Eindrapportage Glastuinbouw 2014
Opdrachtgever: Projectleider: Auteur: Rapportdatum: Rapportversie Nummer:
Marieke van de Blaak H. Verwoerd S. van Zimmeren 20 maart 2015 1.0 DMS 21931355
1
Inhoudsopgave 1 DOELSTELLING EN RESULTAAT ..................................................................................................... 3 1.1 1.2
DOELSTELLING .......................................................................................................................... 3 RESULTAAT ............................................................................................................................... 3
2 UITGEVOERDE ACTIVITEITEN.......................................................................................................... 5 2.1 PREVENTIEVE AANPAK ...................................................................................................................... 5 2.2 MILIEUCONTROLES ........................................................................................................................... 5 3 AANBEVELINGEN .............................................................................................................................. 7 3.1 PREVENTIEVE AANPAK ...................................................................................................................... 7 3.2 MILIEUCONTROLES ........................................................................................................................... 7 4 GECONTROLEERDE LOCATIES ....................................................................................................... 7 5 VERVOLGACTIVITEITEN ................................................................................................................. 10 5.1 UITVOEREN NACONTROLES ............................................................................................................. 10 BIJLAGE 1 – OVERZICHT OVERTREDINGEN................................................................................... 11
Verspreiding eindversie van dit rapport: Ö DCMR Milieudienst Rijnmond; Ö Hoogheemraadschap Schieland en Krimpenerwaard; Ö Hoogheemraadschap Delftland; Ö Waterschap Hollandse Delta; Ö Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit.
2
1 Behaalde doelstelling en resultaat 1.1
Doelstelling
De doelstellingen volgens het projectplan 2014 waren: • Een afname van 33% in de toezichtlast bij glastuinbouwbedrijven t.o.v. de situatie als de handhavingspartners individueel controles uitvoeren (c.q. vermindering aantal controlemomenten van verschillende instanties bij één bedrijf). • Een goede kwaliteit van de integrale inspecties. • 70% van de glastuinbouwbedrijven leeft de van toepassing zijnde wet- en regelgeving na. • Het project wordt door alle handhavingspartners budgetneutraal uitgevoerd. Dit wordt bereikt doordat alle partners een bijdrage leveren aan de verschillende project onderdelen zoals projectleiding, toolboxen, controles etc. Realisatie doelstelling 2014: • De toezichtlast voor bedrijven is door het ‘voor elkaar controleren’ aanzienlijk afgenomen. Zo wordt er gewerkt vanuit één integrale checklist, met één aanspreekpunt. Ook heeft de sector bevestigd dat de gehanteerde controlemethode voor de ondernemers efficiënt en effectief is (bron: doelgroepanalyse). Feitelijk heeft de NVWA geen bijdrage geleverd aan de realisatie van de planning. Deze dienst acteert alleen bij overtreding(en) die hen aangaan. Een bedrijf werd in 2014 gecontroleerd door een waterschap of de DCMR. Hiermee is de toezichtlast voor de bedrijven met circa 50% gedaald. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat circa 10% van de bedrijven gezamenlijk is gecontroleerd. Dit levert voor de bedrijven niet zozeer een extra toezichtlast op, maar voor de participerende diensten een extra tijdbelasting. Conclusie: doelstelling is behaald.
1.2
•
Een goede kwaliteit van integrale controles was gewaarborgd door het up-to-date houden van een checklist. Deze checklist is door elke toezichthouder gebruikt tijdens de controle en gedeeld met de partners. Tevens is gewerkt vanuit een gezamenlijke planning en zijn diverse bijeenkomsten t.b.v. kennisdeling gefaciliteerd. Het kostte relatief veel tijd om dit goed af te stemmen. Conclusie: doelstelling is behaald.
•
De kwaliteit van deze integrale controles was gewaarborgd door het samenvoegen van de kernvoorschriften in een checklist. Deze checklist was voorzien van bijbehorende werkinstructie (uniforme aanpak). Tevens is gewerkt vanuit een gezamenlijke planning en zijn diverse bijeenkomsten t.b.v. kennisdeling gefaciliteerd (zie onder resultaten). Het kostte relatief veel tijd om dit goed af te stemmen. Conclusie: doelstelling behaald.
