Mentaal Mentaal M A G A Z I N E VA N G G Z N O O R D - E N M I D D E N - L I M B U R G
Jaargang 4 | Nummer 6 | juni 2008
‘Wisselen van werkplek’
Geneviève van Tuyn, begeleider Langdurige Complexe Zorg, Intensief 1,
over uitwisseling van verpleegkundigen in kader van dwang en drang.
Verder in dit nummer:
Strategische samenwerking GGZ Noord- en Midden-Limburg en Mondriaan Zorggroep. Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen. Henk Verstappen en Thea Schraets over deelname GGZ NML.
Kijk op de wijk
Aanleg bovengrondse infrastructuur van start
Mentaal Mentaal | jaargang 4 | Nummer 6 | juni 2008
INHOUD “Don’t WORry, be happy”
8
18 “Al met al zien we dit nu als een pioniersfase nog”
21
Samenwerking Knipoog
4 Nieuwsberichten 5 Symposium ‘Beslist doen’ 6 Van de voorzitter 8 Vakgroep Verpleging 9 OnGegrond 10 Interview 12 Medezeggenschap 14 Wisselen werkplek 16 Zorgboerderij Heijerhof 18 Congres 14 april 2008 19 Interview 20 Berichten OR 22 De ontmoeting 22 Kolummerkasie Personeelsvereniging
24 “Fotograferen is echt een hobby van me geworden”
28
24 Start MST-team 25 Servaashof 26 Gerard, cliënt GGZ NML 28 Reportage 30 IGG 32 Boekbespreking Bibliotheek Personalia Beeldspraak Toelichting plan
33 34 35 36
Van de redactie Langzaam aan kleurt Nederland Oranje. De EK-koorts is uitgebroken als we tenminste de media mogen geloven. Daar zult u in deze Mentaal niets van terugvinden. In dat opzicht blijft Mentaal een oase van rust. En van de weergave van onderwerpen die er toe doen. Natuurlijk doet het EK er ook toe, maar dat is toch vooral vluchtig. Als Oranje de groepsfase niet doorstaat gaan de Oranjeproducten in de uitverkoop, haalt iedereen de versieringen binnen, de schouders op en gaat over tot de orde van de dag. Die orde van de dag bestaat uit belangwekkende ontwikkelingen, bijvoorbeeld waar het de medezeggenschap aangaat. Want Oranje mag dan op het EK staan, GGZ NML speelt zijn eigen wedstrijd. En de finale nadert. Op 16 juni aanstaande wordt de uitslag bekend gemaakt. Als u voor de komende weken nog een ploeg zoekt om aan te moedigen, ga dan als supporter achter Ondernemingsraad en Raad van Bestuur staan die vol durf de wedstrijd aangaan om met het beste medezeggenschapsmodel te komen. Dat biedt tal van kansen voor iedereen. Om in termen van Oranje te blijven; Raad van Bestuur en Ondernemingsraad zijn de flankspelers die zorgen voor de voorzetten. Zij zoeken nu nog naar een scherpe spits om die voorzetten in te koppen. Daarbij denken ze aan u. Spannend toch!? Veel leesplezier tijdens de dode EK-momenten die er ongetwijfeld ook zullen zijn. Verdiep u in al wat er binnen GGZ NML gebeurt als u het even niet ziet zitten. U zult verrast zijn door alle ontwikkelingen.
COLOFON Mentaal is het magazine van GGZ Noord- en Midden-Limburg voor (oud)medewerkers, vrijwilligers en externe relaties en verschijnt elke laatste vrijdag van de maand. Uitgave: Bureau Communicatie GGZ NML. Hoofdredactie: Eleän Mulder (Bureau Communicatie), Eindredactie: Eleän Mulder (Bureau Communicatie), Sabine Nicolasen (Bureau Communicatie) Redactie: Fun Sijbers (Bureau Communicatie), Ans Swillens (Informatiecentrum Geestelijke Gezondheid), Karin Tummers (Paschalis), Diana Wong Si Kwie (RCG Venray). Vormgeving: MarksMarks Venlo. Reproductie: Grafisch centrum Facilitair Bedrijf GGZ NML. Fotografie: Jos Faessen GGZ NML, Hans van der Beele Sevenum, Bureau Communicatie GGZ NML. Oplage: 2450 ex. Redactieadres: GGZ Noord- en Midden-Limburg, Bureau Communicatie, E. Mulder-Verleg, Postbus 5, 5800 AA Venray, (0478) 52 71 86,
[email protected]. Deadline kopij julinummer: 13 juni 2008, foto’s gescheiden van tekst - dus als apart jpg-bestand - aanleveren. Voor meer info zie www.ggznml.nl of het intranet. Indien u besluit uw abonnement te beëindigen, kunt u dit kenbaar maken via
[email protected] of schriftelijk via het redactieadres.
BELANGRIJKE TELEFOONNUMMERS Arbodienst Achmea Arbo: 0475-399899, Lisette de Bruijn, bedrijfsarts:
[email protected], Louis Thissen, bedrijfsarts:
[email protected], GGZ Noord- en Midden-Limburg algemeen: 0478-527527, Personeelsvertrouwenspersoon: Marjon Vinken, 0475-399899,
[email protected], Klachtencommissie individuele medewerkers: 0478-527597,
[email protected], Commissie sociale begeleiding: 0478-527597,
[email protected], Arbo-coördinator: 0478-7631,
[email protected], Ondernemingsraad: 0478-527245, Ziek- en herstelmelding: 0478-527161
Mentaal | 3
Strategische samenwerking GGZ Noorden Midden-Limburg en Mondriaan Zorggroep De Raden van Bestuur van GGZ Noord- en Midden-Limburg en de Mondriaan Zorggroep hebben overeenstemming bereikt over de intentieverklaring waarin zij de strategische samenwerking hebben vastgelegd. Zij hebben op vrijdag 17 maart jl. tot een bestuurlijk strategische samenwerking besloten. Achterliggende motieven voor deze samenwerking zijn enerzijds zorginhoudelijk, anderzijds bedrijfseconomisch van aard. Met name de overtuiging dat meerwaarde behaald kan worden door de zorginhoudelijke specialisaties van beide organisaties dichter bij elkaar te brengen, is daarbij doorslaggevend. Het voornemen is op 19 mei jl. geformaliseerd in een intentieverklaring. In deze intentieverklaring hebben zij vastgelegd dat op een aantal terreinen initiatieven worden genomen, die gericht zijn op het intensiveren van de samenwerking tussen (onderdelen van) beide organisaties. Hierbij wordt onder andere gedacht aan de verslavingszorg (die tot 2004 nog als één provinciale organisatie functioneerde), kinder-, jeugd- en adolescentenpsychiatrie, neuropsychiatrie, forensische psychiatrie alsmede delen van de ondersteunende diensten. De Raden van Bestuur kiezen binnen de samenwerking voor een meervoudige strategie die er op gericht is om: - m.b.t. de psychiatrische basisfuncties goede regionale verankering te
Mentaal | 4
Stel uw vraag! De samenwerking tussen Mondriaan en GGZ Noord- en Midden-Limburg roept ongetwijfeld vragen op bij de medewerkers van beide organisaties. De personeelsbladen van Mondriaan en GGZ NML, Palet en Mentaal, bieden u de gelegenheid uw vraag te stellen. Beide redacties maken uit alle binnengekomen vragen een selectie, leggen deze voor aan de Raden van Bestuur en publiceren de antwoorden in hun volgende edities. Hebt u een vraag? Mail ze naar:
[email protected]
- - -
realiseren; de basisproducten kosteneffectiever aan te kunnen bieden; specialisaties verder uit te bouwen en voor een grotere markt beschikbaar te stellen (door samenwerking met andere partners, verwijzers en kennisinstituten); ademische expertisenetwerken te ontwikkelen.
GGZ Noord- en Midden-Limburg en Mondriaan Zorggroep onderscheiden ieder de kerntaken zorg, opleiding en onderzoek. Zij willen deze kerntaken consolideren en op onderdelen doorontwikkelen. Zij kiezen vooral voor het vergroten van de focus op de kerntaken, wat wil zeggen dat zij de nadruk leggen op het verder ontwikkelen van de gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg. Daarbij streven zij naar het leveren van effectieve zorg, op een doelmatige wijze georganiseerd en met een aantrekkelijk servicemodel gericht op verschillende marktsegmenten. De
markt zal toenemend segmenteren naar specifieke deelgebieden. Hun ambitie is gericht op deze gespecialiseerde segmenten, zonder daarbij het integraal zorgaanbod los te laten. Om dit doel te bereiken is echter voldoende schaalgrootte noodzakelijk. Het huidige adherentiegebied en de huidige organisatievolumes vinden zij een maatje te klein om een significante speler te kunnen blijven in een markt, die enerzijds segmenteert en anderzijds opschaalt naar een landelijk niveau. De Raden van Bestuur kiezen er uitdrukkelijk voor om de samenwerking niet vrijblijvend te maken. Tegelijkertijd willen zij ook de lopende processen in ieders eigen regio niet van extra ballast voorzien. Dit vraagt om een gebalanceerd sturingsproces met een helder doel voor ogen in een nader te definiëren tijdsperiode. De verder uit te voeren samenwerkingsinitiatieven zullen ze formaliseren zodat de gezamenlijk gekozen weg ook daadwerkelijk bewandeld zal worden. De wijze waarop die formalisering zal plaatsvinden is op dit moment nog onderwerp van nader beraad.
