BRUberichten
nummer
67 najaar/winter 2011
Deze keer onder meer: ◆
Bereikbaarheid en bedrijvigheid
◆
OV-lijnen
◆
Fietskaart
◆
Fietscarrousel
◆
Tram naar Heerenveen
◆
Stichtse Vecht en de regio
Wachten bracht welvaart
Schepen die van Amsterdam naar de Lek willen, moeten sinds mensenheugenis door de sluizen bij Vreeswijk, het dorp in het huidige Nieuwegein. De nieuwe Koninginnensluis bleek aan het begin van de 20e eeuw al gauw wat klein: de vrachtschepen lagen lang te wachten. Dat gaf schippers wel alle tijd om proviand in te slaan - de kade op de ansichtkaart heet niet voor niets de Handelskade. Bereikbaarheid helpt de economie: Vreeswijk telde buitensporig veel winkels. Totdat in 1938 de nieuwe Beatrixsluizen open gingen, een stuk verderop. Het grote wachten was ten einde, net als de bloeitijd van de kleinhandel. Telde Vreeswijk in 1938 nog liefst 24 kruideniers, in 1950 waren er nog maar drie over. Van de elf broodbakkers overleefde maar één de doorvaartversnelling, één van de acht groentewinkels, één van de vier kapperszaken. Want voortaan voer vrachtverkeer Vreeswijk voorbij.
De toekomst van het OV in de regio Gemeenteraadsleden in de Utrechtse regio kunnen zich dezer dagen buigen over de concept Regionale OV-visie. Bestuur Regio Utrecht roept de gemeentebestuurders dan ook graag op hun mening te vormen. De OV-visie geeft, zoals de naam al aangeeft, de wenselijke ontwikkelingsrichting van het openbaar-vervoersysteem in de regio, voor de korte, middellange en lange termijn. Het algemeen bestuur van BRU gaf in oktober het concept vrij voor bespreking in de gemeenten. Wat zijn de keuzes die in de concept OV-visie worden gemaakt? De mobiliteit in de regio Utrecht groeit. BRU wil die groei accommoderen door meer en beter openbaar vervoer aan te bieden. Het OV-aanbod wordt voortaan vooral gericht op de wensen van de reiziger die kan kiezen voor openbaar vervoer, en op relaties waar openbaar vervoer een duidelijke toegevoegde waarde heeft. De sociale en ontsluitende functie van het OV-systeem wordt niet verder uitgebreid. Het doel is een efficiënter OV-netwerk te realiseren met een realistische verdeling over de regio van de bereikbaarheid per openbaar vervoer. Februari 2012 besluit het algemeen bestuur over de Regionale OV-visie.
2
Meer informatie: Bastian Jansen,
[email protected], 030-2862 580
Voorwoord
Op de fiets naar het werk Als bijzonderheid is bij deze BRUberichten de nieuwe kaart ‘Regio Utrecht op de fiets’ gevoegd. Die fietskaart heeft BRU in samenwerking met de gemeente Utrecht laten maken. Alle fietsroutes in de regio Utrecht staan er op. Handig voor alle fietsers in de regio, maar in het bijzonder bedoeld voor het woon-werkverkeer. Want wie de fiets wil nemen, kan nu tevoren de prettigste en kortste route verkennen. Ook staan er handige fietsvoorzieningen aangegeven, zoals bewaakte stallingen.
