Bureau de dépôt : 7500 Tournai
België – Belgique P.B. - P.P. 7500 Tournai 5/118
ECHO
Autorisation de fermeture: 5/182
Maandelijks tijdschrift van NSPV vzw - niet in juli
APRIL 2005 - Nr. 664
Afz.: Gen. Bernheimlaan, 18/20 - 1040 Brussel
HET PERSOONLIJK DOSSIER Het persoonlijk dossier bestaat uit acht afzonderlijk mappen. Het personeelslid heeft altijd het recht op inzage van zijn dossier alsook het recht op een kosteloos afschrift. De stukken in het dossier worden geviseerd door het personeelslid
PEREQUATIE Wil de regering ons ervan overtuigen de perequatie te vergeten ? Mogen wij nog hopen op enige vorm van perequatieverhoging Willy Dambly en Marcel De Loof hadden een afspraak op het Kabinet van de Minister van Pensioenen
Beste vrienden, Verleden jaar omstreeks deze tijd werden aanslepende onderhandelingen gevoerd om uit een impasse te raken, die men vandaag nog steeds kent met name het wetsontwerp genoegzaam gekend onder de naam “VESALIUS”. Men is er toen niet in geslaagd een oplossing te vinden die tegemoet kwam, niet alleen aan het arrest van het arbitragehof maar ook aan bepaalde legitieme verzuchtingen van tal van personeelsleden. Eén jaar later stellen wij vast dat er weliswaar iets gewijzigd is maar zeker niet in die mate dat de problemen die toen werden gesignaleerd nu zouden zijn opgelost, integendeel ! Blijkbaar neemt de overheid het risico om slechts gedeeltelijk tegemoet te komen aan het arrest van het arbitragehof. De overheid weet zeer goed dat het arrest niet correct wordt uitgevoerd, dat er nieuwe discriminaties in het leven worden geroepen. De kans is bijgevolg zeer groot dat er nieuwe procedures zullen worden opgestart. Geen nood echter : ondertussen worden weer enkele maanden gewonnen. Als men er van uitgaat dat er een soort moeheid zal ontstaan om opnieuw procedures op te starten, dat het personeel zich zo maar zal neerleggen bij dit wetsontwerp dan zou men wel eens van een kale reis kunnen terugkeren. Wij zullen het in de eerstkomende weken en maanden wel vaststellen. Zeer binnenkort zullen ook de eerste onderwerpen aan bod komen betreffende de herevaluatie van het statuut. Momenteel zijn de diensten van de Algemene Inspectie belast met bepaalde items die dienen te worden onderzocht op het terrein, dus in de zones. Wij vernemen dat de Algemene Inspectie bepaalde zaken afwerkt door middel van een vragenlijst die de Korpschefs wordt toegestuurd. Hoewel duidelijk was afgesproken dat de zaken die werden overgemaakt aan de Algemene Inspectie in overleg dienden te gebeuren met de vakbonden, acht men het blijkbaar niet nodig om een kopij van die vragenlijst aan ons over te maken. 1
Vervolg van blz 1
Wij mogen blijkbaar niet weten wat er juist gevraagd wordt laat staan wat er geantwoord wordt. Een schrijven van het NSPV met de vraag om in het bezit gesteld te worden van die documenten bleef tot op heden onbeantwoord. Van transparantie gesproken! Eveneens een zaak die wij nog voor de zomervakantie wensen te onderhandelen is de OT van de Federale Politie. Het NSPV wordt overstelpt van berichten die duidelijk aantonen dat er een ernstig probleem is binnen de diensten van de Federale Politie wat de personeelsbezetting betreft. Reeds maanden klagen wij dit aan. SYNDICAL ECHO
COLOFON De “ECHO” is het maandelijks tijdschrift van het Nationaal Syndicaat van het Politie- en Veiligheidspersoneel. Alle leden ontvangen een exemplaar. Niet-leden en geïnteresseerden kunnen intekenen op een jaarabonnement door het storten van € 75 op rekeningnummer 068-2101000-07 van het NSPV. De adresgegevens worden behandeld overeenkomstig de Wet op de Privacy (08/12/1992). Verantwoordelijke uitgever : Philip Van Hamme
Er werd steeds voorgehouden dat het interventiekorps de reden was waarom men geen exacte OT kon voorleggen. Nu de modaliteiten van het interventiekorps wel gekend zijn slaagt men er dus nog niet in. Om even te schetsen hoe goed alles blijkbaar wordt bijgehouden : Enkele maanden geleden stelde men ons een OT voor van de WPR Brabant. Alles leek in orde, er was voldoende personeel, tot wij vaststelden dat er een overleden collega en twee gepensioneerde collegae nog steeds werden meegerekend in het effectief ! Zijn ze goed bezig ? De ondertussen gekende problematiek van het CALOG zal in de komende weken worden samengevat door een werkgroep die zal worden samengesteld uit twee leden per provincie. Bedoeling is om ter gelegenheid van de herevaluatie van het statuut constructieve en vooral haalbare voorstellen te formuleren die de situatie van de mensen van het CALOG ten goede moet komen. In een volgende editie zal dit verder opgevolgd en uiteengezet worden.
Eindredactie : Eddy De Blaere
Ondertussen is per zone ook gekend op welke data de achterstallen 2001 zullen worden gestort.
Tekeningen : Dirk Van Der Auwera
Veel personeelsleden waren er van overtuigd dat ze een soms aanzienlijke som geld zouden opstrijken, doch wat blijkt? In veel zones heeft men spontaan de 100% van de nieuwe wedde uitbetaald doch blijkbaar waren velen hiervan niet op de hoogte. Bijgevolg worden tal van personeelsleden geconfronteerd met terugbetalingen in plaats van het krijgen van achterstallen. Bovendien kunnen de mensen zelf praktisch niet controleren of alles wel correct verloopt. De hiertoe broodnodige weddenfiches worden slechts met mondjesmaat geleverd.
De redactie staat open voor vragen en suggesties van lezers. U kan ze sturen naar : Redactie Echo, Generaal Bernheimlaan 18/20 1040 Brussel tél. : 02.644.65.00 fax : 02.644.67.93 Breng tevens een bezoek aan onze website : http://www.nspv.be Mail :
[email protected]
Dat er ongetwijfeld mensen zullen zijn die regelrecht op moeilijkheden afstevenen met de belastingsdiensten, dat wil men niet geweten of gezegd hebben. Vanaf volgende maand kijken wij met grote belangstelling uit naar de hervorming van de Federale Politie. Zoals u wellicht reeds heeft vernomen staat ook daar één en ander te gebeuren zoals het afschaffen van twee directiegeneraal. De afschaffing van deze twee directies wordt waarschijnlijk gevolgd door een nooit geziene stoelendans !!! Wordt dus ongetwijfeld vervolgd. Philip VANHAMME - Nationaal Voorzitter.
Gelijkheidstraat 61 7700 Moeskroen Tel.: 056.85.75.15 Fax : 056.85.75.17
2
“”TE VEEL POLITIEMENSEN PLEGEN ZELFMOORD”” Interview met de Nationaal Secretaris van het NSPV, Jean-Joseph MAL, in het weekblad “Ciné-Télé Revue” van 03 februari 2005. erg zware ziekte. Dit onheilsbericht heeft hem zijn besluit doen nemen. Nu gebeuren er inderdaad meer wanhoopsdaden bij de politie dan bij de andere bevolkingsgroepen in België.
