EEN wereld van verschil
Dominique Ampe
EEN wereld van verschil
Dominique Ampe
Dominique Ampe
EEN wereld van verschil
Wat zijn de grote verschillen op gebied van grafisch ontwerp tussen België en Nederland? Bachelor eindexamenscriptie Grafisch Ontwerp, AKV | St.Joost, Breda. Antwerpen, januari 2011
IK WOON IN
NEDERLAND
IK WOON IN
BELGIË
inHOUD
Voorwoord
PG 008
Inleiding
PG 012
1.
Geschiedenis
PG 016
1.1
België
PG 018
1.2
Nederland
PG 028
2.
België vandaag
PG 042
2.1 De maatschappij
PG 045
2.2 Van opdrachtgever tot ontwerper
PG 046
2.3
Opdrachtgever
PG 046
2.4
Ontwerper
PG 048
2.5 Interview Hugo Puttaert
PG 050
2.6 Interview Tina Lenz
PG 052
3.
Nederland vandaag
PG 054
3.1
PG 056
3.2 Van opdrachtgever tot ontwerper
PG 058
3.3
Ontwerper
PG 059
3.4 Dutch Graphic Design
PG 060
3.5 Interview ‘Studio Dumbar’
PG 062
Maatschappij
4 Interview
PG 074
4.1 Annelys de Vet
PG 076
4.2
PG 078
4.3 Saskia Wierinck
Klaas van der Veen
PG 080
5. Conclusie
PG 082
6. Literatuurlijst
PG 086
7.
PG 090
Bijlage
Bronvermelding: (‘cijfer’): quote, interview gesprekken, vertaling en informatie. (‘cijfer’): literatuurverwijzing.
VOORWOORD
VOORWOORD
VOORWOORD
VOORWOORD
Dominique Ampe
PG 010
voorwoord
voorwoord
PG 011
In 2006, na mijn middelbare studie in België, wist ik
Momenteel zit ik in mijn laatste bachelor jaar grafisch
dat ik verder zou gaan studeren aan een kunst-
ontwerp en schrijf ik zoals elk laatstejaars student een
academie in Nederland, met een voorkeur voor
scriptie over een onderwerp dat me aanspreekt. De
grafisch ontwerp. Mijn keuze voor een studie grafisch
zoektocht naar een onderwerp was snel geklaard.
ontwerp werd voornamelijk bepaald door mijn
Dagelijks ervaar ik verschillen in cultuur en maat-
basisopleiding in het middelbare kunstonderwijs.
schappij tussen Nederland en België.
Mijn voorkeur voor Nederland werd beïnvloed door de vele gelezen documentatie waaruit ik kon afleiden
Hierdoor werd mijn interesse voor de verschillen bin-
dat Nederland het beloofde ontwerpland is. Boven-
nen het vakgebied grafisch ontwerp tussen Nederland
dien, de meest doorslaggevende factor, waren de
en België opgewekt. Zo kwam ik tot de volgende
positieve ervaringen van mijn oom, hij doceerde aan
onderzoeksvraag van mijn scriptie:
de AKV/St-Joost academie in Breda, waar ik nu de “Wat zijn de grote verschillen op gebied van grafisch
opleiding volg.
ontwerp tussen Nederland en België?” ik veel zou leren over het vakgebied grafisch ontwerp.
Het maken van deze was voor mij een uitdaging.
Dit werd bevestigd. In de afgelopen vier jaren ben ik
Zonder de hulp van velen kon ik deze scriptie niet
ontzettend geëvolueerd op het gebied van denken
verwezenlijken. Daarom maak ik van de gelegenheid
binnen het grafisch ontwerp. Daarbij heb ik onder-
gebruik enkele personen te bedanken. Eerst en vooral
vonden hoe grafisch ontwerp wordt aangeleerd in
wil ik mijn ouders danken voor hun steun gedurende
Nederland en hoe velen het toepassen in de praktijk.
mijn gehele opleiding. Ook wil ik mijn vriend danken
Ook heerst in Nederland duidelijk een verstaanbare
voor zijn morele steun tijdens het schrijfproces.
taal onder ontwerpers en onder de bevolking.
Verder wil ik ook diegenen bedanken die me opbouwende kritiek en goede feedback gaven. Tenslotte wil ik de ontwerpers bedanken voor hun gastvrijheid en de tijd die ze hebben vrijgemaakt voor een interview.
Antwerpen, 8 januari, 2011
Dominique Ampe
Als Belgische ging ik er naar toe met de gedachte dat
INLEIDING
INLEIDING
INLEIDING
INLEIDING
Wat zijn de grote verschillen op gebied van grafisch ontwerp tussen België en Nederland? PG 014 INLEIDING
INLEIDING
PG 015
Nederland en België, twee buurlanden die verschillen
In hoofdstuk 3 ‘Nederland vandaag’, zien we welke rol
op vele vlakken, zoals de Samson & Gert serie in België
en macht de maatschappij heeft op de ontwikkeling
en de Bassie & Adriaan serie in Nederland, het godde-
van grafisch ontwerp in Nederland en hoe de relatie
lijke ‘goudgele Belgische bier Jupiler’ en het Neder-
tussen opdrachtgever en ontwerper is.
landse bier Heineken, enzovoort. Maar, er is weinig bekend met betrekking tot de verschillen tussen België
In de paragraaf 3.4 ‘Dutch Graphic Design’ wordt er
en Nederland op het vakgebied ‘grafisch ontwerp’.
door Nederlandse grafisch ontwerpers een antwoord gegeven op de vraag: “Waarin onderscheid de Neder-
Om antwoord te krijgen op mijn onderzoeksvraag
landse vormgeving zich van de rest van de wereld?”
“Wat zijn de grote verschillen op gebied van grafisch
en vervolgens het interview met ontwerpers van het
ontwerp tussen België en Nederland.” We werpen
beroemde ‘Studio Dumbar’.
eerst een blik op de geschiedenis van het grafisch ontwerp. Hier ligt de focus op de naoorlogse geschiede-
In hoofdstuk 4 krijgen we interviews van twee Ne-
nis die zich enerzijds afspeelt in België en anderzijds
derlandse en één Belgische ontwerper. De vragen en
in Nederland.
antwoorden in de interviews zijn essentieel om een beantwoording te kunnen realiseren van de scriptie vraag.
In hoofdstuk 2 ‘België vandaag’, zal ik ingaan op het Belgisch grafisch ontwerp van ‘nu’. We zien onder
Tenslotte sluit ik af met een korte en bondige conclu-
meer welke rol en macht de maatschappij heeft op de
sie waarin de onderzoeksvraag een samenvattende
ontwikkeling van het grafisch ontwerp in België en
beantwoording krijgt.
hoe de relatie tussen opdrachtgever en ontwerper is, met als afsluiting van het hoofdstuk, twee verrassende interviews.
Antwerpen, 8 januari, 2011
GESCHIEDENIS
GESCHIEDENIS
GESCHIEDENIS
GESCHIEDENIS
PG 018
1.1
GESCHIEDENIS
Na de Tweede Wereldoorlog zag je in België
het Plantin Genootschap. Ibou ging tijdens zijn studie-
schilders, architecten en meubel ontwerpers, wie zich
jaren in dienst bij de reclamestudio René Van Poppel.
bekwaamde tot grafici beoefende het vakgebied let-
In 1961 vestigde hij zich als zelfstandige grafisch
terzet en zeefdrukken. Tot het einde van de twintigste
ontwerper. Hij heeft in België voor veel beweging
eeuw waren vele Belgen van mening dat grafisch
gezorgd binnen het grafisch ontwerp. In 1969 stichte
ontwerp zich afspeelde in een drukkerij. Dit in tegen-
Ibou de vzw “Verbond Vlaamse Grafici” en in 1969
stelling tot de noorderburen, waar het vakgebied al
“Multi-Arts-Press”, een kunstgalerij en uitgeverij die
was uitgegroeid tot een identiteit van het Nederlands
vooral gericht was op het buitenland. Hij publiceerde
landschap. In 1997 veroorzaakte de tentoonstelling ‘In
onder het “tijdschrift voor Vorm” in Vlaanderen wat
Koeien van letters’ (1) die plaats vond in Gent een ware
we nu kunnen vergelijken met het Vlaamse Kwintes-
verandering voor de Belgische kijker. Het Belgisch
sens. In 1985 startte hij met de groep Interecho met
publiek kreeg een ontmoeting met het bestaande
als doel het gebied op visuele communicatie meer te
‘Belgisch grafisch ontwerp’. De bevolking, maar ook
ontwikkelen.
de ontwerpers waren aangenaam verrast door wat er zich afspeelde in de wereld van het grafisch ontwerp.
Paul Ibou heeft vele logo’s ontworpen zoals het “Na-
Niet alles wordt dus gemaakt door reclamebureaus,
tionale Taxi logo” van de Taxigroepering in Brussel.
drukkers en letterzetters, vertelde ze.
Aangezien hij zeer actief was als beeldend kunstenaar
1.1 België
werden zijn logo’s zodanig ontworpen dat je ze ook De eerste ontwerpers die zich in België rond de
driedimensionaal kon realiseren. Hij noemt zich dan
tweede helft van de jaren vijftig wilden bekwamen in
ook liever ‘beeldenbouwer’ (2) in plaats van grafisch
het vak grafisch ontwerpen volgenden een opleiding
ontwerper. Paul Ibou hield zich niet alleen bezig met
als schilder, publiciteit, lettertekenen of letterzetter.
het ontwerpen van postzegels, verpakkingen, boeken,
Een specifieke opleiding voor vormgeving was er in
meubelen maar ook met kleding en langspeelfilms.
die tijd nog niet in België. Velen die zich wilden profi-
Hij heeft voor de Belgische bedrijven en publieke
leren als vormgever gingen studeren in het buitenland
instellingen veel ontworpen zoals voor de Provincie
zoals Nederland en Duitsland. In België konden we
Antwerpen, Universiteit Antwerpen, Koninklijke Ballet
spreken van getalenteerde ontwerpers zoals Ibou,
van Vlaanderen enz. Zijn werk kenmerkt zich door de
Olyff, Lampaert, Buytaert en later de grafisch ontwer-
eenvoud en iconische directheid in zijn logo’s. Het zijn
per Gert Dooreman die een grote betekenis had voor
voornamelijk pregnante lijntekeningen, die in zwart-
het toen nog beginnend vakgebied in België. Paul Ibou
wit nog overeind blijven. Wie het belang van Paul Ibou
(Paul Vermeersch, 1939) haalde zijn diploma in 1958
naar waarde schat, moet weten dat hij werkte in een
voor Publiciteit en Lettertekenen aan de Koninklijke
tijd waarin een begrip als ‘corporate identity’ nage-
Academie van Antwerpen. Hij studeerde vervolgens
noeg onbekend was in België.
de opleiding Drukkunst, die georganiseerd werd door
GESCHIEDENIS
PG 019
Michiel Olyff (1927) volgden de studie “Illustration des
zijn eerste boek ‘Rozengeur en maneschijn’ ontwer-
livres” aan de academie van La Chambre waar hij later
pen. Hij vormde een goed team met Tom Lanoye. Dit
ook docent werd. Hij maakte deel uit van de cobrabe-
was de start van een langdurige samenwerking.
en Luc de Heusch. Hij tekende en schilderde. Echter
Dooreman is een man die zich graag in alles verdiept
in zijn loopbaan kunnen we hem ook onderscheiden
en documenteert. Hij wil alles zien en leest veel.
als grafisch vormgever. Hij was voorzitter van de
Hij beschouwt zich ook als een artiest en vindt ten
Belgische kamer van Grafische Vormgevers en had
dienste staan ‘van’ helemaal niet onprettig. Hij brengt
veel contact met de Nederlandse buren. Hij ontwierp
maatwerk en zegt, ‘Voor mij moet een tekst altijd
logo’s zowel voor de televisiezenders BRT en RTB als
leesbaar zijn, al maak ik wel een onderscheid tussen
voor het Museum voor Schone Kunsten in België. In
een wervende tekst en een doorlopende leestekst. Ik
1963 werd hij samen met Jacques Richez als enige
heb de indruk dat ontwerpers vaak denken dat alles
Belgen aanvaard als lid van de “Alliance Graphique
bestaat uit grafische objecten, terwijl er wel degelijk
Internationale”. Michiel Olyff verhuisde rond 1970
inhoud mee gemoeid is. Tekst is geen materiaal dat
naar het Waals-Brabantse Ittre. Belgische kunstenaars
je kan inzetten zoals je wil, het staat ook nog voor een
die het wilden maken in de grafische vormgeving gin-
zekere boodschap die overgedragen moet worden.
gen studeren in het buitenland. Zo trok Rob Buytaert
Ik ben een voorstander van het principe form follows
in 1961 naar Eindhoven. Na zijn opleiding in Neder-
function. In wervende teksten daarentegen geldt God
land vindt hij Vlamingen veel te individualistisch,
noch gebod. Leesbaarheid kan dan minder belangrijk
in tegenstelling tot de Nederlander. Hij vindt dat de
zijn, omdat het bijvoorbeeld de bedoeling is om de
Nederlanders beter zijn georganiseerd en dat dit terug
lezer te prikkelen, of om op te vallen.’ (3) Dooreman
te vinden is in het ontwerp. Buytaert werkt het liefst
speelt met letters en grootte, plaatsing, kleur en ritme.
voor de culturele sector en ontwerpt naast boekom-
Hij dwingt de typografie tot een muzikaal leven. Hij
slagen en affiches ook postzegels. Het was duidelijk
kiest niet zomaar een lettertype. Hierin is hij zeer seri-
dat in die tijd het Belgisch grafisch ontwerp nog
eus en kiest ze op een bewuste manier. Hij kiest ze zo
door drukkers, letterzetter en reclamebureaus werd
dat ze altijd in waarde blijven. Hij vindt ook dat fout en
uitgeoefend. In 1958 wordt Gert Dooreman geboren.
lelijk een esthetisch oordeel is en dat esthetica slechts
Hij groeide later uit tot de vertegenwoordiger van
één element is van wat een ontwerp goed of slecht
de grafische vormgeving in Vlaanderen en is nu nog
maakt. Hij won prijzen, onder andere in 2006 de prijs
altijd actief. Naast zijn passie voor illustratie staat hij
voor vormgeving van de provincie Oost-Vlaanderen.
bekend als boek- en afficheontwerper vooral gericht op de typografie. Begin jaren tachtig tekende hij voor de toen nog progressieve krant ‘De Morgen’. Drie jaar later in 1983 mocht hij voor Tom Lanoye de cover van
(1) Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode ‘Kwintessens’, 4de trimester, jaargang 18. Tekst: pg. 1, voorwoord.
(2) Paul Ibou, Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode ‘Kwintessens’, 4de trimeste, jaargang 18. Tekst: pg 3 - 6.