Bereikbaarheid maakt werk Je moet er kunnen komen, voor je er iets kan kopen. Die eeuwenoude relatie tussen bereikbaarheid en economie staat
De fietskaarten zijn gemaakt in het kader van het project Fiets Filevrij van BRU en het project Stimuleren gebruik elektrische fietsen van de gemeente Utrecht. De afgelopen maanden heeft de gemeente Utrecht al een groot aantal kaarten uitgedeeld tijdens promotieacties voor elektrische fietsen op bedrijventerreinen in Utrecht. Op de kaart staan ook de Fiets Filevrij-routes aangegeven, die de komende twee jaar worden verbeterd en opgeleverd. Deze fietsroutes gaan een nieuwe snelle verbindingen vormen tussen Houten Bunnik - Utrecht De Uithof - Bilthoven en Houten - Nieuwegein - Utrecht West Maarssen.
nog altijd fier overeind, in weerwil van webwinkels en Het Nieuwe Werken. Dat is een centraal thema in deze BRUberichten. Zo voert pagina 2 Vreeswijk op als vreeswekkend voorbeeld van het vertrek van welvaart door verlies van aanloop. Gelukkig speelde dat zeventig jaar geleden, maar toch: een regio moet aan bereikbaarheid werken om te kunnen floreren. Bestuur Regio Utrecht heeft daartoe sterke sturingsinstrumenten in handen, zoals het openbaar vervoer. Hoe daarmee wordt omgegaan - ook in deze tijden
Meer informatie: Jean Philippe de Lannoy
[email protected] 030-2862556
van bezuinigingen - staat op pagina’s 2 en 5. Kleine maar slimme mobiliteitsverbeteringen zijn er ook, zie hiernaast en de middenpagina’s. Dankzij de centrale ligging binnen Nederland en de Randstad beschikt de regio Utrecht natuurlijk sowieso over enorme
Volg BRU op Twitter!
bereikbaarheidskansen. Binnen de regio heeft de gemeente Stichtse Vecht een bijzondere positie,
BRUberichten, BRUactueel, de website www.regioutrecht.nl - op verschillende manieren houdt Bestuur Regio Utrecht belangstellenden en betrokkenen op de hoogte van ontwikkelingen en achtergronden. Sinds begin 2010 heeft BRU ook een Twitter-account: @regioutrecht. Als er een nieuwsbericht op de BRU-website wordt gezet, volgt er ook een tweetje - een Twitterbericht. Met 222 followers (eind november) mag BRU zich in een prettige belangstelling verheugen. Want juist dit medium is natuurlijk heel geschikt om belangstellenden te attenderen op het laatste nieuws. Veel ontwikkelingen gaan nu eenmaal snel en zijn soms moeilijk te voorzien. Dus voor de laatste stand rond de WGR+, rond de concessieverlening, of om te weten of de nieuwe BRUactueel al uit is - volg ons!
in meer opzichten. Op pagina 10 vertelt de gemeente hoe ze - fysiek en ook bestuurlijk - tussen de stadsregio’s van Amsterdam en Utrecht in ligt. Stichtse Vecht stelt zich op pagina 11 uitgebreider voor. Waar mensen kunnen komen, zijn er kansen. Zoals de levendigheid van Utrecht Centraal (zie de achterkant) klanten brengt aan de stationsbloemist, of zoals de combinatie van auto én tram (zie de voorkant) bedrijventerreinen aantrekkelijk maken voor de vestiging. Bereikbaarheid, als regio maken we er werk van. De redactie
3
Voortgang WGR+
Toekomst van de stadsregio’s Hoe staat het met de discussie over de toekomst van de stadsregio’s? Welke positie kiest de stadsregio Utrecht daarin? Welke stappen worden gezet? In het regeerakkoord is opgenomen dat de WGR+ per 1 januari 2013 wordt afgeschaft. De minister van BZK heeft onlangs voorgesteld dat gelijktijdig één infrastructuurautoriteit voor de Randstad ingesteld wordt. Het kabinet heeft onlangs aan de decentrale overheden gevraagd om zelf met voorstellen te komen voor uitwerking van deze plannen.
Voordat er voorstellen richting kabinet kunnen gaan, is het wenselijk om eerst in regionaal verband de gemeenschappelijke uitgangspunten en de aanpak van het vervolgproces te bepalen. Ook zijn verkenningen in gang gezet om in te schatten wat de scenario’s en mogelijke gevolgen zijn bij omzetting van de huidige WGR+ in andere vormen van samenwerking. Eind november is een concept position paper over de 'Toekomst grootstedelijk gebied Utrecht' gemaakt, dat op 14 december in de vergadering van het algemeen bestuur wordt besproken.
