OP BERGJACHT In zeven dagen op de racefiets van Genève naar Nice: 800 kilometer met onderweg 19 legendarische Alpencols en 21.000 hoogtemeters. ‘Mijn idee van een vakantie!’ dacht journalist en amateurrenner Marco de Vries (1962). Hij schreef zich in voor de genadeloze Haute Route-cyclo en hield onderweg een dagboek bij voor Men’s Health door Marco de Vries| fotografie Haute Route / Emmanuel Molle
. ETAPPE 1: GENÈVE – MEGÈVE (120 km, 2.700 hoogtemeters)
TIJD ETAPPEWINNAAR: 03.07.07 PERSOONLIJKE TIJD: 04.12.09
Vandaag is het moment van de waarheid. Mijn benen voelen goed en ik sta mentaal op scherp. Twijfels of mijn 3.000 trainingskilometers de afgelopen maanden wel voldoende ‘bodem’ hebben gelegd, verdring ik. Of ik er na jaren niet te hebben gefietst weer klaar voor ben, zal blijken tijdens de eerste klim. Op het steile, eerste stuk door het bos rukt de Col de Romme het goed getrainde peloton gelijk uit elkaar. Ik trap de 9 kilometer lange klim lekker snel ronddraaiend omhoog, sta af en toe een stuk à la Contador op de pedalen, ‘pak’ een kleine 150 man en rijd als nummer 219 over de top. Mijn twijfel verdwijnt, ik ben fit genoeg! Ook het snelle afdalen heb ik niet verleerd, zo blijkt tijdens de eerste afdaling. Natuurlijk vereist het een dosis lef, maar goed sturen is minstens zo belangrijk. Betere klimmers haal ik hier met gemak in. Met deze ervaring in de benen begin ik opgewekt aan de Col de la Colombière, die maar liefst achttien keer deel uitmaakte van de Tour en het zwaarst is vanaf onze kant. Zoals bij de meeste cols gaat het begin door dorpjes en bos en daarna klimmen we ver boven de bewoonde wereld uit. Ik laaf me aan de restanten van op de weg gekalkte aanmoedigingen voor de profs en beeld mezelf in dat mijn naam daar staat. Het geeft de 32 N O V E M B E R 2 0 1 2
boost om door te zetten. Uiteindelijk kom ik heel netjes als nummer 190 over de top. Niet slecht als je bedenkt dat de eerste 125 bovengemiddeld goed getrainde renners zijn – en een stuk jonger. Sommigen hebben dit jaar zelfs al meer dan 10.000 km gedraaid en zijn fanatieke wedstrijdrijders. Maar goed, om een uur of twee rijd ik met een brede glimlach over de streep in wintersportplaats Megève. Na de finish volgt hetzelfde patroon als elke dag. De benen onderdompelen in een bak met steenkoud bergwater, waardoor de spierdoorbloeding wordt bevorderd en afvalstoffen hopelijk – want het is niet bewezen – sneller worden afgevoerd. Dan een kaartje halen voor de massage, douchen, rustig genieten van de uitgebreide warme lunch en naar de massage. En terwijl ik onder handen word genomen, denk ik: kom maar op met de volgende etappes.
INZICHT | WIELRENNEN
ETAPPE 2: MEGÈVE – COURCHEVEL (105 km, 2.700 hoogtemeters).
