EXAMENREGLEMENT EN PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING 2014-2015
CITADEL COLLEGE
4 HAVO
EXAMENREGLEMENT EN PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING vmbo-t, havo en vwo. SCHOOLJAAR 2014-2015 Lent, 1 oktober 2014 Aan de leerlingen van 4 HAVO en hun ouders / verzorgers. Om ervoor te zorgen dat alle zaken met betrekking tot het examen goed geregeld zijn en dat jullie daar ook goed over geïnformeerd worden, hebben we dit boekje samengesteld. Je vindt daarin een uitwerking van de volgende belangrijke onderwerpen. Het examenreglement. In deel 1 van dit boekje wordt in 4 hoofdstukken het examenreglement beschreven. Deze hoofdstukken zijn: AAlgemene Bepalingen; BRegeling van het schoolexamen; CRegeling van het centraal examen; DEen of meer eindexamenvakken op een hoger niveau. Er wordt uitgelegd wat de regels zijn die gelden bij het schoolexamen en bij het eindexamen, wat de afspraken zijn die gelden bij herkansingen en wat er gebeurt als leerlingen zich niet aan deze regels en afspraken houden. Ook wordt beschreven hoe leerlingen en hun ouders in beroep kunnen gaan als ze vinden dat de geldende regels en afspraken niet zorgvuldig ten uitvoer gebracht zijn. Het programma van toetsing en afsluiting. Voor 1 oktober van het lopende schooljaar ontvangen de leerlingen een programma van toetsing en afsluiting. Deze programma’s zijn te vinden in het tweede deel van dit boekje. Per vak wordt uitgelegd welke onderdelen er dit schooljaar getoetst worden, wat de inhoud van deze toetsen is, op welke wijze de toets afgenomen wordt en in welke periode van het jaar dat gebeurt. Ook wordt per vak aangegeven welke toetsen herkanst mogen worden. Tot slot wordt per vak uitgelegd hoe het cijfer voor het schoolexamen tot stand komt. De bijlagen. De onderwerpen die niet in het examenreglement en het programma van toetsing passen maar wel belangrijk zijn om te weten in de bovenbouw van het vmbo, havo en vwo, zijn opgenomen in de bijlage. Ik raad jullie aan ook deze onderwerpen goed te bestuderen. Ik wens jullie allemaal een heel goed examenjaar en een mooi diploma toe. C.M. de Waal Rector.
INHOUDSOPGAVE 1.
HET EXAMENREGLEMENT A: ALGEMENE BEPALINGEN art. 1 Begripsbepalingen art. 2 Afnemen eindexamen art. 3 Indeling eindexamen art. 4 Onregelmatigheden bij het SE en CE art. 5 Geheimhouding art. 6 Bewaren van SE- en CE- werk
BLZ.
4 4 4 6 6 6 7 7
B: REGELING VAN HET SCHOOLEXAMEN art. 7 Algemeen art. 8 De SE toetsen art. 9 De beoordeling art. 10 De regeling cijfergeving art. 11 Bijzondere omstandigheden art. 12 Herkansingsregeling SE toetsen en herexamen SE art. 13 Overige bepalingen
8 8 9 9 10 11 11 12
C: REGELING VAN HET CENTRAAL EXAMEN art. 14 Algemeen art. 15 Gang van zaken tijdens prakt. deel CE art. 16 Gang van zaken tijdens het Centraal Examen art. 17 Afwijking in de wijze van examineren art. 18 Beoordeling van het centraal examen art. 19 Beoordeling prakt. deel CE art. 20 Vaststelling score en cijfer centraal examen art. 21 Absentie art. 22 Berekening eindcijfer eindexamen art. 23 Vaststellen uitslag art. 24 Herexamen art. 25 Diploma en cijferlijst art. 26 Certificaten art. 27 Spreiding van het eindexamen art. 28 Slotbepalingen
13 13 14 13 14 14 15 15 15 16 17 18 18 18 19 19
Bijlage 1: Toelichting bij de terminologie met betrekking tot toetsen
20
Bijlage 2:
21
Overzicht van Voortgangs- en SE toetsen per week
Bijlage 3: Programma van toetsing en afsluiting per vak
23
HET EXAMENREGLEMENT A. ALGEMENE BEPALINGEN Art.1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: De wet: Onze minister: Inspectie:
De wet op het voortgezet onderwijs. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. De inspectie van het voortgezet onderwijs, belast met het toezicht op de school. Het bevoegd gezag: Het bestuur van de Alliantie Voortgezet Onderwijs. Rector: De rector van het Citadel College Kandidaat: Een ieder die door het bevoegd gezag tot het eindexamen wordt toegelaten. Gecommitteerde: Een gecommitteerde in de zin van art.36 van het Eindexamenbesluit, School: Een dagschool voor algemeen voortgezet onderwijs. Leerweg: De theoretische leerweg bedoeld in artikel 10 van de wet. Profiel: Het betreft de profielen Cultuur en Maatschappij Economie en Maatschappij, Natuur en Gezondheid en Natuur en Techniek. Sector: Het betreft de sectoren Techniek, Groen, Zorg en Welzijn en Economie Examinator: Degene die is belast met het afnemen van het examen. Eindexamen: Een examen in de vakken, voorgeschreven in de artikelen 11 t/m 29a, dan wel een aantal deelexamens dat tezamen een eindexamen vormt. Examencommissie: Onregelmatigheden bij het schoolexamen en centraal examen worden voorgelegd aan de examencommissie van de school. De examencommissie beslist over de maatregelen die genomen worden in geval van onregelmatigheden (zie ook art. 4.2 en 4.3) Deeleindexamen: Een examen in een van de vakken genoemd in art.11 t/m 25 van het eindexamenbesluit. Toets: Een product van een leerling waar een cijfer voor gegeven wordt. Handelingsdeel Een product van een leerling waar een beoordeling in de vorm van “naar behoren” , dan wel onvoldoende, voldoende of goed voor gegeven kan worden. Handelingsopdracht Een product van een leerling waar een beoordeling in de vorm van een cijfer gegeven wordt. Dit cijfer telt in zijn geheel of als onderdeel van een totaalcijfer per periode mee in het SE.(HO) Herkansing: Het opnieuw deelnemen aan een onderdeel van het schoolexamen. Herexamen: Het opnieuw deelnemen van een toets van het centraal examen dan wel het opnieuw afleggen van een vak dat enkel een schoolexamen heeft. Examendossier: Alle onderdelen van het schoolexamen. Deze onderdelen zijn omschreven in het programma van toetsing en afsluiting. Schoolexamentoetsen: Zie bijlage 1 (SE-toets) Praktische opdrachten: Zie bijlage 1 (PO) Het sectorwerkstuk: Zie bijlage 1(SWS) Het profielwerkstuk: Zie bijlage 1 (PWS) Voortgangstoets: Een toets die alleen meetelt voor de overgang maar niet voor het schoolexamen. (V)
Gehanteerde afkortingen : vmbo-t havo vwo CE SE PO PWS SWS PTA HO HD V
Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Theoretische leerweg (ook wel: TL) Hoger algemeen voortgezet onderwijs voorbereidend wetenschappelijk onderwijs Centraal examen Schoolexamen Praktische Opdracht Profielwerkstuk Sectorwerkstuk Programma van toetsing en afsluiting Handelingsopdracht Handelingsdeel Voortgangstoets
Art.2. Afnemen eindexamen De rector en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag het eindexamen af. Art.3. Indeling eindexamen Het eindexamen bestaat voor ieder vak uit een schoolexamen en, voor zover dat in het examenprogramma is bepaald, tevens uit een centraal examen. Art.4. Onregelmatigheden bij het SE en CE 1 Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt of zonder geldige reden afwezig is bij een toets, kan de rector maatregelen nemen. 2 De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, kunnen zijn: het geven van het cijfer 1 voor een toets van het SE of het CE; het verbieden van deelname of verdere deelname aan een onderdeel van het SE of het CE. (Bij het SE houdt dit tevens ontzegging van deelname aan het CE in!); het ongeldig verklaren van een of meerdere onderdelen van het reeds afgelegde deel van het SE of het CE; het bepalen dat het rapport (leerjaar 3, 4 of 5) of diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in de door de rector aan te wijzen onderdelen; indien het hernieuwd examen, bedoeld in de vorige volzin, betrekking heeft op een of meer onderdelen van het CE, legt de kandidaat dat examen af in het volgend tijdvak van het CE, dan wel ten overstaan van de staatsexamencommissie. Voor het schoolexamen: het laten vervallen van het recht op een of meerdere herkansingen. 3
Alvorens een beslissing ingevolge het tweede lid wordt genomen, hoort de examencommissie van het Citadel College de kandidaat. De kandidaat kan zich door een door hem aan te wijzen meerderjarige laten bijstaan. De examencommissie overlegt met examinatoren en mentor van de kandidaat. De rector deelt de beslissing van de examencommissie mede aan de kandidaat, mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op het bepaalde in het vierde lid. De schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is, alsmede aan de inspectie. De samenstelling van de examencommissie (vmbo-t, havo en vwo): Voorzitter: Dhr. C.M. de Waal Secretaris: Mevrouw A. Pustjens Leden: Dhr N. Schoot De samenstelling van de examencommissie (vmbo b en k): Voorzitter: Dhr. C.M. de Waal Secretaris: Mevr. H. Schaapman Leden: Dhr N. Schoot
4. De kandidaat kan tegen een beslissing van de rector in beroep gaan bij de Centrale Commissie van Beroep voor Eindexamens regio Nijmegen. Het beroep wordt binnen drie werkdagen nadat de beslissing schriftelijk ter kennis van de kandidaat is gebracht, schriftelijk bij de commissie van beroep ingediend. De voorzitter van de Commissie bepaalt op zo kort mogelijke termijn na ontvangst van
5
6.
het beroepsschrift plaats, dag en uur van de zitting, waarop de behandeling van het beroep zal plaatsvinden. Daar worden de partijen op zo kort mogelijke termijn van op de hoogte gesteld. Ook de samenstelling van de Commissie wordt daarbij bekend gemaakt. De Commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen 2 weken na de instelling van het beroep een uitspraak, tenzij zij de termijn (met redenen omkleed) heeft verlengd met tenminste twee weken. De Commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, de directeur en aan de inspectie. Het reglement van de Centrale Commissie van Beroep voor Eindexamens regio Nijmegen is op te vragen bij de directie van het Citadel College. Indien de onregelmatigheid pas na afloop van het schoolexamen ontdekt worden, kunnen de rector en de betrokken examinator(en) gezamenlijk het schoolexamen ongeldig verklaren, hetgeen tevens mogelijk ontzegging van deelneming aan het CE inhoudt, zoals bepaald in art.4 lid 2. van de algemene bepalingen van het examenreglement. Het is ook mogelijk dat zij bepalen dat het schoolexamen slechts geldig is na een hernieuwd schoolexamen in de door hen aan te wijzen onderdelen en op een door hen te bepalen wijze. Een kandidaat die zonder geldige reden meer dan 10 minuten te laat komt bij een SE kan tot dit SE uitsluitend worden toegelaten na verkregen verlof van de rector of de secretaris van het eindexamen/lid van de examencommissie. Hij moet het werk met de andere kandidaten op de vastgestelde tijd beëindigen en inleveren.
