een educatief computerspel voor het secundair onderwijs
artikel P&G - april
Vrije Universiteit Brussel Department Research & Development Afdeling WetenschapsCommunicatie Wim Van Broeck Pleinlaan 2 - 1050 Brussel http://stimulus.vub.ac.be
Situering van Stimulus© binnen het werk van de cel Wetenschapscommunicatie van de VUB. Sinds 1988 kunnen jongeren tijdens de tweejaarlijkse Wetenschapsweek actief kennismaken met het onderzoek aan de Vrije Universiteit Brussel. De VUB vervulde daarmee op vlak van wetenschapscommunicatie een pioniersrol in Vlaanderen. Daarnaast was de afdeling R&D-Wetenschapscommunicatie de motor achter een drietal succesvolle rondreizende tentoonstellingen en twee jongerenprojecten, de ComiX-files© en het Virtueel Museum©. Momenteel wordt er ook gewerkt aan de uitbouw van een netwerk van WetenschapsWinkels in Vlaanderen.
>Stimulus©, het sluitstuk van het VUB ICT-platform: Met de ComiX-files© en het Virtueel Museum© heeft de cel Wetenschapscommunicatie van de VUB al 2 succesvolle projecten op haar naam staan, respectievelijk voor de 1ste (12-14 jaar) en 3de graad (16-18 jaar) van het secundair onderwijs. Een project specifiek gericht naar de 2de graad ontbrak. Met Stimulus, educatieve software voor wetenschappen, is die leemte opgevuld. Het VUB-ICT-platform voor het secundair onderwijs heeft nu een goede basis verkregen voor een toekomstige ontwikkeling. De drie projecten hebben elk hun eigen internetadres, maar zijn ook toegankelijk via 1 gemeenschappelijk platformadres http://virtueelmuseum.vub.ac.be . Het Museumgebouw functioneert als portaal voor alle jongerenprojecten.
>Door wie werd Stimulus© gemaakt? Stimulus is een complex project. Dat betekent dat er heel wat mensen zich uit de naad werkten om het tot een goed einde te brengen. Het concept werd ontwikkeld binnen de cel Wetenschapscommunicatie. De inhoud kwam tot stand i.s.m. de lerarenopleidingwerkgroep Chemie van de Vrije Universiteit Brussel, de pedagogische begeleidingsdiensten van het officieel gesubsidieerd onderwijs en het gemeenschapsonderwijs. Technische bijstand kregen wij van Prof. Paul Geerlings – hoofd van de dienst Algemene Chemie VUB, Prof. Michel Lefebvre van de Koninklijke Militaire School en de medewerkers van het Rekencentrum VUB-ULB. De omzetting naar educatieve software was in handen van een gespecialiseerd multimedia kantoor in Brussel. Stimulus kwam tot stand via een co-financiering van de Vrije Universiteit Brussel en de Vlaamse Overheid in het kader van het actieplan “‘Wetenschapsinformatie en Innovatie’”.
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
2
Beschrijving van Stimulus© Stimulus is een educatief computerspel voor de 2de graad ASO en TSO. Meer specifiek gaat het om digitale lespaketten voor de wetenschappen chemie, biologie en fysica. Stimulus is modulair opgebouwd rond een concreet thema en gegoten in een spelformaat. Momenteel bevat Stimulus 1 module in het vakgebied chemie in de context van “de vuurwerkfabriek”. Wij werken aan de ontwikkeling van een 2de module binnen chemie, namelijk “wasmiddelen”. Wij hopen in de toekomst nog meer modules, ook binnen andere vakgebieden i.s.m. openbare en private partners, te ontwikkelen.
Stimulus beginpagina
Naast de lespaketten krijgen leerkrachten binnen Stimulus de mogelijkheid hun Droomexperiment te verwezenlijken. Lessen chemie zonder experimenten zijn moeilijk denkbaar. Stimulus biedt leraars de mogelijkheid dàt experiment uit te voeren dat, om technische, veiligheids- en/of financiële redenen, op school onuitvoerbaar is. In de Stimulus Info en Help krijgt de leerkracht –in PDF- een “Stimulus© handleiding” en “Stimulus©opdrachten”. Leraars kunnen er ondermeer terecht voor examenvragen en data over onze “StimulusDemotoer”, een tekst over “Wetenschap als studie- & beroepskeuze” en een lijst van “Belangrijke wetenschappers”. Stimulus Info en Help zijn dynamische instrumenten die ons toelaten om op een permanente basis via een Content Management System teksten en beelden toe te voegen.