•
Van de gecontroleerde bedrijven voldoet slechts 2% aan alle gecontroleerde voorschriften (het totaal aan voorschriften uit het Activiteitenbesluit, de Waterwet en de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. N.b. het gaat hierbij om het totaal van de individuele normen zoals opgenomen in de checklist). Conclusie: doelstelling niet behaald.
Resultaat
Binnen het projectplan van 2014 waren de volgende beoogde resultaten benoemd: A) 100 minder bedrijfsbezoeken t.o.v. situatie zonder dit project. Resultaat: dit resultaat is behaald door gezamenlijke planning van de participerende handhavingspartners. In totaal zijn 184 bedrijven in de regio Rotterdam-Rijnmond gecontroleerd. Indien de partners dit afzonderlijk hadden uitgevoerd, dan zou het totaal van de controles uitkomen op 555 controles (o.b.v. vier afzonderlijke planningen)
3
B) Circa 430 glastuinbouwbedrijven worden elke drie of vier jaar (DCMR) gecontroleerd. In 2014 komt dit neer op 133 uitgevoerde integrale controles aan de hand van de integrale checklist van 1 de deelnemende overheidsinstanties . Onderverdeeld is dit: y 60 controles uitgevoerd door de DCMR; y 13 controles uitgevoerd door de NVWA; y 60 controles uitgevoerd door de waterbeheerders (HHSK, HHD, WSHD). Resultaat: in 2014 zijn totaal 184 integrale controles uitgevoerd op basis van een gezamenlijk opgestelde planning. Dit zijn 34 controles meer dan de 150 die beoogd waren voor 2014. Vooral de WSHD heeft extra inventariserende controles buiten de planning gedaan. In de planning van 2014 was verder onvoldoende rekening gehouden met incidenten, bedrijfsbeëindiging etc. Deze zijn echter wel opgepakt binnen het project. Aantal uitgevoerde controles: HH-Partner DCMR NVWA Waterbeheerders HHD HHSK WSHD Eindtotaal
Totaal 81 0 17 40 46 184 Tabel 1
Toelichting op waarom er per handhavingpartner meer of juist minder controles zijn uitgevoerd dan gepland in projectplan 2014: •
•
•
• •
De DCMR heeft 17 controles meer uitgevoerd dan aangegeven in het projectplan 2014. Grotendeels betroffen dit glastuinbouwbedrijven van de gemeente Goeree-Overflakkee (13 bedrijven, toegevoegd door uitbreiding van het DCMR werkgebied). De andere bedrijven zijn gecontroleerd naar aanleiding van bedrijfsmeldingen en incidenten. De NVWA heeft geen controles direct voor dit project uitgevoerd. Enerzijds omdat hun werkwijze zo is dat controles minder planmatig worden ingedeeld (situatie-/incidentgestuurde controles, bijv. illegale import verboden middelen). Ook is de werkwijze niet per definitie gebiedsgericht maar themagericht (bijv. gericht op komkommers of rozen). HHSK heeft vijf controles méér uitgevoerd dan aangegeven in het projectplan 2014. Dit is veroorzaakt door “nieuwe” gemelde of waargenomen bedrijfsactiviteiten. Een aantal bedrijven zijn volledig gecontroleerd naar aanleiding van klachten of meldingen. WSHD heeft 21 controles méér uitgevoerd dan aangegeven in het projectplan 2014, dit is te verklaren doordat er enkele glastuinbouwbedrijven al een te lange tijd niet bezocht zijn. HHD heeft de controles uitgevoerd zoals afgesproken.
C) Bijeenkomsten In het projectplan was afgesproken dat tijdens de uitvoering van het project zowel toezichthouders bijeenkomsten (vier) als toolboxen (twee) zouden worden georganiseerd. De bijeenkomsten zijn vooral bedoeld als afstemming van de controles. De toolboxen hebben tot doel de benodigde specifieke kennis, die nodig is voor de uitvoering van de controles, te delen.
