En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten

HANDELINGEN LES 15  PAULUS IS EEN VOORBEELD VAN CHRISTUS HANDELINGEN 20-23

(GESEL EC TE ER DE VER Z E N)

KERN VAN DE LES De kinderen zullen Paulus’ voorbeeld in gehoorzaamheid aan Christus volgen.

DOELSTELLINGEN VAN DE LES Kinderen zullen in staat zijn om:    

Paulus’ verlangen in zijn toekomstige bediening te beschrijven. Voorbeelden te geven hoe Paulus zijn toewijding om Christus te volgen vorm gaf. Te vertellen wat er met Paulus gebeurde terwijl hij in Jeruzalem was. Uit te leggen hoe Christus Paulus aanmoedigde.

Hand.16:31

En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten.

   

Streef ernaar om Christus’ naam verheerlijkt te zien worden. Laat moeilijkheden je niet tegenhouden om Christus te volgen. Wees een voorbeeld voor anderen in het gehoorzamen van Christus (1Tim.4:12). Wees niet enkel bereid om te sterven voor Christus, maar ook dagelijks te sterven aan je ik-zuchtige verlangens.

VOLGENDE WEEK

GOD HOUDT ZIJN BELOFTE IN HET BESCHERMEN VAN PAULUS Lees Handelingen 27

HANDELINGEN LES 15 PAULUS IS EEN VOORBEELD VAN CHRISTUS

TOEPASSINGEN

1

©2013 Kinder- en jeugdwerk Ebenhout. Met toestemming vertaald en aangepast uit Generations of Grace, © 2011 Grace Community Church. Alle rechten voorbehouden.

MEMORIEVERS

ACHTERGROND Nadat Paulus het Evangelie in Athene had verkondigd (Hand.17:16-34), bracht hij de rest van zijn tweede zendingsreis door in Korinthe (Hand.18:1-17). Na in Korinthe gedurende 18 maanden Gods Woord te hebben verkondigd (18:11) besliste Paulus om terug te keren naar Antiochië in Syrië (18:18). Op weg naar Antiochië predikte Paulus nog kort in een synagoge te Efeze (gelegen aan de westkust van Klein Azië) (18:19-21) en bezocht hij de gemeente te Jeruzalem (18:21-22). Na wat tijd te hebben doorgebracht in Antiochië begon Paulus zijn derde zendingsreis (Hand.18:23). Op weg naar Efeze reisde Paulus door Klein Azië en “versterkte alle discipelen” (18:23). Paulus spendeerde meer dan drie productieve jaren in Efeze (20:31) , zo “nam het Woord van de Heere met kracht toe en werd steeds sterker” (19:20).

Nadat wrokkige afgodenmakers oproer veroorzaakten in Efeze (Hand.19:21-41) bracht hij zijn plan in uitvoer. Eerst ging hij naar Griekenland waar hij de gemeenten bemoedigde en geld inzamelde voor de gelovigen te Jeruzalem (20:1-16). Omdat Paulus hoopte om “op de Pinksterdag in Jeruzalem te zijn” (20:16) voer hij voorbij Efeze richting Milete. Toen hij aankwam in Milete, een kuststadje dat ongeveer 50km ten Zuiden van Efeze gelegen is, “stuurde (Paulus) iemand uit Milete naar Efeze en liet de ouderlingen van de gemeente halen” (20:17). Paulus’ toewijding om Christus te gehoorzamen Toen de oudsten aankwamen herinnerde Paulus hen eraan hoe hij de Heer had gediend terwijl hij zich bij hun bevond en zei hij dat hij eveneens toegewijd was om de Heer in de toekomst te dienen (20:19-24). Paulus was trouw geweest van aan de eerste dag dat hij in Efeze was aangekomen (20:18). Zijn bediening werd gekenmerkt door het dienen van de Heer “met alle nederigheid” (20:19). Terwijl hij in Efeze was getuigde hij zowel tegen Joden als Grieken “van de bekering tot God en het geloof in onze Heere Jezus Christus” (20:21). Paulus had trouw zijn Here Jezus gehoorzaamd in Efeze en zou, ongeacht welke plannen de Heer nog had voor hem, dit blijven doen. Enerzijds wist Paulus niet wat er hem te wachten stond in Jeruzalem (20:22), maar anderzijds had de Heilige Geest hem bekend gemaakt dat hem in iedere stad “boeien en verdrukkingen” te wachten stonden (20:23). Ook al wist Paulus dat hij vervolgd zou worden (hoewel de precieze details niet bekend waren), toch liet Paulus dit vooruitzicht van lijden zijn gehoorzaamheid aan Christus niet beïnvloeden. Verwijzend naar de mogelijkheid van vervolging zei Paulus: “ik maak mij nergens zorgen over, en ook acht ik mijn leven niet kostbaar voor mijzelf, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, evenals de bediening die ik van de Heere Jezus ontvangen heb om te getuigen van het Evangelie van Gods genade” (20:24). Net zoals Paulus in Efeze trouw gehoorzaam was geweest aan Jezus was hij vastberaden om eender waar hij verbleef gehoorzaam te blijven. Ook al zou het hem zijn leven kosten, toch zou Paulus de wedstrijd voleindigen.


