Een kritisch imago in een vrijgeleide markt Zwartboek overleven in een pestcultuur
Elze
te Winkel
De Achterhoekse mentaliteit. Dat is wij samen tegen de rest. Want samen staan we sterk.... tegenover het gezag;:'De Hoge Heren' 'uit Den Haag' en 'Brus sel', die ons zeggen wat te doen. Die de hoogte van het maaiveld bepalen. Die ons zeggen ons hoofd te buigen voor economische en intellectuele succesvollen en slimmerikken. Ons voor hun karretje spannen. Ons vertellen dat en hoe we anderen door het stof van het maaiveld moeten laten gaan. Hoe we anderen tot stof kunnen maken of tot stof laten wederkeren.... als ze kriisch zijn, al te slim, al te succesvol, en/of al te invloedrijk. Als ze boven het maaiveld uitsteken. Of de hoogte van het maaiveld [willen] verhogen. Want het maaiveld dat bepalen we zelf.... samen,.. zeg gen ze.... op z'n Achterhoeks.... slim succesvol want zij zijn de deskundigen in het verzamelen van menselijk kapitaal die alles doet wat zij willen. En een 'śch(r)ik' dat ze hebben..... 'De Hoge Heren' …. uit Den Haag en De Achterhoek. Want o wee als je boven het [Achterhoekse] maaiveld uitsteekt. Als je ze te slim af bent. Of te succesvol. Of te invloedrijk. Als je hun claim op anderen ongedaan wil maken. Maken ze je meteen een kopje kleiner. Word je tot stof verstampt. Daarom willen Achterhoekers geen conflicten en groepsgedrag. Laten ze zich gezagsge trouw van de mooiste kant zien en doen ze precies zo lelijk als ze geacht worden te doen. Zeggen ze jaojao tegen het Haagse maaiveld en handelen ze nejnej con form de gesnelde koppen uit de Achterhoek. Daarom paaien ze het gezag, zaaien ze [met heethoofdig genoegen] haat over iedereen die dat niet doet en snaaien ze alles van diegenen die hun niet aanstaan. En wassen ze als één [religieus communi sticerende] familieman hun [razendsnel kapitaliserende] handen gespleten in de on schuld van de zondebok. Want zo voelen ze zich slim. Zo denken ze heer en mees ter te zijn over de rest. Zo nemen ze iedereen die boven hun maaiveld uitsteekt te grazen, bedreigen ze alles wat boven hen uit zou kunnen groeien, en zijn ze [zo bang als] de pest voor 'die vrouw'.... die hun de illusie ontneemt dat ze anders zijn en/of beter dan 'die Hoge Heren' uit Den Haag en elders. Want een Achterhoekse mentaliteit is (n)yx, is – kwaadaardig claimend, manipula tief saboterend en sadistisch uitbuitend – patriarchen gedrag, dat suggereert een eenvoudig, open(lijk] bescheiden onzichtbaar dienstbaar deel van een vredelieven de familiegroep te zijn. En wie kan dat nou beter [de vinger op die suggestieve plek leggen] dan een Achterhoeks geboren en getogen vrouw.
Inhoud 1 Het arbeidsmarktbeleid .......................................................................................7 1.1 CWI – Zutphen............................................................................................................ 7 1.2 CWI onderdeel Gemeente Vorden.............................................................................9 1.3 KLIQ.......................................................................................................................... 10 1.4 CWI – Winterswijk.................................................................................................... 11 1.5 PrincenGroup............................................................................................................ 12 1.6 Kanttekeningen ......................................................................................................... 16
2 Het huizenmarktbeleid........................................................................................20 2.1 De makelaar.............................................................................................................. 20 2.2 Woningcorporatie De Stiepel.....................................................................................24 2.3 Woningcorporatie De Woonplaats.............................................................................26 2.4 De woning.................................................................................................................. 31 2.5 Klachtencommissie.................................................................................................... 34 2.6 Kanttekeningen.......................................................................................................... 36
3 Het overheidsbeleid............................................................................................41 3.1 Gemeente Vorden..................................................................................................... 41 3.2 Gemeente Winterswijk............................................................................................... 42 3.3 Milieu......................................................................................................................... 48 3.4 Kanttekeningen.......................................................................................................... 49
4 Organisatiebeleid................................................................................................54 4.1 En zo voort................................................................................................................ 54 4.2 Kanttekeningen.......................................................................................................... 63
5 Conclusie.............................................................................................................78 6 Bronnen................................................................................................................80
2
Inleiding ‘Recente onderzoeken geven aan dat er in het Nederlandse bedrijfsleven op grote schaal wordt gepest. Traumatische ervaringen voor de slachtoffers, die door de ex perts worden vergeleken met de gevolgen van kapingen en gijzelnemingen’, lees ik in een studiedagfolder van infoeducatie voor Directies, P&Oers en anderszins [11 1002]. Interessante kost die voor mij als werkloze P&Oer helaas niet is weggelegd. En dat terwijl mijn leven ermee doorspekt is. Mijn ervaringen vertonen zo langza merhand opvallende overeenkomsten met de Sovjet Unie die kritische mensen [klokkenluiders] oppakten en opsloten in psychiatrische inrichtingen, zoals een do cumentaire op 111202 op Ned. 3 liet zien. Want onder het dunne vernislaagje van Nederlandse tolerantie en democratie blijkt een kapitalistische weerwolf te schuilen. En o wee als je daar kritiek op hebt. Ook mijn onderzoek naar de invloed van het management op cultuur en klanttevre denheid en mijn visie over de rol van P&Oer, heeft al tijdens mijn HBO studie [19961999] tot de nodige weerstanden geleid. Niet alleen vanwege het feit dat ik het lef had om een kritisch onderzoek in te stellen naar de voorwaarden voor een goed management in het algemeen en die van QtecQ [– kort daarvoor nog bekend als Holec Projects, en voor zijn faillissement en overname door Strukton en Imtech een volle dochter van Begemann ] in het bijzonder, maar ook dat mijn stelling was dat een P&Oer een onafhankelijke opstelling dient te hebben ten opzichte van ma nagement en personeel. En dat ik, met argumenten, het woord klant of personeels tevredenheid gebruikte in plaats van het woord klantgericht of klantvriendelijk. Het leidde tot grote irritatie en discussie binnen de opleiding en op de werkplek en el ders. Ik maakte maar slapende leiders en medewerkers wakker. 'Zo verspeel je je kansen op de arbeidsmarkt', zo graaf je je eigen graf', waarschuwde iemand van de opleiding. Ik vond dat te gek voor woorden. Leven we in een rechtstaat of in een piratenrepubliek? Maar de persoon in kwestie kreeg gelijk. Het gevolg was een toe nemend aantal sabotages en pesterijen in de opleiding en op het werk. En privé
3
want mijn toenmalige partner werkte als ITprofessional in hetzelfde bedrijf en was van het type horen, zien en zwijgen. Bij de uitreiking van mijn diploma, anderhalf jaar na het afwijzen van mijn eerste scriptie: beet men me toe: 'als je die externe adviseur [in verband met de beoorde ling van mijn scriptie] er niet bij had gehaald had je geen voldoende gekregen'. [En dus geen diploma gehad]. En dan te bedenken dat men in één adem door mijn scriptie als 'te wetenschappelijk' had betiteld en die adviseur zich zoveel mogelijk op de vlakte wilde houden 'omdat hij ook nog een eigen bedrijf had en zijn eigen glazen niet wilde ingooien'. En daar bleef het niet bij. Integendeel. Sinds 2001 – na een paar tijdelijke banen in Utrecht en beëindiging van de relatie loop ik namelijk op een wel zeer bijzondere manier tegen een muur op van bureaucratie, ‘toevallige missers’ en onbereikbaar heid. Stelselmatig krijg ik gevraagde informatie half of niet of stuurt men mij voor de zoveelste keer naar een bezwaarschrift richting B&W of anderszins. Ook worden allerhande zaken en bezwaarprocedures eindeloos vertraagd. Sociale raadslieden, bureau slachtofferhulp, advocaten of anderen zeggen mij niet te kunnen helpen ‘omdat ik het zelf wel kan’, zij ‘geen tijd’ hebben, dat ‘mijn bezwaren geen zin heb ben’ of, zoals een advocaat uit Nijmegen beweerde: ‘dat ik ook van rechters geen recht hoef te verwachten’. Dit alles vind plaats binnen diverse, bij mij vraagtekens oproepende, gebeurtenissen. Het betreft niet alleen hulp bij het zoeken naar werk, maar ook de huizenmarkt, gemeentes, overheden en anderen. En het stopt niet. Ie dere keer zijn er wel weer nieuwe zaken die om aandacht vragen of vraagtekens oproepen. In september 2002 liep mijn hoofd om. Het groeide me boven het hoofd. Bovendien had ik er een zwaar hoofd in want iedere keer stootte ik mijn hoofd tegen een nieu we lading pesterijen en vertragingstactieken. Niet vreemd dus die regelmatige hoofdpijn waardoor ik moeilijker kon nadenken en mijn reacties op de uitputtings slag van nieuwe bezwaarschriften, telefoontjes e.d. vertraagde. Want daarmee werd ik heel tactisch in de stress gehouden. Hoe kreeg ik ooit nog rust, een ander huis, werk en voldoende financiële middelen, zonder pesterijen, of moet ik zeggen, zonder vraagtekens oproepend bureaucratisme? Door mijn vrijheid van meningsui ting te laten ontnemen? Door me mijn economische en menswaardige rechten te laten afpakken? Door me mijn hele leven lang te laten isoleren? Mooi niet dus!
4
Gelukkig ben ik net een duikelaartje; ik kom altijd weer sterker uit problemen dan ooit tevoren, dankzij mijn analytische benadering. Ik ben weliswaar slachtoffer maar ik heb al vroeg in mijn leven geleerd om me staande te houden in een Achterhoek se omgeving en het slachtofferschap terug te sturen naar waar hij vandaan komt: zielepoten die anderen beschadigen om er zelf beter van te worden. Want dat zijn de echte slachtoffers. Degenen die hun rechtvaardigheidsgevoel en verantwoorde lijkheidsbesef aan de gewetenloze wilgen hangen. En dan hang je pas echt. Ik niet. Ik draag mijn hoofd fier omhoog en ga zo rechtvaardig en gelukkig als mo gelijk door met mijn leven. Daarin past ook mijn voortdurende afweging in hoeverre het de inspanning waard is om assertief mijn rechten te blijven opeisen. Op 161002, geplaagd door de zoveelste hoofdpijn en [intrinsieke] paniekaanvallen omdat ik een hoorzitting moest voorbereiden en maar niet de juiste informatie kreeg en de gemeente mij daarvoor richting het zoveelste bezwaarschrift stuurde, vind ik het welletjes. Geef mijn portie maar aan fikkie. Ik blijf liever gewoon gezond. Dan houd ik tenminste tijd over om te proberen wegen te bedenken die wel naar een ei gen inkomen kunnen leiden. Ik besluit om het roer om te gooien en over te gaan tot mijn vertrouwde aanpak: het toetsenbord. Ditmaal voor het maken van een zwart boek, want ik vind het onacceptabel dat organisaties, overheden en individuen zo zeer in staat worden gesteld om aan te zetten tot egoïsme, haat en pestgedrag. Onmiddellijk zakt de hoofdpijn tot draagbare proporties om vervolgens geleidelijk aan als sneeuw voor de zon te verdwijnen. Mijn energie stijgt en daarmee mijn hu meur. Want van die voortdurende hoofdpijn word je niet vrolijker en van aspirines of andere rotzooi wordt mijn lijf ook niet gezonder. Afstand nemen werkt veel beter weet ik uit ervaring, ook al had ik het nog zo graag anders gewild. Nu, half december, heb ik er genoeg van. Er liggen weliswaar allerhande nieuwe bezwaarschriften en vervolgtrajecten te wachten maar ik wil voorkomen om via een zwartboek alsnog al te zeer gefixeerd te raken op alle negatieve ontwikkelingen. Na alles wat er gebeurt is focus ik me liever op een zo prettige mogelijke jaarwisseling en een positieve toekomst. Daarom laat ik dit zwartboek voor wat het is: een mo mentopname in het leven van een criticus. Wat niet wil zeggen dat ik de ontwik kelingen niet nauwlettend in de gaten zal blijven houden en waar nodig vastleggen, want je weet maar nooit.....
5
De periode die in dit zwartboek aan de orde wordt gesteld loopt van mei 1998 tot en met december 2002. Locatie Achterhoek. De gebeurtenissen die mij zijn overko men heb ik puntsgewijs aan de orde gesteld met daaropvolgend mijn kanttekenin gen. Onderling vertonen de punten allerhande connecties met elkaar maar alleen voor zover strikt noodzakelijk haal ik die verbanden aan of verwijs ik specifiek naar bepaalde passages. Aan de data is te zien dat ik op kardinale momenten van alles tegelijk te verwerken kreeg waardoor ik soms zodanig in de stress kwam dat ik niet adequaat reageerde op de druk van buitenaf en daardoor fouten maakte door niet, niet goed of [te] laat te reageren. Met dit zwartboek poog ik niet alleen duidelijk te maken wat de gevolgen zijjn als je rechtvaardigheidsgevoel en verantwoordelijkheidsbesef het met logische argumen ten opneemt tegen de gewetenloosheid van een vrijgevochten kapitalistenbende en massahysterische vriendjesmarktpolitiek, maar wordt ook pijnlijk zichtbaar hoezeer een aaneenschakeling van belangrijke keuzes moeten maken in een spiraal van bedrijfsmatig geschoolde onderwijzing in paternalistisch bureaucratiserend geweld, kan leiden tot een opeenstapeling van foute beslissingen. Met als gevolg een maat schappelijke afgang naar een 'keizerlijke' bijstand op een Achterhoeks stinkend industriegebied. 311202: Vanwege het persoonlijke karakter, de te verwachten reacties en mijn door alle gebeurtenissen murw geslagen energieniveau, heb ik besloten om het zwartboek (voorlopig) niet naar buiten te brengen maar meteen door te gaan met mijn onderzoek. Nu naar de oorzaak van dit alles. Met de vraag, hoe komt de mensheid en Nederland in het bijzonder toch zo stapel mesjogge om zo met elkaar om te gaan en wat zijn de gevolgen daarvan op korte en lange termijn?
6
1
Het arbeidsmarktbeleid
Volgens de logica van 'de vrije markt' zijn waarden en normen afhankelijk van het recht van de sterkste. Als minderheid draagt een individu dus geen eigen verantwoordelijkheid over eigen waarden en normen en leven, maar is daar voor afhankelijk van het beleid van 'de sterkste', degene die de meeste mede standers en middelen om zich heen weet te verzamelen en voor zijn of haar karretje weet te spannen. Narcistische familiebedrijfsleiders maken hier dank baar misbruik en anarchistische familiebedrijfspolitiek van. Arbeidsbemidde lingsbureaus worden geacht zich hieraan te onderwerpen. Het gevolg is dat arbeidsbemiddeling alleen nog voor een selectieve, hiërarchisch gezinde, niet kritische groep is weggelegd. Zelfdenkende, kritische en andersdenkende mensen blijken niet te kunnen worden ingezet op de arbeidsmarkt. Hun ken nis en ervaring wordt afgedaan als niet waardevol en onvoldoende. Ze wor den belaagd met denigrerende opmerkingen over persoonlijkheid en visie en gebrek aan volgzaamheid, afgescheept met vertragingstactieken en onwil om te bemiddelen en geïntimideerd met 'heropvoedende' sancties ['we zullen je weleens even een plattelands lesje volgzaamheid leren' – want dat is het ideaal van landherig leidende (familie)bedrijfsleiders]. Al diegenen die niet zo makkelijk zijn te intimideren – met name kandidaten voor hogere functies – worden gedwongen tot zelfredzaamheid ['zoek het zelf maar uit, eigen schuld dikke bult']. Daarmee gaat een gemotiveerde en innovatieve groep betrouwba re burgers aan de neus van bedrijfsleven en overheid voorbij. Een kwalijke zaak die voor alle betrokkenen nog kostbaar en schadelijk is ook.
1.1 1.
CWI – Zutphen
Het begon allemaal met een foute reactie mijnerzijds. Toen ik mij in mei 1998 na het aflopen van mijn contract, liet inschrijven in Zutphen werd ik zodanig bot behan deld dat ik de inschrijving heb laten verlopen met als uitgangspunt dat ik zelf wel werk zocht. Ook een WW uitkering heb ik toen niet aangevraagd [ik woonde nog
7
2.
3.
4. 5.
6.
samen.]. Ik had een stressvolle tijd achter de rug [zie Inleiding en 2.11] en wilde me eerst wijden aan het herschrijven van de afgewezen scriptie, de verhuizing en het herstel en opbouw van relatie en gezin. Hierdoor heb ik me pas een jaar later opnieuw laten inschrijven. Hoewel ik sindsdien regelmatig contact had met het CWI, en regelmatig hulp heb gevraagd bij het zoeken naar werk. was men niet erg bereidwillig. Na mijn HBO diploma werd dit wat intensiever, maar toen was hun argument dat ik met mijn di ploma zelf wel een baan zou kunnen vinden [fase 1]. Zij zagen geen nut in extra bemiddeling [fase 2]. Uiteindelijk vond ik viavia zelf twee tijdelijke banen in Utrecht. Op 110501 had ik in verband met mijn einde contract en mijn zoeken naar werk een telefonische afspraak met het CWI. De consulent had niet eerder tijd voor een mondelinge afspraak dan op 040601. Mijn vraag of ik een jobhunter kon krijgen werd afgewezen. Ik kwam hier nog niet voor in aanmerking. Daarvoor moest ik bij het Gak zijn. Navraag bij het Gak leerde dat ik niet in aanmerking kwam voor een jobhunter omdat ik maar recht had op een half jaar [aanvullende] WW, gezien mijn onvoldoende betaalde werkervaring. [Ik werkte vanaf 1995 als P&Oer en van 1997 zowel onbetaald als betaald tot juli 1998. Daarna twee Interimfuncties vanaf juli 2000 tot mei 2001] Ik kreeg het advies om bij het aanvragen van bijstand meteen om toestemming te vragen aan de Gemeente Vorden omdat dit pas daarna kon worden opgestart en hier nog tijd overheen zou gaan. Op 040601 op het CWI bleek dat men niets meer kon doen dan wat sollicitatietips. . Op 280601 ging ik met een uitgebreide verzameling documenten naar het CWI voor de bijstandsaanvraag. Hoewel ik al bijtijds wilde aanvragen omdat ik uit erva ring weet dat het lang kan duren, mocht ik dit pas een week van tevoren doen, al dus het CWI. Na eerst een uitgebreide behandeling van de aanvraag werd er ge zegd dat ze me niet konden helpen omdat ik in Vorden moest zijn. Ze hadden dit vergeten door te geven. De Gemeente Vorden bleek deze werkzaamheden nog niet te willen afstaan aan het CWI. Er werd opnieuw een afspraak gemaakt met de Gemeente Vorden op 030701. Op 090801 heb ik weer een afspraak op het CWI. Ook nu leverde dit weer niets op als wat sollicitatietips. Ik kaartte nog weer aan hoe lang het nog duurde voordat ik hulp kreeg. Het wachten was echter nu op de Gemeente Vorden. Het was inmid dels gebruikelijk geworden dat ik uitvoerig werd nagetrokken hoe ik toch aan die
8
7.
banen in Utrecht gekomen was [via via mijn ex]. De toonzettting was zoals steeds zeer negatief. Op 150901 had ik een oriënterend gesprek in verband met mijn aanvraag voor intensieve bemiddeling. Na overleg over mijn CV en brieven die goed in elkaar ble ken te zitten volgde er een uitgebreide discussie over mijn ervaringen en visie. Meer dan de toezegging dat ik waarschijnlijk een jobhunter zou krijgen toegewezen leverde dit gesprek niet op.
1.2 1.
2.
CWI onderdeel Gemeente Vorden
Per 010701 kwam ik in de bijstand terecht. Hoewel ik al bijtijds wilde aanvragen, mocht ik dit pas een week van tevoren doen, aldus het CWI. Door een fout van het CWI kon ik uiteindelijk pas op 030702 bij de Gemeente Vorden terecht. Ten tijde van de bijstandsaanvraag vroeg ik ook informatie over tegelijkertijd solliciteren en oriënteren naar freelance startmogelijkheden. Ik kreeg informatie mee. Ook vroeg ik, naar aanleiding van het gesprek op het CWI ook hun toestemming om z.s.m. een jobhunter in te schakelen omdat ik graag zo snel mogelijk aan het werk wilde. Mij werd toegezegd dat dit besproken zou worden. Men vroeg mij of ik niet in de WAO wilde en hoeveel uur ik beschikbaar was. Ik antwoordde [verontwaardigd bij het idee alleen al] dat ik kerngezond was en fulltime beschikbaar was. Tenslotte besprak ik de situatie met de eigen woning en vroeg ik bijzondere bijstand aan in verband met de hoge hypotheekkosten. Over de eigen woning werd erg moeilijk ge daan en mij werd verbaal en nonverbaal duidelijk gemaakt dat ik een hoop proble men kon verwachten als ik het huis niet zou verkopen. Na diverse telefoontjes kwam eind augustus de beschikking tot stand. De datering van de brief was echter op 10801 afgestempeld. Omdat een voorschot was afge wezen omdat dit toch te lang zou duren voordat ik die zou krijgen, zo werd gezegd, moest ik ondertussen geld lenen om mijn hoge vaste lasten te kunnen betalen waardoor ik extra in de stress kwam te zitten. Door alle perikelen heb ik verzuimd om goed te controleren en een bezwaarschrift in te dienen. Pas in februari – toen het huis verkocht was en mijn kinderen en ik in een vakantiehuisje in Winterswijk zaten – realiseerde ik me dat ik niet alleen de bijzondere bijstand maar ook de ge wone bijstand volledig zou moeten terugbetalen en pas bij de eindafrekening zag ik dat het voorlopig vermogen niet goed was vastgesteld.
9
3. 4. 5.
Op 011001 bij het brengen van het maandelijks formulier kaartte ik aan dat ik nog steeds geen brief van hun had inzake de Jobhunting. Dat het CWI hier ook op wacht. [Ik had ze hierover gebeld]. Pas op 111001 stuurde de gemeente Vorden mij een brief in verband met de kwa lificerende intake van het CWI. Hierin werd mij meegedeeld dat ik was aangemeld bij het bureau Kliq te Zutphen voor intensieve trajectbemiddeling via Jobhunting. Bij het brengen van het maandelijks formulier, op 51101, kaartte ik aan dat ik nog steeds niets gehoord had van het CWI. Ze zouden er achter aangaan werd er gezegd.
1.3 1.
2.
3.
KLIQ
Op 141101 kreeg ik de lang verwachte uitnodiging voor een oriënterend gesprek op 221101 bij het reïntegratiebedrijf Kliq. Telefonisch had ze al aangegeven niet eerder tijd te hebben. Op 221102 bleek de consulente een oud studiegenoot te zijn en een van degenen die mij steeds weer confronteerde met het feit dat ouderen plaats moesten maken voor de jongeren en mij steevast zeer negatief benaderde om mijn kritische opstel ling inzake managementbeleid e.d. Zij werkte al jaren bij het CWI en sinds kort bij Kliq in hetzelfde gebouw. Ik had haar daar nog niet eerder gezien. Uitvoerig ging ze in op mijn laatste banen in Utrecht, mijn opstelling en visie. Zij vond dat ik eerst een sollicitatietraining moest doen en wilde nog drie maanden wachten met het inscha kelen van een jobhunter. Ik zag niets in een dergelijke training. Toen zij aangaf dat zij de Gemeente zou verwittigen dat ik niet meewerkte ben ik akkoord gegaan. Met het direct inschakelen met de Jobhunter ging zij akkoord. Haar intimiderende houding riep een oud [Achterhoeks vrouwen] reflex in me op en ik reageerde welwil lend zwijgend [reactie conform mijn moeder] voor ik het in de gaten had. Na weer eerst zelf te moeten telefoneren kreeg ik een uitnodiging voor een nieuwe afspraak op 111201 waarin ze mij een concept reïntegratieplan voorlegde ter on dertekening. Na mijn ondertekening regelde ze diezelfde dag nog een afspraak voor de sollicitatietraining. Ze vertelde dat ze weer terug ging naar het CWI en dat ik in januari een Jobhunter zou krijgen die ze goed kende. Bij het afscheid nemen zei ze dat ze weliswaar naar het CWI terugging maar dat de Jobhunter onder haar viel en ik nog niet van haar af was. ‘Je hebt nog steeds met mij te maken. Ik blijf de
10
4.
5.
6.
