ONTWERP
Op de Noordoever van het IJ tegenover het Centraal Station in Amsterdam heeft het Filmmuseum of beter het EYE filminstituut Nederland een nieuw futuristisch onderkomen gekregen. EYE maakt deel uit van de nieuwe wijk Overhoeks. Een wijk die is genoemd naar de toren Overhoeks op het voormalige Shell terrein. Het gebouw doet haar naam eer aan, is een eyecatcher van de eerste orde door de stilistische vorm en de locatie, maar ook door de bijzondere dak- en gevelconstructie. EYE is op 4 april door koningin Beatrix geopend.
Van een stalen naar een houten dakconstructie
Tekst: Albert F. van den Hout Beeld: Bram Kranenburg, Gerard Saarberg en Your Captain Luchtfotografie
E
YE is ontworpen door Delugan Meissl Associated Architects uit Wenen. Op de Overhoekse locatie is het een landmark geworden met haar ‘zilverwitte’ gebouwschil. De daken en gevels van het filmmuseum lopen in elkaar over. Als alles wat een hoek van 75 graden of minder heeft als dak wordt aangemerkt, is er 3.500 m2 dak en 4.500 m2 gevel te onderscheiden. De glazen onderbouw is dan niet meegerekend. In EYE zijn vier grote filmzalen ondergebracht, evenals een tentoonstellingsruimte, een permanente interactieve opstelling, een filmlab, een winkel en een café-restaurant. Aannemer De Nijs uit Warmenhuizen verwierf in 2009 de opdracht.
6
DR107-006_013.indd 6
13-04-2012 12:32:36
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 Ho uten d oosconstru c t i e
“Mag het ook in hout?”
De witte schelp.
Volgens de door De Nijs ingeschakelde bouwfysisch adviseur Ir Luc Schaap van bureau LBP|SIGHT is het een project dat bij De Nijs past: “De Nijs is een aannemer voor ingewikkelde bouwwerken. Ze hebben ook een eigen timmerfabriek. Het gebouw is oorspronkelijk ontworpen met een stalen dak-en gevelconstructie. Een van de eerste vragen van De Nijs aan mij was: kunnen we het niet in hout maken?” Dat is het uiteindelijk geworden. Op een staalconstructie zijn prefab houten dak- en gevelelementen gemonteerd. De elementen zijn in een hal geprefabriceerd. De waterdichte laag en de dakbekleding zijn gemaakt door Dakdekkersbedrijf Admiraal uit Nibbixwoud. Leverancier Icopal stond partijen bij met advies voor proces en product. 7
DR107-006_013.indd 7
13-04-2012 12:32:41
ONTWERP
Plaatsen van de dampremmende laag.
De dakconstructie Schaap was in eerste instantie helemaal niet blij met de voorgestelde wijziging naar prefab geïsoleerde dakdozen. Als geen ander kent hij de risico’s van condensatie en vochtinsluiting: “Het begint al met de dampremmende laag. In de dakelementen is een dampremmende laag goed luchtdicht aan te brengen, maar bij de aansluitnaden onderling is dat heel wat anders. Het gaat hier wel over 3.800 dakelementen die allemaal anders van vorm en afmetingen zijn. Dat is het eerste probleem, hoe maken we een dampremmende luchtdichte onderconstructie? De dakelementen, die 250 mm dik zijn, een onderen bovenhuid hebben van 18 mm watervast verlijmd spaanderplaat en gevuld zijn met minerale wol, mogen onder geen enkele omstandigheid nat worden, omdat dan het ingesloten vocht niet meer weg kan vanwege de dampremmende laag en de tweelaagse bitumen dakbedekking.”
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 Ho uten d oosconstru c t i e
Aanbrengen synthetische primer voor de zelfklevende laag.