1
NVWA, DCMR en de waterbeheerders, zijnde: WSHD, HHSK en HHD
4
Resultaat: gedurende de uitvoering van het project zijn in totaal minder bijeenkomsten belegd. De toezichthouderbijeenkomsten zijn om praktische redenen gecombineerd met toolbox-onderwerpen. Uiteindelijk zijn er in 2014 vier bijeenkomsten voor toezichthouders georganiseerd. Deze gingen over de volgende onderwerpen: • Een startoverleg in maart met de toezichthouders. • Checklist en werkinstructie integrale controle voor toezichthouders (afspraken KPI’s). • Twee operationele bijeenkomsten met de toezichthouders waarbij specifiek aandacht is besteed aan zaken uit de Waterwet, Wet milieubeheer en regels voor gewasbescherming. In het kader van landelijke kennisuitwisseling is er een klankbordgroep voor waterschappen en gemeenten. Verder zijn voor een goede afstemming binnen het project een tweetal strategische overleggen met teamleiders gehouden. Ook heeft het project een bijdrage geleverd aan het landelijk overleg, de klankbordgroep Glastuinbouw.
2 Uitgevoerde activiteiten 2.1 Preventieve aanpak Voor de aanvang van de bedrijfsbezoeken is de opzet en uitvoering van het project gecommuniceerd met de brancheorganisatie (LTO-glaskracht Noord). Deze heeft haar leden over de uitvoering en inhoud van het project geïnformeerd.
2.2 Milieucontroles In 2014 is de eerder toegepaste integrale checklist herzien en, daar waar nodig, aangevuld. Deze checklist wordt gebruikt om de controlebevindingen van de verschillende wet- en regelgeving overzichtelijk in het controleverslag vast te leggen. De volgende regelgevingen zijn in 2014 gecontroleerd: • de Wet milieubeheer (Activiteitenbesluit); • de Waterwet; • regels voor voedsel- en warenveiligheid. De checklist en werkinstructies zijn voor 2014 herzien en daar waar nodig aangevuld. Daarnaast is er een gezamenlijke planning opgesteld. Aan de hand hiervan zijn 184 integrale controles uitgevoerd, verdeeld over de handhavingpartners (zie tabel 1). Met deze 184 controles is in 2014 42% van het totale glastuinbouw bedrijvenbestand (per 1 januari 2014 bestaande uit ca. 430 bedrijven) op alle bovengenoemde relevante wet- en regelgeving gecontroleerd. Bevindingen controles Van de gecontroleerde bedrijven zijn bij slechts twee bedrijven geen enkele overtreding geconstateerd; deze leven daarmee alle relevante regels na. Bij 182 bedrijven is/zijn één of meer overtreding(en) geconstateerd. Dit lijkt op voorhand een slecht resultaat, maar dit behoeft enige nuancering. Van gecontroleerde normen wordt minder dan 20% overtreden. Hiermee wordt de doelstelling van een naleefgedrag van ten minste 70% gerealiseerd (doel behaald) Het hoge percentage is te verklaren door het lage nalevinggedrag voor het registreren van verbruiken emissie-gegevens bij de Uitvoeringsorganisatie Integrale Milieu Taakstelling (later: UO). In onderstaande tabel staat het percentage geconstateerde overtredingen per thema weergegeven (dit is de momentopname naar aanleiding van het eerste bezoek/de nulmeting). Van alle gecontroleerde regels/normen werd in 69% voldaan aan de afzonderlijke normen.
5
In de tabel 2 hieronder wordt het aantal overtredingen per thema weergegeven. Overtredingen per thema Totaal afvalwater Totaal bodem Totaal CFK Totale gewasbeschermingsmiddelen Totaal kunstmeststoffen Totaal lucht Totaal registratie en rapportage Totaal stookinstallaties Totaal afvalstoffen Totaal veiligheid
% 26 8 8 14 10 7 1 16 <1 11 Tabel 2