(3) Gert Dooreman, www.deredactie.be / www.letterenhuis.be (Dooreman als vormgever). + kwintessens, 4de trimester jaargang 2009, pg 23
1.1 België
weging samen met Strebelle, Alechinsky, Reinhoud
1.1 België
PG 020
GESCHIEDENIS
PG 021
1.1 België
GESCHIEDENIS
www.iconofgraphics.com/Paul-Ibou
GESCHIEDENIS
1.1 België
PG 022
Beeld verslag
GESCHIEDENIS
PG 023
01. Paul Ibou
Nationale Taxi, 1979. Bijschrift: hij wil het logo zo eenvoudig mogelijk en direct benaderen door een pregnante lijntekening. + Paul Ibou & partners, 1962, Design groep. 02. Paul Ibou
Provinciaal logo Antwerpen, 1983. 03. Paul Ibou
Antwerpen Tax, 1967, Taximaatschappij, Antwerpen. 04. Gert Dooreman
Affiche Ten oorlog. Bijschrift: Via spaarzame typografie weet Dooreman uit te drukken hoe drukwerk er in de oorlog uit zag, waneer er geen geld, geen tijd en geen schoonheidsideaal meer was. De poster geeft een zekere directheid. Om de tijd van de oorlog muzikaal te maken heeft hij alle acteurs bij de achternamen genoemd, alsof hun namen afgeroepen worden in een militair
1.1 België
appel. (3)
Beeld verslag
GESCHIEDENIS
1.1 België
PG 024
01. Paul Ibou
PG 025
1.1 België
GESCHIEDENIS
02. Paul Ibou
GESCHIEDENIS
1.1 België
PG 026
03. Paul Ibou
PG 027
1.1 België
GESCHIEDENIS
04. Gert Dooreman
PG 028
1.2
GESCHIEDENIS
De naoorlogse geschiedenis van Nederland
ontwerpdisciplines en alle mogelijke manieren bena-
speelde een belangrijke rol in het grafisch ontwerp.
deren zoals de meeste grafische ontwerpers in die tijd
Vanaf deze periode is de grondslag gelegd voor de
in Nederland. De twee ontwerpers streefden naar een
ontwerpers van de toekomst. De ontwerpers hebben
programmatische manier van ontwerpen. Zij kregen
ervoor gezorgd dat de Nederlandse maatschappij een
in 1967 de opdracht een nieuwe huisstijl te ontwerpen
visuele opleiding kreeg.
voor de Nederlandse spoorwegen. Hiervoor werd de
1.2 Nederland
grafisch ontwerper Gert Dumbar als derde partner Het grafisch ontwerp in Nederland werd dan ook
binnengehaald. Ze verwachten van hem een verfris-
gezien als een echt vakgebied. De ontwerpers en ont-
sende impuls, vanwege zijn studie aan de Royal Col-
werpbureaus schoten uit de grond. Het werd duidelijk
lege of Arts in London en zijn opvattingen over visual
dat ontwerpers een belangrijke rol leverden aan de
communication. Tien jaar later in 1977 richtte Gert
economische voorspoed van een bedrijf. In Nederland
Dumbar de studio Dumbar op, wat nu nog altijd een
werd al snel bekend dat de economische groei in de
zeer vooruitstrevend ontwerpbureau is. Toentertijd
tweede helft van de jaren vijftig voor werk zorgde in
werden nog vele grote Nederlandse ontwerpopdrach-
het vakgebied grafisch ontwerp. Voor vele ontwer-
ten aan de buitenlandse ontwerpbureaus uitbesteed,
pers ontstond de mogelijkheid om te groeien en zich
zoals bijvoorbeeld Zwitserland of Amerika. Er werd
te presenteren in de openbare ruimte. Bedrijven en
hierop veel kritiek gegeven. Dit zorgde voor ongenoe-
instellingen hadden de filosofie dat een goed vormge-
gen bij de Nederlandse ontwerpers. Het werd dus tijd
geven ontwerp een winstmaker is en een middel dat
dat de Nederlandse ontwerpers hier iets aan zouden
je strategisch in de markt kunt zetten. (1) Deze manier
doen.
van denken was een start voor een later vormgegeven Nederland. Dit was tevens het begin van talrijke
Total Design (sinds 2000 bekend als Total Identity)
ontwerp bureaus.
moest daar verandering brengen. Het ontwerpbureau werd opgericht in 1963 door de ontwerpers, Wim
Het duo, industrieel ontwerpers Emiel Truijen en Rob
Crouwel, Benno Wessing, Friso Kramer en de gebroe-
Parry, kreeg onder meer in 1957 de opdracht om
ders Paul en Dick Schwarz. Zij stonden in voor elk
een dubbele brievenbus te ontwerpen. Deze scheidt
aspect van vormgeving, van postzegel tot huisstijlen
de stadspost voor binnen en buitenland. Het was
en inrichtingen van tentoonstellingen. Zij profileerden
een praktisch en revolutionair ontwerp voor die tijd.
zich als een ambitieuze, internationale, zeer professio-
De bus voldeed zo goed aan zijn eisen waarvoor hij
nele, zakelijke, communiceerbare en modern vooruit-
was ontworpen, dat hij meeging tot maar liefst aan
strevende organisatie met als doel het vormgeven van
het einde van de 20ste eeuw. Emiel Truijen richtte
Nederland. De opdrachten werden in ontwerpteams
vervolgens in 1962 met Jan Lucassen in Den Haag
via een rationele manier zo efficiënt mogelijk aange-
het ontwerpbureau Tel Design. Tel Design wilde alle
pakt. Er werd bij voorkeur meest ontworpen op basis van rasters of een vast stramien.
Literatuur verwijzing: (1) Goed in Vorm. Honderd jaar ontwerpen in Nederland, Mieke Simon Thomas.
GESCHIEDENIS
PG 029
Wim Crouwel was het boegbeeld van Total Design.
dit is een geometrisch lettertype ontworpen door van
Hij volgde een opleiding als schilder en vanaf 1952 is
Wim Crouwel. De combinatie van het logo in samen-
hij in Amsterdam als ontwerper gaan werken. Hij werd
hang met de stijl van de letters van het woord Rand-
de belangrijkste Nederlandse grafisch ontwerper na
stad is zo trefzeker geweest, dat het nu nog steeds
de Tweede Wereldoorlog. Crouwel was jarenlang
gebruikt wordt. Tel en Total Design en de vele nieuwe
directeur van Total Design.
grafisch ontwerpers hebben het begrip “huisstijl” verbreed in Nederland rond de jaren zestig en zeventig
Crouwel staat ook bekend voor zijn fascinatie voor
tot het fenomeen corporate identity. (2)
lettertype New Alphabet Crouwel collega’s, de heer
Het fenomeen ontwerpen was in alle opzichten van
Benno Wessing was opgeleid tot kunstschilder aan
het vakgebied in Nederland geboren. De Semi- over-
de Kunstacademie van Rotterdam. Hij begon als
heidsinstellingen gaven vaak een opdracht aan de toen
huisontwerper in 1949 voor het museum Boijmans
bekende ontwerpbureaus zoals Tel en Total design.
Van Beuningen (1) in Rotterdam. Hij mocht in 1966 de
Alles moest worden vormgegeven zoals de luchthaven
oeuvreprijs in handen nemen van het Fonds voor de
Schiphol, Nederlandse Spoorwegen, Nederlandse
Beeldende Kunst en Vormgeving. Nog staat hij be-
Bank, Rijkswaterstaat, vele gemeentes, de nationale
kend voor zijn bewegwijzering aan de luchthaven van
Post, de Telegraaf en het Telefoon bedrijf ‘PTT’ enz.
Schiphol in 1967. Hij heeft tal van logo’s ontworpen
Deze grote projecten hebben een immense invloed uit-
zoals die van de winkelketen Makro en het waren-
geoefend op de visuele cultuur van Nederland. Al deze
huis Metz & Co. Crouwel zijn collega, Friso Kramer
krachtige ontwerpen kwamen in heel Nederland te
vertegenwoordigde zich onder meer als industrieel
voorschijn. Nederland kreeg de identiteit van een echt
vormgever. Hij staat bekend voor de kegelvormige
vormgegeven land maar vooral in het buitenland werd
straatlantaarn armatuur. Hij hield zich vooral bezig
gesproken van een verantwoord ontwerp. (1)
met product design. Friso Kramer was ook een voorstander voor de principes van het functionalisme en de analytische ontwerpmethodes. Het jonge uitzendbureau Randstad benaderde Total Design in 1967 voor een compleet nieuwe huisstijl. De opdracht werd uitgewerkt door Ben Bos die toen bij Total Design ging werken als ontwerper. Het logo was verwant aan het revolutionaire New Alphabet,
(1) Het ‘Boijmans Van Beuningen’ museum toont collecties van onder meer middeleeuwse kannen, glas uit de Gouden Eeuw maar ook meubels van Rietveld en hedendaags Dutch Design.
(2) Definiëren van een identiteit of hoe kunnen we een identiteit van de opdracht gever dichter bij het ideaalbeeld brengen d.m.v. strategieën.
1.2 Nederland
typografie en zijn ontwerp van het geometrische
1.2 Nederland
PG 030
GESCHIEDENIS
PG 031
1.2 Nederland
GESCHIEDENIS
Werkvergadering begin 1963. Dick Schwarz, Friso Kramer, Benno Wissing, Ben Bos, Paul Schwarz, Wim Crouwel. Foto: Jan Versnel, www.totalidentity.nl
GESCHIEDENIS
1.2 Nederland
PG 032
Beeld verslag
GESCHIEDENIS
PG 033
01. Total Design
Bewegwijzering en interieur luchthaven Schiphol, 1962. 02. Total Design
De Gruyter NV - verpakkingsmateriaal, 1972. Bijschrift: volgens een stramien laten ze een duidelijke weergave zien van wat de inhoud van het product zou moeten zijn. Ze willen laten blijken dat het er zo uit moet zien en niet anders, het laten zien van het perfecte ideaal beeld voor een product verpakking. 03. Tel Design
Huisstijl Nederlandse spoorwegen, 1971-1980. Bijschrift: Dit is een voorbeeld dat volledig gefinancierd en geëxplodeerd werd door de Nederlandse overheid. Het logo voor de Nederlandse Spoorwegen is ontworpen door Tel Design en mede door de ontwerper Gert Dumbar. Het logo verbeeldt het spoor, alsmede de heen en weer beweging. 04. Studio Dumbar
terd. Het is stilistisch duurzaam, politiek neutraal, makkelijk en goedkoop en op alle bestaande en nog te ontwikkelen voertuigen toepasbaar. En bij een ernstig ongeval dienen de geopende deuren van de politieauto als een visueel roadblock. De visuele identiteit heeft de politie niet alleen zichtbaarder gemaakt, maar laat zien dat het een modern bedrijf is, niet een bureaucratische instelling. Het straalt vertrouwen en veiligheid uit, ook naar buitenlanders. Het is een Nederlands volksicoon.” (6) 05. GEORGE NOORDANUS
Beroemde PSP-poster uit 1971
Beeld verslag
1.2 Nederland
Politie auto, 1993. Bijschrift: “Het is in al zijn merites uitgedok-
GESCHIEDENIS
1.2 Nederland
PG 034
01. Total Design
PG 035
1.2 Nederland
GESCHIEDENIS
01. Total Design
GESCHIEDENIS
1.2 Nederland
PG 036
02. Total Design
PG 037
1.2 Nederland
GESCHIEDENIS
03. Tel Design
GESCHIEDENIS
1.2 Nederland
PG 038
04. Studio Dumbar
PG 039
1.2 Nederland
GESCHIEDENIS
04. Studio Dumbar
GESCHIEDENIS
1.2 Nederland
PG 040
04. George NOordanus
GESCHIEDENIS
PG 041
“Vanaf de jaren zestig begonnen ontwerpers zowel
Ze maakten gebruik van nieuwe technieken om zo hun
hier als elders zich te verzetten tegen wat ze als be-
eigen typografie en vormtaal te creëren. Ze ontwikkel-
perking zagen. Ze wilden mogelijkheden van nieuwe
den de groep “Hard Werken”, een collage vorm die zich
communicatievormen openen. Maar ook al werden
relateerde met het postmoderne hergebruik van die
hun ontwerpen wild, en zelfs pornografisch, ze ble-
tijd. In Nederland schuilde er een traditie van herdefini-
ven gedisciplineerd. George Noordanus’ beroemde
tie en reorganiseren. “Karel Martens, die verschillende
PSP- poster uit 1971 bijvoorbeeld, toont een naakte
generaties ontwerpers opleidde, en een aantal van zijn
vrouw die met uitgestrekte armen voor een koe in
collega’s synthetiseerden al deze rebellie in een com-
een weiland staat, in een zuivere, symmetrische com-
pact geweven, maar toch volledig vrije benadering van
positie. De daad van rebellie wordt gepresenteerd op
informatie, die nu een groot deel van de Nederlandse
een volledige klassieke en daarom krachtige manier.
grafisch- ontwerpwereld beheerst. ‘Calvinistisch ex-
Door totale zelfbeheersing werd de expressie van de
pressionisme,’ zoals iemand opmerkte.“ (3)
ontdekte vrijheid effectiever.” (1) Tijdens de jaren zeventig en tachtig ontstond in Amsterdam het “Wild Plakken”. Een groep die in het wilde weg de stad volhing met politieke posters “die de bezadigde wereld van kunstcommissies de dyna-
1.2 Nederland
miek van revolutie wilde weergeven.” (2)
( 1, 2, 3 ) Design NL. De kracht van Dutch Design, Aaron Betsky en Adam Eeuwens
BELGIë VANDAAG
BELGIË VANDAAG
BELGIË VANDAAG
BELGIë VANDAAG
2.1 De maatschappij
PG 044
BELGIë VANDAAG
BELGIë VANDAAG
PG 045
Belgen of buitenlanders, iedereen die wel eens in Bel-
2.1
gië is geweest met de auto, weet hoe de wegen er uit
verschil. In België zie je dat niet alleen in het straat-
zien. Ze zijn ongelijk neergezet en door heel het land
beeld maar ook in de taal een groot contrast. Zo kent
word gebruik gemaakt van ‘lintbebouwing’. (1)
België onder meer de taalstrijd tussen het Vlaams
De aller grootste complexiteit zit in het taal
en het Frans. Iedere taal heeft zijn eigen afgebakend Zoals Hugo Puttaert zegt,
terrein, met zijn eigen cultuur, meningen, tv zenders, politiek enzovoort.
“Veel buitenlandse collega’s kijken enerzijds wat meewarig naar ons landje, anderzijds met steeds
Je zou dan, in de grafische vormgeving kunnen onder-
groter wordend ontzag. Er is hier zo weinig geregeld,
vinden dat een Vlaamse grafisch ontwerper weinig of
er is hier zoveel lelijkheid, zegt men. En inderdaad,
nooit een Waalse opdrachtgever aan neemt en visa
onze weiden liggen bezaaid met oude badkuipen en
versa. Door deze mentaliteit krijg je weinig ontwik-
in de steden is het niet altijd wijselijk om op de stoep
keling binnen het grafisch ontwerp in België. Wat tot
te lopen. Om nog maar van de ‘koterij’ (2) te zwijgen.
gevolg kan hebben dat er minder motivatie, steun van
Maar zoals op elk braakliggend terrein, ligt er nog
de overheid, professionaliteit en onderzoek in vernieu-
een hele wereld open.” (3)
wing binnen het vakgebied grafisch ontwerp plaats vindt. Het is dan ook zo dat je in België weinig grafisch
Zo zegt zelfs Annelies Vaneycken,
ontwerp in de openbare ruimte en de infrastructuur
doods. In België is er nog een leuke chaos. Door zijn
“met het milde liberaal-democratische samenleving
rommeltje, door zijn uitheems straatbeeld wordt het
model, waarin de mogelijkheid tot het verwerven
mooi en inspirerend” (4)
van persoonlijk geluk en vrijheid centraal staat, heeft iedere Belg zich ontpopt tot ontwerper van zijn
Dus al deze contrasten van lelijkheid maken België
eigen koninkrijk. Zijn eigen huis, in zijn eigen straat,
weer mooi en uniek. Het land krijgt zo een bepaalde
naast het eigen huis van de buren, volgens eigen
unieke identiteit die je nergens in de wereld terug ziet.
inzichten en dromen. Belgen beschouwen het maken
Maar, deze contrasten zoals lintbebouwing, braak
van keuzes en het ontwerpen van hun eigen leven
liggend terrein, koterrijen, chaos en de rommel zorgen
als een verworven recht, geen stedenbouwkundige
ook voor een land met complexen.
verordeningen die daar een stokje voor kan steken. De argwaan van de Belg voor ieder die een mogelijke bedreiging voor dat eigen koninkrijkje kan vormen, heeft ertoe geleid dat in België ontwerpers nagenoeg onbestaand blijven zijn.” (5) (1) De maatschappij wil niet in aanraking komen met goed grafisch ontwerp, waardoor het grafisch ontwerp voor velen in België, een onwetend vakgebied blijft. Er zal dus niet snel begrip of vraag naar zijn.
2.1 De maatschappij
ziet, zoals bijvoorbeeld goede bewegwijzering. “In Nederland is alles vormgegeven, afgelikt en
PG 046
2.2
BELGIë VANDAAG
Om als ontwerper een goed inhoudelijk
2.3
Opdrachtgever voorbeeld: De Belgische
ontwerp te kunnen realiseren moet de samenwerking
Opdrachtgever ‘x’ vind de kleur geel niet mooi. We
tussen de opdrachtgever en ontwerper optimaal
kunnen vast stellen dat hij geen enkele relatie wil heb-
zijn. De opdrachtgever of ontwerper moet tijdens het
ben met deze kleur. Maar waarom? Gewoon, hij vind
ontwerpvoorstel een dialoog op gang brengen. Als dit
deze kleur niet mooi (subjectieve keuze). De ontwerper
gebeurt kunnen beide partijen rustig praten over het
weet helemaal niet dat zijn opdrachtgever deze kleur
ontwerpvoorstel, waarbij ze uiteindelijk tot overeen-
verafschuwt. Toevallig heeft de Belgische ontwerper
stemming komen. Er is dus tussen de opdrachtgever
de kleur geel in zijn ontwerp verwerkt. De ontwerper
en ontwerper daadwerkelijk een goed vertrouwen,
is er na veel onderzoek bij uitgekomen dat deze kleur
communicatie en respect tegenover elkaar nodig
een juiste vertaling in het ontwerp is. De ontwerper
om uiteindelijk tot overeenstemming te komen. Dit
legt zijn idee voor aan opdrachtgever ‘x’ samen met
zou een ideale situatie zijn. De ontwerper heeft de
een inhoudelijk en opbouwende bespreking. De
mogelijkheid en de motivatie om een goed ontwerp te
ontwerper geeft een duidelijke presentatie en het
kunnen afleveren aan de opdrachtgever.
ontwerp ziet er logisch en zeer professioneel uit. Bij
2.2 Van opdrachtgever tot ontwerper
de bespreking tussen de ontwerper en opdrachtgever Vanuit gelezen bronnen en van horen zeggen, is van een
keurt de opdrachtgever het ontwerp af omdat de kleur
positieve situatie zoals ze hier boven wordt beschreven
geel is verwerkt. De ontwerper probeert zijn ontwerp
weinig terug te zien in België. De situatie die dan in
en keuze te verduidelijken en zoekt naar een oplos-
België vaak zou voorkomen wordt kort uitgelegd in de
sing, maar komt niet meteen verder. De opdracht-
volgende paragraaf. Dit voorbeeld schetst een beeld
gever toont geen enkele interesse in de keuze van
waarbij de opdrachtgever de ontwerper in grote zin niet
de ontwerper en blijft subjectief over de kleur geel.
vertrouwt en zijn keuze of mening niet aanvaardt.
