federatienieuws Han Hullen, voorzitter NVVG
Eindelijk een heupprothese, maar tegen hoge kosten Federatie KNMG Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst A.C. Nieuwenhuijzen Kruseman, voorzitter W.P. Rijksen, algemeen directeur Mercatorlaan 1200, 3528 BL Utrecht Postbus 20051, 3502 LB Utrecht tel. 030 2823 800 fax 030 2823 326
[email protected] www.knmg.nl
Federatiepartners KAMG Koepel Artsen Maatschappij en Gezondheid mw. F.P. Koning-van den Berg van Saparoea, voorzitter R. Duzijn, directeur tel. 030 6868 772
[email protected] www.kamg.nl LAD Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband J.G. van Enk, voorzitter C. van den Brekel, directeur tel. 030 6702 702
[email protected] www.artsennet.nl/lad LHV Landelijke Huisartsen Vereniging S.R.A. van Eijck, voorzitter L. Hennink, algemeen directeur tel. 030 2823 723
[email protected] www.lhv.nl NVAB Nederlandse Vereniging voor Arbeidsen Bedrijfsgeneeskunde P.E. Rodenburg, voorzitter C. van Vliet, directeur tel. 040 2481 322
[email protected] www.nvab-online.nl NVVG Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde H.J. Hullen, voorzitter mw. C.F.M. Woldberg, directeur tel. 030 6868 764
[email protected] www.nvvg.nl OMS Orde van Medisch Specialisten F.H.G. de Grave, algemeen voorzitter B.J. Heesen, directeur tel. 030 2823 650
[email protected] www.orde.nl Verenso Specialisten in ouderengeneeskunde mw. G.M. Draijer, voorzitter F.J. Roos, directeur tel. 030 2823 481
[email protected] www.verenso.nl
Rob is nu 59 jaar. Hij is werkzaam als magazijnbeheerder bij een grote technische groothandel. Hij is onlangs geopereerd aan zijn rechterheup en heeft een totale heupprothese gekregen. Eindelijk, maar wel tegen hoge kosten, die mogelijk hadden kunnen worden voorkomen. Hij heeft vroeger intensief gesport en was altijd erg ambitieus in zijn eigen werk. Dat leverde sportieve en financiële waardering op. Hij was de specialist in plaatsing van installaties en deed veel projecten in binnen- en buitenland, met een passende beloning. Het ging hem in alle opzichten goed.
De mening van de patiënt wordt nergens genoemd
Tot hij op zijn 45ste jaar heupklachten kreeg als gevolg van artrose. Door de pijnklachten moest hij zijn sportbeoefening staken. Zijn werk ging steeds moeilijker. Zijn specialist vertelde dat hij nog te jong was voor een heupvervanging en er maar het beste van moest maken. Dat betekende dat hij in 2004 zijn eigen werk niet meer kon doen een veel lichtere en slechter betaalde baan moest accepteren. Hij heeft echter een loonverlies lager dan 35 procent, en dat betekent dat hij geen WIA-uitkering krijgt en de kosten zelf moet dragen. Nu hij eindelijk geopereerd is, is het te laat om deze schade te repareren. De vraag is of hij minder schade had gehad, als hij wel eerder een heupprothese had gekregen. Hij vindt het vervelend dat hij hier zelf niet over heeft kunnen beslissen. Hij heeft nu jarenlang kwaliteit van leven ingeleverd, zowel maatschappelijk als financieel, en krijgt er door de operatie weer meer kwaliteit voor terug. Dat had hij liever eerder gehad, zodat hij in zijn productieve jaren had kunnen blijven werken, beter was blijven verdienen en ook financieel beter af was geweest. Hij vertelt dat hij op zijn 80ste toch al veel minder zal kunnen en dan
voorzitterscolumn
een groter mobiliteitsprobleem minder erg zal vinden. Het is opmerkelijk dat in de richtlijn voor coxartrose goed wordt gekeken naar de technische gevolgen van een heupprothese op jonge leeftijd, en dat vooral op grond daarvan een behandeling van voorkeur wordt aangegeven. De mening van de patiënt wordt nergens genoemd. Wel wordt de kwaliteit van leven genoemd. Nergens wordt aangegeven wat dan de indicatoren daarvan zijn. Volgens Rob was dat zijn inkomen en mobiliteit. De behandelkeuze wordt niet alleen bij de behandeling van coxartrose nog vaak ingegeven door vakinhoudelijke argumenten, zonder de maatschappelijke gevolgen voor de participatie daarbij mee te nemen. Dat is jammer en lang niet altijd in overeenstemming met de visie van de patiënt. Juist de veranderende wetgeving en het feit dat de financiële schade al snel bij de patiënt terechtkomt, maakt dat ook artsen hun argumenten voor behandeling moeten verbreden en de keuzes van de patiënt daarbij moeten betrekken. Voor Rob is het te laat: hij had graag eerder een operatie willen ondergaan met de kans dat hij zijn eigen werk – al of niet deels – had kunnen blijven doen en daardoor in ieder geval financieel niet zo’n hoog offer had hoeven doen.
