Ergonomiewijzer Het hoe en waarom van verminderen van fysieke belastingen in een medisch kinderdagverblijf
FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken Koningin Wilhelminalaan 3 3527 LA Utrecht T 030 298 53 50 F 030 298 53 33 E
[email protected] I www.fcbwjk.nl
Met tips en adviezen uit de praktijk
Colofon Ergonomiewijzer Het hoe en waarom van verminderen van fysieke belastingen in een medisch kinderdagverblijf
Augustus 2009
Voor meer informatie
Ergonomiewijzer is een uitgave van FCB in het kader van het
FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken
project Ergocoaches Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening,
Koningin Wilhelminalaan 3
Jeugdzorg en Kinderopvang. FCB Dienstverlenen in
3527 LA Utrecht
Arbeidsmarktvraagstukken is een initiatief van ABVAKABO FNV, CNV Publieke Zaak en MOgroep.
T 030 298 53 50 F 030 298 53 33
Tekst en productie
E
[email protected]
FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken
I www.fcbwjk.nl
Vormgeving
Deze uitgave is met de grootste zorgvuldigheid samengesteld. Noch de
Raak Grafisch Ontwerp
schrijvers, noch de uitgever stellen zich echter aansprakelijk voor eventuele schade als gevolg van eventuele onjuistheden en/of onvolkomenheden in
Fotografie FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken Koningin Wilhelminalaan 3 3527 LA Utrecht T 030 298 53 50 F 030 298 53 33 E
[email protected] I www.fcbwjk.nl
deze uitgave.
Hans Oostrum, Den Haag
Met tips en adviezen uit de praktijk
Illustraties Len Munnik, Prinsenbeek
Oplage
Meer praktische tips en adviezen over ergonomisch werken vind je in de brochures Tilwijzer en Ergonomiewijzer en op de website www.fcbwjk.nl.
500
Publicatienummer 2009.0132
FCB is een landelijk werkende organisatie voor
Deze gratis uitgave kunt u bestellen bij FCB,
werkgevers en werknemers in de branches Welzijn
e-mail
[email protected] onder vermelding van
& Maatschappelijke dienstverlening, Jeugdzorg en
Ergonomiewijzer medisch kinderdagverblijf of
Kinderopvang.
op www.fcbwjk.nl
29
Inhoud Inhoud
1
Inleiding
2
Ergocoach houdt gezond werken op de agenda
3
Knelpunten en tips
4
Op de groep
5
Werken aan tafels
6
De beugel van de triptrap
6
Onwillige kinderen
8
Kinderen die zich laten vallen
10
Groepsruimte schoonmaken
12
Eten op de groep
14
Maaltijden halen en brengen
14
Werken achter het beeldscherm
17
Een ergonomisch ingerichte werkplek
17
Het afscheid
21
Kinderen in een busje helpen
21
De groepsindeling
22
Groepsindeling op basis van indicatie
22
Tot slot
23
Bijlage ergonomische normen
24
Colofon
29 1
Inleiding In deze ergonomiewijzer vind je praktische tips voor gezond werken. Werken in een medisch kinderdagverblijf is mentaal en fysiek zwaar en kan leiden tot lichamelijke klachten en ongemakken. De tips kun je gebruiken om klachten te voorkomen. In een MKD is vooral de combinatie van fysieke belasting, hoge werkdruk en omgaan met moeilijke kinderen extra belastend. Langere tijd werken onder hoge mentale druk verhoogt de basisspanning in je spieren en gewrichten en dat kan op den duur leiden tot lichamelijke en psychische klachten. Zorg ervoor dat je die overbelasting voorkomt: ga op een verantwoorde manier met je lichaam om! Deze brochure vertelt je hoe en waarom.
Denk om je lijf! Kinderen, ouders en de hele jeugdzorgbranche is gebaat bij gezonde en fitte medewerkers. Dat kan alleen als zij zelf aandacht besteden aan hun gezond heid. Vrijblijvend is het niet. De arbeidsomstandig hedenwet schrijft voor dat je op een goede manier gebruik moet maken van beschikbare voorzieningen. Maar de belangrijkste reden is dat het om je eigen lichaam gaat. Je hebt tenslotte maar één lichaam!
2
wat vind je in deze brochure?
vervolgens samen bedenken hoe het beter kan. Met de hulp van de ergocoach kunnen jullie afspraken maken om het gezond werken daadwerkelijk op je groep te bevorderen. Stapje voor stapje wordt gezond werken de normaalste zaak van het MKD.
