Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 1
Jaarverslag 2012
Inhoudstafel I. Voorwoord .................................................................................................................................................................... 3 II. Wie zijn wij .................................................................................................................................................................... 4 III. Overkoepelend beleid, wat realiseerden we in 2012 .............................................................................................. 6 IV. Algemeen beleid ...................................................................................................................................................... 7 A. Jaarverslag sector welzijn – buitengewoon onderwijs ............................................................................................ 7 1. Welzijn ................................................................................................................................................................. 7 2. Kinderopvang ...................................................................................................................................................... 7 3. Jongerenwelzijn ................................................................................................................................................... 7 4. Buitengewoon onderwijs .................................................................................................................................... 7 B. De voorziening in cijfers........................................................................................................................................... 8 1. Erkenning............................................................................................................................................................. 8 2. Bezetting ............................................................................................................................................................. 8 3. Verdeling ............................................................................................................................................................. 9 V. Kwaliteitsbeleid........................................................................................................................................................... 11 VI. Pastoraal beleid 2012 ............................................................................................................................................ 12 VII. Vorming, Training en Opleiding ............................................................................................................................. 13 VIII. Pedagogisch beleid ................................................................................................................................................ 14 A. Jaarwerking afdeling IRIS – PRISMA 2012.............................................................................................................. 14 1. Multidisciplinair overleg (MDO) binnen de afdeling Iris/Prisma. ...................................................................... 14 2. Competentiemanagement binnen de afdeling IRIS/Prisma binnen het MFC. .................................................. 14 B. Jaarwerking BuSO - 2012 het jaar van de veranderingen ...................................................................................... 15 C. Jaarwerking afdeling Ri4 2012 ............................................................................................................................... 16 1. Schelp ................................................................................................................................................................ 16 2. Waterval ............................................................................................................................................................ 16 3. Zeepbel .............................................................................................................................................................. 16 D. Jaarwerking afdeling Torentjes 2012 ..................................................................................................................... 17 1. Renovatie Jongenskamers ................................................................................................................................. 17 2. Intakeprocedure herbekeken. ........................................................................................................................... 17 3. Visietekst ........................................................................................................................................................... 17 4. KT Zolder ........................................................................................................................................................... 17 5. Het Pedagogisch Vlaggensysteem ..................................................................................................................... 17 6. Fysieke interventietechnieken .......................................................................................................................... 17 7. Leefgroepactiviteiten ........................................................................................................................................ 17 IX. Financiële resultaten ............................................................................................................................................. 18 A. Kosten. ................................................................................................................................................................... 18 B. Vorderingen. .......................................................................................................................................................... 19 C. Investeringen. ........................................................................................................................................................ 19 D. Wettelijke verplichtingen. ..................................................................................................................................... 19
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 2
Jaarverslag 2012
I. Voorwoord Het jaar 2012 kenmerkt zich in het Koninklijk Instituut Woluwe door de realisatie van een aantal grote projecten op zowel inhoudelijk, organisatorisch als infrastructureel niveau. We starten met de grote bouwwerken, we stappen in het project Multi Functioneel Centrum en de kanteling onderwijs-welzijn krijgt volop vorm in een nieuw opgezet directieteam. Zoals we allen weten is veranderen niet gemakkelijk. Het vraagt extra focus en extra energie, we botsen op onze eigen weerstand. Graag druk ik hierbij mijn dank uit aan alle medewerkers van onze organisatie omdat zij mee willen gaan in dit veranderingsproject die het Koninklijk Instituut Woluwe een nieuwe en betere toekomst moet geven. Bij verandering komen vaak de grote zichtbare activiteiten en bouwwerken aan bod maar om verandering te realiseren hebben we ook de onderbouw nodig van de soms minder zichtbare activiteiten die door de opvoeders en therapeuten, de medische dienst, de voedingsdienst, het administratief -, technisch - en huishoudelijk personeel worden gerealiseerd. Het is dankzij hun steeds weerkerende inzet dat we onze goede werking kunnen blijven garanderen, ook in de woelige tijden van verandering. Graag wil ik dan ook allen bedanken die, hoe groot of hoe klein ook, een bijdrage hebben geleverd tot de goede werking van 2012. Veel leesplezier, Piet Ketele, Algemeen directeur MFC
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 3
Jaarverslag 2012
II. Wie zijn wij Waar staat het Koninklijk Instituut Woluwe voor? In het Koninklijk Instituut Woluwe willen we met een hart voor kinderen en jongeren, op een respectvolle Kind staat en professionele manier, het welbevinden centraal bevorderen van kinderen en jongeren met een communicatiestoornis, een gezichtsstoornis, of een gedrags– en emotionele stoornis. Professionele Familiale Bij ons staat het kind, de jongere centraal. We context context willen luisteren naar zijn vraag en samen met hem een realistisch toekomstperspectief opbouwen die tot maximale zelfontplooiing leidt. Dit willen we realiseren in dialoog met de ouders en andere betrokkenen maar ook in dialoog met de bredere samenleving. We willen een gemeenschap vormen waarin kinderen, jongeren, ouders en personeel tot zinvolle en zingevende relaties kunnen komen. We willen dit bekomen door via een open communicatie de betrokkenheid van allen hoog te houden. Door jarenlang met deze kinderen en jongeren te werken heeft ons personeel heel wat kennis en ervaring opgebouwd. Deze kennis en ervaring willen we uitdragen en delen met anderen.
BuSO type 6 & 7 In de secundaire school kunnen jongeren terecht in het buitengewoon onderwijs van het type 6 en 7. De jongeren worden opgevangen in verschillende opleidingsvormen: Opleidingsvorm 1 te Huldenberg, voor jongeren met een visuele handicap; Opleidingsvorm 3 voor jongeren met een visuele handicap of autismespectrum stoornissen met volgende afdelingen: receptiemedewerker en logistiek assistent in ziekenhuizen en zorginstellingen; Opleidingsvorm 4 : secundair onderwijs met een aangepast begeleidingskader voor jongeren met een visuele handicap of autismespectrum stoornissen. Voor programma's en getuigschriften gelden hier dezelfde bepalingen als in het gewoon onderwijs. Er wordt Economie (ASO), Handel-Talen (TSO) en Kantoor (BSO) aangeboden. De derde graad ASO en TSO wordt voortgezet in het gewoon onderwijs met G.On.-begeleiding.
