EEN COMMERCIËLE UITGAVE VAN MEDIAPLANET, GEDISTRIBUEERD DOOR HET FINANCIEELE DAGBLAD.
Nr.1/september 2010 De belangrijkste sectoren uitgelicht
DUURZAAMHEID & INNOVATIE
3 TIPS
OM VERNIEUWEND TE ONDERNEMEN
Verbetertraject Met duurzaam inkopen kiezen voor de toekomst Mobiliteit Het nieuwe werken en zuinigere auto’s: de perfecte oplossing voor milieuvervuiling
FOTO: NWO/HARRY MEIJER
Bouwen Panden duurzamer maken kan met meer dan alleen energiebesparing Hernieuwbare energie De alternatieven voor fossiele brandstoffen op een rij
BENUT KANSEN IN DE GROENE ECONOMIE Voorzitter NWO, Jos Engelen: “Zet de komende jaren in op samenwerking tussen wetenschap en bedrijfsleven.”
GRATIS KRANT - GRATIS KRANT - GRATIS KRANT - GRATIS KRANT - GRATIS KRANT
T IS KRAN T - GRAT IS KRAN ENJOY AND DO GOOD T - GRAT IS KRAN T - GRAT IS KRAN T - GRAT JULI / AUGUSTUS 2009 - VERSCHIJNT 6 KEER PER JAAR GRATIS KRAN
VERVOER
DO GOOD ENJOY AND JANUARI
RI / FEBRUA
ERELD.N WWW.DEBETEREW PER JAAR IJNT 6 KEER 2010 - VERSCH
L
GRATIS KRANT GRATIS KRANT GRATIS KRANT GRATIS KRANT GRATIS KRANT WWW.DEBETEREWERELD.NL
ENJOY AND DO GOOD MEI / JUNI 2010 VERSCHIJNT 6 KEER PER JAAR WWW.DEBETERE WERELD.NL
9x
ZERO MOTORCYCLES, AUDI A3, BMW FIETS Mail ECOMOBIEL & Win
REIZEN & RECREATIE ETEN & DRINKEN
BLOOMING MILIEU CENTRAAL
GEZOND LEVEN
SPECIAL
VERVOER
VOEDINGSCENTRUM EATGREEN, MAX HAVELAAR BURGERMEESTER, DE LIBRIJE
EN ETEN & DRINK
Verantwoord mobiel
LICHAAM & GEEST
ZuiverZuive Probeer gratis 7! a kijk op pagin
REIZEN & RECR
Schoon drinkwater voor
ETEN & DRINKEN
nd voor een strale Tips en tricks lijk. inner uiterlijk en
l drink yoghu
rt
WONEN & LEVEN
AMANPRANA, KWF SUNGAZING, DR. HAUSCHKA
EATIE
het kan nu Milieujutten in Nederland!
11x Mail & Win
TRENDS & ONTWIKKELINGEN
Zorg voor het milieu
iedereen!
Inspirerend en motiverend! Haal onze gratis krant op bij natuurvoedingswinkels, BCC-fillialen en meer dan duizend andere uitgiftepunten in Nederland. Volg ons op Twitter, Facebook, Linkedin en YouTube, of kijk op
ook VERLICHT DE NACHT, WATERPIRAMIDES ARBEID IN 2020, SAMSUNG COTTONMATTERS
FAIRFASHION n waarvan Train spiere dat je ze had!
je niet wist
1
GAIAM de #
in lifestyle & wellness
Live Fit. Live Happy!
www.debeterewereld.nl
2 · SEPTEMBER 2010
UITDAGING “Een duurzame samenleving ligt in handen van de wetenschap en het bedrijfsleven”, stelt Jos Engelen, voorzitter van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
WIJ RADEN AAN Peter Drewes Bedrijfsleider afvalenergiecentrale ARN B.V.
“Van onderzoek naar economisch voordeel”
ijdragen aan nieuwe economisch aantrekkelijke producten. Dat willen we. En die moeten duurzaam zijn, dat wil zeggen: niet leiden tot uitputting van schaarse middelen. Of, zoals in het geval van nieuwe energiebronnen, een bestaande schaarste opheffen. Daarvoor is wetenschappelijk onderzoek nodig. Waarmee we in Nederland voor een kenniseconomie kiezen. Dat is een must. Kennis is niet meer weg te denken uit onze maatschappij. Kennis voorkomt ook vrees. Om een voorbeeld te geven: als we discussie voeren over kernenergie dan kunnen we dat alleen goed doen, als we dat op basis van feiten doen. Kennis geeft ons ook de mogelijkheid om onze samenleving zo efficiënt mogelijk in te richten, zoals onze manier van bouwen, minimaliseren en verwerken van afvalstoffen en de manier waarop we zorg aanbieden.
B
Voor de markt Om onze economie en maatschappij te blijven ontwikkelen, is het zeer belangrijk dat we ideeën uitwerken tot technieken en toepassingen die
werken. Je kunt hierbij denken aan zonnecollectoren die betaalbaar zijn, of toepassingen op het gebied van windenergie die meer energie opleveren dan dat ze kosten. Maar ook langetermijnontwikkelingen op het gebied van kernfusie zijn van belang. De productie van biobrandstoffen moet evenzeer verder worden onderzocht. Als wetenschappers werken wij aan de funderende kant en verleggen we grenzen in de zoektocht naar bijvoorbeeld hernieuwbare energiebronnen. Het is aan research en developmentafdelingen en het bedrijfsleven om economisch aantrekkelijke en concurrerende producten in de markt te zetten.
Samenwerking De laatste jaren hebben diverse organisaties uit onze koepel veel ervaring opgedaan met het in contact brengen van onderzoekers en het bedrijfsleven. Daar gaan we de komende jaren ook sterk op inzetten. Goede samenwerking gebeurt nog te weinig, maar dat is niet omdat partijen dat niet willen. Je ziet duidelijk dat de wetenschap en het bedrijfsleven elkaar versterken. Recent is dat nog geïllustreerd door toedoen van de economische crisis. Ongeveer een jaar geleden startten veel bedrij-
Jos Engelen Voorzitter NWO
FOTO: NWO/HARRY MEIJER
TIPS
Samen sterk De wetenschap kan onafhankelijk onderzoek doen naar nieuwe technieken en toepassingen. Het bedrijfsleven is in staat deze economisch aantrekkelijk en concurrerend in de markt te zetten. Samenwerking tussen beide is dus een grote kans voor duurzame ontwikkeling.
1
Het vinden van goede katalysatoren is van grote invloed op de economische haalbaarheid van technieken. Ze beïnvloeden de snelheid van chemische reacties op positieve wijze, waardoor processen zo rendabel mogelijk worden gemaakt.
2
“Het is de bedoeling dat we straks 100 procent van de restwarmte gaan hergebruiken.”
ven met bezuinigen op research- en developmentactiviteiten, aangezien die niet meteen geld opleveren. De overheid wil onderzoek echter niet laten verschralen, want dat is later weer lastig op te bouwen. Dus verstrekt ze subsidies aan bedrijven die met universiteiten samenwerken. Bedrijven willen graag een zeker rendement, maar de publieke sector kan juist risicovollere, maar wetenschappelijk interessante, onderzoeken doen. Je ziet dat dergelijke samenwerkingsverbanden doorgaan nadat de subsidie stopt.
Business Development Manager: Ronen Wolf
Gezamenlijk verantwoordelijk
Sub-editor: Jessica van Leeuwen Design: Lii Treimann
De wetenschap heeft invloed op waar we als wereld heengaan, want onderzoek is vanzelfsprekend een internationale aangelegenheid. Dat geeft een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Daarom organiseren en stimuleren we internationale samenwerking. Je ziet ook dat sommige landen zich in hoog tempo ontwikkelen, maar het duurzame aspect vooralsnog laten liggen, zoals China. Wij kunnen dan onze kennis over duurzame ontwikkelingen exporteren. Dat is gunstig voor ons en voor de wereld. Qua investeringen moeten we wel een tandje bijzetten, maar we zijn zeker concurrerend.
Zo rendabel mogelijk
PAGINA 14
We make our readers succeed! DUURZAAMHEID & INNOVATIE, 1e EDITIE, SEPTEMBER 2010 Country Manager: Robbert-Jan Ossebaar Production Manager: Sanne Hollmann
Project Manager: Ezri Blaauw Telefoon: 020-7077004 E-mail:
[email protected] Gedistribueerd: FD, september 2010 Mediaplanet contact informatie: Telefoon: 020-7077000 Fax: 020-7077099 E-mail:
[email protected] Dit is een bijlage bij het FD. De inhoud van deze bijlage valt niet onder de hoofdredactionele verantwoordelijkheid van het FD.
Mediaplanet ontwikkelt hoogwaardige bijlagen die zich richten op een specifiek thema en de daabij behorende doelgroep. Zo brengen wij lezer en adverteerder dichter bij elkaar.
Geen duurzame toekomst zonder aardgas In onze eeuw beleven we de overgang naar een duurzame energiehuishouding. Dat gaat niet van vandaag op morgen. Op dit moment is aardgas een van de belangrijkste brandstoffen. En zal dat nog tot ver in de 21e eeuw blijven. Dat is maar goed ook, want aardgas is onmisbaar – in combinatie met nieuwe bronnen of innovatieve technologie – in het proces van verduurzaming. Daarom initieert, steunt en coördineert GasTerra verduurzamingsprojecten op energiegebied. Zoals de geavanceerde HRe-ketel en brandstofcel, die thuis niet alleen warmte leveren maar ook elektriciteit opwekken. Of de aardgasgedreven warmtepomp voor schone, zuinige verwarming en koeling in woningen en gebouwen. Aardgas en zonnewarmte werken perfect samen in een systeem met een zonneboiler en HR-combiketel. Waterstof
en
biogas
maken
vergroening
van
aardgas mogelijk.
GasTerra werkt aan een duurzamere toekomst vanuit een stevig fundament: aardgas.
www.gasterra.nl
Van lab tot schap Van voeding tot ecologie, van industriële productie tot gezondheidszorg en van veiligheid tot landbouw: genomics heeft een revolutie ontketend in life sciences onderzoek. De NGI Genomics Centres initiëren en realiseren deze boeiende ontwikkeling van het laboratorium tot in de winkelschappen.
"*"$$#!! #'" !##& ($'$#!! # ") $ ") ' "$ %$& "" $# $'"&)#$ # $"# # )& "'" & # $"#) # "$&!% !"&$!"$) #%&"#$$ ") ##$$%$%#$" $#!! "#$#$ ") & # $"# "$) !"$,# ) " %%") $ &$#!!
www.genomics.nl ) " %%") $ & $#!!
4 · SEPTEMBER 2010
INSPIRATIE
KOOP VERANTWOORD IN VOOR EEN ZEKERE TOEKOMST OVraag: Hoe kan je duurzaam ondernemen tot een succes maken? OAntwoord: Bij duurzaam ondernemen hoort ook duurzaam inkopen, vindt Chris Dutilh, manager duurzame ontwikkeling bij Unilever. O Wat is duurzaam inkopen? “Duurzaam inkopen is een onderdeel van een verbetertraject. Daarbij staat centraal hoe er met leveranciers wordt omgegaan en oplossingen te zoeken voor hedendaagse problemen. Er zijn mensen die denken dat ‘duurzaam’ een eindtoestand is. Maar dat is niet zo,want er zijn altijd dingen die je beter kunt doen. De verbeterde condities van vandaag kun je morgen weer opnieuw verbeteren. Daarmee ben je nooit klaar. Daarom gaan wij alleen relaties aan met leverancier die zich op een duurzame manier organiseren.” O Is duurzaamheid overal hetzelfde? “Nee, absoluut niet. In ieder land kan er wel een andere randvoorwaarde zijn om te verbeteren. Als we tomaten als voorbeeld nemen. In het ene land moet je met het verbouwen rekening houden met de bodemvruchtbaarheid. In bijvoorbeeld Australië is een tekort aan water, dus richt je je op duurzaamheid van water. In Brazilië zijn het juist de werknemers waar zorg voor gedragen moet worden. Overal zijn verschillende thema’s van toepassing, met in alle gevallen het oog gericht op een duurzamer proces. Hier zit ook de uitdaging van de overheid. Zij besloten dat ze vanaf 2010 alleen maar duurzaam wilden inkopen. Aan de hand van een lijstje willen zij bepalen hoe duurzaam een
duurzaamheid. En zij zien ook in dat wij door duurzaam in te kopen die dingen doen die de meeste impact maken. Op deze manier kunnen wij het snelst iets bereiken.”
