EURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven Uitgave 2013 C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N. © 2013 by Euro Books
Uitgegeven door Euro Trans Lloyd Kaleshoek 8 8340 Damme www.eurobooks.be
Niets uit deze uitgave mag door elektronische of andere middelen, met inbegrip van automatische informatiesystemen, gereproduceerd en/of openbaar gemaakt worden zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.
Wettelijk depot: D/2013/5932/3
Inhoudstafel
187
Het spookt weer in België en in Europa.............................................3 Spaarfiscaliteit, vermogensbelasting en fiscale amnestie .................7 1 Vermogen en kapitaalinkomen in België .........................................8 1.1 De structuur van het vermogen ...............................................8 1.2 Structuur van het financieel vermogen....................................9 1.3 Kapitaalinkomsten en meerwaarden .....................................10 2 Kapitaalbelasting en niet-belasting in België .................................12 2.1 Definitie van kapitaalbelastingen...........................................12 3 Europese en oeso initiatieven omtrent het belasten van kapitaal.17 3.1 De Europese spaarrichtlijn .....................................................17 3.2 De strijd tegen schadelijke belastingregimes in de OESO.......21 4 Alternatieven voor een betere belasting van kapitaal en fiscale amnestie.........................................................................................22 4.1 Billijke tarieven en betere controle ........................................23 4.2 Afschaffen van effecten aan toonder.....................................24 4.3 Invoeren vermogensbelasting-vermogenskadaster...............25 4.4 Belasten van kapitaaltransacties (Tobintaks) en andere acties voor een rechtvaardige fiscaliteit.................................................27 4.5 Europese en OESO initiatieven in het belastingen van kapitaal ......................................................................................................28 4.6 Slotbedenking.........................................................................30 5 Samenvatting en conclusies...........................................................32 Tendensen inzake belastingen op de activa van de particulieren ..37 Inleiding ............................................................................................38 1. Voorafgaande opmerkingen: statistische en methodologische aspecten............................................................................................38 2. Heffingen op het vermogen en op de inkomens uit vermogen van de particulieren in België...............................................................40 2.1 Overzicht van de voornaamste heffingen..............................40 2.2 Verloop van de heffingen op het vermogen en op de inkomens uit vermogen van de particulieren in België ...............42 2.3 Beleid inzake vermogensheffingen ........................................43 3. Positie van België ten opzichte van andere landen.......................47 3.1 Algemeen ...............................................................................47 3.2 Belasting van vastgoed...........................................................49 188
3.3 Belasting van financiële activa ...............................................50 3.4 Successie- en schenkingsrechten ...........................................51 3.5 Vermogensheffingen sensu stricto ........................................52 4. Internationale samenwerking .......................................................54 4.1 Initiatieven van de OESO ter bestrijding van de belastingparadijzen en de fiscale fraude .....................................54 4.2 De Europese richtlijn over de belasting op inkomsten uit spaargelden..................................................................................56 4.3 Discussies over de invoering van een banktaks .....................60 Conclusies.....................................................................................61 Vermogenskadaster op komst? .......................................................63 1. Belasting op het kapitaal...............................................................65 2. Een vermogenskadaster................................................................65 3. Wetsontwerp ................................................................................66 4. Jacht op buitenlanders..................................................................67 Vermogensbelasting zou toch een vergissing zijn.............................69 1. Negatieve impact op de economische groei.................................70 2. Kapitaalsvernietiging.....................................................................71 3. Dubbele belasting .........................................................................72 Vermogensbelasting is niet voordelig en niet nodig .......................73 1. Argumenten 2. Niet nodig......................................................................................77 Fiscale optimalisatie van uw activiteit in vennootschap.................79 1 Fiscaliteit ........................................................................................80 1.1 Een inkomen voor twee .........................................................80 1.2 Vennootschap en beroepskosten. .........................................81 1.3 De fiscale druk spreiden.........................................................81 1.4 Alternatieve vergoedingen.....................................................82 1.5 Dividend?................................................................................82 1.6 Te overwegen.........................................................................83 2. Diversificatie bij beleggingen: écht noodzakelijk ..........................83 2.1 In theorie: spreiding van activa vermindert uw risico ...........83 2.2 In praktijk: vergeet de lange termijn niet! .............................84 2.3 Niet vergeten: beleg in aandelen...........................................84 2.4 Samengevat............................................................................84 189
3 Uw onroerend goed verhuren aan uw vennootschap: een goed een goed idee? ........................................................................................85 3.1 Wat als uw echtgeno(o)t(e) (mede-)eigenaar is? ..................85 3.2 Niet om het even welke huurprijs..........................................86 3.3 Welk deel van uw onroerend goed? ......................................87 3.4 weerspiegeling van de realiteit ..............................................88 Vrij beroep........................................................................................89 1 Inleiding .........................................................................................90 1.1 Vrijheid, blijheid? ...................................................................90 2 Starten in een vrij beroep ..............................................................91 2.1 Sociale verplichtingen voor starters.......................................91 2.2 Kredieten voor starters ..........................................................92 3 Eenmanszaak of vennootschap......................................................92 3.1 Wanneer denkt u beter aan een vennootschap? ..................92 3.2 Welke vennootschapsvorm?..................................................97 4 Belastingen ..................................................................................109 4.1 Betaal uw belastingen liever vooraf.....................................109 4.2 Minder belastingen ..............................................................110 5 Mobiliteit en andere investeringen..............................................111 5.1 Een auto kopen, leasen of huren? .......................................111 5.2 Andere professionele investeringen ....................................113 6 Uw auto en de belastingen ..........................................................113 6.1 Voor zelfstandigen met een vrij beroep...............................113 6.2 Auto’s van vennootschappen...............................................114 6.3 Alleen woon-werkverkeer? ..................................................114 7 Verzekeringen ..............................................................................115 7.1 Bescherming van uw patrimonium ......................................116 7.2 Bescherming van uw bedrijfswerking ..................................116 7.3 Bescherming van werknemers.............................................117 7.4 Drie systemen om uw pensioen aan te vullen .....................118 7.5 Hoe maakt u werk van een aanvullend pensioen? ..............119 8 Betalingen ....................................................................................119 8.1 Een betaalterminal: iets voor u? ..........................................119 8.2 Hoe regelt u zelf uw betalingen? .........................................120 9 Hoe beheert u uw vermogen? .....................................................121 190