Uiteindelijk keurt hij het ontwerp af. In deze situatie kijkt de opdrachtgever niet naar de inhoud van het ontwerp. Hij kijkt dus alleen naar het totaal beeld. De opdrachtgever wil helemaal niet weten waarom de ontwerper de kleur geel heeft verwerkt in zijn ontwerp. In deze situatie stelt de opdrachtgever zich dominant en subjectief op tegenover de ontwerper. De opdrachtgever wil geen dialoog met de ontwerper, terwijl het er naar uit ziet dat de ontwerper dit wel probeert te doen. Hierdoor zal de ontwerper uiteindelijk de opdracht niet binnen halen of simpel weg uitvoerder worden van de eisen die de opdrachtgever stelt. De opdrachtgever heeft niet begrepen dat de inhoud van het ontwerp het niet toe laat om iets esthetisch (naar zijn subjectieve keuze) te ontwerpen en dat de kleurkeuze meestal een logisch gevolg van de inhoud is.
BELGIë VANDAAG
PG 047
Volgens Tim Vermeulen (5) hebben opdrachtgevers in
fende wetgeving, vragen overheden (ook ministeries)
België maar één doel en opvatting:
koudweg volledig uitgewerkte conceptvoorstellen alvorens er gegund wordt. Zelfs de agentschappen van
“waar krijgen voor je geld. En dat valt in de ogen van
de Vlaamse overheid gebruiken deze praktijk. Van de
de opdrachtgevers enkel af te meten aan luxueuze
aangeschrevenen worden daarbij verwacht om, naast
overdaad en weldadige schoonheid die vaak ontaardt
een lijvig dossier (met vereiste officiële documenten,
in potsierlijkheid. Functionaliteit is nooit een uit-
een zeer gedetailleerde offerte en een stappenplan),
gangspunt geweest, want waarom je kamer zo func-
ook een volledig uitgewerkt ontwerpvoorstel in te
tioneel mogelijk inrichten als je voor hetzelfde geld
dienen. Vaak moet dit zelfs gebeuren binnen een
een tweede kamer aan je huis vast bouwt. Waarom
periode van één tot twee weken. U gelooft dit niet?
een ontwerper inschakelen om je briefhoofd te ont-
Het is nochtans zo. En wat is het resultaat? Abomina-
werpen als je een tekstverwerker op je pc hebt.” (5) (1)
bele vormgeving, strategisch wankel en onvoldoende snel te verdwijnen. Het kan ook niet anders: gedegen
vers weinig respect en waardering voor de ontwerper
en professionele ontwerpers en ontwerpbureaus
en wat hij ontwerpt. Het is niet alleen de opdracht-
weigeren meestal om hier aan mee te werken. En zo
gever die ervoor zorgt dat de grafisch ontwerper niet
krijgen we in Vlaanderen – ondanks de zeer dege-
de kans krijgt om zijn kunsten te tonen, de overheid
lijke opleidingen, ondanks het toenemende aantal
speelt namelijk ook een grote rol. Zo zegt Hugo Put-
goede en inventieve ontwerpers - een allegaartje van
taert: (3)
ondermaatse overheidsvormgeving: gratuite logo’s en dito huisstijlen die liefst worden omgeruild bij
“Opdrachtgevers die achten het zonder blikken of
elke aanstelling van een nieuwe zakelijke leider of
blozen het nodig achten om tientallen ontwerpers
directeur. Van strategie gesproken... Om nog maar te
en ontwerpbureaus te briefen omtrent een zoveelste
zwijgen over de juiste aanwending van de beschik-
pitch, waarbij ze gewoon heel veel creatieve voorstel-
bare financiële middelen.” (3) (2)
len wensen te zien voor – juist ja – niets. Gratis ontwerp. Deze gratis mentaliteit fnuikt de ontwerpcultuur in België. Gratis is steeds minderwaardig. Gratis is vrijblijvend. Gratis is bedrog. Gratis ondermijnt een gezonde economie. Oh, ik werk ook wel eens onbezoldigd als een gunst. Alleen: ik beslis dit zelf. Niemand hoort dit in mijn plaats te doen. Ontwerpers die dit lezen zullen ongetwijfeld zuchten want deze praktijk is in Vlaanderen nog steeds schering en inslag, en niet alleen bij relatief kleine opdrachtgevers, maar zelfs bij de overheid. Een voorbeeld? U kent wellicht de aanvragen tot inschrijving op openbare aanbestedingen. Onder het mom van, de betref-
2.3 Opdrachtgever
onderbouwd, technisch onwaardig en gedoemd om In België zie je nog regelmatig vanuit de opdrachtge-
BELGIë VANDAAG
2.4 Ontwerper
PG 048
(1) Lintbebouwing: Het bouwen van losse huizen langs hoofdwegen of kanalen.
(2) Koterij: Dit zijn schuurtjes, hokken en duivenhokken die aan de achterzijde van woonhuizen worden aangebouwd. Deze ongestructureerde bouwwerkjes zijn een begrip in Vlaanderen, waar men ze meestal aantreft achter de lintbebouwing langs de hoofdwegen. (bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Koterij )
(3) Hugo Puttaert, 1960, is een Belgische grafische ontwerper, docent en onderzoeker aan het Sint-Lucas Academie Antwerpen (Karel de Grote-Hogeschool). Hij is organisator van ‘Integrated’ en heeft zijn eigen ontwerp studio, www. visionandfactory.com.
(4) Annelies Vaneycken is een Belgisch grafisch ontwerperster uit Brussel. Ze is afgestudeerd als grafisch ontwerperster aan Sint-Lucas te Brussel. Ze heeft een Master afgerond aan het Sandberg Instituut te Amsterdam. Nu is ze zelfstanding ontwerpster en geeft ze ondermeer les op het Sint- Lucas Brussel. www.anneliesvaneycken.be. (Tekst afkomstig van het interview dat ik met haar nam op 20/11/2010 in Brussel.)
(5) Tim Vermeulen is projectmanager en criticus
BELGIë VANDAAG
2.4
“Er studeren generaties jonge grafische
PG 049
Annelies Vaneycken vertelde me onlangs:
ontwerpers af met een bijzonder groot potentieel. Sommigen zwermen uit naar het buitenland, anderen
“Als er in Nederland een kleine lezing wordt gegeven
bouwen aan diverse samenwerkingsverbanden
voor beperkt publiek, reageren studenten op vragen
waardoor nieuwe bureaustructuren ontstaan, vaak
en proberen studenten mee in discussie te gaan. In
interdisciplinair, kleinschalig, maar zeer toekomstge-
België zit je voor een stilzwijgende klas met alleen
richt.” (3) (2)
maar aandachtige studenten die alleen luisteren en noteren van wat de spreker heeft te zeggen.” (4)
Jonge Belgische ontwerpers zijn zo goed in wat ze graag doen. Ze kunnen prachtig tekenen en hebben
Voor vele Belgische ontwerpers zou de actie-reactie
een rijke achtergrond wat betreft kunst. Velen kennen
principe een zeer moeilijke stap zijn. Uit eigen ervaring
alle knepen van de ambachtelijke grafische moge-
zijn de Belgen hierin niet getraind. Ze hebben vanuit
lijkheden, zoals zeefdrukken, etsen enzovoort. Maar
hun cultuur of opleiding niet geleerd om uitspraken te
ik mis grafisch ontwerp op de straat. Wat er dus ge-
doen. Hierdoor zijn vele Belgische ontwerpers beschei-
beurt, is dat de grafisch ontwerper op de achtergrond
den, afwachtend en terughoudend in hun uitspraak.
blijft. Jonge Belgische grafisch ontwerpers moeten
De Belgische ontwerpers zullen dus ook niet snel een
zich meer durven uiten binnen de maatschappij, dus
dialoog op gang brengen of een uitgesproken mening
ook de openbare ruimte. Ze moeten keuzes durven
hebben, vragen stellen en antwoorden.
maken en opkomen voor hun ontwerp, dus ook teontwerper in een mainstream of blijft hij ondubbelzinnig uitvoerder van de wensen die de opdrachtgever eist. Belgische jonge ontwerpers moeten durven weg te stappen van het ‘normale’ en het avontuur van iets nieuws aan te gaan. “misschien moeten we allen iets leren uit de gedragstherapie: actie – reactie, zo werkt het nu eenmaal. Ook grafisch ontwerpers dienen zich hierin te verdiepen en strategisch na te denken als ze zichzelf niet langer als een mechanische, vormgevende arm van de opdrachtgever willen zien. Maar ze moeten dan wel voor zichzelf de lat hoog leggen en zich niet zomaar van de opdracht kwijten door een oppervlakkige vormoplossing voor te stellen.” (3) (2)
Literatuur verwijzing: (1) Morf, Tijdschrift voor vormgeving, nr 1, pg: 76, Nederland ontwerpland, Tim Vermeulen. (2) Kwintessens, Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode, 2009-4, pg 51 – 52, Hugo Puttaert.
2.4 Ontwerper
genover de opdrachtgever. Als dit niet gebeurt valt de
PG 050
BELGIë VANDAAG
01. Wat is volgens jou
Er zit veel potentie in het Belgisch grafisch ontwerp. De complexiteit van dit
typerend aan het Belgisch
kleine land en het quasi ontbreken van enig chauvinisme spreekt in het voor-
grafisch ontwerp?
deel van de Belgische ontwerpscène. Al heerst er door de Belgische mentaliteit een bepaalde bescheidenheid, deze staat internationalisering zeker niet in de weg, integendeel. Kijk maar naar de mode-, design- en de muziekscène in België. Deze zijn internationaler dan ooit. Misschien hebben Belgische ontwerpers minder de behoefte om te ‘imponeren’, al durf ik ook dit te betwijfelen, maar ze werken wellicht minder schreeuwerig en meer vanuit een inhoudelijke en conceptuele geladenheid. Dit heeft wellicht ook te maken met het feit dat ‘grafisch ontwerp’ hier veel meer dan in Nederland, zijn fundamenten heeft in het ‘artistieke’, zeg maar de ‘autonomie’ van de vrije kunsten. Daar waar de discipline in Nederland reeds veel langer deze omslag maakte en hierdoor snel geprofessionaliseerd werd. Maar de situatie verandert snel. De kunst- en ontwerpopleidingen die in het kader van de academisering (Bologna akkoorden) hun programma grondig hebben bijgestuurd, zijn daar niet vreemd aan. Ik maak mij sterk om te stellen dat de grafisch ontwerpopleidingen in België
2.5 Interview Hugo Puttaert
volwassener zijn dan ooit en dat de gevolgen hiervan stilaan zichtbaar worden. Ontwerpers zijn breder opgeleid, hebben conceptueel inzicht, zijn kritischer en worden sterker in wat wij als docenten beschouwen als een ‘brede interdisciplinaire ontwerpcultuur’ waarbij het denken en reflecteren over het nut en de rol van de discipline als relevant en nodig wordt beschouwd. Zie ook het succes van de internationale conferenties zoals ‘Integrated’ in Antwerpen, maar ook ‘Shapeshifters’ in Brussel, ‘Bolditalic’ in Gent en zovele andere activiteiten van zovele interessante organisaties overal in het land. Natuurlijk loopt er nog veel fout. Zeker wat betreft de onkunde van bepaalde opdrachtgevers, ook de overheid overigens om correcte, duidelijke briefings en dito opdrachten te organiseren. Maar ook hier veranderen dingen vrij snel. Mede door het toenemende zelfbewustzijn en de professionaliteit van de ontwerpers en studios in kwestie. Door het ontbreken van dit zogenaamde ‘chauvinisme’ hebben Belgische ontwerpers t.o.v. bv de Nederlandse collega’s één groot voordeel: ze staan meer open voor internationalisering en voor andere visies op hun discipline. Dit is wat mij vaak ergert: de ‘zelfgenoegzaamheid’ en vaak ook de ‘arrogantie’ van het Nederlands ontwerp. Ondanks de onmiskenbare internationale –en terechte– erkenning van het Nederlands grafisch ontwerp, ervaar ik de laatste jaren een soort ‘navelstaarderij’, veel te sterk gericht op haar eigen identiteit, waardoor de uitstraling en de kracht van het ‘Nederlands ontwerp’ snel en zienderogen afneemt. Ik geloof trouwens niet in afgescheiden scenes. Nederlands of Belgisch, wat maakt het uit? We leven in een Europese en een wereldeconomie waarbij de flow van nieuwe concepten en de inventiviteit van ontwerpers en ontwerpdisciplines wereldwijd al lang niet meer uitsluitend plaats vindt in Westeuropese landen die dit vaak echter wel angstvallig en krampachtig willen koppelen aan nationale trots en eergevoel.
INTERVIEW HUGO PUTTAERT / BRUSSEL / 16/12/2010
BELGIë VANDAAG
PG 051
De absurditeit van de politieke instellingen in België is één zaak, de bron van het Europees denken ligt wel in Brussel, dat tevens als een mooie metafoor kan gelden voor de complexiteit van onze huidige maatschappij waarbij een helder én genuanceerd denken veel meer aarde aan de dijk brengt dan simplistische en populistische stellingnames. Ook in het ontwerpvak. You love it or you hate it, but you can’t change it! 02. Wat kunnen we zeggen
Renaud Huberlant, grafisch ontwerper en docent aan de Brusselse Ecole de
over de toekomst in België
recherche graphique, verwoordde het tijdens Integrated2009 zo [vrij geïnter-
binnen het grafisch
preteerd]: “Grafische ontwerpers hebben wereldwijd een hoog niveau be-
ontwerp?
reikt, ze zijn in staat om via zeer professionele tools, prachtig vormgegeven materiaal te maken. Maar what’s next? Willen en zullen we als ontwerpers verder nadenken over onze rol, over communicatie en meer bepaald over onze bijdrage in de publieke ruimte? Willen we samenwerken met urbanisten, architecten, kunstenaars, marketeers en politici?” ‘Graphic design is entering a new area, it will assimilate visual and complex technologies, link a general to a specialistic approach. We will have to look beyond the boundaries of design. With an attitude based on a sharply defined visual strategy and a strong interaction with the clients’ expectations. Design with social and economic relevance. Sometimes related to art, sometimes to technology.” België is onbelangrijk. Nederland is onbelangrijk. Internationalisering en samenwerkingsverbanden –op welke manier ook– zijn wel belangrijk. Dit betekent echter niet dat individuele ‘roots’ of eigenheid moeten verdwijnen. Integendeel. Maar we dienen open te staan voor nieuwe mogelijkheden. Zie het als een attitude waarbij allerlei samenwerkingsverbanden kunnen ontstaan. Steeds vanuit ervaringsexpertise maar ook steeds vanuit het ‘tabula rasa’ (1) principe. Opdrachten zijn altijd anders en nooit hetzelfde. Het is niet omdat bepaalde dingen gisteren werkten, dat ze dat morgen ook nog zullen doen. De grafisch ontwerper zal sterker in zijn schoenen moeten staan en nieuwe uitdagingen aan moeten gaan. We moeten proberen buiten de mainstream te denken en verder te kijken dan wat er al is. Het is nu de kunst voor jonge ontwerpers om te overleven in deze complexiteit. Mede daarom is er in België (voor zover België nog belangrijk is) nog veel mogelijk. In België vind je nog dingen waar nog nooit vormgeving aan te pas is gekomen. Mooi toch! Laat ons dan ook meteen komaf maken met de gedachte dat ‘alles moet vormgegeven worden’. Misschien is dit laatste wel een fundamenteel verschil tussen (als het dan nog zou bestaan) de Belgische en de Nederlandse ontwerpersmentaliteit. Al durf ik ook dit te betwijfelen…
(1) Tabula rasa: schone lei, onbeschreven blad.
