Bouwsteentjes van "Het Geloof " in Jezus Christus
Toekomst gericht leven
Laat u zelf als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijk huis. 1 Petrus 2:4
Evangelie Gemeente Harlingen Bijbelstudie: "Het fundament van ons geloof"
De volgende onderwerpen worden behandeld:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
Bekering en het navolgen van Jezus Christus. Wedergeboorte. Dopen. (door onderdompeling) Bijbel en bijbelstudie. Ontvangen van de Heilige Geest met gaven en vruchten. Gebed Spreken met God De oude en nieuwe mens. Gemeenschap en Gemeenteleven. De tegenstander en de geestelijke wapenrustig. Het gebruik van Geestelijke gaven en talenten. Beproeving en verzoekingen. Toekomst gericht leven. Vruchtdragen.
Ruimte voor aantekeningen:
TOEKOMSTGERICHT LEVEN. LAAT ONS, ONS RICHTEN NAAR HET TOEKOMSTGERICHT LEVEN. Dit onderwerp heeft te maken met de eschatologie d.i. de leer betreffende het einde der tijden. Deze leer omvat de wederkomst van Jezus Christus, de opstanding van de doden, het oordeel en de toekomst van mens en wereld. In deze studie zullen we ons beperken tot de grote lijnen. Een waarschuwing is op zijn plaats t.a.v. dit onderwerp. Juist over de eschatologie zijn een aantal theorieën in omloop, naar ik weet zeven in aantal, die van elkaar afwijken. Wij moeten geen keuze maken tussen de opvattingen van verschillende schrijvers, maar zelf Gods Woord onderzoeken. Het moet een naspeuren blijven en niet leiden tot een stelling: "zo is het"! Wij moeten open blijven staan voor Goddelijke openbaringen en ons niet vastklemmen aan een leer. Wat de bijbel ons openbaart mogen we in ons verstand opnemen en door geloof in onze harten verwerken. Dan zal dit onderwerp voor ons worden:
"De verwachting van de zalige hoop en verschijning der heerlijkheid van onze grote God en Heiland, Christus Jezus". (Titus 2: 13) De boodschap van de bijbel moeten we zien in verband met de voortgang van de tijden. De Here God is de Eeuwige en vanuit die eeuwigheid heeft Hij Zich in "de tijd" geopenbaard. Zo heeft Hij vanuit Zijn tijdloosheid de eeuwen of heilstijdperken voortgebracht. Zijn plan, voortgekomen uit Zijn raadsbesluit (Jacobus 1:17,18), wordt naar de raad van Zijn wil uitgevoerd met een uitgesproken doel: alles onder één Hoofd samen te brengen. (Efezieërs 1:10). Omdat God niet alles onmiddellijk tot uitvoering heeft gebracht, spreken we van heilsgeschiedenis d.w.z. de voortschrijdende openbaring van Gods heilsplan en de uitvoering van Zijn raadsbesluit. God bedoelde met het heilsplan, dat Hij als Schepper en Redder van alle mensen in een aantal tijdperken: het uiteindelijke "alles in allen" zal worden. (1Corinthiers 15:28)
17 Iedere gave, die goed, en elk geschenk, dat volmaakt is, daalt van boven neder, van de Vader der lichten, bij wie geen verandering is of zweem van ommekeer. 18 Naar zijn raadsbesluit heeft Hij ons voortgebracht door het woord der waarheid, om in zekere zin eerstelingen te zijn onder zijn schepselen. Jacobus 1:17,18
al wat in de hemelen en op de aarde is onder een hoofd, dat is Christus, samen te vatten.
Efezieërs 1:10
28 Wanneer alles Hem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf Zich aan Hem onderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen. 1Corinthiers 15:28
Welke heilstijdperken kunnen we onderscheiden? De perioden van deze heilsgeschiedenis zijn geen gelijke delen, maar willekeurige tijdperken, die voeren tot het bereiken van de top. Met welke naam we deze perioden aanduiden is niet zo belangrijk. Het woord 'bedeling' als vertaling van het woord "oikonomia" is het meest gebruikt. De bijbel openbaart ons niet alle tijdperken.
4
Er liggen tijdperken vóór de grondlegging der wereld. 1Corinthiers 2:7 maar wat wij spreken, als een geheimenis, is de verborgen wijsheid
Gods, die God (reeds) van eeuwigheid voorbeschikt heeft tot onze heerlijkheid.
5 En nu, verheerlijk Gij Mij, Vader, bij Uzelf met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was.
Johannes 17:5
Er zullen ook tijdperken zijn in de voleinding. Openbaringen 22:5 5 En er zal geen nacht meer zijn en zij hebben geen licht van
een lamp of licht der zon van node, want de Here God zal hen verlichten en zij zullen als koningen heersen tot in alle eeuwigheden.
7 om in de komende eeuwen de overweldigende rijkdom zijner genade te tonen naar (zijn) goedertierenheid over ons in Christus Jezus.
Efezieërs 2:7
Er zijn verschillende verdelingen van Gods heilsplan mogelijk. In de bijbel geeft men het woord Aeonen weer als eeuw, eeuwigheid en eeuwigheden. Een Eaoon is een tijdperk met een begin en een eind, wij willen hier iets dieper op ingaan. Een in het oog lopende verdeling is beschreven in het boek: "GODS PLAN DER AEONEN" en men geeft de verdeling in 6 tijdperken als volgt weer: Eerste tijdperk: van kosmos tot chaos: Genesis 1: 1 In den beginne schiep God de hemel en de aarde. Niemand weet precies wanneer de kosmos geschapen is. We weten wel hoe het eerste tijdperk eindigde n.l. met de nederwerping van satan op de wereld, waardoor de aarde "woest en ledig" werd. Hoe lang dit eerste tijdperk is geweest weten we evenmin. Adam en Eva waren er nog niet. Ze werden pas geschapen na de nederwerping van de wereld tijdens de zgn. 'herschepping'. Zij werden aangesteld om de schepping te bewaren. Tweede tijdperk: loopt vanaf de 'herschepping' tot de zondvloed: Genesis 1:2-7;10 De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag op de vloed,
en de Geest Gods zweefde over de wateren. 3 En God zeide: Er zij licht; en er was licht. 4 En God zag, dat het licht goed was, en God maakte scheiding tussen het licht en de duisternis. 5 En God noemde het licht dag, en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag. 6 En God zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren, en dit make scheiding tussen wateren en wateren. 7 En God maakte het uitspansel en Hij scheidde de wateren die onder het uitspansel waren, van de wateren die boven het uitspansel waren; en het was alzo. 8 En God noemde het uitspansel hemel. 10 En God noemde het droge aarde, en de samengevloeide wateren noemde Hij zeeën. En God zag,dat het goed was. Dit tijdperk begint met de 'herschepping' van de wereld in zes dagen en eindigt ongeveer 1650 jaar later met de zondvloed als Noach, zijn zonen en zijn vrouw weer hun voeten op aarde zetten. Dan begint het 3e tijdperk. De Here Jezus noemde dit de beginne: Mattheus 19:8 Hij zeide tot hen: Mozes heeft u met het oog op de hardheid uwer
harten toegestaan uw vrouwen weg te zenden, maar van den beginne is het zo niet geweest.
Derde tijdperk: loopt vanaf de zondvloed tot de geboorte van Jezus Christus: Genesis 8: 15,16 15 En God sprak tot Noach: 16 Ga uit de ark, gij en uw vrouw
en uw zonen en de vrouwen uwer zonen met u.
5
Mattheus 28:5-9 5 Weest gij niet bevreesd; want ik weet, dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. 6 Hij is hier niet, want Hij is opgewekt, gelijk Hij gezegd heeft; komt, ziet de plaats, waar Hij gelegen heeft. 7 En gaat terstond op weg en zegt zijn discipelen,dat Hij is opgewekt uit de doden. En zie, Hij gaat u voor naar Galilea; daar zult gij Hem zien. Zie, ik heb het u gezegd. 8 En zij gingen terstond weg van het graf, met vrees en grote blijdschap, en liepen haastig voort om het zijn discipelen te berichten. 9 En zie, Jezus kwam haar tegemoet en zeide: Weest gegroet. Johannes 19:30
de geest.