Mentaal
Samenwerking Ondertekening samenwerkingsovereenkomst door stichting GGZ Noord- en Midden-Limburg en Cliëntenraad van de divisie Specialisatische Functies
Nieuws juni 2008
Na 100 jaar psychiatrie nieuwe toekomst voor terrein St. Anna
In opdracht van GGZ Noord- en Midden-Limburg heeft het bureau B+B (projectburo voor architectuur, stedenbouw landschapsarchitecten en groene ruimte) een nieuw plan gemaakt voor de toekomst van het St. Anna terrein. Burgemeester en wethouders hebben het plan goedgekeurd en besloten dit voor te leggen aan de gemeenteraad. Afgelopen maandag 19 mei is het plan gepresenteerd in een extra vergadering van de raadscommissie Stedelijke Ontwikkeling. Op dinsdag 27 mei heeft de raadscommissie het plan besproken. In de raadsvergadering van 17 juni neemt de gemeenteraad een besluit. Indien de raad positief beslist, wordt het plan vrijgegeven voor informatie en raadpleging. Daarvoor organiseren gemeente en GGZ NML op 19 juni aparte informatiebijeenkomsten. Op de achterpagina kunt u een samenvatting van het plan lezen. Meer info vindt u op: www.ggznml.nl
Liesbeth Lucassen
Louise Wijnhoven Erica Robins
Nieuw medisch secretariaat LCZ van start! Adres: D’n Herk 23 Telefoonnummer 0478-(52)7288/7713
Karin Berben versterkt het team met ingang van 1 juni a.s.
Mentaal | 5
Symposium ‘BESLIST DOEN’ Door: Marjolijn van Hout en Mieke Matheeuwsen
Op dinsdag 22 april jl. heeft de studiedag ‘Beslist Doen’ plaatsgevonden in Asteria in Venray. De dagvoorzitter Hans Kok, huisarts en programmaleider Begeleid Wonen GGZNML, opent voor een groep van 130 belangstellenden van GGZ Noorden Midden-Limburg de dag.
Vervolgens leidt hij het thema in. Hij vertelt een verhaal over ‘moeder.’ Iedereen moet zijn eigen moeder in gedachten nemen. Het verhaal betreft een moeder van 78 jaar die geen zin meer in het leven heeft. Zij is erg dement. Op een dag krijgt zij kanker. In het verhaal komen een hoop tegenstrijdigheden aan bod: Laat je de moeder zelf de keuze (vrijheid van keuze) of dwing je haar de behandeling aan te gaan? In het verhaal komen ook een hoop dilemma’s naar voren waar vaak tegenaan wordt gelopen. Beslist bijvoorbeeld de borderliner of drugsverslaafde zelf, ook als hij niet in staat is de situatie goed in te schatten? In hoeverre mogen zij ‘vrij ‘ zijn in hun eigen keuze? En wanneer grijp je in als hulpverlener?
BEWUST OMGAAN MET DILEMMA’S IN Hierna komt de eerste lezer aan het woord: Lieke van der Scheer, filosoof in Amsterdam. Zij vertelt over vrijheid en dwang of eigenlijk ‘drang’ en ‘dwang.’ Dwang betekent de cliënten dwingen tot opname. En drang betekent eigenlijk het grote grijze gebied. Dreigen met
Mentaal | 6
Dagvoorzitter Hans Kok
Mentaal
bijv. opgenomen te worden, maar uiteindelijk het niet uitvoeren. Het uitgangspunt van haar lezing is, dat het soms traumatisch is om dwang te gebruiken, maar de kwaliteit van de zorg wel verbetert. Ze vertelt dat het leven te maken heeft met tragische situaties. “Ben je bewust van deze tragische situaties en vergeet ze niet. Je hoeft niet altijd het protocol te volgen. Het is niet erg de regels te doorbreken in de sector van zorg. Je moet zelf achter je eigen keuze staan. Daarna vertelt ze over een project dat ooit uitgevoerd is met als doel de kwaliteit van dwang en drang te verbeteren binnen de psychiatrie. Binnen dit project is een aantal kwaliteitscriteria ontstaan: 1) Over wegingen Realiseer je dat dwang en drang veel voorkomen in de praktijk en maak overwegingen zoals ‘laat je de verantwoordelijkheid bij de cliënt of ga je hem overnemen?’ 2) Veel tegenstrijdige ver plichtingen in de praktijk leiden tot verschillende emoties bij familie, cliënt, hulpverleners. 3) Beschouw dwang of drang in het kader van het proces van de zorg.
7) Procesmatig Plaats dwang en drang in een tijdsperspectief. Iedere toepassing van dwang of drang moet met de familie en cliënt geëvalueerd worden in een gesprek.
Guus van Loenen, mede-organisator van het symposium
8) Streef naar adequate randvoorwaarden Uitgangspunt van dit project is geweest om in 12 instellingen de dwang en drang van de zorg te verbeteren. Uit dit onderzoek zijn de punten 1, 2, 4 en 7 naar voren gekomen als belangrijke punten voor een discussie. Deze punten zorgen namelijk voor discussie. Hierna volgt een lezing van dr. Ad Kaasenbrood (psychiater en senior onderzoeker). Hij doet een presentatie waarin een specifiek onderzoek centraal staat. Het onderzoek heeft betrekking op ambulantisering/vermaatschappelijking van de psychiatrische cliënt. Bij professionals, patiënten en de samenleving is telkens gekeken naar het 1.willen, 2. kunnen en 3.doen in de verschillende facetten van ambulantisering/vermaatschappelijking. Uit het onderzoek is gebleken dat alle drie partijen wel willen, maar dat het kunnen en doen te wensen over laat, waardoor de kans op succes sterk vermindert (geminimaliseerd) wordt. Het onderzoek heeft vooral betrekking op patiënten met een forse psychiatrische stoornis.
4) Communicatie Besteed aandacht aan bejegening, afspraken en sociale contacten. Niet tijdens toepassing van dwang, maar ervoor of in ieder geval erna.
De laatste lezing is gegeven door dr. Bert van der Werf, klinisch psycholoog en senior onderzoeker. Hij vertelt over dwang en drang op de afdeling aan de hand van twee casussen.
5) Reflecteren op het doel en indien nodig ingrijpen.
Na de lunch starten de workshops in twee rondes. Een van de workshops gaat over de
meer mogelijk is. Dat geeft een enorm gevoel van machteloosheid en ongemak. Een erg interessante workshop, waar goed wordt ingespeeld op het gevoel. Een andere workshop handelt over de verslavingszorg. Een casus gaat over een cliënt die een paar keer per dag zorg ontvangt. Zij is wilsbekwaam is en verslaafd aan drank. Omdat ze van de trap is gevallen, heeft ze haar schouder gebroken, en haar arm in een mitella. Er staan nog twee flessen drank op tafel met kapotte kurk waardoor zij deze nu zelf niet open kan maken. Daarop vraagt zij
PSYCHIATRISCHE HULPVERLENING 6) Reflecteren op de middelen. Gebruik niet meer maatregelen dan nodig is. Pas de minst zware maatregel toe. Wees flexibel, respectvol en tactvol.
stelling ‘separeren is geen behandelen’. Aan de hand van een praktijkvoorbeeld wordt ons duidelijk gemaakt hoe het voelt om je niet op de gemak te voelen. Hierop aansluitend wordt verteld, dat als je een cliënt separeert er ook geen enkele communicatie
de hulpverlener de flessen voor haar open te maken. Wat doe je in zo’n situatie? De dag heeft interessante materie opgeleverd voor een ieder die zich bezighoudt met hulpverlening aan cliënten.
Mentaal | 7
Van de voorzitter: Onze ondernemingsraad (OR) en de Raad van Bestuur hebben het afgelopen half jaar deelgenomen aan het project “Verbeter de Medezeggenschap Blijvend”. Via onder meer Mentaal heeft u hiervan kennis kunnen nemen. Door aan dit project deel te nemen, heeft onze Ondernemingsraad niet alleen zijn nek uitgestoken, maar heeft hij ook echte vernieuwing tot stand gebracht. Wat is zo bijzonder dat wij hieraan uitgebreid aandacht besteden?
Don’t WORry, be happy Het project is opgezet als een landelijke wedstrijd met zowel een prijs van een heuse vakjury op het gebied van medezeggenschap als een publieksprijs. Als u dit leest, hebben de voorzitter van de OR, Mies Wiegant, en ondergetekende al ons project verdedigd voor de vakjury. De uitslag wordt bekend gemaakt op 16 juni aanstaande. We zijn natuurlijk erg benieuwd naar de uitslag, maar of we nu wel of geen prijs winnen, het resultaat waarvoor we ons gezamenlijk hebben ingezet, is wat ons betreft al gehaald. De OR verdient een groot compliment dat hij het heeft aangedurfd om in een ongewis avontuur te stappen. De Wet op de Ondernemingsraden (WOR) vormt al enkele tientallen jaren het wettelijk kader voor het overleg tussen OR en Bestuur. Deze
Mentaal | 8
Wet schrijft vrij nauwkeurig voor hoe het overleg dient te verlopen en welke rechten vooral de OR heeft bij voorgenomen besluiten van het Bestuur van de instelling (lees: onderneming). Naast de zekerheid over de positie van de OR blijkt de WOR in de praktijk ook vaak tot een verstarring en zelfs blokkering van een vruchtbaar en constructief overleg te leiden. Daarnaast moesten we constateren dat medezeggenschap, hoewel van groot belang voor een volwassen organisatie, onvoldoende leeft bij de grote meerderheid van onze medewerkers. Alleen als iemand zich direct in zijn persoonlijk belang bedreigd voelt, weet men de OR te vinden. Daarvoor is de OR echter niet primair bedoeld. We wilden het beiden anders en beter. Maar hoe? Dit was een wederzijds gedeeld gevoel van OR en bestuurder.
