmatig ook in de landelijke media te vinden waren: de gemeente werkt in het kader van Amsterdam Topstad hard aan het op de kaart zetten van de stad als centrum van onder meer kennis en financiële dienstverlening. In deze ontwikkeling past bijvoorbeeld het initiatief om in Amsterdam een Duisenberg School of Finance in het leven te roepen, waarin UvA, VU, EUR en het Tinbergen Instituut participeren en waarin financiële masteropleidingen worden aangeboden. Evenals voorgaande jaren blijft de Raad vanuit zijn wettelijke taak nauwlettend toezien op de verbetermaatregelen ten aanzien van de nieuwe inrichting en stroomlijning van de financiële, personeels- en vastgoedadministratie, die gestart is in 2005. Doel is een betere ondersteuning van de Universiteit van Amsterdam bij het uitvoeren van haar primaire taken en een tijdige en juiste financiële en maatschappelijke verantwoording. Een belangrijke taak is daarbij weggelegd voor de accountant die het proces stimuleert. Nu ook de Richtlijn verslaggeving per 2008 ingrijpend is gewijzigd, heeft de Raad zijn goedkeuring gehecht aan het voorstel van het College om in 2008 een nieuwe (Europese) aanbesteding uit te schrijven voor een accountant, opdat deze de Universiteit vervolgens gedurende een aantal jaren kan assisteren in de verdere verbetering van de verantwoording.


TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

De Raad kent drie commissies, die van belang zijn in het kader van de governance binnen de Raad en binnen de UvA. Het betreft de Auditcommittee, die zich in detail met de bedrijfsvoering van de Universiteit bezighoudt en in 2007 vijfmaal bijeenkwam; de remuneratiecommissie die zich heeft gebogen over de toepassing van de Nederlandse Corporate Governance Code en die tweemaal bijeenkwam, en de benoemingscommissie ad hoc, die in het leven is geroepen bij het ontstaan van de vacatures in het College van Bestuur en in het afgelopen jaar viermaal bijeenkwam.

Amsterdam, 14 mei 2008 De Raad van Toezicht prof. dr. N.A.M. Urbanus, voorzitter drs. A. Baan mr. I. Brakman ir. J.H.M. Lindenbergh

7


TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

KERNGEGEVENS

_____________________________________________________ INGESCHREVENEN _____________________________________________________ Totaal ingeschreven studenten UvA

________________________________________ 2003 2004 2005 2006 2007 ______ ______ ______ ______ ______ 22.139 23.868 24.905 25.667 27.1751

_____________________________________________________ ________________________________________ INSTROOM EERSTEJAARSSTUDENT OPLEIDING INSTELLING (PER 1-10) 2003 2004 2005 2006 2007 _____________________________________________________ ______ ______ ______ ______ ______ Instroom bachelors 4.412 4.932 4.987 5.267 5.596 Instroom pre-masters 209 376 806 852 968 Instroom masters 597 1.057 1.566 1.997 2.577 _____________________________________________________ STUDIERESULTATEN PER ACADEMISCH JAAR _____________________________________________________

Studiepunten (ECTS) Bachelorexamens Masterexamens Doctoraalexamens Postmaster/postdoc-examens

8

________________________________________ 2003 2004 2005 2006 2007 ______ ______ ______ ______ ______ 325 329 320 327 378

_____________________________________________________ WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES PER KALENDERJAAR _____________________________________________________ Wetenschappelijke publicaties

________________________________________ 2003 2004 2005 2006 2007 ______ ______ ______ ______ ______ 6.531 7.164 7.250 7.267

_____________________________________________________ PERSONEEL (FTE’S PER 31-12, EXCL AMC)2 _____________________________________________________

________________________________________ 2003 2004 2005 2006 2007 ______ ______ ______ ______ ______

_____________________________________________________ FINANCIËLE KERNCIJFERS IN M€ _____________________________________________________ werkers (waarvan een belangrijk deel studentassistenten) 2 De personeelsgegevens van UvA enkelvoudig zijn inclusief het personeel van het CNA en het personeel dat bij het CEDLA en het T.M.C. Asser Instituut is gedetacheerd

773.594 808.506 872.245 935.487 982.531 269 766 1.410 2.054 2.344 66 335 767 1.376 2.142 2.762 2.710 2.416 1.988 1.429 269 284 332 349 291

_____________________________________________________ PROMOTIES PER KALENDERJAAR _____________________________________________________ Promoties

Wp Obp Totaal UvA enkelvoudig Gelieerden Totaal UvA geconsolideerd

1 Hierin begrepen 318 eigen mede-

________________________________________ 02/03 03/04 04/05 05/06 06/07 ______ ______ ______ ______ ______

Eigen vermogen (per 31-12) Solvabiliteit (eigen vermogen / totaal vermogen) Overdracht AMC Overige exploitatielasten (UvA enkelvoudig) Totale exploitatielasten (UvA enkelvoudig) Resultaat uit gewone bedrijfsvoering, in M€ Saldo buitengewone baten en lasten Groepsresultaat _____________________________________________________

2.091

2.090

2.050

2.092

2.209

1.838 ______

1.794 ______

1.650 ______

1.694 ______

1.717 ______

3.928

3.883

3.700

3.786

3.926

1.245 ______

1.107 ______

1.181 ______

548 ______

520 ______

5.173

4.990

4.881

4.334

4.446

________________________________________ 2003 2004 2005 2006 2007 ______ ______ ______ ______ ______

183 43% 119 355 474 5,2 -7,2 -2,0

174 41% 120 367 487 9,2 -18,7 -9,5

180 44% 121 377 498 12,7 -6,3 6,4

205 48% 123 391 514 25,0 0,0 25,0

228 50% 127 399 526 23,1 0,0 23,1

________________________________________


TOELICHTING


V E R S L A G VA N VA N B E S T U U R

HET

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

COLLEGE

INZAKE HET

BELEID EN BEHEER Tijdens de diesviering op 8 januari 2007 trad prof. mr. P.F. van der Heijden af als rector magnificus. Het rectoraat werd vervolgens waargenomen door prof. mr. J.W. Zwemmer, totdat op 1 oktober de benoeming van prof. dr. D.C. van den Boom tot rector inging. Intussen was op 1 september de benoemingstermijn van drs. J.W.A. Verlaan afgelopen; sindsdien bestaan de Colleges van Bestuur van de Universiteit en Hogeschool van Amsterdam, in personele unie, feitelijk uit drie leden. Het College van Bestuur was daarmee in een jaar tijd vanaf 1 september 2006 geheel vernieuwd. Het beleid van het College is er ook in de nieuwe samenstelling op gericht het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek optimaal te bevorderen, onder meer door de financiële ruimte voor deze kernactiviteiten van de Universiteit zo groot mogelijk te maken. In het verslagjaar is het gezamenlijke Instellingsplan van de Universiteit en de Hogeschool van Amsterdam voor de periode 2007-2010 tot stand gekomen, onder de titel Leren Excelleren. Wat de bedrijfsvoering van de instelling betreft, betekenen de wijzigingen van de samenstelling van het College een voortgang, met hier en daar bijsturing op de ingeslagen weg.

Integrale kostprijsberekening 9 Met ingang van 2006 is de Universiteit overgestapt op een model van integrale berekening van interne kosten. Dat betekent dat alle kosten gedragen worden, en verantwoord moeten kunnen worden, vanuit hun belang voor de primaire taken onderwijs, onderzoek en kennisverspreiding. Het UvA-model van kostentoerekening ligt ten grondslag aan het Convenant lastenreductie doelsubsidies universiteiten, dat in september 2007 gesloten is tussen de ministers van Financiën, OCW en EZ en de VSNU. Ook vanuit het buitenland bestaat belangstelling voor de systematiek. Zo werden presentaties verzorgd voor de European Universities Association, de Diensten van de Europese Commissie en bezoekende delegaties van diverse gerenommeerde universiteiten.

Allocatiemodel Het jaar 2007 zag voor het eerst het nieuwe budgetallocatiemodel in werking, dat in 2006 was ingevoerd om de eerste geldstroom (rijksbijdrage, collegegelden en rendement eigen vermogen) nagenoeg geheel toe te delen aan de primaire taken onderwijs en onderzoek, teneinde die leidend te maken voor de bedrijfsvoering. Het model is eenvoudig en transparant (narekenbaar). Becijferd kan worden dat als gevolg van de invoering van het nieuwe allocatiemodel de facultaire budgetten tussen 2006 en 2008 (dus over de tweede helft van de convenantperiode) met M€17,3 stijgen (prijspeil 2008), ná aftrek van circa M€2 aan doorgesluisde rijksbezuinigingen. De verdeling van dit bedrag is als volgt: I FGW + M€4,8 I FdR + M€4,2 I FNWI + M€3,3 I FEB + M€1,4 I FMG + M€3,6, waarvan M€1,8 inloop achterstand I ILO – M€0,2 I IIS + M€0,3 Onder het oude model van vóór 2006 zou deze stijging niet M€17,3 maar M€3,9 hebben bedragen. De toename is gedekt door aanvullende bezuinigingen op het centrale apparaat en een aantal themabudgetten, alsmede door nog bestaande “lucht” uit de begroting te halen. De begroting 2008 is in de toelichting op de enkelvoudige jaarrekening opgenomen.


TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Het allocatiemodel honoreert de onderwijsprestaties tijdelijk doelbewust beter dan het rijksbekostigingsmodel, maar de parameters zullen voor de jaren 2009-2012 zodanig worden aangepast dat deze discrepantie, waarvoor immers geen structurele dekking bestaat, verdwijnt. Ook zullen de doelstellingen uit het Instellingsplan, waaronder de focus op geïdentificeerde onderzoekszwaartepunten, in het model worden verwerkt. Het allocatiemodel geldt niet voor de Faculteiten der Geneeskunde en Tandheelkunde. Met het AMC is afgesproken dat het AMC met ingang van 2006 alle collegegelden van de geneeskundestudenten ontvangt, alsmede het deel van de rijksbijdrage dat voortvloeit uit de bekostigde prestaties van Geneeskunde plus een vastgesteld aandeel in de vaste voet van de rijksbijdrage. Met de Vrije Universiteit en het ACTA is, met betrekking tot de bekostiging van de Faculteit der Tandheelkunde, een vergelijkbare afspraak gemaakt.

Huisvesting

10

Bij de overdracht (in 1995) van de integrale verantwoordelijkheid voor huisvesting aan de universiteiten heeft de rijksoverheid onvoldoende aanvullend budget toegekend om op de lange termijn adequate universitaire huisvesting te garanderen. De kosten van bouwen en verbouwen in de Amsterdamse binnenstad zijn ook nog eens beduidend hoger dan op nieuwe grond of buiten de Randstad, zonder dat dat aspect in de rijksbekostiging is verdisconteerd. In de afgelopen jaren zijn bovendien de wettelijke richtlijnen voor het gebruik van gebouwen, voor diverse milieu-aspecten en voor de aanwezigheid van asbest aanzienlijk verscherpt. Om die redenen staat het Huisvestingsplan van de Universiteit prominent op de agenda van het College van Bestuur en is, na eerdere herijkingen in 2003 en 2005, thans opnieuw een herijking ondernomen. Aanleiding was de flinke groei van de Universiteit in studentenaantal, een meer op de kerntaken gerichte visie op de locatie van functies in de stad, en de duurder uitvallende planontwikkeling met betrekking tot het Roeterseiland en de Oudemanhuispoort. Het investeringsvolume in het plan is van M€419 naar M€554 gestegen, overigens niet alleen als gevolg van de aangepaste visie maar ook door indexering (prijspeil 2005 naar prijspeil 2008) en door opname van nieuwe elementen zoals verplaatsing van het sportcentrum van de zuidas naar de Watergraafsmeer. Dit naast de investeringen waarvoor in de asbestvoorziening begin 2007 nog circa M€20 was opgenomen. Verreweg het grootste deel van dit bedrag zal de komende tien jaar besteed worden. In mei 2007 is begonnen met de feitelijke bouw van het nieuwe complex van de FNWI in de Watergraafsmeer, het eerste grote project van het Huisvestingsplan en straks één van de grootste gebouwen van Amsterdam. In dezelfde maand opende Hare Majesteit het gebouw aan de Turfmarkt naast het Allard Piersonmuseum waar de bijzondere collecties van de Universiteitsbibliotheek zijn ondergebracht. Ook de gerenoveerde Agnietenkapel, de oerzetel van de Universiteit, kon in gebruik worden genomen voor promoties en andere academische bijeenkomsten. Het Informatiseringscentrum werd in december, samen met dat van de Hogeschool van Amsterdam, op één locatie in gehuurde ruimte nabij het Amstelstation gehuisvest. De nieuwbouw van het B.C.P. Janseninstituut kon door bouwvertraging slechts gedeeltelijk worden bewoond; in de loop van 2008 wordt daarin de Amsterdam Business School van de FEB gehuisvest. Voor grootschalige renovatie of vernieuwbouw van het Roeterseilandcomplex uit de jaren ’60 worden thans ontwerpen gemaakt. Andere belangrijke onderdelen van het Huisvestingsplan zijn de renovatie van de Oudemanhuispoort en de toekomstige huisvestingssituatie van de Universiteitsbibliotheek. Ook de afstoting van de panden van het Zoölogisch Museum Amsterdam is (voor 2011) in het plan voorzien, in relatie tot de onderbrenging van dit museum in het Nederlands Centrum voor Biodiversiteitsonderzoek (NCB), samen met Naturalis en het Nationaal Herbarium. De minister van OCW heeft de benodigde middelen voor de vorming van het NCB evenwel nog niet gereserveerd.


TOELICHTING

UNIVERSITEIT


VA N

AMSTERDAM

Balansprognose 700,0

600,0

500,0

M€

400,0

300,0

200,0

11 100,0

2035

2033

2034

2031

2032

2030

2028

2029

2026

2027

2025

2023

2024

2022

2020

2021

2019

2017

2018

2015

2016

2014

2013

2011

2012

2009

2010

2008

2006

2007

2005

2004

2003

2002

0,0

2001

Overige vlottende activa Liquide middelen Vaste activa Eigen vermogen

Het Huisvestingsplan 2008 leidt, ceteris paribus, zonder inflatie en berekend bij een rente van 5%, tot de balansontwikkeling in de grafiek; de zwarte streeplijn daarin laat zien dat als gevolg van de piek in investeringen in de FNWI en het Roeterseiland het eigen vermogen zal dalen tot een laagste punt van ongeveer 22% van het balanstotaal in 2022-2025. Dit wordt verantwoord geacht, omdat de Universiteit nog stille reserves heeft (waarvoor het verschil van M€65 tussen de WOZ-waarde en de boekwaarde van de gebouwen als maat kan dienen) en omdat de bank een ondergrens van 15% aanvaardbaar vindt. Het maximaal te lenen bedrag zal bijna M€300 bedragen (rond 2018). Bij deze presentatie is niet vooruitgelopen op de mogelijkheid die de nieuwe Richtlijn jaarverslaggeving met ingang van 2008 biedt om het vastgoed op actuele waarde in plaats van op historische kostprijs te waarderen, en om anders dan lineair en in andere dan de tot en met 2007 voorgeschreven termijnen af te schrijven.

Financieel resultaat Het financieel resultaat is als volgt worden opgebouwd; het wordt in het financieel verslag verder toegelicht: I M€1,1 operationeel resultaat van UvA enkelvoudig, exclusief Vastgoed en mutatie vermogenswaarde gelieerden; I M€14,7 resultaat Vastgoed (langjarig gemiddelde kosten van het Huisvestingsplan minus werkelijke kosten van 2006, te storten in de egalisatiereserve van het Huisvestingsplan; in de begroting was geraamd M€6,4); I M€7,3 bijdrage van de gelieerde ondernemingen aan het resultaat, waarvan UvA Holding, SARA en AMC Medical Research de grootste bijdrage leveren. Het resultaat van UvA-groep over 2007 bedraagt daarmee M€23,1 positief (inclusief derdenaandeel van M€0,1; in 2006: M€25,0). Het eigen vermogen van de groep stijgt over 2006 van M€205,1 naar M€228,1 (inclusief derdenaandeel van M€0,3). Deze stijging wijkt marginaal af van het exploitatieresultaat, als gevolg van enkele kleine rechtstreekse mutaties in het eigen vermogen.

JAARREKENING 2007

TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Instroom studenten De in 2003 ingezette verbetering van het marktaandeel wat betreft instroom van studenten zet zich sindsdien onverminderd voort. Het aantal (collegegeld betalende) studenten is sinds 2003 met meer dan 5000, ofwel ruim 22%, toegenomen, waarvan circa 1000 in pre-mastertrajecten (schakelprogramma’s). In 2007 kende de UvA voor het eerst sinds de jaren negentig weer de grootste instroom van alle Nederlandse universiteiten. Aantal ingeschreven (betalende reguliere) studenten 30000 28000 26000 24000 22000 20000 18000 16000

12

14000 12000 10000 1991

1992

1993

1994

1995

1996 1997

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006 2007

Met ingang van het academisch jaar 2007-2008 is het collegegeld voor studenten van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) op kostendekkend niveau gebracht, in verband met het feit dat het Rijk deze studenten niet langer zal meetellen voor de hoogte van de rijksbijdrage. Tegelijk is het Amsterdam Merit Scholarships Fund ingesteld, van waaruit getalenteerde (en aanvankelijk ook de reeds vóór 2007 begonnen) studenten van buiten de EER een beurs kunnen ontvangen om hen desondanks in staat te stellen aan de UvA een (master)opleiding te volgen. In het eerste jaar van dit fonds werden 100 beurzen verstrekt van gemiddeld €6.370.

Personele ontwikkelingen Gelet op deze budgettaire vooruitzichten volgt de omvang van het personeelsbestand niet evenredig de groei van het aantal studenten. Wel heeft de wetenschappelijke staf op basis van de convenantafspraken met enkele faculteiten - en gefinancierd uit de inkrimping van het ondersteunende domein - weer enigszins kunnen groeien, en vindt er nog groei plaats in de contractactiviteiten. Tussen begin en eind 2007 nam de wetenschappelijke staf toe met 84 fte’s en de onderwijs- en onderzoeksondersteunende staf met 15 fte’s. Het overig ondersteunend personeel nam daarentegen af met 4 fte’s.

Wettelijk kader Sinds de Commissie-Schutte is er veel aandacht voor het formele wettelijke kader waarin het hoger onderwijs functioneert. De Universiteit van Amsterdam onderscheidt in dit verband, refererend aan artikel 1.3 van de WHW, wettelijke en niet-wettelijke taken, en binnen de wettelijke taken de wel en nietbekostigde (op grond van artikel 1.9 van de WHW). De UvA voert het beleid om haar niet-kerntaken, waaronder a fortiori eventuele niet-wettelijke taken, onder te brengen in separate gelieerde ondernemingen, welke zonder subsidie vanuit de Universiteit dienen te opereren. Uitbesteding van kerntaken aan private organisaties komt niet voor. In 2006 heeft het ministerie van OCW bij de UvA en enkele andere universiteiten en hogescholen een themaonderzoek uitgevoerd naar de eventuele besteding van publieke middelen aan “private” activiteiten. Het eindverslag hiervan is medio 2007 uitgebracht en bevat geen bevindingen hieromtrent.