In de loop van de laatste tien jaren, hebben bijna 200 politiemensen vrijwillig de beslissing genomen om een einde aan hun leven te stellen. Met een gemiddelde aan zelfmoorden van 5,21 per 10.000 – hebben de politiemensen die deze ultieme wanhoopsdaad plegen een gemiddelde dat dubbel zo hoog ligt in vergelijking met Belgische bevolking. Jean- Joseph MAL, Nationaal Secretaris van het Nationaal Syndicaat voor het Politie en Veiligheidspersoneel, (NSPV) : “ De oplossing zou kunnen bestaan in een mentaliteitswijziging binnen de politie. Er is onvoldoende onderlinge solidariteit. De politiemensen moeten aanvaarden dat het geen schande is om bij wijze van spreken door het lint te gaan wanneer men een dergelijk stresserend beroep uitoefent. Toegeven dat je “labiel” bent geweest, betekent niet dat je zwak bent of onbekwaam.” Op het einde van de maand december hebben nog twee agenten zelfmoord gepleegd te Ottignies en in Ukkel. Ze hebben de lijst van “wanhoopsdaden” binnen de rangen van de ordediensten, die al oploopt tot 200 personen in tien jaar, verhoogd. Wat doet de politie ? Ik vrees dat de cijfers die u aanhaalt onderschat zijn ! Voor de hervorming van de politie bestonden er geen systematische statistieken bij de gemeentepolitie aangaande dit fenomeen. Wat doet de politie ? Enerzijds probeert men te “begrijpen” maar eerlijk gezegd, ondanks meerdere nog aan de gang zijnde studies, zijn we nog niet aan het einde. Er werd anderzijds enkele jaren geleden een “hulpgroep” opgericht waar elke politiebeambte van het land een beroep op kan doen. Het betreft het “Stressteam” waarin ook gespecialiseerde psychologen zetelen. Deze hulpgroep waarborgt psychologische hulp aan slachtoffers die traumatiserende evenementen hebben meegemaakt, tengevolge het gebruik van vuurwapens, zware ongevallen, gijzelnemingen en andere calamiteiten. Het “Stressteam” bestaat sinds 1983. Gelet op de beschikbare cijfers sinds 1993 is het aantal zelfmoorden echter niet verminderd. Er zijn gemiddeld 19 wanhoopsdaden per jaar. Er zijn ook nog “zwarte” jaren zoals in 1995, waar 25 wanhoopsdaden werden gepleegd…. Deze vaststelling is werkelijk tekenend. Je moet echter wel een onderscheid maken. Wanneer een politiebeambte uit het leven stapt, is dit niet een noodzakelijk gevolg van zijn het beroep. Voor de collega uit Ukkel bijvoorbeeld is geweten dat hij juist vernomen had dat hij leed aan een
We komen terug op de vraag : waarom ? Zoals het rapport van het Comité P heeft toegelicht (nvdr. Het orgaan dat de politiediensten controleert) is er een mentaliteitsprobleem, de beroepsgebonden cultuur. Dit is vooral te merken bij de ex-rijkswachters die nog een typische militaire structuur kenden. Nog teveel oudere politiemensen zijn de slagzin indachtig : “ Wees sterk, hou je mond en incasseer !”. Er bestaat niet de minste twijfel voor sommigen onder hen dat ze hun “moeilijkheden” zouden gaan vertellen aan jonge psychologen of sociale assistenten. Hiervoor is er een bepaalde misplaatste fierheid met daaraan toegevoegd een onaangepaste omgeving. Ik heb de stellige indruk dat in ons huidige politiebestel de luisterbereidheid onder de collega’s te zeldzaam is. Nochtans is dit belangrijk genoeg, want vooraleer iemand uit het leven stapt, geeft deze doorgaans vooraf meerdere signalen. Er zouden zeker veel drama’s voorkomen worden als de mentaliteit van “elk voor zich” niet zo moest ingeburgerd zijn. Er blijft in elk geval de vaststelling dat de politiemensen onderhevig zijn aan grote stress inherent aan hun beroep. Het is onvermijdelijk dat dit in sommige gevallen sporen nalaat. Welke zijn de oorzaken van stress bij de politie ? Wanneer je als politieman “veldwerk” verricht kom je onvermijdelijk en regelmatig in contact met schrijnende toestanden. In je politieloopbaan wordt je geconfronteerd met verminkte en verbrande lichamen, zelfmoorden en moorden. En dan moet je ook nog het “slechte nieuws” gaan melden aan de nabestaanden van de slachtoffers …. Je wordt, in principe, harder met de tijd en je leert meer en meer incasseren. Dit is echter niet voor iedereen zo simpel en vanzelfsprekend. Te meer daar iedereen wel eens zijn zwakke momenten heeft in zijn leven en wat je anders normaal zou vinden is het dan net niet. Juist dan zou er een automatische luisterbereidheid moeten zijn bij de collega’s. Dan heb je ook nog het probleem van de diensturen, ten minste voor diegenen die niet tijdens de kantooruren werken. Het is zeer moeilijk om een geregeld familiaal leven te leiden als je op onregelmatige en onvoorziene uren moet werken. Je weet nooit op voorhand wat je tegenkomt. Relatieproblemen zijn dan onvermijdelijk en dat speelt op de moraal. Vooraleer je syndicalist werd, heb je gedurende dertig jaar veldwerk gedaan. Ben je nooit ”gekraakt” ? Nooit zo erg dat ik met de gedachte speelde om uit het leven te stappen. Dat wil niet zeggen dat ik nooit momenten van “teveel” en “genoeg” heb meegemaakt. Ik herinner mij nog een feit van jaren geleden. Ik werkte toen in de brigade van Fleurus en werd tijdens een nachtdienst met interventie opgeroepen mij te begeven naar een vluchthuis voor mishandelde vrouwen. Daar was een persoon langs de achterzijde van het gebouw binnengedrongen en hield een opvoedster in gijzeling. Samen met een collega konden we ons toegang verschaffen door een open raam en kwamen we oog in oog te staan met de gijzelnemer. Hij staat daar, op enkele meters van ons, op de eerste trede van de trap en bedreigt de opvoedster met een mes. Het is donker enkel het maanlicht staat ons toe 3
sommige zaken te onderscheiden om te zien wat er gebeurt. In alle kalmte kan ik mijn revolver trekken en tegen zijn wang drukken. De gijzelnemer duwt zijn gegijzelde weg. Ik ben in de mogelijkheid, gedurende enkele seconden, om hem neer te schieten, maar doe het niet. Hij spurt de trap op naar boven. De dader dringt een kamer binnen en steekt zijn vrouw en zijn baby neer. Wanneer ik de kamer kan binnendringen is het al te laat. Ik ontdek een verschrikkelijk tafereel. De buik van de zuigeling is opengekerfd. Hij is dood evenals de moeder…. Dat beeld heeft mij jaren achtervolgd. Ik krijg trouwens nog steeds kippenvel wanneer ik erover praat. Ik werd overvallen met een schuldgevoel. Tal van vragen bleven rondspoken in mijn hoofd. Indien ik had geschoten, zouden de zaken dan anders geëvolueerd zijn ? Was het mijn schuld dat er twee doden vielen ? In die periode heb ik er gelukkig heel dikwijls en lang kunnen over spreken met een magistraat en met mijn collega’s. Er bestond toen nog geen “Stressteam”. Maar de luisterbereidheid heeft toen verhinderd dat ik een sombere persoon ben geworden. Het is uit ondervinding dat ik beweer dat je in ons beroep moet kunnen steunen op de schouders van je collega’s. We hebben reeds een professionele ervaring opgebouwd om herhaaldelijk dergelijke voorvallen te verwerken. Je moet foto’s maken om feiten vast te stellen, PV’s opmaken, en later, in sommige gevallen dan toch, de feiten nog eens voor ogen halen wanneer je moet komen getuigen voor het Assisenhof.
Men stelt vast dat de meerderheid van de zelfmoorden gepleegd werden met het dienstwapen. Wanneer iemand psychologisch ontspoort, neemt men dan zijn wapen niet af ? Uiteraard !! Het is een elementaire voorzorgsmaatregel wanneer men vaststelt dat een personeelslid labiel is. Uw vraag verwijst dus naar de principiële problematiek waar iedereen mee worstelt. Hoe kan je beter ontdekken of iemand psychologisch lijdt of hulp nodig heeft ? Men stelt daarentegen inderdaad vast dat de overgrote meerderheid van de zelfmoorden bij de politie voorkomen worden door te beletten dat men zijn dienstwapen tegen zichzelf kan keren. Er moet een groter “aanvoelen” groeien tussen de veldwerkers en de hiërarchie. Er moet echter ook meer onderlinge solidariteit komen tussen de collega’s. Het zou goed zijn om te eindigen met een gedachte die pas de laatste eeuw veld heeft gewonnen : de gemoedstoestand van een politiebeambte mag niet meer aanzien worden als een teken van zwakte !! Het betreft hier signalen die ernstig genomen moeten worden. Tot slot. Wanneer men te doen heeft met “robocop”, iemand die zich geen vragen stelt over de zin van het uitgeoefende beroep en het dienstbetoon aan de maatschappij, pas dan maak ik mij zorgen !!
Op hoeveel dagen omstandigheidsverlof heeft het statutair personeelslid recht voor de bevalling van de echtgenote of van de persoon met wie het op het tijdstip van de gebeurtenis samenleeft ?
