STOMPWIJK
In opdracht van:
Gemeente Leidschendam - Voorburg
Onderwerp
Glastuinbouw Stompwijk, duurzaam
Project
Gemeente Leidschendam - Voorburg
Bladzijde
1/21
Datum
10/12/2009
Rapport
Duurzame glastuinbouw
Energy Quest consultancy
Uitgevoerd door:
EQ Energy Quest Consultancy
Spechtlaan 39 2261 BA Leidschendam 06 48073749
November 2008
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
2/21
EQ Energy Quest Consultancy
Inhoud 1 1.1 2 2.1 2.2 2.3 2.4 3 4 4.1 4.2 5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 6 7 8 9 10 11
Inleiding ....................................................................................................................................................... 3 Reconstructie en energie ................................................................................................................................... 3 Duurzame glastuinbouw.............................................................................................................................. 3 Energiebesparing .............................................................................................................................................. 4 Inzet duurzame energie..................................................................................................................................... 4 Efficiënt gebruik ................................................................................................................................................ 5 Randvoorwaarden............................................................................................................................................. 5 Modelberekening ......................................................................................................................................... 5 Gas en elektriciteitvoorziening .................................................................................................................... 6 Gas .................................................................................................................................................................... 6 Elektriciteitsvoorziening .................................................................................................................................... 8 Warmte levering ........................................................................................................................................ 10 Lage temperatuur restwarmte ........................................................................................................................ 10 Hoge temperatuur restwarmte ...................................................................................................................... 10 Restwarmte levering glastuinbouw ................................................................................................................ 10 Bedrijventerrein .............................................................................................................................................. 11 Kulturhus ......................................................................................................................................................... 12 Ondergrond ............................................................................................................................................... 14 Windenergie .............................................................................................................................................. 16 Zonne energie ........................................................................................................................................... 16 CO2 ............................................................................................................................................................ 17 Samenvatting ............................................................................................................................................ 19 Aanbevelingen .......................................................................................................................................... 20
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
3/21
EQ Energy Quest Consultancy
1
Inleiding
Ingeklemd tussen de A4 en de Stompwijkse vaart ligt, gezien in de noordelijke richting, vlak voor de dorpskern van Stompwijk, een glastuinbouwgebied. In dit glastuinbouwgebied zijn momenteel een twaalftal glastuinbouwbedrijven gevestigd. Een deel van deze bedrijven is gevestigd in verouderde glasopstanden. De gemeente Leidschendam Voorburg heeft echter het voornemen het gebied te reconstrueren en dit zodoende weer geschikt te maken om een aantal decennia huisvesting te kunnen bieden aan een aantal glastuinbouwbedrijven die op een gezonde basis hun bedrijf kunnen continueren. Een zevental eigenaren van bestaande bedrijven heeft te kennen gegeven om hun bedrijf in een gereconstrueerd gebied te willen continueren. Bij deze reconstructie speelt ook nog de discussie over de aanleg van een rondweg en de mogelijkheid om een stuk terrein waar nu nog geen glastuinbouwbedrijven zijn gevestigd te betrekken in de reconstructie en de inrichting van een bedrijventerrein. Om bij een reconstructie meteen een belangrijke slag te kunnen slaan bij de verduurzaming van de hier gevestigde glastuinbouw is in deze rapportage vastgelegd wat de beste mogelijkheden voor dit gebied zijn. Hierbij is uiteraard met alle betrokkenen overleg gevoerd, zijnde de tuinders die te kennen hebben gegeven in dit gebied hun bedrijf te willen continueren en moderniseren. Daarnaast is uiteraard overleg gevoerd met de gemeente Leidschendam-Voorburg, de provincie Zuid-Holland, de lokale netbeheerder Eneco en diverse andere partijen. Uiteindelijk zullen een aantal aanbevelingen worden gedaan aan de gemeente en aan de tuinders die in het gebied hun bedrijven willen continueren.
1.1
Reconstructie en energie
Als een glastuinbouwgebied wordt gereconstrueerd is het een uitstekend moment om te bezien of de beste randvoorwaarden kunnen worden geschapen voor een zo duurzaam mogelijke ontwikkeling van het glastuinbouwgebied. Er zullen diverse hectaren verouderd glas worden afgebroken en er zullen nieuwe bedrijven moeten worden gebouwd. Vaak worden wegen opnieuw ingericht en vervangend water gegraven. Kortom een heel gebied gaat voor een belangrijk deel op de schop. Gelijktijdig kan dit het moment zijn om restwarmtenetten te ontwikkelen, geo thermie in te passen of warmte/koude opslag te gaan toepassen. Dit is uiteraard de beste gelegenheid om een dergelijk gebied ook energetisch zo goed mogelijke randvoorwaarden mee te geven.
2
Duurzame glastuinbouw
Als gesproken wordt over duurzame glastuinbouw zal eerst moeten worden vastgelegd wat wordt verstaan onder duurzaam in het algemeen en een duurzame glastuinbouw in het bijzonder. In de praktijk blijken begrippen nogal eens door elkaar te worden gehaald. Om een energetisch duurzame ontwikkelen te kunnen ondersteunen kan de aloude Trias Energetica worden gevolgd zoals die in onderstaand figuur staat weergegeven. De drie stappen zijn: 1
Terugdringen van onnodig energieverbruik, bijvoorbeeld energiebesparing in de vorm van goede warmte isolatie;
2
Voor de resterende behoefte zoveel mogelijk duurzame energie inzetten, bijvoorbeeld wind en zon;
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
4/21
EQ Energy Quest Consultancy
3
Zuinig en efficiënt gebruik maken van fossiele bronnen, als duurzame energie niet volstaan. Bijvoorbeeld door optimaal gebruik te maken van de CO2-arme elektriciteit van een afvalenergiecentrale.
De realisatie van duurzame glastuinbouw wordt slechts bereikt als de financiële positie van het glastuinbouwbedrijf hierdoor verbeterd, door krachten bundeling zaken die individueel onbereikbaar zijn wel mogelijk te maken, het afgeven van vergunningen met beperkingen ter bevordering van d duurzaamheid, subsidies, koppeling met derden, voorinvesteren om zo een gunstig vestigingsklimaat te scheppen voor duurzame glastuinbouw, etc. Bij dit proces van verduurzaming zijn een aantal partijen van belang, dit zijn: 1 de gemeente Leidschendam – Voorburg 2 de individuele glastuinbouwbedrijven 3 een eventuele ontwikkelaar van de herstructurering
2.1
Energiebesparing
Een belangrijk deel van de te bereiken energiebesparing zit in de te kiezen kasconstructie (kastype, geïsoleerde kasvoeten, gevelisolatie, keuze voor het type glas, etc.), de installaties in de kas (schermdoeken, belichting, beregening, luchtbehandelingkasten, etc.) en de energieomzettingsinstallaties (ketel, warmtekrachtinstallatie, warmtebuffer, koelcompressor, warmtepomp, etc.). Uiteraard bepaald de keuze voor een type teelt en de soort mede de vraag naar energie en CO2. De belangrijkste partij hierbij is de individuele tuinder met zijn adviseur. Deze bepalen wat, en hoe, er gebouwd gaat worden en kiezen de installaties.
2.2
Inzet duurzame energie
Voor het gebruik van duurzame energie, zoals zon, wind en biomassa, moeten vaak zaken geregeld worden die niet alleen onder de verantwoordelijkheid van de individuele tuinder vallen. Voor wind moet een bouwvergunning worden verkregen, voor het gebruik van de ondergrond voor warmte/koude opslag, wanneer een semi geslotenkas wordt toegepast, een vergunning van de provincie, voor het gebruik van biomassa eventueel een bouwvergunning en een milieuvergunning.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
5/21
EQ Energy Quest Consultancy
Dit betekent dat voor het realiseren van de inzet van duurzame, niet fossiele, energiedragers veelal van de overheid hiervoor een vergunning moet worden verleend. In sommige gevallen leidt dit tot het niet realiseren van de gewenste verduurzaming. Het gebruik van andere bronnen zoals geothermie kan een zaak zijn die meerdere tuinders betreft zodat het plezierig is als hiervoor een coördinatie vanuit bijvoorbeeld de gemeente plaats vindt, zeker als het een herstructureringsgebied betreft. Om dit alles mogelijk te maken kan de gemeente in overleg met de tuinders ervoor zorgen dat de goede randvoorwaarden aanwezig zijn om dit alles mogelijk te maken.