Paulus’ ijver om Christus te gehoorzamen Omdat hij er steeds naar ijverde om het Evangelie te verspreiden in een gebied waar de naam van Jezus nog niet gekend was (Rom.15:20) verlangde Paulus er uiteindelijk naar om naar Spanje te gaan (Rom.15:24). Voordat hij naar Spanje vertrok plande Paulus eerst om terug te keren naar de gemeenten in Griekenland (“Macedonië en Achaje”), waar hij ook hoopte om geld in te zamelen voor de arme heiligen te Jeruzalem (Hand.24:17; Rom.15:26-27; 1Kor.16:1-4; 2Kor.8:1-4). Na het geld te hebben gebracht naar Jeruzalem wist Paulus dat hij ook naar Rome moest gaan (Hand.19:21). Terwijl hij in Rome verbleef hoopte hij het Evangelie te kunnen prediken (Rom.1:13-15), de gelovigen te Rome te kunnen bezoeken (Rom.15:23-24) en hulp van de gemeente te krijgen zodat hij zijn zendingsreis naar Spanje verder kon zetten (Rom.15:24).

2


Terwijl hij in Efeze was schreef Paulus terug naar de worstelende gemeente te Korinthe. In zijn brief gebood hij de heiligen te Korinthe: “Wees navolgers van mij, zoals ik navolger van Christus ben” (1Kor.11:1). Omwille van zijn gehoorzaamheid aan Christus kon Paulus de gelovigen oproepen om zijn voorbeeld te volgen. Ook al was zijn gehoorzaamheid niet volmaakt, toch kon hij vol vertrouwen in nederigheid de gelovigen bevelen om net als hem te zijn. Iedereen die er vandaag de dag naar verlangt om Christus’ geboden te volgen heeft een krachtig voorbeeld in Paulus’ gehoorzaamheid.

Na de oudsten van Efeze te hebben bemoedigd om hun bediening trouw op te nemen (20:25-35) “knielde hij neer en bad met hen allen” (20:36). De oudsten weenden bij de gedachte dat Paulus zou vertrekken (20:37). Het ergst van al waren de woorden van Paulus “dat zij zijn gezicht niet meer zouden zien” (20:25,38). Nadat de oudsten van Efeze hem vergezelden naar zijn schip zette Paulus zijn reis verder richting Jeruzalem. Onderweg bemoedigden en bevestigden ze de gelovigen wanneer ze maar konden.

Ook al was Paulus bereid om te sterven in Jeruzalem, toch was het Gods wil dat hij eerst uitgeleverd zou worden aan de heidenen. De Romeinse troep die de stad Jeruzalem bezette ontving het nieuws dat de stad in oproer was en kwam tussenbeide om de orde te handhaven (21:31-32). Clarudius Lysias (23:26), de bevelhebber van het Romeinse garnizoen (welk bestond uit 1000 soldaten) “nam ogenblikkelijk soldaten en hoofdmannen over honderd mee en liep snel naar beneden naar hen toe” (21:32). De komst van tenminste 200 soldaten was voldoende om de menigte te doen ophouden met het slaan van Paulus. De bevelhebber Lysias liet Paulus ketenen terwijl hij trachtte uit te vissen wat het volk zo in oproer bracht (21:33). Omdat de menigte verschillende redenen uitriepen besliste Lysias om Paulus mee te nemen naar de Romeinse kazerne (21:34). De menigte was zo gewelddadig dat de Romeinse soldaten Paulus droegen om hem te beschermen. Terwijl riep de menigte voortdurend: “Weg met hem!” (21:36). Ook al was Paulus al geslagen geweest door het volk, toch had hij nog geen mogelijkheid gehad om te getuigen van Christus. Voordat hij naar de kazerne werd geleid vroeg Paulus vrijmoedig aan Lysias of hij de menigte nog mocht toespreken (21:37-40). Paulus verdedigde zichzelf tegen de beschuldiging dat hij indruist tegen het volk, de wet en de tempel (22:1). Ook verkondigde hij Christus aan het volk. Paulus begon met uit te leggen dat hij een ijverige Jood was geweest die nauwgezet onderwezen was in de wet en degenen die Christus volgden vervolgde (22:1-5). Paulus ging verder met te vertellen aan de menigte dat toen hij op weg was naar Damascus om christenen te vervolgen Jezus van Nazareth aan hem verscheen en met hem sprak (22:6-11). Paulus gehoorzaamde zijn nieuwe Heer. In het volgende gedeelte van zijn toespraak (22:12-16) vertelde Paulus hoe Ananias “een godvrezend man, die leefde volgens de wet” (22:12) zijn blindheid genas en hem een boodschap van “de God van onze vaderen” bracht (22:13-14). Paulus herhaalde dat God hem had uitgekozen “om Zijn wil te kennen en de Rechtvaardige te zien en de stem uit Zijn mond te horen”


