Exploderende Chinese stad is zijn inwoners vergeten Sybilla Claus − 10/12/12, 22:00
© AFP. Shenzhen is een van de snelst groeiende steden op aarde Langs de kust van Shenzhen loopt een nieuw fietspad in een park dat kilometers lang is. Mannen op mountainbikes draaien hun trainingsrondje, stelletjes hebben lol met hun gehuurde tandem. Maar als een prachtig nieuw sportstadion in zicht komt, blijkt de ware aard van deze autostad: het is voor een voetganger onmogelijk van hieraf het glanzende stadion te bezoeken. Binhai Boulevard, tien rijbanen breed, ligt er dwars voor. Een fly-over voor auto's is met vangrails afgeschermd, een hek blokkeert de onderdoorgang voor langzaam verkeer. "Haha", lacht Huang Weiwen later om de mislukte excursie. Hij is oprichter van het Shenzhen Centrum voor stedenbouwkundig ontwerp. "Chinezen zijn dol op auto's en wegen! Die staan voor succes en moderniteit. Steeds meer Chinezen willen een auto en een huis. Jullie zijn al door de autofase heen, kennen de voor- en nadelen. Maar hier geloven alle stedebouwkundigen, architectuurprofessoren en projectontwikkelaars dat autorijden het summum is." En dat is te zien, want zij zijn degenen die de moderne Chinese miljoenensteden vormgeven. Die kenmerken zich door megalomane pleinen, brede boulevards, rechte lijnen, wolkenkrabbers en imposante overheidsgebouwen met trappen zó breed en hoog, dat een gewone burger zich vanzelf voelt krimpen. Vissersdorpen Mao's opvolger Deng Xiaopeng wees begin jaren tachtig een aantal vissersdorpen naast Hongkong aan als kapitalistische vrije zone. Dankzij buitenlandse investeerders kwam de ontwikkeling snel op gang. Van 300.000 inwoners ging het binnen dertig jaar naar 14 miljoen. Experiment geslaagd: blinkend en welvarend Shenzhen is het trotse 'wonder van de natie' voorbeeld voor alle steden die aan het uitbreiden zijn. In het jonge Shenzhen is bij uitstek te zien waaraan China voorrang geeft: het grote geld en
auto's. De gedachte was zelfs dat in het moderne leven fietsen overbodig zijn. Voetgangers zitten in dit stadsnetwerk 'opgesloten' in door snelwegen afgeperkte vierkanten. Brommers zijn tien jaar geleden verboden: 'voor burgers te gevaarlijk'. Alleen sommige bedrijven mogen een e-scooter hebben. Ecostad De beleidsmannen doorkruisen Shenzhen in hun riante wagens. Zoals professor Li Jinkui van het China Ontwikkelingsinstituut CDI, voor bouwkundig advies aan de overheid. Toegegeven, vanaf de zachtlederen stoel in zijn Duitse SUV is dit een geweldige stad. Nergens zijn de snelwegen zo groen als hier! Eindeloze rijen bomen aan weerszijden en in het midden een brede strook met gras, planten, struiken en bloemen. Li is lyrisch over dit stadsdeel, OCT gedoopt: "De beste ecostad van China! Het verkeer is energiezuinig ingericht. Er zijn geen stoplichten, alleen T-splitsingen. En de wegen volgen de natuur, over en rond de heuvels." Dat de Shennan Boulevard op sommige plekken tot veertien rijbanen uitdijt, ach. Een jonge collega van Li kwam altijd met de fiets naar het instituut, in de heuvels vlakbij het Zilveren Meer. "Maar ik kreeg er genoeg van dat ik het ding steeds op mijn schouder op de fly-overs moest tillen", verklaart hij zijn auto-aanschaf. Ontwerper Huang hoort bij de voorhoede die af wil van dat altijd-op-megaschaal-denken van Chinese stedenbouwkundigen. Hij gaf zijn hoge baan als stadsplanner bij de gemeente op: "Geen politicus of ambtenaar hier kan pauzeren om iets te heroverwegen. We moeten onze fouten identificeren. Maar daar is geen tijd voor! Het is hup, door naar de volgende nieuwbouwwijk. En je weet dat burgers in China het beleid niet kunnen beïnvloeden zoals bij jullie." Huang begon een jaar geleden een eigen ontwerpcentrum. Hij trekt een boek uit zijn kantoorkast: "Voor de Shenzhen Biennale van 2005 had ik voorgesteld een zestig meter brede boulevard in het centrum te versmallen." Een breed voetgangersdeel, gescheiden van twee smalle auto-stroken. "Uitgevoerd? Nee. Men kan zich niet voorstellen dat dit serieus is." Snel en veel bouwen Professor Li van het adviserende CDI bevestigt dat stedenbouwkundigen onder immense druk werken: "Zij moeten zó snel en zó veel bouw realiseren. Enerzijds is er de gemeente. Die wil altijd sneller dan het toch al krappe plan. Anderzijds zijn er de projectontwikkelaars, die meer te vertellen hebben dan de overheid. De gemeente zegt waar gebouwd kan worden, maar in feite bepalen de