JAARREKENING 2007

TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Jaarverslag Dit financiële verslag vormt een geheel met het inhoudelijke jaarverslag. Graag verwijzen wij naar dit verslag, waarin de Universiteit van Amsterdam in woord, beeld en getal verantwoording aflegt over de wetenschappelijke taakvervulling in onderwijs en onderzoek, alsmede over haar activiteiten in 2007 ten behoeve van maatschappij en samenleving. Amsterdam, 14 mei 2008 Het College van Bestuur dr. K. van der Toorn, voorzitter prof. dr. D.C. van den Boom, rector magnificus drs. P.W. Doop, vicevoorzitter

13


TOELICHTING


FINANCIEEL

VERSLAG

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

2007

EXPLOITATIESALDO De begroting van 2007 voor UvA enkelvoudig sloot met een nadelig saldo van M€4,7, exclusief het resultaat van de gelieerde entiteiten. Daarbij was voorzien dat de nog in de loop van 2007 te verwachten loon- en prijscompensatie in de rijksbijdrage niet aan de faculteiten zou worden doorgegeven maar aan het resultaat zou worden toegevoegd. De stijging van de rijksbijdrage kwam, na aftrek van hetgeen volgens de afspraken toeviel aan AMC en ACTA, uit op M€3,2. Dit was lager dan verwacht vanwege een door de minister tijdens het boekjaar opgelegde aanvullende korting uit de Voorjaarsnota van het Rijk. Voor de gelieerden is in de UvA geen resultaat begroot, omdat de UvA-begroting in het algemeen eerder gereed moet zijn dan dat de groepsmaatschappijen de besluitvorming over hun eigen budgetten afronden. Op de cijfers van de begroting 2007 heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden. Er werd in de faculteiten, ondanks een laat in het jaar bekend geworden stijging van de eindejaarsuitkering met 1,9% ofwel circa M€3,3, een voordelig verschil genoteerd van M€7,8. De resultaten per faculteit/instituut waren als volgt (met daarachter het percentage van de omzet en het begrote resultaat):

14

___________________________________________ Faculteit/instituut Resultaat M€ ___________________________________________ FGW -0,3 FdR 1,3 ACTA -0,4 FNWI 2,1 FEB -1,8 FMG 6,0 ILO 0,3 IIS 0,6 ___________________________________________

_______________________ Idem in % _______________________ 0 5 -2 2 -5 7 5 20 _______________________

_________________________ Begroot resultaat M€ _________________________ -0,8 -0,7 0,0 0,0 -0,2 -0,4 0,0 0,0 _________________________

Een belangrijke oorzaak van de gunstige exploitatieresultaten is de toename van de facultaire budgetten vanwege het nieuwe allocatiemodel, welke toename met de nodige vertraging en terughoudendheid tot uitbreiding van de wetenschappelijke staf heeft geleid. Het positieve resultaat van de FdR is daarnaast mede door hogere externe baten (contractonderwijs) veroorzaakt; bij ACTA vertoonde de externe omzet, van vooral de patiëntenzorg, daarentegen niet de begrote stijging. Het resultaat van de FEB omvat een negatief resultaat van M€0,9 dat aan 2006 moet worden toegeschreven. Ingevolge de contractuele afspraken met het AMC over de Faculteit der Geneeskunde ligt het operationele risico hiervan geheel bij het AMC. Vanwege deze afspraken is het resultaat van deze faculteit dus per definitie nihil. De Gemeenschappelijke Diensten realiseerden gezamenlijk een resultaat van M€2,5 negatief. Voor M€0,8 was dit begroot (onttrekking lustrumreserve). Tussen de diensten waren evenwel aanmerkelijke verschillen. Een belangrijke meevaller (M€2,5) was een lagere rekening voor energie en water dan begroot; ook in Studentenservices (M€1,0) en Communicatie (M€0,5) bleven flinke bedragen over ten opzichte van de begroting. Belangrijkste tegenvaller vormde dit jaar het Facilitair Centrum (M€4,3 exclusief energie en water, ongeveer 11% van de omzet). Voor een deel betrof dit incidentele kosten van investeringen in de verbetering van de bedrijfsvoering en in de opbouw van het veiligheidsbeleid en de BHV-organisatie. Ook het Administratief Centrum toonde nog een aanmerkelijke overschrijding (M€1,6, ongeveer 26%), als gevolg van de onvoldoende voorbereiding van deze dienst en de bijbehorende informatiesystemen tijdens de reorganisatie.


TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Het resultaat op centraal niveau is -/- M€4,1, waar -/- M€7,6 was begroot. Dit verschil is een verzameling van mee- en tegenvallers, waaronder de eerdergenoemde stijging van de rijksbijdrage en de hoger dan geraamde opbrengst uit collegegeld. Een belangrijk positief resultaat (+M€14,7) komt voor rekening van het interne Vastgoedbedrijf waar een resultaat van M€6,4 was begroot. Er werden meevallers genoteerd uit de verkoop van het pand Plantage Muidergracht 4 (M€2,8) en door indirecte vrijval vanuit de asbestvoorziening bij de nieuwbouw van het B.C.P. Janseninstituut (+M€4,6). Het later dan gepland gereedkomen van enkele objecten levert voorts lagere afschrijvingslasten op. In de jaarrekening is het saldo voor UvA enkelvoudig, exclusief mutatie gelieerden, daarmee uitgekomen op +M€15,8, terwijl -/- M€4,7 was begroot. De navolgende grafiek toont de ontwikkeling van de exploitatie van UvA enkelvoudig sinds 2001 (voor 2008: de begrote cijfers). De terugval van zowel baten als lasten in 2003 is veroorzaakt door het van dan af buiten beschouwing laten van de “overige baten” van de Faculteit der Geneeskunde. De verliezen in 2001-2002 en 2004 zijn veroorzaakt door de vorming van resp. de asbestvoorziening en de reorganisatievoorziening.

15 Exploitatie-ontwikkeling 600,0

500,0

M€

400,0

300,0

200,0

100,0

Overige baten Contractactiviteiten Collegegeld Rijksbijdrage Lasten

0,0 2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

(2008: begroting)

O

Het resultaat van de gelieerde instellingen bedroeg in 2007 M€7,3. Daarbinnen realiseerde UvA Holding BV op een omzet van M€26 met M€5,3 een belangrijk hoger resultaat dan in 2006 (M€3,3). Het resultaat van de uitzend- en detacheringsactiviteiten lag op hetzelfde niveau (M€2,8) als in 2006. Het resultaat van de applied research activiteiten nam sterk toe en op grond van het contract uit 2006 over de verkoop van Chromagenics BV ontving de Holding nog een vervolguitkering van M€1,1. De Stichting Academisch Rekencentrum Amsterdam (SARA) droeg M€1,4 bij aan het groepsresultaat. De minderheidsdeelneming (49%) AMC Medical Research BV die de UvA samen met het AMC heeft, droeg M€1,2 bij.

JAARREKENING 2007

TOELICHTING


UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

DE RIJKSBIJDRAGE Groei studenten en eerste geldstroom (excl. inflatie) 140,0

120,0

(2001 = 100)

100,0

80,0

60,0

16 40,0

20,0

Studiepunten Studenten Eerste geldstroom

0,0 2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

Voor de komende tijd beschouwt de Universiteit van Amsterdam de omvang van de rijksbijdrage als haar grootste risico. In de eerste plaats is sprake van een continue daling van de rijksbijdrage ten opzichte van de omvang van de wettelijke taken. Terwijl het aantal ingeschreven studenten sinds 2001 met meer dan 25% is gestegen en de studieprestaties, gemeten in studiepunten, nog sneller stegen, daalde desondanks de eerste geldstroom (rijksbijdrage plus collegegeld), na correctie voor de loonkostenstijging. De Universiteit van Amsterdam heeft moeite om deze divergentie te rijmen met de Lissabon-agenda die de Nederlandse regering in maart 2000 heeft onderschreven. Het getoonde effect is deels het gevolg van soms expliciete en in belangrijke mate ook impliciete rijksbezuinigingen. Een ander deel van het effect is het gevolg van de grote vertraging waarmee groei en krimp zich via de einddiploma’s in de rijksbijdrage vertalen. De onderstaande figuur toont het onderwijsdeel van de rijksbijdrage berekend per (voor het bekostigingsniveau gewogen) student van de Nederlandse universiteiten in 2005 en 2008, gecorrigeerd voor de ontwikkeling van het macrokader. Een model dat zulke significante sprongen op en neer in de remuneratie per student in een bestek van slechts drie jaar kan genereren, kan niet als een stabiel verdeelmodel worden beschouwd.

JAARREKENING 2007

TOELICHTING

UNIVERSITEIT


VA N

AMSTERDAM

Onderwijsdeel rijksbijdrage per gewogen student 8.000

7.000

6.000

5.000

4.000

3.000

2.000

17

1.000

2008 2005 (prijspeil 2008)

0 TUD

VU

UvA

RU

UL

RUG

UU

TUE

EUR

UM

UT

UvT

gem.

2

De minister van OCW heeft in december 2007 de schets van een aanpassing van het bekostigingsmodel gepubliceerd, waarin inschrijvingsjaren voor een aanmerkelijk deel de rol van diplomabekostiging overnemen. Dat heeft wél het voordeel dat de vertraging kleiner wordt en het model dus stabieler. De UvA heeft echter zorgen over de onderlinge afhankelijkheid van de hbo- en wo-budgetten, over de nietonderbouwde kostenverhoudingen en over de gevoeligheid voor misbruik die uit de tot nu toe gepresenteerde voorstellen blijken. Ook dient naar de mening van de UvA bij de bepaling van de onderwijsopslag (vaste voet) in het model expliciet rekening te worden gehouden met bijzondere en kostenverhogende omstandigheden, zoals de instandhouding van kleine studierichtingen of het beheer van museale collecties. De UvA is bovendien niet overtuigd van de budgettaire neutraliteit per instelling van de invoering van het nieuwe model, te meer niet daar over de budgettaire neutraliteit van de vorige wijziging - de invoering van de BaMa-structuur - nog steeds geen helderheid bestaat. De UvA gaat ervan uit dat de minister zijn voorstellen op deze punten nog zal verbeteren.

EIGEN VERMOGEN De gunstige resultaten van 2006 en 2007 hebben de solvabiliteit doen stijgen van 44% begin 2006 tot 50% eind 2007. Zoals hiervoor beschreven, is een goede vermogenspositie hard nodig voor de realisatie van het Huisvestingsplan, en ook I als buffer voor de tijdvertraging in de rijksbijdrage, I voor fluctuaties en tegenvallers in de exploitatie in toekomstige jaren, I voor onvoorziene risico’s, en I om te kunnen investeren in nieuwe onderzoekslijnen en te participeren in de Europese kennisagenda, waarin steeds grotere projectomvangen aan de orde zijn. De navolgende grafiek toont het balansverloop sinds 2001. De terugval van het balanstotaal in 2003 heeft als oorzaak dat met ingang van dat jaar de lasten en de voorschotsubsidies van het onderhanden werk (overeenkomstig de voorschriften) gesaldeerd worden getoond, waar zij voordien bruto werden getoond.


TOELICHTING

UNIVERSITEIT


VA N

AMSTERDAM

Duidelijk zichtbaar is dat het eigen vermogen, na een terugval wegens de vorming van voorzieningen voor asbest en reorganisatie, sinds 2005 weer stijgt, en dat in 2007 de investeringen (vooral nieuwbouw FNWI) scherp zijn gestegen, voorshands gedekt uit de liquide middelen. Balansontwikkeling 500,0

450,0

400,0

350,0

300,0

M€

18

250,0

200,0

150,0

100,0

Overige vlottende activa Liquide middelen Vaste activa Eigen vermogen

50,0

0,0 2001

2002

2003

2004

2005

2007

2008

TREASURYPARAGRAAF In afwachting van de start van de grote nieuwbouwprojecten Watergraafsmeer en Roeterseiland beschikte de Universiteit (enkelvoudig) begin 2007 nog over veel liquide middelen. Het beginsaldo was M€65. Vanaf de start van de bouw zijn de liquide middelen sterk gedaald, tot M€19 ultimo 2007. Voor het overgrote deel waren deze middelen kort belegd, zodat goed geprofiteerd kon worden van de sinds medio 2006 sterk gestegen korte rente. Het renteresultaat over de liquide middelen bewoog zich gedurende het hele jaar om driemaands Euribor. Op 28 maart 2008 kwam de UvA voor het eerst in de positie geld te moeten lenen. In 2002 waren reeds twee langlopende swaptransacties aangegaan om het renterisico van het Huisvestingsplan gedeeltelijk af te dekken, samen voor M€35. Gebruikmakend van de gunstige rentestand zijn in de loop van 2007 twee aanvullende swaps afgesloten, samen M€50, ter dekking van het renterisico op de nieuwbouw van de FNWI. Verwacht wordt dat in 2008 verdere afdekking van het renterisico voor de renovatie van het Roeterseiland aan de orde zal zijn. De Universiteit van Amsterdam heeft een beleggingsstatuut opgesteld dat voldoet aan de richtlijnen die zijn verwoord in de Regeling Belenen en Beleggen, die is uitgevaardigd door het ministerie van OCW op 13 juli 2001.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2007 De balans is na resultaatbestemming opgesteld. ______ 1 ______ 1.1 1.2 1.3

1.4 1.5 1.6 1.7

________________________________________________________________________________________ ACTIVA 31-12-2007 31-12-2006 ___________________________________________________________ ___________________________ VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa 0,0 0,0 Materiële vaste activa 331,1 263,7 Financiële vaste activa 14,2 14,7 __________ ____________ Totaal vaste activa 345,3 278,4 VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen

24,8 44,9 0,0 40,0 __________

Totaal vlottende activa ______

21,7 37,2 0,0 84,3 ____________ 109,7

19 143,2

______

___________________________________________________________ ___________________________ TOTAAL ACTIVA 455,0 421,6 ___________________________________________________________ ___________________________

______ 2 ______

___________________________________________________________ ___________________________ PASSIVA 31-12-2007 31-12-2006 ___________________________________________________________ ___________________________ GROEPSVERMOGEN

2.1 2.2

Eigen vermogen Aandeel derden

227,8 0,3

205,1 0,0

__________ Totaal groepsvermogen

2.3 2.4 2.5 2.6

VREEMD VERMOGEN Egalisatierekening investeringssubsidies Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal vreemd vermogen

______ ______

___________ 228,1

18,8 47,4 3,3 157,4 __________

205,1

3,5 48,9 6,8 157,3 ___________ 226,9

216,5

___________________________________________________________ ___________________________ TOTAAL PASSIVA 455,0 421,6 ________________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

GECONSOLIDEERDE E X P L O I TAT I E R E K E N I N G

_____

3

_________________________________________________________________________________________ Jaarrekening Begroting* Jaarrekening 2007 2007 2006 ________________________ ___________________ ___________________ __________________ BATEN Rijksbijdragen OCW 395,3 388,5 396,4 College- en examengelden 40,9 38,4 39,1 Baten werk in opdracht van derden 73,3 61,7 69,7 Overige baten 71,9 35,5 63,2 _____ _____ _____ Totaal baten 581,4 524,1 568,4

4 4.1 4.2 4.3 4.4

LASTEN Personele lasten Afschrijvingen Inkomensoverdrachten Overige instellingslasten

4

Totaal lasten

_____ 3 3.1 3.2 3.3 3.4

20

2007

286,6 25,9 143,4 104,6 _____

SALDO BATEN EN LASTEN 5

SALDO FINANCIËLE BATEN EN LASTEN RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING

6 6.1 6.2

BUITENGEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten Buitengewone lasten

253,7 25,1 151,8 100,3 _____

274,0 31,6 135,6 104,2 _____

560,5 _____

530,9 _____

545,4 _____

20,9

-6,8

23,0

2,2 _____ 23,1

2,1 _____ -4,7

2,0 _____ 25,0

0,0 0,0 _____

0,0 0,0 _____

0,0 0,0 _____

RESULTAAT UIT BUITENGEWONE BEDRIJFSVOERING

0,0

0,0

0,0

7

AANDEEL DERDEN IN RESULTAAT

0,1

0,0

0,0

_____

________________________ ___________________ ___________________ __________________ NETTORESULTAAT 23,0 -4,7 25,0 _________________________________________________________________________________________

_____

* Volledigheidshalve merken wij op dat de begroting betrekking heeft op de UvA enkelvoudig; dit verklaart het grote verschil tussen begroting en jaarrekening in de overige baten en in de personele en overige lasten. Er heeft op de begrotingscijfers 2007 geen accountantscontrole plaatsgevonden.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT

2007

_________________________________________________________________________________________________ 2007 2006 __________________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ KASSTROOM UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN

Exploitatieresultaat Overige mutaties eigen vermogen

23,1 0,0 _________

Afschrijvingen Mutaties werkkapitaal Voorraden Vorderingen Kortlopende schulden

25,0 -0,3 _________ 23,1

24,7

25,9

31,6

-3,1 -7,7 0,0 _________

-11,3 -0,1 5,1 _________ -10,8

Mutaties egalisatierekening Mutaties voorzieningen

15,3 -1,5 _________

-6,3 -2,7 -12,3 _________

13,8 _________ 52,0

-15,0 _________ 35,0

KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa

0,0 -93,3 0,5 _________

0,0 -26,7 -4,7 _________ -92,8

KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN Mutatie kredietinstellingen Mutatie overige langlopende schulden

-3,4 -0,1 _________

-31,4

-4,1 0,0 _________ -3,5

__________________________________________ MUTATIE LIQUIDE MIDDELEN EN EFFECTEN __________________________________________ Beginstand liquide middelen en effecten Mutatie liquide middelen/effecten

_________ _________

___________ -44,3 ___________

84,3 -44,3

__________________________________________ _________ ___________ EINDSTAND LIQUIDE MIDDELEN EN EFFECTEN 40,0 ____________________________________________________________________

-4,1 ___________ ___________

___________ -0,5 ___________

84,8 -0,5 ___________

___________ 84,3 __________________________

21

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

GRONDSLAGEN

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

VA N WA A R D E R I N G

E N R E S U LT A A T B E P A L I N G ALGEMEEN De jaarrekening is opgesteld conform de Richtlijn jaarverslaggeving hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek van 18 augustus 2000, inclusief latere wijzigingen. De grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van 2006; op de wijziging van de regelgeving met ingang van 2008 is niet vooruitgelopen. Enkele cijfers in de specificaties inzake het jaar 2006 zijn aangepast voor vergelijkingsdoeleinden. Deze aanpassingen hebben geen resultaateffect.

BALANS Algemeen Alle activa en passiva zijn in de jaarrekening tegen nominale waarde opgenomen, tenzij anders vermeld.

Materiële vaste activa 22 Terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. De UvA schrijft af op de kosten van erfpacht die onder de terreinen (onderdeel van de vaste activa) worden verantwoord. Overige materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs, onder aftrek van lineaire afschrijvingen. De afschrijvingen worden berekend op grond van de verwachte gebruiksduur en de restwaarde. De afschrijving van gebouwen van vóór 2000 geschiedt in gemiddeld 33,3 jaar, van renovaties in gemiddeld 25 jaar en van verbouwingen in gemiddeld 20 jaar. Investeringen in gebouwen vanaf 2000: casco 60 jaar, afbouw 30 jaar, inbouwpakket 15 jaar en technische installaties eveneens 15 jaar. De rente gedurende de bouwperiode wordt geactiveerd. Investeringen in huurpanden worden afgeschreven over een termijn die overeenkomt met de resterende termijn van het huurcontract, inclusief de optie tot verlenging daarvan, met een maximum van 10 jaar. De gebouwen in uitvoering en vooruitbetalingen betreffen activeringen in relatie tot lopende investeringen. Deze investeringen worden op het moment van daadwerkelijke ingebruikname overgeboekt naar de betreffende activacategorieën en afgeschreven naar rato van de betreffende afschrijvingstermijn. Inventaris en apparatuur met een waarde van €10.000 en hoger worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijzen, onder aftrek van lineaire afschrijvingen. De afschrijving vindt plaats over de verwachte gebruiksduur. In het algemeen geldt voor apparatuur een termijn van 3 tot 5 jaar; voor inventaris geldt een termijn van 10 jaar. De verkrijging van inventaris en apparatuur onder €10.000 wordt rechtstreeks ten laste gebracht van het resultaat. De bezittingen in de vorm van boeken en kunstvoorwerpen, waaronder een groot aantal historische werken en unieke exemplaren, zijn niet in de balans gewaardeerd. Zij worden bij aanschaf direct ten laste van de exploitatierekening gebracht.

Financiële vaste activa Onder financiële vaste activa zijn opgenomen: deelnemingen in rechtspersonen met een in aandelen verdeeld kapitaal, stortingen op stichtingskapitaal inclusief eventuele inbreng in natura, leningen verstrekt aan natuurlijke personen en rechtspersonen waarin wordt deelgenomen en leningen aan gelieerde stichtingen. De deelnemingen waarin de Universiteit invloed van betekenis heeft, worden gewaardeerd tegen de nettovermogenswaarde welke zo veel mogelijk bepaald wordt op basis van de groepswaarderingsgrondslagen. Indien geen sprake is van invloed van betekenis wordt de deelneming gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs of tegen de actuele waarde als deze lager is. Ook is onder de financiële vaste activa de vordering op het ministerie van OCW inzake de kasbeperking van de rijksbijdrage opgenomen.

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Voorraden De voorraden hebben grotendeels betrekking op onderhanden werk in opdracht van derden. Het onderhanden werk heeft betrekking op de geactiveerde directe en toegerekende kosten van lopende contractactiviteiten, voor zover deze contractueel of ingevolge een subsidieverlening door derden worden betaald, en zo nodig onder aftrek van een voorziening voor verwachte verliezen (subsidievermindering of kostenoverschrijding). Het onderhanden werk is verantwoord onder aftrek van de gedeclareerde termijnen. Indien per saldo per project sprake is van vooruitfacturering is dit onder de kortlopende schulden verantwoord. Het betreft derhalve de nettobedragen. De waardering van de verbruiksgoederen vindt plaats tegen aanschafwaarde, verminderd met noodzakelijk geachte voorzieningen voor incourantheid. Resultaten uit hoofde van onderhanden werk worden verantwoord in de exploitatierekening bij voltooiing van de opdracht.