7.
baas.’ Verbouwereerd nam ik reflexmatig vriendelijk afscheid en dacht cynisch dat dit toch wel een bijzondere situatie was omdat het twee verschillende instanties waren. Op 121201 kreeg ik een uitnodiging voor een intakegesprek voor de sollicitatietrai ning. Daarna stuurde ze op 171201 het door iedereen ondertekende reïntegratie plan naar me toe. Op 191201, tijden het intakegesprek in Doetinchem, bleek de intakeconsulent ver baasd te zijn over de aangevraagde training, gezien mijn CV en P&O ervaring. Ze vertelde dat vanwege de drukte en de komende feestdagen het nog wel even zou kunnen duren voordat ik een uitnodiging voor een vervolg gesprek zou krijgen. Na mijn telefoontje kreeg ik op 150102 een brief van Kliq met daarin de uitnodi ging van de jobhunter van Kliq. Tijdens het gesprek op 220102 werd ik op zeer in timiderende en kleinerende manier geconfronteerd met de uitwerking van mijn oud studiegenoot. Hij praatte op zeer kleinerende manier over mijn sollicitatiepogingen, CV en brieven. Dit terwijl ik toch diverse complimenten gekregen had voor mijn CV. Ook mijn werkervaring werd 'vakkundig' de grond in geboord. Op 150201 werd mij een brief gestuurd voor een vervolg op het intakegesprek van 121201. Hierin werd ik uitgenodigd voor een eerste gesprek op 19302 en de overige drie vastgestelde data. Omdat ik een voortzetting van voorgaande ge sprekken niet gezond en zinvol achtte en in verband met de verkoop van de woning al in een vakantiehuisje zat heb ik afgezegd met de mededeling dat ik verhuisd was naar Winterswijk.
1.4 1.
2.
CWI – Winterswijk
Op 210102 maakte ik een afspraak met het CWI in Winterswijk voor inschrijving voor werk en aanvraag van een bijstandsuitkering. Ik bleek pas op 070202 terecht te kunnen. Toen ik daar kwam bleek de consulent niet op de hoogte van mijn bij standsaanvraag en moest er een nieuwe afspraak worden gemaakt. De uitkering uit Vorden kon niet worden overgenomen en ik moest opnieuw uitkering aanvragen. Over mijn haast bij het zoeken naar werk en de mogelijkheden daarin kreeg ik niet meer duidelijkheid dan dat de afspraken met Vorden over trajectbemiddeling wel zouden worden overgenomen. Op 140202 tijdens de afspraak voor de bijstandsaanvraag bleek dat alle gegevens
11
3.
4.
5.
opnieuw moesten worden aangeleverd. Huursubsidie kon ik wel aanvragen maar het was zeer twijfelachtig of dit zou worden gehonoreerd omdat het een vakantie woning betrof. Pas na de afwijzing kon ik bijzondere bijstand aanvragen. Het dos sier zou zo spoedig mogelijk worden behandeld, werd mij gezegd maar verdween demonstratief in een la waar ik bij zat met de mededeling dat eerst de stukken op het bureau moesten worden afgehandeld en dat hij het zo druk had omdat hij alles alleen moest doen. Diverse keren moest ik daarna nog weer stukken naleveren ter wijl ik juist alles meteen zo correct mogelijk had aangeleverd om vertraging te voor komen. Omdat het na de afgelopen perikelen mij allemaal even teveel was heb ik de huursusidieaanvraag in eerste instantie even laten zitten. Daarna heb ik zowel bij de woningcorporatie als bij de consulenten navraag gedaan over huursubsidie en bijzondere bijstand met ontwijkende antwoorden of opschuivingen vanwege de onbereikbaarheid van consulenten. Op mijn verzoek had ik op 210302 een gesprek in verband met mijn oriëntatie naar het starten als freelance organisatieadviseur, naast het zoeken naar een vaste baan. Mijn ideeën bleken praktisch en bruikbaar. Wel werd ik voorzichtig gewaar schuwd voor de negatieve gevolgen van mijn kritische imago in deze streek. Ge zien de moeilijke omstandigheden besloot ik mijn plan voorlopig uit te stellen en me eerst alleen op een gewone baan te richten. Ik heb enkele maanden later besloten hiervan af te zien vanwege de stress, mijn negatief imago en mijn tot het nulpunt geraakte netwerk. Op 120402, een dag na mijn telefonisch contact over de bijstandsaanvraag [zie 3.21], kreeg ik, tegelijkertijd met de brief van de gemeente het trajectplan ter on dertekening opgestuurd. Deze kon persoonlijk worden besproken dan wel onderte kend per post worden afgehandeld. Dit laatste heb ik gedaan nadat ik telefonisch nog weer had aangekaart dat ik graag zo spoedig een jobhunter zou willen hebben bij het zoeken naar werk. Pas veel later zag ik dat het formulier niet was gedateerd. Na maandenlang telkens weer gevraagd te hebben naar de beloofde trajectbemid deling, kreeg ik op 050802 een brief gestuurd met een afspraak voor 180902 met de trajectbegeleiders van de PrincenGroup.
1.5 1.
PrincenGroup
Op 18902 had ik het eerste gesprek met de PrincenGroup. Eerst volgde een intro
12
2.
3.
4. 5.
ductie van zijn kant en werd mij uitgelegd wat hun rol was bij de gemeente en hoe hun werkwijze was bij het bemiddelingstraject. Dit klonk mij als muziek in de oren, een begeleiding tot en met de werkvloer en daarna klonk uitstekend. Hij vertelde dat de PrincenGroup een half jaar geleden begonnen was met de op dracht en dat toen samen met de gemeente de lijst met mogelijke kandidaten voor bemiddeling was doorgewerkt. Ze waren op alfabethische volgorde begonnen. Ik was een van de laatsten die uitgenodigd was. Dit terwijl ik al zo vaak gevraagd had om spoed bij het helpen van een baan. Hij gaf aan dat ik een collega van hem als jobhunter zou krijgen en ging nadrukkelijk door op de jobhunter die ik mogelijk zou krijgen. Hij vertelde dat de aanpak zou zijn om zich te richten op een specifieke doelgroep. Zelf solliciteer ik overal op omdat ik breed geïnteresseerd ben en uitga van het principe hoe meer mogelijkheden, des te eerder kans. Op mijn vraag ant woordde hij dat het wel een half jaar kon duren voor ik werk zou hebben en dat dit niet sneller zou kunnen 'omdat ze zoveel tijd nodig hadden om mij te leren kennen'. Vervolgens zei hij dat het waarschijnlijk pas januari zou worden of misschien nog wel later voordat echt met bemiddeling kon worden begonnen. Zijn nonverbale boodschap luidde dat ik niet veel hulp hoefde te verwachten. Vervolgens werden mij allerhande vragen gesteld om een beeld van mij te krijgen zodat hij advies zou kunnen uitbrengen over de haalbaarheid van bemiddeling. Toen ik hem ernaar vroeg kwam naar voren dat mijn motivatie en mogelijkheden prima waren en hij diezelfde dag nog positief advies zou uitbrengen. Hij gaf aan dat de bal daarna weer bij de Gemeente lag maar dat het mogelijk nog wel vier weken kon duren voor zij fiat van de gemeente kregen. Ik vroeg of dat niet sneller kon en hij zou deze vraag doorspelen maar betwijfelde het. Ik zou zelf bericht krijgen van de gemeente. [Een paar weken later heb ik telefo nisch en mondeling bij mijn consulente nog weer op een spoedige behandeling aangedrongen.] Op 181102 kwam er ineens een telefoontje van de PrincenGroup. Waar ik bleef want ik werd verwacht. Het bleek dat ik geen uitnodiging had gehad. Ik had hele maal niets meer van de Gemeente gehoord. Er werd een nieuwe afspraak voor 261102 om 11 uur gemaakt. Een dag later werd ik weer gebeld door de Princen Group. Nu om de afspraak te wijzigen. Ze had het over het eind van de middag, noemde 16.45 uur en wijzigde dat in 13.45 uur. Daarna noemde ze bij het afscheid nemen weer 16.45 uur. Gezien mijn eerdere ervaringen besloot ik om 13.45 uur te
13
6.
gaan. Op 261102 bleek dat het inderdaad 13.45 uur moest zijn. Bij de kennismaking kwam de niet ontvangen brief naar voren maar ze kon niet achterhalen waarom ik die niet ontvangen had. Dat ik van de gemeente ook niets gehoord had verbaasde haar niet want dat was niet de gewoonte volgens haar. Ik haalde aan dat haar colle ga anders had aangegeven. Vervolgens werd uitvoerig stil gestaan bij de woonsituatie. [Ik had inmiddels een soort seniorenwoning met 2 slaapkamers en een vlizotrap naar de zoldel – zie woonbeleid]. Voor de zoveelste keer hoorde ik dat ik mijn twee zoons van 18 en 16 niet ieder een eigen kamer hoefde te geven [Ik slaap op een luchtbed in de woon kamer]. In het kader van arbeidsbemiddeling vroeg ze toestemming om een huisbe zoek te brengen om mij beter te leren kennen. Hoewel ik toestemde vond ik dit erg ver gaan en niet relevant voor het bemiddelen bij werk. [Ik woon niet representatief met een oude in stukken belegde vloerbedekking en opgeslagen dozen in de hal en een dito woonbuurt]. Negatief werd gereageerd op mijn willen wonen en werken in het midden van het land en de reisafstand zolang ik daar nog geen woning heb. Ik gaf aan dat ik zo gauw mogelijk weg wilde uit dit deel van het land en een baan in het midden van het land wilde. Ik heb vanuit Vorden ook een dagelijkse treinreis gemaakt naar Utrecht en zou dit nu ook kunnen. Ik gaf aan dat ik natuurlijk voorkeur heb voor eerst een andere woning en dan werk maar ik daarvoor toch eerst een baan moet hebben en ik daardoor ook flexibeler ben voor de arbeidsmarkt. Ze vroeg waar ik op solliciteerde en ik gaf aan dat ik overal op reageerde maar, gezien mijn diverse er varingen wel meer gericht was op zorgsector, overheid of onderzoeksinstituten. Ik was zeer verbaasd te horen dat geadviseerd was om een arbeidspsychologisch onderzoek te laten doen. Ik zag daar niets in maar wilde als het niet anders kon wel meewerken. Ik vroeg of ik een kopie van de brief mocht maar ze weigerde omdat dit niet de gewoonte was. Ik moest dit eerst vragen. Dit heb ik daarom maar zo gela ten. Vervolgens werd mijn geestelijke gezondheidstoestand en mijn ervaringen uit voerig en negatief belicht. Aan het eind van het gesprek gaf ze aan dat ze mijn mogelijkheden op de arbeids markt zwaar in zag terwijl de vorige keer nog een duidelijk ander beeld was ge schetst. Gezien mijn werkervaring en aanvankelijke reacties bij de diverse sollicita tiegesprekken weet ik echter dat er geen belemmeringen zijn wat dat betreft. Het
14
7. 8.
9.
argument van haar collega dat ik teveel een denker ben en geen doener wees ik vierkant af. Ik krijg alleen geen kans om te doen. Verder heb ik, ondanks dat ik tij dens mijn diverse werkzaamheden als P&Oer te maken had met pesterijen nooit conflicten gehad, zelfs niet met onredelijk management. Voor mij is de werkstress minder erg dan de stresssituatie van de laatste jaren. Toen ik juli 2000 weer aan het werk kon, was ik ook gestresst door de omstandigheden. Ondanks dat verbeterde mijn gezondheid aanzienlijk. Ze stelde voor om zo snel mogelijk een nieuwe afspraak te maken. De datum 9 de cember viel maar dat vind ik niet echt snel. Er volgt een afspraak op 041202. Op 041202 kreeg ik een telefoontje uit Oss van de jobhunter van de Princen Group. Ze had griep en kon niet komen. Er volgde een nieuwe afspraak voor don derdag 111202. Later zag ik in mijn agenda dat dit niet klopt, het is of woensdag 11 of donderdag 12 december. Ik belde haar nummer en kreeg haar via de telefo niste van de PrincenGroup aan de lijn. PC en praatgeluiden klonken op de achter grond. Het bleek 121202 te zijn. Zoals ik al vermoedde was ze dus niet zo ziek dat ze niet naar het werk kon. Op 121202 was ik bij de Sociale Dienst i.v.m. mijn afspraak met de PrincenGroup. De deur was open maar er stond niemand bij de receptie. Ook op de bel werd niet gereageerd. Juist toen ik mijn mobiel had gepakt kwam er iemand aan en zei dat ze onderweg was. Ook nu werd er weer gecontroleerd door dezelfde persoon. Ze vroeg of ik wat wou drinken. Nee dus, maar opmerkelijk was de vraag wel, net als de controle. Eenmaal binnen ging de jobhunter dieper in over mijn werkmogelijkheden. In ons vorige gesprek had ik al mijn visie over mogelijke werkzaamheden gegeven. Ze ging hier op door en noemde een aantal beroepen als veiligheidsmedewerker, ad ministratief medewerker, een arbofunctionaris die langs bedrijven langs ging e.d. Weer allemaal MBO functies zoals altijd. Weer mijn zelfde antwoord dat ik op zich niets daartegen heb maar dat dat dit én verdringing op de arbeidsmarkt is en ik op de langere duur toch wil doorgroeien omdat ik meer in mijn mars heb. Ik gaf aan dat mijn voorkeur organisatieadviseur is en ik dit ook zelfstandig zou zijn gaan doen als ik nog een relatie had gehad. Dat, gezien mijn interesse, werken bij een onder zoeksinstituut mij erg aantrok. Dat ik mezelf ook wel zag zitten als beleidsmedewer ker maar dat de overheid steeds afwees op grond van gebrek aan overheidserva
15
10.
ring. Vanuit mijn sociale betrokkenheid en zorgervaring noemde ik ook arbofunc tionaris bij een arbobedrijf. Mijn ervaring als P&Oer zei mij echter dat, gezien het gebrek aan onafhankelijkheid van dergelijke instituten, een onafhankelijk advies aan de werkgever beperkt is en daardoor voor mij een stuk minder aantrekkelijk is. Zoals de afgelopen jaren al vaker was gebeurd, kwam weer mijn visie te sprake dat P&Oers onafhankelijk moeten zijn en mijn te sociaal gezicht voor veel managers. Ik gaf voorbeelden zoals het herstellen van salaris van ondersteunende diensten of mijn advies tot honoreren van werktijdverkorting van een adviseur. Ze zei dat mana gers dat niet willen en dat zij zichzelf daar niet aan wil branden. Ik stel dat dan haar eigen belang voor het bedrijfsbelang gaat. Ze knikt. Daarna zei ze dat haar mening is dat ik mijn mening moet aanpassen aan de mening van het management als men daarom vraagt. Ik vertelde dat voor mij algemeen belang voor eigen belang gaat. Dat ik managers waar nodig altijd op misstanden en ongerijmdheden zal attende ren. Dat ik tot ethische grenzen overwegend wel tegen mijn visie in dingen uitvoer maar dit er altijd bij zal zeggen. Dat een goede werkgever hier ruimte aan geeft net als voor mijn doorgroeimogelijkheden. Dat ik naar mijn mening het beste af ben bij zo’n werkgever of een onafhankelijk instituut als beleidsmedewerker of iets derge lijks. Tot slot zei ik nog eens dat voor mij financiële onafhankelijkheid het belangrijkste is maar dat ik wel graag mijn capaciteiten gebruik. Dat ik daarnaast via schrijven mijn ei wel kwijt kan. Aan het eind van het gesprek vroeg ze of er nog voldoende vacatures waren want ze was niet zo op de hoogte met P&O vacatures [hoewel ze een oud P&Oer is]. Afgesproken werd dat ik mijn CV zou mailen. De volgende afspraak werd 080103. Op 311202, met de overige stapel post uit het vakantiehuisje [zie Organisatiebe leid was er ook de brief bij van de PrincenGroup, gedateerd op 121102. Vreemd want ik woon al ruim een half jaar op mijn huidige adres en de gemeente is daarvan op de hoogte, getuige ook hun brief van 050802 over de 1e afspraak met de Prin cenGroep aan mijn huidige adres.
1.6 1.
Kanttekeningen
Organisaties willen meer creatieve mensen las ik ergens maar zoals altijd willen ze een schaap met vijf poten. Aan de ene kant moeten medewerkers doen wat de
16
2.
3.
4. 5.
baas zegt, geen kritiek hebben, niet zeuren en vooral: niet zelf denken maar doen wat gevraagd. Aan de andere kant willen ze een bedrijfsmatig betrokken, innovatie ve creatieveling die weet waar de maatschappij en hun bedrijf behoefte aan heeft en dat op de juiste wijze weet af te stemmen. Maar creativiteit komt voort uit men sen die kritisch zijn en grenzen stellen, die eerst denken en dan doen, die onafhan kelijk zijn en mensen en dingen op hun waarde kunnen schatten. Het zijn precies die elementen die ik in mijn HBOscriptie de Bcultuur noem, elementen die geba seerd zijn op de basiswaarden betrokkenheid, gelijkwaardigheid en respect. Ik ben een innovatief mens die organisaties en overheden op tal van manieren van dienst kan zijn, maar dan moeten ze niet bang zijn voor een kritische houding die het alge meen belang van organisatie, klant, medewerker en maatschappij voor egocen trisch eigen belang stelt. Het is alleen kortzichtig eigen belang van egocentrische bedrijfsleiders en mede werkers dat organisaties en overheden geen waardering hebben voor onafhankelijk en kritische denkers. Omdat men voldoende mensen kan krijgen die hun mening aanpassen aan die van het egocentrisch management betekent dit voor mensen zoals ik dat ze gedwongen worden tot banen waar ze geen invloed kunnen uitoefe nen, dan wel economisch worden uitgeschakeld opdat ze ‘geen gevaar meer vor men voor de zittende macht'. Zoals een consulent van CWI – Winterswijk al waarschuwde is mijn kritische imago een belemmering voor het vinden van een baan [zie 1.43]. Niet alleen in de Ach terhoek maar ook elders, zoals ik al eerder heb ondervonden. Critici vormen een bedreiging voor al die personen en organisaties die ongestoord eigen belang voor algemeen belang willen laten gaan. Gezien mijn ervaringen kan ik niet anders concluderen dan dat er bewust getracht werd en wordt om mij buiten de arbeidsmarkt te houden en op een zijspoor te zetten. Dit sluit ook aan bij het beleid wat beide gemeentes hebben laten zien. Mijn wens om snel aan de slag te komen en mijn studies en interesses en derge lijke worden neergezet als een uitzonderlijke – met de mimiek van belachelijke ge drevenheid. Ook het feit dat ik veel solliciteer op allerhande soorten banen op aller lei niveau's, zowel ver weg als in de buurt, wordt als uitsloverig weggezet. Als het aan betreffende personen en instanties ligt, moet ik me eerst arbeidsongeschikt la ten verklaren en nauwelijks of niet solliciteren, zodat ze straks reden hebben om
17
6.
7.
8. 9.
10.
me te etiquetteren als 'te lui om te werken' en 'me teveel verbeelden'. Hier wordt niet alleen aan vooroordelen vastgehouden, hier worden ze gecreëerd. Hoe langer je werkloos bent des te moeilijker wordt het om een baan te vinden. Ik vind het opmerkelijk hoe vaak er is gevraagd naar de manier waarop ik de banen in Utrecht gekregen heb en hoe ik aan die baan en stage in Roden kwam. De toonzet ting en mimiek daarbij is veelzeggend. Ook word Ik er regelmatig op geattendeerd dat ik mijn ex toch wel enorm dankbaar moet zijn voor het feit dat ik werk en stage e.d. via hem heb gekregen. Het doet denken aan lang vervlogen tijden: dankbaar moet je zijn, nederig en klein...., onder het maaiveld van de volgzame man en vrouw. Precies de toonzetting die mijn vader en de rest me met de Achterhoekse paplepel heeft ingegoten. Hoewel..., lang vervlogen? Het is goed dat men een juist beeld van me wil hebben om me te kunnen helpen, maar de mate waarin dit bij mij gebeurt gaat veel te ver. Diverse consulenten heb ben zowel op het zakelijke, als op het persoonlijke vlak op een hersenspoelende wijze van allerlei geïnsinueerd en geïntimideerd. Adequete hulp wordt met allerhan de argumenten steeds weer op de lange baan geschoven. Bovendien probeert men mij – ondanks [of dankzij?] het feit dat ik dagindaguit bewijs, onder alle omstan digheden gewoon naar behoren te kunnen blijven functioneren en solliciteren – niet alleen ziek te praten [WAO, arbeidsgehandicapt] maar met hun kluitjeinhetriet methodes en reacties ook proberen te maken. Uit de diverse acties blijkt dat zowel het CWI en de gemeente als de jobhunters de zaak lang weten te rekken en mij al bij voorbaat als onbemiddelbaar kwalificeren. Een welwillende CWI en gemeente en een goede jobhunter hadden mij binnen de kortste keren aan een baan kunnen helpen. [Zelfs bij bedrijven die moeite hebben met kritische P&Oers]. Omdat ik nauwgezet en analytisch werk en praktisch nooit ziek ben [behalve bij veel stress trager functioneren en meer moeite met naden ken], zou een vaste baan een goede basis hebben gevormd voor het in eerste in stantie blijven wonen in de koopwoning in Vorden. Van daaruit zou ik veel makkelij ker een woning elders in het land hebben kunnen huren of kopen. Iedereen die om economische redenen een baan nodig heeft zou op zijn minst on middellijk in fase 2 moeten komen en een jobhunter tot zijn beschikking moeten krij gen. Ook mensen die heel graag aan de slag willen moeten zo snel mogelijke extra
18
11.
hulp krijgen. De jobhunters moeten doen waar ze voor zijn en niets anders. Als Jobhunters zoveel tijd nodig hebben om mensen in kaart te brengen dan schort er iets aan hun noodzakelijke mensenkennis en moeten ze op zoek naar een andere baan. Dit op straffe van stevige sancties en ontslag van betreffende instanties en personen. Het is typerend hoe mensen als ik met hart voor het algemeen belang en duidelijke morele opvattingen negatief worden betiteld. Hoe mensen met onomwonden bijbe doelingen [zie 1.33] steeds hardnekkiger vasthouden aan vooroordelen. Gezien de hedendaagse maatschappelijke ontwikkelingen die de hiërarchiecultuur aanneemt, vind ik dit een zeer gevaarlijke en ontwikkeling.
19
2
Het huizenmarktbeleid
Makelaars en woningcorporaties hebben een ongehoord grote invloed op de manier waarop de cultuurverschillen en hokjesgeest in steden en dorpen in Nederland tot stand komen. Makelaars hebben niet alleen een belangrijke vinger in de pap bij het bepalen van de hoogte van de prijzen in de huizenmarkt, zij hebben ook veel mogelijk heden om via hun uitgebreide netwerk bepaalde kopers en verkopers te bena delen. Mensen die op een of andere manier 'gediskwalificeerd' worden lopen daardoor eerder de kans financieel en anderszins benadeeld te worden. Dit heeft zowel nadelige consequenties voor de persoon zelf als voor de overheid en maatschappij. Woningcorporaties kunnen door hun vrije en selectieve beleid bij de toewij zing van woningen, onder het mom van woningschaarste, de minder gewen ste woningen en wijken toebedelen aan mensen zonder koopwoning en maat schappelijk 'gediskalificeerden'. Om die woningschaarste kracht bij te zetten worden veel drie en vierkamerwoningen verkocht. Wat overblijft is een hoe veelheid oude en kleine woningen in achterstandswijken met te weinig ruimte en voorzieningen, met alle culturele en maatschappelijke consequenties van dien. De klok wordt daarmee teruggedraaid naar oude tijden toen gezinnen noodgedwongen bivakkeerden in veel te kleine woningen terwijl enkelingen verdwaalden in hun veel te grote huizen. Hierdoor blijft die tweedeling in onze samenleving, die door een bepaalde bovenlaag als zeer gewenst wordt be schouwd, maar die de samenleving onnodig in de problemen brengt.
2.1 1.
De makelaar
Na een vijfjarig veblijf in Emmen [inclusief een eenjarige scheiding] en een [omwille van de kinderen] noodgedwongen verhuizing naar een woning dichtbij het werk, hadden mijn expartner en ik een tweeondereenkap woning gekocht in Vorden. Achteraf gezien domme keuzes, zowel wat de relatiereparatie en de eerste verhui
20
2.
3.