(Toen) zeide Hij: Het is volbracht! En Hij boog het hoofd en gaf
* Dit derde tijdperk loopt vanaf de zondvloed tot de kruisiging op Golgotha, waarin de wet centraal staat. Vierde tijdperk loopt vanaf hemelvaart tot de wederkomst: Handelingen 1:7-11 7 Hij zeide tot hen: Het is niet uw zaak de tijden of
gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft, 8 maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de Heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde. 9 En nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. 10 En toen zij naar de hemel staarden, terwijl Hij henenvoer, zie, twee mannen in witte klederen stonden bij hen, 11 die ook zeiden: Galileese mannen, wat staat gij daar en ziet op naar de hemel? Deze Jezus, die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen, als gij Hem ten hemel hebt zien varen.
Mattheus 24:27-51 27 Want gelijk de bliksem komt van het oosten en licht tot het westen, zo zal de komst van de Zoon des mensen zijn. 28 Waar het aas is, daar zullen de gieren zich verzamelen. 29 Terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar glans niet geven en de sterren zullen van de hemel vallen en de machten der hemelen zullen wankelen. 30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. 31 En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiterste der hemelen tot het andere. 32 Leert dan van de vijgeboom deze les: Wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten, weet gij daaraan, dat de zomer nabij is. 33 Zo moet ook gij, wanneer gij dit alles ziet, weten, dat het nabij is, voor de deur. 34 Voorwaar, Ik zeg u, dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt. 35 De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan. 36 Doch van die dag en van die ure weet niemand, ook de engelen der hemelen niet, ook de Zoon niet, maar de Vader alleen. 37 Want zoals het was in de dagen van Noach, zo zal de komst van de Zoon des mensen zijn. 38 Want zoals zij in die dagen voor de zondvloed waren, etende en drinkende, huwende en ten huwelijk gevende, tot op de dag, waarop Noach in de ark ging 39 en zij niets bemerkten, eer de zondvloed kwam en hen allen wegnam, zo zal ook de komst van de Zoon des mensen zijn. 40 Dan zullen er twee in het veld zijn, een zal aangenomen worden en een achtergelaten worden; 41 twee vrouwen zullen aan het malen zijn met de molen, een zal aangenomen worden, en een achtergelaten worden. 42 Waakt dan, want gij weet niet, op welke dag uw Here komt. 43 Maar weet dit: Als de heer des huizes geweten had, in welke nachtwaak de dief zou komen, hij zou gewaakt hebben en in zijn huis niet hebben laten inbreken. 44 Daarom, weest ook gij bereid, want op een uur, dat gij het niet verwacht, komt de Zoon des mensen. 45 Wie is dan de trouwe en verstandige slaaf, die de heer over zijn dienstvolk gesteld heeft om hun op tijd hun voedsel te geven? 46 Zalig die slaaf, die zijn heer bij zijn komst zo bezig zal vinden. 47 Voorwaar, Ik zeg u, dat hij hem over
6
al zijn bezit zal stellen. 48 Maar als die slaaf slecht was, en in zijn hart zou zeggen: 49 Mijn heer blijft uit, en hij zou beginnen zijn medeslaven te slaan en met de dronkaards zou eten en drinken, 50 dan zal de heer van die slaaf komen op een dag, dat hij het niet verwacht, en op een uur, 51 dat hij het niet weet, en hij zal hem folteren en hem in het lot der huichelaars doen delen. Daar zal het geween zijn en het tandengeknars. *Vierde tijdperk: loopt vanaf de hemelvaart tot de wederkomst van de Zoon des mensen op de Olijfberg, waarin de genade centraal staat. Het hoogtepunt van dit tijdperk is dus het kruis op Golgotha en de opstanding van de Here Jezus Christus ten derde dage, door dit grote offer zijn de gelovigen verlost en zijn vrij geworden en hun zonden vergeven. Het heil gaat naar de heidenen en totdat de gemeente Jezus Christus tegemoet gaat in de lucht heerst niet de wet maar de genade. Doordat Israël de uitgestoken hand van God niet heeft aanvaard is het heil naar de heidenen overgegaan. Hierdoor is Israël tijdelijk terzijde komen te staan. De gemeente heeft de opdracht door hun godvruchtig kleven Israël tot jaloezie te wekken. Er zal echter een tijd komen dat ze zich bekeren tot de Here en Hij een keer brengt in hun lot. Het heil overgegaan naar de heidenen. Door hun (Israël) val is het heil tot de heidenen gekomen, om Romeinen 11:11-15
hen ( Israël) tot naijver op te wekken. 12 Betekent nu hun val rijkdom voor de wereld en hun tekort rijkdom voor de heidenen, hoeveel te meer hun volheid! 13 Ik spreek tot u, heidenen. Juist omdat ik apostel der heidenen ben, acht ik dit de heerlijkheid van mijn bediening,14 dat ik zo mogelijk de naijver van mijn vlees (en bloed) mocht opwekken, en enigen uit hen behouden. 15 Want, indien hun verwerping de verzoening der wereld is, wat zal hun aanneming anders wezen dan leven uit de doden? Israël ter zijde gesteld en verstrooid onder de volken. Deuteronomium 28:15-68 15 Maar indien gij niet luistert naar de stem van
de Here, uw God, en niet al zijn geboden en inzettingen,die ik u heden opleg, naarstig onderhoudt,dan zullen de volgende vervloekingen alle over u komen en u treffen: 16 Vervloekt zult gij zijn in de stad en vervloekt op het veld. 17 Vervloekt zullen zijn uw mand en uw baktrog. 18 Vervloekt zal zijn de vrucht van uw schoot, de vrucht van uw bodem, de worp van uw runderen en de dracht van uw kleinvee. 19 Vervloekt zult gij zijn bij uw ingang en vervloekt bij uw uitgang. 20 De Here zal over u de vloek, de verwarring en de bedreiging doen komen in alles wat gij onderneemt en wat gij doet, totdat gij verdelgd wordt en snel te gronde gaat vanwege de slechtheid uwer daden, omdat gij Mij verlaten hebt. 21 De Here zal de pest aan u doen kleven, totdat zij u heeft weggevaagd uit het land, dat gij in bezit gaat nemen. 22 De Here zal u slaan met tering, koorts, brand, ontstekingen, droogte, brandkoren en honigdauw: zij zullen u vervolgen, totdat gij te gronde gaat. 23 Ook zal de hemel boven uw hoofd van koper zijn en de aarde onder u van ijzer. 24 De Here zal poeder en stof over uw land laten regenen; van de hemel zullen die op u neerdalen,totdat gij verdelgd zijt. 25 De Here zal u verslagen aan uw vijanden overleveren. Langs een enkele weg zult gij tegen hen optrekken, maar langs zeven wegen voor hen vluchten, zodat gij tot een schrikbeeld zult wezen voor alle koninkrijken der aarde. 26 Uw lijken zullen tot voedsel dienen voor al het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde, zonder dat iemand die opschrikt. 27 De Here zal u slaan met Egyptische zweren, met builen, uitslag en schurft, waarvan gij niet kunt genezen. 28 De Here zal u slaan met waanzin, verblinding en verstandsverbijstering, 29 Zodat gij op de middag rondtast, als een blinde in de duisternis; gij zult op uw wegen niet voorspoedig zijn, maar bij voortduring slechts verdrukt en beroofd worden, zonder dat iemand u redt. 30 Gij zult een vrouw ondertrouwen, maar een andere man zal haar beslapen. Gij zult een huis bouwen, maar het niet bewonen. Gij zult een wijngaard planten, maar de vrucht daarvan niet genieten. 31 Uw rund zal voor uw ogen geslacht worden, maar gij zult daarvan niet eten. Uw ezel zal in uw bijzijn geroofd worden, en niet tot u terugkeren. Uw