Vorderingen Onder de vlottende activa zijn de vorderingen opgenomen waarvan de looptijd in de regel niet langer dan een jaar bedraagt. Op de vorderingen worden voorzieningen voor oninbaarheid in mindering gebracht.

Effecten Obligaties en ‘commercial paper’ zijn opgenomen tegen nominale of aflossingswaarde. Het ontstane agio/disagio bij verwerving wordt gedurende de resterende looptijd ten laste/gunste van het resultaat gebracht.

Egalisatierekening investeringssubsidies De ontvangen investeringssubsidies worden in de balans opgenomen onder Egalisatierekening investeringssubsidies. Deze subsidies vallen vrij naar rato van afschrijving van het bijbehorende actief. Het verschil tussen de boekwaarde van de vaste activa en het saldo van de egalisatierekening investeringssubsidies betreft de uit eigen middelen gefinancierde activa.

Voorzieningen De UvA vormt voorzieningen voor verplichtingen en verliezen die op balansdatum bekend zijn en waarvan de hoogte redelijkerwijs kan worden geschat. Eveneens worden voorzieningen gevormd voor verliezen die naar waarschijnlijkheid in de toekomst zullen worden geleden en voortkomen uit gebeurtenissen die op balansdatum reeds bekend waren. Deze voorzieningen zijn opgenomen tegen de nominale waarde van de verplichtingen en verliezen. I

Asbestvoorziening

De UvA heeft in 2001 een voorziening gevormd voor de geraamde kosten van verwijdering van asbest uit haar gebouwen en van de daarna benodigde renovatie of herinrichting. De basis is een inventarisatie van gevallen waarin het asbest verwijderd moet worden op grond van wettelijke verplichting dan wel in verband met de uitvoering van projecten van het Huisvestingsplan. I

Reorganisatievoorzieningen

De UvA treft voorzieningen voor verplichtingen die voortvloeien uit reorganisaties waarover het College van Bestuur vóór balansdatum een besluit heeft genomen en heeft gecommuniceerd. De verplichtingen bestaan uit toekomstige wachtgeldlasten die als gevolg van de reorganisaties kunnen ontstaan en uit de

23

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

kosten van sociale plannen en andere regelingen die enerzijds gericht zijn op het voorkomen van gedwongen ontslagen en anderzijds op reductie van uitkeringslasten, alsmede lasten uit hoofde van personeel dat vrijgesteld is van prestaties. Bij de bepaling van de voorziening wordt rekening gehouden met veronderstellingen die vergelijkbaar zijn met de veronderstellingen die voor de voorziening ‘uitkering na ontslag’ worden gehanteerd. Dit betreft onder andere veronderstellingen inzake de kans dat medewerkers ander werk vinden en inzake de gemiddelde uitkeringsduur. I

Voorziening uitkering na ontslag (wachtgelden)

De voorziening uitkering na ontslag wordt gevormd voor de lopende verplichtingen voor uitkeringslasten na ontslag. Dit geldt uiteraard voor zover de Universiteit zelf verplichtingen heeft en is dus niet relevant voor werknemers die onder de werknemersverzekeringen vallen. De voorziening is berekend vanaf het moment van ontslag voor een uitkeringsduur van maximaal tien jaar, verminderd met een korting voor nevenwerkzaamheden. Bij het vaststellen van de hoogte van de voorziening is geen rekening gehouden met actuariële gegevens. Eveneens is afgezien van indexering en contant maken van de verplichtingen. Beide effecten zijn niet materieel en werken bovendien tegengesteld aan elkaar.

24

I

Voorziening ziektekosten postactieven

De voorziening ziektekosten postactieven wordt gevormd voor de te verwachten kosten op basis van de geldende ziektekostenregelingen. I

Overige voorzieningen

Overige voorzieningen zijn gevormd voor claims, risico’s en verliezen waarvan de omvang en het tijdstip op de balansdatum onzeker, maar redelijkerwijs te schatten zijn.

Kort vreemd vermogen Onder kort vreemd vermogen worden begrepen de kortlopende schulden en de vooruitfacturering op onderzoeksopdrachten. Onder kortlopende schulden zijn begrepen de aan het volgend exploitatiejaar toe te rekenen collegegelden van het lopende academische jaar, gesaldeerd met de nog te vorderen collegegelden waarvoor een gespreide betalingsregeling geldt. Onder de kortlopende schulden vallen tevens de per balansdatum opgebouwde verplichtingen voor vakantietoelagen, verhoogd met sociale lasten. In de rijksbijdrage, of in toekenningen van andere overheidsinstellingen, kunnen middelen begrepen zijn die voor specifieke meerjarige activiteiten zijn bedoeld.

EXPLOITATIEREKENING Bij de bepaling van het resultaat wordt het baten- en lastenstelsel gehanteerd. De college- en examengelden worden tijdsevenredig toegerekend aan het exploitatiejaar. Voor projecten in het kader van contractonderzoek geldt dat het bij aanvang voorziene verschil tussen de begrote kosten en de toegekende subsidie of vergoeding (ook bekend als ‘matching’) gedurende de looptijd tijdsevenredig ten laste van de exploitatie wordt gebracht. Een eventueel tussentijds verder verlies wordt door afwaardering ineens op onderhanden werk in het verslagjaar ten laste van het resultaat gebracht. Daarentegen wordt een positief resultaat ten opzichte van hetgeen bij de aanvang was begroot pas in het jaar van voltooiing van het project ten gunste van de exploitatie gebracht (voorzichtigheidsbeginsel). Onder buitengewone baten en lasten zijn baten en lasten opgenomen die niet voortvloeien uit de gewone bedrijfsvoering en die naar aard of omvang een buitengewoon karakter vertonen.

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

CONSOLIDATIE De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van de UvA en haar groepsmaatschappijen. Een rechtspersoon behoort tot de groep als deze een economische eenheid vormt met de Universiteit en de Universiteit direct of indirect beslissende zeggenschap heeft. Voor de enkelvoudige jaarrekening gelden dezelfde grondslagen als voor de geconsolideerde. Joint ventures worden proportioneel verwerkt voor het aandeel van de UvA in het resultaat ervan. Een overzicht van de tot de eigen groep behorende rechtspersonen is achter de toelichting op de geconsolideerde balans in dit verslag opgenomen.

KASSTROOMOVERZICHT Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld op basis van de indirecte methode.

VALUTA De rapporteringsvaluta van de jaarrekening van de UvA is de euro (€). Alle bedragen zijn vermeld in miljoenen euro’s (M€), tenzij anders aangegeven. Saldi in vreemde valuta zijn gewaardeerd tegen de koers per balansdatum. Koersverschillen die hierdoor ontstaan, worden in de exploitatierekening verwerkt. De uit de transacties in vreemde valuta voortvloeiende kosten en opbrengsten, respectievelijk vorderingen en schulden, worden omgerekend tegen de koers per transactiedatum respectievelijk balansdatum. Koersverschillen worden onder de financiële baten of lasten in de exploitatierekening opgenomen. De in vreemde valuta luidende posten van de balans van groepsmaatschappijen en deelnemingen in het buitenland die zich kwalificeren als buitenlandse eenheden worden alle omgerekend tegen de koers per balansdatum. De in vreemde valuta uitgedrukte posten in de exploitatierekening van buitenlandse eenheden worden omgerekend tegen de koers per transactiedatum. Indien deze koers niet bekend is, wordt de gemiddelde koers over de verslagperiode gebruikt. Koersverschillen als gevolg van omrekening van buitenlandse eenheden (inclusief concernleningen aan buitenlandse eenheden) worden rechtstreeks ten gunste of ten laste van het eigen vermogen van de UvA gebracht.

25

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

UITSPLITSING

VA N

AMSTERDAM

VA N D E

O N D E R S C H E I D E N P O S T E N VA N DE GECONSOLIDEERDE BALANS MATERIËLE VASTE ACTIVA –––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

1

ACTIVA

Verkrijgings-

Waardeverminde-

Boekwaarde

Investeringen

Desinvesteringen

Afschrijvingen

Boekwaarde

prijs t/m 2006

ringen en afschrij-

ultimo 2006

2007

of overboekingen

2007

ultimo 2007

vingen t/m 2006

–––––

––--–––––––––––––––––––

1.2 1.2.1 1.2.1.1 1.2.1.2 1.2.1.3

Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Gebouwen Terreinen Gebouwen in uitvoering en vooruitbetalingen

–––––––––––––

––––––––––––––––––– –––––––––––– ––––––––––––––

470,1 8,6

–––––––––––––

–––––––––––

3,8 0,0

15,4 0,0

185,4 9,3

295,6 0,1

174,5 8,5

30,1 0,8

0,0

60,7

53,6

20,9

0,0

93,4

––––––––––––––––––– –––––––––––– ––––––––––––––

––––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

60,7 –––––––––––––

––––––––––––––––

Subtotaal gebouwen en terreinen

539,4

295,7

243,7

84,5

24,7

15,4

288,1

Inventaris en apparatuur Niet-primaire activa Overige

89,0 0,0 0,0

68,9 0,0 0,0

20,0 0,0 0,0

33,1 0,0 0,0

-0,4 0,0 0,0

10,5 0,0 0,0

43,0 0,0 0,0

––––––––––––––––––– –––––––––––– ––––––––––––––

––––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

24,3

25,9

331,1

26 1.2.2 1.2.3 1.2.4 –––––

––--–––––––––––––––––––

–––––––––––––

TOTAAL MATERIËLE VASTE ACTIVA

–––––

628,4

364,6

263,7

117,6

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

–––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

1

ACTIVA

–––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

1.2.a OZB- en verzekerde waarde gebouwen en terreinen1 1.2.a.1 OZB-waarde gebouwen en terreinen 1.2.a.2 Verzekerde waarde gebouwen2

Bedrag

Peildatum

Aanschaf 2007

––––––––––––––––

–––––––––––––

––––––––––

255,9 532,3

01-01-2005 01-04-2006

1.2.b

Boeken

–––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

4,0

Voor de bepaling van de OZB-waarde gebouwen en terreinen en de verzekerde waarde hanteren wij voor 2007 respectievelijk de waarde per peildatum 1-1-2005 en 1-4-2006, omdat er geen waardegegevens van recentere datum beschikbaar zijn.

De totale boekwaarde aan materiële vaste activa stijgt in 2007 met M€67,4. De renovaties van de Agnietenkapel en de nieuwbouw voor de Bijzondere Collecties zijn in gebruik genomen en van de projecten in uitvoering naar de gebouwen overgeheveld. De investeringen in de gebouwen in uitvoering betreffen voor het grootste deel de nieuwbouw voor de FNWI en het B.C.P. Janseninstituut. De ingebruikneming van de Nationale Supercomputer Huygens bij SARA is de belangrijkste investering in apparatuur.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

FINANCIËLE VASTE ACTIVA ––––– 1

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

ACTIVA

–––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

1.3 1.3.1

Financiële vaste activa Deelnemingen I Deelneming ASP I Deelneming WTCW I Deelneming AMR I Overige deelnemingen Subtotaal deelnemingen

1.3.2

Investeringen Desinvesteringen

Resultaat

Boekwaarde

Rente-

ultimo 2006

en aflossingen

2007

ultimo 2007

percentage –––––––––––

–––––––––––

––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

–––––––––––

0,0 0,3 4,9 0,1

2,2 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 1,2 0,0

2,2 0,3 6,1 0,1

–––––––––––

––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

–––––––––––

5,3

2,2

0,0

1,2

8,7

0,0 0,0 0,0 0,0 2,1

0,0 0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0 2,1

0,0 0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0 0,0

Leningen aan verbonden partijen I

Nereus I Hortus I Nederlandse School Openbaar Bestuur I Amsterdamse Academische Club I Amsterdam Science Park

1.3.3

Boekwaarde

–––––––––––

––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

–––––––––––

Subtotaal leningen aan verbonden partijen

2,1

0,0

2,1

0,0

0,0

Overige leningen u/g I Auditoren I Stadsherstel I Overige leningen u/g

0,0 0,5 0,0

0,0 0,0 0,3

0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0

0,0 0,5 0,3

–––––––––––

––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

–––––––––––

Subtotaal overige leningen u/g

0,5

0,3

0,0

0,0

0,8

1.3.4

Vorderingen op OCW

6,8

0,0

2,1

0,0

4,7

1.3.5 1.3.5.1 1.3.5.2 1.3.5.3 1.3.5.4

Effecten Obligaties Aandelen Deposito’s Overige

0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0

–––––––––––

––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

–––––––––––

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

–––––––––––

––––––––––––––

–––––––––––––

–––––––––––

–––––––––––

14,7

2,5

4,2

1,2

14,2

Subtotaal effecten –––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

TOTAAL FINANCIËLE VASTE ACTIVA –––––

3,5

0,0

–––––––––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

Verwezen wordt naar het overzicht van verbonden partijen op pagina 36. De lening aan ASP is in het verslagjaar omgezet in aandelenkapitaal, in samenhang met de terugkoop door ASP van de gebouwen Matrix I t/m IV en de herfinanciering van ASP. De vordering op OCW betreft de kasverschuiving van de rijksbijdrage.

27

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

VLOTTENDE ACTIVA ______ 1 ______ 1.4 1.4.1

________________________________________________________________________________________ ACTIVA 31-12-2007 31-12-2006 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Voorraden Gebruiksgoederen 1,6 1,2

1.4.2 1.4.2.a 1.4.2.b 1.4.2.c.

Onderhanden werk i.o.v. derden Totaal projecten Gedeclareerde termijnen Voorziening

25,4 0,0 -2,2 _________

Subtotaal onderhandenwerk i.o.v. derden ______

23,6 0,0 -3,1 _________ 23,2

20,5

_________________________________ TOTAAL VOORRADEN

_________

___________

___________

___________

______

_________________________________

_________

24,8 ___________

___________

21,7 ___________

1.5 1.5.1

Vorderingen Debiteuren

1.5.2 1.5.2.1 1.5.2.2

OCW Kaskortingen Overige

28

18,0

0,0 0,0 _________

Subtotaal OCW 1.5.3

Verbonden partijen Rekening-courant I Debiteuren I Vorderingen I

12,4

0,0 2,1 _________ 0,0

0,0 0,0 0,0 _________

0,0

0,0 0,0 0,0 _________

Subtotaal verbonden partijen

0,0

0,0

1.5.4

Studenten

1,0

0,9

1.5.5 1.5.6

Overige vorderingen Overlopende activa I Nog te ontvangen baten I Vooruitbetaalde lasten

10,5

8,1

Subtotaal overlopende activa ______ ______

9,5 5,9 _________

8,0 7,8 _________ 15,4

15,8

_________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ TOTAAL VORDERINGEN 44,9 37,2 ________________________________________________________________________________________

Het bedrag aan debiteuren is M€5,6 hoger dan eind 2006. Dit is onder meer het gevolg van de vrijval van eerdere voorzieningen voor het rekening-courantsaldo van het T.M.C. Asser Instituut en voor het risico in Amsterdam Science Park, die thans niet meer nodig worden geacht.

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

EFFECTEN EN LIQUIDE MIDDELEN ______ 1 ______ 1.6 1.6.1 1.6.2 1.6.3

_______________________________________________________________________________________ ACTIVA Boekwaarde Mutaties Mutaties Boekwaarde 31-12-2006 2007 (plus) 2007 (min) 31-12-2007 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Effecten Obligaties 0,0 0,0 0,0 0,0 Aandelen 0,0 0,0 0,0 0,0 Overige 0,0 0,0 0,0 0,0

______

_________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ TOTAAL EFFECTEN 0,0 0,0 0,0 0,0 _______ _______________________________________________________________________________________

_______ _______________________________________________________________________________________ 1 ACTIVA 31-12-2007 31-12-2006 ______ ___________________________________________________________ ___________ ___________ 1.7 Liquide middelen 1.7.1 Banken 35,7 70,5 1.7.2 Kasmiddelen 0,1 0,1 1.7.3 Saldo Rijkshoofdboekhouding 0,0 0,0 1.7.4 Deposito’s 4,2 13,7 ______ ______

___________________________________________________________ ___________ ___________ TOTAAL LIQUIDE MIDDELEN 40,0 84,3 ________________________________________________________________________________________

Alle deposito’s vervat in de regel 1.7.4 hadden per 31 december 2007 een resterende looptijd van minder dan 1 jaar. De daling van de liquide middelen komt geheel voor rekening van UvA enkelvoudig en is het gevolg van de inzet van de liquide middelen voor de nieuwbouw van de FNWI. Alle banksaldi staan ter vrije beschikking, met uitzondering van circa M€0,1 in verband met verstrekte garantstellingen aan derden.

29

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

GROEPSVERMOGEN ______ 2

______ 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3

VA N

AMSTERDAM

/ EGALISATIEREKENING INVESTERINGSSUBSIDIES

_______________________________________________________________________________________ PASSIVA Mutatie Saldo Expl.saldo Overige Saldo 31-12-2006 2007 2007 31-12-2007 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Eigen vermogen Kapitaal 0,0 0,0 0,0 0,0 Algemene reserve 164,2 17,0 0,2 181,4 Bestemmingsreserve: - E.V. gecons. verbonden partijen 40,9 6,0 -0,5 46,4 _________ ___________ ___________ ___________ Subtotaal eigen vermogen 205,1 23,0 -0,3 227,8

2.2

Aandeel derden

______

_________________________________ GROEPSVERMOGEN

0,0

0,1

0,2

0,3

_________

___________

___________

___________

30

______

______ 2

______ 2.3

______ ______

205,1 23,1 -0,1 228,1 _______________________________________________________________________________________

_______________________________________________________________________________________ PASSIVA Mutatie Saldo Ontvangen Toegerekende Saldo 31-12-2006 subsidies subsidies 31-12-2007 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Egalisatierekening investeringssubsidies Investeringssubsidie SARA 2,8 17,9 2,9 17,8 Investeringssubsidie ACTA 0,6 0,0 0,0 0,6 Investeringssubsidie Vastgoed 0,1 0,3 0,0 0,4 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ TOTAAL EGALISATIEREKENING INV.SUB. 3,5 18,2 2,9 18,8 _______________________________________________________________________________________

Het aandeel derden in het eigen vermogen betreft het aandeel (45%) van de Vrije Universiteit in ACTA Holding BV. De nettomutatie in het groepsvermogen van M€0,1 negatief bestaat uit de volgende twee posten: I opname van Stichting Nederlands Instituut Athene in de consolidatiekring; I winstuitkering van LeCoin aan het Jankarel Geversfonds. De investeringssubsidie SARA heeft betrekking op de verkregen investeringsbijdragen in de kosten van de Nationale Supercomputer Huygens die SARA in de zomer van 2007 in gebruik heeft genomen.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

VOORZIENINGEN ––––– 2

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

PASSIVA

Saldo ultimo

2006

Dotaties

––––––––––

––––––––––

1,7 6,8 2,9 5,8 7,5 0,3 22,0 1,9

waarvan < 1 jaar

1-5 jaar

> 5 jaar

2007

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

0,6 4,2 0,7 1,0 2,2 2,9 0,3 0,7 0,6

0,3 0,7 1,1 0,0 2,3 3,1 0,2 0,2 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0 2,5 1,0 0,1 2,3 0,9

2,0 10,3 2,5 1,0 3,2 6,3 0,3 20,2 1,6

1,3 1,1 0,8 0,3 2,1 2,6 0,3 0,4 0,6

0,6 9,2 1,7 0,6 1,1 3,6 0,0 19,7 1,0

0,1 0,0 0,0 0,1 0,0 0,1 0,0 0,1 0,0

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

48,9

13,2

7,9

6,8

47,4

9,5

37,5

0,4

––––––––––––––––––––––––

2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.4.7 2.4.8 2.4.9

Voorzieningen Arbeidsvoorwaarden Life-time variant Voorziening seniorenregeling WIA/WGA Reorganisatievoorzieningen Wachtgelden Salaris- en wachtgeldclaims Asbestvoorziening Overige voorzieningen

––––

––––––––––––––––––––––––

–––––

Saldo ultimo

Vrijval

––––

TOTAAL VOORZIENINGEN

Mutaties 2007 –––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Onttrekkingen

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

De totale omvang van de voorzieningen daalt in 2007 licht met M€1,5 tot M€47,4. De grootste dalingen zijn het gevolg van onttrekking aan de voorzieningen inzake reorganisatie en asbest. Daarentegen stijgt de voorziening life-time variant aanmerkelijk als gevolg van omzetting van verlofstuwmeren in afspraken omtrent sabbatical verlof. Deze voorziening betreft de gekwantificeerde aanspraken van individuele werknemers op gespaarde verlofdagen, en is bedoeld om werknemers de mogelijkheid te geven te sparen voor een sabbatical verlof. De middelen in deze voorziening zijn persoonsgebonden. De voorziening wachtgelden (uitkering na uitslag) daalt met M€1,2. De uitstroom van gerechtigden en de lagere instroom van nieuwe gevallen zijn daarvan de oorzaak. Aan de voorziening arbeidsvoorwaarden is M€0,6 toegevoegd, zijnde het overschot van de zg. decentrale arbeidsvoorwaardenruimte in 2007. De bestemming van deze gelden is onderworpen aan de instemming van de Universitaire Commissie Locaal Overleg. De voorziening seniorenregeling is gevormd voor werknemers die op basis van de cao geopteerd hebben voor de seniorenregeling. Op basis van deze regeling bestaat de mogelijkheid om vanaf het bereiken van de leeftijd van 59 jaar minder te gaan werken. De UvA heeft geen voorziening gevormd voor werknemers die van de huidige regeling gebruik zouden kunnen maken maar dat ultimo 2007 nog niet hebben gedaan. Deze latente verplichting is vermeld als een niet in de balans opgenomen verplichting. De reorganisatievoorzieningen (betrekking hebbend op reorganisaties van kernbureau en diensten en van FNWI, FMG en ACTA) nemen in 2007 per saldo af tot M€3,2. De voorziening salaris- en wachtgeldclaims heeft betrekking op het, anders dan wegens reorganisatie, laten vertrekken van werknemers op basis van de voor hen geldende FPU-regeling van het ABP. Op deze wijze wordt getracht op de langere termijn een besparing te behalen op de personele lasten. De totale omvang is in 2007 nagenoeg onveranderd gebleven. Nieuw is een voorziening voor het eigen risico inzake arbeidsongeschiktheid op grond van de WIA en de WGA, gebaseerd op een berekening inzake de langdurig zieken die onder deze wetten vallen. In 2001 is begonnen met het inzichtelijk maken van de kosten die verbonden zijn aan het verplicht verwijderen van asbest uit UvA-panden als gevolg van aangescherpte wettelijke voorschriften. Indien mogelijk wordt het verwijderen gecombineerd met een geplande renovatie. In dat geval zijn alleen de meerkosten van de verwijdering voorzien. Ultimo 2007 bedraagt de voorziening nog M€20,2. De “overige voorzieningen” hebben voornamelijk betrekking op (mogelijke) juridische claims.

