ENERGIE- EN KLIMAATREGELEN IN BEDRIJF Verslag van een gezamenlijke netwerk bijeenkomst, georganiseerd door Kennisnetwerk DPK en MVO Nederland. Woerden, 8 juni 2010.
A. KEY-NOTE INLEIDING (PLENAIR) JAN PAUL VAN SOEST: “PLANET FIRST” “De situatie is hopeloos, maar niet ernstig.” Met galgenhumor karakteriseerde Jan Paul van Soest de huidige mondiale situatie van het milieu. Het is volgens hem de hoogste tijd om de gebruikelijke volgorde people, planet, profit te veranderen in planet, people, profit. “We hebben profit zo lang voorop gesteld, dat we de planeet daaraan hebben opgeofferd. Terwijl we weten dat er zonder leefbare aarde geen toekomst is voor mensen en al helemaal niet voor profit. Daarom vereist onze toekomst een bijstelling van prioriteiten. Planet hoort dus op de eerste plaats.” Van Soest wees daarbij op de filosofie en doelstellingen van Planet First, een initiatief van de stichting INSID in samenwerking met de Nationale Postcode Loterij. Fossiel energiegebruik is een belangrijke oorzaak van mondiale problemen, aldus Van Soest. Hij sprak op deze bijeenkomst als voorzitter van het Kennisnetwerk Duurzame Productketens, maar ook als adviseur op het gebied van duurzaamheid. Om verschillende redenen is het volgens hem lastig om deze problemen aan te pakken. Burgers, overheid, niet gouvernementele organisaties (ngo’s), en consumenten kijken volgens Van Soest, elk vanuit een eigen invalshoek, naar het speelveld dat bestaat uit de 3 p’s aangevuld met de factor ‘maatregelen’. Ook bedrijven hebben hun eigen verantwoordelijkheid in dit opzicht. “Een bedrijf kiest zelf reikwijdte en houding,” aldus de adviseur op het gebied van duurzaamheid. Symptoompolitiek Omdat er zoveel partijen bij betrokken zijn, is het resultaat dat er uiteindelijk te weinig gebeurt om de milieuproblemen bij de wortel aan te pakken. Zo wacht de Nederlandse overheid bijvoorbeeld op ‘draagvlak’. Zij voert symptoompolitiek terwijl zij echt milieubeleid zou moeten maken en de voorbeeldrol zou moeten vervullen. Ter illustratie toonde Van Soest een foto waarop demissionair premier Balkenende een spaarlamp in een fitting draait. “Hoe kan het dat een premier zelf een spaarlamp moet indraaien? Waarom heeft de Rijksgebouwendienst al niet lang de gebouwen op orde gemaakt? Een premier moet milieubeleid maken, geen spaarlampen indraaien,” luidde het commentaar van Van Soest. Ecosystemen onder druk Hij ging vervolgens in op vier verschillende motieven om het gebruik van fossiele energie te verminderen. De, naar zijn mening, beste reden vloeit voort uit het besef dat de gevolgen van fossiel energiegebruik een verwoestende invloed hebben op natuur, milieu en mens. “Nu al is het zo dat verschillende mondiale ecosystemen zwaar onder druk staan of dat hun veerkracht inmiddels is overschreden. Enkele voorbeelden daarvan zijn de klimaatverandering, de snelle uitputting van de fosfaatvoorraad, de verzuring van de oceanen, de aantasting van de ozonlaag en de vermindering van biodiversiteit. De groei van deze problemen verloopt niet geleidelijk en is vaak ook niet duidelijk waarneembaar. Dat kan betekenen dat sommige problemen veel ernstiger zijn dan ze op het eerste gezicht lijken. Als bepaalde grenswaarden worden overschreden, kan een ecosysteem ineens instorten,” aldus Van Soest.