BuBaO type 7 In de basisschool kunnen kinderen terecht in het Buitengewoon kleuter- en lager onderwijs van het type 7. Er wordt gewerkt met verticale klasgroepen per doelgroep: kleuters en kinderen met een auditieve handicap; kleuters en kinderen met een ernstige spraaktaalstoornis; kleuters en kinderen met autismespectrumstoornissen
MFC Complementair aan het onderwijsaanbod voorziet het Multifunctioneel centrum (MFC), dat erkend is door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH), in een advies– en zorgverlenende functie. Het dienstverleningsaanbod wordt zo flexibel mogelijk ingezet om zo dicht mogelijk aan te sluiten bij de ondersteuningsnoden en - behoeften van de jongeren en hun gezin of familiale context. We bieden verschillende mogelijkheden van trajecten aan gebaseerd op verblijf (internaat), tijdelijke dagbesteding, dagopvang (semiinternaat) en mobiele begeleiding. Opvoeders en therapeuten werken in de leefgroep samen aan zelfstandigheid en zelfredzaamheid gericht op een maximale integratie in de maatschappij . Vanuit het MFCis er voor elk van onze jongeren een aanbod van medische en paramedische begeleiding (kine, logo, ergo) afhankelijk van de individuele noden. Ook orthopedagogische begeleiding en gezins-begeleiding behoren tot de hulpverlening binnen het MFC. In overleg met de ouders, de jeugdpsychiater, de schoolpsycholoog en de jongere zelf wordt, indien nodig beroep, gedaan op aangepaste externe therapieën (psychotherapie, sociale vaardigheids-training, …). Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 4
Torentjes (GES) De Torentjes is een internaatswerking los van de scholen voor kinderen en jongeren van 6 tot 21 jaar met een emotionele, gedragsmatige of sociale problematiek, die al dan niet een leerachterstand hebben opgelopen. De kinderen en jongeren worden elke avond na de school en in het weekend opgevangen binnen een gestructureerd, rustgevend pedagogisch kader.
Geïntegreerd Onderwijs Het BuSO en BuBaO bieden ook Geïntegreerd Onderwijs aan. Dit is een onderwijsmodel waarbij jongeren met een autismespectrum stoornis, spraaktaalstoornis, visuele of auditieve handicap het gewoon onderwijs blijven volgen met begeleiding vanuit de school van het Koninklijk Instituut Woluwe.
Individueel Handelingsplan Voor iedere jongere wordt een individueel handelingsplan (IHP) opgesteld in samenspraak met de jongere en de ouders. Op basis van gegevens uit het multi-disciplinair overleg wordt in een handelingsplan bepaald welke leerinhouden, therapieën en mogelijk ook specifiek opvoedkundige aspecten de jongere nodig heeft en op welke wijze hieraan kan gewerkt
worden. Het herwinnen van vertrouwen, voldoende succeservaring, structuur, zelfredzaamheid staan centraal in de begeleiding.
Teamoverleg De vorderingen van elke jongere worden systematisch en regelmatig opgevolgd en besproken op klassenraden en/of teamvergaderingen. Bij deze klassenraden en teamvergaderingen worden alle personeelsleden die met het kind werken betrokken. Dit om het onderwijsprogramma, de therapieën en de opvoedingsaspecten voortdurend te kunnen bijsturen en op elkaar af te stemmen
Samenwerking met de ouders Een goede samenwerking met de ouders vinden we belangrijk. Hieraan wordt veel aandacht besteed. Ouders worden op een actieve manier betrokken bij de vooruitgang van hun kind via het schoolrapport, de gedragskaart en het heen-en-weerschriftje. Daarnaast zijn er ook vaste oudercontacten, besprekingen van het individueel handelinsgplan, info-avonden, praatcafés, lentefeest (open-deurdag) en een familiedag. Binnen het MPI wordt permanent het reilen en zeilen van de organisatie geëvalueerd samen met de gebruikers in de gebruikersraad.
Samenwerkingsverbanden Binnen het gebouwencomplex te Woluwe bevinden zich nog andere dienstverlenende organisaties waarmee we een hecht samenwerkingsverband hebben: Het consultatie en revalidatiecentrum voor Sensorieel Gehandicapten (afgekort CHS) De Thuisbegeleidingsdienst (TBD) Het kinderdagverblijf Woluland erkend door Kind & Gezin en een De beschutte werkplaats TWI Kanunnik Triest
CAMPUS KONINKLIJK INSTITUUT WOLUWE
CHS
OC KIW
BuBaO
BuSO
TBD
Woluland
TWI
MFC
Contactpersonen Piet Ketele, algemeen directeur MPI Marc Brans, algemeen directeur BuSO Annigje Claes, algemeen directeur BuBaO
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 5
Jaarverslag 2012
III. Overkoepelend beleid, wat realiseerden we in 2012 Het jaar 2012 kenmerkt zich in het Koninklijk Instituut Woluwe door de realisatie van een aantal grote projecten op zowel inhoudelijk, organisatorisch als infrastructureel niveau. Op 1 januari 2012 werd door het VAPH een project opgestart waar 12 minderjarigen voorzieningen zich kunnen omvormen tot een multifunctioneel centrum (MFC), waarbij meer mogelijkheden worden geboden om flexibel om te gaan met verschillende zorgvormen (verblijf, dagopvang, dagbesteding en mobiele begeleiding). Vooral de begeleidingen aan huis moeten intensiever zodat kinderen en jongeren meer en meer in hun thuisomgeving kunnen opgroeien en minder genoodzaakt zijn om in de voorziening te verblijven. Van onze opvoeders wordt verwacht dat ze én een leefgroep begeleiden én intensiever contextueel werken. Dat werd een hele uitdaging gezien er geen extra personeel kan worden aangenomen. In de loop van 2012 krijgt de kanteling onderwijswelzijn een nieuwe vorm. Na intense voorbereiding start op 1 september een nieuwe organisatiestructuur. Het is een structuur waarbij het kind centraal gesteld wordt en waarbij de organisatie hierrond wordt opgebouwd. Het sluit hierbij aan op het basisproces van een kwalitatieve en geïntegreerde jongere- en leerlingopvolging voor onderwijs en zorg.
beloopt onze huidige erkenning 85 internaatplaatsen en 83 semi-internaatplaatsen. Het is duidelijk dat we in toenemende mate met jongeren geconfronteerd worden die door de ernst en de complexiteit van hun problemen de leerkrachten, opvoeders en andere hulpverleners zware vragen stellen. De gewone onderwijsen opvoedingsmethoden voldoen dikwijls niet, of het is niet duidelijk welke weg verder kan gevolgd worden. Daarom hebben we in 2012 verder gezocht hoe we op die nood een goed antwoord kunnen geven. Een voltijds kinderpsychiater werd aangeworven en de afspraken rond het multidisciplinair overleg werden herwerkt. In samenwerking met de experten van Sensoa werd in mei 2012, voor alle medewerkers een vorming georganiseerd rond het Pedagogisch Vlaggensysteem van Sensoa. Dankzij dit systeem krijgen we onderbouwde handvatten om met seksueel (grensoverschrijdend) gedrag van kinderen en jongeren om te gaan. Een interne werkgroep werd opgericht die op objectieve manier samen met de betrokkenen het sexueel grensoverschrijdend gedrag mee classificeert als al dan niet grensoverschrijdend. In het kader van ons agressiebeleid hebben we een beleidstekst opgemaakt en zijn we gestart met een
Per afdeling, wordt een pedagogisch directeur aangesteld die garant moet staan voor de uitvoering van een kwalitatief inhoudelijk pedagogische beleid voor zowel onderwijs als zorg. Hij stuurt het stafteam en de therapeuten van de school en het MFC aan zodat elke individueel kind of jongere, een gedegen individueel handelingsplan op maat krijgt. De pedagogisch directeurs, samen met de logistiek directeur en de algemeen directeur MFC, de algemeen directeur BuSO en de algemeen directeur BuBaO vormen het directieteam die vanaf heden wekelijks samen komt om een overkoepelend strategisch beleid te ontwerpen, implementeren, evalueren en bijsturen. In augustus 2012, na lang wachten, starten uiteindelijk de bouwwerken voor 2 nieuwe leefgroepen boven het BuSO gebouw. Parrallel met deze werken worden de slaapkamers van 1 van de Torentjes leefgroepen volledig gerenoveerd.