Paulus’ gehoorzaamheid aan Christus Niet lang nadat hij in Jeruzalem was aangekomen ervaarde Paulus de vervulling van de profetie van Agabus. Nadat de Joden uit Klein Azië ( mogelijk uit Efeze) Paulus zagen in de tempel brachten ze “heel de menigte in verwarring” en sloegen ze de handen aan hem (Hand.21:27). Deze Joden spoorden het volk aan om in opstand te komen tegen Paulus door hem vals te beschuldigen van het geven van onderwijs “dat indruist tegen het volk, tegen de wet en tegen deze plaats” (21:28). Ze beschuldigden Paulus ook onterecht van het verontreinigen van de tempel door het meenemen van heidenen (21:29). Terwijl de geruchten over Paulus zich verspreidden werd de menigte groter en groter. “En heel de stad raakte in rep en roer en het volk liep te hoop. En ze grepen Paulus en sleurden hem de tempel uit” (21:30). In een uitzinnige woede begon het volk Paulus te slaan (21:32).

3


De reis van Paulus en zijn reisgenoten ging verder tot ze uiteindelijk in Caesarea aankwamen. Tijdens zijn verblijf in Caesarea werd Paulus uitgedaagd in zijn toewijding aan Christus. Hij verbleef daar bij “Filippus, de evangelist, die een van de zeven diakenen was” (21:8). (Dit is dezelfde Filippus die het Evangelie aan de Samaritanen en de Ethiopische eunuch predikte in Handelingen 8.) Nadat Paulus vele dagen in Caesarea had verbleven kwam er een profeet genaamd Agabus naar Paulus om hem een boodschap van de Heilige Geest te geven. Voor hem de boodschap te vertellen beeldde Agabus de profetie uit door de riem van Paulus te nemen en daarmee zijn eigen handen en voeten te binden. De vreemde handeling van Agabus werd verduidelijkt toen Agabus Gods boodschap vertelde: “Dit zegt de Heilige Geest: De man van wie deze gordel is, zullen de Joden op deze manier in Jeruzalem binden en in de handen van de heidenen overleveren” (Hand.21:11). De profetie maakte aan Paulus niet enkel duidelijk wat er met hem zou gebeuren, maar ook dat God soeverein was over deze gebeurtenissen. Ook al smeekte zowel de gelovigen te Caesarea als de reisgenoten van Paulus om niet te vertrekken naar Jeruzalem, toch was Paulus vastberaden om Gods wil te volgen. Als antwoord op hun smekingen zei Paulus: “Wat doet u nu dat u huilt en mijn hart week maakt? Want ik ben bereid, niet alleen gebonden te worden, maar ook te sterven in Jeruzalem voor de Naam van de Heere Jezus” (21:13). Ongeacht de nabije vervolging die hem te wachten stond was Paulus bereid om Jezus te gehoorzamen, ook al betekende dit zijn dood.

(22:14). God gaf Paulus de opdracht om “bij alle mensen getuige zijn” van wat hij had “gezien en gehoord” (22:15), een opdracht die hij vervulde terwijl hij met hun sprak. Paulus liet onmiddellijk daarna zijn nieuw geloof in Christus zien door in Jezus’ naam gedoopt te worden (22:16). Paulus eindigde zijn toespraak met het vertellen hoe Jezus opnieuw tot hem sprak op zijn eerste reis naar Jeruzalem (Hadn.22:17-21). (Paulus’ eerste reis naar Jeruzalem wordt weergegeven in Hand.9:26-30). Terwijl hij in de tempel bad zei Jezus tot Paulus dat hij moest vluchten naar Jeruzalem omdat de Joden zijn getuigenis niet zouden aanvaarden en daarna gaf Hij hem de opdracht om naar de heidenen te gaan (Hand.22:18,21). Tijdens zijn toespraak voor het volk gaf Paulus niet enkel aan dat hij onschuldig was, maar verkondigde hij eveneens de opstanding van Jezus Christus. Toen het volk Paulus hoorde getuigen dat Jezus (die zij hadden gekruisigd) ernaar verlangde dat de heidenen gered zouden worden, onderbraken ze hem in woede. Hoewel ze tot nu toe rustig hadden geluisterd naar zijn toespraak verhieven zij hun stem en zeiden: “Weg van de aarde met zo iemand, want hij behoort niet te blijven leven” (Hand.22:22). De Joden te Jeruzalem waren niet veranderd. Net zoals Jezus eerder had gesproken tot de pas bekeerde Paulus toen hij naar Jeruzalem kwam, “ze zullen uw getuigenis over Mij niet aannemen” (Hand.22:18).

MOEILIJKE WOORDEN Ketenen

Met een keten vastmaken; in ketenen slaan, boeien.