ontwikkelaars wat er gebeurt. Wij kunnen wel zeggen, breng er meer natuur in, blabla, maar het financiële plaatje telt het zwaarst." Li laat een filmpje zien van een nieuwe wijk met een groot plein en een grote vijver. "Onhandig, want je moet er helemaal omheen. Toch heeft elke nieuwe wijk dit nu. Het is geen kopiëren, maar ze beïnvloeden elkaar zeker." Er gaat tien miljard euro jaarlijks om in de bouwbranche. "Veel stedebouwkundigen beginnen een eigen onroerend-goedbedrijf." Urbanisatie In China is sprake van 's wereld snelste urbanisatie en migratie ooit. Een deken van wolkenkrabbers bedekt het land, overal staan bouwkranen. Maar de grootste groep burgers, de midden- en lagere klasse, is eigenlijk vergeten bij alle ontwerpen, constateert Huang. "Dat komt door die druk van de markt en omdat de overheid migranten niet als burgers ziet." Dat pakt bizar uit in een stad als Shenzhen, waar van de 14 miljoen inwoners bijna iedereen van buiten is gekomen. Slechts twee miljoen hebben er officieel burgerrechten. "Tot enige jaren
terug kon je er zonder verblijfsvergunning geen zorg, onderwijs of uitkering krijgen, terwijl je wel belasting moest betalen." Veel migranten hebben betaalbare woonruimte gevonden in de zogeheten urban villages, oftewel stadsdorpen, waarvan Shenzhen er nog zo'n tweehonderd heeft. Slimme boeren bouwden op hun landje een flat, om met verhuur aan het woningtekort te verdienen. Die flats staan soms zo dicht op elkaar, dat ze 'handenschud-gebouwen' heten: je kunt je overburen bijna door het raam de hand geven. Gaandeweg zijn de stadsdorpen ingekapseld door de uitdijende stad. De stadsplanners zijn reuze trots op autoparadijs Shenzhen en de nieuwe winkelcentra met de prachtige gevels van internationale ketens als Burberry, Prada, H&M en Louis Vuitton. Toch zijn dat soort winkelstraten in grote steden over de hele wereld hetzelfde. Uniek Chinees, zeg maar levendig, wordt het pas in die door het gemeentebestuur verfoeide stadsdorpen. Zoals in Xia Sha, waar in de namiddag moeders en oma's samenkomen op een groot autovrij plein, als waren zij nog in hun dorp. Kleuters dragen er de typisch Chinese kinderbroekjes met open kruis, die handenvol luiergeld besparen. Kleefrijst De sfeer is ontspannen, de straten brandschoon. Een half opgegeten maïskolf, die op de stoep is gevallen, wordt binnen vijf minuten opgeveegd door een oude dame met een blik aan een steel. Straatverkopers doen goede zaken met suikerspin, kleine bolletjes kleefrijst gedoopt in een mengsel van suiker en sesam, en andere ouderwetse lekkernijen. "De helft van de Shenzhenners woont in zo'n buurt", weet Huang. "Het is op gevoel, met liefde gebouwd, en kleinschalig. Maar de elite vindt het gevaarlijke buurten - chaos, die maar beter moet verdwijnen uit het stadsbeeld! Terwijl in een stadsdorp als Huanggang het beheer prima is. Er is zelfs een gesloten cameracircuit." 's Ochtends rond negenen en 's avonds rond zessen zijn er heuse voetgangersfiles. Arbeiders lopen via de fly-overs van hun werkwijk over de brede wegen naar het aangrenzende stadsdorp. Direct komt daar de horeca tot leven, omdat haast niemand in zijn kleine kamer gaat koken. Een jonge ober in een vol café vertelt dat hij als baby naar Xia Sha is gekomen: "Ik woon nog bij mijn ouders, vlakbij. Het is vrij makkelijk om hier aan werk te komen." Toch wil het stadsbestuur dat alle 200 'gevaarlijke en vieze' stadsdorpen verdwijnen. De reden is onder meer dat een Chinese stad vooral inkomen haalt uit verkoop van land aan ontwikkelaars. Shenzhen zit al aan haar stadsgrenzen, dus moet het uitbreiden in de hoogte, en wel daar waar de flats 'slechts' acht verdiepingen tellen: de stadsdorpen. Stadsdorpen De armere migranten zullen in woontorens eindigen, ver van het centrum. Zonder scholen, ziekenhuizen of andere voorzieningen. Dat belooft een enorme extra druk op het metrosysteem, en hoeveel werkgelegenheid er in die nieuwe wijken zal zijn... "Luohu is zo oud, we moeten vernieuwen, hoor je ambtenaren zeggen. Maar het district Luohu is pas twintig", lacht architect Lam Tat van Urbanus, een architectencollectief dat hoort bij de voorhoede die naar alternatieven zoekt. "Binnen tien jaar zijn alle stadsdorpen foetsie." Nu hij geen hoge ambtenaar meer is, kan ontwerper Huang met zijn bureau onafhankelijker werken. En wél reflecteren. Zijn idee: "Ruimte ontwerpen die werkbaar is, een menselijker maat heeft. We doen nu onderzoek zonder toestemming van de overheid; eigenlijk illegaal",