TIJD ETAPPEWINNAAR: 03.13.49 PERSOONLIJKE TIJD: 04.16.16
De etappe van vandaag is de makkelijkste, verzekerde de parcoursontwerper me gisteren. Heb afgelopen nacht prima geslapen, maar dat mocht ook aangezien ik de nacht ervoor tot middernacht heb staan kletsen met een teamlid van de Kenyan Riders, afkomstig uit de omgeving van Iten, het episch centrum van de Keniaanse langeafstandsloperij. Voor mij is het socializen met de andere deelnemers minstens zo belangrijk als het fietsen zelf. Want wanneer rijd je nou zeven dagen met renners uit 30 verschillende landen? De eerste col pak ik als 206de. Gelukkig heb ik geen spierpijn, en in gedachten bedank ik de masseur van gisteren. Na de afdaling volgt een lang vlak verbindingsstuk door de vallei. Ik verstop me in een groepje achter grote, lange mannen die moeiteloos de harde, lauwwarme tegenwind verteren. Althans tot we achter Moûtiers de vallei van de snelstromende Isère uit klimmen, richting Courchevel. Het gaat wéér bergop en dus ‘breekt’ de groep en komt iedereen als vanzelf tussen renners van hetzelfde kaliber terecht. Beklimmingen zijn genadeloos, lekker uit de wind rijden zit er hier niet in! Ik hervind mijn ritme snel en rijd lang met de ex-prof Carrie Tuck. Net voor de 25 kilometer lange klim naar Courchevel verlies ik de boomlange Canadese bij een bevoorrading uit het oog en rijd alleen verder. In je eentje bergop is voor velen een kwelling; die zoeken juist de mentale steun van een groep. Maar ik houd van tempowisselingen en dat werkt vaak op de zenuwen van een groep die gelijkmatig wil klimmen. Dus alleen is doorgaans de beste optie. Op het moment dat ik aan de klim begin, is de latere winnaar Peter Pouly allang binnen. Ik word vandaag 205ste en doe bijna 30 minuten langer over de 25 kilometer lange klim dan Peter Pouly, die in 39 minuten omhoog is geknald. ’s Avonds ga ik uit eten met een andere Nederlandse deelnemer en wanneer ik rond elven thuiskom is het appartement al in diepe rust. Alleen mijn ploeggenoot en superklimmer Mathijs Habets is nog druk doende nog zijn schaafwonden te verzorgen, het gevolg van een ontplofte voorband in de laatste afdaling.
ETAPPE 3: COURCHEVEL – L’ALPE D’HUEZ (136 km, 4.700 hoogtemeters)
TIJD ETAPPEWINNAAR: 04.24.14 PERSOONLIJKE TIJD: 06.45.47
Vroeg eruit voor de Koninginnerit van de Haute Route. Die is pittig, want vandaag ‘pakken’ we bijna tweemaal zoveel hoogtemeters – een kleine vijf kilometer – als de afgelopen dagen. Maar net als iedereen weet ik intussen hoe ik er conditioneel voor sta. In mijn geval prima. Zolang ik maar een bidon High5-sportdrank en één à twee isogels (gels met meer water erin) per uur neem, blijft mijn energieniveau prima op peil, verzekerde sportcoach Rick Valcke me. Daarnaast neem ik af en toe een hap van een sportreep. Maar dat is meer om af en toe in iets hartigs te bijten. Na afloop van elke etappe drink ik een recovery shake en bij het ontbijt neem ik multivitamine en vier Panaceo Zeolite-tabletten, die de verzuring van de spieren verminderen – zeoliet is een vulkanisch kleimateriaal dat schadelijke stoffen aan zich bindt en het herstel bevordert. Eén ding is zeker, het wordt vandaag een lange en vooral warme dag. Dus een extra Zerosalt-tablet in de eerste bidon kan geen kwaad. De klim over de 1.993 meter hoge Col de la Madeleine is lang en mooi. Gelukkig is er weinig verkeer op deze eeuwenoude verbindingsweg tussen het noordelijk en zuidelijk deel van de Franse Alpen. Vooral het afdalen – met snelheden van bijna 90 km/u – is daardoor veel veiliger. Ook omdat bij werkelijk elke zijweg, rotonde en kruising wel iemand staat om het verkeer te regelen en de 20 motoren in het peloton op gevaarlijke punten het verkeer tegenhouden. Veiligheid boven alles. Na de Madeleine heb ik ook geen problemen op de Glandon, maar aan het begin van de laatste klim naar l’Alpe d’Huez zit ik er even helemaal doorheen. Klimmen op het warmste moment van de dag gaat moeizaam. Terwijl ik zit te balen op de fiets, begint het me te dagen waarom ik erdoorheen zit. In de afdaling van de Glandon heb ik te weinig gegeten en gedronken. Een beginnersfout! Snel spuit ik nog een paar isogels naar binnen, waarna ik gestaag uit het dal klim en de l’Alpe d’Huez op rijd. Het laatste stuk naar de bedevaartplaats van fietsend Nederland gaat beter, al ben ik blij als ik na 4,5 uur over de streep rijd. Dag drie zit erop. 4.500 kcal armer, val ik als een uitgehongerde wolf aan op de lunch. w w w. m e n s h e a l t h . n l