4


Conclusie God zegende de gemeente toe Hij het gehoorzaam leven van Paulus gaf als een voorbeeld hoe we Christus dienen te gehoorzamen. Ook al betekende bepaalde vervolgingen, toch ijverde Paulus om Christus te verkondigen in gebieden waar het Evangelie nog niet was verspreid. Hij had trouw Christus gehoorzaamd in Efeze en was toegewijd om Hem te gehoorzamen in Jeruzalem. Terwijl de andere gelovigen Paulus smeekten om zijn koers te wijzigen en zo verdrukking te ontlopen, was Paulus vastberaden om te gehoorzamen tot de dood toe. Toen Paulus in Jeruzalem aankwam getuigde hij vol passie van Christus voor dezelfde menigte die hem net had geslagen en hem nog steeds dood wilden hebben. De Here Jezus zegende Paulus’ gehoorzaamheid door hem aan te moedigen. Paulus was nog niet klaar met het getuigen van de Heer. Na Gods wil in Jeruzalem te hebben volbracht stond er voor Paulus een nieuwe gelegenheid om te getuigen in Rome hem te wachten. De voorbeeldige gehoorzaamheid aan Christus van Paulus moet door iedere gelovige worden nageleegd.


Paulus’ bemoediging van Christus Twee nachten na Paulus’ getuigenis voor het Joodse volk bemoedigde de Heer Paulus omwille van zijn trouw in het verkondigen van Zijn Naam. Jezus zei tot Paulus: “Heb goede moed, Paulus, want zoals u in Jeruzalem van Mijn zaak getuigd hebt, zo moet u ook in Rome getuigen” (23:11). Gods wil voor Paulus’ leven was nog niet voleindigd. Paulus had trouw van zijn Redder getuigd in Jeruzalem en kreeg nu de mogelijkheid om hetzelfde te doen in Rome. De rest van Handelingen geeft de reis van Paulus naar Rome weer waar hij weer verder ging met het verkondigen van de naam van Jezus.

Zendingsreizen van Paulus

6



INTERESSANTE WEETJES

BIJBELLES INLEIDING Heb jij ooit wel eens iets belangrijks aan iemand verteld en dat ze niet luisterden of misschien zelfs wel boos werden op jou? In de les vandaag heeft Paulus een hele belangrijke boodschap die hij wil doorgeven aan de Joden. In plaats van de boodschap te geloven, luisteren ze niet en worden ze zelfs boos en willen ze hem zelfs doden. Laten ze eens luisteren en er achter komen wat er precies gebeurde. LEZEN VAN HET BIJBELGEDEELTE  Paulus’ verlangen om Christus te gehoorzamen  Paulus’ toewijding om Christus te gehoorzamen  Paulus’ gehoorzaamheid aan Christus  Paulus’ bemoediging van Christus

7


BEGELEIDENDE VRAGEN  Waar ging Paulus heen op zijn derde zendingsreis? Paulus reisde naar Efeze en ging door Asia. Terwijl hij daar was bemoedigde hij de discipelen. Hij verbleef drie jaar in Efeze en had zijn bediening daar en “nam het Woord van de Heere met kracht toe en werd steeds sterker” (Hand.19:20).  Wat schreef Paulus aan de gemeente te Korinthe, terwijl hij in Efeze was? Paulus schreef aan de gemeente te Korinthe, welke moeite had. Hij vertelde de gemeente het voorbeeld te volgen zoals hij Christus navolgde (1 Kor.11:1).  Waar ging Paulus heen en wat deed hij? Paulus ging naar Griekenland en daar bemoedigde hij de kerk. Hij verzamelde een bijdrage voor de heiligen in Jeruzalem. Hij reisde naar Milete naar Efeze en liet de ouderlingen van de gemeente halen (20:17).  Wat vertelde Paulus de oudsten toen hij aankwam? Paulus herinnerde hen hoe hij de Heer gediend had, terwijl hij bij hen was en verkondigde dat hij toegewijd was om de Heer in de toekomst te dienen (20:18-24).  Wat ging Paulus doen, nadat hij de oudsten te Efeze uitgedaagd had? Na de oudsten te Efeze uitgedaagd te hebben om getrouw te zijn in hun bediening, bid Paulus met hen en barstten in tranen uit. De oudsten dachten dat ze hem nooit weer zouden zien. Daarna brachten de oudsten Paulus naar zijn schip en zette hij zijn reis naar Jeruzalem verder.  Waardoor werd Paulus’ leven gekenmerkt? Paulus’ bediening werd gekenmerkt door het dienen van de Heere met alle nederigheid (20:19).  Wat vertelde Paulus aan de Joden en Grieken in Efeze? Terwijl hij in Efeze was verkondigde Paulus aan de Joden en de Grieken “bekering tot God en het geloof in onze Heere Jezus Christus” (20:21).  Bij wie verbleef Paulus en zijn reisgenoten toen ze uiteindelijk in Caesarea kwamen? Paulus verbleef bij Filippus, de evangelist, terwijl ze in Caesarea waren. Dit is de Filippus die het evangelie bracht aan de Samaritanen en de Ethiopische eunuch (kamerheer; Hand.8:26-40).  Wat vertelde de profeet Agabus aan Paulus? Agabus nam de riem van Paulus en bond de handen en voeten van hem vast. Hij legde uit dat de Heilige Geest zei dat de man die zijn eigen riem bezit, overgeleverd zal worden in de handen van de heidenen (21:11). De heiligen die in Caesarea waren smeekten Paulus om niet naar Jeruzalem te gaan om hetgeen zou gaan gebeuren. Paulus vroeg hen waarom ze huilden en zijn hart week maakten.


