december 2011
Economische nieuwsbrief HMA Bern december 2011 Met genoegen presenteren wij de economische nieuwsbrief van HMA Bern. Eventuele op- of aanmerkingen worden zeer gewaardeerd.
Inhoud SECO verlaagt groeiverwachting voor 2012 Inkoopvoordelen bedrijfsleven nog te weinig aan consument doorgegeven Vrijhandelsverdrag Zwitserland en India President Zwitserse Nationale Bank benoemd tot vicevoorzitter Financial Stability Board (FSB) Zwitserland verliest vestigingsvoordelen voor life sciences sector Rector Eidgenössische Technische Hochschule Zürich wenst meer overheidsgeld Zwitserse spoorwegen Agenda
SECO verlaagt groeiverwachting voor 2012 Het Staatssecretariaat voor Economische Zaken (SECO) heeft zijn conjunctuurprognose voor het komende jaar opnieuw verlaagd. Economen van de Zwitserse overheid rekenen voor 2012 met een groei van het BBP van 0,5 procent. In september 2011 ging SECO nog uit van een groei van 0,9 procent. Het zwakke verloop van de conjunctuur in de EU en de nog altijd hooggewaardeerde frank belasten de Zwitserse economie zodanig, zodat de prognose naar beneden moest worden bijgesteld. Toch ligt een economische malaise, zoals aan het einde van 2008 niet in de lijn der verwachting, aldus SECO, zolang de Europese schuldencrisis niet in een internationale banken-crisis uitmondt. SECO rekent echter wel in de loop van het komende jaar op economisch herstel. Voor 2013 voorspelt men zelfs weer een groei van 1,9 % van het BBP. Wel gaat men er voor de nabije toekomst vanuit dat de groei van de werkgelegenheid zal achterblijven. De trend van een cyclische stijging van de werkloosheid, die zich heeft voorgedaan in de herfst, zal zich volgens SECO voortzetten. Naar verwachting zal het hoogste werkloosheidsniveau eind 2012 bereikt worden; 3,9 %. Gemiddeld zal het quota het komende jaar rond de 3,6% liggen tegen 3,1% in 2011.
Terug naar boven
Inkoopvoordelen bedrijfsleven nog te weinig aan consument doorgegeven Volgens een studie van het Zwitserse Ministerie van Economische Zaken naar de transparantie van inkoopvoordelen die behaald worden in Eurolanden, worden inkoopvoordelen als gevolg van de hoge Zwitserse frank nog te weinig aan de consument doorgegeven. De studie laat zien dat een opwaardering van de frank tussen juni 2010 en juni 2011 voor slechts 40% van de importen uit Eurolanden tot goedkopere importprijzen heeft geleid. De inkoopvoordelen resulteren slechts ten dele in goedkopere consumentenproducten. De inkoopvoordelen worden niet bij elke productcategorie in gelijke mate doorgegeven. De prijzen van textiel, bekleding, rubber, kunststof, auto´s, auto-onderdelen en meubels bleven tot juni 2011 gelijk. Ook bij voedingsmiddelen, lederwaren, elektronica, chemische- en farmaceutische producten en machines is er in de genoemde periode weinig verandering in prijs geconstateerd. Wel waren er inkoopvoordelen voor olie en gas, mineraalolie, metaal, papier, hout, glas, keramiek en beton. Het prijsverschil ten opzichte van Duitsland is over de bovengenoemde periode met 15% toegenomen. De Zwitserse regering gaf begin 2011 opdracht tot de studie die twee vragen moest beantwoorden: Ten eerste diende onderzocht te worden of de importprijzen op de lagere Eurokoers reageren; ten tweede moest duidelijk worden in hoeverre importerende bedrijven de inkoopvoordelen daadwerkelijk aan de eindverbruiker doorgeven. Sinds een aantal weken ontvangt de Zwitserse consument in diverse branches echter (auto’s, meubels, kleding) zogenoemde Euro-bonussen met kortingen tot 15% aangezien steeds meer Zwitsers in het weekend in de nabij gelegen Eurolanden hun inkopen gaan doen. Terug naar boven