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
3
>Hoe zijn die Stimulus modules opgebouwd? Elke Stimulus module is een kant-en-klaar lespakket, opgesplitst in verschillende doe-opdrachten. Vakgebonden eindtermen vormen de achtergrond van de Stimulusmodule. Het zijn die eindtermen die concreet in de doe-opdrachten worden uitgewerkt. Een evaluatieopdracht sluit de module af. In deze pilootfase hebben wij ons beperkt tot de uitwerking van 1 module. De setting is de vuurwerkfabriek. Aan de hand van acht doe-opdrachten wordt één bepaald toepassingsgebied van de chemie –de pyrotechniekdoorlopen. Extra aandacht ging naar de veiligheidsrisico’s verbonden aan de manipulatie van explosieve en brandbare stoffen. Stimulus is dus ideaal om explosieve experimenten 100% veilig in de klas uit te voeren. De acht opdrachten die de jongeren kunnen doorlopen, zijn erg gevarieerd en bevatten een interne logica. Wij starten klassiek met leesteksten en introduceren doorheen de module videoreportages en interactieve proeven. Gaandeweg worden de antwoordmogelijkheden diverser en beperken wij ons niet louter tot de opties “ja” of “nee”. De vergaarde kennis en vaardigheden zijn nuttig voor de oplossing van de volgende opdracht. Niettegenstaande deze interne logica bezit de leerkracht de vrijheid om “a la carte” een selectie te maken in functie van zijn lesprogramma en leerlijn. Indien men alle opdrachten wil doorlopen moet men minimaal 4 lesmomenten van 50 minuten uittrekken.
©De Morgen – 6 november 2003
Om de attractiviteit en interactiviteit van Stimulus te optimaliseren, hebben we zeer nadrukkelijk elementen uit de wereld van videospelletjes geïntegreerd. Leerlingen zien bijvoorbeeld hun “score” na elke opdracht, moeten verschillende “levels” afwerken, monteren én lanceren virtueel een vuurpijl, enz. Wij hebben getracht de doe-opdrachten zo open mogelijk te maken, t.t.z. in sommige gevallen bestaat er meer dan 1 oplossing voor een bepaald probleem. Ten tweede is de module Vuurwerk lineair opgebouwd en werden geen zijsprongen voorzien. In de toekomst willen wij die “open” richting –die kenmerkend is voor videospelletjesexplicieter toepassen in de uitwerking van andere modules.
>Alle doe-opdrachten van de vuurwerkfabriek op een rij : Opdracht 1 : Deze opdracht is vrij klassiek en bestaat uit drie reeksen van vijf meerkeuzevragen. De leerlingen moeten de antwoorden uit vier korte leesteksten halen. Deze leesteksten zijn uiteraard in Stimulus terug te vinden. Sommige antwoorden worden weggeschreven in een databank en zijn voor later gebruik consulteerbaar door de leerling. Na het doorlopen van één vragenreeks kan de speler –als bonus- een videoreportage van het productieproces van raketbrandstof zien. Deze opdracht kan men ook volledig zonder computerinfrastructuur uitvoeren. Een PDF “papieren Stimulus” bezorgt de leerkracht de vijftien meerkeuzevragen. Het opzoeken en gebruiken van chemische informatie in gedrukte bronnen en langs elektronische weg staat in de eindtermen. Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
4