4.
zing betreft, als de verhuizing en locatie van de tweede. Niet alleen gingen ruim een jaar na onze tweede verhuizing onze wegen opnieuw uiteen, ook bleek toen pas goed in wat voor Achterlijke hoek onze twee zoons en ik in terecht waren geko men. Want vanaf dat moment bleven 'de vrienden' van mijn kinderen weg en wer den we steeds meer gepest en onder druk gezet. In mei 2001, toen mijn baan ten einde liep, werden de psychologische en financiële pressiemiddelen van mijn ex om de woning te verkopen van een wel zeer ijzig en voor mij angstaanjagend ge halte. Mijn zelfvertrouwen en sollicitaties kwamen hierdoor behoorlijk in de knel, met name door de overeenkomst met de reacties van mijn familie. Hoewel ik me aanvankelijk nog niet wilde laten opjagen heb ik op 100702, doordat mijn ex die dag telefonisch dusdanig emotioneel en letterlijk dreigend reageerde, een dag later alsnog toegestemd en is de verkoop in gang gezet. Iedereen en zeer zeker mijn ex wist dat ik omwille van de kinderen bereid zou zijn concessies te doen in verband met de zo broodnodige rust en stabiliteit. Uiteindelijk heeft dit zeer veel nadelige gevolgen gehad voor het vinden van een nieuwe baan, mijn woning, mijn financiële positie en onze kinderen. Ook de verkoop van onze woning in Vorden op 11 juli 2001 startte meteen al ver keerd doordat de plaatselijke makelaar met fl 525.000 of uiterlijk fl 540.000, een te lage prijs inzette naar mijn mening. In vergelijking met andere woningen wilde ik inzetten op fl 585.000, [= € 265.461,42]. Door de makelaar en mijn ex werd de prijs teruggebracht tot fl 549.000, waarmee ik onder protest akkoord ben gegaan. Ook is besproken dat ik eerst een huurwoning moest hebben. De makelaar garandeerde mondeling dat hij zelf woningen had en in noodgevallen wel een ver vangende woning zou hebben. Pas door die toezegging heb ik ook daadwerkelijk ondertekend. Omdat ik wekenlang niets hoorde en ik steeds zelf moest bellen, wat volgens de makelaar kwam door de vakantieperiode, benaderde ik mijn ex om een andere ma kelaar in te schakelen. Deze weigerde. Om de zaak met mijn ex niet nog erger te maken dan die al was en al zeer zeker niet gezien de manier waarop zijn houding naar de kinderen was verlopen, liet ik de zaak op zijn beloop en ondernam ik geen verdere actie. Begin september kwam de compagnon plotseling met een paar kijkers die enthou siast waren. Beiden kwamen een tweede keer maar vielen onverklaarbaar af, waar bij de tweede kijker eerst nog fl 475.000, geboden had. In verband daarmee belde
21
ik de makelaar dat ik nog 1 jaar de tijd had en dus rustig aan wilde doen. Toen hij van het bod hoorde reageerde hij geschrokken dat hij hier niets van wist. Daarna kwam er een kijker uit Vorden die fl 455.000, bood wat ik afwees. 5. Hierna stelde de makelaar voor om de prijs te verlagen tot fl 515.000, Ik vond dit geen tactisch moment maar mijn ex ging wel akkoord. Omdat mijn financiële nood groot was vanwege de slecht op gang komende bijstandsuitkering, mijn financiële lasten en de psychologische druk heb ik zeer tegen mijn zin in weer toegestemd.. 6. Vervolgens verhoogde de aspirantkoper uit Vorden geleidelijk aan zijn bod tot fl.500.000, en 010702 opleveren. Vanwege de eerdergenoemde druk ging ik hier maar op in en er ontstond een discussie over het vastleggen in het contract van de garantie op een huurwoning voor mij en de opleverdatum. Mijn voorstel van 0102 02, na overleg met de woningbouw die mondeling zei dat ik voor januari wel een huis zou hebben, werd alleen geaccepteerd als de prijs zou dalen tot f.455.000,. Een dag na zijn aanbod liet de koper het plotseling afweten omdat hij eerst zijn eigen huis wou verkopen. 7. Sindsdien kreeg ik geen kijkers meer, nu door 11 september volgens de makelaar [maanden later hoorde ik van mijn garagehouder dat hij ook interesse in mijn huis had gehad maar dat hij bot ving omdat er een optie op was. Ook in de trein naar Zutphen hoorde ik een soortgelijk verhaal]. Navraag bij de makelaar leverde een onduidelijk verhaal op. 8. Omdat mijn vertrouwen in de makelaar inmiddels tot het nulpunt was gedaald en gezien de reacties in dit dorp en de uitspraken van de makelaar [‘met je ex kun je alle kanten op’] vroeg ik op 081101 advies van de NVM makelaar en de Gemeen te Vorden. NVM adviseerde mij dringend een andere/eigen makelaar te nemen. De Gemeente adviseerde mij om de notaris of een advocaat in te schakelen. Mijn ex was laaiend en vond mij veel te wantrouwend. Hij wilde niets van de adviezen weten. 9. Twee dagen later, op 101101 bleek de Vordense aspirantkoper zijn eigen huis in eens verkocht te hebben aan een huurder en kwam opnieuw terug met het bod van fl 470.000, en het feit dat hij er in december of januari in wilde. Ik weigerde omdat ik én de prijs te laag vond én eerst een huurcontract wilde. 10. Daarna bleek de makelaar ineens helemaal zelf geen woningen te hebben zoals hij ons had verteld. Na enkele weken getouwtrek waarbij ook mijn ex onverrichter zake contact bleek te hebben opgenomen met de woningbouw, belde hij mij op 261101
22
11.
12.
13. 14.
15.
opnieuw op om mij over te halen om akkoord te gaan. Hij zei ‘dat ik altijd gelijk heb en dat hij nou eens gelijk wil hebben’. Ik reageerde tevergeefs dat het geen wedstrijd is maar dat het gaat om de logica van argumenten. Daarna belde ik de makelaar en nadat ik hem opnieuw mijn bezwaren kenbaar had gemaakt, trok ik mijn opdracht aan de makelaar in. Een eigen makelaar of advocaat durfde ik [ook financieel] niet aan. Mijn ex hield de makelaar aan. De reacties van mijn ex naast de diverse andere zaken die tegelijkertijd speelden [zie overige hoofdstukken] eisten hun tol. Ik was mentaal en fysiek uitgeput. Daar naast belde mijn vader mij regelmatig op om mij uit te horen en belde mijn moeder mij om mij te beïnvloeden om toch maar te doen wat iedereen wilde dat ik deed. Het gevolg was dat ik, tegen mijn voornemens in om het niet te doen iedere keer weer alles vertelde wat mijn ouders en ex wilden horen [mijn familie heeft mijn hele leven al een moeizame relatie met mij omdat ik 'te eigenwijs' ben in hun ogen waar door zij zich genoodzaakt voelen mij voortdurend Achterhoekse lesjes in volgzaam heid te leren en met mijn ex nog steeds een goed contact]. De onderhandelingen heb ik sindsdien overgelaten aan mijn ex. Op 011201 kreeg ik een brief van de advocaat van mijn ex met de sommering om het koopcontract binnen 8 dagen te ondertekenen. Na nog een paar vergeefse pogingen om contact met mijn ex te krijgen om dit onderling op te lossen, heb ik zo zorgvuldig mogelijk een advocaat gezocht. Het bleek niet mogelijk om een van die advocaten te krijgen die mij was geadviseerd en ik moest akkoord gaan met ie mand anders. Deze gaf mij echter niet de juiste informatie over de procedure maar deed het voorkomen alsof ik het beste nog even kon wachten. Dit bleek juist niet de juiste handelswijze en de advocaat van mijn ex had daarop met de rechtbank reeds een datum in januari vastgesteld. Toen het verweer van mijn advocaat ook niet de correcte tekst bevatte en we niet tot overeenstemming konden komen heb ik de procedure van mijn advocaat over genomen en de door mij gewijzigde brief zelf verstuurd. Omdat ik een juridische confrontatie met mijn ex niet bevordelijk vond voor de toch al moeizame relatie tussen vader en zoons, heb ik op 311202 alsnog het koop contract ondertekend. De woning was voor fl. 500.000, aan de Vordense geïnte resseerde verkocht. Toen ik per 060202 de woning wilde opleveren, bleek dat de aspirantkoper ineens pas per 010302 de woning wilde betrekken. De woning heeft daardoor nog bijna
23
een maand leeg gestaan op mijn kosten.
2.2 1.
2.
3.
Woningcorporatie De Stiepel
Omdat mijn baan in Utrecht was beëindigd en ik bij geen enkele woningcorporatie stond ingeschreven, noch in de Randstad [wat ik het liefste wilde, onder meer van wege werkgelegenheid], noch elders, zijn in overleg met mijn ex en de woningcor poratie de Stiepel in mei 2001 zekerheidshalve de punten van mijn ex [die op mijn aandringen stond ingeschreven bij de woningcorporatie maar niet in Vorden of om geving wilde wonen], naar mij overgeheveld. Daarmee was ik in alle deelnemende corporaties van Oost Gelderland ingeschreven en mocht ik op alle beschikbare [U] woningen reageren mits binnen de regio wonend. Alleen Zutphen, de plaats waar de kinderen hun school hadden, maakte daar geen deel van uit. Maar ook daar schreef ik me in, alhoewel ik daar op korte termijn geen woning hoefde te verwach ten, zo werd mij verzekerd. In juli heb ik urgentie aangevraagd en gekregen. Mij werd, ook schriftelijk, toege zegd dat ik binnen een half jaar een woning zou kunnen hebben. Mocht dit niet zo zijn dan bleef mijn urgentie toekenning gehandhaafd tot ik een woning had. Hoeveel extra punten ik zou krijgen moest nog worden bekeken. Omdat ik verder geen infor matie kreeg, was ik in de veronderstelling dat ik enkele malen mocht weigeren als een woning niet geschikt zou zijn. Gezien de mogelijkheden en omstandigheden [geen woning in Randstad of Zut phen en de Vordense gewoontes heb ik, na overleg met de kinderen, zowel bij de Stiepel als bij woningcorporatie De Woonplaats in Winterswijk [een van de deelne mende corporaties] aangegeven dat het wonen in mijn geboorteplaats Winterswijk mijn voorkeur had. Niet in de laatste plaats om wille van een al jarenlang gekoester de wens van mijn moeder, haar kinderen op fietsafstand. Mijn moeder juichte dit toe, vervolgens belt mijn vader en zegt, zonder argumenten, nadrukkelijk dit toch vooral niet te doen en daarna belt mijn moeder om zijn reactie te bevestigen en toch maar niet naar Winterswijk te komen. Ik heb dit – dom genoeg – voor kennisgeving aangenomen. Vanwege het voorkeursbeleid van urgenten – degene met de oudste urgentiever klaring krijgt voorrang, maar in de eerste plaats in de eigen woonplaats; als een bui tendeplaatswonende meer punten heeft wordt er door de corporaties overleg ge
24
4. 5.
6.
7. 8.
9.
10.
voerd heb ik zoveel mogelijk in beide plaatsen op woningen gereageerd. De ont wikkelingen met betrekking tot de verkoop heb ik steeds tijdig doorgegeven. Het toegekende puntenaantal bleef ook na herhaaldelijk vragen onbeantwoord. Mij werd te verstaan gegeven dat ik alleen voor een urgentiewoning in aanmerking kwam maar wel op alle woningen moest reageren, ook op driekamerwoningen. Vanwege mijn werkkamer en mijn piano vroeg ik in hoeverre er rekening met mu ziek en extra ruimte kon worden gehouden. Hier kreeg ik weer geen antwoord op dan dat ik overal op moest reageren. In de loop van een half jaar kwamen slechts drie urgentiewoningen in Vorden be schikbaar. De tweede urgentiewoning was een vierkamerwoning. Ik was de derde urgente. Verder attendeerde de corporatie mij regelmatig op woningen in Zelhem waar ook urgentiewoningen vrijkwamen. Hoewel ik geen binding heb met Zelhem [net zomin als in andere omringende plaatsen overigens] heb ik wel even getwijfeld. Omdat de kinderen de fietsafstand naar school bezwaarlijk vonden heb ik daar van afgezien. Na een telefoontje werd mij op 101001 mondeling toegezegd dat ik vóór januari wel een woning zou hebben. Op deze basis ben ik verder gegaan met de verkoop onderhandelingen. Op 271101 belde ik met de gemeente omdat ik nog steeds geen woningtoezeg ging had. Nadat zij met de woningcorporatie gebeld hadden, kreeg ik te horen dat ik voorlopig geen garantie kon krijgen, niet voor januari zoals eerst was toegezegd, ook niet binnen 1 of 1,5 jaar en ook geen duurdere woning omdat ik in de bijstand zat. Mijn argument dat ik met een baan dit zou kunnen bekostigen werd door de ge meenteconsulente aangevallen alsof ze de woningcorporatie zelf vertegenwoordig de. De woningcorporatie die ik daarna belde vertelde hetzelfde verhaal. Nu bleek echter dat ik wel een duurdere huurwoning zou kunnen krijgen. Op mijn verzoek kreeg ik op 291102 een schriftelijke bevestiging met de inhoud dat ik voorlopig nog geen woning zou kunnen krijgen maar dat mijn urgentie ge handhaafd zou blijven en ze ernaar streefden dit binnen zes maanden rond te krij gen. Dus geen enkele garantie. In verband met druk van mijn ex, familie en anderen nam ik op 031201 opnieuw contact op met de woningcorporatie. Nu bleek het dat men ook geen garanties wil de geven binnen het termijn van een jaar of langer. Het kon nog wel enkele maan
25
den duren voordat ik een woning zou kunnen krijgen. Een duurdere huurwoning bleek volgens deze medewerker echter niet mogelijk. 11.
12.
13. 14.
15.
Ondertussen bleek de makelaar zonder mijn toestemming met de Stiepel contact opgenomen te hebben omdat de aspirantkoper zo snel mogelijk in de woning wilde. Twee weken later komt er opeens een zeer kleine Uwoning beschikbaar. Ik wil niet reageren maar naar Winterswijk, beu als ik ben van al het pestgedrag maar na de zoveelste telefonische manipulaties van mijn ex en familie, om toch maar niet in Winterswijk te gaan wonen, doe ik dit alsnog. Op 271201 bel ik alsnog beide woningcorporaties om te zeggen dat ik vanwege de pesterijen definitief in Winterswijk wil wonen en dat de woning waar ik op heb ge reageerd verscheurd kan worden. De Woonplaats doet moeilijk en geeft aan voorlo pig geen woning te kunnen aanbieden. Dan maar een tijdelijke geef ik aan maar ook dat lijkt niet te kunnen. Een dag later lag de aanbieding voor de woning in de bus. Ik heb de woning gewei gerd en de reden schriftelijk duidelijk gemaakt met daarbij het verzoek om mijn in schrijving, punten en urgentieverklaring over te hevelen naar De Woonplaats. De Woonplaats belde mij enkele dagen later op en wees mij erop dat het nog wel even kon duren voor ik een woning in Winterswijk zou kunnen krijgen, dat mijn ur gentie zou worden ingetrokken en ik in Winterswijk geen urgentie zou kunnen krij gen. Zij had reeds geregeld met De Stiepel dat ik alsnog de woning zou kunnen krij gen als ik zou willen. Ik heb haar aangegeven dat de sociale druk dermate onaan genaam was dat mij niet anders reste dan uit Vorden weg te gaan. Sociale redenen als de mijne waren echter geen reden voor wijziging van dat beleid, tenzij de politie eraan te pas was gekomen was haar antwoord. Op 080102 werd mijn urgentie in Vorden zonder nadere toelichting ingetrokken. Ik was zo murw dat ik pas een begin mei bezwaar maakte tegen de gang van zaken bij de Stiepel toen ik alsnog de klachtencommissie inschakelde.
2.3 1.
Woningcorporatie De Woonplaats
Op 230102 belde ik de afdeling Bestuurszaken van de gemeente Winterswijk. Ik legde mijn situatie met urgentieafwijzing voor en de opmerkingen en regelgeving van het ministerie van VROM inzake gemeentelijke verantwoordelijkheid [art. 12 lid
26
2.
3.
4.
5.
2 en art.19 huisvestingswet] en vroeg naar de gang van zaken in Winterswijk. Hij had in al die jaren nog nooit zoiets meegemaakt en adviseerde mij direct een advo caat in te schakelen. Hij kon niets voor mij doen omdat de Gemeente een conve nant heeft met de Woonplaats. Ik besloot dit nog niet te doen, enerzijds vanwege mijn stress op dat moment en de kosten, anderzijds vanwege mijn recente, negatie ve ervaringen met een advocaat [zie 2.112,13]. Hij gaf aan dat ik verder bij de af deling volkshuisvesting moest zijn. Daar verwees men mij weer naar de Woon plaats en het schrijven van een brief naar B&W. Ondertussen had ik allerhande woonopties de revue laten passeren en bleek er niets anders vrij te zijn dan een vaste staanplaats voor een half jaar voor een tent of een caravan [die ik niet had]. Uiteindelijk vond ik op de laatste dag van januari de mogelijkheid om van 010202 tot 210602 een vakantiewoning te huren in Win terswijk. Dit heb ik met beide handen aangegrepen. Onze inboedel werd opge slagen waarbij de piano zekerheidshalve apart bij de pianohandelaar. Vanaf 110202 stond ik officieel ingeschreven in de Burgerlijke Stand van Winters wijk. Ook hier betekende dit dat ik volgens de brochure een urgentie kan krijgen. Diezelfde dag nog vroeg ik In een persoonlijk gesprek met de Woonplaats opnieuw urgentie aan. Maar de Woonplaats handelt niet volgens de regels en wijst mijn ver zoek af. Zij wees mij op de onderlinge afspraken met de andere woningbouwcorpo raties. Gezien mijn punten [toen 23] zou ik echter wel voor een twee of driekamer flat in aanmerking komen. Driekamerwoningen waren echter schaars. Voor een be nedenwoning bleek ik 36 punten nodig te hebben, volgens haar. Ik heb haar gewe zen op het feit dat gezien de leeftijd van mijn zoons drie kamers toch minimaal nodig zijn. Dat ik daarbij ook een werkkamerinboedel en een piano kwijt moest kunnen. Zij was hiervoor niet ontvankelijk. Ik moest veel reageren maar mocht niet reageren op U, S of I woningen zoals zij telefonisch al eerder had aangegeven. Meer uitleg over urgentievoorwaarden dan dat kreeg ik, ook na herhaaldelijk aan dringen, niet. Op mijn vraag naar informatie over de regels en procedures wat de woningtoewij zing betreft, kreeg ik het antwoord dat die er niet waren. Pas nadat ik met de Ge meente en De Woonplaats in Groenlo had gebeld kreeg ik een telefoontje van de locatiemanager dat er wel degelijk wat op papier stond. Vervolgens ging er echter bij het beloofde opsturen ‘toevallig’ steeds iets mis. In de maanden daarna bleek ik maar weinig te kunnen reageren, alles wat er vrij
27
6.
7.
8.
9.
10.
kwam waren tweekamerwoningen. Eén driekamerflat bleek erg gehorig aldus be woners. Toen ik dit aankaartte bij De Woonplaats werd navraag gedaan bij de op zichter. Die raadde eveneens ten stelligste af om te reageren vanwege de gehorig heid van de woningen, wat ik dan ook niet gedaan heb. Net als bij De Stiepel werd ook bij De Woonplaats mij een aantal keren, op wel zeer botte manier, gewezen om buiten Winterswijk te reageren ondanks het feit dat men wist dat ik alleen in Winterswijk wilde wonen. De suggestie werd steeds gewekt als of ik teveel eisen had en om die reden niet reageerde. Het waren dezelfde argu menten die mijn familie en ex steeds naar voren brachten. Op 230302 heb ik op advies van de chef afdeling volkshuisvesting een bezwaar schrift geschreven aan de wethouder van volkshuisvesting waarin ik bezwaar maak tegen de gang van zaken rond de toewijzing van een woning. Hierin maak ik ook melding van door mij gesignaleerde onregelmatigheden bij het toewijzen van wo ningen [puntenaantal]. Hij gaf aan dat de gemeente weliswaar niets kon doen maar dat een brief doorsturen meestal wel effect had. Op 090402 kreeg ik een ont vangstbevestiging van de Gemeente. In een gesprek op 150402 met de huurdersvereniging hoorde ik dat zij al eerder hadden gevraagd of er niet teveel woningen verkocht werden en er zo niet een te klein aantal woningen overblijft voor situaties als gescheiden ouders e.d. Dit had ik ook al gesignaleerd evenals de onregelmatigheden in de woningtoewijzing. Zij wa ren zeer verbaasd over de gang van zaken en met mij van mening dat als ik het moest hebben van de woningen uit de krant ik nog lang kon wachten. Zij adviseer den te vragen of ik niet een koopwoning zou mogen betrekken die binnenkort vrij zou komen. Zij spraken op 180402 met De Woonplaats over mij. Op 170402 kreeg ik antwoord dat B&W niets voor mij kon doen dan de brief door sturen naar de woningbouw. Op de onregelmatigheden bij de toewijzing en de be nadering werd niet ingegaan. In het op mijn verzoek gevoerde gesprek met de locatiemanager op 180402 kreeg ik eindelijk de gevraagde informatie, hoewel het convenant wel opvallend summier bleek. In dit gesprek heb ik mijn bezwaren en situatie kenbaar gemaakt. Ook heb ik conform het advies van de huurdersvereniging voorgesteld om een koopwoning te huren omdat ik nog steeds hoop om, ondanks mijn 53 jaar, weer aan het werk te komen. Gezien mijn goed betaalde Interimfunctie tot 010501 zou dit mogelijk moeten zijn. Ik zou daarmee later mogelijk in de gelegenheid zijn om de woning als
28
11.
12.
13.
14.
nog te kopen. Zij wees dit voorstel van de hand. Wel zegde zij toe een en ander te bespreken en mij de week erop te zullen antwoorden. In een gesprek met het sociaal raadsliedenwerk zei men op 19402 en 3502 – na ruggespraak met het maatschappelijk werk dat het maatschappelijk werk al zo vaak met dit soort situaties bij de Woonplaats hadden bot gevangen en ook sociaal raadsliedenwerk weinig mogelijkheden zagen om mij te helpen. Net zomin als op enig ander gebied trouwens. Zij dacht dat ik het zelf wel kon. Dat ik het op zich wel kon maar door al die pesterijen mentaal aardig uitgeput was en wel wat hulp kon gebruiken viel haar niet duidelijk te maken. Toen de locatiemanager net met vakantie was kreeg ik, op 260402, mede namens haar, een brief waarin stond dat ik geen urgentie kreeg maar wel voor 010702 een twee of drieslaapkamerflat zou worden toegewezen. Voorwaarde was nu echter dat ik op alle woningen moest reageren. Dit in tegenstelling tot hun eerdere ant woord. De toonzetting van de brief was net als bij de telefonische en mondelinge contacten, bot. Ook werd hier voorbijgegaan aan het feit dat ik op 21 juni uit de va kantiewoning moest zijn. Een woning per 1 juli zou betekenen dat mijn kinderen en ik nog 10 dagen op straat zouden staan en kennelijk maar in de auto zou moeten bivakkeren en de rest van de spullen eveneens opslaan. Gezien het zomerseizoen, mijn uitkeringssituatie [een vast adres hebben] en de consequenties voor mijn kin deren en mij een onduldbare situatie. Mijn mondelinge bezwaar werd genegeerd, ook wat betreft het feit dat ik 21 juni op straat zou staan. Om geen risico te lopen op straat te staan heb ik daarna twee keer gereageerd op een tweekamerwoning/flat, hoewel ik niet wist hoe mijn spullen te moeten herber gen. En of het nu een flat met twee of drie slaapkamers betreft, het zou betekenen dat ik ófwel jarenlang niet kan musiceren ófwel noodgedwongen de buren overlast zou moeten bezorgen. Via een buurman kwam ik op het spoor van een leeggekomen vakantiewoning. Dit was een ongemeubileerde kleine driekamerwoning met keukenapparatuur voor per manent gebruik. Dit zou betekenen dat ik er nog een woning naast zou moeten hebben omdat permanent wonen niet is toegestaan. Om die reden heb ik deze wo ning wel genomen maar niet mijn meubels uit de opslag gehaald. Wij kampeerden zogezegd in de woning met diverse gekochte noodzakelijkheden vanwege de on toegankelijkheid van onze eigen spullen. Ik moest hierdoor extra kosten maken om dat mijn contract pas op 210602 afliep en deze woning per 15502 gehuurd
29
15.
16.
17.
18.
moest worden met een noodgedwongen mondeling afgesproken opzegtermijn van drie maanden. Afgesproken werd dat we zo snel mogelijk de eerste vakantiewoning zouden verla ten zodat hij nog enkele weken verhuurd zou kunnen worden. Later bleek dit ‘niet eerder verhuurd te kunnen worden’ dan per 150602 ook al zijn normaal gesproken op dit tijdstip vakantiewoningen erg in trek. Hierdoor moest ik weer noodgedwongen extra kosten maken. Op 230502 kreeg ik een brief van de Gemeente Winterswijk met het verzoek bin nen drie maanden een einde te maken aan de illegale bewoning. Pas na meerdere telefoonacties van mijn kant met mijn uitleg dat ik niet van plan was daar te blijven wonen maar wachtte op een woning, kreeg ik de toezegging dat ik hierop kon wachten. Het gesprek verliep echter dusdanig dat het mij na alle ervaringen niet verstandig leek om na drie maanden nog in deze woning te wonen. Hoewel ik niet op de woning had gereageerd kreeg ik op 080602 een brief van de Woonplaats waarin ze mij een tweekamerwoning zonder zoldertrap met uitzicht op een oud fabriekspand aanboden met ingang van 140602. Een gehorige woning in een verpauperde en milieuonvriendelijkstinkende buurt middenin een oud bedrijfs terrein, tussen ruziënde buren die de politie regelmatig over de vloer krijgen. Pre cies de buurt waar ik niet wilde wonen zoals ik bij mijn ouders had aangegeven. Aanvankelijk wilde ik weigeren en ik nam, vóór mijn beslissing, eerst contact op met de buren en de politie en vroeg naar de regelgeving voor de geluidsoverlast van de piano. Men heeft mij nadrukkelijk gewaarschuwd. Van de wijkagent die contact met mij zou opnemen heb ik nooit iets gehoord. Zou ik deze woning echter weigeren dan zou de woningcorporatie [en mijn familie] me daarna voor de voeten hebben geworpen dat ik te kieskeurig was. Bovendien had ik ook al een sommering van de gemeente om de eerste vakantiewoning binnen drie maanden te verlaten [zie 2.316]. Die gegevens, naast mijn moeheid, stress, en de invloed van dit alles op mijn kinderen en de financiële voordelen door de opslagbesparing, de lagere huur en huursubsidiemogelijkheid, zorgde ervoor dat ik ten einde raad de woning maar genomen heb als een betere tijdelijke woning waar onze spullen in ieder geval binnen handbereik zouden kunnen worden opgeslagen. Bij de eigenaren van het tweede vakantiehuisje kon ik alleen een deal sluiten om de borg van € 680,67 te laten schieten of een opzegtermijn van 3 maanden huur [= €1565,55] te betalen. Later bleek er binnen de kortste keren een nieuwe bewoner
30
in te zitten. 2.4 1.
