Coöperatief leren
Binnen en buitenkring
Voorbereiding - onderwerp bedenken
Voor de leerkracht
Van groep 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8
- nadenken over de organisatie
Stappen:
Doel
De leerlingen staan in twee concentrische cirkels. Doordat de leerling in één van de kringen roteren, ontstaan er steeds nieuwe tweetallen.
Interpersoonlijk: Klasbouwer, Sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen.
Stap 1. Leerlingen vormen twee kringen
Onderwijskundig: Beheersing, informatie uitwisselen, denkvaardigheden en informatie presenteren.
De leerlingen staan in een kring. Twee leerlingen naast elkaar gaan tegenover elkaar staan, waarbij er één in de cirkel blijft en de ander naar voren stapt en zich omdraait. Zo ontstaan een binnenkring en een buitenkring.
Organisatievorm
Stap 2. In elk tweetal praat een leerling
De kring Gebruik tips Binnen buiten kring kan gebruikt worden bij vele verschillende vakken. Het kan gebruikt worden om de voorkennis te activeren, informatie te verwerken en om te evalueren. Ook kan het gebruikt worden bij het weekend bespreken. Voorbeelden: De leerlingen evalueren de les. Wat hebben de leerlingen de vorige keer gedaan? De leerlingen stellen vragen en beantwoorden deze over de huidige lesstof.
De leerlingen uit de binnenkring vertellen iets naar aanleiding van een vraag/opdracht van de leraar of een vragenkaart. Zij krijgen eerst DenkTijd. Stap 3. Leerlingen wisselen van rol De leerlingen uit de buitenkring doen hetzelfde. Wanneer de leerlingen klaar zijn steken ze hun hand op, zo kan de leerkracht zien wie er klaar is. Stap 4. Leerlingen roteren Een kring gaat een door de leraar aangegeven aantal plaatsen verder staan (klokrichting). Stap 5. Opnieuw stap 3 – 4 – 5 Stap 6. Evalueren
Coöperatief leren
Genummerde koppen bij elkaar Voorbereiding - probleem bedenken
Voor de leerkracht
Van groep 4, 5, 6, 7 en 8
- de groepjes samenstellen
Stappen:
- de leerlingen nummers geven
De leerlingen in een groepje of team overleggen samen om een antwoord op de vraag van de leerkracht te krijgen. Iedereen is alert want zijn of haar nummer kan genoemd worden door de leerkracht. Dit nummer geeft dan het antwoord van het hele team.
Doel Interpersoonlijk: Teambouwer , Sociale vaardigheden oefenen, communicatie vaardigheden oefenen en besluitvorming. Onderwijskundig: Beheersing, procedureel leren, informatie uitwisselen, denkvaardigheden en informatie presenteren. Organisatievorm In groepjes
Gebruik tips Genummerde koppen bij elkaar kan gebruikt worden bij vele verschillende vakken. Het kan gebruikt worden om de voorkennis te activeren en informatie te verwerken. Voorbeelden: Een probleem uit de vorige lesstof naar voren halen Een probleem uit de huidige lesstof naar voren halen.
Stap 1. De leerkracht stelt een vraag De leerlingen zitten in hun eigen groepje. Ze hebben allemaal een nummer (1 t/m 4). De leerkracht stelt een vraag en geeft de leerlingen denktijd. Dan schrijven de leerlingen individueel hun antwoord op. Stap 2. ‘Koppen bij elkaar’ De leerlingen steken hun ‘koppen bij elkaar’ , bespreken hun antwoorden en coachen elkaar. Wanneer ze het eens zijn gaan ze weer goed zitten, zodat de leerkracht weet dat ze klaar zijn. Stap 3. Nummer noemen De leerkracht noemt een nummer van één van de vier leerlingen in het groepje (bijvoorbeeld groepje van Bart, nummer 2). Stap 4. Complimenteren Zowel de leerkracht als de leerlingen uit het team complimenteren de leerling die het juiste antwoord heeft genoemd. Stap 5. Evalueren
Coöperatief leren
Mix en Koppel
Voorbereiding - Kaartjes maken of materialen klaar leggen.