Het is een bekend gegeven dat vaak eerst een crisis nodig is, voordat echte verandering en vernieuwing tot stand komen. Zover is het bij ons niet gekomen, maar we hebben wel openhartig met elkaar gesproken. Toen was daar plotseling de aankondiging van het landelijk project om de medezeggenschap opnieuw te ontwerpen. Het kwam voor ons op het juiste moment als een geschenk uit de hemel. Voorwaarde was wel: we schuiven de WOR van tafel en we gaan vanuit een blanco situatie bouwen aan een nieuwe medezeggenschapstructuur. Dat was voor menigeen in de OR even slikken. Je geeft op wat je hebt zonder te weten wat je ervoor terugkrijgt. Stellen we ons niet te kwetsbaar op? Hoe gaat de bestuurder hier mee om? Zijn zijn motie-
Mentaal
ven om hieraan mee te doen wel zuiver of maakt hij wellicht misbruik van de situatie? Uiteindelijk hebben we (OR en bestuur) elkaar weten te overtuigen van de wederzijdse oprechte intenties en zijn we van start gegaan. Elders in dit nummer kunt u lezen wat het resultaat is geworden van onze gezamenlijke inspanningen. Er staat een nieuw concept waarvan de basiselementen zijn vastgelegd en dat de komende tijd verder
zal worden uitgewerkt. Ook hebben we elkaar de ruimte gegeven om al werkende weg het model te verfijnen en waar nodig aan te passen. Dat zoiets kan is, kijkend naar de voorgeschiedenis van ‘werken onder de vlag van de WOR’ een prestatie van formaat. Het proces dat OR en bestuur samen hebben doorgemaakt, heeft er tevens aan bijgedragen dat de verhoudingen en de toon van het overleg de afgelopen maanden sterk verbeterd zijn. Dat is pure winst, die alleen mogelijk is geweest door
de lef op te brengen om vertrouwen te hebben in de ander en radicaal te breken met het verleden. Ik ben trots op een dergelijke ondernemingsraad, die daarmee ondernemerschap en resultaatgerichtheid in de ware zin heeft getoond. Zo hebben wij Koersen op Kansen bedoeld. Toine van der Sanden Voorzitter Raad van Bestuur
NIEUWS VAN DE VAKGROEP VOOR VERPLEGING EN VERZORGING De Vakgroep voor Verpleging en Verzor-
van kennismanagement heeft. De vakgroep
Meer informatie over de vakgroep Verple-
ging wil medewerkers (de achterban)
vaktherapie loopt met 65% ingevulde profie-
ging en Verzorging is te vinden op intranet.
graag informeren over de bezigheden van
len aan kop!
de vakgroep. Deze maand meer informatie over kenniskaarten.
Ook is er altijd een mogelijkheid om contact
Hoe meld je je aan voor de
op te nemen met de vakgroep voor vragen/
kenniskaarten?
reacties e.d. Dit kan door een van de leden
De bibliotheekcatalogus bevat een link naar
Ga naar > biblotheek (op het bureaublad van
te benaderen of te emailen:
kenniskaarten van medewerkers. Deze link staat
de pc) > Interne databases (In de rechter blauwe
[email protected]
ook vermeld bij de vakgroepen op het intranet.
kolom) > kenniskaarten/profielen.
Daarin staan momenteel de profielen van 44 medewerkers/professionals. Naast de feitelijke gegevens kun je hier zoeken op trefwoorden en deskundigheden van medewerkers. Daarmee kun je snel zien wie waarin deskundig is. Ook eventuele relevante nevenactiviteiten zijn vermeld. Dit is handig omdat men niet iedere collega meer kent en dus ook niet meer weet wie waar deskundig in is. Een aantal heeft ook een foto aangeleverd; dit is niet noodzakelijk maar oogt wel mooi natuurlijk. Bijkomend voordeel is dat met het invullen van de kenniskaart (dit kan via een online invulformulier, maar kan ook gewoon via de e-mail) ook
Kenniskaarten
eventuele scripties, publicaties of relevantie presentaties kunnen worden vermeld. Professionals die geen publicaties op hun naam hebben staan, hoeven zich hierdoor niet te laten afschrikken. Hoe meer profesionals zich aanmelden, hoe beter en hoe meer profijt men van deze vorm
Mentaal | 9
Rubriek waarin uitspraken van de Klachtencommissie voor Cliënten worden toegelicht.
Door: Ad Burgmans1
ongegrond?
E was met een rechterlijke machtiging opgenomen op de afdeling Langdurig Structurerende Zorg. Op 30 juli 2006 is hij gesepareerd naar aanleiding van een geweldsincident. Hij zou de verpleegkundigen beschuldigd hebben dat zij zijn voedsel vergiftigden. De verpleegkundigen zouden hem van diefstal beschuldigd hebben. Toen de spanning hoger opliep, heeft hij een van hen een klap in het gezicht gegeven. Hij is vervolgens aangepakt en in de separeer geplaatst. Eind augustus was hij nog steeds gesepareerd.
het verleden is bekend dat E in psychotische toestand ook zichzelf ernstig kan verwonden. Omdat E tijdens de separatie zich niet coöperatief opstelde en medicatie weigerde, bleef de separatie voortduren. Hij is dagelijks door een arts gezien. E bleef psychotisch en daardoor gevaarlijk. Hij zag niet in waarom hij gesepareerd werd. Op de hoorzitting werd nog toegelicht dat bij E gemakkelijk waanideeën ontstaan, waardoor hij snel dreigend en agressief wordt. Verder is naar voren gebracht dat het gedrag van E een zeer zware belasting is voor het personeel. Daardoor waren drie verpleegkundigen in de ziektewet. Men voelde zich niet veilig in aanwezigheid van E. De duur van de separatie heeft daar ook mee te maken. Verpleging op zijn eigen kamer was geen alternatief, zolang die niet voorzien was van een deur met een luik. Die voorziening zou men gaan aanbrengen.
Verweer
Tegenverweer
Door de psychiater die het besluit tot separatie genomen heeft, is een verweerschrift ingediend. De behandelend psychiater en een verpleegkundige waren op de hoorzitting aanwezig. Voorafgaande aan het incident was de spanning bij E hoog opgelopen. Hij was niet tot kalmte te brengen. De drie aanwezige verpleegkundigen hebben de hulp ingeroepen van collega’s, toen de zaak dreigde te escaleren. Voordat die hulp arriveerde, heeft E een verpleegkundige hard in het gezicht geslagen. E was op dat moment psychotisch en gezien het verhoogde risico op agressief gedrag naar anderen toe, is besloten tot separatie. Uit
Tijdens de zitting gaf E als mening dat hij geen gevaar vormde voor zichzelf of voor anderen. Hij zou boos zijn geweest op de onterechte beschuldiging dat hij gestolen zou hebben. Bij monde van de patiëntenvertrouwenspersoon werd aangegeven dat klager van mening is dat er minder ingrijpende middelen gebruikt hadden kunnen worden om de situatie onder controle te krijgen. Hij had op de afzonderingskamer kunnen blijven. Separatie was niet nodig. E heeft zich in de separatie rustig gedragen. Daarom had de separatie opgeheven moeten worden.
Klacht
De klacht van de heer E gaat over de beslissing hem te separeren en over het feit dat de separatie na een tijd niet opgeheven werd toen hij zich rustig gedroeg. Relevante feiten
Mentaal | 10
Beoordeling van de Commissie
Uit de stukken bleek dat er op 30 juni 2006 een behandelingsplan is opgesteld, waarin de mogelijkheid van separatie in geval van heteroagressief of zelfverwondend gedrag is opgenomen. De separatie moet daarom volgens de Commissie gezien worden als het toepassen van dwangbehandeling conAd Burgmans verzorgt deze rubriek in opdracht als jurist van ADJUST juridisch advies.
Mentaal
GGZ Noord- en Midden-Limburg heeft een Klachtencommissie voor Cliënten op grond van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ) en de Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ). Een cliënt of degenen die optreedt namens de cliënt kan een klacht indienen bij deze commissie als hij of zij bezwaar heeft tegen een gedraging van een medewerker of een handelwijze van de instelling jegens de cliënt of tegen een beslissing met betrekking tot de behandeling of begeleiding die gevolgen heeft voor de cliënt. De commissie verklaart de klacht gegrond of ongegrond en brengt haar oordeel ter kennis van de Raad van Bestuur die vervolgens maatregelen kan treffen.
form artikel 38, lid 5 BOPZ. In dat artikel staat dat het behandelingsplan tegen de wil van de patiënt uitgevoerd mag worden als het volstrekt noodzakelijk is om gevaar voor de patiënt of anderen, voortvloeiend uit de stoornis van de geestvermogens, af te wenden. De Commissie was van mening dat uit de verslagen en de overige infor-
matie voldoende duidelijk is geworden dat het gedrag van E dit soort gevaar opleverde. Een gedwongen verblijf op de eigen kamer, zoals de patiëntenvertrouwenspersoon namens E als passende maatregel zag, was volgens de Commissie geen reële optie. Dat zou het gevaar niet opheffen, gezien de ernstige, gerichte fysieke agressie van E en de aanwezigheid van allerlei als wapen te gebruiken voorwerpen op die kamer. Omdat niet aannemelijk is geworden dat men had kunnen volstaan met minder ingrijpende middelen dan wel andere maatregelen, en de separatie het gevaar daadwerkelijk ophief, was de Commissie van mening dat voldaan was aan de eisen van proportionaliteit, subsidiariteit en doelmatigheid. Anders is het met het laten voortduren van de separatie toen E geen agressief gedrag meer vertoonde. Vast is komen te staan dat E vanaf 11 augustus zich rustig heeft gedragen. Het zou daarom niet langer nodig zijn geweest om E langer in de separeer te houden. De Commissie heeft echter begrip gehad voor het argument van de veiligheid voor het personeel. De impact van het eerder getoonde agressieve gedrag van E op het team, het feit dat een aantal medewerkers nog steeds in de ziektewet zat en het ontbreken van de mogelijkheid om de patiënt veilig op zijn eigen kamer te verplegen, rechtvaardigden voor de Commissie het voortduren van de separatie.. Uitspraak
De Klachtencommissie verklaarde de klacht over de beslissing tot separatie ongegrond en de klacht over het laten voortduren van de separatie toen de patiënt zich rustig ge-
droeg, gegrond met de opmerking dat de patiënt gezien de situatie niet uit de separeer gelaten kon worden. Commentaar
De Commissie heeft nadrukkelijk vastgesteld dat het hier niet gaat om toepassing van middelen of maatregelen conform artikel 39 BOPZ, maar om dwangbehandeling conform artikel 38 lid 5. Dat is van belang, omdat in het eerste geval de separatie maximaal 7 dagen zou mogen duren en dat daarna de separatie alleen als dwangbehandeling conform artikel 38 voortgezet zou kunnen worden. Bij separatie als middel of maatregel mag geen gedwongen medicatie gegeven worden met een langdurende werking, bijvoorbeeld een depot als antipsychoticum. Bij dwangbehandeling mag dit wel. Het is opmerkelijk dat de Commissie niet is ingegaan op de informatie van de psychiater dat E tijdens de separatie niet coöperatief was en medicatie weigerde. Daardoor werd zijn psychose niet behandeld en bleef hij (latent) gevaarlijk. De vraag blijft waarom de psychiater tijdens het separeren geen dwangmedicatie heeft toegepast. Heeft hij artikel 39 BOPZ voor ogen gehad en daarom dwangmedicatie uitgesloten? Of vond hij dwangmedicatie niet effectief en heeft het daarom achterwege gelaten? Wellicht zou de separatie eerder opgeheven zijn met dwangmedicatie. Dat zou juridisch in orde zijn. Als dwangmedicatie ten onrechte achterwege is gelaten, is niet voldaan aan de eis van subsidiariteit. Medicatie is immers een minder ingrijpend middel dan separatie.