Regionale samenwerking Het belang van de samenwerkende gemeenten in de stadsregio Utrecht staat voorop en de discussie over de organisatorische vorm moet steeds vanuit de inhoud worden benaderd. Belangrijk is dat de regionale afspraken - zoals die staan in de Regionale Agenda 2011-2014 - niet uit beeld raken. Gekeken wordt of deze afspraken te 4
realiseren zijn binnen een reguliere WGR of dat er voor de uitvoering van sommige taken andere vormen van samenwerking nodig zijn. Op initiatief van de gemeente Utrecht trekken de burgemeesters van de negen gemeenten met elkaar op en bespreken de verschillende stappen die gezet (moeten) worden. Zij geven richtinggevende adviezen aan het Dagelijks Bestuur. Inmiddels is gebleken dat de minister het eens is met de opvatting in de Randstad dat een infra-autoriteit nu een stap te ver is. Er wordt nu uitgegaan van twee infraautoriteiten, één in de Noord- en één in de Zuidvleugel. Om die reden wordt ook steeds overlegd met de Amsterdamse regio en met Almere.
infrastructuurautoriteit voor de Noordvleugel zal bestaan uit twee kamers en dat de BDU-gelden voor de Noordvleugel daar worden besteed. De gemeenten die nu samenwerken in de stadsregio Utrecht gaan er van uit dat zij in voldoende mate zullen zijn vertegenwoordigd in de nieuwe infra-autoriteit. De minister heeft de betrokken bestuurlijke partijen verzocht om voor 1 februari 2012 concrete afspraken te maken en met stappenplannen te komen.
Dit is de stand van zaken van eind november 2011. Bij het ter perse gaan van deze BRUberichten was geen verdere definitieve besluitvorming bekend bij de redactie.
OV Infrastructuurautoriteit Het dagelijks bestuur van de stadsregio Utrecht heeft steeds benadrukt dat de regio Utrecht deel uitmaakt van de Noordvleugel van de Randstad. Het is de bedoeling dat de nieuwe
Meer informatie: Karel de Roy
[email protected] 030-2862 540
Lijnen
Hoe stuurt het openbaar vervoer de economie, hoe beïnvloedt de economie het lijnennet? Het is voor bedrijven
naar werk
aantrekkelijk zich te vestigen rond een knooppunt van openbaar vervoer. En omgekeerd: voor de exploitatie van OV is het gunstig om lijnen te concentreren in economische kerngebieden. Maar er liggen meer overwegingen ten grondslag aan
De bus stopt straks ook bij het nieuwe distributiecentrum van V&D, bij het Klooster in Nieuwegein.
Jeroen Golstein werkt binnen Bestuur Regio Utrecht onder meer aan de voorbereiding van de jaarlijkse dienstregeling. Eenvoudig gezegd: waar moeten bussen rijden, met welke frequenties en wanneer. “We wisselen niet elk jaar allerlei buslijnen, een lijnennet moet je ontwikkelen. Voor heel grote ingrepen is ook geen aanleiding.” Maar toch verandert de regio geleidelijk, net als de vervoersvraag en - zeker nu - de financiële speelruimte. Daarom wordt ieder jaar in samenwerking met de vervoerders opnieuw vastgesteld hoe de nieuwe dienstregeling er uit moet zien. “De vraag is steeds: waar hebben de meeste mensen profijt van een bus- of tramlijn.”