beeld: De Beeldredaktie, Sander Koning
66 nr. 40 | 7 oktober 2011 | Medisch Contact | 2447
federatienieuws KNMG en Federatiepartners Algemene vragen? 030 2823 911
[email protected] www.knmg.nl Bankrekeningnummer ABN Amro 45 64 48 969 Bel de KNMG Artseninfolijn tel. 030 2823 322 over n juridische en medisch-ethische onderwerpen n inhoudelijke informatie over beleids terreinen van de KNMG n loopbaanvragen n lidmaatschap, wijzigingen in persoonlijke gegevens
[email protected] www.knmg.nl/artseninfolijn Loopbaanbureau www.knmg.nl/loopbaanbureau tel. 030 2823 322 Vragen over districten tel. 030 2823 866 Vragen over studentenzaken tel. 030 2823 399 Persvragen? Tel. 030 2823 872
[email protected] Bibliotheek en documentatieservice tel. 030 2823 370, fax 030 2823 326,
[email protected] KNMG Opleiding en Registratie tel. 030 2823 398 F.C. Raasveldt, directeur CGS College Geneeskundige Specialismen tel. 030 2823 281 mw. mr. V.J. Schelfhout-van Deventer, secretaris HVRC Huisarts, Verpleeghuisarts en arts voor verstandelijk gehandicapten Registratie Commissie J. Stolk, secretaris MSRC Medisch Specialisten Registratie Commissie dr. P. Blok, dr. R. Braams en dr. L. Verschoor, secretarissen SGRC Sociaal-Geneeskundigen Registratie Commissie mw. mr. P.A. Hadders, secretaris Bureau MSRC/HVRC/SGRC tel. 030 2823 833 mw. D. Hennevelt-Wolters, bureauhoofd Vragen over: opleiding: tel. 030 2823 905 n eerste registratie: tel. 030 2823 903 n herregistratie: tel. 030 2823 906 n erkenningen: tel. 030 2823 904 n buitenlands gediplomeerden: tel. 030 2823 389 n
Vragen over arbeidsvoorwaarden? LAD, tel. 030 6702 701 / 6702 702 / 6702 704 op werkdagen tussen 9.30 en 12.30 uur. Serviceverlening Werkgelegenheid Geneeskundigen Serviceverlening Werkgelegenheid Geneeskundigen Arts en Werk, tel. 030 6702 750 of
[email protected]; www.swg.nl
Verslag congres van 21 september
‘Nothing great was ever achieved without enthusiasm’ Met deze uitspraak van dichter/filosoof Emerson opende KNMG-voorzitter Arie Nieuwenhuijzen Kruseman het congres ‘Werk in uitvoering’ van het MMV-project (Modernisering Medische Vervolgopleidingen). Ruim driehonderd opleiders, aiossen, onderwijskundigen en andere betrokkenen bij de modernisering van de vervolgopleidingen namen zeer actief deel aan het congresprogramma. Ze discussieerden volop mee over het thema ‘bureaucratie’ en brachten praktijkervaringen in bij de workshops en flitstrainingen.