2.3
Efficiënt gebruik
Als energieomzettingsinstallaties worden gebruikt die gebruik maken van fossiele energiedragers zal gezocht moeten worden naar de hoogste energie efficiency. Overigens moet dit zelfde streven er ook zijn als gebruik wordt gemaakt van niet fossiele energiedragers zoals windenergie, bio massa, etc. De aardgasgestookte ketels die in de glastuinbouw worden gebruikt zijn vrijwel altijd voorzien van een condensor waardoor ook de warmte uit de rookgassen wordt benut. De belangrijke rol van de aardgasgestookte ketels voor de verwarming van de kassen is de laatste jaren echter veranderd. Bij de glastuinbouw wordt veel gebruik gemaakt van warmtekracht installaties die ten aanzien van het totaal rendement volgens de BBT richtlijnen(Best Beschikbare Techniek) hoog scoren. Ruim 60% van alle bedrijven hebben momenteel een dergelijke installatie. Deze installaties produceren warmte, elektriciteit en CO2, wat allemaal door de tuinder kan worden gebruikt. Bij een hoge elektriciteitsvraag zal het opgestelde warmtekracht vermogen hoger kunnen zijn waardoor mogelijk wat warmte teveel wordt geproduceerd. Deze warmte kan worden weggekoeld, aan een buurbedrijf worden geleverd dan wel kan dit via een restwarmtenet aan derden worden geleverd.
2.4
Randvoorwaarden
Bij de invulling van de Trias Energetica is het uiteraard van doorslaggevend belang dat de betreffende tuinders bereid zijn om bij de inrichting van hun nieuwe bedrijf hiermee rekening te houden. Zij moeten hierin investeren. Een gemeente kan, zeker als er sprake is van een reconstructie, een belangrijke taak hebben bij het coördineren en invullen van de reconstructie. Ten aanzien van de energetische verduurzaming kan zij tevens een belangrijke rol spelen door goede randvoorwaarden te helpen neerleggen om een verduurzaming goed mogelijk te maken. In het vervolg van deze notitie zal in het bijzonder worden ingegaan op de randvoorwaarden die een verduurzaming helpen realiseren.
3
Modelberekening
Om een goed inzicht te kunnen krijgen in de energievraag van de nabije toekomst is een model gemaakt. Hiervoor is op basis van de met de tuinders gevoerde gesprekken aanpassingen gemaakt in teeltsoort, installaties, etc. In onderstaande tabel staan de gegevens samengevat voor de nieuwe, geherstructureerde, situatie. Glastuinbouwgebied Stompwijk na de herstructurering Kwekerij Meeslouwer VOF planten Duyvestijn Freesia Kwekerij Roeling
Deco Flowers Potplantenkwekerij Sjaak vd Voort bv Hogervorst Mts A.C. Kwekerij Desert plants Overig Totaal
Perceel Opp. In ha 11,0
Glas Opp. In ha 9,5
Belicht Opp. In ha 2,5
Inkoop gas in m3 elektriciteit in kWh 5.738.991 1.835.000
verkoop elektriciteit in kWh 15.275.000
3,3 3,3
3,0 3,0
3,0 1,9
1.075.500 1.219.513
2.093.400 474.525
2.498.400 2.259.850
4,3 6,7 12,0 4,5 11,0 56,1
4,0 3,1 10,0 3,2 9,0 44,8
4,0 3,1 10,0 3,0 27,5
2.646.043 1.220.057 8.788.500 652.518 5.590.000 26.931.123
1.658.600 257.600 6.630.000 112.000 618.300 13.679.425
5.246.800 127.000 16.420.000 1.546.000 19.838.300 63.211.350
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
6/21
EQ Energy Quest Consultancy
Met behulp van het model is uiteraard ook berekend de totalen voor het gehele gebied. Deze staan in onderstaande tabel weergegeven. Stompwijk Totaal Oppervlak glas Inkoop gas Inkoop gas Inkoop elektriciteit Inkoop elektriciteit Verkoop elektriciteit
ha m3 m3/h kWh kW kWh
Verkoop elektriciteit
kW
belicht oppervlak belichting vermogen belichting sterkte gemiddeld elektriciteit voor belichting opgesteld WKK vermogen
ha kW lux kWh kWe
CO2 emissie emitterende schoorstenen CO2 emissie macro milieutechnisch NOx volgens emiterende schoorsteen NOx macro milieutechnisch
kton/jaar kton/jaar ton/jaar ton/jaar
2.012 40 23.777.615 6.212 13.454.425 18.562 52.686.350
2.014 45 26.931.123 7.027 13.679.425 18.787 63.286.350
2.016 45 26.931.123 7.027 13.679.425 18.787 63.286.350
2.018 45 26.931.123 7.027 13.679.425 18.787 63.286.350
56,1 601.141 157 305.344 419 1.412.642
19.864
22.364
22.364
22.364
499
28 16.579 6.699 36.181.100 19.864
28 16.579 6.699 36.181.100 22.364
28 16.579 6.699 36.181.100 22.364
28 16.579 6.699 36.181.100 22.364
41
46
46
46
18 1.778 1.755
17 2.015 1.986
17 2.015 1.986
17 2.015 1.986
Totaal perceel m3/ha m3/u/ha kWh/ha kW/ha kWh/ha kW/ha
49% belicht 370 kW/ha 1.315.676 kWh/ha 499 kW/ha
1,03 0,39 44,98 44,33
kton/ha/jaar kton/ha/jaar ton/ha/jaar ton/ha/jaar
Kort samengevat moet de beschikbare gascapaciteit na de reconstructie circa 7.000m3/uur zijn. De benodigde elektrische capaciteit bedraagt circa 23 MW.
4
Gas en elektriciteitvoorziening
Een belangrijke vraag bij de inrichting of herinrichting van een glastuinbouwgebied of voldoende gas en elektrische capaciteit aanwezig is. Ook bij een verdere verduurzaming speelt zeker de beschikbare elektrische capaciteit een belangrijke rol. Veel duurzame ontwikkelingen vragen namelijk elektriciteit voor pompen, luchtbehandelingkasten, aandrijving, etc.
4.1
Gas
Op het bestaande glastuinbouwgebied is een gasontvangststation (GOS) gevestigd. Van geen van de tuinders is vernomen dat bij het uitbreiden van de gascapaciteitsvraag hierover een probleem wordt verwacht. Ook de netbeheerder gaf aan geen directe problemen te verwachten ten aanzien van de te leveren capaciteit. Wel zal bij de reconstructie in overleg met de netbeheerder moeten worden berekend of sommige leiding verzwaard moeten worden om een voldoende einddruk van 4,5 bar te kunnen garanderen. Een dergelijke einddruk is noodzakelijk om de moderne warmte/kracht installaties van voldoende gasvoordruk te kunnen voorzien. Als deze einddruk niet wordt gegarandeerd moet een gascompressor worden geplaatst om op de momenten dat de druk wegzakt toch voldoende druk te kunnen leveren. Dat is voor een duurzame energievoorziening uiteraard een ongewenste situatie. Onderstaand een foto van het lokale GOS.
Om de ontwikkelingen in dit gebied mogelijk te maken moet vanuit dit GOS in ieder geval 7.000 m3/uur kunnen worden geleverd. Verwacht wordt niet dat dit een probleem is. In de huidige situatie heeft iedere tuinder een gasaansluiting van de locale netbeheerder Stedin (voorheen Eneco Netbeheer). Iedere tuinder moet zelf de voor hem benodigde aansluitcapaciteit aanvragen en heeft
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
7/21
EQ Energy Quest Consultancy
hiervoor de eenmalige aansluitkosten betaald en betaald jaarlijks de capaciteit- en transportkosten en de periodieke aansluitkostenvergoeding aan de netbeheerder.