In deze brochure geven we tips bij knelpunten die medewerkers regelmatig tegenkomen in de dagelijkse praktijk. De tips helpen je de fysieke taken van je werk zo ergonomisch mogelijk uit te voeren. Je krijgt bijvoorbeeld antwoord op de vraag: • Hoe zorg ik ervoor dat mijn rug niet te zwaar belast wordt als ik met de kinderen werk? • Hoe zorg ik ervoor dat schoonmaakwerk minder fysiek belastend is? • Hoe kan ik de administratieve werkplek zo ergonomisch mogelijk inrichten en gebruiken?
Ergocoach of preventiemedewerker worden? Samen met het team bepaal je wie er ergocoach wordt. Je hoeft niet aan bepaalde voorwaarden te voldoen om ergocoach te worden.
In de bijlagen vind je de normen uit de arboconvenanten voor Kinderopvang en Peuterspeelzalen, die van toepassing zijn op het MKD. We willen je tot slot graag wijzen op de belangrijke rol die een ergocoach kan spelen om gezond werken hoog op de agenda te houden.
In de brochure vind je ergonomietips voor werkhou dingen en tips voor het uitvoeren van zware handelin gen. Vaak kun je al met kleine aanpassingen in je werkhouding of organisatie van het werk een hande ling veel gemakkelijker of minder zwaar maken. Bij het samenstellen van deze brochure hebben we dankbaar gebruik gemaakt van de praktijkervaringen die veel medewerkers uit de MKD's hebben aangedragen.
ergocoach houdt gezond werken op de agenda De beste manier om ervoor te zorgen dat je ergonomisch werken in de praktijk ook echt toepast, is door er continue aandacht aan te besteden. Een ergocoach kan daar bij helpen Het is belangrijk dat er op de werkvloer aandacht is voor gezond bewegen, goed gebruik van het meubilair en hulpmiddelen en een goede organisatie van je werkzaamheden. Samen met je collega's kun je vaststellen wat lastige en zware handelingen zijn op jullie groep en 3
Knelpunten en tips
1. Op de groep werken aan tafels Laag zitten is fysiek belastend voor je onderrug en kan rugklachten veroorzaken. De belasting kan nog versterkt worden als de kinderen erg onrustig zijn en veel bewegen. tip: Als je langer dan vier minuten met kinderen gaat werken, is het verstandig om op volwassenenhoogte te gaan zitten. Ga in dat geval dus samen met het kind aan een hoge tafel zitten. Als het kind onrustig is, raden wij je aan om op iets meer afstand te gaan zitten. De poten van lage tafels moet je voor een goede zithoogte verhogen tot 74-76 cm. Losse tafels hebben het voordeel dat je verschillende opstellingen kunt maken afhankelijk van de activiteiten of behoeftes van het kind. Ga dan zelf op een goede, instelbare stoel zitten, en stel de zithoogte en de rugleuning in op jouw lengte. Bij het werken aan tafels is het belangrijk om op een goed instelbare stoel te zitten, en de zithoogte en de rugleuning op jouw lengte in te stellen.
4
5
werken op de grond
de beugel van de triptrap
Het komt regelmatig voor dat je even voor een rustmoment moet zorgen of dat je apart met een kind aan de slag gaat. Soms zoek je een rustig plekje ergens op de grond. Het is best prettig om op deze manier met kinderen te werken, maar het kan belastend voor je rug zijn.
Sommige dagverblijven gebruiken de beugel in de triptrapstoel ook bij oudere kinderen van 3 tot 5 jaar. De beugel fixeert het kind enigszins, zodat het rustig wordt en zijn activiteit aan tafel in alle rust kan afmaken. Het plaatsen en verwijderen van de beugel is echter zwaar. Je staat niet alleen in een voorovergebogen houding, je moet ook nog eens vrij veel kracht zetten.
tip Een goede oplossing voor dit knelpunt is bijvoorbeeld de 'Vippi'. Dit is een stoel zonder poten, maar met een rugleuning. Op de Vippi heb je dus steun in je rug, terwijl je ook laag kunt zitten. Meer informatie over deze stoel kun je opvragen bij Pro Impex, telefoonnummer 0224 - 542 428.
tip: Besteed aandacht aan je werkhouding. Ga in een lichte spreidstand dicht bij de stoel staan. Gebruik bij het bevestigen van de beugel je lichaamsgewicht en neem daarbij een 'surfhouding' aan zoals op de afbeelding.