EYE nieuwsbrief 24 maart 2012
In de EYE nieuwsbrief schrijft Chris Keulemans, oud directeur van de Balie: “Van buiten is het gebouw spectaculair en bijna intimi derend. Maar van binnen is het warm, alles ademt er film. In EYE komen dankzij architectuur, inrichting en programmering twee cruciale zaken samen: de concentratie van het kijken en de open atmosfeer van een dag aan het water.” Keulemans is blij met de komst van EYE: “Noord heeft al jaren geen eigen bioscoop meer. Dus het werd tijd en dan meteen zo’n paleis.”
De dampremmende laag hebben we van bovenaf bij alle aansluitnaden kunnen afdichten door een slimme detaillering. Door de onderbeplating van de dakelementen rondom 50 mm te laten doorlopen, maar wel tot aan de rand te voorzien van een zelfklevende aluminium dampremmende laag, is het mogelijk om de aansluitnaad na plaatsing van de dakelementen met een zelfklevende dampdichte aluminium tape af te sluiten (zie tekening). De ruimte tussen de elementen wordt daarna met MWR-isolatie gevuld en afgedekt met stroken spaanderplaat.”
Zekerheden Het dak en de gevels zijn desondanks gemaakt met geïsoleerde houten dak- en gevelelementen. Luc Schaap is er niet voor weggelopen: “We hebben de risico’s vooraf met alle medewerkers besproken en de ingebouwde zekerheden toegelicht.
Een kant en klare dak- of geveldoos.
Gerard Admiraal van het gelijknamige dakdekkers bedrijf: “De andere zekerheid betrof het drooghouden van de dakelementen. Deze zijn na de productie in dezelfde loods voorzien van een waterdichte laag.
Prefab verholen goot.
9
DR107-006_013.indd 9
13-04-2012 12:32:49
ONTWERP
DA KENRA A D N U M M E R 107, A P R I L 2 012 Ho u ten d oosconstru c t i e
Waterdicht.
Voor de dakelementen was dit een eerste laag van Eshabase SA, die gekleefd is op een actieve synthetische primerlaag van KSK-lijm. Voor de gevelelementen die met één laag worden afgedicht was dit een laag Icopal Universal SK op dezelfde primer. De elementen zijn per sectie ingeseald en alleen bij droog weer verwerkt. Doordat we in lijn werkten en de logistiek klopte met genummerde elementen die in logische volgorde in de verpakking zaten waren we in staat om de naden tussen de daken gevelelementen direct waterdicht af te werken.”
Schaap: “Met staal en een verder in het werk op te bouwen dakpakket (dampremmende laag, isolatie en dakbedekking) was het door de bijzondere dakvorm uitvoeringstechnisch een zeer complex, zeg maar bijna onuitvoerbaar proces geworden. Nu is het door het prefabriceren in het algemeen goed verlopen. We hadden gepland om de schil met overwegend mooi weer te kunnen maken, in de zomer dus, dat is helaas niet gelukt omdat de werkzaamheden vertraging opliepen. Om dit te compenseren is er extra kwaliteitsbewaking op het werk gezet, gericht op het bewaken van een ‘droge’ uitvoering. Soms ging het toch mis, maar dat is allemaal onderkend, waarna het betreffende dakelement later weer is geopend, de minerale wol eruit gehaald en gedroogd of vervangen.”
De tweede huid Op de eerste laag van de dakvlakken is een APPtoplaag (Eshagum 470) gebrand. De daken en gevels waren daarmee waterdicht. Op deze waterdichte laag komt een tweede schil van dunne composiet panelen van aluminium met een kunststof kern (Apollic panelen).
Zekerheid 1: Het ‘sluiten’ van de dampremmende laag.
Zekerheid 2: De dakelementen komen ingeseald aan.
Afdichten van de aansluiting.