7
kleinvee zal aan uw vijanden worden gegeven, zonder dat iemand u te hulp komt. 32 Uw zonen en dochters zullen aan een ander volk worden overgeleverd, terwijl gij het met eigen ogen ziet, en de gehele dag naar hen smacht, zonder iets te kunnen doen. 33 Een volk, dat gij niet kent, zal de vrucht van uw bodem eten en alles waarvoor gij gezwoegd hebt; bij voortduring zult gij slechts verdrukt en vertrapt worden. 34 Gij zult waanzinnig worden vanwege het schouwspel, dat uw ogen zullen zien. 35 De Here zal u slaan met boze zweren aan de knieën en aan de dijen, waarvan gij niet kunt genezen; van uw voetzool af tot uw schedel toe. 36 De Here zal u en de koning, die gij over u hebt aangesteld, naar een volk voeren dat gij niet kendet, gij noch uw vaderen; aldaar zult gij andere goden dienen, hout en steen. 37 Gij zult een voorwerp van ontzetting worden, een spreekwoord en een spotrede onder alle volken, naar wier land de Here u wegvoert. 38 Veel zaad zult gij naar de akker brengen, maar weinig inzamelen, want de sprinkhaan zal het afvreten. 39 Wijngaarden zult gij planten en bewerken, maar geen wijn drinken of opleggen; want de worm zal eraan knagen. 40 Olijfbomen zult gij hebben in uw gehele gebied, maar u niet met olie zalven; want uw olijven zullen afvallen. 41Gij zult zonen en dochters verwekken, maar zij zullen u niet toebehoren, want zij zullen in gevangenschap gaan. 42 Van al uw geboomte en veldvruchten zullen de sprinkhanen zich meester maken. 43 Steeds meer zal de vreemdeling in uw midden u te boven gaan, terwijl gij al dieper zinkt. 44 Hij zal u te leen geven, maar gij niet aan hem; hij zal hoofd zijn, en gij staart. 45 Al deze vervloekingen zullen over u komen, u achtervolgen en u treffen, totdat gij verdelgd zijt, omdat gij niet geluisterd hebt naar de stem van de Here, uw God, en de geboden en inzettingen die Hij u opgelegd heeft, niet onderhouden hebt; 46 Zij zullen onder u tot een teken en wonder zijn, en onder uw nageslacht, voor altoos. 47 Omdat gij de Here, uw God, niet met vreugde en blijdschap gediend hebt vanwege al uw overvloed, 48 Zult gij de vijanden, die de Here tegen u zal doen optrekken, dienen, onder honger en dorst, in naaktheid en met gebrek aan alles; Hij zal een ijzeren juk op uw hals leggen, totdat Hij u verdelgd heeft. 49 De Here zal tegen u doen aanrukken een volk, dat van verre komt, van het einde der aarde, zoals een arend aanzweeft: een volk, waarvan gij de taal niet verstaat, 50 Een hardvochtig volk, dat geen grijsaard ontziet en geen knaap genade bewijst; 51 Dat de vrucht van uw vee en van uw bodem zal opeten, totdat gij verdelgd zijt; dat u geen koren, most of olie zal overlaten, noch de worp van uw runderen of de dracht van uw kleinvee, totdat het u te gronde gericht heeft. 52 Het zal u in het nauw brengen in al uw steden, totdat de hoge, versterkte muren vallen, waarop gij in uw gehele land vertrouwdet; ja, het zal u in het nauw brengen in al uw steden, in geheel het land dat de Here, uw God, u geven zal. 53 In de benardheid en benauwdheid, waarmede uw vijand u kwellen zal, zult gij de vrucht van uw eigen schoot eten, het vlees van de zonen en dochters, die de Here, uw God, u geven zal. 54 De meest verwekelijkte en verwende man onder u zal zijn broeder noch zijn eigen vrouw noch de kinderen, die hem nog resten, iets gunnen, 55 Zodat hij geen van hen iets zal willen geven van het vlees zijner kinderen, die hij eet, omdat uw vijand hem niets anders overgelaten heeft, in de benardheid en benauwdheid, waarmede deze u in al uw steden kwellen zal. 56 De verwekelijkte en verwende vrouw onder u, die van verwendheid en wekelijkheid het nooit gewaagd heeft haar voetzool op de grond te zetten, zal haar eigen man noch haar zoon en dochter iets gunnen, 57 Zelfs niet de nageboorte uit haar schoot noch de kinderen, die zij baart, want bij gebrek aan alles zal zij die in het geheim eten, in de benardheid en benauwdheid, waarmede uw vijanden u in uw steden kwellen zal. 58 Indien gij niet naarstig onderhoudt al de woorden der wet, die in dit boek geschreven zijn, en gij niet deze heerlijke, geduchte Naam, de Here, uw God vreest, 59 Dan zal de Here u en uw nageslacht ongemeen zwaar tuchtigen met felle, aanhoudende slagen en boze, aanhoudende ziekten. 60 Hij zal alle kwalen van Egypte, waarvoor gij bevreesd zijt, weer over u brengen, zodat zij aan u kleven. 61 Ook allerlei ziekten en slagen, die in het boek van deze wet niet beschreven zijn, zal de Here over u doen komen, totdat gij verdelgd zijt. 62 Met weinigen zult gij overblijven, terwijl gij talrijk geweest zijt als de sterren des hemels, omdat gij niet geluisterd hebt naar de stem van de Here, uw God. 63 Zoals de Here er behagen in had om u wel te doen en u talrijk te maken, zo zal de Here er behagen in hebben om u te gronde te richten en te verdelgen; en gij zult weggerukt worden uit het land, dat gij in bezit gaat nemen. 64 De Here zal u verstrooien
8
onder alle natiën van het ene einde der aarde tot het andere; aldaar zult gij andere goden dienen, die noch gij noch uw vaderen gekend hebben: hout en steen. 65 Gij zult onder die volken geen rust vinden noch een rustplaats voor uw voetzool; de Here zal u daar een bevend hart geven, ogen vol heimwee en een kwijnende ziel. 66 Zonder ophouden zal uw leven in gevaar verkeren; des nachts en des daags zult gij opschrikken en van uw leven niet zeker zijn. 67 Des morgens zult gij zeggen: Was het maar avond; en des avonds: Was het maar morgen. Vanwege de vrees, die uw hart vervult, en vanwege het schouwspel, dat uw ogen zien. 68 De Here zal u op schepen naar Egypte terugbrengen langs de weg, waarvan Ik u gezegd had: Gij zult die nooit weerzien; gij zult daar aan uw vijanden als slaven en slavinnen te koop aangeboden worden, maar er zal geen koper zijn. Wij weten vanuit de bijbel dat de eerste eeuw stond in het teken van overwinning en veel mensen aanvaarden Jezus Christus als hun verlossen, vele wonderen en tekenen werden door de eerste christenen ervaren. Later toen de gemeente van Jezus Christus een gevestigde kerk werd, ging met over om de Joden te vervolgen en te vermoorden. Vele miljoenen Joden zijn door de toenmalige Christenen gedood, met de leus dat de Joden de moordenaars waren van Jezus Christus. De opdracht om de Joden tot jaloezie te brengen werd niet meer begrepen. Tot en met 1945 werden de Joden op grote schaal vervolgt en vermoord, er zijn nog eens 6 miljoen in de tweede wereld oorlog vermoord en Hitler dacht God daar een eer mee te bewijzen. Vanaf dat moment zij er wederomgeboren Christenen ontwaakt en hebben omgezien naar de Joden, en hun liefde geuit naar dit zwaar vervolgde volk, mede hierdoor hebben vele Joden hun leven aan Jezus Christus gegeven. Er kwam een keer kwam in hun lot en vele duizenden Joden keerden naar het hun beloofde land terug. Wij zijn getuigen geworden dat God het woord in vervulling doet gaan wat Hij beloofd heeft aan zijn volk. In 1948 werd de staat Israël gesticht.
