Een veilig en prettig schoolklimaat op Montessorischool Merlijn
1
Het is nooit te laat Het is nooit te laat om opnieuw te beginnen. Om iets aardigs tegen een ander te zeggen in plaats van een scheldwoord. Om een arm om iemand heen te slaan in plaats van hem de grond in te trappen. Om iemand recht in de ogen te kijken en te zeggen: ‘zullen we weer vrienden zijn?’ Het is nooit te laat om opnieuw te beginnen. Om ‘sorry’ te zeggen en te laten zien dat je het meent. Om elkaar een hand te geven als je je vuisten hebt gebruikt om met elkaar te vechten. Om een ruzie bij te leggen en alles eerlijk uit te praten. Om je ongelijk toe te geven en weer samen verder te gaan. Het is nooit te laat om opnieuw te beginnen. Waarom dan niet nu?
2
Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 4
1.
Vreedzame school....................................................................................................................... 5
2.
Schoolafspraken in het algemeen .............................................................................................. 7
2.1 Kapstokregels ................................................................................................................................ 7 2.2 Concrete afspraken in alle bouwen ............................................................................................... 7
3.
Plagen en pesten....................................................................................................................... 10
3.1
Plagen .................................................................................................................................... 10
3.2
Pesten .................................................................................................................................... 10
4.
Aanpak bij pestgedrag .............................................................................................................. 11
4.1
Preventie ............................................................................................................................... 11
4.2
Aanpak bij pestgedrag ........................................................................................................... 12
4.3
Periodieke procesevaluatie aanpak....................................................................................... 13
5.
Aanpak digitaal pesten (in ontwikkeling) ................................................................................ 14
Bijlagen.............................................................................................................................................. 15 Bijlage 1 Informatie voor kinderen.................................................................................................... 16 Bijlage 2 Tips voor leerlingen bij digitaal pesten ............................................................................... 18 Bijlage 3 Informatie voor ouders over pesten ................................................................................... 19 Bijlage 4 Advies aan ouders bij pestgedrag ....................................................................................... 22 Bijlage 5 Tien tips voor ouders en leerkrachten over digitaal pesten ............................................... 23 Bijlage 6 Handige websites ................................................................................................................ 24 Bijlage 7 Incidentenregistratie .......................................................................................................... 25
3
Voorwoord Ouders, kinderen, overblijfkrachten en medewerkers van Montessorischool Merlijn streven naar een schoolklimaat waar kinderen veilig en in een vertrouwde omgeving kunnen ontwikkelen. Door regels en afspraken zichtbaar te maken kunnen kinderen en volwassenen, als er zich ongewenste situaties voordoen, elkaar aanspreken op deze regels en afspraken. Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen, stellen we alle kinderen in de gelegenheid om met veel plezier naar school te gaan. Dit document is zorgvuldig samengesteld en hierin geven we een beeld van de algemene schoolafspraken van Montessorischool Merlijn, hoe we ons inzetten voor een prettig pedagogisch klimaat maar ook hoe we (willen) handelen wanneer ongewenste situaties ontstaan. Dit document met daarin de basis voor een veilig schoolklimaat en de aanpak wanneer zich pestgedrag voordoet, wordt onderschreven door directie, leerkrachten, TSO medewerkers schoolraad, oudercommissie en de medezeggenschapsraad. Wanneer u vragen, opmerkingen of aanvullingen heeft, horen we dit graag. Directie en MR Montessorischool Merlijn Januari 2015
4
1. Vreedzame school Montessorischool Merlijn is een Vreedzame School. De Vreedzame School is een sociaal-emotionele methode, waarbij de klas en de school beschouwd wordt als een leefgemeenschap. Kinderen worden gezien en gehoord en ervaren dat ze ertoe doen. De Vreedzame School wil kinderen opvoeden tot verantwoordelijke en actieve leden van de gemeenschap. Daartoe beschouwen we de klas en de school als oefenplaats. Kinderen leren dat zij deel uitmaken van de gemeenschap die de klas en school vormt en leren daar een bijdrage aan te leveren. Ze leren oog en oor te hebben voor anderen, zich verantwoordelijk te voelen voor het algemeen belang: initiatiefrijk, zorgzaam en betrokken. De lessen vormen de basis om het gezonde gedrag aan te leren. Daar blijft het echter niet bij. Het zal het uitgangspunt worden van waaruit het handelen tussen leerlingen, leerkrachten en ouders verder uitgebreid wordt. Dit geldt voor alle interacties op school, zowel in de klas als op het schoolplein. Wat vinden we belangrijk: We leren de kinderen dat ze elkaar opstekers moeten geven in plaats van afbrekers. We hebben schoolafspraken: de kapstokregels. We maken op groepsniveau afspraken over hoe we met elkaar omgaan. Hiermee leren we de kinderen ook wat democratie inhoudt en hoe je op deze manier beslissingen met elkaar maakt. We leren de kinderen dat je beter tips kunt geven dan kritiek. Kritiek wordt vaak negatief opgepakt. We hebben aandacht voor de verschillen tussen mensen en leren de kinderen hiervoor open te staan. Regelmatig refereert de leerkracht aan de afspraken. Dit hoeft niet alleen te zijn naar aanleiding van een concreet voorval, maar dit komt ook tijdens de lessen Vreedzame School aan bod.
Figuur 1: Wat leren kinderen in De Vreedzame School? 5
Meer informatie over de Vreedzame School, kunt u vinden op www.devreedzameschool.net. Op Montessorischool Merlijn zijn we van mening dat een school echt Vreedzaam kan zijn als kinderen, ouders, leerkrachten, overblijfkrachten en andere direct betrokkenen actief en vanuit een sociale bewogenheid vorm geven aan een fijn pedagogisch klimaat.