Grondstoffenschaarste Schaarste aan grondstoffen is een ander, veel gehoord motief om alternatieven voor fossiel energiegebruik te zoeken. Van Soest is sceptisch over dit argument: “Voorraden problematisch? Was het maar waar!” Daarmee bedoelde hij dat de reserves nog steeds zo groot zijn dat er, economisch gezien, onvoldoende noodzaak wordt gevoeld om zuiniger om te springen met grondstoffen en dus het milieu. Bovendien maakt de voortschrijdende technologie het steeds beter mogelijk om voorraden, die vroeger moeilijk te winnen waren, aan te boren. De exploitatie van Canadese teerzanden, in productie genomen na de Oliecrisis van 1973, noemde hij als voorbeeld. “Bij de huidige olieprijzen gaat het aanboren van grondstoffen gewoon door.” Internaliseren maatschappelijke kosten Hoge kosten zijn daarentegen volgens Van Soest wel een argument dat het verdient om benadrukt te worden. Belangrijk is daarbij de vraag om welke kosten het dan gaat en vooral wie deze moet 3 betalen. “Zijn het de kosten per kWh en m , per eenheid energiefunctie, de systeemkosten of de maatschappelijke kosten?” Hij bepleitte het ‘internaliseren’ van maatschappelijke kosten. Dat houdt in dat het niet langer de gemeenschap is die de kosten van milieuvervuiling via belasting of subsidie betaalt, maar de uiteindelijke gebruiker van het desbetreffende product. Dat is mogelijk door de milieukosten door te berekenen in de prijs van dat product. Innovatie en ontwikkeling Het vierde en laatste motief waarop Van Soest inging was dat de wens om energie en milieu te sparen het bedrijfsleven stimuleert tot vernieuwing en tot ontwikkeling van kansrijke producten. Voorbeelden daarvan zijn de fabriek voor kolenvergassing in het Limburgse Buggenum, Scheuten Solar PV met zijn (fotovoltaïsche) modules en Darwind met zijn windturbines. “Dergelijke bedrijven zijn pareltjes in de Nederlandse industrie die we moeten koesteren.” Zo zijn er gelukkig nog honderden. Hij complimenteerde tevens gastheer Gert-Jan Stok van P4 Horeca- en Evenementengroep met zijn praktische maatregelen op het gebied van energie-efficiencyverbetering en met het bedenken e van de 4 p van pleasure als toevoeging op planet, people en profit. “Met deze speelse uitbreiding wordt het aanpakken van milieuproblemen uit de té serieuze sfeer getrokken.” Ketens Van Soest gaf de ondernemers het advies mee niet alleen aandacht te hebben voor het energiegebruik binnen de eigen onderneming, maar ook binnen ketens. “Energieketens zijn een prima aangrijpingspunt voor verbetering van energie-efficiency. Met ‘keten’ bedoel ik zowel de productketen als de horizontale keten op bijvoorbeeld het bedrijventerrein. Mijn advies is daarom: heb oog voor de ketens en kijk naar de buren!” Kantje boord Op de vraag aan het eind van de dag of de klimaatverandering nu hopeloos of ernstig is, antwoordde Van Soest dat er twee zielen in zijn borst huisden. “Als we onze hoop moeten vestigen op top-down oplossingen op macroniveau ben ik pessimistisch. Ik heb wat dit betreft weinig vertrouwen in de Nederlandse overheid op nationaal niveau, de EU op Europees niveau of de VN op mondiale schaal. De bewegingen van onderop, ofwel de onderstroombeweging, daarentegen vind ik bemoedigend. Ik hoop dat de onderstroombeweging ervoor gaat zorgen dat overheden de moed krijgen om tot internalisatie van milieukosten over te gaan. Dat kan tot een kanteling leiden. Met het is een ‘kantje boord scenario’.”
B. BOUWSTENEN VOOR EEN ACTIEPLAN (themagroepen) Welke besparingsmaatregelen zijn mogelijk? Hoe kan ik duurzame energie inzetten en/of zelf opwekken? Hoe bereken ik mijn carbon footprint en op welke manier kan ik klimaatcompensatie het beste inzetten in mijn bedrijf? Hoe kan ik bijdragen aan ketenefficiency en welke samenwerkingsvormen zijn passend? Welke andere alternatieve energiebronnen zijn mogelijk? Deze vragen stonden centraal op de themagroepen waar deelnemers hun expertise en aanbiedingen konden aanbieden aan de andere deelnemers die interesse hadden voor één van deze onderwerpen. Bij de aftrap van de plenaire terugkoppeling van de resultaten van de themawerkgroepen constateerde dagvoorzitter Willem Lageweg dat verantwoord omgaan met energie door bedrijven in drie fasen verloopt. Die stadia zijn, analoog aan het model van de trias energetica: energieefficiency (stap 1), duurzame energie (2) en schoon en zuinig fossiel (3). Hij voegde daar ‘aandacht voor productketens als vierde bestanddeel aan toe. “Ook voor een vermindering van energiegebruik