Opdracht 2 : R&S-zinnen (Risk & Safety zinnen) en gevarensymbolen Deze opdracht bestaat uit 2 interactieve oefeningen waarbij het raadplegen van R&Szinnen noodzakelijk is. Net zoals de leesteksten is ook de volledige lijst van R&S-zinnen in Stimulus terug te vinden. Deze opdracht werd om veiligheidsoverwegingen vooraan in de module geplaatst. Kennis van R&S-zinnen zit in een eindterm vervat. Opdracht 3 : Virtueel lab – bestanddelen van buskruit In Stimulus werd een virtueel lab gebouwd dat twaalf stoffen en vier experimenten bevat. Elk experiment werd vastgelegd op video. Op basis van een goede observatie van deze experimenten kunnen jongeren fysische eigenschappen voor twaalf stoffen bestuderen: brandbaarheid, vlamkleur en oplosbaarheid in water en tolueen. Opdracht 4 : Virtueel lab – buskruit scheiden In het lab kan men nagaan welke eigenschap het best geschikt is om buskruit te scheiden. Ook hier werken wij met videofragmenten en kan men mits een accurate observatie en een geslaagde deductie tot de correcte oplossing komen. Scheidingstechnieken staat in de eindtermen. Opdracht 5: Virtueel lab – filtratietechniek Tenslotte kan men in het virtueel lab ook verschillende filtratieparcours uittesten. Wanneer de gebruiker de eigenschappen kent van de stoffen en de juiste oplosmiddelen toevoegt, kan men buskruit scheiden in zijn drie bestanddelen. In deze opdracht is meer dan 1 “goede” oplossing mogelijk. Het uitvoeren van een scheidingsmethode werd in de eindtermen ingeschreven. Opdracht 6 : Reactievergelijkingen Om het explosieve karakter van buskruit duidelijk te maken, hebben wij een aantal reactievergelijkingen verpakt in een spelformaat. Leerlingen moeten het voorgetal kunnen invullen, de indexcijfers zijn gegeven. De reactievergelijkingen worden telkens geduid en geplaatst in een context. Uiteraard wordt bij elk fout antwoord de juiste feedback gegeven. Leerlingen leren zo een aantal wetmatigheden van chemische reacties. Opdracht 7 : Vuurpijl maken en lanceren Voor velen het hoogtepunt van Stimulus. Alle opgedane kennis moet men bovenhalen, wil men deze opdracht “con brio” afleggen. De bedoeling is een vuurpijl te maken die op een welbepaalde hoogte ontploft met een welbepaalde kleur en effect. Dit is een experiment dat uiterst zelden “in vivo” op school door leerlingen zelf zal worden uitgevoerd. Opdracht 8 : De laatste opdracht is een toets over de kennis die men in de vuurwerkfabriek heeft opgedaan Het principe is hetzelfde als in opdracht 1: aan de hand van drie reeksen van vijf vragen peilen wij naar de verworven inzichten omtrent de chemie van vuurwerk. Bij het afsluiten van deze opdracht krijgt de jongere zijn/haar individuele puntenscore te zien voor alle opdrachten.
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
5
Tabellen waarin de resultaten van de verschillende opdrachten worden weggeschreven Link naar ondermeer de leesteksten, lijst van R&Szinnen… Link naar “Info over Stimulus”
“Score” wordt na elke opdracht aangepast
Alle opdrachten genummerd van 1 tot 8; reeds uitgevoerde opdrachten zijn “rood” gekleurd.
Een screenshot van Stimulus met aanduiding van de voornaamste functies.
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
6
Doelgroep en doelstellingen van Stimulus© > doelgroep van Stimulus© Stimulus werd ontwikkeld voor leraars en leerlingen van de 2de graad wetenschappen (biologie, chemie en fysica). Leerkrachten zijn natuurlijke partners in onze sensibiliseringscampagne voor wetenschappen, en leerkrachten zijn ook onze primaire doelgroep op vlak van ICT-integratie in het onderwijs. Zij nemen immers de beslissing om al dan niet de stap richting ICT-implementatie te zetten. Uiteraard moet Stimulus ook aan de verwachtingen van leerlingen voldoen. Stimulus moet hip zijn wil het in concurentie met klassieke computerspelletjes niet verbleken. Het is dus vanuit deze dubbele optiek –leraars én leerlingen- dat wij Stimulus hebben ontwikkeld.