Vrijhandelsverdrag Zwitserland en India Sinds 2008 onderhandelt Zwitserland met India over een vrijhandelsverdrag. De Zwitsers gaan er van uit dat er spoedig een akkoord zal worden gesloten. Oktober jl. bracht de Indiase presidente een tweedaags staatsbezoek aan het Alpenland met in haar kielzog een grote handelsdelegatie. India is één van de vier grote Aziatische handelspartners van Zwitserland. De totale handel tussen de twee landen bedroeg in 2010 CHF 3,6 miljard, in 2004 was dit nog CHF 1,6 miljard. Ongeveer 170 Zwitserse bedrijven zijn goed vertegenwoordigd in India. Het Indiase bedrijfsleven is nauwelijks vertegenwoordigd in Zwitserland, maar een aantal grote Indiase ICT bedrijven heeft een Zwitserse vestiging zoals Infosys, Cognizant, Polaris en Birlasoft. De waarde van Indiase ICT investeringen in Zwitserland steeg in 2009 van ongeveer CHF 350 miljoen tot CHF 450 miljoen in 2010. Enkele belangrijke punten van onderhandeling zijn de toegang tot de Indiase markt voor de Zwitserse farmaceutische- en chemische industrie, nu in India hard wordt gewerkt aan de opbouw van een farmaceutische industrie (voornamelijk generieke medicijnen). Ook de machine- en uurwerkindustrie wil graag markttoegang. India wil de invoerheffing voor bepaalde producten uit voornoemde branches niet verlagen. Deze producten maken 30% uit van de handel met Zwitserland. Volgens Alliance Sud, het Zwitserse verbond van ontwikkelingsorganisaties, zou het Indiase MKB bedreigd worden door Zwitserse toetreding tot de Indiase markt. Zwitserland wil in het vrijhandelsakkoord ook de eigendomsrechten (intellectueel eigendom zoals merk- en octrooibescherming) versterken. Zwitserland hoopt de
handhaving van de octrooibescherming voor haar producten in India beter te kunnen regelen. Verder is de immigratie van Indiase ICT’ers een aandachtspunt. De Zwitserse arbeidsmarkt is, afgezien voor werkzoekenden uit de EU/EFTA, slechts toegankelijk voor een beperkt aantal hooggekwalificeerde werkzoekenden. In 2012 zal Zwitserland bijvoorbeeld slechts 8.500 werkvisa voor werknemers uit derde landen ter beschikking stellen. Deze beperking baart de ICT sector in Zwitserland grote zorgen. Naar schatting ontbreekt het Zwitserland tegen 2017 aan ongeveer 32.000 geschoolde werknemers in de ICT-sector. In India bestaat juist een groot aanbod. India en Zwitserland hopen ook op dit punt tot afspraken te komen. Terug naar boven
President Zwitserse Nationale Bank benoemd tot vicevoorzitter Financial Stability Board (FSB) De president van de Zwitserse Nationale Bank (SNB), Philipp Hildebrand, is benoemd tot vice-voorzitter van de Financial Stability Board. De Zwitserse regering ziet de benoeming van Hildebrand als erkenning voor het feit dat Zwitserland en de SNB hebben bijgedragen aan het vastleggen van internationale regels voor de financiële sector als gevolg van de financiële crisis. Zo heeft Zwitserland gewerkt aan het tot stand komen van een regeling gericht op een verhoogd eigen vermogen voor internationaal systeemrelevante banken. Daarnaast ziet Zwitserland de benoeming als een uiting van haar bereidheid om ook in de toekomst bij te dragen aan een sterke internationale financiële sector. De gouverneur van de Canadese centrale bank, Mark Carney is benoemd tot voorzitter van de FSB. Carney en Hildebrand volgen voormalig voorzitter Mario Draghi op die per 1 november als president van de Europese Centrale Bank is aangetreden. Het vice presidentschap is een (nieuwe) nevenfunctie en heeft geen gevolgen voor de huidige functie van Hildebrand als president van de SNB. De FSB zetelt in Bazel en houdt zich bezig met stabiliteits- en reguleringsvraagstukken met betrekking tot de financiële markt. De leden bestaan uit 54 afgevaardigden uit 24 landen, waaronder de G20-landen, Zwitserland, Nederland, Spanje, Singapore en Hong Kong. Terug naar boven