(Lees verschillende teksten uit Hand.20-23)







SAMENVATTING Paulus zette zijn reis voort van zijn twee zendingsreis naar zijn derde zendingsreis. Hij begon zijn reis door Asia om daar de kerkelijke gemeenten te bemoedigen. Toen hij in Griekenland was, verzamelde Paulus geld voor de arme gelovigen in Jeruzalem en geeft het hen wanneer hij aankomt. Terwijl hij in Efeze verblijft, moedigt hij de oudsten aan om trouw te zijn in gehoorzaamheid. Daarna komt Paulus in Caesarea en sprak met een profeet, genaamd Agabus. Agabus vertelde Paulus dat hij gebonden zou worden en aan de heidenen overgeleverd. Zelfs met deze informatie aarzelde Paulus niet om trouw te gaan en het evangelie te verkondigen. Bij het arriveren te Jeruzalem, hitsten de Joden de mensen op en begonnen zij Paulus te slaan. Romeinse soldaten kwamen tot zijn redding en arresteerden hem. Hij sprak tot de Joden en zij riepen voor zijn dood. Paulus was gewillig om geslagen te worden en zelfs voor het evangelie te sterven. Paulus werd twee dagen later door Jezus bemoedigt. Jezus vertelde hem, “Heb goede moed.” Hij vertelde Paulus dat “zoals u in Jeruzalem van Mijn zaak getuigd hebt, zo moet u ook in Rome getuigen” (23:11). God was nog niet klaar met Paulus en had de hele situatie onder controle. Paulus is ons voorbeeld om te volgen en zo Christus te imiteren. In je leven is het goed om godsvruchtige mannen en vrouwen te hebben, die we als rolmodel volgen, zoals zij Christus volgen. Als we dit doen, zouden we dezelfde manier van denken moeten hebben als Paulus aangaande het evangelie. Zelfs in vervolging en moeilijke momenten, zelfs al moest hij sterven, zou hij nog het evangelie aan anderen verkondigen, zodat ze gered mogen worden.

8







Paulus was gereed om niet alleen voor het evangelie gebonden te worden, maar hij wilde zelfs sterven als hij geroepen werd dat te doen. Deze profetie liet niet alleen zien wat er met Paulus in Jeruzalem zou gebeuren, maar het liet ook zien dat God soeverein is over alle gebeurtenissen. Wat gebeurde er met Paulus toen hij in Jeruzalem aankwam? Toen Paulus aankwam, vond de profetie van Agabus plaats. De Joden “brachten heel de menigte in verwarring. Zij sloegen de handen aan hem” (21:27). Ze gaven valse beschuldigen dat Paulus “onderwijs geeft dat indruist tegen het volk, tegen de wet en tegen deze plaats” (21:28). Ze beschuldigden Paulus ervan dat hij de tempel verontreinigde door heidenen binnen te brengen. De menigte “grepen Paulus en sleurden hem de tempel uit” (21:30) en sloegen hem. Wat deed de menigte stoppen met het slaan van Paulus? De commandant van het Romeinse leger en zijn soldaten liepen door de menigte en lieten hen stoppen met het slaan van Paulus. De commandant liet Paulus met twee kettingen boeien. De soldaten droegen Paulus naar de kazerne om hem voor de menigte te beschermen. Wat vroeg Paulus aan Claudius Lysias om nog te doen? Paulus vroeg de Claudius Lysias om hem toe te staan de menigte toe te spreken, voordat ze hem wegvoerden. Hoewel hij geslagen was, wilde hij de menigte over Christus vertellen. Paulus verdedigde zichzelf tegen de beschuldigen die tegen hem gericht waren. Wat was de reactie van de menigte op de boodschap van Paulus? Ze werden erg boos en zeiden dat ze hem weg moesten voeren, omdat ze vonden dat hij niet mocht leven. Wat gebeurde er twee nachten nadat Paulus geslagen was door de Joodse menigte? Jezus bemoedigde Paulus, zeggende, “Heb goede moed, Paulus, want zoals u in Jeruzalem van Mijn zaak getuigd hebt, zo moet u ook in Rome getuigen” (Hand.23:11). God had een plan voor Paulus en het was nog niet voorbij.