Uit de tabel komen de vier hieronder toegelichte aandachtspunten naar voren. Afvalwater De overtredingen van dit thema bestaan voornamelijk uit: • Geen of onvoldoende registratie van de waterstromen (UO). Zie ook het onderwerp “rapportageplicht UO”. • Ontbreken van een juiste overstortvoorziening (hemelwaterafvoer). Dit heeft te maken met condenswater uit de kas (binnenzijde kasdek). Wanneer dit water in het bassin komt, dient mogelijk de overstortvoorziening aangepast te worden. • Geen of onvoldoende opvangcapaciteit van regenwater t.b.v. gietwater. • Illegaal lozen van percolaat (geconcentreerd afvalwater) uit afvalcontainers met afgedragen gewas naar/in het oppervlaktewater (dit zijn vaak heterdaadconstateringen). Percolaat is enorm zuurstofbindend en onttrekt daarom zuurstof uit het oppervlaktewater. • Onjuiste afvoer van condenswater afkomstig uit de kas en/of warmtekrachtkoppeling (WKK). Condenswater van de WKK en de ketel dient te worden afgevoerd naar het riool (in plaats van dat het verdwijnt in bodem of oppervlakte water). • Foutief aangesloten hemelwaterafvoer: hemelwater afkomstig van de kassen en van terreinverhardingen wordt veelal afgevoerd naar het vuilwaterriool in plaats van dat het wordt afgekoppeld en apart naar de bodem of in het oppervlaktewater wordt geloosd. Afvoer naar bodem/oppervlaktewater voorkomt namelijk piekbelasting (bij bijv. extreme regenbuien) van het vuilwaterriool en dringt (nood)overstorten terug. Hierdoor wordt zeer minimaal vuil water meer op het oppervlaktewater geloosd en is de hoeveelheid afvalwater die ter zuivering wordt aangeboden veel geringer. Gewasbeschermingsmiddelen 14% van de bedrijven overtreedt de regels die gelden voor opslag en het voorhanden hebben van gewasbeschermingsmiddelen (ofwel 86% leeft na). Rapportageplicht UO Glastuinbouwbedrijven hebben een jaarlijkse rapportageplicht bij de UO. Vóór 1 mei moeten de lozingscijfers over het voorafgaande jaar aan de UO toegezonden/gerapporteerd zijn. Relatief veel bedrijven doen deze registratie te laat en/of onvolledig. Door deze overtreding heeft het bevoegd gezag niet direct inzicht in de lozingen (zowel op het riool als oppervlaktewater). Ook worden deze gegevens gebruikt voor het afstemmen van de emissienormen (norm hoeveel stikstof een bedrijf mag lozen). Bedrijven zijn onvoldoende doordrongen van de ernst van deze overtreding. In het landelijk overleg tussen RUD’s en waterschappen is de registratieverplichting om die reden ook als speerpunt voor 2014 afgesproken. Lucht / stookinstallaties De overtredingen van dit thema bestaan voornamelijk uit: • het niet of niet tijdig onderhouden van ketel of WKK; • het niet uitvoeren van de meetverplichtingen en de vierjaarlijkse periodieke inspectie.
6
Veiligheid De overtredingen van dit thema bestaan voornamelijk uit: • onjuiste opslag van (gevaarlijke) stoffen; 2 • onjuiste opslag gasflessen (PGS en/of niet tegen omvallen beschermd); • niet voldoen aan de afstandseisen, kenplaat, KIWA-keuring op de tank en lekdetectie bij bovengrondse tanks. Nuancering aantal overtredingen Het beeld van het aantal geconstateerde overtredingen zoals weergegeven in tabel 2, vraagt om enige nuancering. De resultaten zijn in de praktijk positiever. Dit komt vooral doordat de waterschappen overtredingen in het systeem niet op dezelfde wijze registreren (dan wel kunnen reproduceren) als de DCMR en NVWA. Ook wanneer blijkt dat een bedrijf na meerdere nacontroles alsnog voldoet aan de norm, wordt dit niet in het systeem geregistreerd als een overtreding. Deze manier van registreren wijkt af van de wijze waarop de DCMR en NVWA de registratie vormgeven. Voor de laatstgenoemde organisaties staat een bedrijf vanaf het eerste moment dat er een overtreding wordt geconstateerd te boek als overtreder. Pas wanneer een bedrijf voldoet, wordt dit aangepast. Dit betekent dat het aantal overtredingen in eerste instantie groter kan zijn dan hierboven genoemd. Dit is een gevolg van de afspraak dat elke projectpartner zijn eigen sanctiestrategie mag toepassen. Een uniforme registratie van overtredingen is een aandachtspunt voor 2015. Nazorg en nacontroles Alle bedrijven met overtredingen zijn aangeschreven. Vervolgens zijn bij vrijwel al deze bedrijven nacontroles uitgevoerd. Alle bedrijven die aangeschreven zijn, hebben de geconstateerde overtredingen ongedaan gemaakt; hieruit blijkt dat het aanschrijven nuttig is geweest. Hiermee is de naleving na aanschrijving en nacontrole 100%.
