You may say I'm a dreamer But I'm not the only one I hope someday you'll join us And the world will live as one Uit: Imagine van John Lennon
Een lerende weg naar inclusieve Amsterdamse wijken Inleiding De Januscoalitie heeft in de afgelopen twee jaar, samen met de partners in bewoners gestuurde wijkontwikkeling (BGW), gewerkt aan inclusieve bewoners gestuurde wijkontwikkeling in drie Amsterdamse wijken. Daarvan is veel geleerd1. Er is in de pilots ook ervaring opgedaan met het betrekken van mensen met beperkingen. Inclusief werken bleek niet eenvoudig. Het is op de agenda gezet maar in de praktijk bleek het moeilijk om het meedoen van mensen met beperkingen daadwerkelijk vorm te geven2. De Januscoalitie wil met dit voorstel een pleidooi houden voor een meer integrale en inclusieve aanpak van zorg, welzijn en wonen in wijken. In de afgelopen jaren zijn veel burgerinitiatieven in gang gezet. Vanuit het perspectief van mensen met beperkingen laten cliënten, professionals en wetenschappers geen twijfel bestaan over de noodzaak om hierbij ondersteuning te blijven bieden. We noemen enkele van hen die publiceerden over de gevolgen die een terugtrekkende overheid voor kwetsbare bewoners kan hebben. In 2004 concludeerden van Hoof e.a.3 al dat het belangrijk is om een agenda op te stellen voor het bevorderen van maatschappelijke participatie. Mensen met beperkingen hebben op die agenda een permanente persoonlijke ondersteuning nodig om aan de samenleving te kunnen meedoen. In Meedoen gaat niet vanzelf4 wordt door kwartiermakers en onderzoekers een pleidooi gehouden voor bijzondere bemiddeling en inzet daar waar de verbinding met de wereld moet worden gelegd. 1
Verdoolaeghe S., P. van Vliet, M. Wildeboer, A. Straathof (2014) Onderzoek pilot bewoners gestuurde wijkontwikkeling. Eindrapportage Amsterdam december Hogeschool van Amsterdam 2 Reflectie op de ontwikkeling van “inclusieve” BGW en de ondersteuning door de Januscoalitie. November 2014 3 F. van Hoof (2004) Meedoen. Maatschappelijke ondersteuning van mensen met psychische handicaps. Utrecht, Trimbosinstituut. 4 Kal D., R. Post, G. Scholtens (2012) Meedoen gaat niet vanzelf. Utrecht Hogeschool van Utrecht
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
1
Pelleboer e.a. 5 geven aan dat het streven naar participatie van mensen met een verstandelijke beperking zonder de inzet van extra ondersteuningsmiddelen een loze belofte is. Een permanente aandacht voor het bestrijden van stigmatisering en discriminatie is volgens hen eveneens nodig. Eveline Tonkens en Jan Willem Duyvendak concluderen dat maatschappelijke ongelijkheid dreigt toe te nemen als de overheid zich op dwingende wijze terugtrekt uit de wereld van zorg en welzijn6. ‘Zonder de noodzakelijke investeringen leiden de hervormingen tot ingrijpende verschraling van het dagelijks bestaan van langdurig zorgbehoevenden’. Justus Uitermark7 concludeerde recent nog dat als je burgerinitiatieven helemaal over laat aan weerbare burgers deze initiatieven de kans op uitsluiting van kwetsbare burgers alleen maar groter maken. De overheid moet burgerinitiatieven, juist daar waar ze moeilijk van de grond komen, stimuleren en bevorderen Wij kunnen deze conclusies alleen maar bevestigen. Daarbij zijn we ervan overtuigd geraakt dat geen enkele ontwikkeling in een wijk of wijkvoorziening duurzaam zal blijken als daarbij niet van meet af aan bewoners ( o.a. in hun rol als cliënt of deelnemer aan een activiteit) betrokken zijn. De ontwikkeling en realisatie van de wijkzorgteams is in Amsterdam voortvarend aangepakt. Dit heeft geresulteerd in een structuur van tweeëntwintig wijkteams die over de stad zijn uitgerold. Dat is, gezien de grote verantwoordelijkheid en de opgave die de gemeente en de maatschappelijke organisaties op zich af zien komen, een mooi resultaat. Bij de realisatie zijn voornamelijk professionals van zorg en welzijnsorganisaties betrokken. Wel hebben vertegenwoordigers van het cliëntenbelangen bureau Amsterdam geparticipeerd in de proeftuinen. De inbreng van de WMO-‐ adviesraden is reactief georganiseerd. Burgers hebben tot nog toe nauwelijks vooraf kunnen meedenken over de