> doelstellingen van Stimulus© In Stimulus vinden we –net zoals bij de twee andere jongerenprojecten de ComiX-files© en het Virtueel Museum© - onze drie doelstellingen terug. Eind jaren ’80, begin jaren ‘90 was onze focus gericht op (i) de sensibilisering van jongeren voor het wetenschappelijk onderzoek en de wetenschappelijke methode. Concreet richten wij ons op de vertaling van wetenschappelijke teksten naar populaire versies en op interactieve bezoeken aan de universiteit. Het klassiek voorbeeld is de Vlaamse Wetenschapsweek. Met de ontwikkeling van het World Wide Web half jaren ‘90 werd een tweede doelstelling toegevoegd : (ii) leerlingen en leraars vertrouwd maken met de mogelijkheden van informatie- en communicatietechnologieën (ICT). Onze eerste ICT projecten, INTERNETdagen (1995) en ComiX-Files (1997), dateren dan ook van die periode. Vrij snel werd duidelijk dat onze ICT-projecten de rollen van leerkracht en leerlingen in het leerproces beïnvloeden. Met andere woorden, onze ICT-projecten beïnvloeden de klaspraktijk en omgekeerd. Precies door deze vaststelling is het belangrijk aandacht te hebben voor (iii) de innovatieve didactiek van onze projecten. Logisch dus dat wij van deze “didactische” component onze derde doelstelling hebben gemaakt. In een onderzoek dat aansluit op de ontwikkeling van Stimulus willen wij nagaan in welke mate leerkrachten aan de ICT in Stimulus een didactische meerwaarde toekennen. De resultaten van dat onderzoek worden eind dit jaar verwacht. We bespreken de functie van Stimulus voor elk van de drie doelstellingen.
>> hoe Stimulus een brug kan vormen tussen het secundair en universitair onderwijs? Stimulus is educatieve software binnen de wetenschappen, en momenteel meer specifiek binnen het vakgebied chemie. Een domein dat een uitgebreid universitair onderzoeksterrein laat aftekenen. Hoewel met gemak aanknopingspunten te vinden zijn tussen enerzijds de leerstof secundair onderwijs -die zeer schematisch beschreven is in (vakgebonden) eindtermen- en anderzijds universitair onderzoek, blijft het een uitdaging om die universitaire kennis naar het kennis- en bevattingsvermogen van 14-16 jarigen te vertalen. Voor die inhoudelijke ontwikkeling van de module “vuurwerk” werkten wij samen met de lerarenopleiding van de VUB, een aantal leerkrachten en pedagogisch adviseurs van het SO. Die werkgroep heeft eindtermen geselecteerd, deze geplaatst binnen de context van vuurwerk en ze vervolgens gelinkt aan concrete experimenten. Op methodologisch vlak stelden wij samen met professoren en assisterend personeel van de VUB de experimenten van het virtueel lab (zie opdracht 3,4 en 5) op punt. Via Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
7
Stimulus kunnen jongeren proefondervindelijk een aantal eigenschappen van chemische stoffen bepalen en kunnen zij een wetenschappelijk verantwoorde scheidingsmethode proefondervindelijk uittesten. Tenslotte kan elke leerkracht bij ons terecht voor de uitvoering van zijn/haar Droomexperiment. Het Droomexperiment biedt jongeren een unieke kans om zelf in een universitair lab aan de slag te gaan en tegelijkertijd een deel van het lesprogramma te realiseren. Kortom twee vliegen in een klap.
>> Stimulus en enkele ICT features onder de loep Leerkrachten bezitten een sleutelpositie in het ICT-adoptieproces in de klas. Op het eerste gezicht een benijdenswaardige machtspositie. Maar lang niet voor elke leraar. Leerkrachten zitten zeer vaak “gesandwicht” tussen enerzijds de overheid die, met de nieuwe leerplannen achter de hand, hen verplicht ICT in hun lessen te integreren en anderzijds een generatie leerlingen die –in tegenstelling tot het overgrote deel van het lerarenkorps- opgegroeid is met ICT. Niet verwonderlijk dat bij de introductie van ICT veel leerkrachten vrezen hun kennismonopolie te verliezen en hun rol als kennisoverdrager in vraag stellen. Met die informatie in het achterhoofd bouwden wij Stimulus als een digitaal werkinstrument dat in eerste instantie tegemoet komt aan de noden van leerkrachten. In het bijzonder aan leerkrachten die, om welke reden dan ook, watervrees tonen wanneer het op gebruik van ICT aankomt. Daarom moest de ICT-drempel zeer laag gehouden worden. Zowel met betrekking tot de basis “knoppenkennis” als op vlak van minimum vereisten van computerinfrastructuur. Een gebruiker heeft een computer met browser nodig (Explorer, Safari, Netscape) inclusief Macromedia Flash plugin en Quicktime voor de video (beide gratis te downloaden van het internet). De basisvaardigheden nodig om tekstverwerking en werkbladen te gebruiken, blijkt ruim voldoende om met Stimulus in de klas te werken.