overkoepelende vorming rond fysieke interventietechnieken bij agressie, gebracht door een expert op dit vlak. De aangeleerde technieken werden nadien op geplande momenten ingeoefend met alle medewerkers van de verschillende afdelingen. Om niks te vergeten werden herhalingslessen gepland
In het kader van het uitbreidingsbeleid 2012 werden 5 extra internaatplaatsen opgenomen, in voorafname op het VIPA-buffer project van 10 plaatsen. Hierdoor
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 6
Jaarverslag 2012
IV. Algemeen beleid A. JAARVERSLAG SECTOR WELZIJN – BUITENGEWOON ONDERWIJS 1. Welzijn 2012 kan voor de sector personen met een beperking gerust het jaar van de vele veranderingen genoemd worden. De diensten ondersteuningsplan (die de gebruikers helpen om hun zorgvraag te verduidelijken) zagen het licht, 12 minderjarigenvoorzieningen – waarvan 3 van de organisatie Broeders van Liefde – werden ten experimentele titel, omgebouwd tot Multi-functionele Centra (MFC’s) waardoor de zorg meer vraaggestuurd, meer op maat van de jongere kan worden georganiseerd, er werd hard gewerkt aan een decreet rechtstreeks toegankelijke hulp, het zorg-zwaarteinstument voor volwassenen werd ontwikkeld en is voor minderjarigen in ontwikkeling, dergelijk instrument zal gebruikt worden voor de ontwikkeling van persoonsvolgende financiering, er kwamen nieuwe uitvoeringsrichtlijnen voor de zorgregie en we ronden af met de vermelding van het ontwerpdecreet integrale jeugdhulp dat in juni 2012 werd goedgekeurd.
2. Kinderopvang We namen kennis van het nieuwe decreet Kinderopvang van Baby’s en Peuters. Met dit decreet wil de overheid stap voor stap voldoende en kwaliteitsvolle kinderopvang mogelijk maken. Concreet wil dit zeggen dat er meer kinderopvang zal komen én dat die kinderopvang aan aangepaste vergunningsvoorwaarden zal moeten voldoen. Voor onze initiatieven kinderopvang wensen we onze visie op het gevoerde personeelsbeleid kritisch in vraag stellen: welke ondersteuning bieden wij onze medewerkers, welke soorten gesprekken hebben we, hoe verloopt het coachen, welke talenten hebben we in huis, hoe zorgen we voor een goede samenwerking tussen werknemers uit verschillende levensfases, …? Een sector overschrijdend project, een lerend netwerk waarbij diverse onderwerpen met betrekking tot je loopbaan aan bod komen werd opgevolgd.
3. Jongerenwelzijn Sedert 2012 kent onze sector welzijn ook een nieuwe ent. Het project De Twijg, een dagcentrum binnen bijzondere jeugdzorg, sloot medio 2012 aan bij onze organisatie. Dit is voor het project en zijn medewerkers een grote verandering die we in gezamenlijk overleg zo goed mogelijk trachtten te laten verlopen.
4. Buitengewoon onderwijs Naast de oprichting van een 9de type wilde (wil ?) de overheid ook iets doen aan de instroom type 1 en type 2 door de IQ afgrenzing van beide types te koppelen aan internationale standaarden voor kinderen met een licht en matige verstandelijke beperking. Dit doorvoeren samen met de oprichting van een apart type voor leerlingen met een autismespectrumstoornis leidt tot een aardverschuiving in het hele onderwijslandschap. Continu overleg (intern en met de koepel) heeft ertoe geleid dat dit in 2012 nog niet concreet werd. We zijn bijzonder gelukkig dat een aantal scholen groen licht kregen van de raad van bestuur en de overheid om via de zogenaamde DBFMformule een nieuwbouw te realiseren zijnde Bubao St. Rafaël en Bubao St. Gregorius.
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 7
Jaarverslag 2012
B. DE VOORZIENING IN CIJFERS 1. Erkenning In het kader van een proefproject is het Koninklijk Instituut Woluwe O.C. te 1200 Brussel als “Orthopedagogisch Centrum Woluwe” momenteel (met ingang van 1 januari 2012) erkend onder een beheersovereenkomst voor 3 jaar. Deze beheersovereenkomst stelt het Orthopedagogisch Centrum Woluwe in staat als Multifunctioneel Centrum voor minderjarigen : maximaal vraaggestuurde zorg aan te bieden voor minderjarigen; voor minderjarigen een soepel zorgaanbod aan te bieden met vlotte overgang tussen residentiële, semiresidentiële en mobiele ondersteuning; 1. De oude erkenningsmodaliteiten worden overgenomen als internaat: voor het opnemen 80 van kinderen en jongeren van 2 ½ jaar tot 21 jaar met ernstige spraak-, taal-, gezichts- of gehoorstoornissen, met mentale stoornissen en/of met gedrags- of emotionele stoornissen, in de gebouwen gelegen Georges Henrilaan 278-284 en Prekelindenlaan 63 te 1200 Brussel (Sint-Lambrechts-Woluwe).
als semi-internaat: voor het opnemen van 83 kinderen van 2 ½ jaar tot 21 jaar met ernstige spraak-, taal-, gezichtsof gehoorstoornissen, met mentale stoornissen en/of met gedrags- of emotionele stoornissen ( al dan niet van het autismespectrum), in de gebouwen gelegen Georges Henrilaan 278-284 en Prekelindenlaan 63 te 1200 Brussel (Sint-Lambrechts-Woluwe).