Art.5. Geheimhouding Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van dit besluit en daarbij de beschikking krijgt over gegevens, waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit besluit de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. Art.6. Bewaren van SE- en CE-werk 1 Schoolexamenwerk. Opgaven, het gemaakte werk, de eventueel gemaakte protocollen van mondelinge toetsen, alsmede de cijfers worden door de examinator bewaard totdat de overgangsbeslissing van het betreffende jaar is vastgesteld. In het examenjaar wordt het werk bewaard tot 1 september van het betreffende examenjaar. Daarna wordt het werk vernietigd. 2 a. b c. d.
Centraal Examen. Het werk van het Centraal Examen van de kandidaten en de lijst, bedoeld in artikel 56. worden gedurende tenminste 6 maanden na de vaststelling van de uitslag bewaard door de rector. Dit is ter inzage van mogelijke belanghebbenden. Een door de rector en de secretaris van het eindexamen ondertekend exemplaar van de lijst, bedoeld in artikel 56 wordt gedurende tenminste 6 maanden na de vaststelling van de uitslag in het archief van de school bewaard. De rector draagt er zorg voor dat een volledig stel van de bij de centrale examens gebruikte opgaven gedurende tenminste 6 maanden na de vaststelling van de uitslag van de uitslag bewaard blijft in het archief van de school. Een kandidaat die voor een vak ten overstaan van het College voor examens centraal examen aflegt met geheime opgaven, kan omtrent zijn werk gedurende genoemde periode van 6 maanden inlichtingen inwinnen bij het College voor examens.
B. REGELING VAN HET SCHOOLEXAMEN De rector en examinatoren van het Citadel College, daartoe gemachtigd door het bevoegd gezag van deze school, overwegende dat ter uitvoering van art.31. van het nieuwe Besluit Eindexamens vwo-havo-MAVO-VBO een regeling voor schoolonderzoek moet worden vastgesteld, besluiten dat het schoolexamen vwo-havo-MAVO-VBO wordt ingesteld met inachtneming van de volgende bepalingen: Art.7. Algemeen 7.1 Het schoolexamen start aan het begin van leerjaar 3, 4, 5 zoals aangegeven in het PTA per vak, en wordt aan het eind van periode 3 in het laatste leerjaar afgesloten. Dat is vóór aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen. 7.2 Het schoolexamen kan bestaan uit de volgende toetsvormen: mondelinge toetsen; schriftelijke toetsen met gesloten en/of open vragen; praktische opdrachten; handelingsopdrachten; handelingsdelen; sectorwerkstuk (vmbo-t) profielwerkstuk (havo / vwo) Naast de schoolexamentoetsen worden in de vóór-examenjaren ook voortgangstoetsen gegeven. Deze tellen wél mee voor de bevordering naar het volgende schooljaar maar niet voor het schoolexamencijfer. 7.3
7.4
7.5 7.6 7.7
7.8
7.9
De kandidaten theoretische leerweg maken in leerjaar 4 een sectorwerkstuk. Zij dienen tenminste 20 uur te besteden aan de voorbereiding en uitwerking van dit werkstuk. Het sectorwerkstuk wordt gekoppeld aan de projecturen die verzorgd worden door de mentor. Alle kandidaten (havo / vwo) maken in het kader van hun examen een vakoverstijgend profielwerkstuk. De beoordelingen gebeuren aan de hand van standaard beoordelingsformulieren. In de beoordeling spelen het eindproduct, het maakproces en de presentatie een rol. Het cijfer dat voor het profielwerkstuk behaald wordt, telt voor de uitslagbepaling mee in het combinatiecijfer. Het SE wordt gehouden overeenkomstig het voor ieder vak geldend PTA. Het SE begint voor de vakken in vmbo-t in leerjaar 3 en voor havo en vwo in leerjaar 4. Het SE wordt vóór de aanvang van het eerste tijdvak van het CE afgesloten. Er wordt een einddatum vastgesteld waarop het SE cijfer definitief wordt vastgesteld. Indien een kandidaat om een geldige reden (dit ter beoordeling van de rector) is verhinderd het SE leerjaar 3 vmbo-t, 4 havo of leerjaar 4 of 5 van het vwo af te ronden vóór het eindrapport van dat betreffende jaar, dan wordt hij in de gelegenheid gesteld het SE voor dat vak af te sluiten in de periode tussen het moment van inleveren van de rapportcijfers en de definitieve start na de zomervakantie. De leerling moet dan wel bevorderd zijn. De kandidaten ontvangen vóór 1 oktober van het lopende jaar het examenreglementen en het bijbehorend PTA, waarin het examendossier opgenomen is. Daarin staat vermeld: welke onderdelen van het examenprogramma in het SE worden getoetst; een omschrijving van de te toetsen leerstof; een planning van de toetsen en andere onderdelen; een omschrijving van de wijze van toetsing; de wijze waarop het eindcijfer SE wordt berekend. Van het examenreglement en PTA wordt vóór 1 oktober een exemplaar opgestuurd naar de onderwijsinspectie. (In het PTA worden ook de voortgangstoetsen opgenomen. Deze staan ook als
zodanig aangegeven. Deze toetsen vallen niet onder de afspraken van het examenreglement maar onder de bestaande regels rond toetsen op het Citadel College.) Art.8. De SE toetsen 8.1. Tenminste twee weken voor aanvang van de in het PTA beschreven toetsen krijgen de kandidaten van hun docent te horen waar de toets afgenomen wordt, op welk tijdstip de toets afgenomen wordt en eventuele bijzonderheden. 8.2 Het cijfer voor de toets wordt door de examinator vastgesteld. 8.3 Opgaven, het gemaakte werk, de eventueel gemaakte protocollen van mondelinge toetsen, alsmede de cijfers worden door de examinator bewaard totdat de overgangsbeslissing van het betreffende jaar is vastgesteld. In het examenjaar wordt het werk bewaard tot 1 september van het betreffende examenjaar. Daarna wordt het werk vernietigd. (zie ook art.6.1). 8.4 De criteria aan de hand waarvan de beoordeling van alle werkstukken zoals PO’s, handelingsopdrachten en profielwerkstuk/sectorwerkstuk plaatsvindt, worden door de examinator vóór aanvang van de opdracht tijdens de lessen aan de kandidaat bekend gemaakt. 8.5 In één week kunnen maximaal vijf toetsen plaatsvinden. Onder een toets wordt verstaan: praktische opdrachten en SE (of voortgangs)toetsen zoals genoemd in het PTA. Uitzondering hierop vormt een toetsweek. In deze week kan afgeweken worden van het hierboven genoemde aantal toetsen. Art.9. De beoordeling 9.1 Voor de beoordeling van de toetsen van het SE gebruikt de examinator de cijfers 1 t/m 10 met de daartussen liggende cijfers met één decimaal. 9.2 vmbo-t: In afwijking van art. 9.1 worden de vakken Kunstvakken-1 (kv1)en Lichamelijke Opvoeding (lo) uit het gemeenschappelijke deel met ‘voldoende’ of ‘goed’ beoordeeld. Deze beoordeling gaat uit van de mogelijkheden van de kandidaat en geschiedt op basis van het naar behoren afsluiten van opdrachten uit het PTA. De vakken kv1 en lo waarderen de opdrachten van de leerlingen met behulp van cijfers op 1 decimaal nauwkeurig. De vakken worden met ‘voldoende’ afgesloten als het gemiddelde eindcijfer voor het schoolexamen 5,5 of hoger is. Als er sprake is van een gemiddeld eindcijfer 7,5 of hoger, krijgt de kandidaat de waardering ‘goed’. havo en vwo: In afwijking van art. 9.1 worden de vakken ckv en lo uit het gemeenschappelijke deel met ‘voldoende’ of ‘goed’ beoordeeld. Deze beoordeling gaat uit van de mogelijkheden van de kandidaat en geschiedt op basis van het naar behoren afsluiten van opdrachten uit het PTA. Het vak CKV en Lichamelijke Opvoeding 1 waarderen de opdrachten van de leerlingen met behulp van cijfers op 1 decimaal nauwkeurig. De vakken worden met ‘voldoende’ afgesloten als het gemiddelde eindcijfer voor het schoolexamen 5,5 of hoger is. Als er sprake is van een gemiddeld eindcijfer 7,5 of hoger, krijgt de kandidaat de waardering ‘goed’. 9.3 De gehele cijfers voor het schoolexamen hebben de volgende betekenis: 1 = Zeer slecht 6 = Voldoende 2 = Slecht 7 = Ruim Voldoende 3 = Zeer onvoldoende 8 = Goed 4 = Onvoldoende 9 = Zeer goed 5 = Bijna voldoende 10 = Uitmuntend 9.4 Het cijfer van ieder onderdeel van het SE wordt zo spoedig mogelijk (binnen 10 werkdagen)aan de kandidaat bekend gemaakt. Tot 5 werkdagen na de bekendmaking hebben de kandidaten het recht het door hen gemaakte werk in te zien. Dit laatste gebeurt in aanwezigheid van de docent.
9.5
9.6
9.7
9.8
De kandidaat heeft het recht om bij duidelijke onenigheid met de examinator aangaande afspraken over werk, tijdstip van inleveren van werk of beoordelingen, binnen 5 werkdagen schriftelijk beroep aan te tekenen bij de rector. Dit beroep wordt voorgelegd aan de examencommissie (artikel 4.3). De rector deelt de beslissing van de commissie uiterlijk 10 werkdagen na het indienen van het beroep, schriftelijk mee aan de kandidaat. vmbo-t De kunstvakken-1 en het vak lichamelijke opvoeding op vmbo-t moeten aan het eind van het schoolexamen afgesloten zijn met ‘voldoende’ of ‘goed’. Als dat niet het geval is, kan het schoolexamen niet afgerond worden. De kandidaat kan in dat geval niet slagen voor zijn vmbo-eindexamen en ontvangt dan ook geen diploma. Het algemeen verplichte vak Maatschappijleer 1 wordt met een cijfer afgesloten in het schoolexamen. Dit schoolexamencijfer komt op de cijferlijst bij het diploma en is onderdeel van de uitslagregel. havo en vwo Opdrachten voor de vakken CKV en LO1 op havo en vwo moeten allen worden afgesloten. Het openstaan van een opdracht betekent dat het examen niet afgerond is. De beoordeling voor de vakken CKV en LO1 moet uiterlijk in de laatste volle week van april vastgesteld zijn. De kandidaat kan in het geval dat deze opdrachten niet zijn afgerond niet slagen voor zijn eindexamen en ontvangt dan ook geen diploma. Combinatiecijfer havo en vwo Op het vwo wordt het combinatiecijfer gevormd door de vakken algemene natuurwetenschappen, maatschappijleer en het profielwerkstuk. Voor geen enkel van deze onderdelen mag het cijfer 3 of lager worden behaald. Op de havo wordt het cijfer bepaald door het vak maatschappijleer en het profielwerkstuk. Het Profielwerkstuk havo en vwo Het profielwerkstuk (PWS) wordt afgesloten met een presentatie aan medeleerlingen en ouders. Het PWS moet afgesloten worden met een beoordeling in de vorm van een cijfer. Het cijfer vormt een onderdeel van het combinatiecijfer (zie art. 9.7) Het sectorwerkstuk vmbo-t Het sectorwerkstuk wordt beoordeeld door tenminste 2 examinatoren die de kandidaat hebben begeleid bij de totstandkoming van het sectorwerkstuk. Het sectorwerkstuk wordt afgesloten met een presentatie aan medeleerlingen en ouders. Het sectorwerkstuk moet afgesloten worden met een beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’. Als dat niet het geval is, kan het schoolexamen niet afgerond worden. De kandidaat kan in dat geval niet slagen voor zijn vmboeindexamen en ontvangt dan ook geen diploma.