INTERVIEW HUGO PUTTAERT / BRUSSEL / 16/12/2010
2.5 Interview Hugo Puttaert
relational tasks, need total cross platform thinking, use the most apropriate
PG 052
BELGIë VANDAAG
TIJDENS ONS INTERVIEW
Vijftien jaar geleden was het complexer om je als Nederlands ontwerper te
VERTELDE ZE ME HET VOLGEND
vestigen in België. Er bestonden weinig connecties tussen beide landen op het
VERHAAL EN HAAR ERVARING
gebied van grafisch ontwerpen en het internet werd nog niet toegepast voor
IN BELGIË ALS ONTWERPER:
algemeen gebruik. Ook bleek er enige scepsis te zijn aan de Vlaamse kant omtrent de Hollandse mentaliteit. Men had mij hiervoor gewaarschuwd voordat ik de stap probeerde te wagen om enige tijd vanuit Brussel te gaan pionieren. Nieuwsgierigheid en het avontuur bleven lonken toen ik in 2003 uiteindelijk besloot om daadwerkelijk te verhuizen. Daarbij had ik niks te verliezen; mijn toenmalige liefde bleef achter in Amsterdam waardoor ik al pendelend tussen beide steden met maar 2,5 uur reistijd in zijn atelier aan vaste opdrachten kon blijven doorwerken. Tegenwoordig bemerk je door het brede aanbod van nieuwe vormen van communicatie de wereld steeds kleiner wordt en dat ook wij daarmee als ontwerpers globaliseren (d.w.z. zowel lokaal als globaal). Er ontstaan meer interculturele processen waarbij we interesse tonen voor ‘de ander’, genere-
2.6 Interview Tina Lenz
ren kennis op afstand en krijgen de mogelijkheid om goedkoper te reizen. Een ideale situatie voor ontdekkings-ontwerpers om als participerende observatoren werkzaam te zijn in andere landen. Ik voelde me in die zin een voorloper van het ‘transnationaal’ ontwerpen, een term die men steeds vaker gebruikt. Mijn keuze ging uit naar Brussel vanwege de grootstedelijke dynamiek. Een kruising van de grandeur van Parijs en de meltingpot van New York. Met 32 jaar een mooi moment om nog eens te switchen van omgeving en in het buitenland te gaan werken. Ik had hiervoor een studie grafisch ontwerpen aan de kunstacademie St.Joost in Breda afgerond, een jaar gereisd door Afrika en Brazilië, twee jaar de masteropleiding design aan het Sandberg Instituut in Amsterdam gevolgd en was inmiddels acht jaar werkzaam als freelance ontwerper. Het was geen makkelijke opgave om als zelfstandige zonder netwerk koud acquisitie in België te doen. Na diverse kennismakingsgesprekken bij een selectie ontwerpbureaus in Brussel en omgeving vertelde een partner van Base Design New York dat ze een senior ontwerper zochten voor hun kantoor in Brussel. Het leek me verstandig om eerst maar eens voor een vaste aanstelling te gaan, solliciteerde en werd uit meerdere aanmeldingen aangenomen. Werken bij een Walloons (Franstalig) internationaal georiënteerd ontwerp-
NEDERLANDSE ONTWERPER TINA LENZ IN BELGIË / AMSTERDAM / 17/11/2010
BELGIë VANDAAG
PG 053
bureau was een bijzondere ervaring. Je leerde de Belgische cultuur wéér op een andere manier kennen. Bijvoorbeeld dat men elkaar iedere ochtend bij binnenkomst twee luchtkusjes op de wang gaf en bij vertrek hetzelfde ritueel herhaalde. Voor hun een dagelijkse gewoonte, voor mij een (bedrijfs) cultuurshock om zo een werkdag te beginnen en af te sluiten. Nu kan ik Base Design vanuit hun internationale positie niet echt typeren als een Belgisch ontwerpbureau. Bijkomend probleem is dat het land geen uniforme identiteit heeft het dus ook lastig is om een bepaalde ontwerpcultuur te definiëren. Het zijn allemaal versnipperde eilandjes waarop iedereen zijn eigen politiek bedrijft. Binnen deze complexe verzuiling constateerde ik wel dat in Brussel de grote groep EU-afgezanten hoofdzakelijk het beeld bepalen: conservatief, oubollig en onoverzichtelijk. Misschien zijn we in Nederland jarenlang verwend met de traditie van het ontwerpen voor de overheid waarbij de opdrachtgever juist vraagt om een kritische houding van de ontwerper. Ze denken mee in het ontwerpproces en willen geprikkeld worden. Een heldere relatie zonder eindeloze lunchafspraken, wederzijdse beleefdheden, hiërar-
Ik miste tijdens mijn verblijf in Brussel vaak die conceptuele eigenzinnigheid. Daarvoor moest je het eiland van een bepaalde elite opzoeken om tot je recht te komen. Ik ben er desondanks met deze inspirerende uitwisseling van drie jaar van overtuigd dat er nu en in de toekomst tussen Nederland en België steeds meer vruchtbare samenwerking zal plaatsvinden. Oude identiteiten veranderen en het zoeken naar grenzeloze verdieping en visualiseren van nieuw ontgonnen informatie behoren tot het nieuwe transnationaal ontwerpen waarmee alle landen dus ook de Walloniërs & Vlamingen besmet zullen worden. Grafisch veldwerk op het territorium van je buurman houdt elkaars geest scherp!
NEDERLANDSE ONTWERPER TINA LENZ IN BELGIË / AMSTERDAM / 17/11/2010
2.6 Interview Tina Lenz
chisch handelen en passief vormgeven binnen gestelde regels.
Nederland vandaag
Nederland VANDAAG
Nederland VANDAAG
Nederland vandaag
3.1 Maatschappij
PG 056
NEDERLAND VANDAAG
NEDERLAND VANDAAG
PG 067
“Waar Nederland vroeger steevast stond voor klom-
3.1
pen, tulpen en Goudse kaas, heeft dit in België de
geschreven over de grafische vormgeving in Nederland.
voorbije tien jaar plaatsgemaakt voor een nieuwe as-
De Nederlandse vormgeving mag dan wel op de interna-
sociatie: Nederland ontwerpland. Waar architectuur
tionale kaart staan, het is en blijft een vak waar je moet
en ontwerpen welig tieren. Waar de overheid steunt,
vechten voor je idee. Maar, de positie van een grafisch
bemiddelt en als heuse opdrachtgever optreedt. Al
ontwerper in Nederland is nog steeds verschillend dan
jaren. En met succes. Klompen, tulpen en Kaas heb-
die van in België en andere landen. Net zoals in zijn ge-
ben plaatsgemaakt voor Koolhaas en Droog Design.
schiedenis wordt de grafisch ontwerper gezien als een
Dutch Design als trade merk, Dutch Design als merk,
strategisch middel om je product beter aan de man te
wat garant staat voor kwaliteit en functionaliteit,
brengen. Ontwerpers worden gevraagd mee te denken
met achtergrond, met visie, met een knipoog...” (1) (1)
aan het creëren van een ‘eigentijdse uitstraling van het
Er wordt vanuit het buitenland zeer veel
bedrijf’. In een relatief korte tijd, heeft het vakgebied gra“Het Plan zuid, de wederopbouwwijken, KNSM-
fisch ontwerp zijn grond beveiligd, waarop de volgende
eiland, Berneo in Amsterdam, en nog vele andere
generaties zouden kunnen bouwen. De traditie van het
plekken in Nederland, zijn voorbeelden van hoe het
van het grafisch ontwerp is dan ook duidelijk zichtbaar
kan. Van guldens tot brievenbussen; van de poste-
in zowel de publieke als de private sector.
Nederland Ontwerpland maken. Van deze visie, en
“Dutch graphic design is affected by a number of
het vertrouwen in de ontwerper kunnen we in België
factors – the relatively small scale of the country, its
nog veel leren.” (1) (1)
long arts tradition, and prosperous economy – which have resulted in a uniquely creative atmosphere. In particular, the government’s generous cultural funding system is often purported to be the main reason for the ‘advanced’ nature of Dutch graphic design – the constant flow of money facilitating unconventional approaches. This central financial support is deeply rooted in the country’s history: artists have enjoyed a relatively high social status since the Golden age of the Dutch monarchy.” (2) (2) Het blijven bestaan van jonge, kleine grafisch ontwerp studio’s in Nederland is mede mogelijk gemaakt door de financiële steun van diverse culturele fondsen. Zo hebben we onder meer het Fonds BKVB. “Het Fonds voor beeldende kunsten, vormgeving en bouwkunst is de landelijke instelling die het beeldend kunstenaars, vormgevers, architecten en bemiddelaars mogelijk maakt hun werk op velerlei wijzen te ontwikkelen. Het beleid van het Fonds BKVB is daarbij in te delen in drie sporen: subsidies, internationalisering en bijzondere projecten.” (3)
3.1 Maatschappij
rijen tot de Hema, alle zijn het monumenten die van
PG 058
3.2
NEDERLAND VANDAAG
De Nederlander is een echte zakenman. Voor
Hier houdt de Nederlander wel van, in tegenstelling tot
de Nederlander is de verpakking en het totaal plaatje
de Belgen, daar vinden ze een contract vaak een soort
even belangrijk als de inhoud. Tegenover deze zakelijke
wantrouwen. Bij de Nederlander geeft het juist vertrou-
kant, zijn ze ook zeer persoonlijk, bewust en gericht in-
wen. Vervolgens werken ze zeer gestructureerd. Na de
gesteld. Bijvoorbeeld heb je in Nederland vele situaties
briefing zal de ontwerper gaan ontwerpen in fases. De
waar de ontwerper en de opdrachtgever elkaar kiezen.
eerste zou dan de schetsfase kunnen zijn. De opdracht-
“Cultuurminnende ontwerpers krijgen cultuurmin-
gever wordt stapsgewijs mee genomen in het proces
nende klanten, ondernemende ontwerpers krijgen
en na ongeveer twee fases zal de opdrachtgever de
ondernemende klanten en doe-maar-gewoon-dan-
keuze van de ontwerper goed of afkeuren. Als de keuze
doe-je-al-gek-genoegontwerpers krijgen doe-maar-
is goedgekeurd kan er op verder worden gewerkt. Ze
gewoon-dan-doe-je-al-gek-genoegklanten.” (4)
bespreken bepaalde ontwerpen en mogelijkheden. De
3.2 Van opdrachtgever tot ontwerper
opdrachtgever mag dus ook zijn eigen mening geven, Ontwerpers en opdrachtgevers kiezen er dus vaak
wat hij sterk of niet sterk vindt. Dit bespreken ze onder
bewust of onbewust voor om de klant te kiezen die
elkaar om zo tot een beter idee te komen. Bij deze
persoonlijk bij hem past. Hierdoor is het mogelijk om
situatie is het dus mooi meegenomen om een zakelijke
flexibel aan te sluiten bij de wensen die de ontwerper
kant te hebben als ontwerper.
of opdrachtgever wil. Dit kan het beste als er een bepaalde gelijkenis, band of een goede communicatie is.
Door de band die tijdens het ontwerpproces wordt
Ze moeten zich als het ware in elkaars wereld kunnen
gecreëerd, ontstaat er bij beide partijen een bewust of
verplaatsen. “Een bureau ontpopt zich graag tot een
onbewust vertrouwen waardoor de opdrachtgever de
vriend met oprechte interesse in de activiteiten van de
ontwerper toevertrouwt in wat hij doet en sneller de
klant. Het doel van de relatie is om goede ontwerpen
verantwoording aan hem geeft. Zowel de opdracht-
te maken, die de klant verrijken en ondersteunen.” (4)
gever als de ontwerper hebben respect, waarde en normen. Ze staan beiden open voor wat de andere
Dus meestal komt er vanuit beide partijen respect en
partij aan het doen is.
waardering. Dit betekent dat er altijd een goed inhou-
delijk ontwerp te realiseren valt. Omdat de samenwerking tussen opdrachtgever en ontwerper optimaal is. Als de opdrachtgever en de ontwerper elkaar hebben goedgekeurd, beginnen ze aan een samenwerking. Ze bespreken wat de ontwerpopdracht inhoudt en wat ze in de toekomst voor elkaar kunnen betekenen, wat de verwachtingen en wensen zijn. Meestal worden er ook contractuele afspraken gemaakt.
Literatuur verwijzing: (1) Morf, Tijdschrift voor vormgeving, nr 1, pg: 74 - 77, Nederland ontwerpland, Tim Vermeulen. (2) Peter Bilak: Contemporary Dutch Graphic Design. An insider/outsider’s view, 2001. (3) http://www.fondsbkvb.nl (4) Grafische Almanak Breda, 2008. Interview: De relatie met opdrachtgever, een persoonlijk contact, pg 76 – 79.
NEDERLAND VANDAAG
3.3
De meeste ontwerpers zijn er van bewust
PG 059
“Nederlanders zijn assertief. Ontwerpers bespreken
dat een goed ontwerp onder meer tot stand komt
het werk en de ontwikkeling rationeel onder elkaar.
met behulp van een analyse, omgaan met inhoud,
Ze willen een dialoog op gang brengen, de kennis die
vormonderzoek, basis, inhoud, de omgeving, en
je verzamelt, doorgeven en gebruiken.“ (3)
een opvolgend verstaanbaar beeld dat vaak een eenvoud weergeeft in zijn vorm.
“Het peilen van de kwaliteit van een ontwerp gebeurt bij bureaus met meerdere ontwerpers door discussies
Deze methode, stijl en uitwerking zie je terug in het
tussen de ontwerpers onderling. Volgens de bureaus,
Nederlands grafisch ontwerp. Nederlandse ontwer-
zijn discussies vruchtbaar en inspirerend. Hoe meer
pers leren grote hoeveelheden informatie in begrij-
professionele meningen, hoe verder je je ontwerp aan
pelijke vormen over te brengen, terug te gaan naar de
kunt scherpen.” (4)
inhoud en waar het ontwerp voor zal gaan dienen. Vanuit hun cultuur, werken ze niet vanuit een bepaalde esthetiek, maar willen ze altijd inhoud zien. Ontwerpen gaat daardoor ook vaak gepaard met een kritisch standpunt en deze laten duiden aan de maatschappij en het ontwerp. Je zou ook kunnen zeggen dat je bij vele Nederlandse grafisch wel onbeleefde taal terug ziet. Een ontwerper uit Nederland staat dan ook mondeling boven zijn ontwerp. Hij creëert spraak en duidelijkheid. Om het kort te zeggen: ontwerper en niet-ontwerpers praten met elkaar, delen kennis en doorbreken tradities en taboes. Ze zijn mondig en kunnen verkopen.
(1) Tim Vermeulen is projectmanager en criticus.
(2) Peter Bilak, http://www.peterbilak.com
(3) Annelies Vaneycken is een Belgisch grafisch ontwerperster uit Brussel. Ze is afgestudeerd als grafisch ontwerperster aan Sint-Lucas te Brussel. Ze heeft een Master afgerond aan het Sandberg Instituut te Amsterdam. Nu is ze zelfstanding ontwerpster en geeft ze ondermeer les op het Sint- Lucas Brussel. www.anneliesvaneycken.be. (Tekst afkomstig van het interview dat ik met haar nam op 20/11/2010 in Brussel.)
3.3 Ontwerper
ontwerper een spraakmakend en directe soms
PG 060
3.4
NEDERLAND VANDAAG
In het boek ‘grafisch design in Nederland’
Waarin onderscheidt de
worden er tal van Nederlandse grafisch ontwerpers
Nederlandse vormgeving
besproken. Iedere ontwerper beantwoordt ook een
zich van de rest van de
bijgevoegd interview. Daaruit luid de vraag ‘Waarin
wereld?
onderscheidt de Nederlandse vormgeving zich van de rest van de wereld?’ (5) De antwoorden op deze vraag schetsen een goed beeld, hoe de praktijk over zijn eigen grafisch ontwerp denkt. Ik heb diverse ontwerpers geselecteerd, die een belangrijke toevoeging aan mijn scriptie zijn om een algemeen beeld te krijgen. Ik zie het als een mogelijkheid om verschillende ontwerpers uit
3.4 Dutch Graphic Design
Nederland aan het woord te laten.
(1) Ingeborg Scheffers. Ze haalde haar diploma in fotografie aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten (2001) en studeerde verder af in grafisch vormgeving aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam (2007).
(2) Kummer & Herman, opgericht in 1998. Het is een middelgrote studie en hun werk is eenvoudig, krachtig en oprecht.
(3) Mainstudio, opgericht in 2005 door Edwin van Gelder. Werkt meestal op het terrein van muziek, theater, mode en kunst.
(4) Mariska de Groot. Ze haalde haar diploma als grafisch vormgever aan de ArtEZ Hogeschool voor Kunsten in Arnhem (2005). Dat zelfde jaar startte ze met haar eigen ontwerp studio.
(5) Niessen & de Vries, ontwerpers Esther de Vries en Richard Niessen werken vanaf 2005 samen als een ontwerpers duo. Ze willen voor elk project een eigen universum scheppen.
(6) Novak, Eva van der Schans & René Tichelaar.
(7) Puntpixel, in 2004 opgericht door Marc de Bruijn en Jorrit Sybesma
NEDERLAND VANDAAG
PG 061
“Het beste werk in de Nederlandse grafische
“Ik denk dat er een kleine cultuur van relatief onaf-
vormgeving is gemaakt op basis van conceptueel
hankelijke vormgevers bestaat. (deels gesponsord
denken. Verder hebben Nederlandse ontwerpers
door de regering ). Deze cultuur dateert uit de dagen
de neiging het conventionele te vermijden.” (1)
van ideale klanten, zoals het postbedrijf. Deze traditie is verdwenen. En het gros van de Nederlandse grafi-
“Hoewel Nederlands design nog altijd een indruk-
sche vormgeving op straat is even vreselijk als elders
wekkend en succesvol exportproduct is, ben ik er
in de wereld.” (5)
van overtuigd van zijn uniciteit. Nederlands design onderscheidt zich vanwege zijn geschiedenis.” (2)
“Waarschijnlijk de Nederlandse esthetische traditie. Houd het simpel, houd het puur.” (6)
“Nederland kent een lange geschiedenis van vormgeving en kunst. Nederland heeft bovendien een
“Het ‘ontwerpklimaat’ is heel anders dan in andere
ruimdenkende cultuur en goede kunstacademies.