10
DR107-006_013.indd 10
13-04-2012 12:32:56
ONTWERP
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 Ho uten d oosconstru c t i e
11
DR107-006_013.indd 11
13-04-2012 12:32:58
ONTWERP
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 Ho uten d oosconstru c t i e
Projectgegevens EYE filminstituut Nederland Opdrachtgever Architect Aannemer Constructeur Dakaannemer Leverancier Dakbedekking
Constructie met voetplaten.
Deze panelen zijn zodanig gemonteerd op een aluminium regelwerk dat de afvoer van regenwater voor een belangrijk deel over de waterdichte bitumen dakbedekking plaats vindt. Schaap: “Dat regelwerk is gemonteerd op U-vormige aluminium steunen met een voetplaat van 100 mm x 100 mm. Die voetplaten zijn in een raster van 3 meter geplaatst op de dakbedekking en met vier schroeven bevestigd in de dakelementen.” Bram Kranenburg, van Icopal: “De voetplaat is ‘geweld’ in een lijvige door ons ontwikkelde MS-kit en de schroeven met een grove spoed zijn voorzien van een neopreen volgring ter afdichting. Deze bevestiging hebben we vooraf uitvoerig getest, op duurzame waterdichtheid en thermische veroudering.” Admiraal: “Bij de montage hebben we gelet op rechtstandig schroeven met de juiste afslag en goed aansluitende neopreen ringen.”
De laatste loodjes.
DR107-006_013.indd 13
: EYE filminstituut Nederland : Delugan Meissl Associated Architects, Wenen : Bouwbedrijf M.J. De Nijs BV, Warmenhuizen : LBP SIGHT, Nieuwegein : Dakdekkersbedrijf Admiraal BV, Nibbixwoud : Icopal Nederland BV.
Bekleding met de aluminium composiet panelen.
Valbeveiliging Tijdens de werkzaamheden op dak en gevel waren de dakbedekkers en monteurs met lifelines beveiligd tegen vallen van hoogte. In de toekomst zijn ze dat ook bij onderhoud aan het dak, omdat in het dak een valbeveiligingssysteem is opgenomen (kabelsysteem van Latchways).
Niemand mag verzaken Op de vraag: Zou je deze constructie een volgende keer weer maken?, reageert Luc Schaap met: “Het gaat altijd anders, een constructie als deze kan alleen maar goed gaan als niemand verzaakt. De oplossing heeft weinig toleranties, dus alles moet 100% zijn. Gebaseerd op de ervaring met dit project ga ik er niet voor opzij.”
13
13-04-2012 12:33:04
k wa li t e i t e n t e chnie k
”Timmer je overdrachtsmoment goed dicht”
DA KENRA A D N U M M E R 107, A P R I L 2 012 ze v e n v r ag e n a a n:
Thod Binder (45) is hovenier van huis uit. Hij is de derde generatie van een familiebedrijf, dat zich al 77 jaar met planten en groen bezighoudt. Aanvankelijk ontwerp en onderhoud van tuinen, later een kwekerij met een tuincentrum en een bloemenwinkel. Na de oorlog werkten er een lange periode meer dan 100 tuinlieden bij het bedrijf. Zijn vader stabiliseerde het bedrijf en zorgde voor een breed spectrum aan klanten zowel vanuit de industrie, particulieren en woningcorporaties. Thod Binder nam in 1999 het bedrijf over en ontdekte het dak. Zijn bedrijf: Binder Groenprojecten uit Poortugaal scoorde vorig jaar met het project ‘Natuurpark & omgeving BP Raffinaderij Rotterdam’, waarvoor het de landelijke Heem-Natuurprijs 2011 ontving. In oktober ontving Binder de tweede prijs bij De Groene Stad Award voor het project ‘De Duinen’ in Monster.
