EEN NIEUW LANDSCHAP van mensen
INLEIDING
Ons land veranderd. Wij, de mensen veranderen. Nederland vergrijst, een onderwerp wat tegenwoordig veel besproken is. Denk aan de AOW leeftijd, de last van de verzorgingsstaat en de politieke discussie rondom het persoonsgebonden budget. In 2010 waren er al 3 miljoen ouderen huishoudens, dat is 15,6% van de bevolking (Bron: CBS). afgelopen jaar, 2011, is het piekjaar wat betreft pensioengerechtigde. Er kwamen alleen al dit jaar 120.000 65 plussers bij (Bron: CBS). Deze verandering heeft vele gevolgen voor ons land, voor de manier waarop we leven, werken en wonen. In dit onderzoek ben ik gaan kijken naar enkele belangrijke aspecten omtrent deze verandering en de relatie met onze manier van wonen. Er zullen in dit onderzoek 5 thema’s worden uitgelicht: *De nieuwe generatie ouderen *Eenzaamheid *Allochtone ouderen *Tussen stad & platteland *Woonvormen & wensen Deze thema’s hebben allen betrekking op het concept “dorp in de stad” en spelen vooral in op het thema van sociale duurzaamheid.
DE NIEUWE GENERATIE OUDEREN
De Babyboomers geboren in de jaren na WOII, een periode waar de economie opbloeide, de staat met meer en betere voorzieningen kwam, de huizenprijzen stegen en er genoeg banen waren voor iedereen. De Babyboomers zijn de nieuwe generatie ouderen, ze zijn anders dan de vorige generatie gepensioneerde. Ze hebben diverse facetten van welvaart meegemaakt en staan bekend als koopkrachtige en vermogende doelgroep(Bron: Rabobank). Daarnaast is deze nieuwe generatie ouderen ook op technologisch gebied actief. Internet, mobiele telefonie, DVD recorders, HIFI sets noem maar op ze kennen het bijna allemaal. 60% van de babyboomers zijn overtuigde gebruikers van sociale media zoals blogs, forums, podcasts en online video´s (Bron: Forrester Research). De nieuwe generatie ouderen willen niet graag bestempeld worden als ouderen. Ze hebben moeite met afscheid nemen van hun leven als werkende, ze zijn bang dat ze door het pensioen niet meer meetellen in de samenleving. Momenteel werken 141.000 mensen na hun pensioen nog door (Bron: CBS).
Anet Bleich (1951) is journaliste en politicologe. In 2011 komt haar essay “De boze babyboomer” uit. Hierin beschrijft ze de rumoerige tijd uit de jaren ‘60 en ’70. De auteur beschrijft de toenmalige tijdsgeest en het gevecht voor een betere wereld. Ook beschrijft ze de ontwikkelingen van de laatste jaren. Ze bekritiseerd de nieuwe leiders van Nederland en voelt zich als babyboomer in de steek gelaten door de maatschappij die zij, samen met haar tijdsgenoten heeft gevormd. “De boze babyboomer” is een verhaal van een babyboomer zelf. (Bron: www.uitgeverijbalans.nl/web/artikel/Boze- Babyboomer.htm)
Onafhankelijk, welvarend, de glorie dagen van het kapitalisme; allemaal aspecten die passen bij de babyboomers. Ze verschillen enorm met hun ouders ze zijn ruimdenkend, vrijer en staan op voor zichzelf. Dit is de generatie van de Dolle Mina’s, de bezetters van het maagdenhuis, de punk generatie en de oprichters van de multiculturele samenleving. Deze instelling heeft zo zijn voor- en nadelen als men kijkt naar hoe het
de nieuwe generatie ouderen zal vergaan na hun pensioen. Deze generatie staat meer open voor nieuwe oplossingen, mogelijkheden en manieren. Een bejaardenhuis voelt voor velen gedateerd. Ze blijven liever in hun eigen huis maar beseffen ook dat dit niet altijd mogelijk is. Deze generatie is ook koppig, ze zijn onafhankelijk, mondig en geïnformeerd; het individualisme is één van de grootste trends die is opgekomen tijdens deze generatie. De maatschappij verwacht dat deze generatie zelfstandig is en dat kan dan ook voor problemen zorgen. Zo is deze generatie niet gewent te vragen om hulp, ze zoeken het liever zelf uit d.m.v. zelfhulp boeken, internet enz. Ze willen het allemaal zelf kunnen, maar ze weten dat ze op den duur toch hulp nodig hebben, alleen durven ze dit niet zomaar te vragen. Ze zoeken sociale contacten zodat, mochten ze hulpbehoevend worden, anderen hulp aanbieden en ze er niet om hoeven te vragen.