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
8
De laagdrempeligheid van Stimulus is natuurlijk slechts een voorwaarde voor het gebruik in de klas. Leerkrachten moeten echter overtuigd worden dat Stimulus ook een didactische meerwaarde oplevert t.o.v. andere leermiddelen. Wij denken dat deze meerwaarde schuilt in de introductie van ICT. Ter illustratie overlopen we een aantal Stimulus features : videoreportages, experimenten op video en netwerkfunctie . Wij beschouwen multimedia als onderdeel van ICT. Multimedia betekent beelden, bewegende beelden, tekst en geluid. De Stimulus opdrachten bevatten verschillende videofragmenten te verduidelijking van een opdracht of als kern van een opdracht. Wat het eerste betreft : Stimulus laat in een korte videoreportage de verschillende stappen in het productieproces van rakketbrandstof zien. Een mooie aanvulling wanneer men de toepassingen van de chemie behandelt.
screenshot opdracht 1 waar drie videoreportages gelinkt werden
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
9
Soms vormen beelden de kern van een opdracht. Experimenten op video bieden de leerkracht het voordeel dat hij/zij (i) geen tijd voor voorbereidingen noch afbouw moet uittrekken, (ii) geen veiligheidsriciso’s loopt (zeker in geval van buskruit), niet afhankelijk is van financiële beperkingen voor aankoop van producten en materiaal (iii) en -het meest belangrijke – zeker is dat het experiment geslaagd is en de resultaten goed zichtbaar zijn voor zijn/haar leerlingen!
screenshot van experiment in opdracht 3 waarbij de oplosbaarheid van koolstof wordt bepaald
ICT betekent voor ons ook netwerken, zowel lokale netwerken als Internet. Beide zijn verenigd in Stimulus en kunnen geselecteerd worden door de leerkracht, afhankelijk van de beschikbaarheid op de school. Spelen in een netwerk simuleert gedeeltelijk de klassituatie met dat verschil dat men niet meer fysiek in elkaars nabijheid moet zijn en de directe communicatie (verbaal en niet verbaal) ontbreekt. Dat laatste wordt deels ondervangen door de chat functie waar we zo dadelijk op terugkomen. Wanneer een leerkracht als spelleider Stimulus in netwerk speelt, dan krijgt hij/zij een mooi overzicht van alle deelnemers, hun score voor elke opdracht en bijgevolg hun vordering doorheen het spel. De leerkracht heeft in elk geval een zekere mate van controle over de vorderingen binnen het spel. Het is belangrijk te vermelden dat de school niet noodzakelijk over een eigen lokaal netwerk moet beschikken. Een netwerksessie kan gewoon via het Internet!
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
10
Het netwerkoverzicht werd aangevuld met een chatfunctie waardoor de leerkracht feedback aan de leerlingen kan geven. Dat is zeker nuttig indien de spelers zich niet in dezelfde ruimte bevinden. De chatfunctie opent mogelijkheden voor afstandsonderwijs. De leerlingen van hun kant kunnen bijkomende duiding en achtergrond vragen. Chatten tussen de leerlingen is onmogelijk. Bij afsluiting van de netwerksessie tenslotte kan de leerkracht de scores bewaren op de Stimulusserver (alleen als er online wordt gespeeld) of uitprinten.