31

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

SCHULDEN ______ 2 ______ 2.5 2.5.1

2.5.2

_______________________________________________________________________________________ PASSIVA Bedrag lening Aangegane Boekwaarde 31-12-2006 verplichtingen Aflossingen 31-12-2007 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Langlopende schulden Verbonden partijen 0,0 0,0 0,0 0,0 _________ ___________ ___________ ___________ Subtotaal verbonden partijen 0,0 0,0 0,0 0,0 Kredietinstellingen ING Vastgoed Financiering N.V. Subtotaal kredietinstellingen

32

2.5.3

OCW liquiditeitsbijdrage 1998 Subtotaal OCW

2.5.4

Overige langlopende schulden Stichting voor Wet. Onderzoek Nat.-Soc. Misdrijven De Key Subtotaal overige langlopende schulden

______ ______

_________________________________ TOTAAL LANGLOPENDE SCHULDEN

6,1 _________ 6,1

0,0 ___________ 0,0

3,4 ___________ 3,4

2,7 ___________ 2,7

0,0 _________ 0,0

0,0 ___________ 0,0

0,0 ___________ 0,0

0,0 ___________ 0,0

0,1 0,6 _________ 0,7

0,0 0,0 ___________ 0,0

0,1 0,0 ___________ 0,1

0,0 0,6 ___________ 0,6

_________

___________

___________

___________

6,8 0,0 3,5 3,3 _______________________________________________________________________________________

De langlopende schuld aan De Key betreft een lening in verband met de studentenhuisvesting voor internationale studenten die de UvA in 2006 van Stichting Gastenverblijven heeft overgenomen. De geldlening aangegaan door UvA Holding BV bij ING Vastgoed Financiering N.V. bedraagt, na een forse extra aflossing in 2007, nog M€2,7. De lening was oorspronkelijk afgesloten op 14 februari 2001 voor een looptijd van 35 jaar. Het rentepercentage van de lening is variabel en bedraagt 1 maand Euribor-tarief plus 85 basispunten. Vanaf 1 augustus 2003 is de rente over een bedrag van M€10,0 van de lening voor een periode van 7 jaar gefixeerd op 4,25% door middel van een Fixed Floating Swap. De aflossing bedraagt met ingang van 1 oktober 2002 €88.487 per kwartaal. Van de hoofdsom van deze lening is derhalve M€0,3 (de aflossingsverplichting in 2008) opgenomen onder de kortlopende schulden, en heeft M€1,3 een resterende looptijd langer dan 5 jaar. Als zekerheid voor de terugbetaling zijn verbonden: I de kantoorpanden staande en gelegen aan de Herengracht 514 en 516 te Amsterdam, met vestiging van een hypotheek van M€2,7 en gerealiseerde restauratiewerkzaamheden; I het bedrijvencomplex gelegen aan de Sarphatistraat/Roetersstraat te Amsterdam voor de gerealiseerde bouw.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

KORTLOPENDE SCHULDEN ______ 2 ______ 2.6 2.6.1 2.6.2 2.6.3 2.6.4 2.6.5 2.6.6 2.6.7 2.6.8

_______________________________________________________________________________________ PASSIVA 31-12-2007 31-12-2006 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Kortlopende schulden Kredietinstellingen 0,0 0,0 Vooruitgefactureerde en -ontvangen termijnen OHW 40,4 37,8 Crediteuren 26,0 27,9 OCW 0,0 0,0 Verbonden partijen 0,0 0,6 Belastingen en premies sociale verzekeringen 11,5 10,5 Schulden inzake pensioenen 0,1 3,0 Overige kortlopende schulden - Studenten en personeel - Derden

2,2 28,1 _________

Subtotaal overige kortlopende schulden 2.6.9

Overlopende passiva - Vakantiegeld en ziektekosten - Vakantiedagen - Te verrekenen met personeel - Vooruitontvangen doelsubsidies OCW - Vooruitontvangen collegegelden - Vooruitontvangen overige baten - Nog te betalen overige lasten

30,3

8,4 14,2 0,0 0,4 15,6 10,5 0,0 _________

Subtotaal overlopende passiva ______ ______

_________________________________ TOTAAL KORTLOPENDE SCHULDEN

30,0

8,1 17,9 0,2 0,2 13,7 7,4 0,0 _________ 49,1

_________

33

2,0 28,0 _________

___________

47,5 ___________

___________

157,4 157,3 _______________________________________________________________________________________

De omvang van de kortlopende schulden is ten opzichte van 2006 nagenoeg onveranderd. De achterstand in de crediteurenverwerking is aanzienlijk teruggelopen (zij het dat de balanspost ultimo 2007 als gevolg van één openstaande termijnbetaling van M€6,5 inzake de nieuwbouw FNWI toch nagenoeg even hoog is als eind 2006). Het bedrag aan gepassiveerde vakantiedagen daalt, met name als gevolg van cao-afspraken volgens welke het overschot aan het einde van het jaar maximaal 80 uur (bij voltijds dienstverband) mag bedragen; bestaande hogere overschotten dienen uiterlijk in 2011 te zijn opgenomen. Deze post zal derhalve de komende jaren nog aanmerkelijk dalen. Een deel van de bestaande overschotten is overigens omgezet in meerjarige afspraken (zie de voorziening life-time variant). Ongeveer 40% van de studenten betaalt het collegegeld bij aanvang van het academisch jaar ineens; de post vooruitontvangen collegegelden dient om een proportioneel gedeelte toe te rekenen aan het dienstjaar 2008.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

NIET

VA N

AMSTERDAM

IN DE BALANS

OPGENOMEN VERPLICHTINGEN De grootste niet uit de balans blijkende verplichting is de doorbetaling van het personeel in vaste dienst, met een theoretisch minimum van de lasten die bij ontslag zouden ontstaan. Het is evenwel niet gebruikelijk deze verplichting te kwantificeren. Hetzelfde geldt voor andere verplichtingen die tot de normale exploitatie van de instelling behoren, zoals afschrijving, rente en belastingen. Onderstaand overzicht toont de waarde van de meerjarige verplichtingen uit hoofde van lopende zakelijke overeenkomsten. De onder verplichtingen binnen 1 jaar opgenomen bedragen maken ook deel uit van de onder verplichtingen binnen 5 jaar opgenomen bedragen.

34

________________________________________________________________________________________________ Omschrijving Binnen 1 Binnen 5 Binnen 1 Binnen 5 Nadere jaar 2007 jaar 2007 jaar 2006 jaar 2006 toelichting ––––––––––––––––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– Huurkosten 4,1 12,4 4,6 9,3 1 Bewakingskosten 2,9 2,9 2,8 3,5 2 Kopieerkosten 0,4 1,4 0,4 1,6 3 Schoonmaakkosten 3,8 3,8 3,7 7,3 4 ICT-verplichtingen 5,3 12,0 5,8 15,8 5 Onderhoudscontracten 0,0 0,0 0,2 0,2 6 Groot onderhoud 0,7 0,7 0,1 0,1 7 Investeringsverplichtingen 56,2 99,8 5,3 20,3 8 Sorbon-recreatieve ruimtes 0,6 1,8 0,6 2,4 9 Seniorenregeling p.m. p.m. p.m. p.m. 10 Bursalen 0,0 0,0 0,0 0,0 11 ––––––––––––––––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– –––––––––––– Totaal 74,0 134,8 23,5 60,5 ________________________________________________________________________________________________ (1) Betreft de lopende huurcontracten van een aantal panden, voor de resterende looptijd. (2) Betreft de meerjarige overeenkomst met een bewakingsbedrijf. (3) Betreft de meerjarige overeenkomsten inzake kopieerapparatuur. (4) Betreft de meerjarige overeenkomsten met schoonmaakbedrijven. (5) Betreft de meerjarige verplichtingen inzake ICT-apparatuur en software, waaronder licenties. (6) Betreft de meerjarige onderhoudscontracten voor dagelijks onderhoud. (7) Betreft de meerjarige onderhoudscontracten voor groot onderhoud van onder andere technische installaties. (8) De hoge verplichting vloeit vooral voort uit de aangegane overeenkomsten met Ballast Nedam en Burgers Ergon inzake de nieuwbouw voor de FNWI. Ook de bestelde behandeleenheden van ACTA zijn hier opgenomen. (9) In het vijfjarig contract met de cateraar, Sorbon B.V., heeft de Universiteit zich verplicht tot een investeringsprogramma (2007-2010) in verbetering van de restauratieve ruimten ter waarde van M€2,4. (10) Op grond van de geldende regelgeving hebben sommige medewerkers recht op gebruik van de seniorenregeling (werktijdvermindering zonder evenredige salariskorting), die tot nu toe niet hebben gekozen om dat recht te gebruiken. Inzake deze medewerk(st)ers is onbekend of zij gebruik zullen gaan maken van de regeling. Derhalve is de verplichting ultimo boekjaar onzeker. (11) In het verleden heeft de UvA met verschillende promovendi (zogenaamde bursalen) ‘beursovereenkomsten’ gesloten. Inzake de bursalen loopt een juridische procedure. De beursovereenkomst was volgens de UvA geen arbeidsovereenkomst. Dit is een belangrijk verschil met zogenaamde assistenten in opleiding (aio’s) die wel een arbeidsovereenkomst tekenen. De Abva/Kabo is in het verleden met enkele belanghebbenden een procedure gestart tegen de UvA om te bereiken dat een bursaal in alle opzichten gelijkgesteld wordt aan een aio. De rechtbank heeft verklaard dat de beursovereenkomst - sinds 1 januari 1995 - als arbeidsovereenkomst moet worden beschouwd. De rechtbank heeft de claim dat deze overeenkomst gelijkgesteld moet worden met die van een aio echter afgewezen. De Hoge Raad heeft deze lezing in cassatie op 14 april 2006 bevestigd (HR LJN AU9722), en de zaak terugverwezen voor de beoordeling van de ontvankelijkheid van Abva/Kabo. De betrokken belanghebbenden hebben tot heden geen financiële claim ingediend; hun feitelijk belang is door de uitspraak gering, nu zij er geen aanspraak op de positie van aio aan kunnen ontlenen en door indiening van een claim allereerst zouden bereiken dat zij alsnog premies zouden moeten betalen. Voor de toekomst wordt in VSNU-verband een nieuwe beleidslijn voor de rechtspositie van promovendi ontwikkeld. Gelet op bovenstaande is het risico op nihil gesteld.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

Niet in de balans opgenomen verplichtingen van de geconsolideerde gelieerden De gezamenlijke geconsolideerde gelieerden hebben buiten de balans zakelijke verplichtingen ter waarde van M€1,4 (1 jaar) en M€3,9 (5 jaar). Dit betreft huur- en servicekosten alsmede schoonmaak- en bewakingskosten.

Renterisico’s De Universiteit van Amsterdam heeft het voornemen om in het komende decennium een omvangrijk investeringsprogramma uit te voeren. Voor deze investeringen zal vanaf maart 2008 externe financiering aangetrokken worden. Ter beperking van het renterisico op deze externe financiering heeft de UvA eind 2002 een tweetal forward starting swaps afgesloten, waarbij zesmaands Euribor geruild is tegen een vaste rente. In 2007 zijn nog twee van dergelijke overeenkomsten afgesloten. Onderstaande tabel bevat de voornaamste gegevens van deze swaps. Bedrag ––––––– M€15 M€20 M€20 M€30 –––––––

Ingangsdatum –––––––––––––––– 21-10-2006 21-10-2006 02-01-2009 01-10-2008 ––––––––––––––––

Einddatum –––––––––––––––– 21-10-2025 21-10-2025 02-01-2019 01-10-2013 ––––––––––––––––

Rente ––––––– 5,59% 5,477% 4,694% 4,559% –––––––

Wederpartij –––––––––––––––– ABN AMRO ABN AMRO BNG BNG ––––––––––––––––

Fair value op balansdatum ––––––––––––––––––––––– -/- M€1,5 -/- M€1,8 -/- M€0,1 -/- M€0,2 –––––––––––––––––––––––

De fair value van de swap die UvA Holding BV heeft afgesloten ter beperking van het renterisico op haar lening bij ING (toegelicht onder de langlopende schulden), bedroeg op balansdatum M€0,1 positief.

35

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

OVERZICHT VERBONDEN PARTIJEN In de zogenaamde groepsjaarrekening zijn de instellingen die tot de eigen groep worden gerekend, geconsolideerd opgenomen. Een rechtspersoon behoort tot de eigen groep als deze een economische eenheid vormt met de Universiteit en de Universiteit direct of indirect beslissende zeggenschap heeft over de benoeming en het ontslag van bestuurders, de jaarrekening en winstbestemming, de wijziging van statuten en de liquidatie. Een overzicht van de geconsolideerde instellingen is hierna opgenomen. Ten opzichte van de jaarrekening 2006 is de consolidatiekring uitgebreid met Stichting Nederlands Instituut Athene, op grond van de aanpassing van de zeggenschap in de vernieuwde statuten. De enkelvoudige jaarrekening bevat een proportioneel verwerkte joint venture in de vorm van een gemeenschappelijke regeling met de Vrije Universiteit op basis van de WHW. Het gaat om het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA, 55%). Gezien de verwevenheid op personeels- en organisatorisch gebied en gelet op de financiering, die direct uit de rijksbijdrage plaatsvindt, zijn de betreffende jaarrekeningposten opgenomen in de enkelvoudige jaarrekening. Ook de joint venture Centrum voor Nascholing Amsterdam (CNA, 50%), een v.o.f. die de UvA heeft samen met de Hogeschool Amsterdam, is proportioneel in de enkelvoudige jaarrekening verwerkt. De Universiteit van Amsterdam heeft veel relaties met andere instellingen. Van belang zijn de duurzame relaties met rechtspersonen waarbij een financieel belang aanwezig is en de duurzame relaties met rechtspersonen die zich op het universitaire takenpakket richten en waarvoor de Universiteit risico’s loopt. De belangrijkste rechtspersonen die aan de UvA gelieerd zijn, zijn te vinden in het overzicht verbonden partijen.

36

In de hierna gepresenteerde overzichten heeft de vermelde activiteitencode betrekking op: 1. = contractonderwijs; 2. = contractonderzoek; 3. = onroerende zaken; 4. = overige activiteiten.

GECONSOLIDEERDE VENNOOTSCHAPPEN De balans en de baten en lasten van de volgende vennootschappen zijn integraal geconsolideerd in de groepsjaarrekening. In de enkelvoudige jaarrekening is van deze vennootschappen op grond van de voorschriften de netto vermogenswaarde als financieel vast activum opgenomen. ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-––––––––––––––––––––––––––––––––– Naam

Juridische

Statutaire

vorm

zetel

Code

EV ultimo

Resultaat

Omzet

Verkl. art

Deelname

2007

2007

2007

2:403 BW

%

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

UvA Holding ACTA Holding

BV BV

Amsterdam Amsterdam

2, 3, 4 1, 2

22,3 0,4

5,4 0,1

28,9 2,3

nee nee

100 55

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Totaal

22,7

5,5

31,2

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

De integrale consolidatie van ACTA Holding gaat gepaard met de opname van het 45%-aandeel van de Vrije Universiteit als derdenaandeel in vermogen en resultaat. ACTA Holding is houdstermaatschappij van twee 100%-dochterondernemingen, ACTA Dental Research BV en ACTA Dental Education BV, beide te Amsterdam. UvA Holding BV is houdstermaatschappij van de volgende geconsolideerde ondernemingen, alle te Amsterdam. In het verslagjaar is de deelneming Amsterdam Nijenrode Law School BV geliquideerd, en zijn de deelnemingen UvA Virenze BV en Yellow Diesel BV opgericht.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

Code 2 (research)

Code 3 (vastgoed)

VA N

AMSTERDAM

Code 4 (overig)

–––––––––––––––––––––––––––––– ––––––––––––––––––––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

Cat-Fix BV IBIS UvA BV IDEAS! UvA BV IVAM UvA BV PCC UvA BV

78,7% 100% 100% 100% 100%

SensoCom BV UvA Virenze BV Yellow Diesel BV

70% 60% 67%

UvA Vastgoed BV 100% UvA Hegra properties BV 100%

Amsterdam University Press BV Mercator Sapiens BV ProActief UvA BV The Language Academy BV UvA Holding management support BV UvA JobService BV UvA Vertalers BV

100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%

–––––––––––––––––––––––––––––– ––––––––––––––––––––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

COMMANDITAIRE VENNOOTSCHAPPEN

De UvA is commanditaire vennoot in de volgende vennootschappen, waarvan UvA Holding BV de beherend vennoot is. BG4 is integraal geconsolideerd in de groepsjaarrekening, en in de enkelvoudige jaarrekening op netto vermogenswaarde opgenomen als financieel vast actief. Le Coin is geconsolideerd in de groepsjaarrekening maar niet op netto vermogenswaarde gewaardeerd in de enkelvoudige cijfers, omdat de winst toekomt aan een derde (Jankarel Geversfonds). ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-––––––––––––––––––––––––––––––––– Naam

Juridische

Statutaire

vorm

zetel

Code

EV ultimo

Resultaat

Omzet

Verkl. art

Deelname

2007

2007

2007

2:403 BW

%

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Exploitatiemaatschappij BG4 Exploitatiemaatschappij Le Coin

CV CV

Amsterdam Amsterdam

3 3

0,3 0,2

0,0 0,2

0,0 0,0

nee nee

100 100

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Totaal

0,5

0,2

0,0

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

GECONSOLIDEERDE STICHTINGEN

De balans en de baten en lasten van de volgende stichtingen zijn integraal geconsolideerd in de groepsjaarrekening op grond van het criterium beslissende zeggenschap. In de enkelvoudige jaarrekening zijn deze stichtingen, indien van toepassing, overeenkomstig de grondslagen gewaardeerd op het door de UvA gestorte stichtingskapitaal. ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-––––––––––––––––––––––––––––––––– Naam