Bij het bevestigen van de beugel van de triptrapstoel is het ver standig om je lichaamsgewicht te gebruiken. De ‘surfhouding’ is daarvoor een goede stand.
6
7
onwillige kinderen
Registreer en evalueer de incidenten, zodat je ervan kunt leren en je het beleid eventueel kunt bijstellen. Laat alle medewerkers die met agressief gedrag te maken hebben een training volgen voor fysieke inperking en in gesprekstechnieken. Als het gedrag vaak voorkomt, is het raadzaam een achterwacht systeem te organiseren.
Als een agressief kind een gevaar voor zichzelf of voor een ander oplevert, kan de 'holdingtechniek' goed van pas komen (ook wel 'fysieke inperking' genoemd). Je gebruikt deze techniek bij indicaties als heftige onrust, agressie, impulsiviteit of destructief gedrag. Het doel van 'holding' is het kind en de directe omgeving te beschermen om verder onheil te voorkomen. Het kan bovendien de angst bij het kind wegnemen. Je geeft met de holding een duidelijke grens aan en het kind kan zich in een veilige omgeving ontladen om de rust in lijf en leden weer te hervinden.
tip voor de holdingtechniek
• Beperk de duur van de holding om in een statische houding niet te veel kracht te moeten gebruiken.
• Kies een houding waarbij het kind zo min mogelijk
tip Het toepassen van de holdingtechniek vereist een duidelijk beleid met heldere afspraken die met alle betrokkenen zijn doorgenomen. Het beleid moet rusten op wettelijke kaders; In eerste instantie moet de aandacht uitgaan naar preventie. Belangrijk is dus om van tevoren een inschatting te maken bij welk kind dit gedrag zich kan voordoen en welke momenten risicovol zijn. • Tijdens het intakegesprek bespreek je zowel met de ouders als met het kind (als dat mogelijk is) welk problematisch gedrag tot fysieke inperking kan leiden. Je legt deze afspraken schriftelijk vast. • Daarna gaat de aandacht uit naar het faseren van het uitvoeren van de techniek, naar de minst ingrijpende vorm en het verkorten van de duur van de inperking. Dit is zowel gunstig voor de beleving van het kind als voor de medewerker. 8
Voordat je de holdingtechniek gebruikt is het belangrijk dat er met alle betrokkenen goede afspraken over gemaakt zijn.
kracht kan gebruiken. Zo hoef je zelf ook minder kracht te gebruiken. De meest optimale houding hangt af van de leeftijd en grootte van het kind. • Als het kind klein is, kun je als medewerker zittend op een stoel of bank het kind op schoot houden of staand voor je houden. Als je op de grond zit, kun je het kind tegen je aan houden. Het kan dan niet de kracht van de benen gebruiken. • Maak gebruik van je eigen lichaamsgewicht door iets achterover te leunen of te steunen tegen een muur. Voorkom dat je staand voorovergebogen veel kracht moet zetten. Houd je armen dicht bij je lichaam en gebruik je benen voor fixatie. • Maak gebruik van een stabiele ondergrond, een bank of stoel zonder wielen. • Als je met je handen de polsen van het kind pakt, vermijd dan hard knijpen, haal de meeste kracht uit inzet
Kies bij de holding een houding waarbij het kind zo min mogelijk kracht kan gebruiken.
van je lichaamsgewicht. 9
kinderen die zich laten vallen
tip 3
Kinderen willen soms niet terug naar hun stoel of ze willen bijvoorbeeld niet met je meelopen. Als je het kind bij de hand meeneemt, laat het zich soms ineens vallen en dan krijg je een onaangename ruk aan je arm. Dat is niet alleen vervelend, maar ook fysiek belastend. Wanneer het kind eenmaal op de grond ligt, til je het meestal naar zijn plek.