VERBETERING “Er zijn mensen die denken dat ‘duurzaam’ een eindtoestand is. Maar dat is niet zo, want er zijn altijd dingen die je beter kunt doen”, aldus Chris Dutilh.
leverancier is. Maar onze ervaring is dat het niet werkt. Juist door in gesprek te gaan met een leverancier en naar het verhaal luistert, kom je interessante dingen tegen en weet je wat er echt speelt.” O Wat betaal je ervoor? “Als bedrijf let je altijd zo goed mogelijk op de prijs van een product. En vervolgens ga je na een gebalanceerde keuze altijd daar naartoe waar je
prijs het meest gunstig is. Maar door de aanvullende criteria die wij aan een product stellen, is duurzaam op korte termijn inderdaad niet altijd goedkoper. Uiteindelijk zijn dit kosten die je weer terugverdient. Duurzaam inkopen is nu kiezen voor de toekomst. Bijvoorbeeld wanneer een bepaald proces verboden wordt, en jij bent de enige die het wel goed aanpakt. Bovendien hechten steeds meer mensen waarde aan
FEITEN De overheid koopt duurzaam in en wil daarmee een maximale milieuwinst realiseren. Twee aspecten bepalen de duurzaamheid van een product. O Productieproces: Houdt hierbij maximaal rekening met het milieu. Zo zijn voor de duurzame tomaat de eisen in het productieproces zélf bepalend voor de milieuwinst. O Gebruik van producten en weggooien: scherpe eisen stellen aan energiegebruik en hergebruik leveren milieuwinst op. Daarom
zijn er strenge eisen nodig voor bijvoorbeeld het energiegebruik van voertuigen en elektrische apparaten en krijgen deze vaak een energielabel. Belangrijk is ook dat een product goed kan worden hergebruikt en dat bijvoorbeeld verbranden van reststoffen kan worden vermeden. O De directe milieuwinst van duurzaam inkopen is vergelijkbaar met 9% van het jaarlijks energiegebruik van Nederlandse huishoudens. De geschatte milieuwinst door het meebewegen van de markt, is nog eens drie keer zoveel.
O Waarom zou een bedrijf duurzaam inkopen? “Door duurzaam in te kopen ben je betrokken bij het vinden van oplossingen in plaats van dat je de veroorzaker van de problemen bent. Je neemt in principe de verantwoordelijkheid voor een maatschappelijk probleem. Je stelt je ook pro-actief op, en daarmee wacht je niet af tot een probleem zich voordoet. Dient zich wel een probleem aan dan kun je ook als eerste de beslissing nemen om er iets aan te doen. Bovendien creëer je ook een positief imago door duurzaam in te kopen. En zo is het ook een concurrerende factor van je bedrijf.” O Hebben certificaties op duurzaamheidsprestaties zin? “Als men bij certificaties alleen denkt aan ‘stempels’ plakken om het probleem op te lossen dan is men naïef. In processen is het belangrijk dat er wederzijds vertrouwen is in wat er gebeurt. Als je dichter met elkaar samenwerkt kun je meer zien wat er gebeurt. We zijn ook bezig in de Rainforest Alliance, waarbij onze leveranciers opereren aan de hand van criteria. Het is ook belangrijk om in gesprek te gaan met andere leveranciers, en te blijven controleren of de leverancier waarmee we in zee gaan ook daadwerkelijk zo duurzaam blijven. Hiervoor hebben wij onder andere afspraken vastgelegd in een Business Code.”
Erica Terpstra Lid van het Curatorium VNO-NCW
“We moeten onze krachten bundelen” “Nederland staat bekend als een innovatieland en op duurzaam gebied liggen er enorme kansen”, vindt Erica Terpstra, als lid van het Curatorium VNO-NCW nauw betrokken bij duurzaamheid. Volgens Terpstra is het belangrijk dat we stappen gaan nemen voor een duurzamer economisch beleid. Bij Erica Terpstra denken de meeste mensen niet direct aan duurzaamheid. Meestal gaat de eerste gedachte naar haar voormalig voorzitterschap van het NOC*NSF. Maar dat is zeker niet het enige wat ze doet. Duurzaamheid staat bij haar hoog in het vaandel. “Waarom? Omdat ik als burger denk dat veel meer energie door duurzaamheid verkregen kan worden en dat we met life sciences de komende jaren een enorme slag kunnen maken. Ik maak me sterk voor duurzaam ondernemen met perspectief op noodzakelijke ‘bio-economie’. We zijn in ons land zo deskundig en innovatief, dat ik denk dat het tijd wordt om – politiek breed gedragen – de bio-economie een boost te geven”. Terpstra klinkt erg enthousiast als ze het heeft over duurzaamheid. “Veel mensen denken dat duurzaam ook meteen
MARION VAN HOOREN
[email protected]
LUCHT IS LEVEN, LUCHT IS WERKEN De realisatie van luchttechnische oplossingen vertrouwt u toe aan een specialist U als aannemer, installateur of opdrachtgever staat centraal. CMK maakt het u graag gemakkelijk en neemt uw uitgangspunten uiterst serieus. Denk hierbij aan de technische criteria, de adequate uitvoering en vooral de planning die past binnen die van u. CMK Luchttechniek, overal oplossingsgericht Variërend van kantoorgebouwen, verzorgingshuizen en ziekenhuizen tot fabriekshallen, (petro)chemische bedrijven en cleanrooms. Ieder project kent specifieke wensen en eisen. Iedere situatie heeft bepaalde beperkingen, zowel bij het ontwerp als bij de montage. CMK haalt in iedere situatie het onderste uit de kan. Renovatie CMK is een resultaatgerichte partner bij nieuwbouwprojecten. Daarbovenop valt het oplossingsgerichte karakter nog eens extra op bij renovatieprojecten, want dergelijke projecten vergen dikwijls een grotere mate van creativiteit. Onze huidige partners zijn enthousiast over ons werk, terwijl de uiteindelijke gebruiker profiteert van verse lucht. Kijk gerust eens op onze website: www.cmk-luchttechniek.nl
SEPTEMBER 2010 · 5 TIP
meer geld kost.Maar dit is absoluut een misverstand. Het duurzaam energie vergaren heeft een enorme ontwikkeling ondergaan. De kosten gaan steeds meer omlaag en het komt het milieu ten goede.”
Koppositie “Ik heb met verbazing de verkiezingsdebatten van de partijen gevolgd”,vertelt Terpstra.“Er werd nauwelijks aandacht besteed aan duurzaamheid. Terwijl dat juist iets is waarin we nu een grote stap vooruit moeten zetten. Natuurlijk vergt dat wel een langetermijnstrategie en structurele investeringen voor toch minimaal acht tot tien jaar per sector. Maar er zijn zoveel kansen! Neem nu alleen de life sciences, daarin excelleren we en horen we tot de top van de wereld, dat is fantastisch.Bovendien hebben we legio voorbeelden die uiterst succesvol zijn. Deze koppositie moeten we als voorbeeld nemen voor nieuwe innovaties gericht op duurzaamheid.” Volgens Terpstra moet het kabinet duurzaamheid tot topprioriteit verheffen, met een ‘structurele innovatieaanpak voor duurzaamheid’. “Je zou moeten overwegen hiervoor exclusief het Fonds Economische Structuurverstreking (FES-fonds) in te zetten! Zo ontstaan nieuwe kansen voor economische groei en werkgelegenheid.”
Krachten bundelen Terpstra vindt dat Nederland een erg goede basis heeft voor publiek-private samenwerkingsovereenkomsten. “Nederland is erg compact, wetenschap en bedrijfsleven weten elkaar te vinden,laten we ervoor zorgen dat het niet gaat versnipperen. Er is al eerder gebleken dat door sectoroverstijgende samenwerkingsverbanden enorme winst geboekt kan worden.De life sciences haalden al prachtige successen. Met de kansen die er liggen kunnen we duurzaamheid een nieuwe impuls geven.“In de sport heb ik geleerd dat je kansen creëert door te versterken waar je al sterk in bent.Dat geldt ook hiervoor. Op dit moment lopen wij voorop in de wereld in het ontwikkelen en gebruiken van biobrandstoffen. In Ierland gebruikt men bijvoorbeeld nog geen vijf procent aan biobrandstof. Wij in Nederland zitten al op tien procent. Het doel is om de techniek en infrastructuur zo te verbeteren dat we in 2020 aan twintig procent zitten. De EU wil ook die kant op, daar liggen voor ons geweldige kansen.”
Vanzelfsprekend Niet alleen de overheid, ook de ondernemer zou zich meer moeten focussen op duurzaam ondernemen. “Duurzaamheid zou geïntegreerd moeten zijn in ieder bedrijf, als vanzelfsprekend onderdeel van maatschappelijk verantwoord ondernemen.Duurzaamheid mag geen tijdelijke hype zijn. Ook voor het bedrijfsleven levert dat winst op”. Als voorbeeld noemt ze een grote colafabrikant, die een nieuw procedé heeft ontwikkeld om lichtere recyclebare flessen te produceren waarvoor minder energie en grondstoffen nodig zijn. Goed voor de zaak en goed voor het milieu. Slim innoveren met het oog op duurzaamheid. Daar kan ik warm voor lopen.” MARION VAN HOOREN
[email protected]
1 Hergebruik producten zonder kwaliteitsverlies OVraag: Hoe kunnen we de levensduur van materialen verlengen? OAntwoord: Produceer Cradleto-Cradle, een kringloop van hergebruik zonder kwaliteitsverlies, met het oog op de toekomstige generaties. In de toekomst gaat duurzaamheid steeds vaker om het grote geheel dan om losse zaken als energie of CO2-uitstoot. Vanuit de ‘Cradle-to-Cradle-gedachte’ moet duurzaamheid de verkokering verlaten en moeten stakeholders met elkaar gaan samenwerken. “Afval is voedsel” is een prominente uitspraak binnen duurzaamheid. Het is zelfs de kern van het verhaal dat William McDonough en Michael Braungart optekenden in hun boek ‘Cradle to Cradle: Remaking the Way We Make Things’ uit 2002, waarin ze een nieuwe visie gaven op duurzaam ontwerpen. Wereldwijd heeft Cradle-to-Cradle (C2C) als visie op duurzaamheid veel navolging gekregen. Onder meer in Nederland, waar binnen het International Center for Sustainable Excellence (ICSE) in Eindhoven, Evoke2 zich bezighoudt met het opstellen van programma’s en het begeleiden van bedrijven.
Levensvatbaarheid De kern van C2C is dat alle gebruikte materialen na hun levensduur in het ene product, veilig ingezet moeten kunnen worden in een ander product. Een kringloop van hergebruik zonder kwaliteitsverlies, met het oog op de toekomstige generaties. C2C gaat daarmee verder dan duurzame ontwikkeling,vanuit het motto ‘goed doen, in plaats van minder slecht’. Onze maatschappij
GEBRUIK CRADLE-TO-CRADLE ALS VISIE OP DUURZAAMHEID
Nieuwe zakelijkheid
Hans Havers ICSE/Evoke2
helemaal inrichten volgens de principes van C2C is op dit moment nog onmogelijk, zo zegt Hans Havers van ICSE/Evoke2. Daarom gebruikt hij ook graag de term ‘levensvatbaarheid’. Havers: “Je kunt elementen van C2C toevoegen. Je komt dan in een soort optimalisatieproces, met respect voor bestaande kennis.” Omdat er aan de ene kant veel belangstelling is voor duurzaamheid en C2C, maar het aan de andere kant erg ingewikkeld is om het precies goed te doen, heeft Evoke2 een zogenaamde ‘serviceflow’ ontwikkeld, waarin bedrijven in hun eigen tempo kunnen starten met het realiseren van hun duurzame ambities. “Tot nu toe is duurzaamheid sterk verkokerd. Je kunt ernaar kijken vanuit CO2, afval, energie, landschap, enzovoort. Dat begrijp ik best wel, want dat is veilig. Maar het gaat juist om de samenhang. Om vanuit die disciplines een
Frans Aerdts ICSE/Evoke2
samenhangende serviceflow te ontwikkelen.”