CRÈCHELES Paulus was een trouwe helper van God. Maar op veel plaatsen liep hij gevaar omdat de mensen probeerden hem te beletten om over Jezus te spreken. Op een dag kwam Agabus naar Paulus om een boodschap van God te brengen. Hij liep naar Paulus toe, pakte zijn riem, bond daarmee zijn handen en zijn voeten en zei: ‘God zegt dat de Joden op deze manier de eigenaar van deze riem in Jeruzalem zullen binden en hem aan de heidenen uitleveren.” Toen Paulus’ vrienden de waarschuwing van de profeet Agabus, dat Paulus niet veilig was, hoorden, smeekten ze Paulus om niet te vertrekken naar Jeruzalem. Maar Paulus zei: “In elke stad waarschuwt God me dat ik de gevangenis en erger riskeer. Maar ik wil gehoorzaam zijn aan de Here Jezus en de mensen over Hem vertellen. Ook al moet ik hiervoor sterven!” De vrienden van Paulus waren verdrietig, maar ze begrepen wel dat Paulus de goede keuze maakte door te doen wat Jezus aan hem had gevraagd. Paulus vertrok naar Jeruzalem. Onmiddellijk begonnen ze te roepen dat Paulus een gevaarlijke man was en vertelden veel leugens over hem. Heel het volk werd boos op Paulus, zelfs zo boos dat ze hem sloegen en wilden doden. Maar God had een ander plan met Paulus. Een Romeinse commandant hoorde dat er veel lawaai was in de stad en stuurde onmiddellijk een leger van soldaten ernaar toe om te zorgen dat het lawaai zou stoppen. Toen de Romeinen zagen dat Paulus zijn leven in gevaar was wilden ze hem meenemen naar hun kazerne. Paulus wilde meegaan, maar voor de soldaten hem zouden meenemen vroeg hij aan de commandant of hij nog

Paulus zei tegen de mensen die hem hadden geslagen dat hij eigenlijk niets verkeerds had gedaan. Ook vertelde hij hun over de Here Jezus. Maar de mensen wilden dit niet horen. Ze werden zelfs nog meer boos op Paulus en wilden hem dood! Maar God zorgde weeral ervoor dat Paulus veilig bleef. Zijn soldaten namen hem mee naar hun kamp. Paulus leek wel helemaal alleen te zijn. Maar ’s nachts kwam de Here Jezus bij hem en zij: Paulus, niet opgeven. Want gelijk jij in Jeruzalem over Mij hebt verteld, zo zal je ook in de stad Rome over mij mogen gaan vertellen.” Die woorden van Jezus gaven Paulus rust. Zo wist hij dat God nog steeds de baas was over alles en dat God een plan had met hem. Paulus vertrouwde op dat plan van God en deed wat Jezus hem vroeg om te doen.


even mocht spreken tot het boze volk.

9


Hij kwam bij de tempel en daar zagen enkele Joden hem.

MEMORIEVERS Hand.16:31


Laat enkele kinderen proberen het vers op te zeggen. Weten ze nog wat het vers betekent (zie voor uitleg memorievers Handelingen Les 13). Geef elk kind een vierkant vel papier. Laat hen de hoeken naar het midden vouwen. Draai dit geheel om en vouw weer de hoeken naar het midden. Het vierkant wordt dus steeds kleiner. Maak nu een vouw in het papier door gewoon dubbel te vouwen, een rechte vouw, vervolgens ook de andere rechte vouw. Er ontstaat nu een kruis. Draai het geheel om met de gevouwen punten onder. De ontstane vierkanten naar buiten vouwen. Er ontstaan nu ruimten waar je de duim en wijsvinger van de ene en de duim en de wijsvinger van de andere hand in kan steken. Door vervolgens van voor naar achter of van links naar rechts te bewegen, gaat het open en dicht. Geef elk vakje een nummer (1 t/m 8). Verdeel het memorievers in 7 stukken, plus de referentie. Plak of schrijf dit achter elk nummer. De kinderen kunnen zo oefenen door verschillende vakken te openen. Moedig de kinderen aan om dit de volgende les weer mee te nemen.

Moeilijke begrippen  Toewijding: Toewijding is loyaliteit aan een taak of een persoon. Kunstrijders op de schaats zijn toegewijd aan de training voor de Olympische Spelen. Ze staan vroeg op, eten gezond en werken hard. Schaatsen is hetgeen ze het meest om geven. Mensen die toegewijd zijn aan hun werk, gaan elke dag trouw naar hun werk, zelfs als ze eigenlijk niet willen gaan.  Verlangen om te gehoorzamen: Mensen die vurig verlangen om te gehoorzamen, denken voortdurend na over hoe ze gehoorzaam kunnen zijn. Wanneer hen iets wordt opgedragen, gehoorzamen ze blijmoedig en snel. Ze zijn altijd bereid om te gehoorzamen. Als papa of mama iemand vraagt om de vuilcontainer bij de weg te zetten, gaat een kind die bereid is te gehoorzamen, snel zijn boek aan de kant leggen en antwoord “Ja, mama,” om daarna te gehoorzamen.