ontwikkeling van de nieuwe zorgstructuur in hun wijk. Wij vinden dat, gezien onze ervaringen in BGW, een gemiste kans en denken dat het uiteindelijk ten koste gaat van de gewenste actieve solidariteit, bewonersparticipatie en de noodzakelijke duurzaamheid. Verantwoordelijkheid nemen voor elkaar en zeker voor mensen met een beperking is moeilijk. Het vraagt om een omslag van passieve solidariteit (zorgen dat zorg georganiseerd wordt) naar actieve solidariteit (burgers nemen verantwoordelijkheid voor elkaar)8. Dit vraagt om inspanningen bewoners meer te betrekken bij de ontwikkeling van zorg en welzijn in de buurt. Onze verwachting is dat in een gezamenlijk proces meer onderlinge betrokkenheid ontstaat en dat burgers vervolgens meer verantwoordelijkheid voor elkaar nemen. Actieve solidariteit bevorderen. Actieve solidariteit bevorderen is niet alleen een kwestie van top-‐down regisseren. Mensen zijn nu gewend dat zij voor de meeste problemen een instelling of de overheid kunnen benaderen. Om te realiseren dat mensen eerst met elkaar kijken wat mogelijk is en dan pas een beroep doen op de bestaande voorzieningen is vooral tijd nodig. Maar het is zeker ook van belang dat de gelegenheid 5
H.A. Pelleboer-‐Gunnink, J. van Weeghel, P.J.C Embregts (2014) De capability benadering: reële mogelijkheden tot participatie. NTZ nr. 40 6 E. Tonkens, J.W. Duyvendak (2013) Een hardhandige affectieve revolutie In: De affectieve burger Amsterdam Van Gennip 7 http://www.socialevraagstukken.nl/site/2012/10/12/de-‐gevaarlijke-‐belofte-‐van-‐burgerschap-‐2-‐0/ 8 Steyaert j., R. Kwekkeboom (2010) Op zoek naar duurzame zorg. Utrecht Movisie
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
2
wordt geboden om van elkaars ervaringen en kennis te leren. Daarvoor zal een wijk nodig zijn waar mensen, met verschillende achtergronden, de kans en de tijd krijgen om elkaar te ontmoeten en elkaar beter te leren kennen en te begrijpen. Een wijk waar teams meebewegende ondersteuning bieden en bottom-‐up werken. Waar mensen mee ontwerpen aan nieuwe (zorg)initiatieven en projecten waar mensen fouten mogen maken en waar meningsverschillen niet direct leiden tot ingrijpen en overname door professionals. Wat gaat dat betekenen. -‐ -‐
-‐
-‐ -‐
-‐
-‐
-‐ -‐
Mensen gaan met elkaar in gesprek en leren elkaars achtergronden, talenten en beperkingen kennen. Bewoners worden betrokken bij de verdere ontwikkeling van zorg en welzijn in hun wijk. Ze worden uitgenodigd om mee te denken, mee te beslissen en mee te doen in de organisatie van de zorg in hun wijk. Medewerk(st)ers van de wijkteams hebben de mogelijkheid om “elastische” ondersteuning aan te bieden en kunnen zich zonder al te veel administratieve last flexibel inzetten voor bewoners die incidenteel ondersteuning vragen om mee te kunnen doen. De (specialistische) zorgvoorzieningen in de wijken zijn buiten de uren dat ze in gebruik zijn beschikbaar voor bewonersactiviteiten in de buurt. In iedere wijk is een kwartiermaker actief die mensen met en mensen zonder beperking met elkaar verbindt en die zich inzet om veilige plekken (niches) in de wijk te organiseren voor mensen met beperkingen. In ieder wijkteamgebied is een (indicatieloze) inloop mogelijkheid voor mensen met beperkingen die daar behoefte aan hebben. Bestaande voorzieningen zoals huizen van de wijk of activiteitencentra van zorginstellingen zijn hierbij integraal beschikbaar. In iedere wijk zijn buurtmaatjes actief. Dat zijn bewoners die kwetsbare mensen uit de wijk bezoeken en ondersteunen bij het leggen van verbindingen met door hen gewenste activiteiten. Dat zijn ook ervaringsdeskundigen, mensen die zelf ervaring hebben met psychische en/of sociale problemen, die vanuit vliegende brigades in staat gesteld worden om in buurten actief te zijn. In iedere wijk wordt een (vorm van) leerkring (zoals b.v. bewonersacademie) gefaciliteerd waardoor bewoners door uitwisseling van ervaringen en kennis van elkaar kunnen leren. In iedere wijk worden de nieuwe initiatieven van bewoners, die dat niet alleen kunnen, ondersteund vanuit het idee dat de initiatieven kunnen uitgroeien tot zelfstandige buurtinitiatieven en bedrijfjes.
