Emile Van Dorenmuseum. Huis van landschap en kunst Met werk van Jimmie Durham, Rudy J. Luijters, Erik Odijk, Jean Bernard Koeman, Franziz Denyz, Melanie Bonajo, Lara de Moor, Ania Rachmat, Erlend Williamson, Tom Wolseley, Ives Maes, Vaast Colson, PINK de Thierry, François Roffiaen en een filosofensteen uit de collectie van KröllerMüllermuseum, aangevuld met werken uit de collectie van het Emile Van Dorenmuseum: Emile Van Doren (1865-1949), Joseph Coosemans (1828-1904), Ludovic Janssen (1888-1956), Herman Richir (1866-1942), Armand Maclot (1877-1959) en Elinor Barnard (1872-1942). De ROCK show kadert binnen De Unie Hasselt-Genk, waarbij nationale en internationale kunstenaars de open ruimte in en tussen Hasselt en Genk onder handen nemen. De stad Genk koos hierbij als centrale as voor een aaneenschakeling van verschillende locaties, van het stadscentrum en stationsbuurt, via het Emile Van Dorenmuseum en Molenvijverpark, langs het Heempark naar Kattevennen/Cosmodrome. Voor het Emile Van Dorenmuseum en omgeving vroeg curator Tom van Gestel kunstenaar Erik Odijk. Het basisidee was van villa Le Coin Perdu opnieuw een tijdelijk kunstenaarsoord te maken, geïnspireerd op het kunstenaarsdorp dat Genk in de tweede helft van de 19de eeuw was. Na een bezoek ter plaatse was het voor Erik Odijk onmiddellijk duidelijk wat hij in en aan het museum wilde realiseren: De ROCK show. De stenen puinkegel in de ondergrond van het Kempisch plateau en de Duivelsstenen die her en der verspreid in het landschap liggen, waren voor hem de perfecte aanleiding om dit project waarin stenen in de breedste betekenis van het woord de hoofdrol spelen een eerste keer te realiseren. Voor Odijk zijn de uitgangspunten voor De ROCK show de plaats van het anders zijn (place(s) of otherness) en wat hij zelf heterotopie noemt. De heterotopie is een ruimte van bemiddeling tussen privé en publiek, natuur en cultuur, het rijk van de levende en het rijk van de doden, tussen mensen en goden, tussen de regels van de moraal, de conventie en de ongeregeldheden van het verlangen. De heterotopie geeft een plaats aan het onplaatsbare. Stenen, of rocks, vormen hiervoor de perfecte verbeelding. Stenen hebben in de geschiedenis van de mensheid altijd een prominente rol gespeeld van vuur- tot bouwstenen. De fascinatie voor stenen, als esthetisch object, maar ook als metafoor is doorheen De ROCK show en de werken die hierin een plek kregen een constante.
BINNEN GELIJKVLOERS INKOMHAL 1. Vaast Colson, Kalpetran, 2003 (Fotografie, 97 x 69 cm) Het fotografische zelfportret ‘Kalpetran’ herinnert aan Colsons zoektocht naar een steen die hij tijdens een bergwandeling in het Zwitserse Grächen in 1988 als jonge knaap moest achterlaten. De herenscenering van deze odyssee, compleet met hoed en traditioneel klimmersplunje, symboliseert de zoektocht van de kunstenaar naar de spreekwoordelijke steen der wijzen die hem op weg heeft gezet. Naast de foto toont Colson in een ruimte op de bovenverdieping de documentairefilm Der Höhenweg, 2002 (samenwerking met Lieven Segers) over een wandeltocht met zijn ouders om die steen te vinden.