1 Wanneer dan al deze dingen over u komen, de zegen en de vloek, die ik u voorgehouden heb, en gij dit ter harte neemt te midden van al de volken, naar wier gebied de Here, uw God, u verdreven heeft, 2 En wanneer gij u dan tot de Here, uw God,bekeert en naar zijn stem luistert overeenkomstig alles wat ik u heden gebied, gij en uw kinderen, met geheel uw hart en met geheel uw ziel, 3 Dan zal de Here, uw God, in uw lot een keer brengen en Zich over u erbarmen; Hij zal u weer bijeenbrengen uit al de volken, naar wier gebied de Here, uw God, u verstrooid heeft. 4 Al waren uw verdrevenen aan het einde des hemels, de Here, uw God, zal u vandaar bijeenbrengen en vandaar halen; 5 De Here, uw God, zal u brengen naar het land, dat uw vaderen bezeten hebben, gij zult het bezitten en Hij zal u weldoen en u talrijker maken dan uw vaderen. 6 En de Here, uw God, zal uw hart en het hart van uw nakroost besnijden, zodat gij de Here, uw God, liefhebt met geheel uw hart en met geheel uw ziel, opdat gij leeft. 7 De Here, uw God, zal al deze vervloekingen op uw vijanden en uw haters leggen, die u vervolgd hebben. 8 Gij zult weer naar de stem des Heren luisteren en al zijn geboden volbrengen, die ik u heden opleg. 9 De Here, uw God, zal u in overvloed het goede schenken bij al het werk uwer handen, in de vrucht van uw schoot, in de vrucht van uw vee, in de vrucht van uw bodem, want de Here zal weer behagen in u hebben, u ten goede, zoals Hij behagen had in uw vaderen, 10 Wanneer gij naar de stem van de Here, uw God, luistert door zijn geboden en inzettingen te onderhouden, die in dit wetboek geschreven staan; wanneer gij u tot de Here, uw God, bekeert met geheel uw hart en met geheel uw ziel. Deuteronomium 30: 1-10
Wij hebben gezien dat het volk Israël een grote rol speelt in de wereld geschiedenis, en al wat er is gebeurd, dat de Here God niet om zijn volk heen gaat. Er ligt ook nog een belofte dat geheel Israël behouden zal worden.
25 Want, broeders, opdat gij niet eigenwijs zoudt zijn, wil ik u niet onkundig laten van dit geheimenis; een gedeeltelijke verharding is over Israël gekomen, totdat de volheid der heidenen binnengaat, 26 en aldus zal gans Israël behouden worden, gelijk geschreven staat: De Verlosser zal uit Sion komen,Hij zal goddeloosheden van Jakob Romeinen 11:26
9
afwenden. 27 En dit is mijn verbond met hen, wanneer Ik hun zonden wegneem. 28 Zij zijn naar het evangelie vijanden om uwentwil, naar de verkiezing zijn zij geliefden om der vaderen wil. 29 Want de genadegaven en de roeping Gods zijn onberouwelijk. 30 Want evenals gij eertijds aan God ongehoorzaam waart, maar nu ontferming hebt gevonden door hun ongehoorzaamheid, 31 zo zijn ook dezen nu ongehoorzaam geworden, opdat door de u betoonde ontferming ook zij thans ontferming zouden vinden. 32 Want God heeft hen allen onder ongehoorzaamheid besloten, om Zich over hen allen te ontfermen. 33 O diepte van rijkdom, van wijsheid en van kennis Gods, hoe ondoorgrondelijk zijn, zijn beschikkingen en hoe onnaspeurlijk zijn wegen! 34 Want: wie heeft de zin des Heren gekend? Of wie is Hem tot raadsman geweest 35 Of wie heeft Hem eerst iets gegeven, waarvoor hij vergoeding ontvangen moet 36 Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen: Hem zij de heerlijkheid tot in eeuwigheid! Amen. Voor de komst van Jezus Christus zal de gemeente Hem te gemoed gaan in de lucht, alvorens dat dit zal gaan gebeuren zullen zij die in Jezus Christus ontslapen zijn opstaan, En tezamen gaan we de Here tegemoet, in de lucht. Hoelang dat zij daar verblijven laat ik in het midden, maar wel heb ik daar een mening over. 1 Thessalonicenzen 4:15-17 15 Want dit zeggen wij u met een woord des Heren: wij, levenden, die achterblijven tot de komst des Heren, zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, 16 want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; 17 daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zo zullen wij altijd met de Here wezen. Daarna breekt bij de komst van Jezus Christus, als 'Zoon des mensen' en Hij Zijn voeten op de Olijfberg zet, het beloofde koninkrijk op aarde aan en begint het 5e tijdperk. Terwijl het volk van Israël als onderdanen in Zijn koninkrijk zullen zijn, zal de gemeente met Hem heersen.
3 Dan zal de Here uittrekken om tegen die volken te strijden, zoals Hij vroeger streed, ten dage van de krijg; 4 Zijn voeten zullen te dien dage staan op de Olijfberg, die voor Jeruzalem ligt aan de oostzijde; dan zal de Olijfberg middendoor splijten, oostwaarts en westwaarts, tot een zeer groot dal, en de ene helft van de berg zal noordwaarts wijken en de andere helft zuidwaarts. Zacharia 14: 3en 4
Vijfde tijdperk: of te wel het duizend jarig vrederijk, volledig herstel van Israël, satan gebonden.: Geen onderdeel van de goddelijke profetieën is meer aangevochten en verloochend dan de oprichting van het koninkrijk Gods op aarde. Wij willen de bijbel ook met betrekking tot deze dingen letterlijk nemen. Gods doel is Zijn koninkrijk, dat is ook het doel van de wederom geboorte.
3 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand wederom geboren wordt, kan hij het Koninkrijk Gods niet zien. 5 Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u,tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk Gods niet binnengaan. Johannes 3:3,5
1 En ik zag een engel nederdalen uit de hemel met de sleutel des afgronds en een grote keten in zijn hand; 2 en hij greep de draak, de oude slang, dat is de duivel en de satan, en hij bond hem duizend jaren, 3 en hij wierp hem in de afgrond en sloot en verzegelde die boven hem, opdat hij de volkeren niet meer zou verleiden, voordat de duizend jaren voleindigd waren; daarna moest hij voor een korte tijd worden losgelaten. 4 En Openbaringen 20: 1-5
10
ik zag tronen, en zij zetten zich daarop, en het oordeel werd hun gegeven; en (ik zag) de zielen van hen, die onthoofd waren om het getuigenis van Jezus en om het woord van God, en die noch het beest noch zijn beeld hadden aangebeden en die het merkteken niet op hun voorhoofd en op hun hand ontvangen hadden; en zij werden weder levend en heersten als koningen met Christus, duizend jaren lang. 5 De overige doden werden niet weder levend, voordat de duizend jaren voleindigd waren. Dit is de eerste opstanding. 6 Zalig en heilig is hij, die deel heeft aan de eerste opstanding: over hen heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters van God en van Christus zijn en zij zullen met Hem als koningen heersen, die duizend jaren. Mattheus 24 : 27-31 27 Want gelijk de bliksem komt van het oosten en licht tot het westen, zo zal de komst van de Zoon des mensen zijn. 28 Waar het aas is, daar zullen de gieren zich verzamelen. 29 Terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar glans niet geven en de sterren zullen van de hemel vallen en de machten der hemelen zullen wankelen. 30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. 31 En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiterste der hemelen tot het andere. In dit tijdperk zal de wet uitgaan van Sion. Israël zal de opdracht uitvoeren, waartoe de Here het volk al in: Exodus19:6 had geroepen!