De Januscoalitie wil zich voor het realiseren van de boven genoemde doelen blijven inzetten in wijken en doet een beroep op de gemeentelijke overheid, maatschappelijke organisaties en zorginstellingen om eveneens meer te gaan investeren in het betrekken en verbinden van kwetsbare en weerbare burgers in wijken. Er wordt immers verwacht dat burgers in de komende jaren meer participeren en meer verantwoordelijkheid gaan dragen voor eigen welzijn en gezondheid en die van elkaar. Dat gaat niet vanzelf! Welke agenda is daarvoor nodig in de komende jaren. We beschrijven in deze agenda negen ankerpunten in de wijk. Inzet van deze (een deel van) deze punten bevordert de onderlinge betrokkenheid van kwetsbare en weerbare bewoners van een wijk. Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
3
Van mensen met en mensen zonder een beperking. Iedereen doet mee naar eigen wensen en mogelijkheden (inclusief werken) wordt de standaard met een faciliterende en ondersteunende professionals als het alleen niet lukt. We pleiten voor een programma in de wijken waarin de beschreven punten worden ingebracht en besproken als input voor de door de gemeente geïnitieerde buurtagenda. Dit betekent ook dat er moet worden gezocht naar mogelijkheden en voorwaarden om deze agenda daadwerkelijk te kunnen uitvoeren door deze o.a. in de wijkzorgteams te beleggen. De punten kunnen dan worden ingezet aan de hand van de vragen en behoeften die in de gebiedsagenda’s naar voren komen. Het gaat om de volgende punten: • • • • • • • • •
Biedt vanuit wijkzorgteams “elastische” ondersteuning aan. Werk altijd bottom-‐up Zoek aansluiting bij bewoners in de wijk. Stel kwartiermakers aan. Organiseer dialogen in de buurt. In iedere wijk zijn buurtmaatjes actief. In alle wijken zijn ervaringsdeskundigen beschikbaar. Organiseer leerkringen om van elkaars ervaringen in de praktijk te kunnen leren. Bevorder sociaal ondernemen in de wijk.
1. Biedt vanuit wijkzorgteams “elastische” ondersteuning aan. Mensen, juist mensen met beperkingen, hebben behoefte aan meedoen. Individuele ondersteuning op maat is hierbij het meest kansrijk en werkt. Specifieke inzet op ondersteuning van mensen met beperkingen om aan te sluiten is evident. Het is belangrijk om een realistisch beeld te hebben van de kracht en de kwetsbaarheid van mensen met beperkingen. De bijdrage die deze mensen kunnen leveren als mantelzorger, vrijwilliger, betrokken lotgenoot of partner in een buurtinitiatief of buurtbedrijf vraagt om maatwerk en een ondersteuning die meebeweegt en elastisch is. Van Houten9 pleit in dit verband voor het structureel organiseren van meer veerkracht in het systeem van zorg en ondersteuning. Vanzelfsprekende veerkracht die meebeweegt zodat mensen de mogelijkheid hebben om op te rekken, te reiken naar een zo groot mogelijke zelfredzaamheid en zelfstandigheid, maar ook om soms even terug te kunnen veren, zonder dat dit gelijk tot enorme consequenties op hun ondersteuning leidt. Het is wijs en ook humaan om een systeem van zorg en ondersteuning in te richten dat niet uitgaat van wat maximaal mogelijk is, maar van het gegeven dat veerkracht alleen mogelijk is als je af en toe ook terug kunt veren. 9
Marjet van Houten Movisie in Sociale vraagstukken 19 november 2014
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
4