2. Nieuwe modaliteiten worden toegevoegd. Het MFC zal de beschikbare middelen inzetten voor het organiseren van een Multifunctioneel Centrum voor minderjarigen met een toewijzing voor internaat of semi-internaat. Binnen het MFC worden minimaal volgende functies aangeboden: Verblijf: dag- en nachtopvang in een residentiële context, met inbegrip van de noodzakelijke permanentie, begeleiding en behandeling, desgevallend dus ook therapeutische interventies Dagopvang: aantal uren opvang overdag, zonder schoolvervangend karakter, meer bepaald de opvang buiten de schooluren, met inbegrip van de noodzakelijke permanentie, begeleiding en behandeling, en desgevallend ook therapeutische interventies Dagbesteding: het aanbieden van schoolvervangende activiteiten, meer bepaald opvang binnen de schooluren, waarbij er een alternatief programma wordt aangeboden, in samenwerking en in afstemming met een onderwijsinstelling Mobiele begeleiding: de ondersteuning van de context (thuissituatie) en het secundaire opvoedingsmilieu, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen enerzijds psychosociale en pedagogische ondersteuning en anderzijds de assistentie in context of secundaire opvoedingsmilieu Deze functies kunnen aangeboden worden in verschillende frequenties en met verschillende duur. Het MFC bepaalt in samenspraak met het cliëntsysteem welke functie op welk moment voor welke periode kan ingezet worden. Naast de (semi-)residentiële zorgverlening aan de “oorspronkelijke doelgroep”, namelijk kinderen en jongeren met gezichts- of gehoorstoornissen heeft het O.C., dat één van de weinige instellingen is voor minderjarige gehandicapten in Brussel, zijn dienstverlening de laatste jaren dus meer afgestemd op zorgvragen uit Brussel en Vlaams Brabant. Een gevolg is een stijging van de vraag naar dienstverlening aan: kinderen en jongeren met autismespectrumstoornissen kinderen en jongeren met taalstoornissen of communicatiestoornissen kinderen en jongeren met gedrags- en/of emotionele stoornissen
2. Bezetting Als output indicatoren voor het MFC project wordt van Woluwe 105% gemiddelde bezetting verwacht. Voor de berekening van de gemiddelde bezetting op jaarbasis wordt uitgegaan van de cliëntregistratie, meer bepaald het aantal lopende begeleidingsovereenkomsten pro rato berekend voor begeleidingsovereenkomsten die in de loop van het jaar opstarten of eindigen in het jaar 2012. Rekening houdend met onze erkenning van 80 internaatplaatsen en 83 semi-internaatplaatsen moesten vanaf januari 2012, 167 begeleidingsovereenkomsten afgesloten worden. Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 8
Jaarverslag 2012
In het kader van het uitbreidingsbeleid 2012 werden in juli 2012, 5 extra internaatplaatsen opgenomen, in voorafname op het VIPA-buffer project van 10 plaatsen. Rekening houdend met deze nieuwe erkenning van 85 internaatplaatsen en 83 semi-internaatplaatsen moesten vanaf juli, 172,25 begeleidingsovereenkomsten afgesloten worden. Enkel in de maand juli en augustus haalden we deze outputvereisten niet. Alle andere maanden hadden we 3 tot 5 begeleidingsovereenkomsten meer dan de outputvereisten ons oplegden.
In de eerste helft van het jaar, bij de opstart van het MFC project, blijft onze verhouding verblijf – dagopvang in lijn met onze oude verhouding internaat semi-internaat (85/83). Vanaf september gaan we meer gedetailleerd registreren en wordt onze originele verhouding verschoven in het voordeel van het aantal beheersovereenkomsten dagopvang. De eerste mobiele begeleidingen en dagbestedingen worden ook opgestart in september.
3. Verdeling De verdeling van de jongeren over de verschillende afdelingen in december 2012 is als volgt: Totaal Totaal begeleidingsovereenkomsten % 12 7% Gedrags- en emotionele stoornissen 107 60% Autismespectrum stoornissen 18 10% Blinden en slechtzienden 40 23% Doven, slechthorenden en taalstoornissen Het aantal jongeren met autismespectrumstoornissen die we begeleiden blijft stijgen. In lijn met de MFC gedachte is vooral het aantal deeltijdse semi-internen gestegen. Type handicap
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 9
Jaarverslag 2012
Het grootst aantal jongeren dat naar Woluwe komt, komt uit Brussel en Vlaams Brabant. Voor de jongeren met gedrags- en emotionele stoornissen is dit beperkt tot de regio Brussel en de omliggende Vlaamse gemeentes.
Regio Brussel Vlaams Brabant Antwerpen Limburg O Vlaanderen W Vlaanderen
Totaal begeleidingsovereenkomsten
%
25
14%
105
59%
26
15%
6
3%
15
8%
0
0%
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 10
Jaarverslag 2012
V. Kwaliteitsbeleid Het VAPH nam met het besluit van de Vlaamse Regering van 04/02/2011 betreffende de algemene erkenningsvoorwaarden en kwaliteitszorg van voorzieningen voor opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap een voortrekkersrol op zich en voert hiermee het kwaliteitsdecreet van 2003 uit. Eén van de essentiële veranderingen uit dit besluit die we in 2012 hebben gerealiseerd is de aanpassing van het ‘Protocol van verblijf, behandeling of begeleiding’ en ‘Reglement Van Orde’. Dit laatste document wordt voortaan vervangen door de nieuwe benaming ‘Charter’. In 2012 werden verscheidene ad hoc vergaderingen met de maatschappelijk assistenten gehouden om een aanzet te geven om beide documenten te herwerken in overeenstemming met de nieuwe kwaliteitseisen, gebaseerd op een modeldocument van het Protocol en Charter dat de juridische dienst vanuit de hoofdzetel te Gent had opgesteld o.b.v. de minimale vermeldingen uit de bijlagen van het besluit van de Vlaamse Regering. Voor de wijziging van het Protocol en Charter werd een voorafgaand advies aan de leden van het collectief overlegorgaan (gebruikersraad) gevraagd voor eventuele bemerkingen of aanvulllingen (juni 2012). Naar aanleiding van de vernieuwing van deze 2 documenten, rezen al gauw vele vragen en bemerkingen bij de maatschappelijk assistenten, aangezien we sinds 1 januari 2012 officieel van start zijn gegaan met het experimenteel project van het VAPH om in de toekomst te werken als een Multifunctioneel Centrum (MFC). Met een Multifunctioneel Centrum kunnen er namelijk geïndividualiseerde trajecten worden opgezet uit een combinatie van verschillende zorgvormen, wat implicaties heeft op de inhoud van het Protocol en Charter. Vermits op termijn alle MPI’s toch verplicht worden om een MFC te worden, leek het ons beter om onmiddellijk het Protocol en het Charter aan te passen, zowel aan de richtlijnen van het VAPH als aan de MFC-normen. In het Charter werd een lijst met afzonderlijke vergoedingen voor niet-subsidieerbare kosten die in samenspraak met de gebruikersraad en maatschappelijk assistenten werd opgesteld, opgenomen. Er is de mogelijkheid om individuele aanpassingen met betrekking tot dergelijke vergoedingen te vermelden in het Protocol. Naast een aantal akkoordverklaringen die worden opgenomen