Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland Eindrapport
OPGESTELD IN OPDRACHT VAN: Holland Expat Center*South
OPGESTELD DOOR:
Adres: Telefoon:
Valkenburgerstraat 212 1011 ND Amsterdam 020 – 67 00 562
Fax: E-mail: Website:
020 – 47 01 180
[email protected] www.decisio.nl
TITEL RAPPORT: Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland
STATUS RAPPORT: Eindrapport
DATUM: 15 februari 2014
OPDRACHTGEVER: Holland Expat Center*South
PROJECTTEAM DECISIO: Gerwin van der Meulen, projectverantwoordelijk partner & projectleider (
[email protected]) Mathieu Wijnen, projectmedewerker (
[email protected]) John Pertijs, projectmedewerker (
[email protected])
PROJECTTEAM SAMENWERKINGSPARTNERS: -
Inhoud 1
2
Inleiding 1.1
Aanleiding tot onderzoek .................................................................................................... 1
1.2
Vraagstelling ....................................................................................................................... 1
Internationals en sociaal-demografische kenmerken
Aantal economisch-actieve internationals .......................................................................... 3
2.2
Subgroepen ........................................................................................................................ 3
2.3
Instroom, uitstroom en duur economische activiteit ........................................................... 4
2.5
5
6
2.3.1
Jaarlijkse instroom ................................................................................................ 4
2.3.2
Jaarlijkse uitstroom ............................................................................................... 5
2.3.3
Duur economische activiteit .................................................................................. 6
Nationaliteit ........................................................................................................................ 6 2.4.1
Internationals en nationaliteit ............................................................................... 6
2.4.2
Internationals naar subgroep en nationaliteit........................................................ 7
Geslacht, leeftijd, woonsituatie en verblijfsdoel .................................................................. 9 2.5.1
Geslacht ................................................................................................................ 9
2.5.2
Leeftijd .................................................................................................................. 9
2.5.3
Gezinssituatie ...................................................................................................... 10
Internationals en economische kenmerken 3.1
4
3
2.1
2.4
3
1
12
Regionale spreiding .......................................................................................................... 12 3.1.1
Internationals naar werkregio en naar subgroep ................................................. 12
3.1.2
Internationals naar woonregio en naar subgroep ................................................ 16
3.2
Inkomen ........................................................................................................................... 23
3.3
Branches .......................................................................................................................... 25
Internationals studenten
31
4.1
Internationale studenten in het bekostigde onderwijs ...................................................... 31
4.2
Herkomstlanden ............................................................................................................... 33
4.3
Vakgebieden buitenlandse studenten .............................................................................. 36
4.4
Verdeling over instellingen................................................................................................ 40
Maatschappelijk belang, trends en ontwikkelingen
43
5.1
Maatschappelijk belang ................................................................................................... 43
5.2
Trends en ontwikkelingen ................................................................................................. 44
Samenvattende conclusies
46
6.1
Aantal economisch-actieve internationals ........................................................................ 46
6.2
Sociaal-demografische kenmerken .................................................................................. 47
6.3
Werkregio’s van internationals ......................................................................................... 49
6.4
Woonregio’s van internationals ........................................................................................ 49
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
6.5
Inkomen ........................................................................................................................... 49
6.6
Branches .......................................................................................................................... 50
6.7
Internationale studenten .................................................................................................. 50
6.8
Maatschappelijk belang ................................................................................................... 50
Bijlagen
52
Aanpak van het onderzoek.......................................................................................................... 52 Gehanteerde definities (en afbakeningen) .................................................................................. 52 Overzicht looncodes Belastingdienst........................................................................................... 54 Geografische afbakeningen ........................................................................................................ 55
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
1 Inleiding 1.1 Aanleiding tot onderzoek Het Holland Expat Center*South (kort: Expat Center), met vestigingen in Eindhoven, Tilburg en Maastricht, is een gezamenlijk initiatief van deze gemeenten, de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Brainport Development en de provincies Noord-Brabant en Limburg. Het Expat Center, dat op 25 februari 2010 van start ging, heeft als doel een snellere en betere dienstverlening tot stand te brengen voor bedrijven en werknemers uit het buitenland die zich in Zuid-Nederland willen vestigen. Het Expat Center faciliteert onder meer een vlotte aanvraag van benodigde verblijfsdocumenten en de inschrijving in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). Daarnaast kunnen ‘internationals’ bij het Expat Center terecht voor uiteenlopende informatie over onder andere huisvesting, financiën, belasting en onderwijs. De dienstverlening van het Expat Center voorziet in een belangrijke behoefte onder in Brabant en Limburg gevestigde bedrijven en instellingen (bv. universiteiten en ziekenhuizen). Tegen deze achtergrond is bij het Expat Center de behoefte ontstaan om, na de succesvolle pilotfase, een duidelijk beeld te krijgen van de ‘internationals’ in de provincies Noord-Brabant en Limburg. Het Expat Center wilde daarvoor een economische analyse laten opstellen. Economisch onderzoeksen adviesbureau Decisio heeft deze economische analyse uitgevoerd. Dit rapport schetst de uitkomsten van de analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland.
1.2 Vraagstelling Voor de analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland is de volgende vraagstelling relevant: 1. 2. 3. 4.
Wie zijn de internationals in Zuid-Nederland? Welke subsegmenten zijn relevant? Wat is de omvang van deze subgroepen? Wat is de regionale spreiding van de subgroepen in de provincies Noord-Brabant en Limburg? Wat zijn de sociaal-demografische kenmerken van de subgroepen (nationaliteit, geslacht, leeftijd en gezinssituatie)? 5. Wat zijn de economische kenmerken van de subgroepen (bijv. inkomen, sector)? 6. Wat zijn de trends en wat zijn de verwachtingen voor de toekomst wat betreft de samenstelling en omvang van deze groepen? 7. Wat zijn de ontwikkelingen ten aanzien van deze groepen de afgelopen jaren geweest?
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
1
In de bijlage bij dit rapport is een verantwoording opgenomen over de aanpak van het onderzoek en gehanteerde definities (en afbakeningen). In dit rapport zijn in hoofdzaak de volgende definities relevant:
Kenniswerkers: kenniswerkers zijn economisch actieve internationals die in Nederland arbeid in loondienst verrichten. Vervolgens zijn als kenniswerker bestempeld: o zij die in het betreffende onderzoeksjaar 35.000 euro of meer verdienden o en, waarvan de duur van het arbeidscontract1 minimaal vier maanden of meer betrof Arbeidsmigrant: economisch actieve internationals, niet behorend tot de groep van kenniswerkers, die in Nederland arbeid in loondienst verrichtten.
1 Het komt voor dat internationals op jaarbasis meer dan een arbeidscontract hadden. In dat geval is uitgegaan van het contract met de langste arbeidsduur in dat jaar
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
2
2 Internationals en sociaal-demografische kenmerken In dit hoofdstuk gaan we in op de internationals in Zuid-Nederland en hun belangrijkste, sociaaldemografische kenmerken zoals achtergrond, verblijfsduur en doel van het verblijf. We stellen de volgende onderzoeksvragen aan de orde:
wie zijn de internationals in Zuid-Nederland? Welke subsegmenten zijn relevant? wat is de omvang van deze subgroepen? wat zijn de sociaal-demografische kenmerken van de subgroepen (nationaliteit, geslacht, leeftijd, woonsituatie)?
2.1 Aantal economisch-actieve internationals In Zuid-Nederland zijn in 2012 ruim 69 duizend economisch-actieve internationals wonend en/of werkend. Dit is bijna een verdubbeling (+93 procent) ten opzichte van 2007. Op dat moment waren er ruim 35.700 internationals wonend en/of werkzaam. De groep internationals groeide het sterkst tussen 2007 en 2008; het aantal nam in een jaar toe met ruim 16.000 personen (+45 procent). Tussen 2008 en 2012 groeide het aantal internationals met bijna 18.000 personen. Gemiddelde nam het aantal internationals tussen 2007 en 2012 jaarlijks toe met ruim 15 procent of bijna 6.700 personen. Tabel 2.1. Aantal economisch-actieve internationals (per 31/12) in Zuid-Nederland, 2007-2012 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Aantal internationals
35.786
52.004
57.270
60.010
68.257
69.158
Gem. jaarlijkse groei
-
45%
10%
5%
14%
1%
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
2.2 Subgroepen In 2012 behoorde 19 procent van de economisch-actieve internationals tot de subgroep kenniswerkers en 81 procent tot de arbeidsmigranten. Vijf jaar eerder was de verhouding anders; circa 13 procent was kenniswerkers en 87 procent arbeidsmigrant. Het aandeel kenniswerkers is in de afgelopen jaren sterk gegroeid met ruim 180 procent, een toename van ruim 8.400 personen. Het aandeel arbeidsmigranten is over dezelfde periode afgenomen van 87 naar 81 procent. In absolute zin steeg het aantal arbeidsmigranten met 25.000 personen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
3
Tabel 2.2. Verdeling economisch-actieve internationals naar subsegmenten, 2007 - 2012
Aantal internationals
2007
2008
2009
2010
2011
2012
35.786
52.004
57.270
60.010
68.257
69.158
-
45%
10%
5%
14%
1%
4.645
7.304
9.299
9.675
11.746
13.103
13%
14%
16%
16%
17%
19%
57%
27%
4%
21%
12%
31.141
44.700
47.971
50.335
56.511
56.055
87%
86%
84%
84%
83%
81%
44%
7%
5%
12%
-1%
Jaarlijkse ontwikkeling Kenniswerkers Aandeel in internationals Jaarlijkse ontwikkeling Arbeidsmigranten Aandeel in internationals Jaarlijkse ontwikkeling
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio Nader toegelicht: indeling naar kennis- en arbeidsmigrant De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) hanteert inkomenseisen om internationale werknemers toe te laten conform de kennismigrantenregeling. Op grond van deze inkomenseisen zijn kennismigranten zij die meer dan 38.000 euro (jonger dan 30 jaar) of meer dan 52.000 (30 jaar en ouder) verdienen. Een arbeidsmigrant is in dit verband diegene die niet aan de inkomenseisen van de kennismigrant voldoet. Op grond van bovenstaande inkomenscriteria ontstaat het volgende beeld: Verdeling economisch-actieve internationals naar subsegmenten, 2007 - 2012 Aantal internationals
2007
2008
2009
2010
2011
2012
35.786
52.004
57.270
60.010
68.257
69.158
Jaarlijkse ontwikkeling
-
45%
10%
5%
14%
1%
3.613
5.736
6.330
6.988
9.069
9.779
10%
11%
11%
12%
13%
14%
59%
10%
10%
30%
8%
32.173
46.268
50.940
53.022
59.188
59.379
90%
89%
89%
88%
87%
86%
44%
10%
4%
12%
0%
Kennismigranten Aandeel Jaarlijkse ontwikkeling Arbeidsmigranten Aandeel Jaarlijkse ontwikkeling
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
2.3 Instroom, uitstroom en duur economische activiteit 2.3.1
Jaarlijkse instroom2
Tussen 2008 en 2012 stromen meer dan 64.000 internationals in, met een piek van ruim 21.000 internationals in 20083. Tussen 2008 en 2012 stromen jaarlijks gemiddeld 12.800 internationals
2 Onder instroom rekenen wij niet uitsluitend nieuw gevestigde internationals in Zuid-Nederland. Hieronder rekenen wij ook internationals die (opnieuw) in Zuid-Nederland wonend en/of werkend zijn.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
4
in. Het gaat hierbij niet alleen om internationals die eerder niet in Zuid-Nederland gevestigd waren. Ook eerder economisch-inactieve internationals kunnen instromen. Daarnaast vallen ook economisch-actieve internationals die eerder al in Nederland woonachtig waren en naar Zuid-Nederland verhuizen onder de instroom. Tabel 2.3. Jaarlijkse instroom economisch-actieve internationals, 2007 - 2012 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Aantal internationals
-
21.041
11.430
10.538
12.661
8.392
Jaarlijkse ontwikkeling
-
-
-45,7%
-7,8%
+20,2%
-33,7%
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Van de instroom van economisch-actieve internationals in 2012 blijkt zes procent kenniswerker te zijn geweest en 94 procent arbeidsmigrant. Belangrijkste herkomstlanden (top-5) van in 2012 ingestroomde, economisch-actieve internationals zijn: Polen: 14 procent Turkije: 10 procent Duitsland: 8 procent Marokko: 6 procent China: 5 procent 2.3.2
Jaarlijkse uitstroom4
Overeenkomstig met de instroom van internationals geldt ook voor de uitstroom van internationals dat deze personen niet noodzakelijk Nederland hebben verlaten. Zij kunnen van economisch-actief naar economisch-inactief zijn gegaan en daardoor tot de uitstroom gerekend zijn. Ook internationals die nog steeds economisch-actief zijn maar niet meer werkzaam zijn bij een werkgever in ZuidNederland en niet (meer) woonachtig zijn in Zuid-Nederland rekenen we tot uitstroom. Tussen 2008 en 2012 stromen in totaal bijna 30 duizend internationals uit, gemiddeld 6.100 per jaar. Tabel 2.4. Jaarlijkse uitstroom economisch-actieve internationals, 2007 - 2012 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Aantal internationals
-
4.797
6.103
7.550
4.535
7.565
Jaarlijkse ontwikkeling
-
-
+27,2%
+23,7%
-39,9,0%
+66,8%
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
3 De sterke stijging is waarschijnlijk voor een deel te verklaren door het vervallen van de tewerkstellingsvergunning per 1 mei 2007 voor Poolse arbeiders die in Nederland wilden werken. 4 Onder uitstroom rekenen wij niet uitsluitend internationals die Zuid-Nederland verlaten. Hieronder rekenen wij ook internationals die niet meer in Zuid-Nederland wonend en/of werkend zijn.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
5
2.3.3
Duur economische activiteit
Op basis van de in- en uitstroom tussen 2007 en 2012 is goed na te gaan hoe lang (een deel van de) economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland blijven wonen en/of werken (en economisch actief blijven). Het algemene beeld is dat een relatief groot aandeel internationals binnen het eerste jaar uitstroomt. Voor de instromers uit de jaren 2008-2011 gold dit voor 13-23 procent van het totaal. Na het eerste jaar is van een groep instromers gemiddeld nog 81 procent over. Na het tweede jaar is dit nog tussen de 65 en 68 procent; ongeveer 30 procent van de instromers is dan niet meer economisch actief of wonend en/of werkend in Zuid-Nederland. De groep instromers uit 2007 laten wij hier buiten beschouwing. Een deel van deze groep is namelijk niet per definitie in 2007 ingestroomd maar was al langer economisch actief of wonend en/of werkend in ZuidNederland. Dit verklaart de – in verhouding tot de instromers van 2008 en later – relatief lage uitstroom na 1 jaar en later. Een deel van de 2007-groep is al langer economisch actief of wonend en/of werkend in Zuid-Nederland en vertrekt niet zo snel als een recente instromer. Tabel 2.5. Duur economische activiteit van economisch-actieve internationals, 2007 - 2012 Startjaar
1 jaar
2 jaar
3 jaar
4 jaar
5 jaar
2007
87% (2008)
80% (2009)
74% (2010)
73% (2011)
69% (2012)
2008
82% (2009)
68% (2010)
66% (2011)
62% (2012)
-
2009
79% (2010)
66% (2011)
58% (2012)
-
-
2010
81% (2011)
66% (2012)
-
-
-
2011
77% (2012)
-
-
-
-
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
De gemiddelde contractduur is in de periode 2007-2012 licht gestegen van 268 naar 299 dagen; dit is dus geen verklaring voor de afnemende duur van economische activiteit van internationals in ZuidNederland.