2.
3.
4. 5.
De woning
Op 140602 kregen wij de sleutel. De opzichter waarschuwde nadrukkelijk dat de zolder niet voor slapen bedoeld was vanwege de CVketel. Hij liet zien dat er een dubbele groep was voor wasmachine e.d. en andere ruimtes. Hij zou die dag nog met vakantie gaan, zei hij. Als ik nog vragen of problemen had moest ik bij de Woonplaats zijn. De manier waarop dit allemaal werd gezegd gaf mij een onbeha gelijk gevoel en ik besloot extra alert te zijn. Met een gemengd gevoel zijn we een dag later begonnen met het schoonmaken van de woning. Enerzijds blij dat we na al die maanden weer een reguliere woning konden betrekken [vooral voor de kinderen een hele opluchting], anderzijds met afkeer want het contrast met ons oude huis sprak boekdelen. De woning stond in een zwaar vervuilende en verouderde bedrijfsomgeving met aan de achterkant uit zicht op de muur van een oud fabrieksgebouw, aan de voorkant twee zwaar ver pauperde overburen die er zo hun eigen [exwoonwagen]leefwijze op nahielden en aangrenzende buren die continue met elkaar in de clinch lagen. De straat had in het verleden jarenlang lang dienstgedaan als woonwagenkamp en hoewel al de cennia lang verbouwd riep de straatnaam, net als de rest van het gebied, in het dorp nog steeds een golf van afkeer op waar iedereen zijn of haar neus voor op trok. [woon je dáár.....? ]. Het afvalputje van Winterswijk zogezegd. En stinken....!!! [zie 3.2.3]. Omdat ik geen geld had, de gemeente de nodige tegenwerking leverde en niet van plan was geld te lenen en ik – het Achterhoekse gedoe meer dan beu niet van plan was langer te blijven dan strikt noodzakelijk, werd er niet geverfd en behan gen. De oude vloerbedekking zou in stukjes en beetjes op de vloer worden gelegd zodra de spullen uit de opslag kwamen. Alleen een fornuis en koelkast zou worden aangeschaft. Een buurman vroeg cynisch lachend of er wel een brandmelder in huis was. Dat ik die anders moest vragen aan de Woonplaats. Op maandag 170602 kwam er een monteur van de Woonplaats voor de meter kast en andere zaken. Het bleek dat alles niet goed was overgedragen. Hij was zeer lang in de meterkast bezig omdat er geen aparte groep was voor de wasma
31
6.
7.
8.
9.
chine. Dit klopte niet met hetgeen mij gezegd en gedemonstreerd was [zie 2.41]. Hij ging hier echter niet op in en ging stug door met het installeren van een nieuwe groep. Een tijdje later ging de hoofdschakelaar uit. Er bleek iets mis te zijn gegaan en hij moest weg om nog iets te halen. Gezien zijn manier van werken had ik er weinig vertrouwen in maar – de reacties van de Woonplaats en anderen kennende – nam ik zijn commentaar noodgedwongen voor kennisgeving aan. De volgende dag kwam, tegelijk met de opgeslagen inboedel, de Woonplaats weer om allerhande klusjes uit te voeren zoals dat heette. De verhuizers maakten cyni sche grapjes over de ‘snelle’ manier van werken van de monteurs van de Woon plaats. Een dag later hing er nog steeds een afvoergaslucht op zolder en werkte de trek schakelaar in de badkamer niet. Beu van alle gedoe heb ik de trekschakelaar maar niet gebruikt en stroom geregeld via een door mijn oudste zoon geplaatst stopcon tact. De eerste maand sliep ik in de woonkamer op een luchtbed en pakten we zo weinig mogelijk uit. Mijn twee zoons van 17 en 15 kregen ieder een eigen kamer. De zol der is alleen met een vlizotrap te bereiken. Geleidelijk aan hebben we om prakti sche en gevoelsmatige redenen [rust en stabiliteit] wat meer spullen uitgepakt. Vanaf 240702 sta ik ingeschreven in Nijmegen. Toen de zolder begaanbaar was heb ik daar een maand lang, tussen alle meubels, dozen en andere zaken geslapen. Ik ben inderdaad veiligheidshalve vanwege de lucht en allergische reacties maar weer beneden gaan slapen. Ook na een nieuwe controle van mijn klacht was er niets aan de lucht veranderd. Inmiddels slaap ik nog steeds op een luchtbed in een volgepropte woonkamer van 21 m2.
10. Op zaterdag 210902 bleken ineens zowel de wasmachine als de droger tegelijk te zijn gestopt. De droger functioneerde niet meer, het lampje van de wasmachine brandde wel maar het wasgoed bleek nog kletsnat te zijn. Beide machines staan in de badkamer met een draad gekoppeld aan de verwarming als extra veiligheids maatregel [ervaring vanuit knowhow expartner]. De droger had een zwaar geaard verlengsnoer. Bij controle bleken de stoppen niet te zijn doorgeslagen. Ik contro leerde de schakelaar in de meterkast en beide machines met het verlengsnoer op een gewoon stopcontact en daarna weer op het geaarde stopcontact. Toen ik daar
32
na de droger met het verlengsnoer nog een keer op het gewone stopcontact uitpro beerde kwam er binnen enkele seconden rook uit de koppeling tussen verlengsnoer en stekker van de droger. Bij controle bleken de stoppen weer niet te zijn doorge slagen. Het stopcontact bleek wel te werken met een föhn. Toen met een ander ge aard verlengsnoer, het geaarde stopcontact weer werd uitgeprobeerd bleek de dro ger het gewoon te doen. Het zwaar geaarde verlengsnoer had de klap voor de dro ger opgevangen. Bij verdere controle van de wasmachine bleek deze niet meer te werken. Hij pompte wel water maar draaide niet. Mijn oudste zoon dacht dat er een zekering was doorgeslagen bij de draaimotor. Dat zou het geval kunnen zijn door een te grote hoeveelheid stroom. Een telefoontje naar de Nuon gaf geen uitsluitsel; Wel verbazing dat beide machines tegelijk gestopt waren. Hij adviseerde maandag bouw en woningtoezicht te bellen. 11. Op maandag 230902 belde ik Bouw en Woningtoezicht. Ik werd doorverwezen naar de opzichter van de Woningbouw om de zaak voor te leggen voor onderzoek omdat de meter ter verantwoording is van de eigenaar, dus de Woonplaats. Wat vóór de meter komt is de verantwoordelijkheid van de Nuon. Ook moest ik schrifte lijk melding maken van de klacht en de schade. De opzichter van de Woonplaats zegde toe een installatiebedrijf te bellen voor een onderzoek. Daarna belde ik het bedrijf E. voor de reparatie van de wasmachine. 12. Op 240902 kwam de monteur van E. al vroeg voor de reparatie van de wasmachi ne. Het bleek volgens hem aan de koolborstels te liggen. Een verklaring voor een en ander had hij niet. Hij reageerde vrij bot en insinueerde dat het snoer te dun was maar moest zijn ongelijk erkennen toen ik het snoer liet zien. Hij liet mij vervolgens demonstratief de ene wat versleten koolborstel zien. Daarna presenteerde hij de rekening: € 62,47 waarvan €27,50 koolborstels en € 25, montagekosten. 13. Diezelfde middag kreeg ik bezoek van het installatiebedrijf in verband met de me terkastcontrole. Hij had de opdracht de aardlek te controleren. Ik legde uit dat dit niet genoeg was en vertelde het verhaal. Daarna heeft hij alle stopcontacten door gemeten plus de meterkast gecontroleerd. Het stopcontact in de badkamer heeft hij losgehaald en gecontroleerd. Het bleek prima in orde te zijn, mijn zoon had dit keu rig gedaan zei hij. [zie 2.37]. Ook op de overloop mankeerde er niets. De woonka mergroep gaf een iets vertraagde reactie volgens hem, maar het was niet veel voegde hij er geruststellend aan toe. [Bij teveel stroom zou mijn apparatuur in de woonkamer en keuken kapot kunnen gaan]. Hij kon niets verontrustends ontdek
33
ken, zei hij, maar zijn zorgelijke blik en houding zeiden iets anders. Hij ging direct bij de directie verslag uitbrengen en overleggen, vertelde hij. Ik zou het verslag hier over krijgen. Sindsdien heb ik geen stroomproblemen meer gehad. Ik heb nooit een verslag gezien of er iets over gehoord. Omdat ik gezien het argument van E. van de koolborstels geen positieve reactie meer hoefde te verwachten van de Woonplaats en ik al gedoe genoeg had aan mijn hoofd heb ik geen schriftelijke melding ge maakt van de klacht. 14. Dat heb ik ook niet gedaan toen de buren maandenlang blijk gaven van een opval lend extreem geluidsoverlast die steeds pas verdween als andere buren klaagden of door ingrijpen van de politie. Zelf speel ik tussen 8 en 20 uur piano en nooit lang achter elkaar. Eenmaal was het lawaai zodanig lang luid dat ik de betreffende bu ren heb gezegd dat ik ervan uitga dat zijzelf rekening houden met anderen. Dat ik, gezien mijn ervaringen, er het nut niet van in zie om een klacht in te dienen. De overlast is sindsdien 'iets' minder geworden.
2.5
Klachtencommissie
1. Op advies van de Gemeente heb ik respectievelijk op 6 en 8 mei een bezwaar schrift geschreven naar de Stiepel en de Klachtencommissie. In een brief van 16 0501 van de Stiepel kreeg ik een afwijzend antwoord. Van de klachtencommissie kreeg ik op 220502 een ontvangstbevestiging en een telefoontje met het verzoek ook een gesprek met de directeur van de Stiepel aan te vragen. Dit heb ik gedaan 2. In het gesprek dat ik had met de directeur van De Stiepel op 170602 [drie dagen nadat ik de woning had betrokken], werd mij alsnog een urgentie toegekend voor een half jaar voor de gemeente Vorden, uit coulance, zoals een dag later ook schriftelijk werd meegedeeld. De makelaar had goed contact met de directeur maar volgens hem was van enige invloed geen sprake geweest. Ik kreeg alsnog een brochure van De Stiepel mee. Hoewel ik al had aangegeven niet naar Vorden terug te willen heb ik wel geconstateerd dat sindsdien geen enkele Uwoning in Vorden is vrijgekomen; wel twee maal in Zelhem. Ik had tegen beter weten in nog even de hoop dat dit voor Winterswijk aanleiding zou zijn om alsnog urgentie te geven, gezien hun onderlinge afspraken zoals eerder aangegeven. Dit bleek echter niet het geval te zijn. 3. In een brief van 040702 kreeg ik een uitnodiging van de klachtencommissie voor
34
4.
5.
6.
7.
een hoorzitting op 170902. Eerder bleek niet te kunnen vanwege de vakantie van de locatiemanager van de Woonplaats en agendaproblematiek, aldus de secretaris. De reacties van de Stiepel [190602] en de Woonplaats [280502] waren erbij gevoegd omdat ik deze misschien niet zelf had ontvangen. Wat klopte. Op de hoorzitting van 170902 bleek alleen de Stiepel aanwezig. Tevergeefs werd gewacht op de vertegenwoordiging van de Woonplaats. Zelf had ik niemand om mij bij te staan op de hoorzitting. Hoewel ik wel het een en ander op papier had gezet met de bedoeling dit voor te lezen bleek dit overbodig want er werden alleen vragen gesteld. Omdat de Woonplaats er niet was en ik mijn tekst voor beide had bestemd, heb ik een vraag hierover maar achterwege gelaten. Tijdens de volgende hoorzitting met de Woonplaats, op 240902, zei de vervanger van de locatiemanager dat ze de brief niet hadden ontvangen. Daar hoorde ik ook dat ze alleen door tussenkomst van de gemeente en de huurdersvereniging mij alsnog een woning hadden gegeven. De voorzitter van de klachtencommissie vroeg nadrukkelijk door over de onderlinge afspraken tussen de Woningcorporaties. Ik was mentaal uitgeblust en zag geen kans meer alert te reageren op de vragen. Nadrukkelijk deelde de voorzitter mij mee dat het wel zes weken kon duren voor ik reactie kon verwachten. Op 081002 kreeg ik een brief van de klachtencommissie met de vraag of ik nog wilde reageren op aanvullende informatie van de Woonplaats. Gezien mijn lichame lijke situatie [hoofdpijn/moeheid, allergieklachten, zie ook 8.22], mijn andere proble men met de Gemeente, de opstelling van de klachtencommissie en mijn wens om ver buiten de Achterhoek te gaan wonen zodra mogelijk, heb ik verder commentaar maar achterwege gelaten. Het betrof hier notulen over urgentieafspraken en een oude brochure die aan mijn ex was gestuurd [zonder clausule over weigeren uwo ning] en de huiskrant van week 35 – 2000 over het weigeren van uwoningen. Uit de notulen komt naar voren dat als urgenten uit een andere plaats meer punten hebben dan plaatselijke urgenten er overlegd moet worden over de noodzaak. In verband met mijn klacht aan de Stiepel kreeg ik op 251002 een afwijzende brief van de klachtcommissie. Gezien de verstreken termijn van 6 weken belde ik op 201102 de klachtencommissie waar de brief over de Woonplaats bleef. Men zei dat de brief binnen enkele dagen verstuurd zou worden. Inderdaad kreeg ik op 271102 de brief van klachtencommissie. Hierin werd gesteld dat ik op alle punten ongelijk had behalve op het punt van de informatievoorziening.
35
8. Op 131202, precies op de dag dat ik twee bezwaarschriften naar de gemeente bracht, schreef en ontving ik een brief van de Woonplaats waarin zij aangaf dat zij het advies van de klachtencommissie over zou nemen. Zij maakte haar excuses voor de te trage informatievoorziening en stelde dat toen ik belde om informatie over de urgentieregels zij had gedacht dat ik het informatieboekje al had en dus alleen aanvullende gegevens wilde.
2.6 1.
2.
3. 4.
Kanttekeningen
Lezend, luisterend en ervarend wat er hier en elders in het land gebeurt, moet ik constateren dat de lokale en landelijke overheid haar greep op de toewijzing van woningen volledig heeft verloren. Makelaars en woningcorporaties handelen con form de 'samen staan we sterk' vriendjespolitiekprincipes van de vrije markt. Wil zij oneerlijke handel en toewijzing van woningen voorkomen dan zal zij rechtvaardige regels moeten creëren of aanscherpen, verantwoordelijkheid in de woningtoewij zing weer onder haar verantwoordelijkheid moeten laten vallen en goed controleren op de naleving ervan. Zowel de makelaar als de woningcorporaties de Stiepel en de Woonplaats laten zien dat zij uit zijn op een tweedeling in hiërarchisch gezinden en kritische mensen, rijk en arm, sterk en zwak. Kritische mensen worden op Achterhoekse wijze arm gemaakt en in de hoek van de zwakkeren gedumpt. Hun beleid toont onomwonden aan dat zij alleen betrokken zijn bij een selectieve groep mensen. Ze zijn niet onder de indruk van de omstandigheden waaronder alle andere mensen moeten wonen of niet eens kunnen wonen bij gebrek aan een woning. Integendeel, zij spelen hun vrije vriendjesmarktpolitiek demonstratief uit door Uwoningen met 4 kamers ter be schikking te stellen aan die urgenten die hun voorkeur verdienen [zie 2.36], en geen rekening te houden met de wensen van nietuitverkoren woningzoekenden. De term MVM makelaar blijkt een wassen neus. Makelaars kunnen zonder controle jarenlang dubbele belangen dienen. Ook na mijn telefoontje heeft MVM geen enkel initiatief ondernomen, laat staan mij geholpen. De makelaar toont zonder meer aan hoezeer hij van het type is van eigen volk eerst en daarop zijn werkzaamheden en prijzen afstemt. Ondanks het feit dat hij een MVMmakelaar was kon hij gewoon zijn gang gaan. Achteraf gezien hadden we dit
36
5. 6.
7.
8.
9.
kunnen weten, In 1998 bij de koop van dit huis heeft hij dit ronduit toegegeven. [Dit was ik vergeten en mijn ex had er hoogst waarschijnlijk niets van willen weten.]. Hij vertelde toen dat hij liever autochtone bewoners zag uit de omgeving zelf en van wege de kleine dorpsgemeenschap dubbele belangen diende. Omdat ik van oor sprong een Achterhoeker ben [die dertig jaar elders had gewoond], bleek ik een ge schikte kandidaat [maar nu niet meer, geen Vordenaar, niet Achterhoeks, oftewel niet Achterbaks saboterend en uitbuitend genoeg?]. Deze makelaar is het prototype van het vertonen van klantvriendelijk gedrag terwijl hij ondertussen de klant beduvelt waar hij bij staat. Klanttevredenheid is voor hem alleen van belang voor een geselecteerde groep mensen uit de buurt. In een scheiding heeft degene die het huis verlaat er in veel gevallen het meeste belang bij dat het huis zo snel mogelijk wordt verkocht. Als vanuit frustratie en wraakgevoelens die ene expartner meent de ander een hak te moeten zetten, blijkt dit een bron voor manipulatieve makelaars om net zolang kopers te weren tot de ene partij ongeduldig wordt en er een voorstel tot een lagere prijs kan worden ingezet. Mogelijke gegadigden krijgen de tip om net zolang te wachten tot de prijs gunstig is. Dit is precies wat er hier gebeurde. De makelaar maakte op grove wijze misbruik van de verkoopomstandigheen. Om te beginnen deed hij toezeggingen over beschikbare huurwoningen die hij niet na kwam Vervolgens creëerde hij een selffulfilling prophecy effect van te duur en geen interesse voor de woning door pas laat werkelijk actie te ondernemen. Achter af bleek dat hij de verkoop achter onze rug om heeft geblokkeerd door potentiële klanten af te wijzen met de mededeling dat er een optie op het huis was terwijl dat niet zo was. Hij heeft daarmee eens en temeer bewezen geen twee opdrachtgevers te kunnen dienen. Integendeel, hij heeft al het mogelijke gedaan om de huidige be woner in de gelegenheid te stellen het huis zo goedkoop mogelijk te kopen. De makelaar toonde onomwonden aan hoe hij over mijn ex oordeelde: 'met je ex kun je alle kanten op'. Diverse keren belde hij hem niet eens terwijl hij tegen mij zei dat mijn ex had toegestemd. Doordat ik steeds de afspraken controleerde kon ik bij tijds ingrijpen. Een woningcorporatie met een hart voor al haar leden doet haar best om vraag en aanbod zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en rekening te houden met hui selijke situaties en wensen. Ook in urgente situaties. Urgentiewoningen voor bijzon
37
dere omstandigheden als scheiding e.d. zijn en blijven een must. 10. Recht op de juiste informatie is een fundamenteel mensenrecht. Zowel de makelaar als beide corporaties lappen dat recht aan hun laars en speelden spelletjes met de informatie. Als iemand stelselmatig de juiste informatie vraagt maar ofwel niet krijgt, ofwel verkeerd wordt geïnformeerd kun je niet verwachten dat hij of zij op de juiste wijze handelt. 11. Woningcorporatie De Stiepel had op twee gronden geen recht om mijn urgentie in te trekken. Ten eerste heb ik mijn inschrijving voor de Uwoning ingetrokken voor dat ze mij de woning aanboden. Ten tweede staat in de oude brochure niets over urgentie intrekken bij afwijzing. De informatie uit de huiskrant van 2000 heb ik nooit gehad. Dit was vóór mijn tijd als woningzoekende. 12. Volgens de brochure krijgt iedereen in gevallen als de mijne 50 punten extra. Dit betekent dat ik dus wel degelijk een drie of vierkamerwoning had kunnen krijgen. Ondanks dat ik hier ettelijke keren naar gevraagd heb, kreeg ik echter steeds een afwijzend antwoord. 13. De hele gang van zaken rond de woningtoekenning waarbij mensen met weinig punten een woning kregen toegewezen, is na mijn brief aan de Gemeente gewij zigd. Al gauw daarna bleek iedere benedenwoning ineens 36 punten te zijn, dwz. het maximum aantal te behalen punten [1 punt per maand] zoals mij ook was ge zegd op 11202. Mijn toegewezen woning die in werkelijkheid 27 punten was, stond in de krant als 36 punten aangemerkt,]. 14. Opvallend was ook hoe de medewerkers van de Woonplaats na de aanbieding van de woning op 080602 diverse keren polsten of ik de woning werkelijk zou accepte ren. Overduidelijk zeer tegen hun zin werd het huurcontract en de sleutels overhan digd. 15. De manier waarop de gang van zaken verliep bij het betrkken van de woning rond de stroomvoorziening, de verwarmingsketel, de reacties van opzichter en monteurs en alle overige niet beschreven kleinigheden zijn verlopen, hebben mij extra alert gemaakt [zie 2.319 en 21]. 16. Toen mijn vader vroeg of hij voor mij zou proberen te bemiddelen heb ik tegen be ter weten in toegestemd. Ik wilde het resultaat weleens zien. De manier waarop hij toen nadrukkelijk vroeg aan mij of ik ‘wist wat ik deed door hem te laten bemidde len’ zette mij aan het denken. Of, en zo ja, in hoeverre hij invloed heeft uitgeoefend
38
weet ik niet. Het resultaat is in ieder geval zodanig dat ik liever vandaag dan mor gen uit Winterswijk [en de Achterhoek] vertrek. Precies wat hij mij benadrukte te doen [zie 2.23 en 2.317]. 17. Herhaaldelijk heeft de secretaris van de klachtencommissie mij gevraagd of ik mijn klacht nog wou laten doorgaan. Allereerst toen ik net een woning had, daarna nog diverse keren. Hoewel de animo om in Winterswijk te wonen door de gang van za ken al snel met grote sprongen naar het minimum was gedaald, wilde ik een en an der toch niet onbesproken voorbij laten gaan. Bovendien wilde ik zien hoe onafhan kelijk een klachtencommissie nu werkelijk is. Zoals mij uit literatuur al ter ore was gekomen is dit vaak niet het geval omdat leden van de klachtencommissie vaak veel connecties hebben met diezelfde woningcorporaties. Ook hier wordt zichtbaar hoe netwerken en belangenverstrengelingen een objectieve procedure in de weg kunnen staan. Vooral de voorzitter van de klachtencommissie maakte in zijn opstel ling vanaf het begin duidelijk dat ik geen positieve uitslag hoefde te verwachten. 18. Het oordeel van de klachtencommissie slaat kant nog wal. Zij gaat voorbij aan aller hande zaken hoewel zij wel de noodzakelijke vragen hierover heeft gesteld. Door alleen de informatievoorziening toe te wijzen heeft zij een schadevergoeding en verplichting tot woningtoewijzing voorkomen. 19. Zowel de Stiepel als de Woonplaats hadden er belang bij om de juiste informatie achter te houden omdat ik anders vanaf het begin wel degelijk ook bij de Woon plaats in aanmerking zou kunnen komen voor een Uwoning. De opmerking uit de brief van 131202 dat zij niet wisten dat ik het informatieboekje niet had, klopt niet omdat ik dit duidelijk kenbaar heb gemaakt en niet één keer maar diverse keren. 20. De voorzitter van de klachtencommissie heeft met zijn zeer nadrukkelijk vragen over de positie van urgenten in de regio en de nadelen daarvan voor andere wo ningzoekenden de weg vrij gemaakt voor een andere keuze van woningtoewijzing. Op 051002, elf dagen na 2e hoorzitting, stond in de Gelderlander dat de Woon plaats de huurhuizen anders gaat toewijzen. 21. Vanaf voorjaar 2003 jaar zal het hele systeem worden gewijzigd en woningen via loting, onder toezicht van een notaris toegekend. Dit betekent dat het hele punten systeem vervalt en je puur geluk of pech hebt of je een woning krijgt toegewezen. Het idee is dat hoe vaker je reageert, des te meer kans je loopt. Het urgentiesys
39
teem vervalt, behalve voor gehandicapten. 22. Afgezien van het feit dat een notaris inschakelen een onnodig kostbare aangele genheid is, is de mogelijkheid tot voorkeursbehandeling daarmee niet verkeken. Zij kan immers per ongeluk expres, niet iedereen mee laten loten die zich heeft opge geven. Gezien de handelswijze van de Woonplaats tot nu toe is dit zeer aanneme lijk. Zij is zeer klantvriendelijk in het toegeven dat ze een fout heeft gemaakt, zolang zij haar selectieve beleid maar kan voortzetten. 23. De positie voor urgente gevallen wordt op deze manier abominabel. In gevallen zo als de mijne betekent dit dat de enige mogelijkheid een vakantiewoning zal zijn. Hierdoor zullen steeds meer recreatiewoningen tijdelijk worden benut door woning zoekenden. Of men wordt aangewezen op de straat, het Leger des Heils, de cam ping of bij familie of bekenden, een wel zeer onwenselijke situatie die ook negatieve gevolgen heeft voor het recht op een uitkering, iets wat noodzakelijk wordt als het recht op werk wordt gesaboteerd of ontnomen. [Of is dit misschien juist de bedoe ling en speelt de woningmarkt vrije vriendjesmarktpolitiek met Achterhoekse Ge meentes en Overheden? Wil men vrouwen.en kinderen een Achterhoeks lesje 'volgzaamheid leren? Moet iedereen zich net zo onderwerpen aan antieke familie mannen als antieke familiemannen aan 'De Hoge Heren' uit De Achterhoek en elders?].