O
pleider Paetrick Netten verzorgde een flitstraining over feedback geven op poligesprekken. Niet alleen de poligesprekken van de aios, maar ook die van Netten zelf worden opgenomen, waarna aios en opleider elkaar feedback geven. Netten: ‘Aiossen denken: die man zit al zo lang in het vak, die zal het allemaal wel perfect doen. Maar het kan altijd beter en dat maakt zo’n video-opname inzichtelijk. Natuurlijk is dat best griezelig; je stelt jezelf als opleider kwetsbaar op. De voordelen wegen daar echter tegen op: het is een geweldige manier om de competentie communiceren verder te ontwikkelen.’
Samen leren Hoofdspreker op het MMV-congres was de Canadees Glen Bandiera. Hij was nauw betrokken bij de ontwikkeling en evaluatie van de CanMEDS in Canada en juicht initiatieven als die van Netten toe. ‘Het gebeurt ook in Canada nog te weinig dat opleiders en aiossen samen optrekken, samen leren. Aan aiossen laten we vaak alleen het medisch handelen zien. Veel van onze andere werkzaamheden ziet een aios niet; de deur gaat achter ons dicht als we aan protocollen werken of met lastige dilemma’s kampen. Voor een realistisch beeld van hun toekomstige vak is het van belang om ook dat met aiossen te delen.’
Bureaucratisering Op het MMV-congres kwam tijdens een discussie het thema ‘bureaucratisering van de opleiding’ aan bod. Discussieleiders Albert Scherpbier (voorheen voorzitter commissie
2448 | Medisch Contact | 7 oktober 2011 | 66 nr. 40
Ruim driehonderd congresbezoekers discussieerden mee over de modernisering van de medische vervolgopleidingen.
Kwaliteitsindicatoren medische vervolgopleidingen) en Vivienne Schelfhout (secretaris CGS) informeerden de aanwezigen over de MMVbrainstormgroep ‘Bureaucratisering’, die enkele maanden geleden is samengesteld uit opleiders, aiossen en andere betrokkenen uit het veld. De brainstormgroep is inmiddels drie keer bijeen gekomen en brengt binnenkort advies uit aan de KNMG over de ervaren problematiek rondom bureaucratisering.
Lees het volledige verslag van het MMVcongres op www.knmg.nl/modernisering.
federatienieuws Beroepsgeheim biedt ruimte bij concreet gevaar Artsen mogen concrete gevaren die uitgaan van patiënten melden. Een versoepeling van het beroepsgeheim is daar voor niet nodig en onwenselijk. Dit zou leiden tot een toenemend aantal ‘zorgwekkende zorgmijders’ en patiënten die niet meer vrijuit durven spreken bij de arts. Dit zijn veel grotere risico’s voor de samenleving.
V
orige week presenteerden de Onderzoeksraad voor Veiligheid en de Inspectie voor de Gezondheidszorg hun rapporten over het schietincident in Alphen aan den Rijn. Het beroepsgeheim van artsen komt hierin aan de orde. De KNMG noemt de vaker gehoorde behoefte om het beroepsgeheim te beperken een invoelbare reflex, zeker na een vreselijk incident als de schietpartij in Alphen aan den Rijn. Maar de artsen federatie stelt dat een (gedeeltelijke) opheffing of versoepeling tot veel grotere risico’s voor de samenleving leidt. De KNMG ziet evenmin aanleiding met andere organisaties te overleggen over hoe artsen moeten handelen bij ‘(voorgenomen) wapen bezit en mogelijk gevaar voor derden’, zoals de Onderzoeksraad aanbeveelt. De bestaande richtlijnen zijn duidelijk en een arts is geen politieagent.