Doel Interpersoonlijk: Klasbouwer, sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen. Onderwijskundig: Beheersing, procedureel leren, denkvaardigheden en informatie presenteren. Organisatievorm De kring
Voor de leerkracht Van groep 1, 2 en 3
Stappen: De leerlingen krijgen allemaal een kaartje of een ander materiaal. Ze gaan op zoek naar een andere leerling die een kaartje heeft die bij hun kaartje of materiaal past. Stap 1. Leerlingen krijgen hun kaartjes De leerlingen zitten in een kring. Ze krijgen allemaal een kaartje. Stap 2. Zoeken van hun partner De leerlingen staan op en zoeken in de kring naar de leerlingen met hetzelfde kaartje. Dit doen ze door elkaar aan te spreken en elkaars kaartje te bekijken.
Gebruik tips
Stap 3. Verder zoeken
Mix en Koppel kan worden ingezet bij vele verschillende activiteiten.
Wanneer de kaartjes niet bij elkaar passen zoeken de leerlingen verder.
Het kan gebruikt worden om voorkennis te activeren en bij de zelfstandige verwerking. Voorbeelden: Tegenstelling/ hetzelfde Dezelfde beginletter bij het woord Dezelfde lengtes bij elkaar zoeken Dezelfde vormen of kleuren bij elkaar zoeken Woord bij het juiste plaatje zoeken Het juiste antwoord bij de som zoeken
Stap 4. De kaartjes passen bij elkaar Wanneer de leerlingen met hetzelfde kaartje elkaar hebben gevonden, gaan ze weer op hun eigen plek zitten. De leerlingen onthouden zelf wie bij wie hoorde. Stap 5. Bespreken De leerkracht bespreekt met de leerlingen wie bij wie hoorde en hoe ze daarachter kwamen. Stap 6. Evalueren
Coöperatief leren
Mix en Ruil
Voorbereiding
Voor de leerkracht Van groep 7 en 8
- kaartjes maken
Doel Interpersoonlijk: Klasbouwer, sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen. Onderwijskundig: Beheersing, procedureel leren, informatie uitwisselen, denkvaardigheden en informatie presenteren. Organisatievorm De leerlingen zitten op hun eigen plek of lopen door het lokaal
Stappen: Leerlingen lopen door het lokaal en ondervragen een partner, worden door een partner ondervraagd en ruilen dan hun kaartjes. De procedure wordt herhaald met een andere partner. Stap 1. De leerlingen lopen door de klas en zoeken een partner. De leerlingen lopen door de groep en zoeken een partner, zodat ze een tweetal kunnen vormen. Dit doen ze door, wanneer ze geen partner hebben, hun hand omhoog te steken. De leerlingen kunnen dan goed zien welke leerlingen geen partner hebben. Stap 2. Ondervragen
Gebruik tips Mix en Koppel kan worden ingezet bij vele verschillende activiteiten. Het kan gebruikt worden om de voorkennis te activeren en bij de zelfstandige verwerking. Voorbeelden: Topografie - land en hoofdstad Woordenschat - betekenis en plaatje Rekenen - Som en antwoord Taal - Gezegde en betekenis
Leerling A ondervraagt leerling B, leerling B geeft antwoord, leerling A prijst of coacht. Hierna wisselen de leerlingen van rol. Stap 3. Ruilen De partners ruilen hun kaarten met elkaar en gaan opzoek naar een nieuwe partner. Stap 4. Opnieuw stap 1 – 2 – 3 Stap 5. Evalueren
Coöperatief leren
Rondpraat
Voorbereiding
Voor de leerkracht
Van groep 3, 4, 5, 6, 7 en 8
- probleem bedenken - de groepjes samenstellen
Doel Interpersoonlijk: Teambouwer, sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen. Onderwijskundig: Beheersing, procedureel leren, informatie uitwisselen, denkvaardigheden en informatie presenteren. Organisatievorm In groepjes
Gebruik tips Rondpraat kan worden ingezet bij vele verschillende activiteiten. Het kan gebruikt worden bij het activeren van voorkennis, uitleggen van nieuwe lesstof , begeleide in oefening en bij de zelfstandige verwerking. Voorbeelden: Wat weten we al over dit onderwerp? Hoe kunnen we voorkomen dat dit weer gebeurt? Welke regels worden gebruikt bij het schrijven van dit
Stappen: De leerkracht geeft een probleem waarbij meerdere oplossingen zijn. De leerlingen geven in een tweetal of in hun groepje om de beurt hun antwoord.