2.4 Nationaliteit 2.4.1
Internationals en nationaliteit
In 2012 zijn 69.158 economisch-actieve internationals wonend en/of werkend in Zuid-Nederland. De Poolse nationaliteit is het sterkst vertegenwoordigd; bijna 16.600 Polen vormen 24 procent van de populatie internationals. Deze groep is sinds 2007 bijna verdrievoudigd in aantal. Een nog sterker gegroeide groep zijn internationals met de Chinese nationaliteit. Zij vormen met ruim 2.000 personen een aandeel van 3 procent van het totale aantal internationals maar zijn in die periode meer dan verdrievoudigd in aantal. De top-10 van nationaliteit van internationals heeft betrekking op ruim 70 procent van de totale, internationale populatie in Zuid-Nederland.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
6
Tabel 2.6. Nationaliteiten economisch-actieve internationals, 2012 Positie
Nationaliteit
2012
%
1
Poolse
16.549
24%
2
Duitse
8.023
15%
3
Turkse
6.270
9%
4
Belgische
4.015
6%
5
Britse
3.204
5%
6
Marokkaanse
2.916
4%
7
Portugese
2.266
3%
8
Chinese
2.004
3%
9
Spaanse
1.900
3%
10
Italiaanse
1.801
3%
Overige nationaliteiten
20.210
29%
Top 10 nationaliteiten
48.948
71%
Totaal
69.158
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
2.4.2
Internationals naar subgroep en nationaliteit
De subgroep kenniswerkers bestaat voor het belangrijkste deel uit internationals afkomstig uit Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk. Ruim 37 procent van de kenniswerkers in 2012 in ZuidNederland ruim is afkomstig uit een van deze landen. Het aandeel kenniswerkers van internationals met een overeenkomstige nationaliteit verschilt overigens erg sterk. De belangrijkste landen5 met een hoog aandeel kenniswerkers binnen de eigen populatie zijn:
Verenigde Staten: 53 procent India: 51 procent
Verenigd Koninkrijk: 45 procent Frankrijk: 43 procent België: 36 procent
5 Uitgaande van minimaal 300 kenniswerkers met dezelfde nationaliteit
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
7
Tabel 2.7. Nationaliteiten economisch-actieve kenniswerkers, 2012 Aandeel kenniswerkers Positie
Land van herkomst
2012
binnen eigen populatie %
1
Duitsland
1.981
25%
2
België
1.453
36%
3
Verenigd Koninkrijk
1.434
45%
4
Turkije
902
14%
5
Polen
803
5%
6
Italië
633
35%
7
Frankrijk
604
43%
8
Spanje
537
28%
9
India
503
51%
10
Verenigde Staten
383
53%
Overige nationaliteiten
3.870
-
Top 10 nationaliteiten
9.233
-
13.103
-
Totaal Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
De subgroep arbeidsmigranten bestaat voor het belangrijkste deel uit internationals afkomstig uit Polen, Duitsland en Turkije. Bijna 50 procent van alle arbeidsmigranten in 2012 in Zuid-Nederland is afkomstig uit een van deze landen. Het aandeel arbeidsmigranten van internationals met een overeenkomstige nationaliteit verschilt minder sterk per nationaliteit (in vergelijking met de populaties kenniswerkers). De belangrijkste landen6 met een hoog aandeel arbeidsmigranten binnen de eigen populatie zijn: Polen: 95 procent
Marokko: 92 procent Hongarije: 91 procent
Turkije: 86 procent Portugal: 86 procent
6 Uitgaande van minimaal 1.000 arbeidsmigranten met dezelfde nationaliteit
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
8
Tabel 2.8. Nationaliteiten economisch-actieve arbeidsmigranten, 2012 Aandeel arbeidsmigranten Positie
Land van herkomst
2012
binnen eigen populatie %
1
Polen
15.746
95%
2 3
Duitsland
6.042
75%
Turkije
5.368
86%
4
Marokko
2.679
92%
5
België
2.562
64%
6
Portugal
1.940
86%
7
Verenigd Koninkrijk
1.770
55%
8
China
1.630
81%
9
Spanje
1.363
72%
10
Hongarije
1.181
91%
Overige nationaliteiten
15.774
-
Top 10 nationaliteiten
40.281
-
Totaal
56.055
-
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
2.5 Geslacht, leeftijd, woonsituatie en verblijfsdoel 2.5.1
Geslacht
In de populatie internationals in Zuid-Nederland zijn mannen oververtegenwoordigd. Zij maken met bijna 37.000 personen 53,5 procent uit van de populatie in 2012. Vrouwen zijn met ruim 32.000 minder talrijk en goed voor 46,5 procent van de internationals. De man/vrouw verhouding is nagenoeg gelijk gebleven van 2007 tot 2012. 2.5.2
Leeftijd
Een kleine 40 procent van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland is tussen de 25 en 35 jaar, twee derde is tussen de 25 en 45 jaar. Slechts 1 op de 20 internationals is tussen de 55 en 65 jaar oud. De gemiddelde leeftijd van een international in Zuid-Nederland is ruim 35 jaar. In vergelijking met 2007 is het aandeel van de jongste groep licht afgenomen (van 17,3 procent naar 14,4 procent) en het aandeel van de internationals tussen de 25 en 35 jaar licht gegroeid (van 33,5 procent naar 37,6 procent). In de overige leeftijdscategorieën zijn geen grote verschuivingen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
9
Figuur 2.1 Leeftijdscategorieën economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland, 2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
2.5.3
Gezinssituatie
In 2012 is bijna 39 procent van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland gehuwd. Van minder dan een procent is bekend dat zij samenwonend zijn. De burgerlijke staat van de overige 60 procent is niet bekend, hetzelfde geldt voor het aantal kinderen. Ruim 11 procent van de internationals heeft geen kinderen, een vergelijkbaar aandeel heeft één kind en 12,6 procent heeft een huishouden met twee kinderen. Zes procent van de internationals heeft 3 of meer kinderen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
10
Nader toegelicht: economisch-inactieve internationals in Zuid-Nederland Dit hoofdstuk en de uitgevoerde analyses hebben grotendeels betrekking op de groep economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland. Echter, voor het inzicht in de totale groep internationals (dus ook de economisch-inactieve), is een beknopte data-analyse uitgevoerd om ook de groep economisch-inactieve internationals in beeld te brengen. Onder economisch-inactieve internationals verstaan we in dit onderzoek hetgeen daarover in paragraaf 1.4 is opgenomen. In 2012 zijn er in Zuid-Nederland ruim 35.000 economisch-inactieve internationals. Het aantal economischinactieve internationals is sinds 2007 meer dan verdubbeld. Het aantal economisch-inactieve internationals in 2007 bedroeg ruim 13.000. Aantal economisch-inactieve internationals in Zuid-Nederland, 2007 - 2012 Aantal
2007
2008
2009
2010
2011
2012
13.118
23.714
28.063
29.874
31.740
35.588
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio Ruim 50 procent van de economisch-inactieve internationals in Zuid-Nederland heeft een AOW-uitkering of pensioen/lijfrente als hoofdinkomen in 2012. Circa een vijfde van de economisch-inactieve internationals ontvangt een uitkering in het kader van de Wet Werk en Bijstand (WWB). Hoofdinkomensgroepen van economisch-inactieve internationals, 2012 Inkomensgroep
%
AOW
31%
Pensioen/lijfrente
25%
Wet Werk en Bijstand (WWB)
20%
Overig: uitkeringen en pensioenen
24%
Totaal
100%
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
11
3 Internationals en economische kenmerken In dit hoofdstuk beschrijven we de internationals en hun economische kenmerken. Daarvoor gaan we achtereenvolgens in op de regionale spreiding (gelet op woon- en werkregio’s in Zuid-Nederland) van internationals, inkomens en de branches waar internationals in Zuid-Nederland actief zijn. We stellen de volgende onderzoeksvragen aan de orde: 1. Wat is de regionale spreiding van de subgroepen in de provincies Noord-Brabant en Limburg? 2. Wat zijn de economische kenmerken van de subgroepen (bijv. inkomen, branche)?
3.1 Regionale spreiding In de analyse van de regionale spreiding van internationals in Zuid-Nederland is gekeken naar de werk- en woonregio van internationals. De werkregio betreft de gemeente waar de international werkzaam is; de woonregio is de gemeente waar de international woonachtig is. Naast de gemeentelijke spreiding van internationals zijn ook analyses uitgevoerd van het aantal internationals naar regio’s (Eindhoven, Tilburg en Breda) en provincies (Noord-Brabant en Limburg). 3.1.1
Internationals naar werkregio en naar subgroep
Werkgemeenten De gemeente Eindhoven is in 2012 de gemeente in Zuid-Nederland met de meeste, werkzame economisch-actieve internationals; ruim 7.200. Dat is 10 procent van alle internationals in ZuidNederland. Van de ruim 7.200 internationals in de gemeente Eindhoven is 36 procent een kenniswerker en 64 procent is arbeidsmigrant. Het aandeel kenniswerkers in de gemeente Eindhoven is beduidend hoger dan in de andere gemeenten in Zuid-Nederland. Voor andere gemeenten in ZuidNederland bedraagt het aandeel kenniswerkers gemiddeld 13 procent (ten opzichte van 36 procent in Eindhoven). In de gemeenten Helmond, ’s-Hertogenbosch, Maastricht, Uden, Breda en Tilburg zijn in 2012 tussen de 1.900 en 4.100 internationals economisch-actief. Opvallend daarbij is het relatief hoge aandeel kenniswerkers in de gemeenten ’s-Hertogenbosch (18 procent) en Maastricht (14 procent). Ook de gemeente Venray (nr. 10) kent een relatief hoog aandeel kenniswerkers (14 procent). In de top-10 werkgemeenten voor internationals is 43 procent van alle economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland actief (in 2012). Vanuit het perspectief voor de kenniswerkers blijkt dat 45 procent van de kenniswerkers in Zuid-Nederland werkzaam is in een van de top-10 werkgemeenten voor internationals.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
12
Tabel 3.1. Top-10 werkgemeenten Zuid-Nederland naar economisch-actieve internationals, 2012 Positie
Werkgemeente
2012
% van totaal
Kenniswerker
Arbeidsmigrant
1
Eindhoven
7.259
10%
2.648 (36%)
4.611 (64%)
2
Tilburg
4.101
6%
644 (16%)
3.457 (84%)
3
Breda
3.928
6%
588 (15%)
3.340 (85%)
4
Uden*
3.214
5%
85 (3%)
3.129 (97%)
5
Maastricht
2.603
4%
607 (23%)
1.996 (77%)
6
's-Hertogenbosch
1.937
3%
455 (23%)
1.482 (77%)
7
Helmond
1.914
3%
224 (12%)
1.690 (88%)
8
Venlo
1.876
3%
332 (18%)
1.544 (82%)
9
Veghel
1.592
2%
193 (12%)
1.399 (88%)
10
Venray
1.316
2%
100 (8%)
1.216 (92%)
29.740
43%
5.876 (20%)
23.864 (80%)
Totaal
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio. *: het omvangrijke aantal internationals in de gemeente Uden is mogelijk het gevolg van de hoofdvestiging van een uitzendorganisatie in deze gemeente. Fiscaal-administratief is het mogelijk dat werknemers geregistreerd zijn op het vestigingsadres van het hoofdkantoor terwijl de daadwerkelijke werkzaamheden op een andere locatie worden uitgevoerd.