Juridische

Statutaire

vorm

zetel

Code

EV ultimo

Resultaat

Omzet

Verkl. art

2007

2007

2007

2:403 BW

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Academisch Rekencentrum Amsterdam (SARA) Stichting Duitsland Instituut Stichting Economisch Onderzoek Stichting Exploitatie gastenverblijven Stichting Folia Civitatis Stichting Friends of the University of Amsterdam Inc Mensa Academica Amstelodamensis Stichting Universitair Sportcentrum/Exploitatie Tennisbanen Stichting Nederlands Instituut Athene Stichting

Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam New York Amsterdam Amsterdam Amsterdam

4 4 2 4 4 4 4 4 2

15,3 0,0 1,9 1,5 0,2 0,0 0,6 3,0 0,0

1,4 0,0 0,2 0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0

19,3 1,3 4,2 1,1 0,7 0,0 0,0 3,0 0,4

nee nee nee nee nee nee nee nee nee

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Totaal

22,5

1,7

30,0

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

37

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

MINDERHEIDSDEELNEMINGEN

De volgende minderheidsdeelnemingen zijn overeenkomstig de voorschriften zowel in de enkelvoudige als in de groepsjaarrekening gewaardeerd op netto vermogenswaarde. De drie laatstgenoemde BV’s zijn een directe of indirecte deelneming van UvA Holding, de overige zijn deelnemingen van de UvA zelf. ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-––––––––––––––––––––––––––––––––– Juridische vorm

Naam

Statutaire zetel

Code

Deelname %

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

AMC Medical Research (AMR) Amsterdam Science Park (ASP) Amsterdam Science Park Wetenschap en Technologiecentrum Watergraafsmeer (WTCW) Wetenschap en Technologiecentrum Watergraafsmeer (WTCW) Studi-Job uitzendbureau Amsterdam ADR Instituut ClusterVision

38

BV NV CV NV CV BV BV BV

Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam

2 3 3 3 3 4 4 2

49 25 25 25 25 48 33 15

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

OVERIGE GELIEERDE PARTIJEN

Onderstaande lijst bevat de belangrijkste overige aan de UvA gelieerde partijen, waarin de UvA evenwel geen beslissende zeggenschap heeft en die derhalve noch in de enkelvoudige noch in de groepsjaarrekening zijn verwerkt. ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-––––––––––––––––––––––––––––––––– Naam

Juridische

Statutaire

Code

vorm

zetel

activiteit

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Academisch Ziekenhuis bij de UvA (AZUA) Academisch erfgoed Allard Pierson Amsterdamse Academische Club Amsterdamse Universiteitsvereniging Amsterdams Universiteitsfonds Beleggings- en Vastgoedkunde (SBV) Bevordering van de Opleiding Internationaal Beleidsmedewerker (ASEDIR) Bibliotheca Rosenthaliana Caspar van Baerlefonds Centrum Documentatie voor Latijns-Amerika (CEDLA) Centrum voor Micro-Computer Applicaties CERE Cognitieonderzoek Culturele Organisatie van de UvA (Crea) Duijkerlezingen Expertise centrum voor Taxonomische Identificatie (ETI) Grootstedelijk Onderzoek Homodocumentatie Hortus Botanicus Hugo de Vries-fonds Internationaal Centrum voor de Studie van Argumentatie en Taalbeheersing

Stichting Stichting Stichting Vereniging Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting

Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam

1, 2, 4 4 4 4 4 4 4 1 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-––––––––––––––––––––––––––––––––– Naam

Juridische

Statutaire

Code

vorm

zetel

activitei

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

Interacademiale Opleiding Organisatiekunde (SIOO) Interuniversitair Instituut voor Sociaal-Wetenschappelijk Onderzoek (SISWO) Klinische Genetica Leerstoel Marktbeleid en Marktonderzoek Limperg Instituut Maastricht Summer University Marketing Projecten Marketing Associatie Amsterdam Onderzoek naar Psycho-sociale Stress Persinstituut Pinetum Blijdesteijn Spui 25 T.M.C. Asser Instituut Vervoers Economisch Onderzoek (CTER) Wetenschappelijk Onderzoek Commerciële Communicatie

Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting Stichting

Utrecht Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Hilversum Amsterdam Den Haag Amsterdam Amsterdam

1 4 4 2 4 3 4 2 2 4 4 4 2 2

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––-–––––––––––––––––––––––––––––––––

39

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

UITSPLITSING

VA N

AMSTERDAM

VA N D E

ONDERSCHEIDEN POSTEN VA N D E G E C O N S O L I D E E R D E E X P L O I TAT I E R E K E N I N G ______ 3 ______ 3.1 3.1.1 3.1.2

______________________________________________________________________________________ BATEN 2007 2006 _____________________________________________ ________ ________ ________ ________ Rijksbijdragen OCW (Normatieve) rijksbijdrage OCW 394,1 395,0 Overige subsidies OCW 1,2 1,4 ________ ________ Totaal rijksbijdragen OCW 395,3 396,4

3.2

College- en examengelden

40,9 ________

Totaal college- en examengelden

40

3.3 3.3.1 3.3.1.1

Baten werk in opdracht van derden Opbrengst werk i.o.v. derden Cursusgelden en contractonderwijs

40,9

11,6 ________

Subtotaal cursusgelden en contractonderwijs 3.3.1.2

Contractonderzoek - Internationale organisaties - Nationale overheden - NWO - KNAW - Overige non-profitorganisaties - Bedrijven - Overdracht contractsommen (penvoerderschap

39,1 ________ 39,1

11,8 ________ 11,6

9,5 12,7 21,9 0,6 8,2 9,5 -3,2 ________

Subtotaal contractonderzoek

11,8

15,7 12,7 20,5 0,7 5,7 4,8 -2,6 ________ 59,2

57,5

3.3.1.3

Overige

0,0 ________ 70,8

0,0 ________ 69,3

3.3.2

Mutaties onderhanden werk i.o.v. derden

2,5 ________ 73,3

0,4 ________ 69,7

Totaal baten werk in opdracht van derden 3.4 3.4.1 3.4.2 3.4.3 3.4.4 3.4.5

Overige baten Resultaat deelnemingen Verhuur onroerende zaken Detachering personeel Schenking en sponsoring Overige

______

Totaal overige baten _____________________________________________ TOTAAL BATEN

______

3,1 4,4 3,4 0,5 60,5 ________ ________

1,5 3,8 2,6 0,4 54,9 ________ 71,9 ________

63,2 ________ ________

581,4 568,4 _____________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Rijksbijdragen OCW De rijksbijdragen OCW zijn als aandeel in de totale baten gedaald van 70% naar 68%; zij bestaan uit de volgende posten: –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Normatieve rijksbijdrage Rijksbijdrage AMC Overige subsidies OCW

2007

2006

–––––––––

––––––––

316,3 77,8 1,2

319,5 75,5 1,4

–––––––––

––––––––

395,3

396,4

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

College- en examengelden Als baten zijn de college- en examengelden van ingeschreven studenten verantwoord. De collegegelden worden tijdsevenredig toegerekend aan het exploitatiejaar. De college- en examengelden over 2007 bedragen, onder aftrek van restituties, M€40,9. Over 2006 lag dit bedrag op M€39,1. Van de stijging van 4,6% kan een toename van 1,2% worden toegeschreven aan de verhoging van het wettelijk tarief en de rest aan de toename van het aantal (betalende) ingeschrevenen. De Universiteit biedt geen maatwerkvarianten van bekostigde opleidingen in opdracht van, en tegen betaling door, derden aan.

Baten werk in opdracht van derden De baten uit contractactiviteiten komen uit op M€73,3 tegenover M€69,7 in 2006. Naast de hier gepresenteerde baten 2007 uit hoofde van contractonderzoek is in de Faculteit der Geneeskunde, via AMC Medical Research BV, een netto-omzet van M€42,0 aan contractonderzoek behaald, waarvan M€10,5 bij charitatieve instellingen, M€19,2 bij opdrachtgevers in de (semi)overheid en M€12,3 bij industriële opdrachtgevers.

Overige baten De overige baten zijn met M€71,9 licht hoger dan die van 2006. Onder resultaat deelnemingen (regel 3.4.1) staan opgenomen de mutaties in de nettovermogenswaarde van de deelnemingen genoemd in de toelichting op balanspost 1.3.1, alsmede de winstuitkering van M€0,9 van Studi-Job BV aan UvA Holding BV en de opbrengst van M€1,1 uit verkoop van Chromagenics BV, eveneens in UvA Holding. Van het op regel 3.4.5 genoemde bedrag aan overige baten kan de volgende nadere uitsplitsing worden gegeven. –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Bijdragen van derden Verkoop syllabi en fotokopieën Dienstverlening / adviezen aan derden Congressen en entreegelden Kantineopbrengsten Levering van goederen aan derden Opbrengst keuringen en consulten Automatiseringsdiensten Diverse opbrengsten

–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Totaal overige baten

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

2007

2006

–––––––––

––––––––

10,3 0,8 7,0 0,8 0,1 0,9 1,3 20,0 19,3

8,3 0,9 7,9 1,8 0,2 4,1 1,5 15,6 14,6

––––––––– 60,5 –––––––––

–––––––– 54,9 ––––––––

41

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

______ 4 ______ 4.1

______________________________________________________________________________________ LASTEN 2007 2006 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ Personele lasten

4.1.1 4.1.2

Lonen en salarissen Sociale lasten

4.1.3 4.1.3.1 4.1.3.2 4.1.3.3.1 4.1.3.3.2 4.1.3.3.3 4.1.3.3.4 4.1.3.3.5

Overige personele lasten Dotatie/vrijval voorziening wachtgelden 1,9 Uitzendkrachten, declaranten e.d. 27,8 Dotatie/vrijval voorziening life-time variant 4,2 Dotatie/vrijval voorziening seniorenregeling 0,7 Dotatie/vrijval voorziening salaris/wachtgeldcl. 0,2 Dotatie/vrijval reorganisatievoorzieningen -0,3 Overige lasten 2,7 __________ Subtotaal overige personele lasten

42

Subtotaal personele lasten 4.1.4 ______ ______ ______ 4.1.a ______

______ ______

210,2 40,0

195,4 35,8

1,4 29,8 -0,5 -0,9 0,3 1,5 11,4 __________ 37,2 __________ 287,4

43,0 __________ 274,2

Uitkeringen AWW -0,8 -0,2 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ Totaal personele lasten 286,6 274,0 ______________________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________________ Aantal fte’s per 31-12: 2007 2006 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ - wp 2.209 2.092 - obp 1.717 1.694 - geconsolideerde gelieerden 520 548 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ Totaal 4.446 4.334 ______________________________________________________________________________________

Personele lasten De personele lasten zijn in 2007 met M€12,6 (4,5%) gestegen ten opzichte van 2006. De stijging bij UvA enkelvoudig bedroeg M€14,2. De loonstijging van 1,2% in april 2007 en de verhoging van de eindejaarsuitkering met 1,9% verklaren een gedeelte van de stijging. Daarnaast steeg de omvang van het wetenschappelijk en het O&O-ondersteunend personeel met 99 fte’s (2,5%). Het overige ondersteunend personeel daalde met 4 fte’s.

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

______ _______________________________________________________________________________________ LASTEN [VERVOLG] 2007 2006 ______ _______________________________________________________________________________________ 4.1.b Bedrag van de bezoldigingen, met inbegrip van de pensioenlasten en van de andere uitkeringen van de afzonderlijke leden en gewezen leden van: College van Bestuur

Dr. K. van der Toorn, voorzitter vanaf 1 september 2006, voordien hoogleraar: belastbaar loon (voltijds) €179.000 pensioenpremie €43.800

€123.800 €24.100

____________________________________________________________ Totaal

_________ €222.800

_________ €147.900

€17.000 €2.900 _________ €19.900

€137.300 €34.400 _________ €171.700

Prof. mr. J.W. Zwemmer, rector magnificus van 8 januari 2007 tot 1 oktober 2007: belastbaar loon (deeltijds, 24/38) €62.400 pensioenpremie ____________________________________________________________ _________ Totaal €62.400

_________ -

Prof. dr. D.C. van den Boom, rector magnificus vanaf 1 oktober 2007: belastbaar loon (voltijds) pensioenpremie ____________________________________________________________ Totaal

€40.500 €7.700 _________ €48.200

_________ -

Dr. S.J. Noorda, voorzitter tot 1 september 2006: belastbaar loon (in 2006 voltijds, in 2007 deeltijds, 19/38) pensioenpremie ____________________________________________________________ Totaal

€93.000 €23.300 _________ €116.300

€169.800 €43.500 _________ €213.300

via HvA via HvA

via HvA via HvA

via HvA €11.800 €11.800 €11.800

via HvA €11.800 €11.800 €11.800

Prof. mr. P.F. van der Heijden, rector magnificus tot 8 januari 2007, nadien hoogleraar tot 1 februari 2007: belastbaar loon (voltijds) pensioenpremie ____________________________________________________________ Totaal

Drs. J.W.A Verlaan, lid tot 1 september 2007 Drs. P.W. Doop, vicevoorzitter vanaf 1 oktober 2006 Raad van Toezicht Prof. dr. N.A.M. Urbanus, voorzitter Drs. A. Baan Mr. I. Brakman Ir. J.H.M. Lindenbergh

______

De bestuursbezoldiging is bepaald op grond van het Besluit 6 augustus 1998 inzake de rechtspositie van de leden van bestuurscolleges van de openbare universiteiten (Stbl.518). _______________________________________________________________________________________

43

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

______ 4 ______ 4.2 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4

______________________________________________________________________________________ LASTEN [VERVOLG] 2007 2006 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ Afschrijvingen Immateriële vaste activa Gebouwen 15,4 15,2 Inventaris en apparatuur 10,5 16,4 Overige materiële vaste activa 0,0 0,0 __________ __________ Totaal afschrijvingen 25,9 31,6

4.3 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4

Inkomensoverdrachten Rijksbijdrage academische ziekenhuizen Affiliaties Subsidies en bijdragen Overige

44 Totaal inkomensoverdrachten 4.4 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4 4.4.5

Overige instellingslasten Huur Onderhoudskosten Inventaris en apparatuur Energie en water Heffingen

4.4.6.1 4.4.6.2 4.4.6.3 4.4.6.4

Dotatie/vrijval voorziening arbeidsvoorwaarden 0,6 Dotatie/vrijval voorziening WIA/WGA 1,0 Dotatie/vrijval voorziening asbest -1,6 Dotatie/vrijval voorziening overige -0,3 __________ Dotatie/vrijval overige voorzieningen Overige

4.4.6 4.4.7

______ ______

Totaal overige instellingslasten __________________________________ __________ TOTAAL LASTEN

77,8 47,6 18,0 0,0 __________ 143,4

75,5 44,7 15,4 0,0 __________ 135,6

7,0 13,4 17,6 8,7 2,3

8,9 14,8 16,2 8,4 2,6 3,1 0,0 0,6 -0,3 __________

-0,3 55,9 __________ 104,6 ___________

___________

3,4 49,9 __________ 104,2 __________

560,5 545,4 ______________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Afschrijvingen Het bedrag aan afschrijvingen op inventaris en apparatuur is beduidend gedaald omdat in de UvA de activeringsgrens in 2006 is verhoogd van €2.500 naar €10.000 en in dat jaar een afboeking van kleine apparatuur was gepleegd.

Inkomensoverdrachten De bijdrage aan het AMC is in zijn geheel als overdracht verantwoord. Deze bedroeg M€127,4 en omvat zowel de rijksbijdrage voor de werkplaatsfunctie (artikel 1.14 WHW) van M€77,8 als de algemene bijdrage van de Universiteit van M€49,6 voor de uitoefening van de wettelijke taken van de Faculteit der Geneeskunde. De overige inkomensoverdrachten bestaan uit subsidies aan studenten (bestuursbeurzen) en bursalen, studentenvoorzieningen, de VSNU en andere personen en instellingen in het kader van de uitvoering van de wettelijke taken.

Overige instellingslasten 45 Een bedrag dat aanvankelijk uit de asbestvoorziening als renovatiebijdrage ten gunste van de nieuwbouw van het B.C.P. Janseninstituut was gebracht, is niet in mindering gebracht op de te activeren vervaardigingsprijs van het gebouw. Het is daarom in 2007 vrijgevallen en verantwoord als negatieve onderhoudslasten. Dit verklaart het in verhouding tot 2006 beduidend lagere kostenniveau van onderhoud. Onderstaande tabel geeft een nadere uitsplitsing van de overige lasten op regel 4.4.7. In de ‘overige beheerskosten’ van 2007 is M€4,1 aan representatiekosten begrepen _______________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________

Collectievorming Grondstoffen Diensten / uitbesteed werk / adviezen Reis- en verblijfkosten Documentatie / drukwerk en syllabi Porti en telefoonkosten Overige beheerskosten

2007

2006

___________

__________

4,0 4,7 17,7 10,5 5,3 4,0 9,7

3,6 6,4 13,4 10,0 5,1 4,2 7,2

___________________________________________________________________ ___________ __________ Totaal overige lasten 55,9 49,9 _______________________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

FINANCIËLE BATEN EN LASTEN ______ ______________________________________________________________________________________ 5 FINANCIËLE BATEN EN LASTEN 2007 2006 ______ __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ 5.1 Financiële baten 5.1.1 Rentebaten 2,9 2,6 5.1.2 Overige financiële baten 0,0 0,0 __________ __________ Totaal financiële baten 2,9 2,6 5.1 5.1.1 5.1.2

______

46 ______

Financiële lasten Rentelasten Overige financiële lasten

0,7 0,0 __________

0,6 0,0 __________

Totaal financiële lasten 0,7 0,6 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ Saldo financiële baten en lasten 2,2 2,0 ______________________________________________________________________________________

Het grootste gedeelte van de rentebaten bestaat uit rente op rekening-courant en op deposito’s. De rentelasten bestaan voor M€0,6 uit de rentelasten van de in 2006 ingegane forward swaps.