ETAPPE 4: BOURG D’OISANSL’ALPE D’HUEZ tijdrit (14 km, 1.000 hoogtemeters)
TIJD ETAPPEWINNAAR: 42.20 PERSOONLIJKE TIJD: 01.11.59
Al is het de dag van de tijdrit van Bourg d’Oisans naar Alpe d’Huez, vandaag voelt als een rustdag. De wekker gaat namelijk pas om zeven uur in plaats van halfzes en we zijn voor de lunch weer terug. Ons appartement staat bomvol met fietsen en tassen van haar zes tijdelijke bewoners, en overal hangt veelkleurig lycra te drogen. Zoals gebruikelijk lag ik gisteren weer te laat in bed, na een etentje met een Texaan en zijn vrouw. Gelukkig lijdt het fietsen er, vooralsnog, niet onder. Na het ontbijt daal ik af naar het 1.000 meter lager gelegen Bourg d’Oisans. De 21 bochten schieten onder mijn wielen door. Dat zal straks bergop wel andere koek zijn. Beneden blijkt dat we kunnen starten wanneer we willen. Samen met teamlid Roy Hartman sneak ik op z’n
Nederlands snel vooraan in de rij en word een paar minuten later losgelaten door de starter. Het wijze advies van mijn veel beter getrainde en ervaren teamgenoten speelt door mijn hoofd: ‘Rustig aan doen tot het kerkje in bocht 16, daar kijken hoe je je voelt en dan goed gedoseerd sneller gaan rijden.’ Het blijkt een prima advies. Toch stap ik dik een uur later van mijn fiets in de wetenschap dat ik niet het onderste uit de kan heb gehaald. Jammer, ik had sneller gekund. Al was dit waarschijnlijk wel verstandig, gezien wat ons nog te wachten staat.
ETAPPE 5: L’ALPE D’HUEZ – RISOUL (136 km, 3.700 hoogtemeters)
TIJD ETAPPEWINNAAR: 03.56.50 PERSOONLIJKE TIJD: 05.36.07
Op papier ziet de etappe van vandaag er minder zwaar uit dan dag drie. Maar vier dagen in het zadel en negen cols in de benen gaan je niet in de koude kleren zitten. Gelukkig starten we rustig en dalen we geneutraliseerd achter de motoren naar de voet van de Lauteret, waar de klok begint te tikken. Een verstandig besluit van de organisatie. De afdaling van de Col de la Sarenne is namelijk verraderlijk bochtig en smal. Om nog maar te 34 N O V E M B E R 2 0 1 2
DURF JIJ DE UITDAGING AAN?
Voor de Haute Route Alps 2013 (18-24 augustus 2013) en Haute Route Pyrénées 2013 (eerste editie: 1-7 september 2013) kun je je alleen via hauteroute.org inschrijven, een startnummer krijg je op basis van loting. Op de website vind je alle informatie rond deze procedure. De kosten voor deelname aan de editie 2012: basisbedrag € 1.200,-, met een toeslag van €300,- voor Basic Package accommodatie of € 650,- voor Premium Package accommodatie (2 tot 4- sterrenhotels). Beide arrangementen zijn inclusief ontbijt, bevoorrading tijdens de etappes, warme lunch en vervoer van de bagage tijdens de race. Exclusief vluchten en diners.
zwijgen van het slechte, verweerde wegdek. Menig hightech carbon-wiel heeft het zwaar te verduren en sommige sneuvelen. Een drukke dag dus voor de mecaniciens van wielenfabrikant Mavic, die dag in, dag uit met ons meerijden in hun geel-zwarte auto’s met wielen en fietsen op het dak. De Lauteret ‘doe’ ik met Parijzenaar Corentin Duprey in mijn wiel en we rapen rijders bij de vleet op. Hij voorziet me van details omtrent de stijgingspercentages en andere nuttige info. Het lijkt welhaast of ik met ‘oortjes’ rij. Zoals bij elke aankomst op een col speelt zich hetzelfde ritueel af: over de tijdmeetmat fietsen, bidons bijvullen
met water en High5-poeder, ervaringen uitwisselen met bekenden en dan weer op de fiets en vol in de afdaling. Rustig genieten van de indrukwekkende vergezichten boven op de cols komt er nooit van. Hoeft ook niet, want daar heb je alle tijd voor tijdens de kilometers lange beklimmingen. In de afdaling van de tweede grote col van vandaag rijden we onmiskenbaar de Provence binnen. Het ruikt ineens geuriger, de vegetatie verandert en door de donkere, smalle tunneltjes in de afdaling raast hete wind als uit een hittekanon bergopwaarts de smalle gorges in. Net voor de eerste en laatste regenbui van deze week rijd ik de uitgestorven wintersportplaats Risoul binnen.