Bestaat er niet de mogelijkheid dat de angst zich nestelt bij de politiemensen, wanneer ze geconfronteerd werden met voorvallen zoals je juist hebt beschreven ? Wanneer je angst hebt, ervaar je dat niet op het ogenblik zelf bij dergelijke zaken. Het is een soort van vergif dat pas uitwerking heeft op lange termijn. In het heetst van de strijd reageer je instinctief. Daarna, soms lang nadien, denkt je na over de risico’s die je hebt genomen. Het is op die ogenblikken dat dit schade kan toebrengen en dat je een débriefing moet kunnen houden met iemand van je dienst. Ontstaat er zo geen onenigheid tussen de veldwerkers en hun “oversten” die op hun bureel blijven ? Het is inderdaad zo, sinds de politiehervorming, dat de commissarissen, zelfs de meeste hoofdinspecteurs geen straatdienst meer doen. Het is dan voor hen ook moeilijk om begrip op te brengen voor de problemen die zich op het terrein voordoen. Dit is één van de negatieve zaken als gevolg van de nieuwe politie. Worden de jonge agenten tijdens hun opleiding opgeleid bestand te zijn tegen stress ? Daar heb ik weinig kennis van. Dergelijke zaken maak je enkel mee op het terrein en daar kan je niet voor opgeleid worden. Het is trouwens op dergelijke momenten dat je ook veel van jezelf ontdekt. 4
Het statutair personeelslid geniet een omstandigheidsverlof van 10 dagen voor elke bevalling van zijn echtgenote of van de persoon met wie het op het tijdstip van de gebeurtenis samenleeft en die sinds 1 april 2003 heeft plaatsgevonden. Het koninklijk besluit tot wijziging van het RPPol op dat vlak is immers op 18 november 2004 door de Koning ondertekend en werd in de eerste week van december in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. Derhalve dringen regularisaties zich op waar de overheid sinds 1 april 2003 4 dagen toekende. Deze geschieden idealiter door de toevoeging aan de verloffiche 2005 van de niettoegekende dagen. Het toevoegen van omstandigheidsverlofdagen aan de verloffiche is en régime evenwel uitgesloten. Ter herinnering heeft het contractueel personeelslid recht op een gelijkaardige maatregel voor elke bevalling die sinds 1 juli 2002 heeft plaatsgehad (art. 30bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten). Dit omstandigheidsverlof kan in halve dagen en binnen een redelijke termijn (één maand) vanaf de gebeurtenis (de bevalling) worden genomen. De duur kan bijgevolg niet worden vermenigvuldigd in functie van het aantal geboren kinderen.
MIJN PERSOONLIJK DOSSIER De samenstelling van het dossier Het persoonlijk dossier bestaat uit acht afzonderlijk mappen met de volgende benamingen : 1. administratie – inventaris der stukken 2. opleiding 3. mobiliteit 4. loopbaan 5. evaluaties – tucht – ordemaatregelen 6. gegevens met medisch karakter 7. mandaten 8. varia Elke map bestaat uit een aantal ondermappen. Zie verder. Het recht op inzage
NVDR : Het NSPV raadt de personeelsleden aan, indien u dergelijk voorval meemaakt, een verweerschrift op te stellen met verwijzing naar de betrokken documenten en dit verweerschrift dan ook te laten opnemen in het persoonlijk dossier. Het personeel kan volmacht geven aan een derde. De gemachtigde is gehouden aan de discretieplicht. Het inkijken van het persoonlijk dossier gebeurt steeds in aanwezigheid van de overheid die verantwoordelijk is voor het dossier. Wie beheert en bewaart het dossier ? Voor de lokale politie de korpschef voor de leden van het officierenkader, en de korpschef of de persoon die hij aanwijst voor de ander leden. Voor de federale politie is dit naargelang het geval de commissaris-generaal of de directeur generaal voor de leden van het officierenkader die onder hen ressorteren en het diensthoofd voor de overige leden. Elk stuk dat verwijderd wordt uit het dossier moet ter kennis worden gebracht van het betrokken personeelslid. HET EVALUATIEDOSSIER Voor elke nieuwe evaluatieperiode wordt een evaluatiedossier geopend.
Het personeelslid heeft altijd het recht op inzage van zijn dossier alsook het recht op een kosteloos afschrift. De stukken in het dossier worden geviseerd door het personeelslid. Wat indien het personeelslid weigert een document uit zijn persoonlijk dossier te viseren. Omtrent dit laatste gegeven heeft DPS volgende interpretatie gegeven : Art II.I.13 RPPol op grond waarvan alle stukken die in het persoonlijk dossier worden opgenomen door het personeelslid moeten worden geviseerd impliceert dat elk stuk dat zal worden bewaard in het persoonlijk dossier ter kennis moet worden gebracht van het betrokken personeelslid met het oog op een ondertekening voor kennisname. Weigert betrokkene, in voorkomend geval, het desbetreffende stuk te viseren, dan betekent dit geenszins dat het document niet kan worden bewaard in het persoonlijk dossier. Indien het wel die betekenis zou hebben, kan elk personeelslid de stukken die een negatieve connotatie hebben zonder meer weigeren te viseren. Op die manier is het persoonlijk dossier niet langer een exacte weergave van de loopbaan van betrokkene wat initieel wel het doel is van een dergelijk bundel. Derhalve wordt in dergelijk geval, het stuk toch in het persoonlijk dossier opgenomen maar dan wel met de uitdrukkelijke vermelding dat het personeelslid geweigerd heeft het te viseren. Om elke discussie ter zake uit te sluiten (al dan niet weigering van het personeelslid) is het ons inziens bovendien aangewezen dat bij die weigering één of meerdere getuigen aanwezig zijn.
In het dossier bevinden zich : • een inventaris • de vereisten opgenomen in de functiebeschrij-ving; de specifieke doelstellingen gebonden aan het ambt en beperkt in de tijd; de individuele doelstellingen. • de vastgelegde evaluatie-indicatoren • alle stukken met betrekking tot de lopende evaluatieperiode die mogelijks een weerslag op de evaluatie kunnen hebben • de nota’s en briefwisseling over de geëvalueerde met betrekking tot de wijze van dienen • de gevolgde opleidingen en de behaalde resultaten • de resultaten behaald tijdens selectieproeven of bevorderingsexamens • het blad der tuchtstraffen • de verslagen van de plannings- en functioneringsgesprekken • alle voorgaande evaluatieverslagen met de eindvermelding “onvoldoende” met daarbij alle elementen van de procedures • de evaluatieverslagen die slaan op de twee vorige evaluatieperiodes en desgevallend op de stageperiode die de basisvorming afsluit. • alle stukken die na het evaluatiegesprek zijn
5
opgesteld in het raam van de lopende evaluatieperiode. Enkel de voor de evaluatie relevante stukken mogen zich in het dossier bevinden en ingezien worden door de verschillende evaluatoren. Geen enkel stuk mag worden opgenomen in het dossier zonder dat belanghebbende voor kennisname heeft getekend. HET MOBILITEITSDOSSIER In dit dossier bevinden zich : • een inventaris van de stukken • de mobiliteitsfiche • bepaalde uittreksels of afschriften uit het persoonlijk dossier • de laatste functioneringsevaluatie en in voorkomend geval de specifieke evaluatie indien deze is opgelegd. • de kandidaatstelling en indien opgelegd de eraan toegevoegde stukken. HET STAGEDOSSIER Het stagedossier omvat minstens : • een inventaris van de stukken • de stageverslagen • een samenvattend eindverslag • in voorkomend geval de opmerkingen van de stagair • de beslissing alsmede alle stavingsstukken HET MANDAATDOSSIER Per mandataris wordt voor elk nieuw mandaat een mandaatdossier geopend dat deel uitmaakt van het persoonlijk dossier. Het omvat alle stukken die relevant zijn voor het uitgeoefende mandaat : • een inventaris van de stukken • de functiebeschrijving van en de profielvereisten voor het uitgeoefende mandaat • de kandidaatstelling en in voorkomend geval de eraan toegevoegde stukken • alle stukken met betrekking tot de procedure voor de selectiecommissie • in voorkomend geval de uitgebracht adviezen en gemotiveerde voordrachten • de beslissingen of het besluit tot aanwijzing en het proces-verbaal van eedaflegging • de opdrachtbrief • alle stukken met betrekking tot de procedure voor de evaluatiecommissie • alle overige stukken met betrekking tot het lopende mandaat zoals onder meer de stukken die zijn opgesteld naar aanleiding van de hernieuwing en de beëindiging van het mandaat. Geen enkel stuk mag worden opgenomen in het dossier zonder dat belanghebbende voor kennisname heeft getekend.