Schijnveiligheid Met het beperken van het beroepsgeheim wil men misdrijven als die in Alphen aan den Rijn voorkómen, maar een dergelijke versoepeling creëert slechts schijnveiligheid. Want als mensen niet meer op geheimhouding door hun arts kunnen rekenen, zal een deel de zorg gaan mijden of bepaalde zaken niet meer vrijuit met de arts durven bespreken. Dit laatste geldt nog meer als artsen, zoals de Inspectie voor de Gezondheidszorg wil, in het medisch dossier van de patiënt regelmatig verslag moeten doen van allerlei ‘risicotaxaties’. Daarmee krijgt het dossier een heel andere en ongewenste functie.
Zorgmijders Op de korte én lange termijn betekenen deze voorstellen dan ook een veel grotere bedreiging voor de maatschappelijke veiligheid. Artsen kunnen gevaren die van deze mensen kunnen uitgaan dan niet tijdig signaleren en via behandeling aanpakken. Hiermee nemen de risico’s voor de samenleving juist
toe, met name als psychiatrische patiënten van noodzakelijke psychiatrische hulp (en medicatie) verstoken blijven. Kortom, het aantal ‘zorgwekkende zorgmijders’ en patiënten die niet goed worden geholpen kan daardoor flink oplopen.
Bij dreiging spreken Nu al mag een arts bij bepaalde reële dreigingen het beroepsgeheim doorbreken om ernstig gevaar af te wenden. Dit speelt bijvoorbeeld als een hulpverlener in een conflict van plichten komt wanneer een patiënt aankondigt een persoon te gaan vermoorden. Van een dergelijke reële dreiging is geen sprake wanneer een patiënt ‘mogelijk een gevaar voor derden’ vormt, zoals de Onderzoeksraad stelt. Als de arts door een melding aan politie (mogelijk) kan voorkomen dat er slachtoffers vallen, mag hij zijn beroepsgeheim schenden. Dan bestaat er ook een zorgplicht jegens het potentiële slachtoffer. Hiervoor is geen wijziging van het beroepsgeheim nodig.
Professionele afweging Het is belangrijk dat artsen de ruimte houden om per patiënt een professionele afweging te maken of de patiënt een onaanvaardbaar risico voor anderen vormt. Het medisch dossier heeft tot doel de kwaliteit en continuïteit van zorg te waarborgen, en is niet bedoeld als vehikel voor maatschappelijke risicotaxaties. De huidige discussie over het beroepsgeheim maakt artsen mogelijk nog bewuster van de noodzaak af te wegen of zij het geheim van de patiënt bewaren of juist spreken om gevaar voor anderen te voorkomen.
De KNMG geeft artsen handvatten in de Handreiking Beroepsgeheim en justitie/politie. U kunt met dilemma’s ook terecht bij de KNMG Artseninfolijn, waar onder meer kennis aanwezig is over de wijze waarop de (tucht)rechter in concrete zaken toetst of een arts zich terecht op zijn zwijgplicht heeft beroepen.
De Artseninfolijn is bereikbaar via tel. 030 2823 322 of
[email protected]. Voor meer informatie zie ook www.knmg.nl/dossier/beroepsgeheim.
66 nr. 40 | 7 oktober 2011 | Medisch Contact | 2449
federatienieuws LAD-inzet voor huisartsen in gezondheidscentra, hidha’s en jeugdartsen Voor de LAD was september een drukke onderhandelingsmaand: de Cao’s Gezondheidscentra, Hidha én Jeugdzorg stonden op de agenda. Cao’s waar de LAD komende tijd nog verder over onderhandelt.