6
2. Schoolafspraken in het algemeen 2.1 Kapstokregels Als basis voor een fijn schoolklimaat gelden binnen onze school drie schoolafspraken die voor alle aan school gerelateerde personen gelden. Deze afspraken zijn in de groepen en in de centrale hal zichtbaar en worden door iedereen nagestreefd. Dit betekent dat alle personen die zich binnen de school bevinden, de verantwoordelijkheid hebben om zich te houden aan deze afspraken of elkaar te wijzen op deze afspraken. De drie kapstokregels zijn: Aardig zijn hoort erbij, ik voor jou en jij voor mij We zullen goed voor onze spullen zorgen, dan zijn ze te gebruiken morgen De school is binnen een wandelgebied, buiten hoeft dat niet.
In de eerste 6 weken van ieder nieuw schooljaar worden deze afspraken dagelijks besproken in de groepen. Daarna worden ze door de leerkrachten wanneer nodig onder de aandacht gebracht. 2.2 Concrete afspraken in alle bouwen Gekoppeld aan de lessen van de Vreedzame school, gelden op school de volgende afspraken voor de verschillende bouwen. Deze afspraken zijn in oktober 2014 getoetst door de schoolraad, waar nodig aangepast en voorzien van tips. Afspraken onderbouw: We schelden niemand uit. Iedereen mag meedoen. Soms met tweetjes en dat moet kunnen. Er zijn voldoende kinderen om mee te spelen. We zijn allemaal verschillend en dat is goed. We komen niet aan elkaars spullen zonder het te vragen. We luisteren naar elkaar en laten elkaar uitpraten. We maken elkaar niet bang en gaan niet dreigen. We doen dit zo op school maar ook daar buiten.
7
Gaat er toch iets mis dan is: Regel 1: We zeggen “Stop, houd op!” Regel 2: Als “Stop , houd op” niet helpt: dan gaan we naar de juf of meester. Dat is geen klikken! Afspraken midden- en bovenbouw: Neem elkaar zoals je bent. Laat iedereen erbij horen en meedoen. Tenzij er met de leerkracht een andere afspraak is gemaakt. Maak zo weinig mogelijk ruzie. Hoe doen we dit? De ander altijd vragen hoe hij/zij zich voelt. Lukt dit niet: zoek dan de hulp van de juf. Het belangrijkste is: eerst afkoelen! Dan pas praten. Maak elkaar niet bang en ga niet dreigen. Luister naar elkaar/laat elkaar uitpraten. Blijf van elkaars spullen af. Lach alleen met elkaar en niet om elkaar. Tip: als kinderen het van elkaar horen, spreek diegene daarop aan. Noem iemand bij de echte naam en niet bij een naam die je zelf verzint. Tip: Als het wel gebeurt zeg het tegen de juf We geven elkaar opstekers en geen afbrekers. Pas deze regels toe op school maar ook daar buiten. Gaat er toch iets mis dan is: Regel 1: We zeggen “Houd op!” Regel 2: Als “Stop , houd op” niet helpt: dan gaan we naar de juf of meester. Dat is geen klikken! Verder is het van belang om te vermelden dat Merlijn beschikt over een vertrouwenspersoon die signalen over een vorm van machtsmisbruik , pestgedrag tussen kinderen oppakt en er een passend vervolg op ontwikkelt. De naam van de vertrouwenspersoon binnen Merlijn is Mirjam Vollinga, eveneens intern begeleider. In het onderstaande overzicht is opgenomen hoe het werken aan een prettig schoolklimaat jaarlijks concreet vorm krijgt in de groepen en daarbuiten.
8
Maand Acties in groep
Acties team
Schoolbrede afspraken
Overige geledingen
Augustus t/m oktober
November t/m einde schooljaar
Groepsvormingsproces stimuleren in alle groepen: We volgen de inhoud van de Vreedzame school. De leerkracht bepaalt voor zijn Inhoud Vreedzame school aanbieden: groep welke lessen belangrijk zijn voor de groep. elkaar leren kennen Onderhouden van de kapstokregels. leerlingen hanteren ‘stop , houd op!’ te gebruiken en Onderhouden van de afspraken zoals geformuleerd voor/door de verschillende kunnen vertellen dat ze iets niet willen. bouwen. Het opfrissen en aanbieden van de kapstokregels. Periodieke afname van veiligheidthermometer en sociogram. Het ‘oefenen’ van de kapstokregels. Bespreken en herhalen van de afspraken geformuleerd voor/door de verschillende bouwen. Dagelijks spelactiviteiten ter bevordering van het groepsproces. Periodieke afname van veiligheidthermometer en sociogram. Tijdens wekelijkse bouwvergaderingen wordt het Tijdens groepsbesprekingen wordt de groep en eventuele individuele kinderen groepsvormingsproces per groep besproken: welke besproken. interventies nodig zijn, welke activiteiten stimuleren het Tussentijdse leerkrachtwisselingen in het jaar vragen wederom om een proces. interventie in het groepsvormingsproces: de fases worden opnieuw doorlopen. Tijdens groepsbesprekingen met de intern begeleider Analyse veiligheidsmeting en sociogram. wordt de groep en daarin de processen doorgenomen. Wanneer van toepassing worden relevante interventies opgestart. Daar waar nodig worden nieuwe interventies opgestart. Wanneer relevant: invullen formulier incidentenregistratie. Analyse veiligheidsmeting en sociogram. Wanneer relevant: invullen formulier incidentenregistratie. Interventies als het groepsproces intensievere ondersteuning behoeft (uitgaande van signalen vanuit groepsbesprekingen: sociogram, observaties). op groepsniveau (groepsaanpak ter bevordering van het groepsproces al dan niet met ondersteuning van externe partners en ouders). Op individueel niveau: gesprekken met kinderen, ouders, leerkracht en intern begeleider, aanbieden van externe sociale vaardigheidstrainingen. (op groepsniveau of individueel niveau), adviseringen naar andere vormen van kindbegeleiding. Op leerkrachtniveau: reflecties/begeleiding op het eigen handelen in de groep. Schoolbrede afspraken over het gebruik van internetsites, social media (twitter, facebook) worden nageleefd door kinderen en leerkrachten. Leerkrachten bespreken oneigenlijk gebruik ervan op groepsniveau en indien nodig op individueel niveau (kind en ouders). (beleid is in ontwikkeling). Onder de aandacht blijven brengen van het integriteitsprotocol en schoolinterne afspraken over omgangsvormen, visie van de school omtrent een veilig pedagogisch klimaat en aanpak van pestgedrag. Invullen formulier incidentenregistratie bij optreden van incidenten. Structureel ingeplande overlegmomenten met de TSO-medewerkers over schoolinterne afspraken, integriteitsaspecten (integriteitsprocotol), coördinerende en kwaliteitsaspecten. Binnen overige geledingen zoals OR en MR: onder de aandacht blijven brengen van het integriteitsprotocol en schoolinterne afspraken over omgangsvormen, visie van de school omtrent een veilig pedagogisch klimaat en aanpak pestgedrag. Van stagiaires, vrijwilligers, remedial teachers en overige externen verwacht Merlijn dat zij zich conformeren aan de schoolinterne afspraken.