Tools en voorbeelden voor de praktijk Zorg dat in de wijkzorgteams medewerkers beschikbaar zijn die flexibel kunnen in gaan op vragen van mensen die ondersteuning nodig hebben bij het maken van contact en als zij zich willen aan sluiten bij een buurt initiatief. Creëer ruimte en mogelijkheden voor de klantmanagers van de Dienst Werk en Inkomen, die vanaf 1 januari gebiedsgericht gaan werken, om mensen te ondersteunen als zij zich willen aansluiten bij een buurt initiatief. Creëer mogelijkheden voor medewerkers van gespecialiseerde (zorg)instellingen om mensen in hun eigen wijk te begeleiden naar wijkondernemingen en wijkinitiatieven. Daarvoor is het noodzakelijk om naast de individuele productie ook ruimte te maken voor activiteiten in het kader van ondersteunen en verbinden in de wijk. 2. Werk altijd bottom-‐up. De bewoners die deelnemen aan de initiatieven van bewoners gestuurde wijkontwikkeling vinden het belangrijk dat zij zelf aan het stuur staan van hun initiatief. Gelijkwaardigheid, doen wat bewoners zelf belangrijk en kansrijk vinden, respect voor elkaar en samen besluiten nemen zijn daarbij belangrijke uitgangspunten. Bij de ontwikkeling van “de nieuwe zorg” in de wijk is nog niet of nauwelijks sprake van betrokkenheid van bewoners. Om bewoners meer te betrekken en verantwoordelijk te laten zijn zal een proces in beweging moeten worden gezet van het huidige meepraten naar in de nabije toekomst meebeslissen en meedoen. Burgers ontwerpen mee en doen mee aan de initiatieven in de wijk, ook als het gaat om de vorming van wijk(zorg)teams. Daarbij staan de behoeften en wensen van groepen bewoners in de wijk centraal. Zorgen over problemen in de wijk worden gedeeld en expliciet gemaakt en samen wordt er gewerkt aan oplossingen. Het vertrouwen in overheid en instellingen ontstaat als er op een respectvolle en gelijkwaardige manier gewerkt wordt. Vrijwilligers die meedoen moeten niet als een bezuinigingsresultaat gezien worden maar als een belangrijke basis van samenwerken. Tools en voorbeelden voor de praktijk De werkwijze van BGW kan ook worden ingezet als het gaat om door bewoners en instellingen gezamenlijk ontwikkelen van zorginitiatieven en ook zorgstructuren in wijken. Belangrijkste uitgangspunt daarbij is dat bewoners van meet af aan betrokken worden bij initiatieven van instellingen en gemeente en ook in de planvorming en besluitvorming een gelijkwaardige rol toebedeeld krijgen. http://www.hva.nl/kc-‐maatschappij-‐recht/gedeelde-‐content/lectoraten/lectoraat-‐ management-‐van-‐cultuurverandering/publicaties/item/eindrapport-‐bewonersgestuurde-‐ wijkontwikkeling.html Op dit moment wordt in Osdorp gewerkt aan een bewoners initiatief “Lucas Zorgt” waarbij een aantal bewoners samen werken aan de realisatie van een initiatief dat zich richt op ouderen in Osdorp. http://www.lucascommunity.nl/about/ en http://werkenindewijk.nu/site/innovatie/ontwikkelen-‐en-‐realiseren-‐van-‐een-‐zorgcooperatie-‐ 2/ Ook in stadsdeel Oost wordt door bewoners meegewerkt aan het organiseren en inhoud geven van de formele en informele zorg in de buurt. De bewoners werken samen met
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
5
welzijn in De alliantie van informele zorg en participeren in de stuurgroep wijkzorg van het stadsdeel. https://wmoraadoost.wordpress.com/tag/alliantie-‐informele-‐zorg/ en http://www.dichtbij.nl/amsterdam-‐oost/regio/artikel/3483175/alliantie-‐van-‐informele-‐ zorg.aspx Eerder werden op de Oostelijke eilanden plannen ontwikkeld om bewoners direct te betrekken bij de ontwikkeling en realisatie van wijk gerichte zorg in de buurt en de start van het wijkteam. Deze plannen bleken toen (2013)politiek niet haalbaar. http://werkenindewijk.nu/site/innovatie/bewoners-‐betrekken-‐bij-‐ontwerpen-‐zorg-‐in-‐de-‐ wijk/ 3. Zoek aansluiting bij bewoners in de wijk. Zorginstellingen zullen meer en meer aansluiting moeten