Claimcultuur Er is op dit moment een enorme discussie om dit in een soort open source-omgeving te doen, zo merkt Havers’ collega Frans Aerdts op.“Met name de overheid heeft hieraan een grote behoefte. Er zijn op dit moment teveel kerstbomen opgetuigd, waarin iedereen eigendom claimt met de nodige juridische consequenties. Door een open-source benadering wordt de toepasbaarheid vergroot en nemen we afscheid van de claimcultuur.” De cultuur waar naartoe we onderweg zijn gaat om het ontdekken van belangen die parallel lopen. “Dat wordt altijd over het hoofd gezien, maar het is meegenomen in de serviceflow. Daarmee verlaat duurzaamheid eindelijk de kolommen van CO2, afval en energie.”
Het is een verschijnsel van de laatste maanden: iedereen ‘begrijpt’ duurzaamheid omdat het hoog op de (politieke) agenda staat. “Het wordt te eenvoudig voorgesteld. Maar ja, hoe houdt je ze anders enthousiast?” Deelnemers van het Eindhovens International Center for Sustainable Excellence (ICSE) merken het veelvuldig bij het begeleiden van bedrijven in duurzaamheidsvraagstukken. “Hoe ga je om met deze ‘nieuwe zakelijkheid?’”, vraagt mede initiatiefnemer Hans Havers zich af. “Dit wordt een hele opgave. Hoe krijg je de volledige boodschap goed over de bühne?” De interesse voor duurzaamheid is er, maar er mogen geen stappen worden overgeslagen. Wel doorpakken maar zonder verlies van kwaliteit en snelheid. “We herkennen de noodzaak vanuit de huidige economische situatie. Duurzaamheid geeft binnen deze context de oplossing voor de behoefte aan nieuwe economische uitgangspunten. Maar als het alleen om imagobuilding gaat, geeft dit niet het gewenste resultaat.”
Denkkracht Havers: ‘We zijn nog nooit met zoveel mensen op deze wereld geweest. Als je die denkkracht nu eens kon bundelen! Er ligt een grote materiaaluitdaging voor ons. Hebben wij straks wel genoeg voedsel voor negen miljard mensen? Hoe zit het met brandstof? Krijgen we straks oorlogen om grondstoffen? Er is zoveel kennis aanwezig, maar het is voorlopig vooral het organiserende vermogen dat ontbreekt. KOOS PLEGT
[email protected]
Onze economie wordt ieder jaar 2 procent energie-efficiënter In 2050 moet onze energiehuishouding duurzaam zijn. Liggen we nu op schema? En hoe kunnen we aan de norm voldoen? Professor Wim Turkenburg (Universiteit Utrecht), deskundige op het gebied van wetenschap, technologie en maatschappij, legt uit. Technisch gezien kunnen we in 2050 twee tot drie keer efficiënter met energie omgaan dan nu. Daarvoor is nodig dat onze economie ieder jaar 2 procent energie-efficiënter wordt. “Dat is mogelijk”, zegt Turkenburg. “Het is ook de doelstelling van onze regering. De praktijk blijkt helaas anders.” Nederland behaalt 1 procent per jaar. Minister Cramer heeft afspraken gemaakt met sectoren om het beter te doen. Dat leverde te weinig op. Een nieuwe aanpak is met de val van het kabinet op de plank komen te liggen. Turkenburg: “Ook op Europees niveau voldoen we niet aan onze verplichtingen. Dat kan ons straks grote problemen geven.”
Verplichting Een streven is meer gebruik te maken van vormen van hernieuwbare energie. Turkenburg noemt onder andere energie uit biomassa, wind en zonne-energie. De EU verplicht ons om in 2020 14 procent van onze energieconsumptie uit hernieuwbare bronnen te halen. Momenteel is dat iets meer dan 3 procent. Maar de potentie is groot. Een bijdrage van circa 50 procent in 2050 lijkt Turkenburg haalbaar. Als we maar willen en ook het buitenland ervoor gaat. De kosten van hernieuwbare energie dalen sterk, maar zijn nog steeds relatief hoog. Een denkbaar scenario is van subsidies over te gaan naar verplichting. Turkenburg noemt de feed-in regeling in Duitsland, waarbij de beheerders van elektriciteitsnetten verplicht zijn om duurzaam opgewekte stroom van consumenten en bedrijven te kopen, als zij dit aanleveren. “Het is aantrekkelijk om als individu of bedrijf hierin te investeren, omdat het vrij risicoloos is. Je loopt alleen een materieel risico en bent niet meer afhankelijk van
de grillen van de overheid bij het geven van subsidies.”
Kerncentrales Ook kernenergie behoort, ondanks veel discussie, toch bij de mogelijkheden. “Maar kernenergie kan wel internationaal alleen met steun van de overheid worden toegepast, vanwege de hoge en onzekere investeringskosten. De technologie moet ook aan te stellen duurzaamheidcriteria voldoen. En publieke acceptatie moet er ook zijn.” Wat bij dit laatste kan helpen, is dat kerncentrales steeds veiliger zijn. “Grote kerncentrales die je nu kunt kopen zijn veiliger dan de bestaande, maar grote calamiteiten zijn ten principale nog steeds niet uit te sluiten.” Mede lijkt het technisch mogelijk hoog radioactief afval zodanig te bewerken dat het na zo’n 500 jaar nauwelijks meer gevaarlijk is.
Afvangen en opslaan Wat als we er niet in slagen om onze CO2-reductie te behalen middels schonere brandstoffen en besparing? Zullen de landen die
over winbare voorraden olie, kolen of gas beschikken deze ook willen gaan gebruiken? Zie bijvoorbeeld ons aardgasbeleid. CO2-afvangst en -opslag lijkt hier uitkomst te bieden. De techniek om dit op grote schaal toe te passen is nog niet uitontwikkeld, maar dat kan over een jaar of tien wel het geval zijn. Kort gezegd halen we CO2 uit stookgassen of uit het rookgas van een elektriciteitscentrale en slaan dit op in ondergrondse waterdragende lagen of in lege aardgasvelden.Turkenburg: “Dat zullen we binnenkort moeten gaan verplichten voor kolencentrales en gascentrales. Door het toe te passen bij biomassacentrales kun je zelfs netto CO2 uit de lucht halen en in de grond opslaan, zodat je negatieve CO2-emissie krijgt.” Ook bij CO2opslag speelt publieke acceptatie een rol. “Als er een lek komt, is er een kans op verstikkingsgevaar,maar dat risico is met technische en logistieke maatregelen verwaarloosbaar klein te maken.” NIELS ACHTEREEKTE
[email protected]
Méér leasewagens voor minder CO2-uitstoot Athlon Green Car Solution is het nieuwste product van Athlon Car Lease om CO2-uitstoot te verminderen. Hiervan profiteren zowel werknemers als werkgevers. Werknemers die in een vervuilende privé-auto rijden, kunnen tegen een zeer laag bedrag een gloednieuwe auto leasen. Werkgevers geven blijk van hun zorg voor werknemers én voor het milieu. Athlon Car Lease won met Athlon Green Car Solution
stimuleringsmaatregelen van de overheid, zoals 14% bijtelling voor auto’s die maximaal 110 gram per
de Fleet Innovatie Prijs 2009. De jury vond het een
kilometer uitstoot veroorzaken, is het voor zowel werkgevers als werknemers financieel aantrekkelijk
belangrijke productinnovatie die ook nog bijdraagt aan
geworden om meer medewerkers in minder vervuilende leaseauto’s te laten rijden. Beide partijen dragen
een beter milieu. Waarom wil je je als leasemaatschappij
hieraan 150 euro per maand bij. Voor de werkgever betekent dit slechts 70 euro per maand extra op
bezighouden met het milieu? Commercieel directeur
de gemiddeld 80 euro reiskostenvergoeding die hij toch al moest betalen; de werknemer heeft voor
van Athlon Car Lease Bruce van Egmond: “De reden
die 150 euro per maand een gloednieuwe, superzuinige leaseauto inclusief wegenbelasting, verzekering,
daarvoor komt voort uit het besef dat we onze
brandstof, vervangend vervoer, reparatie, onderhoud en banden. Voorwaarde is wel dat hij zijn eigen auto
verantwoordelijkheid willen nemen. We kunnen niet ontkennen dat we met onze activiteiten flink
verkoopt, hetgeen hij moet kunnen aantonen met een vrijwaringsbewijs.”
bijdragen aan de CO2-uitstoot en we vinden dat we alles in het werk moeten stellen om die uitstoot zo klein mogelijk te maken. Dat doen we door oplossingen te bedenken waarmee we onze klanten helpen
“Het is voor veel bedrijven een uitstekende manier om zichtbaar te maken dat het ze ernst is met het
zélf bij te dragen aan de vermindering van de uitstoot. Die oplossingen zijn vervat in het Duurzaam
milieu. Werkgevers willen bewijzen zien voor inspanningen die bijdragen aan een verminderde CO2-
Mobiliteitsplan, dat vijf stappen behelst.”
uitstoot. Die bewijzen kunnen wij met eenvoudige rekensommen heel goed laten zien. Werknemers zien ook die milieuwinst en zijn bovendien blij met hun gloednieuwe en schone leaseauto waar ze geen
Het Duurzame Mobiliteitsplan voorziet daarom ook in diensten als de NS-Business Card, een mobiele
omkijken meer naar hebben.”
secretaresse voor reisadviezen en mogelijkheden voor telewerken. Van Egmond: “In de eerste plaats zouden werkgevers zich de vraag moeten stellen of reizen noodzakelijk is. Mocht dat zo zijn, dan komt
Athlon Car Lease is onderdeel van De Lage Landen International, een 100% dochter van de Rabobank.
de vraag of reizen per auto de beste manier is. Een treinkilometer levert slechts eenderde van de CO2-
Meer informatie vindt u op: www.athloncarlease.nl.
uitstoot van een autokilometer op. Mocht de auto toch onvermijdelijk zijn dan is de keuze voor zuinig rijden in een schone auto de beste optie.”
Met Athlon Green Car Solution richten wij ons niet alleen op de leaseauto’s, wat ‘maar’ tien procent van het totale wagenpark is, maar gaan wij nu ook een ander segment te lijf. Namelijk de privé-auto’s van medewerkers die relatief veel CO2-uitstoot veroorzaken vanwege hun leeftijd. Deze auto’s zijn verantwoordelijk voor een gemiddelde uitstoot van 180 gram per kilometer. Als gevolg van de fiscale
Om inzicht te geven in de kosten en de CO2 uitstoot van zakelijk verkeer biedt NS bedrijven inzicht in hun mobiliteit middels een mobliteitsscan. “Dat betekent niet dat we zeggen dat iedereen met het openbaar vervoer moet”, stelt Huizinga. “Maar het is wel vaak wel een goede oplossing.” Hij ondersteunt dit met cijfers: een leasekilometer kost gemiddeld 39 cent, ten opzichte van 12 cent voor een kilometer met het OV. CombinaƟe van vervoersmiddelen Uit de mobiliteitsscans blijkt dat voor 20 tot 40 procent van de werknemers een aantrekkelijk alternaƟef bestaat voor de huidige manier van reizen. “Dat betekent voordeliger en preƫg van deur tot deur kunnen reizen. Vaak door een combinaƟe van vervoersmiddelen. Denk aan een NS-Business Card voor de trein maar ook Green Wheels auto’s en OV-fietsen. Het gaat om reizen zonder lasƟg overstappen en wachten. Vandaar dat we in het najaar in de Randstad ook experimenteren met reizen zonder spoorboekje, waarbij er iedere Ɵen minuten een trein vertrekt.” Work-life balance De secundaire voordelen van reizen met het openbaarvervoer worden steeds belangrijker.