Vennootschap of niet? ...................................................................122 1 Wat is een vennootschap?...........................................................123 1.1 Overeenkomst......................................................................123 1.2 Twee of meer personen .......................................................123 1.3 Vennoten..............................................................................123 1.4 Aandelen ..............................................................................123 1.5 Gemeenschap.......................................................................123 1.6 Winst ....................................................................................123 1.7 Rechtspersoonlijkheid..........................................................124 2 Waarom een vennootschap oprichten?.......................................124 2.1 Om samen te werken ...........................................................124 2.2 Beperken van de aansprakelijkheid .....................................124 2.3 Continuïteit van de onderneming of beroepspraktijk..........125 2.4 Fiscale optimalisatie .............................................................125 3 Hoe werkt een vennootschap? ....................................................126 3.1 De algemene vergadering ....................................................126 3.2 Het bestuursorgaan..............................................................126 4 Welke vennoot-schapsvormen bestaan er?.................................126 4.1 Zonder rechtspersoonlijkheid ..............................................127 4.2 Met rechtspersoonlijkheid ...................................................127 5 Financiële en fiscale aspecten van een vennootschap.................131 5.1 Kosten...................................................................................132 5.2 Belastingen...........................................................................132 5.3 BTW ......................................................................................139 5.4 Registratierechten................................................................139 5.5 Sociaal statuut......................................................................140 6 Hoe werken met een vennootschap? ..........................................141 6.1 De onderneming of praktijk volledig in een vennootschap .141 6.2 Optimalisaties naast de eigenlijke onderneming of praktijk143 Een vennootschap oprichten .........................................................145 1. Een vennootschap oprichten ......................................................146 1.1 Pro en contra........................................................................146 1.2 Welke vennootschap past het best voor u?.........................147 1.3 Formaliteiten........................................................................148 2. Fiscale aspecten ..........................................................................149 191
2.1 Bezoldigingen van bedrijfsleiders ........................................149 2.2 Bedrijfsvoorheffing...............................................................151 2.3 Vennootschapsbelasting ......................................................152 3. Sociaal statuut zelfstandigen ......................................................152 3.1 Wie moet zich aansluiten als zelfstandige? .........................152 3.2 Bijdragen ..............................................................................155 4. Vrij aanvullend pensioen (VAPZ) en groepsverzekering..............156 4.1 Voordelen van het VAPZ ......................................................157 5. De vennootschapsbijdrage..........................................................157 5.1 Bedragen ..............................................................................158 5.2 Betalingstermijn ...................................................................158 5.3 Hoofdelijke aansprakelijkheid..............................................159 5.4 Vrijstelling.............................................................................159 Keuze van de rechtsvorm: nv of bvba?..........................................161 1. Is een vennoot persoonlijk aansprakelijk voor de schulden van zijn vennootschap?................................................................................162 2. Keuze van een rechtsvorm..........................................................162 2.1 Oprichtingsvorm...................................................................162 2.2 Aantal vennoten...................................................................163 2.3 Aansprakelijkheid.................................................................163 2.4 Soorten aandelen .................................................................163 2.5 Overdraagbaarheid ..............................................................163 2.6 Stemrecht.............................................................................163 2.7 Minimumkapitaal .................................................................163 2.8 Kapitaal: wijze van inbreng ..................................................164 2.9 Bestuur: door wie?...............................................................164 2.10 Bestuur: controle?..............................................................165 3. Hoeveel bedragen de oprichtingskosten?...................................165 4. Hoeveel aandeelhouders zijn er nodig voor een geldige oprichting? ........................................................................................................166 5. Worden twee echtgenoten als twee oprichters beschouwd? ....166 6. Wat is het belang van het onderscheid van aandelen op naam of aan toonder? ..................................................................................167 7. Is de overdracht van aandelen onderworpen aan beperkingen?168 8. Het bestuur van de bvba en de nv ..............................................168 192
9. Besluit .........................................................................................170 Fiscale gevolgen bij omvorming eenmanszaak naar vennootschap ........................................................................................................171 Inleiding ..........................................................................................172 1 Algemene begrippen....................................................................172 1.1 Eenmanszaak........................................................................172 1.2 Vennootschap en vennootschapsvormen............................172 2 Argumenten die pleiten voor de omvorming van de eenmanszaak naar een vennootschap...................................................................176 2.1 Belastingtarieven..................................................................176 2.2 Lenen aan uw vennootschap................................................177 2.3 Toekennen van huurinkomsten............................................178 2.4 Dividenduitkering.................................................................179 3. Oprichting en inbreng van de eenmanszaak ..............................179 3.1 Oprichting van de vennootschap..........................................179 3.2 Inbreng .................................................................................180 4 Stopzettingsmeerwaarde.............................................................181 4.1 Algemeen.............................................................................181 4.2 Referentieperiode ................................................................182 4.3 Belastbaarheid .....................................................................183 5 Fiscale optimalisatie.....................................................................184 Besluit .............................................................................................185 Inhoudstafel....................................................................................187
193