Exodus 33:18 – 34:9 Liturgie votum zegengroet Psalm 145 vers 1 en 3 wet psalm 143 vers 1,2,5,8 gebed Exodus 33:12 – 34:9 [tekst 33:19 – 34:9] preek GK 157 grote gebed gaven GK 171 zegen Preek Gemeente van Christus, Niemand heeft ooit God gezien. Zo begint Johannes zijn evangelie in het Nieuwe Testament. Zou je God wel eens willen zien? Zien hoe Hij eruit ziet? Dat kan natuurlijk niet. Of toch wel? Mozes vraagt het. Laat mij toch uw majesteit zien! God zien in zijn volle glorie. Wat zou dat fantastisch zijn. En bemoedigend. Geloven zou een stuk makkelijker zijn als je God zou kunnen zien. Of niet? Zien is ervaren. En als ik het zo zeg, dan wordt de vraag misschien iets normaler. Denk ik. Zou je God wel eens willen ervaren? Natuurlijk! Merken wie Hij is, en dat Hij er is. Wie wil dat nou niet? Neem nu Mozes. Hij wil het ook. Gods majesteit zien. Is dat niet een beetje gek? Mozes, die ging dagelijks met God om. Met hem sprak God van aangezicht tot aangezicht. Aan geloofservaring geen gebrek, zou je zeggen. Iemand om jaloers op te worden. Wat dit betreft dan. Mozes werd vriend van God genoemd. Maar Mozes is ook een mens van vlees en bloed. Mozes ging dagelijks met God om, maar na de geschiedenis met het gouden kalf is hij onzeker geworden. Logisch. Wat gaat God doen? Wat moet Hij aan met zulke mensen. Zijn vraag is niet in de eerste plaats of God wel bestaat. Maar toch wel herkenbaar denk ik. Want het gaat nog dieper dan je afvragen of er een God is. De vraag is niet: is er een God? die kun je met ja of nee beantwoorden. De vraag is: wíe is God? En, is het niet ten diepste onmogelijk, te eng om met deze God om te gaan? Om met God door het leven te gaan. Eén misstap en zijn woede kan er een einde aan maken.
Mozes weet niet meer wat hij aan God heeft. Hij wil duidelijkheid. En hij wil geruststelling. Ok, God. daar ben ik mee vertrouwd. M’n hele leven al. Maar nu. Na deze geschiedenis. Ineens kun je je afvragen: bent U er wel ècht? En, als U er bent, wie bent u dan? Kunnen wij van U op aan, ook als u niet van ons op aan kunt? Gaat u wel met ons mee? Daarom vraagt Mozes om God te zien. Hij wil God live meemaken. Gerustgesteld worden. Hij wil duidelijkheid. En wij mogen ons die vraag van Mozes ook eigenmaken. God vragen wie Hij is. Of Hij er wel echt is. Vragen of Hij wil laten merken dát Hij er is. Vragen of God ons gerust wil stellen. Vragen om duidelijkheid. God, mogen we u zien? In volle glorie. We geloven in U. Soms al jaren. Wat zeg ik, sinds ik me kan herinneren. Maar het is zo moeilijk. Ik heb er zo weinig vertrouwen in. Ik zíe U nooit. Bent U er wel echt? De ervaring die ik als gelovige heb wordt zo vaak aangevochten. Soms lijkt het alsof u er niet bent. Waar was u toen ik ziek werd? Welke garantie heb ik dat u zo’n gewoon mens als ik, met al mijn zwaktes en fouten, welke garantie heb ik dat u er bent, en met ons meegaat? God, mag ik u zien? En dan Gods antwoord. Opvallend, eigenlijk. Mozes gaat best heel vrijmoedig met God om. En God antwoordt. Zo simpel, eigenlijk. God is geen God van speculaties. Van spreuken, formules en rituelen. Gewoon vragen. En luisteren naar Gods antwoord. Zo simpel dat het haast niet vroom of religieus lijkt. Er zijn vandaag de dag heel wat speculaties over religie, spiritualiteit en geesten. Speculaties. Interessant. Maar God is een God die mensen niet laat speculeren. Hij maakt zich bekend. Natuurlijk, dat vergt geloof. anders zaten we hier niet. Dan hoefden we niet steeds gelovig amen te zeggen. Maar aan wie gelooft laat God zien wie Hij is. God antwoordt. ‘Ik zal in mijn volle luister voor je langs gaan en in jouw bijzijn de naam HEER uitroepen: ik schenk genade aan wie ik genade wil schenken, en ik ben barmhartig voor wie ik barmhartig wil zijn. Maar,’ zei hij, ‘mijn gezicht zul je niet kunnen zien, want geen mens kan mij zien en in leven blijven. Leer dus wie God is. Hij roept de naam ‘HEER’ uit. Dat is de naam die God Mozes bekend maakte vanuit de brandende braamstruik. IK BEN BIJ JE. In al Gods luister is dat de kern, in zijn volle glorie. IK BEN ER. En als Ík er ben, dan zul je ervaren: genade en barmhartigheid. Dat is één. Genade en barmhartigheid. Maar ook: op Gods voorwaarden. Aan wie Hij wil. Dat past ook bij God. Ménsen bepalen niet wie God is en hoe Hij moet handelen. Wij kunnen God niet aanpassen aan de normen, waarden en omgangsvormen van onze tijd. God is geen ‘fatsoenlijke’ God. Hij is geen machteloze lieverd, maar genadig en souverein. God bepaalt zelf wie Hij is. Almachtig en liefdevol. Wil je God leren kennen? Luister dan naar God zelf.