4.1.1 Een eigen gasnet Op diverse plaatsen in Nederland hebben glastuinbouwbedrijven een eigen gasnet. De voordelen van het hebben van een eigen gasnet is dat de regionale transportkosten worden uitgespaard. Tevens kan een voordeel worden behaald bij de inkoop van gascapaciteit. Als de tuinders voor het te reconstrueren gebied gezamenlijk een eigen gasnet willen zal hiervoor een ontheffing netbeheer bij de Dte moeten worden aangevraagd. In het verleden werd een dergelijke ontheffing relatief eenvoudig verstrekt. De laatste tijd is de Dte een stuk kritischer geworden ten aanzien van de reden voor het aanvragen van de ontheffing en moet ondermeer kunnen worden aangetoond dat het hebben van een eigen net een randvoorwaarde is voor de duurzame ontwikkeling van het gebied. Als een restwarmtenet zou worden aangelegd kan het richting Dte, gezien hun huidige opstelling, aannemelijk worden gemaakt dat een ontheffing nodig is. Als een eigen gasnet wordt aangelegd zal een en ander uiteraard ook moeten worden onderhouden. Dit onderhoud is mede afhankelijk van de locatie, bereikbaarheid, etc. In Nederland wordt voor budgetteringen gerekend met een percentage van circa 1,5% per jaar. Als gezamenlijk een eigen gasnet wordt aangelegd is het inkooppunt op het GOS. Dit betekend dat de tuinders gezamenlijk gas moeten inkopen. Als ieder afzonderlijk gas wil inkopen zal een partij moeten worden gevonden die de allocatie van het gas verzorgd, dit is de opdeling van de ingekochte hoeveelheid aardgas op het inkooppunt in het GOS naar de per individuele tuinder gemeten hoeveelheid afgenomen aardgas. Deze partij neemt dus ook de risico’s voor meetverschillen en capaciteit verschillen voor zijn rekening. Er zijn diverse partijen in Nederland die een dergelijke allocatie verzorgen. Omdat alle tuinders al een aansluiting hebben is er met een eigen net geen direct kosten voordeel te behalen ten aanzien van de eenmalige aansluitkosten omdat ze die allemaal al betaald hebben. Wel kan een kostenvoordeel ontstaan als er verzwaringen van de aansluiting noodzakelijk zijn.
4.1.2 Kosten Als gekozen wordt voor een eigen gasnet zal een compleet nieuw gasnet moeten worden aangelegd, dus inclusief een GOS. Want alle bestaande spullen zijn van de regionale netbeheerder en hij zal deze waarschijnlijk niet willen overdragen. Onderstaand geef ik een budgetraming voor een dergelijk gasnet, los van de kosten die de tuinders altijd hebben, meting, transportkosten etc. - GOS € 1.100.000 - Distributienet € 600.000 - Onvoorzien € 150.000 Totaal € 1.850.000 Onderstaand een raming van de jaarlijkse exploitatielasten van een eigen gasdistributienet. Uitgaande van een afschrijftermijn van 25 jaar en een rente van 7% zijn de gemiddelde kapitaallasten: - Gemiddelde kapitaallasten € 138.750 - Onderhoud, 1,5% € 27.750 - Allocatiekosten € 30.000 Totale exploitatielasten € 196.500 Wat wordt uitgespaard zijn de regionale transportkosten, zijnde de vaste vergoeding van € 727,95 per aansluiting per jaar en € 22,80 per m3/uur/jaar. de 7 aansluitingen is € 5.095 de gesommeerde capaciteit bedraagt 7.027 m3/u € 160.215 Totaal € 165.311 Dit betekend dat de jaarlijkse exploitatielasten circa € 30.000 hoger liggen dan de directe opbrengst.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
8/21
EQ Energy Quest Consultancy
4.1.3 Conclusie De voordelen van een eigen gasnet lijken negatief. Als bij de aanleg van het gasnet nog belangrijke winst kan worden geboekt door bijvoorbeeld overname van een deel van het bestaande gasnet en als niet voor allocatie wordt gekozen, dan kunnen kosten besparingen worden gerealiseerd die de balans weer in evenwicht brengen. Tevens moet nog worden onderzocht hoe de voor deze locatie in rekening te brengen exit fee zich verhoudt tot de overige capaciteit- en transportkosten. Hiervan worden geen grote winsten verwacht maar het zo uitdetailleren van de voor- en nadelen van een eigen gasnet valt buiten de scoop van deze studie.
4.2
Elektriciteitsvoorziening
Glastuinbouwbedrijven hebben een elektrische aansluiting nodig met een grote capaciteit. Dit ten behoeve van het terugleveren van de met de wkk installaties geproduceerde elektriciteit en de levering van elektriciteit ten behoeve van belichting, luchtbehandelingkasten, pompen, aandrijving, etc. In de situatie na reconstructie moet rekening worden gehouden met een totale elektrische capaciteitvraag van circa 22 MW. Momenteel moet iedere tuinder een aansluiting aanvragen bij de netbeheerder Stedin. Deze heeft door de Dte goedgekeurde eenmalige aansluitkosten vergoeding. In deze aansluitkosten zit echter maximaal 25 meter aansluitkabel. Op de locatie is geen aansluiting mogelijk voor grotere vermogens. Dit betekent dat als een tuinder een zwaardere elektrische aansluiting nodig deze aansluiting uit Leidschendam of Leidscheveen moet komen. Dit is een lengte van 5 a 6 kilometer. Beide tracés zijn niet eenvoudig. Naar Leidschendam moet de kabel gelegd worden langs de Kniplaan en vervolgens de Veursestraatweg en Oude trambaan. Naar Leidscheveen moet de kabel gelegd worden via de Docter v Noordweg en de Stompwijkseweg. Beide tracés hebben weinig tot geen ruimte voor kabels en leidingen en de aanleg ervan leidt tot veel overlast voor de omwonende en de afwikkeling van het verkeer. De kabelkosten tot 1.750 MVA bedragen € 116,36 per meter, vervolgens tot 3.000MVA € 156,56 per meter en tot 10.000MVA € 178,44 per meter. Alleen de kabelkosten voor een aansluiting van een tuinder zijn, afhankelijk van de gevraagde capaciteit en het gekozen tracé tussen de € 580.000 en € 1.070.000. Hierbij komen nog de kosten die nodig zijn voor het maken van zinkers, boringen, herbestrating, etc. Per tuinder zijn de kosten dus erg hoog voor het verkrijgen van een elektrische aansluiting op het distributienet van Stedin. Door de netbeheerder wordt iedere aanvraag van een individuele tuinder apart behandeld en hiervoor ook een aparte offerte opgesteld. De netbeheerder is over het algemeen niet bereid zelf een voorinvestering te doen in een verwachtte ontwikkeling van een gebied. Dit zou gedurende de herstructurering betekenen dat voor iedere tuinder afzonderlijk de aanvraag om verzwaring wordt behandeld en als tussen de aanvragen een periode van circa 6 maanden ligt er langs en in de Stompwijkseweg en/of de Kniplaan zeer regelmatig gegraven gaat worden om alle individuele aansluitingen mogelijk te maken. In geheel Nederland blijkt iedere keer dat bij de ontwikkeling van de glastuinbouw de beschikbaarheid van de elektrische capaciteit vaak een groot probleem is. In diverse grotere glastuinbouwconcentraties is dan ook gekozen om centraal in het glastuinbouwgebied plaatsen van een elektriciteit inkooppunt met voldoende capaciteit. Zo is voor Agriport in de Wieringermeer gekozen voor een eigen 150 kV station en in Luttelgeest in de NoordOostpolder is gekozen voor een eigen 110 kV station. Het spanningsniveau waarop wordt aangesloten wordt voornamelijk bepaald door de gevraagde elektrische capaciteit. Tevens moet dan een elektrisch station worden gevonden waarop de gevraagde capaciteit be-
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
9/21
EQ Energy Quest Consultancy
schikbaar is en de “knip” kan worden gemaakt. Vervolgens moet vanaf dit station de kabelverbinding worden gemaakt. Voor het Stompwijkse glastuinbouwgebied is een maximale capaciteit van 22 MW elektrisch berekend, dit is circa 24,5 MVA. Een dergelijke hoeveelheid vermogen kan nog op 10 kV niveau worden getransporteerd. Zoals uit onderstaand overzicht blijkt dat de maximale transportcapaciteit van 22 MW kan worden verkregen door gebruik te maken van 3 kabelbundels van 500mm2 aluminium, 3 *7.950 = 23,85 MW.
cos phi = 0,9 Geleiding grond=0,75 Doorsnede 10-30kV 10 kV bedreven Koper A kVA kW 95 280 4.850 4.365 120 315 5.456 4.910 150 350 6.062 5.456 185 395 6.841 6.157 240 455 7.881 7.093 300 510 8.833 7.950 400 560 9.699 8.729 500 630 10.912 9.820 630 700 12.124 10.912 800 765 13.250 11.925 Alu 95 215 3.724 3.351 120 245 4.243 3.819 150 275 4.763 4.287 185 310 5.369 4.832 240 355 6.149 5.534 300 400 6.928 6.235 400 450 7.794 7.015 500 510 8.833 7.950 630 575 9.959 8.963 800 640 11.085 9.976
Als de netbeheerder op de locatie van het glastuinbouwgebied een nieuw 10 kV station plaats met deze capaciteit kan van daaruit het gehele gebied worden ontsloten. Omdat er momenteel een aanvraag loopt van een of twee tuinders voor verzwaring is het zinvol om in deze snel te handelen en op zeer korte termijn overleg op te starten met de netbeheerder Stedin zodat wellicht direct al stappen kunnen worden gezet om het gebied elektrisch goed ontsloten te krijgen.