EENZAAMHEID
1 op de 3 Nederlanders voelt zich wel eens eenzaam, bepaalde groepen lopen een verhoogd risico waaronder ouderen. Van de ouderen zeggen 1 miljoen mensen, van de 2,6 miljoen 65 plussers, zich eenzaam te voelen. 100.000 van hen voelen zich extreem eenzaam en zitten in een sociaal isolement. Ook bij 55 plussers geven 200.000 mensen, van de 4,1 miljoen, aan zich uiterst eenzaam te voelen. Ze hebben maximaal 1 keer per maand sociaal contact (Bron: onderzoek TNS/NIPO 2008).
Eenzaamheid, een begrip wat de komende jaren alleen maar meer toeneemt door de vergrijzing. Door de komst van AOW in de 19e eeuw waren 65plussers niet meer afhankelijk van hun kinderen. Door de individualisering in de samenleving en 24/7 maatschappij groeit de eenzaamheid onder ouderen en andere groepen die minder actief betrokken zijn in de samenleving. Het gevoel van Eenzaamheid speelt niet alleen bij ouderen, in de gehele maatschappij is het gevoel van eenzaamheid toegenomen.Bijna 50% van de gehele bevolking voelt zich in zekere mate eenzaam (Bron: TNS/NIPO). Men voelt een leegte, mist gezelligheid en mist een echte vriend. Bij ouderen is dit gevoel meestal sterker, mensen in hun naaste omgeving sterven, verhuizen en de kinderen wonen steeds vaker verder weg. Eenzame ouderen hebben moeite met hulp vragen, ze zijn te vaak teleurgesteld in de maatschappij, ze zijn bang en schamen zich. Hulp zoeken ze vaak d.m.v. het inschakelen van thuiszorg en andere soorten betaalde hulp.
Wie zei dat eten zonder gezelschap eenzaam is? In pop-up restaurant Sartre, zit en eet iedereen alleen. Je laat je verassen door de gerechten van de comfort food kaart, de uberhippe omgeving met vintage designmeubelen en vooral door JEZELF. Zoals Sartre al zei: Wie zichzelf goed gezelschap vindt, hoeft zich nooit eenzaam te voelen. Ontwerpster Marina van Goor is de bedenker en ontwerper van het pop-up restaurant en ze behoort tot een groep designers die het thema eenzaamheid gebruiken in hun ontwerp. Doormiddel van hun ontwerpen willen ze eenzaamheid tegen gaan door mensen bewust te maken van het thema eenzaamheid en er vragen bij te stellen zodat er makkelijker over gesproken wordt. (Bron: www.restaurantsartre.blogspot.com)
Ouderen die minder weerbaar zijn, last hebben van gezichts- of gehoorverlies en minder slecht ter been zijn voelen vaak ook een groter gevoel van onveiligheid. (Bron:http://gemeente.groningen.nl/ gemeente/Beleid-1/ouderenvisie-2020 )Dit gevoel zorgt er ook voor dat ouderen minder de deur uit gaan. Eenzaamheid komt even vaak voor in de stad als in een dorp, sociaal isolement daar in tegen komt wel vaker voor in verstedelijkte gebieden. Veel thuiszorg instanties spelen in op de groei van Eenzaamheid binnen de maatschappij. Er wordt geld verdiend het gevoel van eenzaamheid en onveiligheid en kost het zorgverzekeraars, de staat en de ouderen zelf meer dan nodig.Door vernieuwde sociale banden te creëren kunnen we gezamenlijk eenzaamheid aanpakken. Het is niet meer vanzelfsprekend dat men kiest voor een groot gezin of kinderen überhaupt. Sociale banden met vrienden worden tegenwoordig vaak meer gewaardeerd dan familie banden. Er is behoefte aan nieuwe sociale banden en sociaal contacten. De gevoelens van Eenzaamheid en de schaamte voor deze gevoelens komen vaak tot uiting in lichamelijke en psychische klachten. (Bron: A. Machielse: Geron, Tijdschrift over ouder worden en maatschappij, no.2, 2006) Het gevoel van eenzaamheid verhoogt de bloeddruk, stressniveau en het risico op een depressie. Vooral bij ouderen kan dit gevaarlijk zijn vanwege hun toch al zwakkere gestel (Bron: Onderzoek professor Cacioppa, Universiteit van Chicago, mei 2009). Eenzaamheid is een belangrijke factor in de stijgende zorgkosten van onze hedendaagse maatschappij en zal door de vergijzing toenemen!