(Europese) landen. Design wordt doorgaans niet be-
Omdat het zo’n klein landje is, is de Nederlandse
handeld als frivole versiering, maar vormt een essen-
grafisch vormgeving een wereldje op zich. Daarom
tieel onderdeel van het beleid, of het nu de overheid,
is er zo’n prominente designcultuur. Maar door de
de cultuurwereld of het bedrijfsleven betreft.” (7)
informatiecultuur is dit allemaal minder relevant langer door onze landsgrenzen laat bespreken.” (3) “Nederland is een grote stad waar beeldcultuur erg belangrijk lijkt te zijn. Het is bijna een cliché, maar elke millimeter is ontworpen of heeft een bestemming. Bovendien is grafische vormgeving hier echt een begrip. Noem het verzadigd. Het komt terug in heel veel design in alle mogelijke stijlen, uiteenlopende kwaliteit en inhoud.” (4)
3.4 Dutch Graphic Design
geworden, omdat deze ‘Nederlandsheid’ zich niet
PG 062
NEDERLAND VANDAAG
VIND JE DE NEDERLANDSE
Neen! Heeft erg met ‘gewen’ te maken, je bent er zo aan gewend dat alles er
VORMGEVING OVER-
netjes uitziet. Dat het treinschema super goed doordacht en daardoor ook lo-
ONTWORPEN?
gisch is, en dat de verkeersborden allemaal familie van elkaar zijn. Dat merk je pas op wanneer je de grens over gaat naar België bijvoorbeeld. Dan zie je op-
Ik interviewde de grafisch ontwerpers
eens het verschil in naambordjes op het station en vraag je je af waarom deze
Liza Enebeis en Hanneke Minten.
niet ‘gewoon’ allemaal hetzelfde zijn. Waarom dingen niet logisch aangegeven
Beide ontwerpers werken bij Studio
staan. Nederlanders houden blijkbaar van orde scheppen, in ontwerp en in de
Dumbar. Het overkoepelende onder-
maatschappij of de infrastructurele chaos. Dit uit zich ook bijvoorbeeld in het
werp ging over het Nederlands gra-
feit dat Nederlanders elkaar altijd opbellen om een afspraak voor een bezoek te
fisch ontwerp, voornamelijk gemaakt
maken, puur spontaan komt toch zelden voor. Goed ontwerp is iets dat eigen-
bij Studio Dumbar. Een verslag door,
lijk logisch is, dus dan kan je daar nooit teveel van hebben, toch! Als alles door
Hanneke Minten.
het ontwerp onduidelijk wordt, dan valt het op, in negatieve zin.
Een Typisch Dutch Design-voorbeeld van Studio Dumbar is voor de Universiteit Twente. (afbeelding 01) Dutch Design uit zich vooral in durf, experiment en vernieuwing. Dit als uitgangspunt genomen, vind ik het voorbeeld van 3.5 Interview Studio Dumbar
Universiteit Twente echt Dutch Design. In deze stijl is het logo secundair aan de stijl zelf. De wereld die is geschapen voor Universiteit Twente is heel divers en is gelieerd aan de visuele kant van verscheidene universitaire onderzoeken. Door op deze manier om te gaan met een identiteit creëer je veel mogelijkheden voor verschillende toepassingen. Het feit dat het logo puur een vermelding is van de naam is ook wel gedurfd. Wat hier ook erg ‘Dutch’ aan is, in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt in het buitenland, is dat het publiek (de studenten en medewerkers van de universiteit zelf) niet tevreden zijn met de nieuwe stijl! Op een heel conventionele manier werd er gereageerd op het logo (‘Alleen een punt toevoegen aan de naam? Dat is toch lekker makkelijk gedacht.’) en er werd vooral niet met een ‘open blik’ gekeken naar de vernieuwde manier van identity design. Mijn inzien is het vooral een kwestie van wennen en even slikken en afscheid nemen van de oude stijl, maar vond het toch opmerkelijk. Al het ontwerp wat je maakt wordt namelijk meteen opgenomen in de publieke opinie, mensen eigenen het zich toe of zetten zich er tegen af. Is wel even schrikken als je (negatief) commentaar krijgt, maar vaak zijn dat ondoordachte, te snel gescandeerde uitspraken. Ander Typisch Dutch Design-voorbeeld van Studio Dumbar in het buitenland is de stijl voor de Franse verzekeringsmaatschappij AG2R La Mondiale. (afbeelding 02) Hier hebben we in het interview ook over gesproken. We waren verbaasd dat we ‘geselecteerd’ waren in de verschillende pitch-rondes. Uiteindelijk is bijvoorbeeld de manier waarop we met typografie omgaan (blijkbaar) typisch Nederlands (in ieder geval NIET Frans!). Grote beknopte koppen en woorden verschillende keren afgebroken. De stijl is helder, overzichtelijk en maakt gebruik van kleur. Ook foto’s worden afgesneden, hetgeen vernieuwend was in Frankrijk. Uiteindelijk kregen we zeer positieve feedback
INTERVIEW LIZA ENEBEIS EN HANNEKE MINTEN BIJ STUDIO DUMBAR / ROTTERDAM / 13/12/2010
NEDERLAND VANDAAG
PG 063
op ons ontwerp van het gesponsorde Tour de France-team van AG2R. De outfits van de renners vielen juist op door de unieke kleurstelling en het heldere ontwerp. Misschien is Dutch Design ook wel ‘structuur’ aanbrengen in een organisatie, op conceptueel en ontwerp-niveau. Voorbeeld van het internationale aspect binnen Studio Dumbar: De diversiteit binnen de studie waar we het tijdens het interview over hadden, verhoudt zich niet alleen tot het verschil tussen nationale en internationale ontwerpers. Je ziet het verschil in aanpak en educatie wellicht meer terug in de verschillende manieren van werken. De ene ontwerper is veel meer gericht op onderzoek en de andere is conceptueler en minder ‘goed’ in het visuele aspect, terwijl de andere ontwerper op een hele visuele manier onderzoekt en ontwerpt. Bijvoorbeeld in de posterseries voor culturele klanten (vb Amsterdam Sinfonietta of Pulchri Studio) (afbeelding 03 / 04) zie je de handtekening van de ontwerpers terug. De een pakt het totaal anders aan dan de ander. Deze veelkleurigheid vind ik wel een voorbeeld van het diverse aspect van de studio. Sommige studio’s, zoals Thonik, hebben meer blik, dus ook een andere manier van aanpak, ontwerp en techniek. Zelfs een andere ontwerper. Op de studio wordt vaak gekeken welke opdracht het best bij een bepaalde ontwerper past. Dat was ook het voorbeeld met het ‘kleine boekje’ (de ‘European-DesignAwards’ stijl). (afbeelding 05) Daar hebben we de stijl van ontwerpen van ‘protest-borden’ opgepakt. Omdat dat het beste de kritische, dubbele redactionele kant visualiseerde van wat we wilden communiceren. Ontwerpen voor ontwerpers voor een 3 daags-festival is anders dan voor een grote identiteit wat 15 jaar mee moet gaan. EDA staat bijvoorbeeld haaks tegenover een hele ‘simpele’ stijl van de Rijksoverheid, waar uiteindelijk heel veel andere dtp-bureaus mee gaan werken. Zo groot en uitgebreid, dat je een simpele aanpak moet hebben om dit bos van logo’s een beetje te structureren. Het switchen van een kleine naar een hele grote opdracht laat ook de diversiteit van de studio zien.
INTERVIEW LIZA ENEBEIS EN HANNEKE MINTEN BIJ STUDIO DUMBAR / ROTTERDAM / 13/12/2010
3.5 Interview Studio Dumbar
een eigen stijl. Bij Studio Dumbar heeft iedere opdracht een nieuwe frisse
NEDERLAND VANDAAG
3.5 Interview Studio Dumbar
PG 064
01. Universiteit Twente
PG 065
3.5 Interview Studio Dumbar
NEDERLAND VANDAAG
01. Universiteit Twente
NEDERLAND VANDAAG
3.5 Interview Studio Dumbar
PG 066
02. Franse verzekeringsmaatschappij AG2R La Mondiale
PG 067
3.5 Interview Studio Dumbar
NEDERLAND VANDAAG
02. Franse verzekeringsmaatschappij AG2R La Mondiale
NEDERLAND VANDAAG
3.5 Interview Studio Dumbar
PG 068
03. Amsterdam Sinfonietta
PG 069
3.5 Interview Studio Dumbar
NEDERLAND VANDAAG
03. Amsterdam Sinfonietta
NEDERLAND VANDAAG
3.5 Interview Studio Dumbar
PG 070
04. Pulchri Studio
PG 071
3.5 Interview Studio Dumbar
NEDERLAND VANDAAG
04. Pulchri Studio
NEDERLAND VANDAAG
3.5 Interview Studio Dumbar
PG 072
05. de ‘European-Design-Awards’
PG 073
3.5 Interview Studio Dumbar
NEDERLAND VANDAAG
05. de ‘European-Design-Awards’
INTERVIEW
INTERVIEW
INTERVIEW
INTERVIEW
PG 076
INTERVIEW
01. Waarom heeft u als
De keuze om naar Brussel te verhuizen heeft veel verschillende redenen en
Nederlands ontwerper
uiteindelijk was het een intuïtief verlangen dat de doorslag gaf. Allereerst
gekozen voor een vestiging
was er de ambitie om ‘buitenlander’ te zijn; om te leven in een andere cultu-
in Brussel?
rele context waar ik me direct toe kan verhouden. Deze ervaring had ik gehad toen ik een periode in Australië (Melbourne) woonde en mij iedere dag over de kleine culturele verschillen verbaasde en daarmee een veel scherpere blik kon ontwikkelen. Niets blijkt op zo’n moment vanzelfsprekend. Daarnaast biedt het wonen in een andere cultuur zoveel nieuwe inzichten, zowel op de eigen cultuur en identiteit als die van het woonland. Brussel had grote aantrekkingskracht omdat het een stad van minderheden is, een mengeling van zoveel culturele achtergronden, waarbij je nooit van te voren weet of ‘de ander’ een gelijke culturele context heeft. Dat is in Amsterdam anders, daar is de Nederlandse cultuur dominant, soms tot vervelends toe. Een andere grote aantrekkingskracht is de ruis en het mysterie die de stad herbergt. Ik zal deze stad nooit begrijpen, en het lijkt uit alles dat dat nimmer iemand zal lukken. Bestuurlijk kan dat misschien rampzalig zijn, maar cultureel waanzinnig interessant omdat het de stad de ruimte geeft om vragen te stellen en
4.1 Annelys de Vet
contrasten te herbergen. 02. Wat zijn volgens u de
Er bestaan geen typische kenmerken, omdat elke situatie weer heel anders is.
typische kenmerken in
Wat je wel kunt stellen is dat het design-discours in Nederland groter is; meer
België en Nederland op
publicaties, meer tentoonstellingen en meer lezingen en debatten. Dat levert
het gebied van grafisch
een heel bijzondere cultuur op, maar soms ook een zich herhalend referen-
ontwerp?
tiekader. In die zin ervaar ik het in België als heel fris, omdat er totaal andere referenties zijn. Cultureel zou je kunnen zeggen dat Nederlanders over het algemeen directer zijn, sneller een mening vormen en vaak ook sneller handelen. Dit is niet altijd een kwaliteit, maar binnen de context van het design geloof ik dat de kwaliteiten van die mentaliteit benut worden. Een discursief ontwerp legt verbanden en kan nieuwe invalshoeken openstellen.
03. Is er een duidelijk visu-
Ja, ik zie een groot verschil. Het Nederlandse ontwerpklimaat is discursiever
eel en inhoudelijk verschil
(1)
met grafisch vormgeving in
met onze samenleving. Zowieso hebben we culturele verschillen, maar daar-
de beide landen en waarin
naast ook een totaal andere verhouding t.o.v. de staat. Het zou interessant zijn
onderscheiden deze zich
om te zien of die verhouding ook invloed heeft op de wijze waarop ontwerpers
van elkaar?
het ontwerpschap en het politieke met elkaar in verband brengen.
en conceptueler van aard. Ontwerpen wordt ingezet om kritisch om te gaan
INTERVIEW ANNELYS DE VET / AMSTERDAM / 09/12/2010
INTERVIEW
PG 077
04. HEEFT U NU NOG VEEL
De samenwerkingsverbanden die ik heb zijn steeds internationaler van aard,
SAMEN WERKINGSVERBANDEN
maar de grond is toch meestal Nederlands. Daarnaast werk ik twee dagen
MET NEDERLAND EN BELGIË
per week in Amsterdam als hoofd van de afdeling Ontwerpen van het Sand-
EN IS DIT DAN OOK REALISEER-
berg Instituut. België en Nederland ervaar ik bijna als één groot land omdat ik
BAAR OM TE WERKEN TUSSEN
veel heen en weer reis, en goede vrienden op beide plekken heb. Langzaam
BEIDE LANDEN?
komen er ook meer professionele contacten bij.
05. Is het grafisch ontwerp
Dat kan ik moeilijk overzien. Wel kun je stellen dat de aard van de ontwerp-
in België een opkomend
praktijk verschuift van het maken van producten (waaronder ik ook affiches
vakgebied? Zo ja, zie je een
en boeken versta) naar het ontwerpen van processen en samenwerkingsver-
groot verschil met paar
banden in steeds wisselende netwerken.
jaar geleden. 06. Hoe ziet u zich in de toe-
Precies zo, tussen België en Nederland. Of nee, eigenlijk niet ertussen maar
komst tussen Nederland en
er middenin, in beide landen. En dan aan tafel van een Brussels restaurant,
België?
om te toasten op al die culturele eigenaardigheden die dan geen verschillen
4.1 Annelys de Vet
zijn maar verrijkingen.
INTERVIEW ANNELYS DE VET / AMSTERDAM / 09/12/2010
PG 078
INTERVIEW
01. Je ben een NEDERLANDER
Als je avontuur wilt, moet je om te beginnen goede raad in de wind slaan.
EN Je bent in het jaar 2002
Het zuidelijke sfeertje trekt veel Nederlanders naar Antwerpen, het is dan ook
naar Antwerpen verhuisd
een gezellige stad. ‘Je ziet best veel goede vormgeving als je in België om
om daar als grafisch ont-
je heen kijkt’, hoorde ik. Ook veel slechte. De goede vormgeving zou op een
werper te gaan werken,
verbeterd vormgevingsklimaat wijzen, de slechte vormgeving betekent dat er
waarom?
volop kansen zijn. Er is een derde mogelijke conclusie, namelijk dat de slechte vormgeving betekent dat de bevolking er niet voor openstaat en het hen dus niets kan schelen. Ik hoorde hier en daar dat Vlaanderen een onbegaanbaar terrein is voor een Nederlandse ontwerper. Maar ik had zin in avontuur, niets kon me in de weg staan. Het was een ervaring, maar ik keerde na twee jaar ontnuchterd terug naar Nederland.
02. Wat zijn volgens u de
Nederland is vaak dood vormgegeven door zijn kale uitwerking, in België is
typische kenmerken in
er nog een speelse toets. De creativiteit en de autonome interesse komt naar
België en Nederland op
vormen in het ontwerp. De ontwerpers willen experimenteren. De individuele
het gebied van grafisch
grafisch ontwerper maakt prachtige unieke dingen. Ze zijn eigenwijs en goed
ontwerp?
in wat ze doen. Belgisch individueel grafisch ontwerp is veel eigenzinniger
4.2 Klaas van der Veen
en leuker om naar te kijken. Maar zodra je professioneel wil werken en grote klanten aan de haak wil slaan, kom je in een kring met commerciële opdrachtgevers die vaak niet weten wat je beroep inhoudt en wat je hen te bieden hebt. Je komt dus terecht in een lagere standaard dat leidt tot een algemeen ontwerp met vaak weinig invloed van de ontwerper. Dat is hoogstens styling. Je hebt niets meer in te brengen met het ontwerp en werkt de wensen van de opdrachtgever uit. Communicatie, zakelijk, open, heldere boodschappen, heldere uitgangspunten, functionaliteit, en typografische kwaliteit dat zie je terug in de grafische vormgeving van Nederland. Nederlandse ontwerpers gaan complexe problemen te lijf waarbij structuur, identiteit, materiaal en kostenbeheersing samenkomen, met als doel communicatie. Dit zag ik nog niet terug in het Belgisch grafisch ontwerp. De conclusie moet zijn dat grafisch ontwerp in België te plaatsen valt onder toegepaste vrije kunst. 03. Is er een duidelijk visu-
Op mijn studio werken we nooit met het begrip mooi, nee het moet goed en
eel verschil?
inhoudelijk zijn. Het moet kloppen waar het voor moet dienen. De uitwerking is daar een gevolg van. Ik wil me daarmee niet vergelijken met het befaamde Dutch Design want deze vind ik vaak te simplistisch en te schreeuwerig. Grafisch ontwerp in België straalt het ambachtelijke en de gezelligheid uit. Het Nederlandse is zakelijk en aanwezig. Zoals de Nederlanders zelf?