9
3. Plagen en pesten Ondanks alle preventieve inspanningen, kan het voorkomen dat zich situaties tussen kinderen onderling voordoen die afbreuk doen aan een fijn pedagogisch klimaat. Het betreft hier gedrag dat het plagen overstijgt en pestgedrag genoemd wordt. Het is de plicht van school om pestgedrag te signaleren en aan te pakken. Van belang is te realiseren dat er verschil bestaat tussen plagen en pesten. Beide begrippen worden wel eens verwisseld of anders geïnterpreteerd. 3.1 Plagen Plagen kan je allebei bij elkaar doen. Plagen is incidenteel en de kinderen zijn tegen elkaar opgewassen. Het is gedrag dat niet bedoeld is om elkaar te kwetsen of pijn te doen. Je kunt er om lachen. 3.2 Pesten Pesten gebeurt telkens weer, er zit een patroon in en is voortdurend gericht op het zelfde kind(eren). Er is sprake van machtsongelijkheid tussen twee of meerdere kinderen. Het kind is niet opgewassen tegen het kind dat pest. Het kind dat pest kwetst en doet een ander pijn. Dit is niet eenmalig maar structureel. Voorbeeldgedragingen van pestgedrag: Structureel buitengesloten worden tijdens spelactiviteiten Er wordt niet naar het kind geluisterd Het kind wordt structureel uitgescholden Niemand wil samenwerken met het kind of naast hem/haar zitten (negeren) Het kind wordt uitgelachen of er wordt over geroddeld Het kind wordt gediscrimineerd Spullen worden kapot gemaakt of weggepakt Het kind wordt na school opgewacht/ gepakt Het kind wordt geschopt en geslagen Het kind wordt gedwongen aan spel mee te doen waar je niet aan mee wilt doen Het kind wordt gedomineerd door de ander: ik speel nooit meer met je als met ……speelt (structureel). Online pesten: via whats app (foto’s rondsturen, berichtengroep aanmaken ), instagram, twitter, facebook, via games, via chats. Bij pesten is het kind dat pest sterker. Het pesten kun je niet stoppen. Het pesten gebeurt vaker (soms weken en maanden lang). Pestgedrag is veelal niet direct waarneembaar. Het gebeurt zodanig dat volwassenen het veelal niet merken. Pesten zorgt voor veel verdriet en een gevoel van onveiligheid. Kinderen die pesten hebben veelal niet door wat hun gedrag veroorzaakt. Klasgenoten, sportgenoten lachen er toch om? Een kind dat pest kan zich daardoor ook groter en belangrijker voelen. Toch zit er achter ieder kind dat pest ook een kind dat in basis niet gemeen of kwetsend wil zijn.
10
4. Aanpak bij pestgedrag 4.1 Preventie In hoofdstuk 1 is aandacht besteed aan de Vreedzame School. De Vreedzame School is als interventie opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut. De in de databank opgenomen interventies zijn door een onafhankelijke erkenningscommissie beoordeeld en erkend als goed onderbouwd of effectief. De Vreedzame School is beoordeeld als een effectieve interventie en vormt voor Montessorischool Merlijn dan ook het kader om het veilige schoolklimaat vorm en inhoud te geven en daarmee pesten zoveel als mogelijk te voorkomen. Juist op het voorkomen van pestgedrag zetten we vooral in. Gekoppeld aan de werkwijze van de Vreedzame School ondernemen we de volgende concrete acties om pesten te voorkomen: a. Een effectieve manier om pesten te stoppen of binnen de perken te houden is het afspreken van regels/omgangsvormen. Zoals in hoofdstuk 2 en 3 aangegeven besteden we hieraan in het begin van elk schooljaar veel aandacht. Onderwerpen als veiligheid, omgaan met elkaar, rollen in een groep en aanpak van conflicten komen gedurende het gehele schooljaar aan de orde. De lessen van de Vreedzame school zijn hierin belangrijk. b. Aandacht van de leerkrachten voor veiligheid in de groepen: Onze leerkrachten besteden veel aandacht aan een ontspannen en gestructureerde sfeer in de groep waarin iedereen kan zijn wie hij is. De leerkrachten zijn goed geïnformeerd over het signaleren van pestgedrag. De leerkrachten zijn op de hoogte van de aanpak wanneer pestgedrag wordt gesignaleerd en in staat hiernaar te handelen. Minimaal twee keer per jaar worden in alle groepen veiligheidsmetingen gedaan en deze worden in groepsbesprekingen besproken. Er worden sociogrammen afgenomen in de groep conform de toetskalender. Deze worden geanalyseerd en besproken tijdens groepsbesprekingen. c. Wij geven regelmatig informatie aan alle kinderen over oorzaken en gevolgen van pesten in het algemeen. Dit gebeurt middels groepsgesprekken, een toneelstukje in de groep, voorlezen etc. Het programma de Vreedzame School biedt tal van mogelijkheden. d. Wij bespreken onze aanpak en regels met de kinderen hoe om te gaan met pesten wanneer het wordt ervaren of waargenomen: Als er in de klas gepest wordt, heeft een ieder het recht en de plicht de leerkracht hiervan op de hoogte te stellen. Dit noemen wij geen klikken. Deze regels gelden niet alleen in de klas, maar ook in de gangen, op het schoolplein, op weg van en naar school. We streven ernaar dat alle gasten binnen de school zich gedragen conform de schoolafspraken. Wij proberen binnen Merlijn de gevoeligheid/aandacht voor pesten te vergroten.