INZICHT | WIELRENNEN ETAPPE 7: AURON – NICE (171 km, 2900 hoogtemeters)
TIJD ETAPPEWINNAAR: 03.38.28 PERSOONLIJKE TIJD: 05.12.42
‘Jammer, het zit er bijna op’, is het eerste wat door me heen schiet als de wekker om halfzes rinkelt. Een uur later staan we aan de start en drie colletjes en ruim vijf uur later zit mijn comebackavontuur erop. Een week van fietsgekke mannen (en 60 vrouwen) onder elkaar. Een week waarin we het dagelijks leven ver achter ons hebben gelaten. Geen gezeur over werk, gezin of wat dan ook. Een week waarin de allersnelsten ervaringen uitwisselen met de allertraagsten. Een week waarin mobiele telefoons alleen lijken te bestaan om dierbaren te laten weten dat je heelhuids bent aangekomen, om foto’s te maken en na afloop je ranking te checken. Ook een week die tragisch eindigt met de fatale crash van een Zweedse deelnemer. Hij nam in een smalle, steile afdaling de bocht net iets te ruim en schoot over een muurtje. De arts was meteen ter plaatse, maar het was al te laat. Ineens hing er een donkere schaduw over de verder zo vlekkeloos verlopen week. Iedereen is erdoor geraakt. Pas we in Nice met z’n allen in de Middellandse Zee duiken, wassen we deze donkere schaduw én 800 kilometer vermoeidheid van ons af. Het zit erop. Ikzelf heb deze supercyclo conditioneel prima doorstaan en mijn met carbon versterkte rug gaf geen krimp. Wat een comeback!
ETAPPE 6: RISOUL – AURON (98 km, 3.200 hoogtemeters)
TIJD ETAPPEWINNAAR: 03.31.56 PERSOONLIJKE TIJD: 05.13.33
Er zijn tijdens de Haute Route van die momenten dat je even hard met de realiteit wordt geconfronteerd. Zo daalde ik vanmorgen af naar de startlijn achter ex-wereldkampioen Emma Pooley. Wauw, dat is even andere koek. Als een motormuis snijdt de petieterige Engelse de bochten om en zet daarna vol aan. Maar ja, zij rijdt dan ook bijna net zo hard als Peter Pouly (de latere winnaar, red.). Vandaag realiseer ik me voor het eerst dat het ruim vijftien jaar geleden is dat ik dagen achtereen bergop reed. Mijn spieren lijken het zich ook te herinneren en passen zich elke dag sneller aan. Al is er intussen een genadeloze beperkende factor: ik ben 50 jaar oud. Wil ik in de toekomst harder omhoog rijden, dan zal ik veel gerichter en harder moeten trainen. Wie weet is een hartslagmeter toch een goed idee. Ik ben een van de weinigen die hier zonder een band om hun borst rijden. Deze dag is er een van uitersten qua hoogte. We gaan over de Bonnette, met 2.802 meter Europa’s hoogste weg. Een fikse klim met steile passages die ik redelijk doorsta. Na dik twee uur klimmen kom ik als nummer 326 aan op de kale top. Maar doordat ik bij de afdalingen telkens flink wat tijd win, sta ik in het eindklassement vandaag nummer 240. Bij aankomst in Auron hoor ik van een Australische deelnemer dat teamgenoot Mathijs vanochtend is gecrasht en met de heli is afgevoerd naar het ziekenhuis in Gap. De tourarts verzekert mij dat het goed met hem gaat. ‘Slechts’ een gebroken rib en een klaplong houdt hij eraan over, maar voor alle zekerheid ligt hij wel op de intensive care. Game over voor onze 22-jarige ‘berggeit’, die de hele week al ijzersterk bergop rijdt.
MARCO DE VRIES
Marco de Vries (1962) begon als student met fietsen. Medio 1996 kreeg hij lage rugklachten die dermate verergerden dat hij in 2002 moest stoppen met sporten. Eind 2008 luidde de diagnose: extreme tussenwervelslijtage op L5-S1 niveau. In februari 2009 onderging hij een experimentele Stalif-operatie, waarbij twee wervels werden vastgezet met een stukje carbon en opgevuld met gekweekt bot. Hij revalideerde in drie maanden, klom in het najaar van 2009 weer op de fiets, begon met ‘wandelritjes’ rond zijn woonplaats Monnickendam en bouwde dit langzaam uit. 2012 is het jaar van zijn comeback. Zijn Fiets: Specialized Roubaix S-Works met Shimano Dura-Ace Di2 elektrisch 10-speed schakelsysteem. Gewicht: 6,8 kg. Verzet: 50/34 x 11-28
w w w. m e n s h e a l t h . n l