NS: financieel en
maatschappelijk voordeel
Het milieu speelt daarin uiteraard een grote rol. Huizinga: “Een auto kent een vier keer zo hoge uitstoot van CO2 per persoon per kilometer, dan reizen met de trein.” Maar ook qua work-life balance ziet Huizinga grote voordelen. “TreinƟjd kun je gebruiken als werkƟjd. Vandaar dat we nu ook internet aanbieden in de trein.” Wie het slim speelt, haalt er ook nog eens extra financieel voordeel mee. “Het is het Nieuwe Werken. Als reisƟjd naar een klant declarabel is en je werkt in die Ɵjd gewoon door met laptop en telefoon, dan levert
‘Treintijd is werktijd’
het dubbel op.” AcƟe De NS heeŌ de afgelopen jaren de discussie over mobiliteit flink aangezwengeld en
Maatschappelijk gezien zitten we vast aan spitstijden en dat brengt hoge
werkt nu in de prakƟjk ook aan economisch en maatschappelijk voordelige oplossingen.
kosten met zich mee. En dat zal de komende jaren niet meteen veranderen
Belangrijke stappen voor het Nieuwe Werken en het oplossen van het fileprobleem.
als we blijven werken op dezelfde manier als nu. In de tussentijd valt er echter
Huizinga: “De grootste winst is de bewustwording en de veranderingen die bedrijven in
genoeg terrein te winnen. Volgens Arjen Huizinga, directeur zakelijk markt bij
hun mobiliteitsbeleid doorvoeren.”
NS, zijn er drie perspectieven die we bij mobiliteit in acht moeten nemen: de kosten, de CO2-uitstoot en de tijdsbesparing die gerealiseerd kan worden.
SEPTEMBER 2010 · 7
NIEUWS VRAAG & ANTWOORD
Colette Alma Algemeen directeur Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI)
ELEKTRISCH RIJDEN Meer en meer lease-auto’s zijn energiezuinig. Dit heeft verbetering van het milieu als gevolg. FOTO: ISTOCKPHOTO
Gebruik de zakelijke markt voor vergroening van de mobiliteit OVraag: Hoe kunnen we ons mobiliteitsprobleem oplossen én minder CO2 uitstoten? OAntwoord: Stimuleer het gebruik van zuinige auto’s en verminder het aantal kilometers dat we rijden.
”Door werknemers financieel te prikkelen, kun je zorgen dat ze milieubewuster rijden.”
VERDIEPING Minder milieubelasting, minder files en toch naar behoren ons werk kunnen doen. Maarten van Biezen, teamleider ruimte en mobiliteit bij de stichting Natuur en Milieu, ziet twee oplossingsrichtingen: zuinigere auto’s en minder kilometers in de auto.
Zuiniger Van Biezen ziet de zakelijke markt als het startpunt van verdergaande vergroening van mobiliteit. De autoleasebedrijven kopen ongeveer een derde van de nieuwe auto’s en leaseauto’s maken veel kilometers. De overheid speelt hierin een grote rol. “Toen de overheid de bijtelling voor zuinige en superzuinige auto’s naar beneden bijstelde, wilden leaserijders ineens allemaal een superzuinige auto. Nederland loopt daarmee voorop in Europa.” Maar de meeste zakelijke kilometers (60 procent) worden nog steeds met privéauto’s afgelegd. En die belasten het milieu vooralsnog meer dan leaseauto’s. “Door werknemers financieel te prikkelen, kun je zorgen dat ze milieubewuster rijden. Bijvoorbeeld door ze een hogere kilometervergoeding te geven als ze een schonere auto hebben.”
Maarten van Biezen Stichting Natuur en Milieu
Elektrisch rijden Een andere sterke ontwikkeling in milieuvriendelijker rijden is de elektrische auto. Ze maken nog geen onderdeel uit van het straatbeeld, maar dat zal komende jaren veranderen. De grote autoproducenten brengen steeds meer modellen op de markt. “Ook hier zal de zakelijke markt het startpunt
zijn van een brede introductie van de elektrische auto.”
Kilometers Ook voor het streven om het aantal autokilometers dat we met z’n allen rijden naar beneden te krijgen, lijken er kansen te liggen via de leasesector. Maar hoe krijg je personeel zover dat ze daadwerkelijk minder rijden? Van
Biezen suggereert: “Laat het aantal kilometers dat mensen privé rijden sterker meetellen in de bijtelling die ze moeten betalen.” Een andere benadering is om alternatief vervoer aan te bieden. “Je kunt een mobiliteitspas aanbieden,waarmee werknemers ook van het OV gebruik kunnen maken,of van deelauto’s of fietsen.Het gaat erom dat je een oplossing biedt die keuzes mogelijk maakt zonder veel administratief gedoe voor de werknemer.” Er zijn zelfs leasemaatschappijen en bedrijven die experimenteren met een persoonsgebonden mobiliteitsbudget. Hierbij krijgt de werknemer een bedrag dat hij vrij kan besteden aan vervoersmiddelen. “Door zuinig om te gaan met mobiliteit spaart hij zo zijn portemonnee en het milieu. En aangezien leaserijders ruim een kwart van de file uitmaken scheelt het daar ook.”
Meer besparen
FEITEN O In de spits reizen we het meest met de auto (60%), 25% van de verplaatsingen gaat per fiets en het OV is goed voor 11%. O Wegverkeer zorgt voor 20% van de CO2-emissies, 38% van de NOx-uitstoot en 21% van de fijnstof-uitstoot in Nederland. O Van de circa 1,8 miljoen auto’s die niet ouder dan 4 jaar zijn, zijn er ruim 1,2 miljoen aan te merken als zakelijke auto’s. O 60% van de zakelijke ritten vindt plaats in privéauto’s, die zorgen voor 8% van de totale personenauto-emissies in Nederland.
O De invoering van een 14% bijtellingpercentage voor zeer zuinige leaseauto’s in 2008 en de BPM-vrijstelling voor hybrides in 2009, heeft in 2009 gezorgd voor een verdubbeling van leasepersonenauto’s die op een alternatieve brandstof rijden. O Van alle West-Europese landen is alleen in Nederland reiskostenvergoeding voor alle werknemers gebruikelijk. O Op www.creatieve-energie.nl zijn praktische tips te vinden over verantwoord zakelijk gebruik van de privéauto en slim leasen.
Mobiliteit raakt ook het nieuwe werken.Minder ritten naar het werk door bijvoorbeeld thuis te werken,bespaart immers kilometers. “Nog meer zelfs”, stel Van Biezen. “Je kunt besparen op reiskosten, kantoorruimte, hoeft minder te stoken en onderzoek wijst uit dat het ziekteverzuim afneemt en werknemers meer tevreden zijn.” Het sluit aan op de groene business case die Van Biezen de komende tien jaar ziet groeien. “Milieubeweging en het bedrijfsleven zijn steeds vaker partners, met steeds meer gezamenlijke belangen.” NIELS ACHTEREEKTE
[email protected]
O Waar staan we momenteel, op het vlak van biobrandstof? “De klassieke chemie is voor 7 procent al gebaseerd op biobrandstof. Bijvoorbeeld melkzuur op basis van suiker. Met name energie uit biomassa ontwikkelt zich snel. We spreken van verschillende generaties, maar ik deel ze liever in betere en minder goede biobrandstoffen in. Voorbeelden van betere brandstoffen zijn onder andere energie uit afvalproducten, zoals frituurvetten, niet-eetbaar afval uit de landbouw en energie uit algen. Algen groeien in een wateromgeving, dus concurreren niet met voedsel en ook niet met grond. Die bieden op termijn grote mogelijkheden.” O Welke interessante projecten zijn er te noemen? “Het BE-Basic programma in Delft is een project met een interessant en groot ontwikkeltraject. In de ‘pilot plant’ experimenteert men met het duurzaam produceren van basisproducten voor chemicaliën. Het duurt nog zeker tien tot twintig jaar, voordat het rendabel is, maar tot die tijd zijn de grondstoffen al wel van toepassing voor nichemarkten.” O Hoe staat het met de commerciële haalbaarheid in zijn algemeenheid? “Het meest gebruikt zijn momenteel de brandstoffen uit plantaardige oliën en dierlijke vetten.De huidige bijmenging van 4 procent - die wettelijk verplicht is voor vervoerders – is hier een duidelijk voorbeeld van. Door deze verplichting kunnen ze commercieel gemaakt worden. De biobrandstoffen uit niet eetbare gedeelten van gewassen zijn naar verwachting pas in 2020 concurrerend. Vrijwel alle chemicaliën die uit olie en gas zijn te winnen, kunnen ook uit biomassa gemaakt worden. Maar het zal nog een flink aantal jaren duren voordat dat commercieel aantrekkelijk is.” O Welke ontwikkelingen verwachten jullie voor de toekomst? “We zien dat er steeds meer nieuwe toepassingen komen. Zoals het produceren van eiwitten, die een enzymatische werking hebben. Dat is van oudsher iets uit de agrobusiness, maar kruipt steeds meer richting chemie.Je ziet sowieso dat sectoren steeds meer samenwerken. Denk aan traditionele chemie met life science-technologie. Door de industrie van de toekomst zal dit alles integraal aangepakt moeten worden. We zijn ons bewust van de rol die chemie speelt in de waardeketen, ook op Europees niveau.”
www.abt.eu
Iets moois willen maken. Of misschien gewoon de hoogste, de beste. En voor zo min mogelijk, zo veel mogelijk meters. Iedere opdrachtgever, iedere architect wil ‘iets’ – streeft, verlangt en vraagt. Wat hun wens ook is, de ingenieurs en adviseurs van ABT zorgen voor de technische uitwerking. Al meer dan 50 jaar. Geïntegreerde oplossingen, maakbaar en vooral haalbaar – hoe groot, klein, ingewikkeld of gewoon de vraag ook is. Grensverleggend waar nodig, maar altijd solide. Wat onmogelijk lijkt, toch mogelijk maken. Voor onze opdrachtgevers, voor onze medewerkers en voor een betere wereld. ABT bouwt aan ambities.
duurzaam bouwen
multidisciplinair
advies- en
ingenieursbureau
op het gebied van
constructies
bouwkunde
bouwmanagement
civiele techniek
en installaties
SEPTEMBER 2010 · 9
NIEUWS Duurzaamheid is het antwoord op onze energiebehoefte De wereld staat voor een serieuze energie-uitdaging: hoe kunnen we de energievoorziening verzekeren in een wereld waar de vraag naar energie alsmaar toeneemt en de zorg voor het milieu centraal staat? Het bedrijfsleven kan met eenvoudige ingrepen 30 procent minder energie verbruiken.
DUURZAME BOUW
Tips Naarmate de energieprestatie van een gebouw beter wordt, zal de invloed van het materiaalgebruik op de duurzaamheidscore steeds groter worden. Materiaalbesparing en gebruik van duurzame materialen wordt dus steeds belangrijker. Hergebruik en upgrading van bestaande gebouwen leveren een belangrijke bijdrage aan een duurzame gebouwde omgeving.De draagconstructie van een gebouw bepaalt al voor 50 tot 60% het totale materiaalgebruik. Doordat de constructie ca. 30% van de totale bouwkosten uitmaakt, wordt er ook bespaard op de bouwkosten. Duurzame constructies vragen om een integraal ontwerpproces,waarbij vanuit verschillende invalshoeken oplossingen worden bedacht.Windenergie is groen, maar windturbinefundaties in de vorm van dikke betonnen platen zijn nog “grijs”. Er kan met 40% van de hoeveelheid beton en 30% van de hoeveelheid wapeningstaal volstaan worden bij toepassing van een geoptimaliseerde fundering met trekankers.
1
De crisis heeft de groei in energieverbruik enigszins afgeremd, maar de vraag blijft. Het Internationaal Energie Agentschap schat in “World Energy Outlook, 2008” een stijging van de vraag naar energie van 45 procent tussen 2007 en 2030. Het energieverbruik zal tegen 2030 bijna verdubbeld zijn. Verwacht wordt dat de uitstoot van CO2 even snel zal stijgen indien we geen drastische wijzigingen aanbrengen in de manier waarop we energie produceren en gebruiken.