Zwitserland verliest vestigingsvoordelen voor life sciences sector Novartis heeft aangekondigd wereldwijd 2.000 arbeidsplaatsen af te bouwen, waarvan 1.100 in Zwitserland. Dit heeft tot grote onrust bij de werknemers, maar zeker ook bij de Zwitserse autoriteiten geleid. Het betreft voor het eerst in de Zwitserse geschiedenis ook een behoorlijk aantal arbeidsplaatsen in de R&D, namelijk 270. Enkele R&D activiteiten worden van Bazel naar Boston, Massachusetts verplaatst. Het massaontslag werd vrijwel tegelijkertijd bekend gemaakt met een winst prognose van in de miljarden. Met 22.590 werknemers in de life science sector behoort Bazel tot de top van de wereld en is Bazel de grootste vestigingsplaats voor de sector in Europa. Lange tijd was Zwitserland het globale leidende onderzoekscentrum voor life sciences. De Zwitserse vestigingsvoordelen blijken echter niet meer voldoende competitief te zijn om R&D activiteiten in Bazel te behouden. Eén van de redenen hiervoor is het feit dat de waarde van de Zwitserse
frank in de afgelopen jaren tot recordhoogte is gestegen. Daarnaast blijken administratieve hindernissen bij onderzoeksprojecten in het buitenland minder hoog en hebben ethische vragen aldaar minder gewicht. Vooral op het gebied van klinisch onderzoek, een belangrijk onderdeel van life sciences, zou Zwitserland sinds verscherpte wetgeving in 2003 steeds meer achterop zijn geraakt. Uit een studie onder 21 landen van de European Organisation for Research and Treatment of Cancer bleek bijvoorbeeld dat de Zwitserse ethische commissie en het instituut Swissmed, verantwoordelijk voor de toelating van geneesmiddelen, in vergelijking met andere Europese landen uitzonderlijk langzaam zijn in hun vergunningenprocedure terwijl zij tien jaar geleden nog tot de top behoorden. Onderzoekers verkregen een vergunning om een nieuw medicijn op de markt te brengen in België na gemiddeld 29 dagen, in Duitsland na 53 dagen en in Zwitserland 135 dagen na de aanvraag. Officieel heeft Novartis zich niet uitgelaten over de vestigingsnadelen van Bazel tegenover de voordelen van Boston. Bazel blijft vooralsnog vestigingsplaats nummer 1 voor Novartis boven Boston en Shanghai. De geplande investering in een nieuwe Novartis campus waar 10.000 arbeidsplaatsen zullen worden gecreëerd staat hiervoor symbool. Toch zijn de Zwitserse autoriteiten er niet gerust op. Ook al heeft Zwitserland vooraanstaande kennisinstituten, is het politiek stabiel, zijn de belastingen laag, kent het een bedrijfsvriendelijke arbeidsmarkt en is de levenskwaliteit hoog, het buitenland is beter geworden. Dit probleem geldt overigens niet voor life sciences alleen. Uit een recent gepubliceerd onderzoek van KPMG en de Zwitsers-Amerikaanse Kamer van Koophandel blijkt dat meer dan de helft van de bedrijven die in Zwitserland onderzoek doen deze activiteit in de komende vijf jaar wil beperken. Volgens een UBS studie zijn de loonkosten in Zürich vandaag, al 50 tot 100 procent hoger dan die voor gelijkwaardige posities in München, Frankfurt, Londen of Amsterdam, Boston of Silicon Valley. Terug naar boven