zoeken bij de bewoners van de wijken waarin ze gevestigd zijn. Dat is een belangrijke voorwaarde voor de deelnemers of bewoners van de instelling om mee te kunnen doen in een inclusieve wijk. Ambulante begeleiders helpen cliënten om een actieve rol te spelen in hun directe woon-‐ en leefomgeving. Ook het betrekken van buurtbewoners bij de zorg, onder andere door vrijwilligerswerk, is belangrijk voor de ontmoeting en het samen doen. Locaties van zorginstellingen zetten hiervoor gezamenlijke projecten op met buurtbewoners en buurtorganisaties. Voorbeelden daarvan zijn een buurtmoestuin, een repair-‐café, schoonmaakacties in de wijk en buurtfeesten. Ook het in de avonduren en in de weekenden beschikbaar stellen van locaties van zorginstellingen voor initiatieven in de wijk helpt de samenwerking in de wijk te vergroten. Tools en voorbeelden voor de praktijk De Volksbond heeft bijvoorbeeld burgers voor burgers gestart en hecht grote waarde aan samenwerking met de wijk. Doel is dat cliënten meedoen, niet alleen binnen de Volksbond, maar ook daarbuiten. http://www.volksbond.nl/website/?id=365 Centrum Kijkduin, een activiteitencentrum van Cordaan in Bos en Lommer, wil een onderdeel worden van de buurt. Zij willen een community op bouwen waarin zowel mensen met als mensen zonder beperkingen uit de buurt een veilige en prettige plek vinden om te werken en zicht te ontspannen. http://www.cordaan.nl/locatiewijzer/geestelijke_gezondheidszorg/werk_en_dagbesteding/c entrum_kijkduin Prisma voert in de wijken projecten uit gericht op de integratie van burgers met verstandelijke beperkingen in hun wijk.http://www.stichtingprisma.nl/projecten/ In Almere Haven werken Inspiratie Inc. en Kwintes samen in een activiteitencentrum http://inspiratie-‐inc.nl/index.php/buurt-‐thuis-‐jan-‐steen Kijkduinmedia, een van de werkprojecten binnen het centrum ontwikkelt zich tot een buurtbedrijfje http://www.kijkduinmedia.nl
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
6
4. Stel kwartiermakers10 aan. Kwartiermakers werken aan inclusie door ruimte voor ‘anders zijn’ te faciliteren. Meedoen van mensen in kwetsbare posities heeft alleen kans van slagen als de samenleving werkelijk ruimte maakt voor mensen met een handicap. Om dat te bereiken zullen de belangen van de mensen met beperkingen steeds opnieuw moeten worden achterhaald, gearticuleerd en behartigd. Zo kunnen mechanismen van uitsluiting zichtbaar en bespreekbaar gemaakt worden. Alleen met erkenning van diversiteit wordt meedoen mogelijk voor iedereen. Een valkuil is het opvoeren van de druk tot vooraf gedefinieerde participatie. Daarmee wordt het tot assimilatie, het worden als 'de anderen'. Onder die druk bezwijken juist velen. Het werken aan ruimte die maatschappelijke deelname van uitgesloten groepen mogelijk moet maken kan preciezer omschreven worden als het werken aan niches. Niches zijn omgevingen of situaties waarin mensen in staat worden gesteld/ in staat zijn zich als handelend persoon te ontwikkelen, plekken waar een gevoel van eigenwaarde en een besef van invloed te zijn worden gevoed. Niches zijn ook vaak de plekken waar de echte vernieuwing plaatsvindt. Tools en voorbeelden voor de praktijk Kwartiermaken werkt met alle relevante partijen in een wijk aan inclusie: mensen in kwetsbare posities, vitale (wijk)bewoners, aanbieders zoals een sociaal wijkteam en betrokken ambtenaren, zo mogelijk ook het onderwijs, kunstenaars en het lokale bedrijfsleven. http://www.kwartiermaken.nl/nieuws/kwartiermaken-‐kritische-‐succesfactor-‐voor-‐inclusie-‐ en-‐participatie https://www.movisie.nl/esi/kwartiermaken 5.