screenshot van netwerkoverzicht
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
11
Stimulus heeft een dubbel doelpubliek. Stimulus moet niet enkel voor leraars aantrekkelijk zijn, het moet ook appeleren aan de smaak van scholieren. Onze vooronderstelling was dat terwijl het technische aspect de belangrijkste drempel voor leraars zou zijn, voor jongeren eerder de look&feel van doorslaggevend belang is. Met look&feel verwijzen wij niet enkel naar de opbouw en vormgeving, maar ook naar de narratieve structuur, de presentatie en de animering van de opdrachten. Stimulus is een spel waarin spelers punten kunnen scoren. Wij hebben er reeds op gewezen dat de geïntegreerde netwerkfunctie van Stimulus leerkrachten een zekere mate van controle geeft. Voor leerlingen creëert dit netwerk de kans om in klasverband “tegen” elkaar spelen. Op basis van een aantal demo’s in scholen blijkt dit netwerkaspect zeer motiverend om de opdrachten tot een goed einde te brengen. Voor de ontwikkeling van Stimulus hebben wij nog andere elementen uit de wereld van de computerspelletjes opgepikt. Stimulus module “vuurwerk” heeft een verhaallijn meegekregen waarin de 8 opdrachten hun plaats krijgen. De spelers worden in de rol geplaatst van onderzoekers die in opdracht van de federale politie een in beslaggenomen partij springstoffen moeten onderzoeken. De spelers krijgen daarom “vertrouwelijke” informatie doorgespeeld. Affectieve componenten –zoals identificatie met een onderzoeker- spelen een positieve rol in het leerproces.
screenshot : voorbeeld hoe “vertrouwelijke” informatie aan speler wordt gegeven
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
12
Wij hebben gezien dat een aantal opdrachten in een virtueel lab worden uitgevoerd. Met behulp van animatie, video en databank werd virtueel een equivalent voor het echte lab gebouwd. De voordelen voor de leerkracht van virtuele experimenten hebben we hoger gezien. Het voordeel voor de leerling is natuurlijk dat men niet meer fysiek gebonden is aan een echt chemie lab (wat niet uitsluit dat werken in een echt chemie lab andere voordelen biedt). De schoolbibliotheek waar men tegelijkertijd boeken en andere naslagwerken kan raadplegen, kan net zo goed worden gebruikt. Leerlingen kunnen ook thuis voor de computer –bijvoorbeeld- de vlamkleur van cadmiumsulfaat bepalen. Handig bij de voorbereiding van een toets of herhalingsoefeningen, of gewoon leuk om op eigen ritme op je eigen plek het een en ander van het vakgebied chemie te ontdekken.
screenshot : experimenteel vaststellen van de vlamkleur van cadmiumsulfaat
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
13
ICT betekent voor ons ook computeranimatie, en dat komt in de wereld van explosieve stoffen goed van pas. Kennis vergaren en vaardigheden leren die je onmiddellijk kan toepassen bij de bouw van je eigen vuurpijl is zeer uitdagend en tegelijkertijd haalbaar. Een Flash animatie biedt spelers de mogelijkheid om virtueel “at random” een vuurpijl te fabriceren en lanceren.
screenshot : animatie van ontploffen van vuurpijl met gouden vonkjes
ICT stelt ons ook in staat om gegevens uit databanken op een interactieve en aantrekkelijke manier aan leerlingen ter beschikking te stellen. In Stimulus worden de resultaten van hun experimenten (opdrachten 2,3 en 4) en hun opzoekwerk (opdracht 1) in tabellen 1 en 2 weggeschreven. Het zijn hun eigen onderzoeksgegevens die een leidraad vormen bij de oplossing van een volgende opdracht.