Vliegwieleffect “Openbaar vervoer kan veel mensen ergens in een kort tijdsbestek naar toe
brengen met weinig ruimtebeslag”, vat Golstein samen. “Dus OV heeft vooral meerwaarde voor locaties waar veel mensen naar toe gaan. Tegelijkertijd is de exploitatie gunstig in die gebieden, want er zijn daar grote stromen van betalende reizigers. En dat geeft een zichzelf versterkend proces, een vliegwieleffect.” Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen geven nieuwe vervoersbehoefte. “Niet elk woningplan leidt tot wijzigingen in het openbaar vervoer, maar grote ontwikkelingen als Houten Castellum natuurlijk wel. Of grote instellingen die zich ergens vestigen. Zo komt het Landmachthoofdkwartier in de Utrechtse Kromhoutkazerne. Die drieduizend werknemers moeten grotendeels met het OV vervoerd worden.“ Daarom komt daar steeds meer businzet en uiteindelijk de
de keuze voor een lijnennet.
beoogde Uithoftram. En in de nieuwe dienstregeling komt er straks bij het nieuwe distributiecentrum van V&D een bus. En daarna bij het nieuwe station Leidsche Rijn Centrum en het nieuwe ziekenhuis. “Dat laatste is natuurlijk uit maatschappelijk oogpunt nodig. Maar daarbij hebben ziekenhuizen tegenwoordig zo veel personeel, dat alleen al daaruit een vervoerbehoefte ontstaat.”
Versterken Intussen moet het openbaar vervoer wel voor de gemeenschap betaalbaar blijven. “Rendabele lijnen bestaan niet: als overheid leg je er altijd op toe. De kosten zitten vooral in de rijtijden, ieder dienstregelinguur kost geld. Dus als ergens weinig reizigers zijn en er zijn tegelijkertijd relatief hoge kosten - lage rijsnelheid, veel omrijdbewegingen -, dan moet daar kritisch naar worden gekeken. Maar voor de besparingen is allereerst gekeken naar efficiency waar de reiziger weinig van merkt.” Jeroen Golstein: “We breiden komend jaar toch nog wat uit - per saldo blijft een robuuster lijnennet over.”
Meer informatie: Jeroen Golstein
[email protected] 030-2862 548
5
Fiets uit de muur
Foto Fietscarrousel bij station Bunnik, automatisch uitgiftepunt voor OV-fietsen
Project en doel Het gebruik van de OV-fiets als voor- en natransport vereenvoudigen en daarmee stimuleren.
In beeld Kees van Dalen, portefeuillehouder Wegen en Verkeer van Bestuur Regio Utrecht en wethouder van Houten
Effectief bereikbaarheidsbeleid zit vaak in de kwaliteit van de details. Neem de fietscarrousel, een automatisch uitgiftepunt voor OV-fietsen. Weliswaar kleinschalig, maar tegelijkertijd een innovatieve schakel in een lange ritketen. Een reis van deur tot deur bestaat nu eenmaal uit een aantal losse delen, stukjes reis die op een gemakkelijke manier aan elkaar moeten worden gekoppeld. Vlot overstappen, snel je fiets vinden, makkelijk je fiets wegzetten. En vaak kan dat slimmer, beter en leuker. Wie bijvoorbeeld dagelijks met de trein vanuit de richting Veenendaal naar De Uithof reist, is wellicht gewend naar Utrecht CS te rijden, om zich daarna samen met duizenden anderen dwars door de stad te begeven, naar De Uithof. Voor hen is er nu een aantrekkelijk alternatief: al in Bunnik uitstappen en vlot en volautomatisch een fiets uit de muur trekken, uit deze carrousel. Hun werkdag begint dan met een fietstochtje van een kwartier langs fort Rhijnauwen. Prettig voor de forens én prettig voor de drukte in Utrecht. Daarmee draagt ook zo’n schijnbaar bescheiden fietsvoorziening bij aan een beter bereikbare regio. Deze carrousel werd eind oktober feestelijk in gebruik genomen. Er worden tot zomer 2012 in de hele regio nog meer OV-fietskluizen en -carrousels opgeleverd. Meer informatie: Aleid de Jong
[email protected] 030-2862 511
7
De belofte van Randstadbreed OV in 2028
Samen met andere overheden in de Randstad werkt BRU aan het zogeheten Randstadnet 2028. Dit gebeurt in het OV bureau Randstad onder de noemer ‘Randstadnet 2028, Belofte aan de reiziger’. Die belofte houdt in: een vanzelfsprekender en efficiënter OV-systeem met een eenduidige uitstraling, door de hele Randstad.