in het Protocol, achten we het noodzakelijk om toestemmingen te bevragen i.v.m. foto-, film- en video-opnames voor intern/extern gebruik en i.v.m. uitwisseling van adresgegevens. Bij elke wijziging in het dienstverleningsaanbod voegen we een Addendum toe aan het Protocol opdat het oorspronkelijke Protocol behouden blijft. Tevens werd een document ‘Bevestiging van ontvangst en akkoord met het Charter’ opgesteld ter bewaring binnen de afdeling. Het Protocol en Charter werden tegen eind december 2012 gefinaliseerd om vanaf januari 2013 te starten met de verdeling aan de ouders. De klachtenprocedure is aangepast, aangezien volgens het nieuwe BVR van 04/02/2011 de klachtencommissie moet uitgebreid worden met een onafhankelijke derde wanneer het een betwisting betreft omtrent ontslag. In overleg met de gebruikers opteerden we voor mevr. Agnes Verbruggen zoals andere voorzieningen van de Broeders Van Liefde. De definities van ‘kamertraining’, ‘logeerfunctie’ en ‘crisisopvang’ werden omschreven en opgenomen in de procedure “Beschrijving van het aanbod van de voorziening”. De maatschappelijk assistente van Prisma ontwierp een aanmeldingsformulier voor crisisopvang. Vanaf 1 september 2012 is er een onafhankelijk meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag (GOG) bij het VAPH opgericht. Vanaf 1 oktober 2012 was het vervolgens verplicht om grensoverschrijdend gedrag met het registratieformulier van het VAPH te melden. Deze nieuwe werkwijze werd toegevoegd als onderdeel aan de procedure “4.6.16. Het detecteren van en aangepast reageren op misbruik en geweld t.a.v. de gebruiker”. De stuurgroep Kwaliteit onderging enige verandering in de samenstelling van haar leden. De operationele werkgroep bestaat sinds september 2012 naast de algemeen directeur en de kwaliteitscoördinator uit de pedagogisch directeur van het BuBaO en de pedagogisch directeur van het BuSO, 2 nieuw ingevulde functies. De logistiek directeur wordt nog steeds enkel uitgenodigd wanneer de agendapunten hem aanbelangen. We hebben 2 succesvolle groentjesdagen achter de rug waarop we de nieuwe personeelsleden verwelkomen en hen op de hoogte brengen van onze missie, visie, kernwaarden, hen informeren over wat het kwaliteitsbeleid is en wat een MFC is. Ze kregen telkens een rondleiding langs bekende en minder bekende plekken op de campus en konden actief kennismaken met de problematiek en werking binnen de verschillende doelgroepen. De onthaaldag werd door iedereen steeds positief ervaren. Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 11
Jaarverslag 2012
VI. Pastoraal beleid 2012
Wanneer we spirituele prikkels durven aanbrengen aan onze jongeren, in het totale respect voor éénieders overtuiging en geloof, dan merken we al gauw dat zij het zijn die ons dichter bij God brengen en bij de diepere zingeving van ons leven.
Werken op het ritme van de jaarkring
Het project Brussel armoede wordt opgestart met de “ Tochten
“Je geeft niet iets aan de armen, je deelt iets met hen” Jean Oger
van Hoop”.
Het evangelie handen en voeten geven in deze wereld en in het alledaagse.
Het geloof geeft sterkte aan onze zwakheden, want het is steeds op zoek naar een “waarden-volle” zingeving.
Heel wat mooie en zeer waardevolle, als ‘waarden-volle’ uitgewerkte vieringen, teambuilding en initiatieven rond bewustwording van armoede en dienst, kleurden dit werkjaar. Het spanningsveld tussen zingeving en geloof aanscherpen blijft een uitdaging. Het algemeen verlangen naar zinvolheid en het tot expressie brengen van waarden tijdens feestelijke gelegenheden vervangen de vieringen die vroeger meer en duidelijker ook een Joods-christelijk tintje kregen. Het ene zou het andere nochtans niet moeten uitsluiten. Een plaats geven (ook door het directieteam en de staf) aan de Christelijke inspiratie binnen de pastorale werking blijft moeilijk. Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap Pagina 12 ‘Het geloof ter sprake brengen’ nemen we mee als werkpunt voor 2013.
Jaarverslag 2012
VII. Vorming, Training en Opleiding In 2012 werkten we met de orthopedagogen verder aan een geheel van documenten dat als einddoel heeft om onze visie (algemene visie, pedagogische visie, doelgroepenvisie…) en identiteit te linken aan enerzijds de uitwerking (naar personeel, cliënten en organisatie toe) en aan anderzijds de ondersteuning ervan (via o.m. vorming, training en opleiding, d.w.z. VTO). De kernelementen in de visieteksten en hun uitwerking beschouwen we als belangrijke aanknopingspunten om een fundamentele herwerking van de VTO-visie te kunnen aanvatten, in een meer proactieve richting, zoals de voorbije jaren reeds aangegeven. Er werd ook afgesproken om na te gaan of vaste vormingscurricula geen verplichting zouden moeten worden voor alle pedagogisch personeel. Deze curricula kunnen dan aangemoedigd en individueel geëvalueerd worden in de functioneringsgesprekken.
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 13
Jaarverslag 2012
VIII. Pedagogisch beleid A. JAARWERKING AFDELING IRIS – PRISMA 2012 1. Multidisciplinair overleg (MDO) binnen de afdeling Iris/Prisma. Binnen de intensievere samenwerking tussen school en multifunctioneel centrum staat de coördinatie van de ondersteuning en de begeleiding van de jongeren uiteraard centraal. De noodzaak daarvan komt nog meer op de voorgrond bij jongeren met complexe zorgvragen. Het is duidelijk dat we in toenemende mate met jongeren geconfronteerd worden die door de ernst en de complexiteit van hun problemen de leerkrachten, opvoeders en andere hulpverleners zware vragen stellen. De gewone onderwijs- en opvoedingsmethoden voldoen dikwijls niet, of het is niet duidelijk welke weg verder kan gevolgd worden. Daarom hebben we in 2012 verder gezocht hoe we op die nood een goed antwoord kunnen geven en werden daarom de afspraken rond het multidisciplinair overleg herwerkt. Op voorstel van de orthopedagoog wordt een multidisciplinair overleg gepland waaraan deelgenomen wordt door de klastitularis, een opvoeder van de school en het multifunctioneel centrum, de maatschappelijk assistent, de coördinator, de kinderpsychiater, eventueel de therapeuten en de orthopedagoog. Naar gelang het onderwerp kunnen anderen ook nog uitgenodigd worden voor dit overleg. De psycholoog-psychotherapeut leidt de vergadering, waarbij eerst de voor de specifieke vraagstelling relevante informatie aan elkaar doorgegeven wordt. Op basis daarvan wordt dan samen gezocht naar de fundamentele problematiek, de oorzaak daarvan, worden werkhypothesen geformuleerd en zoeken we naar een gezamenlijke aanpak voor de moeilijkheden waarmee we allemaal geconfronteerd werden. De besluiten worden in hetzelfde schema van het individueel handelingsplan geformuleerd, zodat deze daar gemakkelijk in kunnen geïntegreerd worden. Op die manier draagt het mdo bij tot een kwaliteitsvolle ondersteuning van jongeren met een complexe zorgvraag.