screenshot : tabel 2 geeft de resultaten van de experimenten weer
Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
14
>> wat is de didactische waarde van Stimulus©? De opgroeiende generatie ICT-vaardigheden aanleren kan je perfect rechtvaardigen op basis van socio-economische redenen. Maar Stimulus komt het best tot zijn recht in een bredere, didactische context. Stimulus belicht vanuit een didactische invalshoek, laat mogelijkheden zien om leerexperimenten op te zetten zowel binnen als buiten de klassieke context van het klaslokaal. In de eerste plaats maakt Stimulus leerexperimenten, zoals onderzoekend leren en opdrachtgestuurd onderwijs, mogelijk. In opdrachtgestuurd onderwijs analyseren jongeren de voorliggende problemen vanuit een onderzoekende houding. De kennisoverdracht in Stimulus start niet met een theoretische inleiding. Integendeel, jongeren starten vanuit doe-opdrachten en bouwen actief hun kennis op, hetgeen de kennisoverdracht een nieuwe dynamiek geeft. Ten tweede betreft het leerexperimenten die inherent verbonden zijn aan het spelformaat van Stimulus. Volgende elementen komen aan bod: • Via de introductie van levels met stijgende moeilijkheidsgraad kunnen leerkrachten inspelen op individuele cognitieve capaciteiten en behoeften (differentiatie); • Leerlingen worden aangespoord om verder te gaan in de probleemoplossing, wat de motivering om te leren verhoogt. Elementen die jongeren zelf ontdekken onthouden ze veel beter. • De chat functie laat individuele begeleiding en directe feedback door leerkrachten toe; • Identificatie met een onderzoeker heeft een positieve rol in het leerproces. • De online beschikbaarheid opent de mogelijkheid om leerlingen die tijdelijk niet in de klas kunnen zijn toch te betrekken bij de les. Het geeft leerlingen en leerkrachten de kans om in onderlinge afspraak lessen voor te bereiden en evaluaties uit te voeren onafhankelijk van het klaslokaal. • De narratieve structuur in Stimulus laat toe de leerstof te koppelen aan de ervaringswereld van jongeren en plaatst de leerstof via het probleem in een relevante context. Ten derde wordt in Stimulus “leren” niet beperkt tot “studeren”, maar bewust verruimd tot ervaren, plezier beleven in klasverband en zelfs tot niet-schoolse kennisverwerving*. Een te sterk onderscheid tussen “studeren” en “spelen” neemt het leerplezier weg. Vaak worden de laatste activiteiten dan gezien als iets leuks, maar zijn ze irrelevant voor het verwerken van de leerstof. En het eerste wordt gezien als een moeilijke bezigheid maar noodzakelijk wil men slagen voor het examen. Via educatieve spelmodules gaan we na of wij het leerplezier een nieuwe impuls kunnen geven door spelelementen en leerstof te mixen tot een bruikbaar instrument voor leraars en leerlingen.
* Een didactisch lespakket dat additioneel door een werkgroep verbonden aan de lerarenopleiding van de
VUB in voorbereiding is, werkt een aantal buitenschoolse experimenten uit. Dat pakket zal bij het begin van schooljaar 2004-2005 in PDF aan Stimulus worden toegevoegd. Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
15
screenshot : samenstellen en uittesten van het buskruit in opdracht 7
Uiteraard beïnvloedt de introductie van een educatief spel zoals Stimulus onvermijdelijk de verhouding tussen de leerkracht en leerling. De inhoudelijke deskundigheid staat weliswaar niet ter discussie, maar de rol van de leerkracht als begeleider van leerprocessen wordt sterker benadrukt. Uiteraard wordt hij daarbij geconsulteerd op zijn eigen vakgebied, maar daarnaast zal hij nog duidelijker inzicht krijgen in het leerproces van de leerlingen. We willen nagaan of leerkrachten via Stimulus de mogelijkheden krijgen om een relatie met leerlingen op te bouwen die kan leiden naar zelfstandig leren. De introductie van Stimulus in de klas betekent dat de leraar wetenschappen, samen met de leerlingen, op een leerrijke manier een aantal ICT-vaardigheden verwerven, naast de verwerving van een aantal vakgebonden eindtermen. Ook leerlingen zullen actiever betrokken worden in het leerproces. Niettegenstaande Stimulus volledig digitaal is, sluit dit project klassieke leermiddelen niet uit. Het is belangrijk dat ICT complementair gezien wordt aan andere leermiddelen. Stimulus zou perfect deel kunnen uitmaken van het leerplan en zo nu en dan in de leerlijn kunnen worden opgenomen. Tot slot nog dit : Momenteel loopt een gebruikersonderzoek bij leerkrachten secundair onderwijs. Bij afsluiting van het onderzoek eind september hopen wij meer inzicht te verkrijgen over het gebruik van Stimulus en de invloed ervan op het leerproces. Wenst u op de hoogte te blijven van Stimulus, graag een seintje via mail. Stimulus bevat ook een korte enquete, indien u Stimulus hebt gebruikt in de klas appreciëren wij uw feedback. Alvast bedankt. ________________________________________april 2004 Vrije Universiteit Brussel – Departement R&D – Wetenschapscommunicatie P&G artikel april 2004 - http://stimulus.vub.ac.be
16