Randstadnet, ook wel afgekort tot R-net, is bedoeld als een hoogwaardig openbaar vervoernetwerk van bus, (snel)tram, metro en trein, inclusief knooppunten tussen belangrijke woon- en werkgebieden in de Randstad. Eigenschappen van het beoogde netwerk: snel, betrouwbaar, frequent, comfortabel en met goede voorzieningen voor de reiziger. En zodanig vormgegeven dat de reiziger het gehele OV-netwerk als één geheel ervaart.
Doorbraak in tariefintegratie Voor BRU is integratie van verschillende vervoerwijzen het belangrijkste doel. Met name moet het hoofdrailnet nog beter gaan aansluiten bij het regionaal openbaar vervoer. Daarnaast hoopt BRU dat de samenwerkende overheden in OV-bureau Randstad een doorbraak op het gebied van tariefintegratie kunnen realiseren. Dat zou betekenen dat reizigers
maar één maal het hoge starttarief hoeven te betalen, ook bij overstappen tussen trein en bijvoorbeeld bus. Daar heeft zeker de Utrechtse regio veel bij te winnen: juist hier zijn veel reizigers die tijdens één reis zowel trein als regionaal OV gebruiken.
Optelsom plus productformule De kwaliteit van R-Net moet de reiziger die ook de auto kan kiezen, ertoe verleiden het openbaar vervoer te nemen. Daarom stelt R-Net allereerst eisen aan de dienstregeling. Want reizigers willen met een hoogwaardig openbaar vervoernetwerk het liefst zonder spoorboekje, op ieder moment van de dag, zo snel mogelijk van A naar B. Bovendien moet de geplande reistijd ook de werkelijke reistijd zijn. Helemaal nieuw zijn de kwaliteitseisen van R-net niet: het is een optelsom van de OV-ambities van de verschillende
Randstadnet 2028, het toekomstige overkoepelende openbaar-vervoermerk, gaat ook uit van een gezamenlijke R-net-huisstijl. Voor de BRU-trams en -bussen zal die huisstijl pas een rol gaan spelen ná de volgende concessie, rond 2020. 8
vleugels van de Randstad en voegt daar een gemeenschappelijke productformule aan toe. Zo werkt ook BRU zelf al enige tijd met die hoge kwaliteitseisen voor openbaar vervoer. Dat is onder meer te zien in de pakketstudie VERDER, de ontwikkeling van Randstadspoor en het tramnet 2025. De hoge kwaliteitseisen zijn in de concept OV-visie van BRU (zie ook pag. 2) toegepast op het zogenaamde dragende OV-netwerk: het netwerk van lijnen tussen de belangrijke woonen werkkernen in de regio waar goed openbaar vervoer vanzelfsprekend moet zijn. En dat lijnennet komt overeen met Randstadnet 2028.
Meer informatie: Bastian Jansen
[email protected] 030-2862 580
BRU laat nieuwe ontwerpen maken bus- en tramstations in OV-terminal De tram- en busstations in de toekomstige OV-terminal moeten opnieuw ontworpen worden. De eerdere ontwerpen, uit 2005, ging nog uit van een tramstation aan de westzijde. Dat blijft echter aan de oostzijde, de kant van het centrum. De toekomstige OV-terminal, het huidige Utrecht Centraal, wordt het grootste regionale OV-knooppunt van Nederland. Het regionaal openbaar vervoer zal hier, net als nu, gebruik maken van een busstation aan de westzijde en een bus-tramstation aan de oostzijde van de sporen. Bij het herontwerp treedt Bestuur Regio Utrecht op als opdrachtgever - een rol die voortvloeit uit de eindverantwoordelijkheid die BRU in de regio heeft voor het regionale openbaar vervoer. BRU levert daarnaast aan de bouwpartners van de OV-terminal - met name ProRail - input voor alle zaken die met het regionaal OV te maken hebben, in de hal en op de looproutes naar de bus- en tramstations. Meer informatie:
De centrumkant van Utrecht Centraal tijdens sloopwerkzaamheden afgelopen voorjaar.