2
3
Bestaande technologieën
“Energiebesparing is een sport” OVragen: Welke aspecten van duurzaamheid zijn buiten energiebesparing belangrijk in de bouw? OAntwoord: Ook onderwerpen als gezondheid en vervuiling zijn belangrijk. Je hebt een pand, en dat wil je duurzamer maken. Vaak is dan alle aandacht gericht op energiebesparing. Stefan van Uffelen, directeur van de stichting Dutch Green Building Council: “Als je een pand isoleert en meteen wilt weten wat het oplevert, dan ga je een paar stappen te ver. Er zijn volgens ons negen onderwerpen die betrekking hebben op duurzaamheid. Denk aan gezondheid, materiaal, water, afval, vervuiling.Aan de hand van de wensen van de klant moet gekeken worden hoe een pand te verduurzamen.”
Integraal Volgens Van Uffelen is het belangrijk om integraal te kijken naar
Gedrag Ook eigen gedrag is volgens Van Uffelen belangrijk, je kunt enorm veel energie besparen door zonnepanelen te plaatsen. Maar ook door goed te kijken of wat je aan energie verbruikt wel echt nodig is.“Lampen die niet aan hoeven te staan en een V-schakelaar maken zodat je echt alles uitdoet. Door dag en nacht Stefan van Uffelen Directeur Dutch Green Building Council
duurzaamheid. “Dat kan op veel manieren. Kijk als eerste om je heen, wat is er voor handen. Ligt het pand naast een riviertje, dan kun je dat gebruiken voor koeling. Veel panden staan op een warmtenetwerk, maar dan besluit de eigenaar nog vaak om een warmtepomp te gebruiken omdat dit duurzaam is. Maar in feite hadden zij dus gebruik kunnen maken van het netwerk dat er al lag. Door goed om je heen te kijken, kunnen hele interessante innovaties ontstaan.”
FEITEN O Behalve goede isolatie en energiezuinige apparatuur is een energiebesparende mentaliteit ook van belang. O Er zijn vele kleine manieren waarop we energie kunnen besparen. Denk aan lampen die onnodig branden of stekkers in stopcontacten die energie ‘lekken’. O Veel innovatieve mogelijkheden komen voort uit de plek waarop een pand zich bevindt, zoals koeling door omliggend water, of energie uit een extra zonnige plek.
de computer aan te laten staan, verbruik je ook enorm veel stroom. Tegenwoordig heb je een kastje dat je aan kunt sluiten, dat ervoor zorgt dat een computer pas aangaat zodra iemand op het netwerk komt.”
Investeren Om je pand echt efficient duurzaam te maken, moet je keuzes maken waar je in investeert. Van Uffelen: “De ketting is zo sterk als de zwakste schakel. Dus is het belangrijk om uit te vinden wat die zwakste schakel dan is. Wil je dubbel glas in het pand laten zetten, maar heb je kieren in de wand, dan heeft dat geen zin en is het een slechte investering.” Volgens Van Uffelen is bezuinigen in energie net een sport. “Je gaat steeds op meer dingen letten waardoor je het energieverbruik kunt reduceren. Uiteindelijk gaat het niet eens meer om geld.” MARION VAN HOOREN
[email protected]
“Milieuvriendelijke energietoepassingen winnen terrein” Duurzaam bouwen wint terrein. Van toepassing van warmtepompen en biomassa tot HR-actiefhuizen, die meer energie genereren dan ze gebruiken. Wat zijn de voordelen? “Er zijn al betaalbare HR-woningen die meer energie opleveren dan je verbruikt, zodat je het overschot kunt verkopen aan het elektriciteitsnet”, vertelt Anke van Hal, hoogleraar duurzaam bouwen aan Business Universiteit Nyenrode en de TUDelft. Het is volgens haar
dan ook onzin dat duurzaam altijd gelijk staat aan hoge kosten. “Er zijn al hele betaalbare, zeer duurzame woningen en als de voordelen groter zijn dan het milieu heb je het niet over meer kosten.” Zo kan, onder andere door goede ventilatie, het ziekteverzuim naar beneden en de productie omhoog.
Slim gebruik Relatief eenvoudig toepasbaar zijn onder andere energie uit biomassa en warmtepompen. Bij de eerste genereer je energie door verbranding, vergassing of vergisting van
organische materialen. De tweede haalt warmte uit water of lucht in de omgeving en verspreidt die via wanden of vloeren waardoor er geen radiatoren nodig zijn.
Wensen van de markt Veel ideeën halen de praktijk niet, doordat ze niet zijn afgestemd op de wensen van de eindgebruiker. “Technisch gezien is bij nieuwbouw alles mogelijk. Als we milieuvriendelijke producten afstemmen op wensen van de markt, is duurzaam bouwen sneller een succes.” Maar niet alleen in de markt blijkt er nog
een slag te slaan. Het ontbreekt volgens Van Hal in de hele bouwketen aan samenwerking en kennis. Een uitzondering hierop zijn de zogeheten Q-huizen. “Alle partijen werken heel slim samen. Daardoor kan een heel duurzaam pand evenveel kosten als een vergelijkbaar pand. En die betaalbare HRwoningen hebben slimme koppelingen met financieringsproducten, waardoor kopers weten waar ze de komende dertig jaar aan toe zijn.” NIELS ACHTEREEKTE
[email protected]
Overstappen op groene energie is niet voldoende. We moeten vooral het energieverbruik verlagen en dat kan eenvoudiger dan je denkt. Ir. Eric Mulders, program leader energy efficiency bij een groot bedrijf gespecialiseerd in energieautomatiseringstechnologie: “Er wordt veel ontwikkeld op het gebied van nieuwe technologieën die energiebesparing mogelijk maken. Nochtans hebben we met de bestaande technologieën ook al alles in huis om drastisch ons verbruik omlaag te brengen. Innovaties van integrale oplossingen met bestaande technologieën bieden nog vele mogelijkheden tot energiebesparing, zonder de noodzaak om de volledige al aanwezige energievoorziening om te gooien.”
Efficiëntie Efficiënter energiegebruik kan niet alleen het leeuwendeel van de nodige emissiereducties op zich nemen, maar het is bovendien de snelste, de meest duurzame en goedkoopste manier om emissies te verminderen en de globale energiezekerheid te garanderen.
Wat kan men doen? Het begint al bij de energieopwekking: meer en meer voorkomt men verlies door in tijden van laag verbruik het te veel aan opgewerkte energie over land of op de zeebodem te transporteren via HVDCkabels naar gebieden met hoger verbruik. Als particulier of bedrijfsleider kun je heel eenvoudig een lichtsensor installeren in elke ruimte, maar ook een gebouwautomatiseringssysteem (KNX) voor een complete energieregeling van jouw gebouw. In de komende jaren mag men verwachten dat elk gezin een energiemeter zal hebben die exact zal bijhouden hoeveel er al verbruikt werd en een signaal geeft wanneer het geschatte verbruik overschreden wordt. Maar ook in de industrie kan het anders: slimme procesautomatiseringsoplossingen, frequentiegeregelde aandrijvingen en power quality filters in productielijnen kunnen een zeer grote energiebesparing opleveren door energieverlies tegen te gaan.
Uw woning isoleren Voordelen isolatie tEnergiekosten omlaag tWooncomfort omhoog tLage BTW (6% i.p.v. 19%) tGunstiger energie-label Heeft u vragen over isolatie of wilt u een adviesgesprek?
Bel: 0548 - 51 62 25
Een hele opluchting voor u en het milieu Heeft u een vrijstaande-, 2 onder 1 kap-, hoek- of tussenwoning? Dan kunt u veel geld besparen door het isoleren van uw woning. Dit betekent direct een daling van de energiekosten en verhoging van het wooncomfort. Daarnaast krijgt uw woning een gunstiger energie-label. Dit kan de waarde van uw woning verhogen. Het isoleren van uw woning betekent dus een hele opluchting voor u en het milieu! Onder het motto ”Geen betere isolatie dan naadloze isolatie” isoleren we bestaande en nieuwe woningen met behulp van wol of een winddichte twee-componentenspray, die elke constructie (vloer, spouw en dak) 100% naadloos isoleert.
Subsidies en isoleren tegen laag btw-tarief Het BTW tarief op het isoleren van woningen bedraagt nu 6% i.p.v. 19%. Vraag ook naar de subsidiemogelijkheden. Profiteer dus nu!
WWW.PLUIMERS.EU
TEL.: 0548 - 51 62 25
Verhuur informatie: Van Gool Elburg Vastgoedspecialisten Dhr J.van den Bos/R. van den Berge T: +31 (0) 20 664 8585 park2020.com
H
SEPTEMBER 2010 · 11
DESKUNDIG ADVIES
TIP
Een goed idee is goud waard. Maar hoe zorg je ervoor dat een ander er niet mee vandoor gaat? “Met hulp van NL Octrooicentrum omzeilt de ondernemende uitvinder de grootste valkuilen”, stelt Guus Broesterhuizen, directeur van NL Octrooicentrum.
2 VRAAG ADVIES OVER OCTROOIAANVRAAG
Goed advies is essentieel bij aanvraag van octrooien ctrooien bieden bescherming aan de innoverende ondernemer. De ondernemer die een product uitvindt of ontwikkelt geniet bescherming, zodat een ander het niet kan verhandelen, produceren of er op een andere manier commercieel mee aan de haal gaat. Er bestaat een misverstand dat een octrooi alleenrecht geeft om met een product op de markt te komen, maar dat is niet zo. Bij medicijnen bijvoorbeeld, heb je ook bepaalde vergunningen nodig om een product op de markt te zetten. Een octrooi geeft geen toestemming, maar rechtsbescherming.
O Calculator
Het verkrijgen van een octrooi kost geld. Op onze website staat een calculator waarmee iedereen zelf kan berekenen wat het kost.Wil je alleen een octrooi voor Nederland of voor heel Europa? Of juist voor bepaalde landen? En op welke onderdelen? De looptijd is maximaal twintig jaar en afhankelijk hoeveel jaar je instandhoudingstaksen betaalt. Alleen bij medicijnen kan er een verlenging van vijf jaar aangevraagd worden, aangezien de ontwikkelingstijd van deze producten nu eenmaal hoger ligt. De ondernemer moet investeren in de aanvraag van een octrooi en onderzoek. Staat de uitvinding al geregistreerd? Is het product
eigenlijk wel nieuw? Hiervoor zijn databanken te doorzoeken, die ook via de website te vinden zijn. Daarin heb je direct toegang tot zestig miljoen al aangevraagde octrooien. Wellicht vind je er nog inspiratie om je product verder te verbeteren. Om ondernemers te helpen in hun onderzoek biedt het centrum ondersteuning en voorlichting. Wij geven hen de do’s en don’ts op dit gebied.
Specialisten Voor het opstellen van een octrooiaanvraag is het bijna altijd aan te raden een octrooigemachtigde in de arm te nemen. Een octrooi-aanvraag vraagt om een zeer precieze vastlegging. Ik zie het weleens misgaan, als iemand het zelf heeft geschreven.Dat is jammer en te voorkomen. Grote bedrijven hebben vaak wel specialisten in dienst, in sommige gevallen zelfs iemand die octrooigemachtigde is, maar kleine bedrijven hebben deze luxe niet. Het Octrooicentrum NL kent een octrooigemachtigdenregister, zo’n 400 professionals in Nederland, allemaal lid van de Orde van Octrooigemachtigden. Er zijn verschillende specialisten,van werktuigbouwkunde tot elektrotechniek. Een aantal hebben zich verenigd in bureaus. We gaan natuurlijk geen reclame voor individuele namen maken, maar je kunt gerust aannemen dat ze allemaal zeer goed zijn. Om octrooigemachtigde te worden, dien je drie jaar praktijkervaring te hebben en heb je zware examens
EXPERTS
“De ondernemer moet investeren in de aanvraag van een octrooi en het onderzoek. Een octrooi-aanvraag vraagt namelijk om een zeer precieze vastlegging.”