5 Dan zult gij uit alle volken Mij ten eigendom zijn, want de ganse aarde behoort Mij. 6 En gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk. Exodus19: 5,6
Dan zullen de heidenvolken "God ter wille van Zijn ontferming gaan verheerlijken, gelijk geschreven staat". Romeinen 15:9-13 9 Dat de heidenen God ter wille van zijn ontferming gaan verheerlijken, gelijk geschreven staat: Daarom zal ik U loven onder de heidenen en uw naam met snarenspel prijzen. 10 En verder zegt Hij: Verheugt u, heidenen, met zijn volk. 11 En verder: Looft, al gij heidenen, de Here, en laten alle volken Hem prijzen 12 En verder zegt Jesaja: Komen zal de wortel van Isai, en Hij, die opstaat, om over de heidenen te regeren; op Hem zullen de heidenen hopen. 13 De God nu der hope vervulle u met louter vreugde en vrede in uw geloof, om overvloedig te zijn in de hoop, door de kracht des Heiligen Geestes. Handelingen 15: 16,17 16 Daarna zal Ik wederkeren en de vervallen hut van David weder opbouwen, en wat daarvan is ingestort, zal Ik weder opbouwen, en Ik zal haar weder oprichten, 17 opdat het overige deel der mensen de Here zoeke, en alle heidenen, over welke mijn naam is uitgeroepen, spreekt de Here, die deze dingen doet, De satan zal 1000 jaar gebonden zijn, totdat hij aan het eind van de 5e periode zal worden losgemaakt en weer zal uitgaan om de volkeren aan de vier hoeken der aarde te verleiden. De laatste opstand tegen God, door satan geleid roept het laatste oordeel op.
Openbaring 20: 7-10 En wanneer de duizend jaren voleindigd zijn, zal de satan uit zijn gevangenis worden losgelaten, 8 en hij zal uitgaan om de volkeren aan de vier hoeken der aarde te verleiden Gog en Magog, om hen tot de oorlog te verzamelen, en hun getal is als het zand der zee. 9 En zij kwamen op over de breedte der aarde en omsingelden de legerplaats der heiligen en de geliefde stad; en vuur daalde neder uit de hemel en verslond hen, 10 en de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in de poel van vuur en zwavel, waar ook het beest en de valse profeet zijn, en zij zullen dag en nacht gepijnigd worden in alle
11
eeuwigheden. 11 En ik zag een grote witte troon en Hem, die daarop gezeten was, voor wiens aangezicht de aarde en de hemel vluchtten, en geen plaats werd voor hen gevonden. 12 En ik zag de doden, de groten en de kleinen, staande voor de troon, en er werden boeken geopend. En nog een ander boek werd geopend, het (boek) des levens; en de doden werden geoordeeld op grond van hetgeen in de boeken geschreven stond, naar hun werken. 13 En de zee gaf de doden, die in haar waren, en de dood en het dodenrijk gaven de doden, die in hen waren, en zij werden geoordeeld, een ieder naar zijn werken. 14 En de dood en het dodenrijk werden in de poel des vuurs geworpen. Dat is de tweede dood: de poel des vuurs. 15 En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs. De volkeren zullen opkomen over de volle breedte van de aarde en de leger plaats van de heiligen en de geliefde stad (Jeruzalem) omsingelen. Dan grijpt God in! De duivel wordt geworpen in de poel van vuur en zwavel, waar ook het beest en de valse profeet zijn, die dag en nacht gepijnigd zullen worden in alle eeuwigheden. Het 5e tijdperk eindigt met het vergaan van hemel en aarde. Dan komt Gods afrekening: het gericht voor de grote witte troon. Met de grote witte troon is ook de tweede opstanding verbonden, de opstanding ten oordeel. Romeinen 2:9 9 Verdrukking en benauwdheid (zal komen) over ieder levend mens,
die het kwade bewerkt, eerst de Jood en ook de Griek;
12 maar de kinderen van het Koninkrijk zullen uitgeworpen worden in de buitenste duisternis; daar zal het geween zijn en het tandengeknars.
Mattheus 8: 12
2 Thessesalonisenzen 1:7-9 7 Bij de openbaring van de Here Jezus van de hemel met de engelen zijner kracht, 8 in vlammend vuur, als Hij straf oefent over hen,die God niet kennen en het evangelie van onze Here Jezus niet gehoorzamen. 9 Dezen zullen boeten met een eeuwig verderf, ver van het aangezicht des Heren en van de heerlijkheid zijner sterkte.,
41 Dan zal Hij ook tot hen, die aan zijn linkerhand zijn, zeggen: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, naar het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bereid is.
Mattheus 25:41
De doden zullen opstaan en geoordeeld worden. Over dat oordeel heeft God de sluier van de verborgenheid gelegd. Wij mensen zijn zo vlug geneigd om te oordelen, en willen hierbij graag Gods woorden gebruiken, maar dit is beslist niet de bedoeling.
29 De verborgen dingen zijn voor de Here, onze God, maar de geopenbaarde zijn voor ons en onze kinderen voor altijd, opdat wij al de woorden dezer wet volbrengen. Deuteronomium 29:29
De dood en het dodenrijk zullen in de poel des vuurs geworpen worden, de zgn. tweede dood. De Heer der Heren, onze God, Die in Jezus Christus Zich heeft geopenbaard komt toe alle lof, eer en aanbidding tot in alle eeuwigheid. Het vergaan van de tegenwoordige aarde zal tegelijkertijd een opgang betekenen van een nieuwe schepping en dan komen we aan het begin van de 6e periode. 6e periode: nieuwe hemel en aarde, nieuw Jeruzalem, 2e dood als laatste vijand opgeheven: Johannes zag "de heilige stad, een nieuw Jeruzalem, nederdalende uit de hemel van God, getooid als een bruid, die voor haar man versierd is. " Die stad heeft een hecht fundament. Er zal geen nacht meer zijn. De zon en de maan zijn niet meer nodig. De Here zal haar verlichten. De beschrijving van de 'nieuwe schepping' is indrukwekkend. Zoals er
12
verband bestaat tussen het lichaam van vernedering, waarin wij nu verkeren en het verheerlijkte lichaam.
21 die ons vernederd lichaam veranderen zal, zodat het aan zijn verheerlijkt lichaam gelijkvormig wordt, naar de kracht, waarmede Hij ook alle dingen Zich kan onderwerpen. Filippenzen 3:21
Er zal ook ongetwijfeld verband bestaan tussen de oude en de nieuwe aarde.
1 En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde,want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan, en de zee was niet meer. 2 En ik zag de heilige stad, een nieuw Jeruzalem, nederdalende uit de hemel, van God, getooid als een bruid, die voor haar man versierd is. 3 En ik hoorde een luide stem van de troon zeggen: Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal bij hen zijn, 4 en Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn noch rouw, noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan. 5 En Hij, die op de troon gezeten is, zeide: Zie, Ik maak alle dingen nieuw. En Hij zeide: Schrijf, want deze woorden zijn getrouw en waarachtig. Openbaringen 21: 1-5
De heerlijkheid van de nieuwe schepping wordt pas volkomen als "de poel, die brandt van vuur en zwavel: dit is de tweede dood" niet meer bestaat. De dood en het dodenrijk worden geworpen in die poel des vuurs. Dat maakt de tweede dood tot de laatste vijand. Wat gaat er met de laatste vijand gebeuren? Wanneer Jezus Christus het koningschap overdraagt aan God de Vader zal Hij alle heerschappij, alle macht en kracht onttroond hebben. De laatste vijand, die onttroond wordt is de dood. Na de onttroning van die laatste vijand zal de Zoon Zelf Zich onderwerpen aan Hem, Die Hem alles onderworpen heeft, opdat God zij "alles in allen".
1 Corinthiërs 15: 24 21 Want, dewijl de dood er is door een mens, is ook de opstanding der doden door een mens. 22 Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden. 23 Maar ieder in zijn eigen rangorde: Christus als eersteling, vervolgens die van Christus zijn bij zijn komst; 24 daarna het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader overdraagt, wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht onttroond zal hebben. 25 Want Hij moet als koning heersen, totdat Hij al zijn vijanden onder zijn voeten gelegd heeft. 26 De laatste vijand, die onttroond wordt, is de dood, 27 want alles heeft Hij aan zijn voeten onderworpen. Maar wanneer Hij zegt, dat alles onderworpen is,is blijkbaar Hij uitgezonderd, die Hem alles onderworpen heeft. 28 Wanneer alles Hem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf Zich aan Hem onderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen. Eschatologie wil de aandacht richten op de toekomst, maar dan zo dat het voor het heden praktische waarde heeft.