Art.10. De regeling cijfergeving 10.1 Het SE spreidt zich uit over het 3e en 4e leerjaar vmbo-t, het 4e en 5e leerjaar van de havo en het 4e, 5e en 6e leerjaar van het vwo. Het laatste leerjaar bestaat uit 3 periodes en de voorexamenjaren uit 4 periodes. Aan het einde van een periode wordt een rapportage opgesteld. 10.2 Verschillende Cijfers In de voorexamenjaren zijn twee soorten toetsen: SE toetsen en voortgangstoetsen. Voortgangstoetsen. De toetsen in de voorexamenjaren die meetellen voor de overgang maar niet voor het schoolexamen (SE). SE toetsen De SE-cijfers vormen samen via een weging of via een percentage (totaal 100%) het uiteindelijke SE cijfer. Het percentage of de weging wordt in het PTA achter de SE toetsen per vak weergegeven. Er wordt 1 maal afgerond. Het SE cijfer wordt
uitgedrukt in een cijfer op één decimaal nauwkeurig. In de voorexamenjaren tellen de SE toetsen met een weging ook mee in het overgangscijfer. Overgangs-cijfer Iedere toets in het voorexamenjaar heeft een weging. Het overgangscijfer wordt bepaald op basis van het voortschrijdend gemiddelde van alle (SE en V0) toetsen. Dit jaarcijfer is een getal op één decimaal nauwkeurig. Het cijfer wordt op 1 decimaal “afgekapt” (6.49 -> 6.4) Art.11. Bijzondere omstandigheden 11.1 In geval van ziekte dienen de ouders/verzorgers de rector hiervan vóór de aanvang van toetsen die deel uitmaken van het SE in kennis te stellen. Geschiedt deze melding mondeling of telefonisch, dan móét zij schriftelijk (binnen 1 werkdag) worden bevestigd. In geval van afwezigheid door andere vormen van overmacht dient te worden gehandeld als bij ziekte. Van deze regel kan alleen worden afgeweken als, naar het oordeel van de voorzitter van de examencommissie, de leerling/ouder niet in staat kon worden geacht om binnen die termijn te reageren. 11.2 Indien een SE-onderdeel niet is afgelegd op het vastgestelde tijdstip of binnen de vastgestelde termijn zonder een naar het oordeel van de rector geldige reden, kan de rector verplichten het ontbrekende onderdeel alsnog af te leggen. De kandidaat kan in dit verband verplicht worden om na lestijd op school het werk af te maken. Dit zal ten koste gaan van een mogelijkheid tot herkansing. 11.3 Indien een kandidaat niet voldoet aan de in art.11.1 gestelde verplichting kan de rector, na alle betrokkenen gehoord te hebben, de kandidaat uitsluiten van verder deelname aan het SE of het cijfer ‘1’ toekennen voor de betreffende toets/opdracht. 11.4 Als de kandidaat geoorloofd afwezig was bij een SE en voor een mogelijkheid tot inhalen in aanmerking komt, moet hij binnen drie werkdagen na terugkomst op school zelf contact opnemen met de betreffende examinator. Na overleg wordt door de betrokken examinator een datum voor het inhalen van de toets vastgesteld. 11.5 Kandidaten die als gevolg van geoorloofde absentie een toets voor het schoolexamen in moeten halen, behouden het recht op herkansing. 11.6 De rector kan in afwijking van artikel 7.1. een kandidaat die als gevolg van ziekte of een andere vorm van overmacht het schoolexamen niet heeft kunnen afsluiten voor de aanvang van het eerste tijdvak, in de gelegenheid stellen het schoolexamen in dat vak af te sluiten vóór het centraal examen in dat vak, doch na aanvang van het eerste tijdvak. Art.12. Herkansingsregeling SE toetsen en herexamen SE Herkansingsregeling SE toetsen 12.1 Alleen voortgangstoetsen, praktische opdrachten en SE toetsen kunnen voor herkansing in aanmerking komen. Handelingsopdrachten en een grote praktische opdracht worden afgetekend als het werk ‘naar behoren’ of ‘voldoende’ beoordeeld is en daarvoor geldt dus geen herkansingsregeling. 12.2 In het PTA wordt per vak en per onderdeel aangegeven wat wel en niet herkanst kan worden. 12.3 vervalt 12.4 Iedere kandidaat heeft per periode maximaal eenmaal het recht een toets te herkansen. De kandidaat kan de herkansing gebruiken voor een SE of een voortgangstoets. 12.5 Na het einde van de periode wordt besloten welke toets herkanst zal worden. 12.6 De toetsen worden herkanst op een centraal moment dat aangegeven staat in de jaarplanning. 12.7 Herkansing is mogelijk voor alle toetsen die in het PTA als herkansbaar staan aangegeven.
12.8
In de laatste periode (P4) kunnen de toetsen en praktische opdrachten niet herkanst worden. De laatste SE toets kan, mits de leerling is bevorderd, herkanst worden aan het begin van de eerste periode van het volgend schooljaar. 12.9 Het recht op herkansen vervalt als de kandidaat zonder geldige reden afwezig was op het afgesproken toetsmoment. In dat geval geldt het cijfer van de eerste toets. De examencommissie brengt leerlingen en ouders hiervan schriftelijk op de hoogte. 12.10 In geval van ziekte of andere vormen van overmacht blijft het recht op herkansen bestaan, mits de school daarvan vooraf en schriftelijk op de hoogte is gebracht (zie ook artikel 11.1 en 11.4) 12.11 In geval van herkansing geldt het hoogste cijfer. Herexamenregeling schoolexamen 12.12 De leerling mag een herexamen van het schoolexamen aanvragen. Het betreft de vakken ANW en Maatschappijleer (1). 12.13 Het herexamen kan gegeven worden nadat de beslissing genomen is dat een leerling bevorderd is. 12.14 Het herexamen wordt afgenomen in de periode tussen de zomervakantie en de herfstvakantie van het direct daarop volgende jaar. 12.15 Het herexamen omvat door de rector aangegeven onderdelen van het examenprogramma. 12.16 In geval van herexamen geldt het hoogste cijfer. Art. 13. Overige bepalingen 13.1 De resultaten van het schoolexamen behaald in het voorexamenjaar, komen te vervallen als de kandidaat niet bevorderd wordt naar het volgende leerjaar. 13.2 Van kandidaten die niet slagen voor het eindexamen en besluiten het examenjaar op het Citadel College opnieuw te doen, vervallen de behaalde (school)examenresultaten van het laatste leerjaar. In geval het sector- of profielwerkstuk voldoende is afgesloten mag deze beoordeling blijven staan. 13.3 Voor de kandidaat die tot het voorlaatste of laatste leerjaar wordt toegelaten, nadat in dat leerjaar al toetsen gehouden zijn, stelt de rector een regeling vast in overleg met de examinator en de kandidaat.
C
REGELING VAN HET CENTRAAL EXAMEN (CE)
Art.14. Algemeen 14.1 Het centraal examen wordt afgenomen conform de artikelen 36 t/m 45 van het Eindexamenbesluit vwo-havo-mavo-vbo. 14.2 Ten minste 14 dagen voor de aanvang van het centraal examen ontvangen de kandidaten het rooster van het centraal examen. In dit rooster staat in elk geval vermeld: a: de plaats waar de toetsen van het centraal examen worden afgenomen; b: het tijdstip waarop de toetsen worden afgenomen; c: de duur van de toetsen. Art.15. Gang van zaken tijdens het centraal examen 15.1 De kandidaten maken het schriftelijk werk onder toezicht van door de rector aangewezen leraren. In elk lokaal zijn minimaal twee toezichthouders aanwezig. Zij die toezicht hebben gehouden, maken een proces-verbaal op. 15.2 Tijdens een toets van het centraal examen worden aan de kandidaten geen mededelingen van welke aard ook, aangaande de opgaven gedaan. Dit is met uitzondering van de mededelingen die vanwege het College Voor Examens (cevo) gedaan moeten worden. 15.3 Een overzicht van hulpmiddelen waarvan het gebruik door de cevo is toegestaan, zal tijdig aan de kandidaten worden uitgereikt. 15.4 Tassen, jassen, gsm e.d. mogen niet naar het examenlokaal worden meegenomen. 15.5 Het examenwerk mag niet met potlood worden gemaakt. 15.6 Het werk wordt gemaakt op papier, gewaarmerkt en verstrekt door de school. Ook het kladpapier wordt door de school gewaarmerkt en verstrekt. Kandidaten mogen geen papier meenemen naar het examenlokaal. 15.7 De kandidaat vermeldt zijn examennummer, zijn naam en de betrokken examinator. 15.8 Zonder toestemming van een toezichthouder mag een kandidaat zich gedurende een toets van het examen niet verwijderen uit het examenlokaal. Als de kandidaat het lokaal tijdelijk mag verlaten, dan gebeurt dat onder begeleiding van een van de toezichthouders. 15.9 Tijdens het uitdelen van de opgaven dient er volkomen rust in het lokaal te heersen. 15.10 Gedurende een uur volgende op het tijdstip van opening van de envelop is het een kandidaat niet toegestaan te vertrekken. 15.11 De aan de kandidaten voorgelegde opgaven voor een toets van het centraal examen blijven in het examenlokaal tot het einde van die toets. Een kandidaat die het gemaakte werk eerder dan het sluitingstijdstip inlevert, laat de opgaven (voorzien van naam en examennummer) achter bij de toezichthouder. 15.12 Bij ministeriële regeling kan ten aanzien van een of meer zittingen worden bepaald dat de kandidaten de opgaven, de door hen gemaakte aantekeningen alsmede door hen gemaakte stukken inleveren bij een van de toezichthouders. Bij die regeling wordt bepaald wanneer de opgaven, de aantekeningen en de andere stukken aan de kandidaten worden terug gegeven. 15.13 Vanaf een kwartier voor het einde van een toets van het examen mogen de kandidaten het examenlokaal niet verlaten. 15.14 Aan het einde van een zitting blijven de kandidaten zitten totdat een toezichthouder het sein geeft om te vertrekken. 15.15 In het geval dat examens met behulp van de computer worden afgenomen, gelden aanvullende afspraken. In voorkomende gevallen worden deze afspraken aan de leerlingen en toezichthouders verstrekt.
Art.16. Gang van zaken tijdens het praktisch deel van het centraal examen Niet van toepassing Art.17. Afwijking in de wijze van examineren 17.1 De rector kan toestaan dat een lichamelijk of geestelijk gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de rector de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. 17.2 Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt te nazien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: er een deskundigheidsverklaring is die door een ter zake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld; de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten en, een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen in de deskundigenverklaring. 17.3 Aan een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar waarin hij examen aflegt, niet langer dan 6 jaren onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie Nederlands niet de moedertaal is, kan het bevoegd gezag toestemming geven voor een aangepast wijze van examineren. De rector mag de tijdsduur van de examenzitting verlengen met ten hoogste een half uur. Daarnaast is een verklarend woordenboek Nederlands en een woordenboek van zijn thuistaal naar het Nederlands toegestaan. Voor de kandidaten, genoemd in artikel 55 lid 3 gelden bij de beoordeling van taalgebruik en spelling in de centrale examens afwijkende regels. Voor zover wordt afgeweken van de voorschriften wordt deze afwijking medegedeeld aan de inspectie. Deze aangepaste wijze van examineren kan gelden voor: het vak Nederlandse taal en literatuur; het vak Nederlands; enig ander vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is. 17.4 Voor een dyslectische kandidaat kunnen de examencondities aangepast worden op grond van een rapport van een deskundige waarin is aangegeven welke maatregelen nodig zijn. Deze aanpassingen betreffen zowel het schoolexamen als het centraal schriftelijk examen. Afhankelijk van de mate, de ernst en het soort dyslexie komen de volgende maatregelen voor: verlenging van de examentijd (voor het CE ten hoogste 30 minuten); vergroting van de opgave; auditieve ondersteuning; ICT-ondersteuning. Art.18. Beoordeling van het centraal examen. 18.1. De rector geeft het gemaakte werk van het centraal examen met een exemplaar van de opgaven en met het proces verbaal van het examen aan de examinator van het betreffende vak. De examinator beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past daarbij de beoordelingsnomen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Wet College voor examens toe. De examinator drukt zijn beoordeling uit in de score, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Wet College voor examens. De examinator zendt de score en het beoordeelde werk aan de rector.