D
e onderhandelingen over de Cao Hidha startten eind augustus. Het overleg over de Cao’s Gezondheidscentra en Jeugdzorg startten al voor de zomer. De LAD heeft de zomerperiode deels gebruikt om de reacties te peilen bij de huisartsen in de gezondheidscentra over de Arbeidsvoorwaardenregeling Huisartsen in Gezondheidscentra (AHG), die deel uitmaakt van de Cao Gezondheidscentra.
over een nieuwe cao, namelijk voor de huisartsen in dienst bij een huisarts (hidha’s). Aanvankelijk wilde de LHV, als werkgeverspartij, de Cao Hidha ongewijzigd verlengen tot 1 april 2012, maar dit was voor de LAD onacceptabel. Toch is besloten om de cao-onderhandelingen uit te stellen tot januari 2012, omdat de LHV onvoldoende duidelijkheid heeft over de financiële situatie van de huisarts-praktijkhouder. Wel hebben LAD en LHV afgesproken om de tussenliggende periode te besteden aan technisch overleg in het kader van de cao, waarbij onderwerpen als de werkkostenregeling, de cao-tekst en ontwikkelingen op de arbeidsmarkt aan bod komen.
Cao Gezondheidscentra en de AHG
Cao Jeugdzorg
Voor de huisartsen in de gezondheidscentra zijn op 23 september de onderhandelingen over een nieuwe Cao Gezondheidscentra voortgezet. Belangrijk onderdeel bij deze cao is de AHG. Vooral de rekenformule en vernieuwing van de regeling zorgt voor veel discussie. De werknemersorganisaties, waaronder LAD/FBZ, hebben met werkgeversorganisatie LVG afgesproken dat in werkgroepverband de werknemers- en werkgeversorganisaties afzonderlijk een model maken voor een nieuwe rekenformule bij de AHG, dat aan alle wensen voldoet. Op 26 oktober wordt het cao-overleg hervat en worden de modellen besproken.
Namens de jeugdartsen voert LAD/FBZ het overleg met werkgevers Jeugdzorg Nederland over een nieuwe Cao Jeugdzorg. LAD/FBZ verwachtte tijdens het laatste overleg op 15 september te komen tot een resultaat: de werknemersorganisaties zijn de werkgevers op een aantal belangrijke onderwerpen tegemoet gekomen. Helaas bleek dat voor Jeugdzorg Nederland onvoldoende om in beweging te komen. De cruciale onderwerpen zijn de salarisstijging en de wachtgeldregeling. Daarnaast is ook het realiseren van een aanvaardbare reiskostenregeling al jaren onderwerp van gesprek. Op 27 oktober wordt het overleg Cao Jeugdzorg voortgezet.
Cao Hidha
Ook voor een andere groep huisartsen onderhandelt de LAD
Kijk op artsennet.nl/lad voor het laatste cao-nieuws!
AMS-overleg vlotgetrokken? LAD-contributie tot 2013 gelijk Afgelopen dinsdag spraken we met de NVZ vereniging van ziekenhuizen over de situatie met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden van medisch specialisten, de AMS-regeling.
I
n voorgaande jaren werd het cao-resultaat steeds automatisch doorvertaald naar deze regeling. Dat automatisme werd na het sluiten van de Cao Ziekenhuizen 2011-2014 in april plotseling niet meer toegepast. Dit tot grote onvrede van LAD en OMS.
Eerst, en dan… De achterban reageerde positief op onze inzet: eerst de verhoging toepassen en dan verder praten. Werd 4 oktober ’11 óók AMS-dag? Kijk ook daarvoor op artsennet.nl/lad of orde.nl.