Rector Eidgenössische Technische Hochschule Zürich wenst meer overheidsgeld Volgens de rector van de ETH in Zürich (ETHZ), mevrouw Wunderli-Allenspach wil de Zwitserse politiek een topinstituut als de internationaal gerenommeerde ETHZ, maar is zij niet bereid hier de prijs voor te betalen. Dit zei de rector in een interview met de NZZ am Sonntag. De sterke stijging van het aantal studenten in de afgelopen tien jaar (+50%) en de stagnerende overheidsbijdrage zou de ETHZ financieel uitkleden. De ETHZ zou onvoldoende overheidsgeld ontvangen om hun infrastructuur naar behoren uit te breiden en meer capaciteit aan te bieden. Als hier geen verandering in komt zullen de federale universiteiten in de toekomst buitenlandse studenten moeten weigeren. Volgens de rector is dat nadelig voor zowel de ETHZ als vestigingsoord Zwitserland. In de afgelopen tien jaar heeft de ETHZ zelf de kosten gedragen voor de toestroom aan buitenlandse studenten. Jaarlijks zou er 30 tot 40 miljoen Zwitserse franken meer federale steun nodig zijn. ETH in Zürich en EPF in Lausanne zijn overigens de enige universiteiten die door de federale overheid worden ondersteund. Alle overige Zwitserse universiteiten worden betaald uit kantonale middelen. Jaarlijks ontvangen de ETH’s 1,1 miljard Zwitserse franken. Volgens internationale ranglijsten
behoort de ETHZ tot de top 25 van de wereld. Er studeren in totaal 17.000 studenten en promovendi. Het collegegeld bedraagt 1200 Zwitserse franken per jaar. Volgens de rector zou een verdubbeling van het collegegeld gerechtvaardigd zijn, al acht zij het niet wenselijk dat buitenlandse studenten meer collegegeld betalen omdat de kosten voor levensonderhoud in Zürich bijzonder hoog zijn. Terug naar boven
Zwitserse spoorwegen De Zwitsers zijn wereldkampioen treinreizen. In 2010 legden de Zwitsers per spoor gemiddeld 2.258 km per persoon af, volgens de cijfers van het SwissTravelSystem. Dit was echter een daling in vergelijking met 2009, toen werd er gemiddeld 2.291 km per persoon per spoor afgelegd. Alleen de Japanners kwamen in de buurt van de Zwitsers, met 1.910 km per persoon. Ter vergelijking: in Europa reisden de Denen 1.322 km en de Fransen 1.320 km. Deze cijfers zijn afkomstig van de spoorbedrijven die vallen onder de International Union of Railways. In Zwitserland vallen de private spoorbedrijven hier niet onder, welke goed zijn voor ongeveer 13 procent van het personenvervoer.
Rond de 9000 treinen maken dagelijks gebruik van het Swiss Federal Railways netwerk. 1.000 treinen arriveren en vertrekken dagelijks van de grote stations. De intensief gebruikte delen van het spoorwegnet tellen 500 treinen per dag. Hiermee behalen de Zwitsers de hoogste verkeersdichtheid van Europa. Negentien van de twintig passagierstreinen arriveert overigens binnen vier minuten van de geplande tijd. De SBB (tegenhanger van NS) rapporteerde een winststijging van bijna 27% over de eerste helft van 2009 t.w. CHF 132,8 miljoen. Terug naar boven
Agenda Nederlandse Collectieve Promotionele Activiteit op het gebied van Sport in de regio Lausanne van 14 tot 16 maart 2012. Nederlandse collectieve beursinzending naar Swisstech in Bazel van 20 t/m 23 november 2012. Terug naar boven
Colofon HMA Bern Economische afdeling Erik van den Akker Saskia Harthoorn Anita van Rozen Annemarie Willems Email:
[email protected] Tel.: +41 (0)31 350 87 05
Dit bericht kan informatie bevatten die niet voor jou is bestemd. Indien je niet de geadresseerde bent of dit bericht abusievelijk aan je is toegezonden, word je verzocht dat aan de afzender te melden en het bericht te verwijderen. De Staat aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die verband houdt met risico's verbonden aan het elektronisch verzenden van berichten. This message may contain information that is not intended for you. If you are not the addressee or if this message was sent to you by mistake, you are requested to inform the sender and delete the message. The State accepts no liability for damage of any kind resulting from the risks inherent in the electronic transmission of messages.