Mentaal | 11
Door: Sabine Nicolasen
Interview Henk Verstappen en Thea Schraets zoeken nieuwe PSHOR-collega’s:
Zet je kennis in als
GGZ NML maakt al een jaar of vier deel uit van de PSHOR, wat staat voor Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen. Henk Verstappen (leidinggevende Preventie, Informatie en Arbeidsrehabilitatie) en Thea Schraets (verpleegkundige Ambulant Wijkteam) willen als respectievelijk ‘leider kernteam’ van de PSHOR en ‘medewerker opvangteam’ via Mentaal graag ruchtbaarheid geven aan deze organisatie en de hierbij horende werkzaamheden. Volgens hen is er nog te weinig bekend over het doen en laten van de PSHOR. Bovendien hopen ze medewerkers warm te kunnen maken voor deze belangrijke vorm van maatschappelijke hulpverlening.
‘Er bestaat al lang een GHOR, wat staat voor Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen’, vertelt Henk. ‘Dan heb je het over de brandweer, de politie en de ambulancedienst. De GHOR wordt ingeschakeld bij grote ongevallen en calamiteiten. Naar aanleiding van de rampen in Enschede (vuurwerkramp) en Volendam (Nieuwjaarsramp) is er destijds een onderzoek ingesteld naar de effectiviteit van de hulpverlening. Eén van de belangrijkste conclusies van dat onderzoek was, dat bij grote rampen de organisaties
Mentaal | 12
– met name op het gebied van psychosociale hulpverlening - ontzettend langs elkaar heen werken. Vanuit die conclusie is toen, aansluitend bij de GHOR-regio’s, de PSHOR in het leven geroepen. In deze regio participeren Riagg-Zuid, de Mutsaertstichting, GGZ NML en RCG-Weert, Slachtofferhulp, en de maatschappelijke organisaties: Synthese, Wel. kom, en het algemeen Maatschappelijk werk Midden Limburg. Elke organisatie levert binnen de PSHOR medewerkers met specifieke expertise maar ook affiniteit op het gebied
van psychosociale hulpverlening, als er zich calamiteiten voordoen waarbij grotere groepen mensen betrokken zijn.’ Expertise
‘Wij leveren als GGZ-organisatie onze expertise in de vorm van drie soorten functionarissen: medewerker opvang team, leider opvangteam (een opvangteam bestaat in principe uit vijf medewerkers; één vanuit elk van bovengenoemde organisaties) leden kernteam en leiders kernteam. We zoeken
Mentaal
nog zeker drie mensen voor de taak van medewerker opvangteam en 1 à 2 mensen voor de functie van leider opvangteam. Als één van de grootste organisaties binnen de PSHOR leveren we nu de minste mensen. Dat kan natuurlijk niet! Zeker gezien de aanwezige
‘Het is vooral de kunst een overkill aan zorg te voorkomen’, vult Henk aan. ‘Dus niet meteen alle mogelijke hulpverlening over een slachtoffer uitstorten, maar alleen wanneer noodzakelijk. Het is immers normaal dat je overstuur bent als je een ramp meemaakt.’
samen met netwerkpartners in te zetten bij calamiteiten. Door de Raad van Bestuur is in een convenant vastgelegd dat medewerkers die deelnemen hun opleiding en jaarlijkse oefening (georganiseerd vanuit de GHOR) in tijd krijgen
expertise in onze organisatie en het enthousiasme van de medewerkers’, is de stellige overtuiging van Henk.
Maatschappelijke onrust
gecompenseerd. De tijd die gaat zitten in daadwerkelijke hulpverlening kan worden gedeclareerd bij het GHOR.
het er écht toe doet! Bevelstructuur
‘In totaal zijn er binnen de PSHOR vijf leiders kernteam. Eén vanuit Riagg-Zuid, één vanuit de Mutsaertstichting, twee vanuit het regionaal Centrum Weert, en één vanuit GGZ NML. Dit moeten mensen zijn met een leidinggevende achtergrond omdat zij binnen de PSHOR mensen moeten aansturen. Als leider kernteam heb je om de beurt één week piketdienst, wat inhoudt dat je via een bevelstructuur oproepbaar bent als er zich een calamiteit voordoet. Op het moment dat je opgeroepen wordt, ben je vervolgens verantwoordelijk voor het samenstellen van één of meerdere teams voor het bieden van psychosociale ondersteuning ter plekke en het organiseren van de nazorg.’
Ook wanneer er niet direct sprake is van een gebeurtenis waar veel slachtoffers bij betrokken, zijn kan de PSHOR worden ingeschakeld. Henk: ‘Je kunt het begrip slachtoffer in die zin verschillend definiëren. Het gaat in feite over de mate van maatschappelijke onrust.’ ‘Een collega is onlangs betrokken geweest bij een calamiteit waarbij weliswaar ‘slechts’ één dodelijk slachtoffer was gevallen, maar waarbij de impact op de omgeving zó groot was, dat zij twee dagen opvang ter plaatse heeft moeten verlenen’, illustreert Thea. Affiniteit
GGZ NML zoekt, als gezegd, dus nog mensen die hun steentje willen bijdragen binnen de PSHOR. Mensen uit het werkveld, die er affiniteit mee hebben hun specialistische kennis
Tot slot willen beide PSHOR enthousiastelingen nog kwijt: ‘Denk er eens serieus over na. Het is heel belangrijk werk, en bovendien bijzonder leuk om te doen. Op een zeer praktische manier kun je je kennis, samen met collega-hulpverleners inzetten in hele prangende situaties.’ Meer informatie
Medewerkers die geïnteresseerd zijn, kunnen informatie opvragen bij Thea (e-mail:
[email protected]) en/of Henk (e-mail:
[email protected]). Ook is er informatie te vinden via de website van de PSHOR: www.impact-kenniscentrum.nl.
Triage
Volgens een soort ‘triagesysteem’ wordt samen met het Rode kruis bepaald wie het eerst en in welke vorm opvang nodig heeft. ‘Als teamlid medewerkersopvang begeef je je tussen de mensen die van de ramp naar de opvangplek zijn gebracht en bepaal je of en in welke mate mensen psychosociale opvang, dan wel nazorg nodig hebben’, legt Thea uit. ‘In eerste instantie laat je de slachtoffers hun verhaal doen en stel je ze gerust, maar hoofdzaak is te bepalen of iemand ‘anders’ reageert dan te verwachten is in die situatie en dus verdere opvang nodig heeft. Die mensen pik je eruit en je regelt de vervolgopvang die nodig is voor ze.’
Mentaal | 13
Door: Fun Sijbers
Tussenstand “Verbeter de medezeggenschap blijvend” Ingegeven door een gemeenschappelijke behoefte om de medezeggenschap binnen GGZ Noord- en Midden- Limburg te verbeteren, sloegen Ondernemingsraad en Raad van Bestuur in 2007 de handen in elkaar. Hoewel de medezeggenschap binnen GGZ NML formeel goed geregeld is, zijn beide partijen van mening dat de medezeggenschap binnen GGZ NML “anders” kan. Mies Wiegant en Toine van der Sanden lichten de ontwikkeling toe.
De aanleiding
De medezeggenschap zoals die tot nu toe vorm gegeven wordt is gebaseerd op de WOR (Wet op de Ondernemingsraden). Maar dat betekent vooral een technisch formele werkwijze die gevormd wordt door overlegvergaderingen en voor de OR het in een laat stadium (als voorgenomen besluit) betrokken zijn bij besluitvorming. ‘Onbevredigend’, zo concluderen Mies Wiegant en Toine van der Sanden. Om een uitweg te vinden in het vastlopen in procedures en toenemende correspondentie en om de relatie tussen bestuurder en OR te verbeteren, werd vol overtuiging ingeschreven op een project van organisatie-adviesbureau De Beuk. Een project dat moet leiden tot een nieuw, eigentijds ontwerp van medezeggenschap.
genschap waarmee vooral de participatie en betrokkenheid van medewerkers in de organisatie versterkt kan worden. Dat is voor beiden het doel: de medezeggenschap zo vorm geven dat de betrokkenheid van medewerkers verbetert. Door de nieuwe vorm krijgen medewerkers de kans, sterker nog, worden uitgedaagd, om een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van besluitvorming binnen GGZ NML. Dit kan, aldus Mies en Toine door medewerkers in een zo vroeg mogelijk stadium te betrekken bij beleidsontwikkeling en besluitvorming. Nu wordt medezeggenschap nog vaak als een ver-van-mijn-bed show ervaren. Los van het bestaande kader
Ondernemingsraad en Raad van Bestuur besloten er daadwerkelijk een gezamenlijk project van te maken en in te schrijven op het project van de Beuk. In augustus 2007 presenteerden OR en Raad van Bestuur hun ideeën en voornemens aan de Beuk en werden ze toegelaten tot het project. Bij de start van het project waren er 8 deelnemende organisaties, waarvan er nu nog 4 in de race zijn.