STATUTAIRE VRAGEN Wat is de juridische kwalificatie van de functioneringsnota ? De wettelijke basis van de functioneringsnota is terug te vinden in artikel 140 WGP (STS/ST2). De functioneringsnota kan geenszins worden beschouwd als een ordemaatregel, maar wel als een maatregel van inwendige orde. Het betreft immers slechts een administratieve maatregel, zonder gevolgen op administratief, statutair of pecuniair vlak. De functioneringsnota is de weergave van een punctuele maatregel genomen voor de evaluatie van de functionering van het betrokken personeelslid Kan men spreken van een nieuw element wanneer een ander personeelslid voor gelijkaardige feiten een lagere tuchtstraf heeft ondergegaan ? Artikel 57bis van de tuchtwet (STS/ST30) voorziet dat een personeelslid een aanvraag tot herziening van een tuchtstraf mag indienen voor zover hij een nieuw element aantoont. De bewering door het betrokken personeelslid dat een ander personeelslid voor dezelfde feiten en in gelijklopende omstandigheden een lichtere tuchtstraf heeft gekregen, kan nooit een nieuw element vormen dat een aanvraag tot herziening kan staven Wat is een ordemaatregel ? Een ordemaatregel is een maatregel die er toe strekt de goede werking van de dienst te verzekeren of te herstellen na een verstoring van die werking. De ordemaatregel vindt zijn motief enkel in de verstoring van de orde. Die verstoring kan voortvloeien uit het gedrag van een personeelslid, maar niet het schuldig bevinden van dit gedrag brengt de overheid tot het treffen van de ordemaatregel, wel het gedrag op zichzelf als een de goede orde verstorend element. De rechten van verdediging zoals zij gelden in tuchtzaken zijn niet van toepassing. Wanneer een ordemaatregel een ernstig nadeel toebrengt en gebaseerd is op zijn persoonlijk gedrag, dan heeft het betrokken personeelslid het recht om zijn standpunt naar voren te brengen. Het recht om zijn standpunt naar voren te brengen brengt de volgende verplichtingen met zich mee : 1. de voorafgaande mededeling van de aard en de motieven van de overwogen ordemaatregel; 2. het verlenen van inzagerecht in het dossier; 3. het verlenen van een redelijke termijn voor verweer; 4. het bieden van de mogelijkheid om zich mondeling of schriftelijk te verweren. Een ordemaatregel moet proportioneel zijn : de te nemen ordemaatregel mag voor het betrokken personeelslid slechts het minimale ongerief veroorzaken dat voor het vrijwaren van het belang van de dienst noodzakelijk is, m.a.w. de minst bezwarende adequate maatregel dient getroffen te worden.
6
DE EVALUATIE DE PERIODES
DE GESPREKKEN
De evaluatieperiode beslaat steeds 2 jaar en kent steeds een aanvang met een planningsgesprek. Tijdens de evaluatieperiode kan (niet verplichtend) u onderworpen worden aan een functioneringsgesprek. In elk geval sluit een evaluatiegesprek de evaluatieperiode af.
1. Planningsgesprek = start van evaluatieperiode van 2 jaar (verloop evaluatie wordt uiteengezet) = dialoog tussen EV en GP (de drie evaluatiedomeinen besproken worden) = pas definitief éénmaal dat EVW ondertekend heeft.
DE VERSCHILLENDE ACTOREN Geëvalueerde persoon (GP) Alle personeelsleden van de politiediensten, behoudens in RPPol reeds voorziene uitzonderingen
procedure: beiden (EV en GP) ondertekenen voor akkoord één niet akkoord: tekenen niet akkoord & voeging commentaar. EVW legt dan zelf doelstelling vast
De evaluator (EV) = personeelslid (operationeel of administratief & logistiek kader) dat goed op de hoogte is van het functioneren van de GP om een beoordeling op te stellen in al zijn aspecten. De eindverantwoordelijke (EVW) De lokale politie zone 1, 2 en 3: de korpschef De lokale politie zone 4 en 5: de korpschef voor alle officieren & Calog Niv A. Voor ander personeel de korpschef of een door hem aangewezen officier of Calog Niv A. De federale politie: CG of DG voor de officieren en Niv A onder hun gezag. Dir. Of diensthoofd voor andere personeelsleden De algemene inspectie: Inspecteur-generaal. De evaluatieadviseur (EA) = facultatief (Off of Calog Niv A) en heeft tot doel: ondersteuning EVW Geen cumul mogelijk met EV DE EVALUATIEDOMEINEN Een evaluatie is een beoordeling van beroepsbekwaamheid op basis van drie domeinen: 1. Overeenstemming competentieprofiel Positie in organisatie – verwacht niveau – specifieke competenties – competentie in de uit te voeren taken -…
2. Evaluatiegesprek = afsluiting van evaluatieperiode van 2 jaar = gesprek EV met GP om tot definitief verslag te komen, behandelend de drie evaluatiedomeinen. Elk domein wordt afgesloten met een vermelding. Tevens dient een eindvermelding geplaatst te worden Procedure: 10 dagen voor gesprek: EV geeft ontwerp af aan GP Tot 3 dagen voor gesprek: afgifte commentaar door GP aan EV
2. Houding t.o.v. de waarden Naleven rechten en vrijheden & waardigheid van elk persoon – loyaliteit – integer – onpartijdig –zin verantwoordelijkheid – beschikbaarheid – …
3. Functioneringsgesprek = facultatief (bij aanpassing doelstelling of toegekende middelen wordt een functioneringsgesprek sterk aanbevolen) = verplicht bij verandering functie (soort nieuw planningsgesprek) = dialoog tussen GP en EV om bijsturing van individu en/of manier werken
3. Verwezenlijking van doelstelling Verbeteren van het courante functioneren
DE BEROEPSMOGELIJKHEDEN
DE VERMELDINGEN “goed”: overstijgende trap “bevredigend”: minimum vereiste in doen en laten van de GP “onvoldoende”: niet voldoen aan de minimum vereiste niveau in uitoefening van zijn functie. !!! “onvoldoende” als eindvermelding dient steeds correct gemotiveerd te worden en gestaafd te worden met concrete feiten (zodoende volstaat één partiële onvoldoende niet)
Beroep tegen eindevaluatie Mogelijk tegen eindvermelding & voor één of meerdere partiële vermeldingen EVW beschikt over één maand om beslissing te nemen Beroep eindvermelding “onvoldoende”: EVW verplicht GP & EV te horen Evaluatieperiode wordt verlengd tot bij beslissing EVW Beroep tegen beslissing EVW Bij eindvermelding “onvoldoende” of twee partiële vermeldingen onvoldoende 7
Binnen de 14 dagen via verzoekschrift bij Raad van Beroep (AIG) STATUTAIRE GEVOLGEN VAN DE EVALUATIE Eindvermelding “onvoldoende” Geen graad, kader of baremische verhoging Beroep tegen eindvermelding “onvoldoende” Wel deelname aan selectieprocedure Baremisch: herstel bij gunstige beslissing Ongeschikt verklaard bij: Twee opeenvolgende eindvermeldingen “onvoldoende” Vier eindvermeldingen “onvoldoende” Definitieve ambtsontheffing Lokaal: Koning voor HCP, politieraad voor anderen Federaal: Koning vanaf CP; anderen Min BZ of directeur van de dienst Overgangsfase Bij eerste evaluatie na inwerkingtreding telt eindvermelding “onvoldoende” niet voor bepalen ongeschiktheid; doch wel voor bevordering en baremische verhoging.
Aftrekbaarheid van buitenschoolse kinderopvang. Vanaf 2005 (aanslagjaar 2006) kunnen de gezinnen de opvangkosten voor buitenschoolse kinderopvang voor kinderen tot 12 jaar fiscaal inbrengen. Van hun totaal netto-inkomen kunnen ze een bedrag van 11,20 Euro per dag per kind inbrengen. Een omzendbrief van de FOD Financiën over de aftrek van de uitgaven voor kinderopvang werd hernomen in het Belgisch Staatsblad van 15 februari 2005. We hernemen hierna een aantal praktische tips uit deze omzendbrief. • De uitgaven moeten betaald zijn aan: - instellingen erkend, gesubsidieerd of gecontroleerd door ‘Kind en Gezin’, ‘l’Office de la naissance et de l’enfance’ of door de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap - ofwel aan kinderdagverblijven - ofwel aan zelfstandige onthaalgezinnen De betalingen aan andere opvangdiensten die niet zijn erkend, gesubsidieerd of onder toezicht staan van de vermelde organismen, komen niet in aanmerking voor de aftrekbaarheid.