Leer dus wie God is. “Mijn gezicht zul je niet kunnen zien, want geen mens kan mij zien en in leven blijven”. Let op: mensen kunnen God niet zien. Daarvoor is Hij te groot. Te veel God. En daarvoor zijn wij te veel mens. Je zou bezwijken. Ook dit is een correctie op bepaalde godsbeelden. In een tijd waarin iedereen eigen voorstellingen van God maakt laat God zelf zien wie Hij is. God is geen God die je kunt inlijsten en met je meedragen. Kijk, iedereen maakt zijn eigen voorstellingen van God. In de film Bruce Almighty is god een fitte zestiger van afrikaanse komaf die vooral alles kan. In de film krijgt de hoofdpersoon Bruce al Gods krachten voor een week. Voor weer andere mensen is God ‘alles’ of ‘energie’. Iemand anders zei: God, die is streng en ver weg. Meer mensen zeggen: God, die is lief. Die doet nog geen vlieg kwaad. Wij kunnen niet bepalen wie God is. Dat kan alleen God ons duidelijk maken. En daarbij hoort dat je beseft dat er een verschil is tussen God en mensen. Geen mens kan mij zien en in leven blijven. Er is dus een gezonde angst, vrees voor God. Ontzag, heet dat. Eerbied die bij de ontmoeting met God hoort. Is die weg, dan klopt er iets niet. Weet je, dit is echt moeilijk voor ons allemaal. God God laten zijn. We zijn vaak geneigd om zo met God om te gaan, zoals we ook met andere dingen om ons heen omgaan. Dat is begrijpelijk. Het is aangeleerd. En hoe gaan wij om met de dingen om ons heen: ons huis, kleren, carriere? We passen het zo veel mogelijk aan naar onze smaak. Naar onze wensen! Originaliteit wordt gewaardeerd. Je eigen ringtone. Je eigen weblog. Je eigen kerkgemeenschap. Geboortekaartjes, visitekaartjes. Alles op maat gemaakt zodat het bij je past. Laatst zag ik een site waar je je laptop kon bestellen in elke gewenste kleur. Prachtig. Veel om van te genieten. Maar pas op dat je met God anders omgaat. God wil dat als het om Hem gaat, dat je dan redicaal anders kijkt. Niet wat heb ik nodig. Wat kan ik gebruiken. Maar dat je de handen vouwt. De Bijbel leest, en luistert. Meer niet. En dat je de God van de Bijbel naar je toe laat komen. Laat zeggen wie Hij is. God God laat zijn. God geeft dan ook geen beeld, geen plaatje van hoe Hij eruit ziet. Maar Hij geeft wèl een beschrijving van hoe Hij is. God laat ons zijn karakter kennen. Zijn binnenkant. Gods buitenkant is te groot voor ons. Te machtig. Te veel glorie. Te veel licht. Te veel luister. Maar zijn binnenkant, zijn karakter komt wel aan het licht. Genadig en barmhartig. Wij passen God niet aan aan onze maat. Maar nu het goede nieuws. God past zichzelf aan, aan ons! Let maar eens op hoe hij Mozes, en ons tegemoet komt! God maakt het mogelijk dat wij Hem kennen. Mozes klimt wel op, maar het is God die neerdaalt om zich te leren kennen. Het is haast ongelofelijk hoe God zwakke mensen tegemoet komt. We hebben gelezen dat Hij tegen Mozes zegt: ‘Er is een plaats op de rots waar
je dicht bij mij kunt komen staan. Als dan mijn majesteit voor je langs gaat, zal ik je in een kloof laten schuilen en mijn hand beschermend voor je houden tot ik voorbij ben. Als ik mijn hand weghaal, zul je mij van achteren zien; mijn gezicht mag niemand zien.’ God is God en wij zijn mensen. Maar, kijk hoe Hij rekening houdt met Mozes. Hij weet dat wij mensen zijn. Hij maakt geen einde aan ons leven in een flits van een seconde. Het kán. Maar Hij weet waarvan wij gemaakt zijn. Hij heeft ons zelf gemaakt. En in Jezus Christus gaat God zelfs nog een stap verder. Hij kruipt in ons menselijke vel. Ongelofelijk hoe deze God dichtbij komt! Hij maakt het mogelijk dat wij Hem kennen. Ja, op zijn voorwaarden. En zoals Hij is. Niet wat wij ervan maken. Hij laat zich in het hart kijken. Hij komt heel dichtbij. Hij maakt zich met zijn karakter aan ons bekend. Johannes schreef het: niemand heeft ooit God gezien. Maar, hij vervolgt: maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft hem doen kennen. In Jezus maakt God ons zijn karakter bekend. Genade, barmhartigheid