Verkenning
Drukriolering, een kijkje bij de buren Samenwerking in de afvalwaterketen in het buitengebied
Aanleg drukriolering
Verkenning van optimalisatiemogelijkheden door samenwerking bij beheer, onderhoud en vervanging van drukriolering
Verkenning
Drukriolering, een kijkje bij de buren Samenwerking in de afvalwaterketen in het buitengebied
Verkenning van optimalisatiemogelijkheden door samenwerking bij beheer, onderhoud en vervanging van drukriolering document: versie: datum: projectnummer: opdrachtgever: werkgroep:
auteur: bijdrage:
12.143/1 1 5 oktober 2012 Wve009.2 Gemeente Barneveld, Gemeente Ede, Gemeente Scherpenzeel, Gemeente Woudenberg en Waterschap Vallei en Veluwe Sander Siebel (Gemeente Ede) Evert van Peursem (Gemeente Ede) Theo Heimensen (Gemeente Barneveld) Bert Kuijpers (Gemeente Barneveld) Trilok Pradhan (Gemeente Scherpenzeel) Ruud van de Velde (Gemeente Woudenberg) Hedzer Gietema (Waterschap Vallei en Veluwe) Marlies Dekkers Kees Broks
advies/begeleiding:
Broks-Messelaar Consultancy B.V., Postbus 20032, 7302 HA Apeldoorn, K.v.K. 08091133, BTW-nr NL8127.73.688.B01, tel: 06 5495 1415 / 1416, internet: www.broks-messelaar.nl, e-mail:
[email protected]
Samenvatting De gemeenten Barneveld, Ede, Scherpenzeel en Woudenberg hebben samen met Waterschap Vallei en Veluwe de optimalisatiemogelijkheden verkend van beheer, onderhoud en vervanging van drukriolering. Daarbij zijn de lokale kenmerken van de vier gemeenten geïnventariseerd, geanalyseerd en met elkaar vergeleken. Bij de verkenning zijn kennis en ervaring met elkaar gedeeld. De vijf partijen hebben naar aanleiding van de verkenning geconcludeerd, dat samenwerking geen winstkansen oplevert voor drukriolering, anders dan de kennis en ervaringen die gedeeld zijn tijdens de verkenning, met name op het gebied van H2Svorming en foutieve hemelwateraansluitingen. Dat betekent dat er minder bespaard wordt dan dat in het “Verkenning samenwerking WVE-WSV met gemeenten”[1]is geschat. De grote overeenkomst in de onderhoudskosten per pompunit per jaar bij Barneveld en Ede en het lage aantal storingen bij alle vier gemeenten geeft geen aanleiding voor samenwerking op het gebied van onderhoud van pompunits. Samenwerken op het gebied van vervanging van pompunits wordt niet gezien als een reële mogelijkheid, omdat dit te veel gemeente-specifiek is. De medewerkers van de vier gemeenten zijn positief over de verworven inzichten maar zien geen van allen aanleiding om te gaan samenwerking, anders dan het delen van kennis en ervaring wanneer daar in de toekomst behoefte aan is. .
blad 2
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Inhoud 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doel 1.3 Leeswijzer
4 4 5 5
2 Inventarisatie en analyse 2.1 Pompunits 2.1.1 Onderhoud en kosten 2.1.2 Vervanging(skosten) 2.2 Drukleidingen 2.2.1 Onderhoud en kosten 2.2.2 Vervanging 2.3 Problemen bij drukriolering 2.3.1 Hemelwater 2.3.2 Discrepantie afvalwater 2.3.3 H2S 2.3.4 Heveling (luchtinsluiting) 2.4 Samenvattend
6 6 7 8 9 9 9 10 10 10 11 11 12
3 Optimalisatiekansen 3.1 Pompunits 3.1.1 Gezamenlijk aanbesteden onderhoud 3.1.2 Meer preventief onderhoud 3.2 Drukleidingen 3.3 Problemen bij drukriolering 3.3.1 Gezamenlijk handhaven hemelwateraansluitingen
13 13 13 14 14 14 14
4 Conclusie
16
Literatuur
18
Bijlagen Bijlage A – Inventarisatie Bijlage B – Leeftijdsopbouw pompunits Bijlage C – Bestek pompunits
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
21 25 26
blad 3
1 Inleiding Vanuit een groeiend milieubesef is in de jaren 80 in veel buitengebieden drukriolering aangelegd. Dat werd in die periode gesubsidieerd via de zogenaamde verfijningsregeling. In de jaren’90 was er sprake van een tweede piek in de aanleg van drukriolering vanwege rijkssubsidie. Midden jaren ’00 moest er worden aangesloten op riolering of IBA om aan wettelijke verplichtingen te voldoen. Gemeenten hebben als taak afvalwater in te zamelen en te transporteren en ervoor te zorgen dat de voorzieningen die daarvoor nodig zijn goed blijven functioneren. Daarvoor moeten voorzieningen als drukriolering periodiek onderhouden worden en zo nodig vervangen. De eerste vervangingen van mechanische en elektrische onderdelen van de drukriolering hebben inmiddels plaatsgevonden. De verwachte technische levensduur van het drukrioleringssysteem is circa 30 jaar. Daardoor is nog weinig ervaring met de vervanging van bouwkundige objecten. Het waterschap is verantwoordelijk voor de verwerking van het afvalwater op de RWZI. Gemeenten Barneveld, Ede, Scherpenzeel, Woudenberg en Waterschap Vallei en Veluwe hebben de kansen voor optimalisatie van beheer, onderhoud en vervanging door samenwerking verkend. Hierbij is bijvoorbeeld gekeken of samenwerking met dezelfde kosten meer kwaliteit en/of een minder kwetsbaar systeem oplevert, of dat met minder kosten dezelfde kwaliteit geleverd kan worden. De resultaten van deze verkenning staan in deze rapportage.
1.1
Aanleiding Op 23 juni 2011 is in het bestuurlijke Platform Water Vallei en Eem onder andere besloten dat de samenwerkingspilot Barneveld-Ede1 verder uitgewerkt moet worden. Uit een globale verdiepingsslag als voortzetting van de “Verkenning samenwerking WVE-WSV met gemeenten”[1] zijn twaalf samenwerkingsprojecten geselecteerd die kunnen leiden tot kosten besparen, kwaliteit verbeteren en/of kwetsbaarheid verminderen. Van deze twaalf projecten is bepaald dat de volgende drie het beste op het niveau van de Gemeenten Barneveld en Ede kunnen worden uitgewerkt: 1. Beheer, onderhoud en vervanging drukriolering; 2. Reiniging en inspectie van riolen, reinigen van kolken en straatvegen; 3. Slibverwerking.
1
Pilot Barneveld-Ede: het onderzoeken van de reële mogelijkheden om watertaken effectiever en doelmatiger uit te voeren door samenwerking tussen gemeenten en het toekomstige waterschap Vallei en Veluwe.
blad 4
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Gelijktijdig zou in Woudenberg en Scherpenzeel ook een onderzoek naar optimalisatie van de drukriolering door samenwerking plaatsvinden. Daarom zijn beide onderzoeken samengevoegd. In deze rapportage staan de resultaten van het onderzoek naar optimalisatiekansen voor het goed laten functioneren van de drukriolering.
1.2
Doel Het doel van deze verkenning is het in beeld brengen van de optimalisatiekansen bij samenwerking in beheer, onderhoud en vervanging van drukriolering en het uitwisselen van kennis en ervaringen over (problemen bij) drukriolering.
1.3
Leeswijzer Naast deze inleiding bevat dit rapport de volgende hoofdstukken: Hoofdstuk 2 – “Inventarisatie”. In dit hoofdstuk is inzicht gegeven in de geïnventariseerde gegevens en de analyse van deze gegevens. Hoofdstuk 3 – “Optimalisatiekansen”. In hoofdstuk 3 staan de optimalisatiekansen voor drukriolering. Hoofdstuk 4 – “Conclusie”. Achtergrondinformatie en technische gegevens zijn zoveel mogelijk in de bijlagen geplaatst. Deze vindt u achter in het rapport. Markeringen in de tekst In dit rapport is gebruik gemaakt van de volgende markeringen: literatuur [nummer] Nummers tussen vierkante haken verwijzen naar documenten in de literatuurlijst op blad 18. 1) xxx Nummers met een rond haakje verwijzen naar voetteksten onderaan de bladzijde.
Daar waar in dit rapport alleen de naam Barneveld, Ede, Scherpenzeel of Woudenberg staat wordt in alle situaties de gemeente bedoeld.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 5
2 Inventarisatie en analyse Bij de inventarisatie van de lokale situaties zijn de beschikbare gegevens van de drukriolering geanalyseerd. Daarnaast zijn de kennis en ervaring over (problemen bij) drukriolering uitgewisseld. Dit resultaten van de analyse en de uitgewisselde kennis en ervaring staan in dit hoofdstuk. Gedetailleerde gegevens over beheer, onderhoud en vervanging van drukriolering staan in bijlage A. In dit hoofdstuk wordt verwezen naar de rij-nummers van de inventarisatielijst in de bijlage middels het rijnummer tussen haakjes.
2.1
Pompunits Het aantal pompunits per gemeente varieert van 110 in Scherpenzeel tot 2035 in Ede (1a). Alle gemeenten hebben moedergemalen en dochtergemalen (1b, 1c) waarvan een deel bestaat uit tussengemalen en dubbele pompunits (1d, 1e). Ede heeft 95 pip’s2 (1f). Scherpenzeel en Woudenberg hebben alleen Flygt pompen, Barneveld en Ede hebben pompen van diverse merken (1h, 1j). Alle gemeenten hebben zowel versnijdende als open kanaal pompen. In de onderstaande figuur staan de aanlegjaren van de pompunits.
2
Pip staat voor pomp in put: het is een luchtpersrioolsysteem waarbij door middel van lucht afvalwater in de drukleiding wordt gepompt. Hiermee wordt H2S aanslag voorkomen.
blad 6
Figuur 1 Aanlegjaren pompunits drukrioleringssysteem
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Voor de vervangingstermijnen van de pompunits is onderscheid gemaakt naar mechanisch, elektrotechnisch en bouwkundig. Analyse De configuratie van de vier gemeenten is vergelijkbaar. Opvallend is het aantal pip’s in Ede: 95 (1f). Allen hebben twee type pompen: open kanaal en versnijdende. Barneveld en Ede hebben een grote diversiteit aan pompleveranciers; er is geen standaard leverancier. Scherpenzeel en Woudenberg werken met één leverancier (Flygt), maar geven aan dat dit geen randvoorwaarde is. Het hebben van één type pomp is gemakkelijk voor het onderhoud. Uit de leeftijdsopbouw blijkt dat drukleidingen vanaf begin jaren ‘80 te zijn aangelegd. Er zijn drie pieken zichtbaar: begin jaren ’80, begin jaren ’90 en midden ‘00. Begin jaren ’80 is de start geweest om het buitengebied aan te sluiten op de riolering. In die tijd was er een verfijningsuitkering van het Rijk voor elke aangesloten woning op de riolering. Begin jaren ’90 moest er worden aangesloten en was er ook rijkssubsidie beschikbaar. Sinds midden jaren ’00 moeten alle ongerioleerde percelen worden voorzien van riolering of een IBA om aan wettelijke verplichtingen te kunnen voldoen.
2.1.1
Onderhoud en kosten In alle gemeenten vindt preventief onderhoud plaats. In Scherpenzeel en Woudenberg standaard 1 keer per jaar, in Barneveld gemiddeld 0,8 keer per jaar en in Ede 1 tot 2 keer per jaar (3a,b). In Barneveld en Ede is dit afhankelijk van de functie (3a,b): belangrijke gemalen worden vaker onderhouden. Barneveld doet het onderhoud zelf (9a en b), in de andere gemeenten wordt het onderhoud uitbesteed. Het aantal storing bedraagt 78 in Scherpenzeel, 90 in Woudenberg, 735 in Barneveld en 478 in Ede (exclusief storingen door regen) (5a). Deze aantallen zijn in Scherpenzeel en Woudenberg gebaseerd op 2011 en in Barneveld en Ede op een gemiddelde van de jaren 2010 en 2011. In Ede is een storing gedefinieerd als het aantal uitrukken. Indien er voor een storing drie keer moet worden langsgegaan, telt het Edese systeem dit als 3 storingen. Bij de andere gemeente telt iedere storing als één. In Scherpenzeel en Woudenberg komen de volgende typen stortingen voor: vervuiling niveauregeling, BKK3, aardlek e.d (5a). In Barneveld en Ede komen naast deze typen storingen ook andere typen storingen. Bij storingen/calamiteiten voert de gemeente Barneveld alle werkzaamheden zelf uit. De andere gemeenten hebben dit uitbesteed. Elke gemeente heeft een andere bron van reserveonderdelen: Barneveld: op werf en leverancier uit Veenendaal; Ede: externen; Scherpenzeel: voorraad bij externen; Woudenberg: pompen bij gemeente, rest bij aannemer. Het aantal storingen door foutieve hemelwateraansluitingen op de drukriolering is in Barneveld ongeveer 744. Ede heeft ongeveer 584 storingen (5a).
3
Met storingen BKK wordt bedoeld dat de BalKeerKlep vast zit, waardoor water uit de persleiding na het uitslaan van de pomp terugloopt de put in.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 7
De onderhoudskosten staan in onderstaande tabel weergegeven. Tabel 1 – Onderhoud, kosten en meer Barneveld Pompunits Onderhoudsfrequentie pompunits Preventief en correctief Preventief Correctief Preventief en correctief Preventief Correctief Wie
[aantal] [aantal/jr] [€/jr] [€/jr] [€/jr] [€]/unit/jaar [€]/unit/jaar [€]/unit/jaar
Storingen gemalen (excl. hwa-storingen) Gemiddelde storing per unit
[aantal] [aantal]
Ede Scherpenzeel Woudenberg 1.441 2.035 110 256 0,8 1 1 1 232.300 311.085 13.462 43.500 niet beschikbaar 112.006 6.994 8.500 niet beschikbaar 199.079 6.468 35.000 161 153 122 170 55 64 33 98 59 137 zelf extern extern extern 735
1478
78
90
0,51
0,73
0,71
0,35
De zwarte getallen komen uit de inventarisatie, de blauwe getallen zijn berekend.
Analyse De kosten van het onderhoud (preventief en correctief) per pompunit varieert van € 122 in Scherpenzeel tot € 170 in Woudenberg. Woudenberg heeft relatief de hoogste kosten aan correctief onderhoud en relatief de laagste kosten aan preventief onderhoud. De totale onderhoudskosten per pompunit zijn in Woudenberg het hoogst. De verschillen tussen Barneveld en Ede zijn klein (€ 10 per unit per jaar). Het gemiddelde aantal storingen per pompunit varieert van 0,35 in Woudenberg tot 0,73 in Ede. Ede heeft mogelijk het grootste aantal storingen omdat dit het aantal uitrukken betreft. Ondanks dat Woudenberg de minste storing per unit heeft, maakt zij de meeste kosten voor correctief onderhoud.
2.1.2
Vervanging(skosten) In onderstaande tabel staan de gegevens over de vervangingen (zie ook 7ft/m 7h). De termijnen voor vervanging zijn vergelijkbaar. De vervangingstermijn voor mechanisch en elektrotechnisch is bij alle gemeenten 15 jaar. Voor de bouwkundige vervanging is een verschil. Barneveld en Ede houden 50 jaar aan, Scherpenzeel en Woudenberg 60 jaar. Tot voor kort was dit in Scherpenzeel en Woudenberg 45 jaar. In de praktijk variëren de vervangingskosten. Bij Scherpenzeel en Woudenberg vindt vervanging plaats voor ongeveer € 3.500,00 per pompunit in Barneveld voor € 4.471,00 en in Ede € 2.342,00. Vervanging van pompunits wordt uitbesteed. Barneveld doet kleine renovaties zelf. Tabel 2 – Vervangingskosten voor GRP-periode en werkelijk besteed Pompunits vervangingstermijn mechanisch vervangingstermijn electrotechnisch vervangingstermijn bouwkundig gemiddeld [€/unit] obv praktijk
[aantal] [jaar] [jaar] [jaar] [€/unit]
Barneveld Ede 1.441 2.035 15 15 15 15 50 50 4.471 2.342
Scherpenzeel 110 15 15 60 3.500
Woudenberg 256 15 15 60 3.500
Analyse De vervangingskosten verschillen op hoofdlijnen significant. Onduidelijk is of de kosten vergelijkbaar zijn. Hiervoor is een nadere analyse op besteksniveau uitgevoerd (zie bijlage C). Uit deze analyse blijkt dat ook met meer gedetailleerde gegevens de getallen zeer moeilijk zijn te vergelijken. Ede geeft aan dat bij de uitbesteding in 2009 zowel de vervanging als het onderhoud gelijktijdig is uitbesteed. De gezamenlijke beleving is dat vervanging bij allen plaatsvindt tegen zeer lage kostprijzen. blad 8
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Alle gemeenten hanteren dezelfde vervangingstermijn voor mechanische en elektrotechnische onderdelen. Er zijn gelijktijdige pieken in de aanleg en met gelijke vervangingstermijnen zullen er ook gelijktijdige pieken in de vervangingen zijn. Voor het bouwkundige deel hanteren Scherpenzeel en Woudenberg een afschrijvingstermijn van 60 jaar en Barneveld en Ede van 50 jaar. De daadwerkelijke termijn van vervanging hangt onder andere af van de aard van het afvalwater dat wordt geloosd. Bijvoorbeeld bij lozing van melkspoelwater, zal er een snellere aantasting van de betonput optreden dan bij lozing van huishoudelijk afval water (er van uitgaande dat de meeste pompunit van beton zijn). De aard van het afvalwater is een bepalende factor voor de levensduur. In de periode 2009 – 2013 staan er bij de gemeenten diverse vervangingen voor mechanische en elektrotechnische onderdelen van de pompunits gepland.
2.2
Drukleidingen De lengte van de drukleidingen varieert van 12 km tot en met 420 km (2a). Ede bovendien 6 km luchtpersleiding. Woudenberg heeft geen bovenstroomse vrijvervalleiding, Scherpenzeel 1 km, Barneveld 30 km (exclusief huis-pomp leidingen) en Ede ongeveer 115 km (2c). Het aantal lozingspunten op stedelijk gebied varieert van 7 tot 49 (2d). Het materiaal van de persleiding is in alle gemeenten zowel PVC als PE (polyethyleen) (2e).
2.2.1
Onderhoud en kosten Er vindt met name correctief onderhoud plaats bij drukleidingen. Ede doet ook preventief onderhoud door pigging.4 De storingen variëren van 8 in Woudenberg en Scherpenzeel tot 36 en 177 per jaar in respectievelijk Barneveld en Ede (6a). Zie voor storingen ook paragraaf “2.3 Problemen bij drukriolering”. Het type storingen is vergelijkbaar: het merendeel is verstoppingen en een enkele keer een storing door graafschade. De totale jaarlijkse kosten die hiermee gemoeid zijn variëren van € 6.106 in Scherpenzeel en € 9.500 in Woudenberg tot € 39.210 in Barneveld tot € 34.743 in Ede (8a). In Ede worden daarnaast kosten gemaakt voor preventief onderhoud. Tabel 3 – Onderhoud drukleidingen Drukrioolleiding
Barneveld Ede Scherpenzeel Woudenberg
[km] 298 420 12 60
Onderhoud Onderhoud drukleidingen per km drukleiding [€/jaar] [€/jaar] 39.210 132 34.753 83 6.106 509 9.500 158
Wie
extern extern extern extern
Gemiddelde Storing storing per km drukleidingen drukleiding [aantal] 36 0,12 177 0,42 8 0,67 9 0,15
Analyse Het onderhoud per km drukleiding is voor Ede het minst, € 83 per km en voor Scherpenzeel het meest, € 509 per km. Het gemiddelde aantal storingen per km drukleiding is voor Scherpenzeel het meest (0,67) en Barneveld het minst (0,12).
2.2.2
Vervanging Scherpenzeel en Woudenberg hanteren een vervangingstermijn van 1 keer per 60 jaar; tot voor kort was dit 1 keer per 45 jaar. Barneveld houdt een termijn aan van 50 4
Een pig, ook wel ‘mole' (mol) genaamd, is een grote spons waarmee leidingen worden schoongemaakt.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 9
jaar en Ede voor pc-buizen 45 jaar en pe-buizen 60 jaar. Omdat de drukleiding sinds jaren ’80 is aangelegd en veel in de begin jaren van ‘00 is er nog geen sprake van vervanging. Hierover kan weinig kennisdeling plaatsvinden.
2.3
Problemen bij drukriolering Bij drukriolering komt een aantal problemen voor zoals foutieve hemelwateraansluitingen, discrepantie tussen verwachte en ontvangen aanvoer op de RWZI, H2S vorming en heveling. Hieronder staan de problemen toegelicht die in de gemeenten Barneveld, Ede, Scherpenzeel en/of Woudenberg worden ervaren (5c en 5d).
2.3.1
Hemelwater Hemelwater aansluiten op drukriool verstoort het functioneren hiervan. Pompen blijven draaien en verstoren andere pompen. Scherpenzeel ervaart geen problemen met hemelwater op de drukriolering. Woudenberg wel maar heeft dit probleem opgelost5. In Barneveld hebben ongeveer 10% van de percelen hun hemelwater aangesloten op de drukriolering. Dit percentage is gebaseerd op twee recente onderzoeken naar hemelwateraansluitingen op drukriolering. Een onderzoek betrof 58 percelen en een onderzoek 67 percelen. In Ede is dit ongeveer 20%, gebaseerd op ervaringen met roken. Echter ook met roken worden niet alle foutieve aansluitingen ontdekt omdat een deel via een waterslot loost. De verwachting is dat het percentage foutieve aansluitingen zeker hoger dan 30% is. Bij (hevige) neerslag neemt in alle vier gemeenten het aantal storingen sterk toe. Deze storingen worden wel gesignaleerd, maar er wordt niet op gereageerd. Foutieve hemelwateraansluitingen worden in alle vier gemeenten opgespoord met behulp van: Rookproeven; Ultrasoon geluid (aandachtspunt bij deze methode is dat alle lozingspunten bekend moeten zijn, wat in de praktijk vaak niet het geval is); Gekleurde vloeistof.
2.3.2
Discrepantie afvalwater In samenwerking tussen het waterschap en de gemeente Barneveld vindt in 20112012 onderzoek plaats naar de oorzaak van de discrepantie tussen de theoretische (berekende) hoeveelheid afvalwater in de drukrioleringsgebieden en de (gemeten) hoeveelheid afvalwater die in de praktijk via de drukriolering naar de RWZI wordt afgevoerd. Hierbij wordt gekeken naar de correctheid van de heffingenboekhouding, de correctheid van de metingen en naar mogelijke grote of kleine vervuilende lozingsbronnen. Met een verhoogde afvoer van afvalwater zijn hogere energiekosten en hogere kosten als gevolg van slijtage van onderdelen van de drukriolering gemoeid. .De hogere vervuilingsgraad zorgt vooral op het lozingspunt of in het tussengemaal voor extra onderhoud of snellere vervanging van de installatie. Bovendien leid een verhoogde en meer vervuild afvoer van afvalwater tot hogere kosten van zuivering op de RWZI, mogelijk hoger dan de daarvoor bepaalde inkomsten uit heffingen. 5
blad 10
Woudenberg kan handhaving eenvoudig uitvoeren omdat een groot deel van de woningen een eigen pompunit heeft; foutieve aansluitingen zijn direct te koppelen aan het perceel. Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Zuiveringskosten worden daardoor niet eerlijk verdeeld wordt over de lozers en betaalt de vervuiler niet voor wat hij loost. ( gewone huishoudelijke lozers betalen dus mee aan lozers die extra vervuild water lozen, maar daarvoor niet worden aangeslagen). Bovenstaande geldt niet specifiek voor de gemeente Barneveld. Bij alle gemeenten met drukriolering in het buitengebied, zullen discrepanties aan de orde zijn. Door de samenwerking tussen Barneveld en het waterschap is er een plan van aanpak ontwikkeld. Dit zal in de praktijk worden getest door Barneveld.
2.3.3
H2S Alle gemeenten hebben last van H2S-vorming (waterstofsulfide) in drukriolering. H2Svorming geeft de bekende rotte eierenlucht. De volgende voorbeelden zijn gegeven voor het oplossen van deze problematiek: Preventief: Pip’s/luchtinblaas: een kleine compressor in de besturingskasten blaast een keer in de zoveel tijd lucht in. Er vindt luchtinjectie/luchtinblaas plaats (zie www.iesystems.nl). Met luchtinblaas moet je oppassen voor heveling. Randvoorwaarde is dat ontluchting plaats kan vinden. Het gebied is echter continu in beweging waardoor steeds weer nieuwe locaties met H2S ontstaan. Correctief: Natte kelders vervangen door droge kelders. Barneveld past dit systeem toe. Ontvangend vrijvervalriool relinen of put bekleden of put niet in de weg leggen zodat deze makkelijker vervangen kan worden. Met water doorspoelen zodat verblijftijd korter wordt. Nadeel hiervan is dat je pomp veel meer draaiuren maakt en er ‘dun’ afvalwater naar de RWZI wordt afgevoerd. Conclusie is dat als de H2S-problematiek niet wordt aanpakt, elke circa 5 jaar rioolputten vervangen moeten worden. Deze laatste situatie is niet wenselijk, omdat H2S een giftig gas is dat voor risicovolle situatie leidt voor medewerkers/externen die onderhoud/metingen verrichten. Analyse Voor deze problemen is het delen van kennis van belang om te analyseren waar mogelijkheden zijn om de problemen aan te pakken. Er ontstaan ideeën hoe de problemen aan te pakken of hoe de problemen gezamenlijk aan te pakken.
2.3.4
Heveling (luchtinsluiting) Barneveld heeft problemen met heveling (luchtopsluiting) in drukriolering. Heveling leidt tot verstoppingen. Heveling kan voortkomen uit de (foutieve) wijze van aanleg van drukleidingen. Het komt meestal voor bij gestuurde boringen die steeds dieper worden aangelegd om kruisingen met andere kabels te voorkomen. Juist die grotere diepte leidt tot heveling. Barneveld heeft ongeveer 5 gestuurde boringen; Ede 250 en Scherpenzeel en Woudenberg onbekend. Ede heeft beperkt last van heveling ondanks de aanwezigheid van gestuurde boringen. Mogelijke oorzaak is de lengte aan leiding die stroomafwaarts van de gestuurde boring ligt; deze kortere leidinglengte heft het hevelingsprobleem op.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 11
Ook bij oude strengen met inbreidingen komt heveling voor. In een bestaande systeem waar pompen op elkaar zijn ingesteld vindt ontregeling plaats door inbreidingen. Hierdoor ontstaat heveling. Omdat de bron/oorzaak van heveling niet duidelijk is, is een structurele oplossingen nog niet gevonden. Analyse Voor deze problemen is het delen van kennis van belang om te analyseren waar mogelijkheden zijn om de problemen aan te pakken. Er ontstaan ideeën hoe de problemen aan te pakken of hoe de problemen gezamenlijk aan te pakken.
2.4
Samenvattend Pompunits Er bestaat nauwelijks verschil in de kosten tussen gemeente Barneveld en Ede per pompunit per jaar voor preventief en correctief onderhoud. Woudenberg is aanzienlijk duurder uit en Scherpenzeel goedkoper. Woudenberg heeft de minste storing per unit heeft en maakt de meeste kosten voor correctief onderhoud. Mogelijk kan door samenwerking op het gebied van aanbesteden van het beheer en onderhoud van de pompunits financieel voordeel worden behaald. Het kennis delen over bestekken voor vervanging van pompunits leidt tot een bevestiging van de noodzaak tot een eigen aanpak per organisatie. Er is sprake van veel maatwerk per organisatie. Interessant is te discussiëren over “hoe een bestek op de markt te zetten”. Drukleidingen
Het onderhoud kost bij kleine gemeenten relatief veel meer dan bij grotere gemeenten maar de omvang van de absolute kosten is zeer beperkt.
Problemen Gebieden met veel drukriolering ervaren diverse problemen. Enerzijds betreft het problemen met opsporen van foutieve aansluitingen van hemelwater en opsporen van bronnen die discrepantie veroorzaken. Anderzijds zijn het problemen als H2S vorming en heving/luchtinsluit waarvoor oplossingen moeten worden gevonden. Barneveld en Ede hebben last van hemelwater op de drukriolering. Mogelijk dat er een kans is om gezamenlijk op te trekken in handhaving hiervan. In Barneveld is een pilot discrepantie. Mogelijk dat uitkomsten van deze pilot breder kan worden toegepast. Alle gemeenten hebben problemen met H2S. Kennisdelen over het probleem en mogelijke oplossingen is interessant en leidt tot een overzicht van wijzen van omgaan met het probleem. Met name gemeente Barneveld heeft problemen met heveling. De oorzaak van de heveling is niet bekend, de oplossing is ook niet eenduidig.
blad 12
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
3 Optimalisatiekansen Op basis van de uitgevoerde verkenning is een indruk ontstaan van kansen voor optimalisatie van drukriolering. Hierbij is gekeken naar optimalisatiekansen door het gezamenlijk uitvoeren van activiteiten door gemeente(n) en/of waterschap en naar mogelijkheden voor optimalisatie binnen de eigen organisatie. Dit laatste is eveneens het resultaat van samenwerking, namelijk het toepassen van de uitgewisselde kennis over drukriolering. De kansen voor optimalisatie staan hieronder beschreven. Per onderscheiden thema is aangegeven voor een gemeente, voor gemeenten of voor gemeente(n) en waterschap welke optimalisatiekans er bestaat voor het betreffende thema. Voor de optimalisatiekans is, indien aanwezig, het risico aangegeven. Ook is aangegeven in hoeverre de optimalisatiekans bijdraagt aan een van de drie k’s: kosten besparen, kwaliteit verbeteren, kwetsbaarheid verminderen.
3.1
Pompunits
3.1.1
Gezamenlijk aanbesteden onderhoud Alle vier de gemeenten hebben te maken met correctief onderhoud en soms met preventief onderhoud. Mogelijk kunnen deze onderhoudswerkzaamheden gezamenlijk worden uitbesteed. Risico - beperkt Lokale kennis van de drukriolering kan verloren gaan als het onderhoud wordt uitbesteed aan een nieuwe partij Kans Kosten blijven naar verwachting gelijk De specialisten geven aan dat werken voor zeer lage prijzen worden aanbesteed en gezamenlijk aanbesteden naar verwachting geen significant voordeel. oplevert. Kwaliteit blijft gelijk (zie risico); Het voordeel van samenwerking ten aanzien van kwaliteit is beperkt omdat het uitbesteden bij de drie gemeenten die uitbesteden goed bevalt. Hieruit volgt dat er geen financieel of kwalitatief voordeel is voor uitbesteden van werkzaamheden of werkzaamheden zelf doen. Kwetsbaarheid blijft gelijk. De werkzaamheden voor Ede, Scherpenzeel en Woudenberg zijn uitbesteed. Ook bij het opstellen van bestekken wordt kennis ingehuurd. Barneveld doet onderhoud in eigen beheer.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 13
Actie Geen.
3.1.2
Meer preventief onderhoud Mogelijk dat meer inzetten op preventief onderhoud kostenvoordeel op kan leveren. Op basis van dit verkennend onderzoek is het niet mogelijk deze conclusie te trekken. Kanttekening voor een eventueel verdiepend onderzoek naar mogelijk inzet op preventief onderhoud zijn: Ongeveer 10 jaar geleden is er een werksessie bij een pompleverancier geweest met diverse gemeenten uit het land). In deze werksessie is aangegeven, dat er rekening zou moeten worden gehouden met 1 storing per jaar per pompunit. Op basis van deze referentie kan worden gesteld dat alle vier gemeenten hier ruimschoots onder blijven en het dus goed doen ten opzichte van het (landelijk?) gemiddelde; Dilemma is dat gemeenten met preventief onderhoud problemen/overlast kunnen voorkomen, maar dat anderzijds te vroeg of te veel preventief onderhoud kan leiden tot onnodige kosten; Preventief onderhoud is geen garantie voor geen storingen. Actie geen Advies Analyseer de storingenlijst op veel voorkomende (en beïnvloedbare) storingen. Mogelijke dat bepaalde storingen ook kunnen worden geclusterd. Mogelijke dat preventief onderhoud (per cluster) kostenvoordeel oplevert versus correctief onderhoud voor deze storing.
3.2
Drukleidingen De kosten voor onderhoud van de drukleidingen in de kleine gemeenten is per pompunit significant hoger dan bij de grote gemeenten. Echter bedragen bij de kleine gemeenten voor onderhoud zijn dusdanig klein dat samenwerking op dit gebied en de daarvoor benodigde afstemming in absolute zin mogelijk meer kost dan het onderhoud zelf. Hier zijn dan ook geen kansen voor optimalisatie door samenwerking.
3.3
Problemen bij drukriolering
3.3.1
Gezamenlijk handhaven hemelwateraansluitingen Aanpak van foutieve hemelwateraansluitingen is een langlopend en continu proces. Voorbeeld van een werkwijze: 1. Aanwijzing voor verdenking 2. Verdenking bevestigen door 1e keer roken 3. Aanschrijven met een termijn voor afkoppelen hemelwater op drukriolering 4. Herinnering sturen 5. Situatie vaststellen met 2e keer roken 6. Handhaven 7. Aanschrijven met dwangsom
blad 14
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
8. 3e keer roken Juridisch is het een complex traject. Voor de aanpak van foutieve hemelwateraansluitingen op de drukriolering is constant aandacht en capaciteit nodig. Mogelijk is dit een onderwerp om gezamenlijk aan te pakken: een fulltime “handhaver hemelwater op drukriolering” voor diverse gemeenten samen. Voordeel hiervan is dat de expertise toeneemt. Echter de juridische situatie per gemeente is erg verschillend. De uren moeten toch gemaakt worden en expertise bij externen is ook van tijdelijke waarde. De meerwaarde wordt onvoldoende groot geacht om hier op in te gaan zetten. Kans Geen. Actie geen Advies Regulier voorlichten blijft belangrijk. Bijvoorbeeld 1 keer per 5 jaar een brochure in de brievenbus, brochure beschikbaar stellen via het waterloket, jaarlijks een artikel in de lokale krant, brochure gericht verspreiden bij wederkerende storingen. Toezichthouders informeren over belang niet aansluiten van hemelwater Handhaven is een langdurig, arbeidsintensief project dat regulier moet worden toegepast om al voorbeeld te dienen voor anderen ook.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 15
4 Conclusie Gemeenten Barneveld en Ede, Scherpenzeel en Woudenberg en Waterschap Vallei en Veluwe hebben samen de optimalisatiemogelijkheden verkend in het beheren, onderhouden en vervangen van drukriolering. De conclusie is dat het gezamenlijke overleg nuttig is geweest, dat Gemeente Barneveld, Ede, Scherpenzeel en Woudenberg en het waterschap Vallei en Veluwe geen kans voor een optimalisatie zien op het gebied van drukriolering, en dat er dus minder bespaard wordt door samenwerking dan dat in het “Verkenning samenwerking WVE-WSV met gemeenten”[1]is ingeschat. De grote overeenkomst in de kosten per unit per jaar voor onderhoud (bij Barneveld en Ede) en het lage aantal storingen ten opzichte van een bekend gemiddelde leidt tot de conclusie dat er geen aanleiding is voor samenwerking op het gebied van onderhoud. Samenwerken op het gebied van vervanging van pompunits is geen optie omdat dit te veel gemeente specifiek is. Medewerkers zijn enthousiast over het gecreëerde inzicht maar geen van allen ziet aanleiding om te gaan samenwerking anderszins dan kennis delen op moment dat daar in de toekomst behoefte aan is.
Aan de slag Op een aantal gebieden kan nader onderzoek inzicht geven in mogelijke andere optimalisatiekansen of dragen acties mogelijk bij aan beter onderhoud en beheer van drukriolering per gemeente: Analyseer de storingenlijst op veel voorkomende (en beïnvloedbare) storingen. Mogelijke dat bepaalde storingen ook kunnen worden geclusterd. Mogelijke dat preventief onderhoud (per cluster) kostenvoordeel oplevert versus correctief onderhoud voor deze storing. Regulier voorlichten blijft belangrijk. Bijvoorbeeld 1 keer per 5 jaar een brochure in de brievenbus, brochure beschikbaar via het waterloket, jaarlijks een artikel in de lokale krant, brochure gericht verspreiden bij wederkerende storingen. Toezichthouders informeren over belang niet aansluiten van hemelwater Handhaven is een langdurig, arbeidsintensief project dat regulier moet worden toegepast om als voorbeeld te dienen voor anderen.
De financiële feiten De directe winst is in de verkenning6 geschat tot € 10.000 per jaar, voortkomend uit harmonisatie installaties en gezamenlijk aanbesteden. De indirecte winst is ook tot € 10.000 per jaar geschat, voortkomend uit efficiënter beheer en onderhoud en 6
blad 16
Verkenning samenwerking WVE-WSV met gemeenten Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
voorraadbeheer. Uit deze optimalisatiewinst komt geen zichtbare kostenbesparing voort. Hieruit blijkt dat de te verwachten besparingen lager zijn dan tot nu toe was ingeschat.
Ook voor anderen De uitkomsten van deze optimalisatiestudie zijn bruikbaar voor alle organisaties in de afvalwaterketen. De belangrijkste aandachtspunten zijn: Het bestek voor vervanging van mechanisch en elektrotechnische onderdelen van pompunits zijn zeer gemeente specifiek; Drukriolering is een onderwerp waar veel problemen spelen die niet eenvoudig zijn op te lossen. De problemen betreffen: Hemelwater op drukriolering, H2S, heveling/luchtinsluiting en discrepanties. Het delen van kennis is interessant en is een goede reflectie op de eigen werkwijze maar hoeft niet per definitie tot verandering van werkwijzen te leiden. Het kan ook bevestigend zijn dat verschillende werkwijzen tot een zelfde goed en efficiënt resultaat leiden.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
blad 17
Literatuur [1] Gemeenten Barneveld, Ede en waterschap Vallei en Eem en Veluwe, Verkenning samenwerking WVE-WSV met gemeenten, Broks-Messelaar Consultancy, 2011.
blad 18
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Bijlagen Bijlage A – Inventarisatie
21
Bijlage B – Leeftijdsopbouw pompunits
25
Bijlage C –Bestek pompunits
26
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Bijlagen, blad 19
Bijlage A – Inventarisatie
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Bijlagen, blad 21
Kwaliteit 5 Kwaliteit bij gemalen 5a Aantal en type storingen
tekst
gemiddeld 1479 storingen waarvan 744 door regen (ca. 50%)
5b Kwaliteit pompunits
tekst over toestand
5c Beschrijving eventuele problemen met hwa
tekst
5d Beschrijving eventuele problemen met H2S
tekst
5e Welke acties worden ondernomen voor voorkomen/ tegengaan van H2S en hwa
tekst
6 Kwaliteit bij druk leidingen 6a Aantal + type verstopping
737 pompunits gerenoveerd in periode 20102011. Deze units zijn goed. Overige pompunits dateren uit 2004-2007 en kunnen als voldoende worden beschouwd.
40% 40% van objecten aangesloten? Dit zorgt voor overbelasting van het stelsel en slijtage van pompen alle lozingspunten aantasting op alle lozingspunten
voorlopig inzicht op basis van 1 onderzoek 10% HWA aansl. Op drukriool stank, weg vreten van (beton en stalen) putranden Natte kelders vervangen voor droge kelders boosters. Ontvangende vrijverval riolen zijn voorzien van een lining of vervangen door PVC.
tekst 36
Bijlagen, blad 22
gemiddeld (over 2010/2011) 1479 storingen uitgesplitst naar typen: bijzonderheid 4 st, electrisch 143 st, heveling 52, mechanisch 85, door regen 744 (ca. 50%), telemetrie 46, door vervuiling 407
2 jarig gemiddelde (2010-2011) 4124 storingen. Dit is het aantal uitruk k en, soms wordt voor 1 storing meerdere k eren uitgeruk t . Uitgesplitst naar type storing: pomp+stijgleiding (261), niveauregeling (533), electrische gemiddeld 2062 installatie (647), signalering (293), persleiding 2011: circa 78 storingen, storingen waarvan 584 (354), PIP (468), vrij verval (89), geen storing vervuiling niveauregeling, BKK, door regen (ca. 30%) (363, regenval?), thermisch (327), overige aardlek, etc. (806, regenval?). Som der delen groter dan totaal doordat soms meerdere storingen per unit worden toegewezen. Geen storing en overige zijn ongeveer 30%, veroorzaakt door hemelwater?
-
gemiddeld 36 storingen in persleiding. Uitgesplitst naar typen: 32 verstopingen, 4 kapot
Opsporing hemelwateraansluitingen op drukriolering dmv rookacties of ultrasone methode; Plaatsing van PIP's of pompen met luchtinblaas.
vuilprop, luchtinsluiting, graafschade 177
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
2011: circa 90 storingen, vervuiling niveauregeling, BKK, aardlek, etc.
1984: 24 units, renovatie 2012 gepland, 1996: 35 units, renovatie 2013 gepland, 2004: 48 units, 2008: 1 unit.
BKK: BalKeerKlep zit vast zat, waardoor water uit de persleiding na het uitslaan van de pomp terugloopt de put in. Resultaat is veel starts en veel draaiuren van de pomp. Oplossing kan zijn: - Reinigen van de BKK (circa € 100) of - BKK vervangen (circa € 800). 1985: 25 units, renovatie 2012 gepland, 1996: 56 units, 2000: 33 units, 2002: 7 units, 2004: 38 units, 2009: 18 units gerenoveerd, 2011: 31 units gerenoveerd
Geen problemen bekent
2011 adressen gecontroleerd met rook. Geen andere problemen nu bekend.
aantasting lozingspunt (3 stuks)
aantasting lozingspunt (3 stuks) 1 voorzien van luchtinblaassysteem (IE systems)
Onderzoek door IE systems uit laten voeren verder geen acties op ondernomen, put tussengemaal is bekleed tegen h2s
IE systems H2S, HWA bij problemen, controleren en eigenaar af laten koppelen.
2011: 8 verstoppingen persleiding
2011: 8 verstoppingen persleiding, 1 graafschade
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Bijlagen, blad 23
9 9a 9b 9c 9d
Kwetsbaarheid Onderhoud gemalen - wie doet Onderhoud preventief Onderhoud storing/ reparaties – curatief Renovatie/ vervanging Hoe is dit geregeld: snelheid reserveonderdelen e.d.
9e Totale tijdsbesteding drukriolering intern
10 Persleidingen 10a Aantal gestuurde boringen
intern/ extern intern/ extern intern/ extern op de werf/ leverancier/buu rgemeenten fte
intern intern kleine renovatie zelf grote renovatie extern
extern extern extern
voorraad op de werf /leverancier (in Veenendaal)
extern
0,6
1,2
[aantal] 5
10b Overlast door heveling
[ja/nee]
10c Overlast door luchtinsluiting
[ja/nee]
Overig 11a Zijn er contracten
[ja/nee]
11a1 ·
Waarvoor (onderhoud, storingen)
tekst
11a2 · 11a3 ·
Looptijd Contractkosten
[jaar] [€]
ja 0
ja, 2 voor de reiniging van de tussengemalen 1
5000 + 2385
11a4 ·
Voorwaarden
tekst
11a5 ·
Welke activiteiten worden uitgevoerd
tekst
Bijlagen, blad 24
all-in prijs per reinigingsbeurt, excl stortkosten reinigen pompput en appendages
we weten dat het er meer zijn, echter dit zijn nog niet als zodaning in het beheersysteem als strengtype aangegeven ca. 10 locaties geen zie opmerkings ballon
onderhoud aantal gemalen door Nijkerk 1. onderhoud van aantal gemalen door gemeente Nijkerk, 2. reinigingscontract doorlopend 5000 voor reinigen gemalen en 2385 voor onderhoud door Nijkerk van een aantal gemalen.
onderhoud+energie+storingen
extern (de Nooij) extern (de Nooij) extern (aanbesteding) reserve pompen en onderdelen op voorraad bij de nooij (kast BBL). niet geregistreerd, schatting: 3 uur per week. Coördinatie onderhoud en storingen, facturatie etc.
extern (Dusseldorp) extern (Dusseldorp) extern (aanbesteding) reserve pompen op voorraad bij gemeente (kast BBL), overige onderdelen bij aannemer. niet geregistreerd, schatting: 2 uur per week. Coördinatie onderhoud en storingen, facturatie etc.
dit is een schatting! 250
nee ja
? 10% 10%
ja 3
ja preventief en correctief onderhoud mogelijkheid tot 3 maal verlenging van 1 jaar algemene kosten bedragen ongeveer € 30.000,00
-
bestek -
niet bekend. (Bij twijfel word pompunit aangepast) nog niet bekend
preventief en correctief onderhoud
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Onderhoud en storingen met de Nooij jaarlijks verlengd onderhoud: € 6.994,00 excl. BTW, correctief onderhoud op nacalculatie (2011: storingen drukrioolunit's € 6.468,33, storingen drukleidingen € 6.106,05; totaal € 12.574,38 ) werkbeschrijving uit 2011, bij jaarlijkse verlenging preventief en reinigen pomput
?
niet bekend.
ja Onderhoud en storingen met Dusseldorp jaarlijks verlengd
onderhoud: € 8.500 excl. BTW, correctief onderhoud op nacalculatie (2011: € 40.000)
werkbeschrijving uit 2005
Bijlage B – Leeftijdsopbouw pompunits
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012
Bijlagen, blad 25
Bijlage C – Bestek pompunits Omschrijving der werkzaamheden
Ede 2009 peiljaar Eenheid Aantal Prijs per eenheid [€]
Barneveld 2009 peiljaar Eenheid Aantal Prijs per eenheid [€]
Levering in opslag 1 pompen met openwaaier , type a.
stk.
130 478,00
stk.
2 versnijdende pomp,type b. 3 versnijdende pomp,type c.
stk. stk.
125 541,00 15 541,00
stk. stk.
4 compleet leidingwerk in putten, inclusief voetbocht en geleidestangen 5 PBK-buitenkasten 6 PBK-binnenkast, compleet gemonteerd leveren compleet ingerichte HVK met hoofdverdeelinrichting conform 7 punt 5.01.1 en 5.05.2 excl buitenkast 8 leveren HVK buitenkast
stk. stk. stk. stk.
270 345,51 270 138,45 270 289,92
stk. stk. stk.
74 43 63
518,83 516,71
69 328,47 69 653,35
stk. stk.
28
1.025,35
stk. stk.
zit in rij 1-4
stk. stk.
nvt 74 1.324,44
nvt
Woudenberg 2010 peiljaar Eenheid Aantal
hierin zit levering pomp+beugel pomp+leidingwerk+ketting +voetbocht+RVS balkeerklep+driewegkoppe ling+RVS afsluiter in put incl. slopen oud leidingwerk
opmerking
Prijs per eenheid [€]
stk.
21
stk. stk. stk.
36
571,06
Fabrikaat ITT Flygt, type MP 3068.170 W210 2,4 kW leveren en monteren leidingwerk tot buiten
691,01 de put, incl. afsluiter buiten de put
stk.
Montage 9 montage leidingwerk, pompen en besturingskasten,type a 10 montage leidingwerk, pompen en besturingskasten, Type b + c
stk stk
130 140
588,63 stk. 594,93 stk.
11 vervangen hoofdverdeelkasten 12 aanbrengen extra aarde-electroden, incl. materiaal
stk m1
69 500
163,67 stk. 8,25 stk.
30
dit is een prijs voor buitenkast, incl plaatsen en montage en inregelen installatie
plaatsen
stk. stk.
19,65
besturingskast gevoed vanaf een CVK of
1.029,07 pompverdeel unit. (alleen binnenwerk, 13 leveren en aanbrengen schakelkast type Dochter
stk.
36
buitenkast hergebruiken) besturingskast incl. energieaansluiting
1.597,63 (alleen binnenwerk, buitenkast 14 leveren en plaatsen schakelkast pompverdeel dit is een prijs voor buitenkast, incl plaatsen en montage en inregelen installatie
15 leveren en aanbrengen schakelkast CVK 16 aansluiten op hoofdpost Leveren en vervangen complete koppelkasten 17 leveren en vervangen complete koppelkasten Telemetrie 18 inrichten/montage telemetrie master 19 inrichten/montage telemetrie slave
Bijlagen, blad 26
stk.
5
stk.
6
stk. stk.
4 1.430,90 buitenkast hergebruiken) 1 927,03
hergebruiken) losse CVK kast (alleen binnen werk,
436,10
stk. stk.
30 43
1.583,43 595,19
stk. stk.
Verkenning 12.143/1, 5 oktober 2012