Om de weg voor de nieuwe vorm van medezeggenschap vrij te maken, spraken OR en Raad van Bestuur af om de WOR los te laten. Een bijzondere stap, omdat de medezeggenschap binnen GGZ NML tot nu toe geheel op de WOR gebaseerd was. Ondernemingsraad en Raad van Bestuur hebben echter een ander model voor ogen. Een model dat niet geënt is op wettelijke kaders en regels, maar een model dat uitgaat van betrokkenheid van medewerkers uit alle geledingen van de organisatie.
Het project is opgezet als een heuse competitie met beoordeling door een vakjury, die bestaat uit deskundigen op het gebied van medezeggenschap. Het deelnemen aan het traject en het bereiken van een gezamenlijk gedragen resultaat zijn echter belangrijker dan het behalen van een prijs. Gezamenlijk is er de afgelopen tijd veel geïnvesteerd om tot een nieuw model van medezeggenschap te komen. Een vorm van medezeg-
Mies en Toine geven aan dat er door Ondernemingsraad en Raad van Bestuur hard gewerkt is aan verbetering van vertrouwen en veiligheid in de onderlinge samenwerking. Daardoor is de overtuiging gegroeid dat beide partijen op een integere manier willen samenwerken. Een samenwerking zonder starre procedures en vooral ook zonder verborgen agenda’s, zodat gewerkt kan worden aan een wezenlijke en blijvende verbetering van de medezeggenschap.
Nieuwe aanpak
Mentaal | 14
Het traject
Om het project vorm te geven zijn er een stuurgroep en een bouwgroep geformeerd. Deze groepen bestaan uit vertegenwoordigers van Raad van Bestuur en OR. Ook het hoofd P&O, Annemie Rours, en een begeleider van De Beuk, Dick Termond, hebben zitting in deze groepen. Om gevoed te kunnen worden met verwachtingen en ideeën uit de organisatie zijn er 4 zogenoemde focusgroepen geformeerd, bestaande uit medewerkers van GGZ NML. Ideeën en voorstellen over de nieuwe vorm van medezeggenschap zijn de afgelopen tijd besproken met de leden van de focusgroepen. Deze bijeenkomsten hebben feedback opgeleverd die gebruikt wordt voor het verder ontwikkelen van het nieuwe model voor medezeggenschap, dat gebaseerd is op kwalitatieve uitgangspunten. Een model dat in de praktijk getest kan worden. Het nieuwe model voor de medezeggenschap bestaat uit een aantal onderdelen; 1] de Raad van Medezeggenschap; deze raad, die gekozen wordt uit en door medewerkers, houdt binnen GGZ NML toezicht op de manier waarop medezeggenschap en participatie in de praktijk vorm krijgen. De raad doet aanbevelingen voor verbetering van de medezeggenschap en kan daarover ook besluiten nemen. Daarnaast is de raad verantwoordelijk voor de samenstelling van één of meer zogenoemde “regieteams”. 2] de regieteams; deze hebben als taak de participatie en de medezeggenschap binnen GGZ NML te organiseren. Dit gebeurt door het instellen van projectteams. 3] de projectteams; deze worden ingesteld voor thema’s die op centraal niveau of decentraal niveau spelen. De projectteams geven
Mentaal
direct uitwerking aan de medezeggenschap. Grootte en samenstelling van de projectteams zijn afhankelijk van het onderwerp en dus steeds wisselend. Deze teams krijgen vanuit de regieteams een inspirerende opdracht met een passend mandaat en de mogelijkheid om het onderwerp af te handelen met de betreffende besluitnemer, in de praktijk is dit een manager of de Raad van Bestuur. Rol voor medewerkers
Doordat medewerkers in de gelegenheid worden gesteld mee te doen aan de medezeggenschap, krijgen ze ook kansen zich verder te ontwikkelen. Het verbreedt het blikveld van medewerkers en het biedt inzicht in wat een bestuurder of manager beweegt om een beleidsvoorstel te formuleren. Bovendien biedt het model ook volop kansen voor persoonlijke ontwikkeling omdat het vaardigheden vergroot zoals b.v. informatie vergaren, gesprekken voeren en onderhandelen. Mies en Toine hechten er aan om vooral de kwalitatieve uitgangspunten van het nieuwe model te benadrukken, omdat hierin juist het verschil met de huidige werkwijze zit.
Het nieuwe model brengt medezeggenschap laag in de organisatie door medewerkers direct te laten participeren bij onderwerpen die dicht bij hun eigen werk staan en hen dus aanspreken. Daarmee wordt de medezeggenschap ook aantrekkelijk; medewerkers worden uitgenodigd om mee te doen omdat ze daarmee direct betrokken zijn bij de ontwikkelingen van hun eigen bedrijfsonderdeel of bij plannen die van belang zijn voor de hele organisatie. Bovendien wordt de medezeggenschap dynamisch (door het instellen van projectteams). Het nieuwe model maakt ook dat medezeggenschap niet alleen iets is van Ondernemingsraad en Raad van Bestuur, maar een gezamenlijkheid van de hele organisatie. In het model zijn medewerkers belangrijke informatiebronnen en adviseurs waardoor strategische en tactische besluiten beter tot stand kunnen komen. Hoe verder
Als eerste zijn de leden van de focusgroepen, op 4 juni, geïnformeerd over de resultaten van het project tot dusver. Op basis van hun suggesties wordt het model voor de medezeggenschap mogelijk nog aangepast.
Dan wacht op 16 juni, in Utrecht, de bekendmaking van de uitslag van de wedstrijd. Daarmee is het traject echter nog lang niet afgesloten want na de zomer start een proefperiode met de nieuwe medezeggenschap. Waarschijnlijk zal een deel van de huidige OR als de eerste Raad van Medezeggenschap gaan functioneren. Deze Raad zal één of meer regieteams installeren, die vervolgens aan de slag gaan om de medezeggenschap in de nieuwe vorm uit te gaan voeren. Via een apart communicatietraject worden alle medewerkers geïnformeerd over en betrokken bij de nieuwe vorm van medezeggenschap. Tot slot
Mies en Toine benadrukken dat met het ontwikkelen van het nieuwe medezeggenschapsmodel, nog lang niet op alle vragen antwoorden zijn geformuleerd. Zo is het nog niet duidelijk waar medewerkers zich in de toekomst kunnen melden met vragen als er geen formele OR meer is, of wie er toezicht houdt op naleving van de CAO. Mies en Toine zijn ervan overtuigd dat ook voor deze vragen in gezamenlijkheid een goede oplossing wordt gevonden.
Mentaal | 15
Wisselen van werkplek Uitwisseling van verpleegkundigen in het kader van dwang en drang In de vorige Mentaal werd aangekondigd dat half april een aantal verpleegkundigen van onze instelling een paar dagen van baan zou wisselen met die van collega’s van andere GGZ-instellingen. Doel van deze uitwisseling is om verpleegkundigen in de gelegenheid te stellen bij andere instellingen de lopende projecten ter vermindering van dwang en drang te onderzoeken en zo van elkaar te leren. Vijf GGZ-instellingen hebben meegedaan aan de eerste uitwisselingsronde. Vanuit GGZ Noord-en Midden-Limburg bezochten Froni Rutten (RCG Venray, gesloten afdeling), Bea Segers (RCG Venlo gesloten afdeling) en Geneviève van Tuyn (LCZ, Intensief I) drie verschillende afdelingen van De Grote Rivieren, een GGZ-instelling in Zuid-Holland. Op hun beurt ontvingen de gesloten afdelingen van RCG Venlo en Venray een verpleegkundige van de Grote Rivieren (Gorinchem gesloten) en van de Gelderse Roos (Siependaal). Aan alle
uitwisselaars werd gevraagd te rapporteren over hun ervaringen. Van deze rapportages zal een verslag worden gemaakt. Hierop vooruitlopend spreek ik half mei voor Mentaal alvast met Geneviève van Tuyn over haar ervaringen tijdens deze uitwisseling.
perspad middenin het centrum van Dordrecht ligt. Je zit meteen midden in de maatschappij als je naar buiten loopt. Herintegratie is daar van dichtbij te bewerkstelligen. Maar de hectiek is niet voor alle cliënten ideaal. Sommige cliënten durven niet goed naar buiten.
Op welke werkplek ben je geweest?
Waar heb je op gelet tijdens deze twee dagen?
Ik heb twee dagen een bezoek gebracht aan de gesloten kliniek voor langdurige zorg van het Kasperspad in Dordrecht. Men was erg gastvrij en ik kreeg alle mogelijkheden om zoveel mogelijk uit de uitwisseling te halen. Een groot verschil met onze afdeling is dat Kas-
Op Kasperspad heb ik me gericht op de manier van omgaan en het denken over dwang en drang in de breedste zin van het woord. Ik heb naar het therapeutisch milieu gekeken, naar de dagbesteding en naar de bejegening van cliënten.
Geneviève van Tuyn
Mentaal | 16
Mentaal
Door: Monika Scholten, stafmedewerkster zorg, projectleider SMAKK
Op de eigen unit zijn we op dit moment bezig met het teruggeven van de eigen verantwoordelijkheid aan de cliënt. De vraag is welke mogelijkheden daarvoor zijn binnen de gestelde kaders en wat risico’s zijn. Op Kasperspad viel me op dat cliënten voortdurend worden gestimuleerd om eigen verantwoordelijkheid te nemen. Er is veel aandacht voor het bevorderen van de zelfredzaamheid. De sfeer was heel ontspannen. Het is er kleinschalig en het klimaat is open. In vergelijking met onze afdeling merk je toch aan het klimaat hier dat het van oudsher een groot instituut is. Cliënten verblijven hier soms al jarenlang. Het team in Kasperspad heeft een achtergrond in de ambulante sector. De kliniek is ook vanuit het ambulante circuit opgericht. Vanuit de optiek van preventie houdt men contact met cliënten die ambulant wonen. Zij kunnen ’s avonds bijvoorbeeld op bezoek komen.