en vergeving voor zwakke mensen. Dat Gód zich zo in de kaarten laat kijken is ongelofelijk. Ménsen laten zich al moelijk kennen. Behalve diegenen die een open boek zijn. Maar daarvan kennen we ook de zwakheden. Maar God laat zich ècht kennen. En Hij heeft geen zwakheden. Hij is er echt. Zijn naam is HEER. Want dat is zijn karakter. Hij zegt het twee keer. IK BEN ER. IK BEN ER. Zo ben ik. Je kunt mij niet zien. Je zou bezwijken. Want ik ben God en jij bent mens. Maar ik ben bij je. Zo is God. Dat is ook de ervaring van Israël. Neem die geschiedenis met het gouden kalf eens als voorbeeld. Bevrijd door God. Hem toch vergeten. En dan: straf, maar ook vergeving. Herkenbaar? Zo is God. laat dit ook jouw ervaring worden. Nee, God is geen lieve knuffelgod die alles door de vingers ziet. Hij genadig èn rechtvaardig. Hij laat, gelukkig, niet alles ongestraft. Ik had het net over gezonde angst, ontzag noemde ik dat. Ben je wel eens bang voor God geweest? Nog nooit? Mij is opgevallen dat behoorlijk veel, vooral jongere mensen, die ervaring nog nooit hebben gehad. Toch kan die emotie je iets leren van wie God is. Niet om erin te blijven hangen. Angst voor God. Maar wel ontzag. Vroeger hadden de mensen in de kerk het over de ‘vreze des Heren’. Weet je wat dat is? Durf je dat te ondekken in je persoonlijke geloofsleven, in het gemeenteleven. In gebeden, en in hoe je praat over God? Ontzag, dat is eerbied voor God. Ja, Hij is God. wij zijn mensen. Neem de geschiendenis met het gouden kalf maar als voorbeeld. Straf en vergeving. Zie die twee kanten. God: die straft tot in de vierde generatie is ook genadig tot in de duizendste generatie! Verzet tegen God kan merkbaar zijn tot in de vierde generatie. Maar gehoorzaamheid en ontzag tot in het duizendste geslacht. Denk daar eens over
na. De liefde en trouw en vergeving die doorwerkt in de geslachten. Oma die God gelovig en trouw diende. Gods liefde die doorwerkt tot in jouw leven. En dat van je kinderen. En dat van hun kinderen. Enzovoort. Eigenlijk gaat de preek hier over. God leren kennen zoals Hij is. Laat jezelf ook corrigeren, als dat nodig is. Laat los al je menselijke beelden, voorstellingen en gedachten over God. Dat zijn afgodsbeelden. Daarvan zegt God: Maak ze niet! Maak geen godenbeelden, geen enkele afbeelding van iets dat in de hemel hier boven is of van iets beneden op de aarde of in het water onder de aarde. Kniel voor zulke beelden niet neer, vereer ze niet, want ik, de HEER, uw God, duld geen andere goden naast mij. Weg met je eigengemaakte godsbeelden. En stel je open voor God zelf. Want Hij wil zichzelf geven, bekend maken. Maar je moet Hem wel nemen zoals Hij is. Tot slot. We hebben stilgestaan bij de vraag van Mozes en het antwoord van God. Nu moeten we nog kijken naar de reactie van Mozes. ‘Onmiddellijk viel Mozes op zijn knieën en boog zich neer. Als u mij goedgezind bent, Heer,’ zei hij, ‘trekt u dan met ons mee, ook al is dit volk onhandelbaar. Schenk ons vergeving voor onze schuld en zonde en maak ons tot uw eigen bezit.’ Op je knieën vallen en neerbuigen. Een gepaste reactie na een ontmoeting met deze God. En daar mag ook deze kerkdienst op uitlopen. Op een verbondsvernieuwing tussen jou, jullie en God. Als voorbeeld en nieuw begin van de rest van je leven. Roep God maar aan. Vraag wie Hij is. En waar Hij is. En luister gelovig naar zijn antwoord, bijvoorbeeld door deze geschiedenis in de Bijbel. Je mag God leren kennen zoals Hij is. En daar ook een beroep op doen. God, u bent er toch? U heet toch: ‘rechtvaardig, genadig en liefdevol’? Maak dan een eind aan het onrecht in uw wereld. In mijn leven. En wees mij genadig, vergeef mijn schuld. Het gebed van Mozes. Maak het je eigen. Net als de les van de geschiedenis met het gouden kalf. Persoonlijk maar ook als gemeente in deze tijd, in deze stad: Als u ons goed gezind bent, HEER. Trek dan met ons mee, ook al zijn wij onhandelbaar. Geef ons vergeving voor onze schuld en maak ons tot uw eigen bezit. Amen.