2450 | Medisch Contact | 7 oktober 2011 | 66 nr. 40
Meldde ú zich al aan voor LAD’s Ledenvergadering op de 25ste? Daar heeft u op zich nog wel even tijd voor. Maar hierbij alvast een tipje van de sluier: ...Het bestuur stelt de leden voor om de contributie ongemoeid te laten. Ledenaanwas en kostenbeheersing maken dit mogelijk. Sinds 2000 kost het LAD-lidmaatschap tot aan 2013 dan zo’n 3 euro meer. Er worden geen tegenstemmen verwacht…
federatienieuws Huisartsen staan pal voor hun vak tijdens landelijke manifestatie Op donderdag 6 oktober hielden we met duizenden huisartsen, praktijkondersteuners en doktersassistenten een manifestatie in de RAI in Amsterdam. Omdat het beleid van de minister het hart van de huisartsenzorg gaat treffen. Omdat bezuinigen op de huisartsenzorg een averechts effect heeft: het tast de beschikbaarheid van basale zorg direct in de buurt van de patiënt aan. Patiënten zullen daardoor hun zorg vaker in het ziekenhuis moeten halen. Dat leidt tot stijging van de totale zorgkosten en uiteindelijk tot een stijging van de premie. LHV011_A3poster_LC.indd 1
18-08-2011 16:33:29
‘D
e manifestatie is onze kans om massaal te laten zien hoe de kernwaarden van de huisartsenzorg onder druk komen te staan als gevolg van de aangekondigde bezuinigingen en maatregelen’, zegt Carin Littooij, huisarts, vicevoorzitter LHV-kring Midden-Nederland en drijvende kracht achter deze dag. De manifestatie heeft brede ondersteuning van beroepsorganisaties in de eerste lijn. De bezuiniging raakt ons namelijk allemaal! Voorzitter Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), Arno Timmermans: ‘Investeren in zorgzaamheid en goede en betaalbare zorg, dat is nodig. De huisarts heeft oog en oor voor álle mensen voor álle klachten en ziekten, dichtbij en vertrouwd. De huisartsenpraktijk neemt steeds meer zorg op zich, doet dat goed en tegen lage kosten. Huisartsenzorg vormt daarmee de kern van de gezondheidszorg. Dit moet niet worden afgebroken, dit moet juist verder worden uitgebouwd. Dus niet korten, maar investeren in huisartsenzorg, om kwetsbare patiënten de zorg te geven die ze verdienen.’ Voorzitter Nederlandse Vereniging van Dokters assistenten (NVDA), Gerda van Baggem: ‘De bezuinigingen vertalen zich hoogstwaarschijnlijk in het schrappen van banen van doktersassistenten. Dat is onaanvaardbaar. De doktersassistent draagt door haar uitgebreide takenpakket fors bij aan een efficiënte, doelmatige en betaalbare gezondheidszorg. Er zijn juist meer doktersassistenten nodig om de bereikbaarheid van huisartsen te garanderen, om de zorg dicht bij huis te houden en om bijvoorbeeld chronisch patiënten adequaat te begeleiden in hun toenemende zorgvraag. Korten op personeel is de omgekeerde wereld. En de patiënt is de dupe.’
Voorzitter Landelijke Organisatie van Aspirant Huisartsen (LOVAH), Tim Linssen: ‘De politiek moet inzien wat voor kolossale systeemfout hier gemaakt wordt, zowel richting patiënten als naar huisartsen. Voor mijn generatie doemt een toekomstbeeld op waarin extra inzet voor onze patiënten politiek geherformuleerd wordt tot overschrijdingen. De overheid blijkt onbetrouwbaar door het achteraf wijzigen van afspraken en ze erkent onze kwaliteit van (basis)zorg niet. De aantrekkelijkheid van ons mooie vak lijdt hieronder, terwijl de door vergrijzing stijgende zorgkosten vragen om steeds meer doelmatige dokters. Wij willen bijdragen aan innovatieve oplossingen in de zorg, maar dat vereist vertrouwen en een consistent beleid van de overheid. Hiervan is nu geen sprake.’ Voorzitter Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen (VPHuisartsen), Wouter van den Berg: ‘Met deze manifestatie laten huisartsen en hun medewerkers zien dat de huisarts in de functie van spil en poortwachter in de eerste lijn uiterst doelmatige zorg levert en de sleutel is tot matiging van zorgkosten. Bezuinigen op huisartsenzorg leiden juist tot meer zorg in de tweede lijn en nieuwe overschrijdingen. Krachtige maatregelen zijn nodig, gericht op het behoud van kernwaarden en kwaliteit van de huisartsgeneeskundige basiszorg. We ontkomen anders niet aan inkrimping van het zorgaanbod van de huisarts uit het oogpunt van een goede bedrijfs economische praktijkvoering.’