in het productieproces heeft samenwerking binnen de keten meerwaarde,” lichtte hij toe. Aan de hand van deze fasering vroeg Lageweg de ondernemers welke tips zij bij de bijeenkomst hadden opgestoken en interessant voor hun eigen bedrijf vonden. Hieronder een korte selectie van hun reacties. Fase 1: energie-efficiency “Bij relatief simpele dingen die op de automatische piloot zouden moeten gaan zoals bij vertrek het licht uitdoen, is het handig om apparatuur te hebben die de menselijke luiheid of vergeetachtigheid compenseert. Simpel gezegd: vervang mensen door knoppen waar dat mogelijk is. Verder heb ik in mijn oren geknoopt dat een bedrijf aan bewustwording op het gebied van energiegebruik kan bijdragen door successen actief te communiceren naar het personeel.” “Ik besef sinds vanmiddag beter dat wij anders kunnen of moeten inkopen.” Fase 2: duurzame energie “Mij is duidelijk geworden dat het opwekken van duurzame energie rendabel wordt als de elektriciteitsprijs 14 of 15 eurocent bedraagt. Zolang het tarief op het huidige niveau van 4 à 5 cent ligt, ben je mede afhankelijk van overheidssubsidies.” Fase 3: schoon en zuinig fossiel “Ik ben tot de conclusie gekomen dat de transparantie nog verbeterd kan worden als het gaat om de carbon footprint in relatie tot klimaatcompensatie.” Aandacht voor productketens: “Ik denk dat je heel simpel moet beginnen door vragen te gaan stellen binnen de keten.” Een meer uitgebreid verslag van de themabijeenkomsten vindt u in de bijlage
Dit verslag is opgesteld door Bosma Communicatie en PR, Den Haag
BIJLAGE: UITKOMSTEN THEMAGROEPEN
1. Themagroep innovatieve besparing Octalix Slimme klimaatinstallaties: Tegengaan verspilling in bestaande bouw en nieuwbouw. 30-50% reductie CO2 Energie 0-panden verplicht stellen: want nu al mogelijk Energieprestatie contracten vooraf met verbruiker. Bonus als verbruik lager ligt dan afgesproken in contract (malus als verbruik hoger ligt). Bosleds Kijk vooral bij investering vooral naar Total Cost of Use Bereken break-even point Reductie investering door leasen = betalen met kostenbesparing Laat energiesysteem aansluiten op doel bijvoorbeeld licht en functie Laat naast kostenreductie, terugverdientijd ook CO2 reductie zien Overleg & samenwerking in de keten Orgaworld Besparing op (organisch) afval & kostenbesparing & energieopwekking door vergisting (win-winwin) Duurzaam = goedkoper. Afval als nieuwe grondstof. Greenmills: samenwerking biedt win-win.
2. Themagroep duurzame energie (a) Orgaworld Verdienmodel: Afval Groene stroom Compost Warmte Aan de poort leveren door bedrijven Verwerkt organisch afval tot groene stroom. Afval afkomstig van: Supermarkten Voedingsmiddelenproducenten Gemeentelijk GFT afval ( niet speciaal geteelde biomassa ) Nieuwe constructie: energie uit afval van klant gaat weer terug naar klant. Hergebruik nutriënten? Orgaworld wil terugwinnen voor vervanger kunstmest = compost. Warmte gaat niet verloren naar ‘buren’ of retour stadsverwarming. Opdrachtgevers: gemeenten en voedingsmiddelen producenten.
2. Themagroep duurzame energie (b) Casus vuilnisophaal met simkaarten. 2006: inkoop groene energie Vodafone aardwarmtebron Amsterdam. Smart meter (slimme systemen ). Restwarmte datacenters: kijk bij je buren! M2M: Machine to machine Oud netwerk hergebruiken 90 mln kWh/jaar 85% netwerk: winkels, kantoren, zendmast. MJA3 20%, 2010-2020. e
4 netwerk voor mobiel internet komt. Pilot met windturbine met zonnecellen voor aandrijving. Laat MVO aan klanten zien en binnen de organisatie. www.myvodafone.nl tips voor groen gebruik van mobiel. Facturen elektronisch Samsung Blue Earth = groene telefoon Reason to buy meerwaarde moet er zijn. Prorail ladder. Levert klanten onder bouwondernemingen. Kans inkoop door bedrijven en overheid.
3. Themagroep footprint en CO2-compensatie Groen Balans Wat & hoe Producten die aansluiten bij klant Rechten opkopen Watercompensatie? Waterfootprint. Geen compensatie. Hoe dan? Water = schaarste CO2= overvloed Klimaat is niet alleen CO2. Duurzaam inkopen. Soil & More Agro projecten Composteren. Compost verkopen bodemvruchtbaarheid In NL Kassen , ook volle grond. Geen productie in NL. Projecten elders. Lokale partners CO2 rechten voor SoiL & More Aansluiting bij Fair Trade water Footprint Inc. CO2 + water + bodem Vanuit biologisch dynamische teeltwijze. Wie bepaalt toekenning rechten? VN ( Kyoto )
Verschillende mechanismen via externe partijen validatie. Voorkomen van boskap topprioriteit. AGRO wordt ondergewaardeerd.