2. Armand Maclot, Mougins (olieverf op paneel, collectie Emile Van Dorenmuseum) De Antwerpenaar Armand Maclot ontdekte rond 1890 het kunstenaarsdorp Genk op aansturen van zijn leermeester Joseph Coosemans, en zou er uiteindelijk ook zijn thuis van maken. De Limburgse Kempen werd een geliefd onderwerp, maar ook tijdens zijn vele reizen tekende en hij schilderde hij. Het bergachtige Mougins dat hij hier vereeuwigde, is een bekend kunstenaarsoord waar o.a. Picasso, Ray Man, Picabia en vele anderen woonden en/of werkten. 3. Emile Van Doren, Opkomst van de maan (olieverf op doek, collectie Emile Van Dorenmuseum) Emile Van Doren kwam eveneens tijdens zijn academietijd voor het eerst in het bijzondere landschap van Genk terecht, rond 1890. Vele landschapsschilders waren hem vooraf gegaan en hadden Genk als schildersoord op de internationale kaart gezet. Van Doren is, naast o.a. Maclot, echter één van de weinigen die van het Kempendorp zijn thuis maakte. In 1913 bouwde hij villa Le Coin Perdu, waar vandaag het Emile Van Dorenmuseum ondergebracht is. Dit museum werd mogelijk dankzij het legaat van dochter Fanny Van Doren die in 1956 huis en inboedel aan de stad Genk schonk. Van Doren zou bekend worden als ‘schilder van de Kempen’. 4. Anoniem, Wandeling in Genk (tekening op papier, collectie Emile Van Dorenmuseum) Deze tekening toont het kleine Kempendorp dat Genk rond 1880 nog was. Naast de kerktoren staat een duidelijk als Hôtel de la Cloche herkenbaar wit pand, dat vanaf 1850 kunstenaars, maar ook natuurwetenschappers en toeristen onderdak verschafte. De wandelaars op de tekening wandelen mogelijk vanuit het zuiden van Genk naar het centrum, waar ze de zogenaamde Duivelsstenen bezochten, gigantische zandstenen die verspreid over de heide en moerassen lagen en toeristen intrigeerden omwille van hun vermeende druïdische oorsprong. De groep wandelaars bestaat uit zowel kunstenaars, natuurwetenschappers (o.a. een botanist met een vasculum of botanistentrommel) en toeristen. Een Kempische boerenzoon houdt het promotiebord in de hand. GELIJKVLOERS ATELIER 5. Jean Bernard Koeman, A Stonetraveller's Transformer, 2014 (Gemengde media) Jean Bernard Koeman liet voor De ROCK show de museum- of toondrift uit z’n jonge jaren opnieuw toe, verwoed stenenverzamelaar waar hij een eigen mini-museum voor ontwikkelde. En dit, niet per se vanuit de stenen zelf, maar vanuit een concept van collectievorming, displaying. Hij heeft daarvoor een overkoepelend en begrensd object gekozen; de Landrover Defender van een stenenverzamelaar, of een verzamelaar tout court... Een verzamelzot. De wagen als een Transformer, een zijkant klapt open, het dak ook. Het interieur is voorzien van displays; een dialoogmachine om de volgende onderwerpen te tonen: Het Lege / Schuldige / Literaire Landschap in gesteenten, reiservaringen, verhalen en fossielen. Het geheel is een amalgaam van eigen of geripte afbeeldingen, objecten, bricolages,
fotoprints, tekeningen, licht, teksten. De Defender is de drager van dit groter verhaal, een mini-museum, maar ook de display van een romantische notie; de verzamelaar rijdt de wereld rond in een 4x4 op zoek naar een steen, een deel van een groter geheel, zingeving, overdracht en nieuwe verten. Hij landt nu in Genk.
6. Emile Van Doren, Wolken (olieverf op paneel, collectie Emile Van Dorenmuseum) Hoewel Van Doren ook buiten de Kempen zijn schildersezel opzette in de vrije natuur vormt het Kempenlandschap zijn meest geliefde onderwerp. De eindeloze heide en moerassen van Stalen bleven hem inspireren, zijn leven lang en werden haast obsessief, opnieuw, en opnieuw, op doek vastgelegd. 