Evaluatie Laat ze niet ver zuipen! April 2014
– 2013
Inleiding De afgelopen drie jaar hebben alle 13 Zeeuwse gemeenten, de GGD, Indigo Zeeland, Politie ZeelandWest-Bra a t e a dere part ers o der de lag Laat ze iet er zuipe ! L)NV) sa e ge erkt op het gebied van alcoholpreventie voor jongeren. De samenwerking tussen deze partijen en de integrale benadering hebben er o.a. voor gezorgd dat er nu een stevige basis ligt. Er zijn goede resultaten geboekt maar we zijn er nog lang niet. Preventie van alcoholgebruik vergt immers een lange adem. Alcoholgebruik jongeren Net zoals in de rest van Nederland drinken jongeren in Zeeland teveel, te vroeg en te vaak. Enkele feiten onder Zeeuwse jongeren van 12 t/m 18 jaar -
51 % van de Zeeuwse jongeren tussen de 12 en 18 jaar heeft wel eens alcohol gedronken 1; Gemiddeld is deze groep 13,9 jaar bij het eerste glas1; Ee k art a de jo gere is ee zoge aa de i gedri ker het dri ke a 5 of eer glazen per gelegenheid)1; Steeds meer kinderen worden opgenomen op de alcoholpoli van het Admiraal De Ruijter Ziekenhuis. In 2013 waren dit 32 kinderen ten opzicht van 15 in 2010.
Schadelijke gevolgen alcoholgebruik Alcohol is een potentieel giftige stof met schadelijke gevolgen. Alcohol heeft een schadelijk effect op de ontwikkeling van de hersenen. Juist als de hersenen in ontwikkeling zijn, zijn ze erg kwetswaar voor alcohol. Vooral het drinken van veel alcohol in korte tijd is slecht voor het brein. Pubers met alcoholproblemen scoren lager dan andere jongeren op taalvaardigheid, intelligentie, aandacht en ruimtelijk inzicht. Hiernaast is door het gebruik van alcohol eerder sprake van seksueel risicovol gedrag. Bovendien is de kans om op latere leeftijd problemen te krijgen met alcohol ook groter naarmate men in de puberjaren veel drinkt2. Alcohol brengt niet alleen veel schade toe aan de gezondheid van de drinkers maar ook aan de maatschappij. Alcohol is een niet te onderschatten aanjager van geweld en overlast, met name in het uitgaansleven. Tevens vergroot het de kans op verkeersongevallen en letselschade. Jongeren die frequent alcohol gebruiken, lopen een verhoogd risico om crimineel gedrag te vertonen2. Kosten alcoholproblematiek De kosten ten gevolge van alcoholproblematiek zijn vele malen hoger dan de middelen die nodig zijn voor preventie. Vrijwel dagelijks worden we geconfronteerd met alcoholschade. Denk aan verkeersongelukken, openbare dronkenschap, criminaliteit, huiselijk geweld. De aan alcohol gerelateerde kosten liggen in Nederland ongeveer op 2,6 miljard euro per jaar3. Gecorrigeerd voor inflatie kost alcohol de maatschappij 7,7 miljard per jaar. Omgerekend is dit 222 euro per persoon per jaar. Volgens recent onderzoek staat alcohol op de eerste plek wat betreft schade voor het individu én de totale bevolking4. 1
Monitor Gezondheid (2010) Hasselt (2010) 3 KPMG (2001) 4 Nutt et al (2010) 2
Het is wenselijk bevonden om inzichtelijk te krijgen wat er de afgelopen jaren is bereikt. Enerzijds is hiertoe het draagvlak onderzoek van de GGD wat ook aan het begin van de projectperiode was uitgevoerd (in 2010) eind 2013 herhaald. Anderzijds is in diezelfde periode een evaluatie uitgevoerd in samenwerking met Scoop Zeeland onder alle 13 gemeenten én de deelnemende partners GGD Zeeland, Indigo Zeeland en Politie Zeeland-West-Brabant. Gekeken is naar de inhoud, de interventies en naar het proces. Resultaten draagvlakonderzoek Eén van de meest belangrijke bevindingen van het draagvlakonderzoek is de verhoging van de gemiddelde startleeftijd waarop jongeren voor het eerst alcohol dronken van 14,6 in 2011 naar 15,1 jaar in 2013. Verder blijkt uit het draagvlakonderzoek dat er ten opzichte van 2011 meer jongeren onder de 16 jaar en ouders zijn die vinden dat de leeftijdsgrens moet komen te liggen op 18 jaar. Ook zij de a ti iteite a Laat ze iet er zuipe ! e de aa a de a pag e heel eke d o der de Zeeuwse bevolking (respectievelijk 57% en 64%)5. Methode evaluatie Scoop Zeeland Het doel van deze evaluatie