Als een kind eenmaal op de grond ligt, til het dan niet zomaar op. Ga eerst rustig bij het kind zitten en vraag of hij of zij kan gaan zitten. En wie weet gaat het kind daarna zelfs gewoon weer staan. Als je dan toch moet tillen, vraag het kind dan altijd eerst of het wil gaan zitten.
tip 1 Het is vooral interessant om met je collega's eens goed te kijken wat er aan het agressieve gedrag voorafging. Je moet kritisch kijken naar je aanpak (eventueel maak je video-opnames in de groep). Misschien kun je door een andere benadering zo'n sterke reactie van het kind voorkomen.
tip 2 Als een kind zich toch laat vallen, is het 't beste om mee te gaan in de bewegingsrichting van het kind (dus meebewegen in de richting van de vloer). Begeleid het kind daarna niet aan de arm, maar bijvoorbeeld via de schouders of elleboog terug naar de plek. Je kunt ook achter het kind lopen en het op die manier naar de stoel terug te brengen.
10
Als een kind zich op de grond laat vallen moet je het niet zomaar optillen. Ga rustig bij het kind zitten en vraag of hij of zij wil gaan zitten.
11
groepsruimte schoonmaken
tip 3
Het verplaatsen van de stoelen en ander meubilair voor schoonmaakwerkzaamheden is fysiek zwaar. Je tilt, duwt en trekt en het verplaatsen van de zwaardere triptrapstoelen is helemaal zwaar. Je kunt de fysieke belasting wel op verschillende manieren beperken.tip
Vermijd tillen van zwaar meubilair. Plaats wielen onder het zwaardere meubilair. Als je vilt onder de triptrapstoelen plakt, vereenvoudigt dat het verschuiven ervan.
3
tip 1
tip 4
Bespreek met elkaar hoe je het schoonmaakwerk en het verplaatsen van meubels aanpakt. Ga na bij je leidinggevende wat de afspraken zijn en of er een schoonmaakbeleid is vastgesteld. Dat beleid is vaak onderdeel van het algemene beleid, het arbobeleid of een beleid 'fysieke belasting'. Hierin staat wie verantwoordelijk is voor welke taken, wat de doelen en de werkzaamheden zijn en hoe je ze moet uitvoeren. Bespreek ook de frequentie van de verplaatsing van meubilair, op welke dagen, met welke hulpmiddelen en met hoeveel personen. Als je goede afspraken maakt, voorkomt dat overbelasting.
Zorg voor goed schoonmaakmateriaal, zoals een vlakmop met of zonder vezeldoekjes. Stofzuigers of moppen met een in lengte instelbare steel zijn aan te bevelen, omdat je dan met een rechte rug kunt werken.
tip 2 Plan de werkzaamheden goed, zodat je niet gehaast hoeft schoon te maken. Voorkom zo onnodige risico's! Zwaar meubilair kun je het beste schuiven.
Gebruik schoonmaakmaterialen met een in lengte instelbare steel zodat je m et een rechte rug kunt werken.
12
13
2. Eten op de groep maaltijden halen en brengen Kinderen in de dagopvang eten meestal op de groep. De maaltijden worden in het gebouw klaargemaakt. Als medewerker breng je het eten van en naar de groepsruimte. Je moet dan vaak dienbladen of kratten tillen. Daarbij komt dat je dan elke keer van de groep afgaat en dat wil je natuurlijk zoveel mogelijk beperken.
tip 1 Een kar met goede wielen – minimaal 16 cm diameter – voorkomt veel onnodig heen en weer lopen en tillen. Met zo'n kar kun je eenvoudig en zonder te tillen al het eten naar je groep of andere plek vervoeren. Met afneembare dienbladen kun je de fysieke belasting nog verder beperken. En zo hoef je niet te vaak de groep te verlaten.
tip 2 Je kunt beter een kar duwen dan trekken. Je kunt bij het duwen namelijk beter gebruik maken van je lichaamsgewicht. De belasting voor nek, armen, handen en vingers is zo aanzienlijk minder. Breng de kar langzaam op gang, want snel duwen of trekken verhoogt de fysieke belasting voor je rug en nek.
14
Met een kar kun je snel en zonder tillen het eten naar de groep
Duwen is beter dan trekken omdat je dan makkelijker gebruik
brengen.
maakt van je lichaamsgewicht.