Organiseer dialogen in de buurt. Passiviteit en negatieve beeldvorming van bewoners over elkaar is te doorbreken door ontmoeting. Veel mensen willen wel contacten met anderen maar het lukt vaak niet op eigen kracht. Mensen worden gevoeliger voor verschillen als zij in een dialoog overeenkomsten en waardevolle verschillen ontdekken. Bewoners uit de wijk die betrokken zijn bij bewoners gestuurde wijkontwikkeling stelden vast dat uitsluiting voort komt uit onwetendheid, angst, machtsverschillen en vooroordelen. Mensen kennen over het algemeen alleen hun eigen ‘anders zijn’ en kennen de vreemde ander niet. Eigen belangen domineren en gemeenschappelijke belangen worden diffuus. Door de ontmoeting te organiseren worden kansen en mogelijkheden zichtbaar.
10
Doel van kwartiermaken is het tegengaan van uitsluiting en mogelijkheden creëren voor mensen met beperkingen om ervaringen op te doen in een sociale en maatschappelijke omgeving. Nieuwe ervaringen zoals bedoeld in het concept van activerend burgerschap. De kwartiermaker werkt aan een gastvrije samenleving door het maken van verbindingen en het organiseren van draagvlak in wijken, organisaties en samenlevingsverbanden. (Zie: G. Scholtens (2007) Acht keer kwartiemaken. SWP, Amsterdam)
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
7
Een speciale vorm van dialoog zijn de Multiloogbijeenkomsten. In deze bijeenkomsten vertellen mensen over hun psychisch lijden en delen hun verhalen hierover met anderen. Ook mensen uit hun naaste omgeving (bv. partner, ouder, vriend, buurman/vrouw, collega) vertellen er hun persoonlijke ervaringen. Het is de bedoeling om elkaars taal te gaan begrijpen en samen tot een andere ‘taal’ te komen, een taal die het mogelijk maakt jezelf en de ander beter te begrijpen en samen na te denken over mogelijkheden en kansen met elkaar. Tools en voorbeelden voor de praktijk. Aan een dialoogtafel wordt een gelijkwaardig gesprek gevoerd waarbij de deelnemers met elkaar onderzoekend praten over een thema. De dialoog leent zich goed om met grote groepen bewoners en professionals te onderzoeken wat de agenda van de wijkaanpak moet zijn. Of om bewoners te motiveren zelf initiatief te nemen. http://www.amsterdam.nl/gemeente/organisatie-‐ diensten/wzs/wonen/toolkit/interactie_en/virtuele-‐map/dialoogtafels/ De stichting integratie, participatie en communicatie (IPC) (sinds 1999) heeft de doelstelling activiteiten te ontplooien ten behoeve van integratie en participatie van mensen met psychische beperkingen in de samenleving. De stichting IPC heeft in de afgelopen 15 jaar al in verschillende wijken van Amsterdam Multilooggesprekken georganiseerd. http://www.inca-‐pa.nl/ Programma’s op middelbare scholen waar gesproken wordt over de (gewenste) organisatie van de zorg en de verantwoordelijkheid voor elkaars welzijn. 6. In iedere wijk zijn buurtmaatjes actief. Het toe leiden van bewoners met een beperking naar wijk initiatieven (anders dan de eigen categorale instellingsvoorzieningen in de wijk) past nog niet in het huidige beleid van de meeste zorgorganisaties. Het werkt tegen de eigen financiële belangen en medewerkers krijgen daarom onvoldoende tijd en mogelijkheden om zich in te zetten voor het motiveren en ondersteunen van bewoners met een beperking naar dergelijke bewonersinitiatieven Voor veel mensen is het lastig om ergens alleen op af te stappen. Om alleen naar een park te gaan of naar een buurtinitiatief of buurtbijeenkomst maar ook om alleen naar de huisarts, sociale dienst of specialist te gaan. Het is niet altijd mogelijke en ook niet nodig om professionele ondersteuning in te zetten om mensen te begeleiden naar buurtinitiatieven en instanties. De Amsterdamse Vriendendiensten brengt in diverse stadsdelen al buurtgenoten met en zonder psychische problemen bijeen die samen dingen willen ondernemen. Zij begeleiden ook de mensen, die dat wensen, naar buurt activiteiten en ander soortige initiatieven in de buurt. Niet iedereen gaat gemakkelijk alleen naar een afspraak met arts of sociale instantie. Als bewoners uit de buurt, die betrokken zijn bij stadsdorpen of coöperaties , mee gaan levert