2 Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods en het is nog niet 1Johannes 3: 2,3 geopenbaard, wat wij zijn zullen; (maar) wij weten, dat, als Hij zal geopenbaard zijn, wij Hem gelijk zullen wezen; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is. 3 En een ieder, die deze hoop op Hem heeft, reinigt zich, gelijk Hij rein is. 7 Terwijl gij uitziet naar de openbaring van onze Here Jezus Christus. 1Corinthiers 1:7,8 8 Hij zal u ook bevestigen ten einde toe, zodat gij onberispelijk zult zijn op de dag van onze Here Jezus Christus. Filippenzen 1:6-10 6 Hiervan toch ben ik ten volle overtuigd, dat Hij,die in u een goed werk is begonnen, dit ten einde toe zal voortzetten, tot de dag van Christus Jezus.
13
7 Zo van u allen te denken spreekt voor mij dan ook vanzelf, omdat ik u op het hart draag, daar gij allen, zowel bij mijn gevangenschap als bij mijn verdediging en bevestiging van het evangelie, deelgenoten zijt van de mij verleende genade. 8 God toch is mijn getuige, hoezeer ik met de ontferming van Christus Jezus naar u allen verlang. 9 En dit bid ik, dat uw liefde nog steeds meer overvloedig moge zijn in helder inzicht en alle fijngevoeligheid, 10 om te onderscheiden, waarop het aankomt. Dan zult gij rein en onberispelijk zijn tegen de dag van Christus. 10 Omdat gij het bevel bewaard hebt om Mij te blijven verwachten, zal ook Ik u bewaren voor de ure der verzoeking, die over de gehele wereld komen zal, om te verzoeken hen, die op de aarde wonen. 11 Ik kom spoedig; houd vast wat gij hebt, opdat niemand uw kroon neme. Openbaringen 3:10,11
- Wanneer zal volgens de bijbel de wederkomst van Jezus Christus plaatsvinden? De wederkomst ligt in de toekomst. Dichtbij? Veraf! Zijn we in de laatste dagen of duurt het nog lang? In Mattheus waarschuwt Jezus Christus Zijn discipelen en geeft als antwoord op de vraag wanneer de stenen van de tempel zullen worden afgebroken en welk teken Zijn komst en de voleinding van de wereld inluiden. Dan zegt Hij als eerste: "zie toe, dat u niemand verleide" vers vier. Er is veel misleiding op het gebied van de datering van Zijn wederkomst. Jezus Christus zegt in Mattheus 24:29- 35 dat de Zoon des mensen komt na een grote verdrukking en met tekenen aan de hemel. En toch zegt hij er meteen bij : "Van die dag en ure weet niemand, ook de engelen der hemelen niet, ook de Zoon niet, maar de Vader alleen " vers zesendertig. 1 En Jezus ging de tempel uit en vertrok. En zijn discipelen Mattheus 24:1-14
kwamen tot Hem om Hem op de gebouwen van de tempel te wijzen. 2 En Hij antwoordde en zeide tot hen: Ziet gij dit alles niet? Voorwaar, Ik zeg u, er zal hier geen steen op de andere gelaten worden, die niet zal worden weggebroken. 3 Toen Hij op de Olijfberg gezeten was, kwamen zijn discipelen alleen tot Hem en zeiden: Zeg ons wanneer zal dat geschieden, en wat is het teken van uw komst en van de voleinding der wereld? 4 En Jezus antwoordde en zeide tot hen: Ziet toe, dat niemand u verleide! 5 Want velen zullen komen onder mijn naam en zeggen: Ik ben de Christus, en zij zullen velen verleiden. 6 Ook zult gij horen van oorlogen en van geruchten van oorlogen. Ziet toe, weest niet verontrust; want dat moet geschieden, maar het einde is het nog niet. 7 Want volk zal opstaan tegen volk, en koninkrijk tegen koninkrijk, en er zullen nu hier, dan daar, hongersnoden en aardbevingen zijn. 8 Doch dat alles is het begin der weeën. 9 Dan zullen zij u overleveren aan verdrukking en zij zullen u doden, en gij zult door alle volken gehaat worden om mijns naams wil. 10 En dan zullen velen ten val komen en zij zullen elkander overleveren en elkander haten. 11 En vele valse profeten zullen opstaan en velen zullen zij verleiden. 12 En omdat de wetsverachting toeneemt, zal de liefde van de meesten verkillen 13 Maar wie volhardt tot het einde, die zal behouden worden. 14 En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn. Mattheus 24:29-35 29 Terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar glans niet geven en de sterren zullen van de hemel vallen en de machten der hemelen zullen wankelen. 30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. 31 En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiterste der hemelen tot het andere. 32 Leert dan van de vijgeboom deze les: Wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten, weet gij daaraan, dat de zomer nabij is. 33 Zo moet ook gij, wanneer gij dit alles ziet, weten, dat het nabij is, voor de deur. 34 Voorwaar, Ik
14
zeg u, dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt. 35 De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan. 36 Doch van die dag en van die ure weet niemand, ook de engelen der hemelen niet, ook de Zoon niet, maar de Vader alleen. - Welke aanwijzingen geeft de bijbel over wat er bij de wederkomst en opstanding gaat gebeuren? In Mattheus 24 spreekt Jezus Christus over drie dingen: 1. de verwoesting van Jeruzalem 2. de verdrukking 3. Zijn wederkomst Onder kosmische tekenen komt Hij terug om over de volken recht te spreken. Hij zendt Zijn engelen uit, die de maaiers bij de wereld oogst zijn, om Zijn uitverkorenen bijeen te vergaderen.
30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen Mattheus 24:30-31 aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. 31 En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiterste der hemelen tot het andere. Mattheus 25: 31-33 31 Wanneer dan de Zoon des mensen komt in zijn heerlijkheid en al de engelen met Hem, dan zal Hij plaats nemen op de troon zijner heerlijkheid. 32 En al de volken zullen voor Hem verzameld worden, en Hij zal ze van elkander scheiden, zoals de herder de schapen scheidt van de bokken, 33 en Hij zal de schapen zetten aan zijn rechterhand en de bokken aan zijn linkerhand. Er zal een herkenning van Hem zijn bij al de geslachten van Israël.
10 Ik zal over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem uitgieten de Geest der genade en der gebeden; zij zullen hem aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over hem een rouwklacht aanheffen als de rouwklacht over een enig kind, ja,zij zullen over hem bitter leed dragen als het leed om een eerstgeborene. 11 Te dien dage zal in Jeruzalem de rouwklacht groot zijn, zoals de rouwklacht van Hadadrimmon in het dal van Megiddo; 12 Het land zal een rouwklacht aanheffen, alle geslachten afzonderlijk; het geslacht van het huis van David afzonderlijk en hun vrouwen afzonderlijk, het geslacht van het huis van Natan afzonderlijk en hun vrouwen afzonderlijk, 13 Het geslacht van het huis van Levi afzonderlijk en hun vrouwen afzonderlijk; het geslacht van Simi afzonderlijk en hun vrouwen afzonderlijk; 14 Alle overige geslachten, alle geslachten afzonderlijk en hun vrouwen afzonderlijk.
Zacharia 12: 10-14
Er zal herkenning zijn bij alle geslachten der aarde. Mattheus 24:30 30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. Wederzijdse herkenning is onwaarschijnlijk, omdat mensen die aan de toekomende eeuw deel krijgen, niet huwen en niet ten huwelijk genomen worden, maar als engelen van God zullen zijn en voor Hem leven. Jezus Christus doet voorkomen bij de gelijkenis van de arme en de rijke man dat er wel herkenning is. Hoe het ook zal zijn, maar één ding weten wij wel, het zal een zéér fijne tijd zijn.