lacht hij. Bij het nationale Chinese Ontwikkelingsinstituut is volgens professor Li sinds een jaar of vier ook sprake van een serieuze omslag. "Voorheen onderzochten wij vooral het economische gedrag van de stad. Nu kijken we meer naar de burgers. We bestuderen de opbouw van een wijk die gesloopt gaat worden. Als oude structuren worden meegenomen in het ontwerp, krijgen de arbeiders straks een prettiger omgeving dan altijd diezelfde blokken", vertelt Li. Architectenbureau Urbanus probeert eveneens rust in het denkproces te brengen. "De Chinese stedenbouw is zó conventioneel. Kopieën zijn het, meer niet. Als het maar geld opbrengt. Sociale woningen verrijzen standaard uiterst afgelegen, omdat dat het goedkoopst is. Maar het kan ook anders. Wij hebben in Guangzhou (Kanton) gebouwd op een braakliggend stuk land aan de snelweg." 'Tulou' is een mooi ontwerp, gebaseerd op traditionele ronde woningen, én centraal gelegen. "Daar is nu een wachtlijst voor!", zegt Lam. Kwaliteit van leven Projectontwikkelaars bouwen voor de winst. In de Chinese praktijk louter voor de rijken. Doordat zij de vrije hand kregen is er nu bijzonder veel leegstand in het rijke segment en een fors tekort aan de onderzijde: het gat is te groot. Zelfs de logge partijleiding in Peking moest dat erkennen: Zij herzag het beleid uit 1992 om huisvesting aan de vrije markt over te laten. "Vóór 2015 moeten er nu 36 miljoen sociale woningen komen. Dat is zoveel dat het ook weer problemen zal geven", zegt Huang. Kwaliteit van leven is een populair begrip bij gemeentes in het hele land, die schermen met vage termen als 'lekker leven, lekker werken, lekker spelen'. Maar hoe meet je dat? Urbanus tracht criteria te introduceren. "In enquêtes vragen wij: Hoever is het park? Kun je fietsen? Hoeveel minuten kost het je om een oversteekplaats voor de snelweg te vinden?" Reflecteren, van het gebaande pad afwijken, de menselijke maat terugvinden - het blijft moeizaam in 'Snel Shenzhen'. "Tien jaar bij ons, is decennia bij jullie, vergeet dat niet", zegt Huang. "Het Westen heeft tijd genoeg. De urbanisatie gaat hier zó snel, je moet met jezelf wedijveren, je eigen geest veranderen! Best moeilijk als je zolang brede straten en hoge flats hebt bedacht. Ik tracht als docent de komende generatie steunen." De voorhoede is er nog lang niet, de tegenkrachten blijven sterk. "De regering wil voor de kust op Dapeng chemische industrie. Een groot risico voor groen Shenzhen. Het CDI heeft tégen geadviseerd", zegt professor Li. De uitkomst? Het is afwachten. Samenwerking met International New Town Institute in Almere Als ontwerpers ergens in China het 'anders' kunnen doen, is het in het 'jonge' Shenzhen. Dat krijgt veel vrijheid van de nationale overheid, en heeft de meeste privébedrijven van het land. "De markt is gezond, en ons stadsbestuur wijzer dan elders", zegt Li Jinkui van het China Ontwikkelingsinstituut. Het bestuur in Shenzhen is meer experimenteel, vindt ook architect Lam Tat: "Het zijn hoog opgeleide jongeren. Zij hebben een technische universiteit opgericht die gebaseerd is op het goede onderwijssysteem van Hongkong." Li vult aan: "In China is het nog vrij nieuw dat burgers zich organiseren om hun leefomgeving te verbeteren. Als dat doorzet, kan het erg bepalend worden." Zoals de mountainbikers die zich met honderden verzamelden om toegang tot het Lang Tang Park af te dwingen. Een zeldzaam verzet van Chinese fietsers.
Huang Weiwen van het Shenzhen Centrum voor stedebouwkundig ontwerp, denkt dat de samenwerking van Shenzhen met de gemeente Almere en het daar gehuisveste International New Town Institute (INTI) zinvol kan zijn. INTI is in september een uitwisselingsprogramma gestart met Nederlandse en Chinese universiteiten en instellingen met als doel de menselijke maat in zes nieuwbouwwijken te heroveren. Nu is er niet eens een landelijk netwerk van andersdenkende stedebouwkundigen. INTI onderzoekt, samen met onder anderen Huang, Lam en Li diverse districten van Shenzhen. Hoe kunnen bijvoorbeeld bestaande gebouwen bewaard blijven, tussen de nieuwbouw, zonder de gebruikelijke totaal-sloop? Nederlandse studenten en onderzoekers bezoeken in januari en juni Shenzhen. Tijdens conferenties zullen ze alternatieven voor stadsuitbreiding presenteren. Burgemeester Jorritsma van Almere wil in Shenzhen investeerders naar Nederland lokken.