15
3. Werken achter het beeldscherm een ergonomisch ingerichte werkplek Als medewerker zit je tegenwoordig steeds vaker achter het beeldscherm. Vaak verricht je deze werkzaamheden op de groep. Meestal zijn de werkplekken daar niet ergonomisch ingericht door ruimtegebrek of onvoldoende instelmogelijkheden. Ze zijn dus niet ingericht om lang achter elkaar intensief aan de pc te werken. Doe je dat wel dan kun je lichamelijke klachten krijgen aan nek, schouders en armen. Als je de computer meer dan twee uur per dag gebruikt, moet de inrichting van de beeldschermwerkplek ergonomisch verantwoord zijn. tip 1 Als je als medewerker meer dan twee uur op een dag achter een beeldscherm werkt, moet je kunnen beschikken over een goed ingerichte werkplek buiten de groep. Dit geldt vooral bij het schrijven van rapportages, verslagen of dossiers. Werkzaamheden dus waarbij je je goed moet concentreren. Deze 'kantoorwerkplek' is bij voorkeur instelbaar voor meerdere medewerkers. Daarbij kun je denken aan een instelbaar bureaublad – met een slinger of elektrisch – of een voetenbankje. Een beeldscherm met een instelbare houder zorgt ervoor dat iedere gebruiker het beeldscherm op de juiste hoogte kan instellen. De pc op de groep gebruik je dan alleen voor het kort raadplegen van e-mail bijvoorbeeld.
16
Neem de tijd om je bureaustoel goed af te stellen.
17
tip 2
tip 3
Als je aan de computer wilt werken, neem dan eerst even de tijd je werkplek goed in te stellen. Doe dat bijvoorbeeld aan de hand van dit stappenplan: • Stel je stoel op de goede hoogte in (bovenbenen horizontaal) en zorg dat de rugleuning je onderrug steunt ter hoogte van je broekrand. Stel je armleuningen op goede hoogte in, zodat je armen op de leuningen steunen (of het bureaublad). • Je bureaublad moet ongeveer dezelfde hoogte hebben als je armleuningen. Als het bureau voor de meeste medewerkers te laag is, kun je er blokjes onder zetten. En je kunt een voetenbankje gebruiken als het bureaublad te hoog is. • Plaats het beeldscherm recht voor je. Als het beeldscherm te weinig ruimte heeft aan de achterkant, kun je de tafel iets van de muur afschuiven. De afstand tot het beeldscherm moet ongeveer een armlengte zijn. De bovenrand van het scherm moet ongeveer op wenkbrauwhoogte zijn. Dit kan met een instelbare monitorhouder, zoals je op de foto ziet. • Plaats het toetsenbord en de muis recht voor je. Een optische muis (dus zonder balletje) bedient gemakkelijker en lichter en heeft geen onderhoud nodig. Bedien de muis met de gehele arm, zorg voor voldoende bewegings- en werkruimte op het bureau.
Deel de tijd dat de computerwerkplekken gebruikt worden, goed in. Maak een schema waarop iedereen het tijdstip aangeeft van de computerwerkzaamheden. Je kunt ook een vaststaand schema samen opstellen. Probeer niet langer dan twee uur achtereen achter de computer te zitten. De statische houding (lang zitten) is een belasting voor de rug, nek en schouders. Het is beter je houding regelmatig af te wisselen.
18
tip 4 Kijk op www.fcbwjk.nl/ergocoach voor praktische tips over ergonomisch werken De afstand tot het beeldscherm moet ongeveer een armlengte zijn. De bovenrand van het scherm moet ongeveer op wenk brauwhoogte zijn.
Lees voor meer informatie de praktijkfolder 'Beter Beeldschermwerk'. Je kunt de folder opvragen via www. fcbwjk.nl Laat deze folder achter op de computerwerkplek, zodat ook je collega's hem kunnen lezen.
De stoel moet zo ingesteld zijn dat je armen op het bureau rusten.
19
4. Het afscheid kinderen in het busje helpen Kinderen worden na afloop meestal opgehaald door een taxi of taxibusje. Het helpen met instappen en vastmaken van de gordels kan lastig zijn, omdat je dan voorovergebogen staat. tip 1 Sommige taxivervoerbedrijven willen de kinderen zelf vastmaken, omdat de aansprakelijkheidsverzekering dat vereist. Voor jou is dit een mooie oplossing.
tip 2 Vermijd langdurig voorovergebogen staan, door het vastmaken zo kort mogelijk te houden. Neem bijvoorbeeld van tevoren al afscheid van het kind. Houd bij het vastmaken van de kinderen je rug gestrekt en voorkom dat je ver moet reiken.
20
21
5. De groepsindeling
Tot slot
groepsindeling op basis van indicatie
Met de informatie uit deze brochure heb je een basis gelegd voor ergonomisch en gezond werken in een MKD.