met Scoop Zeeland was om te leren van de wijze waarop we de eerste drie jaar i ulli g he e gege e aa de jeugd e al ohol aanpak zodat de goede zaken en verbeterpunten konden worden meegenomen voor de toekomst. In samenwerking met Scoop Zeeland zijn er groepsgesprekken gehouden met alle drie de regionale werkgroepen. Als basis hiervoor is een vragenlijst ontwikkeld gericht op de inhoudelijke activiteiten van LZNVZ, onderverdeeld naar de pijlers, en op het proces waarin zaken als structuur, communicatie, rol projectleider e.d. aan de orde kwamen (zie bijlage 1). Met de GGD, Indigo en Politie Zeeland – West – Brabant is dezelfde vragenlijst doorgesproken maar dan in een kleiner verband. De vragenlijst werd elke keer gebruikt als leidraad van het gesprek de ruimte werd gegeven ook andere zaken aan de orde te brengen. De resultaten van deze gesprekken zijn gepresenteerd op de ijee ko st Strategie oor de toeko st a 18 o . jl. aar alle etrokke ook oor uitge odigd waren. Belangrijkste conclusies ten aanzien van inhoudelijke activiteiten De o der raagde waren allen van mening dat er in de afgelopen jaren goede interventies zijn ontwikkeld die we in Zeeland graag willen behouden. Een compleet overzicht van activiteiten is opgenomen in bijlage 2. Vooral de stapavonden, de manifestatie, de boekenactie, het traject rondom de nieuwe Drank- en Horecawet, enkele uitgevoerde onderzoeken, de aansluiting bij de BOBSport a pag e e de oudera o de Help ij ki d ordt ee pu er worden goed gewaardeerd. De toneelvoorstelling GIF, de Aanpak Per Kern en de Alcoholvrije School worden door sommige gemeenten als positief gewaardeerd, soms ook neutraal en een enkele gemeente zelfs negatief. Hierbij wordt overigens wel aangegeven dat sommige interventies, zoals de APK gewoonweg niet voor alle gemeenten geschikt zijn en dat het vaak moeilijk is, zoals bij het traject rondom de nieuwe Drank- en Horecawet om met alle gemeenten een gezamenlijk gedragen advies te krijgen.
5
De Bruijne (2013)
Verbeterpunten liggen in: -
de zichtbaarheid van de interventies; er was nogal eens onduidelijkheid over de inhoud van een interventie of men wist niet van het bestaan van de interventie af; het beter implementeren/borgen van interventies; Het door ontwikkelen van sommige interventies; er zijn interventies waar veel meer uitgehaald kan worden dan tot nu toe gelukt is; Het maken van keuzes ten aanzien van de interventies; er zijn zoveel interventies ontwikkeld dat aangeraden wordt om een keuze te maken met welke interventies echt verder gegaan zal worden.
Belangrijkste conclusies ten aanzien van het proces Er is de afgelopen drie jaar hard gewerkt aan het op poten zetten van een goede samenwerking tussen alle 13 Zeeuwse gemeenten en betrokken instellingen. De omvangrijke projectstructuur was in de eerste drie jaar nodig om te bereiken wat we tot nu toe bereikt hebben. Dat dit een absolute meerwaarde heeft, daar is men het unaniem over eens. In de tweede fase blijft die samenwerking dan ook van groot belang. Aangegeven is dat wel de projectstructuur afgeslankt mag worden. Hiernaast moet de besluitvorming helderder en zou er nog meer geïnvesteerd mogen worden in de integrale samenwerking tussen preventie en handhaving. Verder werd aangegeven dat door LZNVZ de lijnen tussen de gemeenten en andere betrokken nu veel korter zijn en men elkaar makkelijk weet te vinden wat de samenwerking en efficiency bevordert. De interne communicatie zou wel beter kunnen in de zin van meer planmatig werken en het versturen van minder stukken en het plaatsen van de stukken op een aparte website. De externe communicatie wordt als heel sterk bestempeld. LNVZ is zeer regelmatig in het nieuws en bereikt daar een heel groot deel van de doelgroep mee. Tot slot De resultaten van de evaluatie zijn meegenomen in het nieuwe plan van aanpak en zullen worden meegenomen in de uitvoeringsplannen van de diverse werkgroepen. Een overzicht van alle uitgevoerde activiteiten en interventies vindt u in bijlage 2.