Figuur 3.1. Aantal internationals naar werkgemeente, 2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
13
Sinds 2007 zijn de gemeenten Eindhoven (nr. 1) en Tilburg (nr. 2) in Zuid-Nederland de twee gemeenten waar de meeste internationals actief zijn. De gemeenten Breda en Uden bevinden zich op de derde en vierde plaats. Opvallend is verder vooral de snelle stijging van de Limburgse gemeenten in de top-10 van werkgemeenten voor internationals. Maastricht (van 17 naar 5), Venlo (van 23 naar 8) en Venray (van 55 naar 10) zijn door de jaren heen de sterkste stijgers. Tabel 3.2. Ontwikkeling top-10 werkgemeenten Zuid-Nederland naar economisch-actieve internationals, 2007 - 2012 Positie 2007
Positie 2008 Positie 2009 Positie 2010
Positie 2011 Positie 2012
Eindhoven
1
1
1
1
1
1
Tilburg
2
2
2
2
2
2
Breda
4
3
3
3
3
3
Uden
5
5
4
4
4
4
Maastricht
17
6
5
5
5
5
's-Hertogenbosch
3
4
6
8
8
6
Helmond
6
9
9
7
7
7
Venlo
23
7
7
6
6
8
Veghel
13
11
8
9
9
9
Venray
55
8
10
10
10
10
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Werkregio’s De werkregio’s Eindhoven, Breda en Tilburg vertegenwoordigen in 2012 zo’n 46 procent van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland; het aandeel kenniswerkers in deze regio’s bedraagt in deze drie regio’s gezamenlijk bijna 55 procent. Overall is in de periode 2007 tot en met 2012 het aantal economisch-actieve internationals in alle regio’s sterk gestegen. Tussen 2007 en 2012 is het aantal economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland bijna verdubbeld. De Brabantse regio’s hebben in de periode tussen 2007 en 2012 het aantal economisch-actieve internationals bijna zien verdubbelen. Verder is opvallend dat het aantal internationals in de regio (provincie) Limburg zeer sterk is toegenomen. Tussen 2007 en 2012 groeide het aantal internationals in Limburg van 1.637 naar 13.209; bijna een vertienvoudiging van het aantal internationals. Deze uitkomst wordt ondersteund door de gebleken snelle stijging van een aantal Limburgse gemeenten in de top-10 van werkgemeenten voor internationals: Maastricht (van 17 naar 5), Venlo (van 23 naar 8) en Venray (van 55 naar 10).
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
14
Tabel 3.3. Aantal economisch-actieve internationals naar werkregio en subgroep, 2007 en 2012 2007
Kennis-
Arbeids-
werker
migrant 6.410
2012
Arbeids-
werker
migrant
4.258
10.501
Regio Eindhoven
8.080
1.670
(23%)
(36%)
(21%)
(21%)
(32%)
(19%)
Regio Breda
5.467
727
4.740
10.065
1.858
8.207
(15%)
(16%)
(15%)
(15%)
(14%)
(15%)
Regio Tilburg
4.083
434
3.649
6.630
1.086
5.544
(11%)
(9%)
(12%)
(10%)
(8%)
(10%)
Overig Noord-Brabant
5.715
500
5.215
9.731
1.189
8.542
(16%)
(11%)
(17%)
(14%)
(9%)
(15%)
Limburg
1.637
378
1.259
13.209
2.563
10.646
(5%)
(8%)
(4%)
(19%)
(20%)
(19%)
Overig Nederland
9.164
849
8.315
14.170
2.000
12.170
(26%)
(18%)
(27%)
(20%)
(15%)
(22%)
-
-
-
-
-
-
België* Duitsland* Niet bekend Totaal
14.759
Kennis-
-
-
-
-
-
-
1.640
87
1.553
594
149
445
(5%)
(2%)
(5%)
(1%)
(1%)
(1%)
35.786
4.645
31.141
69.158
13.103
56.055
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio. *: in de analyses is geen rekening gehouden met het aantal internationals dat vanuit Nederland in België of Duitsland werkzaam is (uitgaande pendel).
Werkprovincies De provincie Noord-Brabant is zowel in 2007 als in 2012 (en ook in de tussenliggende jaren) de werkprovincie bij uitstek voor economisch-actieve internationals. Ruim 60 procent van de internationals in Zuid-Nederland heeft een arbeidsplaats in de provincie Noord-Brabant. Vooral in de provincie Limburg is het aandeel economisch-actieve internationals tussen 2007 en 2012 (zeer) sterk gestegen: van 1.637 internationals in 2007 naar 13.209 internationals in 2012. Tevens zijn er economisch-actieve internationals die in Zuid-Nederland woonachtig zijn, maar niet werkzaam in Zuid-Nederland (Noord-Brabant of Limburg). In 2007 werkte 26 procent van de internationals die in Zuid-Nederland woonden in overig Nederland. Relatief gezien is dit aantal internationals in de afgelopen jaren afgenomen. Het aandeel internationals dat in overig Nederland werkzaam was (en woonachtig was in Zuid-Nederland) daalde van 26 procent naar 20 procent in 2012.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
15
Tabel 3.4. Aantal economisch-actieve internationals naar werkprovincie en subgroep, 2007 en 2012 Kennis-
Arbeids-
werker
migrant
23.345
3.331
20.014
2007 Noord-Brabant
2012 41.185
Kennis-
Arbeids-
werker
migrant
8.391
32.794
(65%)
(72%)
(64%)
(60%)
(64%)
(58%)
1.637
378
1.259
13.209
2.563
10.646
(5%)
(8%)
(4%)
(19%)
(20%)
(19%)
Overig Nederland
9.164
849
8.315
14.170
2.000
12.170
(26%)
(18%)
(27%)
(20%)
(15%)
(22%)
Niet bekend
1.640
87
1.553
594
149
445
(5%)
(2%)
(5%)
(1%)
(1%)
(1%)
35.786
4.645
31.141
69.158
13.103
56.055
Limburg
Totaal
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
3.1.2
Internationals naar woonregio en naar subgroep
Woongemeenten De gemeente Eindhoven is in 2012 de gemeente in Zuid-Nederland waar de meeste, economischactieve internationals woonachtig zijn; bijna 8.500. Dat is 12 procent van alle internationals in ZuidNederland. Hiermee is de gemeente Eindhoven zowel de woon- als de werkgemeente voor internationals in Zuid-Nederland. Van de bijna 8.500 internationals die in de gemeente Eindhoven woonachtig zijn, is 29 procent een kenniswerker en 71 procent is arbeidsmigrant. Het aandeel kenniswerkers dat in de gemeente Eindhoven woont, is beduidend hoger dan in de andere gemeenten in Zuid-Nederland. In andere gemeenten in Zuid-Nederland is het aandeel (woonachtige) kenniswerkers gemiddeld 18 procent (ten opzichte van 29 procent in Eindhoven). Belangrijke, andere woongemeenten voor internationals in Zuid-Nederland zijn Tilburg, Maastricht, Breda, Venlo en Helmond. Wanneer we de top-10 woon- en werkgemeenten met elkaar vergelijken dan blijkt vooral dat: Eindhoven, Tilburg, Breda, Maastricht, ’s-Hertogenbosch, Helmond en Venlo aantrekkelijke woon- én werkgemeenten zijn. Uden, Veghel en Venray vooral aantrekkelijke werkgemeenten zijn. Roosendaal, Bergen op Zoom en Oss vooral aantrekkelijke woongemeenten zijn.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
16
Tabel 3.5. Top-10 woongemeenten Zuid-Nederland naar economisch-actieve internationals, 2012 Positie
Woongemeente
2012
%
Kenniswerker
Arbeidsmigrant
1
Eindhoven
8.478
12%
2.420 (29%)
6.058 (71%)
2
Tilburg
4.489
7%
641 (14%)
3.848 (86%)
3
Maastricht
2.968
4%
717 (24%)
2.251 (76%)
4
Breda
2.453
4%
583 (24%)
1.870 (76%)
5
Venlo
2.327
3%
280 (12%)
2.047 (88%)
6
Helmond
2.170
3%
319 (15%)
1.851 (85%)
7
's-Hertogenbosch
1.815
3%
437 (24%)
1.378 (76%)
8
Roosendaal
1.301
2%
168 (13%)
1.133 (87%)
9
Bergen op Zoom
1.224
2%
242 (20%)
982 (80%)
10
Oss
1.158
2%
177 (15%)
981 (85%)
28.383
-
5.984 (21%)
22.399 (79%)
Totaal
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
De top-10 woongemeenten voor internationals in Zuid-Nederland is sinds 2007 redelijk stabiel. De gemeenten Eindhoven (nr. 1) en Tilburg (nr. 2) hebben als jaren lang de voorkeur als woongemeente. Figuur 3.2. Aantal internationals naar woongemeente, 2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
17
Opvallend is de relatieve stijging binnen de top-10 woongemeenten van de Limburgse gemeenten Maastricht (van 10 naar 3) en Venlo (van 8 naar 5). Het belang van Helmond als woongemeente is sinds 2007 tot en met 2012 afgenomen van nr. 3 naar nr. 6. Tabel 3.6. Ontwikkeling top-10 woongemeenten Zuid-Nederland naar economisch-actieve internationals, 2007 - 2012 Positie 2007
Positie 2008 Positie 2009
Positie 2010
Positie 2011 Positie 2012
Eindhoven
1
1
1
1
1
1
Tilburg
2
2
2
2
2
2
Maastricht
10
6
6
3
3
3
Breda
4
5
5
4
4
4
Venlo
8
3
3
5
5
5
Helmond
3
4
4
6
6
6
's-Hertogenbosch
5
7
7
7
7
7
Roosendaal
6
8
8
8
8
8
Bergen op Zoom
7
9
9
9
9
9
Oss
9
10
10
10
10
10
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Woonregio’s In de regio’s Eindhoven, Breda en Tilburg is in 2012 zo’n 45 procent van alle internationals in ZuidNederland woonachtig. Voor heel Noord-Brabant is dat 55 procent. Snelste stijger als woonregio is de provincie Limburg. In 2007 woonde daar 14 procent van het totaal aantal internationals in Zuid-Nederland; in 2012 bedroeg dit aandeel inmiddels 22 procent.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
18
Nader toegelicht: economisch-actieve internationals in Maastricht, 2012 De meeste economisch-actieve internationals in Maastricht wonen in buurten aan de westzijde van de Maas. Vooral de binnenstad, Boschstraatkwartier, Statenkwartier, Kommelkwartier en Jelkerkwartier huisvesten in 2012 veel economisch-actieve internationals.