Guus Broesterhuizen Directeur van NL Octrooicentrum
doorlopen. Het niveau in Nederland ligt zeer hoog.
In openbaarheid treden Wanneer kun je met je uitvinding in de openbaarheid treden? Natuurlijk kan dat op het moment dat de aanvraag, voorzien van een dagstempel, is ingediend. De vraag is echter of dit verstandig is omdat je aanvraag 18 maanden geheim blijft.Als je nog aan het product wilt sleutelen, dan is het vanuit een bedrijfspolitiek oogpunt raadzaam om nog even te wachten. Waar een ondernemer zeker voorzichtig mee moet zijn,is met een vinding op een expo-beurs te gaan staan voordat de aanvraag is ingediend. Zodra iemand het gezien heeft, is het openbaar geworden en niet meer van jezelf. Stel, je bedenkt een nieuw apparaat waarmee je afval kunt recyclen en iemand op een beurs maakt daarvan een foto. Dan kan je al geen octrooi meer aanvragen. Je krijgt dan na het onderzoek na de aanvraag, dat altijd diepgravend is,een rapport met daarop de boodschap: ‘niet nieuw’. Dat gebeurt helaas weleens. Tot voor kort waren er octrooivouchers, waarmee je subsidie kon krijgen voor een octrooiaanvraag.Nu zijn die helaas op. Het is nog onduidelijk of die mogelijkheid volgend jaar ook wordt geboden. Wel is er een fiscale regeling, de innovatiebox (voorheen octrooibox). Als ondernemer kun je via deze regeling een lager tarief krijgen op uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling, inclusief octrooien.
VAN IDEE TOT OCTROOI Je hebt een geweldig idee. Om er voor te zorgen dat het jouw idee blijft, moet je het goed beschermen. Welke stappen onderneem je om hierop octrooi aan te vragen?
De juiste bescherming Bepaal allereerst welke beschermingsvormen het best passen bij de uitvinding. Dit kan een octrooi zijn, maar ook merkof modelrecht of een andere beschermingsvorm behoren tot de mogelijkheden.
Onderzoek je kansen Verken de markt. Kun je de kosten terugverdienen? Beslis of je de uitvinding zelf op de markt brengt of dat je dit een ander partij dit laat doen. Kijk ook in de gratis toegankelijke octrooidatabanken of de uitvinding al bestaat (www.espacenet.nl).
Zoek ondersteuning Neem contact op met een octrooiadviseur van NL Octrooicentrum. Zij geven jou kosteloze ondersteuning bij het zoeken in databanken en het bespreken van mogelijkheden om je innovatie te beschermen en details in de aanvraagprocedure.
Stel de aanvraag op Schakel een octrooigemachtigde in om een aanvraag op te stellen en in te dienen. Ook octrooi aanvragen in het buitenland? Bepaal dit binnen 12 maanden na de aanvraag in Nederland. En tot slot: mocht je het product zelf niet kunnen of willen vermarkten, verkoop het dan of zoek een licentiepartner. NIELS ACHTEREEKTE
[email protected]
Uw Partner in Intellectuele Eigendom Octrooien, Merken, Modellen t Juridische Ondersteuning t IE-Strategieën t Portfolio Management t Due Diligence t IP Audits
Johan de Wittlaan 7 Postbus 87930 2508 DH Den Haag
[email protected] [email protected] [email protected]
Telefoon 070 416 67 11 Fax 070 416 67 99
www.vereenigde.com
Den Haag s Groningen s Arnhem s ‘s-Hertogenbosch s Amersfoort s Eindhoven s München
MAATSCHAPPELIJKE VACATURE IN FLEVOLAND Duurzaam Energiebedrijf als banenmotor
Anne Bliek-de Jong, gedeputeerde Energie, Milieu & Duurzaamheid van de Provincie Flevoland
Flevoland gaat zelf werk maken van duurzame energie? Klopt! Flevoland heeft forse ambities op het gebied van verduurzaming van de energievoorziening. In 2013 moet 60% van ons energieverbruik (excl. transport) duurzaam opgewekt worden.
Papier is geduldig! Onze ondernemers weten van aanpakken: in 2009 is 56% bereikt! We kunnen het en juist daarom zoeken we naar manieren om te versnellen. Het zou prachtig zijn als Flevoland als eerste provincie klimaatneutraal is. Een duurzaam energiebedrijf kan hierbij de motor zijn. Als het al zo hard gaat hier, waarom dan nog verder versnellen? Hier leeft het besef dat duurzaamheid en nieuwe economische kansen sterk samenhangen! Het energiebedrijf wordt een regionale banenmotor. Doordat er een veelvoud van duurzame projecten tot stand zal komen en omdat er een substantiële afzetmarkt ontstaat. Dat proces is twintig jaar geleden in Dene-
marken en Duitsland gestart. Met resultaten! Duitsland heeft er honderdduizenden banen aan te danken. Flevoland is voor een windturbinefabrikant, die hier een enorm potentieel onder handbereik heeft, een goede vestigingsfactor. “Energie” zouden we toch aan “de markt” overlaten? Het aantal goede ideeën bij burgers en bedrijven is enorm. Tegelijkertijd zijn er veel obstakels. “Kennis” is er zo een. Er wordt geleerd bij projecten, maar wat geleerd is, gaat zo weer verloren. Marktpartijen willen wel ontwikkelen, maar met veel (financiële) mitsen en maren. Administratieve rompslomp en niet op duurzaamheid toegesneden regelgeving frustreren. Verder zie ik de stimulering vanuit het rijk nog magerder worden. Je ziet wel zaken gebeuren maar overall stagneert de markt. Ik verwacht vanuit die markt wel (technologische) innovatie, maar geen versnelling van implementatie. Er is dus een ‘maatschappelijke vacature’ die nog niet wordt ingevuld! En wat gaat dat duurzaam energieontwikkelingsbedrijf (DE-on) dan concreet doen? Het idee is simpel: bundel kennis, kapitaal en kracht van maatschappelijke partijen binnen dat
nutsbedrijf nieuwe stijl: DE-on. Laat DE-on de markt aanjagen om projecten te ontwikkelen en zorg dat rendabele projecten de minder rendabele projecten ondersteunen. Hanteer lagere rendementseisen en langere afschrijvingstermijnen. Deze invulling is mogelijk met dit DE-on, waarin de gemeenten, waterschap en provincie samenwerken. De visie is: breng partijen bij elkaar, bundel kennis en houd die kennis vast, trek kapitaal aan en herinvesteer je opbrengsten. Beleid en toepassing van overheidsregels moeten DE-on helpen om soepel en snel projecten te ontwikkelen die nu, zonder die samenwerking, niet van de grond komen. En: DE-on is er voor en van de Flevolanders. Dit idee zijn we nu samen met onze gemeenten en het waterschap aan het onderzoeken. Dat klinkt als … Inderdaad…. People, Planet, Profit in optima forma. Het is hierom dat men in de provincie warm loopt voor dit idee en dat uitgewerkt wil zien. Tel uit je winst: geen last van schaarste bij fossiele brandstoffen, op termijn lagere en stabielere energielasten, het klimaatprobleem bij de wortel aangepakt, meer investeringen en meer werkgelegenheid binnen Flevoland!
Nederlandse raffinaderijen in wereldtop energie-efficiency 9Z`dbZcYZkZZgi^\_VVgbdZiZc dkZg]ZYZc!ZcZg\^ZegdYjXZciZcZc "\ZWgj^`Zgh\ZoVbZca^_`Yg^ZY^c\Zc iZ\Za^_`YdZc/kdaYdZcVVcYZkgVV\cVVg ZcZg\^Z!YZkddggVYZcdeeZ^a]djYZc ZcYZ\Zkda\ZcYVVgkVckddgZXdcdb^Z! b^a^Zj!`a^bVViZcbVVihX]Vee^_ WZeZg`Zc#
efficiency in de keten kan worden gerealiseerd en of in de raffinaderijen nog onbenutte energie is die in elektriciteit en warmte kan worden omgezet. Het doel hiervan is: zorgen dat de Nederlandse raffinaderijen tot de top-10 procent van de wereld zullen blijven behoren als het gaat om energieefficiency.
De Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie (VNPI) vertegenwoordigt negen petroleumindustriemaatschappijen in Nederland die aardolie raffineren, petroleumproducten op de markt brengen en deze verkopen bij tankstations. De negen leden van de VNPI spelen een belangrijke rol in de nationale economie: samen zijn ze verantwoordelijk voor een belangrijk deel van het Nationaal Inkomen, en voor 99 procent van de productie en 80 procent van de verkoop van aardolieproducten in Nederland. De VNPI en haar leden zijn zich zeer bewust van de milieu- en klimaatproblematiek, de grote maatschappelijke bezorgdheid op dit gebied en de rol van de olie-industrie hierin. VNPI is dan ook zeer betrokken bij het zoeken naar mogelijkheden tot verduurzaming van de energiehuishouding. verd
In de voortdurende zoektocht naar kwaliteitsverbetering ontzwavelt de Nederlandse petroleumindustrie haar producten steeds verder. De milieubelasting door de transportsector verkleint hierdoor, maar het zorgt wél voor een hogere CO2-uitstoot bij de raffinage. Omdat CO2-uitstoot door de raffinaderijen onvermijdelijk is, heeft de petroleumindustrie ruimte nodig in het industriële CO2-plafond. Leden van de VNPI zijn daarom niet alleen betrokken bij de verhoging van energieefficiëntie, maar ook bij de ondergrondse opslag van CO2 in diverse landen.
:[ÃX^
ci\ZWgj^`kVcZcZg\^Z Met de onde dertekening van de meerjarenafspraak e energie-effic ciency (MEE) is de VNPI samen met de overhe me eid aan de slag gegaan om e ergiebesparringsdoelstellingen te realiseren. ene Zo o la aat VNPI on nderzoeken waarmee energie-
8D'"j^ihiddiWZeZg`Zc
IlZZYZ\ZcZgVi^ZW^dWgVcYhid[[Zc Huidige biobrandstoffen zijn duur en bieden geen adequate oplossing voor CO2-reductie op lange termijn. In een recent door de VNPI georganiseerd symposium werd daarom door de aanwezigen aangedrongen op een stabiel langetermijnbeleid dat de ontwikkeling van de zogenaamde tweede en derde generatie biobrandstoffen stimuleert. Leden van de VNPI zijn nauw betrokken bij de ontwikkeling van deze nieuwe en duurzame biobrandstoffen.
SEPTEMBER 2010 · 13
NIEUWS Wanneer gebeurt het? Daar kunnen we over discussiëren, maar feit is dat onze fossiele brandstoffen opraken. Wetenschap en industrie werken daarom hard aan winning van alternatieve, hernieuwbare energie. Vijf experts aan het woord.
HERNIEUWBARE ENERGIE: ONUITPUTTELIJK EN SCHOON Waterkrachtenergie Onze rivieren, zeeën en kennis van energie en water maken ons land prima geschikt voor energie uit waterkracht. Onderzoeker en ondernemer op het vlak van waterkrachtenergie Jacob van Berkel spreekt over een driedeling in de mogelijkheden. “Een gebruikelijke methode is energie opwekken met een propeller in een buis,die in het water ligt.Het water dat er doorheen stroomt brengt de propeller in beweging,die we omzetten in elektriciteit.” In de Maas en de Nederrijn staan relatief grote centrales die met deze techniek werken en er zijn plannen voor vergelijkbare getijcentrales.
1
Jacob van Berkel Onderzoeker en ondernemer
Zonne-energie Zonne-energie is energie van de zon in de vorm van licht. Het ver-infrarode deel van het zonlicht kan worden omgezet in thermische energie. Het nabije infrarode, zichtbare en UV-zonlicht kan met behulp van een zonnecel worden omgezet in elektriciteit. Het grote voordeel van zonne-energie is dat het altijd rijkelijk aanwezig is, omdat de zon er altijd is. Laurens Siebbeles, hoogleraar opto-elektronische materialen: “Er is voldoende zonlicht om om te zetten in energie om in de huidige energiebehoefte te voorzien. Maar het probleem ligt bij de hoge prijs.
