FACULTEIT DER PSYCHOLOGIE EN PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN CENTRUM VOOR GEZINS- EN ORTHOPEDAGOGIEK VESALIUSSTRAAT 2 B-3000 LEUVEN
KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN
PST 6
Evaluatie door de stagementor
Dit document dient bij voorkeur 1 week na het beëindigen van de stage door de stagiair bezorgd te worden aan de stagecoördinator, samen met het stagerapport. Indien nodig kan het tot uiterlijk 3 weken na de stage door de stagementor per post worden opgestuurd naar de stagecoördinator. Wanneer dit laatste het geval is, stelt de student de stagecoördinator hiervan op de hoogte via e-mail.
NAAM student
Machteld Soete
Naam STAGEPLAATS
OCL
Naam STAGEMENTOR
Els Gadeyne en Nadia Gielen
STAGEPERIODE
Van
31/08/2009
T.e.m. 15/01/2010
Het document ‘Evaluatie door de stagementor’ is bedoeld als leidraad voor de evaluatie van de stagiair tijdens de voorbije stageperiode. Per soort van stageactiviteit (4 grote onderdelen) wordt een overzicht gegeven van concrete aspecten die idealiter expliciet worden geëvalueerd. U heeft ruimschoots plaats om per activiteitengroep kwalitatieve feedback te noteren. Indien welbepaalde deelaspecten, omwille van de aard van de voorziening of omwille van andere redenen niet kunnen ingevuld worden, vragen we u om dit expliciet aan te geven. Naast het geven van kwalitatieve feedback per stageactiviteit, willen we ook vragen om voor elk van de onderstaande aspecten een globale beoordeling te geven op een 7puntenschaal. Bij het geven van deze beoordeling dient u rekening te houden met het potentieel van de student en diens evolutie doorheen de stage (meer concrete uitleg over de puntenschaal: zie volgend blad). Het is belangrijk om doorheen de gehele evaluatie zo concreet en genuanceerd mogelijke uitspraken te doen. Daarnaast vinden wij het belangrijk om evoluties van de stagiair doorheen zijn/haar stageverloop aan te geven. We dringen er op aan dat de gehele kwalitatieve beoordeling samen met de stagiair grondig en open wordt besproken in een eindgesprek.
1
PST6 Richtlijnen 7 - puntenschaal
Hieronder vindt u enkele richtlijnen voor de hantering van de 7 - puntenschaal. Met ‘basisvaardigheden’ bedoelen we de noodzakelijk verworven orthopedagogische vaardigheden, inzichten en attitudes zowel op professioneel als persoonlijk vlak, waardoor de student bekwaam is om als afgestudeerde orthopedagoog in de praktijk aan het werk te gaan en zichzelf verder te ontplooien als orthopedagoog. Beoordeling: A:
De student beantwoordt in het geheel niet aan de basisvaardigheden die verwacht worden van een beginnend orthopedagoog. Tijdens de stage maakt de student hier ook geen of onvoldoende vooruitgang in. (In dit geval verwachten we dat u ons reeds tijdens de stage van mogelijke problemen op de hoogte hebt gebracht.)
B:
De student beschikt nog niet over voldoende basisvaardigheden om als orthopedagoog in een voorziening te starten, maar er lijken groeikansen aanwezig.
C:
De basisvaardigheden zijn voldoende, maar er is zeker nog evolutie op persoonlijk en/of professioneel vlak wenselijk om met een gemiddelde bekwaamheid als orthopedagoog in een voorziening te starten.
D:
Alle basisvaardigheden worden goed toegepast zodat deze student over een gemiddelde startbekwaamheid beschikt om als orthopedagoog in een voorziening aan het werk te gaan.
E:
De basisvaardigheden zijn geïntegreerd, spontaan aanwezig en in enkele van deze vaardigheden vertoont de student duidelijk een bijzondere kwaliteit.
F:
De student blinkt over de gehele lijn uit, boven de verwachtingen van een gemiddeld beginnend orthopedagoog.
G:
De student vertoont een uitzonderlijke bekwaamheid die veel groter is dan kan worden verwacht van een gemiddeld beginnend orthopedagoog. Zijn/haar aanwezigheid in de voorziening betekende een echte meerwaarde.