ALLOCHTONE OUDEREN
Tussen 1945 en 1949 kwamen de eerste immigranten naar Nederland. Dit waren voornamelijk voormalig bewoners van Nederlands-Indië, na de onafhankelijkheid van Indonesië dachten deze mensen meer zekerheid te hebben in het welvarendere Nederland. In 1975 gebeurde hetzelfde met Suriname, veel Surinamers zagen een betere toekomst voor zichzelf en hun kinderen in Nederland. Tussen 1965 en 1975 kwamen vooral veel geastarbeiders naar Nederland, voornamelijk afkomstig uit het middelandszee gebied kwamen ze hier op zoek naar werk. Veel van deze gastarbeiders bleven en haalde later hun hele gezin naar Nederland (Bron:www.schooltv.nl). De 4 grootste groepen immigranten zijn van Indonesische, Surinaamse, Turkse en Marokkaasne komaf. De komst van immigranten betekent dus ook dat Nederland steeds meer te maken krijgt met Allochtone ouderen, een nieuwe groep waar men rekening mee moet houden. Oud worden in Nederland wordt voor steeds meer allochtonen een realiteit. In 2000 waren er bijvoorbeeld al 233.200 allochtenen in de leeftijdscategorie 55 t/m 64 jaar (Bron: De Veer e.a. 2001). Dat is ongeveer 1/6 e deel van alle 55 t/m 64 jarigen in Nederland en zal relatief gelijk oplopen met elkaar. Allochtonen ouderen wonen voornamelijk in de 4 grootste steden, ze wonen in vooroorlogse, vroeg-naoorlogse en stadsvernieuwende wijken. Zo verspreid de diversiteit zich maar minimaal (Bron:B.Nitsche & F.Suijker, Allochtone Ouderen en Wonen, 2003).
De week van de ontmoeting is een initiatief van Samenleven met verschillende culturen. De week heeft als doel bewoners van stadsdeel Amsterdam - Noord kennis te laten maken met elkaar en elkaars cultuur. Het richt zich op diverse leeftijdsgroepen en stimuleren dialogen aan te gaan en banden te verleggen. (Bron: www.noordontmoetnoord.nl)
Weinig allochtone ouderen wonen in aangepaste woningen voor ouderen dit heeft o.a. te maken met het feit dat vele onbekend zijn met speciale huisvestiging voor ouderen en de route hier naar toe. De woonwensen van allochtone ouderen verschillen nauwelijks met die van autochtone ouderen. Beide willen ze zo lang mogelijk in hun eigen huis blijven. Gemeenschappelijk- heid vormt de rode draad in de woonbeleving bij allochtone ouderen. Men wil omgeven worden door hun eigen cultuur, familie, kinderen en bekenden met behoud van zelfstandigheid en privacy binnen de woning.Voor veel allochtone ouderen is het dan ook van belang dat ze bij familie en kinderen in de buurt wonen zowel als bij specifieke voorzieningen zoals bijvoorbeeld een moskee. Het merendeel van de allochtone ouderen wil dan ook alleen in uiterste geval naar een bejaarden- of verpleegtehuis, dit betekent namelijk dat de kinderen/ familie niet voor hen wil zorgen en kan voor gezichtsverlies zorgen. Ook voor thuiszorg geld dat allochtone ouderen hier in mindere mate gebruik van maken. Harde cijfers over gebruik en behoefte van zorg zijn niet bekend maar lokale onderzoeken bevestigen dat het gebruik vele malen minder is dan het gebruik van autochtone ouderen. Ook hier is vaak de weg naar de zorginstelling toe onbekend. (Bron:B.Nitsche & F.Suijker, Allochtone Ouderen en Wonen, 2003) Allochtone en autochtone ouderen verschillen qua behoeftes niet eens zo veel maar voor allochtone ouderen is het vaak moeilijker om die behoefte te vervullen, ze kennen de weg naar de zorg toe niet en hebben cultuur die een duidelijkere stempel op hun leven drukt.