INTERVIEW KLAAS VAN DER VEEN / HAARLEM / 18/11/2010
INTERVIEW
PG 079
04. Is er een zakelijk ver-
In Nederland bezien we de grafisch vormgeving ook als economisch verkeer,
schil?
dit vind ik niet zo gek. In België moet het grafisch ontwerp financiële waarde krijgen. Het is niet echt kunstig om over centen te hebben maar we kunnen er niet om heen. Als mensen je ontwerp niet willen betalen dan is het kennelijk niet veel waard, want moest dit een waarde krijgen zijn mensen bereid om te betalen. Want iets dat goed is levert wat op. Het is een win/win situatie voor de opdrachtgever en ontwerper. In België heb je het Latijns zaken doen. Voor een Nederlander is het niet gebruikelijk dat de baas ook werkelijk de baas speelt. In Nederland is een contract een blijk van vertrouwen en in België is het een blijk van wantrouwen. In Nederland is het een bezegeling van de afspraak dat de opdrachtgever en de grafisch vormgever met elkaar in zee gaan en dat ze elkaar vertrouwen. In België krijg je dan van ‘Hu,vertrouw je me dan niet?’ Het vertrouwen moet in België gewonnen worden, middels een langduriger contact, vriendschap of familiebanden. Dat is in Nederland ook
05. Hoe ziet u de toekomst
In Nederland wil men oplossen, ordenen en verhelderen. België heeft geen
tussen Nederland en
boodschap aan oplossingen, ordening en verhelderen, op het obsessieve af.
België?
De stap naar het Dutch Design interesse zal niet snel gaan. De idealistische rariteiten moeten blijven, maar daarnaast zal men zich moeten realiseren dat goede vormgeving communiceert, en dat daar geld mee te verdienen valt. Het grafisch ontwerp zal gezien en gewaardeerd moeten worden als een echt beroep. Jonge ontwerpers moeten weten wat ze zijn. Ze moeten durven communiceren, actie ondernemen, reageren en opkomen voor hun ontwerp. De voedingsbodem voor kunst, strips en esthetiek is er, waarom dan niet voor grafisch ontwerp? Het moet kunnen, maar natuurlijk niet op de Nederlandse manier. Er is een Belgische manier, ontdek hem! Laat de grafisch ontwerp pioniers maar stralen, ze zijn er en ze kunnen de verandering waarmaken.
INTERVIEW KLAAS VAN DER VEEN / HAARLEM / 18/11/2010
4.2 Klaas van der Veen
wel zo, maar veel minder nadrukkelijk.
PG 080
INTERVIEW
01. WAT IS JE RELATIE MET
Ik heb grafisch ontwerp gestudeerd aan de kunstacademie Sint-Lucas in
NEDERLAND EN BELGIË?
Gent, België. We kregen bij beoordelingen altijd een gastdocent, deze kon vanuit alle hoeken van de wereld komen. (beetje overdreven, meestal BE, FR of NL) In het laatste jaar was dat de eigenaar van studio Bau Winkel uit Den Haag, Nederland. Hij was verbaasd over mijn werk en vroeg spontaan of ik bij hem op het bureau stage wilde lopen. Stage volgen was vrijblijvend. In het begin twijfelde ik maar uiteindelijk ging ik in op het aanbod. Het was een hele goede leerschool om stage te volgen bij Bau Winkel maar ik snakte naar meer. Ik besloot om in Nederland te blijven en verder te zoeken. In januari 2000 ging ik werken bij Barlock, en een jaar later – in 2001 – werd ik medeeigenaar. Alles ging heel snel maar het waren supertijden. In 2005 besloot ik om terug naar België te verhuizen. Samen met de twee Barlock-partners hebben we dan besloten om een tweede Barlock vestiging in Gent op te richten. Iedereen zag de voordelen van een tweede studio, de samenwerking kon blijven bestaan, de kennis en ontwerpcreativiteit kon blijven worden gedeeld en tezelfdertijd kregen we de kans om met een schone lei te beginnen en een nieuwe portfolio uit te bouwen. En zo ontstond in janu-
4.3 Saskia Wierincks
ari 2006 Barlock België. Ons vooropgestelde doel om een nieuw portfolio en een ander soort opdrachtgevers binnen te halen werd gerealiseerd, maar na bijna vijf jaar verwaterde de samenwerking en opereerden de twee studio’s voornamelijk onafhankelijk van elkaar. Sinds de zomer van 2010 zijn de twee studio’s dan ook formeel afzonderlijk hun eigen weg opgegaan. De studio in Den haag richt zich meer op strategie en advies, terwijl ikzelf me nog steeds het meeste op ontwerpopdrachten richt. Ik werk nu dus volledig voor mezelf. Nog even onder de naam Barlock, maar de bedoeling is dat op termijn deze zal veranderen. Daarnaast geef ik sinds september 2010 les op het Sint-Lucas in Gent, wat ook een nieuwe uitdaging vormt.
INTERVIEW SASKIA WIERINCK / GENT / 18/11/2010
INTERVIEW
PG 081
02. WAT ZIJN VOLGENS U DE TY-
Een opmerkelijk verschil vind je volgens mij in het concept. In Nederland zit
PISCHE KENMERKEN IN BELGIË
achter elk ontwerp inhoud en in België vind je deze niet zo snel terug in een
EN NEDERLAND OP HET GEBIED
ontwerp. In België kijken ze vaak alleen maar naar het eindresultaat. Als dit
VAN GRAFISCH ONTWERP?
mooi en verzorgd is, dan is het een fantastisch ontwerp, maar mooi is zo subjectief. Nederland vind ik veel conceptueler, strak, kleurrijk en gelaagd en humoristisch. Zakelijke verschillen zitten er onder meer bij de leveranciers en opdrachtgevers. Ik vind het in België minder professioneel en gestructureerd dan in Nederland. Een van mijn eerste afspraken met een leverancier ging niet door omdat hij niet kwam opdagen bij de afspraak. Achteraf kwam ik te weten dat je de afspraak een dag of twee ervoor nogmaals moest bevestigen anders ging de afspraak niet door. Ik snapte er niets van, want als je een afspraak maakt dan heb je toch een afspraak waarom nog eens bellen. In Nederland zou de communicatie veel duidelijker en correcter gaan.
03. HOE PAS JE DE ERVARIN-
Mijn werkmethode begint met ideeën, onderzoek en een conceptontwikke-
GEN VAN NEDERLAND TOE IN
ling. Net hetzelfde als toen ik bij Barlock in Nederland werkte. Als ik deze
BELGIË?
methode niet volg, ga ik alleen maar vormen, vormgeven en ben ik geen ontwikkelen. Het gaat me dus niet over hoe je de datum hebt gespatieerd maar wat je idee achter je uitwerking is.
INTERVIEW SASKIA WIERINCK / GENT / 18/11/2010
4.3 Saskia Wierincks
ontwerper. Dit probeer ik mijn studenten ook bij te brengen. Ik hamer op idee
conclusie
CONCLUSIE
CONCLUSIE
conclusie
PG 084
conclusie
BELGIË ALGEMEEN: 1. Maatschappij hecht minder aandacht aan een grafisch ontwerper. 2. Een grafisch ontwerper wordt minder snel ingeschakeld. 3. Baas is de baas
Ontwerper: 1. Autonoom 2. Kwaliteit 3. Ingetogen
Ontwerp: 1. Ambachtelijk 2. Verfijnd 3. Eigen
NEDERLAND
5. Conclusie
ALGEMEEN: 1. Er is een ontwerp cultuur wat veel voordelen heeft. 2. Maatschappij hecht veel belang aan een grafisch ontwerper. 3. Grafisch vormgeving wordt ook gezien als economisch verkeer.
ONTWERPER: 1. Een grafisch ontwerper is maatschappelijk betrokken. 2. Het ontwerp wordt ingezet om kritisch om te gaan met de samenleving. 3. Zakelijk, mondig en aanwezig. 4. Inhoudelijk en conceptueel.
Ontwerp: 1. Durf 2. Helder 3. Vernieuwing
conclusie
5.
Tijdens mijn scriptie onderzoek ben ik
PG 085
Nederland heeft van oudsher een grafisch ontwerp-
de harde realiteit tegengekomen van de grafisch
cultuur, die veel te weeg heeft gebracht. Hierdoor is
ontwerpcultuur in België en Nederland.
Nederland de bakermat van het grafisch ontwerpen geworden. In Nederland is het ook zo dat de vorm
Het grafisch ontwerp in België was relatief nieuw
evenwaardig aan de inhoud is. Als je in Nederland
voor mij, terwijl Nederland een bekender terrein
professioneel wil overkomen, dan moet de vormge-
was vanwege mijn studie grafisch ontwerp aan de
ving ook professioneel zijn. Ik denk dat het grafisch
AKV | St.Joost, Breda`
ontwerp een belangrijke rol in de cultuur en de maatschappij speelt. Ik zie dus dat het grafisch ontwerp
“Wat zijn de grote verschillen op gebied van
meer wordt gewaardeerd onder het volk dan in België.
grafisch ontwerp tussen België en Nederland.”
Ik vind Nederlandse ontwerpers progressief en maatschappelijk meer betrokken. De ontwerper maar ook
België en Nederland hebben een heel andere kijk
de opdrachtgever staat dus open voor experiment en
op ontwerpen. België heeft van oudsher geen
vernieuwing. Ze zijn zakelijk en beide partijen leggen
grafisch ontwerpcultuur, dus het grafisch ontwerp
verbanden. Nederlandse grafisch ontwerpers zoeken
is voor de maatschappij vaak een onwetend vak-
naar nieuwe invalshoeken voor het ontwerp.
wordt gemaakt van grafisch ontwerp ten opzichte
Het grootste verschil zit men dus niet in de ontwerper
van Nederland. België legt zijn nadruk veel meer
maar in de maatschappij. In Nederland wordt het gra-
op het artistieke waardoor studenten grafisch ont-
fisch ontwerp meer gewaardeerd. Dit mis ik in België,
werp maar ook afgestudeerden hun ontwerp met
wat zonde is omdat er veel talent rond loopt. Ik denk
een autonome toets neerleggen. Ik zie soms dat er
dat grafisch ontwerpers in België, de Belgische bevol-
in de Belgische maatschappij een ‘do it your self’
king moeten opleiden waardoor het grafisch ontwerp
mentaliteit hangt, waardoor het inschakelen van
gewaardeerd wordt.
een professionele grafisch ontwerper overbodig is. “Waarom een ontwerper inschakelen om je
Een brief aan de lezer:
briefhoofd te ontwerpen als je een tekstverwerker op je pc hebt.” Tijdens mijn interviews heb ik met
Ik hoop dat u ‘Belgische of Nederlandse lezer’ iets
zeer goede Belgische grafisch ontwerpers gepraat.
heeft kunnen opsteken wat betreft uw kijk binnen
Ja, goede grafisch ontwerpers vind je in België, ze
het vakgebied grafisch ontwerp. Ik hoop ook dat,
hebben vaak een uitgesproken, eigen vormtaal.
deze scriptie u een beeld heeft laten zien van de verschillen tussen grafisch ontwerpen in België en Nederland. Ik wens dat u al deze verschillen respecteert en leert uit elkaars cultuur en vakgebied grafisch ontwerp. Net zoals Annelys de Vet, zitten we “aan tafel van een Brussels restaurant, om te toasten op al die culturele eigenaardigheden die dan geen verschillen zijn maar verrijkingen.” Een wereld van verschil maar toch zo dicht bij.
5. Conclusie
gebied. Ik denk dat er in België veel minder gebruik
Literatuurlijst
Literatuurlijst
Literatuurlijst
Literatuurlijst
PG 088
Literatuurlijst
Literatuur:
Literatuur vermelding in de scriptie:
- Het debat. Wim Crouwel en Jan van toorn.
GESCHIEDENIS:
- Goed in vorm. Honderd jaar ontwerpen in Neder-
BELGIË:
land. Mienke Simons Thomas. (1) Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode - Design NL. De kracht van Dutch Design, Aaron Bet-
‘Kwintessens’, 4de trimester, jaargang 18. Tekst: pg. 1,
sky en Adam Eeuwens.
voorwoord.
- Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode:
(2) Paul Ibou, Vlaams tijdschrift voor vormgeving en
KWINTESSENS, 4de trimester, jaargang 18.
mode ‘Kwintessens’, 4de trimeste, jaargang 18. Tekst: pg 3 tot 6.
- Vormberichten 2009 nr 4: Vlaams avontuur, Klaas van der Veen
(3) Gert Dooreman, www.deredactie.be / www.letterenhuis.be (Dooreman als vormgever). + kwintessens,
- Reader grafisch ontwerpen 1945 – 1985, naoorlogs
4de trimester jaargang 2009, pg 23.
6. Literatuurlijst
functionalisme: de organisatie van vorm, proces en samenleving.
NEDERLAND:
- De geschiedenis van het cultuurbeleid in Nederland.
(1) Goed in Vorm. Honderd jaar ontwerpen in Neder-
Hestia Bavelaar.
land, Mieke Simon Thomas.
- Grafisch ontwerp en idealisme, Leonie ten Duis en
( 1, 2, 3 ) Design NL. De kracht van Dutch Design,
Annelies Haase.
Aaron Betsky en Adam Eeuwens.
- Grafisch Design in Nederland.
BElgië vandaag:
- Grafisch ontwerpen: luister naar de lezer, Dr. Karel van
(1) Morf, Tijdschrift voor vormgeving, nr 1, pg: 76,
der Waarde.
Nederland ontwerpland, Tim Vermeulen.
- Morf, tijdschrift voor vormgeving: nummer 1.
(2) Kwintessens, Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode, 2009-4, pg 51 – 52, Hugo Puttaert.
- Essay: De geschiedenis van het cultuurbeleid in Nederland, designdenhaag.
NEDERLAND vandaag:
- Essay: Bureau of studio? Het dilemma van het Neder-
(1) Morf, Tijdschrift voor vormgeving, nr 1, pg: 74 - 77,
landse grafisch ontwerpen, Rick Poynor.
Nederland ontwerpland, Tim Vermeulen.
- Essay: Hedendaagse Nederlandse grafisch vormge-
(2) Peter Bilak: Contemporary Dutch Graphic Design.
ving een insider / outsider’ te bekijken, Peter Bilak.
An insider/outsider’s view, 2001. (3) http://www. fondsbkvb.nl.
- Interview: Stichting Design Den Haag: Gert Dumbar. (4) Grafische Almanak Breda, 2008. Interview: De relatie met opdrachtgever, een persoonlijk contact, pg 76 – 79.
Literatuurlijst
PG 089
Geraadpleegde websites:
verklarende woordenlijst:
http://www.nago.nl
Boijmans Van Beuningen museum: Museum met collecties van onder meer middeleeuwse kannen, glas uit
http://www.studiodumbar.com
de Gouden Eeuw maar ook meubels van Rietveld en hedendaags Dutch Design.
http://www.iconofgraphics.com/Paul-Ibou Corporate identity: Definiëren van een identiteit of http://www.naipublishers.nl/architectuur/
hoe kunnen we een identiteit van de opdracht gever
dutchdesignjaarboek_10.html
dichter bij het ideaalbeeld brengen d.m.v. strategieën.
http://www.designdenhaag.eu
Lintbebouwing: Het bouwen van losse huizen langs hoofdwegen of kanalen.
http://www.morf.nl Koterij: Dit zijn schuurtjes, hokken en duivenhokken http://www.peterbilak.com
die aan de achterzijde van woonhuizen worden aangebouwd. Deze ongestructureerde bouwwerkjes zijn een
http://www.fondsbkvb.nl
begrip in Vlaanderen, waar men ze meestal aantreft http://nl.wikipedia.org/wiki/Koterij )
http://www.deredactie.be
Discursiever / discursief: Redenerend, stap voor stap van de ene gedachte tot de andere overgaand.
http://www.visionandfactory.com Tabula rasa: schone lei, onbeschreven blad. http://www.trans-id.be BEELD:
http://www.anneliesvaneycken.be http://www.nago.nl http://video.canvas.be/ vormgevers-afl-7-sara-de-bondt-trailer
http://www.studiodumbar.com
http://www.designvlaanderen.be
http://www.iconofgraphics.com/Paul-Ibou Vlaams tijdschrift voor vormgeving en mode: KWINTESSENS, 4de trimester, jaargang 18.
6. Literatuurlijst
achter de lintbebouwing langs de hoofdwegen. (bron: http://www.tletterhuis.be
bijlage
BIJLAGE
BIJLAGE
bijlage
This essay first appeared in the Dutch Design Yearbook 2010 (NAi Publishers, Rotterdam, 2010)
Agency or Studio? The Dutch Design Dilemma
Agency or Studio? The Dutch Design Dilemma
This essay first appeared in the Dutch Design Yearbook 2010 (NAi Publishers, Rotterdam, 2010)
PG 094
http://observatory.designobserver.com
01. Total Design
book designed by Total Design, 1983
02. Studio Dumbar
poster, for Holland Festival, 1987
Rick Poynor // 12.16.10
PG 095
Tijdens een bezoek aan Amsterdam in 1983 zag ik
In 1983, on a visit to Amsterdam, I saw a remarkable book in a
in een boekwinkel in de Leidsestraat een bijzonder
bookshop on Leidsestraat. Its shape was completely irregular.
boek liggen. De vorm ervan was totaal onregelma-
I understood a certain amount about typography and graphic
tig. Nu had ik wel een beetje verstand van typogra-
design by then. I knew it fascinated me, but had yet to engage
fie en grafisch ontwerpen en ik was er zeer door
much with the history of the subject. The book, Ontwerp: Total
geboeid, al had ik me nog niet erg in de geschiede-
Design by Kees Broos, had just come out and I bought it with
nis van het onderwerp verdiept. Dit boek, Ontwerp:
great excitement, knowing it was unlikely to be available back
Total Design van Kees Broos, was net verschenen en
home. In 1987, Wim Crouwel was the first graphic designer I
ik schafte het gretig aan, want ik wist dat het thuis
interviewed for a magazine.