15
30 Immers, in de opstanding huwen zij niet en worden zij niet ten huwelijk genomen, maar zij zijn als engelen in de hemel. Mattheus 22:30
34 En Jezus zeide tot hen: De kinderen dezer eeuw huwen en worden ten huwelijk genomen,35 maar die waardig gekeurd zijn deel te verkrijgen aan die eeuw en aan de opstanding uit de doden, huwen niet en worden niet ten huwelijk genomen. 36 Want zij kunnen niet meer sterven; immers, zij zijn aan de engelen gelijk en zij zijn kinderen Gods, omdat zij kinderen der opstanding zijn. 37 Maar dat de doden opgewekt worden, heeft ook Mozes bij de braamstruik aangeduid, waar hij de Here noemt de God van Abraham en de God van Isaak en de God van Jakob. 38 Hij is niet een God van doden, maar van levenden, want voor Hem leven zij allen. Lucas 20:36- 38
22 Het geschiedde, dat de arme stierf en door de engelen gedragen werd in Abrahams schoot. 23 Ook de rijke stierf en hij werd begraven. En toen hij in het dodenrijk zijn ogen opsloeg onder de pijnigingen, zag hij Abraham van verre en Lazarus in zijn schoot. 24 En hij riep en zeide: Vader Abraham, heb medelijden met mij en zend Lazarus opdat hij de top van zijn vinger in water dope en mijn tong verkoele, want ik lijd pijn in deze vlam.25 Maar Abraham zeide: Kind, herinner u, hoe gij het goede tijdens uw leven hebt ontvangen en insgelijks Lazarus het kwade; nu wordt hij hier vertroost en gij lijdt pijn. 26 En bij dit alles, er is tussen ons en u een onoverkomelijke kloof, opdat zij, die vanhier tot u zouden willen gaan, dit niet zouden kunnen, en zij vandaar niet aan onze kant zouden kunnen komen. 27 Doch hij zeide: Dan vraag ik u, vader, dat gij hem naar het huis van mijn vader zendt, want ik heb vijf broeders. 28 Laat hij hen dan ernstig waarschuwen, dat ook zij niet in deze plaats der pijniging komen. 29 Maar Abraham zeide: Zij hebben Mozes en de profeten, naar hen moeten zij luisteren. 30 Doch hij zeide: Neen, vader Abraham, maar indien iemand van de doden tot hen komt, zullen zij zich bekeren. 31 Doch hij zeide tot hem: Indien zij naar Mozes en de profeten niet luisteren zullen zij ook, indien iemand uit de doden opstaat, zich niet laten gezeggen. Lucas 16:22-31
Een ander gedeelte dat de opstanding en wederkomst centraal stelt is: 1 Thessalonicenzen 4. Ook hier wordt gezegd dat de Here op de stem van een aartsengel en met de bazuin van God zal neerdalen uit de hemel. In plaats van een voorafgaande opstanding is hier sprake van gelijktijdigheid van wederkomst en opstanding. Op Gods bazuingeschal daalt Jezus Christus neer en op Zijn roepstem staan de doden op.
13 Doch wij willen u niet onkundig laten, broeders,wat betreft hen, die ontslapen, opdat gij niet bedroefd zijt, zoals de andere (mensen), die geen hoop hebben. 14 Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal God ook zo hen, die ontslapen zijn, door Jezus wederbrengen met Hem. 15 Want dit zeggen wij u met een woord des Heren: wij, levenden, die achterblijven tot de komst des Heren, zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, 16 want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; 17 daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zo zullen wij altijd met de Here wezen. 18 Vermaant elkander dus met deze woorden. 1 Thessalonicenzen 4: 13-18
1 Maar over de tijden en gelegenheden, broeders, is het niet nodig, dat u geschreven wordt: 2 immers, gij weet zelf zeer goed, dat de dag des Heren zo komt, als een dief in de nacht. 3 Terwijl zij zeggen: het is (alles) vrede en rust, overkomt hun, als de weeën een zwangere vrouw, een plotseling verderf, en zij zullen geenszins ontkomen. 4 Maar gij, broeders, zijt niet in de duisternis, zodat die dag u als een dief overvallen zou: 5 want gij zijt allen kinderen des lichts en kinderen des dags. Wij behoren niet aan nacht of duisternis toe; 6 laten wij dan ook niet slapen gelijk de anderen,
1 Thessalonicenzen 5: 1-11.
16
doch wakker en nuchter zijn. 7 Want die slapen, slapen des nachts en die zich bedrinken, zijn des nachts dronken, 8 maar laten wij, die de dag toebehoren, nuchter zijn, toegerust met het harnas van geloof en liefde en met de helm van de hoop der zaligheid; 9 want God heeft ons niet gesteld tot toorn, maar tot het verkrijgen van zaligheid door onze Here Jezus Christus, 10 die voor ons gestorven is, opdat wij, hetzij wij waken, hetzij wij slapen, tezamen met Hem zouden leven. 11 Vermaant daarom elkander en bouwt elkander op, gelijk gij dit ook doet. 1 Corinthiërs 15:20-24 20 Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden, als eersteling van hen, die ontslapen zijn. eersteling van hen, die ontslapen zijn. 21 Want, dewijl de dood er is door een mens, is ook de opstanding der doden door een mens. 22 Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden. 23 Maar ieder in zijn eigen rangorde: Christus als eersteling, vervolgens die van Christus zijn bij zijn komst; 24 daarna het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader overdraagt, wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht onttroond zal hebben. - Wat is de bestemming van de gelovigen bij de wederkomst? Bij Zijn wederkomst zullen de levenden samen met de opgewekten opgenomen worden "de Here tegemoet". (1Thessalonicenzen 4: 17) Dat duidt er op dat zij de van de hemel weerkomende Jezus Christus als het ware omringen en Hem de heerlijkheid geven op de dag van Zijn wederkomst met grote kracht en heerlijkheid (Mattheus 24:30), overeenkomstig de roep in de gelijkenis van de wijze en dwaze maagden: "Ziet de Bruidegom komt, gaat Hem tegemoet!" (Mattheus 25:6) Het feit dat die roep te middernacht gehoord wordt, onderstreept opnieuw dat Zijn komst onverwachts is en dat wij dus altijd gereed moeten zijn. Want om die reden zal de knecht die zo handelt, bij de komst van zijn heer zalig gesproken worden. (Lucas 12:35-38)
17 daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zo zullen wij altijd met de Here wezen. 1 Thessalonicenzen 4: 17
30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. Mattheus 24:30
6 En midden in de nacht klonk een geroep: De bruidegom, Mattheus 25:6 zie, gaat uit hem tegemoet! 7 Toen stonden al die maagden op en brachten haar lampen in orde. 35 Laten uw lendenen omgord zijn en uw lampen brandende. 36 En gij, weest gelijk aan mensen, die op hun heer wachten, wanneer hij van de bruiloft wederkeert, om hem, als hij komt en klopt, terstond te kunnen opendoen. 37 Zalig die slaven, die de heer bij zijn komst wakende zal aantreffen. Voorwaar, Ik zeg u, hij zal zich omgorden en hen aan tafel nodigen, en bij hen komen om hen te bedienen. 38 En wanneer hij in de tweede of in de derde nachtwake komt en hen zo aantreft, zalig zijn zij. Lucas 12:35-38
- Waaruit bestaat de waakzaamheid van de gelovigen? De waakzaamheid bestaat uit waken, bidden en gereed zijn.