40
3
Het overheidsbeleid
Overheidsorganen vertonen opvallende overeenkomsten met het bedrijfsle ven. Niet alleen hebben ze een soortgelijke manier om tweedeling in de maat schappij te zaaien en geld bij elkaar te graaien door onjuiste besluiten te ne men of aanvullende regelingen te bedenken, ten gunste van het overheidsbe drijf; ook verrichten ze tijdrovende en kostbare handelingen om klant(on) vriendelijk te lijken en klanttevredenheid te boycotten. Dit is geen bureaucra tie meer maar opzettelijk bureaucratisme zoals Bovens e.a. dit formuleert in Openbaar Bestuur. Via een gang van onbereikbaarheidsmaatregelen, eindelo ze bezwaarschriftprocedures e.d. wordt de burger zo van de wijs gebracht en uitgeput, dat het overheidsbedrijf – in de voetsporen van gewetenloze [fami lie]bedrijven – een piraat wordt van de burger en het geld in eigen zak steekt en naar machtswellustig goeddunken uitgeeft. Als het doel ervan is om de privatisering van 'ieder voor zich en de [familie]bedrijfsleider machtgraaiend voor ons allen' te bespoedigen lijkt ze daar uitstekend in te slagen.
3.1 1.
2.
3.
Gemeente Vorden
De houding van de medewerkers was vanaf het begin bijzonder bureaucratisch. Temidden van alle overige stressperikelen, werd er op 201201 een heronderzoek ingesteld. Het vroege tijdstip, zo kort na de aanvraag verbaasde me en betekende dat ik weer extreem veel papieren rompslomp moest verrichten. Door alle beslommeringen had ik er niet aan gedacht om kwijtschelding van de gemeentebelasting aan te vragen. Op 310102 heb ik dit alsnog gedaan. Dit werd pas op 100602 afgewezen. Mijn telefonische reactie op de foutieve berekening en vaststelling werd niet in behandeling genomen. Ik moest dit schriftelijk afhandelen. Door de stressende omstandigheden, temidden van verhuizing en de overige romp slomp zag ik toen te laat dat dit binnen 10 dagen moest zijn en niet binnen zes we ken. Als gevolg van de verhuizing naar Winterswijk per 010202 is de bijstand per die datum beëindigd. Ik kreeg geen enkele schriftelijke reactie hierover.
41
4. 5.
6.
Wel kreeg ik op 110302 een vordering van € 3676,16 over 2001 van de Gemeen te Vorden in verband met teveel betaalde bijzondere bijstand. Navraag leerde dat dit slechts een formaliteit betrof en foutief was verstuurd. Op 230402 stuurde de Gemeente Vorden mij een te hoge vordering van € 7835, 79 bijstand terug met het verzoek om dit binnen een maand terug te betalen. Na veel rekenwerk en ettelijke telefoontjes kreeg ik op 130502 een rectificatie. Ze vor derden nu € 6576,89. Ook dit bleek niet te kloppen. Door de opstapeling aan ver keerde berichten en nformatie raakte ik dermate in de stress dat ik niet meer goed kon nadenken en reageren. En weer bleek ik nergens deskundig advies of hulp te kunnen krijgen. Ik kreeg mondeling te horen dat er geen andere mogelijkheden wa ren dan dat ik het in één keer terug moest betalen. Met moeite kon ik achterhalen waar mijn rechten waren wat de terugbetaling betreft. Te midden van alle woon en werkperikelen en andere zaken kon ik het niet meer opbrengen om een bezwaarschrift te schrijven. Op 100602 heb ik ten einde raad de vordering van € 6576,89 aan de gemeente Vorden maar overgemaakt, zodat ik in ieder geval van deze Gemeente af zou zijn. Later bleek de Gemeente Winters wijk juist dit weer tegen me te gaan gebruiken door te stellen dat ik voordien geen bijstand had gehad omdat ik alles had terugbetaald.
3.2 1.
2.
Gemeente Winterswijk
Na mijn bijstandsaanvraag bij het CWI in Winterswijk op 140202 [zie 1.42] wachtte ik bewust acht weken voordat ik de telefoon ter hand nam om te horen hoe het ervoor stond. In het telefonisch contact op 110402 kreeg ik te horen dat het besluit over de bijstandsuitkering zou worden verstuurd. Een dag later lag deze in de bus [zie 1.24]. Later kreeg ik het, na diverse moeizaam bereikte telefoontjes en een gesprek hierover, voor elkaar dat ik diezelfde maand [werd 240402] nog geld op mijn rekening zou krijgen en niet pas een maand later zoals werd gesuggereerd. Op 310502 volgt er een uitgebreid deelonderzoek in het kader van de vaststelling van het vermogen. De tijdelijke consulent moet mijn zaak oplossen op de aan strik te regels gebonden manier van zijn Gemeentelijke opdrachtgever, zo wordt mij ver teld. Nadat een en ander is afgehandeld kaart ik maar weer eens aan dat ik zowel in Vorden als in Winterswijk zeer slechte ervaringen heb met de bereikbaarheid en hulp van de bijstandsconsulenten. Dat ik vaak ettelijke keren moet bellen wil de te
42
3.
4.
lefoon zelfs maar worden opgenomen of dat sociale zaken alleen via de centrale te bereiken is. Dat het ook lang niet duidelijk was welke contactpersoon ik had en toen ik die eindelijk had, ze vaak niet bereikbaar was of op vakantie. Daarna bleek ze te zijn vertrokken. Dat het ook niet duidelijk was welke nieuwe consulent ik zou krij gen. Dat anderen ‘er nooit iets van wisten en het zouden doorgeven’. Of ik als cy nisch antwoord kreeg op een zakelijke vraag dat ‘als ik ergens problemen mee had ik maar naar het maatschappelijk werk moest gaan’. Ook kaartte ik weer de extra huurkosten aan die ik moest maken. Hij beloofde een en ander te bespreken. Ik hoor er nog van, werd er gezegd, maar ook dat bleek weer een loze belofte. Omdat ik ten einde raad op 100602 de vordering van de Gemeente Vorden maar in één keer had overgemaakt [zie 3.16] en als gevolg daarvan niet voldoende middelen meer had voor de verhuizing, praatte ik op 12 en 13 juni – vlak voordat ik de sleutel kreeg [zie 2.319] – telefonisch en later mondeling met de tijdelijke con sulent en daarna, vanwege het vertrek van de tijdelijke consulent, met andere consulenten over het aanvragen van bijzondere bijstand in verband met de verhui zing, de dubbele huur en de nodige kosten voor vloerbedekking e.d. [Door het vertrek uit de koopwoning had ik een complete keukeninrichting en ingebouwde kleerkast achtergelaten. Bovendien lag er op de benedenverdieping plavuizen.]. Dit leverde de nodige conflicten op en pas na lang aandringen kreeg ik het formulier met de mededeling ‘dat ik toch nergens recht op heb omdat ik nog niet drie jaar op het minimumniveau leef’. Ik moest maar naar de stadsbank werd mij triomfantelijk gezegd. Bovendien moesten zij eerst kijken wat er nodig is. Mijn voorstel om een afspraak te maken werd vooruit geschoven. Ook in een later telefoontje – op 14 juni, de dag dat ik de sleutel kreeg – wilde men niet komen kijken. De moed zakte me weer in de schoenen en ik stelde de aanvraag uit tot na de verhuizing. Ik rekende maar nergens meer op en besloot om de oude vloerbedekking van de twee bovenverdiepingen in stukjes en beetjes in het huis te leggen. Wel kocht ik op 150602 ondervloerplaten tegen de gehorigheid en op 210602 een koelkast en een fornuis. De kleerkast liet ik zitten. Mijn kleren hangen en liggen nu provisorisch op zolder. Op 200602 kreeg ik een brief van de gemeente waarin mijn vermogen foutief werd vastgesteld op € 2030,87. Na weer lang onduidelijkheid werd de volgende consu lent aan mij toegewezen. Zij geeft mij te kennen dat zij strikt volgens de regels van Winterswijk zal handelen. En inderdaad: na een aanvankelijk dynamische start
43
5.
6.
7.
8.
kwam op mijn telefonisch bezwaar inzake bovengenoemde vaststelling van mijn vermogen, de mededeling dat het nog wel een week kon duren maar 'dat ik geen bezwaarschrift hoefde in te dienen'. Op 170702 werden nog meer bankafschriften gevraagd om het vermogen op 010701 opnieuw vast te stellen. Tussendoor liet de [Nijjmeegse] consulente mij weten dat ook in Nijmegen de gegevens worden overgenomen van de vorige ge meente. Waar die mededeling op sloeg weet ik niet. Wel had ik daar tot dusver een aantal keren gesolliciteerd en een sollicitatiegesprek gehad en advies gevraagd aan een advocaat. [zie Inleiding 2e alinea]. Pas een maand later, heb ik me als wo ningzoekende in de regio Arnhem/Nijmegen laten inschrijven [zie 2.324]. Na rug gespraak met haar baas bleek dat ik de gemeente Vorden zelf moet vragen hoe het voorlopige vermogen tot stand is gekomen. Mijn ervaringen met Vorden zijn echter dermate slecht dat ik weet dat dit lang kan duren voordat ik die gegevens krijg. Zijzelf mocht niet bellen, was de opdracht. Ik leverde in overleg met haar alle bank bescheiden opnieuw in. Ondertussen hoorde ik niets terwijl de 6 weken termijn voor bezwaarschriften bijna verstreken was. Omdat ik geen vertrouwen had in het verloop diende ik op 240702 alsnog een bezwaarschrift in. In deze brief kwamen naast dit bezwaar ook een aantal andere bezwaren aan de orde betreffende de informatievoorziening, dienstverlening, wo ningtoewijzing, bijzondere bijstand, communicatieuitwisseling en gebrek aan ade quate en actieve ondersteuning bij het vinden van een baan. Ik gaf onder meer aan dat ik al minstens een jaar lang niets anders loop te doen dan bureaucratische con flicten op te lossen. Ook deelde ik mee dat een kopie van de brief naar Premier Bal kenende zou gaan vanwege het beleidsmatige karakter ervan. Op 260702 werd mij een besluit van de Gemeente toegestuurd met een correctie van de vermogensvaststelling op € 2886,07. Nu werd uitgegaan van het vermogen op 010202 omdat ik de bijstand in Vorden in één keer had terugbetaald heb en dus ‘niet eerder bijstand had gehad.’ Op 020802 kreeg ik de ontvangstbevestiging van mijn brief van 240702. Op 280802 kreeg ik een brief waarin er een uitnodiging voor de hoorzitting op 090902 kwam. Ik had 5 dagen in plaats van 10 dagen de tijd om me op de hoorzit ting voor te bereiden. Navraag leerde dat hulp van een advocaat ook nu niet voor handen was. Omdat ik me met mijn hoofdpijn niet goed kon voorbereiden heb ik om die reden uitstel gevraagd.
44
9.
Om diezelfde reden stuurde ik eerst op 020902 een bezwaarschrift op het besluit van 260702. In een berekening maakte ik duidelijk dat mijn vermogen € 61,84 ne gatief dient te zijn. 10. Op 050902 werd mij een brief gestuurd waarin aangegeven werd dat de eerstvol gende hoorzitting pas 211002 zou zijn. Een dag later stuurde de gemeente mij weer een brief met een uitgebreid verweerschrift inzake mijn bezwaarschrift van 240702. Mijn vermogen wert nu vastgesteld op € 2225,50. Hierin werd tevens bevestigd dat men mij benaderd heeft voor een gesprek op 240902 met gemeen teambtenaar L. inzake mijn bezwaarschrift. Als ik daarna de hoorzitting zou willen afzeggen dan kon ik dat voor 300902 doen. 11. In het gesprek op 240902 werd uitgebreid mijn bezwaren over de gang van zaken aangehoord. Ik gaf onder meer aan dat ik niet akkoord ging met de vaststelling van het vermogen. Het resultaat was dat: a) mij werd toegezegd dat het vermogen opnieuw zou worden bekeken en ik voor het einde van de maand bericht zou krijgen. b) mij nogmaals bevestigd werd dat ik wel recht heb het recht heb om bijzondere bijstand aan te vragen. [In het verweer van 060902 kwam naar voren kwam dat het feit dat ik een aanvraagformulier kreeg bewijs is dat ik recht had op de aanvraag. Het feit dat ik dit pas na lang aandringen kreeg werd weer gene geerd]. c) alleen werd toegezegd dat het trajectplan eraan zit te komen. d) mijn klacht over de telefonische onbereikbaarheid van de consulenten en de vele wisselingen voor kennisgeving werd aangenomen. De wisselingen werden als excuus aangevoerd. e) ik stukken als de algemene gemeenteverordering e.d. waar ik maar niet aan kon komen, alsnog toegestuurd zou krijgen voor 300902. [In de algemene bi bliotheek van Winterswijk was deze ook al niet te krijgen, alleen een politiever ordening.] 12. Pas na een telefoontje begin oktober kreeg ik nogmaals de toezegging dat de brief en informatie eraan kwam. Inderdaad kreeg ik prompt daarna, op 071002 een brief met de aanvulling op het verweerschrift toegestuurd waarin het vermogen opnieuw foutief werd vastgesteld, te weten [€ 1906,76]. Verder kreeg ik het beleids
45
13.
14.
15.
16.
plan en doelen en een paar ABW wetsartikelen omtrent inkomen en vermogen. Niet de gevraagde informatie echter. Omdat ik geen vertrouwen meer had in de toezeggingen van de betreffende ambte naar vroeg ik op 091002 op het gemeentehuis naar de algemene gemeenteveror dening. Deze was niet te krijgen want de afdeling communicatie had het niet en bij bestuurszaken was er iemand die er niets van wist. Ik wou in ieder geval gemeente lijke informatie over sociale zaken, onderwijs, volkshuisvesting en werkgelegenheid. Ook dat kon ik niet krijgen. Ook niet bij de afdeling communicatie. In het beloofde telefoontje kreeg ik het advies om een brief te schrijven want hij kon mij alleen door verbinden met de andere afdelingen en hij betwijfelde of het dan wel goed zou ko men. ‘Als er een brief komt gaat hij altijd eerst naar B&W. Dan komt er in ieder ge val antwoord’ werd mij gezegd. ‘Dat wordt dan mijn zoveelste bezwaarschrift’ ant woordde ik, waarop hij bevestigend aangaf van mijn situatie op de hoogte te zijn. Daarmee had ik dus ook de informatie niet om de hoorzitting goed voor te bereiden. Op 101002 had ik een afspraak met de consulente in verband met de aanvraag voor bijzondere bijstand. Het bleek dat ik wel mag aanvragen maar het waarschijn lijk niet zou krijgen. Alleen de dubbele woonkosten is nog twijfelachtig maar aan haar gezicht te zien kon ik dat ook wel vergeten. Nadat dit in enkele minuten was afgehandeld en toch maar werd aangevraagd, ging ze op onprettige wijze nog twee uur door met vragen stellen en discussies uitlokken over mijn visie e.d. Ze zei zich persoonlijk aangesproken te voelen toen ik sprak over de tegenwerking bij het zoe ken naar een baan. Dat het er verdacht veel op leek dat men niet wilde dat ik een baan kreeg. Ik heb na diverse vertragingstactieken van haar, zelf het gesprek be ëindigd. Vier dagen later werd mij een uitnodiging gestuurd voor de hoorzitting op 281002. Vanwege de voortdurende hoofdpijn, moeheid en allergieklachten [zie milieu] zag ik echter geen kans om persoonlijk een goed verweerschrift op te stellen. In de bijge voegde verklaring liet ik dan ook weten dat ik niet persoonlijk gebruik zou maken van mijn recht om gehoord te worden. Wel wilde ik de hoorzitting door laten gaan. Na een telefonisch contact met de secretaris werd afgesproken dat ik op de dag zelf nog kon aangeven of ik wel of niet persoonlijk zal komen. In verband met mijn gezondheid besloot ik om niet overal meer op te reageren ook al viste ik dan overal naast. Liever armoede maar gezond. Ook het vragen naar hulp bij het zoeken naar een baan staakte ik, maar want de geschiedenis leek zich
46
te herhalen, net als vorig jaar en leverde alleen maar stress op. Ik ging gewoon door met solliciteren en startte op 161002 met dit zwartboek. Sindsdien is mijn ge zondheid en energie zienderogen verbeterd. 17. Op 281002, de dag van de hoorzitting zag ik het, gezien de onmiddellijk weer op komende stress en hoofdpijn niet zitten om te komen en belde dus volgens af spraak af. Wel kreeg ik de kans om telefonisch nog wat bezwaren door te geven zoals onder meer de vaststelling van het vermogen en de reden dat ik niet kon ko men. Dit zou worden doorgegeven aan de commissie werd mij verteld. 18. Op 041102 kreeg ik een afwijzende beschikking over mijn aanvraag van bijzonde re bijstand. De motivering was dat ik vanwege de drie jaar sociaal minimum grens geen recht had op nog aan te schaffen duurzame goederen. Mijn aanvraag voor koelkast, fornuis en vloerplaten werd afgewezen omdat in deze kosten reeds was voorzien [art. 39 lid 1 Abw] en de noodzaak niet meer kon worden vastgesteld plus dat ik te laat bijstand had aangevraagd [art. 68a lid 1 Abw]. Ook mijn aanvraag voor de huur van 010202 tot 30602 werd afgewezen vanwege de niet tijdige aan vraag. Voor beide had ik echter wel degelijk mondeling bijzondere bijstand aange vraagd. Dit betekende dat ik weer geld misliep of een zoveelste bezwaarschrift moest indienen. Ik was niet op de hoogte met de gemeentelijke regelgeving omdat ik daarvoor eerst een bezwaarschrift had moeten schrijven om die te kunnen krij gen. 19. Op 101202 moest ik bij de Sociale Dienst zijn in verband met het heronderzoek bijstandsuitkering. Bij de balie was het weer hetzelfde zoals vaak: er werd niet door gegeven dat ik er was. Precies om 11.15 uur kwam iemand naar mij vragen of ik het doorgegeven had dat ik er was. Ja dus. Of ik koffie wilde. Nee, dat hoefde niet. Zouden ze dat iedereen vragen? Leek mij hoogst onwaarschijnlijk. Toen de consu lente er was gaf ze meteen vriendelijk aan dat het een formaliteit was en dat het hoogst waarschijnlijk geen invloed zou hebben op de uitkering. Normaal stond hier 18 maanden voor, zei ze. Net als een jaar geleden in Vorden, toen vond ik dat ook al zo snel, dacht ik bij mezelf. Ik had de avond ervoor mijn zaak ingevuld en bij elkaar gezocht. Zoals gebruikelijk een heel gedoe. Eigenlijk voor niks dus. Hoe zadel je een gezond iemand die graag zo snel mogelijk een baan wil op met veel stress als gevolg van onbereikbare en ontoegankelijke consulenten en informatie, eindeloze vertragingstactieken, veel overbodige werkzaamheden en zinloze be zwaarschiften en procedures omdat alles toch wordt afgewezen. Omdat er weinig
47
onduidelijkheden waren, waren we snel klaar. Sollicitatiebrieven hoefde ze niet te zien want ze geloofde ook zo wel dat ik serieus solliciteerde. 20. Op 120212 schrijf ik nog twee bezwaarschriften, één betrof de informatievoorzie ning en één mijn aanvraag bijzondere bijstand. Niet omdat ik een positief antwoord verwachtte, maar omdat ik – ter afsluiting – een samenvatting wilde geven van de gang van zaken en mijn conclusie over het beleid van de Gemeente Winterswijk wilde ventileren. In beide geef ik aan dat het gemeentelijk beleid mijn mentale weer stand zodanig op de proef heeft gesteld dat ik niet eerder in staat was te reageren. In de ene sluit ik af met het advies om – net als Emmen in 1996 heeft gedaan – een onderzoek te laten instellen naar de handelwijze van de Gemeente Winterswijk. [De Boer & Croon Groep sprak destijds een vernietigend oordeel uit over het omgaan met macht in de Gemeente Emmen.]. In de andere sluit ik af met de constatering dat ik er in 1968 goed aan deed om te vertrekken. Dat kritische vrouwen zoals ik hier [overduidelijk] niet welkom zijn.
3.3 1.
2. 3.
4.
Milieu
De ons 'aangeboden' woning [zie 2.417 en 2.5] wordt omgeven door allerhande milieuonvriendelijke bedrijven. Veel groen levert dit niet op. Wel veel fijnstof, vaak zoveel dat het een stoffige mist lijkt, zoals mijn jongste zoon constateerde. Onge zond en dé bron voor het ontwikkelen van een allergie en allerhande ziektes. Voeg daar nog veel stressfactoren bij en je hebt hét recept voor allergische reacties en beginnende ziektes. Zowel de kinderen als ik waren al gauw op een bijzonder ongezonde manier aan het hoesten e.d.. [Een gezonde reactie omdat de stof er zo gauw mogelijk weer uit moet, aldus de lichamelijke reflex en ongezond omdat hoes ten in een stoffige omgeving hoesten met de stofkraan open is. Het alternatief en gevolg van langdurig leven in een stoffige omgeving zonder hoesten is echter: stof longen en een stoflijf]. Daarnaast hadden we regelmatig last van een indringende stankoverlast die het buiten zijn of open ramen bijzonder onaangenaam maakte. Ook hadden we van tijd tot tijd kleine buien van ‘sneeuwvlokjes’, die ook op de ra men hun spoor achterlieten. Dit laatste deede me denken aan de verhalen over Billiton in Arnhem, begin 70er jaren. Toen ik de buurvrouw behoorlijk hoorde hoesten, vroegen we de buren naar hun er
48
5.
6.
7.
varingen. Het bleek dat de betreffende buurvrouw toevallig ziek was geweest en an deren nergens last van schenen te hebben. Alleen af en toe, als de wind deze rich ting op stond, hadden ze last van de stank maar die kwam waarschijnlijk van een koffiebrander in de buurt. Er bleek wel een bedrijf in een rechte lijn achter ons te zit ten die handelde in metaalrecycling en dierenhuiden. Toen ik op onderzoek uitging constateerde ik een vreemde lucht om het bedrijf. Nadat mijn jongste zoon en ik weer eens geveegd hadden, werd het hoesten, de ogen en het algemene grieperige gevoel bij allebei zo sterk dat alleen uitvoerig douchen verlichting gaf. Het duurde nog dagen voordat de gezondheid weer in 'nor male proporties' was. Sindsdien hebben we de ramen zoveel mogelijk dicht gedaan en vooral met regen open gezet. Ook regenden we de lucht buiten regelmatig met een plantenspuit als die weer eens niet te harden was. Buiten zitten deden we zo weinig mogelijk. In september heb ik de milieudienst van de gemeente gebeld. Deze merkte op dat het bedrijf de L. verhuisd is naar Nijmegen en dus niet voor de overlast verantwoor delijk kan zijn. Dat was niet wat ik had geconstateerd maar zij was hier pertinent van overtuigd. De witte ‘sneeuwvlokjes’ was een natuurverschijnsel. Zij vroeg mij te bellen wanneer er iets bijzonders was, dan zou ze meteen komen ‘snuffelen’. Ik ben hier niet verder op ingegaan en volstond met de opmerling dat voor dit soort zaken ongetwijfeld betere middelen voorhanden waren. Einde verhaal. Als ze niets beters wist dan laat maar zitten. Ik had mijn aandeel gedaan en de rest is de verantwoor delijkheid van de gemeente. Toen ik een paar maanden later langs firma de L. liep stond er een dubbele vracht wagen. Nieuwsgierig liep ik vlak langs de vrachtwagen. Hij lag volgestouwd met sta pels dierenhuiden. De stank vloog me tegemoet.