7. Emile Van Doren, Herfstnevel (olieverf op paneel, collectie Emile Van Dorenmuseum) De oorspronkelijke titel van dit werk is Les fils de la vierge, letterlijk te vertalen als De draden van de maagd. Dit verwijst naar de nevelslierten die ’s morgens vroeg, in de herfst, over de heide uitgesponnen liggen, waarvan men dacht dat Maagd Maria deze ’s nachts verloren was bij het spinnen van haar wol. 8. Joseph Coosemans, Moeras in Genk, 1891 (olieverf op doek, Emile Van Dorenmuseum) Joseph Coosemans is één van de belangrijkste Belgische landschapsschilders uit de 19de eeuw. Verbonden aan de School van Tervuren en een regelmatige bezoeker van Barbizon was hij één van de meest vooraanstaande pleinairisten van zijn tijd. Zijn mooiste werken realiseerde hij in Genk en omgeving. Vele van zijn leerlingen stuurde hij dan ook naar het Kempendorp. Het schilderij toont de Molenvijver en het dorpscentrum van Genk. Daarmee toont dit werkt ongeveer het uitzicht dat Van Doren vanuit villa Le Coin Perdu had. 9. Ludovic Janssen, Genck, augustus 1930 (2-luik) (olieverf op karton, Emile Van Dorenmuseum) De geschiedenis van de landschapsschilders in Genk wordt onderverdeeld in vier generaties. Ludovic Janssen wordt tot de vierde en laatste generatie gerekend. De Luikenaar zocht Genk op in de periode dat de steenkoolnijverheid tot volle bloei kwam, tijdens het interbellum. Hij was een grote bewonderaar van Emile Van Doren en trok jaarlijks op schildertocht door de Limburgse Kempen. 10. Emile Van Doren, Vlakte der amethisten (olieverf op doek, Emile Van Dorenmuseum) Dit heidelandschap is één van de laatste werken van Emile Van Doren. Bij testament van zijn dochter Fanny kwam het werk terecht bij de Paters Dominicanen van Termien (Genk). Zij schonken het werk in 2013 aan het Emile Van Dorenmuseum. Mogelijk toont het schilderij de heide in de buurt van de Schemmersberg, tussen Genk en Zonhoven, de plek waar de Defender van Jean Bernard Koeman voor een van de foto’s poseerde. GELIJKVLOERS EETKAMER 11/12. Ives Maes, fotosculpturen, 2014 / Jean Massart, foto’s uit de reeks Les aspects de la végétation en Belgique Het Emile van Dorenmuseum herbergt een documentaire fotoreeks van Jean Massart. De bioloog Massart heeft tussen 1902 en 1911 de Genkse omgeving gefotografeerd en wetenschappelijk becommentarieerd. Deze fotografische prentkaarten waren voorzien van verschillende wetenschappelijke informaties, waaronder precieze lengte- en breedtegraden. Dit heeft vanaf de jaren ‘80 aanleiding gegeven tot het her-fotograferen van dezelfde plekken -door Georges Charlier in 1980 en Jan Kempenaers in 2004- om de verandering van het landschap over de jaren heen in beeld te brengen. De kunstenaar Ives Maes neemt deze fotoreeks als uitgangspunt voor een experimentele verkenning in de mogelijkheden van de fotografie. Jean Massart fotografeerde op glasplaten, Charlier op zwart/wit film, Kempenaers in kleur met een digitale camera. Ives Maes maakt er een 3D-print van. In
tegenstelling tot zijn voorgangers fotografeert hij het landschap met een panoramische camera. Hij neemt het volledige omringde landschap in 360° x 180° op, in plaats van een afgebakende blik door de lens. Het is in wezen een 3D-scan van het landschap die vervolgens uitgeprint wordt tot een sculptuur. Deze 3D-fotosculpturen zijn gemaakt uit titanium en vertonen een opmerkelijke gelijkenis met rotsformaties, kristalvormen of zandrozen. Of hoe een foto van een landschap terug een minerale vorm krijgt… Ives Maes werkt voor dit project samen met de firma Melotte nv. uit Zonhoven, gespecialiseerd in 3DPrinting en Direct Digital Manufacturing. Ives Maes is verbonden als onderzoeker aan KASK/School of Arts in Gent en geniet steun van de Vlaamse Gemeenschap, Kunsten en Erfgoed. GELIJKVLOERS WOONKAMER 13. Rudy J. Luijters, Een Landschap voor de Schilder / A landscape for the Painter Voor Rudi Luijters is het in eerste instantie van belang om de tuin van villa Le Coin Perdu een kwaliteit terug te geven die recht doet aan zijn geschiedenis, bestemming én allure. Zijn constatering is dat de tuin, het landschap rond het Emile Van Dorenmuseum, op dit moment volkomen identiteitsloos is. Luijters’ bijdrage voor De ROCK show is tweeledig. Enerzijds wordt door een tijdelijke geïntensiveerde beplanting de huidige structuur van het terrein, de tuin, zichtbaar gemaakt. Daarnaast wordt een meer utopisch herinrichtingsplan voor deze buitenruimte voorgesteld in de vorm van tekeningen. Aan de basis hiervoor ligt het idee dat het Emile Van Dorenmuseum opgevat kan worden als een conceptuele ‘zadenbank’ van het historische (19de- en vroeg 20ste-eeuwse) landschap rond Genk, aangelegd