Tekst: Albert F. van den Hout Beeld: Petra van den Berg 14
DR107-014_017.indd 14
13-04-2012 12:38:26
De heemtuin van uw BP-gebouw staat niet op zichzelf. We constateren een nieuwe trend van prairieplanten tot zelfs kunstgras, wat is er aan de hand? “Een tuindak vergt - net als alle andere reguliere tuinen - onderhoud: wieden, snoeien, maaien, afruimen, bemesten en bijplanten. Het wordt niet voor niets intensieve beplanting genoemd. Dat onderhoud kan flink in de papieren lopen. Bij een advies en ontwerp voor een begroeid dak behoort een serieuze prognose van de jaarlijkse onderhoudskosten. Er zijn tuinen geruimd omdat de onderhoudskosten de opdrachtgever te veel werden. Als je een overzicht geeft van de onderhoudskosten van de verschillende beplantingsmogelijkheden, kom je qua kostenbeheersing al snel uit bij tuinen met bijvoorbeeld een heembeplanting of met prairieplanten. Bij deze laatste volstaat vaak eenmaal per jaar het maaien en afruimen van de dorre stengels. Er zijn ook grote verschillen in grassoorten, er zijn grassen die niet meer dan 1 keer per jaar hoeven te worden gemaaid, maar er is ook gras dat 26 keer per jaar moet worden gemaaid. Je moet dat vooraf wel vertellen.”
7
N
“Dat komt omdat men meer en meer bewust wordt van de consequenties van het bezit van een tuindak”
GE
k wa li t e i t e n t e chnie k
V RA
valbeveiliging en verlichting. Daarnaast is de bouwwereld een heel andere wereld dan de onze.
“Zet het dak onder water, dan blijven ze wel weg.” Het is inspirerend om met bouw- en landschapsarchitecten aan de slag te kunnen. Naast deze uitdaging moet je wel bij de les blijven. Bij de eerste contacten weet je inmiddels welke kant het uitgaat. Dat betekent voor ons... dat dak willen we graag maken of soms... daar beginnen we niet eens aan.”
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 z e v e n v r ag e n a a n:
Cruciaal is altijd de beschikbare opstandhoogte, die meestal te laag is, waardoor je met veel kunstgrepen moet voorkomen dat er water in het gebouw loopt als gevolg van overloop of heveling. Als je er later in het bouwproces bij komt, gaat het vaak mis met de logistiek van de aannemer en dakbedekker en de tuinaanleg, waardoor de waterdichte laag het zwaar te verduren krijgt. Juist over deze laag mag geen enkele twijfel bestaan.”
“Dat is een waterdichte laag, die een zodanige samenstelling heeft dat bij een onverhoopte beschadiging het zoeken naar het lek niet leidt tot verwoesting van ons werk“ Hoe ziet uw ideale dakbedekking eruit? “Dat is in dit blad wellicht een open deur, maar we gaan voor een kwaliteits waterdichte en wortelvaste laag, die altijd volledig is gekleefd op de betonnen onderconstructie en waarbij een eventuele afschotlaag bestaat uit Spramex-beton en niet uit zand en cement of een andere afschotmortel. Dat is het uitgangspunt. Vervolgens is er het moment van overdracht. Als wij aan de beurt zijn, mag er niet meer door derden op het dak worden gewerkt totdat wij klaar zijn.
“als het er op aan komt willen we vanaf het begin aan tafel zitten” Wat zijn uw grenzen?