Bijlage 1
Evaluatie ‘Laat ze niet (ver)zuipen!’ Groepsgesprekken in samenwerking met Scoop bij regionale werkgroepen Walcheren (21 okt), Zeeuws-Vlaanderen (29 okt), Oosterschelderegio (5 nov)
Graag evalueren wij met jullie de afgelopen drie jaar van ‘Laat ze niet (ver)zuipen!’. Het doel van deze evaluatie is te leren van de wijze waarop we invulling hebben gegeven aan het ‘jeugd en alcohol’ project en of we tevreden zijn met de uitkomsten. De uitkomsten van deze evaluatie zullen o.a. gebruikt worden om vorm en inhoud te geven aan de borging van jeugd en alcohol in de periode 2014 tot en met 2016. De evaluatie zal opgesplitst worden in twee delen. Enerzijds zal de inhoud besproken worden. Daartoe zijn alle activiteiten van de afgelopen drie jaar op een rijtje gezet. Ik vraag jullie hier van te voren op aan te geven wat jullie van elke afzonderlijke activiteit vonden en waarom. Met name dit laatste is waardevol voor LZNVZ om te weten. Een activiteit kan succesvol bevonden worden maar is dat omdat er bijv. veel mensen op af kwamen, omdat de activiteit veel publiciteit heeft gekregen, omdat de inhoud gewaardeerd werd, of omdat…? Dit soort zaken kun je een plek geven onder het kopje ‘toelichting’. Het tweede gedeelte gaat over het proces. Onder proces versta ik gemakshalve even alles wat niet met inhoud van het thema te maken heeft. Het derde gedeelte (relatie) hoe we met elkaar omgaan. Tot slot is er nog ruimte om zaken te benoemen die niet in deze (of in de inhoudelijke) lijst naar voren komen.
1. inhoud Aan het begin van het project is een uitvoeringsprogramma geschreven waarin heel veel activiteiten zijn opgenomen om het alcoholgebruik onder jongeren tegen te gaan. Deze zijn verdeeld over de thema’s ‘educatie en bewustwording’, ‘regelgeving’, ‘handhaving’ en ‘onderzoek en monitoring’ en ‘communicatie’. Later is hier het onderdeel ‘vroegsignalering’ bijgekomen aangezien dit landelijke als nieuw speerpunt werd gezien. De voortgang van deze activiteiten werd bewaakt in de zgn. voortgangsrapportage. Voorafgaand aan dit overleg heb ik jullie een overzicht gestuurd waarin alle activiteiten op een rijtje zijn gezet (communicatiezaken zijn hier buiten beschouwing gelaten aangezien zij meer onder het kopje ‘proces’ vallen). In dit overzicht hebben jullie mogen aangeven wat jullie van deze activiteiten vonden en waarom. Dit nemen we graag ook mondeling met jullie door. a. Zijn er activiteiten die jullie gemist hebben en waarom? b. Zijn er activiteiten die iig de komende periode meegenomen moeten worden en waarom?
2. proces a. Eerst beantwoorden we de vraag wat gaat goed/wat gaat niet goed? b. Vervolgens komt de vraag: Is het voorgaande aanleiding om dingen in de toekomst (2014 t/m 2016) anders te doen en zo ja hoe kan het anders en tot welke verbeteringen leidt dit? Structuur/organisatie Bij de opzet van het project hebben we gekozen voor een omvangrijke organisatie met horizontale en verticale werkgroepen. Wat vinden we van de bezetting en het functioneren van: -
Stuurgroep (bezetting en functioneren van de stuurgroep) Projectgroep (bezetting en functioneren van de projectgroep) Thematische werkgroepen (functioneren en bezetting van deze) Regionale werkgroepen (functioneren en bezetting van deze)
Wat vinden we van de betrokkenheid en het functioneren van de projectleider? Wat vinden we van de betrokkenheid van de 13 gemeenten bij het project? Wat vinden we van de betrokkenheid van de andere organisaties bij het project (politie, GGD, Indigo preventie)? Wat vinden we van de betrokkenheid van derden (bijv. jeugd en jongerenwerk, scholen, Scoop, ROVZ etc.) bij het project?
Communicatie Wat vinden we van de interne communicatie -
Via Via Via Via Via Via
contactpersonen ‘jeugd en alcohol’ werk- en projectgroepen website nieuwsbrief social media voortgangsrapportage en andere ‘officiële stukken’
Wat vinden we van de externe communicatie -
Via externe media Via de ‘eigen’ media Via gerichte activiteiten (m.n. bewustwording en educatie)
Wat vinden we van de kwaliteit van de communicatie -
Worden collega’s voldoende en op tijd geïnformeerd? Wordt het bestuur voldoende en op tijd geïnformeerd?
Besluitvorming Wat vinden we van de besluitvormingsprocessen -
Zijn deze helder? Worden de besluiten op de juiste wijze vastgelegd en gecommuniceerd?
3. Relatie Hoe vinden we dat er samengewerkt wordt? -
Wat vinden jullie de meerwaarde van deze manier van samenwerking? Wat vinden jullie minder goed aan deze manier van samenwerken? Levert iedereen een gelijke bijdrage? Zijn we zakelijk genoeg? Komen we onze afspraken voldoende na?
4. Tenslotte Zijn er tenslotte nog andere zaken die jullie willen meegeven ten aanzien van de afgelopen periode maar ook voor de toekomst van de jeugd en alcoholaanpak in Zeeland?
Bijlage 2