FISCAAL NIEUWS Alhoewel wij absoluut geen fiscale specialisten zijn willen we onze lezers af en toe op de hoogte houden van ‘fiscale nieuwtjes’ die ons door collega’s of via andere bronnen worden overgemaakt. Voor eventuele gespecialiseerde toelichtingen over deze problematiek raden wij u dan ook aan om een fiscale deskundige of uw lokale belastingadministratie te raadplegen. Heeft u een familielid van 65 jaar of ouder ten laste? Sedert 1 januari 2005 moeten werknemers met familieleden van 65 jaar of ouder minder bedrijfsvoorheffing betalen. Het gaat om een vermindering van 56 Euro per maand of 112 Euro indien de persoon ten laste mindervalide is. Het moet gaan om een persoon die: • die 65 jaar of ouder is; • die ouder, grotouder, overgrootouder, broer of zus van de werknemer is; • die bij de werknemer inwoont en • van wie de inkomsten niet hoger zijn dan 14.500 Euro netto per jaar (inkomsten 2004 – aanslagjaar 2005). Indien u hiervoor in aanmerking meent te komen dan moet u deze vermindering van de bedrijfsvoorheffing via uw eenheid aan de loonadministratie melden. Wij willen nogmaals in herinnering brengen dat er inzake de bedrijfsvoorheffing geen regularisatie wordt uitgevoerd aangezien dit niet meer of minder dan een soort voorafbetaling is van de personenbelastingen en dat de totale afrekening door middel van deze berekening zal plaatsvinden. 8
Enkel de betalingen voor de opvang buiten de normale schooldagen en schooluren komt in aanmerking. Het gaat dus onder andere om opvang op vrije dagen, tijdens de middagpauzes, tijdens schoolvakanties en voor- of naschoolse opvang. • Bepaalde uitgaven komen niet in aanmerking omdat ze activiteiten vergoeden die verbonden zijn aan de onderwijsinstelling of opgenomen zijn in het lessenpakket. Het gaat dan vooral om uitgaven voor schoolreizen, culturele uitstappen, bos- of zeeklassen, sportkampen en buitenlandse reizen. • Enkel de opvangkosten zijn aftrekbaar en niet de maaltijdkosten, de schoolkosten of kosten voor kledij. • Het is vanzelfsprekend dat deze kosten enkel aftrekbaar zijn op voorwaarde dat de belastingplichtige ze kan bewijzen. Weldra zal er hiervoor een speciaal modelattest gepubliceerd worden. De scholen dienen in alle geval de nodige gegevens inzake de schoolopvang bij te houden.
IFOD – BRANDWEER
Stel u eens voor ! Een misdrijf ? Wij denken dat het raadzaam is onze zienswijze over dit onderwerp mede te delen. Wij willen van het begin af duidelijk stellen dat wij geen steen willen werpen op de gezamenlijke politieke wereld. Zij zijn in meerderheid niet betrokken. Wij willen echter wel de aandacht vestigen op bepaalde praktijken door minderheid die eigenlijk uit openbare functies zou moeten worden uitgesloten. Ziehier de definitie van : pistoneren en pousseren : steunen, beschermen, (een kandidaat voor een zekere job). Zich laten aanbevelen – steun – bescherming – aanbeveling die beslist bij een aanstelling, een bevordering.
van de openbare sector, zijn totaal verschillend van de private sector. Zij behoren niet toe aan een bedrijfsleider, maar wel aan de gehele gemeenschap. De “ Patrons “, “ Bedrijfleiders”, in dat geval zijn maar verantwoordelijken voor een bepaalde tijd, te verlengen naar de grillen van de verkiezingen, of een beslissing genomen door de organisatie van de partijen. In tegenstelling van de private sector, “ de publieke verantwoordelijken” staan nooit in voor de geldelijke aansprakelijkheid van de door hen verkeerde gemaakte keuze !
Klantenbinding - vriendjespolitiek.
“Zij zijn op financieel gebied niet toerekeningsvatbaar” !!!!
In een private onderneming bestaat geen enkel verbod voor de bedrijfsleider aan te werven wie hij wil : een familielid, vrienden, enz…
De publieke aangestelde verantwoordelijken, zijn ook aangesteld door een politieke partij.
Het is een keuze die hij voor zich neemt, die hij misschien zal betreuren maar die hij met eigen fondsen betaalt. Daarentegen in de openbare sector, is dit geheel anders! De algemene belangen, collectief, en het feit dat het gaat om geld van ons allemaal veronderstelt men dat de verantwoordelijken de best gepaste en geschiktste persoon aanwerven. Dit laat zeker toe zich een beter beheer van diensten en schatkistgelden te veroorloven. Zeker, de organisaties, gemeenschappen, administraties, intercommunales
Voor hen is een eventuele < sanctie > volgens de wil van de partij. Zij zijn zeker geen vragende partij noch uitvoerende partij want dat zou dan zeker betekenen dat ze een slechte keuze hebben gemaakt. Laten we toegeven, dat er enige reden is om jaloers te zijn, vooral als men denkt dat een gewone werknemer gesanctioneerd wordt voor zaken die totaal onbenullig zijn volgens de mening van zekere publieke verantwoordelijken. Om iemand te pistoneren in een openbare functie, moet men eerst en vooral over een zekere macht beschikken. Zij die over deze macht beschikken zijn heel zeker politiekers, ministers, senatoren, afgevaardigden, burgemeesters, bestendige afgevaardigden, enz…!!!! Een algemene regel is dat iedereen iemand kan voorrechten verschaffen op zijn niveau, zonder schrik te moeten hebben zich te laten recenseren door een collega, die over het algemeen zelf pistoneert.
toneerden), zelfs totale diensten, die praktisch een algemene regel is !!!! Wij denken dat het belangrijk is bij deze praktijken in de schoot van het openbare ambt en administratie onze volledige belangstelling te verscherpen. Waarom ? Omdat het ons domein is : vooral omdat volgens onze mening de grondwet geweld wordt aangedaan. En zij die aan de basis liggen van deze geweldaandoening zijn over het algemeen zij die respect afdwingen, of op de allereerste plaats die moeten respecteren. Als wij ons vergissen over deze redenering laat het ons weten !! Laat ons logisch zijn. De grondwet geeft garantie over vrijheid van mening, overtuiging en tendens. Dit element zijnde (democratisch) dat men zo wie zo, niemand mag bevoorrechten, de burger niet benadelen in de ogen van de grondwet.
Zekere ministers, aarzelden zelfs niet om voor de camera te verklaren, dat ze duizenden aanbevelingsbrieven versturen.
Op deze manier, als er sprake is van een bevoorrechte persoon, handelt men automatisch in het nadeel van de anderen, de meest begaafden, of diegene met de beste resultaten, en op de koop toe benadeelt hij het algemeen belang, van een dienst, of een administratie, die heel zeker beter zou werken op een keuze gegrondvest op vaardigheid en bekwaamheid.
Wij kennen zeker in onze werkomgeving, flagrante bevoorrechtten (gepis-
Niemand kan dit zogenaamd tegenspreken. 9
Het lijkt ons dan ook evident, dat diegene die personen bevoorrechten (pistoneren) de grondwet geweld aan doen. Om iemand te kunnen voortrekken zonder dat de anderen het weten, moet men zorgen dat er niet te veel regels bestaan en vergelijkende examens vermijden. Daarom kiest men voor een toelatingsproef. Inderdaad, met een vergelijkend examen maakt men een klassement en moet men de beste aanwerven (en dat is zeker niet naar de zin van de gepistoneerden) Daarentegen, met een toelatingsproef kiest men wie men wil zelfs diegene die het minste behaalde daar de resultaten enkel indicatief zijn. Men kan dus ook een bevoorrechte nemen. Men vervolledigt soms het systeem door een mondeling examen (onderhoud), die hem, haar, genoeg punten oplevert om een eventuele bevoorrechtte voorop te stellen. Het is zeker een makkie daar deze gesprekken niet worden opgenomen (geregistreerd).
Deze verspilling doet diegene geloven die een persoon bevoorrecht, dat hij daadwerkelijk iets zal verwezenlijken. Het is evident dat de politieker er een persoonlijk belang bij heeft (verkiezingen) dat hij zekere personen zal bevoorrechten, zelfs al maken zij geen kans. Maar als de “gepistoneerde” een naaste is, zijn familie, een goede kennis, een bevriend familielid van een partijcollega, een lid van de partij, de welwillendheid van de bevoorrechtte is hier dan zeker reëel en met als gevolg dikwijls een aanwerving. In dit geval is het zeker illegaal, de politieker kan dit zeker niet ontkennen. Deze toestand is zeker ernstig.
En waarom niet ?
Wat doet men werkelijk als men iemand bevoorrecht?
Op deze manier is er geen terugweg mogelijk.
Wat zijn de gevolgen ?
De vooropgestelde tactiek van diegene die pistoneert, zal zeker zonder een gezichtsuitdrukking vertellen dat hij zeker niemand bevoorrecht.
De politieker beslist buiten alle legale procedures, kent levenslang duizenden Euro’s van de schatkist toe aan de persoon van zijn keuze op basis van eigen belangen.
Hij verantwoordt zich wel dat hij aanbevelingsbrieven verstuurt, maar dat dit geen belang heeft en zeker geen invloed heeft op de werkelijke keuze.
Als dit geen verduistering is van publieke gelden, leg dat ons eens maar uit ……….
En ieder politieker doet hier zeker aan mee. Het tegendeel beweren zou zeker de waarheid pijn doen !!!! Maar als men de beredenering volgt, bewijst dat van hen een fantastische enorme verspilling van de publieke geldelijke fondsen. 10
De tijd genomen door de secretariaten om ze op te stellen, het papier, de omslagen en de postzegels (dit alles meestal betaalt door de belastingplichtigen), vergt zeker een grote kostprijs.