Partners for Innovatie Footprint producten én organisatie. 3 kernvragen: Waarom? Doel /resultaat Scope Wie betrekken Onafhankelijk advies. Climate Neutral Group Footprint Kostenbesparing-maatregelen Propositie (grote schaal) Compensatie via 14 projecten. Discussie - Industriële partijen? Nauwelijks: Pro Rail, transport bedrijven, Groothandel-ketens. Bv. SITA dienstverlening klimaatneutraal afval verwerken (samenwerkingsproject). Transport voorbeeld. Kostenbesparing financiering compensatie. Positieve business case. - Dilemma Toegang klimaat neutrale bronnen? In nadeel vergelijking Noorwegen bv. Nog geen probleem. Internaliseren maatschappelijke kosten. CO2 de eerste! - Hoe reken je het uit? Modellen. Website Grote lijnen, niet op details SEPI Frame Work. Worsteling om aan gegevens te komen. Gemiddelden voor hoofdlijn. Substantieel? Kijk meer naar detail bv. Via leveranciers. - Ook naar ketens kijken. Claims: hoe zorg je dat het vergelijkbaar is? Methode van LCA is de meest betrouwbare Keuze + veronderstellingen. Geringe verschillen-resultaat. Duurzaam inkopen? Eigen bedrijf is wel duidelijk! - Lastige communicatie Wil liever in Nederland investeren. Dat kan, maar niet voor rechten. De klimaatveranderingen worden het meest gevoeld in arme landen. Ons geld helpt! Business to business lukt. Consument moeilijk. - Effectieve maatregelen. Hoe doe je dat? * CO2 footprint berekening energie op bedrijfsniveau Reductie. Maatregelen. * Heeft de CO2 uitstootreductie ook waarde? Telling in kader Kyoto. Niet dubbel tellen: onaanvaardbaar. Uitvoering buiten Nederland. * Waarde is kosten + imago. Duurzaam inkopen, beleggers. * Prorail CO2 prestatieladder: enorm effect. * Overheid gaat over compenseren/plafonds. Consistent beleid is belangrijk.
- MKB/consumenten - Niet gebruiken ( trias ) belangrijkste stap - Geschikt voor MKB? Inzetten op duurzame energie en besparing - Vrijwillige markt wordt minder vrijwillig - Koppelen aan concrete projecten. - Marketing belangrijk. - Controle? Rechten uit internationale registers. Traceerbaar. - Niet alleen economie. Ook verantwoordelijkheid.
4. Themagroep ketensamenwerking
Partners for Innovatie Van product naar keten, b.v. koelmeubel. Hele levensloop, sommetje maken. Winst: hoog gebruik in gebruiksfase. Strategisch aanvliegen . Bijvoorbeeld mobiliteit: 1-5. Van product naar concept/systeem. Lease-auto mobiliteit. Morele verantwoordelijkheid vs berekenen. ‘Wat mag duurzaamheid kosten.’ Van besparen naar verdienen aan duurzaamheid. Interface 2000 Mission 0 2020 klimaatneutraal tapijt (morele verantwoordelijkheid ) In eigen bedrijf: productie: vrijwel geen afval. Toeleveranciers helpen bij vergroenen specialisten. Men is bereid hier meer voor te betalen. Samen kom je er sterker uit koploper. Recycling: afvalverwerking: zelf strengere controles uitvoeren. Groen gas aardgaskwaliteit ( = subsidie ) niet nodig. Goede mensen aan tafel krijgen. Restwarmte: hoogwaardig van belang. SustEnable Forum Gebouw ontwerp: energiebesparing door gevel, vloer, plafond-systemen. Via apart bedrijf: Energie leverende gebouwen integraal ontworpen, + sensoren op 6 thema’s. Vaste prijs per m2 incl. onderhoudsgebruik. Energieleverend gebouw: gezamenlijke innovatie/ontwerp/ontwikkeling. Design, Build, Finance, Maintenance, Operate. Vaste m2-prijs voor 10 jaar. Samenwerking is van belang bij een integraal ontwerp. gedragscode. Open begroting ( transparantie ) Projectontwikkelaar. Klimaatregelsysteem: Octalix. Risico weghalen bij eindgebruiker, dit schept vertrouwen.
Partners for Innovatie Ketenefficiency: van product keten Keten in beeld Energie Drivers/invloed Avi’s zuigen hoogcalorisch afval op Leasing als ondersteuning Complementair samenwerken Product concept verkopen. Met product in meerdere ketens betrokken. Bijvoorbeeld: papier-water-energie. Andere marketing, meer naar eindgebruiker.