Nr. 3
Zitting van dinsdag 19 maart 2013 Voorzitter: de heer P. IJssels, burgemeester. Aanwezig zijn de leden: de heren F.M.Th. Barth en H.H.W. Bax, mevrouw G.H. Biesheuvelvan Diemen, de heren R.J.J. van Breemen en H. Chaaby, de dames N. van Dalen-Eggink en E.L. Dansen, de heren F. Duijnhouwer en I. Elmaci, de dames J.A.G. Hania-van Emmerik en J.T.E. Hoogesteger, de heer A. Koçak, de dames A.G. van Maaren, A. Mager-Schroten en M.J. Molengraaf-Vullers en de heren C. Van der Roest, P.C.J. Schefferlie, I. Tekir en C.J.J. Wientjes. Griffier: de heer H. Sepers, plv griffier. Tevens aanwezig: de wethouders M.A.J. Doodkorte, A.P. Faro, J.C. Oostrum en A.J. Rijsdijk, alsmede mevrouw mr. drs. A.W. Vergouwe, gemeentesecretaris. Afwezig: de dames I.J. Stam en G.W. Soudain en de heren L.R.J. van Luijk en M. Wildschut.
* AGENDA: 1. Opening (20.00 uur). ............................................................................................................................................... 1 2. Vaststelling agenda. ................................................................................................................................................. 1 3. Aanwijzing van het lid dat het eerst aan de beurt van stemmen is. .......................................................................... 1 4. Vaststelling van de notulen van de raadsvergaderingen van 24 januari en 14 februari 2013. .................................. 2 5. Lijst ingekomen stukken. ......................................................................................................................................... 2 6. Raadsbeleidskader garantiestelling / uitgegeven geldleningen (nr. 2013-955). ....................................................... 2 7. Vaststelling bestemmingsplan Hoog-Dalem (nr. 2013-970). ................................................................................. 10 8. Sluiting. ................................................................................................................................................................. 15
* 1. Opening (20.00 uur).
De voorzitter: Ik open de vergadering en heet u allen van harte welkom. Ik deel u mede dat bericht van verhindering is ontvangen van mevrouw Soudain, de heer Wildschut, de heer Van Luijk en mevrouw Stam. 2. Vaststelling agenda.
De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Aanwijzing van het lid dat het eerst aan de beurt van stemmen is.
Door het lot wordt aangewezen mevrouw Van Maaren.
C-1
4. Vaststelling van de notulen van de raadsvergaderingen van 24 januari en 14 februari 2013.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden deze notulen achtereenvolgens ongewijzigd vastgesteld. 5. Lijst ingekomen stukken. C. Ter afdoening in handen van het college te stellen 1 2 3 4 5 6 7
Stichting Groene Hart, aanleg tijdelijke transportroute naar een tijdelijk gronddepot ten noorden van de Haarweg Stichting Adviesgroep Wmo Gorinchem, Reactie Woonagenda 2.0 Stichting Adviesgroep Wmo Gorinchem, Opheffing KlantContactPunt Provincie Zuid-Holland, Stand van zaken interbestuurlijk toezicht NOG Vastgoed 1 BV, reclamebelasting en OZB niet-woningen WOB-verzoek gebruikmaking van wachtgeldregeling door afgetreden wethouder T. van der Torren Reactie op nota Visie ‘jeugdigen en gezinnen versterken’ in het kader van de transformatie van de zorg voor jeugdigen in Zuid-Holland Zuid
01636
28.01.2013
23204 23210 23217
29.01.2013 29.01.2013 29.01.2013
23249 23701
30.01.2013 19.02.2013
23866
26.02.2013
23513
12.02.2013
21966 22581
26.02.2013 20.12.2012
02112
28.02.2013
23208
29.01.2012
941 953
04.02.2013 04.02.2013
952 963 956 961
11.02.2013 18.02.2013 26.02.2013 26.02.2013
21323
24.01.2013
D. Voor bericht en raad in handen van het college te stellen 1
Adviesaanvraag lokale publieke media-instelling gemeente Gorinchem
E. Betrekken bij begrotingsbehandeling 2014 1
Antwoordbrief aan provincie Zuid-Holland toezichtsregime begroting 2013 Toezichtregime begroting 2013: besloten is dat voor de gemeente Gorinchem tbv het jaar 2013 sprake is van repressief begrotingstoezicht
F. Betrekken bij raadsstukken 2012 (jaarverslagen) 1
Jaarverslag rekenkamercommissie Gorinchem 2012
G. Betrekken bij raadsbehandeling 1
Stichting Adviesgroep Wmo Gorinchem, Reactie op Nota Participatie in Gorinchem: een stap vooruit
J. Informatiebrieven van het college 1 2 3 4 5 6
Informatiebrief Voorontwerpbestemmingsplan Laag Dalemseweg 20, Gorinchem Informatiebrief Voorontwerpbestemmingsplan Bedrijventerrein en Stationsomgeving Informatiebrief Voorontwerpbestemmingsplan Binnenstad en omgeving Informatiebrief Voorontwerpbestemmingsplan Plantsoen 20 Informatiebrief Voortgang proces transitie Cultuur Voorhangbesluit Ontwerpbestemmingsplan ‘Lingewijk-Zuid’
K. Antwoorden schriftelijke vragen SP GS woningbezit gemeente
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. 6. Raadsbeleidskader garantiestelling / uitgegeven geldleningen (nr. 2013-955). 1. Korte samenvatting van de inhoud en voorstel Als bijlage bij dit raadsvoorstel is het raadsbeleidskader Garantiestelling / uitgegeven geldleningen opgenomen. Daarbij heeft de klankbordgroep Financiën uit de raad als klankbord voor het college gefunctioneerd. De groep is op 28 januari 2013 bij elkaar geweest waar gesproken is over het te vormen beleid garantiestelling. Daaruit is het volgende beeld naar voren gekomen: - Ten aanzien van het proces: de raadsleden waarderen de werkvorm van de klankbordgroep omdat aan de voorkant van het beleidsproces de gelegenheid wordt geboden de voorkeuren inhoudelijk te bespreken;
C-2
- Ten aanzien van de inhoud: de raadsleden herkennen zich in de raadsbeleidskaders garantiestelling zoals geformuleerd zijn in het bijgevoegde raadsbesluit. Wel is op verzoek van een aantal raadsleden de toelichtende tekst bij de raadsbeleidskaders gedeeltelijk aangepast; - Ten aanzien van het format Aanvraag nieuwe garantie: in de klankbordgroep is afgesproken dat het format Aanvraag nieuwe garantie ter beoordeling aan de klankbordgroepleden rondgestuurd zou worden. Twee raadsleden hebben gereageerd. Dit heeft geleid tot tekstuele aanscherpingen. Het college stelt u voor in te stemmen met de volgende kaders garantiestelling / uitgegeven geldleningen: 1
Het college geeft geen geldleningen aan rechtspersonen uit tenzij er omstandigheden zijn die daartoe aanleiding kunnen geven voor uitgifte. Het uitgangspunt is daarbij: "nee, tenzij'
2. Het college hanteert bij nieuwe aanvragen garanties de volgende 5 uitgangspunten: A: Garantieverlening past binnen het gemeentelijke beleid. Een gemeentegarantie moet een publieke taak/ het algemeen belang dienen. B: Als er een waarborgfonds is en het heeft een oordeel, dan neemt het college het oordeel van dit fonds mee en laat het zwaar wegen in de eigen afweging van het college. C: Als er zakelijke zekerheden te verkrijgen zijn, verleent het college gemeentegarantie onder de voorwaarde dat die zekerheden worden verkregen. Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van contragarantie, het vestigen van het recht van hypotheek of het laten vestigen van een pandrecht ten gunste van de gemeente. D: Het college toetst de financiële positie van de aanvrager om zicht te krijgen op de risico's die zij met garantstelling loopt. De aanvrager verschaft inzicht in de financiële positie door het overleggen van een aantal documenten. E: Het college brengt bij nieuwe aanvragen gemeentegaranties altijd een vergoeding bij de aanvrager in rekening. 3. Het college hanteert voor bestaande garanties/ uitgegeven geldleningen de volgende 2 uitgangspunten: A: Het college stelt, indien de omstandigheden gewijzigd zijn, aanvullende voorwaarden zoals kwartaalrapportages en verantwoordingsgesprekken met de aanvrager. B: De aanvrager stelt het college in staat om de financiële positie te monitoren en inzicht te krijgen in het risicoprofiel. 4. Het college hanteert ten aanzien van de verantwoording nieuwe garanties de volgende 3 uitgangspunten: A: Het college past altijd de voorhangprocedure toe bij aanvragen nieuwe gemeentegaranties. Daarbij wordt het "format beoordelingscriteria nieuwe garanties" zoals opgenomen in de bijlage als leidraad gebruikt. B: Het college is bevoegd tot het verstrekken van garanties conform artikel 160 Gemeentewet. C: Het college legt verantwoording af over nieuwe garanties via de planning en controlcyclus. 5. Het college continueert de huidige gedragslijn ten aanzien van de verantwoording van bestaande garanties / uitgegeven geldleningen: de reguliere planning- en controlcyclus is het verantwoordingsmiddel van de bestaande garanties / uitgegeven geldleningen. 6. Het college kan de hardheidsclausule toepassen. Dit houdt in dat om moverende redenen afgeweken kan worden van de uitgangspunten aanvragen nieuwe garanties zoals vermeld onder kader 2 die expliciet via de geldende voorhangprocedure aan de raad worden voorgelegd. 2. Fase trechter Het betreft de besluitvormende fase van de trechter. 3. Inleiding / aanleiding De raad van Gorinchem heeft op 16 juni 2011 de financiële verordening ex. art. 212 Gemeentewet vastgesteld. In deze verordening is vastgelegd dat het college de raad een raadsbeleidskader garantiestelling / uitgegeven geldleningen ter vaststelling aanbiedt. Het gaat dan om de reguliere aanvragen die waarop de
C-3
voorhangprocedure van toepassing is. Als het gaat om meer complexere aanvragen, dan vindt een afzonderlijke afweging in de vorm van een raadsvoorstel plaats. 4. Inhoud / Kaders Het gemeentebestuur heeft een verantwoordelijkheid voor bijvoorbeeld de realisatie van het woonbeleid (koop- en huurwoningen). Het garantie-instrument en het uitgeven van geldleningen is naast andere instrumenten, bijvoorbeeld subsidies, een middel om inhoud te geven aan de realisatie van beleid, dat door "derden" wordt uitgevoerd. Gorinchem kent een garantiebeleid dat door de praktijk en binnen de landelijke kaders is gevormd. Het gaat daarbij om grote bedragen. Het totaal aan garanties bedraagt eind 2011 € 331,1 miljoen en de waarde van de uitgegeven geldleningen bedraagt eind 2011 € 1,7 miljoen. Een garantiebeleid is noodzakelijk voor de wijze waarop het garantie-instrument wordt ingezet. Het college heeft een kader geformuleerd ten aanzien van uitgegeven geldleningen. Het uitgangspunt daarbij is "nee, tenzij". Het college heeft vervolgens uitgangspunten voor de nieuwe garanties. Ook zijn uitgangspunten voor de bestaande garanties / uitgegeven geldleningen geformuleerd. Daama wordt stil gestaan bij de uitgangspunten verantwoording van nieuwe garanties en bestaande garanties / uitgegeven geldleningen. In het raadsbeleidskader is ook een hardheidsclausule opgenomen. Het college kan daarbij om moverende redenen afwijken van de uitgangspunten garanties en uitgegeven geldleningen die expliciet via de geldende voorhangprocedure aan de raad worden voorgelegd. 5. Bestaand beleid, raadskaders en -besluiten * Raadsbesluit d.d. 16 juni 2011 inzake Financiële verordening ex. artikel 212 Gemeentewet. In de verordening is in artikel 9 de afspraak vastgelegd dat de raad een raadsbeleidskader Garantiestelling ontvangt. - Raadsinfomatiebrief d.d. 26 juni 2012 quick scan leningen en garantieportefeuille van de BNG. Het college heeft in de raadsinformatie brief aangegeven om de aanbevelingen van de BNG ten aanzien van gemeentegaranties onverkort over te nemen en zijn verwerkt in het raadsbeleidskader. De aanbevelingen hadden betrekking op: - bij nieuwe aanvragen gemeentegarantie brede afweging maken tussen publieke taak en risico's; - het beoordelen van de nieuwe aanvraag volgens een vast format; - het verankeren van de vastlegging en administratie gedurende de looptijd van garanties in de organisatie. * Gemeentewet/ Wet financiering decentrale overheden (wet Fido), artikel 2. In dit artikel is bepaald dat garanties uitsluitend ten behoeve van de publieke taak mogen worden afgegeven. De wet Fido schrijft voor dat leningen en garanties verboden zijn als er niet-publieke taken in het geding zijn. 6. Betrokkenheid derden Niet van toepassing. 7. Beoogd effect Het via een raadsbeleidskader helderheid verschaffen voor: - de raad op basis van welke uitgangspunten het college nieuwe aanvragen garanties toetst en bestaande garanties / uitgegeven geldleningen volgt; - de aanvrager op basis van welke uitgangspunten de aanvraag door het college beoordeeld wordt. In de klankbordgroep Financiën is afgesproken dat elke nieuw te verlenen garantie via de voorhangprocedure richting de raad gaat. In het voorhangbesluit worden de uitgangspunten zoals opgenomen in het bijgevoegde "Format beoordelingscriteria nieuwe garantie" verwoord. 8. Risico's of kansen In de klankbordgroep Financiën is nadrukkelijk het verzoek neergelegd in het raadsbeleidskader de relatie te leggen tussen garantieverlening en gevolgen ervan voor het weerstandsvermogen van de gemeente. Het college zal in het voorhangbesluit een weging geven ten aanzien van de risico's die (eventueel) optreden voor de gemeente bij nieuwe aanvragen.
C-4
9. Financiële consequenties Niet van toepassing. 10. Vervolgproces In het raadsbeleidskader is aangegeven dat het college de huidige gedragslijn van de verantwoording van de bestaande garanties / uitgegeven geldleningen continueert. De reguliere planning- en controlcyclus, paragraaf Weerstandsvermogen, is het verantwoordingsmiddel over de bestaande garanties / uitgegeven geldleningen. 11. Communicatie Op de gebruikelijke wijze. 12. Uitkomsten raadsbijeenkomst Niet van toepassing. 13. Nadere standbepaling college Niet van toepassing. 14. Definitief voorstel raad Voorgesteld wordt in te stemmen met de kaders zoals opgenomen in het raadsbeleidskader garantiestelling / uitgegeven geldleningen.
De heer Duijnhouwer: Mijnheer de voorzitter. Het college constateert in het conceptraadsvoorstel terecht dat als gevolg van de financiële crisis de financiële risico’s rond garanties en geldleningen door de gemeente alleen maar zijn toegenomen, met mogelijke gevolgen voor het weerstandsvermogen. Wij hebben hier te maken met garanties en geldleningen die bedoeld zijn als middel om inhoud te kunnen geven aan realisatie van beleid door derden. Het is te vergelijken met subsidies, waarmee we ook een bepaald doel willen bereiken. In de vorige raadsvergadering hebben we gezien dat daarop altijd heel trouw controle wordt uitgeoefend. Het is belangrijk dat er helderheid komt – tegenwoordig noemen we dat wel eens transparantie –, zowel in de besluitvorming als in de te volgen procedure. Immers, financiële risico’s zijn altijd aanwezig. We kunnen ze nooit uitsluiten, maar zaak is om zoveel mogelijk onzekerheden te tackelen. Met andere woorden: de risico’s moeten worden beheerst en dat noemen we met een mooi woord risicomanagement. We hebben het hier over vele miljoenen. In de financiële verordening die we eerder hebben vastgesteld is vastgelegd dat het college de raad een raadsbeleidskader aanbiedt, dat nodig is om helderheid te verschaffen over bestaande garanties en tevens over nieuwe aanvragen. Veelal betreft het hier reguliere aanvragen via de zogenaamde voorhangprocedure. Voor de meer complexe aanvragen vindt de afweging plaats via een raadsvoorstel, en dat vindt de PvdA-fractie volkomen terecht. Onze fractie is het tenslotte van harte eens met het collegestandpunt om in de toekomst in principe niet tot uitgave van geldleningen over te gaan. Met andere woorden: hiervoor geldt het principe “nee, tenzij”. Bankieren is immers absoluut geen taak van een gemeente. We moeten dat niet willen en we kunnen het volgens mij ook niet. Met dit beleidskader wordt de gewenste helderheid verschaft, zowel inhoudelijk als qua procedure. En over de procedure gesproken: door het werken met de klankbordgroep financiën is de inbreng van de raad in het beleidsproces aan de voorkant verankerd. Het is een nieuw fenomeen. Of het iets te maken heeft met het dualisme, weet ik niet, maar het werkt.
C-5
De heer Wientjes: Mijnheer de voorzitter. We hebben nu € 332 miljoen uitstaan aan garanties en ongeveer € 5 miljoen aan leningen. Dat is nogal wat, het is misschien wel veel te veel. Wij zouden in ieder geval willen dat het minder was en daarom willen we ook zeer voorzichtig zijn met het aangaan van nieuwe verplichtingen voor de toekomst: alleen als het echt niet anders kan en als er een zeer sterk maatschappelijk belang mee is gediend, het risico moet acceptabel zijn en er moeten voldoende zekerheden zijn om die risico’s af te dekken. In principe dus geen nieuwe leningen meer. We zijn tenslotte geen financiële instelling. Het is belangrijk om vast te stellen – misschien is het ten overvloede, maar toch maar – dat het gaat om publieke middelen die ons door de belastingbetaler ter beschikking worden gesteld om daarmee bepaalde, maatschappelijk wenselijke doelen te realiseren. Daarom moeten we zeer voorzichtig en zorgvuldig met die gelden omgaan: niet gebruiken als het niet strikt noodzakelijk is en slechts na een zeer grondige risicoanalyse. Het gaat daarbij om de afweging tussen aan de ene kant het risico en aan de andere kant het maatschappelijk belang. Het thans voorliggende stuk kan naar mijn mening het succes van de klankbordgroep worden genoemd. Daar zijn we diep op de zaak ingegaan en ik denk dat het resultaat er mag zijn. Een duidelijk kader, dat handzaam is in de uitvoering en dat alle handvatten biedt voor het realiseren van een gezond financieel beleid. Voorwaar, een goede samenwerking tussen college, ambtenaren en de raad. Daarmee hebben we weer iets toegevoegd aan het systeem waarmee we een gezonde financiële toekomst van Gorinchem kunnen blijven verzekeren. Zoals u weet, is dat duidelijk een wens van onze VVDfractie. In het raadsvoorstel is een goede structuur neergezet om de financiële positie van de gemeente op het gebied van garantie en leningen beter te managen en het schept kaders voor de besluitvorming, alles zeer ruim en duidelijk. Een deugdelijk systeem waarmee de beoordeling van de risico’s vooraf, maar ook het volgen tijdens de doorlooptijd is verzekerd. Wat ons betreft een goede stap in de goede richting. Het zal zeker niet de laatste zijn. We dienen te blijven slijpen en te sturen, en elke keer weer aan te passen aan de veranderende situatie. Dit zal dus zeker niet de laatste keer zijn dat we over dit onderwerp spreken. Voor nu ziet de VVD-fractie ernaar uit om met deze nieuwe kaders verder te werken aan de toekomst van Gorinchem. We gaan zien hoe het uitwerkt voor die toekomst. Wij verwachten dat dat positief zal zijn. Mevrouw Van Maaren: Mijnheer de voorzitter. Voor ons ligt het raadsbeleidskader garantiestelling/uitgegeven geldleningen. Bewust, maar waarschijnlijk onbewust, staat dit raadsvoorstel vanavond op de agenda, in de laatste reguliere raadsvergadering die u voorzit. Een mooi moment, want dit raadsvoorstel is zichtbaar een gedegen resultaat van het huidige dualisme in Gorinchem. Via het model van de trechter van Aanen heeft de raad met inhoudelijke discussies in de financiële klankbordgroep bij dit precaire en in het verleden vaak discutabele onderwerp een gedegen raadsbeleidskader voor de toekomst kunnen opstellen. Een pluim voor alle betrokken ambtenaren, in het bijzonder voor u, als voorzitter van de raad. Deze memorabele raadsvergadering is een mooi sluitstuk na bijna 22 jaar voorzitterschap. Dit raadsvoorstel is in de huidige tijd een belangrijke voor het lokale bestuur. Waarom? Het gaat om financiën, geld, en in de huidige
C-6
tijd is daaraan regelmatig in allerlei instellingen een flink tekort, onder andere als gevolg van onverantwoord beleid of gevoerd beleid op onbekend terrein. Echter, uiteindelijk gaat de rekening altijd naar de burger. Het CDA wil voorkomen dat met het geld van de burger te gemakkelijk wordt omgegaan. Daarom omarmen wij dit raadsvoorstel, dat uniformiteit biedt en gedegenheid in de eisen voor het eventueel afgeven van garanties en/of geldleningen. Het geeft vertrouwen in het tot stand komen van toewijzingen voor het controlerende orgaan, maar ook aan de burger. Daarnaast bevordert het voorstel het door de raad vastgestelde uitgangspunt: het stimuleren van het zelforganiserend vermogen van een instelling en de eigen verantwoordelijkheid van de inwoners, het stimuleren van zelfbeheer, etc. Met andere woorden: nee, tenzij. Het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid past ook bij de uitgangspunten van het CDA, maar wij realiseren ons ook dat het afgeven van garanties of geldleningen soms onafwendbaar is bij enkele publieke belangen en/of taken, vandaar dat wij “nee, tenzij” met een gedegen onderbouwing van harte onderschrijven. Na het afgeven van eventuele garanties en/of geldleningen is de daarop volgende actie een strikte controle, die nu door middel van een vast format is vastgesteld in het voorliggende raadsvoorstel. Wij vertrouwen erop dat dit straks door het ambtelijk apparaat zal worden nageleefd en periodiek zal worden verantwoord aan de raad, dit allemaal in het belang van het lokale risicomanagement en dus ook de inwoners van Gorinchem. Nogmaals: het CDA is blij met dit raadsvoorstel en zal het op prijs stellen wanneer de financiële klankbordgroep vaker wordt ingezet bij financieel-technische thema’s ten behoeve van het stellen van gedegen en gedragen kaders. Succes met de uitvoering! De heer Barth: Mijnheer de voorzitter. Het voorgestelde raadsbeleidskader lijkt een lang gekoesterde wens die in vervulling is gegaan. Tijdens het eerste overleg van de klankbordgroep financiën in 2011 werd al door verschillende raadsleden gevraagd om duidelijke kaders ten aanzien van garantiestellingen en geldleningen. Begin 2012, bij de behandeling van het voorhangbesluit van de Stichting Lingeburcht, beter bekend als project-Evia, hebben wij de nadruk gelegd op risicobeperking, door van tevoren financiële zekerheden als onderpand voor garanties en leningen vast te leggen. Deze vorm van risicobeperking is in het raadsbeleidskader regel geworden in plaats van uitzondering. Daarnaast is de fractie ChristenUnie/SGP content met de voorhangprocedure waarmee elke nieuwe garantiestellingaanvraag aan de raad zal worden aangeboden. En de geldleningen: nee, tenzij. In de afgelopen raadsvergadering hebt u mij overtuigd van het bestaan van het orgaan burgemeester. Kijkend naar het traject garantiestelling/uitgegeven geldleningen, de behandeling in de klankbordgroep en gehoord de wensen vanuit de raad, vermoed ik dat er ook een orgaan wethouder financiën moet bestaan: stabiel in de uitvoering en niet persoonsgebonden. Het strengere beleidskader zal leiden tot afbouw van de geldleningen en garanties, waarbij college en raad de nodige armslag behouden om in hun afweging gewenste maatschappelijke doelen te kunnen blijven realiseren. Als laatste de vergoeding die altijd in rekening zal worden gebracht bij nieuwe garantiestellingen. In de huidige tijd moeten we zo snel mogelijk de algemene reserve weer opbouwen. Hoe staat u tegenover het idee om na opbouw van het weerstandsvermogen
C-7
deze vergoedingen ten goede te laten komen van een bestemmingsreserve, ter bestrijding van het ingeschatte risico? Mevrouw Dansen: Mijnheer de voorzitter. Het voordeel van wat later spreken is dat je niet zo heel veel meer naar voren hoeft te brengen, omdat alles al gezegd is. Dit keer was ik het zelfs met de VVD eens, en dat zijn altijd een beetje griezelige tijden! De voorzitter: We waren het vaak oneens, maar nu ben ik het helemaal met u eens! Mevrouw Dansen: Over die griezelige tijden, neem ik aan! De SP is positief over dit raadsbeleidskader. Over de inhoud ga ik het verder niet hebben, wel over de manier waarop we hiertoe gekomen zijn. De reden waarom wij zo positief zijn, is gelegen in de manier waarop het voorstel tot stand is gekomen. De raad heeft de kans gekregen om vanaf het begin betrokken te zijn en heeft een grote invloed gehad op de totstandkoming ervan. Ik heb zelf deel uitgemaakt van de klankbordgroep en kan u vertellen dat deze constructie de SP goed bevalt. Als raadsvoorstellen op deze manier tot stand komen, kunnen wij in ieder geval vaker voor stemmen. De heer Tekir: Mijnheer de voorzitter. Ook voor mij geldt dat het gras al voor een groot deel is weggemaaid door de coalitiegenoten, maar aan de andere kant is eensgezindheid onder de coalitiegenoten natuurlijk niet verkeerd. ` Aan de orde is het beleidskader voor het wel of niet garant staan of verstrekken van een lening aan derden, twee vormen van publieke geldverstrekking die we als gemeente meerdere keren hebben ingezet en in de toekomst ongetwijfeld nog zullen inzetten. Hoewel het onderwerp op het eerste oog vooral heel saai en technisch lijkt, is het wel degelijk van essentieel belang voor een gezonde financiële huishouding van de gemeente. De afgelopen jaren hebben vaak genoeg laten zien dat je dit soort zaken beter vooraf goed kunt regelen in plaats van ze achteraf te moeten bestrijden. Bij het gebruik van deze instrumenten is het de kunst enerzijds maatschappelijke doelstellingen te realiseren en anderzijds te voorkomen dat we onverantwoorde risico’s lopen. Even ter illustratie: in het geval van garanties zijn we in het ergste geval genoodzaakt om een bedrag van ruim € 330 miljoen op te hoesten. Nu is de kans hierop gelukkig zeer klein, maar dat neemt niet weg dat we blijvend alert moeten zijn. Al met al is de fractie van GroenLinks zeer content met de behandeling van dit onderwerp, waaraan we in het voortraject ook actief onze bijdrage hebben geleverd. Bij het beleidskader zelf gaat het in essentie om twee vragen: wanneer staan we garant voor een partij die elders verplichtingen aangaat en wanneer verstrekken we een geldlening aan een partij die ons belooft die lening ooit terug te betalen? Eén ding is wat GroenLinks betreft essentieel in deze hele discussie: de gemeente is geen bankier en hoort die rol ook niet te willen vervullen. De gemeente is er voor het publieke belang en mag deze instrumenten alleen inzetten als het publieke belang daarmee wordt gediend. Dit uitgangspunt komt gelukkig goed naar voren in het voorliggende beleidskader. We zeggen daarin heel treffend: nee, tenzij. “Nee, tenzij” is iets heel anders dan “ja, mits”. Voorzichtigheid is dus geboden en dat is maar goed ook. Het zal u dan ook niet verbazen dat wij de voorwaarden die u opneemt in het beleidskader ten volle kunnen onderschrijven. Ik zal niet al die voorwaarden gaan opnoemen, maar het lijkt ons bijvoorbeeld
C-8
heel goed dat partijen die voor een garantstelling of geldlening in aanmerking willen komen op z’n minst financieel gezond moeten zijn en dit ook zelf moeten aantonen. Het gaat tenslotte om gemeenschapsgeld en daar moeten we zuinig mee zijn. In dit kader kan ik het niet laten een Turks spreekwoord aan te halen. Als ik de originele versie vertaal, komt er iets uit in de trant van: let erop dat je het oog spaart als je slechts de wenkbrauwen wilt opmaken. Oftewel: het publieke belang kan voor ons aanleiding zijn om garant te staan, of een lening te verstrekken, maar het publieke belang kan net zo goed aanleiding zijn om juist niét garant te staan of géén lening te verstrekken. Een ander belangrijk element in het beleidskader is de voorhangprocedure die geldt bij nieuwe aanvragen. Het financiële, maar zeker ook maatschappelijke belang van het onderwerp maakt het noodzakelijk dat wij daarbij als gemeenteraad nauw betrokken zijn. Hiervoor is een lijst met beoordelingscriteria opgesteld die voor u als leidraad dient. Wat ons betreft betekent deze leidraad ook dat de lijst met een zekere politieke gevoeligheid wordt doorlopen. U zult het met ons eens zijn dat het niet “des Gorcums” is om elkaar te verrassen op cyclusmomenten. Actieve informatieplicht is dus ook hier weer van belang. Het verheugt ons te lezen dat u ons verzoek uit de klankbordgroep om een relatie te leggen met het weerstandsvermogen wilt meenemen. Naast een weging van risico’s in een eventueel voorhangbesluit lijkt ons met name de vertaling hiervan naar de paragraaf weerstandsvermogen onmisbaar. Alle risico’s, dus ook die uit garanties of leningen, horen te worden opgenomen in deze paragraaf, zodat we deze vroeg in beeld hebben en eventueel maatregelen kunnen nemen. We hebben alle vertrouwen in uw inzet ter zake. De heer Van der Roest: Mijnheer de voorzitter. Om te beginnen wil ik zeggen dat ik het erg plezierig vind dat in deze laatste werkvergadering van u – later nemen we weliswaar nog afscheid van u in een aparte vergadering, maar dit is de laatste werkvergadering, als je dit tenminste werk wilt noemen! – het verhaal over financiële garantstellingen en leningen, toch een beetje een heet hangijzer in de afgelopen jaren, tot een oplossing is gekomen, op een manier ook die volgens mij aantoont dat we met het Gorinchems model een stap verder zetten; we zijn namelijk met elkaar bezig duidelijk door te denken over de vraag hoe we een en ander verder vorm gaan geven. Ik denk dat zowel raad als college blij mag zijn dat dit stuk nu voorligt, want het is naar mijn mening een duidelijke stap vooruit. Ik hoop dat nog vele stappen in deze richting zullen volgen. Volgens mij heeft bijvoorbeeld de klankbordgroep een ontzettend goede invloed op de manier waarop we daarover met elkaar gediscussieerd hebben. Wethouder Doodkorte: Mijnheer de voorzitter. Heel bijzonder dat je zoveel waardering krijgt voor een stuk waar je niets aan gedaan hebt! De voorzitter: U moet het Gorinchems model goed leren, wethouder! Het college heeft er namelijk enorm veel arbeid aan verricht! Wethouder Doodkorte: Dat dacht ik al! Maar ik heb u hiermee ook meteen de gelegenheid geboden mij te corrigeren, en dat is ook wel fijn! Veel dank is ook uitgesproken aan het adres van de klankbordgroep financiën, die in samenspraak met de ambtelijke en bestuurlijke organisatie uiteindelijk zorg heeft ge-
C-9
dragen voor dit prachtige stuk. Het kan ook niet anders dan dat veel waardering bestaat voor de wijze waarop het beleidskader uiteindelijk inhoud wordt gegeven en gelijktijdig aandacht bestaat voor de doorontwikkeling van dit beleidskader, met veel aandacht voor de risico’s en het financiële aspect. Opvallend vind ik wel dat niet zo heel veel is gesproken over de vraag vanuit welk perspectief uiteindelijk wordt gekomen tot garantiestellingen, meer specifiek ten aanzien van het realiseren van de beleidsdoelstellingen die met elkaar zijn geformuleerd. Ik veronderstel dat dat in het enthousiasme voor dit beleidskader de fracties die het woord hebben gevoerd is ontgaan, maar dat die doelstelling met elkaar wordt ondersteund, primair vanuit het publieke belang dat we met elkaar willen dienen, is duidelijk. In de verschillende bijdragen heb ik één vraag mogen ontdekken van de fractie ChristenUnie/SGP, namelijk of de vergoeding die wordt gevraagd bij het verstrekken van garanties zou kunnen worden gereserveerd in een bepaalde bestemmingsreserve of fonds, nadat het weerstandsvermogen weer op peil is gebracht – en dan zullen we vermoedelijk wel een aantal jaren verder zijn. Het lijkt me boeiend om tegen de tijd dat we het weerstandsvermogen gaan bereiken daarover opnieuw met elkaar van gedachten te wisselen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 7. Vaststelling bestemmingsplan Hoog-Dalem (nr. 2013-970). 1. Korte samenvatting van de inhoud en voorstel In het kader van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure beeft het ontwerp bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" van 7 november 2012 tot en met 18 december 2012 ter visie gelegen. Parallel hieraan liep ook de inspraakprocedure voor de ontwerpverordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" met de bijbehorende quickscan "Wet geurhinder en veehouderij in de gemeente Gorinchem" en de gebiedsvisie "Hoog Dalem Wet geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem" (in het kader van de inspraakverordening). Tijdens de tervisielegging van het ontwerp bestemmingsplan en ontwerp verordening zijn drie schriftelijke zienswijzen en één schriftelijke inspraakreactie ingediend. Voor wat betreft de zienswijzen en inspraakreactie heeft slechts één indiener een inhoudelijke reactie gegeven. Deze indiener is dan ook uitgenodigd om tijdens een hoorzitting zijn zienswijze en inspraakreactie nader toe te lichten. Hij heeft echter aangegeven van deze mogelijkheid geen gebruik te maken. In het nu voorliggende bestemmingsplan “Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden” en de verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" met bijbehorende quickscan en gebiedsvisie zijn de voorgestelde wijzigingen naar aanleiding van de ingekomen zienswijzen en inspraakreacties verwerkt. Een overzicht van de doorgevoerde planaanpassingen is in de bijgevoegde commentaarnota zienswijzen en inspraakreacties opgenomen. Het is nu aan u het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" en de verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" met bijbehorende documenten vast te stellen. Aan u wordt het volgende voorgesteld: 1. De commentaarnota zienswijzen en inspraakreacties "ontwerp bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" en ontwerp verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" vast te stellen. 2. De verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" met de bijbehorende quickscan "Wet geurhinder en veehouderij in de gemeente Gorinchem" en de gebiedsvisie "Hoog Dalem Wet geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem" vast te stellen.
C - 10
3. De analoge en digitale verbeelding, vervat in het GML-bestand NLIMRO.0512.BP2012127-4001, regels en toelichting van het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" vast te stellen. 4. Geen exploitatieplan vast te stellen voor het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden". 2. Inleiding / aanleiding Bestemmingsplan "Hoog Dalem. herziening zuidelijke eilanden" Er zijn twee aanleidingen om het geldende bestemmingsplan, wat betreft de zuidelijke eilanden van het gebied Hoog Dalem, op onderdelen aan te passen. De eerste aanleiding wordt gevormd door de uitspraak d.d. 29 februari 2012 van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRS), voor zover het betreft: 1. het plandeel met de bestemming "Centrum" (het winkelcentrum "Hoog Dalem"); 2. het plandeel met de bestemming "Agrarisch" (Laag Dalemseweg 16 paardenhouderij); 3. de plandelen met de bestemming "Woongebied", voor zover gelegen binnen een afstand van 100 meter van de randen van het bouwvlak van de bestemming "Agrarisch". Met het voorliggend bestemmingsplan, dat zich uitsluitend richt op een deel van de zuidelijke eilanden, wordt voorzien in een nieuwe juridische regeling voor de vernietigde onderdelen van het bestemmingsplan (de paardenhouderij Laag Dalemseweg 16 en binnen een afstand van 100 meter van het hierbij behorende agrarisch bouwvlak). Het plandeel met de bestemming “Centrum” wordt met het voorliggend bestemmingsplan (nog) niet gecorrigeerd. Hiervoor wordt in de toekomst een afzonderlijke procedure doorlopen. De tweede aanleiding is van stedenbouwkundige aard . Het stedenbouwkundige plan, dat na vaststelling van het bestemmingsplan "Hoog Dalem" verder is uitgewerkt, past op enkele ondergeschikte punten niet in het geldende bestemmingsplan "Hoog Dalem". Het gaat hierbij om een deel van eiland 10, waarvoor in het verleden al een artikel 19 WRO procedure is doorlopen om af te wijken van het bestemmingsplan. Datzelfde geldt voor de bouwplannen voor de eilanden 13,14 en het zuidelijke deel van eiland 15. Hiervoor is overigens geen procedure doorlopen. De afwijkingen ten opzichte van het geldende bestemmingsplan zijn in de nu voorliggende herziening meegenomen, zodat na afloop van de procedure ook voor de eilanden 10 en 13 tot en met 15 een actueel bestemmingsplan geldt. Verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" De uitspraak van de ABRS heeft onder andere tot gevolg gehad, dat de geurcirkel rondom de paardenhouderij Laag Dalemseweg 16 en de onderliggende (juridische) regelingen moesten worden gerepareerd (de geurverordening met gebiedsvisie). Wij hebben dan ook de verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" voorbereid, tezamen met de bijbehorende quickscan "Wet geurhinder en veehouderij in de gemeente Gorinchem" en de gebiedsvisie "Hoog Dalem Wet geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem". De ontwerp verordening is opgesteld om een vaste geurafstand van minimaal 50 meter - in plaats van de wettelijke 100 meter - voor veehouderijen met maximaal 50 paarden in en 100 meter rondom het plangebied "Hoog Dalem" vast te leggen. In de hierboven genoemde quickscan en gebiedsvisie wordt op grond van de vaste afstand van 50 meter, en de voorwaarde dat maximaal 50 paarden mogen worden gehouden, geconcludeerd dat sprake is van een acceptabel woon- en leefklimaat voor de (toekomstige) bewoners ter plaatse. Als u besluit de verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" met de bijbehorende quickscan en gebiedsvisie vast te stellen, dan wordt de nu nog geldende verordening "Geurhinder en veehouderijen gemeente Gorinchem 2011" met bijbehorende gebiedsvisie ingetrokken. 3. Doelstelling bestemmingsplan en verordening Het voorliggende bestemmingsplan en de geurverordening zijn opgesteld om de geldende planologische regelingen op de uitspraak d.d. 29 februari 2012 van de ABRS en op het uitgewerkte stedenbouwkundige plan voor Hoog Dalem aan te passen. Dit met als doel de woningbouw in het zuidelijk deel van het ontwikkelingsgebied "Hoog Dalem" mogelijk te maken, hierbij rekening houdende met de belangen van de bestaande functies in het plangebied.
C - 11
4. Kaderstellende uitgangspunten In december 2004 heeft u de kaderstellende uitgangspunten voor het gebied 'Hoog Dalem' vastgesteld. Het geldende bestemmingsplan "Hoog Dalem" is destijds binnen deze kaderstellende uitgangspunten opgesteld en vastgesteld. Het nu voorliggende bestemmingsplan voorziet in de herziening van ondergeschikte planonderdelen van het bestemmingsplan "Hoog Dalem'. De stedenbouwkundige structuur en het programma worden niet door de herziening gewijzigd. In de in april 2009 door u vastgestelde Structuurvisie 2015 is de woningbouw met voorzieningen in Hoog Dalem als toekomstig woongebied opgenomen. De algemene conclusie is, dat het bestemmingsplan met geurverordening voldoen aan de door u vastgestelde kaders. 5. Voorontwerpfase, wettelijk vooroverleg, geen inspraak Van woensdag 3 oktober 2012 tot en met woensdag 31 oktober 2012 heeft het wettelijk vooroverleg ex artikel 3.1.1. Besluit ruimtelijke ordening (Bro) plaatsgevonden voor het voorontwerp bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden". Het gaat hier om overleg met o.a. diensten van het Rijk en provincie die belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn, met het betrokken waterschapsbestuur en de besturen van bij het plan belanghebbende gemeenten. In het kader van het vooroverleg zijn vijf vooroverlegreacties ingediend. De binnengekomen reacties waren niet inhoudelijk van aard of waren niet relevant voor de voorgenomen planherziening. De reacties gaven dan ook geen aanleiding het (ontwerp) bestemmingsplan hierop aan te passen. De resultaten van het vooroverleg zijn in de commentaarnota Wettelijk Vooroverleg "Voorontwerp bestemmingsplan Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" d.d. 2 november 2012 opgenomen. De commentaarnota is als bijlage opgenomen bij het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden". Het is gebruikelijk op basis van de inspraakverordening een voorontwerp bestemmingsplan ter inzage te leggen en de mogelijkheid te bieden voor het indienen van inspraakreacties. Gelet op het beperkte (correctieve) karakter van het bestemmingsplan, hebben wij de inspraak voor dit plan niet toegepast. Door middel van de raadsinformatiebrief van 6 november 2012, nummer 905 bent u geïnformeerd over de wijze waarop met de vooroverlegreacties is omgegaan. U bent ook door ons geïnformeerd over het niet toepassen van de inspraakprocedure. 6. Ontwerpfase, inclusief (commentaarnota van) zienswijzen Op basis van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure (Algemene wet bestuursrecht), Wet ruimtelijke ordening en de Inspraakverordening hebben het ontwerp bestemmingsplan en de ontwerp verordening met quickscan en gebiedsvisie van woensdag 7 november 2012 tot en met dinsdag 18 december 2012 ter visie gelegen. Afhankelijk van het soort plan was het voor iedereen mogelijk een zienswijze of een inspraakreactie in te dienen. Tijdens de periode van de tervisielegging zijn drie schriftelijke zienswijzen en één inspraakreactie ingediend. Voor wat betreft de zienswijzen en inspraakreactie heeft slechts één indiener een inhoudelijke reactie gegeven. Deze indiener is dan ook uitgenodigd om tijdens een hoorzitting zijn zienswijze en inspraakreactie nader toe te lichten. Hij heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. Bovengenoemde zienswijzen en reacties zijn in samenvattende vorm in de bijgevoegde commentaamota zienswijzen en inspraakreacties weergegeven. Verder wordt per zienswijze of reactie aangegeven in hoeverre deze heeft geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan en/of de verordening. Uit deze notitie komt duidelijk naar voren op welke onderdelen eventuele aanpassing heeft plaatsgevonden. Daarnaast wordt in deze nota aangegeven of het bestemmingsplan en/of verordening op onderdelen ambtshalve zijn aangepast. De ingekomen zienswijzen en reacties hebben we voor u ter inzage gelegd. 7. Behandeling en besluitvorming door de gemeenteraad Niet vaststellen exploitatieplan
C - 12
Op grond van artikel 6.12 Wet ruimtelijke ordening dient u bij de vaststelling van een bestemmingsplan tevens een besluit te nemen over het al of niet vaststellen van een exploitatieplan. Oe verplichting hiertoe staat verwoord in lid 1 van artikel 6.12. In het tweede lid van dit artikel staat aangegeven dat u geen exploitatieplan hoeft vast te stellen indien: 1. Het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het bestemmingsplan begrepen gronden anderszins verzekerd is; 2. Het bepalen van een tijdvak of fasering als bedoeld in artikel 6.13 eerst lid onder c, sub 4 onderscheidenlijk 5, niet noodzakelijk is; 3. Het stellen van eisen, regels, of een uitwerking van regels als bedoeld in artikel 6.13, tweede lid, onder b, c of d, niet noodzakelijk is; Voor het voorliggende bestemmingsplan is geen exploitatieplan opgesteld. Het kostenverhaal van dit bestemmingsplan is namelijk op een andere wijze voldoende verzekerd. Dit vindt plaats via de door de marktpartijen en de gemeente gesloten samenwerkingsovereenkomst. Daarom wordt aan u voorgesteld expliciet te besluiten voor het bestemmingsplan "Hoog Datem, herziening zuidelijke eilanden" geen exploitatieplan vast te stellen. Het vaststellen van het bestemmingsplan Op het bestemmingsplan is de Wet ruimtelijke ordening van toepassing. Op basis van de Wro dient het bestemmingsplan binnen twaalf weken na afloop van de termijn van tervisielegging van het ontwerp bestemmingsplan door de gemeenteraad te worden vastgesteld. Alhoewel het hier gaat om een termijn van orde, wordt een tijdige vaststelling nagestreefd. Het vaststellen van de verordening Op grond van de gemeentewet bent u bevoegd een verordening vast te stellen. Dat vindt tegelijkertijd met de vaststelling van het voorliggende bestemmingsplan plaats. Na vaststelling van de verordening treedt deze niet eerder in werking, dan wanneer zij is bekendgemaakt. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het gestelde onder het kopje 9. "Vervolgproces". Eerst vaststelling geurverordening, daarna vaststelling bestemmingsplan De geurverordening wordt door u vastgesteld, voordat u overgaat tot vaststelling van het bestemmingsplan. Dit is overeenkomstig de volgorde van het raadsvoorstel onder punt 10. Deze volgorde is van belang, omdat op het moment van vaststelling van het bestemmingsplan al sprake moet zijn van een vastgestelde, maar nog niet in werking getreden, geurverordening. Communicatie met indieners van zienswijzen en reacties De behandeling van en besluitvorming over het bestemmingsplan en de verordening door uw raad wordt met de indieners van de zienswijzen en reacties per brief gecommuniceerd. In de brief worden zij op het inloopuurtje gewezen, voorafgaand aan de raadsbijeenkomst, en op het spreekrecht. 8. Vast te stellen bestemmingsplan en geurverordening Ten opzichte van het ontwerp bestemmingsplan is in het nu voorliggende bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" de status van het GML-bestand veranderd van versie 3001 naar 4001. De doorgevoerde wijzigingen in het bestemmingsplan en verordening staan vermeld in de eerder genoemde commentaarnota zienswijzen en inspraakreacties. Zowel het bestemmingsplan als de verordening zijn hierop aangepast. Het vast te stellen bestemmingsplan en de verordening, met de bijbehorende stukken, waaronder de commentaarnota, hebben wij voor u ter inzage gelegd en zijn ook te raadplegen via het raadsinformatiesysteem. 9. Vervolgproces Bestemmingsplan "Hoog Dalem. herziening zuidelijke eilanden" Ongewijzigde vaststelling bestemmingsplan Uit de commentaarnota blijkt, dat naar aanleiding van het (nieuwe) Activiteitenbesluit in het kader van de Wet Milieubeheer alleen de toelichting van het bestemmingsplan is gewijzigd. De ingediende zienswijzen waren overigens hiervoor niet de aanleiding. Doordat het juridisch bindende deel van het bestemmings-
C - 13
plan, bestaande uit de regels en de verbeelding, ongewijzigd is gebleven, is er geen sprake van een gewijzigde vaststelling. Dit betekent dat de bekendmaking van het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan binnen twee weken na de vaststelling moet geschieden in het huis-aan-huisblad "De Stad Gorinchem", in de "Staatscourant" via de website www.officielebekendmakingen.nl en op de gemeentelijke website www.gorinchem.nl. Het digitale plan zal te raadplegen zijn op de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl. Op de gemeentelijke website staat een rechtstreekse link naar het bestemmingsplan op de landelijke voorziening. Tevens wordt het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan toegezonden aan de provinciale en rijksdiensten, het waterschap en de belanghebbende gemeenten (vooroverlegpartners). De beroepstermijn (zes weken) start een dag na de publicatie van de bekendmaking. Beroep kan worden ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Ter visie leggen onderzoeken Alle onderzoeken ten grondslag liggende aan het bestemmingsplan, zoals het akoestisch onderzoek en het verkeersmodel, worden tegelijkertijd met het vastgestelde bestemmingsplan ter inzage gelegd. Crisis- en herstelwet van toepassing De Crisis- en Herstelwet (Chw) kent mogelijkheden planologische procedures te vereenvoudigen en te bespoedigen. Deze wet is o.a. van toepassing, als een bestemmingsplan wordt vastgesteld wat de bouw van meer dan 11 woningen in een aaneengesloten gebied mogelijk maakt. Het voorliggende bestemmingsplan voldoet hieraan. Dit heeft (positieve) gevolgen voor de omvang van het beroep dat tegen het bestemmingsplan kan worden ingediend. Denk hierbij o.a. aan: het beperken van indieners die een beroepschrift mogen indienen, de mogelijkheid tot versnelde behandeling door de ABRS, het toepassen van de relativiteitseis en het niet meer kunnen indienen van beroepschriften pro forma. In de te publiceren bekendmaking van de vaststelling van het bestemmingsplan zal worden gemeld, dat de Chw op het voorliggende bestemmingsplan van toepassing is. Besluit om geen exploitatieplan vast te stellen Tegelijkertijd met de bekendmaking van het (ongewijzigd) vastgesteld bestemmingsplan zal ook het besluit om geen exploitatieplan vast te stellen bekend worden gemaakt. Verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012” Besluiten van het gemeentebestuur die algemeen verbindende voorschriften inhouden (o.a. verordeningen), verbinden niet dan wanneer zij zijn bekendgemaakt. Na vaststelling wordt de verordening conform de wettelijk voorgeschreven wijze gepubliceerd, bestaande uit de plaatsing in het gemeenteblad, een bekendmaking in het huis-aan-huisblad "De stad Gorinchem" en plaatsing op de landelijke voorziening. De verordening treedt de dag na bekendmaking in werking. Deze datum van inwerkingtreding staat in de verordening en publicatie concreet genoemd. 10. Voorstel Aan u wordt het voorgesteld: 1. De commentaarnota zienswijzen en inspraakreacties "ontwerp bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" en ontwerp verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" vast te stellen. 2. De verordening “Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012” met de bijbehorende quickscan "Wet geurhinder en veehouderij in de gemeente Gorinchem" en de gebiedsvisie "Hoog Dalem Wet geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem" vast te stellen. 3. De analoge en digitale verbeelding, vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0512.BP2012127-4001, regels en toelichting van het bestemmingsplan “Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden” vast te stellen. 4. Geen exploitatieplan vast te stellen voor het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden”. 11. Uitkomsten raadsbijeenkomst Na informatieve vragen en beantwoording daarvan kunnen alle fracties instemmen met agendering van het voorstel voor de komende raadsvergadering.