11
4.2 Aanpak bij pestgedrag Wanneer pestgedrag wordt gesignaleerd, hanteert Merlijn een aanpak waarbij het gepeste kind, het kind dat pest, ouders en de groep een plaats innemen. Uitgangspunt voor de aanpak is dat Merlijn een school wil zijn waar alle kinderen zich veilig moeten kunnen ontwikkelen. De groepsleerkracht is samen met de intern begeleider verantwoordelijk voor de juiste aanpak. De intern begeleider ziet toe en ondersteunt bij het doorlopen van de juiste stappen. Het nemen van eventuele disciplinaire maatregelen, is een verantwoordelijkheid van de directie. Wanneer blijkt dat een kind of kinderen gepest worden in school, op het schoolplein of buiten de school hanteren wij de volgende regels: 1. Het stoppen van pestgedrag wordt in eerste instantie opgepakt door de leerkracht, waar gewenst ondersteund door de intern begeleider. Pesten wordt geregistreerd in het incidentenformulier. 2. Wij nemen de melding over pesten serieus. Het pestgedrag wordt in kaart gebracht (bijvoorbeeld: School Video Interactie Begeleiding in groep en buiten op het schoolplein). Wanneer nodig verscherpen we de pleinwacht in de ochtend en middagpauze. Wanneer nodig zetten we de mogelijkheid van beeldmateriaal in. Uiteraard binnen de kaders van de privacywetgeving en met toestemming van alle betrokkenen. We registeren pestgedrag in onze incidentenregistratie. We informeren het team, ambulant personeel en TSO. 3. Wij houden zo spoedig mogelijk hoor en wederhoor bij het gepeste kind en het kind dat pest. 4. Wij informeren en begeleiden ouders van het gepeste kind én het kind dat pest: Wij brengen ouders zo snel mogelijk op de hoogte van het pestgeval. Wij vragen de medewerking en het vertrouwen van de ouders bij het bestrijden en voorkómen van het pesten. Wij informeren de ouders over de aanpak ten aanzien van het gepeste kind en het kind dat pest. We luisteren naar de zorgen van de ouders. Wij brengen de ouders na enige tijd op de hoogte van de stand van zaken. Wij bieden wanneer ouders en/of kind daar behoefte aan hebben externe ondersteuning aan (zorgteam) en adviseren hierbij. 5. Wij begeleiden het gepeste kind. Hiervoor kunnen wij de volgende acties hanteren: Wij tonen begrip voor het kind, tonen medeleven en keuren het pesten af. Wij luisteren naar het kind en zoeken samen naar oplossingen. Wij vertellen de aanpak (voor zover mogelijk). Wij bieden veiligheid door afspraken te maken en wijze van evalueren af te spreken. Evt. inzetten verscherpte controle . Wij bieden het gepeste kind gedragsadviezen aan, hoe te handelen bij pesten. 12
We benadrukken de sterke kanten van het kind. Wij evalueren met het gepeste kind na een korte periode, vervolgens na een langere periode.
6. Wij begeleiden het kind dat pest. Hiervoor kunnen wij de volgende acties hanteren: Wij geven noodzakelijk pedagogisch verantwoorde maatregelen en een duidelijk begrenzing van ongewenst gedrag. Consequenties worden helder aangegeven. De boodschap is: pesten kan en mag niet! Wij analyseren de oorzaak van het pestgedrag met het kind dat pest. Wij willen het empathisch (invoelend) vermogen van het kind dat pest vergroten door begrip/laten inzien wat het effect van het gedrag is op het gepeste kind. We laten (in)zien wat de positieve kanten van het gepeste kind zijn en bespreken positieve manieren om relaties aan te gaan en te onderhouden. We laten excuses aanbieden. We maken samen afspraken over welk gedrag het kind wil aanpakken en we bespreken partners/maatjes die gaan helpen om zich aan de regels en afspraken te houden. Er worden duidelijke afspraken gemaakt die frequent worden gecontroleerd. Hierbij vragen wij aan het gepeste kind en het kind dat pest naar de stand van zaken. We evalueren met het kind dat pest na een korte periode, daarna een langere periode. 7. Tot slot bespreken wij het pesten met de rest van de groep: We maken het probleem bespreekbaar in de groep en de rol van de groep. We stimuleren dat de kinderen een eigen standpunt innemen en bespreken dat meedoen met het kind dat pest het probleem meestal verergert. We laten (in)zien wat het effect van het pesten is voor het gepeste kind . Afspraken en regels worden opnieuw uitgelegd en besproken. Wij spreken verwachtingen uit ten aanzien van het groepsgedrag bij pesten en maken heldere afspraken over omgaan met elkaar (waar staat de groep voor, wat willen ze en bespreken rolverdeling). 4.3 Periodieke procesevaluatie aanpak Zoals aangegeven vormt de Vreedzame School het kader voor het veilige schoolklimaat op Merlijn. Het voorkomen van pesten maakt hiervan onderdeel uit. Voor Montessorischool Merlijn is er dan ook geen aanleiding om een andere anti-pest interventie te implementeren. Mocht hiertoe in de toekomst aanleiding zijn dan zal Merlijn zich oriënteren op de erkende anti-pest interventies die opgenomen zijn in de databank van het Nederlands Jeugdinstituut. Een veilig schoolklimaat heeft voortdurend de aandacht van het team en de MR. Tweemaal per jaar zal tijdens de MR vergaderingen het schoolklimaat in het algemeen en de aanpak rondom pesten in het bijzonder besproken worden. De MR krijgt hiertoe vanuit de directie een terugkoppeling over het aantal ingevulde incidentenregistratieformulieren, de aard van de incidenten en het proces van aanpak/afhandeling. De MR richt de evaluatie op het proces van de geformuleerde aanpak. Op basis van de bevindingen wordt bekeken of de aanpak verscherpt of aangepast moet worden.