We proberen voortdurend opvoeders zich bewust te laten worden van hun capaciteiten en talenten. Van daaruit kunnen we met hen kijken hoe ze die mogelijkheden kunnen inzetten in de werking, en bij kleinere en grotere projecten. Dit gebeurt informeel en meer formeel aan de hand van het competentieprofiel van een opvoeder dat in 2012 samen met hen werd opgemaakt. Dit geeft ook de kans om met hen te praten over de kwaliteiten die we erkennen en waarderen, en de aspecten waar groei mogelijk en/of wenselijk is. Daarbij hoort ook het gesprek over wat men nodig heeft om hieraan te werken. Dit komt zeker ook aan bod in de coaching- en evaluatiegesprekken met nieuw aangeworven opvoeders. We zoeken met hen naar hun sterke kanten. Dan gaat het niet alleen om kennis, maar vooral om vaardigheden, attitudes… kortom om ‘kennen en kunnen’. Door samen hiernaar op zoek te gaan kunnen we deze meer expliciet maken, en vooral nog meer optimaal deze competenties aanwenden in de werking met de jongeren. Dit inventariseren van competenties van de leden van een leefgroepteam en deze bespreekbaar maken helpt bij het opstellen van een profiel bij een vacature. Dit helpt om sollicitanten gerichter te bevragen en een team zo complementair mogelijk samen te stellen, wat ertoe bijdraagt dat opvoeders binnen een team elkaar aanvullen en ze op elkaar kunnen betrouwen. In de loop van de volgende jaren willen we de mogelijkheden van het denken rond competentiemanagement verder toetsen aan de toepasbaarheid binnen onze werking, en waar mogelijk toepassen.
2. Competentiemanagement binnen de afdeling IRIS/Prisma binnen het MFC. In 2012 zijn we begonnen met het implementeren van een aantal aspecten van competentiemanagement binnen onze afdeling. In eerste instantie hebben we ons gericht op de grootste groep, nl. de opvoeders.
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 14
Jaarverslag 2012
B. JAARWERKING BUSO - 2012 HET JAAR VAN DE VERANDERINGEN Het directieteam (niveau O.C.) kreeg in KI Woluwe een flinke boost. Het werd een hechte beleidsploeg die entiteitsoverschrijdend bijna elke week samenkomt. De versterking van de twee pedagogische directies wordt als een grote meerwaarde aangevoeld. We voelen aan dat we nu dichter op de bal kunnen spelen. In het secundair wordt de aanwinst van Kris Demeter als pedagogisch directeur van bij de aanvang als zeer positieve versterking aangevoeld. Hij krijgt het mandaat om de pedagogische thema’s van nabij op te volgen: in het begin sterk gefocust op het IHP en het MDO. In de hoofdvestiging van het BuSO (OV3-OV4) was het een jaar van grote veranderingen op het pedagogisch vlak. Vanuit het afdelingsteam werden een aantal denkpistes in groeiplannen opgezet i.v.m. het intakegebeuren, het geïntegreerd handelingsplan (IHP), de voorbereiding van Smartschool en de organisatie van het Multidisciplinair Overleg (MDO). De bedoeling was enerzijds om de kanteling van beide organisaties (BuSO en MFC) in de concrete organisatie nog beter te implementeren. Anderzijds was er de behoefte om meer efficiëntie te brengen binnen onze brede vergadercultuur. Het werk van de stafleden van BuSO en MFC diende ook beter op elkaar afgestemd te worden. De praktische planning van het overleg school-MFC is steeds een delicaat punt geweest, maar een aantal overlegmomenten werden nu in een vaste structuur gegoten (zowel naar de beleidsorganen: directieteam, Stuurgroep, Afdelingsteam, Staf) als de organisatie van de IHP en MDO vergadermomenten kwam er duidelijkheid.
effectiever vergaderen. Op drie woensdagen kregen de personeelsleden de kans om samen met de pedagogische begeleider Jo Verelst dit thema uit te diepen. Er werd vel feedback gegeven waarmee de Stuurgroep aan de slag kan. We beseffen dat dit iets is waar iedereen mee aan de kar moet trekken. Tweede vestiging BuSO: OV1 in Huldenberg. Op 20 november ging de voltallige stuurgroep van het BuSO op bezoek bij onze collega’s in afdeling 1 Centrum Ganspoel. We hielden er onze maandelijkse vergadering maar werden eerst door de plaatselijke coördinator rondgeleid doorheen het beruchte gebouw 53. De plannen voor de renovatie van het sanitair werd met inspraak van de plaatselijke medewerkers en het architectenbureau VK besproken. In 2012 werden de plannen afgewerkt. Er wordt gehoopt dat de effectieve werken in 2013 van start kunnen gaan. Bea Mertens lichtte ook het nieuwe uitstroombeleid toe van het Centrum. De bedoeling is om samen met ouders reeds actief op gaan naar opvangmogelijkheden voor de de leerlingen vanaf hun 18 verjaardag. De groepsindeling in OV1 werd grondig gewijzigd: de klasgroepen heten nu Aquarel, Mozaik, Dia en Indigo. De indeling is gebaseerd op de specifieke functionele mogelijkheden van deze leerlingen. Er ging binnen de pedagogische werking veel aandacht naar de speelplaatswerking. Een beter en meer gedifferientieerd aanbod van activiteiten zou meer rust moeten brengen op de pauzemomenten en in de overdekte speelplaats..