BUITENGEWONE BATEN EN LASTEN ______ ______________________________________________________________________________________ 6 BUITENGEWONE BEDRIJFSVOERING 2007 2006 ______ __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ 6.1 Buitengewone baten Totaal buitengewone baten 6.2

______ ______

0,0

0,0

Buitengewone lasten Totaal buitengewone lasten 0,0 0,0 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ Resultaat uit buitengewone bedrijfsvoering 0,0 0,0 ______________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

E N K E LV O U D I G E B A L A N S 31 DECEMBER 2007

VA N

AMSTERDAM

PER

De balans is na resultaatbestemming opgesteld. ______ 1 ______ 1.1 1.2 1.2.1 1.2.1.1 1.2.1.2 1.2.1.3

1.2.2 1.2.3 1.2.4

______________________________________________________________________________________ ACTIVA 31-12-2007 31-12-2006 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa 0,0 0,0 Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Gebouwen 163,7 Terreinen 9,2 Gebouwen in uitvoering en vooruitbetalingen 93,3 ___________ Subtotaal gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Niet-primaire activa Overige

Subtotaal financiële vaste activa

______

218,5 9,7 0,0 0,0 ___________

15,6 ___________ 281,8

Subtotaal materiële vaste activa Financiële vaste activa Deelnemingen Leningen aan verbonden partijen Overige leningen u/g Vorderingen op OCW Effecten

266,2

15,6 0,0 0,0 ___________

Subtotaal inventaris en apparatuur

1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4 1.3.5

149,5 8,4 60,6 ___________

32,4 2,4 0,0 4,7 0,0 ___________

47

9,7 ___________ 228,2

24,9 4,6 0,0 6,8 0,0 ___________

39,5 36,3 ___________ ___________ Totaal vaste activa 321,3 264,5 ______________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

48

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

______ 1 ______

______________________________________________________________________________________ ACTIVA 31-12-2007 31-12-2006 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________ VLOTTENDE ACTIVA

1.4 1.4.1 1.4.2

Voorraden Gebruiksgoederen 0,6 Onderhanden werk in opdracht van derden 22,9 __________ Subtotaal voorraden

1.5 1.5.1 1.5.2 1.5.3 1.5.4 1.5.5 1.5.6

Vorderingen Debiteuren OCW Verbonden partijen Studenten Overige vorderingen Overlopende activa

Effecten

1.7

Liquide middelen Totaal vlottende activa

______ ______

23,5

17,3 0,0 1,2 1,0 2,5 13,0 __________

Subtotaal vorderingen 1.6

0,2 19,9 __________

__________________________________ __________ TOTAAL ACTIVA

20,1

12,5 0,0 0,1 0,9 3,1 13,6 __________ 35,0

30,2

0,0

0,0

19,2 __________ 77,7

64,7 __________ 115,0

___________

___________

__________

399,0 379,5 ______________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

______ 2 ______

______________________________________________________________________________________ PASSIVA 31-12-2007 31-12-2006 __________________________________ __________ ___________ ___________ __________

2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3

Eigen vermogen Kapitaal Algemene reserve Bestemmingsreserve

0,0 205,9 0,0

0,0 184,3 0,0

___________ Subtotaal eigen vermogen

___________ 205,9

184,3

2.2

Aandeel derden

0,0

0,0

2.3

Egalisatierekening investeringssubsidies

0,9

0,8

2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.4.7 2.4.8 2.4.9

Voorzieningen Arbeidsvoorwaarden Life-time variant Voorziening seniorenregeling WIA/WGA Reorganisatievoorzieningen Wachtgelden Salaris- en wachtgeldclaims Asbestvoorziening Overige voorzieningen

2,0 10,3 2,5 1,0 3,2 6,3 0,3 20,2 0,9

1,7 6,8 2,9 0,0 5,8 7,5 0,3 22,0 1,3

___________ Subtotaal voorzieningen

2.5 2.5.1 2.5.2 2.5.3 2.5.4

___________ 46,7

Langlopende schulden Verbonden partijen Kredietinstellingen OCW Overige langlopende schulden

0,0 0,0 0,0 0,6

2.6 2.6.1 2.6.2 2.6.3 2.6.4 2.6.5 2.6.6 2.6.7 2.6.8 2.6.9

___________ 0,6

Kortlopende schulden Kredietinstellingen Vooruitgefactureerde en -ontvangen bedragen OHW Crediteuren OCW Verbonden partijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden ter zake van pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva

______

0,6

0,0

0,0

40,4 24,0 0,0 1,0 10,2 0,1 0,1 69,1

37,4 26,9 0,0 1,1 9,4 3,0 0,3 67,4

___________ Subtotaal kortlopende schulden

48,3

0,0 0,0 0,0 0,6

___________ Subtotaal langlopende schulden

49

___________ 144,9

145,5

__________________________________ __________ ___________ ___________ __________ TOTAAL PASSIVA 399,0 379,5 ______ ______________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

E N K E LV O U D I G E E X P L O I TAT I E R E K E N I N G

_____

3

________________________________________________________________________________________ EXPLOITATIEREKENING Jaarrekening Begroting* Jaarrekening 2007 2007 2006 ________________________ ___________________ ___________________ __________________ BATEN Rijksbijdragen OCW 394,5 388,5 395,6 College- en examengelden 40,9 38,4 39,1 Baten werk in opdracht van derden 64,2 61,7 60,9 Overige baten 45,7 35,5 39,7 ________ ________ ________ Totaal baten 545,3 524,1 535,3

4 4.1 4.2 4.3 4.4

LASTEN Personele lasten Afschrijvingen Inkomensoverdrachten Overige instellingslasten

4

Totaal lasten

_____ 3 3.1 3.2 3.3 3.4

50

2007

268,5 18,6 145,3 93,8 ________

Saldo baten en lasten 5

SALDO FINANCIELE BATEN EN LASTEN RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING

6 6.1 6.2 6

_____

254,3 24,5 137,9 97,3 ________

526,2 ________ 19,1

530,9 ________ -6,8

514,0 ________ 21,3

2,0 ________ 21,1

2,1 ________ -4,7

2,2 ________ 23,5

BUITENGEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten 0,0 Buitengewone lasten 0,0 ________ RESULTAAT UIT BUITENGEWONE BEDRIJFSVOERING

_____

253,7 25,1 151,8 100,3 ________

0,0 0,0 ________ 0,0

0,0 0,0 ________ 0,0

0,0

________________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ RESULTAAT 21,1 -4,7 23,5 ________________________________________________________________________________________

* Volledigheidshalve merken wij op dat er geen accountantscontrole heeft plaatsgevonden op de begrotingscijfers 2007

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

U I T S P L I T S I N G VA N D E O N D E R S C H E I D E N P O S T E N VA N D E E N K E LV O U D I G E B A L A N S Voor de waarderingsgrondslagen van de enkelvoudige balans en exploitatierekening verwijzen we naar de waarderingsgrondslagen van de geconsolideerde balans en exploitatierekening. Ook voor de toelichting wordt naar de toelichting op de geconsolideerde cijfers verwezen.

MATERIËLE VASTE ACTIVA –––––– ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– 1

ACTIVA

Verkrijgings-

Waardeverminde-

Boekwaarde

Investeringen

Desinvesteringen

Afschrijvingen

Boekwaarde

prijs t/m 2006

ringen en afschrij-

ultimo 2006

2007

of overboekingen

2007

ultimo 2007

____________

____________

____________

__________

__________

__________

286,2 0,1

149,5 8,4

30,0 0,9

1,4 0,0

14,4 0,1

163,7 9,2

0,0 ____________

60,7 ____________

53,5 ____________

20,9 __________

0,0 __________

93,3 __________

286,3

218,6

84,4

22,3

14,5

266,2

vingen t/m 2006

_____ 1.2 1.2.1 1.2.1.1 1.2.1.2 1.2.1.3

________________________ _________ Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Gebouwen 435,7 Terreinen 8,5 Gebouwen in uitvoering en vooruitbetalingen 60,7 _________ Subtotaal gebouwen en terreinen 504,9

1.2.2 1.2.3 1.2.4

Inventaris en apparatuur Niet-primaire activa Overige

48,2 0,0 0,0

38,6 0,0 0,0

9,6 0,0 0,0

10,1 0,0 0,0

0,0 0,0 0,0

4,1 0,0 0,0

15,6 0,0 0,0

____

________________________ _________ TOTAAL

____________

____________

____________

__________

__________

__________

553,1

324,9

228,2

94,5

22,3

18,6

281,8

–––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

____ 1

_____________________________________________________________________________ ACTIVA

____________ Bedrag

___________ Peildatum

____ 1.2.a 1.2.a.1 1.2.a.2

____________________________________________________________________________ OZB- en verzekerde waarde gebouwen en terreinen OZB-waarde gebouwen en terreinen Verzekerde waarde gebouwen

____________

___________

237,8 509,4

1-1-2005 1-4-2006

MATERIËLE VASTE ACTIVA

___________ Aanschaf 2007 ___________

1.2.b

Boeken

–––––

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

4,0

Voor de bepaling van de OZB-waarde gebouwen en terreinen en de verzekerde waarde hanteren wij voor 2007 respectievelijk de waarde per peildatum 1-1-2005 en 1-4-2006, omdat er geen waardegegevens van recentere datum beschikbaar zijn.

51

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

FINANCIELE VASTE ACTIVA ______ 1

___________________________________________________________________________________________________________________ ACTIVA Boekwaarde Investeringen Desinvesteringen Resultaat 2007 Boekwaarde Renteultimo 2006

winstuitkeringen

ultimo 2007

percentage

en aflossingen

______ 1.3 1.3.1

___________________________________ Financiële vaste activa Deelnemingen c.a. I ASP (25%) I WTCW (25%) I UvA Holding B.V. I AMC Medical Research B.V. (49%) I BG4 C.V.

____________

____________

0,0 0,3 18,3 4,9 0,3

2,2 0,0 0,0 0,0 0,0

Stichting Economisch Onderzoek Universitair Sport Centrum I ACTA Holding B.V. (55%)

0,0 0,8 0,3 ____________ 24,9

0,0 0,0 0,0 ____________ 2,2

0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,1 _____________ ___________ 1,4 6,7

0,0 0,8 0,4 __________ _________ 32,4

0,1 0,0 0,0 2,4 2,1 ____________ Subtotaal leningen aan verbonden partijen 4,6

0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 ____________ 0,0

0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 2,1 0,0 _____________ ___________ 2,2 0,0

0,0 3,5 0,0 0,0 2,4 0,0 __________ _________ 2,4

0,0 ____________ 0,0

0,0 ____________ 0,0

0,0 0,0 _____________ ___________ 0,0 0,0

0,0 __________ _________ 0,0

6,8

0,0

I I

52

Subtotaal deelnemingen 1.3.2

1.3.3

Leningen aan verbonden partijen Nereus I Hortus Botanicus I Amsterdamse Academische Club I Leningen aan verbonden partijen I Amsterdam Science Park I

Overige leningen u/g Auditoren

I

Subtotaal overige leningen u/g 1.3.4

Vorderingen op OCW

1.3.5 1.3.5.1 1.3.5.2 1.3.5.3 1.3.5.4

Effecten Obligaties Aandelen Deposito’s Overige

______ ______

_____________ ___________

0,0 0,0 1,4 0,0 0,0

2,1

0,0 0,0 5,4 1,2 0,0

0,0

__________ _________

2,2 0,3 22,3 6,1 0,3

4,7

0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 ____________ ____________ _____________ ___________ __________ _________ Subtotaal effecten 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 ___________________________________ ____________ ____________ _____________ ___________ __________ _________ TOTAAL FINANCIËLE VASTE ACTIVA 36,3 2,2 5,7 6,7 39,5 ___________________________________________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

VLOTTENDE ACTIVA _____ 1 ______ 1.4 1.4.1

_______________________________________________________________________________________ VLOTTENDE ACTIVA 31-12-2007 31-12-2006 _____________________________________________________________ ________ ________ Voorraden Gebruiksgoederen 0,6 0,2

1.4.2 1.4.2.a 1.4.2.b 1.4.2.c

Onderhanden werk i.o.v. derden Totaal projecten Gedeclareerde termijnen Voorziening

25,1 0,0 -2,2

23,0 0,0 -3,1

________ Subtotaal onderhandenwerk i.o.v. derden

______ _____________________________________________ TOTAAL VOORRADEN ______ _____________________________________________

1.5

Vorderingen

1.5.1

Debiteuren

1.5.2 1.5.2.1 1.5.2.2

OCW Kaskortingen Overige

________ ________

________ 22,9

19,9

________ 23,5 ________

________ ________ 20,1 ________ ________

17,3

12,5

0,0 0,0

0,0 0,0

________ Subtotaal OCW

1.5.3

Verbonden partijen Rekening-courant I Debiteuren I Vorderingen I

________ 0,0

1,2 0,0 0,0

0,0

0,1 0,0 0,0

________

________

Subtotaal verbonden partijen

1,2

0,1

1.5.4

Studenten

1,0

0,9

1.5.5

Overige vorderingen

2,5

3,1

1.5.6

Overlopende activa I Nog te ontvangen baten I Vooruitbetaalde lasten I Tussenrekeningen personeel

7,8 4,8 0,4

5,9 7,7 0,0

________ Subtotaal overlopende activa ______ ______

_____________________________________________ TOTAAL VORDERINGEN _____________________________________________

________ ________

________ 13,0

13,6

________ 35,0 ________

________ ________ 30,2 ________ ________

53

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

EFFECTEN EN LIQUIDE MIDDELEN ______ 1 ______ 1.6 1.6.1 1.6.2 1.6.3 ______

54

_______________________________________________________________________________________ ACTIVA Boekwaarde Mutaties Mutaties Boekwaarde 31-12-2006 2007 (plus) 2007 (min) 31-12-2007 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Effecten Obligaties 0,0 0,0 0,0 0,0 Aandelen 0,0 0,0 0,0 0,0 Overige 0,0 0,0 0,0 0,0

______

_________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ TOTAAL EFFECTEN 0,0 0,0 0,0 0,0 _______________________________________________________________________________________

______ 1

___________________________________________________________ ACTIVA

______ 1.7 1.7.1 1.7.2 1.7.3 1.7.4

___________________________________________________________ Liquide middelen Banken Kasmiddelen Saldo Rijkshoofdboekhouding Deposito’s

______

___________________________________________________________ ___________ ___________ TOTAAL LIQUIDE MIDDELEN 19,2 64,7 _______________________________________________________________________________________

______

___________

___________

31-12-2007 ___________

31-12-2006 ___________

17,9 0,1 0,0 1,2

54,6 0,1 0,0 10,0

Alle genoemde deposito’s hadden op 31 december 2007 een resterende looptijd korter dan 1 jaar. Alle banksaldi staan ter vrije beschikking, met uitzondering van circa M€0,1 in verband met verstrekte garantstellingen aan derden.

EIGEN VERMOGEN ______ 2

______ 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3

2.2 ______ ______

_______________________________________________________________________________________ PASSIVA Mutatie Saldo Expl.saldo Overig Saldo 31-12-2006 2007 2007 31-12-2007 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ Eigen vermogen Kapitaal 0,0 0,0 0,0 0,0 Algemene reserve 184,3 21,1 0,5 205,9 Bestemmingsreserve 0,0 0,0 0,0 0,0 _________ ___________ ___________ ___________ Subtotaal eigen vermogen 184,3 21,1 0,5 205,9 Aandeel derden 0,0 0,0 0,0 0,0 _________________________________ _________ ___________ ___________ ___________ TOTAAL EIGEN VERMOGEN 184,3 21,1 0,5 205,9 _______________________________________________________________________________________

De mutatie buiten resultaat is (50% van) het vermogen van het CNA. Deze v.o.f. is thans proportioneel verwerkt in de cijfers van de UvA enkelvoudig, maar was daarin in 2006 nog niet opgenomen.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

VOORZIENINGEN –––– 2

–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

PASSIVA

Saldo ultimo

> 5 jaar

Vrijval

2007

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

1,7 6,8 2,9 0,0 5,8 7,5 0,3 22,0 1,3

0,6 4,2 0,7 1,0 2,2 2,9 0,3 0,7 0,6

0,3 0,7 1,1 0,0 2,3 3,1 0,2 0,2 0,0

0,0 0,0 0,0 0,0 2,5 1,0 0,1 2,3 1,0

2,0 10,3 2,5 1,0 3,2 6,3 0,3 20,2 0,9

1,3 1,1 0,8 0,3 2,1 2,6 0,3 0,4 0,3

0,6 9,2 1,7 0,6 1,1 3,6 0,0 19,7 0,6

0,1 0,0 0,0 0,1 0,0 0,1 0,0 0,1 0,0

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

––––––––––

48,3

13,2

7,9

6,9

46,7

9,2

37,1

0,4

––––––––––––––––––––––––

2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.4.7 2.4.8 2.4.9

Arbeidsvoorwaarden Life-time variant Voorziening seniorenregeling WIA/WGA Reorganisatievoorzieningen Wachtgelden Salaris- en wachtgeldclaims Asbestvoorziening Overige voorzieningen

––––

1-5 jaar

Onttrekking

Voorzieningen

––––––––––––––––––––––––

waarvan < 1 jaar

Dotaties

2.4

TOTAAL VOORZIENINGEN

Saldo ultimo

2006 ––––

––––

Mutaties 2007 ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

55

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

U I T S P L I T S I N G VA N D E ONDERSCHEIDEN POSTEN V A N D E E N K E LV O U D I G E E X P L O I TAT I E R E K E N I N G –––––––

–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

3 ______ 3.1 3.1.1 3.1.2

BATEN _____________________________________________ Rijksbijdragen OCW (Normatieve) rijksbijdrage OCW Overige subsidies OCW

________ 394,2 0,3 ________

Totaal rijksbijdragen OCW 3.2

College- en examengelden

3.3 3.3.1

Baten werk in opdracht van derden Opbrengst werk i.o.v. derden

3.3.1.1

Contractonderwijs

Contractonderzoek - Internationale organisaties - Nationale overheden - NWO - KNAW - Overige non-profitorganisaties - Bedrijven - Overdracht contractsommen (penvoerderschap)

395,0 0,6 ________

40,9 ________

395,6 39,1 ________

40,9

11,0 ________

Subtotaal contractonderwijs 3.3.1.2

2006 ________ ________

394,5

Totaal college- en examengelden

56

2007 ________

39,1

8,9 ________ 11,0

8,8 8,0 21,9 0,6 8,9 6,5 -3,2 ________

Subtotaal contractonderzoek

8,9

14,0 8,6 20,5 0,7 6,4 4,0 -2,6 ________ 51,5

51,6

3.3.1.3

Overige

0,0 ________ 62,5

0,0 ________ 60,5

3.3.2

Mutaties onderhanden werk i.o.v. derden

1,7 ________ 64,2

0,4 ________ 60,9

Totaal baten werk in opdracht van derden 3.4 3.4.1 3.4.2 3.4.3 3.4.4 3.4.5

Overige baten Resultaat deelnemingen Verhuur onroerende zaken Detachering personeel Schenking en sponsoring Overige

______

Totaal overige baten _____________________________________________ TOTAAL BATEN

–––––––

6,7 1,5 2,9 0,5 34,1 ________ ________

3,9 0,9 2,7 0,4 31,8 ________ 45,7 ________

39,7 ________ ________

545,3

535,3

–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Overige baten Van het bedrag aan overige baten op regel 3.4.5 kan de volgende uitsplitsing worden gegeven. _______________________________________________________________________________________________ 2007 2006 __________________________________________________________________________ ________ ________ Bijdragen van derden 7,2 7,9 Verkoop syllabi en fotokopieën 0,8 0,9 Dienstverlening / adviezen aan derden 3,7 5,7 Congressen en entreegelden 0,8 1,5 Kantineopbrengsten 0,0 0,1 Levering van goederen aan derden 0,3 0,4 Opbrengst keuringen en consulten 1,3 1,5 Automatiseringsdiensten 3,5 2,7 Diverse opbrengsten 16,5 11,1 __________________________________________________________________________ ________ ________ Totaal overige baten 34,1 31,8 _______________________________________________________________________________________________

57

JAARREKENING 2007

58

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

______ 4 ______

_______________________________________________________________________________________ LASTEN 2007 2006 _____________________________________________ ________ ________ ________ ________

4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.3.1 4.1.3.2

Personele lasten Lonen en salarissen Sociale lasten Overige personele lasten Dotatie/vrijval voorziening wachtgelden Uitzendkrachten, declaranten e.d.

1,9 37,0

1,4 38,2

4.1.3.3.1 4.1.3.3.2 4.1.3.3.3 4.1.3.3.4 4.1.3.3.5

Dotatie/vrijval voorziening life-time variant Dotatie/vrijval voorziening seniorenregeling Dotatie/vrijval voorziening salaris/wachtgeldcl. Dotatie/vrijval reorganisatievoorzieningen Overige lasten

4,2 0,7 0,2 -0,3 1,7

-0,5 -0,9 0,3 1,5 7,6

________

________

4.1.3.3

Overige (totaal)

6,5

8,0

187,8 36,0

Subtotaal overige personele lasten Subtotaal personele lasten

174,2 32,6

45,4 ________ 269,2

47,6 ________ 254,4

-0,7

-0,1

4.1.4

Uitkeringen AWW

______

_____________________________________________ ________ ________ ________ ________ Totaal personele lasten 268,5 254,3 _______________________________________________________________________________________

______ ______

4.1.a ______

_______________________________________________________________________________________ 2007 2006 _____________________________________________ ________ ________ ________ ________

Aantal fte’s per 31-12: wp obp

2.209 1.717

2.092 1.694

______ _____________________________________________ ________ ________ ________ ________ Totaal 3.926 3.786 ______ _______________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

______ 4 ______

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

_______________________________________________________________________________________ LASTEN [VERVOLG] __________________________________________________ ____________________ ___________

OPGAVE INGEVOLGE DE WET OPENBAARMAKING PUBLIEKE TOPINKOMENS Op de volgende pagina staat de opgave van medewerkers (anders dan bestuurders) van wie het belastbaar loon met de voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn het gemiddelde belastbare loon van de ministers in 2007 (€169.000) te boven is gegaan (Wopt art. 6, eerste lid). Van bestuurders is de opgave begrepen in de opgave van de bestuurdersbezoldiging onder de lasten in de uitsplitsing van de geconsolideerde jaarrekening: _____________________________________________________________________ Functie _____________________________________________________________________ Hoogleraar belastbaar loon pensioenpremie Totaal Hoogleraar belastbaar loon pensioenpremie Totaal Hoogleraar belastbaar loon pensioenpremie Totaal Hoogleraar (tot 1 oktober 2007) belastbaar loon pensioenpremie Totaal

__________ 2007 __________

__________ 2006 __________

€180.100 €47.900 _________ €228.000

€170.600 €50.700 __________ €221.300

€149.300 €59.100 _________ €208.400

€156.800 €55.500 __________ €212.300

€171.000 €42.600 _________ €213.600

€166.600 €42.200 __________ €208.800

€93.800 €273.200 _________ €367.000

€113.700 €26.700 __________ €140.400

Beleidsdirecteur (tot 1 mei 2007) belastbaar loon pensioenpremie

€77.500 €189.400 €83.900 €21.800 _________ __________ Totaal €161.400 €211.200 ________________________________________________________________________________________________

Alle opgaven betreffen een voltijds dienstverband gedurende geheel 2006 en geheel 2007, tenzij anders vermeld. De drie eerstgenoemde genoemde hoogleraren ontvangen een arbeidsmarkttoelage. Voor de vierde hoogleraar is, op basis van een eerdere toezegging, een aanvullend pensioen ingekocht. De genoemde beleidsdirecteur ontving zowel in 2006 als in 2007 als loon een bedrag ter schadeloosstelling in verband met beëindiging van de arbeidsrelatie in 2007, waarvan in 2007 een groot deel is omgezet in een pensioenaanvulling.