Heleen van Keulen,
[email protected], 030-2862 546
Hier komt het bus- en tramstation van de OV-terminal.
Regiotram Utrecht naar Heerenveen Een opmerkelijk verschijnsel op de snelweg: sinds dit najaar rijden er Utrechtse regiotrams heen en weer tussen Nieuwegein en Heerenveen. De bekende groene trams gaan voor een renovatiebeurt naar busbouwer VDL in Heerenveen. Daar worden het interieur en de buitenkant vernieuwd. De trams krijgen een vervoerderonafhankelijk uiterlijk net als de regiobussen: heldergeel met zilvergrijs. Later zullen ook de draaistellen en de technische installaties worden vernieuwd. De dertigjarige trams naderen het einde van hun technische levensduur, maar na de renovatie kunnen ze zeker tien jaar langer mee. Binnen die periode zal naar verwachting de bestaande tramlijn Utrecht - Nieuwegein/IJsselstein zijn omgebouwd tot lagevloerlijn met bijbehorend nieuw materieel. De eerste gele tram zal in het nieuwe jaar rijden, de laatste groene tram wordt na de zomer van 2012 in de nieuwe kleuren terugverwacht.
Meer informatie: Robin Verspeek,
[email protected], 030-2862 544
9
Stichtse Vecht kijkt twee kanten op De voormalige gemeente Maarssen maakte deel uit van Bestuur Regio Utrecht - de noordelijker gelegen gemeenten Loenen en Breukelen niet. Afgelopen januari fuseerden de drie gemeenten en sindsdien vormen zij Stichtse Vecht. Vooralsnog is die nieuwe gemeente aangesloten bij BRU. Maar hoe gaat Stichtse Vecht in de toekomst de regionale samenwerking aan, en wil ze binnen BRU blijven? In december bepaalt de gemeenteraad een standpunt over samenwerken voorbij de gemeentegrenzen.
Wie de kaart van Midden-Nederland beziet, realiseert zich hoe de nieuwe gemeente Stichtse Vecht de schakel is geworden tussen de agglomeraties van Utrecht en Amsterdam. Gaat in het zuiden de gemeente met oud-Zuilen bijna naadloos in Utrecht over, de noordelijkste kern Nigtevecht ligt nog geen drie kilometer van Amsterdam-Zuidoost. Van oudsher oriënteert een flink deel van de nieuwe gemeente zich dan ook eerder op Amsterdam dan op Utrecht. En zo bezien is het eveneens begrijpelijk dat het nieuw gevormde Stichtse Vecht overweegt of BRU de (enige) partner moet zijn voor regionale samenwerking.
Niet vrijblijvend Buiten discussie staat dat Stichtse Vecht een vorm van regionale samenwerking kiest, zegt waarnemend burgemeester en regiobestuurder Mirjam van ’t Veld: “Je kunt als gemeente niet geïsoleerd opereren. Snelwegen, economie, het openbaar vervoer, alles gaat voorbij de grenzen.” Desgevraagd noemt Van
Resultaat van regionale samenwerking: een hoogwaardige lange-afstandsfietsroute in Maarssen.
’t Veld enkele succesvolle voorbeelden van regionaal ontwikkelde en gefinancierde projecten: het regionale fietskernnet (de Dom tot Dam-verbinding), de actuele vernieuwing van de busbaan Zandweg en Oostwaard en de hoogwaardige regionale fietsverbindingen. Ze onderstreept: “We hechten aan regionale samenwerking. Tegelijkertijd hebben we wel als wens dat er minder bestuurlijke drukte ontstaat. De manier van samenwerken is daarmee nog niet uitgekristalliseerd.”
Noordvleugel Daarbij richt Stichtse Vecht zich nadrukkelijk op Utrecht én Amsterdam. Want de gemeente realiseert zich dat ze inmiddels onlosmakelijk onderdeel is van de Noordvleugel Randstad, waar ook beide grote steden deel van uitmaken. Mirjam van ’t Veld: “De opgave is dus de blik naar beide kanten te houden, niet alleen naar de huidige stadsregio Utrecht. Dat is waar het college voor kiest: contacten met beiden.”
Meer informatie: Karel de Roy,
[email protected], 030-2862 540
10
College Stichtse Vecht kiest voor flexibiliteit in regionale samenwerking Uit het persbericht van 14 oktober 2011 van de gemeente Stichtse Vecht: “Het college van B&W van Stichtse Vecht wil blijven samenwerken in regioverband, maar pleit ervoor om in de toekomst een meer flexibele invulling te geven aan die samenwerking. Het college van B&W vindt het belangrijk om in regionaal verband samen te werken op het schaalniveau waar de verbanden het sterkst zijn en de problematiek het grootst is (…) Wat het college van B&W betreft is dat niet het BRU in zijn huidige omvang en vorm. In 2012 willen B&W wel onderdeel blijven van BRU om met elkaar na te denken over toekomstige vormen van samenwerking. (..)”
Het hele persbericht van 14 oktober 2011 is te vinden op www.stichtsevecht.nl onder het kopje Nieuws.
Stichtse Vecht
Negen gemeenten vormen samen Bestuur Regio Utrecht. Negen gemeenten met gezamenlijke belangen, maar tegelijkertijd met verschillende karakters, uiteenlopende kenmerken, en vaak heel eigen opgaven. In deze rubriek
& de Regio
stelt telkens een van de partnergemeenten zich voor.
Bijna een jaar bestaat de gemeente Stichtse Vecht. Maar juist
Feiten en cijfers ◆
deze jongste regiogemeente herbergt een rijke historie, een
De gemeente Stichtse Vecht is op 1 januari 2011 ontstaan door samenvoeging van de toenmalige gemeenten Breukelen, Loenen en Maarssen.
◆
De gemeente Stichtse Vecht telt twaalf kernen, namelijk: Breukelen, Kockengen, Loenen aan de Vecht, Loenersloot, Maarssen, Maarssenbroek, Nieuwersluis, Nieuwer Ter Aa,
eeuwenlange geschiedenis die vooral herkenbaar is in de parelketting van buitenplaatsen - het grootste aantal van Nederland - aan de Vecht. De toenmalige gemeente Maarssen, nu deel van Stichtse Vecht, sloot zich indertijd bij Bestuur Regio Utrecht aan. De nieuwe gemeente zal nog besluiten hoe ze de regionale samenwerking in de toekomst wil vormgeven (zie pagina 10).
Nigtevecht, oud-Zuilen, Tienhoven/Molenpolder en Vreeland. ◆
62.995 inwoners (per 1 april 2011)
◆
Oppervlakte 10.683 hectare
◆
Grenst aan BRU-gemeenten Utrecht en De Bilt
◆
DB-lid namens Stichtse Vecht: Mirjam van ’t Veld (wnd. burgemeester), AB-leden namens Stichtse Vecht: Rob Roos, Marnix Veldhuijzen en Klaas Wiersema
“Stichtse Vecht,” zo kenschetst waarnemend burgemeester Mirjam van ’t Veld haar gemeente, “bestaat uit twaalf kernen met een enorme diversiteit. En de Vecht verbindt ons.” Van ’t Veld onderstreept dat die verscheidenheid na de fusie niet alleen gerespecteerd wordt, maar zelfs gekoesterd: “De angst leefde dat we er een eenheidsworst van zouden maken. Maar we zijn trots op de eigenheid van de kernen. En tegelijkertijd heeft de organisatie nu voldoende schaalgrootte om de belangen van de kernen te behartigen. We hebben hoogwaardige woongebieden door een combinatie van rust, de groene omgeving, de centrale ligging met goede ontsluiting voor alle vervoer. En de nabijheid van zowel eigen als stedelijke voorzieningen. Dat maakt onze positie bijzonder, waarbij de kunst is de balans te realiseren tussen behoud en ontwikkeling, tussen eigen opgaven en het vervullen van een rol in de regio.”