2
PST6 EVALUATIE ORTHOPEDAGOGISCHE STAGE-ACTIVITEITEN DEEL I. DIAGNOSTIEK Te evalueren deelaspecten 1
2 3 4
Mate van systematisch werken (gaande van de analyse van de probleemsituatie, hypothesevorming, keuze van procedures en methoden tot besluitvorming en synthese) Nauwgezetheid van uitvoering (bijv. testafname en scoring, bevraging opvoedingssituatie, ...) Inhoudelijke inbreng (in hypothesevorming, keuze van procedures en methoden, ...) Andere
Kwalitatieve beoordeling (graag telkens met voorafgaand het nummer van het deelaspect) Nr.
Feedback
1.
Systematisch: zeker aanwezig: bereidt zich goed en grondig voor, overdenkt de stappen, gaat niet overhaast te werk.
2.
Nauwgezet: positief geëvolueerd doorheen de stage. In het begin maakte Machteld wel af en toe een fout bij de uitvoering van een orthodidactisch onderzoek. Momenteel vraagt de uitvoering vraagt nog de volle aandacht, maar gebeurt ze doorgaans correct. Tegelijk kan Machteld de voorbereiding toch ook voldoende flexibel aanwenden.
3.
Inhoudelijke inbreng: de denkfases (strategie en besluitvorming) zijn nog het moeilijkst voor Machteld, en daar is ze nog meest onzeker bij. Naar het einde van de stage toe zien we haar wel meer en meer (pro-)actief worden op dit vlak (bij het denken over de eigen casussen). Ook zien we naar het einde toe dat Machteld een presentatie voor het team vrij zelfstandig en goed kan uitwerken. Bij de voorstelling van casussen van collega’s op het teamoverleg had Machteld reeds van bij het begin een actieve inbreng.
Globale beoordeling: DEEL I Algemene kwaliteit van diagnostische vaardigheden, attitudes, inzichten, kennis, … en de evolutie van de stagiair hierin Beoordeling:
E
Argumentatie Machteld beschikt over de basisvaardigheden voor een goeie diagnostiek. Ze maakt steeds een grondige en nauwgezette voorbereiding van haar cliëntactiviteiten. Wanneer Machteld volgend jaar op haar werkplek een (basis-diagnostisch proces moet uitvoeren, hebben we er vertrouwen in dat dat op een goeie manier zal gebeuren.
3
DEEL II. INTERVENTIES II.1 Opstellen van een handelingsplan Te evalueren deelaspecten 5
6 7 8
9
Aandacht voor de verschillende aspecten van handelingsplanning (synthese uitgangssituatie, formuleren doelstellingen op korte en lange termijn, keuze van strategieën en maatregelen, keuze van evaluatiemethoden) Inhoudelijke inbreng in het uitwerken van een handelingsplan Kwaliteiten van het handelingsplan (helderheid, concreetheid, systematiek, integratie van gegevens, ...) Overleg rond het handelingsplan (verzamelen van informatie bij meerdere betrokkenen, rapportering over het handelingsplan en afspraken rond opvolging en uitvoering) Andere
Kwalitatieve beoordeling (graag telkens met voorafgaand het nummer van het deelaspect) Nr.
Feedback Algemene opmerking: Machteld heeft tijdens de stage geen volledig handelingsplan moeten uitwerken. Wel zijn aspecten daarvan tijdens de indicerings- en adviesfase aan bod gekomen.
5-6
Machteld heeft nog de nodige ondersteuning nodig om hierrond aan de slag te gaan: vooral het uitzetten van de grote lijnen is niet evident (‘hoe begin ik daar aan?’). Eens ze van de begeleider richting gekregen heeft, geraakt ze wel zelfstandig een heel eind vooruit en komt ze tot een aantal concrete en zinvolle voorstellen. Met ‘Analyse en Handelen’ van het LVS heeft ze intussen goed leren werken.
8
Rapportering over voorstel tot handelingsplan naar de ouders: na grondige voorbereiding met de begeleider heeft ze dit op een goeie manier doorgesproken met de ouders. Rapportering op een school heeft ze zelf gedeeltelijk gedaan (inleiding en toelichting van de resultaten van het orthodidactisch onderzoek). Verzamelen van informatie bij betrokkenen: dit gebeurt bij ons in de loop van het diagnostisch proces: door middel van telefonische contactname met leerkrachten of hulpverleners. Machteld heeft dit al vrij snel zelfstandig gedaan en dit verliep ook correct. Ook hier maakte ze grondige voorbereidingen. Ze nam hierin ook verantwoordelijkheid en volgde dit zelfstandig op (vb. vasthouden dat er nog teruggebeld moet worden).