4.2.1 Budgettering Op basis van ervaringen elders in Nederland kan een ruwe budgettering worden gegeven voor de aanleg van een 10 kV station in het glastuinbouwgebied. Hierbij is uitgegaan van het volgende: - “knip”station bevindt zich in Leidschenveen; - Tracé lengte tot het “knip”station 6,5 km; - Leggen van de kabel meegenomen in de herinrichting Stompwijkseweg; - Ruimte in het glastuinbouwgebied langs de wegen voor kabels beschikbaar Budgetraming - Knipkosten € 350.000 - Kabelkosten € 1.400.000 - Boringen, etc € 150.000 - 10 kV station € 450.000 - Kabelkosten in het gebied € 200.000 - Onvoorzien € 300.000 Totaal € 2.850.000 De individuele tuinders krijgen hierbij uiteraard nog wel hun aansluitkosten op locatie, maar deze zijn beduidend lager omdat de bijkomende kabelkosten laag zijn. Een analyse of een eigen elektriciteitsnet technisch en financieel voordelen biedt vergt een uitgebreide analyse van de huidige en toekomstige situatie en is vele malen complexer dan dezelfde vraag over een gasnet. De beantwoording hiervan valt dan ook buiten de scoop van deze opdracht.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
10/21
EQ Energy Quest Consultancy
5
Warmte levering
Er kan gedacht worden over doorlevering van warmte als er op enig moment warmte over blijft of de installaties niet optimaal worden ingezet omdat warmte niet kan worden benut. Er zijn een tweetal temperatuurniveaus waarop de levering van restwarmte mogelijk is.
5.1
Lage temperatuur restwarmte
Als een glastuinbouwbedrijf bij nieuwbouw een belangrijk deel van zijn bedrijf uitvoert als semi gesloten betekent dit dat vaak in de winter warmte over wordt gehouden. Dit is warmte op een laag temperatuurniveau van circa 25°C. Dergelijke restwarmte is echter geschikt om gebruikt te worden in nieuwbouw woningen. Eventueel kan deze warmtestroom iets in temperatuur is verhoogd met een warmtepompnaar bijvoorbeeld 35°C. Deze woningen moeten uiteraard installatietechnisch wel zijn ingericht voor het gebruik van laagwaardige warmte, dus voorzien zijn van vloerverwarming en eventueel zelfs wandverwarming.
5.2
Hoge temperatuur restwarmte
Een tuinder die belichting toepast zal voornamelijk in de winterperiode zijn gewas belichten om hiermee de productie van zijn gewas kwantitatief en kwalitatief positief te beïnvloeden. Zwaar belichte teelten, zoals sommige soorten rozen, vragen veel elektriciteit die de tuinder het liefst produceert met zijn wkk installatie. Dit betekent dat
5.3
Restwarmte levering glastuinbouw
De glastuinbouwbedrijven die een zwaar belichte teelt hebben, zoals een rozenteelt, dimensioneren het door hun op te stellen wkk vermogen op de elektrische capaciteit die zij zelf nodig hebben. Dit betekend dat in de perioden dat de belichting veel wordt gebruikt de wkk installaties aan staan, tenzij de kostprijs voor de inkoop van elektriciteit lager is. Dit betekent dat een dergelijk bedrijf in bepaalde perioden van het jaar warmte overhoudt dat geleverd kan worden aan collega tuinders.
In bovenstaande overdruk uit Google Earth staat het leidingtracé getekend waarmee het onderling doorleveren van warmte mogelijk wordt gemaakt. De lengte van een dergelijke leiding bedraagt 1,1 kilometer. In onderstaande tabel staat de exploitatiekosten berekening voor de restwarmte leiding weergegeven.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
11/21
EQ Energy Quest Consultancy
materiaal
hoeveelheid
eenheid
kosten ten laste van hoofd infra
per eenheid
Stadsverwarming Civiele werkzaamheden
Graven en dichten sleuf Aan en afvoer, tijdelijke opslag grond Grondverbetering Straatwerk
SV (A+R) 180/300
1.100 1.451 110 500
m m3 m3 m
€ € € €
120 8 18 45
€ € € €
132.000 10.879 1.980 22.500
SV (A+R) 180/300
1.100 m
€
515
€
566.500
4 stuks 2 stuks
€ €
3.500 500
€ €
14.000 1.000
1 stuks
€
4.500
€
2.250
6 stuks
€
5.000 € 10% € €
30.000 78.111 859.220
Leidingwerk
Leveren en leggen van Appendages
Leveren en plaatsen afsluiter Leveren en plaatsen afsluiterput compleet
SV (A+R) 180/300
Oplevering
Testen en opleveren Diversen Aansluiten tuinders Winst, risico, management, engineering, verzekering Totaal stadsverwarming
Afschrijftermijn in jaren Rente Kapitaallasten Onderhoud per jaar
25 7% € 1,5% € €
64.442 12.888 77.330
De kostprijs voor warmte levering voor glastuinbouwbedrijven is een andere dan die voor levering aan bijvoorbeeld een school of woningen. Voor de tuinbouw is de referentie warmtekracht en dus ook de kostprijs voor de warmte opgewekt met een warmtekracht installatie. Hierbij moet uiteraard ook nog rekening worden gehouden met het feit dat als de warmte wordt ingekocht er geen of minder CO2 wordt geproduceerd Uitgaande van de modelberekening wordt in de eindsituatie in het totale gebied circa 26 miljoen m3 aardgas verbruikt. Van deze hoeveelheid kan circa 7,5% worden geleverd als restwarmte van een tweetal bedrijven, eventueel kunnen ook geothermische bronnen op dit restwarmtenet worden aangesloten. De overige bedrijven kunnen een deel van hun basislast dekken vanuit dit restwarmte distributienet. Onderstaand is een berekening weergegeven van de waarde van de restwarmte levering voor de bedrijven. Waarde warmte voor de tuinbouw Gasprijs, inclusief transport en capaciteit Dit is omgerekend Waarde van de warmte Verkoop Totaal door te leveren warmte Exploitatielasten warmtenet Exploitatiekosten transportpomp Vergoeding van de warmte Totale kosten Te leveren restwarmte, equivalent Verkoopprijs Voordeel
€ € € € € €
€
0,3 9,48 45% 4,27 7,5% 77.330 14.340 272.678 364.347 2.019.834
€ € € € € €
0,19 € 36,7%
0,35 11,06 45% 4,98 7,5% 77.330 14.340 318.124 409.794 2.019.834
€ € € € € €
0,21 € 39,0%
0,4 12,64 45% 5,69 7,5% 77.330 14.340 363.570 455.240 2.019.834
m3 per GJ per GJ van de gasvraag per jaar per jaar
m3
0,24 m3 ae 40,7%
Uitgaande van een all in gasprijs van €0,37 per m3 kost een GJ warmte € 11,69. Als de warmte voor 45% van de prijs wordt verkocht en jaarlijks circa 2 miljoen aardgas equivalenten aan warmte wordt verkocht kost deze warmte, inclusief de exploitatielasten voor het warmtenet en de transportkosten circa €0,22 per m3 aardgasequivalent. Als het voor de tuinders interessant genoeg is om tussen de 35 en 40% korting te krijgen op hun warmtekosten kan een dergelijk restwarmtenet worden gebruikt voor de doorlevering van een warmte overschot vanuit collega bedrijven. Een bijkomend voordeel van een dergelijk restwarmte distributienet is de benutting van dit netwerk om geothermische energie te distribueren naar alle glastuinbouwbedrijven.
5.4
Bedrijventerrein
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
12/21
EQ Energy Quest Consultancy
Langs de Huysitterweg is de aanleg van een bedrijventerrein gepland. Als bij de uitgifte zodanig wordt gestuurd dat warmte intensive bedrijven hier een plaats kunnen krijgen kan het mogelijk een bijdrage leveren aan de dekking van de exploitatielasten van het restwarmtenet.