33 Ziet toe, blijft waakzaam. Want gij weet niet, wanneer het de tijd is. 34 Gelijk een mens, die buitenslands ging, zijn huis overliet en aan zijn slaven volmacht gaf, aan ieder zijn werk, en de deurwachter opdroeg te waken. 35 Waakt dan, want gij weet niet, wanneer de heer des huizes komen zal, laat in de avond of te middernacht, bij het hanegekraai of des morgens vroeg, 36 opdat hij niet, als hij plotseling komt, u slapende Marcus 13:33 -37
17
vinde. 37 Wat Ik u zeg, zeg Ik allen: Waakt! 1 Dan zal het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met tien maagden, die haar lampen namen en uittrokken, de bruidegom tegemoet. 2 En vijf van haar waren dwaas en vijf waren wijs. 3 Want de dwaze namen haar lampen mede, maar geen olie; 4 doch de wijze namen olie in haar kruiken, met haar lampen. 5 Terwijl de bruidegom uitbleef, werden zij allen slaperig en sliepen in. 6 En midden in de nacht klonk een geroep: De bruidegom, zie, gaat uit hem tegemoet! 7 Toen stonden al die maagden op en brachten haar lampen in orde. 8 En de dwaze zeiden tot de wijze: Geeft ons van uw olie, want onze lampen gaan uit. 9 Maar de wijze antwoordden en zeiden: Neen, er mocht niet genoeg zijn voor ons en voor u; gaat liever naar de verkopers en koopt voor uzelf. 10 Doch terwijl ze heengingen om te kopen, kwam de bruidegom, en die gereed waren, gingen met hem de bruiloftszaal binnen, en de deur werd gesloten. 11 Later kwamen ook de andere maagden en zeiden: Heer, heer, doe ons open! 12 Maar hij antwoordde en zeide: Voorwaar, ik zeg u, ik ken u niet. 13 Waakt dan, want gij weet de dag noch het uur. 30 En werpt de onnutte slaaf uit in de buitenste duisternis. Daar zal het geween zijn en het tandengeknars. Mattheus 25: 1- 13,30
Mattheus 24:42
42 Waakt dan, want gij weet niet, op welke dag uw Here komt.
Lucas 21:36 36 Waakt te allen tijde, biddende, dat gij in staat moogt wezen te ontkomen aan alles wat geschieden zal, en gesteld te worden voor het aangezicht van de Zoon des mensen.
4 Maar gij, broeders, zijt niet in de duisternis, zodat 1 Thessalonicenzen 5:6 die dag u als een dief overvallen zou: 5 want gij zijt allen kinderen des lichts en kinderen des dags. Wij behoren niet aan nacht of duisternis toe; laten wij dan ook niet slapen gelijk de anderen, doch wakker en nuchter zijn. Wat betekent het om waakzaam te zijn? Het betekent geestelijk voortdurend alert en wakker zijn. We moeten letten op het ontvouwen van Zijn plan, letten op de ontwikkelingen in de wereld, op de strategie van de vijand en op onze eigen harten. Uit een dergelijke waakzaamheid komt echt gebed voort. Als je niet wakker bent, slaap je dus en weet je niet wat er om je heen gebeurt. Het betekent dat sommigen niet zullen ontkomen aan wat er op de aarde gebeurt tijdens de wederkomst. De wederkomst is immers ontzettend belangrijk! Niet voor niets eindigen de meeste gelijkenissen, waarin het koninkrijk van God wordt voorgesteld in de wederkomst. Op elke 30 verzen in het Nieuwe Testament spreekt er één over de wederkomst. - Hoe zullen de gelovigen na de opstanding zijn? Jezus Christus zegt van de mensen die tot het eeuwige leven opstaan: - "Zij zijn als engelen van God in de hemel". Dat zegt niet alleen iets over het verschil tussen dit en het eeuwige leven, maar ook over de heerlijkheid die de gelovigen dan zullen ontvangen. Het beeld en de gelijkenis van God in het leven van de opgestane mens zullen met Hem hersteld zijn. - "wij zullen Hem gelijk
wezen."
Zullen wij dan 'goden' worden? Nee! Juist het feit dat Johannes schrijft: "wij zullen Hem zien... " ; dit bewijst dat er verschil bestaat tussen God en ons. Paulus schrijft: "En gelijkerwijs wij het beeld van de aardse gedragen hebben, zo
zullen wij ook het beeld van de hemelse dragen."
18
Wij worden aan Jezus Christus' verheerlijkt lichaam gelijkvormig gemaakt. Vlees en bloed
beërven het Koninkrijk van God niet, het verderfelijke wordt afgelegd en het sterfelijke wordt door het leven verslonden.
Het lichaam dat gezaaid is in de dood zal God in de opstanding als een wonder 'geestelijk' opwekken.
30 Immers, in de opstanding huwen zij niet en worden zij niet ten huwelijk genomen, maar zij zijn als engelen in de hemel. Mattheus 22:30
2 Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods en het is nog niet geopenbaard, wat wij zijn zullen; (maar) wij weten, dat, als Hij zal geopenbaard zijn, wij Hem gelijk zullen wezen; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is. 1 Johannes 3:2
1 Corinthiërs 15:50- 54 50 Dit spreek ik evenwel uit, broeders: vlees en bloed kunnen het Koninkrijk Gods niet beërven en het vergankelijke beërft de onvergankelijkheid niet. 51 Zie, ik deel u een geheimenis mede. Allen zullen wij niet ontslapen, maar allen zullen wij veranderd worden, 52 in een ondeelbaar ogenblik, bij de laatste bazuin, want de bazuin zal klinken en de doden zullen onvergankelijk opgewekt worden en wij zullen veranderd worden. 53 Want dit vergankelijke moet onvergankelijkheid aandoen en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen. 54 En zodra dit vergankelijke onvergankelijkheid aangedaan heeft, en dit sterfelijke onsterfelijkheid aangedaan heeft, zal het woord werkelijkheid worden, dat geschreven is: De dood is verzwolgen in de overwinning.
49 En gelijk wij het beeld van de stoffelijke gedragen hebben, zo zullen wij het beeld van de hemelse dragen.
1 Corinthiërs 15:49
1 Corinthiërs 15:36-44 Wat gij zelf zaait, wordt niet levend, of het moet gestorven zijn, 37 en als gij zaait, zaait gij niet het toekomstige lichaam, maar slechts een korrel, bijvoorbeeld van koren, of van iets anders. 38 Maar God geeft er een lichaam aan, gelijk Hij dat gewild heeft, en wel aan elk zaad zijn eigen lichaam. 39 Alle vlees is niet hetzelfde, maar dat van mensen is anders dan dat van beesten, en het vlees van vogels weer anders dan dat van vissen. 40 Er zijn hemelse en aardse lichamen, maar de glans der hemelse is anders dan die der aardse. 41 De glans der zon is anders dan die der maan en der sterren, want de ene ster verschilt van de andere in glans. 42 Zo is het ook met de opstanding der doden. Er wordt gezaaid in vergankelijkheid, en opgewekt in onvergankelijkheid; 43 er wordt gezaaid in oneer, en opgewekt in heerlijkheid; er wordt gezaaid in zwakheid, en opgewekt in kracht. 44 Er wordt een natuurlijk lichaam gezaaid, en een geestelijk lichaam opgewekt Is er een natuurlijk lichaam, dan bestaat er ook een geestelijk lichaam. - Is de verheerlijking beperkt tot alleen de gelovigen? God verheerlijkt Zijn gehele geschonden schepping. De laatste hoofdstukken van Openbaringen en gedeelten uit 1 Corinthiërs 15 staan in het teken van Genesis 1 en 2. Jezus Christus' vernieuwend werk is niet beperkt tot de mensen. God wil wat op de aarde is en wat in de hemelen is tot één vergaderen, in Jezus Christus. De schepping wordt vrijgemaakt van de slavernij aan het verderf. God laat de hele schepping mee getuigen van Zijn Zoon Jezus Christus' heerlijkheid, die de heerlijkheid van de zijnen is, God woont tenslotte bij Zijn volk, in het nieuwe Jeruzalem, dat Zijn heerlijkheid vertoont samen met het lam Jezus Christus en zo zal Hij zijn: "alles in allen" .
20 en door Hem, vrede gemaakt hebbende door het bloed zijns kruises, alle dingen weder met Zich te verzoenen, door Hem, hetzij wat op de aarde,hetzij wat in de hemelen is.
Colossenzen 1 :20
19
9 door ons het geheimenis van zijn wil te doen kennen, in overeenstemming met het welbehagen, dat Hij Zich in Hem had voorgenomen, 10 om, ter voorbereiding van de volheid der tijden, al wat in de hemelen en op de aarde is onder een hoofd, dat is Christus, samen te vatten. Efezieërs 1: 9, 10
Romeinen 8:21, 22 21 in hope echter, omdat ook de schepping zelf van de dienstbaarheid aan de vergankelijkheid zal bevrijd worden tot de vrijheid van de heerlijkheid der kinderen Gods. 22 Want wij weten, dat tot nu toe de ganse schepping in al haar delen zucht en in barensnood is.
20