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
8
dit op termijn een grotere collectieve kennis op voor deze bewoners. Bewoners kunnen door hun betrokkenheid kennis verzamelen die zij met elkaar in de buurt kunnen delen en die ook mede bepalend kunnen zijn voor de zorgkeuzes die zij vervolgens in de toekomst gaan maken. Tools en voorbeelden voor de praktijk Buurtmaatjes zijn er voor iedereen uit de buurt. Clubs van buurtbewoners die elkaar op een centrale plek ontmoeten en samen iets leuks gaan doen. Buurtmaatjes ondersteunen bewoners met een beperking om aansluiting te vinden bij een door hen zelf gekozen project of initiatief in de buurt. Zij doen dat ook als talentcoach en netwerkcoach. Buurtmaatjes zijn nu reeds actief in de stadsdelen West, Nieuw-‐West en Centrum. http://www.deregenboog.org/buurtmaatjes In Plan van Gool hebben bewoners zelf het initiatief genomen om buurtgenoten die geisoleerd leven te gaan bezoeken en hen te begeleiden naar buurtinitiatieven. www.samenkrachtigplanvangool.nl 7. In alle wijken zijn ervaringswerkers beschikbaar. Het realiseren van participatie van mensen met beperkingen in wijken heeft meer kans van slagen als er ervaringswerkers worden ingezet. Ervaringswerkers hebben van hun problemen hun kracht gemaakt. Zij hebben meer kennis over begrip en empathie voor mensen die anders zijn en/of het leven met een verslaving of sociaal minimum. Zij zijn in staat om hun eigen ervaringen in te zetten voor anderen zonder dat de persoonlijke emotie die daarbij in een eerdere fase een rol speelde nog een belemmering vormt. Zij kunnen bewoners die dat wensen ondersteuning bieden bij het leven met een beperking en bruggen bouwen naar elkaar en naar meer zelfstandigheid. Tools en voorbeelden voor de praktijk Panoramix op Kanaleneiland in Utrecht staat voor betere vooruitzichten en meer kansen naar eigen toekomst mogelijkheden. Panoramix biedt bewoners perspectief om op eigen kracht weer stapjes te kunnen maken en daarbij ondersteund te worden door ervaringsdeskundigen. http://panoramixkanaleneiland.nl/contact/team/ Ervaringsdeskundigheid is meer dan het hebben van een ervaring. Een ervaringsdeskundige heeft geleerd van zijn ervaring én van de ervaringen van anderen. Hij of zij weet deze ervaringskennis functioneel in te zetten. Ervaringsdeskundigen zijn vaak aan het pionieren. Zeker op de plekken waar TEAMED haar ervaringsdeskundigen inzet: welzijn, schuldhulpverlening, in de wijk... De vliegende brigade van TeamEd is actief in verschillende buurten in Amsterdam. Zij bieden mensen een steuntje in de rug zodat zij weer de regie over hun leven nemen en indien zij dat wensen te toe leiden naar bestaande buurtinitiatieven.
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
9
http://www.teamed.nl/ De opleiding ervaringsdeskundigen (TOED) biedt mogelijkheden voor mensen met persoonlijke ervaring in de geestelijke gezondheidszorg en bij de sociale dienst. Zij leren om deze ervaring los te zien van het persoonlijke en functioneel in te zetten. http://www.igpb.nl/trainingen/toed http://www.ervaringswerkers.org/ 8. Organiseer leerkringen om van elkaars ervaring en praktijken te kunnen leren. Werken aan participatie en inclusie gebeurt samen met de persoon met een beperking. Iedere persoon is anders en elke situatie is anders. Bovendien hebben professionals die werken aan participatie en inclusie vaak een eigen stijl en benadering. Bij werken aan participatie en inclusie gaat het daarom om het inspelen op nieuwe situaties en op een diversiteit aan mensen. De werkmethode voor het ondersteunen bij participatie en inclusie ligt daardoor niet vast, maar medewerkers passen hun benadering aan door te leren van ervaringen. Organisaties die willen veranderen en innoveren, met name om flexibel te kunnen reageren op veranderende omstandigheden, doen er wijs aan om meer te vertrouwen op de impliciete vaak verborgen creativiteit en kennis van professionals, deelnemers/cliënten én wijkbewoners. Dat is de zogeheten stille kennis, die bestaat uit ervaringen, eigen