Groene Hart Wat zijn de belangrijkste regionale opgaven die voor Stichtse Vecht spelen? Burgemeester en regiobestuurder Van ‘t Veld: “Regionale thema’s zijn bijvoorbeeld de mobiliteit - de ontwikkeling van de A2 en de Ring Utrecht. De vraag is steeds: wat zijn de consequenties voor de omwonenden. En ook bescherming van de landschappelijke waarden is een opgave. Stichtse Vecht ligt immers aan en in het Groene Hart.” Sharief Gulzar, senior beleidsadviseur Economische Zaken, vult aan: “Daarnaast liggen de bovengemeentelijke opgaven in de economie en werkgelegenheid. Die spelen zelfs op de schaal van de Noordvleugel Randstad.” Burgemeester Mirjam van ’t Veld en beleidsadviseur Sharief Gulzar:
Nyenrode
“Buitenplaats Nijenrode sluit goed
Het water, de buitenplaatsen, de verschillende dorpskernen en het mooie landelijke gebied maken Stichtse Vecht uniek. de gemeente herbergt nog iets bijzonders. Gulzar glimlacht: “Niet veel mensen weten dat Nyenrode Business Universiteit binnen onze gemeentegrenzen ligt. En de samenwerking met Nyenrode begint steeds meer vorm te krijgen.” Van ’t Veld: “We willen de kennis en kunde van Nyenrode benutten, zoals de expertise op het gebied van duurzaamheid. Volgens de Financial Times behoort Nyenrode tot de top 65 van business schools wereldwijd, met de beste Masteropleiding.”
aan bij het profiel van de gemeente: het kasteel in zijn omgeving, plus de vooruitstrevendheid van de Business Universiteit.”
11
Mijn favoriete plek in de regio . . .
…is het Centraal Station van Utrecht, omdat je daar altijd veel mensen tegenkomt, er elke dag iets verandert en het de belofte uitademt dat het straks mooi wordt.
Colofon
Willem Buunk, lid van het algemeen bestuur van Bestuur Regio Utrecht voor de gemeente Utrecht.
12
BRUberichten is een uitgave van Bestuur Regio Utrecht en wordt verspreid onder de relaties van de stadsregio. Wilt u op de verzendlijst, of hebt u zelf een interessant regiobericht? Neem gerust contact op. BRUberichten verschijnt viermaal per jaar. Uitgave najaar/winter 2011. In Bestuur Regio Utrecht werken negen gemeenten samen aan de bereikbaarheid, leefbaarheid en economische ontwikkeling van de regio Utrecht. Het zijn Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Utrecht, Vianen en Zeist.
Postadres Postbus 14107 3508 SE Utrecht 030-2862525 www.regioutrecht.nl
[email protected] Twitter @RegioUtrecht Coördinatie en eindredactie ◆ Hartog Communicatie
Beeld ◆ Erik van ’t Woud, Photosteron
(p. 1, 4, 5, 6, 10, 11,12) ◆ Eelco Hofstra (p. 9) ◆ Het Utrechts Archief (p. 2) ◆ OV-bureau Randstad (p. 8) ◆ VDL Bus & Coach (p. 9)
Grafisch ontwerp ◆ Ellen Bakker, Utrecht
Tekst
Druk
◆ Bestuur Regio Utrecht
◆ Kerckebosch, Zeist