5.5
Kulturhus Langs de Stompwijksevaart, ter hoogte van de kerk, heeft de gemeente het plan opgevat om bestaande bebouwing deels te slopen en een multifunctioneel centrum neer te zetten voor een school, bibliotheek en een dorpshuis waarin weer diverse functies voor de Stompwijkse samenleving in onder zullen worden gebracht. Dit gebouw wordt voorlopig het “Kulturhus” genoemd. Wellicht zal aan grenzend aan deze bouw nog een aantal woningen voor diverse groepen uit de Stompwijkse samenleving worden gebouwd. Voor het Kulturhus een basisprogramma opgesteld voor de te vestigen functies in het gebouw, dit wordt onderstaand weergegeven.
Basisprogramma. De gemeente heeft op basis van een inventarisatie van de wensen, mogelijkheden en noodzaken de volgende inventarisatie opgesteld voor de indeling van het Kulturhus. 1. School 9 lokalen, ex gymzaal circa 1.250 m2; 2. Bibliotheek, circa 200m2; 3. Dorpshuis, circa 300m2; 4. Jongerenruimte, circa 50m2; 5. Kinderopvang, circa 150 m2; 6. Diversen, steunpunt, wijkservice punt, spreekruimtes, circa 250m2. Totaal wordt een oppervlak van circa 2.200 m2 geraamd. Energiegebruik. Het gebouw zal uiteraard volgens de huidige bouwvoorschriften worden gebouwd waardoor verwacht wordt dat het gebouw energetisch optimaal zal worden ingericht. Als kengetallen voor het gebruik van energie is gebruikgemaakt van diverse publicaties van SenterNovem zoals : “Cijfers en tabellen 2007”. Hierin worden verbruikcijfers gepubliceerd met een gemiddelde een bovengemiddeld en een beneden gemiddeld verbruikcijfer. Gezien het feit dat dit een nieuw gebouw is zijn de laagste verbruikcijfers gehanteerd.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
13/21
EQ Energy Quest Consultancy
Het aardgas van het gehele complex zal, rekening houdend met variaties in gebruik en klimaat liggen tussen de 15.000 en 30.000 m3 aardgas per jaar, waarvan circa 10% is bestemd voor de productie van warm sanitair water. Het elektriciteitsgebruik zal tussen de 40.000 en 70.000 kWh per jaar liggen. Bij de berekening van de energie kosten is voor de woningen en het Kulturhus uitgegaan van een totale gasprijs van circa € 0,62 per m3, inclusief transport en capaciteitkosten, en een elektriciteitsprijs van circa € 0,22 per kWh, inclusief transport en capaciteitkosten. Hiermee liggen de jaarlijkse energielasten, op basis van de huidige energieprijzen, voor het gas € 9.300 tot € 19.000 en voor elektriciteit € 8.800 en € 15.500, totaal dus tussen de € 18.000 en € 35.000.
De hemelsbreed gemeten afstand van het glastuinbouwgebied, aansluitend op het geprojecteerde restwarmtenet voor de glastuinbouw, naar het kulturhus bedraagt circa 780 meter. In onderstaand overzicht is een kostenraming gemaakt voor een stadsverwarmingleiding door dit tracé. Kostenraming stadsverwarmings infra tbv Cultuurhus Stompwijk materiaal
hoeveelheid eenheid
kosten ten laste van hoofd infra
per eenheid
Stadsverwarming Civiele werkzaamheden
Graven en dichten sleuf Aan en afvoer, tijdelijke opslag grond Grondverbetering Straatwerk
SV (A+R) 180/300
780 1.029 78 500
m m3 m3 m
€ € € €
120 8 18 45
€ € € €
93.600 7.714 1.404 22.500
Boringen
Onder de Stompwijkse vaart
SV (A+R) 180/300
25 m
€
1.500 €
37.500
SV (A+R) 180/300
780 m
€
515 €
401.700
2 stuks 2 stuks
€ €
3.500 € 500 €
7.000 1.000
1 stuks
€
4.500 €
2.250
3 stuks 2 stuks
€ €
5.000 € 15.000 € 10% € €
15.000 30.000 61.967 681.635
Leidingwerk
Leveren en leggen van Appendages
Leveren en plaatsen afsluiter Leveren en plaatsen afsluiterput compleet
SV (A+R) 180/300
Oplevering
Testen en opleveren Diversen Aansluiten tuinders Afleverstation Cultuurhus Winst, risico, management, engineering, verzekering Totaal stadsverwarming
Afschrijftermijn in jaren Rente Kapitaallasten Onderhoud per jaar
25 7% € 1,5% € €
51.123 10.225 61.347
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
14/21
EQ Energy Quest Consultancy
Bij de exploitatiekosten voor het stadsverwarmingnet komen nog de exploitatielasten voor een transportpomp die nodig is om het warme water te kunnen leveren. In onderstaand overzicht zijn kosten van deze pomp, maar ook de referentie energiekosten van het Kulturhus en de totale kosten voor de stadsverwarming samengevat. Aan de tuinders wordt een vergoeding voor de geleverde warmte worden gegeven van 70% van de gasprijs. Berekening Gasprijs Elektriciteitsprijs
€ €
Kosten gas Kulturhus Kosten elektra Kulturhus Totale energiekosten
€ € €
17.800 per jaar 11.495 per jaar 29.295 per jaar
Vergoeding warmte aan de tuinbouw Vergoeding per jaar
€
70% van de gasprijs 12.460
Kosten afstandverwarming Exploitatie lasten SV Transport warmwater Vergoeding van de warmte Totale kosten
€ € € €
61.347 14.340 12.460 88.147
Duurder dan alleen gas
€
70.347 per jaar
3
0,62 per m 0,22 per kWh
Kosten transportpomp Investering Vermogen, max Bedrijftijd Gemiddeld vermogen Onderhoud Kapitaallasten Onderhoud Elektriciteitskosten Exploitatielasten
€
€ € € €
12.000 30 kW 4000 uur 15 kW 2% 900 240 13.200 14.340
Het blijkt dat de totale exploitatielasten voor het stadsverwarmingnet jaarlijks circa € 88.000 bedragen. Als we dit vergelijken met de geraamde gaskosten van het Kulturhus van € 17.800 mag duidelijk zijn dat het gebruik van restwarmte uit de glastuinbouw geen haalbare oplossing is omdat deze ruim €70.000 duurder is dan de optie om direct gas te verbruiken in het Kulturhus. Ook al zou de stadsverwarmingleiding gratis worden aangelegd is de vergoeding voor de geleverde warmte en de exploitatielasten voor een pomp al hoger dan de referentie situatie met alleen gas. Er bestaan echter plannen om ook een aantal huizen bij te bouwen. In onderstaand overzicht staat vermeld de situatie als een 100 tal huizen wordt bijgebouwd, dus additioneel op de vraag van het Kulturhus. De kosten voor het gasverbruik van het Kulturhus samen met de te bouwen woningen bedraagt €79.800. Als er 100 woningen bij komen Percentage gebruik sv woningen Vergoeding warmtekosten
€
Exploitatie lasten SV Transport warmwater Vergoeding van de warmte Totale kosten
€ € € €
61.347 14.340 55.860 131.547
Alleen gas
€
79.800
100% 43.400
Woningen Bouwen Specifiek verbruik Totaal verbruik Kosten gas
100 1000 100.000 € 62.000
woningen m3/jaar m3/jaar per jaar
Hieruit blijkt dat op basis van de hier gedane aannames tav ondermeer het gasverbruik per woning, vergoeding aan de glastuinbouw, gasprijs, etc., dat nu wel de exploitatiekosten van de pomp en de vergoeding aan de glastuinbouw kan worden betaald maar de kosten voor het stadsverwarmingnet niet passen binnen de vergelijking met de referentie situatie van het alleen leveren van gas. Pas als in dit model het aantal woningen wordt opgevoerd naar 400 stijgen de kosten uit de referentie situatie, alleen aardgas, uit boven de stadsverwarming variant. Qua warmte aanbod is de levering van warmte aan het Kulturhus en een 100 tal woningen mogelijk, want in de situatie met 400 woningen gaat het om een aardgas equivalent van circa 425.000 m3 op jaarbasis. Dit is slechts 1,5% van de berekende gasvraag van het totale glastuinbouwgebied na reconstructie.