Op de personeelsvergaderingen werden dit jaar belangrijke pedagogische thema’s aangesneden. Op de startdag in september kreeg het Kobe Van Roy (Autisme Centraal) het woord over het verband tussen ‘ASS en pestgedrag’. De directeur lichtte op andere een personeelsvergadering de STICORDI-maatregelingen toe: de mogelijkheden en kansen om meer individuele flexibele trajecten in te bouwen voor onze leerlingen dienen nog meer ingezet te worden. Er werd in Woluwe een verplichte vorming georganiseerd in het tweede trimester rond het
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 15
Jaarverslag 2012
C. JAARWERKING AFDELING RI4 2012 2012 was een jaar vol nieuwe uitdagingen voor de afdeling Ri4. In het kader van het MFC zijn we gestart met mobiele begeleiding. Op vraag van ouders kwamen opvoedsters (waaronder van de Waterval en Zeepbel) aan huis om tips/handvaten te geven bij opvoedingsvragen van onze ouders. Deze mobiele begeleidingen zullen in 2013 verder uitgebreid worden. Verder is er met het leerkrachtenteam van Ri4 hard gewerkt aan de leerlijnen voor “Leren leren”, “Muzische vorming” en “Wereldoriëntatie”. De leerlijnen voor “Leren leren” zijn afgerond, de andere domeinen staan in de loop van 2013 – 2014 op het programma
1. Schelp Dit jaar hebben we verder gewerkt aan de continuïteit voor de kleuters en lagere schoolkinderen. Er werd gefocust op een goede overgang tussen de kleuterwerking en het aanbod binnen de lagere school. De grote diversiteit binnen deze doelgroep stelt het team voor de uitdaging de organisatie zo goed mogelijk af te stemmen op de verschillende individuele noden van de kinderen. Terwijl enkele kinderen voorbereid werden op integratie, werden in diezelfde groep kinderen begeleid in het werken aan de uitdaging om voldoende basisvaardigheden te ontwikkelen om verder het traject van de lagere school mee te kunnen volgen. Daarnaast kreeg ook dit jaar Dovencultuur weer een duidelijke plaats binnen de werking van zowel leefgroep als klas. In de oudste klas van de lagere school werd actualiteit een vast item op de agenda door het wekelijks volgen van het Karrewiet-journaal in Vlaamse Gebarentaal. De focus op actualiteit is erg belangrijk voor dove en slechthorende kinderen, gezien zij vaak minder mogelijkheden hebben om op een spontane manier volledige toegang te krijgen tot binnen- en buitenlands nieuws. In de leefgroep werden activiteiten ondernomen die enkele kunstvormen (in relatie met dovencultuur) in de kijker brachten, zoals een dansworkshop onder begeleiding van een dove danseres en het bezoeken van een tentoonstelling met kunstwerken van dove kunstenaars. Door verschillende personeelsleden werden opleidingen gevolgd die te maken hadden met het thema ‘interculturele communicatie’. Gezien de diverse culturele achtergronden van de gezinnen van de kinderen binnen de Schelp, is dit een thema waar we de komende jaren graag verder mee aan de slag zouden gaan.
2. Waterval In de waterval zijn we samen met de opvoeders een visietekst aan het opstellen voor de leefgroepenwerking. Wekelijks kwamen we samen en stelden we de vragen: wie zijn we, wat doen we, wat willen we bereiken en hoe doen we dat? Zo wensen we de eigenheid en specificiteit van onze watervalleefgroepen te definiëren. We werken hier nog verder aan in 2013. Ook voor de klaswerking werd in samenspraak met het team en een medewerkster van de VGC een visietekst uitgeschreven voor de lagere school. Voor de kleuterwerking werd een eerste aanzet gedaan. Daarnaast heeft een opvoeder in zijn leefgroep een prachtige “snoezelruimte” gemaakt. Hier kunnen onze kinderen tot rust komen, maar ook voelen, kijken, genieten, rustig lezen, … Verder werd vanaf september 2012 een overkoepelend beloningssysteem uitgewerkt om onze kinderen de nodige vaardigheden aan te leren. Dit beloningssysteem wordt gebruikt in de klassen en in de leefgroepen. Een evaluatie dient nog te gebeuren. In 2012 zijn we van start gegaan met een functionele taalklas. Deze klas is er voor kinderen met een spraaktaalontwikkelingsstoornis die niet tot lezen en schrijven komen na intensieve geïntegreerde ondersteuning. Zij hebben nood aan een functioneler en maatschappijgerichter aanbod waar doelen individueel geselecteerd kunnen worden. Verdere uitwerking van een visie en positie binnen de lagere school Waterval is noodzakelijk.
3. Zeepbel In de zeepbel werd een structurele verandering doorgevoerd door interne verschuivingen en ontwikkelingen. Als gevolg hiervan zijn we het schooljaar gestart met 1 kleuterklas en 5 lagere school klassen met bijhorende leefgroepen. Inhoudelijk hebben we met het zeepbelteam gewerkt rond het uittekenen van een teamontwikkelingsmodel (TOM). Dit model laat toe de competenties van het team, van de leidinggevenden en van de medewerkers te meten en ook na te gaan wat de interactie is tussen deze drie geledingen. In bijeenkomsten stonden we enerzijds stil bij (de ontwikkeling) van onze eigen -persoonlijke- competentieprofielen, anderzijds gingen we in dialoog met collega's om tot een algemeen competentieprofiel van het zeepbelteam te komen. Van hieruit werd nagedacht over in welke richting we als team verder willen ontwikkelen/evolueren. Daarnaast heeft een opvoedster -in het kader van haar eindwerk- 'het Pedagogisch Vlaggensysteem' geïmplementeerd in het opvoedersteam. Deze methodiek helpt hulpverleners enerzijds zich vertrouwd te voelen met seksueel gedrag van de kinderen, anderzijds om dit gedrag objectief te beoordelen. In een werkgroep werd deze methodiek ingeoefend en werd een aanzet gegeven tot het uitwerken van een visie. Op schools vlak zijn er in (enkele klassen van) de zeepbel nieuwe leermethodes geïntroduceerd voor zowel W.O. als voor Taal nl. Open Wereld en Taalbende. Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 16
Jaarverslag 2012
D. JAARWERKING AFDELING TORENTJES 2012 1. Renovatie Jongenskamers Juni 2012: veel stof, afbraakwerken en lawaai. In het kader van het uitbreidingsbeleid, krijgen de jongensgang en slaapkamers van de Torentjes een volledige make-over. We waren hierdoor genoodzaakt om de Springplank tijdelijk te verhuizen naar een andere locatie. Een extra opvoeder werd aangenomen om de nacht te doen en de veiligheid te garanderen. We waren ook genoodzaakt de kinderen van de Loopbrug op de kamers op 1 gang te leggen. Een extra deur werd geplaatst in deze gang om de jongens en de meisjes van elkaar te scheiden, alsook een alarmsysteem werd geïnstalleerd. Het hele team heeft hard gewerkt om de verhuis tijdig rond te krijgen. Voor onze kinderen en jongeren was deze grote verandering niet gemakkelijk, maar vanaf januari 2013 zullen de jongenskamers klaar zijn. We kijken er naar uit…
2. Intakeprocedure herbekeken. De stafleden van de Torentjes hebben in overleg met de directie en Dr. Katelijne de intakeprocedure aangepast. Na een intake met de maatschappelijk assistente en orthopedagoge, zal er intern een overleg plaatsvinden met onze kinderpsychiater. Indien een start bij de Torentjes opportuun blijkt, wordt een startdatum met de ouders en betrokken partijen afgesproken. Het is eveneens mogelijk dat er nog een extra gesprek noodzakelijk is alvorens een definitieve beslissing kan genomen worden. Er zal dan een gesprek gepland worden met de kinderpsychiater, tijdens dewelke nog enkele zaken verder besproken dienen te worden.