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
19
Tabel 3.7. Aantal economisch-actieve internationals naar woonregio en subgroep, 2007 en 2012 2007
Kennis-
Arbeids-
werker
migrant
2012
Kennis-
Arbeids-
werker
migrant
Regio Eindhoven
7.988 (23%)
1.290 (28%)
6.698 (22%)
15.298 (22%)
3.759 (29%)
11.539 (21%)
Regio Breda
5.504 (16%)
696 (15%)
4.808 (15%)
8.641 (13%)
1.700 (13%)
6.941 (12%)
Regio Tilburg
3.893 (11%)
366 (8%)
3.527 (11%)
6.763 (10%)
1.001 (8%)
5.762 (10%)
Overig Noord-Brabant
4.050 (12%)
439 (9%)
3.611 (12%)
6.630 (10%)
1.091 (8%)
5.539 (10%)
Limburg
4.787 (14%)
621 (13%)
4.166 (13%)
14.846 (22%)
2.556 (20%)
12.290 (22%)
Overig Nederland
7.522 (22%)
747 (16%)
6.775 (22%)
14.779 (22%)
2.277 (17%)
12.502 (22%)
866 (3%)
228 (5%)
638 (2%)
1.037 (1%)
415 (3%)
622 (1%)
1.158 (3%)
255 (5%)
903 (3%)
1.120 (2%)
298 (2%)
822 (1%)
18
3
15
44
6
38
(0%)
(0%)
(0%)
(0%)
(0%)
(0%)
35.786
4.645
31.141
69.158
13.103
56.055
België Duitsland Niet bekend Totaal
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
20
Nader toegelicht: economisch-actieve internationals in Eindhoven, 2012 De meeste economisch-actieve internationals in Eindhoven wonen in de binnenstad en buurten ten noorden van de binnenstad.
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Woonprovincies De provincie Limburg als woonprovincie is in de periode 2007 tot en met 2012 in belang toegenomen. In 2012 woonde in Limburg 22 procent van alle internationals in Zuid-Nederland; in 2007 was dit aandeel 14 procent. Veruit de meeste internationals woonde in de periode 2007 tot en met 2012 in de provincie NoordBrabant; respectievelijk 62 en 55 procent. Het belang van Noord-Brabant is in de afgelopen jaren wel afgenomen. De afname bedroeg zeven procent(punten).
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
21
Tabel 3.8. Aantal economisch-actieve internationals naar woonprovincie en subgroep, 2007 en 2012 Kennis-
Arbeids-
Kennis-
Arbeids-
werker
migrant
werker
migrant
21.435 (62%)
2.791 (60%)
18.644 (60%)
37.332 (55%)
7.551 (58%)
29.781 (53%)
Limburg
4.787 (14%)
621 (13%)
4.166 (13%)
14.846 (22%)
2.556 (20%)
12.290 (22%)
Overig Nederland
7.522 (22%)
747 (16%)
6.775 (22%)
14.779 (22%)
2.277 (17%)
12.502 (22%)
866 (3%)
228 (5%)
638 (2%)
1.037 (1%)
415 (3%)
622 (1%)
1.158 (3%)
255 (5%)
903 (3%)
1.120 (2%)
298 (2%)
822 (1%)
18
3
15
44
6
38
(0%)
(0%)
(0%)
(0%)
(0%)
(0%)
35.786
4.645
31.141
69.158
13.103
56.055
2007 Noord-Brabant
België* Duitsland* Niet bekend Totaal
2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio. *: het gaat hier om de internationals die in het buitenland (België of Duitsland) wonen en werkzaam zijn in Zuid-Nederland. Nader toegelicht: economisch-actieve internationals in Tilburg, 2012 De meeste economisch-actieve internationals in Tilburg wonen vooral in de buurten ten noorden van de binnenstad.
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
22
3.2 Inkomen Voor het berekenen van het gemiddelde inkomen per international is een aantal correcties toegepast omdat een deel van internationals meerdere contracten per jaar hebben en omdat de deeltijdfactor per contract niet bekend is. Voor het berekenen van het gemiddelde inkomen per international zijn we uitgegaan van:
Internationals met één contract met een contractduur van 1 jaar (vast of tijdelijk); Het hoogste inkomen van het betreffende contract; Internationals werkzaam in de uitzendbranche en schoonmaaksector zijn niet meegenomen (aangezien vermoed wordt dat in deze sectoren veel in deeltijd gewerkt wordt).
In 2012 verdiende de international in Zuid-Nederland gemiddeld bijna 37.000 euro op jaarbasis. In 2007 bedroeg het gemiddeld inkomen van een international in Zuid-Nederland bijna 32.000 euro. De meeste internationals in Zuid-Nederland verdienden in 2012 25.000 tot 50.000 euro op jaarbasis (48 procent). Drie procent van de internationals in Zuid-Nederland in 2012 verdiende 100.000 euro of meer. Tabel 3.9. Aandeel economisch-actieve internationals naar inkomensklassen, 2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
De internationale kenniswerkers in Zuid-Nederland verdienden in 2012 gemiddeld ruim 60.000 euro op jaarbasis. In 2007 bedroeg het gemiddeld inkomen voor een internationale kenniswerker in ZuidNederland ruim 55.000 euro. Ruim de helft van de kenniswerkers in Zuid-Nederland verdient in 2012 tussen de 50.000 en 75.000 euro bruto per jaar. Zo’n 16 procent van deze subgroep heeft een bruto jaarsalaris van 75.000 euro of meer per jaar.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
23
Tabel 3.10. Aandeel economisch-actieve kenniswerkers naar inkomensklasse, 2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
De arbeidsmigrant verdiende in 2012 in Zuid-Nederland gemiddeld 21.500 euro op jaarbasis. Ten opzichte van 2007 is het gemiddelde loon voor de arbeidsmigrant niet of nauwelijks toegenomen. Bijna 60 procent van de arbeidsmigranten in Zuid-Nederland heeft een bruto jaarinkomen tot 25.000 euro. Tabel 3.11. Aandeel economisch-actieve arbeidsmigranten naar inkomensklasse, 2012
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
24
Nader toegelicht: inkomen en een sociale huurwoning Sociale huurwoningen zijn betaalbare woningen, vaak in eigendom van een woningcorporatie. Of iemand in aanmerking komt voor een sociale huurwoning is afhankelijk van een aantal factoren, waaronder het inkomen. Woningcorporaties zijn verplicht om 90 procent van hun vrijgekomen sociale huurwoningen toe te wijzen aan huishoudens met een inkomen tot maximaal 34.229 euro (in 2013). De overige 10 procent wordt toegewezen aan huishoudens met hogere inkomens7. Bijna een derde van de populatie internationals in Zuid-Nederland verdient boven de sociale huurgrens; een grote meerderheid van ruim 47.000 internationals heeft een inkomen beneden deze grens. Vooral de subgroep kenniswerkers behoort tot de hogere inkomens; een vijfde verdient maximaal 34.229 euro per jaar, ruim 80 procent zit daar boven.
3.3 Branches De branche Uitzendbureaus van arbeidskrachten biedt werk aan ongeveer een op de vijf internationals in Zuid-Nederland in 2012 en is veruit het sterkst vertegenwoordigd. Verder komen zowel dienstverlenende als technologische branches voor in de top 15 van de totale groep internationals. De branche Wetenschappelijk onderwijs (universitair) staat op de derde plek. Tabel 3.12. Branche economisch-actieve internationals, 2012 Positie
Branche
2012
%
1 2
Uitzendbureaus van arbeidskrachten
14.936
21,8%
Schoonmaakbedrijven van gebouwen
5.121
7,5%
3
Wetenschappelijk onderwijs (universitair)
2.125
3,1%
4
Holding-, trustee of houdstermaatschappijen
1.767
2,6%
5
Uitleenbedrijven van arbeidskrachten
1.629
2,4%
6
Zakelijke dienstverleningsbedrijven n.e.g.
1.592
2,3%
7
Overige restaurants (niet-logiesverstrekkend)
1.268
1,9%
8
Computerservice bureaus e.d.
1.094
1,6%
9
Goederenwegvervoer n.e.g.
1.059
1,5%
10
Detailhandel in levensmiddelen (algemeen assort.)
1.036
1,5%
11
Elektrische apparatenfabrieken
902
1,3%
12
Schoonmaakbedrijven n.e.g.
853
1,2%
13
Chinese, Indische restaurants
822
1,2%
14
Bedrijfseconomische en bedrijfsorg. adviesbureaus
811
1,2%
15
Expediteurs, cargadoors, bevrachters e.a. tussenp.
615
0,9%
Top 15 branches
35.630
52%
Overige branches
33.528
48%
Totaal
69.158
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
7 Bron: http://www.rijksoverheid.nl/
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
25
De top 15 van branches waarin internationals werkzaam zijn, vertoont tussen 2007 en 2012 een aantal opvallende veranderingen. De restaurantbranche – en dan met name de Chinese en/of Indische restaurants zijn sterk in positie gestegen, van plaats 11 resp. 24 in 2007 naar 7 resp. 13 in 2012. Ook de logistieke branches (goederenwegvervoer en expediteurs, cargadoors en bevrachters) zijn gestegen op de ranglijst, terwijl de branche Elektrische apparatenfabrieken (ondanks een toegenomen aantal werkzame internationals) uit de top 10 is verdwenen. De eerder sterk vertegenwoordigde branche Groentekwekerijen (op positie 9 in 2008) is zelfs uit de top 15 verdwenen naar positie 19 in 2012. De positie van een branches levert inzicht in de relatieve positie; absolute aantallen tonen in de meeste branches een toegenomen aantal werkzame internationals, ook in die branches die kelderen op de ranglijst. Tabel 3.13. Ontwikkeling top-15 branches Zuid-Nederland naar economisch-actieve internationals, 2007 - 2012 Branche
2007
2008
2009
2010
2011
2012
Uitzendbureaus van arbeidskrachten
1
1
1
1
1
1
Schoonmaakbedrijven van gebouwen
2
2
2
2
2
2
Wetenschappelijk onderwijs (universitair)
4
5
3
3
3
3
Holding-, trustee of houdstermaatschappijen
3
3
4
5
4
4
Uitleenbedrijven van arbeidskrachten
5
7
6
6
5
5
Zakelijke dienstverleningsbedrijven n.e.g.
9
4
5
4
6
6
Overige restaurants (niet-logiesverstrekkend)
11
6
7
7
7
7
Computerservice bureaus e.d.
7
8
9
9
8
8
Goederenwegvervoer n.e.g.
14
10
10
10
10
9
Detailhandel in levensmiddelen (algemeen ass.)
16
11
8
8
9
10
Elektrische apparatenfabrieken
6
13
12
13
12
11
Schoonmaakbedrijven n.e.g.
12
12
11
14
14
12
Chinese, Indische restaurants
24
19
18
17
13
13
Bedrijfsecono. en bedrijfsorg. adviesbureaus
10
16
13
11
11
14
Expediteurs, cargadoors, bevrachters e.a. tp.
23
21
19
19
19
15
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Internationale kenniswerkers in Zuid-Nederland zijn in 2012 hoofdzakelijk actief in de elektrotechnische industrie (bijv. Philips Electronics) en de ICT-sector (waaronder bijvoorbeeld Getronics, SAP, Siemens, CISCO). Bovendien is een substantieel aandeel kenniswerkers actief binnen het wetenschappelijke onderwijs (universitair).
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
26
Tabel 3.14. Branche economisch-actieve kenniswerkers, 2012 Positie
Branche
2012
%
1
Elektrische apparatenfabriek (bijv. Philips Electronics)
600
5%
2
Wetenschappelijk onderwijs (universitair)
548
4%
3
Computerservice bureaus (bijv. Getronics, SAP)
548
4%
4
Holding-, trustee- of houdstermaatschappijen (bijv. Philips Int.)
524
4%
5
Computerfabrieken (bijvoorbeeld ASML)
415
3%
6
Groothandel in elektromotoren en elektrotechnische producten
358
3%
7
Fabrieken van radio- en televisie-ontvangapparaten
315
2%
8
Goederenwegvervoer n.e.g. (bijv. De Rooy, Penske)
283
2%
9
Uitzendbureaus van arbeidskrachten
265
2%
10
Zakelijke dienstverleningsbedrijven
260
2%
11
Anorganische chemische grondstoffen-fabrieken
254
2%
12
Kunststofverwerkende fabrieken
234
2%
13
Detailhandel in elektrische huishoudelijke app.
217
2%
14
Ingenieurs-, tech. ontwerp- en adviesbureaus (bijv. VDL Ind. Products)
203
2%
15
Autofabrieken en assemblagebedrijven (bijv. VDL Bus, Daf Trucks)
188
1%
5.215
40%
7.888
60%
Top 15 branches Overige branches Totaal
13.103
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Het grootste deel van de economisch-actieve internationals in de subgroep arbeidsmigranten is in 2012 werkzaam in de branche Uitzendbureaus van arbeidskrachten; ruim een kwart van de arbeidsmigranten is werkzaam in deze branche. Ruim 5.000 internationals in deze subgroep zijn werkzaam in de branche Schoonmaakbedrijven van gebouwen. Wanneer we kijken naar de top 15 van de ruim 800 sectoren waarin arbeidsmigranten werkzaam zijn, blijkt deze top 15 ruim de helft van alle arbeidsmigranten te bevatten, namelijk 58 procent.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
27
Tabel 3.15. Branche economisch-actieve arbeidsmigranten, 2012 Positie
Branche
2012
%
1 2
Uitzendbureaus van arbeidskrachten
14671
26%
Schoonmaakbedrijven van gebouwen
5072
9%
3
Wetenschappelijk onderwijs (universitair)
1577
3%
4
Uitleenbedrijven van arbeidskrachten
1518
3%
5
Zakelijke dienstverleningsbedrijven
1332
2%
6
Overige restaurants (niet-logiesverstrekkend)
1246
2%
7
Holding-, trustee- of houdstermaatschappijen
1243
2%
8
Detailhandel in levensmiddelen (algemeen assort.)