De onmiddellijke gevolgen van een aanwerving van een bevoorrechte, is de algemene degradatie van een openbare dienst tegenover efficiëntie, als in de geruststelling, de verbintenis, de kwaliteit die alles in het gedrang brengen. Al deze bevoorrechten in de schoot van de administratie, die zich meestal
laten opmerken, verwezenlijken over het algemeen niet veel. Men moet deze “parasieten” onderhouden en dit gedurende hun gehele loopbaan, wetende dat deze gepistoneerden heel vaak een getalenteerde loopbaan tegemoet gaan. Het gene zij verwezenlijken, goed of minder goed, een permanente last is voor de anderen. Een ander gevolg en zeker niet te verwaarlozen, is het in leven roepen van nieuwe banen (men durft niet zeggen werkposten, gezien de productiviteit van de gepistoneerden). Alsook nutteloos en overbodig, is de operationele capaciteit van de dienst belemmeren en zo het budget op catastrofale manier te belasten. Dikwijls hebben wij generaties ver, directeurs, verantwoordelijken, raadgevers, dikwijls van minder belang, zien groeien. Zij vragen niet meer, zolang ze hun loon maar ontvangen. Er zullen altijd genoeg argumenten bestaan, vanwege de “parrains” om zich te verantwoorden en te verrechtvaardigen tegenover een collega, directie, een administratieve raad, van de absolute noodzakelijkheid van de gecollectioneerde bevoorrechtigde. Het is duidelijk, niemand is de dupe, maar bijna niemand zal het uitbrengen. Diegene die de bevoorrechtigden (gepistoneerden) activeren graaien zonder scrupules in de schatkist, in ons geld !!!! Het is immoreel en verontwaardigend. Dank aan alle politiekers die deze praktijken miskennen. Nationaal secrétaris : Jean Pirotte. (Vertaling: JC KESTELOOT – voorzitter Nederlandstalige vleugel IFOD – sector Brandweer)
EUROMUT — INFO
Uw fundamentele rechten als patiënt Een tijdje geleden, zetten we een aantal fundamentele patiëntenrechten voor u op een rijtje. In dit nummer van
vullen we die lijst verder aan. Zo gaan we dieper in op het medisch dossier, de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de klachtenbemiddelingsprocedure. Medisch dossier Zorgverleners zijn verplicht om uw medisch dossier zorgvuldig bij te houden en op een veilige plaats te bewaren. U kan ook vragen om bepaalde documenten aan uw dossier toe te voegen: schriftelijke verklaringen, wetenschappelijke artikels, enz. Inzage U heeft het recht om uw medisch dossier te raadplegen. De betrokken zorgverlener moet binnen 15 dagen op uw verzoek ingaan. U kan het recht op inzage ook laten uitoefenen door een persoon naar keuze of u kan zich laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. Artsen hebben de mogelijkheid om een patiënt in het ongewisse te laten over zijn gezondheidstoestand wanneer ze oordelen dat deze informatie de betrokkene meer kwaad dan goed zou doen. Ze roepen dan de therapeutische exceptie in. De onrechtstreekse raadpleging van het dossier is in dat geval wel toegestaan. Een andere, door de patiënt aangestelde, zorgverlener mag dan het medisch dossier inkijken –inclusief de aantekeningen van de behandelende arts. Kopie van uw medische dossier
Zo mogen tijdens een ingreep enkel die personen aanwezig zijn, die er beroepshalve moeten bij zijn. Het is ook verboden een zorgverlener onder druk te zetten om informatie te verkrijgen over de gezondheidstoestand van een patiënt. In bepaalde omstandigheden kan van het recht op privacy worden afgeweken. Bijvoorbeeld in het belang van de volksgezondheid. Klachtenbemiddeling Wie vindt dat z’n rechten geschonden zijn, kan klacht indienen. Daarmee start een bemiddelingsprocedure, ongeacht of de klacht betrekking heeft op verzorging in een ziekenhuis of erbuiten. De ombudsman of de bemiddelaar moet de communicatie tussen patiënt en zorgverlener bevorderen en trachten een oplossing te vinden. Lukt dat niet, dan krijgt de patiënt de nodige informatie over de alternatieven om de klacht verder af te handelen. U kan uw rechten ook door een derde laten uitoefenen Is een patiënt niet in staat om zelf zijn rechten uit te oefenen, dan kunnen die rechten worden overgedragen op iemand anders. Dat is onder andere het geval als de patiënt: • minderjarig is; • meerderjarig, maar handelingsonbekwaam is (bv. coma, dementie);
Naast het inzagerecht, heeft u ook het recht om een gehele of gedeeltelijke kopie van uw medisch dossier te vragen. U moet dan wel bereid zijn om de kopieerkosten te betalen. Zo’n kopie is steeds persoonlijk en vertrouwelijk. Een zorgverlener kan overigens weigeren om u een kopie te geven als hij vermoedt dat u onder druk wordt gezet door een derde (bv. verzekeraar, werkgever). Nabestaanden De nabestaanden van een patiënt hebben het recht om het medische dossier van de overledene te consulteren. Om de privacy van de overledene niet te schenden, wordt de inzage enkel toegestaan: - aan de echtgenoot, de echtgenote, de wettelijk samenwonende partner, de partner of een verwante tot de tweede graad; - als er een valabele reden is (verwerking van het overlijden, testament, genetica, verzekeringspolis, aansprakelijkheidsprocedure). De inzage beperkt zich overigens tot de relevante elementen in het dossier; - als de patiënt bij leven geen bezwaar uitte tegen de inzage. Het gaat hier echter niet om een rechtstreeks inzagerecht. De nabestaanden moeten een beroep doen op een andere zorgverlener die als tussenpersoon fungeert. Bescherming van de persoonlijke levenssfeer In principe wordt geen enkele inbreuk op de privacy geduld. Zorgverleners moeten hun patiënten dus de nodige geborgenheid garanderen.
11
• meerderjarig is, maar burgerlijk onbekwaam (bv. als gevolg van een verbod); • juridisch bekwaam is, maar niet in staat om zijn wil uit te drukken. Iemand die een patiënt vertegenwoordigt, moet altijd handelen in het belang van de patiënt. Oordeelt de zorgverlener dat dit niet het geval is, dan kan hij de beslissing van de vertegenwoordiger naast zich neerleggen om levensbedreigende situaties en ernstige gevolgen voor de gezondheidstoestand van de patiënt te vermijden. Een zorgverlener moet de beslissing van een vertegenwoordiger echter steeds respecteren als bewezen wordt dat die beslissing overeenstemt met de wil van de patiënt. En als u in het ziekenhuis belandt? Ook de zorgverleners in een ziekenhuis moeten uw rechten als patiënt respecteren. In principe garandeert het ziekenhuis dat het personeel de patiëntenrechten naleeft. Sinds 1 januari 2004 beschikt elk ziekenhuis trouwens over een ombudsdienst waar patiënten met hun klachten terecht kunnen. Slaagt de dienst er niet in om een bevredigende oplossing uit te dokteren, neem dan gerust contact op met de juridische dienst van uw ziekenfonds. Bron: Landsbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen Meer info: Euromut – Louis Mettewielaan 74/76 – 1080 Brussel, tel.: 02-44 44 222, fax 02-44 44 999, e-mail: [email protected] U heeft de mogelijkheid om via het NSV een volledige en voordelige hospitalisatieverzekering te onderschrijven
SYNDICALE PREMIE KLUCHT - (in tien bedrijven) Wordt het weer een klucht in tien bedrijven ? Wij vernamen dat DGP over de nodige ‘competentie” zou beschikken om de formulieren te drukken tot aanvraag van de syndicale premie zowel wat betreft de federale als voor de lokale politie. Volgens het MO van 09 februari 2005 zouden de aanvraagformulieren afgeleverd moeten worden voor 31 maart 2005. Op het ogenblik dat we dit artikel schrijven (tweede week van april) zijn er nog steeds lokale zone’s en leden van de federale politie die wachten op de juiste formulieren. We moeten wel toegeven dat ze met mondjesmaat beginnen toe te komen. Wij zijn dan ook de mening toegedaan dat DPS een interpretatie zal gegeven hebben aan de verzendingsdatum. Wie zijn wij echter dat we de “competentie” van DGP in twijfel zouden durven trekken. Wij kunnen enkel spreken uit de ervaringen die we opdeden bij de voorgaande aflevering. Hoe zat het ook al weer met de voorgaande premies (referentiejaar 2001/2002) ? Zijn ze toen twee of drie keer herbegonnen ? Waren ze toen ook “op tijd” ? Dezelfde fout als in het verleden zal zich hoogstwaarschijnlijk niet herhalen. Sommige collega’s (en dat wil zeggen praktisch allemaal) hebben hun aanvraagformulieren in twee zendingen gekregen dus twee omslagen en tweemaal verzendingskosten. (van besparingen gesproken ?!?!) De lokale zone’s die deze manier van werken nog niet kenden en hoopten dat hun personeel de formulieren op tijd zouden krijgen kwamen bedrogen uit We gaan geen telefoonnummer publiceren zoals in het verleden want we kennen het juiste nummer nog niet ! Heel DGP is immers aan het verhuizen naar de “Jardin de la Couronne” (ik vind deze naam mooier dan de “Kroontuin”). We wachten er dus nog even mee tot we weten wie eigenlijk waar zit en wat moet doen. Toen we informeerden kregen we als antwoord : “Ja, we weten het maar het is onze fout niet ! We zijn aan het verhuizen ! Alles ligt in de drukkerij ! Ge moet u dat niet aantrekken, het komt wel ! Dat laatste is wel interessant om weten. “Ge moet het u niet aantrekken, het komt wel in orde !” Eén ding is zeker, in 2OO7 als de premies voor het jaar 2005 zullen moeten betaald worden kan u zich in geval van problemen wenden tot de Directeur-Generaal van de verantwoor delijke directie.