59

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

______ 4 ______

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

_______________________________________________________________________________________ LASTEN [VERVOLG] __________________________________________________ ____________________ ___________

Medewerkers van wie een uitkering in het kader van beëindiging van het dienstverband het gemiddelde belastbare loon van de ministers in 2007 te boven is gegaan (Wopt art. 6, tweede lid): ____________________________________________________________ Functie(s) ____________________________________________________________

Manager Administrateur ICT-beheerder ____________________________________________________________

60

___________________ einde dienstverband ___________________

2007 2007 2007 ___________________

___________ totaal ___________

€173.900 €232.500 €190.600 __________

De reden voor deze uitkeringen is schadeloosstelling en afkoop van rechten op een wettelijke, bovenwettelijke en nawettelijke werkloosheidsuitkering, in het kader van reorganisatie.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

JAARREKENING

VA N

AMSTERDAM

______ 4 ______

______________________________________________________________________________________ LASTEN [VERVOLG] 2007 2006 _____________________________________________ ________ ________ ________ ________

4.2 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4

Afschrijvingen Immateriële vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Overige materiële vaste activa Totaal afschrijvingen

4.3 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4

Inkomensoverdrachten Rijksbijdrage academische ziekenhuizen Affiliaties Subsidies en bijdragen Overige Totaal inkomensoverdrachten

0,0 14,5 4,1 0,0

0,0 14,3 10,2 0,0

________ 18,6

________ 24,5

77,8 49,7 17,8 0,0

75,5 44,8 17,6 0,0

________ 145,3

________ 137,9

6,8 12,0 14,9 6,8 2,2

8,5 13,8 13,5 6,8 2,4

4.4 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4 4.4.5 4.4.6.1 4.4.6.2 4.4.6.3 4.4.6.4

Overige instellingslasten Huur Onderhoudskosten Inventaris en apparatuur Energie en water Heffingen Dotatie/vrijval voorziening arbeidsvoorwaarden Dotatie/vrijval voorziening WAO/WIA Dotatie/vrijval voorziening asbest Dotatie/vrijval voorziening overige

4.4.6 4.4.7

Dotatie/vrijval overige voorzieningen Overige

______

________ ________ Totaal overige instellingslasten 93,8 97,3 _____________________________________________ ________ ________ ________ ________ TOTAAL LASTEN 526,2 514,0 ______________________________________________________________________________________

0,6 1,0 -1,6 -0,4

3,1 -0,4 0,6 0,3

________

______

________

-0,4 51,5

3,6 48,7

61

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Overige lasten Van het bedrag aan ‘overige overige’ instellingslasten op regel 4.4.7 kan de volgende uitsplitsing worden gegeven. ________________________________________________________________________________________________ 2007 2006 __________________________________________________________________________ ________ ________

Collectievorming Grondstoffen Diensten / uitbesteed werk / adviezen Reis- en verblijfkosten Documentatie / drukwerk en syllabi Porti en telefoonkosten Representatiekosten Overige beheerskosten

62

4,0 3,2 16,2 10,1 5,1 3,8 4,0 5,1

3,6 2,8 15,0 9,4 4,8 4,1 3,9 5,1

__________________________________________________________________________ ________ ________ Totaal overige lasten 51,5 48,7 ________________________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

JAARREKENING

AANSLUITING

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

GECONSOLIDEERD

E N E N K E LV O U D I G V E R M O G E N AANSLUITING GECONSOLIDEERD EN ENKELVOUDIG VERMOGEN ________________________________________________________________________________________________ 31-12-2007 31-12-2006 ___________________________________________________________________ ____________ ___________ Vermogen enkelvoudig 205,9 184,3 Vermogen gelieerden dat niet op de nettovermogenswaarde wordt gewaardeerd 21,9 20,8 Aandeel derden (aandeel VU in ACTA Holding BV) 0,3 ___________________________________________________________________ ____________ ___________ Groepsvermogen 228,1 205,1 ___________________________________________________________________ ____________ ___________ AANSLUITING GECONSOLIDEERD EN ENKELVOUDIG RESULTAAT ________________________________________________________________________________________________ 2007 2006 ___________________________________________________________________ ____________ ___________ Resultaat enkelvoudig 21,1 23,5 Resultaat gelieerden dat niet op de nettovermogenswaarde wordt gewaardeerd Aandeel derden (aandeel VU in ACTA Holding BV) ___________________________________________________________________ Groepsresultaat ___________________________________________________________________

1,9 0,1 ____________ 23,1 ____________

1,5 ___________ 25,0 ___________

De onderstaande tabel toont de specificatie van het vermogens- en resultaatverschil inzake de gelieerden die niet op netto vermogenswaarde worden gewaardeerd. ________________________________________________________________________________________________ Gelieerde partij Vermogen ultimo 2007 Resultaat 2007 _______________________________________________ _____________________ _____________________ SARA 15,3 1,4 Duitsland Instituut 0,0 0,0 SEO* 1,9 0,2 Exploitatie Gastenverblijven 1,5 0,1 Folia Civitatis 0,2 0,0 SMAA 0,6 0,0 USC/SET * 2,2 0,0 NIA 0,0 0,0 Friends of the University of Amsterdam 0,0 0,0 LeCoin CV 0,2 0,2 _______________________________________________ _____________________ _____________________ Totaal 21,9 1,9 ________________________________________________________________________________________________ * Betreft de nettovermogenswaarde van deze stichting ultimo 2007 minus de in UvA enkelvoudig als financieel vast actief opgenomen storting op stichtingskapitaal

63

JAARREKENING 2007

OVERIGE

GEGEVENS

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

ACCOUNTANTSVERKLARING

Aan: het College van Bestuur en de Raad van Toezicht van de Universiteit van Amsterdam.

ACCOUNTANTSVERKLARING Verklaring betreffende de jaarrekening 2007 Wij hebben de in dit verslag op de bladzijden 19 tot en met 63 opgenomen jaarrekening 2007 van de Universiteit van Amsterdam te Amsterdam bestaande uit de balans per 31 december 2007 en de exploitatierekening over 2007 met de toelichting gecontroleerd.

Verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag Het bestuur van de Universiteit is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag, beide in overeenstemming met de Richtlijn jaarverslaggeving hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, laatstelijk gewijzigd op 18 oktober 2005 (CFI/EFA-2005/130785).

64 Tevens is het bestuur van de Universiteit verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Deze verantwoordelijkheden omvatten onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat en voor de naleving van de relevante wet- en regelgeving, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.

Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 2.9, derde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht waaronder het controleprotocol OCW 2007. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat alsmede het voor de naleving van de betreffende wet- en regelgeving relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de Universiteit. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de Universiteit heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

JAARREKENING 2007

OVERIGE

GEGEVENS

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van de Universiteit van Amsterdam per 31 december 2007 en van het resultaat over 2007 in overeenstemming met de Richtlijn jaarverslaggeving hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, laatstelijk gewijzigd op 18 oktober 2005 (CFI/EFA-2005/130785). Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2007 voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals die in het controleprotocol OCW 2007 zijn vermeld.

Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties Verder melden wij dat het jaarverslag, voorzover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 34, lid 5 van de Richtlijn jaarverslaggeving hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, laatstelijk gewijzigd op 18 oktober 2005 (CFI/EFA-2005/130785). Amstelveen, 14 mei 2008 KPMG ACCOUNTANTS N.V.

G. van Essen RA

65

JAARREKENING 2007

OVERIGE

UNIVERSITEIT

GEGEVENS

GEBEURTENISSEN

VA N

AMSTERDAM

NA

B A L A N S D AT U M Er hebben zich geen bijzondere gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan die nadere toelichting in de jaarrekening 2007 behoeven.

BESTEMMING

E X P L O I TAT I E S A L D O

Ingevolge artikel 2.9, lid 5 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt het resultaat van het verslagjaar verwerkt in de algemene reserve van de instelling. Het positieve geconsolideerde resultaat van het verslagjaar van M€23,1 is ten gunste van het eigen vermogen gebracht, onder opname van een derdenaandeel voor het aandeel van de Vrije Universiteit in het vermogen van ACTA Holding BV.

BESTUURSVERKLARING 66

( VERKLARING C OLLEGE

VAN

B ESTUUR )

Het College van Bestuur bevestigt hierbij (conform artikel 31 lid 1a van de Richtlijn jaarverslaggeving hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek) dat alle bij het College van Bestuur bekende informatie, van belang voor de accountantsverklaring bij de jaarrekening is verstrekt aan de accountant. Tevens verklaart het College van Bestuur niet betrokken te zijn geweest bij onregelmatigheden, zijnde het handelen in strijd met wet- en regelgeving, of andere gedragingen die erop gericht zijn de hoogte van de rijksbijdrage aan de Universiteit op oneigenlijke manier te beïnvloeden.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

GEGEVENS

VA N

AMSTERDAM

OVER DE

RECHTSPERSOON Universiteit van Amsterdam Spui 21 1012 WX Amsterdam BRIN: 21PK Telefoon: 020-525 9111 Fax: 020-525 2136 Internet: www.uva.nl Bevoegdgezagnummer: 22222 Contactpersoon: dr. A.J. Brentjes Telefoon: 020-525 2830 E-mail: [email protected]

67

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

S P E C I F I C AT I E

VA N

AMSTERDAM

OCW

POSTEN

_________________________________________________________________________________________________________________________________________________ t/m 2006

2.6.9

Boekjaar 2007

__________ _________________________________ ________________________________ Toegewezen Ontvangen (in duizenden euro's)

bedrag

t/m 2006

Besteding

Saldo Ontvangen

t/m 2006 31-12-2006

2007

Besteding

Besteding

_________ Saldo

expl. subs. invest. subs. 31-12-2007

__________________________________________________ __________ __________ __________ __________ __________ __________ __________ __________

Restauratorenopleiding Allochtonen Vernieuwing promotietrajecten

1.000,0 170,0 900,0

550,0 56,7 900,0

126,8 0,0 128,6

423,2 56,7 771,4

0,0 56,7 0,0

0,0 0,0 0,0

423,2 0,0 0,0

0,0 113,4 771,4

__________________________________________________ __________ __________ __________ __________ __________ __________ __________ __________

Totaal

2.070,0

1.506,7

255,4

1.251,3

56,7

0,0

423,2

884,8

_________________________________________________________________________________________________________________________________________________

68

De UvA heeft de restauratorenopleiding overgenomen van het Instituut Collecties Nederland. In samenhang daarmee is de vaste voet van de rijksbijdrage met M€0,5 verhoogd en telt de opleiding overigens mee in de diplomabekostiging van de rijksbijdrage. In verband met opstartkosten en de time-lag in de rijksbijdrage heeft de minister voorts een tijdelijke bijdrage van k€500 toegekend, waarvan k€50 in 2006, k€100 in 2007 en k€350 in 2008. Deze bijdragen zijn niet kostendekkend. Het bedrag van k€900 voor de vernieuwing van promotietrajecten is de UvA eind 2005 toegekend op grond van het ingediende plan tot ontwikkeling van graduate schools, waarin research masters en promotieopleidingen verder worden ontwikkeld. Het bedrag is in gelijke delen aan de zeven faculteiten toegekend; het aandeel van de Faculteit der Geneeskunde is aan het AMC overgedragen. De inhoudelijke verantwoording met betrekking tot de opzet van de graduate schools is in het algemene gedeelte van het jaarverslag opgenomen.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

S P E C I F I C AT I E

VA N

AMSTERDAM

NAAR

H O O F D K O S T E N P L A AT S Op deze cijfers heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden. ______________________________________________________________________________________________________________________________________________ Bedrijfsonderdeel _________________________ _________________________

FGW FdR ACTA FNWI FEB FMG ILO IIS

Opbr. werk

Personele

Materiële

Totale

FTE’s

FTE’s

FTE’s

iov derden

lasten

lasten

lasten

WP

OBP

totaal

__________________

__________________

__________________

__________________

________

2007

2006

2007

2006

2007

2006

2007

2006

2007

________

________

________

________

________

________

________

________

________

7,9 5,7 1,7 23,1 7,8 13,5 1,4 0,0

7,1 7,2 0,8 22,0 6,9 12,6 1,1 0,1

42,5 16,7 12,3 56,8 24,4 44,6 3,6 1,4

41,5 17,8 10,9 57,9 21,7 44,8 3,8 1,3

4,9 3,4 6,8 16,0 4,8 8,0 0,6 0,3

3,8 5,0 6,4 15,6 3,0 7,6 0,4 0,2

47,4 20,1 19,1 72,8 29,2 52,6 4,2 1,7

45,3 22,8 17,3 73,5 24,7 52,4 4,2 1,5

479 181 95 621 231 485 42 6

________ ________ 2007

2007

________ ________

146 92 71 316 113 185 12 10

625 273 166 937 344 670 54 16

________

________

________

________

________

________

________

________

________

Subtotaal

61,1

57,8

202,3

199,7

44,8

42,0

247,1

241,7

2.140

945

3.085

Bestuur + staf UB Overige diensten CNA Asser / CEDLA

0,9 0,2 -0,1 2,1

-1,1 0,3 3,9 2,0

12,4 9,9 42,5 1,4

6,8 9,4 38,4 1,4

153,6 5,0 53,6 0,7

136,4 4,3 77,0 0,6

166,0 14,9 96,1 2,1

143,2 13,7 115,4 2,0

12 0 3 33 21

59 176 493 12 32

71 176 496 45 53

________

________

________

________

________

________

________

________

________

64,2

62,9

268,5

255,7

257,7

260,3

526,2

516,0

2.209

_________________________

_________________________

Totaal UvA Gelieerden _________________________

Totaal groep

9,1

6,8

18,1

18,3

16,2

11,1

34,3

29,4

249

________

________

________

________

________

________

________

________

________

73,3

69,7

286,6

274,0

273,9

271,4

560,5

545,4

2.458

________ ________

________ ________

1.717

3.926

271

520

________ ________

1.988

4.446

______________________________________________________________________________________________________________________________________________

69

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

VA N

AMSTERDAM

INVESTERINGSPLANNING 2008 T/M 2018 Op deze cijfers heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden. Investeringsplanning 2008-2018 600

500

miljoenen euro

400

300

200

70 100

0 2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

Investering cumulatief Investering per jaar

De investeringsplanning betreft de planning van investeringen voortvloeiend uit het vigerende huisvestingsplan, zoals bepaald in de herziening van het Huisvestingsplan begin 2008, inclusief investeringen groot onderhoud en functionele aanpassingen. In deze planning is aangenomen dat herinvestering plaatsvindt van de geraamde bedragen na ommekomst van hun afschrijvingstermijn (die op grond van de componentenmethode is bepaald).

JAARREKENING 2007

BIJLAGEN

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

VERANTWOORDING ACADEMISCH ZIEKENHUIS VERANTWOORDING RIJKSBIJDRAGE 2007 VAN HET ACADEMISCH ZIEKENHUIS (AMC) De hoofdtaken van het Universitair Medisch Centrum (AMC) bestaan uit patiëntenzorg, onderwijs, opleiding en onderzoek. Tevens fungeert het AMC als werkplaats ten behoeve van de Faculteit der Geneeskunde teneinde wetenschappelijk geneeskundig onderwijs en onderzoek mogelijk te maken. Voor het vervullen van deze werkplaatsfunctie ontvangt het Universitair Medisch Centrum van het ministerie van OCW een rijksbijdrage op grond van artikel 2.5 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW). De Raad van Bestuur van het AMC is met het College van Bestuur van UvA een plandocument overeengekomen, dat bestuurlijke afspraken bevat over de wederzijdse inspanningsverwachtingen ter waarborging van de strategische doelstellingen van het AMC en de Universiteit. De Raad van Bestuur van het AMC hecht er in dit kader aan om verantwoording af te leggen over de uitvoering van ondersteunende taken ten behoeve van de Faculteit der Geneeskunde. Daarom wordt hieronder een afgeleide bestedingsverantwoording opgenomen over de activiteiten die ten laste van de door het AMC ontvangen rijksbijdrage 2007 zijn gefinancierd. Deze bestedingsverantwoording is afgeleid van zowel de begroting als de werkelijke uitgaven. De rijksbijdrage OCW 2007 bedroeg M€77,8. 1. Normatieve ruimte Medische en Overige inventaris Binnen de opbouw van de rijksbijdrage OCW is een modelmatige ruimte begrepen ter dekking van de afschrijvingskosten van de medische inventaris en apparatuur. de NZa geeft voor deze normatieve ruimte de richtlijnbedragen af. Het ministerie van OCW draagt 25% aan de totale dekking bij. Voor 2007 is dit bepaald op een bijdrage van

3,2

2. PBA/DHAZ De bijdrage van OCW in zijn rijksbijdrage volgens de Planning Bouwvolume Academische Ziekenhuizen, resp. het convenant Decentralisatie Huisvesting Academische Ziekenhuizen ter dekking van de afschrijvingskosten en rente voor 2007 bedraagt

4,4

3. Onderwijsinzet De opleidingskosten per student zijn voor het hele traject €163.000 (bron: Rapport Linschoten). Omdat een student gemiddeld acht jaar over zijn studie doet zijn de jaarlijkse kosten €20.375. De Faculteit der Geneeskunde van het AMC had in 2007 gemiddeld 2.273 studenten. Dit resulteert omgerekend in een kostenniveau van €46,3 miljoen. Verminderd met een hieraan door het AMC toe te rekenen aandeel uit de rijksbijdrage O&O van circa €17,7 miljoen, bedraagt bij benadering het deel dat uit de rijksbijdrage Werkplaatsfunctie (OCW) wordt gefinancierd

28,6

71

JAARREKENING 2007

BIJLAGEN

4. Onderzoeksinzet Betreft globale benaderingen van: A. Inzet per divisie Inwendige Specialismen Chirurgische specialismen en Operatiecentrum en Intensive Care Emma Kinderziekenhuis/AMC Neurozintuigspecialismen Verloskunde & Gynaecologie Psychiatrie Laboratoriumspecialismen Beeldvormende Specialismen & Onderzoek- en behandelcentrum Klinische Methoden & Public Health

UNIVERSITEIT

B. Overige onderzoeksinzet GDIA Research/Octrooi/Kennisontwikkeling

AMSTERDAM

6,1 3,1 2,3 1,8 0,9 0,5 7,4 1,8 2,6 ________

subtotaal inzet op de Onderzoeks Deel Programma’s per divisie

72

VA N

26,5

1,5 0,6 ________

subtotaal overige onderzoeksinzet

2,1

5. Algemene lasten/doelbudgetten Kwaliteitsbewaking Opleidingen CAO-gerelateerde kosten/personele ontspanning/preventie Overige algemene personele lasten + OR-activiteiten Huisvestings- en facilitaire kosten Verzekeringen & belastingen Overige algemene lasten subtotaal algemene lasten/doelbudgetten Totaal rijksbijdrage OCW

1,2 2,5 1,2 3,2 1,4 1,9 1,6 ________ 13,0 ________ 77,8

JAARREKENING 2007

BIJLAGEN

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

KWANTITATIEVE GEGEVENS IN HET KADER VAN DE RIJKSBIJDRAGE 2007 TEN BEHOEVE VAN HET ACADEMISCH ZIEKENHUIS De gemiddelde bezetting aan aio’s en coassistenten per afdeling in 2007 bedroeg in fte’s: _________________________________________________________________________________________ Afdelingen

Arts-assistenten

Co-assistenten

_______________________________________________________

______________

______________

34,3 27,4 2,1 18,4 13,9 14,7 57,2 10,7 30,2 3,1 -

1,8 3,6 0,1 65,7 15,9 0,2 33,3 17,8 0,8 74,9 19,8 48,4 0,2

Anesthesiologie Cardiologie Cardiothoracale chirurgie Chirurgie Dermatologie Gastro-enterologie Gynaecologie/Verloskunde Huisartsengeneeskunde Intensive care volwassenen Inwendige geneeskunde Keel-, neus- en oorheelkunde Kindergeneeskunde Klinische genetica Klinische neurofysiologie

Klinisch fysicus Klinisch chemicus Longziekten Maag-, Darm-, Leverziekten Medische Microbiologie Mondziekten en Kaakchirugie Neonatologie Neurochirurgie Neurologie Nucleaire geneeskunde Oogziekten Orthopedie Pathologie Plastische en reconstructieve chirurgie Psychiatrie (inclusief kinder- en jeugdpsychiatrie) Radiologie Reumatologie Revalidatie Radiotherapie Sociale geneeskunde Spoedeisende hulp Urologie Ziekenhuisapotheker Overig _______________________________________________________ Totaal

8,1 3,0 6,9 9,7 6,5 4,0 3,5 22,4 3,9 11,8 9,8 8,9 5,5 23,0 18,6 1,8 3,3 6,8 3,9 5,0 ______________

0,2 0,2 0,1 32,9 15,2 4,9 0,1 0,1 32,8 0,5 0,9 9,1 1,8 0,2 21,0 ______________

378,4

402,5

_________________________________________________________________________________________

73

JAARREKENING 2007

BIJLAGEN

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

AANTAL BEHAALDE ARTSEXAMENS, DOCTORAALEXAMENS MIK EN AANTAL PROMOTIES 2007 Het aantal behaalde artsexamens bedroeg 228 (2006: 221). Het aantal promoties in de Faculteit der Geneeskunde bedroeg 160 (2006: 130). Het aantal doctoraalexamens Medische Informatiekunde bedroeg 10 (2006: 19).