1018
2%
9
Schoonmaakbedrijven
840
1%
10
Chinese, Indische restaurants
820
1%
11
Goederenwegvervoer n.e.g
776
1%
12
Bedrijfseconomische en bedr. org. adviesbureaus
651
1%
13
Arbeidsbemiddelingsbureaus (excl. overheid)
550
1%
14
Computerservice bureaus e.d.
546
1%
15
Groentekwekerijen
536
1%
Top 15 branches
32.396
58%
Overige branches
23.659
42%
Totaal
56.055
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
28
Nader toegelicht: ‘priviliged persons’ Naast de groepen internationale kennis- en arbeidsmigranten die in onderhavig onderzoek aan bod komen is tevens sprake van een bijzondere groep internationals; de zogenaamde ‘priviliged persons’. Dit is een groep internationals (inclusief gezin) die werkzaam zijn bij een consulaat, ambassade of een internationale organisatie in Nederland. Zij vallen niet onder de Nederlandse Vreemdelingenwet en hoeven zich niet te melden bij de IND omdat zij zijn geregistreerd in de ‘protocollaire basisadministratie’ (Probas) bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Daarnaast is deze groep niet verplicht om zich te laten registreren in de GBA (alhoewel dit wel wordt geadviseerd aan deze personen). Tevens ontvangen zij automatisch een Sofinummer (geen BSNnummer) van de gemeente waarin ze woonachtig zijn. Familie van deze groep dienen zich wel te melden bij de woongemeente met een identiteitsbewijs, geboortecertificaat, huur/koopcontract en een inschrijvingsdocument van het ministerie van Buitenlandse Zaken8. Recentelijk heeft Decisio in opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken onderzoek gedaan naar het economisch belang van intergouvernementele organisaties in Nederland9. Tot deze intergouvernementele organisaties (34 in totaal in Nederland) behoren:
Kennis- en onderzoeksinstellingen zoals het Europees Centrum voor Onderzoek en Technologieontwikkeling en het Europees Octrooibureau;
Juridische instellingen zoals het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië;
Vrede- en veiligheidsorganisaties zoals het Allied Joint Force Command te Brussum; en
Ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties zoals het Gemeenschappelijk Fonds voor Grondstoffen.
De organisatiegrootte loopt uiteen van 1 tot 2.600 medewerkers. Er zijn in totaal 34 intergouvernementele organisaties in Nederland. Voor dit onderzoek hebben we de intergouvernementele organisaties geselecteerd die in Zuid-Nederland zijn gevestigd, aangevuld met de in deze regio gevestigde consulaten (waar ook priviliged persons werkzaam zijn).
8 Bron: Website Gemeente Den Haag; http://www.denhaag.nl/en/residents/to/Procedures-for-PrivilegedPersons.htm 9 Decisio (2013). Economisch belang intergouvermentele organisaties in Nederland. Economisch Impact Studie. In opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
29
Er zijn in totaal 5 intergouvernementele organisaties en 13 consulaten gevestigd in Zuid-Nederland.
Overzicht organisaties in Zuid-Nederland met priviliged persons in dienst (2011) Organisatie
Aantal buitenlandse werknemers
1. Allied Joint Force Command (JFC-B), Brunssum
880
2. Nato Airborne Early Warning & Control Progr. Management (NAPMA), Brunssum
105
3. European Air Transport Command (EATC), Eindhoven 4. Maastricht Upper Area Control Centre (MUAC) 5. United Nations University – Maastricht Economic and Social Research and Training
128 520* 6
Centre on Innovation and Technology (UNU-MERIT) (13) Consulaten (Maastricht, Eindhoven, Breda, Den Bosch, Nuenen)10 Totaal aantal buitenlandse werknemers (afgerond):
25* 1.650
Bron: Decisio (2013). *: op basis van schatting De gemiddelde salarissen van alle buitenlandse medewerkers is vastgesteld op 80.000 euro 11. Gaan we uit van dit bedrag dan bedraagt het inkomen van deze groep naar schatting jaarlijks 132 miljoen euro. Gemiddeld is 96 procent van de buitenlandse medewerkers vrijgesteld van inkomstenbelasting en wordt 76 procent van het verdiende salaris in (Zuid-)Nederland besteed 12. Deze uitgaven zijn van belang voor de lokale economie omdat deze groep anders niet in Nederland zouden wonen en werken. Tot slot werkt het grootste deel van de priviliged persons voltijd (gemiddeld 0,97 fte).
10 Dit zijn de (Honorair) consulaten van: België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Italië, Marokko, Malta, Montenegro, Litouwen, Tsjaad, Mongolië en Myanmar. 11 Bron: Decisio (2013). Deze varieert van € 60.000 voor de buitenlandse EATC-medewerkers tot € 70.800 voor JDC-B en € 120.000 voor NAPMA. 12 Bron: Idem.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
30
4 Internationals studenten 4.1 Internationale studenten in het bekostigde onderwijs De Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs (Nuffic) verzamelt en verwerkt informatie over het aantal buitenlandse studenten in het Nederlandse hoger onderwijs (bij publiek bekostigde instellingen). Voor de provincie Noord Brabant en Limburg betreft het de volgende instellingen: AVANS Hogeschool Design Academy Eindhoven Fontys Hogescholen HAS Den Bosch Hogeschool Zuyd NHTV Breda
Pedagogische Hogeschool De Kempel Stoas Hogeschool Technische Universiteit Eindhoven Universiteit Maastricht Universiteit van Tilburg
Belangrijke noot: Nuffic heeft niet alle gegevens van studenten in Noord-Brabant en Limburg. De organisatie heeft bijvoorbeeld geen gegevens van buitenlandse studenten die alleen bij hun thuisinstelling ingeschreven staan of studenten die buiten het publiek bekostigde onderwijs een opleiding volgen. Bovendien zijn bij Nuffic geen gegevens beschikbaar over inkomen en woonplaats.
In het collegejaar 2011/12 maken internationale studenten 12,4 procent uit van het totaal aantal studenten aan hogeschool instellingen in Noord-Brabant en Limburg (zie tabel 4.1)13. Absoluut gezien is de omvang van deze groep internationale studenten toegenomen van ruim 10.900 in 2007/08 tot ruim 15.800 in 2011/12. Deze stijging is relatief gezien bijna 3 keer zo groot als de stijging van het totaal aantal studenten bij hogescholen en universiteiten in dezelfde periode.
13 Landelijk bedraagt het percentage van buitenlandse studenten 8,4% in het collegejaar 2011/12 (Bron: Nuffic: Mobiliteit in beeld 2012. Internationale mobiliteit in het Nederlandse hoger onderwijs.)
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
31
Nader toegelicht: NHTV Internationale studenten:
NHTV is een onderwijsinstelling met vier onderwijslocaties in Breda. Er worden zowel HBO- als universitaire studies aangeboden. In collegejaar 2011/2012 volgden in totaal 7.246 studenten een programma aan NHTV. Daarvan waren er 799 (11%) niet-Nederlands.
Buitenlands personeel: De definitie die gehanteerd wordt voor buitenlandse medewerker bij NHTV is iemand die geboren is buiten Nederland en voor het 20e levensjaar minimaal 10 jaar in het buitenland heeft gewoond.
Ontwikkeling aantallen buitenlandse medewerkers - NHTV 80
60
Instroom nietNederlands
40 Totaal nietNederlands
20 0 2010-2011 2011-2012 2012-2013 2013-2014 (t/m juli 2013)
Sinds het collegejaar 2010-2011 is het aantal buitenlandse medewerkers bij NHTV gestegen. In dat collegejaar was het aantal buitenlandse werknemers in dienst van NHTV nog 57, in juli 2013 al 70. Dit is een stijging van 32% in 3,5 jaar.
De instroom van niet-Nederlandse werknemers vertoont een kleine piek van 17 nieuwe werknemers in 2012. Er is geen duidelijke trend te zien in de ontwikkeling van de instroom van nieuwe buitenlandse werknemers.
Geregistreerde uitwisseling buitenlandse docenten naar NHTV 15 10 5 0 2008-2009
2009-2010
2010-2011
2011-2012
2012-2013 (t/m juni)
Bij NHTV komen docentuitwisselingen voor waarbij de docent niet in loondienst is van NHTV, maar betaald wordt door een externe organisatie. In collegejaar 2009-2010 was er een piek van 12 buitenlandse docenten op uitwisselingsbasis, het jaar erop geen enkele. Uit het grillige verloop van het diagram is geen duidelijke trend op te maken.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
32
Tabel 4.1 Aantal buitenlandse studenten aan hoger onderwijsinstellingen in Noord-Brabant en Limburg Collegejaar 2007-08 2008-09 2009-10 2010-11 2011-12
Aantal studenten
Aantal buitenlandse studenten
Aandeel buitenlandse studenten
110.318 113.327 119.380 123.881 127.739
10.910 12.160 13.820 14.830 15.854
9,9% 10,7% 11,6% 12,0% 12,4%
Bron: Nuffic
Het percentage buitenlandse wo-studenten steeg in de periode 2007 – 2012 van 17,2 naar 23,7 procent en het percentage buitenlandse hbo-studenten van 7,1 naar 8,0 procent (zie tabel 4.2). Het aantal buitenlandse wo-studenten is gestegen van 5.200 naar 8.500 in de onderzochte periode. Het aantal buitenlandse hbo-studenten steeg van 5.700 naar 7.400. Tabel 4.2 Percentage buitenlandse studenten in Noord-Brabant en Limburg per studiejaar Type hoger onderwijs
2007-08
2008-09
2009-10
2010-11
2011-12
Totaal wo
17,2%
19,4%
21,3%
22,2%
23,7%
Totaal hbo
7,1%
7,3%
7,7%
8,0%
8,0%
Eindtotaal
9,9%
10,7%
11,6%
12,0%
12,4%
Bron: Nuffic
Ruim 52 procent van de populatie buitenlandse studenten in collegejaar 2011/12 is vrouwelijk14.
4.2 Herkomstlanden De groep buitenlandse studenten aan bekostigde hoger onderwijsinstellingen in Noord-Brabant en Limburg komen uit in totaal 148 landen. Duitsland is verreweg het belangrijkste land van herkomst voor de regulier ingeschreven buitenlandse studenten, gevolgd door België en China (zie figuur 4.1). Circa 82 procent van alle buitenlandse studenten komt uit een EU-land15 in 2012.
14 In het collegejaar 2007/08 bedroeg dit percentage nog ruim 54 procent. 15 Uit een van de huidige 28 EU-landen (inclusief Kroatië).
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
33
Figuur 4.1 Herkomstlanden top 3 reguliere buitenlandse studenten 2007 – 2012
Bron: Nuffic
Het aandeel Duitse studenten in Noord-Brabant en Limburg is in de periode 2007 – 2012 afgenomen van 63,4 procent naar 57,6 procent (ondanks dat het aantal Duitse studenten is toegenomen met ruim 2.200 studenten). Het aantal studenten uit België is in dezelfde periode met 128 gestegen naar afgerond 1.200 studenten. Het aantal Chinese studenten is met 436 gestegen naar 915 (een toename van 91 procent). De top 15 van herkomstlanden wordt compleet gemaakt door studenten uit Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Polen, Bulgarije, Turkije, Italië, Indonesië, Griekenland, Roemenië, Spanje, Letland en India. Vooral het aantal studenten uit Letland, Griekenland, Roemenië, India, Bulgarije en het Verenigd Koninkrijk is flink toegenomen in de onderzochte periode (zie figuur 4.2).
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
34
Nader toegelicht: Universiteit van Maastricht Internationale studenten:
Aan de Universiteit van Maastricht stonden in het studiejaar 2011-2012 in totaal 6.553 internationale studenten ingeschreven. Het aandeel internationale studenten van het totale aantal studenten bij de Universiteit van Maastricht bedroeg daarmee 45%.
Buitenlands wetenschappelijk personeel (WP):
In juli 2013 bekleden 2.074 mensen een wetenschappelijke functie aan de Universiteit van Maastricht. Daarvan hebben 781 mensen (38%) niet de Nederlandse nationaliteit.
Verdeling binnen- en buitenlands WP Universiteit van Maastricht
Nederlandse nationaliteit
781; 38% 1293; 62%
Niet-Nederlandse nationaliteit
Van het internationaal wetenschappelijk personeel komt het belangrijkste deel uit de buurlanden Duitsland (29%) en België (22%). De Europese Unie is als regio met een aandeel van 76% het belangrijkste herkomstgebied van internationale wetenschappelijke staf aan de Universiteit van Maastricht.