door talloze schilders. Gebruik makend van tijdelijke schilderachtige toetsen wordt een nieuw landschap ontwikkeld. Accenten worden gelegd, fragmenten worden gemarkeerd, kleurvlakken ontstaan door planten van eenzelfde soort bijeen te brengen. Op termijn zal er door een weloverwogen soortkeuze sprake zijn van een grotere biodiversiteit, door het aantrekken van vogels en insecten. Het is een landschap in transitie. Luijters’ project loopt de komende jaren door, waarbij in samenwerking met de stad Genk een algemeen en integraal (her)inrichtingsplan van tuin en infrastructuur op het terrein van het Emile Van Dorenmuseum gerealiseerd wordt. 14. Joseph Coosemans, Lente in Genk (olieverf op doek, collectie Emile Van Dorenmuseum) 15. Lara De Moor, Blue Skirt, 2014 Schilderen is voor Lara De Moor het maken van een opening naar een andere ruimte, het vergroten van de fysieke realiteit die tot je beschikking staat. Ze ziet haar werken als een soort overpeinzingen. Voor De ROCK show creëerde ze nieuwe werken die als bruikleen in het museum te zien zijn. 16. Elinor Barnard, Emile Van Doren in Hôtel des Artistes, 1911 (aquarel op papier, Emile Van Dorenmuseum) Emile Van Doren verloor in zijn academietijd zijn hart aan het Genkse landschap, maar ook aan Cidonie Raikem en haar babydochter Fanny. De kleine herberg die Cidonie uitbaatte, bouwden ze samen uit tot Hôtel des Artistes. Het hotel zou de grote concurrent worden van het veel oudere Hôtel de la Cloche en werd een trefplaats voor kunstenaars, schrijvers en toeristen. Eén van hen, de Britse Elinor Barnard, zocht in de winter van 1910-11 het hotel op en vereeuwigde zijn gastheer in dit bijzondere portret. 17. Herman Richir, Emile Van Doren, 1897 // Cidonie Raikem en Stephanie Van Doren, 1897 (beide: sanguine op papier, collectie Emile Van Dorenmuseum) Portrettist Herman Richir ontmoette Van Doren in zijn academietijd. Ze werden vrienden voor het leven. Richir zocht Van Doren en zijn gezin regelmatig op in Genk en portretteerde het gezin in deze twee intieme tekeningen.
TRAPHAL 18. François Roffiaen, diverse tekeningen en schilderijen – collectie Emile Van Dorenmuseum en bruiklenen Stedelijk Museum Ieper Roffiaen is één van de ontdekkers van Genk als schildersoord. Het oudste werk uit de collectie van het Emile Van Dorenmuseum is van zijn hand en dateert van juli 1854. Roffiaen was een ware pleinairist die ter plaatse tekeningen op papier en kleine schetsen in olieverf op paneel maakte. Naast de eindeloze horizonten in Genk trok Roffiaen vaak naar bergachtige streken in o.a. Luxemburg en Zwitserland. De schetsen en plein air werden gebruikt voor het uitwerken van grote doeken. VERDIEPING BORDES ATELIER 19. Jimmie Durham, Scrupuls (mixed media) De mixed media sculptuur creëerde Jimmie Durham speciaal voor De ROCK show. ”The word 'scruple' comes from the latin, "scrupus" which means a small stone. A scruple was originally a small stone that got into your shoe. It therefore made you resistant, or change direction.” 20. Erik Odijk, Bomba, 2010 // 1/160 sec, 2010 (beide: houtskool op papier) Erik Odijk ontwikkelde voor De ROCK show verschillende buitenwerken en toont twee bestaande tekeningen in het atelier. De steenverzamelingen opgesteld doorheen het museum op schoorsteenmantels en vensterbanken zijn ook van zijn hand. VERDIEPING SLAAPKAMER FANNY 21. Tom Wolseley Caveman Bill, 2006/7 De film toont een man die in een grot in Alaska woont. “In an ongoing collaboration with Yukon resident Caveman Bill, I have produced a slow 360° panning shot of the inside of Bill’s cave, which he has lived in for the past 12 years. Bill narrates the stories of all the objects we see in the room/cave, from a cool-box he found floating down the Yukon river, to a stove he inherited from 2by4 Bob. The stories and readings of the image both confirm and deny romantic interpretations of Bill’s life in the far north.” 