2
Conventionele zonnecellen van silicium zijn namelijk erg duur, en dat weerhoudt veel mensen om over te stappen op zonne-energie.” Op dit moment wordt veel onderzoek gedaan naar andere materialen waardoor zonne-energie goedkoper kan worden. “Er zijn veel potenties, maar veel materialen leveren niet genoeg rendement om een heel huishouden te voorzien met een redelijk oppervlak van de zonnepanelen.Wel acht ik de kans zeer groot dat het haalbaar wordt.” Een ander voordeel van zonne-energie, is dat het vrij gemakkelijk te integreren is. “Als je het bijvoorbeeld vergelijkt met windenergie,dat is veel lastiger om ergens te integreren. In de nieuwbouw is het
Windenergie Windenergie is energie die gewonnen wordt door de bewegingsenergie van lucht (wind) om te zetten in een bruikbare vorm, zoals elektriciteit. Volgens Gerard van Bussel, hoogleraar windenergie,liggen er nog veel mogelijkheden in Nederland om meer gebruik te maken van windenergie. Behalve dat windenergie een schone vorm van energie is, is het ook makkelijk te genereren. Van Bussel: “Vooral in een vorm van een windcentrale leveren de huidige windturbines erg veel elektriciteit. Ons elektriciteitssysteem is nog steeds gebaseerd grootschalige productie en windcentrales
3
Gerard van Bussel Hoogleraar windenergie
Geothermie ”Geothermie is alle energie in de vorm van warmte die in de bodem zit opgeslagen”, aldus Victor van Heekeren, voorzitter van het Platform Geothermie. “De warmte uit de aarde wordt onttrokken door het aanboren van een geothermisch reservoir.” Geothermie vereist een forse investering. Maar zodra je die investering hebt gedaan, zit je voor tientallen jaren vastgeklikt qua prijs. Van Heekeren: “Vooral in tijden dat het nogal spannend is wat betreft energie is dat een groot voordeel. Maar het nadeel van deze investering is dat het pas in de loop van de jaren terugverdiend wordt.”
4
Bio-energie is een verzamelnaam voor energie die uit biomassa en afval wordt gehaald. Criteria voor daadwerkelijk duurzame bio-energie zijn in ontwikkeling.Prof.Dr.Luuk van der Wielen, hoogleraar biotechnologie, legt uit wat de voor- en nadelen zijn van bio-energie. In de eerste plaats heeft bio-energie als voordeel dat je beter benut wat op de akkers groeit. “Je voegt waarde toe door gebruik te maken van resten uit de agrosector. Als je kijkt naar palm of suikerriet, is maar een klein stukje van wat verbouwd wordt echt voedsel.” Bio-energie is ook energie in de bredere zin. “Wanneer je het hebt over zonne-
Prof. Dr. Luuk Hoogleraar biotechnologie
druk wordt elektriciteit opgewekt.” Het blijkt een werkwijze die nog niet commercieel haalbaar is, maar wel grote potentie heeft door onze energiehuishouding.“Er stromen veel rivieren door ons land die uitkomen in de zee, waardoor er van nature al veel zoetwater met zoutwater in aanraking komt.” Van Berkel is realistisch over de bijdrage van de systemen aan onze nationale energiehuishouding. “Het aandeel is bescheiden, nu nog minder dan een procent, maar in de toekomst meer, zeker bij succesvolle ontwikkeling van nieuwe technieken. Alle beetjes helpen en de techniek voor laag verval waterkracht biedt juist kansen voor export.”
heel gemakkelijk om zonne-panelen te plaatsen. Bijvoorbeeld op een groot dakoppervlak. Maar het beste is om rekening te houden met de omgeving. Niet alle energievoorzieningen passen overal.” Volgens Siebbeles is het gebruik van zonneenergie nog niet noemenswaardig. “Zonne-energie wordt nog op kleine schaal gebruikt. Dit heeft alles te maken met dat zonnecellen zo duur zijn. In Heerhugowaard is een wijk waar veel gebruik gemaakt wordt van zonne-energie. De inwoners kregen hiervoor een subsidie. In Duitsland zien we wel dat er meer gebruik wordt gemaakt. Ook hier heeft dat weer te maken met de subsidie van de overheid.”
passen daar prima in.Maar dat is tegelijk ook het nadeel.Je kunt windcentrales niet overal neerzetten.” We kennen windenergie vooral omgezet in de vorm van elektriciteit. Maar wind kan meer. “Het is ook mogelijk om wind rechtstreeks te gebruiken voor ventilatie van een gebouw”, vertelt Van Bussel. “Zo staat er een gebouw in Ypenburg, een nieuwbouwwijk van de gemeente Den Haag. Dat gebouw is een jaar of vier geleden gebouwd en op het dak staat een 7 meter hoge sculptuur in de vorm van een ooievaar, het stadswapen. De ooievaar draait met de wind mee en de vleugels zijn zo vormgegeven waardoor het lucht zuigt.”
Geothermie is wel goed voorspelbaar en regelbaar. “Hierdoor is geothermie op veel plaatsen vrijwel concurrerend met aardgas, veel concurrerender dan de meeste vormen van duurzame energie zoals bijvoorbeeld zonne-energie.” Een ander voordeel: “Er is een pomp, en die zit onder de grond. Die hoor of zie je niet.” Bij geothermie loop je een klein, maar niet verwaarloosbaar risico dat je niet zoveel water kunt oppompen dan je had gehoopt. “Hiervoor heeft de overheid inmiddels wel een garantieregeling.Want het ergste wat je kunt bedenken is dat door het boren een bedrijf failliet wordt verklaard.” Wereldwijd zien we geothermie met name in
Bio-energie
5
De overheid stelt daarbij eisen ten aanzien van ecologie,vooral wat betreft visvriendelijkheid. Een andere mogelijkheid om energie uit waterkracht te winnen is middels ‘vrije stroom’, waarbij ook een propeller wordt gebruikt, maar deze staat vrij in het water. “Het zijn een soort windmolens onder water, die vooral iets uit de kust aantrekkelijk zijn. Deze zijn makkelijk plaatsbaar, maar leveren per kubieke meter water minder energie op dan de centrales in rivieren.” Als laatste noemt Van Berkel Blue Energy, een manier van energiewinning uit water door samenvoeging van zoet en zout water. “Door het uitwisselen van zoutionen of osmotische
Windenergie wordt toegepast in heel veel landen, en op steeds grotere schaal. Van Bussel: “In China nam het aantal windturbines afgelopen jaar met 50 procent toe. In Amerika was dat 35 procent.In Europa vlakt het een beetje af met 15 tot 20 procent per jaar. Wereldwijd geldt voor windenergie al vele jaren een groei van 30 procent per jaar. In Nederland is de situatie echter niet goed. “Door de wisselingen van regeringen, en steeds weer een andere kijk op het belang van duurzame energie is er te weinig geregeld om deze vorm van energie te stimuleren. De afgelopen jaren zijn er dan ook netto geen turbines bijgekomen.”
de elektriciteit en in steden. Op de derde plaats komt ‘overig’. “Dit kan zijn voor het fokken van krokodillen, maar ook tuinbouw valt daar onder. In Nederland zien we heel veel tuinbouw die vanwege de structuur vraagt om warmte. Maar we richten ons met name op bestaande gebouwen om die van geothermische energie te voorzien. Bij oudere gebouwen is het namelijk heel moeilijk, of vooral duurder, om tot een redelijke energieprestatie te komen.” Hoe het gesteld staat met geothermie in 2050 kan Van Heekeren niet zeggen. “Dat is afhankelijk van zoveel factoren. Alle voorspellingen die ik zou doen zouden een vorm van onzin zijn.”
en windenergie, dan heb je het over energie die een huishouding kan verwarmen. Maar deze vormen van energie bezit niet de moleculen die nodig zijn voor bijvoorbeeld materialen en chemicaliën. Bio-energie heeft dat wel.” Van der Wielen geeft wel aan dat bio-energie alleen duurzaam is als het ook duurzaam uitgevoerd wordt. Op dit moment is ongeveer tien procent van alle energie die we wereldwijd verbruiken bio-energie. Ook bij bio-energie zien we knelpunten. “Men oppert vaak dat het verbruik van gewassen voor energetische doeleinden de voedseltoepassing in de weg staat. Maar ik vind het de vraag hoe waar dat is. In Afrika zie je bijvoorbeeld dat er
Laurens Siebbeles Hoogleraar opto-elektronische materialen
Victor van Heekeren Voorzitter van het Platform Geothermie
initieel goede oogsten zijn, maar geen ontwikkelde markt. Daardoor hadden boeren bij een goede oogst een slechte prijs. En het jaar daarop hadden ze geen financiële reserves. Bij een slechte oogst is dan direct sprake van hongersnood. Met bioenergie krijg je in principe een tweede markt, en sla je dus twee vliegen in een klap.” Een tweede kritiek die men uit, is dat gewassen ook energie nodig hebben. “Allereerst de kunstmest, dan de energie om het gewas te bewerken en vervolgens om het om te zetten in een energiedrager. Hoeveel energie gaat er in zitten om een bepaalde biobrandstof te krijgen? Je hebt hierin hele duurzame en niet zo duurzame methodes.”
14 · SEPTEMBER 2010
INSPIRATIE
TIP
3 HERGEBRUIK AFVAL VOOR ENERGIE
VRAAG & ANTWOORD
Cees Buisman, Hoogleraar biologische kringlooptechnologie, Wageningen UR
O Hoe maken we bio-energie of grondstoffen uit afval? “Die maken we door organische resten te verbranden, te vergisten of te vergassen. Verbranding komt in Nederland het meeste voor. Bijvoorbeeld door het verbranden van houtsnippers in kolencentrales. We gebruiken ook mestvergisting voor de electriciteitsproductie en het verwarmen van woningen en biodiesel is al gebruikelijk in de transportbranche.”
GROENE ENERGIE De restwarmte uit de afvalenergiecentrale wordt gebruikt voor rioolwaterzuivering en stadsverwarming. FOTO: ARN
Energie uit ons afval tot het laatste beetje benut OVraag: Welke voorbeelden zijn er van toepassingen door duurzame verwerking van afval? OAntwoord: IJzer voor staalproductie, asresten voor funderingsmateriaal, verbrandingswarmte elektriciteitsopwekking en restwarmte voor verwarming.
”We produceren energie en verkleinen tegelijkertijd de afvalberg, met zo min mogelijk milieubelasting.”
ONS SUCCES Het vele afval dat wij jaarlijks produceren, wordt volledig benut bij afval-energiecentrale ARN B.V. “Wij zijn een energieproducerend bedrijf dat enkel gebruik maakt van secundaire brandstoffen, brandstof gemaakt uit restafval”, vertelt bedrijfsleider Peter Drewes. “Deze brandstoffen produceren wij zelf door de opwerking van afvalstoffen tot een hoogwaardige brandstof. Zo scheiden we onder andere uit het afval ijzer af en onttrekken we vocht, waardoor de verkregen brandstof prima te verbranden is in onze installatie. Het ijzer gaat naar de metaalindustrie voor de productie van nieuw staal en ijzer. De as-resten die na het verbrandingsproces overblijven, worden hergebruikt als funderingsmateriaal in de wegenbouw. Met de warmte die met de verbranding vrijkomt, wordt met een turbine-generatorset elektriciteit opgewekt. Op deze manier produceren wij energie en verkleinen we tegelijkertijd de afvalberg, met zo min mogelijk milieubelasting.”