Info 02/644.65.00 (van 08.00 tot 12.00 uur) [email protected]
12
Zijn persoonlijk nummer, GSM en alle nuttige inlichtingen zullen gepubliceerd worden.
Een verwittigd man is er twee waard !
INFO OPRUSTGESTELDEN WIL DE REGERING ONS ERVAN OVERTUIGEN DE PEREQUATIE TE VERGETEN ? MOGEN WIJ NOG HOPEN OP ENIGE VORM VAN PEREQUATIEVERHOGING ? De Centrale Dienst der Vaste Uitgaven is in zijn teksten zeer duidelijk. Wanneer wordt mijn pensioen verhoogd ? Het pensioen wordt verhoogd ingevolge een indexaanpassing en ingevolge een perequatieverhoging. Maar waarom toch wordt die rechtmatige verhoging van de perequatie dan niet toegepast ? In vroegere rubrieken in onderhavig blad werd die problematiek, ontstaan na de politiehervorming reeds menigmaal besproken. De gepensioneerde politiemensen en vooral de gepensioneerden van de ex rijkswacht zijn de dupe van de onwil van de regering. Zelfs met onze ellebogen kunnen wij aanvoelen dat de regering niet geneigd is om daaromtrent toegevingen te doen, zelfs niet om gewoon de wet toe te passen.
Het bepaalde in het eerste lid geldt eveneens voor de pensioenen van de in de artikelen 14, eerste en tweede lid, en 15 bedoelde personen en hun rechthebbenden
Reeds jaren heb ik getracht om een zinnig onderhoud te bewerkstelligen bij de Minister van Pensioenen, aanvankelijk Frank Vanden Broucke en nadien Bruno Tobback.
Hoe je het draait en keert, het is maar hoe je het bekijkt of interpreteert.
Pas na een ultimatum tot 28 februari 2005 werden wij op 8 maart 2005 op het kabinet van de Minister ontboden voor een gesprek met als enig thema: Perequatie. Waren er aanwezig:
En zo krijgt de sterkste het voor het zeggen. Dus: de wet niet toepassen. In feite wordt dat alles in een keurslijf van de besparing gestoken. Moest men meer budget ter beschikking hebben ware dit alles overbodig.
• Marc Willems, Directeur pensioenen , beleidscel van de Minister; • Perry Baret, Directeur Generaal bij de Administratie der Pensioenen; • Willy Dambly, Nationaal Afgevaardigde Sector Oprustgestelden (Fr); • Marcel De Loof, Nationaal Afgevaardigde Sector Oprustgestelden (N)
Ook wij moeten op de borst kloppen en toegeven dat de onderhandelaars bij de politiehervorming dit, gewild of ongewild, over het hoofd gezien hebben.
Gewapend met een sterk argumenterend dossier met vooral aandacht voor de wettelijke en reglementaire bepalingen van de wet van 9 juli 1969 tot wijziging en aanvulling van de wetgeving op de rust- en overlevingspensioenen van de personeelsleden van de openbare sector die de perequatieregeling instelt en de onderhandelingsteksten van 8 maart 1999, konden de gesprekspartners ons gelijk beamen.
KAN MEN DE WET BLIJVEN OMZEILEN?
Het vergelijkend raster van de netto pensioenen verschenen in de S.E. Nr. 650 van januari 2004 was eveneens een overtuigend argument Één struikelblok: Art 18 van de wet van 30 maart 2001: De rustpensioenen die werden toegekend aan personen vooraleer de personeelscategorie waartoe zij het laatst behoorden is overgegaan naar de politiediensten, alsook de overlevingspensioenen die werden toegekend aan rechthebbenden van dergelijke personen vooraleer de personeelscategorie waartoe die personen het laatst behoorden is overgegaan naar de politiediensten, blijven gekoppeld aan de evolutie van het maximum van de laatste weddenschaal die in aanmerking werd genomen voor de berekening van het pensioen.
Trouwens dat gebeurde niet alleen bij de politiehervorming, maar dat is ook van toepassing bij andere openbare diensten. Bij onderhandelingen wordt enkel en alleen of te veel de positieve resultaten bij de actieve beoogd.
De meningen zijn daarover sterk verdeeld. Menig politici denkt er aan om de perequatie bij de openbare diensten af te schaffen en te vervangen door…….iets anders. Zelfs bepaalde regeringspartijen komen er in een brief openlijk voor uit om eerst te willen werken aan de gelijkschakeling van de pensioenen met een zekere voorrang aan de zelfstandigen. Op het kabinet van Minister Tobback heb ik een bevestiging gekregen dat zij gekant zijn tegen het wegwerken van de perequatie. Maar het zou niet beletten dat er een andere vorm van welvaartsaanpassing zou komen. Daarover gingen op 8 maart 2005 in de namiddag reeds gesprekken door op regeringsniveau. Daarover praten en maar praten is gelijk aan tijd winnen. Die tijd speelt in het voordeel van de regering en verliest men een aanpassing van de perequatie maar al te graag uit het oog. Is dat niet de wet omzeilen ? De regering heeft zich ingegraven en zullen alles in het werk stellen, ook al is Art. 18 niet meer van toepassing, om 13
HOE MOET HET VERDER ? In ieder geval weten wij hoe de zaken staan of beter hoe ze niet staan. Daar waar de politiehervorming en de gevolgen op de pensioenen door het niet toepassen van de perequatie omzeggens enkel een zaak was van de gepensioneerde politiemensen vooral voor de gepensioneerde rijkswachters en het NSPV die als enige de verdediging kon opnemen zal het nu een zaak worden voor al de gepensioneerden van de openbare diensten. Het NSPV, bij monde van zijn afgevaardigden gepensioneerden zullen de zaak op de voet volgen. Wij zullen er vooral op toezien dat aan de wettelijk bepaalde verworvenheden niet getornd wordt.
L’Espoir - de Hoop de perequatie bij de gepensioneerden van de politiediensten niet toe te passen. Het zou teveel geld kosten. Maar daar hebben wij zeker geen boodschap aan. ZAL MEN DE PEREQUATIE AFSCHAFFEN? Als optimist zeg ik onmiddellijk NEEN. Maar dat wil niet zeggen dat er een andere “welvaartsaanpassing” de huidige vorm van perequatie kan vervangen. In ieder geval zullen wij er over waken dat een rechtvaardige en evenredige aanpassing gevrijwaard blijft.
Door nieuwe contacten zullen wij de “ lamp brandende houden” Wij zullen op de eerste plaats alle middelen aanwenden om de huidige individuele perequatie te laten toepassen. Onze op wettelijke rechten gestoeide perequatie mag niet in het gedrang komen door een persoonlijke interpretatie van een individu uit een “besparende regering” Wij zullen alles in het werk stellen om bij besprekingen aanwezig te kunnen zijn, zodat wij de eventuele hervorming van de perequatie niet van op de zijlijn zien voorbijgaan. Het “middenveld” moet er zeker bij betrokken worden. Wordt zeker later vervolgd. Marcel De Loof Nationaal Afgevaardigde Sector Oprustgestelden (N)
IS ER NOG HOOP ? Wij konden vernemen dat er een duidelijke tendens is om de perequatie in een andere vorm te gieten. Er zijn allerlei redenen om een ander systeem uit te dokteren. Zelfs copernicus komt ter sprake. Men wil afstappen van “individuele aanpassingen” Het zou meer globaal moeten gebeuren en daarvoor denkt men aan een soort curve waarin men een aantal openbare diensten zou steken. Denk bijvoorbeeld aan het indexsysteem waar ook sprake is van een curve waarin verschillende artikels zitten. Men gaf een voorbeeld van zo een dergelijke groep diensten die in dezelfde curve zouden zitten: Onderofficieren van het leger, B5 van de politie, Brandweer,…. Daardoor zou de welvaartszekerheid geactualiseerd en gelijkmatig toegepast worden. Daardoor zouden dergelijke situaties zoals bij de politiehervorming en bij andere diensten zich niet meer kunnen voordoen. Een dergelijke perequatie wordt dan meermaals maar met mondjesmaat toegepast en het zou een rechtvaardiger systeem inhouden. (?) Hoe zal men echter het grote verschil wegwerken ? Een sterk”besparende regering” zou wel eens met een tabula rasa - idee kunnen zitten en vanaf nul beginnen. Het is nog maar een idee dat gelanceerd wordt. Er moet dus nog veel over gepraat worden. Is dit terug geen schijnbeweging ? Hoelang kan men over een dergelijk nieuw onderwerp praten ? Het is nieuw en dat voorstel komt van een “besparende regering” dus is het oppassen geblazen.