22. Pink de Thierry, Standing stone Nederland II (foto) - bruikleen Gemeentemuseum Helmond Deze foto maakt deel uit van een hele reeks van performances, die de kunstenares doorheen de jaren ’80 uitvoerde en waarin Man Vrouw Kind centraal staan. In Standing Stone (1989) trokken Man Vrouw Kind met een steen doorheen Nederland, o.a. langs de Noordzeekust. De reizigers, inclusief de tweeëneenhalf ton bagage, verbleven overnacht in het Frans Halsmuseum in Haarlem. Aangekomen aan de kust poseerde Man Vrouw Kind bovenop de steen, als een soort familieportret. 23. Ania Rachmat, The Lost Valley, Glencoe, 1995 (foto in lichtbak) Het werk van Ania Rachmat houdt zich bezig met vragen over identiteit en plaats, culturele verplaatsing en het zoeken naar identiteit waarbij de mystieke kant van de natuur wordt geraakt. Niet als mythe of het ‘spelen’ met magie maar gericht op licht en schaduw, grootsheid en isolatie. Steeds weer op andere plekken in de wereld. De vraag die je je als toeschouwer kan stellen is: wil het beeld de plek verkopen óf het gevoel van plaats bespreken? The Lost Valley is een plek waar je na een lange klim aankomt alsof je alleen op de wereld bent en de aanwezigheid van een oeroude beschaving nog voelt. De grote steen fungeert daarbij als het ware als een tempel of piramide. 24. Joseph Coosemans, Kapelaanswijer (olie op doek, collectie Emile Van Dorenmuseum)
VERDIEPING VOORMALIGE TOILETRUIMTE 25. Vaast Colson, Der Höhenweg, 2002 (documentaire in samenwerking met Lieven Segers) De documentairefilm toont de wandeltocht van Vaast Colson, met zijn ouders, op zoek naar de steen die hij in zijn kindertijd achtergelaten heeft.
VERDIEPING LOGEERKAMER 26. Franziz Denyz, No Wonder, 2014 Franziz Denyz laat ons een selectie zien van zijn bijna allesomvattende collectie foto's en plaatjes van rocks en toont zwerfkeien, kunst en stenen, historische prenten, absurde foto's en situaties rond keien en gesteente. Een beeldverzameling omtrent rotsblokken en stenen gesitueerd in het spanningsveld natuur-cultuur. Te zien is een projectie van twee cd’s met de beeldverzamelingen, More Boulders: Alter Schwede, 2014, met poses bij de beroemde zwerfkei Alter Schwede in Hamburg (96 beelden) en More Boulders: formation #2, 2014 (387 beelden), met een keuze uit het beeldarchief More Boulders— Wunderkammer Project, 2010-heden. Beide projecties zijn ingebed in een installatie met als titel No Wonder 2014 die speciaal voor deze tentoonstelling werd gemaakt. Op andere plekken in het museum toont Denyz het werk One Each (Nine Red Sticks), 2011. Dit werk zal een rol spelen bij een actie in het weekend van 23-24 augustus. VERDIEPING SLAAPKAMER EMILE EN CIDONIE 27. Filosofensteen (China, 18e eeuw) - bruikleen Kröller-Müllermuseum Otterlo Filosofenstenen zijn door de natuur gevormd, niet bewerkte objecten afkomstig uit China. Het verzamelen van filosofenstenen begon tijdens de Song dynastie (960-1279) toen Chinese geleerden de esthetische en spirituele kwaliteiten van deze stenen ontdekten. Zij bewaarden de stenen in de intieme atmosfeer van hun studio's. Filosofenstenen werden binnen tentoongesteld en waren bedoeld als bron voor meditatie, inspiratie, als richtsnoer en als bron voor verlichting. De steen symboliseert een miniatuur universum en het uitkiezen van een steen was een hoogst persoonlijke zaak. Natuurlijke aspecten als vorm, kleur, textuur en materiaal spelen een cruciale rol, maar ook de expressie van de steen is belangrijk om het individuele karakter voor de bezitter te versterken. 28. François Roffiaen, Het meer van Luzern, 1857(olieverf op doek) – bruikleen Stedelijk Museum Ieper 29. Erlend Williamson, Escape Stories, 1995-1996 (foto) In de reeks Escape Stories brengt Williamson verscheidene verhalen gekrabbeld op tape met een zwarte marker als tegenhanger van de cultureel bepaalde vrijheid en romantiek van het berglandschap waar de foto’s gemaakt zijn (Schotse Hooglanden, Snowdonia, de Mont Blanc Massive). De teksten verwijzen naar de misdaad en het geweld op SE London Council estates. 30. Lara De Moor, The Boulder, 2014 (olieverf op linnen) Schilderen is voor Lara De Moor het maken van een opening naar een andere ruimte, het vergroten van de fysieke realiteit die tot je beschikking staat. Ze ziet haar werken als een soort overpeinzingen. Voor De ROCK show creëerde ze nieuwe werken die als bruikleen in het museum te zien zijn.