De fysieke en mentale belasting kan behoorlijk oplopen als alle moeilijk beheersbare kinderen in één groep geplaatst zijn. tip Binnen een locatie kan de leiding besluiten de moeilijker beheersbare kinderen te verdelen over de groepen. Zo is de werklast voor medewerkers beter verdeeld. De groepsindeling is uiteraard sterk afhankelijk van de pedagogische visie en het samenwerkingsverband met de school.
22
Wie zich verder wil verdiepen in het werk van een ergocoach of preventiemedewerker kan een opleiding volgen. Het aanbod is groot. Op www.fcbwjk.nl/ergocoach staat een overzicht van organisaties die opleidingen aanbieden. De uitgangspunten kunnen per training fundamenteel verschillen. Bekijk het aanbod dus kritisch, zodat je een opleiding kiest die het best aansluit bij je leerdoelen.
23
Bijlage bijlage normen uit het convenant kinderopvang en peuterspeelzalen
B 2 Voor kinderen die zelfstandig in en uit bed kunnen klimmen, is het bed zodanig
Ergonomische normen
geconstrueerd dat kinderen er zelf zonder (of met weinig) hulp in en uit kunnen stappe n. Als er geen hulpmiddelen worden gebruikt - zoals een ladder of trapje - is de opstap van
A normen
Van toepassing op MKD Ja / nee
vloer naar bed maximaal 30 cm. Bij gebruik van een stapelbed moeten deze kinderen via een
A1 Kinderen en goederen die meer dan 23 kg wegen mogen in ieder geval niet worden
trapje of ladder zelf in het bovenste bed kunnen klimmen.
getild. Er zijn voorzieningen aanwezig om tillen te vermijden als er regelmatig meer dan 23
De bovenkant van de matras van het bovenste stapelbed bevindt zich op een hoogte van
kg wordt getild.
Ja
maximaal 110 cm boven de vloer.
Ja
B 3 Voor het verschonen van bedden moet een plaats aanwezig zijn waar matrassen op
A2 Kinderen en goederen onder de 23 kg worden alleen getild met toepassing van de meest
volwassenenhoogte verschoond kunnen worden.
Ja
A3 Gedurende de zwangerschap en de eerste drie maanden na de bevalling mogen vrouwen
B 4 Het bed is minimaal aan één lange zijde afzonderlijk bereikbaar.
Ja
niet worden verplicht meer dan eenmaal per uur meer dan 5 kg te tillen of te dragen. Voor
B 5 De werkruimte aan deze zijde is minimaal 60 cm, zodat de medewerker voldoende
gunstige tiltechniek.
incidentele gevallen niet meer dan 10 kg.
Ja
Ja
e bedden is dus minimaal 60 cm breed. Bij toepassing van een stapelbed is echter een
A4 Werken met gebogen rug mag niet langer dan 4 minuten aaneengesloten (al dan niet in combinatie met hurken, knielen of zitten op vloer).
Ja
werkruimte van minimaal 80 cm vereist en is het gangpad tussen de bedden dus minimaal 80 cm breed.
A5 (advies) Activiteiten van volwassenen met kinderen die langer dan 4 minuten aaneengesloten duren, vinden plaats op volwassenenhoogte.
ruimte heeft om kinderen in bed te leggen en eruit te halen. Het gangpad tussen d
Ja
B 6 Elke medewerker moet een kind op volwassenenhoogte kunnen aan- en uitkleden,
A6 Werken met geheven armen mag gedurende een aangesloten periode van maximaal drie minuten.
Ja
waarbij een marge van maximaal 5 cm verantwoord is. Dit kan het beste gerealiseerd worden
A7 Hurken, knielen en zitten op de vloer wordt beperkt tot 15 minuten per dag.
Ja
met een aankleedtafel waarvan de werkhoogte - inclusief aankleedkussen - minimaal kan variëren tussen de 90 en 105 cm in stappen van maximaal 5 cm.