3.4
Kanttekeningen
1. Zolang de kiezer niet enmasse rechtvaardige keuzes maakt, hebben overheisbe drijven een vrijgeleide om te doen en laten wat hun toedunkt. Nadat ik – naar aanleiding van mijn kopie bezwaarschrift met toelichting in verband met het be leidsmatige karakter ervan – op 060902 een bedankbriefje kreeg met excuses voor de late reactie en waardering voor mijn politieke betrokkenheid, lees en hoor ik in december 2002 op TV en Internet het werkelijke antwoord van het inmiddels
49
demissionaire, kabinet Balkenende. Zo is onder toeziend[?!] oog van Balkenende en de Geus staatssecretaris Rutte [een exP&Oer van Unilever] van plan om vergaande wijzigingen in de ABW in te stellen. Waaronder, a) de bijstand zo minimaal mogelijk maken om mensen te ontmoedigen de bijstand 'in te gaan'. [Alsof het zo leuk is dat je genoodzaakt bent om een uitkering aan te vragen, omdat je het recht op werk zo moeilijk mogelijk wordt gemaakt van wege 'je kritische imago' – én in de familiairrelationele én in de zakelijke sfeer.]. b) de gemeentes aan banden leggen zodat de ene gemeente niet meer kan geven dan de andere. [met als regel dat de gemeente die het minst betaald de norm wordt?] c) de drie jaar grens voor bijzondere bijstand afschaffen maar tegelijkertijd de bij zondere bijstand aan banden leggen. [zodat je wel geld voor een verhuizing of andere zaken kunt krijgen maar zo minimaal dat je er nog niets mee kunt?] d) de uitkering voor mensen met een bijstandsuitkering van meer dan vijf jaar ver hogen [dus als je je recht op werk noodgedwongen maar lang genoeg het hebt laten ontnemen word je 'beloond' voor het feit dat je je buitenspel hebt laten zetten door een overheid die een vrijgeleide geeft aan iedereen die net zo ge wetenloos vriendjespolitiek voert met een totaal verrot bedrijfssysteem als zij zelf? Met andere woorden, het onrecht zegeviert. Met dank aan de – hoe wordt en kies ik een [Achterhoekse] rat – kiezer [zie bronnen]. Daardoor kunnen gemeentes en ambtenaren niet alleen ongestoord hun corruptie gang blijven gaan, dankzij dito corrupte kiezers doet het landelijke overheidsbedrijf er nog een schepje bovenop ook. 2. Zowel de Gemeente Vorden als Winterswijk laten zien hoezeer ze lijden aan het Achterhoeks jaojao, nejnej syndroom. Ze presenteren zich als logisch en redelijk maar doen het tegenovergestelde. 3. In plaats van mij zo snel mogelijk te helpen een baan te vinden, doen ze alle mo gelijke moeite om mij de WAO in te praten. En als dat niet lukt me in de stress te treiteren door besluiten op de lange baan te schuiven, onnodige overheidsonkosten te maken door een P&Oer sollicitatietrainingen op te dringen [tot dusver zonder
50
succes] en, in plaats van daadwerkelijke hulp, mij oeverloze nutteloze en tijdroven de gesprekken met consulenten en Jobhunters te laten voeren [is nog steeds aan de orde]. Met als doel me via deze weg ziek te maken en ongeschikt voor een baan? Als straf omdat ik een kritisch imago blijk te hebben zoals een consulent het formuleerde? [zie 1.43]. 4. De manier waarop beide gemeentes initiëren bij het zoeken naar werk geeft aan dat men niet van plan is om mij daadwerkelijk op enigerlei wijze behulpzaam te zijn, de inschakeling van jobhunters ten spijt. De diverse discussies die ik genood zaakt werd en wordt te voeren over mijn studie, mijn visie en het in voortdurende twijfel trekken van mijn capaciteiten sluiten hierbij aan. Zelfs mijn diploma was on derwerp van discussie en werd door sommigen in twijfel getrokken. 5. Ook mijn financiële middelen worden stelselmatig zodanig ondermijnd dat ik niet voor mezelf kan beginnen en een eigen bestaan opbouwen [wat ik in beide ge meentes heb aangekaart]. Als straf, omdat mijn relatie is beëindigd? Omdat ik niet volgzaam genoeg ben? [zie 2.11]. 6. De wijze waarop de gemeente Vorden er alles aan gedaan heeft om mij financieel uit te buiten [met foute berekeningen] en en aan de grond te brengen door me op stang te jagen met dreigementen om alles onmiddellijk weer terug te betalen en de gemeente Winterswijk dit spelletje [met foute berekeningen] heeft voortgezet onder het mom, 'je had in Vorden geen uitkering' en 'je zit nog niet drie jaar in de bij stand', spreekt boekdelen over de moraal en werkelijke bedoelingen van beide ge meentes. 7. Net als bij het arbeidsmarktbeleid en het huizenmarktbeleid aan de orde kwam, is ook bij beide gemeentes de dienstverleningbiet ronduit boosaardig. De gang van zaken rond de telefonische en mondelinge communicatie met de diverse consulen ten en de manier waarop de informatievoorziening tot stand kwam en komt is niet meer alleen op het conto van slecht bestuur te schuiven maar heeft zonder meer een misleidend en saboterend karakter en sluit naadloos aan op de achterhoekse handelwijze en commentaren uit mijn jeugd. 8. Opmerkelijk zijn ook de vertragingstatieken die beide gemeentes toepasten en toe passen. Ik krijg steeds pas antwoord nadat ik hierover heb gebeld. Ook het kleine tijdsverschil tussen mijn telefoontje en de binnenkomende brieven laat zien dat de
51
correspondentie steeds klaar ligt voor verzending maar pas wordt verstuurd als ik heb gebeld. Ook wordt steeds de uiterste data of later gehanteerd. 9. De manier waarop de vergoedingen voor bijzondere bijstand worden vastgesteld, inclusief de gedetailleerde inventarisatielijst van maximale vergoedingen voor her inrichting getuigt van vergaand bureaucratisme. Hier is geen sprake meer van te weinig beschikbare middelen, maar van een extreme afgunst en haat die op deze wijze wordt afgewenteld. 10. In een artikel in het regionale dagblad Achterhoeks Nieuws van 130802 staat dat iedereen bijzondere bijstand kan aanvragen voor bijzondere uitgaven, mits dit de eigen draagkracht te boven gaat. Dat is bij mij het geval. Voor meer informatie moet ik bij de sociale dienst zijn. Maar die had in mijn geval nu net anders beslist en geeft steeds niet thuis. Meer informatie krijgen kostte me dus eerst een be zwaarschrift. En tegen die tijd was de termijn verstreken. Lang leve het overheids beleid. 11. Een artikel uit het Achterhoeks Nieuws van 171202 sluit precies aan bij mijn be vindingen. Al sinds jaar en dag heeft Winterswijk een coalitie van PvdA, CDA en VVD. Tijdens de raadsvergadering van 211102 werden insprekers van Progres sief Winterswijk onheus en ongastvrij behandeld. PW vroeg daarop een interpella tie aan, mede naar aanleiding van uitlatingen van de burgemeester in een regio naal dagblad van 301102. Deze werd geweigerd door de raad. ‘PW beschouwde dit als een onvermogen van deze drie partijen om een parlementaire discussie te voeren. Zij zoekt de oorzaak in de regenteske en hooghartige manier waarop de drie fracties politiek bedrijven'. Helemaal mee eens. Maar wel opvallend, deze re actie, gezien de manier waarop ik telefonisch door PW te woord werd gestaan en mij informatie werd toegezonden [alsof ik melaats ben]. 12. In de Gelderlander van 261002 lees ik dat Winterswijk een riant overschot wil in vesteren in eigen organisatie door het voortijdig vertrek van een groot aantal amb tenaren waaronder de gemeentesecretaris, sectorhoofd en chef ruimtelijke orde ning. Dat zoveel ambtenaren willen vertrekken is op zich niet opmerkelijk gezien het regenteske beleid. En dat de gemeente Winterswijk zo’n groot overschot heeft. verbaast mij ook niet. Mijn ervaringen tonen immers uitvoerig aan dat zowel de gemeente Vorden als de gemeente Winterswijk erop uit zijn om geld van burgers in
52
eigen zak te steken. 13. In het beleidsplan 2002 van de Gemeente Winterswijk staat ‘dat er extra aandacht zal zijn voor ‘zorgklanten’ die in eindfase vier zitten.’ Ze typeert deze mensen als ‘sociaal en maatschappelijk op het randje balancerend, vaak met een psychia trische of verslavingsachtergrond. Men laat alles op zijn beloop, heeft totaal geen geestelijke energie meer om aan de eigen positie te werken, maakt geen gebruik van voorzieningen en zakt steeds verder weg in het isolement.’ Uit de ervaringen die ik heb met beide Gemeentes kan ik niet anders concluderen dan dat niet alleen het bedrijfsleven maar ook gemeentes en instanties als het CWI, de PrincenGroup e.a. geen moeite wensen te doen om mensen als ik weer op de arbeidsmarkt te krijgen. Integendeel, beide gemeentes proberen mij via pesterijen en extreme negatieve psychologische aandacht voor mijn onafhankelijke opstelling en kritische houding juist in fase vier te manoeuvreren [zodat ik met mijn kritische opstelling en ideeën geen kwaad kan aanrichten?]. Om met Rob Oudkerk, wethouder van Soci ale Zaken van Amsterdam te spreken [naar aanleiding van het allochtonenbeleid]: ‘zwakkeren worden gecreëerd’. 14. Soms letterlijk zoals mijn 'nieuwe' woonomgeving laat zien [zie 3.3]. Want geweten loze [familie]bedrijfsleiders malen er niet om wat iets voor anderen betekent en volgzame overheden houden hun mond dicht en hun informatie voor zich vanwege de macht van werkgelegenheid en inkomsten en volgzame kiezers.
53
4
Organisatiebeleid
De organisaties van de vrije markt leren medewerkers van [familie]bedrijven en overheidsorganen dat, als ze klantvriendelijk en volgens de – bureaucra tistische regels van de [familie]bedrijfsleiders hebben gereageerd, de schuld bij de ander ligt. Het is aan de ander om fouten en misstanden aan te tonen. In een poging tot ontlopen van aansprakelijkheid, is het een [familie]konin klijke rattensport geworden om 'volgzaam' met de beschuldigende vinger naar de ander[en] te wijzen en enmasse – conform het ‘eigen schuld dikke bult, had je maar moeten doen wat wij willen' principe' – de waarheid te ver doezelen, verdraaien en ontkennen, of – als het niet anders kan – goed te praten onder het mom van: 'slecht leiderschap doet slecht medewerken' en 'slechte medewerkers kiezen nou eenmaal voor slecht leiderschap', want al leen samen voelen ze zich sterk..... genoeg om [te proberen] anderen gewe tenloos uit te buiten, economisch onderuit te halen, Achterhoeks te onderwij zen en Nederlands [laagbijdegronds] te vernietigen.
4.1
En zo voort....
Ik kan zo nog wel even doorgaan. Want wat te denken van.... 1.
2.
De studiefinanciering van De IBgroep die mij begin december 2001 – middenin de perikelen rond de verkoop van de woning, de opstelling van mijn ex met zijn advocaat, de makelaar en de woningcorporatie en de 'kliq' met de oudstudiegenoot [zie 1.33, 2.111/12 e.v, 2.310 ] sommeert om opnieuw draagkrachtmeting aan te vragen vanwege het feit dat de belasting mijn definitieve aanslag over 2000 nog steeds niet heeft berekend, terwijl de 15 jaar termijn allang was verstreken en ik in aanmerking kwam voor kwijtschelding van het resterende bedrag. Een medewerker die het onmiddellijk teruggestuurde IB60formulier kwijtraakte, als nog een volledig ingevuld formulier eiste, het per fax opgestuurde formulier en het bevestigede telefoontje 'niet kon herinneren' en mij op 100102 de resterende stu dieschuld in 12 maanden wilde laten terugbetalen en € 825,64 [voor één maand]
54
3.
van de rekening [van iemand met een bijstandsuitkering] haalde. Medewerkers die maandenlang heel veel correspondentie, telefoontjes, en overleg met de ombudsman uitlokken en miscommunicatie en mishandelingen creëren voordat een en ander op de juiste wijze is gecorrigeerd. En
4.
De belastingdienst die zei dat de ombudsman ongelijk had met zijn bewering dat de definitieve aanslag voor april van het volgende jaar binnen moet zijn en het wel eind 2002 kon worden voordat ik de definitieve belastingaanslag over 2000 zou krij gen, maar op 260702 alsnog de definitieve belastingaanslag 2000 in de bus be zorgd en €238, op mijn rekening stort. En wat te denken van....
5.
6.
7. 8. 9. 10. 11. 12.
Het energiebeleid van de Nuon en woningcorporatie De Woonplaats die wat de stroomvoorziening betreft een spelletje verantwoordelijkheid afschuiven spelen. Zo als wat de meterkast betreft, waar alles wat voor de meter zit de verantwoordelijk heid is van het energiebedrijf en alles daarachter van de eigenaar. Met de huurder als gebruiker als speelbal er tussenin. De Nuon die graag van de mogelijkheid gebruik lijkt te maken om de samenwerking met de groene stroom concurrent te boycotten. Met name als het om gaat om geld van klanten in eigen zak te houden. Die je maandenlang teveel berekent omdat je sinds 010701 groene stroom hebt van de energieconcurrent. Die ook geen oor heeft voor de energieconcurrent als die meldt dat je bent overge gaan op groene stroom. Die je op 150302 onterecht een nota stuurt van € 357,89 en die op 030402 van je rekening aftrekt. Medewerkers die in vakantiehuisjes onjuiste meterstanden noteren [in mijn nadeel]. Die je van het kastje naar de muur sturen en steeds weer alles laten uitleggen en er dan nog steeds niets van begrijpen. Die je oude klantnummer kwijtraken, inclusief het hele bedrag, 'vanwege computer systeemwijzigingen'. Degenen die het hadden gevonden en doorgegeven aan de
55
13. 14. 15.
16.
heer W. van afdeling Customer Care uit Arnhem bleken de volgende keer afwezig [ik noteerde de nummers]. Die je talloze keren om de meterstanden vragen en zelfs om mijn huurcontract [dit laatste weigerde ik omdat dit niet relevant was]. Die je pas met het hoofd van de afdeling Customer Care doorverbinden na aange geven te hebben anders stappen te ondernemen. Een manager die je pas op 020702, als je opnieuw alle klantgegevens doorgege ven hebt aan de heer W. van Customer Care, laat weten dat het creditbedrag voor de woning in Vorden, binnen vijf dagen op je rekening zal worden gestort. Die pas na opnieuw een herhaling van missers, op 260702 de eindafrekening van mijn koopwoning in de bus brengt en een bedrag van €541,46 op mijn rekening stort. En
17.
18.
Telecommunicatiebedrijven zoals UPC die je opzadelen met allerleid internet pe rikelen en problemen met hackers die ons eindeloos veel tijd, geld, harde schijven, beschadigde bestanden en – alla voorgaande voorbeelden eindeloos veel mis communicatie en lange wachttijden hebben gekost. KPN die je confronteert met vreemde telefoongeluiden en gesprekken op de achter grond, die pas na de zoveelste klacht enkele maanden geleden eindelijk ophielden. En wat te denken van....
19. 20.
21.
Postbezorging van PTTPost die je op één meter van de deur een brievenbus la ten plaatsen. Een postbode uit Vorden die je waarschuwt dat de post weleens niet altijd goed op zijn plek zou kunnen komen. Wat achteraf een understatement bleek, ook al was ik overal nog zo goed op voorbereid. Want veel post werd of zeer laat of niet doorge stuurd. Ook bleek mijn post niet altijd aangekomen en moest ik bepaalde stukken zekerheidshalve aangetekend versturen. Al die instanties en anderen die met de beschuldigende vinger naar de post of naar mij wezen als ik post weer eens niet ontvangen gehad, maar er zelf de oorzaak van blijken te zijn. Die mij keer op keer mijn nieuwe adres laten doorgeven en het dan
56
22.
de volgende keer weer verkeerd doen. De reactie van de baliemedewerkster van de Woonplaats toen ik hun de post van de vorige bewoners bracht en vroeg naar hun huidige adres zodat ik hun post kon doorsturen. Zij vond echter dat ik dit maar moest terugsturen of verscheuren omdat de mensen daar zelf verantwoordelijk voor zijn. Die je pas na lang aandringen hun nieuwe adres geeft en duidelijk laat merken je gedrag overdreven aardig te vinden. En
23.
24.
25.
26.
27.
28.
De pianohandelaar [die ik ken via mijn vader en al jarenlang de baas is van mijn pianostemmer] die ‘vriendelijk’ cynisch zei dat hij zich verbaasde dat ik nog bij hem kwam gezien onze ervaringen uit het verleden [verkoop piano]. Die mijn piano voor de opslag in een schuur neerzette [zodat ik meteen baalde dat ik de piano niet gewoon aan de verhuizer had meegegeven, een prima bedrijf die erg zorgvuldig was en me die extra uitgaven had kunnen besparen]. Na een paar vragen mijnerzijds over temperatuur e.d, nam ik zijn toegezeggingen over de nodige maatregelen als het te koud wordt, voor kennisgeving aan. Ook mijn meubels moest ik immers overlaten aan de handen van anderen. Die na het ophalen van de piano de opmerking maakte in de trant van ‘die buurt past precies bij je’ e.d.. Omdat ik wel een pianostemmer nodig had en dit zijn ge biedsterrein is en anderen [als ze al op 'zijn terrein' willen komen] duurder zijn van wege de reiskosten, ging ik hier verder niet op in. Wel op mijn oude pianostemmer, die niet beschikbaar bleek . Die, alhoewel hij er prat op ging dat zijn zoon allerhande stemmingen kende, tegelij kertijd al die verschillende stemmingen belachelijk maakte en zei dat er maar één echte manier van stemmen was. En, nadat de piano uit de opslag kwam, de piano prompt op zijn manier liet stemmen. Waar ik een probleem mee had, terwijl ik daar voor altijd tevreden was geweest. Een piano die, hoewel ik er niet de beste ervaringen mee heb, nog nooit zo snel ontstemd was als nu. Ik was gewend om de piano twee tot driemaal per jaar te laten stemmen, nu bleek drie keer in een half jaar noodzakelijk, met een erbarmelijk re sultaat. Een pianohandelaar die je op je vraag om ofwel een andere stemming ofwel een andere stemmer – dezelfde ‘zeer goede, met prijzen omhangen stemmer’ toewijst.
57
29.
Die vervolgens aangeeft dat mijn klacht aan de piano ligt. Een piano die na de derde keer stemmen – [ook niet echt naar mijn zin maar wel beter], nu door een andere pianostemmer die vroeger wel bij de pianohandelaar ge werkt heeft maar al jaren voor zichzelf werkt na het stemmen al na een week ijselijk vals bleek te zijn. Nog erger dan de vorige keer dus. Na grote aarzeling van mijn kant werd, op zijn voorstel, afgesproken dat, voordat hij komt stemmen, hij eerst contact zou opnemen met de pianohandelaar omdat er nu toch wel wat vreemds aan de hand is. De volgende dag belde hij terug en vertelde dat hij met de pianohandelaar gesproken had en op grond daarvan besloten had om niet meer te komen stemmen. Motief was dat zijn vertrouwen geschaad was omdat de piano handelaar iets heel anders had gezegd. Wat er gezegd was wilde hij niet zeggen. Ik snapte er niets van en kon niets anders bedenken dan een verkeerd aangegeven aankoopjaar mijnerzijds. Maar daar ging het kennelijk helemaal niet om. Ook heeft hij het over drie keer gestemd door de pianohandelaar. Maar ik had nadrukkelijk verteld dat er al twee keer gestemd was door de pianohandelaar en hij de derde was. Hij gaf aan dat hij zich niet wilde vergissen want anders stond hij voor aap. Omdat hij verder nergens op in gaan wilde gaan heb ik de mededeling maar weer voor kennisgeving aangenomen. Ik moet dus weer op zoek naar een nieuwe piano stemmer. Ondertussen zit ik met een piano die nu zo vals is dat de animo om te spelen ver te zoeken is. En wat te denken van....
30.
Het onderwijsbeleid dat, ondanks de talrijke onderzoeken op het gebied van de selectieve aandacht, de ongelijke kansen en het selffulfilling prophecy effect nog steeds naar de pijpen danst van corrupte [ familie]bedrijfsleiders en volgzamer se lectief en stigmatiserend is dan ooit. Met als gevolg geen baan [op hoger niveau] voor kritische, zelfdenkende en zelfkiezende mensen. En dus geen hoger onder wijs. [ze zouden eens de leiders van morgen worden....]. Met als gevolg alleen ho ger onderwijs voor de volgzame kinderen van een uitgekozen elitegroep hiërar chisch volgzame ouders. Met als gevolg, kinderen die gedwongen worden tot ac ceptatie van een door een gewetenloze overheid en bedrijfsleven gedicteerde stu dierichting in hiërarchische wetten, óf een eigen keuze die een isolement als conse quentie heeft die zelfs gevangenen bespaard blijft. Met als gevolg een bureaucrati
58
31. 32. 33.
34. 35.
36. 37.
sche maatschappij vol nietinnovatieve leiders en volgzame burgers. De allereerste reactie van een decaan: ‘zo kom jij hier de boel verzieken.’ Dit heet een standaard onderwijs'grapje' te zijn. Dat dit niet zo standaard is blijkt uit: Leerkrachten die je nauwelijks of niet begroeten en je stelselmatig negeren. Een docent die openlijk in de klas vertelt dat hij de gewoonte heeft om heel schijn vriendelijk te reageren naar ouders. Ondertussen denkt hij dan van ‘je kan de pot op’. Docenten die cijfers van bepaalde leerlingen kunstmatig laag houden en de cijfers van de vorige school niet willen meetellen. Docenten die diverse leerlingen – waaronder veel meisjes, aldus mijn jongste zoon – met selffulflling prophecy methodes de nietwiskundige kant en MBO in praten en sturen en die meisjes tot zijn ergernis dit nog accepteren ook. Een coördinator die je herhaaldelijk nadrukkelijk vraagt of je je [jongste] zoon niet naar een andere school wil sturen. Al die alle denigrerende en saboterende opmerkingen en handelingen. Om van de invloed daarvan op andere leerlingen en volwassenen nog maar niet te spreken...... En
38.
39.
40.
De gezondheidszorg die als geen ander letterlijk en figuurlijk vertrouwd is met het begrip sterk en zwak in de samenleving. Die, ondanks de vele studies op dat ge bied, oorzaak en gevolg door elkaar haalt en de nadruk blijft leggen op genetische oorzaken. Die je verzekert dat het normaal is dat een goede gezondheidszorg niet voor iedereen is weggelegd. Dat als een gestoorde tandarts in je puberteit [jouw en anderen] bijna al je tanden uit je mond trekt, je zelfs geen excuus, laat staan scha deloosstelling hoeft te verwachten en hij [na 'een reprimande'] gewoon door kan gaan. Een tandarts in Vorden die je [in verband met een scheurtje in mijn 12 jaar oude bo vengebit, middenin mijn nieuwe baan] letterlijk en figuurlijk met een mond vol tan den laat staan. Die reageert met de opmerking dat je misschien al snel het oude gebit weer in zal doen. Die na je klacht dit eenmalig bijstelt met de opmerking dat er verder niets aan te doen is. Die in plaats van de totale kosten van € 659, niet meer dan € 83,72 wil vergoeden en dat tot op heden nog steeds niet gedaan heeft. Een verzekering die je van een kluitje in het riet stuurt.
59
41.
42.
43.
44.
45.
46.
Een second opinion tandarts die je in één gesprek eerst gelijk geeft en vervolgens na lang dralen er een hele andere draai aan geeft door te zeggen dat het oude, ge deeltelijke ondergebit nog wel kan, mits goed op het oude bovengebit afgestemd. Of een nieuw bovengebit. Een tandarts in Winterswijk die zeer ontzet is bij het zien van mijn gebit, en mijn ou de gebit onmiddellijk laat reareren en vervolgens maanden later [na veel uitstel] zegt het nieuwe gebit wel te kunnen repareren. En op mijn twijfel over het nut en effect daarvan zo kwaad wordt dat hij mij verzoekt een andere tandarts te zoeken. Een tandtechnieker die geen commentaar geeft maar belooft het ziekenfonds te bellen met de vraag om een nieuw bovengebit [het onderste hoefde niet, die moest ik toch zelf betalen!!!] en vervolgens niets meer van zich laat horen. En na een paar nieuwe telefoontjes de belofte en het niet nakomen daarvan herhaalt. Huisartsen die weinig of niets [willen] weten van het verband tussen lichaam en geest. Die stressklachten als gevolg van pesten [van mijn zoons en mij] niet serieus nemen of 'te moeilijk' vinden. Hulpverlening die voor de een veel makkelijker toegankelijk is dan voor de andere. Die voor mijn ex nooit een probleem bleek te zijn. Hij werd eerder geholpen, zijn klachten werden eerder serieus genomen en hulpverleners reageerden altijd zeer directief door het met hem eens zijn te zijn en de oorzaak van zijn probleem bij mij of andere factoren te zoeken. Bij mij was dit juist andersom. Ook met betrekking tot mijn kinderen. Die zelfs bij een telefonische hulpvraag een zoek het maar uit reactie oplevert. Een psychiater in Warnsveld waar ik in begin 2000, na mijn studie, hulp bij zocht omdat ik eindelijk wel eens af wou zijn van mijn angst voor en onmacht om om te gaan met pesters die agressief worden omdat je iets beter kan of weet of mogelijk zou gaan kunnen of kritiek hebt. Die je bijdrage om het vooronderzoek te versnellen door het een en ander op papier te zetten volkomen negeert en nonverbaal bela chelijk maakt, het onderzoek vervolgens maandenlang eindeloos vertraagt, en uit eindelijk, als je net een fulltime baan hebt in Utrecht, adviseert om ‘je gevecht op te geven’ en 'met de stroom mee te gaan' [oftewel net zo'n pestkop worden als de rest] en medicijnen te slikken, of anders in dagbehandeling te gaan. Want uit de testen en het onderzoek kwam naar voren dat ik super wantrouwend was maar zon der dat ik ze zag vliegen, wat meestal juist samengaat. Bovendien was ik voor hem te goed van de tongriem gesneden zodat alleen een speciale behandeling mogelijk
60
47.