3 Aanbevelingen 3.1 Preventieve aanpak Er is een betere voorlichting gegeven over nut en noodzaak van afvalwaterlozingen, onderhoud en inspecties van stookinstallaties en veiligheidsaspecten zoals opslag en afstandseisen en lekdetectie van bovengrondse tanks. Daarnaast zal m.b.t. UO-registraties in 2015 (dit jaar vanuit de waterschappen) centraal één brief worden gestuurd aan bedrijven waarin zij hierop worden aangesproken.
3.2 Milieucontroles Het verdient aandacht om te bekijken of de milieucontroles anders ingericht kunnen worden. Op dit moment varieert bijvoorbeeld de planningsmethodiek per dienst. De methodiek is enerzijds risicogestuurd en anderzijds frequent ingezet in 2014.
4 Gecontroleerde locaties In tabel 6 hieronder is het overzicht opgenomen van de naleving uitgezet op de sanctiestrategie. In totaal zijn er bij twee bedrijven bij de eerste controle geen overtredingen geconstateerd. Voor een volledig overzicht van de bedrijven per bevoegd gezag (lees: gemeente), zie bijlage 1. Bedrijven waarbij de naleving niet op orde was. Op het niet naleven van voorschriften staan vaste sancties. De DCMR heeft een strategie vastgesteld om te bepalen welk middel passend is voor de specifieke situatie bij het bedrijf waar de controle plaatsvond. Deze methode heet de sanctiestrategie en is op hoofdlijnen vergelijkbaar met de landelijke handhavingsstrategie. Het gedrag van de ondernemer en de impact die dit gedrag heeft op het milieu of de veiligheid van omwonenden zijn doorslaggevend voor het bepalen van de juiste sanctie. Om het gedrag van een ondernemer te beoordelen wordt onderscheid gemaakt tussen:
2
PGS staat voor Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen en omvat een handreiking voor bedrijven die gevaarlijke stoffen produceren, transporteren, opslaan of gebruiken en voor overheden die zijn belast met de vergunningverlening en het toezicht op deze bedrijven. In de publicatiereeks wordt zoveel mogelijk op integrale wijze aandacht besteed aan arbeidsveiligheid, milieuveiligheid, de transportveiligheid en de brandveiligheid.
7
A) proactief B) onverschillig/reactief C) calculerend D) bewust en structureel gedrag Vervolgens zijn er vier niveaus om te bepalen wat de gevolgen voor het milieu zijn van dat gedrag: 1) vrijwel nihil 2) beperkt 3) van belang 4) aanzienlijk en/of onomkeerbaar Op een matrix komen deze punten samen in een vlak waar een gepast handhavingsmiddel staat. In onderstaande tabel zijn de overtredingen samengevat per bevoegd gezag en ingedeeld naar zwaarte op basis van bovengenoemde sanctiestrategie. De uitgebreide weergave, inclusief de overtredingen en de specifieke locaties, is op te vragen. Zie hiervoor bijlage 1.
8
$DQWDORYHUWUHGLQJHQSHUFDWHJRULHODQGHOLMNHKDQGKDYLQJVVWUDWHJLH *HPHHQWH %ULHOOH *RHUHH 2YHUIODNNHH +HOOHYRHWVOXLV /DQVLQJHUODQG 5LGGHUNHUN 5RWWHUGDP :HVWYRRUQH (LQGWRWDDO
$
$
%
%
%
&
&
Tabel 6 Aantal overtredingen per sanctiecategorie
NB bij check op de uitvoering van de geplande controles in december bleek dat een klein deel van de controles nog niet was uitgevoerd. Deze controles zijn alsnog uitgevoerd maar de resultaten hiervan zijn nog niet meegenomen in de eindresultaten zoals hierboven benoemd. Dit betreft ca. dertien controles.
9
5 Vervolgactiviteiten 5.1 Uitvoeren nacontroles Nacontroles zijn nagenoeg geheel uitgevoerd. Deze vallen binnen het project en de uren waren daarom ook begroot. Het merendeel van de bedrijven voldeed na de nacontroles. In de afronding van de controles in 2014 zijn in december nog enkele controles uitgevoerd.
10
Bijlage 1 – Overzicht overtredingen Deze bijlage is op aanvraag digitaal te verkrijgen (wegens de vele aantal pagina’s). Dit kan via: - Henk Verwoerd:
[email protected] - Steven van Zimmeren:
[email protected]
11