A normen
Ja
Ergonomische normen voor aankleedtafels
Ja / nee/ nvt
Ja
B 7 De afmeting van de verschoonplek is zodanig geconstrueerd, dat het kind zowel 'recht' als 'dwars' verschoond kan worden. Het advies is een diepte van minimaal 70 cm diep en een
Ergonomische normen voor bedden
Ja
B 1 Voor kinderen die in en uit bed getild moeten worden, is het bed zodanig geconstrueerd
breedte van circa 90 cm.
dat de bovenkant van de matras tussen 85 en 110 cm boven de vloer ligt. Het advies is een
B 8 Het blad van de aankleedtafel steekt aan de voorzijde minimaal 2 cm uit boven het onder
werkhoogte tussen de 85 en 100 cm.
gelegen verticale vlak. De plint van de aankleedtafel wijkt minimaal 10 cm terug, zodat de
Bij gebruik van een stapelbed slapen deze kinderen uitsluitend in het bovenste bed.
medewerker de voeten goed voor de aankleedtafel kan plaatsen.
Ja
Een van de zijkanten aan de lange zijde van het bed moet gemakkelijk weggeschoven of
B 9 Aankleedtafels staan in of aan de leefruimte.
Ja
weggeklapt worden. Een mogelijke constructiedwarsbalk boven de toegangszijde heeft
B 10 Vóór de aankleedtafel is minimaal een werkruimte van 80 cm vereist.
Ja
een minimale hoogte van 180 cm, zodat de medewerker op hoofdhoogte niet gehinderd
Alleen wanneer er baby´s worden
B 11 Voor kinderen die kunnen lopen, is een voorziening aanwezig zodat ze zelf de
wordt door constructiedelen van het bed.
behandeld
aankleedtafel op en af kunnen klimmen of glijden.
24
Ja 25
B 12 Als een kinderdagverblijf kinderen opvangt die bijvoorbeeld door een handicap niet
B 23 Hoge en lage boxen zijn over één gehele of bijna gehele zijkant toegankelijk, zodat de
zelf op een aankleedtafel kunnen klimmen, mag voor kinderen boven de 15 kg alleen
medewerker gemakkelijk bij het kind kan.
gebruik worden gemaakt van de aankleedtafel indien een aparte voorziening aanwezig is
B 24 De maximale diepte van een hoge box is 90 cm wanneer de box aan één zijde te
voor het verticale transport (bijvoorbeeld een tillift).
Ja
openen is. Een box mag een maximale diepte hebben van 160 cm wanneer die aan twee
B 13 Waterkranen bij de aankleedtafel zijn onder handbereik.
Ja
tegenovergestelde zijden te openen is.
B 14 De maximale reikwijdte naar kleding, hulpmiddelen en toiletartikelen, gemeten vanaf de voorzijde van de aankleedtafel, is 60 cm.
B 25 De constructie is zodanig dat de medewerker geen risico loopt op het stoten van het
Ja
Ergonomische normen voor sanitaire ruimten
constructiedwarsbalk boven de toegangszijde heeft een minimale hoogte van 180 cm.
B 15 Elementen in de sanitaire ruimte die door kinderen zelfstandig gebruikt worden zoals
B 26 Bij toepassing van een lage box is aan de toegangszijde een werkruimte van minimaal
toilet en handenwasgelegenheid moeten zodanig afgewerkt en geplaatst zijn dat kinderen ze eenvoudig en zelfstandig kunnen gebruiken.
60 cm vereist, zodat de medewerker voldoende ruimte heeft om de kinderen in de box te
Ja
B 16 Om kinderen te helpen op en rond het toilet is aan één zijde van het toilet (voor- of zijkant) een vrije ruimte van 100 cm.
Ja
B 17 De medewerker beschikt over een stoel of bank met adequate rugsteun en
Alleen wanneer er baby´s worden
armleuningen die voldoende ondersteuning geeft bij het geven van de fles.
behandeld
B 18 Eten en andere activiteiten met kinderen die worden uitgevoerd onder begeleiding van een medewerker en die langer duren dan vier minuten per keer, vinden zodanig plaats dat
Ja
B19 Kinderen boven de 15 kg (ongeveer twee/tweeënhalf jaar) klimmen zelfstandig of met begeleiding - zonder dat de medewerker hoeft te tillen - in en uit hoge kinderstoelen.
cm vereist, zodat de medewerker voldoende ruimte heeft om de kinderen in de box te
Alleen wanneer er baby´s worden
leggen en ze eruit te halen.
behandeld
Ergonomische normen voor intern en extern transport B 28 Goederen zwaarder dan 23 kg worden alleen verplaatst met gebruikmaking van een transportmiddel.
Ja
B 29 Stoelen en tafels die frequent verplaatst worden, zijn gemakkelijk verschuifbaar.
Ja
B 30 De maximale duwkracht van een vervoermiddel bedraagt maximaal 20 kg.
