Werkplek H >> Startprojectboek Tendens

Werkplek H >> Startprojectboek Tendens Werkplek H >> Startprojectboek Tendens

Mijn lesplanning bij deze werkplek 1 Is dit de eerste werkplek die je doet? Haal dan de differentiatieopdracht die bij deze werkplek hoort en voeg hem toe aan je map. Stop de differentiatieopdracht in je map. 2 Bekijk Actie H1 tot en met Actie H5. Plan met je groep de acties in kolom 4. 1 Actie

2 Onderwerp

3 Richttijd 4 Datum en in minuten lesuur

H1

Werken in het voorraadbeheer

15

H2

Voorraad in het magazijn

20

H3

Oefenen met EHBO

35

H4

Afval

15

H5

Differentiatieopdracht: Presentatie voorbereiden

15

3 Als je een actie af hebt, teken dan een vinkje als je de actie niet kon doen. een streepje

in kolom 5. Of teken

Je kunt een actie die je af hebt ook een kleur geven.

H 1 van 10 Copyright © 2011 Uitgeverij Edu’Actief b.v. Alle rechten voorbehouden

5 Af

6 Paraaf docent

Werkplek H >> Startprojectboek Tendens > Start

>A

>B

>C

>D

>E

>F

>G

>H

> Reactie

> Actie H1 Werken in het voorraadbeheer

Op deze werkplek werk je in het voorraadbeheer. Je begint bij HCM. HCM betekent: ‘Het Centrale Magazijn’. Het bedrijf is een groothandel met een centraal magazijn. Vanuit het magazijn bevoorraadt HCM de winkels. Het bedrijf zorgt zelf voor de inkoop van goederen.

1 Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Schrijf de woorden en de betekenis op de lijst achter in dit projectboek.


> Begrippenlijst

Werkplek H >> Startprojectboek Tendens

2 a Hoe herken je deze werkplek bij jou op school? Schrijf 2 punten op.

1 .......................................................................................................................

2 .......................................................................................................................

b Welke meubilair staat er en hoeveel van elk? Vul het schema in. Meubelen

Aantal

Tafel

1

c Welke interne transportmiddelen zijn er op deze werkplek?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

d Welke andere hulpmiddelen zijn er op deze werkplek?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

e Wat is een handscanner?

..........................................................................................................................



f

Waarvoor gebruik je een handscanner?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

g Pak de gebruiksaanwijzing van de handscanner en zoek uit hoe de scanner werkt. Schrijf dit in 5 korte zinnen op voor een nieuwe medewerker.

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

> Actie H2 Voorraad in het magazijn 1 Kijk in het magazijn van het leerplein. Welke materialen zie je in dit magazijn?

................................................................................................................................

................................................................................................................................

................................................................................................................................

................................................................................................................................

2 In een magazijn heb je een handige manier nodig om alle spullen op te bergen. Dan kun je alles ook weer gemakkelijk terugvinden. Wat is op jouw school de gewoonte?

a Alles wordt opgeborgen volgens ......................................................................

..........................................................................................................................

b Alles wordt gevonden volgens .........................................................................

..........................................................................................................................



3 a Pak de plattegrond die je bij het Startdeel hebt gemaakt en geef op die plattegrond aan: • waar de telefoon staat • waar de rekken of stellingkasten staan • waar een intern transportmiddel staat • waar de EHBO-verbanddoos ligt of hangt • waar de brandblusser of brandslang staat of hangt.

b Misschien hoort er nog iets speciaal bij deze werkplek. Vul dit in op jouw plattegrond.

4 a In een magazijn staan rekken of stellingkasten. Kun jij overal bij als je iets wilt pakken? Ja/nee b Welke hulpmiddelen kun je gebruiken als iets te hoog ligt?

..........................................................................................................................

5 Hoe kun je ervoor zorgen dat je ergonomisch en veilig werkt als je iets uit de rekken haalt?

................................................................................................................................

................................................................................................................................

................................................................................................................................



> Actie H3 Oefenen met EHBO Je gaat met een medewerker van HCM naar een EHBO-workshop voor het team. 1 Waarom is het belangrijk dat medewerkers van HCM EHBO kunnen toepassen?

................................................................................................................................

................................................................................................................................

Op het programma staat: aanleggen van een rust- en steungevend verband.

Er zijn 5 belangrijke punten bij het verlenen van eerste hulp. Deze punten moet je altijd in dezelfde volgorde toepassen. 1 2 3 4 5

Let op gevaar voor jezelf en voor anderen. Ga na wat er is gebeurd en wat iemand mankeert. Blijf bij het slachtoffer en stel hem gerust. Zorg voor professionele hulp (laat iemand 1-1-2 bellen). Help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt.



2 Welke 4 maatregelen neem je om zo hygiënisch mogelijk te werken?

1 .............................................................................................................................

2 .............................................................................................................................

3 .............................................................................................................................

4 .............................................................................................................................

Gebruik het stappenplan: 360 Aanleggen van een rust- en steungevend verband.

3 a Welk EHBO-materiaal heb je nodig voor het aanleggen van een rust- en steungevend verband?

sterilon of betadine

wondpleister

steriel gaas of kompres

witte watten

synthetische watten

hydrofiel zwachtel

ideaal zwachtel of Cambric-zwachtel

snelverband

kleefpleister

verbandklemmetjes

verbandschaar

driekante doek (mitella)

veiligheidsspeld

handschoenen



b Zoek de betekenis op van de woorden die je niet kent. Schrijf de woorden en de betekenis op de lijst achter in dit projectboek.

Een rust- en steungevend verband aanleggen 4 Oefen het aanleggen van een rust- en steungevend verband. Werk in tweetallen. Leerling 1 is het slachtoffer. Leerling 2 is de hulpverlener. Andere leerlingen uit de groep observeren en vullen daarna observatieformulier S.2 in. Wissel van rol. Zorg dat iedereen in de groep beide rollen heeft geoefend.

> Actie H4 Afval In een magazijn heb je altijd met afval te maken. Op school heb je op alle werkplekken ook met afval te maken. Ieder groepje moet de eigen werkplek opruimen. De groepsleider van elk groepje is ervoor verantwoordelijk dat de werkplek en de prullenbakken leeg zijn.



1 Als je afval hebt, dan kun je dit gescheiden opruimen. Dat is beter voor het milieu. Leg uit wat deze uitspraak betekent.

................................................................................................................................

................................................................................................................................

2 a Waarom denk jij dat er steeds meer afval is?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

b Schrijf 3 soorten afval op.

1 .......................................................................................................................

2 .......................................................................................................................

3 .......................................................................................................................

3 Hoe herken je milieuvriendelijke producten? Teken het logo.



4 a Wat doe je op school met papierafval?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

b Wat doe je op school met glasafval?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

c Wat doe je op school met blikafval?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

> Actie H5 Presentatie voorbereiden

Maak de differentiatieopdracht.

H 10 van 10

Volgende werkplek >>

Copyright © 2011 Uitgeverij Edu’Actief b.v. Alle rechten voorbehouden

Werkplek H >> Startprojectboek Tendens

Recommend Documents