18.2.
18.3.
18.4
De rector doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces verbaal en de regels voor het bepalen van de score, bedoeld in het eerste lid, zo spoedig mogelijk aan de betrokken gecommitteerde dan wel tweede examinator toekomen. De gecommitteerde dan wel de tweede examinator beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past daarbij de beoordelingsnormen en de daarbij behorende scores, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel c van de Wet College voor examens toe. Daarnaast voegt de gecommitteerde bij het gecorrigeerde werk, de in artikel 36, vierde lid van het Eindexamenbesluit bedoelde verklaring toe. Deze verklaring dient mede ondertekend te zijn door het bevoegd gezag van de gecommitteerde. Bij ministeriële regeling kunnen nadere voorschriften worden gegeven voor de toepassing van het eerste tot en met 3e lid.
Art.19. Beoordeling van het praktisch deel van het centraal examen vmbo Niet van toepassing Art.20. Vaststelling score en cijfer centraal examen. 20.1. De examinator en de gecommitteerde dan wel de tweede examinator, bedoeld in artikel 41a, tweede lid stellen in onderling overleg de score voor het centraal examen vast. Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kaan een derde onafhankelijke gecommitteerde aanwijzen. De beoordeling van de derde gecommitteerde komt in plaats van de eerdere beoordelingen. 20.2. De rector stelt het cijfer voor het centraal examen in een vak vast op grond van de score zoals bedoeld in het eerste lid en met in achtneming van de regels, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, van de Wet College voor examens. Art.21. Absentie 21.1 Indien een kandidaat zonder geldige reden te laat bij een toets verschijnt, kan hij uiterlijk tot een half uur na het begintijdstip van de toets tot het examenlokaal worden toegelaten. Hij levert zijn werk in op de voor het betreffende examen aangegeven eindtijd. 21.2 Als een kandidaat door ziekte of door een andere vorm van overmacht niet in staat is een centraal examen bij te wonen, moet hij dit voor de aanvang van het examen melden aan de rector. Een telefonische melding moet altijd gevolgd worden door een schriftelijke verklaring van de ouders. 21.3 Een kandidaat die in gebreke blijft de in 18.2 genoemde verklaring in te leveren, wordt geacht niet reglementair afwezig geweest te zijn. 21.4 Indien een kandidaat op grond van niet reglementaire afwezigheid een examen niet heeft afgelegd, neemt de rector maatregelen overeenkomstig het gestelde in art.4. 21.5 Indien een toets van het centraal examen niet is afgelegd op grond van reglementaire afwezigheid, wordt de kandidaat in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven het centraal examen in ten hoogste twee toetsen per dag alsnog te voltooien. 21.6 Indien een kandidaat in het tweede tijdvak evenzeer verhinderd is, of wanneer hij het centraal examen in het tweede tijdvak niet kan voltooien, wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde tijdvak ten overstaan van de staatsexamencommissie zijn eindexamen te voltooien. 21.7 De kandidaat meldt zich zo spoedig mogelijk door tussenkomst van de rector aan de voorzitter van de desbetreffende staatsexamencommissie. In dat geval deelt de rector aan de commissie mede welke cijfers de kandidaat voor het schoolexamen
21.8
en het eventueel reeds afgelegde gedeelte van het centraal examen heeft behaald, alsmede, wanneer dat zich voordoet: A: dat ten behoeven van de kandidaat op grond van art.17.2. toestemming is verleend dat met betrekking tot het vak Nederlandse taal en letterkunde dan wel tot het vak Nederlandse taal van overwegende betekenis is, wordt afgeweken van de voorschriften gegeven bij of krachtens dit besluit; B: dat ten behoeve van de gehandicapte kandidaat op grond van art. 17.1 toestemming is verleend dat hij het centraal examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan zijn mogelijkheden. Na afloop van het derde tijdvak deelt de staatscommissie het resultaat mede aan de rector.
Art.22. Berekening eindcijfer eindexamen Algemeen 22.1 Het eindcijfer voor alle vakken van het eindexamen wordt uitgedrukt in een geheel cijfer uit de reeks 1 tot en met 10 (zie art.10.3.). 22.2 Indien het volgens 19.1 / 19.3 berekende eindcijfer niet een geheel getal is, dan wordt het, indien het eerste cijfer achter de komma 4 of minder is, naar beneden afgerond, en indien dit 5 of meer is, naar boven afgerond. 22.3 Indien dat nodig is om de kandidaat te laten slagen, betrekken de rector en de secretaris van het eindexamen een of meer eindcijfers van de vakken niet bij de bepaling van de definitieve uitslag. De overgebleven vakken dienen een eindexamen te vormen. Deze regeling is van toepassing als een kandidaat in een of twee extra vakken schoolexamen en centraal examen afgelegd heeft. 22.4 Zodra de eindcijfers en indien mogelijk de uitslag is vastgesteld, maakt de rector deze schriftelijk aan iedere kandidaat bekend, onder mededeling van het in artikel 24 bepaalde. De uitslag is de definitieve uitslag indien artikel 24, eerste lid, geen toepassing vindt. 22.5 22.6 22.7 22.8
vmbo-t Voor de theoretisch/gemengde leerweg geldt dat het eindcijfer van het examen in gelijke mate wordt bepaald door het eindcijfer van het schoolexamen en het cijfer van het centraal examen. (1 X SE + 1 X CE) : 2 Voor het vak Maatschappijleer 1 worden alleen schoolexamens afgenomen. Het schoolexamencijfer is tevens eindcijfer en telt mee in de slaag/zakregeling. havo en vwo Voor de havo en vwo geldt dat het eindcijfer van het examen in gelijke mate wordt bepaald door het eindcijfer van het schoolexamen en het cijfer van het centraal examen. (1 X SE + 1 X CE) : 2 Voor het vak Maatschappijleer 1 en Algemene Natuurwetenschappen worden alleen schoolexamens afgenomen. Het schoolexamencijfer is tevens eindcijfer en telt als onderdeel van het combinatiecijfer mee in de slaag/zakregeling.
Art.23. Vaststelling uitslag vmbo-t
23.1
23.2
23.3
23.4
23.5
23.6 23.7 23.7
23.8
De kandidaat heeft minimaal zeven cijfers die meewegen in de slaag/zakregeling: Nederlands, Engels, Maatschappijleer 1, twee sectorvakken en twee keuzevakken. Op grond van de tenminste zeven cijfers wordt vastgesteld of de kandidaat geslaagd is. Een kandidaat die eindexamen heeft afgelegd en al zijn eindcijfers heeft behaald binnen een schooljaar is geslaagd, indien hij: aVoor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of bvoor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, waarvan tenminste één 7 of cvoor twee van zijn examenvakken het cijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste één 7 of hoger. dvoor alle vakken gemiddeld een voldoende (5,5) heeft gehaald op het centraal schriftelijk examen. Er wordt hierbij uitgegaan van de onafgeronde cijfers en wordt het cijfer afgekapt (5,49 = 5,4 = gezakt). eHet eindcijfer Nederlands moet ten minste een 5 zijn. fde rekentoets heeft afgelegd ongeacht het daarvoor behaalde eindcijfer. In aanvulling op het voorgaande geldt tevens dat voor de vakken lichamelijke opvoeding en het kunstvak uit het gemeenschappelijke deel en in de theoretische leerweg voor het sectorwerkstuk de kwalificatie “goed” of “voldoende” is behaald (zie art.10.2). Het schoolexamencijfer voor het vak maatschappijleer-1 maakt volwaardig deel uit van de vakken waarop de uitslag bepaald wordt. havo en vwo Een havo-leerling heeft minimaal acht cijfers die meewegen in de slaag/zakregeling: Nederlands, Engels, vier profielvakken, één vak in het vrije deel en een combinatiecijfer. Een vwo-leerling heeft er minimaal negen: dezelfde als de havo-leerling, en een tweede moderne vreemde taal. Op grond van de tenminste acht of negen cijfers wordt vastgesteld of de kandidaat geslaagd is. Een examenkandidaat is geslaagd als: aalle eindcijfers 6 of hoger zijn, of ber 1x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of cer 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6.0 is. dvoor alle vakken gemiddeld een voldoende (5,5) is gehaald op het centraal schriftelijk examen. Er wordt hierbij uitgegaan van de onafgeronde cijfers en wordt het cijfer afgekapt (5,49 = 5,4 = gezakt). eVoor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal één vijf behaald worden op havo en vwo. fHij de rekentoets heeft afgelegd ongeacht het daarvoor behaalde eindcijfer. De examenleerlingen krijgen een rekentoets. (2-F of 3-F) In aanvulling op het voorgaande geldt tevens dat voor de vakken CKV en lichamelijke opvoeding de kwalificatie ‘goed’ of ‘voldoende’ is behaald. Cijfers voor maatschappijleer, het profielwerkstuk en - op het vwo - ANW maken deel uit van het combinatiecijfer. Met een eindcijfer van 3 of lager is de kandidaat afgewezen. Dit geldt ook voor het eindcijfer per onderdeel van het combinatiecijfer: de kandidaat met een 3 of lager voor of maatschappijleer, óf ANW óf het profielwerkstuk (of een combinatie) is afgewezen. Zodra de eindcijfers en indien mogelijk de uitslag is vastgesteld, maakt de rector deze schriftelijk aan iedere kandidaat bekend, onder mededeling van het in artikel
24 bepaalde. De uitslag is de definitieve uitslag indien artikel 24, eerste lid, geen toepassing vindt.
Artikel 23a. De rekentoets 1. De bepalingen uit deze afdeling, met uitzondering van artikel 19, zijn van overeenkomstige toepassing op de rekentoets. 2. Het College voor examens stelt nadere regels voor de uitvoering van de rekentoets. Het College voor examens stelt in ieder geval een regeling vast voor de uitvoering van de correctie voor zover de rekentoets bestaat uit open vragen. 3. De regelingen, bedoeld in het eerste lid, treden slechts in werking na goedkeuring door Onze Minister. Onze Minister kan zijn goedkeuring onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. 4. Het College voor examens kan bij regeling bepalen dat het examen in de rekentoets niet onder toezicht van een of meer gecommitteerden staat. 5. Met inachtneming van de artikelen 23, zevende lid, 24, zevende lid, en 25, zevende lid, van het Examenbesluit VO worden de beoordelingsnormen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, en lid 2a, van de Wet College voor examens bij de beoordeling van de rekentoets toegepast Artikel 23b. Eindcijfer vakken (deel)staatsexamen en rekentoets o
o
o o
1. Het eindcijfer voor alle vakken en rekentoets van het staatsexamen en deelstaatsexamen wordt uitgedrukt in een geheel cijfer uit de reeks van 1 tot en met 10. 2. Het College voor examens bepaalt het eindcijfer voor een vak op het rekenkundig gemiddelde van het cijfer voor het college-examen en het cijfer voor het centraal examen. Indien de uitkomst van deze berekening niet een geheel getal is, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond. 3. Indien in een vak alleen een college-examen wordt afgenomen, is het cijfer voor het college-examen tevens het eindcijfer. 4. Bij de rekentoets of indien een vak alleen een centraal examen wordt afgenomen, wordt het cijfer voor de rekentoets, respectievelijk voor het centraal examen afgerond overeenkomstig het tweede lid en vormt als gevolg hiervan het eindcijfer.