Stap 1. Probleem en denktijd De leraar geeft een probleem waar meerdere oplossingen voor zijn, of een vraag waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn. Hierna geeft hij of zij de leerlingen denktijd. Stap 2. Oplossing De leerlingen noemen om de beurt een antwoord of oplossing. Dit doen ze op een fluistertoon. Tussendoor geven de leerlingen elkaar feedback. Stap 3. Bespreken De leerkracht vraagt aan verschillende leerlingen wat hun antwoord is en hoe ze bij dit antwoord zijn gekomen. Stap 4. Evalueren
Coöperatief leren
Tweetal Coach
Voorbereiding
Voor de leerkracht
Van groep 4, 5, 6, 7 en 8
- Opdracht bedenken - Tweetallen maken
Doel Interpersoonlijk: Sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen. Onderwijskundig: Beheersing, procedureel leren, informatie uitwisselen en denkvaardigheden. Organisatievorm
Stappen: De leerlingen werken in tweetallen en lossen om de beurt een probleem op. Stap 1. Leerlingen zitten in tweetallen De leerlingen werken samen met een leerling waar ze naast zitten. Stap 2. Eerste opdracht: leerling A werk, leerling B coacht
In tweetallen. Het liefste kinderen die naast elkaar zitten i.v.m. het blaadje doorschuiven.
Er is een reeks/ rijtje/ lijstje opdrachten nodig van het type waarbij maar één juist antwoord is. Coachen = minimaal een check op het juiste antwoord. Als het nodig is: een tip geven over de manier van oplossen (het antwoord wordt niet gegeven).
Gebruik tips
Stap 3. Tweede opdracht: leerling B werkt, leerling a coacht
Tweetal Coach kan worden ingezet bij vele verschillende activiteiten. Het kan gebruikt worden bij het activeren van de voorkennis, begeleide in oefening, en zelfstandige verwerking. Voorbeelden: De leerlingen maken samen een activiteit van een werkblad of werkboekje.
Hetzelfde als stap 2 maar dan andersom. Stap 4. Telkens opnieuw stap 2 – 3 Stap 5. Evalueren
Coöperatief leren
Tweetal vergelijk
Voorbereiding
Voor de leerkracht
Van groep 4, 5, 6, 7 en 8
- opdracht bedenken - Tweetallen maken
Doel Interpersoonlijk: Team bouwer, Sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen. Onderwijskundig: Beheersing, informatie uitwisselen en denkvaardigheden. Organisatievorm
Stappen: In tweetallen geven de leerlingen meerdere reacties op een vraag, vergelijken deze reacties met een ander tweetal en bedenken samen nog meer antwoorden. Stap 1. Leraar geeft opdracht De leraar geeft een opdracht of stelt een vraag waarop meerdere korte antwoorden mogelijk zijn. Stap 2. Tweetal: ideeën/ antwoorden
In groepjes
Leerlingen die naast of dichtbij elkaar zitten bedenken en noteren ideeën of antwoorden.
Gebruik tips
Stap 3. Twee tweetallen: vergelijken
Tweetal vergelijk kan worden ingezet bij een rekenles, taalles of zaakvak. Het kan gebruikt worden bij het uitleggen van nieuwe lesstof en de zelfstandige verwerking. Voorbeelden: Wat weten we al over dit onderwerp?