13
5. Aanpak digitaal pesten (in ontwikkeling) Door de digitale mogelijkheden zijn de communicatiemiddelen middels sociale-media uitgebreid. Helaas worden deze middelen niet door iedereen op de goede wijze gebruikt. Kinderen die anderen via de sociale media vervelend benaderen, doen dit meestal vanuit hun eigen huis. De ontvanger ontvangt dit bericht ook thuis. Echter school is een samenkomst van kinderen en op deze wijze raken wij als school hierbij betrokken. Dit kan zorgen voor onrust in de groep en werkt niet sfeer bevorderend. In principe vindt eenzelfde aanpak plaats als beschreven in hoofdstuk 4. Omdat digitaal pesten meestal niet op school gebeurt, is hieronder onze manier van handelen beknopt beschreven: 1. Digitaal pesten dient altijd op school gemeld te worden bij leerkracht of vertrouwenspersoon. 2. Wij gaan op onderzoek uit wie de dader van het pesten is. 3. De ouders van het gepeste kind alsook de ouders van het kind dat pest worden door school op de hoogte gebracht van het digitaal pesten. 4. Met het kind dat pest en diens ouders worden afspraken gemaakt zodat het digitaal pesten meteen stopt. In dit gesprek wordt ook de eventueel te hanteren sanctie besproken. 5. In de klas wordt aandacht besteed aan digitaal pesten. 6. De leerkracht houdt voortdurend contact met de betrokken ouders zodat dat het pestgedrag niet meer voorkomt. De komende periode zullen we onze aanpak bij digitaal pesten verder ontwikkelen.
14
Bijlagen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Informatie voor kinderen Tips voor leerlingen bij digitaal pesten Informatie voor ouders over pesten Adviezen aan ouders bij pestgedrag Tien tips voor ouders en leerkrachten over digitaal pesten Handige websites Incidentenregistratie
15
Bijlage 1 Informatie voor kinderen Wat is plagen? Plagen gebeurt vaak spontaan, het duurt niet lang en is onregelmatig. Bij plagen zijn de kinderen gelijk aan elkaar; de geplaagde kan zichzelf verdedigen. De rollen liggen niet vast: de ene keer plaagt de één, de andere keer plaagt de ander. Plagen gebeurt zonder kwade bijbedoelingen en is daarom vaak leuk, plezierig en grappig. Wat is pesten? Bij pesten is het ene kind sterker en het andere kind zwakker. Het is steeds hetzelfde kind dat wint en hetzelfde kind dat verliest. Vaak gebeurt pesten niet één keer, maar is het gepeste kind steeds weer de klos. Het gepeste kind kan zich niet verdedigen. Het sterkere kind, het kind dat pest, heeft een grotere mond en anderen kijken tegen hem of haar op. Het kind dat pest heeft alle macht. Pesten komt steeds weer terug en is kwetsend bedoeld. Het kind dat pest heeft geen positieve bedoelingen; wil pijn doen, vernielen of kwetsen. Er bestaat lichamelijk geweld (duwen, slaan, schoppen, haren trekken) en psychisch geweld (buitensluiten, vernederen, dreigen, negeren). Het gepeste kind voelt zich eenzaam en verdrietig, hij/zij is onzeker en bang. Sommige gepeste kinderen willen dit aan niemand vertellen. Maar als anderen dit niet weten, kunnen ze je niet helpen om het pesten te stoppen. Daarom is het zo belangrijk dat je er toch altijd met iemand over praat. Iemand die je vertrouwt. Dit kan je vader of moeder zijn, je opa, juf of meester of misschien vertel je het liever aan een vriendinnetje. Vergeet nooit: Er is altijd iemand die je kan en wil helpen! Als je niets doet, gaat het pesten door. Dus laat je zelf horen!
Vormen van pesten Je mag nooit meedoen. Niemand wil naast je zitten. Er wordt nooit naar je geluisterd. Ze maken je belachelijk. Je krijgt steeds duwen en porren. Ze maken grapjes over je. Je wordt uitgescholden. Je wordt uitgelachen. Je wordt voor schut gezet. Ze maken je spullen kapot. Ze pakken je spullen af. Ze roddelen over je. Je wordt genegeerd. Je wordt opgewacht of achtervolgd. Ze discrimineren je. Je wordt bedreigd en/of gechanteerd. 16
Je wordt geslagen of geschopt.