Globale beoordeling: DEEL II.1 Algemene kwaliteit van vaardigheden, attitudes, inzichten, kennis, … op vlak van handelingsplanning en de evolutie van de stagiair hierin Beoordeling:
D
Argumentatie We zien bij Machteld enerzijds nog onzekerheid op een aantal punten van de handelingsplanning (grote lijnen uitzetten; prioriteiten kiezen), maar anderzijds heeft ze er zich ook al een aantal aspecten van eigen gemaakt (concrete uitwerking, LVS).
4
II.2 Uitvoeren van begeleidingen Te evalueren deelaspecten 10 11 12
13 14
Contactname en omgang met cliënten: houding t.a.v. bewoners, leerlingen, ouders, … Pedagogische begeleiding van cliënten (ouders, kinderen, jongeren, bewoners) (bv. wijze van rapporteren, op maat van de cliënt, …) Pedagogische begeleiding van professionals (leerkrachten, leefgroepwerkers, andere hulpverleners), bv. op vlak van gesprekstechnische vaardigheden zoals ondersteunen, motiveren, … Gebruik van bijzondere behandelingsprogramma’s Andere
Kwalitatieve beoordeling (graag telkens met voorafgaand het nummer van het deelaspect) Nr.
Feedback
10
Correct, vriendelijk, beleefd; kortom gepaste houding
11
Machteld kan op het goeie niveau met kinderen communiceren. In gesprek met ouders of andere volwassenen kan ze de informatie correct en duidelijk overbrengen. Soms mist ze een kans om dieper op thema’s in te gaan. Daarnaast merken we dat ze soms nog wat (te) terughoudend is om thema’s verder te exploreren die de expliciete hulpvraag van de cliënt overstijgen (vooral wanneer de cliënt emoties laat blijken). We denken wel dat ze hiertoe over voldoende empathisch vermogen beschikt. Ten slotte hanteert Machteld een prima stijl van verslaggeving.
12
Niet aan bod gekomen
13
idem
Globale beoordeling DEEL II.2 Algemene kwaliteit van begeleidingsvaardigheden inzake relatie met cliënten en professionals en de evolutie van de stagiair hierin
Beoordeling:
D
Argumentatie Machtelds algemene houding in de rol van hulpverlener naar ouders en
kinderen is zeker oké. Vanuit diezelfde verantwoordelijkheid mag ze echter in bepaalde situaties nog wat verder gaan om in te gaan op of te exploreren wat voor een goeie hulpverlening van belang lijkt.
5
DEEL III. BIJZONDERE ORTHOPEDAGOGISCHE ACTIVITEITEN Opmerking vooraf: minimaal 2 van de 3 onderstaande activiteiten zijn verplicht in het stageprogramma.
Te evalueren deelaspecten 15 16 17 18
Probleemgerichte literatuurexploratie (inhoudelijke kwaliteit, relevantie voor de praktijk) Analyse van het pedagogisch functioneren van de voorziening (werkwijze, besluitvorming en advisering) Participatie aan vormingsactiviteiten (verslaggeving, kritische reflectie) Andere
Kwalitatieve beoordeling (graag telkens met voorafgaand het nummer van het deelaspect) Nr.
Feedback
15
Machteld had enige aanmoediging nodig om met haar literatuuropdracht van start te gaan, maar heeft uiteindelijk een degelijk en grondig resultaat afgeleverd, met de nodige eigen bedenkingen en suggesties erbij gevoegd. Het product wordt zeker bruikbaar!
17
2 vormingen gevolgd en van 1 ook een verslagje gemaakt.
Globale beoordeling: DEEL III Algemene kwaliteit van bijzondere orthopedagogische activiteiten en de evolutie van de stagiair hierin
Beoordeling:
E
Argumentatie Goed en degelijk werk verricht.