Art. 24. Herexamen 24.1 De kandidaat heeft voor één vak van het eindexamen waarin hij reeds examen heeft afgelegd en de eindcijfers zijn bekendgemaakt, het recht om in het tweede tijdvak of, indien artikel 21.2 uit dit reglement van toepassing is, in het derde tijdvak, opnieuw deel te nemen aan het centraal examen of aan het schriftelijk deel van het centraal examen in een beroepsgericht programma. 24.2 De kandidaat doet een schriftelijk verzoek tot herkansing aan de rector voor een door de rector te bepalen dag en tijdstip. 24.3 Het hoogste cijfer van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centrale examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen. 24.4 Na afloop van de herkansing wordt de uitslag definitief vastgesteld zoals beschreven in artikel 23 van dit reglement. De uitslag wordt schriftelijk aan de kandidaat meegedeeld. Art.25. Diploma en cijferlijst 25.1 De rector reikt aan elke kandidaat die eindexamen heeft afgelegd een cijferlijst uit waarop, voor zover van toepassing, zijn vermeld: de cijfers voor het schoolexamen en de cijfers voor het centraal examen; het onderwerp van het sector- of profielwerkstuk, alsmede de beoordeling van het werkstuk; de beoordeling van het vak kv1 (vmbo-t) of ckv(havo en vwo) en het vak lichamelijke opvoeding uit het gemeenschappelijke deel; de eindcijfers voor de examenvakken; de uitslag van het eindexamen. 25.2 De rector reikt aan elke voor het eindexamen geslaagde kandidaat een diploma vmbo-t, havo dan wel vwo uit waarop de sector/het profiel (de profielen) is (zijn) vermeld die betrokken is (zijn). Duplicaten van diploma’s worden niet uitgereikt. 25.3 Indien een kandidaat examen heeft afgelegd in meer dan het voorgeschreven aantal vakken worden de eindcijfers van de vakken die niet bij de bepaling van de uitslag zijn betrokken vermeld op de cijferlijst, tenzij de kandidaat daartegen bezwaar heeft. Art.26. Certificaten/cijferlijst. 26.1 De rector reikt aan de definitief voor het eindexamen afgewezen kandidaat van een dagschool die de school verlaat en die voor een of meer vakken van zijn laatste afgelegde eindexamen een eindcijfer van 6 of meer heeft behaald, een cijferlijst /certificaat uit. 26.2 Het certificaat of de deelcijferlijst vermeldt in ieder geval: het vak of de vakken waarvoor de kandidaat een eindcijfer 6 of meer heeft behaald; het thema van het sectorwerkstuk, voor zover beoordeeld met ‘goed’ of ‘voldoende’. Art.27. Spreiding van het eindexamen 27.1 Het bevoegd gezag kan, de inspectie gehoord hebbende, toestaan dat ten aanzien van een kandidaat die in het laatste leerjaar langdurig ziek zijn en ten aanzien van een kandidaat die als gevolg van overmacht lange tijd niet in staat is geweest het onderwijs in alle betrokken eindexamenvakken in het laatste leerjaar te volgen, het centraal examen en in voorkomend geval het schoolexamen, voor een deel van de vakken in het ene schooljaar en voor het andere deel in het daarop volgende schooljaar wordt afgelegd. In dat geval wordt het eindexamen in een vak in het eerste of in het tweede van deze schooljaren afgesloten. 27.2 Met een kandidaat die voor deze regeling in aanmerking komt, worden de aanvullende regelingen uit het eindexamenbesluit doorgenomen.
Art.28. Slotbepalingen 28.1 In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de rector na de betrokken partijen gehoord te hebben. 28.2 Waar in dit reglement gelezen wordt: de ouder(s), kan onder bepaalde omstandigheden ook gelezen worden: de verzorger(s) of voogd(en). 28.3 Waar sprake is van (mede) ondertekening door de ouder(s) van de kandidaat geldt dit voor kandidaten die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Meerderjarigen (18 jaar en ouder) hebben in dezen zelf tekenbevoegdheid. 28.4 De rector behoudt zich het recht voor de ouders van meerderjarigen over alle examenzaken inlichtingen te verschaffen, tenzij de meerderjarige schriftelijk kenbaar maakt dat hij dit niet wenst.
Bijlage 1: Toelichting bij de terminologie met betrekking tot toetsen Algemeen In het schoolexamen is sprake van drie soorten werk: 1. Schoolexamentoetsen De schoolexamentoetsen evalueren opgedane kennis en vaardigheden (meestal) door middel van een schriftelijke toets. Voor deze toets wordt een cijfer gegeven. Dit cijfer kan in decimalen gegeven worden. Deze toetsen tellen mee voor het schoolexamencijfer. Schoolexamentoetsen vallen onder de herkansingsregeling. 2. Praktische opdrachten Een praktische opdracht is een toetsvorm waarbij vaardigheden getoetst worden in combinatie met leerstof uit de overige exameneenheden. De praktische opdracht maakt deel uit van het SE of is een voortgangstoets. Voorbeelden van praktische opdrachten zijn opdrachten voor een interview, het opstellen van een enquête en een practicumopdracht bij exacte vakken. De onderwerpen worden bij voorkeur ontleend aan de maatschappelijke of beroepsmatige realiteit. Bij alle vakken en programma’s komen praktische opdrachten voor, waarbij zowel het proces als het product wordt beoordeeld. Beoordeling vindt plaats aan de hand van vooraf aan de kandidaat bekend gemaakte criteria. De weging van het cijfer voor de praktische opdracht wordt in het PTA bepaald. De kandidaat kan de praktische opdracht de vorm geven van een product, werkstuk of een presentatie. 3. Sectorwerkstuk en profielwerkstuk a. Het sectorwerkstuk Bij het sectorwerkstuk gaat het om de uitwerking van een thema dat past binnen de sector. Het sectorwerkstuk wordt alleen gemaakt door de leerlingen in de theoretische leerweg en maakt deel uit van het SE. De kandidaten dienen tenminste 20 uur te besteden aan het sectorwerkstuk. Het werkstuk behoeft niet binnen de stof van een vak te passen. Ook behoeven er geen twee vakken geïntegreerd te worden. Het thema staat centraal. Het sectorwerkstuk gaat bij voorkeur over maatschappelijk relevante onderwerpen of onderwerpen die te maken hebben met de beroepswereld, die bij de sector past. Voor het sectorwerkstuk is het noodzakelijk dat kandidaten informatie verzamelen, ordenen en presenteren. Er zijn verschillende presentatievormen: een geschreven werkstuk, een tastbaar werkstuk (maquette, prototype), een mondelinge presentatie of een computerpresentatie. Met het sectorwerkstuk worden vakvaardigheden, algemene en communicatieve vaardigheden getoetst. De beoordeling vindt plaats door minimaal twee docenten aan de hand van criteria, die vooraf aan de kandidaat kenbaar zijn gemaakt. Bij het sectorwerkstuk worden zowel proces als product beoordeeld. Het sectorwerkstuk moet met de waardering ‘voldoende’ of ‘goed’ worden afgesloten, telt niet mee in het cijfer van afzonderlijke vakken en wordt apart op de cijferlijst vermeld. b. Profielwerkstuk In de Vernieuwde Tweede Fase heeft het profielwerkstuk op één vak of meer vakken betrekking. Het vak of de vakken waarop het werkstuk betrekking heeft, maakt/maken onderdeel uit van het totale pakket van de leerling. Wel moet altijd ten minste één groot vak betrokken zijn. Een groot vak heeft op de havo een omvang van minimaal 320 uur en op het vwo minimaal 400 uur. Net als voorheen bepaalt de school op hoeveel vakken het profielwerkstuk betrekking heeft en welke vorm het dient te hebben. Hiervoor wordt de leerling tijdig geïnformeerd.