Waarom pesten kinderen? Kinderen pesten om verschillende redenen. Het ene kind pest omdat het bang is om zelf zondebok te worden. Een ander doet het om stoer te zijn of omdat er een vorm van beloning tegenover staat. Het levert iets op om te pesten: kinderen kijken tegen je op, lachen om je, je voelt je heel wat. Ook kan er in de klas van alles gebeuren wat pesten kan uitlokken. Wanneer de kinderen weinig of geen respect hebben voor elkaar, weten ze niet hoe je met elkaar om hoort te gaan. Tips als je gepest wordt Het kan iedereen overkomen: pesten! Geen plagerijtje, maar iedere keer getreiterd worden. Omdat je een bril hebt, ‘foute’ kleren, omdat je je niet zo stoer gedraagt of omdat ze jou als mikpunt hebben uitgekozen. Omdat je anders bent dan zij. Je hebt helemaal geen zin meer om naar school te gaan. Het doet pijn. Je wilt dat dit stopt. Maar hoe? Hieronder staan een aantal tips hoe je met pesten om kunt gaan: Als je wordt gepest kan dat je veranderen: je wordt onzeker, je voelt je alleen. Daar is het een kind dat pest vaak juist om te doen; zij pesten en jij verandert daardoor. Zo kunnen zij heel gemakkelijk doorgaan met pesten. Dus probeer het kind dat pest zo moeilijk mogelijk te maken. Hoe? Kom voor jezelf op! Zeg dat het geen zin heeft om jou te pesten, want dat verandert echt niet hoe je eruit ziet of wie je bent. Zoek kinderen of mensen op die je kunnen helpen. Als je samen met anderen bent, geeft dat het kind dat pest minder macht. Als je even niet meer weet wat of hoe je iets moet zeggen, dan geeft dat niks. Vaak schiet je vlak erna iets te binnen wat je graag terug had willen zeggen. Dan denk je bij jezelf: “Waarom heb ik dit net niet gezegd?” Schrijf het op en draag dat papiertje bij je. Zo maak je een lijstje met allemaal dingen die je kunt zeggen als er weer gepest wordt. Dan ben je als het ware ‘gewapend met woorden’. Vertel altijd je juf of meester dat je wordt gepest. Hij of zij zal proberen om dit op te lossen. Bijvoorbeeld door te praten met het kind dat pest, of zelfs met de hele klas. Mocht dit niet helpen en gaat het pesten gewoon door, zeg dit dan steeds weer tegen de juf of meester! Hij/zij kan soms niet zien of merken dat het pesten nog doorgaat. Dus vertel het iedere keer. Alleen dan kan je juf/meester jou helpen. Vertel (indien mogelijk) altijd aan je ouders dat je gepest wordt. Samen met je ouders en met school lukt het om te zoeken naar mogelijkheden om het pesten te stoppen.
17
Bijlage 2 Tips voor leerlingen bij digitaal pesten
Praat erover. Met je vrienden, ouders of juf/meester. Houd je wachtwoord en inlognamen geheim. Vertel ze aan niemand. Blokkeer degene die je het bericht stuurt. Negeer pest-mails/apps/chats. Stuur geen mail/app terug. Zo krijgt het kind dat pest geen aandacht! Als het kind dat pest geen aandacht krijgt, stopt hij/zij vaak. Mensen in een slechte bui, schelden soms zomaar tegen iedereen. Dat schelden is niet altijd tegen jou persoonlijk bedoeld. Verzamel bewijzen. Als het kind dat pest jou al heel lang pest, met hele vervelende dingen, dan helpt negeren vaak niet meer zo goed. Dan moet je bewijzen verzamelen van de pestmailtjes/appjes. Maak dan printjes van de pesterijen. Die bewijzen kun je aan je ouders laten zien of je leraar. Als het pesten toch maar steeds doorgaat en als je wordt bedreigd, dan kun je ook naar de politie gaan. Je kunt dan samen met je ouder(s) aangifte doen. Vergeet niet: het is niet jouw schuld dat je wordt gepest!
18
Bijlage 3 Informatie voor ouders over pesten Pesten is een van de kennisdossiers van het Nederlands Jeugd instituut (NJI). De informatie hieronder betreft vooral cijfers over pesten in het basisonderwijs en is afkomstig van de website van het NJI. Voor meer informatie, raadpleeg de website van het NJI; http://www.nji.nl/Pesten-ProbleemschetsCijfers Pesten komt (te) vaak voor…. Pesten lijkt leeftijd- en seksegebonden. Vooral rond de leeftijd van 10 tot 14 jaar komt pesten veel voor. Jongens lijken vaker slachtoffer of dader van pesten dan meisjes. Zij krijgen bovendien meer te maken met direct fysiek en verbaal pesten. Meisjes zijn eerder het slachtoffer van sociale, relationele en indirecte vormen van pesten zoals uitsluiting en roddelen. Dit verband tussen sekse en vormen van pesten komt echter niet uit elk onderzoek naar voren. Pesten komt zowel op de basisschool als in het voortgezet onderwijs vaak voor. Ruim een kwart van de scholieren pest af en toe. Ruim 6 procent van de leerlingen zegt vaak te pesten; in het voortgezet onderwijs is dit percentage iets hoger dan in het basisonderwijs. Jongens pesten op alle leeftijden vaker dan meisjes. Deze gegevens zijn al weer wat ouder (HBSC 2009). Meer recente cijfers levert de landelijke monitor Sociale Veiligheid in en rond de school (2012). Daaruit komt naar voren dat ruim 10 procent van de leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs zich minder veilig voelt op school. Zij hebben te maken met een of andere vorm van pesten of geweld. Pesten in het basisonderwijs 2012 Van de leerlingen die aan het onderzoek ‘Landelijk onderzoek pesten 2012’ heeft deelgenomen, geeft 16 procent aan dat ze in de voorgaande weken gepest zijn. De overige 84 procent zegt niet te zijn gepest. Ongeveer evenveel jongens als meisjes hebben in het onderzoek aangegeven frequent (dagelijks of wekelijks) gepest te worden. De gepeste leerlingen zitten vooral in de groepen 5 en 6. Het percentage leerlingen dat gepest wordt, is in de groepen 7 en 8 lager. Van de leerlingen die gepest worden zegt 20 procent dat dit dagelijks gebeurt; 35 procent geeft aan elke week te worden gepest. Dat betreft 9 procent van de onderzochte leerlingen. Twee derde van de gepeste kinderen zegt dat dit op het schoolplein plaatsvindt. Opvallend is dat een derde van deze kinderen zegt (ook) in de klas gepest te worden. Het pesten gebeurt in twee derde van de gevallen door kinderen uit de eigen groep en het kan vele vormen aannemen: de schuld krijgen van iets, buitengesloten en uitgescholden worden, maar het gebeurt ook vaak dat deze kinderen het slachtoffer zijn van roddel of grappen. Deze kinderen voelen zich daardoor boos (66 procent), verdrietig (50 procent), alleen (45 procent) en bedreigd (21 procent). Van de deelnemende leerlingen zegt 17 procent dat ze wel eens pesten, 7 procent daarvan als degene die begint met pesten, 6 procent als actieve meepester en 58 procent als passieve meepester. Op de vraag waarom ze dat doen worden veel verschillende antwoorden gegeven, maar twee springen eruit: om met vrienden mee te doen (22 procent) en om zelf niet gepest te worden (19 procent).