Welke instrumenten worden gebruikt om dwang en drang te verminderen? Er worden niet echt instrumenten gebruikt zoals de Soas-R of de Broset Violence Checklist. Mij viel wel op dat er een verschil is in visie op separatie. Separatie daar gebeurt alleen in hoogste nood en dan zo kort mogelijk. Het wordt gezien als traumatisch voor de cliënt. Op onze afdeling is separatie toch nog vaak een beheersinstrument en wordt ook als vorm van behandeling opgenomen in het behandelplan. Wat ik goed vond was dat bij opname niet meteen op basis van de ontvangen informatie wordt uitgegaan van separatiebehoeftigheid. Eerst vindt een gesprek plaats met de cliënt. Verder vond ik hun rapportage in Psygis goed. Er wordt dagelijks gerapporteerd over de behandeldoelen uit het behandelplan van de cliënt. Waar ik veel van heb geleerd is de bejegening van cliënten. De taal die wordt gebruikt naar de cliënt is normaler dan bij ons en het contact is gelijkwaardiger. Het accent ligt meer op het benoemen van positieve dingen die de cliënt doet en minder op de regels. Men wil een fijn verblijf creëren voor
de cliënten en heeft een open houding naar de cliënten. Een cliënt gooide een keer met spullen en schreeuwde op haar kamer. De verpleegkundige bleef echter rustig in gesprek met een andere cliënt. Niemand rende er meteen op af. Minder interessant vond ik de high care units waar ze op Kasperspad mee werken. Dat zijn eigenlijk mooi ingerichte afzonderingskamers, en bieden niet echt een alternatief voor opsluiting. Daarnaast hebben ze lange overdrachtsmomenten. Bij ons zijn die korter waardoor er meer tijd is voor cliëntenzorg. Het dagprogramma vond ik wat star.
Ben je anders gaan kijken na de uitwisseling? Ja, de uitwisseling maakt dat je een frisse kijk krijgt op je situatie en die van het team. Je bent in de gelegenheid je eigen professionele houding onder de loep te nemen. Ik wil me zelf nog meer richten op het contact met de cliënten. Als ik kijk naar het functioneren van ons team denk ik dat we een goede weg zijn ingeslagen met de bevordering van autonomie van de cliënt en het vraaggericht werken. Tegelijkertijd kunnen er meer veranderingen plaatsvinden.
Een aanrader? Ja, ik zou collega’s aanraden om op pad te gaan. Het is interessant om op een andere plek te zien wat wel en niet goed loopt. Ik heb erg veel nieuwe indrukken opgedaan en er veel van geleerd. Deze indrukken neem ik mee en met verschillende zal ik aan de slag gaan om deze als verbetering in te gaan zetten op mijn werkplek.
Mentaal | 17
ZORGBOERDERIJ HEIJERHOF Baexem, 22 april 2008. De agrarische sector kruipt langzaam uit zijn schulp. Allerlei nieuwe wegen werden en worden gezocht. Zo zijn ook menig zorgboerderijen tot stand gekomen. Echter, nu is wel een heel bijzonder multifunctionele zorgboerderij aan het rijtje toegevoegd. Niet in de laatste plaats omdat het een samenwerking is tussen GGz en Novadic-Kentron. Maar vooral omdat er voor onze hulpboeren (cliënten) een kleinschalig en nadrukkelijk biologisch gemengd bedrijf aan is toegevoegd.
Met de officiële opening van Heijerhof, een kleinschalig biologisch gemengd bedrijf te Beaxem, kunnen onze clienten als hulpboer basic agrarisch werken. Met een handvol geiten, schapen, koeien, katten en kippen. Daarnaast circa twintig hectare grasland waarvan twee hectare vollegrondstuinbouw met een boomgaard. Uiteraard worden alle producten verkocht in de eigen boerderijwinkel. Henk Venner en diens vrouw Hetty en zoon Daan waren aanvankelijk terughoudend om de diensten van onze hulpboeren in te schakelen. De eerste hulpboer René startte in 2007 en baande de weg vrij. In-
middels hebben nog eens vier hulpboeren de taken ter hand genomen, allen van de GGz. Novadic-Kentron houdt de regie van deze en een 20-tal andere zorgboerderijen. Alle te Brabant en een ervan nu dus in Limburg, te Baexem. Eerst en vooral om de opening tot een succes te maken. Zo’n honderd genodigden, vrienden, familie en bekenden kwamen een kijkje nemen. Fris, koffie en thee, zelfgemaakte biohapjes en de rondleidingen werden met overgave door de hulpboeren uitgevoerd. Enthousiast, letterlijk en figuurlijk met smaak, vertelden de hulpboeren hun verhaal. Hoe ze deze kans kregen en wat ze inmiddels al geleerd hadden. Hulpboer René vertelde dat hij al had
gewerkt bij menig zorgboerderij. Vele openingen zou hij hebben meegemaakt, ware het niet dat hij altijd vijf voor twaalf niet thuis gaf. Nu was het anders gegaan. Renés zelfvertrouwen steeg tot grote hoogte. Met alle aandacht gidste hij vele groepen belangstellenden door de biologisch verantwoorde boerderij. Onder de bezielende leiding van een ex-boer en nu GGz-werkbegeleider Frank Peters blijkt elke hulpboer in deze natuurlijke omgeving te kunnen werken aan zijn/haar talenten. Wil je meer weten over het werken op de biologische boerderij, zie www.heijerhof.nl.
Door: Marian van Leusden
Zorgboerderij Heijerhof Mentaal | 18
Mentaal Door: Diana Wong-Si-Kwie
Congres ‘Actuele ontwikkelingen in de psychiatrische zorg’ 14 april 2008 Een symposium over nieuwe kennis en discussies in het domein van GGZ-verpleegkundigen
Zorgverleners worden op vele manieren en plaatsen geconfronteerd met mensen die zorg en begeleiding vragen bij psychiatrische stoornissen. Om te kunnen voldoen aan deze vragen is het belangrijk dat zij in de psychiatrie goed op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen en mogelijkheden van de GGZ in Nederland. Het vakgebied is volop in beweging en ontwikkelt zich voortdurend inhoudelijk op vele fronten. Ook is er van oudsher veel discussie over het domein van de psychiatrische verpleegkunde: de raakvlakken met andere disciplines en het al dan niet hebben van invloed en gezag. De opening en inleiding over de nieuwe ontwikkelingen in de psychiatrische zorgverlening zijn verzorgd door Giel Hutschemaekers, hoogleraar klinische psychologie en directeur van Gelderse Roos Instituut voor Professionalisering, Wolfheze. Tijdens deze dag is met name ingegaan op de vele tegenstrijdige ontwikkelingen die in het werkveld bestaan met onbekende gevolgen voor de psychiatrische verpleegkunde. In het verleden was differentiatie in zwang. In het heden zijn er pogingen tot integratie gedaan door de GGZ-instellingen. Deze zijn met fusies gekomen, waardoor de grenzen vervagen en de domeindiscussies verdwijnen. De vraag voor de toekomst is of dit zal leiden tot vergaande integratie of tot differentiatie.
In het heden is de geïntegreerde GGZ-instelling in opkomst. Eerst waren er de multifunctionele eenheden (MFE), later de regionale centra geestelijke gezondheidszorg (RCG’s). Bij integratie komt echter meer kijken dan alleen een fusie. Daarvoor zijn integratiestrategieën nodig. Hierbij valt te denken aan: 1) Zorgvernieuwingsprojecten
- Rondom specifieke doelgroepen samenhang in zorg creëren;
- eerst de langdurige zorg patiënt, later ook andere doelgroepen; 2) Kwaliteitsdenken
- -
Kwaliteit is/was gericht op zorgprocessen; van instituut Nederlandse kwaliteit (INK) naar Harmonisatie Kwaliteits- beoordeling in de Zorgsector (HKZ): alles in samenhangende protocollen opgeschreven;
3) Eenheid in taal
- Zorgregistratie en modulen; - interventies. Het gevolg voor de zorg is, dat de GGZ meer pragmatisch en specialistisch is geworden en meer gericht is op klachtenreductie en recidieve preventie. Het is homogener en meer gestandaardiseerd geworden. De zorg wordt beschreven in interventies. Het is meer op evidence gebaseerd waarbij richtlijnen en beschrijving ‘best practices’ van belang zijn. De professionals (ver)worden tot uitvoerders van richtlijnen en interventies. Deze tendens heeft gevolgen voor de disciplines. Er komt een toename van medisch geschoolden zoals dokters en verpleegkundigen, psychotherapeuten en agogen. Tevens komt er een toename specialisten zoals psychiaters, verpleegkundige specialist-GGZ (sociaal psychiatrisch verpleegkundigen), klinisch psycholoog en algemeen artsen, verzorgenden, psychotherapeuten, maatschappelijk werkers. Het gevolg is een afname van verschillen tussen disciplines.
De vraag is waar dat heen gaat en welke rol evidence daarbij in gaat nemen. Gaan we het zorgproces verder uniformiseren? Gaat het lukken de zorg doelmatiger in te richten, met één type van beschrijving van het zorgproces? Dan gaan we diagnosespecifiek werken. Maar let wel: een diagnose van de psychiater is geen verpleegkundige diagnose. We kunnen ook weer onieuw onderscheid gaan maken in de fasen van zorg: stepped care. Per fase komen dan andere probleemdefinities, andere doelstellingen en dus ook andere interventies (en disciplines). Geconcludeerd wordt dat hulpverlening meer is dan interventies, gericht op klachtreductie. Dat er meer aandacht moet komen voor de therapeutische relatie (in combinatie met interventie).
Deze planaire bijeenkomst is afgesloten middels een vijftal stellingen. In het middagprogramma hebben presentaties plaatsgevonden in de vorm van workshops waarbij discussies en interacties mogelijk zijn. De workshops zijn ingevuld vanuit de praktijk door werknemers die aangesloten zijn bij GGZ-organisaties.
Mentaal | 19
Interview
Maatwerk voor de cliënt Arbeidsrehabilitatie GGZ NML EN BUREAU WERXE EN bureau Canters COACHING slaan handen ineen
Op donderdag 8 mei jl. ondertekende Henk Verstappen, leidinggevende van de afdeling Preventie, Informatie en Arbeidsrehabilitatie (PIA) namens GGZ NML een samenwerkingsovereenkomst met twee externe reïntegratie- en adviesbureaus. Bureau Werxe en bureau Canters Coaching zijn beide, net als de medewerkers van het team Arbeidsrehabilitatie, gespecialiseerd in de reïntegratie en werkbegeleiding van mensen die na een periode van psychische klachten willen terugkeren in het arbeidsproces.