4 HAVO
Bijlage 2: Overzicht van Voortgangs- en SE toetsen per week:
* Deze week uiterlijk afgerond. ** Geen leerwerk bij deze toets Toetsen in het onderstaande schema kunnen naar achter verplaatst worden. Verplaatsingen worden een week vooraf aan de leerlingen gemeld. Wk
Bijz.h
35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45
Wia
Wib
Fa
du
ak
Kunst vak
gs
CKV
ec
bi
Na
sk
T1
T1
ma
Rek
T1
T1
T1
T2
T1 T2
T1
T1 T2 **
P1*
HD
T1
T1
T1
T3**
T2
T1
Herfstvakantie T2 P2*
T3**
T4**
T3
T4
P2**
T2**
P1** P3** T2
T2
H1*
T2
P1*
P1* T2
T4 T5** T4
T2 T4
P3
T1
T3 T6
H1
T4**
T3
T2
P1*
P1**
P1** Kerstvakantie Kerstvakantie
T5
Toetswk
T6
T5
T7**
T7
T3
T6
T8
T6
T5** T6**
T3
P4** P5** P6** T3
T3
H2* P2*
T3
T3
T4
T3
T2 P2*
T7 Voorjaarsvakantie
T8 T7 T9
T5 T8
T4
T4
Barcelona P4*
P8** T10**
15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
P1
T9 P2*
HD
T9 T9
P1* P2*
T7 T8
T4
P7** P9** P10** T4
T4
P1*
T3
H3* P3*
P2* T6
P3*
T8 T4 Meivakantie T11** T8
25 26 27/28
En
T1
46 47 48 49 50 51 52 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Ne
T12 P3*+ H1
P6*
Toetswk
T9
T11
H2 T10
T12
T13**
T14
T12
T10**
H4* T11** T9
T11
T10**
T12**
T12**
P1* T5
T5 P2*
T7
P12** P11* * P13**
H1*
T5
T5
H5* P4*
P4*
T7
T6
T5
T8
T5
T4
Toets 3F
L o
LOB
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Afdeling: HAVO Leerjaar: 4 SE V
= =
Lent
Schoolexamentoets (telt ook met weging mee in het voortgangscijfer) Voortgangstoets
Periode
Week
T, P, H
1
36
Week 35 t/m 45
Citadel College Vak: Nederlandse taal en literatuur Methode: Talent en Laagland
Weging V
T1
SE+V of V V
1
39
T2
V
42
P1
V
45
P2
% SE
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
Tekstanalyse
Schriftelijke toets
60 minuten
Nee
3
Spelling
Schriftelijke toets
60 minuten
Nee
1
Uiteenzetting
Verslag
-
Nee
V
1
Boek 1 – Novelle of kort verhaal
Verslag
-
Nee
Opmerking
Periode 1 2
46
T3
SE
1
5%
Verhaalanalyse
E2
Schriftelijke toets
60 minuten
Ja
Week 46 t/m 5
49
T4
SE
3
5%
Argumenteren
D
Schriftelijke toets
60 minuten
Ja
51
P3
V
1
Boek 2 - Speech
-
Nee
2
T5
V
3
Formuleren
Schriftelijke en mondelinge toets Schriftelijke toets
60 minuten
Nee
4
T6
V
1
Betoog
Schriftelijke toets
90 minuten
Nee
13
P4
V
1
Verslag
-
Nee
6 - 16
P5
V
1
Poëzie (in samenwerking met Engels) Boek 3 - Mondeling
-
Nee
13 – 16 Periode 3 23
T7
SE
2
Mondelinge toets / Verslag Mondelinge toets
30 minuten
Nee
T8
V
4
Tekstanalyse
Schriftelijke toets
60 minuten
Ja
25
P6
V
1
Boek 4 - Verwerking
Verslag
-
Nee
27/28
T9
SE
2
Schriftelijke toets
120 minuten
Nee
Toetsweek
3 Week 6 t/m 16
4 Week 17 t/m 29
20%
5%
Debat
Recensie over twee boeken
B
C / E1 / E2
Toetsweek
Periode 4
In 4 havo wordt 35% van het SE afgenomen. Tijdens de les kunnen enkele kleine overhoringen of praktische opdrachten worden afgenomen, die weging 1 kunnen krijgen.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014-2015 Vak: Afdeling: havo Leerjaar: Periode
Week
T,P, H
1 Week 35 t/m Week 45
38
2 Week 46 t/m week 5
3 Week 6 t/m week 16
4 Week 17 t/m week 28
Weging V
T1
SE+ V of V V
% SE
40
T2
42
T3
45
T4
46-51
T5
47
T6
SE+ 2 V SE + 2 V V 2
51
P1
V
4
T7
9
T8
SE + 3 V V 1
11
T9
V
14
T10
V
16
P2
2.5%
21
T11
23 24
T12 P3
SE + 1 V SE + 2 V V 2 V 1
24 27-28
H1 T13
SE+ V
7.5%
Citadel College Engels 4
Methode: Of Course
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
1
Idioom 1
A/B/C/D
Schriftelijk
20 min
Nee
V
2
Toets Unit 1
A/B/C/D
Schriftelijk
60 min
Ja
V
2
Leesvaardigheid 1 *
A
Schriftelijk
45 min
Nee
Kijk- en luistervaardigheid 1: kijktoets * Spreekvaardigheid: presentatie Toets Unit 2
B
Schriftelijk
30 min
Nee
C2
Mondeling
15 min
Nee
A/B/C/D
Schriftelijk
60 min
Ja
Skillsfile 1
A/B/C/D/E/F
Nvt
Nee
Schrijfvaardigheid: brief
D
Praktische opdracht Schriftelijk
90 min
Ja
Idioom 2
A/B/C/D
Schriftelijk
20 min
Nee
2
Toets Unit 3-4: grammatica
A/B/C/D
Schriftelijk
60 min
Ja
3
Leesvaardigheid 2 *
A
Schriftelijk
60 min
Ja
Literatuur: Poetry Project (samen met NE) Kijk- en luistervaardigheid 2: luistertoets * Toets Unit 5 Skillsfile 2
E
Praktische opdracht Schriftelijk
Nvt
Nee
30 min
Nee
60 min Nvt
Nee Nee
Bookreports Leesvaardigheid 3 *
E A
Schriftelijk Praktische opdracht Handelingsdeel Schriftelijk
Nvt 90 min
Nee Nee
2.5% 7.5%
1
4
7.5%
2.5%
B A/B/C/D A/B/C/D/E/F
In havo 4 wordt 30% van het SE-cijfer bepaald. De overige 70% van het SE-cijfer wordt in havo 5 bepaald. *geen leerwerk bij deze toets
Lent
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Frans Afdeling: havo Leerjaar: 4 Periode Week
T,P, H
1
39 41 44
T1 T2 T3
47
2
3
4
Citadel College
Lent
Methode: Libre Service + HCE idioomboek Frans
Weging % V SE
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur Herkansi ng
3 3 2
Libre Service** Leesvaardigheid 1 Kijk- en luistervaardigheid
A, D A B
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
1 uur 1 uur 45 min
Ja Nee Nee
T4
SE+ V of V V V SE+ V V
3
Libre Service**
A,D
Schriftelijk
1 uur
Ja
48
T5
V
3
Leesvaardigheid 2
A
Schriftelijk
1 uur
Nee
50
H1
Dossier 1: Kijk-luister- en schrijfvaardigheid* Schrijfvaardigheid
B,D
Handelingsdeel
n.v.t.
n.v.t.
D
Schriftelijk
1 uur
Ja
Libre Service**
A,D
Schriftelijk
1 uur
Ja
Literatuur Spreekvaardigheid
D,E C
Schriftelijk Mondeling
Nee Nee
Dossier 2: Kijk-luister- en schrijfvaardigheid* Kijk- en luistervaardigheid
B,D
Handelingsdeel
1 uur 10 -15 min n.v.t.
Toetsweek T6 Week 4 7 T7
SE+ 3 V V 3
11 15
T8 T9
V 2 SE+ 3 V
21
H2
23
T10
3%
7%
7%
n.v.t.
SE+ 2 3% B Schriftelijk 45 min Nee V 25 T11 V 3 Libre service** A,D Schriftelijk 1 uur Nee Toetsweek T12 SE+ 4 10 Leesvaardigheid 3 A Schriftelijk 1,5 uur Nee Week 28 V Gedurende het hele schooljaar worden er SO ’s afgenomen over de lesstof. Elk SO telt 1x mee voor de voortgang. *Dossiers kijk-luister-en schrijfvaardigheid moet minimaal met een voldoende worden afgesloten. Bij onvoldoende moet net zo lang herkanst worden totdat het naar behoren gemaakt is. Anders kan men niet bevorderd worden naar volgend schooljaar. ** De exacte stof wordt minimaal een week van tevoren bekend gemaakt. 30% van het SE-cijfer wordt in Havo 4 gehaald.
Opmerking
Programma van Toetsing en Afsluiting Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Duits Afdeling: Havo Leerjaar: 4 Periode
Week
T, P, H
1
44
T1
41
HD
45
T2
2
T3
50 4 toetsweek
2
3
4
5 14
SE+ V of V V
% SE
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
A,D
Schriftelijk
60
Ja
0
Proefwerk Neue Kontakte Kapitel 1 Leesdossier 1 (boek)
A
Handelingsdeel
nvt
nee
V
3
Leesvaardigheid 1
A
Schriftelijk
60
Nee
V
2
A,D
Schriftelijk
60
Ja
T4
V
2
D
Schriftelijk
90
Nee
T5
V/SE 2
Proefwerk Neue Kontakte Kapitel 2 Schrijfvaardigheid n.a.v. film Kijk- en luistervaardigheid
B
Schriftelijk
60
nee
T6
V
2
Leesvaardigheid 2
A
Schriftelijk
120
nee
0
Leesdossier 2 Gedicht + novelle Proefwerk Neue Kontakte Kapitel 3
A
Handelingsdeel
nvt
Nee
A,D
Schriftelijk
60
ja
Mondeling
C
Mondeling
15
Nee
Neue Kontakte eindtoets
A,D
Schriftelijk
60
Ja
2
7,5%
3
15
T7
V
16/17
T8
V/SE 2
24
T9
V
25
T10
V/SE 2
7,5%
Schrijfvaardigheid
D
Schriftelijk
90
nee
23
T11
V/SE 2
7,5%
Kijk- en luistervaardigheid
B
Schriftelijk
60
nee
Toetsweek 27
T12
V
Leesvaardigheid
A
Schriftelijk
120
Nee
7,5%
3
4
Lent
Methode: Neue Kontakte (5e editie)
Stofomschrijving
HD
Weging V
Citadel College
30% van het SE-cijfer wordt in Havo 4 gehaald De docent zal in elke periode één of meerdere SO’s beoordelen. Het gemiddelde hiervan wordt met weging 1 als voortgangstoets (V) meegeteld in de beoordeling van de betreffende periode. I.v.m. leerwerkcontrole mogen deze SO’s onaangekondigd gegeven worden. Deze kleine toetsen kennen geen herkansingsmogelijkheid. Verder worden in de toetsen van periode 2 t/m 4 ook inhouden van de voorgaande proefwerken getoetst.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Wiskunde A Afdeling: Havo Leerjaar: 4 Periode
Week
T,P, H
Weging V
T
SE+ V of V V1
1 Week 34 t/m Week 45
38
3
44
T
V2
T
V3
2 Week 46 t/m week 5
49
T
2
4 Week 17 t/m week 29
Stofomschrijving
Lent
Methode: Getal en Ruimte 10e editie Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
Hfdst 1 – Statistiek
Schriftelijk
60
Nee
3
Hfdst 3 – Handig tellen
Schriftelijk
60
Ja
1
Gemiddelde SO’s*
Schriftelijk
nvt
Nee
V4
3
Hfdst 5 – Kansrekening
Schriftelijk
60
Ja
T
V5
3
Hfdst 7 – Rekenen met kansen
Schriftelijk
60
Ja
T T
1 6
Schriftelijk Schriftelijk
120
Nee Ja
Schriftelijk
60
Ja
Schriftelijk
60
Ja
7
T
V6 SE 1, V7 V8
15
T
V9
3
Hfdst 2 – Formules grafieken en tabellen Hfdst 4 – Lineaire modellen
Wk 4 toetsweek 3 Week 6 t/m Week 16
% SE
Citadel College
15%
3
Gemiddelde SO’s SE 1 Hfdst 1, 3, 5, 7
Examen Eenheid
C1, C3, D1, D2, G1, G2
T
V10
1
Gemiddelde SO’s
Schriftelijk
Wk 15 Toetsweek examenklas 21
T
V11
3
Hfdst 6 – Formules en veranderingen
Schriftelijk
60
Ja
25
T
V12
3
Hfdst 8 – Allerlei Formules
Schriftelijk
60
Ja
T
V13
1
T
SE 2, V14
6
Wk 28 toetsweek
Gemiddelde SO’s 15%
SE 2: Hfdst Hst. 2, 4, 6, 8
Nee
Schriftelijk B1,2,3 , E1, 2
Schriftelijk
Nee 120
Ja**
* De docent kan in elke periode een of meer schriftelijke werken en/of practica beoordelen en ze met een weging 1 als voortgangstoets (V) mee laten tellen in de beoordeling van de betreffende periode. Deze kleine toetsen en practica kennen geen herkansingsmogelijkheid. ** De laatste SE toets mag de leerling, nadat de leerling is bevorderd naar klas 5 en mits de leerling nog een herkansingsmogelijkheid heeft herkanst worden in de eerste periode van het volgend jaar. De verdeling van de SE’s zijn 30% in de 4e klas en 70% in de 5e klas.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Wiskunde B Afdeling: Havo Leerjaar: 4 Periode
Week
T,P, H
1 Week 34 t/m Week 44
40
2 Week 45 t/m week 4
3 Week 5 t/m week 15
4 Week 16 t/m week 27
Weging V
T1
SE+ V of V V
3
T2
V
46
T3
50
Methode: Getal en Ruimte 10e editie Tijdsduur
Herkansing
Hfdst 1 – Formules en grafieken
Schriftelijk
60
Ja
1
Gemiddelde SO’s*
Schriftelijk
nvt
Nee
V
3
Hfdst 2 – Veranderingen
Schriftelijk
60
Ja
T4
V
3
Hfdst 9 – Aanzichten en doorsneden
Schriftelijk
60
Ja
T5 T6
V SE 1, V V
1 4
Schriftelijk Schriftelijk
120
Nee Ja
P
SE 2/V
2
PO***
Schriftelijk
60
Ja
T8
V
1
Gemiddelde SO’s
Schriftelijk
16
T9
V
3
Hfdst. 5
Schriftelijk
60
Ja
23
T10
V
3
Hfdst. 6
Schriftelijk
60
Ja
T11
V
1
T12
SE 3/ V
4
14
Wk 26 toetsweek
T7
17%
3
Stofomschrijving
Lent
Toetsvorm
Wk 4 toetsweek 10
% SE
Citadel College
Gemiddelde SO’s SE 1 Hfdst 1, 2, 9
Examen Eenheid
C,D,G
Hfdst 4. 6%
Gemiddelde SO’s 17%
SE 2: Hfdst 4 t/m 6
Nee
Schriftelijk B,E
Schriftelijk
Nee 120
Ja**
* De docent kan in elke periode een of meer schriftelijke werken en/of practica beoordelen en ze met een weging 1 als voortgangstoets (V) mee laten tellen in de beoordeling van de betreffende periode. Deze kleine toetsen en practica kennen geen herkansingsmogelijkheid. ** De laatste SE toets mag de leerling, nadat de leerling is bevorderd naar klas 5 en mits de leerling nog een herkansingsmogelijkheid heeft herkanst worden in de eerste periode van het volgend jaar. *** De verdeling van de SE’s is 30% in de 4e klas en 70% in de 5e klas. **** Het onderwerp van het PO en de termijn wordt nog nader bekend gemaakt.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Rekenexamen: 2014 -2015 Vak: Rekenen Afdeling: Havo Leerjaar: 4 Periode
Week
T,P, H
SE+ V of V
Weging V
% SE
Stofomschrijving
Citadel College
Lent
Methode: n.v.t. Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
digitaal
120 minuten
Nee
1 Week 34 t/m Week 45
2 Week 46 t/m week 5 3 Week 6 t/m week 16
4 Week 17 t/m week 29
5
Reken toets 3F
Programma van Toetsing en Afsluiting Citadel College Lent Schoolexamen: 2013/2014 Vak: Maatschappijleer Docent: Tim Aerdts Sector / Afdeling: HAVO Leerjaar: 4 Methode: Impuls HAVO
Periode
Week
TPH
1
42
T1
45
P1
4
T2
5
2
3
4
SE+ V of V SE+ V
Weging V
% SE
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
3
15%
Rechtsstaat
B1, B2, B3
schriftelijke toets
60 min
ja
SE +V SE+ V
2
10%
Praktische opdracht rechtsstaat
A1, A2, B Praktische opdracht 180 min. nee
3
15%
Parlementaire democratie
C1, C2, C3
P2
SE+ V
2
10%
A1, A2, C Praktische opdracht 180 min. nee
14
T3
SE+ V
3
15%
Praktische opdracht parlementaire democratie Verzorgingsstaat
16
P3
SE+ V
2
10%
24
P4
SE+ V
2
10%
27
T4
SE+ V
3
15%
Praktische opdracht verzorgingsstaat Praktische opdracht pluriforme samenleving Pluriforme samenleving
100% van het SE-cijfer wordt in Havo4 behaald.