19
Pesten en gepest worden Veel leerlingen die pesten, worden zelf ook gepest. Uit het Landelijk onderzoek pesten 2012 blijkt dat op de basisschool 15 procent van de pesters zelf ook gepest wordt. Kinderen die gepest worden Uit de Peiling Jeugd en Gezondheid (2005) blijkt dat ondanks dat de meeste 8- tot 12-jarige kinderen het gevoel hebben geaccepteerd te zijn door hun klasgenoten, iets meer dan één op de drie kinderen één of meerdere malen gepest is in de laatste maanden. In de meeste gevallen betreft het incidenten. Van de kinderen die gepest zijn (35 procent) geeft 72 procent aan dat dit één of twee keer is gebeurd in de laatste maanden. In de rest van de gevallen is er sprake van structureel pesten (28 procent). Er zijn hierbij geen groepen kinderen aan te wijzen die vaker worden gepest dan anderen. Gevolgen van pesten Het gepeste kind voelt zich vaak alleen, wordt snel bang en onzeker, verliest zelfvertrouwen en eigenwaarde. In vergelijking met kinderen die niet worden gepest, hebben gepeste kinderen vaker last van psychische en lichamelijke klachten, zoals hoofdpijn, slaapproblemen, buikpijn, bedplassen, faalangst, vermoeidheid en depressie. Signalen die erop kunnen duiden dan een kind gepest wordt: Het kind gaat niet meer graag naar school, de sportclub of de muziekles. Het kind gaat niet meer graag naar buiten of verzint daarvoor uitvluchten. Het kind wil niet meer vertellen over school, sportclub of buitenspelen. Het kind neemt nooit vrienden mee naar huis of wordt nooit uitgenodigd voor verjaardagen. De schoolresultaten worden slechter. Het kind heeft beschadigde of kwijtgeraakte spullen. Het kind klaagt over lichamelijke klachten zoals hoofdpijn, buikpijn en moeheid. Het kind heeft blauwe plekken of schrammen. Het kind slaapt slecht, heeft nachtmerries of plast in bed. Het kind heeft last van concentratieproblemen, is snel prikkelbaar en boos. Wanneer een kind bovenstaand gedrag vertoont, kan dit betekenen dat hij of zij wordt gepest. Kinderen bekennen echter niet snel of ze al dan niet bij pesten betrokken zijn. Waarom vraagt een gepest kind geen hulp? Een gepest kind vindt zichzelf vaak niet populair en wil zijn/haar ouders niet teleurstellen. Het kind kan bang zijn dat het probleem groter wordt wanneer hij/zij naar de ouders toe gaat. Stel je voor dat je ouders naar de leerkracht, de ouders van het kind dat pest of naar het kind dat pest zelf toe gaan!
20
Tips voor ouders Praat over pesten met uw kind. Praat met de juf of meester erover, bespreek het pestprotocol van school. Geef het goede voorbeeld. Moedig uw kind aan om een spreekbeurt/werkstuk te maken over pesten. Controleer het internetgebruik van uw kind. Doe mee met weerbaarheidstrainingen (via ggd). Lees samen met uw kind boeken over pesten. U kunt samen met uw kind boeken over pesten lezen. Een boek werkt drempelverlagend: het geeft een kind de gelegenheid op een veilige manier over eigen ervaringen te vertellen. Enkele boeksuggesties: Groep 1: Malle Job van Karen Wagner Groep 2: Septembervakantie van Lucrece L’Ecluse Groep 3: Jij ziet er raar uit van Geertje Gort Groep 4: Kaatje Knal en de biefstukbende van Carry Slee Groep 5: Treiterkoppen van Mieke van Hooft Groep 6: Mickey Magnus van Petra Cremers Groep 7: Pudding Tarzan van Ole Lund Kirkegaard Groep 8: Spijt van Carry Slee
21
Bijlage 4 Advies aan ouders bij pestgedrag De ouders van de gepeste kinderen: Houd de communicatie met uw kind open, blijf in gesprek met uw kind. Pesten kunt U het beste direct met de leerkracht bespreken. Steun uw kind in het idee dat er een einde aan het pesten komt. Stimuleer uw kind om naar de leerkracht te gaan. De ouders van het kind dat pest: Neem het probleem van uw kind serieus. Probeer achter de mogelijke oorzaak te komen. Maak uw kind gevoelig voor wat het anderen aandoet. Corrigeer ongewenst gedrag en benoem het goede gedrag van uw kind. Maak uw kind duidelijk dat u achter de beslissing van de school staat. Raak niet in paniek; elk kind loopt de kans om een kind dat pest te worden. De ouders van alle kinderen: Neem de ouders van het gepeste kind serieus. Houd rekening met de gevoelens van de ouders van het gepeste kind, maar ook van de ouders van het kind dat pest. Stimuleer uw kind op een goede manier met andere kinderen om te gaan.