I begin an essay about Dutch graphic
waarschijnlijk niet te verkrijgen zou zijn. In 1987
design in such a personal way because the subject is so close
was Wim Crouwel de eerste grafisch ontwerper die
to me that it is impossible to disentangle these early encounters
ik voor een tijdschrift zou interviewen. Ik begin deze
from my subsequent commitment to the discipline. It is hardly
bijdrage over het Nederlandse grafisch ontwerpen
news to a Dutch audience that Dutch graphic design went through
met zo’n persoonlijke noot omdat het onderwerp
an extraordinarily inventive phase in the 1980s, but perhaps
me zo na aan het hart ligt dat ik onmogelijk een
an outsider’s view can still shed some light on the degree of
onderscheid kan maken tussen deze vroege ont-
impact the country’s graphic design enjoyed overseas in those
moetingen en mijn daaropvolgende betrokkenheid
years.
There is a well-worn line about the Netherlands appearing
bij dit vak. Het zal het Nederlandse publiek nau-
to be some kind of heaven for graphic designers. The cliché holds
welijks zijn ontgaan dat het Nederlandse grafisch
true because that’s exactly how it seemed. Total Design, Studio
ontwerpen in de jaren tachtig een buitengewoon
Dumbar, Jan van Toorn, Anthon Beeke, Hard Werken, Wild Plak-
creatieve periode doormaakte, maar misschien
ken, to name only the most obvious, were titanic figures able —
kan de blik van een buitenstaander toch nog enig
as it seemed from afar — to seduce or even bend clients to their
licht werpen op de mate van impact die dit grafisch
will, unless (remarkable thought) the clients actually sought such
ontwerpen in die jaren op andere landen had. Het
challenging work. In the 1980s, Studio Dumbar, the most emble-
is een veelgehoord cliché dat Nederland een soort
matic Dutch designers for the British, entered project after project
hemel voor grafisch ontwerpers was, en niet voor
into the D&AD awards in London and won again and again. We
niks, want daar leek het inderdaad op. Total Design,
had nothing to compare with this awe-inspiring level of graphic
Studio Dumbar, Jan van Toorn, Anthon Beeke, Hard
sophistication, originality and swaggering self-belief. Visits to the
Werken, Wild Plakken, om maar de meest voor de
Netherlands, further meetings with Dutch graphic designers, and
hand liggende te noemen, waren een soort titanen
a growing knowledge of the Dutch design tradition powerfully
die in staat waren – zo leek het tenminste van een
underwrote my sense, in the late 1980s, that graphic design had
afstand – om opdrachtgevers te verleiden of hun
much to offer and was worth writing about. (afbeelding 01)
zelfs hun wil op te leggen, tenzij (merkwaardige gedachte) die opdrachtgevers daadwerkelijk zulk
It is reasonable to ask, though, what exactly it was we were so
uitdagend werk zochten. In de jaren tachtig deed
enraptured by in Dutch graphic design: what were we celebra-
Studio Dumbar, voor de Britten hét symbool van
ting? It was the brilliance of its graphic and typographic form. By
het Nederlandse ontwerpen, met het ene project na
degrees, since then, we have moved towards a situation where
het andere mee aan de D & AD Awards in Londen
many of the assumptions about advanced graphic design’s inhe-
en keer op keer wonnen ze. Wij hadden niets in te
rent value as visual culture that were taken for granted among
brengen tegenover dit ontzagwekkend niveau van
designers before the 1980s, during that decade’s design boom,
grafische verfijning, originaliteit en overdonderend
and on into the 1990s, are now seen as misguided and no longer
zelfvertrouwen. Mijn bezoekjes aan Nederland, nog
relevant to our circumstances today. As the century ended, the
meer ontmoetingen met Nederlandse grafisch ont-
sticking point for many disillusioned design-watchers became
werpers en een groeiende kennis van de tradities
form itself — the very attribute for which Dutch graphic design
van het Nederlandse ontwerpen sterkten mij zeer
was once so highly prized. The repudiation of form as a valid
in mijn gevoel, in die late jaren tachtig, dat grafisch
pursuit in its own right wasn’t a specifically Dutch development.
ontwerpen veel te bieden had en de moeite waard
Nevertheless, Carel Kuitenbrouwer’s article “The New Sobriety,”
PG 096
http://observatory.designobserver.com
03. Paul Schuitema
poster, for Berkel ham, ca. 1928
04. Jan van Toorn
poster, for DeBeyerd art center, 1984
Rick Poynor // 12.16.10
PG 097
was om over te schrijven. Het is terecht om de vraag
published in Eye in 1995, was early to note a profound quietening
te stellen wat precies in het Nederlandse grafisch
down in Dutch graphic design after the turmoil of the 1980s. After
ontwerpen ons nu zo in vervoering bracht: waar
slow beginnings in the Netherlands and Britain (among other
waren we toch zo enthousiast over? Dat was het
places), this yearning for formal sobriety became an international
briljante van de grafische en typografische vorm.
phenomenon within forward-thinking graphic design, a heartfelt
Sindsdien zijn we geleidelijk opgeschoven naar een
reaction against the coercive visual overload of an increasin-
situatie waarin veel van de veronderstellingen over
gly spectacular global culture. Graphic excess had precipitated
de inherente visuele cultuurwaarde van geavan-
visual burn-out and elaborate kinds of formal expression could
ceerd grafisch ontwerpen worden beschouwd
no longer signal anything trustworthy or meaningful. As Jop van
als misplaatst en als niet langer relevant voor de
Bennekom observed in HD: Holland Design New Graphics (2001):
huidige omstandigheden. Veronderstellingen die
“Form is so worn out in the nineties.” That curious book, styled
voor ontwerpers vóór de jaren tachtig, gedurende
like a chunky, throwaway, airport bestseller, remains a revealing
de ontwerphausse van dat decennium en ook
document of its moment, but compared to Dutch graphic design’s
nog in de jaren negentig vanzelfsprekend waren.
glory days, when the work was often distinguished by what
Tegen het einde van de eeuw werd juist de vorm,
Gert Dumbar liked to call “stylistic durability”, a decade later HD
nota bene het kenmerk van datgene waarvoor
contains few images to set your attention on fire and little worth
het Nederlandse grafisch ontwerpen eens zo de
lingering over. Dutch graphic design, I felt then and still feel to-
hemel in werd geprezen, voor veel ontgoochelde
day, appeared to have thrown its beautiful graphic baby out with
designwatchers het breekpunt. Het afwijzen van
the decade’s excessively soapy bath water. (afbeelding 02)
vorm als een valide doel op zichzelf was geen specifiek Nederlandse ontwikkeling. Desalniettemin
Visual branding versus free spirit
was Carel Kuitenbrouwer met zijn artikel ‘The New Sobriety’, gepubliceerd in 1995 in Eye, een van de
However well intentioned the motivations that underpinned some
eersten die een vergaande kalmering signaleerden
designers’ embrace of the new visual simplicity, it soon became
in het Nederlandse grafisch ontwerpen, na die
just another fashionable style ripe for commercial exploitation.
roerige jaren tachtig. Na een langzaam begin in
There was a time when much Dutch graphic design looked un-
onder meer Nederland en Groot-Brittannië werd dit
equivocally Dutch because it came out of a Dutch modernist tradi-
verlangen naar soberheid van vorm een internatio-
tion of typography and montage to which it continually referred,
naal verschijnsel binnen het progressieve grafisch
even as it introduced new devices and directions. This tradition
ontwerpen, een oprechte reactie op de dwingende
was still apparent in the 1980s within the postmodernism of Jan
visuele overdosis van een steeds meer op spektakel
van Toorn or Studio Dumbar. (afbeelding 03 / 04)
gerichte mondiale cultuur. De grafische overdaad had een visuele burn-out bespoedigd en ingewikkel-
Today, Dutch graphic design is much less obviously Dutch.
de vormexpressie was niet langer in staat om iets
Instead, its habitual graphic routines and styles of address are de-
van betrouwbaarheid of betekenis over te brengen.
termined by international conventions of advertising, marketing,
Zoals Jop van Bennekom opmerkte in HD: Holland
branding, fashion and popular culture. The most renowned Dutch
Design New Graphics (2001): ‘Vorm is zo’n versleten
design company of the last 15 years, KesselsKramer, is in reality
iets in de jaren negentig.’ Dat merkwaardige boek,
an advertising agency, and co-founder Erik Kessels is regularly
vormgegeven als zo’n dikke wegwerppil in het
invited to speak about KK’s irreverent and humorous campaigns
rijtje bestsellers op een luchthaven, is nog steeds
at international design conferences. Another way of saying this
een onthullend tijdsdocument, maar vergeleken
is that Dutch graphic design, once so vividly defined as an aspect
met de hoogtijdagen van het Nederlandse grafisch
of national visual culture, now feels much like everyone else’s
ontwerpen toen dat zich zo vaak onderscheidde
graphic design. Most Dutch graphic design no longer leads the
door wat Gert Dumbar ‘stilistische duurzaam-
world in purely graphic terms because it has been obliged to fall
heid’ noemde, bevat HD een decennium later maar
into line with the imperatives of a globalised economy. Like grap-
weinig beelden die heftig je aandacht trekken en
hic design everywhere else, Dutch graphic design mostly exists
ook verder weinig om bij stil te staan. Ik vond toen
now to serve the market and the market’s needs must come first. (afbeelding 05)
PG 098
http://observatory.designobserver.com
05. KesselsKramer
Poster, for Hans Brinker Budget Hotel
06. Lava
Poster, for Museum of Communication
Rick Poynor // 12.16.10
PG 099
al, en dat vind ik nog steeds, dat het Nederlandse
Studio Dumbar, where strategy director Tom Dorresteijn has
grafisch ontwerpen zijn prachtige grafische kind
been a 50 per cent partner since 2005, exemplifies these changes.
met het overdadig schuimende badwater van dat
Dorresteijn’s concept of “visual branding” is explained in the
decennium had weggegooid. Hoe goedbedoeld de
Vision section of the Studio Dumbar website (the term also has a
motivatie ook was van waaruit sommige ontwer-
whole website of its own) where it is followed by a brief section
pers de nieuwe visuele eenvoud omarmden, ook die
titled, with heartbreaking poignancy, “Free spirit”. In this other,
werd al snel de zoveelste modieuze stijl die rijp was
apparently rather recherché kind of design, we learn that “the
voor commerciële uitbating. Er is een tijd geweest
designer has only one challenge: to see how far his or her creati-
waarin veel Nederlands grafisch ontwerp onmisken-
vity can go.” The new statutes of graphic design could hardly be
baar Nederlands was omdat het voortkwam uit de
made any plainer. Most of the time the designers are reined in,
Nederlandse modernistische traditie van typografie
their creativity apportioned and constrained by the branding task.
en montage waarnaar voortdurend werd verwezen,
Once in a while, a benevolent client in the culture sector happens
zelfs al werden er nieuwe methoden en richtingen
along and allows them to run around free and do what they want,
geïntroduceerd. Die traditie was ook in de jaren
like in the old days. Somewhat anachronistically, Studio Dumbar
tachtig nog duidelijk aanwezig in het postmoder-
still describes itself as a “studio”. This is a word that immediately
nisme van Jan van Toorn of Studio Dumbar. Tegen-
implies a connection to art, conjuring an image of a small atelier
woordig is het Nederlandse grafisch ontwerpen niet
where a creative person or group undertakes work of personal
meer zo overduidelijk Nederlands, maar worden de
significance. Many Dutch design companies, like those in other
grafische gewoonten en manieren van aanspreken
countries, now prefer the term “agency”. De Designpolitie, a
bepaald door de internationale conventies van
design team that fully embodies the contemporary ethos of Dutch
reclame, marketing, branding, mode en populaire
graphic design, describes itself as a “graphic design agency”.
cultuur. Het bekendste Nederlandse ‘ontwerp’-
Lava, recently named ‘European design agency of 2010’, also
bedrijf van de laatste vijftien jaar, KesselsKramer,
uses the term, explaining that it “belongs to a generation that has
is in feite een reclamebureau en medeoprichter
positioned itself between the traditional design agency and an
Erik Kessels wordt regelmatig op internationale
advertising agency”. This is the point, of course: graphic design
ontwerpconferenties uitgenodigd om te spreken
is ever more closely entwined with advertising, an activity whose
over de oneerbiedige en humoristische reclame-
commercial exploitation of the public sphere many graphic
campagnes van KK. Of, om het anders te zeggen:
designers used to resist as a matter of principle. “Agency” is a
het Nederlandse grafisch ontwerpen, dat ooit zo’n
service-orientated, marketing-friendly word. It makes designers
levendig aspect van de nationale visuele cultuur
sound more biddable.
was, lijkt nu erg op alle andere grafische ontwerpen. Het meeste Nederlandse grafisch ontwerpen
Smooth and predictable visual procedures
loopt niet langer in puur grafische zin voorop in de wereld, omdat het zich verplicht heeft gezien
The website rhetoric that contemporary Dutch designers use to
zich te voegen naar de geboden van een gegloba-
explain their methods to prospective clients is just as revealing.
liseerde economie. Net als het grafisch ontwerpen
“Thonik’s style is attractive and effective. Clear concepts are
overal elders staat ook het Nederlandse grafisch
conveyed with a minimum of means.” (Thonik) “A lot of our work
ontwerpen tegenwoordig voornamelijk ten dienste
is concentrated, stripped to the bare essence.” (De Designpolitie)
van de markt, en de verlangens van die markt staan
“Design is not art. We have no specific visual style. We always
voorop. Studio Dumbar, waar strategisch directeur
try to find a unique design solution.” (Lava) These statements are
Tom Dorresteijn sinds 2005 voor de helft vennoot
noteworthy not because they are inherently unsound but because
is, is een goed voorbeeld van deze veranderingen.
they are absolutely standard rationales for a design company
Dorresteijns concept ‘visual branding’ wordt op de
to offer. I have been hearing sentiments like these from British
website van Studio Dumbar uitgelegd onder het
designers for the past 25 years. They originate from the “idea-
hoofdje ‘Vision’ (het begrip ‘visual branding’ heeft
based” design espoused by American and British designers in the
ook nog een complete eigen website), en wordt
late 1950s and 1960s, which was rejected in these countries in the
gevolgd door een kort onderdeel dat hartverscheu-
1980s and 1990s by younger designers, who argued that these
PG 100
http://observatory.designobserver.com
07. De Designpolitie
poster, for WK Amsterdam football tournament, 2004
08. Thonik
Poster, for Grachtenfestival, 2010. Amsterdam city brand by KesselsKramer
Rick Poynor // 12.16.10
PG 101
rend schrijnend ‘Free Spirit’ is genoemd. Bij deze
shop-worn and often patronising methods of public address were
andere, blijkbaar nogal exclusieve soort ontwerpen,
no longer adequate to deal with the complexities of contem-
krijgen we te horen dat ‘de ontwerper slechts één
porary life and communication. The wheel has now turned full
uitdaging heeft: erachter komen hoever zijn of
circle. While the return to idea-based design might have begun as
haar creativiteit reikt’. Hieruit blijkt toch wel heel
a necessary attempt to purify design of self-indulgent noise that
duidelijk wat de nieuwe statuten van het grafisch
risked obscuring the message, the outcome today is a smooth
ontwerpen zijn: meestal worden de ontwerpers
and predictable set of visual procedures that pose few challenges
ingetoomd en wordt hun creativiteit afgemeten en
to client or viewer. (afbeelding 06 / 07 / 08)
beperkt door de taak van het neerzetten van een merk, maar heel af en toe komt er een goedwillende
These designers are naturally aware of the Netherlands’ prodigi-
klant uit de culturele sector langs en mogen ze even
ous graphic tradition and, as if to reassure themselves and their
losgaan en zich uitleven, net als vroeger. Enigszins
design colleagues that they belong in its ranks, they sometimes
anachronistisch omschrijft Studio Dumbar zichzelf
invoke their forebears, even as they assure potential clients that
nog steeds als een ‘studio’. Dat woord impliceert
everything will be simple and effective. Thonik follows its decla-
onmiddellijk een verbinding met kunst en roept het
ration about clear concepts and minimum means by stating that
beeld op van een klein atelier waar een creatieve
it “also has an anarchistic side and we regard each project as a
figuur of groep aan iets werkt van persoonlijke bete-
chance to experiment.” De Designpolitie’s online profile informs
kenis. Veel Nederlandse ontwerpbedrijven, en ook
visitors that“ its members were brought up in the Dutch design
die in andere landen, geven nu de voorkeur aan het
culture and rich tradition of Dutch art, design and tolerance. Their
woord ‘bureau’. De Designpolitie, een ontwerpteam
ruthlessly stripped-down designs, they claim, are both critical
dat het hedendaagse ethos van het Nederlandse
and communicative. The inherent tension of trying to have it both
grafisch ontwerpen volledig belichaamt, omschrijft
ways and relate to the great Dutch tradition of graphic design,
zichzelf als een ‘bureau voor grafisch ontwerpen’.