Mentaal | 20
Uitgangspunt van de samenwerkende bureaus is het vergroten van de mogelijkheden van cliënten met een psychische problematiek bij de instroom op de arbeidsmarkt. Daarbij is de kracht van de samenwerking , dat alle partijen zich hard maken voor individuele trajectplanbegeleiding en cliënten onderling doorverwijzen op grond van ieders specifieke expertise.
samenwerking. ‘Dat komt mede omdat het gaat om een doelgroep die nu het zogenoemde ‘grijze gebied’ vormt’, legt Marlies Alaerds van Werxe uit. ‘Wij samen hebben de ervaring met die groep, en zijn in die zin voor onze opdrachtgevers heel waardevol. En doordat we onze krachten bundelen maar toch kleinschalig werken, kunnen we heel flexibel zijn.’
Flexibel
Verschil
De reïntegratiebedrijven zijn meer gespecialiseerd in acquisitie, dus de contacten met potentiële werkgevers en het bemiddelen tussen cliënt en werkgever. GGZ NML is meer toegespitst op de zorgcomponent. De opdrachtgevers zoals het UWV (uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen), zijn enthousiast over het initiatief van de
Susan Tilmans van de afdeling Arbeidsrehabilitatie legt uit wat het verschil is met de aanpak in voorgaande jaren en dus ruim vóór de samenwerking. ‘Er was voorheen sprake van een veel breder scala aan cliënten dat we binnen Arbeidsrehabilitatie konden bedienen. Vóór 1 januari werkten we namelijk ook met mensen met
Mentaal
Door: Sabine Nicolasen
een zeer lange afstand tot de reguliere arbeidsmarkt. Je moet dan meer denken aan arbeidstraining. Sinds 1 januari is het team kleiner geworden en opgesplitst. De twee trajectbegeleiders Margret Derks en ik vallen onder PIA en de arbeidstraining is overgeheveld naar het IAC (Interne Activiteiten Centrum). De arbeidstraining wordt, als voorheen, als onderdeel van de zorg vergoed via de AWBZ en zorgverzekeraars, terwijl de trajectbegeleiding door externe financiers (zoals gemeenten en UWV) betaald moet worden.’ Overzichtelijker
Margret vult aan: ‘Dat verklaart mede de samenwerking met beide reïntegratiebureaus. Zij kunnen worden ingeschakeld door de gemeenten en het UWV. PIA kan niet rechtstreeks worden ingeschakeld, omdat het geen officieel reïntgratiebureau is. Maar veel belangrijker is, dat het traject van arbeidstoeleiding voor de cliënt veel overzichtelijker en minder omslachtig is. In principe moet de cliënt namelijk zelf een reïntegratiebedrijf zoeken en in praktijk blijkt men daar graag in ondersteund te worden. Doordat wij onderling alles kunnen afstemmen loopt het traject van GGZ-begeleiding, zorg en reïntegratie naadloos in elkaar over.’ Pioniersfase
‘Daarnaast hopen we met deze krachtenbundeling beter in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen, en nieuwe wetgeving en dergelijke’, vult Hans Canters (Canters Coaching) aan. ‘En we staan zeker open voor het ontwikkelen van nieuwe producten.’ ‘Al met al zien we dit nu als een pioniersfase nog’, stelt Henk, ‘we beginnen gewoon en gaandeweg zullen we leren en bijstellen als dat nodig mocht blijken.’
Mentaal | 21
1
Berichten Ondernemingsraad Samenwerking GGZ NML en Mondriaan
Bij de (her)benoeming van de leden van de Raad van
Zorggroep
Toezicht hebben ondernemings- en cliëntenraden
Op 20 mei jl. zijn medewerkers van GGZ NML en
adviesrecht. In dit kader heeft de OR onlangs
Mondriaan Zorggroep per mail geïnformeerd over de
gesprekken gevoerd met twee nieuwe kandidaten
intentie van de beide Raden van Bestuur om
voor de Raad van Toezicht. Dit heeft geleid tot een
strategisch te gaan samenwerken. Deze intentiever-
positief advies over de benoeming van mevrouw H.
klaring vind je op intranet. Deze voorgenomen
Ester en de heer J. Teeuwen en de herbenoeming van
samenwerking wordt ter advisering voorgelegd aan
de heer F. Tans en de heer M. Gitmans.
de adviesorganen en uiteindelijk bekrachtigd door de Raden van Toezicht.Afgesproken is dat de OR tijdig
2
geïnformeerd wordt over de ontwikkelingen in dit
Lange Termijn Huisvestingsplan
proces. Daarnaast vindt de OR het belangrijk dat
De ondernemingsraad is onlangs door Maaike van
medewerkers adequaat over deze samenwerking
Lipzig geïnformeerd over het Lange Termijn Huisves-
worden geïnformeerd.
tingsplan. Dit plan is een eerste aanzet tot een beter beheer van ons onroerend goed, een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering. Om hier invulling
Regelingen in het kader van HKZ (harmonisatie
aan te geven heeft GGZ NML een Lange Termijn
kwaliteitseisen zorg)
Huisvestingsplan opgesteld, in eerste instantie voor
De certificeringprocedure is onlangs aangescherpt.
de periode 2008 en 2009. Het Lange Termijn
Dit betekent dat de nog niet gecertificeerde onderde-
Huisvestingsplan wordt afgeleid van de zorgvisie en
len (waaronder P&O) op korte termijn alsnog
het vastgoedbeleid van een organisatie. Het is een
gecertificeerd moeten worden. Als gevolg daarvan is
beschrijving van de toekomstplannen van een
in april met spoed een aantal regelingen aangepast/
zorginstelling met de daarbij behorende huisvestings-
vastgesteld. Het betreft de:
behoefte en de wijze waarop hier invulling aan
- regeling stagiaires
gegeven kan worden. Met dit instrument kan het
- regeling ongewenste omgangsvormen medewerkers
instellingsbeleid vertaald worden naar bouw- en
GGZ NML
onderhoudsactiviteiten. De bedoeling is dat in 2009
- introductieprogramma nieuwe medewerkers
een plan wordt gemaakt voor de periode 2010-2014.
- registratieprocedure Wet BIG
Eerst zal echter het vastgoedbeleid moeten worden
- regeling jaargesprekken
vastgesteld door de Raad van Bestuur.
- FWG-regeling 3.0 De ondernemingsraad heeft deze regelingen
3
goedgekeurd. Je vindt ze in het handboek personeel
Samenstelling OR
op intranet.
De ondernemingsraad heeft Mies Wiegant gekozen tot voorzitter. Omdat de OR bezig is met het traject Verbeter de Medezeggenschap Blijvend, dat leidt tot
(Her)benoeming leden Raad van Toezicht
veranderingen in de medezeggenschapstructuur, is
De Raad van Toezicht heeft tot taak toezicht te
ervoor gekozen de functie van vice-voorzitter en
houden op het beleid van de Raad van Bestuur en de
secretaris te combineren. Paul Hortulanus vervult
algemene gang van zaken in onze organisatie. Ook
deze functie. Het dagelijks bestuur wordt gecomple-
functioneert deze raad als klankbord voor de Raad
teerd met Ine Koenders, ambtelijk secretaris.
van Bestuur en staat hij de Raad van Bestuur met raad en advies terzijde.
Mentaal | 22
4
5
Mentaal
In deze rubriek staat het contact centraal tussen een behandelaar en een cliënt.
Deontmoeting
“Henk, we hebben een probleem”. Tegenover mij zit de sociale beheerder van de plaatselijke woningbouwvereniging. “Laat maar eens horen”, vertel ik hem.
De familie Henk van Vorselen, woonbegeleider binnen de divisie Verslavingszorg.
Op een half ambtelijke toon doet hij het probleem uit de doeken. Bij de renovatie van de keukens in de straat zijn de medewerkers van de Woningbouwvereniging ook bij de familie N. aan de deur geweest. Daar is het probleem ontstaan. Op de plek waar de keuken gelegen is, heeft de woningbouwvereniging een giga puinbak aangetroffen met waarschijnlijk daaronder het keukenblok. De medewerkers zijn onverrichter zaken huiswaarts gekeerd en hebben de opdracht teruggegeven aan de beheerder. Deze is vervolgens op huisbezoek gegaan en tracht de familie N. op zijn - al beschreven - toon te vertellen wat zaak is. Ze kijken hem aan als een schop zand. Ze snappen er niets van. Daarna vraagt hij mij of ik eens met die mensen kan gaan praten over het wel of niet verkrijgen van een nieuwe keuken. Dus op een dag heb ik toch maar de stoute schoenen (beter gezegd ‘laarzen’) aangetrokken en ben op huisbezoek gegaan bij de familie. Het gezin bestaat uit drie personen: va-
der, moeder, en zoonlief van tweeëntwintig jaar met het verstand van een kind van 10. Op achttienjarige leeftijd hebben ze Jopie uit de inrichting gehaald omdat het thuis veel en veel gezelliger is. Pa zelf opent de deur. Jopie ligt over de bank gedrapeerd met een fles bier in zijn hand en een sigaret aan. Nadat ik pa heb uitgelegd dat ik namens de woningbouwvereniging kom, mag ik binnen in villa ‘puinzicht’. Hij vertelt me, dat er al iemand geweest is van de woningbouwvereniging. Maar hij heeft niet zo precies begrepen wat ‘deze mens’ is komen doen. Het schijnt iets met de keuken te maken te hebben. Ondertussen schommelt moeder de woonkamer in. Bij de tafel aangekomen tilt ze haar nogal fors uigevallen boezem op en legt deze op de tafel tussen een agenda, pennen en een mobiele telefoon. Bij het neerkomen van de boezem rammelt de vuile vaat op de tafel en een overvolle asbak die op het randje staat, klettert naar beneden. “Maakt niets”, zegt ma. Tussen het (ex-)witgoed op tafel ligt ook nog bruingoed, zoals sokken, onderbroeken
en wat verder al niet op een gemiddelde kamertafel ligt. Ik heb voor mezelf al een staanplaats uitgekozen omdat mij dat het meest veilige lijkt. Vader Tom kan als enige een paar woorden lezen. Dan ben je al snel het ‘brein’ van de familie. Ik heb ook nooit begrepen waar de leesbril en de bos pennen voor dienen die hij in zijn borstzak draagt. “Beste Tom”, zeg ik, “als jij die zooi in de keuken opruimt en het aanrechtblok uitgraaft en verder iedere maand de afwas doet, is de woningbouwvereniging bereid de keuken op te knappen”. Zo’n vermoeden heeft Tom al. Hij begint meteen. Gewapend met een schop en een paar lege fritesdozen komt hij de keuken binnen en begint te graven: eierschalen, aardappelschillen, alles wordt in dozen geschept en naar buiten gedragen. Ja hoor, een gasfornuis en een aanrecht komen tevoorschijn en nog meer afwas. Wordt vervolgd.