Pas op: innovaties en substitutie vallen stil! Directeur Vereniging Huisartsenposten Nederland (VHN), Hansmaarten Bolle: ‘Begrijpelijk, de bezorgdheid van huisartsen. De afgelopen jaren hebben zij hard en enthousiast gewerkt aan vernieuwing en substitutie. Nota bene aangespoord door de minister en zorgverzekeraars. En juist die betere en betaalbare zorg leidt tot extra kortingen. Levensgevaarlijk: het elan verdwijnt, vernieuwing komt tot stilstand, voor ketenzorg en substitutie SEH-HAP dreigt een impasse. Doodzonde en heel slecht voor de zorg. Dat laten we toch niet gebeuren!’
66 nr. 40 | 7 oktober 2011 | Medisch Contact | 2451
federatienieuws Afspraak OMS met Meeùs en Interpolis over verbeterde arbeidsongeschiktheidsverzekering De Orde van Medisch Specialisten (OMS) heeft afspraken gemaakt met Meeùs en Interpolis over een verbeterde arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) met een aanzien lijk lagere premie en bovendien een korting van 25 procent voor leden van de OMS. Dit nieuwe aanbod zal in de meeste gevallen een stevige besparing betekenen op de jaarlijkse hoogte van de te betalen AOV-premie.
M
eeùs en Interpolis zijn al meer dan tien jaar partners van de OMS als het gaat om arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Het verbeterde product betreft een verzekering met vele mogelijkheden tot aanpassing aan individuele wensen en behoeften.
Direct voordeel OMS leden kunnen zich hierover laten adviseren door Meeùs en op individueel niveau een vergelijking laten maken tussen het nieuwe product en verschillende gangbare arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Leden die al een arbeidsongeschiktheidsverzekering via Meeùs en Interpolis hebben, genieten direct van dit voordeel. Voor hen gelden automatisch de betere voorwaarden en de korting van 25 procent.
V.l.n.r.: C.H.A. Mom, directeur Unirobe Meeùs Groep, mr. F.H.G. de Grave, voorzitter OMS en drs. R.L. Kamermans, directeur Achmea Schadeverzekeringen.
Voor meer informatie over dit product, kunt u contact opnemen met Meeùs, tel. 076 5313 480, of via www.AOVoporde.nl.
Bosscha voorzitter stichting BOLS Koop Bosscha is 14 september benoemd als voorzitter van de stichting BOLS. Dit adviesorgaan houdt zich met name bezig met de verdeling van de opleidingsplaatsen van medisch specialisten maar adviseert ook over andere opleidingsgerelateerde zaken.
Bosscha is chirurg en opleider in het Jeroen Bosch Ziekenhuis te ’s-Hertogenbosch en zit samen met Joep Dörr, voorzitter Raad Opleiding, namens de Orde van Medisch Specialisten (OMS) in het BOLS-bestuur.
B
Verdere transparantie
osscha neemt de voorzittershamer over van Guy Peeters, voorzitter raad van bestuur van het Maastricht UMC+.
Koop Bosscha (rechts) neemt de BOLSvoorzittershamer over van Guy Peeters.
2452 | Medisch Contact | 7 oktober 2011 | 66 nr. 40
Bosscha is verheugd over zijn benoeming. ‘Het afgelopen jaar is er al veel bereikt. Het BOLS heeft ten opzichte van voorgaande jaren veel meer verantwoordelijkheid gekregen. VWS verwacht van ons verdere transparantie in het toewijzings proces.’ Het BOLS betrekt bij dit proces alle wetenschappelijke verenigingen, onderwijs- en opleidings regio’s (OOR’s), opleiders en opleidingsinstellingen. Aan Koop Bosscha de taak om het komend jaar de nieuwe rol en positionering van het BOLS verder uit te werken.
Roulerend voorzitterschap Het voorzitterschap van het BOLS rouleert jaarlijks tussen de partijen die het BOLS in 2007 hebben opgericht. Naast de OMS zijn dat de NVZ vereniging van ziekenhuizen en de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU).