Rv 14 RIS 143475
'Duurzaam Bouwen’: Den Haag op Weg naar een Acht!
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen Willem Minderhout (PvdA), Ries Smits (CDA) en Heleen Weening (GroenLinks)
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 1 van 27
Inhoud Colofon....................................................................................................................................... 2 0 – Eerste stap ............................................................................................................................ 3 2 – Duurzaam bouwen goed voor milieu, gezondheid en portemonnee .................................... 5 4 – Wat is er allemaal al gebeurd in Den Haag? ........................................................................ 8 5 – De gemeente als eigen opdrachtgever ................................................................................ 12 6 – De gemeente als sturende speler in het veld. ..................................................................... 13 7 – Slooptoets ........................................................................................................................... 14 8 – Controle op nieuwbouw ..................................................................................................... 15 9 – Duurzaam bouwen: ontkoppeling en waterretentie............................................................ 16 10 – Organisatorische borging ................................................................................................. 17 11- Financiële Consequenties................................................................................................... 18 12 – Willen is kunnen............................................................................................................... 18 12 - Besluit .............................................................................................................................. 19 Bijlage I – Zes Haagse verkiezingsprogramma’s over duurzaam bouwen .............................. 20 Bijlage II - Instrumenten Duurzaam Bouwen ........................................................................ 21 Bijlage III – Relevante Beleidsnota’s....................................................................................... 26
Colofon Dit initiatiefvoorstel werd opgesteld door Willem Minderhout (PvdA), Ries Smits (CDA) en Heleen Weening (GroenLinks). De auteurs danken Tom Pitstra (Haags Milieu Centrum) voor de inhoudelijke ondersteuning.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 2 van 27
0 – Eerste stap Duurzaam bouwen is de praktijk om met behulp van milieuvriendelijke materialen gebouwen met een hoge woonkwaliteit en een gezond binnenmilieu te realiseren, die een laag energieen waterverbruik kennen. Duurzaam bouwen betekent ook dat zowel bouw als sloop weinig – en dan nog grotendeels herbruikbaar – afval opleveren. Dit initiatiefvoorstel beoogt de ambities en vooral het resultaat wat betreft ‘duurzaam bouwen’ in Den Haag een flinke impuls te geven. Wij beperken ons in dit voorstel tot de nieuwbouw en laten de aanpak van de bestaande voorraad onbesproken om de volgende redenen: • Nieuwbouw is, als er vanuit overheid en maatschappij eisen aan gesteld worden, een kraamkamer voor nieuwe ideeën en oplossingen. Oplossingen die (deels) ook in de bestaande voorraad gebruikt kunnen worden. • Dit initiatiefvoorstel is te bezien als een impuls voor de ontwikkeling van een integrale visie op duurzaamheid en een verinnerlijking van het belang van duurzaamheid bij de realisatie van bouwprojecten binnen de gemeente Den Haag. Het is slechts een eerste – belangrijke – stap op de weg naar duurzaamheid. Dat wij ons thans beperken tot de nieuwbouw laat onverlet dat de aanpak van de bestaande voorraad van zeer groot belang is. Zowel voor het boeken van milieuwinst, als voor het verhogen van het woongenot. Door nieuwbouw wordt op grond van de plannen die in het kader van de Haagse Structuurvisie ontwikkeld worden minder dan 1% aan de bestaande voorraad toegevoegd. Wil Den Haag de doelstelling ‘CO-2 neutrale stad’ bereiken, dan kan de bestaande voorraad uiteindelijk niet buiten schot blijven. Hierbij moet men denken aan woningisolatie, (aansluiting op) duurzame energievoorzieningen, maatregelen m.b.t. waterretentie e.d.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 3 van 27
1 – Waarom dit initiatiefvoorstel? De initiatiefnemers van dit voorstel streven ernaar om duurzaam bouwen tot standaard te maken in Den Haag. Bij nieuwbouw kan een grote milieuwinst geboekt worden als duurzaam bouwen van meet af aan uitgangspunt bij de planvorming is. Het te laat inbrengen van duurzaamheidseisen leidt tot vertraging en vaak niet tot een optimaal plan. In diverse partijprogramma’s voor de laatste gemeenteraadsverkiezing staan krachtige passages over het belang van duurzaam bouwen (zie bijlage 1). In het collegeprogramma ´MeeDoen´ staat slechts dat duurzame herstructurering van Zuidwest van groot belang wordt geacht. Hiermee wordt ondermeer tegemoet gekomen aan een motie van GroenLinks.1 Wij zijn van mening dat de gemeenteraad er goed aan doet dit ambitieniveau naar boven bij te stellen en duurzaam bouwen tot standaard te maken in heel Den Haag.
1
Motie DuBo Zuidwest GROENLINKS, 16-12-2004 RIS123130_21-DEC-2004
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 4 van 27
2 – Duurzaam bouwen goed voor milieu, gezondheid en portemonnee Er is veel milieuwinst te halen in de bouwsector. De bouwsector is goed voor 7% van het Bruto Nationaal Product (BNP) en verantwoordelijk voor 31% van het verkeer, 35% van het afval en 30% van het energiegebruik.2 In Nederland wordt naar schatting jaarlijks circa 20 miljoen ton aan materiaal in gebouwen gebruikt.3 Bij de huidige bouwwijze worden circa 70-80% van de materiaalgebonden milieukosten veroorzaakt door de grootschalige toepassing van steenachtige bulkmaterialen, zoals beton en baksteen.4 De milieuthema’s die samenhangen met productie, gebruik en sloop van gebouwen zijn vooral het energiegebruik en het broeikaseffect, biodiversiteitverlies door ruimtebeslag en ecotoxische belasting door gebruik van non-ferro metalen5 (bijvoorbeeld aluminium en koper). Op de lange termijn levert duurzaam bouwen een bijdrage aan de noodzakelijke vermindering van de milieubelasting. Duurzaam bouwen straalt een maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef uit. Een duurzaam gebouw moet per definitie mensvriendelijk zijn, dus prettig om in te leven en te werken.6 Duurzaam bouwen heeft te maken met de zorg voor onze leefomgeving en voor onze natuurlijke hulpbronnen. Duurzaam bouwen is ook goed voor het binnenmilieu. Een ademende woning geeft een prettig binnenklimaat en door het gebruik van natuurlijke materialen worden de gezondheidsrisico`s beperkt. Duurzaam bouwen levert daardoor ook een bijdrage aan de volksgezondheid. Er is sprake van een direct verband tussen gezondheid en duurzaamheid. Kort geleden werd daartoe de nota Gezondheid en Milieu aangenomen door de raad. De GGD wordt hierdoor in staat gesteld al in een vroeg stadium bouwplannen te beoordelen op hun gevolgen voor de gezondheid van de mens. Ook kan worden opgetreden bij bestaande, ongezonde en niet duurzame gebouwen. Naast milieukwaliteit levert duurzaam bouwen economische kwaliteit op. Bij economische kwaliteit passen zaken die goed voor de portemonnee zijn; hierbij wordt té vaak alleen gedacht aan de portemonnee van de ontwikkelaars en aannemers. Ook die van de bewoners en gebruikers is van belang.7 Duurzaam bouwen levert de bewoner een gezonde woning op, en op de langere termijn naast comfort ook een beperkt energie- en waterverbruik. Doordat de verwachting is dat de prijs van energie en water zal stijgen is dit een prettig bijkomend financieel voordeel.8
2 Jos Lichtenberg, Slim Bouwen (TP: Noot bijwerken) 3 T.J. Blonk (2002), Productverkennningen vlees en gebouwen. Stichting Natuur en Milieu. 4 Rijksgebouwendienst (2001): Inhaalslag duurzame utiliteitsbouw. 5 SenterNovem (2006): Infoblad, Duurzaam bouwen: waarom? (http://www.dubocentrum.nl/infobladen/infoblad.php?recID=19) 6 SenterNovem (2006): Infoblad, Duurzaam bouwen: waarom? (http://www.dubocentrum.nl/infobladen/infoblad.php?recID=19) 7 Kees Duijvestein (2002): Van duurzame ontwikkeling naar duurzaam bouwen en weer terug 8 Informatiepunt Duurzaam Bouwen (2006): Handleiding Duurzaam Bouwen (http://www.ipdubo.nl/handleiding/index.html)
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 5 van 27
Duurzaam bouwen hoeft niet duurder te zijn dan conventioneel bouwen. Duurzaam bouwen kan een 2 à 4% hogere investering vragen, maar dit wordt in de exploitatie doorgaans ruimschoots terugverdiend, bijvoorbeeld door lagere energielasten, toegenomen gezondheid en hogere arbeidsproductiviteit. De meerkosten komen voornamelijk doordat duurzaam bouwen momenteel vaak gebeurt bij wijze van experiment of innovatie. Zo geeft, bijvoorbeeld, de initiatiefnemer van het gebouw Melexis in Vleuten aan dat het project 4% duurder was dan een conventionele oplssing, maar dat er leergeld is betaald en hetzelfde project nu 5 à 10% goedkoper gebouwd zou kunnen worden. 9 Ook in Den Haag zelf is ervaring opgedaan met de (meer)kosten van duurzaam bouwen. Bij het stadsdeelkantoor Leidschenveen/Ypenburg, bleek in de aanbestedingsprocedure dat de winnende inzending bij lange na niet de duurste, maar wel de duurzaamste – het wordt zelfs één van de meest duurzame kantoren van Nederland - was. Technisch is duurzaam bouwen tegenwoordig geen probleem meer. Met de Toolkit Duurzame Woningbouw, die mede door de sector zelf is ontwikkeld, beschikken we over een schat aan praktijkvoorbeelden. De Toolkit bevat bijvoorbeeld 24 energieconcepten die ieder bij een bepaald ambitieniveau passen. Stel je wilt woningen bouwen met een EPC (energieprestatiecoëfficiënt) van 0.3 dan kun je het concept er zo uithalen.10 De kennis die in opgedaan aan de hand van 250 warmtepompprojecten is hier bijvoorbeeld in verwerkt. Vanuit de sector wordt gezegd, dat als bedrijven hier niet mee kunnen werken, ze niet aan de moderne eisen voldoen en zich ernstig zorgen moeten maken over hun vakbekwaamheid en concurrentiekracht. Uit de praktijk blijkt dat succesvolle projecten worden gekenmerkt door een krachtige initiatiefnemer, die over voldoende doorzettingsmacht beschikt en door goede communicatie bij alle betrokkenen voldoende draagvlak heeft gecreëerd. Dat kan een particulier zijn, soms een hoge ambtenaar en vaak een wethouder die het belang van duurzaam bouwen heeft omarmd. Dit initiatiefvoorstel moet er toe leiden, dat de politieke en ambtelijke top van de gemeente Den Haag duurzaam bouwen tot een hoofdprioriteit gaat zien en krachtige initiatieven gaat ontplooien. Kortom, duurzaam bouwen moet standaard onderdeel gaan uitmaken van het beleid van de gemeente Den Haag.
9 Anke van Hal (2004), Draaiboek Bouwen met ambitie. Aeneas 10
Energie prestatie coëfficiënt: Theoretisch berekend energieverbruik van een gebouw aan de hand van een genormeerde berekening, waarbij rekening wordt gehouden met het energieverbruik voor verwarming (isolatie en ventilatie), koeling, bevochtiging, ventilatoren, pompen, warm tapwater, verlichting bij een bepaald gebruikersgedrag. Deze EPC-waarde is een maat voor de energie-efficiëntie van een gebouw. Hoe lager het getal, hoe energiezuiniger het ontwerp.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 6 van 27
3 – DSO moet staan voor Duurzame Stedelijke Ontwikkeling. In het dualisme stelt de raad de kaders vast voor het college en controleert de raad het college. Met dit initiatiefvoorstel maakt de gemeenteraad van Den Haag duidelijk dat zij geen plannen meer accepteert met een te laag ambitieniveau op het gebied van duurzaam bouwen. ‘Bouw duurzamer’ hoeft geen abstracte opdracht te zijn. De gemeente Tilburg heeft hier een instrument voor ontwikkeld, de Gemeentelijke Praktijk Richtlijn (GPR), dat momenteel als de standaard voor duurzaam bouwen kan gelden (zie kader). De GPR stelt eisen aan duurzaamheid op het gebied van energie, materialen, afval, water, gezondheid en woonkwaliteit. Om haar ambitieniveau helder te definiëren bepleiten wij dat Den Haag als standaard deze GPR-systematiek hanteert.
Wat is GPR Gebouw? GPR Gebouw is een dubo-instrument, oorspronkelijk ontwikkeld door gemeente Tilburg als Gemeentelijke Praktijk Richtlijn voor duurzaam bouwen. Het is een zelfstandig duboinstrument geworden, dat reeds door veel gemeenten gebruikt wordt. Ruim 35 gemeenten en 190 marktpartijen werken inmiddels met GPR. Het instrument zet ontwerpgegevens van woningen, kantoren en scholen om naar prestaties op het gebied van kwaliteit en duurzaamheid. Het is geschikt om prestatiegericht ambities te formuleren, biedt flexibiliteit bij het ontwerp en geeft duidelijkheid bij het toetsen van projecten. Het wordt gebruikt om invulling te geven aan een actief, realistisch en ambitieus milieubeleid. Voor elk thema geeft GPR Gebouw een kwaliteitsscore op een schaal van 1 tot 10. Hoe hoger de kwaliteit - of hoe lager de milieubelasting - hoe hoger de score. Een score van 5 komt indien relevant - overeen met het niveau van het Bouwbesluit. Zie verder: www.gprgebouw.nl De initiatiefnemers van dit voorstel roepen de raad op om niet langer met minder dan een 7 in de GPR-systematiek genoegen te nemen en ernaar te streven om aan het eind van deze collegeperiode de gemeente Den Haag niet lager te laten scoren dan een 8.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 7 van 27
4 – Wat is er allemaal al gebeurd in Den Haag? Den Haag staat niet slecht bekend in de wereld van de duurzame bouw. Er is de afgelopen jaren veel gebeurd en er zijn talloze aardige projecten gerealiseerd. In de publicatie Projectenboek Duurzaam Bouwen wordt een aantal beschreven, zoals de zeewatercentrale in Duindorp en de warmtepompen in Spoorwijk. Er zijn in Den Haag diverse documenten vastgesteld waarin die wil tot duurzaam bouwen werd geformuleerd (zie bijlage 3). Medio/eind jaren tachtig heeft wethouder Noordanus externe capaciteit ingehuurd in de persoon van Chris Zijdeveld, een oud-wethouder van Schiedam. Zij namen het initiatief om duurzaam bouwen een impuls te geven. Dat was nodig omdat bleek dat niet alle diensten en ambtenaren de neuzen in dezelfde richting konden zetten. Een probleem dat nog steeds actueel is. Het initiatief van Noordanus/Zijdeveld leidde tot een checklist duurzaam bouwen, maar in de praktijk bleek dat lang niet alle bouwplannen hieraan hard getoetst werden. Hoewel Den Haag zich in die tijd positief van de rest van Nederland onderscheidde, werd landelijk wel gesproken over ambitieerosie bij de politieke en ambtelijke toppen. De bouwverordening duurzaam bouwen moest verbetering aanbrengen in de ambitie ten aanzien van duurzaam bouwen, maar deze is recentelijk ingetrokken omdat zij op gespannen voet stond met de rijksregelgeving (die stelt: geen extra verordeningen boven de landelijke bouwverordening) en omdat het wel leidde tot een bureaucratische toets maar niet tot duurzame projecten. De rijksoverheid wil (tot nu toe) geen extra milieu en/of duurzaamheideisen in de landelijke bouwverordening opnemen. Op zich is dat een merkwaardige zaak. De bouw moet voor van alles en nog wat aan NEN-normen voldoen. Een plafond moet, bijvoorbeeld, een brand 30 minuten kunnen tegenhouden. Dat dit niet allemaal bureaucratische regelzucht is, blijkt als balkons in Maastricht naar beneden vallen of een bouwproject in Amsterdam dreigt in te storten en de media en de publieke opinie van de overheid een krachtige naleving en handhaving van de regels vragen. Waarom er geen landelijke richtlijnen voor duurzaam bouwen zouden kunnen gelden is dan ook niet echt logisch. De bouwwereld, die graag duurzaam wil, vraagt juist om dit soort regelgeving, zodat er een ‘level playing field’ ontstaat. Vooralsnog geldt dat gemeenten zich zelf actief moeten opstellen als ze duurzaam bouwen nastreven: op lokaal niveau moet het gebeuren. Ondanks het realiseren van diverse projecten waarbij vaak op een aspect van duurzaam bouwen is geoptimaliseerd (bijvoorbeeld water bij de Waterspin, zie kader) kan de conclusie breder worden getrokken, dat de mainstream van de bouwactiviteiten in Den Haag niet bereikt worden met duurzaam bouwen. Geschat wordt dat slechts 2-3% van de bouwstroom een hoog niveau van duurzaamheid haalt. Er is geen structureel beleid, dat gedragen wordt door de politieke en ambtelijk top van DSO. Een goed voorbeeld is de discussie over de Haagweg waar een belangrijk bouwproject wordt gerealiseerd. Pas toen de raad(scommissie) haar instemming met het plan afhankelijk maakte van het niveau van duurzaamheid werd een ROMBO-bijeenkomst georganiseerd.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 8 van 27
De Waterspin De Waterspin is ontstaan als een initiatief van een aantal aanstaande huurders, kopers en de architect. Het Woningbedrijf Den Haag Zuid-Oost is opgetreden als ontwikkelaar. Het thema van het project is duurzaam wonen en leven in een stedelijke omgeving. Het project bestaat uit vier gebouwen in de Spijkersmakersstraat in het centrum van Den Haag. Twee gebouwen zijn nieuw gebouwd, terwijl twee andere gebouwen zijn gerenoveerd.
De nieuwbouwwoningen hebben een serre-balkon waarbij wordt gebruikgemaakt van passieve zonne-energie. De woningen en ateliers in gebouw 'Alcatraz' grenzen aan een grote gezamenlijke vide die functioneert als warmtebuffer en wintertuin. Op het binnenterrein is een helofytenfilter aangelegd, voor de zuivering van het grijze afvalwater afkomstig uit de collectieve wasmachineruimte. Een helofytenfilter zuivert afvalwater op een natuurlijke manier, met behulp van planten. Helofyten zijn planten die in ondiep water groeien, zoals riet, lisdodde en biezen. Voor een helofytenfilter wordt meestal riet gebruikt, omdat deze plant goed bestand is tegen zware en wisselende belasting. Het afvalwater, in dit geval van wasmachines, wordt eerst voorgezuiverd door een septic tank en dan naar het rietveld gepompt. Hier wordt het eigenlijke zuiveringswerk gedaan door bacteriën, die afvalstoffen in het water afbreken. De rietplanten zelf bevorderen de bacteriegroei door zuurstof aan te voeren. De wortels van de rietplanten zorgen er bovendien voor dat de bodem niet verstopt raakt. De bacteriën in het rietveld zuiveren het afvalwater tot het schoon, helder en reukloos is. Dan kan het hergebruikt worden, als wasmachinewater, schrobwater of sproeiwater voor de tuin. Een helofytenfilter verwijdert ook fosfaten uit het afvalwater. De fosfaten worden vastgelegd in de bodem. Op den duur raakt de bodem verzadigd van fosfaten. Om deze reden is de levensduur van een helofytenfilter beperkt tot ongeveer vijfentwintig jaar. www.dubocentrum.nl
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 9 van 27
Een ander voorbeeld is de ontwikkeling bij de A-12 zone. In de plannen werd expliciet gezegd, dat slechts een deel van de ontwikkeling duurzaam hoefde te worden. Dit staat haaks op de zogenaamde duurzaamheidparagraaf die voor elk raadsvoorstel verplicht is. Duurzaam bouwen is een concrete invulling van deze paragraaf. Met dit initiatiefvoorstel maakt de gemeenteraad van Den Haag duidelijk dat ze deze paragraaf serieus neemt, deze expliciteert en onderdeel maakt van een standaard en voorstellen die een onvoldoende halen niet in behandeling zal nemen. Een positief voorbeeld is, dat de gemeente het initiatief Vormidabel steunt, een nieuw ekologisch woonproject in Den Haag, dat een soort tweede Waterspin wil realiseren. Interessant zou zijn om te kijken of hier de principes van het zogenaamde passieve bouwen (zie kader) toegepast zou kunnen worden. Door middel van passief bouwen wordt de ‘Trias Energetica’ (zie kader) meer gevolgd. Energiebesparing is belangrijker dan efficiënte apparaten. Passief Bouwen: feiten en cijfers Passief Bouwen is een verzamelnaam voor die manieren van bouwen, waarbij een goed binnenklimaat wordt gerealiseerd zonder traditionele verwarmings- of koelsystemen. In technische termen betekent het meestal, dat het verwarmingsvermogen van het gebouw beperkt moet blijven tot het vermogen dat de ventilatielucht kan transporteren (in de daadwerkelijke ruimteverwarming kan in de uitvoeringspraktijk ook anders worden voorzien dan via het ventilatiesysteem). In verbruikseenheden betekent het globaal dat de energievraag voor ruimteverwarming en koeling beperkt moet blijven tot 15 kWh per vierkante meter gebruiksoppervlakte per jaar. Daarnaast gelden er eisen voor de totale primaire energievraag voor alle huishoudelijke toepassingen, warm tapwater, ruimteverwarming en koeling per jaar. Duurzame energiebronnen kunnen worden ingezet om aan de resterende energiebehoefte tegemoet te komen. Vergelijking van een gemiddelde nieuwe woning met bijvoorbeeld een passief huis levert een energiebesparing op met 80%. Zie verder: www.passiefbouwen.nl
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 10 van 27
Wat is Trias Energetica? Trias Energetica Trias Energetica is een begrip waarmee de volgorde van drie stappen naar een zo duurzaam mogelijke energievoorziening wordt aangeduid: 1.
Beperk de vraag naar energie door toepassen van vraagbeperkende maatregelen;
2.
Gebruik zoveel mogelijk duurzame energiebronnen om de energie die nog nodig is op te wekken;
3.
Zet efficiënte technieken in om het resterende energieverbruik op te wekken.
Bron: www.senternovem.nl
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 11 van 27
5 – De gemeente als eigen opdrachtgever Als de gemeente Den Haag wil bereiken dat alle bouwactiviteiten in onze ‘groene wereldstad aan zee’ op een hoog niveau van duurzaamheid gerealiseerd moeten worden dan zal ze moreel leiderschap moeten vertonen en zelf met het goede voorbeeld moeten komen. Recentelijk is dit gelukt bij het al genoemde stadsdeelkantoor Leidschenveen/Ypenburg maar in nog hogere mate bij het stadskantoor in Zuidwest. Er worden hoge greencalcscores gehaald (een andere methodiek voor het scoren van duurzaamheid). Dat is een zeer goede zaak.
Overigens is het helaas niet altijd het geval dat hoge greencalscores worden gehaald. Bij de bouw van het ADO-stadion bleek het allemaal veel moeizamer te gaan dan bij het stadsdeelkantoor Leidschenveen/Ypenburg. Terwijl de Arena volop gebruik maakt van met behulp van PV-panelen opgewekte zonne-energie is daar hier in Den Haag, mede doordat de Rijkssubsidie hiervoor is stopgezet, niet voor gekozen. Op basis van de positieve ervaringen dient de raad naar de mening van de initiatiefnemers een besluit te nemen waardoor alle nieuwbouw van gemeentelijke gebouwen tenminste een 7 volgens de GPR/standaard moet scoren. Als opdrachtgever heeft de gemeente alle vrijheid en bevoegdheid om deze duurzaamheidsambitie te eisen. Als het Haags Ontwikkelbedrijf (HOB) erbij betrokken wordt zal dit in elk projectdocument opgenomen moeten worden. Door het goede voorbeeld te geven kan de gemeente de particuliere sector ook laten zien dat het mogelijk is projecten te realiseren met een hoge score op duurzaamheid.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 12 van 27
6 – De gemeente als sturende speler in het veld. De helft van de totale woningbouw wordt door woningbouwcorporaties gerealiseerd. Hier zijn drie belangrijke spelers in Den Haag: Haag Wonen, Staedion en Vestia. Vestia met haar ontwikkelbedrijf Ceres heeft een goede staat van dienst op het gebied van duurzaamheid. Voor hun gehele oeuvre ontvingen ze zelfs de prestigieuze NET-trofee11 uit handen van staatssecretaris Van Geel. Ook Staedion timmert ten aanzien van duurzaamheid aan de weg. Bij haar studie naar duurzaamheid in Moerwijk heeft deze corporatie laten zien duurzaamheid een hoge prioriteit te willen geven. Ook Haag Wonen heeft duurzaamheid opgepakt. Met deze corporaties zijn prestatieafspraken gemaakt waarin eisen met betrekking tot duurzaamheid echter nauwelijks een rol spelen. Dit zou alsnog moeten gebeuren. Er kan dan - net als bij de afspraken over het aantal sociale huurwoningen en over het realiseren van groepswoningen voor ouderen - een bonus-malussysteem afgesproken worden. Voorbeelden die in dit kader kunnen dienen ter inspiratie zijn het convenant over geothermie in Zuidwest en het convenant in Moerwijk. De gemeente moet – in navolging van Ceres - de collega-ontwikkelaars van Citadel en Kristal stimuleren duurzamer te denken en te handelen. Ook de plannen van andere ontwikkelaars voor de particuliere woningsector moeten aan een hoog niveau van duurzaamheid gaan voldoen. Zoals gezegd, als het Haags Ontwikkelbedrijf (HOB) erbij betrokken wordt zal dit in elk projectdocument opgenomen moeten worden. Bestemmingsplannen en stedenbouwkundige plannen kunnen hierbij richting geven. Voor allerlei procedures is er overleg met de Gemeente nodig en worden afspraken gemaakt. Duidelijk moet worden, dat een bedrijf dat niets voelt voor duurzaam bouwen in Den Haag minder kansen krijgt. Hier kan het adagium van de opstellers van de Toolkit Duurzame woningbouw gelden: als bedrijven dit niet kunnen worden ze de losers in de sector. Voor de utiliteitsbouw geldt hetzelfde als voor woningbouw. Ook hier zijn bestemmingsplannen, stedenbouwkundige plannen, de bouwverordening, grondexploitatie en gebiedsgericht milieubeleid aan de orde en wordt er veel gesproken met de gemeente. De wethouder Bouwen en Wonen zal in deze gesprekken zijn leiderschap moeten tonen om duidelijk te maken wat er in Den Haag belangrijk wordt gevonden en ook dat hij zijn plannen niet door de raad krijgt als het minder dan een ‘7 GPR’ scoort op duurzaamheid. De meetlat van de GPR en de vereiste score van een 7 voor het ontwerp wordt aan de sector bekend gemaakt. Waar nodig wordt actief geadviseerd hoe dit bereikt kan worden. Expertmeetings zoals ROMBO-sessies (zie bijlage II) zijn hierbij van belang. Bij de masterplannen voor de Structuurvisie is al min of meer afgesproken dat duurzaamheid een van de peilers wordt. Als het lukt om bij alle plannen een hoog ambitieniveau te realiseren dan kan hier een enorme klapper gemaakt worden, waarbij de sector het ook als een vanzelfsprekendheid in plaats van een last gaat zien. Bij de projectvoorwaarden en bij de toetsing van de masterplannen heeft de raad het laatste woord en kan er op duurzaamheid aangestuurd en getoetst worden. 11
De Nationale Energie Toekomst Trofee (NET-Trofee) is de landelijke prijs van het Ministerie van VROM voor excellente projecten op het gebied van energiebewust wonen en werken.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 13 van 27
7 – Slooptoets Een belangrijk instrument voor de raad in de discussie over duurzaamheid is een slooptoets. In zo’n slooptoets wordt bij elke concrete sloopbeslissing aangegeven wat de milieubelasting is van sloop/vervangende nieuwbouw vs. herontwikkeling. Hierbij krijgt de herontwikkelingsvariant - samenvoegen en optoppen, die vaak het duurzaamst is - een eerlijke kans. In de studie van Weeadviseurs voor Staedion in Moerwijk bleek dit de meest milieuvriendelijke variant te zijn.12
Deze slooptoets kan ontwikkeld worden door bestaande computermodellen (GPR, ecokwantum, slooptool provincie) in elkaar te schuiven. Het is nu nog niet op de markt en de Gemeente Den Haag zou hiermee voorop lopen. De toets geeft de raad informatie over de milieuschade van verschillende varianten, die betrokken kan worden bij de definitieve politieke afweging. Of deze informatie de doorslag geeft, is aan de raad zelf. Een dergelijke toets is niet bedoeld voor afzonderlijke panden. Wij bevelen een aansluiting bij de DPL-aanpak (duurzaamheidsprofiel op locatie) aan (zie bijlage II).
12
Slechts door de sloop-nieuwbouwvariant te optimaliseren kon de milieuscore verbeterd worden. Voor een eerlijke vergelijking tussen varianten moeten natuurlijk dan alle varianten geoptimaliseerd worden. Een voorbeeld. In de wijk Schalkwijk/Haarlem is gekozen voor een warmtepomp met veel woningisolatie in bestaande bouw. Deze variant zal dan ongetwijfeld hoog scoren.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 14 van 27
8 – Controle op nieuwbouw Een ander belangrijk punt is de controle op de nieuwbouw en dan met name op handhaving van de EPC. Die ligt nu op 0.8. Uit onderzoek van het HMC bleek, dat er veel mis is in de bouw. Van de 15 onderzochte woningen in de drie VINEX-wijken bleek slechts één woning helemaal goed te zijn en één heel slecht. Bij de andere dertien leken er gebreken te zijn, hoewel de interpretatie van infraroodfoto’s ingewikkeld blijkt te zijn. Op basis van het onderzoek zijn er in de Tweede Kamer vragen gesteld aan de minister. VROM blijkt het hoog op te nemen en wil actievere handhaving.
Met behulp van ‘Bouwtoezicht op maat’ kunnen de energieprestaties in de gaten gehouden worden. Vanuit ‘Brussel’ komt de Energy Performance Building Directive (EPBD) eraan. Dit moet resulteren in een energiekeurmerk voor huizen, dus die slag moet toch gemaakt worden. Als de EPBD gemeengoed is geworden nemen ‘de taxateur’ en ‘de notaris’ de controlerende taak van de bestaande voorraad (bij verkoop van de woning) over. De exacte invulling van de regelgeving rond de EPBD is nog niet bekend. Voor nieuwbouw blijft de EPC controle en het toezicht van DSO BTD (Bouwen Toezicht en Dienstverlening) op de uitvoering (via Bouwtoezicht Op Maat) een goede manier om in de hand te houden dat door bouwers wordt voldaan aan de bouwregelgeving. Een integrale infraroodmetingen achteraf om energielekken te detecteren zou wellicht ook een remedie tegen energieverkwistend bouwen kunnen zijn. Of ‘infraroodmeting’ een zinvolle aanvulling is, dient nader onderzocht te worden. De eerste indruk is, dat dit 'mosterd na de maaltijd' en - gelet op de consequentie: als alleen in een achteraf-fase wordt gecontroleerd is slopen de enige remedie - erg ingrijpend. Voorkomen (Bouwtoezicht Op Maat) is beter dan genezen (infraroodfoto + consequenties). Als ‘stok achter de deur’ kan het echter desalniettemin nuttig zijn.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 15 van 27
9 – Duurzaam bouwen: ontkoppeling en waterretentie De Gemeente Den Haag hecht veel waarde aan ‘ontkoppeling’, dat wil zeggen: het voorkomen dat regenwater en afvalwater via hetzelfde rioolsysteem wordt afgevoerd. Ontkoppeling is mede noodzakelijk omdat het verharde oppervlak van de stad steeds groter wordt (daken, (asfalt)bestrating, verharde tuinen). Tijdens de begrotingsbehandeling gaf de raad aan dat zij afkoppeling als prioriteit ziet, door in te stemmen met een amendement om hier een viegende start mee te maken.
Duurzaam bouwen kan een belangrijke bijdrage leveren aan regenwaterretentie en ontkoppeling. Voorbeelden: gebruik sedum- en grasdaken; regentonnen/cisternen; gebruik van waterdoorlatend materiaal bij verharding van tuinen en parkeerplaatsen.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 16 van 27
10 – Organisatorische borging In Den Haag blijkt het in de praktijk moeilijk te zijn om de continuïteit in het beleid van duurzaam bouwen te handhaven en alle belangrijke diensten in dezelfde richting te laten werken. De ontwikkeling ‘van marge tot mainstream’ blijft een grote opgave. Vooralsnog is het niet altijd gelukt om duurzaam bouwen tot de mainstream van alle bouwactiviteiten te maken. In andere gemeenten wordt gewerkt met een duurzaamheidbureau waarin alle activiteiten van de gemeenten op duurzaamheid worden getoetst en aangestuurd. Bij de gemeente Apeldoorn bijvoorbeeld is dit succesvol. Een bureau, dat direct onder het college werkt, zorgt ervoor dat alle diensten bij hun producten op duurzaamheid worden aangestuurd. Belangrijk hierbij is, dat dit bureau over voldoende politieke dekking beschikt (het college en raad willen dit) en over voldoende expertise en competentie. Uit de kring van experts van duurzaam bouwen is deze deskundigheid ongetwijfeld te vinden.
Wij willen dat de gemeentelijke organisatie zodanig wordt in gericht dat duurzaamheid wordt verankerd binnen de gehele bouwcyclus. Dat betekent dat niet alleen DSO maar ook alle andere diensten duurzaamheid als integraal onderdeel van hun beleid zichtbaar maken.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 17 van 27
11- Financiële Consequenties Dit initiatiefvoorstel beoogt het belang van duurzaam bouwen binnen het beleid en de organisatie van de Gemeente Den Haag te borgen en - met gebruikmaking van objectieve criteria, i.c. GPR – op een hoger plan te brengen.
De indieners verwachten dat dit te verwezenlijken is zonder dat daar financiële consequenties aan verbonden zijn.
12 – Willen is kunnen Dit initiatiefvoorstel en raadsbesluit moet het college en het ambtenarenapparaat stimuleren om duurzaam bouwen krachtig op te pakken. Het maakt ook duidelijk dat de raad krachtig gaat handhaven op de verplichte duurzaamheidsinspanningen. Duurzaam Bouwen is een kwestie van willen, van politieke wil. Maar Duurzaam Bouwen is ook heel leuk en leidt meestal tot een aanstekelijk enthousiasme. Dat dit initiatiefvoorstel moge leiden tot een krachtige verspreiding van het virus van de duurzaamheid!
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 18 van 27
12 - Besluit De raad van de gemeente Den Haag, gezien het initiatiefvoorstel 'Duurzaam Bouwen: Den Haag op Weg naar een Acht!' van de fracties van PvdA, CDA en GroenLinks Den Haag, besluit het College te verzoeken: I
duurzaam bouwen een structurele en herkenbare plek te geven binnen de gemeentelijke organisatie, zodanig dat het ruimtelijk ordeningsbeleid en duurzaamheid met elkaar verbonden zijn;
II
alle nieuwe gemeentelijke bouwplannen te toetsen volgens de methodiek van de Gemeentelijke Praktijk Richtlijn (GPR);
III
in de gemeente Den Haag een instrumentarium te ontwikkelen met behulp waarvan vanaf medio 2007een score van minimaal GPR 7 afgedwongen kan worden. Indien deze score niet kan worden bereikt, dient gemotiveerd te worden aangegeven wat de redenen hiervan zijn;
IV.
een studie te doen die medio 2007 moet leiden tot voorstellen tot oprichting van een duurzaamheidfonds waarin financiële middelen worden ondergebracht ter compensatie van bouwplannen die niet kunnen voldoen aan de norm van de 7 GPR;
V.
ultimo 2009 dit duurzaamheidsbeleid te evalueren, de resultaten daarvan aan de Raad te rapporteren en de raad voor te stellen op welke wijze voor de daarna liggende periode een GPR niveau van een 8 of hoger kan worden bereikt.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van (datum).
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 19 van 27
Bijlage I – Zes Haagse verkiezingsprogramma’s over duurzaam bouwen PvdA: Duurzaam bouwen in nieuwbouw- en herstructureringsprojecten, dat wil zeggen milieuvriendelijk en levensloopbestendig. Hiervoor wordt een helder programma met minimumeisen opgesteld.
CDA: Milieutoets bouwen
Plannen voor ruimtelijke ordening worden getoetst op duurzaamheid. De wettelijke eisen met betrekking tot het milieu, zoals geluid-, water-, luchtkwaliteit en toepassing van duurzame materialen komen hier aan orde. 1. Bouwaanvraag toetsen op duurzaamheid: het CDA wil in de komende periode dat alle renovatie- en bouwaanvragen worden getoetst op de toepassing van duurzame materialen en de gevolgen voor het milieu.
GROENLINKS: GroenLinks wil dat bij de bebouwing, de inrichting en het gebruik van ruimte in Den Haag de gezondheid niet wordt bedreigd en dat de vervuiling van lucht, water en bodem wordt tegengegaan. Minder autoverkeer, betere bescherming van groengebieden, het ecologisch inrichten en beheren van bestaand groen en duurzaam bouwen zijn centrale onderdelen van onze visie.
VVD: Onderwerp ontbreekt.
SP: Duurzaamheid hoort de maatstaf te zijn van het gemeentelijke handelen. De gemeente moet burgers en bedrijven tot voorbeeld zijn. Milieu is geen apart vakgebied, duurzaamheid vraagt er juist om dat dit belang wordt meegenomen in de ruimtelijke ordening, bij bouwen en bij mobiliteit.
D66: Bij bouwen zijn duurzaamheid en energiezuinigheid belangrijke ontwerpeisen. (…) D66 kiest voor duurzaam bouwen door met name verhogen van bestaande bebouwing en dubbel bodemgebruik.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 20 van 27
Bijlage II - Instrumenten Duurzaam Bouwen Op de website van het DuBo Centrum www.dubo-centrum.nl/ staan tal van instrumenten om duurzaam bouwen te verwezenlijken vermeld. In deze bijlage nemen we de beschrijving van Greencalc, DPL en ROMBO van deze website over omdat deze instrumenten ter sprake komen in dit initiatiefvoorstel. Wat is Greencalc? GreenCalc+ is een dubo-instrument; een rekenmodel om de milieubelasting van een woning, gebouw of een wijk meetbaar en vergelijkbaar te maken (vergelijk ook Eco Quantum, GPR Gebouw en DuboCalc). De duurzaamheid van een woning, school, kantoorgebouw, winkel, gezondheidscentrum of wijk wordt in GreenCalc+ uitgedrukt in één overzichtelijk getal, de milieu-index. Hierbij wordt het gebouw of de wijk beoordeeld op de aspecten energiegebruik, watergebruik, materiaalgebruik en mobiliteit. De milieu-index kan lopen van 100 tot meer dan 2000; hoe hoger het getal, hoe beter. Index 100 geeft de gemiddelde bouwkwaliteit aan in 1990; een milieu-index van 2000 correspondeert met de doelstelling voor Factor 20 . Toepassing van het Nationaal Pakket Utiliteitsbouw resulteert in een index rond 120; de beste scores liggen thans rond de 250 300. Voor hogere scores zie ook de publicatie: 'Inhaalslag Duurzame Utiliteitsbouw '. Rijksgebouwendienst heeft voor een aantal van haar gebouwen de milieuindex bepaald. Aanvankelijk was GreenCalc ontwikkeld voor kantoorgebouwen; bij de ontwikkeling van GreenCalc+ is GreenCalc ook geschikt gemaakt is voor het beoordelen van woningen. GreenCalc+ kan worden ingezet tijdens de initiatief, ontwerp/bestek en gebruiksfase. GreenCalc+ genereert gegevens op diverse niveau's (bouwproducten, bouwdelen, wijken, energie, water, mobiliteit etc. Resultaten worden uitgedrukt in verborgen milieukosten (in euro's).
Wat is DPL? Duurzaamheidsprofiel op locatie Wat Welk soort instrument is het?
Communicatie-, ambitie- en monitoring instrument.
Wat zijn de voornaamste eigenschappen
Instrument waarmee het duurzaamheidsprofiel van een wijk berekend kan worden. Wanneer In welke fase van het planproces te gebruiken?
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 21 van 27
Plan- en ontwerpfase, monitoring en beheersfase Waarvoor Voor welke vraagstukken en opgaven kan het instrument worden toegepast?
Aandachtsveld: stedenbouw, woningbouw Communicatie met betrekking tot duurzaamheid tussen diverse instanties, disciplines en richting B&W: geschikt om plannen van wijken en plan-alternatieven onderling te kunnen vergelijken (meer wijken invoeren vergroot het nut van het instrument), zichtbaar maken van effecten van maatregelen en ondersteuning bij vaststellen ambitieniveau. Wie Wie kan het instrument gebruiken?
Gemeente, projectontwikkelaar, woningcorporatie Waar Bij welke projecten zijn ervaringen met het instrument opgedaan?
•
instrument in eindfase van ontwikkeling
•
casestudies uitgevoerd voor Delft – Poptahof, Amsterdam – Geuzenveld/Slotermeer en Den Haag – Transvaal
•
pilots Den Haag (Rustenburg Oostbroek en P.M. Moerwijk) en Den Helder (Julianadorp, Dorp Oost)
•
conclusies van de casestudies en pilots zijn positief
Hoe Hoe werkt het instrument in grote lijnen?
•
onderverdeling van aspecten van duurzaamheid voor Planet (milieukwaliteit), People (leefbaarheid) en Profit (economische vitaliteit) in 11 beleidsthema's en 26 indicatoren
•
berekenen van plan-alternatieven in de fase van het voorlopig ontwerp voor een nieuwbouwwijk of herstructurering
•
evalueren van de duurzaamheid van een bestaande wijk met het oog op beleidsvoering
•
meten van duurzaamheid van bestaande wijken (monitoring)
•
gegevens van een wijk worden verzameld en ingevoerd in de elektronische DPLvragenlijst
•
vanuit deze vragenlijst worden de gegevens omgerekend tot scores voor duurzaamheid in de DPL-matrix
•
de scores voor duurzaamheid worden getoond in een duurzaamheidsprofiel
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 22 van 27
Wat zijn eventuele min- en pluspunten van het instrument?
Minpunten: verzamelen van basisgegevens kost tijd; gevoelig voor verschil in schaalniveaus Pluspunten: toegankelijkheid; op één A4 duidelijk beeld van scores op het gebied van deelaspecten Relatie Relatie met andere instrumenten?
Milieukwaliteitsprofielen, Milieu op z’n plek, Wijkgerichte streefbeelden en DPL hebben veel overeenkomsten. Het instrument Milo vormt de basis van het fysieke deel van het instrument DPL Doorrekenen van MMM varianten http://www.dubo-centrum.nl/home/pagina.php?recID=161
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 23 van 27
Wat is ROMBO? Ruimtelijke Ordening en Milieu Beleidsontwerp (ROMBO) Wat Welk soort instrument is het?
Communicatie- en ambitie-instrument
Wat zijn de voornaamste eigenschappen
Tactiek om alle belanghebbende rond de tafel te krijgen gericht op duurzaamheid in stedelijk vernieuwingsproces (in Den Haag). Wanneer In welke fase van het planproces te gebruiken?
Initiatieffase met overlap naar planfase Waarvoor Voor welke vraagstukken en opgaven kan het instrument worden toegepast?
Instrument om te komen van strategisch naar operationeel beleid op het gebied van duurzame ruimtelijke ordening en duurzaam bouwen Wie Wie kan het instrument gebruiken?
Alle betrokkenen bij het planproces. Waar Bij welke projecten zijn ervaringen met het instrument opgedaan?
Duindorp, Scheveningen, Spoorwijk en Reestenburg-Oostbroek te Den Haag. Hoe Hoe werkt het instrument in grote lijnen?
•
procedure van negen stappen, gegroepeerd in drie fasen: beeldvorming, meningsvorming en besluitvorming
•
ROMBO kan op verschillende schaalniveau's worden toegepast: zoals structuurplan, bestemmingsplan en op gebouwniveau
•
betrokkenen geven aan welke milieu-aspecten zij relevant vinden
•
betrokkenen geven in een aantal workshops gezamenlijk invulling aan duurzaamheid
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 24 van 27
Relatie Relatie met andere instrumenten?
Met DPL kan de ambitie met betrekking tot de duurzaamheidsaspecten inhoud worden gegeven. Meer info Waar is meer gedetailleerde informatie over dit instrument
•
Publicatie Rombo tactiek
•
dr.drs.ir. Christoph Maria Ravesloot, tel. 06-169 10 660
http://www.dubo-centrum.nl/home/pagina.php?recID=177
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 25 van 27
Bijlage III – Relevante Beleidsnota’s 1. Duurzaam bouwen. Een eerste aanzet op weg naar milieubewust bouwen, onderhouden en slopen in den Haag. Juni 1991. Dit was een collegereactie op een nota van de PvdA-fractie in 1990. Omdat er niet alleen nieuw beleid gemaakt moest worden werden in deze nota al een aantal concrete maatregelen getroffen (terughoudendheid tropisch hout, geen CFK, databank duurzaam bouwen,lijst te gebruiken materialen) 2. Duurzaam bouwen in den Haag. Een verkenning. Lijnen naar de toekomst. Eindverslag september 1995 Dit is het rapport Zijdeveld. Het beleid kwam niet van de grond in de harde praktijk en Zijdeveld kwam met nieuwe aanbevelingen. Het sloot aan bij een bijeenkomst van Haaglanden die op 16 febr. In het Circustheater een nieuwe impuls had gegeven. De belangrijkste anbeveling was, dat duurzaam bouwen in den Haag dagelijkse praktijk moet worden. Afwijking van de normen was pas bij uitzondering mogelijk. Er moest een platform duurzaam bouwen opgericht worden. Den Haag moest in de voorste linie van duurzaam bouwen terechtkomen. Er worden allerlei concrete eisen geformuleerd van materiaalkeuze tot groenvoorzieing, van zolaag mogelijk energiegebruik tot waterbeparing. 3. Duurzaam bouwen.Milieuhandleiding, nov.1995 In dit omvangrijke boekwerk worden 50 materialen doorgenomen en vindt advisering plaats aan de hand van een invullijst. 4. Checklist Ruimtelijke ordening en milieu Den Haag; handreiking voor milieuinbreng in ruimtelijke plannen, dec. 1996 Deze checklist kon gebruikt worden bij uitbreidingsplannen voor de bestaande stad Het gaat om water, verkeer,afval,energie etc. 5. Checklist Ruimtelijke ordening en Milieu Den Haag. Handreiking voor milieuinbreng in ruimtelijke plannen Dit product van de gezamenlijke wethouders Van der Putten en Noordanus is gemaakt op basis van voortschrijdend inzicht. Ook hier weer een stevig document met een integrale toets. 6. Nota Milieubewust bouwen, dec. 1998. Duurzaamheidsprincipes voor nieuwbouw van woningen in de markt-en sociale sector. Dit is gemaakt door het Platform Duurzaam Bouwen. (zie aanbeveling Zijdeveld.) Er komt een (publiekrechtelijke) duurzaamheidsverordening. Het streven naar duurzaamheid is een inspanningsverplichting. Op allerlei terreinen worden uitspraken gedaan, van verkeer tot natuur.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 26 van 27
7. Prestatieafspraken gemeente den Haag en Haagse woningcorporaties, 2002 Hierin staan minimale prestatie-eisen op het gebied van duurzaamheid. 8. Projectenboek Duurzaam Bouwen, 2004 Overzicht diverse projecten 9. Intrekken verordening Duurzaam Bouwen, 26 april 2005 Omdat de rijksinspectie opmerkingen heeft gemaakt over deze verordening wordt deze ingetrokken. Dit overzicht geeft aan hoe moeizaam en taai het is om van mooi beleid tot een dagelijkse praktijk te komen.
Initiatiefvoorstel Duurzaam Bouwen PvdA, CDA & GroenLinks
p. 27 van 27