48.
49.
was. En die was niet in dagdelen mogelijk. Met als gevolg dat ik zonder medicijnen of hulp vervolgens succesvol aan het werk toog, ondanks de pesterijen die mij ver volgens daar weer ten deel vielen. Een maatschappelijk werker in Vorden die ik augustus 2001 ingeschakeld had. In eerste instantie voor mijn oudste zoon die nogal depressief en passief was, maar na zijn opmerking dat hij de gesprekken niet veel vond opleveren, om het contact tus sen vader en zoons te verbeteren. Die – aldus mijn zoons – keer op keer zozeer in zijn eigen logica en argumenten vastliep en met name mijn jongste zoon zodanig negatief benaderde, dat 'zelfs' zijn vader voor hem in de bres sprong, en vader en zoons 'zelfs' een stille blik van verstandhouding naar elkaar toewierpen, dat ze het verder maar voor gezien hielden en alleen nog persoonlijk contact met hun vader wilden. Door één maal per drie/vier weken een dag met hem op stap te gaan [bij hem thuis mocht niet vanwege zijn vriendin]. Aanvankelijk stemde hij toe en maak ten ze een afspraak voor 281201. De maatschappelijk werker protesteerde. Daar na veranderde mijn ex ineens van gedachten en cancelde hij de afspraak met de mededeling dat hij eerst de afwikkeling met mij achter de rug wou hebben en de ge sprekken met de maatschappelijk werker wilde laten doorgaan. Dit laatste weiger den de kinderen. Zij hadden zich hier erg op verheugd gezien zijn laatste reactie en waren zeer overstuur toen het niet doorging. Met als gevolg dat het beoogde effect tot op heden is uitgebleven. Het vrije zorgcircuit waar [ik sindsdien drie keer één of een paar sessies en] mijn zoons vanaf 191001 t/m 220102 ieder zes sessies hulp hebben gehad. Die hoe wel ze [ieder op hun eigen wijze] een zinvolle bijdrage leverden, te kostbaar blijken te zijn omdat de verzekering die niet dekt en hun vader er het nut niet van inziet. Een anonieme aanklacht van kindermishandeling op 271001. Ik zou mijn kinde ren, maar met name mijn oudste zoon indoctrineren, dezelfde woorden die daarvoor al letterlijk tegen mij waren geuit. Na een persoonlijk gesprek met mij en mijn twee zoons werd de arts van het bureau kindermishandeling duidelijk dat er niets aan de hand was maar dat we wel erg geïsoleerd leefden. Daar wij zelf al van alles hadden geprobeerd om het contact te verbeteren naast basketbal, fitness, dansles, therapie [en schaakclubplannen] zonder noemenswaardig resultaat, wilde ik weten of zij nog ideeën had hoe dit te verbeteren. Ook zij wist echter niet wat we nog meer zouden kunnen doen.
61
En wat te denken van.... 50.
Begrafenisondernemers. Het opvallende aantal keren achter elkaar dat een be grafenisonderneming aan de deur kwam of me belde. Eerst in Vorden en later in Winterswijk. Met als klapstuk op 300902 de man met de hoge hoed. Compleet in zwart pak en een koffertje in zijn hand. Alsof hij de kist al bij zich had. Of ik al een verzekering had, vroeg hij nogal nors. Ik antwoordde bevestigend. ‘Ja, want anders moet de familie ervoor opdraaien’, kwam er bot uit. Ik zei niets, wachtte tot hij zich omdraaide en sloot de deur. Toen ik daarna demonstratief bleef kijken waar hij heen ging, ging hij aarzelend naar een paar buren die niet thuis waren. Aan de overkant was er een die wel thuis was en hem zeer verbaasd aankeek net zoals de andere buurvrouw die net thuis kwam. Daarna bleek hij opvallend snel verdwenen. En
51.
52. 53.
54. 55.
56. 57.
Diversen. De vraag van een medebestuurslid van de Openbare Bibliotheek in Vor den, of ik wel wist hoe er tegen me werd aangekeken. Ja dus. In plaats van dat ik op mijn onnozelst vroeg: hoezo?... zoals mijn moeder placht te doen. Voortdurend verkeerd bezorgde boodschappen die ik soms liet bezorgen omdat ik in Utrecht werkte en lange dagen maakte. Boekhandelaren die nooit boeken kunnen bestellen omdat die steeds 'zijn uitver kocht' of 'niet meer te krijgen' [maar vervolgens via uitgevers en anderen wel] en als ze wel te bestellen zijn gaat er toevallig steeds iets mis. Kappers die je haar toevallig steeds weer niet naar wens knippen. De Raad voor Rechtsbijstand die de advocaatkosten van €557,53 alsnog op mij wil de verhalen. Waarover ik eerst twee bezwaarschriften moest schrijven alvorens in het gelijk te worden gesteld. Autobeurten en garageadviezen die veel vraagtekens en geld kosten en weinig dui delijkheid en service bieden. De communicatie. Hoe er gereageerd wordt in winkels en op straat. En genegeerd. Over mijn familieomgeving die wel vaker moeite heeft gehad met mijn activiteiten en [niet Achterhoekse] keuzes en argumenten op welk gebied dan ook. Die sinds mijn terugkeer in de Achterhoek in 1998 herhaaldelijk zeiden ze 'dat ik ook geen HBO studie had moeten doen'. Dat het belachelijk was dat ik in de bijstand zat en te
62
beroerd was om te werken, me teveel verbeeldde e.d.. Dat ik na dertig jaar weer in de Achterhoek was komen wonen. [Waar ze gelijk aan hebben, gezien de ervarin gen. Gezien het feit dat mijn moeder dat eerst leuk vindt en even later niet meer. Gezien het feit dat het kennelijk niet belachelijk is dat mijn zus en zwager [resp. werkzaam in de zorgsector in Vorden, en als topambtenaar in Zelhem] weer in de Achterhoek zijn komen wonen. Gezien de gevolgen van de zoveelste opmerking van mijn moeder tegen mijn oudste zoon [die ook nog eens nergens op sloeg want hij bedoelde iets heel anders, aldus hemzelf]: ‘goed zo, ga maar tegen je moeder in’. En de zoveelste kritiek op mijn jongste zoon dat hij te onafhankelijk en kritisch reageert en te hoge studieeisen heeft. Ik had kunnen weten dat de tijd in de Ach terhoek heeft stilgestaan]. Zal ik doorgaan? Over de ijzige sfeer en opvallend vaak kapotte banden zodat mijn zoons steeds vaker maar gaan lopen? En.... Ach, laat maar zitten, een goed verstaander…..
4.2 1.
2.
3. 4.
5.
Kanttekeningen
Studiefinanciering. De medewerkers van de IBGroep lijken een zeldzaam hard nekkig onbegrip te vertonen. Grote bedragen willen innen van een ABWer, een lening op de valreep alsnog in zijn totaal willen innen en plotseling schuiven met geld alsof het warme broodjes zijn, valt niet alleen meer te verklaren door drukte of slechte communicatie en organisatieproblemen. Het in rekening brengen van een dergelijk hoog bedrag aan iemand met een bij standsuitkering is wel een heel vreemde gang van zaken. Dit lijkt verdacht veel op intimidatie en een pakken wat je pakken kunt mentaliteit. Verder is het bijzonder vreemd dat er zo met dat bedrag heen en weer geschoven werd. Of werd ik uitgedaagd om het bedrag niet terug te storten? Als uitvoerder van het overheidsbeleid, lijkt de IBGroep er goed in om informatie te verzamelen van de diverse instanties. Mar als dit vervolgens alleen maar gebruikt wordt om sommige mensen geld afhandig te maken of aan te zetten tot fraude ko men we wel in een heel schemerig overheidsbeleid. Hoewel ik bij iedere nieuwe ontwikkeling steeds direct telefonisch contact heb op genomen, lijkt herhaaldelijk uitleggen steeds niet voldoende. De medewerkers van de IBGroep blijken over een zeldzaam hardnekkig onbegrip te beschikken. Een dergelijke manier van werken is wel heel erg kostenverhogend. Zeker als blijkt dat
63
het management de medewerkers alleen maar in bescherming neemt en ze alle ruimte geeft om dit gedrag rustig voort te zetten. Of is dit juist de bedoeling? Als je ziet hoeveel tijd ze nodig hebben om iets te begrijpen, zou je het haast gaan den ken. Dan komt het excuus van drukte 'in bepaalde tijden van het jaar' wel in een heel duister daglicht te staan. 6. Belastingdienst. De belastingdienst behoudt zich het recht voor om definitieve be lastingaanslagen op te leggen wanneer het haar uitkomt. Gelukkig voor mij kwam op 260702 [twee dagen na het indienen van mijn bezwaarschrift aan de gemeen te met kopie daarvan aan Premier Balkenende [zie 3.26]], alsnog mijn definitieve belastingaanslag 2000 in de bus en €238, op mijn rekening. 7. Energiebeleid. In de eerste week van oktober was het de landelijke brandpreven tieweek, thema scholen. In de Winterswijkse Weekkrant van deze week stond dan ook dat de brandweer strenger op veiligheid gaat letten. Het gaat hier om scholen en bedrijven. ‘De wethouder van Volkshuisvesting dient toe te zien op de naleving van de woningwet. De gebruiksvergunning vloeit weer uit die wet voort. Het is niet zo dat we als Gemeente alleen uit angst voor mogelijke schadeclaims na calamitei ten weer gaan toezien op strikte naleving van de brandvoorschriften. Respect voor de medemens is hier eerder aan de orde’, lees ik in de krant van 011002. Net een week daarvoor was er een woning van de Woonplaats in de brand gevlogen, een week na mijn ervaring met de wasmachine. Het was in de buurt van een van de woningen die door mij gewogen en te licht bevonden waren. Toch interessant, zo’n mededeling in de krant. 8. Zeker gezien de afstemming tussen de Nuon en de Woonplaats in de meterkast. Want die lijken zich tot dusver allebei weinig gelegen te laten liggen aan de veilig heid van sommige bewoners. Gezien de handelswijze van de Woonplaats op 17 0602 [zie 2.405] en mijn overige ervaringen met onskentons relaties in Winters wijk en elders, heb ik dan ook grote twijfels over de ware oorzaak van de escalatie met het verlengsnoer, de droger en de kapotte wasmachine, het niet doorslaan van de stoppen en de rest [zie 2.410]. 9. Ook respect voor de medemens is ver te zoeken want de gevolgen en kosten zijn voor bewoners als ik. Getuige het oordeel van E. dat de oorzaak van de kapotte wasmachine de koolborstels waren. Want dit kan hoogstens een deel van de
64
10.
11.
12.
13.
14.
waarheid zijn. Ook al was er één versleten koolborstel bij zoals hij zei, dan zegt dit nog niets over de rest van de gang van zaken. Als we er niet bij waren geweest was een brand wel zeker mogelijk geweest met alle gevolgen van dien. In dit licht gezien gaf de buurman op 150602 een bijzonder goede waarschuwing over de brandmelder. [zie 2.404], Ook de [sinds 2000] frequente bezoeken van diverse begrafenisondernemers in Vorden en Winterswijk en de begrafenisman met de ho ge hoed, negen dagen na de wasmachineaffaire [zie 4.148], werpt een bijzonder licht op de zaak. De Nuon houdt er ook een opvallende manier van geld innen op na. Eerst brengt zij mij in 2001 9 maanden lang € 60, te veel in rekening. Vervolgens blijkt zij over een hardnekkig onbegrip te beschikken en – ondanks herhaaldelijke telefoontjes – niet in staat om op korte termijn een goede eindafrekening te kunnen sturen en het juiste bedrag op tijd over te boeken. En dat met een houding alsof men helemaal niet van plan is dit hoge bedrag überhaupt aan mij terug te betalen. Gelukkig voor mij kwam op 260702 [twee dagen na het indienen van mijn bezwaarschrift aan de gemeente met kopie daarvan aan Premier Balkenende [zie 3.26]], alsnog de eindafrekening in de bus en €541,46 op mijn rekening. Ook bij de vakantiehuisjes en mijn huidige woning gingen allerhande zaken ver keerd. Ook hier kon ik alleen door ingrijpen mijnerzijds voorkomen dat ik niet op nog meer onterechte kosten kwam te staan [afgezien van de telefoonkosten dan]. Het lijkt er verdacht veel op dat de Nuon er een grijs beleid op na houdt om zoveel mogelijk geld van anderen af te troggelen. Onder meer door groene stroom leve ranciers te dwarsbomen en klanten dubbele rekeningen te laten betalen. Met het aloude excuus een niet goed georganiseerde organisatie. Maar wel zo goed geor ganiseerd dat de medewerkers zich opvallend eensluidend tonen in hun onbegrip. Oorzaken zijn niet altijd te achterhalen. Samenwerking tussen organisaties kan veel profijt opleveren zoals de Nuon en De Woonplaats laten zien. Zeker als je er be paalde mensen en groepen mee dwars kunt zitten. Maar ik ben gewaarschuwd. Er ging een lampje bij mij branden. Zowel in de woonkamer als op de overloop. Dat flikkert regelmatig. Soms wel met twee of meer tegelijk. Telecommunicatiebedrijven. Ook UPC blijkt er meester in om je van het kastje naar de muur te sturen. Met eindeloos veel miscommunicatie, lange wachttijden en hoge telefoon en andere kosten tot gevolg.
65
15.
En KPN die wel vaart bij al die telefoonkosten die ik e verduren kreeg door de werk wijze van al die organisaties en overheden, doet al evenzo en zadelt je jarenlang op met vreemde telefoongeluiden en gesprekken op de achtergrond.
16.
Postbezorging. Het op tijd krijgen van de juiste informatie is des te belangrijker als je letterlijk en figuurlijk steeds meer geïsoleerd raakt. Als de post niet of niet op tijd komt kun je ook niet op tijd reageren. Rekeningen, belangrijke mededelingen en andere zaken kunnen daardoor niet alleen voor vervelende verrassingen zorgen, maar ook onnodig, financiële consequenties opleveren. Postvertragingen en niet of verkeerd bezorgen zijn dan ook uitgelezen en ongrijp bare middelen om iemand te dwarsbomen. Het is immers lang niet altijd goed te achterhalen waar de oorzaak ligt.
17.
18.
Pianohandelaar. Als je ergens selectief kunt afstemmen dan is het wel in de piano handel. Deze pianohandelaar laat letterlijk en figuurlijk zien hoe vals hij gestemd is.
19.
Onderwijsbeleid. Als kinderen naar school gaan geef je als ouder een stuk opvoe ding uit handen. Mijn opvoeding is gebaseerd op eigen keuze en verantwoordelijk heid en gelijkwaardigheid en respect voor de verschillen. De opvoeding van mijn expartner gebaseerd op de mening van de meerderheid. De taak van het onderwijs is om kinderen – door middel van informatie verschaffen en het verwerken daarvan in mentale en praktische vaardigheden – klaar te sto men voor een plaats in de maatschappij. Het lijkt er echter op dat de maatschappij voor het onderwijs alleen bestaat uit – door egocentrische kiezers en politici ondersteunde – narcistische managers uit [familie]bedrijven en overheid die denken dat de maatschappij om hun draait. Dat zij – conform de prehistorie – de alleenheerschappij hebben en anderen naar hun egoïstische pijpen kunnen laten dansen. Daarmee creëert zij een egoïstische sa menleving waar de egoïst met de grootste mond, de meeste vriendjes en de mees te [machts]middelen de dienst uitmaakt. Dat is niet alleen ziekelijk maar zowel voor individuen persoonlijk als voor de samenleving als geheel nog ontwrichtend ook. Het wordt tijd dat de schoffel eens flink door het onderwijs wordt gehaald. Het mag niet zo zijn dat omwille van het veilig stellen van geld, macht en vriendjespolitiek een egoïstengroep het hele onderwijs en daarmee de toekomstige maatschappij
20.
21.
22.
66
kan ontwrichten en het leven van velen kan vergallen. 23.
24.
25.
26.
27.
28. 29. 30. 31.
Het onderwijs doceert dat de grootste egoïst de baas is en de rest van de samenle ving kritiekloos moet doen wat deze baas wil. Met als gevolg een egoïstenmaat schappij die alles in het werk stelt om het deze baas naar de zin te maken. Met als gevolg een op hiërarchische leest gestoeld familiebedrijf met medewerkers die zon der morren allles doen wat hij of zij opdraagt. Gebaseerd op het principe niet den ken maar doen wat de egoïstenbaas wil: de piratenprincipes van de grootste ego ïst in elitaire Stand houden. Aan de familie en het onderwijs om dit type mensen af te leveren, het bedrijfsleven om dit te organiseren en de overheid om dat te bewa ken. Aldus het onderwijs. Vandaar dat het Nederlandse bedrijfsleven 60 tot 70% MBOers wil om de egoïsti sche principes in hiërarchische stand te houden, het onderwijs dat moet uitvoeren, de familie dat moet aanleveren en de overheid daar een oogje op dient te houden. De overheid ondersteunt deze egoïstenbelangen door zich financieel meer en meerterug te trekken, zodat het onderwijs overgeleverd wordt aan financiële bijdragen van het bedrijfsleven. Daarmee ondersteunt een egoïstische overheid de belangen van een egoïstische bedrijfsleven. Want dat investeert alleen in zaken waar voordeel uit te halen valt en zal, net als bij haar mediainvesteringen, haar voorwaarden via egoïstische agenda’s afdwingen. Met andere woorden, het bedrijfsleven bepaalt – uit naam van de grootste egoïst – hoe de egoïstenhiërarchie georganiseerd wordt en hoe het onderwijs eruit moet zien. Aan het onderwijs de taak om de voorwaarden van het – uit naam van de grootste egoïst handelende – bedrijfsleven gestalte te geven en te bepalen wie daar het beste aan voldoet. En dus wie welke kansen krijgt en wie niet. De manier waarop het onderwijs dit selectieve beleid gestalte geeft, wordt door di recties en besturen vastgesteld, in samenwerking met bedrijfsleven en overheid. 'Goed onderwijs' wordt vertaald als – door de egoïstenhiërarchie goedgekeurd – hiërarchisch onderwijs. Het aanleren van de acceptatie van een egoïstenhiërarchie wordt gezien als de basis van 'goed onderwijs'. Andersdenkende leerkrachten worden onder druk gezet, weggepest of verdwijnen
67
32.
33.
34.
35.
36.
37.
38.
in de WAO. Het gevolg is dat de meeste leerkrachten, ondersteund door het management en de overheid, klakkeloos doen wat de baas, de grootste egoïst van het familiebe drijf, wil. En daarmee wat de meerderheid van de egoïsten willen want zo krijgen ze meer kansen. Ouders en kinderen worden, in lijn met de egoïstenhiërarchie, hiërarchisch onder het onderwijs geplaatst. Met name als het gaat om inspraak bij de leer en opvoe dingsmethode en de aanpak en keuzes van de kinderen hebben ze, afhankelijk van hun opstelling ten aanzien van de egoïstenhiërarchie, weinig tot niets in te brengen. Een ouder of kindvriendelijke reactie is het hoogste wat ze mogen ver wachten. [zie 4.133]. Tevredenheid is niet van belang. Alleen voor degenen die hoog op de egoïstische ladder staan wordt een uitzondering gemaakt. Een van de eerste dingen die onderwijsdocenten dan ook leren tijdens hun oplei ding is dat hiërarchie op de eerste plaats komt. Ze leren selectief onderwijs te ge ven. De meetlat ligt bij de mate van acceptatie van egoïstenhiërarchie van ouders en kinderen. Kritische ouders en kinderen liggen aan de verkeerde kant van de selectiemeetlat. Zij zijn niet welkom in welk onderwijstype dan ook. Ze worden zoveel mogelijk ge weerd dan wel genegeerd. Het verweer gaat steevast in de richting van ‘eigen ver antwoordelijkheid en inbreng is goed maar…’. En dan volgt weer een lesje hiërar chie. Dit soort ouders en kinderen wordt getypeerd als moeilijk en lastig. Wezens waar je de baas over moet zijn. Ze stellen vervelende vragen of doen suggesties waar directies en schoolbesturen, en daarmee dus de leerkrachten, niet van ge diend zijn. Die moeten immers voldoen aan de wetten van de egoïstenhiërarchie. In de egoïstenhiërarchie wordt egoïstisch als sterk en humaan als zwak betiteld Je bent sociaal als je rekening houdt met andere egoïsten. Je heet asociaal als je dat niet doet. Alleen diegenen die zich precies conform egoïstische hiërarchietradities gedragen hebben kans op hoger onderwijs, goede arbeidsmarktperspectieven en goede connecties met de grote egoïsten van de samenleving. Degenen die wel egoïstisch zijn maar onvoldoende respect tonen voor de grote egoïsten kunnen het schudden. Zij komen aan de onderkant van de egoïstenhiërarchie te staan. Degenen die als zwak [en dus te kritisch en/of te humaan of niet respectol genoeg
68
naar grote egoïsten] zijn getypeerd krijgen met hersenspoelende methodes een selffulfilling prophecy aanpak door minder kansen, negatieve aandacht en beoor delingen, positieve prestaties bagataliseren, kleineren of negeren en op alle slak ken zout leggen. 39. Ook wordt ieder zwak moment of omstandigheid onmiddellijk geëtiquetteerd als minder begaafd of gemedicaliseerd als dyslexie, ADHD, MBD, of iets dergelijks. Terwijl hyperactiviteit in veel gevallen gewoon duidt op frustratie of boosheid die niet geuit mag worden. Boos over het feit dat ze niet serieus genomen worden bij voorbeeld. Of ze snappen en kunnen het wel maar hebben geen zin in eindeloos herhalen van leerstof en schrijfoefeningen. 40. Tegelijkertijd probeert het onderwijs op hysterische wijze te verhullen dat zij een se lectie maakt in egoïstisch = sterk en humaan en kritisch = zwak onderwijs. 41. Ook is het is typerend voor het onderwijs om te verhullen hoeveeel invloed zij heb ben op de ontwikkeling van een kind. Dat kinderen die gedurende 16 tot 20 jaar een derde deel van hun dag ondergaan. Ook dit heeft weer te maken met de egoïstenhiërarchie die geen kritiek van lager geplaatsten accepteert. 42. Zich verantwoordelijk voelende ouders willen dat hun opvoedingsmethode wordt voortgezet in het onderwijs en niet andersom. Zij willen – in samenspraak met hun kinderen – bewuste keuzes maken en goed overleg over en inspraak in de [school] opvoeding van hun kinderen. In de egoïstenhiërarchie kan dat niet. Daar wordt al les voor je bepaald. Door de grootste egoïst. 43. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het onderwijs zich niet alleen egoïstisch richt op de wensen van de grote egoïsten in de egoïstenmarkt maar, In tegenstelling tot wat in de politiek en media gesuggereerd wordt, ook grote kartelvorming pleegt in het openbaar en bijzonder onderwijs om aan hun monopolistische wensen te vol doen. Zo worden alle scholen immers één pot egoïstennat. Vandaar ook dat scho len de egoïstenbevindingen van vorige scholen overnemen, ook al belijden som migen met de mond een eigen oordeel te willen vormen. Want zo dicteert de egoïstenhiërarchie.... in het onderwijs. 44. Zo kan het etiquetje individualist [omdat je niet vanzelfsprekend doet wat een ander wil maar, zo klein als je bent als 2½ jarige, je eigen verantwoordelijkheid draagt en logische argumenten verwacht] en dus 'niet normaal' [want dat ben je pas als je een kuddedier bent die conformistisch doet wat anderen van je verwachten] in de
69
45.
46.
47.
48.
ogen van de peuterjuf van mijn oudste zoon, je je hele schoolleven en daarna blij ven vervolgen. Met alle gevolgen vandien, ook voor mijn jongste zoon, die zo al vroeg meekreeg wat het etiquetje individualist voor consequenties had. Mijn kinderen hebben dan ook geen positieve ervaringen met het onderwijs. Mijn oudste zoon stoot regelmatig zijn hoofd met zijn eigengereide houding en alterna tieve, doordenkerige [wiskundige] oplossingen en mijn jongste zoon door zijn as sertieve mondigheid. De kuddeachtig geschoolde benadering en denigrerende me thodes als je niet aan 'hun' dictatoriale verwachtingen voldoet, zowel van de Drie mark als van andere scholen, hebben dan ook niet veel positieve informatie en kennis bijgebracht. Wel heel veel lage beoordelingen en publieke minachting voor hun VWO wens en WOberoepskeuzes en een demotivatie om – op deze manier – verder te leren. [Mijn oudste zoon kreeg Havo/vwo advies maar koos, tegen de zin van de mentor en mij, op voorstel van zijn vader voor MavoHavo. Na de Mavo ging hij noodgedwongen naar de Havo omdat hij geen VWO volwassenonderwijs mocht volgen met als argument te jong en de cijfers niet hoog genoeg voor een uit zonderingspositie. Mijn jongste zoon werd [educatief gemanipuleerd] gedwongen om naar het kaderberoeps te gaan. Hij werkte zich op tot de Theoretische Leerweg maar de doorstroom naar de Havo werd steeds weer met een vooruitgeschoven belofte uitgesteld]. Omdat, ondanks de negatieve ervaringen met leerkrachten en conformistische leer lingen beiden het Daltonsysteem erg plezierig vonden – met name de zelfwerk zaamheid en het feit dat ze minder tempogebonden waren, iets waar ze veelvuldig gebruik van maakten, beviel hun goed [hoewel sommige leraren behoorlijk verve lend konden reageren als mijn jongste zoon weer eens te ver vooruit had geleerd] – wilden ze het liefst via een schriftelijke VWOstudie verder leren. De leerplichtambtenaar moest echter 'op bevel van hogerhand' zijn beslissing aan passen. Want ook al stond de Driemark niet te springen om beide kinderen aan te nemen, zij werd, als gemeenteschool, gedwongen om ‘hun negatieve ervaringen in positieve om te zetten’. Wat dat inhoudt in een Achterhoekse [lees: Achterbakse] samenleving waar de tal rijke opmerkingen van mijn familie en anderen over 'de vrije opvoeding’ van mijn kinderen, mij om de oren vlogen, blijkt wel uit de overtreffende trap in denigrerende benaderingen die mijn zoons ten deel vielen. En al helemaal waar het hun VWO wensen betrof ['wat verbeeld jij je wel' attitude]. Vooral mijn [mondige] jongste zoon
70
moest het ontgelden. Het lijkt dan ook zeer waarschijnlijk dat de ‘positieve ervarin gen’ die 'hogerhand' voor ogen had, Achterhoeks moeten worden vertaald in ter men van ‘een hiërarchisch lesje in je onderwerpen aan egocentrische dictators'. 49. Waar dat toe leidt blijkt wel uit de huidige klas van mijn jongste zoon, die aan het begin van het schooljaar betiteld werd als een van de beste klassen met veel havo doorstromers en enkele maanden later, door de selectieve benadering van de do centen een van de slechtste werd met nog maar een paar havo doorstromers [zie 4.135]. Dit is hét schoolvoorbeeld van selffulfilling prophecy en duidelijk gericht op ‘de wens van het bedrijfsleven is de vader van het onderwijsgedachte'. 50.
51.
52.
Weliswaar blijft de motivatie om te leren ongebroken groot bij mijn kinderen, het aangeboden onderwijs blijkt van dermate slecht kaliber dat alleen een doe het zelf methode nog geschikt lijkt te zijn. De vakantieperiode in februari in het vakantiehuisje werd door beide zoons benut met studeren. Hier bleek hoezeer ze plezier hebben in het leren op zich. Beide zoons pakten de boeken van de Havo van mijn oudste zoon. Wiskunde, natuurkun de en scheikunde werden onder handen genomen en er werd onderling op een leuke manier vakinhoudelijk gepraat. Daarna hebben wij maandenlang noodge dwongen overwegend in één kamer vertoefd. Leren gebeurde in de woonkamer van het vakantiehuisje. Ondanks alle pesterijen zijn beide zoons stug doorgegaan al had mijn jongste zoon het soms erg moeilijk om de motivatie erin te houden en niet te verzanden in onverschilligheid vanwege het te makkelijke niveau, de bena dering en de ontmoedigende vooruitzichten. Nu, zeven maanden later, in een de primerende omgeving en een overvolle woonkamer met weinig perspectief, wordt hier door beiden met heimwee aan teruggedacht. Met name door mijn jongste zoon die steeds meer moeite krijgt met de huidige gang van zaken en steeds opstandi ger wordt. Voor mijn oudste zoon blijken ook de docenten van de LOI weinig betrokkenheid te vertonen. Ook hier wordt er niet of nauwelijks iets toegelicht bij de beoordelingen, en ondersteunende reacties en adviezen zijn er nauwelijks. Verkeerde notaties e.d. worden simpelweg fout gerekend zonder dat de eisen worden toegelicht. Ook valt het hem op hoe ook hier weer onnodig gecompliceerd wordt uitgelegd, zonder overzichten; met name in de wiskunde. In de oefenvragen vind je nauwelijks of geen moeilijke vragen die je zelf kunt analyseren, aldus mijn oudste zoon, zodat je
71
53.
54.
55.
56.
57.
58.
ook hier weer afhankelijk bent van het [voor]oordeel van een leraar die bij de uit werking nauwelijks of niets verduidelijkt of beredeneert, maar alleen traditioneel in terpreteert. Dit roept bij mijn zoon traumatische reacties op die gerelateerd zijn aan het onderwijs. Onderwijs die vakken als wiskunde als mannelijk en moeilijk, alleen geschikt voor een selectieve groep volgzamen typeert. Die niet wil dat je zelf denkt en doet maar alleen wat je opgedragen wordt. Die je overlaadt met 'het neerzetten van streepjes en krulletjes', zoals mijn oudste zoon het formuleerde. Die daar, net als zijn broer weinig geduld voor had, met als gevolg een slecht handschrift. Mijn oudste zoon beseft nu pas dat hij er nog steeds niet van verlost is. Dat hij nog steeds de neiging heeft om overal dwars tegen in te gaan, de wiskunde anders op te schrijven dan vereist en dingen anders aan te pakken. Zoals hij dat vroeger deed met het schrijven en het maken van letters en met rekenen. Voor de grap en uit op standigheid. 'Omdat het anders zo saai was'. Ook mijn jongste zoon kan zich nauwelijks meer inhouden en moet alle zeilen bij zetten om niet net zo recalcitrant te reageren, maar zich zoveel mogelijk te distan tiëren van een ziek onderwijsbeleid. Met pijn in mijn hart moet ik toezien hoe mijn zoons eenzaam voortmodderen met hun studie. Hoe mijn oudste zoon zich dag in dag uit in alle eenzaamheid richt op zijn VWO studie en hobbies. Hoe mijn jongste zoon iedere dag wanhopiger ver langt naar een zelfde soort leven als zijn broer, beu als hij is van de voortdurende minachting voor zijn capaciteiten, zijn keuzes en zijn persoonlijkheid. Hoe ze al drie jaar geen andere vrienden hebben dan elkaar [zie 2.11]. Het Nederlandse onderwijs is ziek en niet zo'n klein beetje ook. Het is verstrikt ge raakt in de egoïstenhiërarchie. Het blijkt een hiërarchisch gestructueerd egoïstenin stituut dat opleidt tot het verdedigen van egoïstische belangen... van een egoïst engroep. Hier is geen sprake van slecht onderwijs door te lage salarissen, te wei nig middelen en te weinig leerkrachten zoals al jaar en dag beweerd wordt, maar door van hogerhand geregiseerde onwil. En die oordeelt dat Het Nederlandse on derwijs niet mag veranderen maar kinderen moet blijven opvoeden tot kleine egoïs ten die volgzaam doen wat grotere egoisten van hun verlangen. Vandaar ook dat vernieuwingen steeds weer op slinkse wijze worden geblokkeerd en veranderingen omgebogen in de richting van de egoïstenhiërarchie.
72
59. 60.
61.
62.
63.
64.
Vandaar ook dat het tekort aan leerkrachten terug is te voeren tot het hiërarchisch gestructureerde egoïstenmanagement van het onderwijs. Met haar egoïstische onderwijsmethode geeft het onderwijs niet alleen een mens onvriendelijk en pesterig voorbeeld, zij lokt dat ook uit. Je moet immers eerst grote re egoïsten accepteren 'zoals zij zijn', vervolgens 'rekening houden megt hun wen seneisen en die van jezelf op een lager pitje zetten of uitschakelen om 'geen con flicten te veroorzaken'. Doe je dat dan zit je voor je het weet in een egoïstenhiërar chie verstrikt en word je steeds vaker genoodzaakt je eigen wensen/eisen opzij te zetten 'ten behoeve van anderen'. Doe je dat niet dan heet jij egoïstisch [!!] en word je uit de egoïstengroep gepest. Met andere woorden deze onderwijsmethode cre ëert frustraties, opstand, voortijdige schoolverlaters en outcasts. Met name Vmbo leerlingen [en voorheen Mavo, Mulo, LTS e.d.] moeten een sterk directieve aanpak ondergaan. Ook worden ze geacht stellingen en uitspraken voor waar aan te nemen omdat dit ‘gemakkelijker’ zou zijn. Doordenken wordt lastig ge vonden.... door de leerkracht van een egoïstisch onderwijsinstituut. Je zou er eens achter komen hoe egoïstisch je bent en hoe conformistisch je doet wat andere egoïsten van je eisen. Ook de opmerkingen dat het Vmbo onderwijs te moeilijk en theoretisch is [nieuws], is niets anders dan de zoveelste poging van onderwijs en bedrijfsleven om egoïs tisch gedrilde robotten te creëren die precies doen wat grote egoïsten hun opdra gen. Ieder mens wil serieus genomen worden, groot en klein. Doe je dat niet dan moet je als maatschappij ook niet zeuren als het mis gaat, dan heb je het geweld van de toekomst zelf uitgelokt. Als het onderwijs zo doorgaat met klakkeloos egoïsten creëren omdat een egoïstengroep dit opeist, dan creëert het Nederlandse onder wijs, en dus het Nederrlandse bedrijfsleven, en dus de Nederlandse overheid, en dus de grootste egoïst: de grootste egoïst vererende kiezer, een toekomstige revo lutie die zijn weerga niet kent. Want een gewelddadige maatschappij wordt gecreëerd... door de egoïstenhiërar chie in de familie, die precies doet wat het onderwijs opdraagt, die precies doet wat het bedrijfsleven eist, die precies doet wat de overheid dicteert, die precies doet wat de grote egoïst wil: zichzelf narcistisch aanbidden en de grootste egoïst ver (h)erend op een voetstuk zetten.
73
65. De gezondheidszorg. Als de, al dan niet democratisch gekozen, meerderheid van uit het rechtvandesterkste principe van de vrijgevochten marktbende maar lang genoeg een individu en/of minderheid tiranniseert, opjaagt en uitbuit, raakt zo'n in dividu en/of minderheid vanzelf gestresst. Hoe rationeel die er ook mee omgaat of omgaan. Je moet immers voortdurend alert zijn, een rationele confrontatie aangaan met een meerderheid die niet rationeel wenst te zijn [hoogstens voor de uiterlijke schijn], ervaren dat en hoe je mentaal, fysiek, economisch en relationeel beroofd wordt, en – om te voorkomen dat je op je tandvlees gaat lopen – je wensen en verwachtingen bijstellen. Want langdurige stress tast je gezondheid aan. 66. Om te beginnen je tandvlees lees ik op de website tandarts.nl. Daar staat ook be schreven dat er mogelijkheden bestaan om tandvlees te behandelen. Toch heeft geen enkele tandarts door de jaren heen ooit iets anders gedaan dan – op zijn hoogst – verwijdering van aanslag. Zelfs geen reparatie van de hoektanden, terwijll daar toch het ondergebit op rust. Laat staan dat ik er op gewezen werd dat stress – iets wat bij mij in ruime mate aanwezig is zoals uit voorgaande hoofdstukken mo ge blijken een belangrijke rol speelt in terugtrekking van het tandvlees of geatten deerd op de mogelijkheid van een tandvleescorrectie. En dat terwijl mijn tandvlees zich al tientallen jaren steeds verder terugtrekt en ik daar wel stelselmatig op gewe zen werd – alleen dan in de zin van het dreigement: het duurt niet lang meer dan moeten die ondertanden [het laatste wat ik nog heb] er ook uit [zie 4.138] – en ik, zowel wat de tandvleescorrectie als de reparatie van de hoektanden betreft, daar diverse keren naar gevraagd heb en evenzo vele keren het antwoord kreeg dat dat niet kon. Omdat verschillende tandartsen steeds hetzelfde zeiden nam ik dit voor waar aan. 67. Zowel de tandarts in Winterswijk als in Vorden waren van mening dat mijn onder gebit zo snel mogelijk vervangen moet worden. De tandarts in Winterswijk en de second opinion tandarts waren van mening dat het nieuwe gebit zo spoedig mogelijk minimaal gewijzigd dan wel vervangen dient te worden en de tandarts in Vorden concludeerde hetzelfde met het oude gebit en veronderstelde dat ik het nieuwe gebit al snel zou vervangen door het oude [zie 4.139]. 68. Beschadiging van de ondertanden is door alle tandartsen als belangrijk motief ge noemd voor een ander ondergebit. Alle drie de tandartsen zijn van mening dat het oude ondergebit schade berokkent aan mijn tanden en twijfelen aan de houdbaar heid van mijn ondertanden. De adviserend tandarts gaat, nadat hij geconcludeerd
74
69.
70.
71.
72.
73.
74.
75.
heeft dat de tanden toch waarschijnlijk binnenkort vervangen moeten worden, er van uit een ander gebit niet nodig is. Dit werd mij ook al meegedeeld toen ik mijn eerste ondergebit kreeg. De betreffende tandarts [die bij mij niets getrokken had maar ook geen foto maakte] zei in 1972 al dat het vijf, hooguit tien jaar zou duren totdat mijn ondertanden eruit zouden moeten. Mijn antwoord was [ook bij andere tandartsen] dat mijn ervaring mij leerde dat al mijn getrokken tanden en kiezen zeer sterke en diepliggende wortels hadden. Dat dit mij ook gezegd was. Nu, dertig jaar later heb ik ze ondanks alles nog steeds. Opvallend is dat hoewel zowel de oude als de huidige tandarts zo benadrukken dat er zo’n haast bij is vanwege de staat van de tanden, er vervolgens maanden ge wacht moet worden op behandeling. Het is ook opvallend dat ik na mijn bezoek aan de tandarts ineens weer last kreeg van blaasjes. Zowel bij het nieuwe boven en ondergebit als na de aanpassing er van. Begin oktober had ik last van gevoelig tandvlees. Mogelijk als gevolg van stress. Sinds ik half oktober afstand genomen heb van de vele bezwaarschriften e.d. [zie 3.216] is dit verminderd. Inmiddels [met het oude boven en ondergebit weer in] heb ik nergens last meer van. De houding van de verzekering getuigt van een ziekelijk makende, selectieve machtsstrijd om de gezondheidszorg in haar greep te krijgen. Dit wordt ook zicht baar in het ‘achter de schermen aan de touwtjes trekkende tandartsenverhaal’, waar ik maanden moest wachten op de toewijzing van een andere second opinion tandarts dan welke mij was geadviseerd. Uit mijn recente ervaringen blijkt dat zowel tandartsen als verzekeringen als Amicon gebruik lijken te maken van vertragingstactieken, verkeerde informatie geven dan wel goed informatie nalaten, onjuiste behandelingen en –adviezen geven en eco nomisch gewin en uitbuiten. Logica en redelijkheid is ver te zoeken. Laat staan de zorg voor het welzijn van mensen zoals ik Ook huisartsen en psychiaters lijken niets anders te kunnen dan de kop in het zand steken en met de aanzwellende stroom vrijgevochten egoïstenbendes mee te doen. Want zo horen ze erbij, zo worden ze niet net zo Achterhoeks te grazen ge nomen als jij. In de gezondheidszorg verwacht je mensen die uit betrokkenheid met hun mede
75
76.
77.
78.
79.
mens hun beroep uitoefenen. Niets is minder waar. Als een elitegroep in de top de samenleving belang heeft bij het in stand houden van egoïstischsterken en hu maanzwakken en een egoïstischhiërarchische rolverdeling en de rest van de sa menleving voldoet daaraan, zie je dat in de gezondheidszorg terug. De gezond heidszorg draagt dan ook volop haar steentje bij aan de eisen van de 'vrije' egoïs tenmarkt, die mensen angst aanjaagt; frustraties en trauma’s creeërt; sterke men sen zwak maakt. verzwakte mensen ziek maakt en zieke mensen dood laat gaan... als het haar uitkomt. En waar kan dat beter dan in de gezondheidszorg nietwaar. Daar heb je de macht over leven en dood op legitieme manier binnen handbereik. Daarom wordt de gezondheidszorg steeds meer een bedrijfstak met 'vrije' markt belangen. De creatie van sterke en zwakke mensen hoort daarbij. Dat de gezondheidszorg nog steeds niets wil weten van de psychologische werking tussen lichaam en geest is dan ook niet toevallig. Als er ergens een gebied is waar het spreekwoord: wat niet weet, wat niet deert gehuldigd wordt, is het wel in de ge zondheidszorg. Want zo kan de gezondheidszorg op een hiërarchische en rolbe vestigende manier onderscheid maken in 'de hulp' [van de wal in de sloot] die zij aanbiedt, zonder dat er een haan naar kraait of een hen naar kakelt. Degenen die niet aan dit egoïstische marktmechanisme meewerken worden ofwel niet serieus genomen, ofwel weggepest door hun hiërarchische collega’s, ofwel niet vergoed door de verzekering [en dus te duur voor velen], ofwel hebben door overvolle agenda’s te weinig tijd beschikbaar. Want er wordt collectief samenge werkt om de monopoliepositie van de 'vrije' markt te handhaven en versterken. Ook in de gezondheidszorg. Iederreen die daar kritiek op heeft wordt uit alle macht ge weerd. Dat een selectief beleid voeren, conform de denkbeelden van de 'vrije' markt, zoals de gezondheidszorg en veel zorgverleners nu presteren, getuigt van een zieke geest en een gevaarlijke maatschappelijke ontwikkeling, moge zo langzamerhand duidelijk zijn. Het creëert door haar egoïstisch denken onwetendheid en zieke men sen en een ongezonde maatschappij. Met als gevolg een hoop werk en veel frus traties voor al degenen die werkelijk begaan zijn met de mensheid. Begrafenisondernemers. Diverse verzekeringen die je een begrafenisverzekering willen aansmeren is één ding. Dat ze allemaal ineens dezelfde gedachte hebben en achter elkaar aan de deur komen kan ook nog. Dat ze dat vaker doen dan één
76
keer word opvallend en vervelend. Dat ze dat geintje in je nieuwe woonplaats her halen is merkwaardig en irritant. Maar een man in begrafenistenue compleet met koffertje en hoge hoed?..... is alleen maar uiterst curieus en lachwekkend. Net als al die verzekeraars. 80.
81.
82.
Diversen. Je kunt niet altijd zeggen waar de grens ligt tussen toevallige gebeurte nissen, bureaucratisch gedrag of mensje pesten. Waneer iets toeval is en wanneer niet. Hoezeer organisaties en medewerkers het leven van anderen zuur kunnen maken lijkt mij nu wel duidelijk. En al die anderen die daaraan meewerken? Ach, slachtoffers van pesters hebben geen familie of vrienden. Die kijken wel uit. Volgens de wet van pesters worden ze immers vervolgens zelf gepest. Mijn kinderen weten er alles van. Die hebben niet de weg van de minste weerstand gekozen zoals iemand uit Vorden had verwacht. ['Je ex. heeft het financieel toch veel beter']. Met alle vriendschappelijke, onderwijs kundige, economische en maatschappelijke gevolgen van dien. Maar daarom niet getreurd. ik zeg maar zo, meedoen aan de narcistische aanbid ding van paternalistische roddel en Achterhoeks klapvee die je met bureaucra tische treiterijen economisch uitkleden en maatschappelijk de grond in trappen 'om dat je niet vrijgevochten meedoet met de afgunst van de rest', is als een Haags Hoofd steken in een Achterhoeks piratennest. Het zegt iets over je moraal, je cul tuur en je mentaliteit. Net als uitgaan van logica en redelijkheid, rechtvaardig roeien met de mogelijkheden die je wel hebt en afstand nemen van een laagbijdegrond se samenleving die je giftig huisvest en de toekomst van jouw en je kinderen op ex tremistische wijze verpest. Het is maar waar je voor kiest.
77
5
Conclusie
Egoïsten zijn slimme misdadigers. Althans, zo lijkt het. Ze denken buitenschot te blijven door te doen wat iedereen doet. Maar is dat wel zo? En wat zijn de gevol gen? De egoïsten op een rij. De egoïst wordt maatschappelijk beloond mits die zich hiërarchisch laat leiden door en onderwerpt aan egoïsten die sterker zijn dan hij of zij. En dus zich hiërarchisch laat leiden door en onderwerpt aan een groep egoïsten die samenwerken om hun egoïstische belangen veilig te stellen. En dus zich hiërarchisch laat leiden door en onderwerpt aan een groep egoïsten met veel middelen om hun egoïsme te handha ven. En dus zich hiërarchisch laat leiden door en onderwerpt aan een groep egoïs ten met veel macht om hun egoïsme kracht bij te zetten. En dus zich hiërarchisch laat leiden door en onderwerpt aan een groep egoïsten die zichzelf en elkaar feo daal versterken. En dus zich hiërarchisch laat leiden door en onderwerpt aan een groep egoïsten die zichzelf en elkaar narcistisch vergoddelijken. En dus de grootste egoïst aanbidt. Want o wee als je dat niet doet. Als je daar kritiek op hebt. Als je je niet niet laat leiden door en onderwerpt aan de egoïstenhiërarchie. Dan zwaait er wat. Word je voor straf – voor je gebrek aan gehoorzaamheid aan het hiërarchisch gebureaucra tiseerde egoïsme en je kritische opstelling – net zolang relationeel, intellectueel, economisch en cultureel gepest, uitgebuit en vernederd, tot je én mentaal én fysiek volkomen uitgevloerd en leeggezogen bent, én volkomen berooid naast de egoïs tenmaatschappij staat én niemand nog iets met je te maken wil hebben. En de be grafenisondernemer erop volgt. En dus aanbidt de egoïst het egoïsme.... van de grootste egoïst. Want zijn of haar leven hangt ervan af. En dus doet een egoïst alles watie geacht wordt te doen. Hoort, ziet en zwijgt ie over alles wat de grootste egoïst niet aanstaat. Houdtie er dubbele agenda's op na.
78
Met als gevolg, een egoïst die zowel de grootste egoïst als zichzelf aanbidt. Die de rest van de familie dat ook leert te doen. Die daar een familiebedrijf van maakt. En daar net zolang mee doorgaat tot het een overheidsbedrijf is die met bedrijfsculture le middelen bedrijfspolitiek bedrijft. Die dat met alle geweld probeert te bewaken. En feodale middelen toepast om dat in stand te houden. Met als gevolg, een egoïstische familiemaatschappij vol dubbele agenda's. Vol egoïstische overheden, politici en kiezers. Vol egoïstische familiebedrijven, bedrijfs leiders en medewerkers. Vol egoïstische scholen, leerkrachten en leerlingen. Vol egoïstische families, ouders en kinderen. Die allemaal de grootste egoïst met een dubbele agenda ver(h)eren en dat op een egoïstische manier naar eigen hand [re] organiseren. Met als gevolg, een samenleving vol egoïsten die zichzelf en elkaar vergoddelijken en horen, zien en zwijgen over hun werkelijke bedoelingen. Die cultiveren zoals het hun goeddunkt, handelen zoals het in hun marktkraam te pas komt. doceren op grond van egoïstische afwegingen en vol egoïstische ver(h)ering communiceren. Die niets willen weten wat niet in hun kraam te pas komt, alleen maar egoïstische verklaringen hebben over oorzaak en gevolg en feit en fictie en hun leugen de waarheid noemen en de waarheid een leugen. En dat massaal in stand houden on der het mom: de meerderheid heeft altijd gelijk Tenminste.... zolang de meerder heid een egoïst is. Met als gevolg, een afgunstige samenleving vol gefrustreerde egoïsten die massa hysterisch reageren. Omdat ze nooit genoeg hebben en zich altijd tekort gedaan voelen. Omdat ze een ezel gemaakt hebben van zichzelf. Omdat ze niet kunnen wat een humaan kritisch mens wel kan: zichzelf en anderen kritisch beoordelen op de mate van logica en redelijkheid en daar op verantwoordelijke wijze naar hande len, eigen onredelijkheid op rechtvaardige wijze corrigeren en bijsturen en afstand nemen van al diegenen die niets willen horen, niets willen zien en niets willen be grijpen wat [bij] hun en anderen niet aanstaat. Omdat ze verstrikt zijn in de egoïs tenhiërarchie.
79
6
Bronnen Bovens, M.A.P., e.a. (2001). Openbaar bestuur. Beleid, organisatie en politiek. Arphen aan den Rijn: Kluwer. Emmerechts, Sonja, (1999). Pesten. Wat doen we eraan? Antwerpen: Icarus Geerligs, C.T., (1991, vijfde druk). Selecterend Onderwijs in: Basiscursus sociale wetenschappen. dl.4 (18). Heerlen: OU Grave, W.S. de, (1991, vijfde druk). Interacties tussen leraar en leerling in het licht van de zich zelf bevestigende voorspelling. In: Basiscurus sociale wetenschappen dl. 4 (19). Heerlen: OU Greene, Robert, (1998). De 48 wetten van de macht. Amsterdam: J.M. Meulenhoff Leeuw, J. de, Kannekens, J. Bedrijfsethiek voor HBO. Best:: Damon. p.105 Schrijvers, Joep P.M.(2002). Hoe word ik een rat? Schiedam: Scriptum
80