IJSBREKERTJES


Voorbeeld:

10





Oproer: een oproer of een rel is een menigte van mensen die stuurloos zijn. Ze maken dingen stuk, doen andere mensen pijn en rennen rond in een grote groep. Laat een afbeelding zien van een bende met politie in gevechtstenue. Rolmodel: een rolmodel is een persoon welke andere mensen imiteren. Een voorbeeldfunctie. Ze kijken op tegen die persoon en proberen als hem te zijn. Als een van de kinderen een sportshirt draagt, vraag hem naar de spelers naam op de achterzijde. Beschrijf manieren waarop vaders en moeders rolmodellen zijn, net zoals kinderen zich verkleden in de kleren van mama of spelen met een hamer zoals papa dat doet.

Visuele hulpmiddelen Gebruik visuele hulpmiddelen doorheen de Bijbelles om het verhaal tot leven te laten komen. Laat een kaart van de regio zien en leg uit dat de afstand Paulus niet tegenhield. Bind handen vast en leg uit dat het weten dat iets slecht zou gaan gebeuren, Paulus niet zou tegenhouden. Neem stokken of een zwaard mee en laat zien dat het weten dat hij geslagen werd hem niet zou kunnen tegenhouden. Laat een paar sportschoenen zien, Paulus’ doel was om de race te beëindigen. Neem een aantal boeien mee, want Paulus was gebonden en in de gevangenis gestopt. Neem een ‘smiley face’ mee, want Paulus had goede moed en hij droeg anderen op om ook goede moed te houden.

Daad van liefde Vraag de kinderen welke daden zij kunnen doen voor mensen waar ze van houden. Een aantal suggesties kunnen zijn: speciale gunsten thuis voor mama, maken van een kaart om aan papa te geven om hem te bemoedigen wanneer hij van het werk thuis komt of het delen van speelgoed met je vriend. Moedig hen aan om dit deze week te doen.

KNUTSELWERKJES Riem van gehoorzaamheid Geef elk kind de nodige materialen om een riem te maken zoals Paulus had. Een lange reep van stof of gevlochten koord of garen kan hiervoor gebruikt worden. Bind samen en maak hier een riem gesp aan vast, waar op staat GEHOORZAAM met Hand.21:11 er op geprint. Bespreek hoe Paulus niet alleen gearresteerd wilde worden, maar zelfs wilde sterven voor het evangelie. Wat staat Paulus te wachten Print een kaart uit van het gebied waar Paulus reisde en knip flappen uit bij de verschillende steden die hij bezocht. Aan de onderkant plak je afbeeldingen van boeien om te laten zien dat waar Paulus ook ging, dat boeien en vervolging hem te wachten stonden. Vergeet niet een titel boven de kaart te zetten en het vers uit Hand.20:22-23.


Het evangelie is niet te stoppen Neem een afbeelding mee of maak een stopbord. Gebruikt dit tijdens de les bij elk obstakel in Paulus in zijn leven tegen kwam, om de kinderen er aan te herinneren dat het evangelie niet gestopt kon worden.


Moedig verlangen aan Vraag een kind om een eenvoudige klus te doen, zoals het opruimen van papiersnippers. Kies een kind die verlangend zijn hand opsteekt en laat zien dat hij een goed voorbeeld was. Moedig de andere kinderen aan om zijn voorbeeld te volgen.

11

KNUTSELACTIVITEITJES Juf zegt Speel het spel “Juf zegt” (in het Engels “Simon says) om imiteren te onderwijzen. De kinderen moeten hun aandacht er goed bij hebben op hetgeen gezegd en gedaan is om goede imitators te zijn. Modellen Neem zweefvliegtuigjes mee die de kinderen ineen kunnen steken. Vertel hen dat ze de instructies goed moeten volgen. Leg uit dat dit kleine modellen zijn van iets dat veel groter is. wij zouden modellen van Jezus Christus moeten zijn in de manier waarop we leven en handelen. Als de tijd het toelaat, kun je ze mee naar buiten nemen en ze daar laten vliegen.

Sketch Leer de kinderen dat ze snel, zoet en volledig behoren te gehoorzamen. Laat een lesgever uitbeelden dat een kind een videospeeltje speelt. Vertel het kind dat hij zijn tanden moet gaan poetsen. De lesgever gaat door met spelen. Lag nadruk op het falen in het snel gehoorzamen. Laat twee andere lesgevers verschillend reageren over het opruimen van zijn kamer. de een moppert en klaagt hoe moeilijk dat is en zo oneerlijk, terwijl de ander blijmoedig gehoorzaamt in liefde voor zijn ouders. Benadruk het gebrek in het aangenaam gehoorzamen. Leg papier op de vloer en vraag een lesgever om dit op te pakken. Laat hem iets verstoppen onder de tafel in plaats van het weg te gooien en laat wat papier op de vloer liggen. Benadruk het volledig falen in gehoorzaam te zijn. Leerplekken Zet leerplekken doorheen het lokaal. De eerste plek is Efeze. Wandel met de kinderen langs Efeze en leg uit dat Paulus naar Efeze reisde, wij hij besloot om naar Jeruzalem en Rome te gaan. Leg geld bij deze plek neer en vraag de kinderen om het te verzamelen. De tweede plek is dichtbij. Wandel doorheen Efeze en imiteer Paulus’ bemoediging naar de oudsten van Efeze door de kinderen te bemoedigen. Complimenteer hun aandacht en ander goed gedrag. Spreek over hoe Paulus zichzelf tot voorbeeld stelde voor de oudsten van Efeze om te volgen. Neem een bootreis naar de volgende plek, Caesarea. Laat de kinderen doen alsof ze aan het roeien zijn. Beeld daarna de profetie van Agabus uit. Wandel naar de volgende plek, Jeruzalem. Laat alle kinderen op het zelfde moment spreken om een oproer na te doen. Laat hen daarna stil zijn en vertel dan een verkorte versie van Paulus boodschap aan de menigte. Als laatste laat je de kinderen doen alsof ze slapen. Geef het vers uit Hand.23:11 en spreek met hen over hoe Paulus door de Heer werd bemoedigt.