“we zijn blij met het dak als de nieuwe ruimte voor stadsgroen” Slechts 20 jaar geleden moesten we voor SBR’s Daken in ’t groen uitwijken naar Duitsland, om begroeide daken te kunnen zien. Nu hebben we zelfs een vereniging voor dak- en gevelgroen. Wat is er gebeurd? “We hebben ondanks de recessie de tijd mee. Met een groen dak kunnen we aantoonbaar wat doen aan de milieuproblemen van onze tijd: waterbuffering, fijn stof afvangen, temperatuurreductie en andere duurzaamheidsaspecten. Het is voor mij een extra dimensie naast de beplanting ook een dergelijk dak op te kunnen bouwen met drainageen filterlagen, met beregening,
“We willen als groenspecialist serieus worden genomen en mee kunnen praten in een bouwteam. Een bouwer weet hoe hij iets construeert, wij weten hoe iets groeit op, aan en om het gebouw. Het voordeel daarvan is dat er veel potentiële faalkosten kunnen worden getackeld. We willen weten wat de wensen zijn van de architect en de opdrachtgever. Moet het water snel van het dak af of moet het worden teruggehouden of gebufferd? Iets anders is: Wat zijn de installatievoorzieningen en is er sprake van dakbeveiliging? 15
DR107-014_017.indd 15
13-04-2012 12:38:29
k wa li t e i t e n t e chnie k
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 z e v e n v r ag e n a a n:
Meer over dit onderwerp in Dakenraad: • “Een niet wortelvaste dakbedekking voor een tuindak is een onverantwoorde besparing” (interview met Aart Veerman), nr. 50, oktober 2003. • “Als je vooraf zegt hoe een tuindak echt moet, loop je al snel de opdracht mis” (interview met Henk Vlijm), nr. 57, december 2003. • “Werk met partijen die kennis hebben van elkaars werk” (interview met Olivier Copijn), nr. 71, april 2006. • ‘Duintalud als gebouwbescherming’, nr. 103, september 2011. • “Tuindaken staan muurvast op de politieke agenda” (interview met Peter Koop), nr. 104, oktober 2011. • Serie beplanting op daken van Annemieke Langendoen met 58 afleveringen tot op heden. met een fatsoenlijke prijs- en kwaliteitsverhouding. Voor een plantenwens zijn er heel veel mogelijkheden te bedenken waarmee er een mooie balans te maken valt. Dan lukt het je als dakhovenier - net als bij het andere tuinwerk klanten aan je te binden en zelfs om weer in aanmerking te komen voor herhalingswerk.” Een praktisch hulpmiddel is het dak tien dagen onder water zetten. Dat heeft twee kanten, je weet binnen de kortste keren of er een ‘lek’ in het dak zit en als er water op het dak blijft staan, lopen en werken ze niet op de dakbedekking. Hiervoor geldt als je ook maar enigszins twijfelt: hou je poot stijf, geen concessies aan de waterdichte laag.”
“innovatieve oplossingen kunnen tot hele grote besparingen leiden”
“De grondregel is, bouw het dak met verstand op, werk vanaf je eigen werk en sleep geen spullen over de dakbedekking”
We spraken al over onderhoud, maar nu noemt u het nog een keer. Wat is het belang daarvan?
Er zijn diverse voorbeelden dat de dakbedekker een goed dak heeft gemaakt, maar dat de grondwerkers van de hovenier geen ‘gevoel’ hebben met het dak. Hoe voorkomt u dat?
“We kennen schrijnende voorbeelden van grasdaken, die na een paar jaar zijn gesloopt omdat de opdrachtgever niet wist dat het gras wekelijks moest worden gemaaid en dat de kosten hiervoor zo hoog waren. Ik zie het nu ook gebeuren met gevels. Een niet grondgebonden gevelbegroeiing is mooi, kostbaar in aanleg, maar ook in onderhoud.
“Onze mensen zijn zowel intern als extern opgeleid bij leverancier Optigroen. De project- en bedrijfsleiders hebben de Dakcursus Platte Daken gevolgd. Ze weten dus waar de gevaren zitten. We hebben een gouden regel: als je een beschadiging veroorzaakt, ook bij de geringste twijfel, controleer het en overtuig je ervan dat het dak waterdicht is en blijft. Ik sprak eerder over de verschillen tussen bouw- en tuinmensen.
Onze medewerkers zijn zo doordrongen van dit belang. Die laten zich niet (meer) opzij zetten. Zonder kennis van zaken kun je geen tuindaken maken, dat geldt zowel voor het ontwerp, de aanleg en het beheer of onderhoud.”