3. Visietekst De visietekst van de Torentjes werd herbekeken en feedback bij personeelsleden werd gevraagd. De directie heeft deze visietekst geëvalueerd. Er dienen nog enkele kleine toevoegingen te gebeuren.
4. KT Zolder Er stond ondertussen een mooie werking op poten. De twee jongeren van de Torentjes hebben veel bijgeleerd in deze nieuwe werking op vlak van zelfstandigheid. Zij hebben ons ondertussen verlaten. Jammer genoeg hebben we in september 2012 de KT Zolder niet meer kunnen opstarten. Enerzijds omdat er geen vraag was van onze jongeren, anderzijds omdat we de ruimte nodig hadden om onze Springplank tijdelijk te organiseren. We kijken er naar uit om deze werking opnieuw te kunnen opstarten.
5. Het Pedagogisch Vlaggensysteem Voor de medewerkers van de Torentjes hebben we in mei 2012 een interessante vorming georganiseerd rond het Pedagogisch Vlaggensysteem (Sensoa). Dit systeem werd aangekocht vanaf het moment dat het op de markt kwam. Dankzij dit systeem krijgen we onderbouwde handvatten om met seksueel (grensoverschrijdend) gedrag van kinderen en jongeren om te gaan. Samen met een expert van Sensoa hebben we dit systeem uitgeprobeerd. We proberen deze vaardigheden verder te oefenen in onze dagelijkse praktijk.
6. Fysieke interventietechnieken Een aantal medewerkers van de Torentjes hebben een overkoepelende vorming gevolgd rond fysieke interventietechnieken bij agressie. De aangeleerde technieken werden nadien op geplande momenten uitgelegd en ingeoefend met alle medewerkers van de Torentjes. Herhaling en oefening blijft noodzakelijk. Naar aanleiding van deze vorming werd ook een aanvraag ingediend voor het aanpassen van de TAVA-ruimte. In juni worden matten gelegd en een kijkgaatje in de deur gemaakt. Zo kunnen we optimaal de veiligheid garanderen van onze kinderen/jongeren. In december vervangen we het plexiglas bovenaan de TAVA zodat deze niet meer van binnenuit omhoog gestoten kan worden.
7. Leefgroepactiviteiten We organiseerden in januari 2012 een nieuwjaarsfeest voor al onze kinderen, jongeren, hun ouders, broers en zussen. Het was een spaghettiavond afgesloten met koffie en een uitgebreid desserten buffet. Zoals de traditie het wil: een fijne en gezellige avond voor iedereen! Er worden doorheen het hele jaar toffe activiteiten georganiseerd voor onze gasten: pedagogisch paardrijden, zwemmen, koken, …, een dagje Pari Daisa en het kamp in Robertville. Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 17
IX. Financiële resultaten Het jaar wordt afgesloten met een overschot van € 188.766,19 tegenover een begroot overschot van € 36.699,97 terwijl het tekort in 2011 € 3.706,68 bedroeg. Het overschot situeert zich vooral binnen de werkingssubsdies (excl. Personeel). Dit komt vooral door de gestegen opbrengsten van het VAPH als gevolg van de instap in het MFC project. Enerzijds worden een aantal kosten op basis van een forfait uitbetaald die positiever uitkomt dan voorzien, anderzijds zijn wij heel zuinig omgegaan met de uitgaven om het financieel risico van de instap in het MFC project laag te houden.
A. KOSTEN.
De kosten voor herstellingen en onderhoud zijn dit jaar gestegen. In 2012 is de netto kost € 19.524,39 hoger dan vorig jaar. De verplichtingen opgelegd door de nieuwe milieuvergunning heeft tot een toename van deze kosten geleid. Veel van deze zaken worden verdeeld op campusniveau.
De netto energiekost bedraagt € 130.819,64 dit is € 17.795,22 meer dan in 2011. In 2012 verbruikten we 368.881 kWh meer dan in 2011 of 27 kWh meer per graaddag (805 t.o. 778 kWh/GD).
Dit is enerzijds te wijten aan de gestegen kosten voor energie. In 2012 betaalden we gemiddeld € 0,8649 per liter. In 2011 was dit € 0,7980 of 8,3% meer per liter. Doch anderzijds ook aan het gestegen verbruik onder meer door de aan de gang zijnde verbouwingswerken. Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 18
De netto voedingskost (€ 116.534,90) is € 3.395,70 lager dan 2011 (€ 119.930,60). Vanaf dit jaar werden de voedingscomponenten opnieuw uitgesplitst zodat een vergelijking per component met 2011 niet mogelijk is. Voor Bureaubenodigdheden gaven we € 15.036,20 meer uit dan begroot. Dit heeft onder meer te maken met de kosten voor de Sociale Verkiezingen. De recuperaties van de kantoorkosten liggen € 3.883,26 hoger dan vorig jaar. De grootste stijging van de kosten situeert zich bij drukwerk (+ € 5.066,98), te wijten aan de personeelsadvertentie voor de pedagogisch directeur. De totale loonkost steeg met 6,83% tegenover 2011. Op de totale loonkost was er een tekort van € 19.448,12. Dit tekort werd onder meer voor de aanleg van pensioenen, de lonen boven barema (directies).
B. VORDERINGEN. Op 31/12/2012 bedroeg de vordering op het Vlaams Agentschap € 472.469,83. In 2012 werd de dagprijs van 2010 afgerekend. De vordering op klanten bedroeg € 87.917,90 per 31/12, in 2011 was dit € 94.575,63. Het grootste gedeelte blijft de vordering op de nevendiensten (€ 81.193,01). Dit gaat vooral over de facturen m.b.t. de verdeling van de campuskosten opgemaakt per 31/12.
C. INVESTERINGEN. Er werd voor € 217.190,54 geïnvesteerd. Onze continuïteitsratio komt hierdoor op 1,415. In anticipatie op de werken n.a.v. de nieuwe milieuvergunning hadden we reeds een aantal investeringen begroot. In de loop van 2012 werd echter duidelijk wat we precies moesten doen. Een aantal investeringen kunnen over in latere jaren uitgevoerd worden, zodat deze niet in 2012 nodig waren.
D. WETTELIJKE VERPLICHTINGEN. Wettelijke verplichtingen zorgen steeds meer voor een verhoogde druk op entiteiten van de campus. Zo zullen tegen mei 2015 nog zeer zware investeringen moeten doen, zoals het verwijderen stookolietanks, wat een omschakeling naar gas impliceert (vernieuwen stookplaatsen). Komt daar boven op nog zeker een bodemsanering…
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 19
Erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Pagina 20