22
Bijlage 5 Tien tips voor ouders en leerkrachten over digitaal pesten Veel volwassenen weten (te) weinig van het virtuele leven van kinderen. En dat terwijl zij zich op internet blootstellen via social media, chatboxen etc., waardoor ze in aanraking kunnen komen met geweld en pesterijen. Hieronder staan 10 tips voor leraren en ouders om het surfgedrag van kinderen in de gaten te houden. Hierdoor wordt het risico op pesten zoveel mogelijk beperkt. 1. Houd een kind niet weg van de computer. Internet biedt immers talloze voordelen en vormt vaak een belangrijk deel van het onderwijs. Controle is beter dan een verbod. 2. Stel een tijdslimiet in. Op deze manier wordt een kind gestimuleerd om ook buiten de computer met leeftijdsgenootjes om te gaan. 3. Surf af en toe samen met de leerlingen of uw kind. Laat u rondleiden langs sites waar ze regelmatig komen. Op een later moment kunt u controleren of sites veilig zijn, of dat er bijvoorbeeld veel wordt gescholden. 4. Vertrouw niet te veel op filters. Via een omweg komen kinderen toch bijna overal. 5. Reageer niet te overdreven als u iets aanstootgevends ziet, maar praat er rustig over. Kinderen zijn vaak veel laconieker dan u als het gaat om bloot of geweld. 6. Druk uw kind op het hart dat ze geen persoonlijke informatie, zoals adres of telefoonnummer, via internet verstrekken. 7. Als een kind afspreekt met iemand die hij/zij via Internet heeft leren kennen, licht dan meteen de ouders in. Zij kunnen de gegevens van deze persoon achterhalen en een eventuele riskante ontmoeting verbieden. 8. Controleer de geschiedenis van de pc, tablet, telefoon zodat u weet welke pagina’s uw kind of de leerlingen bezoeken. 9. Maak uw kind of de leerlingen ervan bewust dat ze via internet voor de gek kunnen worden gehouden. Vertel dat er mensen en leeftijdsgenoten zijn die er op uit zijn misbruik van ze te maken of ze pijn te doen. 10. Plaats de pc op een plek op school of thuis waar u regelmatig ‘onopvallend’ langs kunt lopen. 11. Bij digitaal pesten worden alle ouders van de school ingelicht zodat zij het thuis kunnen bespreken.
23
Bijlage 6 Handige websites www.nji.nl/Pesten www.pestweb.nl Aan deze site is de volgende website gekoppeld: www.digitaalpesten.nl www.mijnkindonline.nl www.cjg-s-hertogenbosch.nl www.pesten.net
Sites gericht op kinderen/jongeren www.pestenislaf.nl www.kidstegengeweld.nl
24
Bijlage 7 Incidentenregistratie
ATO-Scholenkring Zilverkruid 12 5237 HA Den Bosch 073-6449523 Incidentenregistratie Onder een incident wordt in ieder geval verstaan: diefstal/discriminatie/dreigen /fysiek geweld / grof pesten / letsel /ongeluk / seksuele intimidatie /seksueel misbruik/ verbaal geweld/vernielzucht /wapenbezit / weglopen waardoor anderen ingeschakeld moeten worden/anders. Vul bij een incident het registratieformulier zo zorgvuldig mogelijk in. Belangrijk!!!! - Een incident van ernstige aard wordt geregistreerd en verwerkt in de map incidentenregistratie. De directeur of plaatsvervangend directeur meldt het incident ( indien nodig) direct aan het College van Bestuur. -
Bij een incident van een werknemer (dus geen kind) met blijvend letsel of de dood als gevolg, wordt het incident dezelfde dag gemeld bij de arbeidsinspectie.
-
Een ingevuld formulier gaat in de map incidentenregistratie. Een (digitale) kopie gaat naar het bestuurskantoor, t.a.v. ________________ bestuurssecretariaat. Een kopie in het dossier van slachtoffer/veroorzaker wordt aanbevolen.
-
Een incident met meerdere betrokkenen wordt gezien als 1 incident en volstaat dan ook met 1 formulier.
25
Registratieformulier incidenten Gegevens ten behoeve van de schriftelijke interne registratie van incidenten.
Montessorischool Merlijn Naam invuller: Gegevens betrokkene(n) (indien van toepassing) Naam slachtoffer(s): Adres(sen): Slachtoffer(s) is/zijn: werknemer/stagiair/ouder/leerling/anders nl.: (indien van toepassing) Naam veroorzaker(s): Adres(sen): Veroorzaker(s) is/zijn: werknemer/stagiair/ouder/leerling/anders nl.: Gegevens incident: Plaats: Dag en tijd: Soort incident (doorhalen wat niet van toepassing is) diefstal/discriminatie/dreigen /fysiek geweld / grof pesten / letsel /ongeluk / seksuele intimidatie /seksueel misbruik/ verbaal geweld/vernielzucht /wapenbezit / weglopen waardoor anderen ingeschakeld moeten worden/anders; Omschrijving incident: ……………………………………………………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
Vervolgstappen(doorhalen wat niet van toepassing is) Behandeling ziekenhuis / behandeling EHBO/ opname ziekenhuis/ ziekteverzuim/ leerverzuim/ geen/ anders, nl.: ………………………………………………………………….………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Afhandeling Besproken met (ouders van) veroorzaker? Ja/nee 26
Bij ja, gespreksverslag toevoegen met namen, datum, gespreksonderwerp, afspraken en handtekening (ouder) veroorzaker. Besproken met (ouders van) slachtoffer? Ja/nee Bij ja, gespreksverslag toevoegen met namen, datum, gespreksonderwerp, afspraken en handtekening (ouder) slachtoffer. Gemeld bij verzekering?
Ja/nee/nvt
Psychische opvang geregeld?
Ja/nee/nvt
Melding bij Kopwerk?
Ja/nee/nvt
Politie ingeschakeld?
Ja/nee/nvt
Nazorg nodig?
Ja/nee
Aangifte gedaan?
Ja/nee
Kosten (doorhalen wat niet van toepassing is) Materieel/ Fysiek letsel/ psychisch letsel/ geen/anders, nl.:……………………………………………… Geschatte kosten: €………………………… Plaats: Datum: Handtekening invuller:
Handtekening directie:
27