“Zonder kennis van zaken kun je geen tuindaken maken.” Dat moet je als gebouweigenaar vooraf wel weten. Als je daar duidelijk in bent, kun je de opdrachtgever van dienst zijn
“Die zijn er nog volop, we hebben de inheemse flora al genoemd, wat te denken van dakfauna en stadslandbouw?” Welke uitdagingen zijn er nog? “Onze ecologische hoofdstructuur, waarover veel wordt gesproken, is ook met daken op gebouwen te maken. Bij onze heemtuin op het BP-gebouw worden binnenkort bijenkorven geplaatst. De (BP) honing onderstreept de filosofie van het gebouw en het bedrijf. Stadslandbouw is in ontwikkeling. Over de eerste werken is al gepubliceerd. We hebben opdracht voor ons eerste daklandbouwproject op het Schieblock in Rotterdam, als onderdeel van de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam 2012. Dit project wordt half april opgeleverd, ik stel voor ons gesprek op dat dak voort te zetten.” Waarvan acte.
De redactie van Dakenraad stelt zeven vragen aan mensen die een raakvlak hebben met de dakenbranche. in deze aflevering is dat de heer th. Binder. 17
DR107-014_017.indd 17
13-04-2012 12:38:34
MILIEU
DA KENRA A D N U M M E R 107, A P R I L 2 012 S E RIE BE PL A NT I NG OP DA K E N ( 5 8 )
Griekse vreugde Wilde marjolein kleurt in de zomer de Griekse bergen lila. De plant groeit daar al eeuwen. Het verhaal gaat dat Aphrodite, de godin van het geluk, de plant hier heeft gebracht om ons mensen te laten genieten van de geneeskracht, de spijssensatie en de geur van dit bijzondere kruid.
Origanum vulgare
Geurende kruiden op het dak
V
eel planten die in de bergen groeien zijn uitermate geschikt om als extensieve beplanting op het dak te gebruiken. Denk aan vetkruidsoorten en bijvoorbeeld steenanjers of zelfs gentiaan. Het zijn over het algemeen planten die met weinig vocht toe kunnen, wind bestendig zijn en hitte en kou kunnen verdragen. Wilde marjolein, met de botanische naam Origanum vulgare, is ook zo’n ideale dakplant: breed toepasbaar, zowel op kleine als grote daktuinen en zelfs op het balkon als plukkruid voor keukentoepassingen. Met een gering substraatpakket (vanaf 80 mm) krijgt wilde marjolein voldoende kansen om een goed functionerend wortelstelsel te vormen en zich hiermee te handhaven. Dan heb je nog geen rijke kruidenoogst op het dak, maar wel bloei, geur en gezonde compacte planten. Vanaf een substraathoogte van 120 mm wordt de plant wat groter en geschikt om te oogsten. Wilde marjolein, ook wel oregano genoemd, is winterhard, maar kan bij strenge winters stukvriezen. Teveel vocht in de grond en directe kou op de plantwortels is dan funest. Daar is de plant in z’n natuurlijke habitat niet mee vertrouwd. Bij het gebruik van Origanum in een pot kan het daarom nodig zijn in de winter een beschutte plek te zoeken of, met behulp van bubbelplastic rondom de pot, een extra koubescherming te geven.
Vorig jaar bloeide oregano rijk op het dak.
Marjolein in standaard bloemenmengsel.
Dak op IJburg, 1ste jaar na aanplant, met gebruik van onder andere salie, tijm (op de voorgrond), lavendel, rozemarijn en siergras.