schriftelijke toets
60 min.
ja
E1, E2, schriftelijke toets 60 min. ja E3, E4 A1, A2, Praktische opdracht 180 min nee E2, E3 A1, A2, D Praktische opdracht 180 min. nee D1, D2, D3, D4
schriftelijke toets
60 min.
nee
Opmerking
Programma van Toetsing en Afsluiting Schoolexamen: 2014-2015 Vak: Afdeling: HAVO Leerjaar: 4 Periode
Week
T, P, H
1
41
2
3
4
Weging V
T1
SE+ V of V V
% SE
1
50
T2
V
1
4 toetsweek
T3
SE+ V
5
14
P1
SE
2,5%
14
P2
SE
2,5%
18
T4
V
1
23
T5
V
1
26
T6
V
1
27/28 toetsweek
T7
SE+ V
5
15%
20%
Citadel College
Lent
aardrijkskunde Methode: De Geo Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
Arm en rijk, hoofdstuk 1 en 2 óf evt. alternatief eigen onderwerp
Schriftelijke toets
1 uur
Nee
Arm en rijk, hoofdstuk 3 en 4 Arm en rijk Hele boek
Schriftelijke toets
1 uur
Nee
Schriftelijke toets
2 uur
Ja
PO Overleven in Europa Barcelona onderzoek + presentatie PO Overleven in Europa Interview boer
Praktische opdracht; onderzoek
10 uur (o.a. in Barcelona) 6 uur
Nee
Systeem aarde, hoofdstuk 1 Systeem aarde, hoofdstuk 2 Gemiddelde van alle so’s en onderzoeksopdrachten in het schooljaar Systeem aarde + Overleven in Europa; 2x hele boek
Schriftelijke toets
1 uur
Nee
Schriftelijke toets
1 uur
Nee
s.o.’s/po’s
Gedurende het jaar
Nee
Schriftelijke toets
2 uur
Ja, in 5H
Praktische opdracht; onderzoek
Nee
Gedurende het schooljaar kunnen er kleine so’s of onderzoekjes gedaan worden. Het gemiddelde van al deze werken telt in periode 4 1x mee voor het rapport. 40% van het SE-cijfer wordt in 4H gehaald.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014-2015 Vak: Afdeling: havo Leerjaar: Periode
Week
T,P, H
Weging V
T1
SE+ V of V V
1 Week 35 t/m Week 45 2 Week 46 t/m week 5 3 Week 6 t/m week 16 4 Week 17 t/m week 27
38/39 44
T2
Toetsweek 4
% SE
Citadel College Geschiedenis 4
Lent
Methode: Geschiedeniswerkplaats
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
1
Hoofdstuk 1
A, B, E
Schriftelijke toets
60
N
V
2
Hoofdstuk 1 -2 + thema 1
A, B, C
Schriftelijke toets
60
N
T3
SE +V
3
10%
Hoofdstuk 1-5 Alleen 5.1 en 5.2
A, B
Schriftelijke toets
120
J
14
T4
3
10%
Schriftelijke toets
60
N
P1
Historische Context 1 Ook: 5.3; 5.4; 6.1; 6.2; 6.3 PO
A, B
15
SE+ V V
15 uur
N
25
H1
V
1
Handelingsdeel
A, B,
HO
8 uur
J
Toetsweek 27
T5
SE+ V
4
Historische Context 1 en H 1-7
A, B
Schriftelijke toets
120
J
20%
A, B, E.
De docent kan in elk trimester éen of meerdere schriftelijke werken beoordelen en ze met een weging 1 als voortgangstoets (V) mee laten tellen in de beoordeling van de betreffende periode. Deze kleine toetsen en of opdrachten kennen geen herkansingsmogelijkheid. SE-weging: Havo 4: 40 (10, 10, 20) Domein A, B, E Havo 5: 60 (10, 10, 10, 30) Domein A, B, C, D, E Opmerkingen: In totaal moet de leerling vier verplichte opdrachten maken en de daarbij behorende verslagen met een voldoende (5,5 of hoger) afsluiten. Bij een onvoldoende moet de leerling de handelingsopdracht dus herkansen/ aanpassen tot het cijfer minimaal een voldoende is! Het eindcijfer bestaat uit handelingsopdrachten (HO) en moet aan het einde van het schooljaar afgesloten worden met minimaal een 5,5. Is dit cijfer onvoldoende dan kan de leerling niet bevordert worden naar leerjaar 5.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Economie Afdeling: havo Leerjaar: 4 Periode
Week
T T1
SE of Wegi V ng V V 2
% SE 0
1
40
2
46
T2
V
2
0
Toetsweek T3
SE
4
3
11
T4
V
4
21
T5
Toetsweek T6
Citadel College
Lent
Methode: LWEO
Stofomschrijving
Toetsvorm
Tijdsduur Herkansing
Lesbrief Crisis Lesbrief Jong en Oud deel Lesbrief Jong en Oud deel
Schriftelijk
60 min
Nee
Schriftelijk
60 min
Nee
15%
Lesbrief Crisis Lesbrief Jong en Oud
Schriftelijk
60 min
Ja
2
0
Lesbrief Vervoer deel
Schriftelijk
60 min
Nee
V
2
0
Lesbrief Vervoer deel
Schriftelijk
60 min
Nee
SE
4
15%
Lesbrief Vervoer Lesbrief Werk deel
Schriftelijk
60 min
Ja
30% van het SE-cijfer wordt in Havo 4 gehaald.
Programma van Toetsing en Afsluiting Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Biologie Afdeling: HAVO Leerjaar: 4 Periode
Week
T, P, H
1
41
2
3
4
Weging V
T1
SE+ V of V V
Periode 1 PO’s en SO’s
P1
49
Methode: Nectar
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
2
Hst 2 Soorten en relaties
B8, C2, C3, D4, F2, F3
Schriftelijke toets
60 min
Nee
V
1
PO/SO hst 1, 2, 3
A
Schriftelijke overhoring en verslag
T2
V
2
Hst 3 Cellen
B1, B2, B3, E1, E2, F1
Schriftelijke toets
60 min
Nee
4 Toetsweek
T3
SE+ V
4
Hst 1 gedrag, 2 Soorten en relaties , 3 Cellen , 7 Onderzoek doen
A, B1, B2, B8, C2, C3, D4, E1, E2, F1, F2, F3
Schriftelijke toets
90 min
ja
13
T4
V
3
D3
Schriftelijke toets
60 min
Nee
Periode 3 PO’s en SO’s
P2
V
1
Hst 4 Voortplanting en seksualiteit, PO/SO hst 4,7
A
Schriftelijke overhoring en verslag
27 Toetsweek
T5
SE+ V
4
Schriftelijke toets
90 min
Ja *
Periode 4 PO’s en SO’s
P3
Schriftelijke overhoring en presentatie
nvt
Nee
1
% SE
Citadel College
12%
12%
Hst 4 Voortplanting en B2, B3, B4, B8, C2, C3, seksualiteit, D3, D4, E3, F3 5 Voeding en energie, 6 Voeding en vertering, 8 Ecosysteem en evenwicht Hst 5,6,8 A
24% van het SE-cijfer wordt in H4 gehaald.
Lent
Programma van Toetsing en Afsluiting Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Natuurkunde Afdeling: Havo Leerjaar: 4 Periode
Week
1 2
3
4
SE+V of V V
Weging V
39
T, P, H T1
% SE
44
T2
V
1
49
T3
V
2
51
P1
SE + V 3
5%
4
T4
SE + V 4
10%
10
T5
V
16
T6
SE + V 3
25
T7
V
24
P2
SE + V 2
3%
28
T8
SE + V 4
14%
2
1 8%
3
Citadel College
Lent
Methode: Newton (4e editie)
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
H2 Sport en beweging H1 Elektriciteit gedeeltelijk H1 Elektrische schakelingen H6.1 Rekenvaardigheden Portfolio deel 1 H1 Elektriciteit en energiegebruik, H2 Bewegingen, H6.1 Rekenvaardigheden H3 Materialen H3 Materialen en H5 Ioniserende straling H2 Beweging en H4 Krachten Portfolio deel 2 H1 Elektriciteit H2 Sport en beweging H3 Materialen H4 Krachten H5 Ioniserende straling
C1
Schriftelijke Toets
60 min
Ja
G1, A
Schriftelijke Toets
30 min
Nee
G1, A
Schriftelijke toets
60 min
Nee
A11, I1
Praktische opdrachten
n.v.t.
n.v.t.