6
Ondergrond
Voor de glastuinbouw kan voor een duurzame ontwikkeling de ondergrond voor een aantal zaken worden gebruikt, te weten:
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
15/21
EQ Energy Quest Consultancy
1 2 3 4
De tijdelijke opslag van afstomend kasdekwater (regenwater) om dit later voor het gietwater te kunnen benutten; Oppompen van water om met behulp van omgekeerde osmose een goede kwaliteit gietwater te kunnen verkrijgen; Het gebruik van de ondergrond voor warmte / koude opslag Het van grotere diepte oppompen van warmwater voor de verwarming van de kassen, geothermie.
Voor zover bekend bij de tuinders en de gemeente is hiernaar nog nooit onderzoek gedaan. Bij het ingenieursbureau IF technologie uit Arnhem is gevraagd naar de mogelijkheden van de ondergrond in het glastuinbouwgebied. De reactie van IF technologie is onderstaand weergegeven. Geachte heer Braun, Zoals besproken hebben we in een "Quickscan" even globaal naar de mogelijkheden voor energieopslag in het glastuinbouwgebied nabij Stompwijk gekeken. De Globale bodemopbouw is als volgt: - deklaag tussen 0-15 m-mv (bevat de zoet-brak grensvlak), - watervoerend pakket tussen 15-45 m-mv (bevat de brak-zout grensvlak), - slecht doorlatende laag tussen 45-60 m-mv, - gecombineerde tweede/derde watervoerend pakket 60-250 m-mv. In Zuid-Holland mag volgens de provinciale verordening het eerste watervoerende pakket niet voor KWO gebruikt worden in stedelijk gebied en in glastuinbouwgebieden. Gegevens van diepe boringen (>>60 m-m) zijn op of nabij de projectlocatie beperkt beschikbaar. Wel kunnen we op basis van een aantal proefboringen (>200 m-mv) die voor KWO-projecten op enkele kilometers afstand zijn uitgevoerd, een inschatting maken van de diepe opbouw. Het tweede/derde watervoerende pakket is weliswaar heterogeen van opbouw maar biedt vanwege de grote dikte voldoende mogelijkheden om filters te stellen in zandlagen. De maximale capaciteit van een doublet ligt naar schatting zo rond de 75 m3/uur. De minimale afstand tussen bronparen zal naar schatting 125 meter dienen te bedragen. Uiteraard zal uit een nadere haalbaarheidsstudie en eventueel een proefboring moeten blijken hoeveel doubletten in dit gebied geplaatst kunnen worden en of dat voldoet aan de energievraag. Ten noordwesten van het locatie ligt de snelweg A4 en zijn verschillende open wateren te vinden. Volgens het bodemloket zijn op of nabij de projectlocatie grondwaterverontreinigingen aanwezig. De voorgaande zaken vormen wellicht aandachtspunten bij het bepalen van de hydrologische effecten maar naar verwachting geen knelpunten aangezien het bepompte pakket relatief diep is gelegen en door slecht doorlatende lagen wordt afgeschermd. Andere grondwatergebruikers liggen op voldoende grote afstand van de projectlocatie, waardoor van onderlinge interactie niet of nauwelijks sprake zal zijn. De projectlocatie ligt niet in of nabij grondwaterbeschermingsgebieden. Kortom er zijn reële mogelijkheden voor KWO in dit gebied. E.e.a. ter overweging. M.vr.gr. Han Meijer IF Technology bv Teammanager Energie & Water Postbus 605 6800 AP ARNHEM T M F E I
026 35 35 540 06 53 44 55 53 026 35 35 599
[email protected] www.iftechnology.nl
Voor de glastuinbouw zijn de mogelijkheden voor het gebruik van de ondergrond van groot belang voor de bedrijfsvoering. Het beschikbaar zijn van grondwater om middels omgekeerde osmose een goede kwaliteit gietwater te kunnen maken is van belang om zoveel mogelijk het gietwater te kunnen recirculeren. Om het gebruik van semi gesloten kassen mogelijk te maken is het noodzakelijk dat er warmte in de ondergrond kan worden opgeslagen. Uitgaande van de door IF technologie uitgevoerde Quick Scan lijken de mogelijkheden hiervoor in het glastuinbouwgebied Stompwijk aanwezig. Uiteraard zal deze inventarisatie
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
16/21
EQ Energy Quest Consultancy
grondig moeten worden uitgevoerd voordat op basis hiervan definitieve uitspraken kunnen worden gedaan. Er zijn naast IF ook nog andere bureaus zoals Fugro of TNO die een dergelijk onderzoek kunnen uitvoeren.
7
Windenergie
Er bestaat bij een aantal tuinders belangstelling om een windturbine te plaatsen op, of grenzend aan, de glastuinbouwlocatie. Langs de A4 zou mogelijk een goede locatie hiervoor zijn. Circa 4 kilometer noordwaarts langs de A4 staat twee windturbines opgesteld.
De locatie grenzend aan het Stompwijkse glastuinbouwgebied is echter niet opgenomen in de provinciale beleidsnota “De Wervel” voor potentiële windlocaties. Dit ondermeer vanwege de nabijheid van de meren in de vlietlanden en de groenstructuur ontwikkeling, waardoor de molens in een aanvliegroute van watervogels zouden komen te staan. Ook bij de gemeente is voor een locatie op, of nabij, de glastuinbouwlocatie Stompwijk geen windturbine locatie opgenomen. De dichtstbijzijnde locatie is gelegen bij het prins Claus plein. Bekend is echter dat de gemeente Den-Haag terughoudend is om deze windlocatie daadwerkelijk in te vullen met windturbines. De Provincie Zuid-Holland heeft aangegeven dat zij in principe bereid is om mee te werken aan de mogelijkheid om tuinders windturbines met een ashoogte van circa 20 meter te laten plaatsen. Bekend is echter dat de prijs per kW van dergelijke molens relatief vrij hoog ligt waardoor dit minder interessant is. Tevens is de productie van kilowatturen met een dergelijke molen, vergeleken met de elektriciteitsvraag van de bedrijven, erg laag. Om een molen commercieel ook aantrekkelijk te maken zou echter een as hoogte van minimaal 30 meter toegestaan moeten worden.
8
Zonne energie
Een belangrijke duurzame energiebron is de zon. De glastuinbouw maakt van oudsher goed gebruik van deze energie. De laatste ontwikkeling op dit gebied is het gebruik van semi gesloten kassen waarin op dagen met een hoge zonintensiteit ingestraalde zonnewarmte wordt weggekoeld en in de vorm van warmwater in de ondergrond wordt opgeslagen. Deze warmte wordt vervolgens in de winter gebruikt om de kassen te verwarmen. Hiermee wordt een aanzienlijke besparing gerealiseerd op het gebruik van aardgas voor verwarming. Echter de luchtbehandelingkasten die nodig zijn om de ingestraalde warmte af te vangen en de warmtepomp die nodig is om in de winter de opgeslagen zonnewarmte iets in temperatuur te verhogen gebruiken veel elektriciteit. Als de te gebruiken elektriciteit deels ook nog op een duurzame wijze wordt opgewekt wordt met deze manier van koelen en verwarmen een grote bijdrage geleverd aan de verduurzaming van de glastuinbouw. Deze vorm van gebruik van zonne energie kan een belangrijke bijdrage leveren bij de verduurzaming van de tuinbouw.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
17/21
EQ Energy Quest Consultancy
Uiteraard kan ook nog direct gebruik worden gemaakt van zonlicht door zonne cellen te plaatsen op bijvoorbeeld de daken van de bedrijfsruimten of door de straatverlichting uit te rusten met PV cellen. De bijdrage van deze voorzieningen is ten opzichte van de voorgaande toepassing marginaal. Maar des al niet te min verdient deze optie het om onderzocht te worden. Er wordt gewerkt aan technologische veranderingen, zoals de elektriciteit producerende kas (Elkas) en het gebruik van PV cellen op schermen, om het gebruik van zonne energie verder mogelijk te maken.