74

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

B I L AT E R A L E

VA N

AMSTERDAM

UITWISSELING

Op deze gegevens heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden. _____________________________________________________________________________________________________________________________________________ Bilaterale uitwisseling 2006-2007 & 2007-2008 ______________

______________________

_______________________________________

__________________

Land

Plaats

Bilaterale uitwisselingspartner/universiteit

Faculteiten

______________

______________________

_______________________________________

__________________

06/07

06/07

________

________

IN

UIT

________

________

07/08

08/08

________ ________ IN

UIT

________ ________

Argentinië

Buenos Aires

Universidad Torcuato di Tella

BIS

geen

2

2

1

Argentinië

Buenos Aires

Universidad Torcuato di Tella

FEB

geen

2

geen

1

Argentinië

Buenos Aires

Universidad Católica Argentina

BIS

geen

geen

geen

4

Australië

Melbourne

University of Melbourne

BIS

9

5

10

8

Australië

Sydney

University of New South Wales

BIS

9

12

8

11

5

4

6

4

geen

2

geen

1

Australië

Sydney

University of Technology Sydney

FGW

Brazilië

Sao Paulo

Fundacao Getulio Vargas

FEB

Canada

Calgary

University of Calgary

BIS

1

2

6

3

Canada

Hamilton

McMaster University

BIS

2

3

5

1

Canada

Montreal

McGill University

BIS

6

4

3

9

Canada

New Brunswick

Université de Moncton

FNWI

1

1

2

geen

Canada

Calgary

Mount Royal College

FNWI

geen

geen

4

geen

Canada

Sudbury

Laurentian University

FNWI

geen

geen

1

3

Canada

Toronto

University of Toronto

BIS

14

8

4

8

Canada

Toronto

York University

FMG/PSY

geen

geen

geen

geen

Canada

Toronto

York University, Osgoode Hall

FDR

3

3

2

4

Canada

Vancouver

Simon Fraser University

BIS

geen

7

3

6

Canada

Vancouver

Simon Fraser University

FMG/AIM MCI

6

3

2

4

Canada

Waterloo, Ontario

Wilfrid Laurier University

FEB

3

4

1

1

Chili

Santiago

Pontificia Universidad Católica

BIS

1

4

3

4

Chili

Santiago

Pontificia Universidad Católica

FEB

geen

1

geen

geen 7

China

Hongkong

Hong Kong Baptist University

BIS

geen

9

1

China

Hongkong

Hong Kong University

BIS

5

3

5

5

China

Peking

Peking University

BIS

geen

1

2

1

China

Xiamen

Xiamen University

BIS

geen

1

geen

geen

Costa Rica

San José

Universidad de Costa Rica

BIS

2

1

geen

geen

Duitsland

Berlijn

Freie Universität Berlin

BIS

1

geen

1

2

Israël

Jeruzalem

Hebrew University of Jerusalem

BIS

2

2

2

4

Israël

Tel Aviv

Tel Aviv University

BIS

2

1

geen

geen

Japan

Hiroshima

Hiroshima University

BIS

geen

1

geen

1

Japan

Tokio

Keio University

BIS

2

2

2

5

Japan

Tokio

Waseda University

BIS

2

1

1

1

Kenia

Mumias

Medical center

AMC

geen

6

geen

3 5

Malawi

Thyolo

Thyolo District Hospital

AMC

geen

geen

geen

Malawi

Malosa

St Lukes

AMC

geen

4

geen

6

Maleisië

Penang

Universiti Sains Malaysia

FEB

geen

2

geen

geen

Mexico

Mexico City

Universidad Nacional Autónoma de México

BIS

geen

geen

2

2

Mexico

Monterrey

Tecnológico de Monterrey

FEB

geen

geen

geen

geen 3

Mexico

Puebla

Universidad de las Américas Puebla

BIS/FGW

geen

3

1

Nieuw- Zeeland

Dunedin

University of Otago

BIS

4

4

9

5

Peru

Lima

Universidad del Pacífico

FEB

4

geen

2

geen

Rusland

Moskou

Moskow State University

FGW

3

2

2

geen

Rusland

St. Petersburg

St. Petersburg State University

BIS

2

1

3

geen

75

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

VA N

AMSTERDAM

_____________________________________________________________________________________________________________________________________________ Bilaterale uitwisseling 2006-2007 & 2007-2008 [vervolg] ______________

76

______________________

_______________________________________

__________________

05/06

05/06

________

________

IN

UIT

________

________

06/07

06/07

________ ________

Land

Plaats

Bilaterale uitwisselingspartner universiteit

Faculteiten

______________

______________________

_______________________________________

__________________

IN

UIT

Singapore

Singapore

National University of Singapore

BIS

5

5

10

6

Singapore

Singapore

Nayang Technological University

FEB

geen

geen

1

2

Taiwan

Taipei

National Changchi University

FEB

2

geen

2

2

Tanzania

Ndala

Medical center

AMC

geen

6 stop-gezet

geen

Tanzania

Turiani

Medical center

AMC

geen

6

geen

8

Thailand

Bangkok

Chulalongkorn University

FEB

geen

geen

geen

1

VS

Bozeman

Montana State University

BIS

3

1

2

2

VS

Chestnut Hill, Ma

Boston College

BIS

5

5

4

8

VS

Chicago

North Western University

FGW

geen

geen

1

3

VS

Hempstead, NY

Hofstra University

BIS

3

5

3

5

VS

Kansas

Kansas University Medical Center

AMC

1

3

1

0

VS

Lincoln, NE

Nebraska University, Lincoln

BIS

1

geen

2

2

________ ________

VS

New Orleans

Tulane University

FDR

1

geen

1

1

VS

New York

Columbia University

FDR

4

5

3

4

VS

New York

Fordham University

FDR

4

4

2

3

VS

New York

New York University

BIS

4

4

3

4

VS

New York

New York University

FDR

1

2

3

3

VS

New York

New York University

FEB

geen

3

2

geen

VS

New York City

New School University

BIS

11

4

6

4

VS

San Francisco

San Francisco State University

BIS

6

14

5

20

VS

Tucson

University of Arizona

FEB

1

1

1

1

VS

Varia

International Student Exchange Program

BIS

18

16

13

9

Zd-Afrika

Kaapstad

University of Cape Town

BIS/FdR

Zd-Afrika

Potchefstroom

North-West University

FDR

Zd-Afrika

Stellenbosch

University of Stellenbosch

BIS

Zd-Afrika

Stellenbosch

University of Stellenbosch

AMC

Zd-Korea

Seoul

Yonsei University

BIS

______________

______________________

_______________________________________

__________________

Totaal

7

3

1

5

geen

geen

2

geen

1

4

4

3

geen

9

10

8

3

4

3

1

________

________

170

212

________ ________ 180

231

_____________________________________________________________________________________________________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

VA N

AMSTERDAM

ERASMUSPARTNERS

Op deze gegevens heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden. ____________ Land ____________ Austria

__________________________ Plaats __________________________ Graz Innsbruck

Wien Wien Belgium Antwerpen Brussel Bruxelles Gent Leuven Bulgaria Sofia Czech Republic Praha Germany Berlin Berlin Berlin Bielefeld Bonn Braunschweig Bremen Dortmund Düsseldorf Frankfurt Frankfurt Gottingen Greifswald Hannover Hamburg Heidelberg Heilbronn Jena Karlsruhe Köln Leipzig München München Saarbrücken Regensburg Rostock Trier Tübingen Weimar Würzburg Denmark Aarhus Frederiksberg København København ____________ __________________________

_____________________________________________________ Universiteit _____________________________________________________ Karl-Franzens-Universität Graz Private Universität für Gesundheitswissenschaften, Medizinische Informatik und Technik Technische Universität Wien Universität Wien Universiteit Antwerpen Vrije Universiteit Brussel Université Libre de Bruxelles Universiteit Gent Katholieke Universiteit, Leuven Sofiiski Universitet “Sveti Kliment Ohridski” Karlovy (Charles University) Freie Universität Berlin Technische Universität Berlin Humboldt Universität Universität Bielefeld Rheinische Friedrich-Wilhelms Universität Bonn Technische Universität Carolo-Wilhelmina Braunschweig Universität Bremen Universität Dortmund Heinrich Heine Universität Düsseldorf Europa Universität Viadrina, Frankfurt (Oder) Johann Wolfgang Goethe Universität Georg August Universität, Göttingen Ernst-Moritz-Arndt Universität Greifswald Hochshule für Musik und Theater Hannover Universität Hamburg Ruprecht-Karls Universität Heidelberg Fachhochschule Heilbronn Friedrich-Schiller Universität Jena Hochschule Karlsruhe - Technik und Wirtschaft Universität Köln Universität Leipzig Ludwig-Maximilian Universität Technische Universität Saarlandes Universität Universität Regensburg Universität Rostock Universität Trier Eberhard Karls Universität Tübingen Bauhaus-Universität Weimar Bayerische Julius Maximilians Universität Würzburg Aarhus Universitet Den Kgl. Veterinaer-og Landbohojskole Københavns Universitet Copenhagen Business School _____________________________________________________

77

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

____________ Land ____________ Spain

78

Finland

France

____________

__________________________ Plaats __________________________ Alcalá de Henares Alicante Barcelona Barcelona Barcelona Barcelona Bilbao Bilbao Cádiz Girona Granada Madrid Madrid Murcia Oviedo Pamplona Salamanca Salamanca Santiago de Compostela Sevilla Tarragona Valencia Jyväskylä Helsinki Turku Turku Amiens Bordeaux Grenoble Grenoble Grenoble Lyon Lyon Marseille Montpellier Nice Orléans Paris Paris Paris Paris Paris Paris Paris Paris Paris __________________________

VA N

AMSTERDAM

_____________________________________________________ Universiteit _____________________________________________________ Universidad Alcala Henares Universidad de Alicante Universidad de Barcelona Universidad Autónoma de Barcelona Universitat Pompeu Fabra Politécnica de Cataluna Barcelona Universidad País Vasco Universidad Deusto Universidad de Cádiz Universidad de Girona Universidad de Granada Universidad Complutense Madrid Universidad Autónoma de Madrid Universidad Politecnica de Cartagena Universidad de Oviedo Universidad Navarra Universidad Pontificia de Salamanca Universidad de Salamanca Universidad de Santiago de Compostela Universidad Pablo de Olavide Universitat Rovira i Virgili Universidad de Valencia Jyväskylän Yliopisto Helsingin Yliopisto Turun Yliopisto Turku School of Economics and Business Administration Université Picardie Université Victor Segalen Bordeaux 2 Université Joseph Fourrier Université Mendes France L’Institut d’Études Politiques de Grenoble École normale supérieure de Lyon Université Lumière (Lyon II) Provence (Marseille 1) Université Montpellier II Université Sophia Antipolis Université d’Orléans Université de Panthéon Sorbonne (Paris I) Université de Sorbonne Nouvelle (Paris III) Université Paris-Sorbonne (Paris IV) Université Pierre et Marie Curie (Paris VI) Université Paris 7 - Denis Diderot Université St. Denis (Paris 8) Université 10 (Nanterre) Université 13 (Paris-Nord) Institut d’Études Politiques (Science Po) _____________________________________________________

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

____________ Land ____________

Greece

Hungary

Ireland

Iceland Italy

____________

__________________________ Plaats __________________________ Reims Rouen Strasbourg Toulon Toulouse Versailles Athinai Athinai Ioannina Heraklion Rethymno Patras Thessaloniki Budapest Budapest Pécs Dublin Dublin Maynooth Reykjavik Bologna Bolzano Cagliari Calabria Firenze Foggia L’ Aquila Milano Milano Milano Milano Modena Napoli Napoli Padua Parma Pavia Perugia Pisa Roma Roma Roma Siena Trento Venezia Vercelli-Torino __________________________

VA N

AMSTERDAM

_____________________________________________________ Universiteit _____________________________________________________ Reims Management School Université de Rouen l’Université Marc Bloch (Strasbourg II) Université du Sud, Toulon-Var ESC Toulouse Business School Université de Versailles Saint Quentin en Yvelines Panepistimio Athinon IPA: Business & Economics Panepistimio Ioannina Panepistimio Heraklion Panepistimio Rethymno Panepistimio Patras Aristoteleio Panepistimio Thessalonikis Eötvös Loránd University Corvinus University of Budapest University of Pécs (Pécs Tudományegyetem) University College, Dublin Dublin City University National University of Ireland, Maynooth University of Iceland Università ib. - SLLMIT Libera Università di Bolzano Università degli Studi di Cagliari Università della Calabria Università degli Studi di Firenze Università degli Studi di Foggia Università degli Studi dell’ Aquila Università degli Studi di Milano Politecnico di Milano Università Cattolica del Sacre Cuore di Milano Università Commerciale Luigi Bocconi Università degli Studi di Modena e Reggion Università degli Studi di Napoli “l’ Orientale” Università degli Studi di Napoli Federico II Università degli Studi di Padova Università degli Studi di Parma Università degli Studi di Pavia Università degli Studi di Perugia Università di Pisa Università degli Studi di Roma ‘’La Sapienza’‘ Libera Università Internazionale degli Studi Sociali Guido Carli, Roma Università degli Studi Roma Tre Università degli Studi di Siena Università degli Studi di Trento Ca’ Foscari Universita degli Studi del Piemonte Orientale _____________________________________________________

79

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

____________ Land ____________ Lutuania

VA N

AMSTERDAM

__________________________ Plaats __________________________ Kaunas Vilnius Valletta Bergen Oslo Sandvika Tromsø Białystok Krakow Toru´n Warszawa Warszawa Warszawa Warszawa Wroclaw Braga Coimbra Lisboa Lisboa Lisboa Lisboa Lisboa Bucures¸ti Bucures¸ti Bucures¸ti Cluj-Napoca Timisoara Göteborg Jönköping Lund Örebro Stockholm Stockholm Stockholm Stockholm Uppsala Ljubljana Presov Ankara Hacettepe Istanbul Izmir

_____________________________________________________ Universiteit _____________________________________________________ Kauno Technologijos Universitetas Vilnius University Valletta University Universitetet i Bergen Universitetet i Oslo BI Norwegian School of Management Universitetet i Tromsø Uniwersytet Białystok Uniwersytet Jagiellonski Nicolas Copernicus Szkola Glowna Handlowa Uniwersytet Kardynala Stefana Wyszynskiego Uniwersytet Warszawski Collegium Civitas Uniwersytet Wroclawski Universidade do Minho Universidade de Coimbra Universidade Autonoma Lisboa Universidade de Lisboa Universidade Nova de Lisboa Universidade Técnica de Lisboa ISCTE Lisboa Academia de studii Economice din Bucures¸ti Universitatea din Bucures¸ti Universitatea Politehnica din Bucures¸ti Universitatea Babes-Bolyai Universitatea de Vest din Timisoara Göteborg University Jönköping University Lunds Universitet Örebro Universitet Stockholms Universitet Karolinska Institutet Kungliga Tekniska Högskolan Royal Institue of Technology Uppsala Universitet Univerza v Ljulbljani Presovska Univerzita V Presove Bilkent University Hacettepe University Bogazici University Izmir Yuksek Teknoloji Enstitu

United Kingdom Aberdeen Belfast Brighton Cambridge ____________ __________________________

University of Aberdeen Queen’s University of Belfast University of Sussex University of Cambridge _____________________________________________________

Malta Norway

Poland

80 Portugal

Romania

Sweden

Slovenia Slovakia Turkey

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

____________ Land ____________

Switzerland

____________

__________________________ Plaats __________________________ Canterbury Cardiff Pittville Colchester Warwick Durham Edinburgh Exeter Glasgow Hull Leicester Liverpool London London London London London London Manchester Manchester Manchester Nottingham Bournemouth Portsmouth Sheffield Sidcup, Kent Southampton Coleraine Basel Fribourg Geneve Lausanne Lugano Zürich Zürich __________________________

VA N

AMSTERDAM

_____________________________________________________ Universiteit _____________________________________________________ Universtiy of Kent Cardiff University Cheltenham and Gloucester College of Higher Education University of Essex University of Warwick University of Durham University of Edinburgh University of Exeter University of Glasgow University of Hull University of Leicester Liverpool Hope University Institut of Education (University of London) UCL-Bartlett University College London Metropolitan University London School of Economics Middlesex University Manchester University Victoria University of Manchester Manchester Metroplitan University University of Nottingham University of Bournemouth University of Portsmouth University of Sheffield Rose Bruford College University of Southampton University of Ulster Universität Basel Misericorde Université de Geneve Université Lausanne Università della Svizzera Italiana Universität Zürich Eidgenössische Technische Hochschule _____________________________________________________

81

JAARREKENING 2007

BIJLAGEN

UNIVERSITEIT

VA N

AMSTERDAM

AANTAL UITWISSELINGSSTUDENTEN

_______________________________________________________________________________________________ Faculteit 2006-2007 Inkomend Uitgaand ___________________ _______________________________________________ ___________ ___________ FEB 95 31 FMG 74 58 FdG 15 2 FdR 46 15 FNWI 39 14 FGW 104 127 ___________________ _______________________________________________ ___________ ___________ Totaal 373 247 _______________________________________________________________________________________________ N.B. Tandheelkunde regelt Socratesuitwisseling via de VU Aantal Socratespartners (2006-2007) (incl. Zwitserland): 220

82

Op deze gegevens heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden.

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

F A C U LT E I T E N

VA N

AMSTERDAM

EN INSTITUTEN

FACULTEITEN FGW FdR ACTA FdG FNWI FEB FMG

Faculteit der Geesteswetenschappen Faculteit der Rechtsgeleerdheid Academisch Centrum voor Tandheelkunde Amsterdam Faculteit der Geneeskunde Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Faculteit Economie en Bedrijfskunde Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen

INSTITUTEN ILO IIS

Instituut voor de Lerarenopleiding Instituut voor Interdisciplinaire Studies

83

JAARREKENING 2007

UNIVERSITEIT

BIJLAGEN

ALGEMENE

VA N

AMSTERDAM

GEGEVENS

UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM De Universiteit van Amsterdam behoort met ruim 27.000 studenten, ruim 70 bachelor- en 180 masteropleidingen en meer dan 6.000 medewerkers tot de grotere algemene universiteiten in Europa. De UvA heeft zeven faculteiten waarin onderwijs en onderzoek plaatsvindt in de geesteswetenschappen, medische wetenschappen, maatschappij en gedragswetenschappen, natuurwetenschappen, tandheelkunde, rechten en economie. De UvA heeft sterke geografische, historische en culturele banden met de stad Amsterdam. Haar geschiedenis gaat terug tot 1632 toen het stadsbestuur haar voorloper, het Athenaeum Illustre, oprichtte.

COLLEGE VAN BESTUUR PER 31 DECEMBER 2007 Dr. K. van der Toorn, voorzitter Prof. dr. D.C. van den Boom, rector magnificus Drs. P.W. Doop, vicevoorzitter

84

INFORMATIE Meer informatie over de Universiteit van Amsterdam vindt u op internet: www.uva.nl

COLOFON Dit is een publicatie van de Universiteit van Amsterdam Juni 2008 Ontwerp Crasborn Grafisch Ontwerpers bno, Valkenburg aan de Geul

F I N A N C I E E L J A A R V E R S L A G

Recommend Documents