18
DR107-018_021.indd 18
13-04-2012 11:42:26
MILIEU
DA KENRA A D NU MM E R 107 , A P R I L 2 012 S E RIE BE PL A N T I NG OP DA K E N ( 5 8 )
Geurende kruiden Minimale substraathoogte
Botanische naam
Nederlandse naam
Opmerkingen
Artemisia dranunculus
dragon
moeilijk te handhaven
200 mm
Artemisia abrotanum
citroenkruid
heesterachtig, citroengeur
300 mm
Hyssopus officinalis
hysop
niet te nat ’s winters
200 mm
Lavandula angustifolia
lavendel
soms vorstgevoelig bij late snoei
120 mm
Lavandula stoechas
kuiflavendel
meer vorstgevoelig
120 mm
Mentha spicata’Moroccan’
Marokkaanse munt
voor in de thee, woekerend
200 mm
Mentha x piperita
pepermunt
woekerend
200 mm
Origanum ‘Kent Beauty’
hopbel oregano
smaakvol, rotstuin, niet te nat
150 mm
Origanum l. ‘Herrenhausen’
oregano
sierplant, meeste vlinders
150 mm
Origanum l. ‘Hopleys’
oregano
sierplant, rode stengels
150 mm
Origanum l. ‘Rosenkuppel’
oregano
rijkste bloei, weinig geur
150 mm
Origanum majorana
echte marjolein of majoraan
niet winterhard
80 mm
Origanum vulgare
wilde marjolein of oregano
winterhard
80 mm
Origanum v. ‘Compactum’
oregano
meer smaak, bodembedekker
Rosmarinus officinalis
rozemarijn
halfheester
Rosmarinus o. ‘Blue Raini’
hangrozemarijn
halfheester, grijzer blad
120 mm
Satureja officinalis
bonenkruid
uitbundige bloei, zeer goede dakplant
150 mm
Thymus vulgare
echte tijm
soms vorstgevoelig
80 mm
Thymus x c. ’Silver Queen’
citroentijm
citroen geur en smaak
80 mm
Rozemarijn en kuiflavendel.
En een goede afwatering, zowel op daktuin als in de volle grond, is dus een vereiste om de plant de juiste groeiomstandigheden te bieden (is op daktuinen zelden een probleem). Echte marjolein of majoraan, Origanum majorana, is daarentegen beslist níet winterhard en wordt als 1-jarige plant beschouwd. Deze soort wordt in Italië overdadig gebruikt op pizza’s, terwijl de Grieken juist wilde marjolein prefereren in hun gerechten. Wilde marjolein heeft zowel grotere bloemen als blad en bovendien gesteelde bladeren, waarmee de plant zich duidelijk onderscheidt van echte marjolein. Van oudsher werden
80 mm 200 mm
Paarse kuiflavendel.
beide planten niet alleen gebruikt als kruid, maar ook toegepast in de geneeskunde en zijn daarom vanaf de 16de eeuw in cultuur genomen. Tegenwoordig kweken en planten we wilde marjolein eerder vanwege de prachtige wit-lila bloei, die veel vlinders, bijen en hommels aantrekt en de kwaliteiten van de plant als kruid dan vanwege de medicinale eigenschappen. Veel kruiden, waaronder bijvoorbeeld tijm, rozemarijn en marjolein, laten hun geur pas los na aanraking, maar dan is die geur ook overweldigend. Dat is niet de aanleiding voor de Grieken geweest om marjolein de naam oros ganos (vreugde van de
Tijm heeft veel kleiner blad dan marjolein.
Tijm op kruidig dak.
berg) te geven. Het prachtige zicht vanaf het water op de bloeiende berghellingen was de eigenlijke reden. Dit feit is wellicht een mooie aanleiding om deze zomer eens een Grieks vaartochtje van eiland naar eiland te maken en te speuren naar bergen vol lila bloeiende Origanum. Daarmee helpen we misschien de Grieken hun vreugde terug te vinden in deze benarde tijd en kunnen we de smaak proeven van wilde marjolein, vers van de berg. Wat een vreugde. Tekst en beeld: A. Langendoen, Hollandsgroen Tuin- en Landschapsarchitecten BV (onderdeel van de Van der Tolgroep) 19
DR107-018_021.indd 19
13-04-2012 11:42:29