C - 14
12. Nadere standbepaling college N.v.t. 13. Definitief voorstel raad 1. De commentaarnota zienswijzen en inspraakreacties "ontwerp bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" en ontwerp verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012" vast te stellen. 2. De verordening "Geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem 2012* met de bijbehorende quickscan "Wet geurhinder en veehouderij in de gemeente Gorinchem" en de gebiedsvisie "Hoog Dalem Wet geurhinder en veehouderij gemeente Gorinchem" vast te stellen. 3. De analoge en digitale verbeelding, vervat in het GML-bestand NL.IMR0.0512.BP2012127-4001, regels en toelichting van het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden" vast te stellen. 4. Geen exploitatieplan vast te stellen voor het bestemmingsplan "Hoog Dalem, herziening zuidelijke eilanden".
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 8. Sluiting.
De voorzitter: Dames en heren. Bij dit agendapunt is het woord gevraagd door mevrouw Hoogesteger. Mevrouw Hoogesteger: Mijnheer de voorzitter. Mevrouw Van Maaren memoreerde het al, ze heeft het ook getwitterd: het is een memorabele dag, en ik kan me zo voorstellen, beste voorzitter, beste Piet, dat nu bijna elke dag een memorabele dag is, omdat je heel veel dingen voor de laatste keer doet. Dit is de laatste raadsvergadering die je voorzit…. De heer Duijnhouwer: Je geeft ons toch hopelijk a.s. donderdag ook nog wel de kans om iets te zeggen!? Mevrouw Hoogesteger: Jawel hoor, het is niet zo lang! Ik heb je als voorzitter van de raad leren kennen als een man die graag de regie voert en houdt, zo ook bij dit afscheid. Daarin ben je eigenwijs, en ik ook. Ik ben van mening dat afscheid nemen iets is van twee partijen: jij neemt afscheid van ons en wij nemen afscheid van jou. Ik kan en wil zo’n moment niet onopgemerkt voorbij laten gaan. De kans is nú, en anders nooit meer. Ik heb de afgelopen jaren met verbazing en verwondering naar je gekeken. Soms ging dit gepaard gaat met irritatie, maar meestal volgde na die irritatie toch bewondering. Op de een of andere manier is het je steeds gelukt om de boel binnen de raad bij elkaar te houden. Je legt uit waarom iets niet kan. Iedereen die eerst ja zat te schudden gaat langzaam instemmend mee knikken, uiteindelijk nee knikken en de motie verdwijnt van tafel. En daar zit nu een beetje mijn zorg. Raadsleden luisteren uiteindelijk wel, ze zijn gevoelig voor argumenten, of onder de indruk van de non- en verbale communicatie, maar dat is met dieren toch anders. In een boek las ik de volgende tips voor het omgaan met dieren, in willekeurige volgorde: wees consequent, sluit altijd positief af, houd de sessie leuk, geniet ervan, blijf geduldig en gebruik altijd beloninkjes. Wat dat betreft zul je het bij het dierenasiel moeilijker hebben dan bij ons. C - 15
Wat leuk is aan zo’n afscheidsperiode, is dat je van alles te weten komt over iemand wat je daarvoor niet wist, althans ík wist het niet: fotograferen, schaalmodellen bouwen als hobby, en wie weet heb je meer liefhebberijen en goede eigenschappen die je voor ons verborgen hebt weten te houden. Je hebt zelf afgelopen vrijdag iets gezegd over je deur open laten staan. Wanneer je dat in het dierenasiel doet zoals je dat hier in het stadhuis deed, kom je nog voor grote verrassingen te staan! Overigens heb ik nooit een dichte deur getroffen en vind ik je goed benaderbaar. Als ik je in één woord zou moeten typeren, zou dat “rechtvaardigheidsgevoel” zijn. De Duits-Joodse schrijver Berthold Auerbach schreef: “De betrouwbaarste maatstaf voor de beschaving des harten bij een volk en een mens, is hoe zij de dieren beschouwen en behandelen.” Het dierenasiel en zijn bewoners boffen dat je tijd gaat krijgen om hun gelederen te versterken. Omdat dieren nu eenmaal anders zijn dan mensen, waarschijnlijk niet zo onder de indruk van je non-verbale en verbale communicatie en je ook niet zullen tegenspreken, wil ik je hierbij wat zakken met snoepgoed overhandigen, om je te helpen goede maatjes te worden! De voorzitter: Dames en heren. Ik zal de echte sluiting vanachter dit spreekgestoelte doen, maar ik hou het kort. Ik ga niét in op de garantiestelling, want ik vind dat wethouder Doodkorte dat buitengewoon goed namens het college heeft verwoord. Waar ik wel even op wil ingaan, is het gezag in de raad en het gezag in het dierenasiel. Het grote voordeel hiér is dat, wanneer wij starten, ik in gedachten denk: zit! En u zit! Maar als ik bij het dierenasiel zeg “zit!”, dan gaat er niemand zitten! Dan blijven ze om je heen hollen. Wat dat betreft, Tamara, is het waar dat je daar meer empatische kunsten nodig hebt dan ik zo een-twee-drie vertoon. Je kunt wel zeggen dat het mooi is dat deze jongen voorzitter wordt van het dierenasiel, maar eigenlijk wordt dat dierenasiel voorzitter van mij. Overigens is het iets wat ik met heel veel genoegen ga doen. Ik dank je zeer voor je wijze raad en voor de idee die erachter zit, maar namens mijn toekomstige raad vooral voor de traktatie die je hebt gegeven! Wat ik u nog wel meegeven – want ik kom waarschijnlijk in een andere hoedanigheid nog wel een keer bij u terug, voor een gemeentegarantie, of een leninkje of zo, want u hebt wel een lening verstrekt, maar die wil ik eigenlijk veranderen!-, is, en nu weer serieus, dat ik me niet voor niets heb verbonden aan het dierenasiel. Gemiddeld genomen wordt het dierenwelzijn, gelukkig niet in Gorinchem, als een subsidiabel element beschouwd, terwijl het een wettelijke verplichting is. U en wij, gelukkig, hebben in dit beschaafde land de plicht om op een redelijke manier aan dierenwelzijn te doen. Dat hebt u als gemeenteraad altijd gedaan en ik help u er in de toekomst aan herinneren dat u dat zult moeten blijven doen. Ik doe dat temeer met deze prachtige gift voor het dierenasiel. Dank je zeer. (Applaus) Hiermee sluit ik deze vergadering (20.32 uur). Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Gorinchem op donderdag 23 mei 2013. De griffier,
C - 16
De voorzitter,