14
Willy Dambly National Afgevaardigde Sector Oprustgestelden (F)
Het vakantiegeld: Onder bepaalde voorwaarden wordt in de loop van de maand mei ambtshalve een vakantiegeld toegekend aan titularissen van een rustpensioen. De toekenningsvoorwaarden hebben o.a. betrekking op: • de leeftijd (op 1 mei 2004 de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt); • het totale bruto maandbedrag van het pensioen voor de maand mei 2004. Dit bedrag mag niet hoger zijn dan 1.715,35 EUR; • de eventuele uitoefening van een beroepsactiviteit. Het bedrag van het vakantiegeld bedraagt voor een alleenstaande 205,29 EUR. Dit bedrag wordt verhoogd tot 273,72 EUR voor een gehuwde gepensioneerde van wie de echtgenoot bepaalde voorwaarden i.v.m. zijn inkomen vervult.
NECROLOGIE
ber 1918 en overleden te Wachtebeke op 07 maart 2005. HOEI
ANTWERPEN • De Heer WERTS Sylvain, echtgenoot van Anne-Mie BATENS, geboren te Borgerhout op 30 juni 1944 en overleden te Deurne op 24 februari 2005. Rouwadres: Dascottelei 37 / 3, 2100 Deurne. • Mevrouw PLOMPEN Louisa, weduwe van Bernard FRANSSENS, geboren te Kapellen op 11 april 1921 en overleden te Brasschaat op 13 februari 2005. Rouwadres: Monique Leenaerts, Rietweg 3, 2235 Houtvenne – Hulshout. ASSE • De Heer BAETENS Remi, geboren op 27 maart 1915 en overleden op 27/03/2005. Rouwadres: Michel Baetens, Ninoofsesteenweg 251, 1500 Halle. BRUSSEL • Mevrouw PIRE Gilberte, weduwe van Albert ARNOULD, geboren te Elsene op 15 maart 1919 en overleden te Brussel op 24 februari 2005. Rouwadres: Jean-Marie Arnould, Avenue Louis Pierard 80, 1140 Evere. • De Heer WITHOFS Joseph, weduwnaar van Joanna VAN ROY, geboren te Chênée op 25 oktober 1912 en overleden te Dilbeek op 20 maar 2005. Rouwadres: François Withofs, Tervurenlaan 437, 1150 Brussel.
• De Heer BOUGARD Arthur, weduwnaar van Marcelle JADOT, geboren te Comblain-au-Pont op 03 juni 1914 en overleden te Luik op 03 maart 2005. Rouwadres: Martine Bougard, Rue Chera 4, 4180 Hamoir. • Mevrouw THYS Germaine, weduwe van André VIGNAUX, geboren te Montegnée op 20 april 1921 en overleden te Tinlot op 03 maart 2005. Rouwadres: Jean-Louis Vignaux, Rue d’Heure le Romain 101, 4680 Oupeye. LEUVEN • Mevrouw DELVAUX Marie Sylvie, overleden op 03 februari 2005. Rouwadres: Rosa Thiant, Naamsesteenweg 94, 3001 Heverlee. • De Heer LAMBEETS Gustave, weduwnaar van Maria COCKX, geboren op 17 februari 1917 en overleden te Herent op 27 maart 2005. Rouwadres: Patrijkstraat 3, 3390 Sint-Joris-Winge.
• De Heer KESBEKE Mauricce, weduwnaar van Elodie DE GREVE, geboren te Assenede op 13 okto-
LUIK • De Heer MARCHAND Leonce, overlden op 04 april 2005. Rouwadres: Alice Comte, Rue Gilbock 21, 5564 Wanlin (Houyet). • De Heer GHISLAIN Fernand, weduwnaar van Gertrud SCHEBEN, geboren te Somzée op 16 oktober 1931 en overleden te Luik op 19 maart 2005. Rouwadres: F. Ghislain, Rue Anne de Molina 52, 4821 Andrimont. • De Heer LANDRAIN Edgard, echtgenoot van Rosa DOCQUIER, geboren te Crehen op 15 juni 1924 en overleden te Luik op 17 maart 2005. Rouwadres: Rue d’Angleur 50, 4130 Esneux – Tilff. • De Heer CALAY Rene, geboren te WARDIM op 18 januari 1922 en overleden te Alleur 04 april 2005. Rouwadres: Rue du Croupet 342, 4100 Seraing. MONS
• De Heer VAN MOER Aelbrecht, echtgenoot van Martha DALEMANS, geboren te Blaasveld op 20 december 1955 en overleden te Leuven op 28 februari 2005. Rouwadres: Dorpstraat 385, 3061 Leefdaal.
• De Heer SIWIK Viktor, echtgenoot van Héléna GOLEBIOWSKI, overleden op 27 februari 2005. Rouwadres: Rue des Canadiens 127, 7110 Strepy – Bracquegnies.
• Mevrouw FRANZEN Marie, weduwe van Ferdinant LISKENS, geboren te Luxemburg op 22 januari 1914 en overleden te Bonheiden op 02 maart 2005. Rouwadres: Fam. Mestdagh, Provinciesteenweg 5, 3150 Wespelaar.
• De Heer DIERCKX Emiel, echtgenoot van Marie SPAERKEER, geboren te Mol op 05 oktober 1926 en overleden te Genk op 09 maart 2005. Rouwadres: Vlakplein 1, 3600 Genk.
LUCHTHAVEN GENT
overleden te Brussel op 19 februari 2005. Rouwadres: Servaas Hoedemaekerssquare 24 / 44, 1140 Evere.
• De Heer STIERS Edgard, echtgenoot van Leontina KEMPENEERS, geboren te Halle – Booienhoven (Zoutleeuw) op 14 januari 1923 en
TONGEREN - GENK
• Mevrouw VERHEYEN Anna, echtgenote van Lambert VANMONTFORT, geboren te Neeroeteren op 26 april 1921 en overleden te Ophoven op 19 februari 2005. Rouwadres: Maasstraat 21, 3640 Kinrooi.
ONZE BLIJKEN VAN DEELNEMING AAN ALLEN DIE BETROKKEN ZIJN BIJ DEZE DROEVE GEBEURTENISSEN 15
OPROEP AAN ALLE NSPV-LEDEN ! EEN UNIEKE AUTOVERZEKERING MET 0% VRIJSTELLING, GRATIS BIJSTAND,
EEN PERSOONLIJKE SERVICE...
Als men iets koopt, moet men kunnen kijken en vergelijken. Met autoverzekeringen is dat net hetzelfde. Je moet ze van dichtbij bekijken en vergelijken om te kunnen vaststellen dat VIVIUM Affinity de best formule voor u is.Waarom ? Omdat deze verzekering exclusief is bedacht voor NSPV-leden en dat zij dus voordelen biedt die u nergens anders vindt !
> 0% VRIJSTELLING indien u uw wagen laat herstellen in een van de erkende garages(1); > Een GRATIS vervangwagen gedurende 5 dagen bij pech of ongeval; > Een volledige en GRATIS(2) “car relax” bijstand bij pech of ongeval; > UITERST SCHERPE premies. (1)
5 000 NSPV-leden zijn reeds overtuigd. Dat is geen toeval !
Ontdek ook de uitstekende BRANDVERZEKERING en PENSIOENSPAARFORMULE. Een simulatie duurt maar enkele minuutjes !
(2)
Behalve voor jonge bestuurders. Voor elke wagen van minder dan 6 jaar oud bij onderschrjving.
OM HET BEDRAG VAN UW PREMIE TE KENNEN: OF
www.viviumaffinity.be/nspv
In samenwerking met
VIVIUM AFFINITY, ESV - Verzekeringsagent VIVIUM / VIVIUM LIFE - Ingeschreven in het register van de verzekeringsbemiddelaars onder nr. 10142 Burgemeester E. Demunterlaan 1 bus 2 - 1090 Jette - Tel. 02/282.36.03 - Fax: 02/282.36.00 - Bank nr. 310-1268700-26 - HR Brussel Nr 597.653 - RESV Brussel Nr 58.
0800 - 93.262 GRATIS