BUITEN A. Melanie Bonajo, Women From the Stone Age Rock , 2014 Buiten, aan de gevel van het museum is een billboard met een fotowerk van Melanie Bonajo. Eén sterk beeld dat zowel haar positie als kunstenaar laat zien en tevens als mottobeeld (en omgezet in een affiche, ansichtkaart) voor de tentoonstelling fungeert. Een foto als performance, als zinnebeeld. B. Vaast Colson, Voorspelmodule, 2014 Te midden een veelstammige eik bouwde Vaast Colson een intrigerende, conische constructie. Leg je lot in handen van de Voorspelmodule, en zie wat de toekomst brengt. C. Erik Odijk, A meteorite named Erika, 2014 (houtskool en pastelkrijt) Erik Odijk is duidelijk gericht op de nieuwe romantiek, het grote verhaal en het vakmanschap. Hiermee sluit zijn werk dan ook aan op het meta-modernisme dat niet zozeer een kunststroming is als wel aandacht heeft voor een bepaalde gevoelsstructuur, sensibiliteit in het werk. Hij breidde het museum uit met een buitenatelier pal aan de westgevel van het gebouw waarachter zich het oorspronkelijke atelier van Emile van Doren bevindt. Erik Odijk werkte er in de maanden mei en juni ter plekke aan zijn tekening van een brok albast. D. Erik Odijk e.a., Introspectieput, 2014 De geologische prospectieput werd in handen van Erik Odijk een introspectieput, een plek van reflectie, gelegen te midden het kleine bos voor het museum. E. Erik Odijk, Verzamelplaats van Gedenkstenen voor Verloren Dierbaren, 2014 Uitgangspunt voor de verzamelplaats is dat mensen een kleine gedenksteen opstuurden of binnenbrachten met een persoonlijke verhaal in de vorm van een brief, een zin, gewijd aan een gestorven geliefde. De persoonlijke herinneringen geprojecteerd op die sublieme objecten uit de oertijd bundelen de gevoels- en denkkracht tot een collectieve energie op deze bijzondere plek. Een amethist, verwijzend naar de kleur van de heide, werd toegevoegd in herinnering aan Emile Van Doren. F. Rudy J. Luijters, Een landschap voor de schilder/ A landscape for the painter, 2014 Rudy J. Luijters licht met enkele gerichte ingrepen in de tuin de huidige, soms bizarre structuren in de museumomgeving uit en bracht tegelijkertijd kleur in de tuin, als de eerste verftoetsen op het palet van een schilder. Drie handgeschilderde borden, gemaakt door Pieterjan Volckaert, markeren de toegangswegen naar het museumterrein. G. ROCK Een gigantische steen markeert de toegang naar het museum. H. Assemblage Ambacht en Expressie Twee bewerkte stenen verbeelden ambacht en expressie. I. Erik Odijk en Sander Naus, Bouwput, 2014 Vlakbij het dispensarium, op enkele honderd meters van het museum, langs het wandelpad richting het centrum van Genk werd een toevallig ontdekte steen blootgelegd. De put bracht allerhande bouwafval boven, om uiteindelijk op een betonnen blok te stuiten. Met dank aan: Provincie Limburg en Z33, Stad Genk – Emile Van Dorenmuseum, Stad Hasselt, Vlaamse overheid, Toneelhuis Antwerpen, EWAF (Erlend Williamson Art Fellowship), Kröller-Müller Museum Otterlo, Gemeentemuseum Helmond, Stedelijk Museum Ieper, Yvonne van Versendaal, Sander Naus en MAP – Make Art Projects (coördinatie en technische uitvoering), Melotte nv Zonhoven en iedereen die zijn steen bijdroeg aan De ROCK show, letterlijk dan wel figuurlijk.