Hoe kunnen we voorkomen dat dit weer gebeurdt
Welke regels worden gebruikt bij het schrijven van dit
De leraar geeft een signaal, zodat de leerlingen weten dat ze hun antwoorden mogen vergelijken. De antwoorden kunnen op een papier worden genoteerd. Stap 4. Twee tweetallen: ideeën/ antwoorden De leerlingen gaan na de vergelijking met z’n vieren nog meer ideeën of antwoorden bedenken. De kunnen ook op het papier worden genoteerd. Stap 5. Evalueren
Coöperatief leren
Zoek de valse
Voorbereiding
Voor de leerkracht Van groep 5, 6, 7 en 8
- onderwerp bedenken - de groepjes van maximaal 4 leerlingen samenstellen.
Doel Interpersoonlijk: Team bouwer, Sociale vaardigheden oefenen, communicatie vaardigheden oefenen en besluitvorming. Onderwijskundig: Beheersing, informatie uitwisselen, denkvaardigheden en informatie presenteren. Organisatievorm
Stappen: Eén leerlingen uit een groepje van vier presenteert beweringen. De andere leerlingen raden welke niet juist is (‘de valse’). Stap 1. Leerlingen schrijven drie beweringen op De leraar laat elke leerling over een onderwerp vier beweringen opschrijven: drie niet zo waarschijnlijke waarheden en iets geloofwaardigs dat toch niet klopt. Stap 2. Leerlingen lezen voor in hun groep Als de leerlingen klaar zijn met schrijven, bepalen ze wie er begint met het voorlezen van de beweringen.
In groepjes
Stap 3. De groep bespreekt het
Gebruik tips
De overige leerlingen bespreken wat volgens hen ‘De Valse’ is. Ze moeten het eens worden. Benadruk dat de leerlingen samen moeten werken.
Zoek de valse kan gebruikt worden bij vele verschillende vakken. Het kan gebruikt worden om de voorkennis te activeren en bij de zelfstandige verwerking. Voorbeelden: Wat weten we nog van elkaar? Wat hebben we de vorige keer geleerd? Hoe kunnen we dit oplossen?
Stap 4. Twee tweetallen: ideeën/ antwoorden Als ze ‘De Valse’ geraden hebben, feliciteert de leerlingen de anderen. Niet geraden: dan is het andersom. Stap 5. Stap 2 – 3 – 4 tot iedereen is geweest Stap 5. Evalueren
Coöperatief leren
Zoek iemand die
Voorbereiding
Voor de leerkracht Van groep 7 en 8
- werkblad maken -Doel
Interpersoonlijk: Klasbouwer, Sociale vaardigheden oefenen en communicatie vaardigheden oefenen. Onderwijskundig: Beheersing, procedureel leren, informatie uitwisselen en denkvaardigheden. Organisatievorm In groepjes
Stappen: Leerlingen lopen door het lokaal met het doel ‘zoek iemand die’ een antwoord weet op een van de opdrachten op een werkblad. Stap 1. Leerlingen lopen en vormen tweetal Met het werkblad in de hand lopen de leerlingen door de klas en gaan met z’n tweeën bij elkaar staan. Stap 2. Stelt vraag aan de ander Een leerling legt de ander een vraag voor uit het werkblad. De ander geeft het antwoord als hij dat weet. De leerling schrijft het antwoord in zijn eigen woorden op het werkblad. Stap 3. De ander checkt
Gebruik tips Zoek iemand die kan gebruikt worden bij verschillende vakken. Het kan gebruikt worden bij het activeren van voorkennis en de zelfstandige verwerking. Daarnaast is het een leuk kennismakingsspel. Voorbeelden: Werkblad met vragen over de huidige les. Werkblad met vragen over de vorige les.
De andere leerling kijkt of het opgeschreven antwoord goed is. Na akkoord zet hij de eigen naam erbij. Stap 4. Leerlingen wisselen van rol Nu stelt de andere leerling een vraag van het werkblad, waarop een antwoord en een check volgt. Stap 5. Opnieuw stap 1 t/m 4 Stap 6. Evalueren