6
DEEL IV PROFESSIONELE EN PERSOONLIJKE HOUDING
Te evalueren deelaspecten 19 20 21 22 23 24 25 26
27 28 29 30 31 32
Mate van leerbereidheid Mate van betrokkenheid op het werk Mate van initiatief (bv. inbreng op team, zelf hulp aanbieden, zelf opzoeken van info, bevragen van medewerkers/collega’s om verduidelijking/meer info te verkrijgen Mate van taakgericht werken (bv. overzicht op taken hebben en houden, ‘multitasken’, prioriteiten aanbrengen, afgesproken taken opnemen) Mate van zelfstandigheid Verantwoordelijkheidszin Invoeging in team en samenwerking met collega’s Kwaliteit van mondelinge communicatie (bv. vragen stellen, kunnen overleggen, gedachten en meningen uiten, repliceren op anderen, telefonische contacten leggen) Kwaliteit van schriftelijke communicatie (bv. ideeën en gedachten begrijpelijk op papier zetten, aantekeningen tijdens een overleg om info bij te houden) Deontologische houding in het omgaan met mensen en persoonlijke gegevens Kritisch-constructieve houding ten aanzien van de werking van de dienst Kritisch-constructieve houding ten aanzien van zichzelf als persoon en als hulpverlener (bv. zichzelf in vraag stellen, vergelijken, toetsen, bevragen, …) Stiptheid Andere
Kwalitatieve beoordeling (graag telkens met voorafgaand het nummer van het deelaspect) Nr.
Feedback
19
Leerbereidheid: is groot, tot op het einde van de stage. Machteld is wel iemand die graag eerst voldoende kan zien voor ze iets zelf moet gaan doen om zich niet al te onzeker te voelen. Soms moesten we haar wat aanmoedigen om een volgende stap toch maar (al) te nemen. Ze had ook een duidelijke behoefte aan voldoende positieve feedback, en gaf dit ook zelf aan. Mits de uitdagingen waar ze voor staat geleidelijk opgebouwd worden, is ze zeer geïnteresseerd om bij te leren op allerlei domeinen. Betrokkenheid op het werk: prima! Ze neemt de dingen ter harte; is met de cliënten en het werk begaan Initiatief: prima: Machteld geeft zelf duidelijk aan wanneer ze hulp nodig heeft, en is bereid om collega’s een handje te helpen. Op het team durfde ze ook meer en meer een inbreng doen. Dat is aangenaam samenwerken! Taakgericht werken: Machteld kwam afgesproken taken steeds tijdig na. Doordat ze alles heel goed wil doen, geraakt ze soms in tijdsnood, en krijgt hierdoor misschien iets minder gedaan. Positief is wel dat ze hierin haar eigen grenzen bewaakt. Zelfstandigheid: eens op weg geholpen, kan ze goed verder, en vraagt ook tijdig feedback. Verantwoordelijkheidszin: prima: houdt zelf afspraken vast en komt er op terug; je kan er op rekenen. Invoeging in team: Machteld is vlot, sociaal en aangenaam in de omgang. Goed geïntegreerd. Mondelinge communicatie: oké, correct en constructief Schriftelijke communicatie: neemt voldoende nota’s bij overleg Deontologische houding: oké; geen fouten begaan Kritisch-constructief tav de dienst: Machteld staat open om de werking van de dienst te doorgronden; ze denkt ook mee over pijnpunten Kritisch-constructief tav zichzelf: Machteld is zeker kritisch naar zichzelf; soms daardoor wat te onzeker. Ze staat open voor feedback en probeert er iets mee te doen. Stiptheid: prima
20 21
22
23 24 25 26 27 28 29 30 31
7
Globale beoordeling: DEEL IV Algemene kwaliteit van professionele en persoonlijke houding en de evolutie van de stagiair hierin
Beoordeling:
F
Argumentatie Op professioneel en persoonlijk vlak bleek Machteld een aangename collega, die haar werk, haar collega’s en de dienst ter harte neemt. Ze durft zich kwetsbaar tonen en komt daarin heel echt over. Ze wil alles graag heel goed doen, maar maakt het zichzelf daardoor niet altijd gemakkelijk.
Tot slot… Formaliteiten Uw NAAM Uw HANDTEKENING
DATUM STEMPELAFDRUK stageplaats
Hartelijk dank voor uw medewerking! Griet De Vuyst en Katleen Bergs, Stagecoördinatoren
8