Herkomst buitenlands WP - Universiteit van België Maastricht 5% 4% 2% 1% 7%
Duitsland
22%
Overig EU Overig Europa
5%
Azië en Oceanie Afrika Midden/Zuid-Amerika
25%
29%
Noord-Amerika Midden-Oosten
Zo’n 19% van het internationaal wetenschappelijk personeel werkzaam aan de Universiteit van Maastricht heeft een niet-Europese nationaliteit, 7% is afkomstig van het Amerikaanse continent.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
35
Figuur 4.2 Herkomstlanden top 15 (excl. Duitsland, België en China) reguliere buitenlandse studenten (2007/08 en 2011/12)
Bron: Nuffic
4.3 Vakgebieden buitenlandse studenten Buitenlandse wo-studenten staan vooral ingeschreven bij de vakgebieden ‘Economie’ en ‘Gedrag & Maatschappij’ (zie figuur 4.3)16. Circa 8 procent van de buitenlandse studenten volgt een Technische wo-opleiding, In de periode 2007 – 2012 zien we een daling van het aantal buitenlandse wostudenten op de gebieden ‘Economie’, ‘Gedrag & Maatschappij’ en ‘Natuur’. De overige vakgebieden kennen een stijging in dezelfde periode17. Vergelijken we de verdeling van de buitenlandse wo-studentenpopulatie met de totale studentenpopulatie in Noord-Brabant en Limburg dan valt op dat de buitenlandse wo-studenten relatief vaak voor de vakgebieden ‘Economie’ en ‘Gedrag & Maatschappij’ kiezen en minder vaak voor ‘Techniek’ en ‘Recht’.
16 Dit op basis van de CROHO-vakgebieden bijgehouden door DUO. CROHO staat voor Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs. 17 Het CROHO-vakgebied Gezondheidszorg is weggelaten uit het figuur omdat hier amper studenten voor zijn ingeschreven bij hoger onderwijs instellingen in Noord-Brabant en Limburg.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
36
Nader toegelicht: Fontys Hogescholen Internationale studenten:
Fontys Hogescholen is een onderwijsinstelling met verschillende onderwijslocaties in Zuid-Nederland. In studiejaar 2011/2012 waren er 40.140 studenten geregistreerd bij Fontys Hogescholen. Daarvan waren er 3.810 internationaal; 9,5% van het totale aantal studenten.
Buitenlands personeel
Bij Fontys Hogescholen werken medio 2013 in totaal 239 buitenlandse werknemers op locaties waar Engelstalig onderwijs wordt gegeven. Zo’n 60% van deze werknemers is in vaste dienst, de overige 40% heeft een tijdelijk contract.
Aantal buitenlandse werknemers - bij locaties met Engelstalig onderwijs - Fontys Hogescholen 200 150 100
143 50
96
0 Tijdelijke werknemers
Vaste werknemers
Van de buitenlandse werknemers bij Fontys Hogescholen is het leeuwendeel EU-burger. Slechts 14% heeft geen nationaliteit van een land dat bij de EU is aangesloten.
Verdeling herkomst tijdelijke en vaste werknemers Fontys Hogescholen 14% Duitsland België
16% 49%
Verenigd Koninkrijk Hongarije
3% 5%
Overig EU Niet-EU
13%
Duitsland is veruit het vaakst herkomstland van buitenlandse werknemers bij Fontys Hogescholen. Bijna de helft van deze groep bezit de Duitse nationaliteit. Verder bezit 13% de Belgische nationaliteit. Deze buurlanden zijn aldus de belangrijkste bron voor buitenlandse werknemers bij Fontys Hogescholen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
37
Figuur 4.3 Percentage buitenlandse WO-studenten per CROHO vakgebied (2007/08 en 2011/12)
Bron: Nuffic, bewerking Decisio
Ook de buitenlandse hbo-studenten staan vooral ingeschreven bij het vakgebied ‘Economie’ en daarnaast bij ‘Techniek’, ‘Taal & Cultuur’ en ‘Gezondheidszorg’ (zie figuur 4.4). In de onderzochte periode is het aantal studenten dat heeft gekozen voor ‘Economie’ en ‘Techniek’ gestegen. De overige vakgebieden hebben te maken gehad met een daling, vooral het vakgebied ‘Taal & Cultuur’. Buitenlandse studenten aan het hbo kiezen relatief gezien vaker voor de vakgebieden ‘Economie’, ‘Taal & cultuur’ of ‘Gezondheidszorg’ en minder vaak voor ‘Gedrag & Maatschappij’ en ‘Techniek’.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
38
Nader toegelicht: Universiteit van Tilburg Internationale studenten:
In studiejaar 2012/2013 studeerden aan de Universiteit van Tilburg 1.172 internationale studenten op een totaal van 12.952 studenten. Daarmee maken internationale studenten 9% uit van het totale studentenbestand.
Buitenlands wetenschappelijk personeel:
De instroom van internationaal wetenschappelijk personeel aan de Universiteit van Tilburg bereikte een piek in 2009. De gemiddelde jaarlijkse instroom tussen 2007 en 2012 bedroeg ruim 70 internationals.
Instroom buitenlands WP per jaar Universiteit van Tilburg 100 80 60 40 20 0 2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013 tot 1 september
De Europese Unie is met 57% het belangrijkste herkomstgebied van de instromende internationals vanaf 2007 bij de Universiteit van Tilburg.
Nationaliteiten instromend buitenlands WP vanaf 2007 - Universiteit van Tilburg 10%
EU + Noorwegen, Zwitserland en IJsland Overig Europa
1%
4% 5%
Azië Noord-Amerika
57%
19%
Latijns Amerika Midden-Oosten
4%
Afrika
Daarnaast is Azië een belangrijk herkomstgebied; aan het instromend wetenschappelijk personeel van 2007 t/m 2012 heeft 19% een Aziatische nationaliteit. Deze groep bestaat met ruim 70% veruit voor het grootste deel uit Chinezen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
39
Figuur 4.4 Percentage buitenlandse hbo-studenten per CROHO vakgebied (2007/08 en 2011/12)
Bron: Nuffic, bewerking Decisio
4.4 Verdeling over instellingen Veruit de meeste buitenlandse studenten studeren aan de Universiteit van Maastricht18. Ook aan de Fontys Hogescholen en Hogeschool Zuyd studeren veel buitenlandse studenten (zie figuur 4.5). Figuur 4.5 Aantal buitenlandse studenten per instelling (2011/12)
Bron: Nuffic
18 De Universiteit van Maastricht is nummer 1 in Nederland als het gaat om aantallen buitenlandse studenten (Bron: Nuffic (2013). Mobiliteit in beeld 2012. Internationale mobiliteit in het Nederlandse hoger onderwijs.)
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
40
Het aantal buitenlandse studenten is in de periode 2007 – 2012 relatief het hardst gegroeid aan de Universiteit van Tilburg en aan de TU Eindhoven (zie figuur 4.6). Het aantal buitenlandse studenten aan de Hogeschool Zuyd is praktisch stabiel gebleven. Figuur 4.6 Aantal buitenlandse studenten per instelling: top 6 (2007 – 2012)
Bron: Nuffic. Bewerking: Decisio
De Universiteit van Maastricht en de Design Academy Eindhoven hebben een sterk internationaal karakter met respectievelijk 45 en 36 procent ingeschreven buitenlandse studenten (zie tabel 4.3). In de periode 2007 – 2012 hebben vele onderwijsinstellingen in Zuid-Nederland het aandeel buitenlandse studenten in de totale studentenpopulatie zien groeien. Tabel 4.3. Percentage aantal buitenlandse studenten per instelling (2007 – 2012) Instelling
2007-08
2008-09
2009-10
2010-11
2011-12
Universiteit Maastricht
35,9%
38,8%
41,3%
42,7%
45,0%
Design Academy Eindhoven
25,1%
26,3%
29,2%
32,1%
36,0%
Hogeschool Zuyd
13,1%
12,9%
12,9%
12,6%
12,2%
NHTV Breda
7,5%
9,5%
10,4%
11,0%
11,0%
Fontys Hogescholen
7,1%
7,6%
8,4%
9,2%
9,5%
TU Eindhoven
5,0%
5,9%
7,2%
8,2%
9,3%
Universiteit van Tilburg
5,1%
6,3%
7,5%
7,7%
8,8%
AVANS Hogeschool
2,5%
2,4%
2,5%
2,6%
2,6%
HAS Den Bosch
5,4%
3,1%
3,1%
2,6%
2,4%
Stoas Hogeschool
1,9%
1,9%
2,0%
2,3%
< 1%
Pedagogische Hogeschool de Kempel
< 1%
< 1%
< 1%
< 1%
< 1%
Eindtotaal
9,9%
10,7%
11,6%
12,0%
12,4%
Bron: Nuffic. Bewerking: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
41
Nader toegelicht: Technische Universiteit van Eindhoven Internationale studenten:
In studiejaar 2011/2012 studeerden in totaal 703 internationale studenten aan de Technische Universiteit van Eindhoven. Dat is 9,3% van alle ingeschreven studenten.
Buitenlands wetenschappelijk personeel:
Eind 2012 waren 1.345 buitenlandse werknemers onderdeel van de wetenschappelijke staf. Van deze universiteit is ook het wetenschappelijk NOP-personeel (not-on-payroll-personeel) in de analyse betrokken. Zij werken wel voor de universiteit, maar worden door een externe partij betaald en staan zodoende niet op de loonlijst.
Tussen 2007 en 2012 is het aantal buitenlandse wetenschappelijke werknemers met een groei van 71% aanzienlijk toegenomen. In 2012 lijkt de groei enigszins af te vlakken.
Het overgrote deel van het internationaal wetenschappelijk personeel is in loondienst. Sinds de piek in 2010 neemt het aantal buitenlandse werknemers dat in loondienst is af. Vanaf dat moment neemt juist het aandeel internationale werknemers dat niet op de loonlijst staat sterk toe.
De toename van buitenlands wetenschappelijk personeel bij de Technische Universiteit van Eindhoven sinds 2007 is voornamelijk toe te schrijven aan de toename van kenniswerkers of –migranten uit de EU en Azië. Ook het aantal internationals afkomstig uit het Midden-Oosten (inclusief Turkije) is tussen 2007 en 2012 significant toegenomen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
42
5 Maatschappelijk belang, trends en ontwikkelingen In dit hoofdstuk gaan we nader in op het maatschappelijk belang van het aantal internationals en de belangrijkste trends en ontwikkelingen.
5.1 Maatschappelijk belang Totale internationale populatie Zuid-Nederland In de voorgaande analyses is de focus vooral gericht geweest op de groep economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland. Dit is uiteraard maar een (zij het meest omvangrijke) deel van de totale, internationale populatie in Zuid-Nederland. Immers, de internationale populatie bestaat, naast economisch-actieve internationals, ook uit economisch-inactieve internationals (bijvoorbeeld gepensioneerden), internationale studenten, de priviliged persons, levenspartners en eventuele kinderen. Een voorlopige inschatting van de totale, internationale populatie (in 2012) levert grofweg een totale omvang op van ruim 118.300 personen. Belangrijke kanttekening hierbij is dat de nationaliteit van de gezinsleden van economisch-(in)actieve internationals en priviliged persons niet bekend is. Waarschijnlijk is de totale, internationale populatie omvangrijker. Op basis van cijfers van het CBS (per 1 januari 2012) is de totale, internationale populatie in Zuid-Nederland te schatten op ruim 153.000 personen. Tabel 5.1. Inschatting totale, internationale populatie Zuid-Nederland, 2012 2012 Aantal economisch-actieve internationals
69.200
Aantal economisch-inactieve internationals
35.600
Aantal internationale studenten
15.900
Correctie: economisch-actieve, internationale studenten (aanname: 26%*)
-4.100
Aantal priviliged persons
1.700
Aantal internationale (universitaire) gastdocenten
PM
Aantal gezinsleden priviliged persons
PM
Aantal gezinsleden van economisch-(in)actieve internationals
PM
Totaal (afgerond)
118.300
*: bron: onderzoek (2013) Landelijke Studentenvakbond (LSVb) onder bijna 700 internationale studenten. PM: onbekend of nationaliteit van gezinsleden op basis van nu beschikbare gegevens niet te achterhalen
Wanneer we de totale, internationale populatie relateren aan de gehele bevolking in Zuid-Nederland dan bedraagt in 2012 het aandeel van de totale, internationale populatie in de gehele bevolking van Zuid-Nederland19 naar verwachting 3,3 tot 4,2 procent.