TUSSEN STAD & PLATTELAND
In de 4 grootste steden is minder dan 12% van de bevolking ouder dan 65. in 2025 zal in 1 derde van alle gemeente, met name de grensgebieden en met uitzondering van de 4 grootste steden, 24% van de bevolking of meer 65 plus zijn. Relatief gezien verschuift het gebied tussen nu en 2025 dus weinig, dit heeft voorname te makenmet het feit dat ouderen in de toekomst niet vaak zullen verhuizen, en als men verhuist doet men dat binnen de eigen gemeente (Bron: CBS, Waar wonen ouderen nu en in 2025?, 2005). Een ander groot verschil is dat ouderen in de Stad depressiever zijn dan ouderen op het Platteland.21% in Amsterdam tegen 6% in Ommen. Dit heeft o.a. te maken met de slechtere huisvestiging, de ongemakken van het wonen in de stad zoals geluidsoverlast en criminaliteit(Bron: www.vk.nl). Een ander opmerkelijk verschil is dat van mantelzorg. Het ontvangen van deze zorg is zowel in de stad als bij het platteland gelijk maar het geven van mantelzorg komt vaker voor in de stad dan op het platteland. Voor het gebruik van voorzieningen is er weinig tot geen verschil, wel vinden de meeste ouderen in de stad de voorzieningen te ver weg, voornamelijk huisarts, zorgloket, postkantoor en bank(Bron:Oudermonitor 2011, GGD IJselland).
WOONVORMEN & WENSEN
Er zijn verschillende mogelijke Woonvormen voor ouderen zoals, aanleunwoningen, zorgwoningen, zelfstandige woningen, zorgtehuis, verzorgingstehuis, seniorenflat en veel meer. Ze zijn beschikbaar voor de huur zowel als voor de koopsector. Specifieke cijfers over hoe ouderen wonen in Nederland zijn er helaas niet. Wel is duidelijk dat ouderen tegenwoordig een stuk zelfstandiger zijn en zelfstandig wonen is dan ook 1 van de grootste Woonwensen die hedendaagse ouderen hebben. De meeste 55 plussers wonen in een e engezinswoning. men wil niet graag verhuizen, dit heeft te maken met de grote buitenruimte die men nog goed kan onderhouden dankzij de toenemende vitaliteit onder ouderen. Daarnaast kost verhuizen vaak ook veel tijd en geld. Andere duidelijke woonwensen die de afgelopen jaren zijn toegenomen zijn o.a. meer vierkante meters en minimaal 3 kamers in de woning. Daarnaast zien we ook kwaliteitseisen meer van belang worden voor de doelgroep, duurzaamheid, veiligheid en toegankelijkheid mogen niet meer vergeten worden bij de bouw voor ouderenwoningen(Bron: Wonen voor ouderen, bewonersvereniging Rijswijk, 2004).
EEN NIEUW LANDSCHAP van mensen
CONCLUSIE
Dat ons land en haar samenstelling veranderd moge duidelijk zijn. maar uit mijn onderzoek blijkt dat er wellicht te weinig mee wordt gedaan. Er zijn nauwelijks harde cijfers te vinden over woonwensen, woonvormen, gevoel van veiligheid enz. Er zijn veel kleinschalige en lokale onderzoeken maar een groot onderzoek op landelijk niveau is er niet. Dit terwijl de doelgroep blijft groeien, en deze doelgroep wel degelijk anders is dan de ouderen die wij kennen. Er zijn wel duidelijke verschillen, maar ook overeenkomsten tussen autochtone en allochtone ouderen. Algemene overeenkomsten zijn: *Ze zijn zelfstandiger dan ooit. *Vitaler dan ooit. *Ze zijn meer “open minded” dan de vorige generatie. Belangrijke om rekening mee te houden wat betreft Autochtone
ouderen is: *Ze zijn zeer technologisch ingesteld, 60% van hen gebruikt social media. *Ze hebben moeite met pensioen gaan, ze willen graag bezig blijven d.m.v. (vrijwilligers)werk & hobby’s . *Ze zijn onafhankelijk, mondig en geïnformeerd. *Vragen niet graag om hulp, ze willen anderen niet tot last zijn.
Wat betreft Allochtone ouderen is het van belang om rekening te houden met: *Het belang van familie banden, het in de buurt wonen bij familie en kinderen. *Het in de buurt zijn van specifieke voorzieningen zoals een moskee, (halal)slager. *Ze zijn vaak niet goed geïnformeerd over mogelijkheden wat betreft ouderen woningen en thuiszorg. *Cultuur is erg belangrijk onderdeel van hun dagelijkse leven. *Naast dat gemeenschappelijkheid van belang is hechten ze ook veel waarde aan hun privacy. Wat betreft wensen met betrekking tot wonen zijn er vrij weinig verschillen de meeste ouderen hebben de woonwensen: *Zolang mogelijk zelfstandig wonen in hun eigen huis, of hun huis laten aanpassen. *Men verhuist niet graag i.v.m. de buitenruimte, tijd en geld. *Kwaliteitseisen zoals veiligheid, duurzaamheid en toegankelijkheid zijn meer van belang. *Men wil meer ruimte dan voorheen.