oplossingen, intuïties, praktische oordelen en inschattingen, ‘ambachtelijke’ vaardigheden. Het is de kennis die in de hoofden, handen en ogen is opgeslagen. Om deze kennis te cultiveren, delen, versterken, verrijken is een stevige leeromgeving noodzakelijk. Daarin is naast de practice-‐based en evidence based kennis ook plaats voor de impliciete, stille, ambachtelijke kennis. Innovaties en nieuwe ideeën krijgen in een dergelijke omgeving meer kans. Door kennis van professionals, deelnemers/ervaringsdeskundigen en wijkbewoners te koppelen ontstaan er leerprocessen van binnenuit en van onderop in een wijk. Tools en voorbeelden voor de praktijk Centrum Kijkduin in Bos en Lommer, het Dagbestedingsproject Haarlemmerstraat, de Buurtboerderij in Westerpark en het Dierendok in Noord hebben de handen in een geslagen en vormen samen een leer/kenniskring. Zij wisselen met elkaar ervaring en kennis uit over de wijze waarop zij samensturing realiseren, hoe zij de samenwerking met de buurt vormgeven en hoe de professionals meer van zorgen voor naar zorgen dat kantelen. http://werkenindewijk.nu/site/diensten/trainingen/ Bewonersacademie Zuid Oost (BAZO). In ZO is zeer veel talent en kennis aanwezig. Om deze talenten meer tot wasdom te laten komen is de bewonersacademie ZO opgezet. Met de BAZO kunnen bewoners van elkaar leren, ervaring opdoen en kennis delen. http://www.kwanda.nl/cooperatie/bazo-‐leernetwerk-‐voor-‐en-‐door-‐bewoners/ 9. Bevorder sociaal ondernemen in de wijk. Nederland en daarmee Amsterdam kent verschillende urgente maatschappelijke vraagstukken in het sociale domein, zoals (achterblijvende) maatschappelijke participatie, integratie en leefbaarheid. Voor de aanpak van die vraagstukken wordt nu de nadruk gelegd Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
10
op eigen kracht, zelfredzaamheid, (sociale) innovatie en eigen verantwoordelijkheid van burgers en ondernemers. Sinds een aantal jaren is hierbij meer aandacht voor sociaal ondernemerschap. Sociaal ondernemerschap sluit aan bij de huidige tendens van decentralisatie van verantwoordelijkheden en de veranderende rol van de overheid. Hierbij gaat het om financieel zelfvoorzienende ondernemingen, die primair een maatschappelijk doel nastreven met een ondernemersaanpak en verdienmodel. Sociale ondernemingen leveren een bijdrage aan de doelstellingen om arbeidsmatige dagbesteding te bevorderen. Ook begeleiden en ondersteunen zij bij de plaatsing van mensen met een beperkte loonwaarde bij werkgevers. Daarnaast begeleiden sociale ondernemers deze mensen ook op het werk. Dit sluit aan bij de Participatiewet en de hernieuwde WMO. Centraal binnen deze wetten staat de gedachte mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt veel meer op plekken te laten participeren midden in de samenleving. De doelgroep die begeleid wordt, bestaat voornamelijk uit mensen die het op de reguliere arbeidsmarkt (nog) niet redden. Doordat de ondernemingen een deel van de kosten dekken met marktopbrengsten van hun eigen producten en diensten, creëren deze organisaties en de gemeente Amsterdam op gezamenlijke wijze kansen voor de doelgroep. De gemeente Amsterdam wil de ontwikkeling van sociale ondernemingen in wijken stimuleren en zal daartoe een goed ondernemingsklimaat moeten creëren door onder andere ondersteuningsprogramma’s te bieden. Tools en voorbeelden voor de praktijk Op de website sociale zaken worden sociale ondernemingen in Amsterdam in beeld gebracht. http://socialezaken.info/nl/home Lucafe in Osdorp is een voorbeeld van een onderneemster uit de buurt die vanuit de Lucas Community een catering bedrijfje is gestart, inkomsten genereert en daarbij werkt vanuit een sociale doelstelling. http://www.lucascommunity.nl/lucafe/ In buurtonderneming De Serre kunnen bewoners en ondernemers in Nieuw West hun (zakelijke) ideeën realiseren. http://www.deserre-‐amsterdam.nl Voor meer informatie : Carmen Salvador -‐ De Volksbond, Hans Wijnands -‐ De Regenbooggroep, Corine van de Burgt – De Omslag of Kees Onderwater – Werken in de wijk/Januscoalitie
Werken aan inclusieve wijken 14-‐1-‐2015
11