19 Bron: CBS, 2013: Noord-Brabant (2.471.011 inwoners) en Limburg (1.121.891 inwoners)
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
43
Economische betekenis economisch-actieve internationals Het aantal economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland verdiende in 2012 gezamenlijk bijna 2,7 miljard euro op jaarbasis. Sinds 2007 is de totaal verdiende loonsom meer dan verdubbeld; echter het aantal internationals is in diezelfde periode ook verdubbeld. De gemiddelde loonsom (toegerekend op jaarbasis) per economisch-actieve international steeg van 32.000 euro (in 2007) naar 37.000 euro in 2012. Aandeel in de werkzame beroepsbevolking Het aandeel van de groep economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland is de afgelopen jaren toegenomen. Het aandeel economisch-actieve internationals in de werkzame beroepsbevolking in de provincie Noord-Brabant steeg van 2,1 procent in 2007 naar 3,7 procent in 2012. Dat is bijna een verdubbeling. Ook het aandeel economisch-actieve internationals in de Limburgse, werkzame beroepsbevolking is gestegen. Met name de sterke groei tussen de jaren 2007 en 2008 is erg opvallend. Het aandeel in de werkzame beroepsbevolking steeg tussen 2007 en 2008 van 0,3 procent naar 2,0 procent. De verklaring hiervoor is vooral de sterke toename van het aantal MOE-landers20 dat in Limburg economisch-actief werd. Tabel 5.2. Aandeel economisch-actieve internationals in de werkzame beroepsbevolking, NoordBrabant en Limburg, 2007 - 2012 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Noord-Brabant
2,1%
2,6%
2,8%
2,9%
3,5%
3,7%
Limburg
0,3%
2,0%
2,2%
2,7%
2,7%
2,7%
Bron: gegevens Belastingdienst en CBS. Bewerking en analyse: Decisio
5.2 Trends en ontwikkelingen Naast de autonome ontwikkeling van het aantal internationals in Zuid-Nederland is een aantal trends en ontwikkelingen te noemen die van invloed (kunnen) zijn op deze ontwikkeling. We identificeren de volgende, relevante trends en ontwikkelingen. Inwerkingtreding van Wet Modern Migratiebeleid Op 1 juni 2013 is de Wet Modern Migratiebeleid (MoMi) in werking getreden. Deze wet zorgt er onder meer voor dat de aanvraagprocedure voor de machtiging tot voorlopig verblijf wordt samengevoegd met de aanvraagprocedure voor de verblijfsvergunning. Hierdoor vervalt voor veel vreemdelingen en voor de IND een dubbele aanvraagprocedure met een dubbele toetsing. Daarnaast kunnen reguliere verblijfsvergunningen voor een langere duur verleend worden, waardoor vreemdelingen
20 MOE-landers: personen uit Midden- en Oost-Europa.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
44
deze minder vaak hoeven te verlengen. Daarnaast krijgt de IND meer mogelijkheden om op te treden tegen werkgevers en vreemdelingen die hun wettelijke verplichtingen niet nakomen21. Invoering Wet Nationale Visa (ook wel MVV-wet genoemd) Tevens is op 1 juni 2013 de Wet Nationale Visa van kracht22. Deze wet regel een aantal nieuwe zaken rond de MVV-aanvraag (machtiging tot voorlopig verblijf) en terugkeervisa. Zo is de beslistermijn van 90 dagen om op een MVV-aanvraag te beslissen nu in de wet vastgelegd. Tevens zijn andere, belangrijke wijzigingen: De MVV is geldig voor maximaal 3 maanden (voorheen: 6 maanden) na afgifte. Een aanvraag om een MVV (of verblijfsvergunning) kan worden afgewezen indien in het verleden sprake is geweest van fraude.
Een aanvraag om een MVV (of verblijfsvergunning) kan worden afgewezen wegens eerder illegaal verblijf. Dit geldt echter niet voor gezinshereniging. Op aanvragen om een verblijfsvergunning of verlenging of wijziging daarvan moet binnen 90 dagen (in plaats van zes maanden) worden beslist.
Verdere toename van internationalisering van economie en onderwijs Meerdere publicaties geven aan dat de Nederlandse economie en het onderwijs in de afgelopen jaren sterk ‘internationaliseren’ door bijvoorbeeld mondialisering/globalisering en toenemende, internationale arbeidsmobiliteit. De uitkomsten van het onderhavige onderzoek naar internationals in de provincie Noord-Brabant en Limburg onderstrepen dit. Vooralsnog is het einde van deze trends van internationalisering nog niet in zicht. De verwachting is derhalve dat de internationalisering van het Nederlandse bedrijfsleven en (hoger) onderwijsinstellingen blijvend is.
21 Brief Teeven aan Tweede Kamer (5 maart 2013) inzake inwerkingtreding Wet modern migratiebeleid 22 www.ind.nl
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
45
6 Samenvattende conclusies In dit onderzoek naar internationals in Zuid-Nederland stonden de volgende onderzoeksvragen centraal: 1. Wie zijn de internationals in Zuid-Nederland? Welke subsegmenten zijn relevant? 2. Wat is de omvang van deze subgroepen? 3. Wat is de regionale spreiding van de subgroepen in de provincies Noord-Brabant en Limburg? 4. Wat zijn de sociaal-demografische kenmerken van de subgroepen (nationaliteit, geslacht, leeftijd en gezinssituatie)? 5. Wat zijn de economische kenmerken van de subgroepen (bijv. inkomen, sector)? 6. Wat zijn de trends en wat zijn de verwachtingen voor de toekomst wat betreft de samenstelling en omvang van deze groepen? 7. Wat zijn de ontwikkelingen ten aanzien van deze groepen de afgelopen jaren geweest? Hierna gaan we in op deze onderzoeksvragen en de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek. De hoofdmoot van de uitkomsten gaat in op de ‘economisch-actieve international’. Hierdoor wordt verstaan de ‘vreemdeling’ die:
woonachtig en/of werkzaam is in Zuid-Nederland. niet in het bezit is van een Nederlands paspoort.
behoort tot de leeftijdscategorie 15 tot en met 64 jaar (per 31 december van het betreffende onderzoeksjaar).
een loon of salaris ontvangt voortkomend uit actieve arbeid conform de inkomenscodes 11 tot en met 17 van de Belastingdienst (zie de bijlagen voor een overzicht van alle inkomenscodes).
6.1 Aantal economisch-actieve internationals Forse groei aantal economisch-actieve internationals: +93 procent Zuid-Nederland kent in 2012 in totaal 69.158 economisch-actieve internationals die wonend en/of werkzaam zijn in de provincies Noord-Brabant en Limburg. Deze groep is sinds 2007 met 93 procent toegenomen; het aantal economisch-actieve internationals in 2007 bedroeg 35.786. Tabel 6.1. Aantal economisch-actieve internationals (per 31/12) in Zuid-Nederland, 2007-2012
Aantal internationals
2007
2008
2009
2010
2011
2012
35.786
52.004
57.270
60.010
68.257
69.158
Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
46
Aandeel ‘kenniswerker’ groeit van 13 naar bijna 19 procent In 2012 is bijna 19 procent van de economisch-actieve internationals (13.103 personen) een kenniswerker23. In 2007 bedroeg dit aandeel 13 procent. Desalniettemin betreft de grootste groep economisch-actieve internationals de zogenaamde ‘arbeidsmigrant’24. In 2012 kende Zuid-Nederland in totaal ruim 56.000 arbeidsmigranten (81 procent van de totale groep). Het aandeel arbeidsmigranten daalde in de periode 2007 tot en met 2012 van 87 procent naar 81 procent. Jaarlijkse instroom van economisch-actieve internationals daalt; uitstroom stabiel Vanaf 2008 is het aantal economisch-actieve internationals dat instroomt25 afgenomen. In 2008 was er sprake van 21.000 ‘nieuwe’ economisch-actieve internationals. Belangrijke verklaring voor de sterke stijging in dat jaar is waarschijnlijk het vervallen van de benodigde tewerkstellingsvergunning per 1 mei 2007 voor Poolse arbeiders die in Nederland wilden werken. Het aantal nieuwe economisch-actieve internationals is door de jaren heen gedaald naar 8.400 (in 2012). Het is goed mogelijk dat deze daling het gevolg is van de financiële en economische crises van de afgelopen jaren. De uitstroom van economisch-actieve internationals uit Zuid-Nederland (zij die economischinactief worden en/of Nederland verlaten) bedraagt de afgelopen jaren gemiddeld 6.100 internationals. Duur economische activiteit internationals neemt af De periode waarin de Zuid-Nederlandse international economisch-actief is, neemt af. Van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland uit het jaar 2007 was in 2008 nog 87 procent actief. Het aandeel economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland dat een jaar later nog actief was daalde door de jaren heen naar 77 procent. Deze dalende trend is ook zichtbaar voor internationals die twee of meer jaar economisch actief zijn. De contractduur lijkt hierop niet van invloed; die is over de jaren heen relatief constant.
6.2 Sociaal-demografische kenmerken Internationale kenniswerkers Zuid-Nederland: vooral uit Duitsland, België of Verenigd Koninkrijk In 2012 is het belangrijkste deel van de internationale kenniswerkers in Zuid-Nederland afkomstig uit Duitsland, België of het Verenigd Koninkrijk. Kijkend naar het aandeel internationale kenniswerkers binnen de eigen populatie (internationals met dezelfde nationaliteit) dan zijn vooral internationale kenniswerkers uit de volgende landen van belang voor Zuid-Nederland:
23 Een kenniswerker is in dit onderzoek gedefinieerd als een international met een aanstelling van minimaal vier maanden met een bruto-jaarinkomen van tenminste € 35.000 24 Zij die niet aan de definitie voor kenniswerker voldoen 25 Wonend en/of werkend in Zuid-Nederland
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
47
Verenigde Staten
India Verenigd Koninkrijk
Frankrijk België
Tabel 6.2. Nationaliteiten economisch-actieve kenniswerkers, 2012 Aandeel kenniswerkers Positie
Land van herkomst
2012
binnen eigen populatie %
1
Duitsland
1.981
25%
2
België
1.453
36%
3
Verenigd Koninkrijk
1.434
45%
4
Turkije
902
14%
5
Polen
803
5%
6
Italië
633
35%
7
Frankrijk
604
43%
8
Spanje
537
28%
9
India
503
51%
10
Verenigde Staten
383
53%
Overige nationaliteiten
3.870
-
Top 10 nationaliteiten
9.233
-
13.103
-
Totaal Bron: gegevens Belastingdienst. Bewerking en analyse: Decisio
Arbeidsmigranten: overwegend afkomstig uit Polen, Duitsland of Turkije De omvangrijkste groepen internationale arbeidsmigranten in Zuid-Nederland zijn in 2012 vooral afkomstig uit Polen, Duitsland of Turkije. Het aandeel internationale arbeidsmigranten ten opzichte van internationals met dezelfde nationaliteit is het hoogst voor internationale arbeidsmigranten afkomstig uit Polen, Marokko en Hongarije. Gehele, internationale populatie: vooral Poolse, Duitse, Turkse en Belgische internationals In 2012 bestaat de gehele populatie economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland vooral uit Poolse, Duitse, Turkse en Belgische nationaliteiten. Zo’n 24 procent van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland heeft de Poolse nationaliteit. De top-10 nationaliteiten omvat ruim 70 procent van alle economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland. Geslacht, leeftijd en gezinssituatie In 2012 is 54 procent van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland man. Bijna 40 procent van de economisch-actieve internationals in Zuid-Nederland behoort tot de leeftijdscategorie 25 tot 35 jaar. Bijna 40 procent van internationals is gehuwd.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
48
6.3 Werkregio’s van internationals Gemeente Eindhoven: belangrijkste werkgemeente voor internationals in Zuid-Nederland De gemeente Eindhoven is in 2012 de gemeente in Zuid-Nederland met de meeste, werkzame, economisch-actieve internationals; ruim 7.200. Hiervan is 36 procent kenniswerker; een aandeel dat beduidend hoger is dan in andere gemeenten in Zuid-Nederland (gemiddeld 13 procent). Andere, belangrijke gemeenten met relatief veel (werkzame) economisch-actieve internationals zijn Helmond, ’s-Hertogenbosch, Maastricht, Uden, Breda en Tilburg. Ruim 43 procent van alle economischactieve internationals in Zuid-Nederland is werkzaam in tien gemeenten. Provincie Noord-Brabant: belangrijkste provincie in Zuid-Nederland voor internationals In 2012 is 60 procent van de economisch-actieve internationals werkzaam in de provincie NoordBrabant. Daarnaast is 19 procent werkzaam in de provincie Limburg en 21 procent in de rest van Nederland (dus buiten Zuid-Nederland). Vooral het aantal economisch-actieve internationals in de provincie Limburg is de afgelopen sterk toegenomen (van 1.600 naar 13.200).