G1, C1, A
Schriftelijke toets
120 min
Ja
D1, A
Schriftelijke toets
30 min
Nee
B2, D1, A
Schriftelijke toets
90 min
Ja
C1
Schriftelijke toets
60 min
Nee
A11
Praktische opdrachten
n.v.t.
n.v.t.
120 min
Ja*
*Herkansbaar na de zomervakantie in 5H.
40% van het SE-cijfer wordt in H4 gehaald. 60% van het SE-cijfer wordt in H5 gehaald.
G1, C1, D1, B2, Schriftelijke toets D1, A
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Afdeling: havo Leerjaar: Periode Week
1
2
3
39
T,P,H SE+V Weging of V V T1 V 1
42
T2
V
1
50
P1*
1
2,5 %
toetsweek
T3
3
10 %
10
T4
SE +V SE + V V SE + V V+ SE
1
16
P2
*
% SE
Citadel College Scheikunde 4
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur Herkansing
Hoofdstuk 1
A, B, D A, B, D A, B, D A, B, D, E, A, B,
C,
Schriftelijke toets
60 min
Nee
C,
Schriftelijke toets
60 min
Nee
C,
Practicum met schriftelijk verslag Schriftelijke toets
n.v.t.
Nee
90 min
Ja
Schriftelijke toets
60 min
Nee
Praktische opdracht Rekenen met mol SE Hoofdstuk 1 t/m 4 Hoofdstuk 5
2,5 %
Methode: Chemie Overal
Stofomschrijving
Hoofdstuk 1 en 2
1
Lent
C, G C
Praktische opdracht Zouten en rekenen SE Hoofdstuk 1 t/m 7
A, B, C, Practicum met n.v.t. Nee D schriftelijk verslag toetsweek T5 4 20 % A, B, C, Schriftelijke toets 90 min Ja** 4 D, E, F, G De docent kan in elke periode één of meerdere schriftelijke toetsen en/of practica beoordelen en ze met een weging 1 als voortgangstoets (V) mee laten tellen in de beoordeling van de betreffende periode. Deze kleine toetsen en practica kennen geen herkansingsmogelijkheid. *In dit jaar worden 3 praktische opdrachten uitgevoerd (de laatste in periode 4 met als onderwerp Koolstofchemie en rekenen) De twee hoogste cijfers gelden als PO cijfers, welke elk voor 2,5% bijdragen aan het eindcijfer. Wanneer een praktische opdracht wordt gemist, geldt hiervoor geen inhaalmogelijkheid, en worden de overige twee cijfers meegenomen als PO cijfer. Wanneer twee praktische opdrachten worden gemist, is er een inhaalmogelijkheid aan het einde van het jaar. De stof van deze inhaalmogelijkheid wordt door de docent bepaald. Ja**: herkansbaar, mits bevorderd, in periode 1 volgend schooljaar. 35% van het SE-cijfer wordt in Havo 4 gehaald.
Programma van Toetsing en Afsluiting, Citadel College Lent Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Kunstvak (beeldende vorming en algemeen) Afdeling: HAVO Leerjaar: 4 Methode: De Bespiegeling HAVO en readers Periode
Week
T,P, H
1
Week 35 tm 45 Week 43 en 44
P
2
3
4
Weging V
% SE
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
2
10%
Portfoliowerkstuk 1*
B
Praktische opdracht
8 uur
Nee
P
SE+ V of V SE+ V V
A1, A2
Praktische opdracht
2 uur
Nee
Week 45
P
V
1
Onderzoek naar een beeldend werk van een kunstenaar in relatie met eigen onderwerp. Presentatie en evaluatie werkstuk.
A3
Praktische opdracht
1 uur
Nee
Week 41
T
V
1
Theorie: Beeldende begrippen
A3
Schriftelijke toets
1 uur
Ja
Week 45
T
2
5%
Trailer: Kunst tot 1900 in vogelvlucht
A, B, C
Schriftelijke toets
1 uur
Ja
Week 46 tm 3 Week 3
P
SE+ V SE+ V V
2
10%
Portfoliowerkstuk 2*
B
Praktische opdracht
8 uur
Nee
A1, A2
Praktische opdracht
2 uur
Nee
Week 3 Week 4
P T
1 2
5%
A3 A, B, C
Praktische opdracht Schriftelijke toets
1 uur 1 uur
Nee Ja
Week 6 tm 14 Week 13
P
2
10%
B
Praktische opdracht
8 uur
Nee
P
V SE+ V SE+ V V
Onderzoek naar een beeldend werk van een kunstenaar in relatie met eigen onderwerp. Presentatie en evaluatie werkstuk. Spiegel aan scherven: Fragmentatie in de eerste helft van de twintigste eeuw. Portfoliowerkstuk 3*
A1, A2
Praktische opdracht
2 uur
Nee
Week 14 Week 10 tot 14 Week 15
P P
V V
1 1
A3 C
Praktische opdracht Praktische opdracht
1 uur 1 uur
Nee Nee
T
SE+ V
2
5%
A, B, C
Schriftelijke toets
1 uur
Ja
Week 17 tm 26 Week 25
P
2
10%
B
Praktische opdracht
9 uur
Nee
P
SE+ V V
Onderzoek naar een beeldend werk van een kunstenaar in relatie met eigen onderwerp. Presentatie en evaluatie werkstuk. Onderzoek naar een vervolgstudie beroep in de kunst. Opmars van de vooruitgang: Constructie in de eerste helft van de twintigste eeuw. Portfoliowerkstuk 4*
A1, A2
Praktische opdracht
2 uur
Nee
Week 26
P
V
1
Onderzoek naar een beeldend werk van een kunstenaar in relatie met eigen onderwerp. Presentatie en evaluatie werkstuk.
A3
Praktische opdracht
1 uur
Nee
Schriftelijke toets
2 uur
Ja*
P
1
1
1
1
Week 27 en T SE+ 2 5% Massacultuur en verzet: Pop in de A, B, C 28 V tweede helft van de twintigste eeuw. Het werkstuk is twee of driedimensionaal, het onderwerp is vrij naar keuze in overleg met de docent. 60% van het SE wordt vastgesteld in 4H. 40% van het SE wordt vastgesteld in 5H
Programma van Toetsing en Afsluiting, Schoolexamen: 2014 -2015 Vak: Culturele en Kunstzinnige Vorming 1 Afdeling: HAVO Leerjaar: 4 Week Periode P1
P2
P3
P4
T,P,H
SE+V
Weging v
Citadel College
Lent
Methode: Kunststof HV
% SE
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing
Kunstautobiografie/ Kunst te koop/Virtueel museum Bezoek 1 culturele activiteit *
B,D
PO
16 uur
Nee
A,D
HO
4 uur
Ja
B
PO
12 uur
Nee
A,D
HO
8 uur
Ja
Week 45 Week 44 Week 5 Week
35 tm
P1
SE
10%
42 en
H1
SE
10%
46 tm
P2
SE
10%
2 en 3
H2
SE
10%
Beschouwingopdracht/ /Eigen podiumomgeving/Kunst op TV Bezoek 1 culturele activiteit *
Week 16 Week 14 Week 26 Week 21 Week 25
6 tm
P3
SE
20%
Smaken verschillen /Presentaties Barcelona
B
PO
12 uur
Nee
13 en
H3
SE
10%
Bezoek 1 culturele activiteit*
A,D
HO
4 uur
Ja
22 tm
P4
SE
10%
Eindwerkstuk
B,C,D
PO
10 uur
Nee
17 tm
H4
SE
20%
A,D
HO
8 uur
Ja
20 tm
H5
SE
Bezoek 2 culturele activiteiten * (Beeldende kunst en architectuur) Eindgesprek met de kunstmentor.
D
HD
2 uur
Nee
Leerling bezoekt 1 (of meerdere) verplichte culturele activiteiten per periode en maakt hier een verslag van per bezochte activiteit (Individueel: discipline in overleg met docent, klassikaal: museum voor beeldende kunst en architectuur tijdens de schoolreis naar Barcelona). Opmerkingen: In totaal moet de leerling vijf verplichte bezoeken afleggen en de daarbij behorende verslagen met een voldoende (5,5 of hoger) afsluiten. Bij een onvoldoende moet de leerling de handelingsopdracht dus herkansen/ aanpassen tot het cijfer minimaal een voldoende is! Een bezoek en verslag zonder geldig toegangsbewijs (indien het een gratis voorstelling betreft dan altijd vooraf overleg met de docent!) is altijd onvoldoende en dient dus herkanst te worden. Het eindcijfer bestaat uit handelingsopdrachten (HO) en moet aan het einde van het schooljaar afgesloten worden met minimaal een 5,5. Is dit cijfer onvoldoende dan kan de leerling niet bevordert worden naar leerjaar 5. Het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming 1 wordt afgesloten met een voldoende (5,5 tot 7,4) of goed (7,5 of hoger).
100% van het SE-cijfer wordt in 4H bepaald.
Programma van Toetsing en Afsluiting Citadel College Lent Schoolexamen: 2014/2015 Vak: Lichamelijke Opvoeding Docent: Team LO Sector / Afdeling: Havo Leerjaar: 4 Methode: Geen
Periode
Week
1
N.V.T. P1
2
3 4
TPH
SE+ V of V V
Weging V
% SE
Stofomschrijving
Examen Eenheid
Toetsvorm
1
N.V.T.
Atletiek
A+B+D
Praktische opdracht N.V.T
Nee
N.V.T. P2 N.V.T. P3 N.V.T. P4
V
1
V
1
V
1
N.V.T. N.V.T. N.V.T.
Voetbal Softbal Uni-hockey
A+B+D A+B+D A+B+D
Praktische opdracht N.V.T Praktische opdracht N.V.T. Praktische opdracht N.V.T
Nee Nee Nee
N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T.
V
1
V
1
V
1
V
1
V
1
V
1
N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T.
Turnen Trefspelen Volleybal Zelf lesgeven Sportdag assisteren Sportoriëntatie extern
A+B+D A+B+D A+B+D C C E
Praktische Praktische Praktische Praktische Praktische Praktische
Nee Nee Nee Nee Nee Nee
P5 P6 P7 P8 P9 P10
Tijdsduur
opdracht opdracht opdracht opdracht opdracht opdracht
N.V.T N.V.T N.V.T N.V.T N.V.T N.V.T
Herkansing
Opmerking
Programma van Toetsing en Afsluiting, Vak: Loopbaanoriëntatie- en begeleiding Afdeling:Havo Leerjaar: 4 Periode
Week
T,P, H
1
Periode 1
H
SE+ V of V
Weging V
% SE
Citadel College Methode: Dedecaan.net
Stofomschrijving
Verplichte onderdelen in het portfolio van Citadelcollege.dedecaan.net:
TKMST interessetest Werken met de interessetest Plan van aanpak
1 uit : Bezoek Open Dag Meeloopdag / Proefstuderen Informatieavond Hoger Onderwijs Beroepenavond Alternatieve opdracht Snuffelstage 1 uit : Bezoek Open Dag Meeloopdag / Proefstuderen Informatieavond Hoger Onderwijs Beroepenavond Alternatieve opdracht Snuffelstage
2
Periode 2
H
3 4
Periode 3 Periode 4
H H
Lent
Examen Eenheid
Toetsvorm
Tijdsduur
Herkansing