Ja
B 31 Een duwstang van een vervoermiddel heeft een vaste hoogte van 100 cm of is in
Ja
B 20 Voor zittende activiteiten op de grond die langer duren dan vier minuten aaneengesloten duren, is een juiste steun vereist. Zittende activiteiten op de grond met een
hoogte instelbaar.
Ja
B 32 Kinder-, wandel- en bolderkarwagens moeten goed bestuurbaar zijn.
Ja
Ergonomische normen voor keuken en wasruimte
juiste rugsteun, zitkussen en/of ander hulpmiddel duren niet langer dan 15 minuten aaneengesloten.
leggen en ze eruit te halen. B 27 Bij toepassing van hoge boxen is aan de toegangszijde een werkruimte van minimaal 80
Ergonomische normen voor zitmeubilair
de medewerker op volwassenhoogte kan zitten en haar voeten vlak kan neerzetten.
hoofd en op grote reikwijdtes door hinderlijke constructiedelen. Een mogelijke
B 33 Als een medewerker langer dan twee uur per dag bukkend werk verricht - inclusief het
Ja
Ergonomische normen voor boxen
in- en uitruimen van wasmachines (voorladers), wasdrogers en vaatwassers - staan deze apparaten op werkhoogte. Een goede werkhoogte bij deze machines is als de onderrand van
B 21 Baby's tot een gewicht van 8 kg mogen in een standaard box liggen met een verhoogde
de vulopening van het apparaat zich op een hoogte tussen de 70 en 85 cm van de grond
bodem (ongeveer 45 cm boven vloerniveau).
bevindt.
B 22 Baby's vanaf 8 kg mogen alleen in een hoge box worden gelegd. De hoogte van de
Alleen wanneer er baby´s worden
bodem van een hoge box ligt tussen 85 en 100 cm boven vloerniveau.
behandeld
26
Ja
Ergonomische normen voor buitenruimte B 34 Medewerkers kunnen in de buitenruimte zitten op volwassenenhoogte.
Ja 27
B 35 De drempel van de entree van de berging is maximaal 2 cm hoog en is bij voorkeur
Ja
afgerond. Beter is om helemaal geen drempel toe te passen. B 36 De berging heeft voldoende vrij vloeroppervlak zodat spullen met een gewicht van meer dan 23 kg niet op een plank gezet of opgehangen moeten worden. Dit voorkomt onnodige tilbelasting van medewerkers en geeft kinderen de mogelijkheid zelfstandig
Ja
materiaal uit de berging te halen. B 37 Planken en schappen waar iets opgezet moet worden, moeten vrij toegankelijk zijn. Er mogen dus geen voorwerpen op de grond voor de planken of schappen liggen die de
Ja
toegang belemmeren. B 38 Bij de inrichting van de buitenberging moet rekening worden gehouden met het reiken, bukken en tillen. Spullen die regelmatig gebruikt worden, staan op een hoogte van maximaal 128 cm. De schappen zijn niet te diep en gemakkelijk toegankelijk.
Ja
STATUS VAN DE NORMEN De normen worden gezien als een goede richtlijn om een kinderdagverblijf en een peuterspeelzaal ergonomisch verantwoord in te richten om zo de fysieke belasting van medewerkers terug te dringen. In die zin kunnen ze beschouwd worden als de huidige stand van de ergonomie en daarmee als een nadere invulling van de Arbo-wet. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een beleidsregel vastgelegd op welke normen de Arbeidsinspectie actief zal inspecteren. De arbeidsinspectie zal niet op eigen initiatief toezien op de naleving van de normen die géén onderdeel uitmaken van de beleidsregel. Deze normen zullen echter wél een rol spelen als de Arbeidsinspectie moet optreden naar aanleiding van klachten, ongevallen of bij constatering van ernstige misstanden. 28
Alhoewel een beleidsregel een dwingend voorschrift is, zijn afwijkingen mogelijk mits die aantoonbaar niet leiden tot grotere gezondheidsrisico’s. Dat betekent dat elke ander maatregel waarvan de werkgever aannemelijk kan maken dat die ten minste dezelfde bescherming biedt tegen de gevaren voor veiligheid en gezond-heid, hiervoor in de plaats kan treden. Sterker, het is te hopen dat de sector zelf alternatieven ontwikkelt, zeker als die praktischer zijn of een betere gezondheidsbescherming bieden.