6.4 Woonregio’s van internationals Gemeente Eindhoven óók belangrijkste woongemeente De gemeente Eindhoven is in 2012 eveneens de gemeente waar de meeste economisch-actieve internationals wonen; bijna 8.500. Hiermee is Eindhoven zowel de woon- als werkgemeente voor internationals in Zuid-Nederland. Belangrijke, andere woongemeenten voor internationals in ZuidNederland zijn Tilburg, Maastricht, Breda, Venlo en Helmond. Opvallend is de relatieve stijging binnen de top-10 woongemeenten van de Limburgse gemeenten Maastricht (van 10 naar 3) en Venlo (van 8 naar 5).
6.5 Inkomen Internationale kenniswerkers verdienen gemiddeld 60.000 euro; arbeidsmigranten 21.500 euro Het gemiddeld jaarinkomen van de economisch-actieve international bedraagt in 2012 circa 37.000 euro. De gemiddelde inkomens voor kenniswerkers en arbeidsmigranten lopen sterk uiteen. De kenniswerker in Zuid-Nederland verdient in 2012 gemiddeld 60.000 euro op jaarbasis, terwijl arbeidsmigranten gemiddeld 21.500 euro verdienden.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
49
6.6 Branches Internationale kenniswerkers: gericht op elektro-technische industrie en ICT Internationale kenniswerkers in Zuid-Nederland zijn in 2012 overwegend actief in de elektrotechnische industrie en ICT. Tevens is het wetenschappelijke onderwijs (universitair) een belangrijke werkgever voor internationale kenniswerkers in Zuid-Nederland. International arbeidsmigranten: dienstverlenend De internationale arbeidsmigranten in Zuid-Nederland zijn overwegend dienstverlenend actief via uitzendbureaus en schoonmaakbedrijven. Daarnaast zijn zij veelal actief in de horeca, en logistiek ne vervoer.
6.7 Internationale studenten Sterke stijging aantal internationale studenten in Zuid-Nederland Het aantal internationale studenten aan hoger onderwijsinstellingen in Zuid-Nederland is de afgelopen jaren gestegen van 10.900 (in 2007) naar bijna 16.000 internationale studenten in 2012. Van de bijna 16.000 internationale studenten in Zuid-Nederland volgde circa 53 procent een wetenschappelijke opleiding; zo’n 57 procent van de internationale studenten was actief binnen het hoger beroepsonderwijs. Universiteit Maastricht: meeste, internationale studenten Veruit de omvangrijkste hoger onderwijsinstelling met de meeste internationale studenten is de Universiteit van Maastricht. In het studiejaar 2011/2012 kende deze universiteit circa 6.500 internationale studenten. Overwegend studenten uit Duitsland, België en China De meeste internationale studenten in Zuid-Nederland zijn afkomstig uit Duitsland (bijna 58 procent). Daarnaast zijn veel internationale studenten afkomstig uit België en China.
6.8 Maatschappelijk belang Maatschappelijk belang van internationals groeit De economische analyse van de groep internationals in Zuid-Nederland toont aan dat het belang toeneemt. Er is sprake van een diverse, omvangrijke internationale gemeenschap in Zuid-Nederland die bestaat uit economisch-actieve internationals, economisch-inactieve internationals (veelal gepensioneerden), een groeiende populatie internationale studenten, de ‘priviliged persons’ en hun gezinsleden. De omvang van het aantal internationals in Zuid-Nederland is sinds 2007 sterk toegenomen; veelal is er sprake van een verdubbeling van het aantal. Een voorzichtige inschatting van de totale, internationale populatie (in 2012) levert een totale omvang op van minimaal 118.300 personen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
50
Verder zien we dat het aandeel internationals in de werkzame beroepsbevolking van Noord-Brabant en Limburg toeneemt; het aandeel is respectievelijk 3,7 procent en 2,7 procent. Kennisaandeel neemt toe; gemiddeld loon international stijgt Het aandeel kenniswerkers neemt sinds 2007 toe. Zo’n 19 procent van de internationals in ZuidNederland is inmiddels een kenniswerker. Verder zien we duidelijk uit de economische analyses naar voren komen dat het gemiddeld inkomen van de international in Zuid-Nederland in de afgelopen jaren is gestegen van 32.000 euro (in 2007) naar 37.000 euro in 2012. Instroom van aantal internationals neemt af Echter, ondanks een groeiend maatschappelijk belang van de internationals in Zuid-Nederland zien we ook dat in de afgelopen jaren het aantal internationals, gemiddeld genomen, dat economischactief werd in Zuid-Nederland afneemt sinds 2007. Mogelijk dat hierbij sprake is van de invloed van de financiële en economische crises van de afgelopen jaren.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
51
Bijlagen Aanpak van het onderzoek In het onderzoek zijn door Decisio verschillende werkzaamheden uitgevoerd om tot een gedegen economische analyse te komen van het aantal internationals in Zuid-Nederland. Wij voerden de volgende activiteiten uit: Verkenning: op basis van meerdere interviews met de Belastingdienst, IND, UWV en Nuffic is een verkenning uitgevoerd van de mogelijkheden tot het verkrijgen van de benodigde informatie voor de analyse. Op grond van deze verkenning is een leidraad opgesteld waarin meerdere opties geschetst zijn voor het verkrijgen van de informatie en de mate waarin dat afdoende is voor de beantwoording van de gestelde onderzoeksvragen. Op grond van deze opties (en mogelijkheden) is ingezet op het verkrijgen van de benodigde gegevens via de Belastingdienst, met daarbij op onderdelen aanvullende gegevens via IND en Nuffic.
Dataverzameling: via afstemmingsoverleg en gerichte vragen aan de Belastingdienst, IND en Nuffic zijn gegevens voor de periode 2007 tot en met 2012 uitgevraagd en ontvangen van de betreffende organisaties. Data-analyses: de verkregen bronbestanden zijn door Decisio allereerst gecontroleerd en bewerkt voor verdere analyse. Analyses van de bewerkte bronbestanden zijn uitgevoerd in Excel en met behulp van Quantum GIS (voor het vervaardigen van geografische overzichtskaarten). Overleg en rapportage: gedurende het verloop van het onderzoek is op meerdere momenten overleg gevoerd met de opdrachtgever en de betrokken stuurgroep.
Gehanteerde definities (en afbakeningen) In overleg met de opdrachtgever zijn de volgende definities (en afbakeningen) gehanteerd binnen het uitgevoerde onderzoek: Onderzoeksjaren: in het onderzoek zijn gegevens geanalyseerd voor de jaren 2007 tot en met
2012 (steeds per 31 december van het betreffende onderzoeksjaar). International: ‘vreemdeling’ die in Zuid-Nederland woont en/of werkt en die niet in het bezit is van een Nederlands paspoort. Economisch actieve international: ‘vreemdeling’ die: o woonachtig en/of werkzaam is in Zuid-Nederland en niet in het bezit is van een Nederlands paspoort. o behoort tot de leeftijdscategorie 15 tot en met 64 jaar (per 31 december van het betreffende onderzoeksjaar). o een loon of salaris ontvangt voortkomend uit actieve arbeid conform de inkomenscodes 11 tot en met 17 van de Belastingdienst (zie de bijlagen voor een overzicht van alle inkomenscodes). o Niet, bijvoorbeeld als ZZP-er, een (bedrijfs)omzet in Nederland genereren en hierover in Nederland geen inkomstenbelasting betalen.
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
52
Kenniswerkers: kenniswerkers zijn economisch actieve internationals die in Nederland arbeid in loondienst verrichten. Vervolgens zijn als kenniswerker bestempeld: o zij die in het betreffende onderzoeksjaar 35.000 euro of meer verdienden
o en, waarvan de duur van het arbeidscontract26 minimaal vier maanden of meer betrof Arbeidsmigrant: economisch actieve internationals, niet behorend tot de groep van kenniswerkers, die in Nederland arbeid in loondienst verrichtten. Kennismigrant: kennismigranten zijn economisch actieve internationals die in Nederland arbeid in loondienst verrichten en een bruto-jaarinkomen verdienen van ten minste € 52.010,- (€ 38.141,- indien werknemer jonger is dan 30 jaar) met een minimale aanstelling van drie maanden per jaar. Zuid-Nederland: dat zijn de provincies Noord-Brabant en Limburg. Holland Expat Center*South of het Expat Center: het gezamenlijke initiatief van de gemeenten Eindhoven, Tilburg en Maastricht, de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Brainport Development en de provincies Noord-Brabant en Limburg. Het Expat Center biedt dienstverlening aan bedrijven en werknemers uit het buitenland die zich in Zuid-Nederland willen vestigen. Het Expat Center heeft vestigingen in Eindhoven, Tilburg en Maastricht.
Ter verduidelijking van de internationals die in dit onderzoek zijn meegenomen is de volgende tabel illustratief: International …
werkt in Zuid-Nederland
werkt niet in Zuid-Nederland
woont in Zuid-Nederland
X
X
woont niet in Zuid-Nederland
X
-
X: in onderzoek meegenomen. -: niet in onderzoek meegenomen
26 Het komt voor dat internationals op jaarbasis meer dan een arbeidscontract hadden. In dat geval is uitgegaan van het contract met de langste arbeidsduur in dat jaar
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
53
Overzicht looncodes Belastingdienst
11: Loon of salaris ambtenaren in de zin van de Ambtenarenwet 1929. 12: Loon of salaris werknemers van gepremieerde, gesubsidieerde of gebudgetteerde instellingen, inclusief uitvoeringsorganen sociale zekerheden Ziekenfondsen. 13: Loon of salaris directeuren van een nv/bv, wel verzekerd voor de werknemersverzekeringen.
14: Loon of salaris overige werknemers niet verzekerd voor de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO). 15: Loon of salaris niet hiervoor vermelde werknemers. 17: Loon of salaris directeuren van een nv/bv, niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen. 18: Wachtgeld van een overheidsinstelling. 21: Pensioenen, lijfrenten, etc. (niet 23 (Oorlogs en verzetspensioenen)).
22: Uitkering in het kader van de Algemene Ouderdomswet (AOW) 23: Oorlogs- en verzetspensioenen
24: Uitkering in het kader van de Algemene nabestaandenwet (ANW) 31: Uitkering in het kader van de Ziektewet (ZW) 32: Uitkering in het kader van de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (AAW) 33: Uitkering in het kader van de Nieuwe Werkloosheidwet (nWW) 34: Uitkering in het kader van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkeloze werknemers (IOAW). 35: Vervolguitkering in het kader van de Nieuwe Werkloosheidswet (WW). 36: Uitkering in het kader van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ). 37: Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering jongggehandicapten (WAJONG). 38: Samenloop (gelijktijdig of volgtijdelijk) van uitkeringen van WAJONG met WAZ of WAO. 39: Uitkering in het kader van de Regeling inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA). 40: Uitkering in het kader van de Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten ( WGA). 42: Uitkering in het kader van Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz). 43: Uitkering in het kader van de Wet Werk en bijstand (WWB). 44: Uitkering in het kader van de Wet Werk en Inkomen Kunstenaars (WWIK). 45: Uitkering in het kader van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandige (IOAZ). 46: Uitkering uit hoofde van de Toeslagenwet. 50: Uitkeringen in het kader van de overige sociale verzekeringswetten, hieronder vallen tevens:
Ongevallenwet 1921, Land- en tuinbouwongevallenwet 1922 en Zeeongevallenwet 1919).
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
54
Geografische afbakeningen Werkregio’s: Gemeente X (zijnde in Noord-Brabant of Limburg) Regio Eindhoven: dat is het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) bestaande uit 21 gemeenten
Regio Tilburg: dat is het samenwerkingsverband Hart van Brabant bestaande uit de gemeenten Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk Regio Breda: dat is het samenwerkingsverband Regio West-Brabant: Samenwerking tussen 19 gemeenten Overig provincie Noord-Brabant
Overig provincie Limburg Overig Nederland, exclusief provincies Noord-Brabant en Limburg
België Duitsland Onbekend (indien niet gegeven)
Werkprovincie: Provincie Noord-Brabant Provincie Limburg Overig Nederland, exclusief provincies Noord-Brabant en Limburg België Duitsland Onbekend (indien niet gegeven) Woonregio’s: Gemeente X (zijnde in Noord-Brabant of Limburg) Regio Eindhoven: dat is het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) bestaande uit 21 gemeenten Regio Tilburg: dat is het samenwerkingsverband Hart van Brabant bestaande uit de gemeenten Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk Regio Breda: dat is het samenwerkingsverband Regio West-Brabant: Samenwerking tussen 19
gemeenten Overig provincie Noord-Brabant Overig provincie Limburg Overig Nederland, exclusief provincies Noord-Brabant en Limburg België Duitsland
Onbekend (indien niet gegeven)
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
55
Woonprovincie:
Provincie Noord-Brabant Provincie Limburg
Overig Nederland, exclusief provincies Noord-Brabant en Limburg België
Duitsland Onbekend (indien niet gegeven)
Economische analyse van het aantal internationals in Zuid-Nederland – eindrapport
56