Volg mij Werk met je kinderen stap voor stap doorheen het proces van het bouwen van een papieren vliegtuigje of een activiteit die meerdere stappen heeft. Laat hen zeker elke vouw zorgvuldig imiteren. Laat hen de vliegtuigjes in de lucht vliegen als ze klaar zijn en bespreek daarna wat een rolmodel of voorbeeldfunctie is. Vraag hen welke mensen zij graag willen navolgen of zouden willen zijn.


Hints Speel dit raadspelletje door verschillende dingen uit te beelden, zoals het schrijven van een brief, de auto wassen en het eten van een ijsje. Laat de kinderen raden wat je aan het doen bent. Wijs er op dat ze je kunnen vertellen wat je aan het doen bent door jou te observeren hoe je beweegt en wat je doet.

12

Lawaai en stilte Wanneer de handen van de lesgever neer zijn, maken de kinderen veel lawaai, roepende, “Weg met hem!”, net zoals de menigte in Hand.21:36. Wanneer de handen van de lesgever omhoog zijn, worden de kinderen stil, zoals in Hand.21:40. Race Houd een race met een brede finishlijn en benadruk Hand.20:24 en Paulus’ verlangen om de race te beëindigen.



Volg mij Maak een route in het lokaal. Laat de kinderen tussen de stoelen doorgaan, onder de tafel kruipen of over blokken stappen. Leid hen doorheen de route. Als het gedaan is, spreek je met hen over Paulus’ leven en bediening. Hij refereerde er naar als een race. Het was vol met moeilijkheden en uitdagingen, maar hij werkte hard om de eindstreep te halen.

13

PAULUS IS EEN VOORBE ELD VAN CHRISTUS (HANDREIKING KINDEREN) HANDELINGEN 20-23

(GESEL EC TE ER DE VER Z E N)

MEMORIEVERS Hand.16:31


Sssst… MIJN EIGEN STILLE TIJD



Juist of fout: Paulus was een nederige dienaar van God. _____________

_______________ in onze Heere Jezus Christus (Hand.20:21).  Hoe reageerden de oudsten van de gemeente te Efeze bij het vertrek van Paulus? (Zie Handelingen 20:37-38.) ___________________________________________________________

_______________ , maar ook om er te _______________ voor de naam van de Heer Jezus” (Hand.21:13).  Welke drie dingen vertelde Paulus aan de menigte in Jeruzalem?  DAT HIJ EEN JOOD WAS

 DAT HIJ OOIT CHRISTENEN HAD VERVOLGD

 HOE HIJ GERED WERD

 WAT HIJ HET LIEFSTE AT

 Juist of fout: De menigte wilde Paulus doden omdat hij zei dat heidenen gered konden worden. ________________________________________  Hoe moedigde God Paulus aan in Handelingen 23:11? ___________________________________________________________ (Vraag aan je papa en/of mama of jouw antwoorden juist zijn!)


 Paulus zei: “Ik ben niet alleen bereid om me in Jeruzalem te laten


 Paulus getuigde van de bekering tot _______________ en het

14



KLEURPLAAT 1

15



KLEURPLAAT 2

16

Paulus’ derde zendingsreis “Ik ben niet alleen bereid om me in Jeruzalem te laten vastbinden, maar ook om er te sterven voor de naam van de Heer Jezus.” (Handelingen 21:13)

Kleur ons land in. Zoek daarna Antiochië op en probeer de derde zendingsreis van Paulus te schetsen. Nummer belangrijke plaatsen als Antiochië, Efeze, Macedonië, Achaje, Milete, Caesarea en Jeruzalem. Zoek eventueel in een Atlas de huidige namen van deze plaatsen op.

1 Antiochië (Hand.18:23) 2 Efeze (Hand.19-21-41; 20:1) 3 Macedonië 4 Achaje (Hand.20:3,16-25) 5 Milete (Hand.21:1,8) 6 Caesarea (Hand.21:10-15) 7 Jeruzalem (Hand.21:17;27-36; 22:30; 23:10-11)

En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten

Recommend Documents