Een dag uit het leven van een au pair Doëlla Kroll
Weer een dag dat ik vroeg moet op staan, de ellende weer begint. De dagen worden steeds langer en vermoeiender. De dingen waaraan ik gedacht heb om het te ontwijken komen me de keel uit en ik heb lang niet meer zo’n zin in deze baan zoals ik heb gehad. Het leek perfect, in London, een prachtig huis, lieve kinderen, de mogelijkheid om mijn Engels te verbeteren. En overal waar ik las was Au Pair zijn geweldig, je zou een band maken met de kinderen en je ze zou missen zodra je weg was. In mijn achterhoofd wist ik wel dat het allemaal te mooi was om waard te zijn en dat er zware periodes aan zouden komen. Maar het is te zwaar.
Het vroege opstaan heeft er deels mee te maken maar dat is lang niet zo erg. Het zijn de kinderen. Deze kinderen zijn als de duivel. Deze twee kinderen, ze zijn nog jong maar ze maken je niet alleen metaal moe maar ook fysiek kapot. Vooral Arthur, met hem is het waanzin, op zijn zachts uitgedrukt. Hij is pas 5 maar ontzettend agressief. Hij zegt dingen tegen zijn moeder die nooit in mij opgekomen zouden zijn als kind. Maar Arthur komt ongedeerd onder zijn daden uit want daar is hij nu al slim genoeg voor. De dagen worden donkerder, de nachten langer en de temperaturen kouder. De wind die door je jas heen snijd en de benauwde metro's, de vermoeiende kinderen die niet op willen staan en niet naar bed willen gaan. Zo gaat ook mijn mentale staat achteruit. Ik was altijd de vrolijke meid, positief in het leven en had nog nooit een kwade gedachte gehad. Maar door deze kinderen worden net als de dagen, mijn gedachten donkerder. De dingen die ik had bedacht om misschien onder het werk uit te komen. ''Zou ik nog voor de kinderen moeten zorgen of ze naar school brengen als ik mijn been breek? En wat als ik aangereden word''. Zulke momenten wil je nooit mee maken, over na denken of willen dat ze ooit uitkomen, ze zijn verre van waarheid. Maar toch denk je ze…. Het komt door deze kinderen, die het bloed onder je nagels vandaan halen, maar je kan er niks tegen doen. Ze luisteren niet, ze doen wat ze willen. Kleine monsters zijn het. Ook over hun, worden je gedachtes donkerder en verafschuw je jezelf achteraf dat je het ooit gedacht hebt. Dat als hun iets zou overkomen, je het niet zo erg zou vinden. De gedachten zijn niet normaal en worden meestal verbonden aan een psychopaat. Maar dat ben je niet, ooit was je het leven zelf, goedgunstig, opgewekt en levendig. Maar nu de dagen voort strijken, slijten die eigenschappen weg en daar voor in de plaats komen frustratie, woede en vermoeidheid. Onwerkelijk, dat twee kleine mensen je zo van hemel naar hel kunnen slepen in maar een paar maanden. Ik keek laatst een film, The butterfly effect, waarin een kind van 10 een sadist was. Het raakte me. Maar omdat het een film was, was het eerste dat in mij op kwam dat het niet de waarheid is. Toen zag ik Arthur in een flits voor me. Een vijfjarig jongetje, die kickt als mensen dood gaan, blij wordt als hij iemand kan slaan en ervan geniet als iemand huilt. Zijn
woorden ''ik ga je vermoorden'' lijken weinig impact te hebben. Maar toen ik deze film zag, herkende ik de macht die hij had en de angst die hij om zich heen verspreidde. En wist ik dat het niet meer goed zal komen met hem. Een moeder die het niet wil zien hoe fout haar kind bezig is. Blind is als het gaat om de autoriteit, die zij niet heeft over haar zoon. Hij is de replica van de personage in deze film. Als het één kind was, dat mijn leven daar als een hel maakte, zou ik er wel door heen komen, met moeite, dat wel. Maar het zijn twee kinderen. Anaïs, een meisje van acht, mocht misschien geen sadist zijn, maar verafschuwde alles wat niet van haar moeder kwam. Ze moest altijd bij haar moeder zijn en als ik haar iets opdroeg te doen begon ze tegen mij te schreeuwen. Met spelletjes mocht je nooit winnen, want dan zou alle ellende beginnen. Zolang het haar maar naar haar zin werd gemaakt en het volgens haar boekje ging. Als dat gebeurde was ze een engel en zou je nooit verwachten dat er een monster achter het masker zat. Als ik leuke dingen onderweg had gezien, toen ik alleen naar huis liep, en die haar vertelde was ze enthousiast. Ik zei dat ze er misschien nog waren en we konden gaan kijken. Maar zodra we daar aankwamen en ze er niet meer waren begon ze tegen mij te schreeuwen. ''Je liegt! Ze waren er nooit! Leugenaar!''. Met moeite probeer je uit te leggen dat jij ze had gezien in de middag. Alleen heeft het weinig zin en het zou nooit in haar opkomen dat je de waarheid spreekt. Elke dag probeer je het weer opnieuw, creatief te zijn, oplossingen te zoeken. Zolang er maar afleiding is kom je de dag door. Maar je ideeën raken op, net zoals je energie. Sommige dagen loopt alles rustig totdat je geroepen wordt voor het eten en het jongetje de kaarten waarmee je aan het spelen bent in je gezicht gooit en de kamer uit rent. Je in de badkamer zit, omdat je erbij moet zijn wanneer een van de kinderen een douche neemt. De ander de badkamer in komt rennen in je gezicht spuugt en daarna weer weg rent.
Mijn verwachtingen ware verre van de waarheid. Maar ondanks dat, heb ik geleerd meer op mezelf te vertrouwen en volwassener te zijn. Situaties waar ik vroeger moeite mee had zijn nu maar een blad op mijn pad waar ik zo overheen loop.
Gebruiksvoorwaarden Het werk van schrijvers en dichters op Nederland Schrijft mag gratis worden gelezen en/of gedownload voor eigen gebruik. Iedere verspreiding, openbaarmaking, verveelvoudiging of bewerking is niet toegestaan.