9
CO2
Voor de glastuinbouw is bij veel teelten de aanvoer van kwalitatief en kwantitatief voldoende CO2 een vereiste om goede producten op de markt te kunnen zetten. Deze CO2 wordt meestal verkregen door de rookgassen van de gasgestookte ketel of de rookgassen van de warmte/krach installatie de kas in te leiden. Bij deze laatste wordt dan een rookgasreiniger tussen geschakeld om in het bijzonder te voorkomen dat er een overmaat ethyleen en NOx naar de kas wordt geleid. De vraag naar CO2 is zeker in de zomermaanden leidend als het gaat om de inzet van de productie installaties. Als deze vraag los kan worden gekoppeld van de productie installaties kan een tuinbouwgebied beter verduurzamen omdat dan bijvoorbeeld optimaal gebruik kan worden gemaakt van restwarmte of van geothermische warmte. De benodigde CO2 kan dan apart worden ingekocht. De zuivere vloeibare CO2, te leveren door bijvoorbeeld Air Liquide of Lindegas, is echter te duur om dit mogelijk te maken. Als hiervoor dus een oplossing kan worden gevonden is een verdere verduurzaming mogelijk. In sommige gevallen, vooral voor teelten die een hele zuivere CO2 vereisen, wordt vloeibare zuivere CO2 ingekocht. Inmiddels wordt door een dochteronderneming van Volker Wessels en Lindegas, OCAP, zuivere CO2 ingekocht bij de Shell en verkocht aan tuinders in het Westland en in de B-driehoek. Deze leiding loopt vanaf Rotterdam langs de Oostkant van Zoetermeer, via Hoofddorp tot aan het voormalige BP terrein in het havengebied van Amsterdam. In het verleden is al eens gevraagd of Ocap een aansluiting wil maken voor het glastuinbouwgebied in Stompwijk. Gezien de afstand tot aan de leiding aan de oostkant van Zoetermeer is er toen vanaf gezien. Echter recent is aangekondigd dat Ocap een contract heeft afgesloten met een nieuwe leverancier waardoor ze weer aan nieuwe klanten kunnen gaan leveren. Bij Benthuizen zal daarom een nieuw reduceerstation worden geplaatst om CO2 te kunnen leveren aan de Zuidplaspolder. Ocap heeft telefonisch aangegeven dat door de bouw van dit reduceerstation een nieuwe situatie is ontstaan en opnieuw bezien kan worden of een aansluiting van het glastuinbouwgebied Stompwijk toch mogelijk is. Dit kan uiteraard alleen als er in het gebied voldoende belangstelling is om aangesloten te worden. Onder de bestaande tuinders in het glastuinbouwgebied Stompwijk is een enquête gehouden of, en zo ja, hoeveel CO2 zij denken te zullen afnemen van de Ocap. De resultaten hiervan staan in onderstaande tabel samengevat.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
18/21
EQ Energy Quest Consultancy
Glastuinbouwgebied Stompwijk na de herstructurering Kwekerij Meeslouwer VOF planten Duyvestijn Freesia Kwekerij Roeling Deco Flowers Potplantenkwekerij Sjaak vd Voort bv Hogervorst Mts A.C. Kwekerij Desert plants Overig Totaal
Perceel Opp. In ha 11,0 3,3 3,3 4,3 6,7 12,0 4,5 11,0 56,1
Glas Belicht Opp. In ha Opp. In ha 6,5 3,0 3,0 4,0 3,1 10,0 3,2 9,0 44,8
2,5 3,0 1,9 4,0 3,1 10,0 3,0 27,5
Wil Ocap CO2 na de reconstructie ja
ja ja nee wellicht
Enquete CO2 Maximale capaciteit totaal in kg/uur 400
720 4.000 1.550 6.670
hoeveelheid in kg jaar kg/u/ha 500.000 62 1.600.000 180 10.000.000 400 4.000.000 172 16.100.000
2
kg/m /j 8 40 100 44
Mocht het echter te kostbaar of technisch te gecompliceerd zijn om een leiding naar het reduceerstation Benthuizen te leggen is er nog een optie om met een Knook CO2 wasser rookgas eventueel aangevuld met buitenlucht te wassen en hieruit zuivere CO2 af te scheiden. Als tevens buitenlucht als medium wordt gebruikt is dit milieutechnisch optimaal omdat CO2 uit de buitenlucht wordt gehaald en deze als gewasbemester wordt gebruikt. Hierdoor ben je dus volledig klimaat neutraal bezig voor wat betreft de CO2 bemesting. Een dergelijke installatie vergt een aanzienlijke investering, maar hiermee wordt wel zuivere CO2 geproduceerd. De kostprijs voor op deze wijze verkregen CO2 wordt door Knook geraamd op circa €0,04 per kg zuivere CO2. Naast deze discussie over de beschikbaarheid van andere CO2 bronnen moet ook rekening worden gehouden met het feit dat de grens voor bedrijven die deel moeten nemen aan de CO2 en NOx emissie handel waarschijnlijk steeds lager komt te liggen. Dit zou betekenen dat individuele bedrijven in het Stompwijkse glastuinbouwgebied mogelijk wettelijk verplicht zullen worden om hieraan mee te doen. Dit betekent niet alleen dat een monitoringplan moet worden opgesteld en jaarlijks een emissieverslag moet worden ingeleverd, maar tevens zal jaarlijks moeten worden afgerekend over het aantal eenheden CO2 dat wordt geëmitteerd. De door de teelt opgenomen hoeveelheid CO2 mag hier niet vanaf worden getrokken. In onderstaand figuur staat de CO2 marktprijs ontwikkeling weergegeven in €/ton.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
19/21
EQ Energy Quest Consultancy
10
Samenvatting
Algemeen Bij de reconstructie van het glastuinbouwgebied zullen de nodige veranderingen worden doorgevoerd bij de meeste bedrijven tot een vrijwel gehele nieuwbouw aan de zuidkant van het gebieden een mogelijke uitbreiding aan de noord – oost zijde van het gebied. Tevens zal de wegen infrastructuur worden aangepakt, mede in relatie tot de aanleg van de rondweg. Dit is een uitgelezen kans om gezamenlijk die randvoorwaarden te scheppen die het gebied ten eerste aantrekkelijk maakt voor de glastuinbouw en ten tweede de juiste randvoorwaarden zal bieden om een duurzame ontwikkeling van dit glastuinbouwgebied mogelijk te maken. Modelberekening Bij deze studie is een modelberekening gemaakt om de energievraag te kunnen berekenen. Hierbij is uitgegaan van een gebied van circa 56 hectaren grond met maximaal 45 hectaren glas. Hier zou bij een invulling op basis van duurzame warmtekracht optie circa 26 miljoen kubieke meter aardgas worden gebruikt en 13 miljoen kWh elektriciteit worden ingekocht en 63 miljoen kWh worden verkocht. Hiervoor is een gascapaciteit van circa 7.000 m3/uur en een elektrische capaciteit van circa 23 MWe, 27 MVA, noodzakelijk. Gas en elektriciteitnet Gezien de omvang van het gebied is het niet direct interessant om een eigen gas- en elektriciteitdistributienet aan te leggen. Wel is het zinvol om op korte termijn met de netbeheerder elektrisch, Stedin (een nieuwe naamgeving voor het vroegere Netbeheer van Eneco), een afspraak te maken dat een kabel verbinding wordt gelegd naar het gebied dat voldoende vermogen kan worden getransporteerd, 27 MVA. Warmte levering Bij sommige teelten houdt een tuinder warmte over die hij aan een andere kweker kan leveren. In de praktijk gebeurt dit in Stompwijk ook al. Bij een reconstructie kan gekeken worden of de kwekers die zich daar dan gaan vestigen meerwaarde zien in de aanleg van een warmtenet. Hierop zouden ook geothermische bronnen kunnen worden aangesloten. Als een dergelijk warmtenet wordt aangelegd valt het te overwegen om voor het aan te leggen bedrijfsterrein te kijken of hier warmte intensieve bedrijven kunnen worden gevestigd en worden aangesloten op het restwarmtenet. De levering aan de nieuwbouw van het Kulturhus en de woningen in Stompwijk is onderzocht en is technisch goed uitvoerbaar, echter financieel is dit niet haalbaar. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat relatief weinig warmte over circa 780 meter moet worden getransporteerd. Ondergrond De ondergrond van het gebied kan mogelijk worden gebruikt voor de berging van hemelwater, warmte/koude opslag en geothermische projecten. Op dit moment is er echter niet bekend wat er mogelijk is. Het verdient aanbeveling om een quick scan uit te laten voeren door If technologie uit Arnhem of Fugro uit Leidschendam. Als de ondergrond geschikt blijkt te zijn voor warmte/koude opslag kan hiervoor bij de provincie een paraplu vergunning voor het gehele gebied aan worden gevraagd. Hiervoor zal ook een MER moeten worden uitgevoerd. Windenergie Gezien het provinciale en gemeentelijke beleid is de oprichting van windturbines met een as hoogte groter dan 20 meter uitgesloten. Wel kan uiteraard geparticipeerd worden met projecten die elders gebouwd worden, bijvoorbeeld een windturbine op zee. Zonne energie Het gebruik van de zon voor de verwarming van de kassen in semi gesloten kassen is op afzienbare termijn een goede optie die echter alleen mogelijk is als er een andere CO2 bron is dan de CO2 die door het bij het bedrijf verstoken van aardgas wordt verkregen.