Burendienst Ook de restwarmte wordt benut. “Wij leveren al jarenlang een burendienst
Peter Drewes Bedrijfsleider Afvalenergiecentrale ARN B.V.
op het gebied van warmte-levering aan Waterschap Rivierenland. Een speciaal daarvoor gebouwde installatie zorgt dat de restwarmte die bij ons overblijft na de elektriciteitsopwekking niet langer verloren gaat. Een belangrijk deel van die warmte wordt sindsdien gebruikt om het rioolwaterzuiveringsproces bij het Waterschap onder hogere
temperaturen te laten plaatsvinden. Een technisch ‘hoogstandje’ met grote voordelen voor het milieu voor beide bedrijven en dus uiteindelijk ook voor de burgers in de betrokken gemeenten.” Dankzij de restwarmtelevering is het rendement van het waterzuiveringsproces aanmerkelijk verhoogd, zodat een geplande uitbreiding van de Nijmeegse installatie van
FEITEN O Warmte die vrijkomt bij verbranding van afval is te gebruiken om elektriciteit op te wekken. De restwarmte die na dit proces overblijft is ook nog te gebruiken. Bijvoorbeeld voor verwarmingstoepassingen bij bedrijven in de buurt. O Momenteel loopt er onderzoek naar het gebruik van restwarmte voor stadsverwarming. Daar is relatief gezien veel warmte voor nodig, maar met name in de
warmere seizoenen moet dit afdoende zijn. O Door afval te gebruiken voor het opwekken van energie en door er bruikbare grondstoffen uit te winnen, verkleinen we de afvalberg. Een win-winsituatie dus. O Het is momenteel nog lastig om uitspraken te doen over de financiële kant van energieopwekking en -terugwinning, maar de technische mogelijkheden groeien zeker.
het Waterschap minder omvangrijk hoefde te zijn. Die kostenbesparing zal op termijn merkbaar zijn in de zuiveringslasten. “Ook wij profiteren van de warmtelevering. Er kan daardoor namelijk meer stroom worden opgewekt en ook meer secundaire brandstof worden ingezet voor elektriciteitsopwekking. Dat bespaart in de inzet van fossiele brandstoffen.”
Stadsverwarming Op dit moment is de grootschalige inzet van restwarmte nog beperkt mogelijk. “Het is de bedoeling dat we straks echt alle restwarmte hergebruiken. Zo zijn we bezig met onderzoek tot levering van restwarmte ten behoeve van een stadsverwarmingsproject. Daar is best veel warmte voor nodig, maar we komen wel een eind. In het voorjaar, de zomer en het najaar kunnen we voldoende warmte leveren om het net warm te houden, maar in de wintermaanden komen we tekort.” Het verwarmen van huizen met dit type warmte is volgens Drewes nog nooit ergens gepresteerd. Hij ziet het positief in. “Technisch is het absoluut mogelijk. Mogelijk is de financiële kant van het project wat lastiger in te schatten. Op dit moment is ongeveer dertig procent van de energie die vrijkomt bij de verbranding als restwarmte nog onbenut. Door de geavanceerde technieken weten we dat nuttige inzet hiervan mogelijk is,met name bij lagetemperatuurtoepassingen.” NIELS ACHTEREEKTE
[email protected]
O Zijn er nieuwe technieken in ontwikkeling? “Momenteel ontwikkelen we ons op het vlak van torrefractie.Hierbij zorg je door een thermisch proces - verwarming – voor omzetting van natte biomassa in een soort biologische kolen. Een nieuwere ontwikkeling op onze universiteit is ketenverlenging, waarmee biologisch afval in biodiesel omgezet kan worden.” O Zijn er beperkingen? “Ja, willen we afvalstoffen verwerken tot energie of grondstoffen, dan moeten we zorgen dat de bodem vruchtbaar blijft. Dat betekent onder andere dat er voldoende zonlicht en water beschikbaar is, maar ook dat er voldoende organische stoffen en fosfaat in de grond zitten.” O Hoe problematisch is dat? “Als er te weinig organische stoffen in de grond zitten dan treedt er erosie op en is het land niet meer bruikbaar. Zonder fosfaat is het land niet vruchtbaar. Brazilië produceert zeer veel landbouwproducten voor biobrandstoffen en veevoer. Die exporteren ze naar onder andere Nederland, waardoor de organische stoffen en fosfaat bij gebruik niet in hun eigen bodem terugkomen,maar in de onze. Namelijk via de mest van onze koeien. Zoveel zelfs, dat daar door de overheid grenzen aan zijn gesteld. Dat is het dubbele aan het probleem. Zij hebben uiteindelijk te weinig fosfaat,wij een overschot.” O Wat valt eraan te doen? “Nederland moet snappen dat het een internationale verantwoordelijkheid is. Als we zo doorgaan, dan putten we de wereld uit terwijl we hier teveel fosfaat in de grond stoppen. Zorgen we voor een recycleketen,waarbij we fosfaat uit het afval terugwinnen en weer terug in de grond kunnen brengen waar het nodig is,dan blijft de grond vruchtbaar.” O Wat heeft dat voor de techniek te betekenen? “Verbranding lijkt niet de beste manier om energie op te wekken,want daarmee win je geen fosfaat terug. Gebruik je biologische processen, zoals vergisting,dan is het mogelijk om zowel energie op te wekken als fosfaat terug te winnen.”
Afval verwarmt woonwijk
De restwarmte die tijdens afvalverbranding overblijft, verdwijnt in de meeste gevallen in de lucht. Dat kan en moet anders, vinden wij. Daarom ontwerpt Royal Haskoning voor de Afvalverwerking Regio Nijmegen een speciale installatie die de restwarmte opvangt waarmee een hele nieuwe energiezuinige woonwijk kan worden verwarmd.
! ! ####$% ! "! ""&#!# # #!## !"!# !" !"'! $!$#""!!#""&$! !! !# #% !#%
www.royalhaskoning.com
Adviseurs kddg gezonde Zc energieneutrale gebouwen
www.merosch.nl
Voorzitter Marcel Engels van brancheorganisatie UNETO-VNI:
‘Installatiebranche kan het energiegebruik van gebouwen halveren’ Energiebesparing en duurzaam opgewekte energie zijn al lang geen toekomstmuziek meer. Volgens Marcel Engels, voorzitter van UNETO-VNI, de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel, kunnen technisch dienstverleners hun klanten nu al voorzien van slimme energiesystemen die het milieu sparen en de energiekosten terugdringen. Krachtig overheidsbeleid is echter nodig om een versnelde energietransitie tot stand te brengen.
Voorraad fossiele brandstoffen eindig UNETO-VNI, één van de grootste brancheorganisaties van ons land, staat al jaren in de frontlinie als het gaat om energiebesparing en duurzame energie. Zowel in woningen als in de utiliteitsector dragen installatiebedrijven en technisch dienstverleners dagelijks bij aan het terugdringen van de CO2-uitstoot, dankzij de toepassing van een scala aan innovatieve technieken. Maatschappelijk is dit van groot belang. De voorraad fossiele brandstoffen in de wereld is eindig. Als ons land niet op grote schaal overschakelt op duurzaam opgewekte energie, leidt dat op termijn tot een versterkte klimaatverandering. Bovendien is de verwachting dat fossiele brandstoffen in de toekomst niet kunnen voorzien in de stijgende vraag naar energie in de wereld. Dit gaat onherroepelijk leiden tot forse prijsstijgingen. Economisch kunnen wij het ons echter niet veroorloven om afhankelijk te worden van dure energie van buitenlandse leveranciers.
Investeren nu al rendabel Bij het bevorderen van de energiezuinigheid valt een duidelijke tweedeling op tussen de bestaande en de nieuwbouw. De nieuwbouw van woningen en utiliteitsgebouwen moet voldoen aan steeds strengere eisen op het gebied van energiezuinigheid, waardoor toepassing van duurzame energie in dit deel van de markt al snel in beeld komt. Veel minder eenvoudig is het in de bestaande bouw, waar verreweg de grootste besparingspotentie ligt. ‘Op het eerste gezicht lijkt het nemen van energiebesparende maatregelen wellicht een kostenpost, maar niets is minder waar. Rekening houdend met de verwachte stijging van de prijzen van fossiele
> Toepassing van slimme energiesystemen kan de energierekening fors omlaag brengen.
brandstoffen is een investering in energiebesparing en duurzaamheid in veel gevallen nu al rendabel’, constateert Marcel Engels. ‘Gelukkig dringt dat besef langzamerhand ook door bij
2020, een besparingstempo van 2% per jaar, reductie van broeikasgassen van 30% in 2020-
vertegenwoordigers van woningbouwcorporaties en vastgoedbeheerders. Zij zien in dat het
niet zullen worden gerealiseerd. Daarom heeft UNETO-VNI het Economisch Instituut voor
investeren in niet-duurzaam vastgoed langzamerhand risicovol wordt.’
de Bouwnijverheid (EIB) een studie laten uitvoeren naar de haalbaarheid van een versnelde energietransitie’.
Slimme energiesystemen
De weerslag van deze studie, het visiedocument ‘Een groene kans voor open doel’, toont aan
Technisch is het volgens UNETO-VNI nu al mogelijk om in utiliteitsgebouwen tot 50%
dat het haalbaar is om de CO2-uitstoot in 2020 met bijna 10Mton te reduceren, wat gelijk
fossiele energie te besparen door de inzet van slimme energiesystemen en -technieken, zoals
staat aan bijna 50% van het totale potentieel in de gebouwde omgeving. Dan moet het huidige
verwarmen en koelen via bodemopslag, opwekking van energie uit biomassa en toepassing van
vrijblijvende overheidsbeleid echter wel plaatsmaken voor meer dwingende maatregelen. Zo
energiebesparende verlichting.
zou bij de overdracht van een woning aan een nieuwe eigenaar een fiscale tegemoetkoming
Engels: ‘Ook huishoudens kunnen veel besparen door isolatie en de inzet van duurzaam opgewekte
moeten worden gegeven voor investeringen in energiebesparende maatregelen die twee
energie met behulp van warmtepompen of zonnepanelen. Op wijkniveau is het zelfs mogelijk om
labelstappen opleveren in de systematiek van het Energielabel. Ook bepleit UNETO-VNI een
volledig zelfvoorzienend te zijn’. Zo zijn er volgens de voorzitter van UNETO-VNI al projecten
Energietransitiefonds dat kan worden benut om de risico’s van energiebesparende projecten af
waarbij duurzame energiesystemen als warmtepompen en micro-warmtekrachtkoppeling in
te dekken en een duidelijk en robuust subsidiestelsel voor energiebesparing en toepassing van
woningen worden gekoppeld via een smart grid, een decentraal energienetwerk dat ervoor
duurzaam opgewekte energie.
zorgt dat vraag en aanbod van energie optimaal op elkaar zijn afgestemd.
Groei van werkgelegenheid Dwingender overheidsbeleid noodzakelijk
Volgens de voorman van UNETO-VNI levert de omschakeling naar duurzame energie niet alleen
De techniek mag dan geen beletsel zijn, toch komen duurzame projecten nog onvoldoende van
milieuwinst op. ‘Het EIB heeft becijferd dat een snelle energietransitie alleen al 17.000 nieuwe
de grond. Engels: ‘Uit een recente evaluatie blijkt dat met het huidige beleid de ambitieuze
banen in de installatiebranche oplevert en een extra toegevoegde waarde voor de Nederlandse
klimaatdoelstellingen uit het kabinetprogramma Schoon en Zuinig - 20% duurzame energie in
economie van 1,2 miljard euro per jaar. Maar nog belangrijker is de impuls die het geeft aan onze innovatiekracht en kenniseconomie’. UNETO-VNI staat niet alleen in haar pleidooi voor verduurzaming. Afgelopen voorjaar riep de SER het kabinet al op om duurzame ontwikkeling tot topprioriteit te verheffen en te komen met een ‘structurele innovatieaanpak voor duurzaamheid’. Onderzoek van onder andere McKinsey heeft aangetoond dat omvangrijke energiebesparing rendabel is en gerenommeerde instituten als het International Energy Association (IEA) –Roadmap 2050- en Stichting Economisch Onderzoek (SEO)
> Marcel Engels: ‘De
hebben geconcludeerd dat het ook vanuit macro-economisch oogpunt raadzaam is om de weg van
installatiebranche heeft
verduurzaming in te slaan.
de sleutel in handen
‘De transitie naar een duurzame energiehuishouding is niet langer een economisch of
voor het realiseren van
technologisch vraagstuk is’, concludeert Engels. ‘Als de politieke wil er is om prioriteit te geven
energiebesparing in
aan energiebesparing en duurzaamheid en consistent beleid te maken, is de installatiebranche
woningen en gebouwen’
in staat om de groene kansen te verzilveren.’