while moderating the visual freedom that gave it life, can be
Lava, onlangs uitroepen tot ‘Europees ontwerp-
sensed in a comment that Hans Wolbers of Lava left on Dorreste-
bureau van 2010’, gebruikt de term ook en legt uit
ijn’s Visual Branding website in 2007. “I must tell you honestly
dat die ‘past bij een generatie die een positie heeft
that I am not very keen on theories,” writes Wolbers. “One sees
ingenomen tussen het traditionele ontwerpbu-
regularly all kinds of ‘brand’ gurus selling an incredible amount
reau en een reclamebureau in’. En daar gaat het
of bullshit. Personally I place more and more belief in talented
natuurlijk om: grafisch ontwerpen is steeds nauwer
creatives that touch the right chord.”
vervlochten met reclame maken, een bezigheid die de openbare ruimte commercieel exploiteert, iets
This is another version of Studio Dumbar’s “free spirit” plea:
waarvan grafisch ontwerpers vroeger uit principe
stop trying to micro-manage the design process with an endless
niets wilden weten. ‘Bureau’ is een dienstverle-
stream of self-justifying concepts, precepts and admonitions.
ningsgericht, marketingvriendelijk woord, waar-
Trust talented and committed designers to come up with truly
door ontwerpers veel inschikkelijker overkomen.
fresh and surprising visual ideas, and then trust visually aware
De retoriek waarvan hedendaagse Nederlandse
viewers to respond to them. Accept the subjectivity of the crea-
ontwerpers zich op hun website bedienen om hun
tive process, the element of chance, the things you shouldn’t even
werkwijze aan potentiële klanten uit te leggen, is al
try to control. Eventually, the wheel might even turn again.
even onthullend. ‘De stijl van Thonik is aantrekkelijk en effectief. Heldere concepten worden met mini-
Perhaps it sounds as though I have fallen out of sympathy with
male middelen overgebracht.’ (Thonik). ‘Veel van
Dutch graphic design. The disappointment, as I have tried to
ons werk is geconcentreerd, tot de pure essentie
show, comes from the strength of admiration that preceded
teruggebracht.’ (De Designpolitie). ‘Ontwerpen is
it. Dutch graphic design’s astonishing, inspiring achievements
geen kunst. Wij hebben geen specifieke visuele stijl.
showed what could sometimes be possible in visual communi-
Wij proberen altijd een unieke ontwerpoplossing
cation. Its innovations provided unusually exacting benchmarks
te vinden.’ (Lava). Dat zijn opmerkelijke uitspraken,
that could be used to assess graphic design anywhere. I can only
niet omdat ze van zichzelf ondeugdelijk zijn, maar
suggest that it would be dishonest now — and self-deceiving on
PG 102
http://observatory.designobserver.com
09. Metahaven
poster, for CAPC Musée d’art contemporain de Bordeaux, 2008
10. Experimental Jetset
poster, for Helvetica documentary, 2006
Rick Poynor // 12.16.10
PG 103
omdat het absoluut standaardgrondgedachten zijn
the part of Dutch designers — not to apply these benchmarks to
waar ontwerpbureaus mee aankomen. Al vijfen-
the contemporary graphic design scene.
twintig jaar lang hoor ik dergelijke ideeën van Britse ontwerpers. Ze komen voort uit het ‘op-ideeën-ge-
The authentic historical voice of Dutch design
baseerde’ ontwerpen dat in de late jaren vijftig en in de jaren zestig werd omarmd door Amerikaanse en
One of the most encouraging and energising developments in
Britse ontwerpers en dat in diezelfde landen in de
Dutch graphic design has come, since the end of the 1990s, from
jaren tachtig en negentig is verworpen door jonge
a perhaps unexpected direction. In Word of Image: Metaphorical
ontwerpers met het argument dat zulke verbleekte
Thinking in Dutch Graphic Design (2004), Jan Middendorp repri-
en dikwijls neerbuigende manieren om het publiek
ses the frequently heard view that Dutch designers are “no great
aan te spreken niet langer geschikt waren om om
theorists”, preferring instead to concentrate on the practicalities
te gaan met de complexiteit van het hedendaagse
of making things work. Wolbers voices his own reservations
bestaan en communicatie. De cirkel is nu weer
about the perils of theorising in the statement above. But the
helemaal rond. Hoewel het teruggrijpen naar het op
idea that theory-averse pragmatism is particular to the Dutch has
ideeën gebaseerde ontwerpen kan zijn begonnen
always seemed questionable: first, because only a minority of
als een noodzakelijke poging om het ontwerpen
graphic designers anywhere are ever much given to theorising;
te zuiveren van het zelfingenomen kabaal waarin
second, because some Dutch designers — Crouwel and Van
de boodschap verloren dreigde te gaan, heeft
Toorn to name but two — have always been prepared to reflect
dat nu geresulteerd in een gladde, voorspelbare
trenchantly on the ideas that support their design methods.
verzameling visuele procedures die maar weinig eisen stellen aan klant of kijker. Natuurlijk zijn deze
In the last decade, two design groups, Experimental Jetset and
ontwerpers zich bewust van de wonderbaarlijke
Metahaven, have taken this commitment to intellectual reflection
Nederlandse grafische traditie en alsof ze zichzelf
to a higher plane. Although it hasn’t been widely remarked, which
en hun collega-ontwerpers gerust willen stellen dat
may serve to underline the continuing paucity of close critical
ze nog steeds in die traditie staan, beroepen ze zich
attention given to graphic design, both teams consistently offer
soms op hun voorgangers, zelfs terwijl ze potentiële
some of the most cogent thinking about the discipline, its present
klanten verzekeren dat alles eenvoudig en effectief
condition and possibilities, happening today. In each case, inde-
zal gaan. Thonik laat op hun verklaring over heldere
pendent critical reflection becomes an inseparable component
concepten en minimale middelen volgen dat zij ‘ook
of everyday practice. Nor are these the usual tiresome, spirit-
een anarchistische kant hebben en ieder project be-
crushing bromides about branding and marketing. Metahaven
schouwen als een kans om te experimenteren’. Het
has recently published a book, Uncorporate Identity (2010), and
onlineprofiel van De Designpolitie laat bezoekers
both studios — they are emphatically studios — are intervie-
weten dat ‘onze mensen zijn opgegroeid in een
wed in Iaspis Forum on Design and Critical Practice: The Reader
Nederlandse ontwerpcultuur en in de rijke traditie
(2009). Since space is limited, I will concentrate here on Experi-
van Nederlandse kunst, ontwerpen en tolerantie’.
mental Jetset, the longer established team. (afbeelding 09 / 10)
Hun meedogenloos uitgeklede ontwerpen, zeggen zij, zijn kritisch én communicatief. De inherente
In Experimental Jetset’s uncompromising statement of their
spanning van het van twee walletjes willen eten
position, we hear the authentic historical voice of Dutch grap-
en deel uit te willen maken van de grote Neder-
hic design, a reminder of how the country attained its elevated
landse traditie in het grafisch ontwerpen, terwijl
position on the global design stage. The three members, Erwin
de visuele vrijheid die daaraan juist ten grondslag
Brinkers, Danny van den Dungen and Marieke Stolk, explain that
lag wordt beknot, doet zich voelen in een com-
“the reason we exist as a studio is because we have a singular
mentaar uit 2007 van Lava’s Hans Wolbers op de
aesthetic/conceptual vision, a very specific language we speak.”
‘Visual Branding’-website van Dorresteijn. ‘Ik moet
(See Studio Culture, 2009.) They are only interested, they say, in
eerlijk toegeven dat ik het niet zo heb op theorieën’,
working with clients who understand this vision and who expect
schrijft Wolbers. ‘Je ziet regelmatig allerlei “mer-
them to bring “ a specific viewpoint, an aesthetic/conceptual
kengoeroes” de grootst mogelijke onzin verkopen.
language, an ideological approach” to the table. Clearly, this
PG 104
http://observatory.designobserver.com
Persoonlijk geloof ik steeds meer in creatieve
Nederlandse ontwerpers – Crouwel en Van Toorn,
talenten die de juiste snaar weten te raken.’ Dat is
om er maar twee te noemen – altijd bereid geweest
ook een versie van het pleidooi voor ‘free spirit’ van
tot een scherpzinnige reflectie op de ideeën die
Studio Dumbar: probeer het ontwerpproces niet
aan hun ontwerpmethoden ten grondslag liggen.
tot in detail te regelen met een eindeloze stroom
In het afgelopen decennium hebben twee groepen
van tot zelfrechtvaardiging dienende concepten,
ontwerpers, Experimental Jetset en Metahaven,
voorschriften en vermaningen. Vertrouw erop
deze betrokkenheid bij intellectuele bezinning op
dat getalenteerde en toegewijde ontwerpers met
een hoger plan gebracht. Hoewel het niet breed is
werkelijk frisse en verrassende visuele ideeën
opgemerkt, wat eens te meer onderstreept
komen en vertrouw er vervolgens op dat visueel
hoe weinig echt kritische aandacht er is voor het
alerte kijkers daarop zullen reageren. Leg je neer
grafisch ontwerpen, leveren beide teams voortdu-
bij de subjectiviteit van het creatieve proces, het
rend bijzonder doordacht denkwerk over het vak en
toevalselement, de dingen die je niet eens moeten
de huidige standvan zaken en mogelijkheden daar-
willen proberen te beheersen. Misschien komt de
in. Bij beide is ona hankelijke kritische bezinning
cirkel dan wel nog een keer rond. Het lijkt wellicht
een niet meer weg te denken component van de
alsof het Nederlandse grafisch ontwerpen bij mij
dagelijks praktijk. En we hebben het hier ook niet
in ongenade is gevallen. Ik heb geprobeerd te laten
over het gebruikelijke vermoeiende, deprimerende
zien dat mijn teleurstelling voortkomt uit de sterke
gezeur over branding en marketing. Metahaven
bewondering die eraan voorafging. De verba-
heeft onlangs het boek Uncorporate Identity (2010)
zingwekkende, inspirerende prestaties van het
gepubliceerd en beide studio’s – het zijn uitdruk-
Nederlandse grafisch ontwerpen hebben laten zien
kelijk studio’s – zijn geïnterviewd in The Reader.
wat je soms in visuele communicatie kon bereiken.
Iaspis Forum on Design and Critical Practice (2010).
De vernieuwingen daarin hebben buitengewoon
Uit ruimtegebrek zal ik me hier beperken tot Expe-
veeleisende maatstaven opgeleverd die gebruikt
rimental Jetset als langst bestaande team. In de
zouden kunnen worden als graadmeter voor elk
compromisloze verklaring over het standpunt van
grafisch ontwerp. Ik kan er alleen maar op wijzen
Experimental Jetset klinkt de authentieke histori-
dat het nu oneerlijk zou zijn – en een vorm van
sche stem van het Nederlandse grafisch ontwerpen
zelfbedrog voor Nederlandse ontwerpers – om deze
door, als herinnering aan hoe Nederland zo’n hoge
maatstaven niet ook toe te passen bij het beoorde-
positie heeft verworven op het mondiale podium
len van het hedendaagse wereldje van het grafisch
van het grafisch ontwerpen. De drie medewerkers,
ontwerpen. Een van de meest hoopgevende en
Erwin Brinkers, Danny van den Dungen en Marieke
opwekkendste ontwikkelingen in het Nederlandse
Stolk, leggen uit dat ‘de reden waarom wij als
grafisch ontwerpen is sinds het eind van de jaren
studio bestaan is dat we een unieke esthetische/
negentig uit tamelijk onverwachte hoek gekomen.
conceptuele visie hebben en een zeer specifieke taal
In Word of Image. Metaphorical Thinking in Dutch
spreken’ (Zie Studio Culture, 2009). Volgens eigen
Graphic Design (2004) herhaalt Jan Middendorp
zeggen zijn ze alleen geïnteresseerd in het werken
de dikwijls gehoorde opvatting dat Nederlandse
met klanten die deze visie begrijpen en die van hen
ontwerpers ‘geen grote theoretici’ zijn en zich liever
verwachten dat ze ‘een specifiek gezichtspunt, een
bezighouden met de praktische kanten, zorgen
esthetische/conceptuele taal en een ideologische
dat het werkt. Wolbers spreekt in het hierboven
benadering’ inbrengen. Dit is duidelijk een totaal
aangehaalde commentaar zijn eigen voorbehoud uit
andere stijl van jezelf presenteren dan dat je belooft
over de risico’s van het theoretiseren. Toch is het
je als een kameleon aan te passen om een te maken
idee dat een pragmatisme dat wars is van theorie
ontwerp te laten voldoen aan de verwachtingen
typerend is voor de Nederlanders altijd twijfelachtig
van de klant. De leden van Experimental Jetset zijn
geweest: ten eerste houdt waar dan ook slechts
zich terdege bewust van hun verhouding tot de Ne-
een minderheid van de grafisch ontwerpers zich
derlandse ontwerptraditie, iets wat zich met name
bezig met theorievorming; ten tweede zijn sommige
uit in een frequent eerbetoon aan Wim Crouwel, de
Rick Poynor // 12.16.10
PG 105
oudere staatsman die het meest in aanzien staat bij
is a radically different style of self-presentation from one that
jonge ontwerpers buiten Nederland. Als kijker heb
promises a chameleonic ability to adapt the design output to fulfil
ik soms wel moeite gehad met het Crouweliaanse
a client’s expectations.Experimental Jetset have a self-conscious
modernisme in het visuele palet van Jetset. Ik
relationship with the Dutch design tradition, most clearly seen
kan er anno 2010 niet erg opgewonden van raken,
in their frequent tributes to Wim Crouwel, the elder statesman
al zie ik waar het vandaan komt en begrijp ik de
most revered today by young designers outside the Netherlands.
gedachte erachter – hun wens om de materialiteit
As a viewer, I have sometimes struggled with the Crouwel-esque
van onderwerpen te benadrukken en eerder objec-
modernism of Jetset’s visual palette. This doesn’t excite me gre-
ten dan beelden te willen maken –waardoor ze tot
atly in 2010, even though I appreciate the source and understand
deze sobere visuele conclusies zijn gekomen. Het
the thinking — their desire to stress the materiality of design and
is echter kenmerkend voor de helderheid van hun
create objects rather than images — that led them to these stark
commentaar dat zij zonder meer deminpunten van
visual conclusions. It is characteristic of their clarity as com-
het voormalig keizerrijk van hun held toegeven. ‘To-
mentators, though, that they freely admit the drawbacks of their
tal Design was in veel opzichten het voorteken van
hero’s former empire. “Total Design signalled in many ways the
de opkomst van het soort studio waaraan wij een
beginning of the sort of studios that we very much dislike: large
flinke hekel hebben: grote communicatieconcerns
communication conglomerates, where the actual practice of grap-
waar de feitelijke praktijk van het grafisch ontwer-
hic design is overshadowed by branding strategies, marketing
pen wordt overschaduwd door merkstrategieën,
theories, advertising models, etc.” In their view, the over-compli-
marketingtheorieën, reclamemodellen, et cetera.’
cation of the commissioning and design process has been caused
Naar hun mening is de overgecompliceerdheid van
by layers of marketing and communication people who create
het opdracht- en ontwerpproces veroorzaakt door
unnecessary work to keep themselves employed.
de vele lagen van marketing- en communicatiemensen die voor overbodig werk zorgen om zichzelf
“We feel we are now at a point in history where we actually have
bezig te houden. ‘Wij hebben het gevoel dat we nu
to go in the opposite direction,” they say. The solution to the
op een punt in de geschiedenis staan waarop we
bloating of the design business is not for design “agencies” to
in feite de andere kant op moeten’, zeggen zij. De
grow even bigger, but for marketing to shrink. Resolutely, Jetset
oplossing voor het probleem van de opgezwollen
remains a three-person studio that only takes on what it can
ontwerpbusiness ligt niet in nog grotere ontwerp‘
handle. Here again, we encounter a variation of the “free spirit”
bureaus’, maar in minder marketing. Jetset blijft
argument, only his time from a studio that has found a way to
dan ook standvastig een studio van drie personen
make freedom of manoeuvre a central plank in its self-determined
die alleen opdrachten aannemen die ze ook aankun-
charter. If we care about graphic design — Dutch graphic design
nen. Ook hier zien we weer een variant van het ‘free
— as a still potentially limitless means of visual communication,
spirit’-argument, maar dit keer vanuit een studio
then this modest proposal from one of the most thoughtful stu-
die een manier heeft gevonden om vrijheid van
dios now at work in the design field must be correct. The future
manoeuvreren tot een dragend element te maken in
of graphic design, if it is to have one, can only lie in focusing on
een zelfgekozen structuur. Als grafisch ontwerpen
graphic design. Dutch designers who refuse to give up the ideal
– Nederlands grafisch ontwerpen – ons dierbaar is
of studio practice are keeping the flame alight.
als een nog steeds potentieel onbegrensd middel van visuele communicatie, dan moet dit bescheiden voorstel van een van de meest bedachtzame studio’s die thans werkzaam zijn in het ontwerpen wel juist zijn. Als het grafisch ontwerpen een toekomst wil hebben, kan die toekomst er alleen komen als we ons concentreren op het grafisch ontwerpen zelf. Nederlandse ontwerpers die weigeren het ideaal van de studiopraktijk op te geven, houden de toorts brandend.
Dominique Ampe
Wat zijn de grote verschillen op gebied van grafisch ontwerp tussen België en Nederland? Bachelor eindexamenscriptie Grafisch Ontwerp, AKV | St.Joost, Breda. Antwerpen, januari 2011