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
20/21
EQ Energy Quest Consultancy
Verder kan de plaatsing van PV systemen bijdragen aan het verkrijgen van duurzame elektriciteit. Dit kan bij de tuinders, maar de gemeente kan een steentje bijdragen door bij de OV keuze te gaan voor duurzame verlichting. CO2 voorziening De levering van zuivere CO2 door Ocap, via het maken van een aftakking op hun leiding in de omgeving van Benthuizen, biedt de tuinders de mogelijkheid om gebruik te maken van zuivere CO2. Dit is niet alleen een welkome aanvulling op de hoeveelheid CO2 die ze nu reeds gebruiken, maar sommige teelten, zoals de rozenteelt, zijn erg gevoelig voor de bijproducten die in de rookgas CO2 zit zodat de levering van zuivere CO2 voor hun een voordeel is. Maar het beschikbaar hebben van een andere CO2 bron dan de eigen installaties van de tuinder maakt het mogelijk om op een grotere schaal moderne kastechnieken zoals de semi gesloten kas te gaan toepassen waardoor het voor de tuinder mogelijk wordt om zonne warmte te gaan oogsten om deze in de winter weer te gebruiken.
11
Aanbevelingen
De gemeente zal bij de reconstructie een belangrijke rol moeten spelen voor de realisatie van een duurzaam glastuinbouwgebied. Niet alleen moet de reconstructie worden opgestart, maar in het bijzonder bij de inrichting van dit gebied kan de gemeente de nodige randvoorwaarden scheppen waardoor de tuinders gezamenlijk gebruik kunnen gaan maken van die mogelijkheden. Onderstaand een aantal zaken die de gemeente direct of indirect kan verzorgen waardoor de randvoorwaarden worden gecreëerd voor het verkrijgen van een duurzame glastuinbouw. 1 Volloopsnelheid. De volloopsnelheid van het gebied zal van doorslaggevend belang zijn bij de realisatie van de herstructurering en het creëren van randvoorwaarden om een verdere verduurzaming mogelijk te maken. Vooral zaken die boven het individuele belang uitstijgen zijn financieel erg gevoelig voor een vertraging van de invulling van het gebied. De reconstructie moet daarom voortvarend en daadkrachtig worden opgepakt. Hiervoor zal de gemeente zelf of een door de gemeente in te huren partij de herinrichting van het gebied gaan uitvoeren. 2 Stichten 10 kV station in het gebied. Voor de tuinders en voor de verduurzaming van de glastuinbouw is het van groot belang dat voldoende elektrische capaciteit aanwezig is waarop kan worden aangesloten zonder dat iedere individuele tuinder zeer hoge kosten moet maken voor zijn individuele aansluiting. De gemeente kan met de netbeheerder in overleg treden om in het gebied een elektrisch aansluitpunt te stichten van circa 20 a 25 MVA. 3 Onderzoek van de ondergrond. De ondergrond van een glastuinbouwgebied is van wezenlijk belang als het gaat om de berging van hemelwater, het gebruik van water uit de bodem voor de productie van gietwater, voor warmte/koude opslag en geothermie. De Quick scan heeft aangetoond dat er mogelijkheden zijn. Om een duurzame ontwikkeling mogelijk te maken is het van belang om potentie van het gebruik van de ondergrond goed uit te laten zoeken. 4 Ruimte langs de wegen voor kabels en leidingen. De wegen in het te reconstrueren gebied zullen eveneens moeten worden gereconstrueerd. Dit biedt de mogelijkheid om langs de wegen voldoende ruimte te reserveren voor gas, riool, water, glasvezel, elektriciteit en een restwarmtenet. 5 Meeleggen loze buis voor glasvezel. In toenemende mate is het van belang om de bedrijven informatie te laten uitwisselen, zeker als een restwarmtenet wordt aangelegd. De aanleg hiervan moet minimaal worden mogelijk gemaakt door het meeleggen van een lege kunststof buis waarin later een glasvezelkabel kan worden ingeblazen. 6 Onderzoek naar de mogelijkheden voor een eigen gas- en elektriciteitsnet In dit rapport is in het kort ingegaan op de haalbaarheid van een gasnet. Gezien het feit dat geen direct financieel rendement kon worden aangetoond voor het gasnet zou, als de gezamenlijke tuinders hiermee instemmen, dit nog nader moeten worden onderzocht. Als de gemeente in overleg
Onderwerp
Duurzame glastuinbouw
Blad
21/21
EQ Energy Quest Consultancy
met de netbeheerder het gerealiseerd krijgt dat op het terrein van het glastuinbouwgebied Stompwijk een eigen aansluitpunt met het landelijke net wordt gebouwd, zijn de voordelen van het hebben van een eigen elektriciteitsnet vrijwel weggevallen. 7 Restwarmtenet. Het feit dat restwarmte, en waarschijnlijk ook warmte van geothermische bronnen, beschikbaar is maakt het interessant om de technische en financiële mogelijkheden voor een eigen restwarmtenet verder uit te laten zoeken. 8 Onderzoek naar subsidies voor de verschillende zaken. Bij het realiseren van duurzame voorzieningen zijn er zeker diverse subsidiemogelijkheden. Het zal echter afhangen van hoe en wanneer activiteiten worden opgestart welke bronnen aangeboord kunnen worden. Uiteraard moet het verkrijgen van subsidies bij het onderzoek naar de realisatie van de hier besproken randvoorwaarden dan ook altijd uitgebreid worden meegenomen. 9 Ocap leiding. Ocap heeft aangegeven dat zij de aansluiting van het glastuinbouwgebied Stompwijk willen overwegen als voldoende belangstelling in het gebied bestaat voor een dergelijke aansluiting. Dit overleg moet verder worden opgepakt en uitgewerkt. 10 Alternatieve windlocatie. Als de locatie langs de A4 niet voor windenergie kan worden benut zal kunnen worden gekeken naar mogelijk andere locaties binnen de gemeente. Indien dit niet mogelijk is zou de gemeente kunnen bezien of de gezamenlijke tuinders elders, bijvoorbeeld in de Noordzee of via joint implementation, de tuinders een hoeveelheid windenergie kunnen opwekken. In onderstaande score kaart is het belang van de diverse aanbevelingen gewogen voor zowel de voorbereidende als uitvoerende fase Voorbereiding reconstructie Uitvoering reconstructie Van zeer groot belang Van groot belang Van belang
3, 6, 7 9 10
1 2, 4, 5, 8
Naast de gemeente zijn uiteraard de individuele tuinders van doorslaggevend belang voor het welslagen van de reconstructie. De tuinders zullen uiteindelijk moeten investeren in moderne duurzame bedrijven die in veel gevallen een hogere investering vragen dan de inrichting met traditionele glastuinbouwbedrijven. Omdat de tuinders gezamenlijk willen profiteren van het nieuw in te richten glastuinbouwgebied met de daarin op te nemen randvoorwaarden is het van zeer groot belang dat zij zich organiseren om dit gezamenlijke belang duidelijk te onderstrepen. Dit kan bijvoorbeeld door de oprichting van een parkmanagement bv waarin al de tuinders participeren. Een dergelijke organisatie is ook voor de gemeente van belang omdat dan een duidelijke partij van belanghebbenden ontstaat die als aanspreekpunt kan dienen gedurende het gehele reconstructie proces. Bovendien kunnen zaken die het niveau van de individuele tuinder overstijgen hierin ook geregeld worden. Denk hierbij aan het gezamenlijk beheer van de ondergrond als het gaat om warmte/koude opslag, geothermie, water voor de productie van gietwater, het beheer van een restwarmtenet, onderhoud niet gemeentelijk groen, onderhoud sloten, eventueel een eigen gas- en/of elektriciteitsnet, etc.