Mentaal | 23
Kollummerkasie De naam en het beestje.
‘Enkele maanden geleden begon ik met deze columns, niet vermoedend dat ze onder de noemer “Kollummer Kaassie” zouden worden geplaatst. Ik wist niet goed wat ik daarmee aan moest -”Flikje van Drost” was dat niet een betere benaming?-, dus kroop ik in de pen en maakte mijn bedenkingen kenbaar aan de redactie. Deze liet weten dat ze ‘met een geheel nieuwe Mentaal bezig zijn en de suggestie meegenomen wordt naar het redactieoverleg.’ Tot zover deze kwestie. Wonderlijk hoe dingen zo gaan. Voor je het weet zet een begrip, een naam zich vast. Nou valt dat inzake deze column nog wel mee, maar het kan ook anders: als jongste en enige broer van drie zussen is mij vroeger – door diezelfde zussen - dikwijls het woord ‘driftkikker’ naar het hoofd geslingerd. Voor ik het goed en wel in de gaten had, bestempelde ik mezelf als driftkikker en gedroeg ik mij als een driftkikker.
Nu kan ik mij inderdaad flink opwinden over ‘de dingen des levens’, maar met de tijd leerde ik dat er verband zit tussen mijn ideeën over goed & kwaad en dit gekwaak van opwinding. Ik heb de driftkikker nodig om stem te geven aan mijn verontwaardiging, boosheid, of wat dies meer zij. Het scheldwoord is een geuzentitel geworden. De patiënten die bij mij therapie volgen, hebben ook dikwijls een stempel gekregen: men is lastig, afhankelijk, depressief, dwanggestoord, men lijdt aan stemmingsstoornissen. Niet zelden wordt het stempel gemist en er voor de duidelijkheid alsnog een stempel opgedrukt. De patiënten vragen er zelf om, lijkt het. Als zij het niet doen, dan de familie wel. En als die er niet om vraagt, dan toch zeker wel het behandelteam of de ziektekostenverzekering. Immers: zodra het beestje een naam heeft is het beter communiceren... Zou dit stempel voor de patiënt een geuzentitel kunnen worden? Dat zou toch al te gek zijn! Zoals dat stukje kaas eigenlijk een flikje is. Bart Drost, creatief therapeut
Bericht van de Personeelsvereniging De (eerste) reis naar Moskou en St. Petersburg onder leiding van Henk van Vorselen zit erop en de 44 deelnemers waren unaniem zeer enthousiast over deze trip. Op het Intranet en via de mail van de personeelsvereniging kunt u een uitgebreid reisverslag lezen. Op 19-04 2008 heeft een natuurwandeling plaatsgevonden waaraan 32 personen hebben deelgenomen. Ook het afgelopen winterseizoen heeft de Personeelsvereniging onder leiding van Pierre Hebben traditiegetrouw de rikcompetitie georganiseerd. Er waren dit jaar 31 deelnemers. Winnaar is Geert Reijntjes geworden met 6427 punten over 22 speeldagen. Antoon van Dinther werd met 6241 punten tweede en Lod Dirkx derde met 6190 punten. Eind september starten we wederom met een nieuwe competitie. Mocht u wat meer willen weten, informeer dan gerust bij Pierre Hebben (tel. 0478-587145) die al jaren deze competitie leidt. Ook de bowlingcompetitie voor senioren werd met een feestelijke slotmiddag afgesloten. De overall winnaars hier waren Jeanne Swinkels en Jac Swinkels. Ook deze competitie start opnieuw in september. Houd u onze berichtgeving t.z.t. in de gaten voor de precieze startdatums.
In juni 2008 staan respectievelijk de dagreis naar het Aviodrome in Lelystad en een fietstocht in de regio op het programma. Op 6 juli 2008 bezoeken we het concert van Andre Rieu in Maastricht. Voor actuele informatie, convocaties en inschrijfformulieren voor de diverse activiteiten verwijzen we u graag naar het Intranet en de mail van de Personeelsvereniging die tweewekelijks verschijnt op maandag. Oud-medewerkers worden middels convocaties aan huis op de hoogte gehouden. En hebt u suggesties, laat het ons weten. Wij onderzoeken graag de mogelijkheden.! Tel. secretariaat PV: (52)7112 (tijdens kantooruren) Postadres: Stationsweg 46 C t.n.v. Secretariaat Personeelsvereniging Emailadres:
[email protected] het Bestuur
Mentaal | 24
column
Alles moet een naam hebben en alles dient benoemd te worden. Dat maakt de communicatie gemakkelijker. Daarom ook heeft alles een naam en is alles benoemd. Mooi zo.
Mentaal
Start MST-team Door: Fun Sijbers
Op 21 april is het MST team van GGZ NML van start gegaan. Aan het eind van een inhoudelijk programma in het theehuis in het Odapark, presenteerde Koos Föllings de leden van het MST team. MST, ofwel Multi Systeem Therapie, richt zich op de jongeren in de leeftijd van 12 tot 18 jaar, die vanwege hun ernstig grensoverschrijdend gedrag (dreigen) geplaatst (te) worden in een justitiële jeugdinrichting. MST heeft enerzijds als doel (her)plaatsing te voorkomen in een justitiële jeugdinrich-
GGZ Noord- en Midden-Limburg ting van de jongere met antisociaal gedrag en anderzijds de competenties van het gezin te vergroten. Op deze manier worden ouders in staat gesteld de jongere te leren constructief om te gaan met problemen in het gezin, leeftijdsgenoten, buurt en school. Veel samenwerkingspartners van GGZ NML waren aanwezig bij de startbijeenkomst die geopend werd door Toine van der Sanden. Prof. Dr. Marshall Swenson (MST VicePresident for New Program Development
MST Services) hield een inleiding over de ontwikkeling en betekenis van MST, ondersteund door onderzoeksresultaten. Drs. Wim v. Geffen, van het Kenniscentrum MST Nederland, ging nader in op de betekenis van MST in Nederland. Aan het slot van de bijeenkomst stelde Koos Föllings het team voor, bestaande uit; Katja Clevers, Loes Hendriks, Miny van Olffen, Annemarieke Lammertink, George Broekhuizen en Johan Cox. En als leidinggevende Anton van Nunen (van de AK).
Mentaal | 25
Dat wordt wel mooi! GGZ NML had vorig jaar juni al bijna helemaal afscheid genomen van Cor Cornelissen. Toen ontstond het idee om Cor te vragen toezicht te houden op de aanleg van de tuinen en het park. Met veel enthousiasme vertelt Cor over zijn nieuwe taak voor het Bouwbureau, die hij nu in een klein aantal uren per week vervult. Cor: “Binnenkort is de ruimte tussen de FPA en de twee gebouwen van LSZ kant-en-klaar. Je ziet dan hoe het wordt. Dan denk ik dat de mensen zeggen: “Dat wordt wel mooi!” Bijzondere tuinen
Cor: “De tuinen bij de vijf gebouwen in de binnenhof die al bewoond zijn, zijn zo goed als klaar. De taxus in het geraamte van de haag rondom de FPA en het parkeerterrein gaat al goed groeien. Over een tijdje is het geraamte niet meer te zien en vormt de haag als sculptuur een ode aan het voormalige instituut Vincent van Gogh.” “In de tuin bij de LBV komt nog een heel aparte vogelkooi en bij Korsakov Wonen komen verschillende sculpturen waaraan en waarin planten groeien. Nog nergens vertoond in Nederland! De azaleatuin bij LSZ 2 naar Japans ontwerp krijgt golvende bewegingen door de planten in vorm te snoeien”. Zodra het gebouw voor Korsakov NAH is opgeleverd, start de aanleg van de bijbehorende tuin. Begin volgend jaar nemen de bewoners
Mentaal | 26
die in gebruik. De toekomstige bewoners van de appartementen krijgen geen eigen tuin. Zij kunnen gebruik maken van het park. Bijzonder vindt Cor ook de aan te leggen rozentuin bij het monumentale paviljoen G, de beeldentuin bij het gebouw van het Facilitair Bedrijf en de kruidentuin bij de Kapel. Maar voordat de aanleg van die tuinen begint, dienen de oude gebouwen eerst opgeknapt te worden. Onderhoud door bewoners
In de binnentuinen van LSZ1 zijn onlangs pinussen geplant van een behoorlijk formaat, mooie hagen en planten. Cor: “En het leuke is dat de bewoners deze tuinen zelf gaan onderhouden. Het gereedschap komt deze week en het gras is al een keer gemaaid door een van de bewoonsters. De begeleiders, waaronder Theo Lemmen, stimuleren de bewoners dat werk zelf te doen.
Dat geeft veel voldoening.” Park voor iedereen
Zowel de bewoners van de binnenhof als de nieuwe bewoners in de rand van de buitenhof én andere mensen uit Venray gaan straks genieten van al het moois in het park. Er komt een vijver die voor een zekere allure zal zorgen. Cor: “Een prachtige ontmoetingsplek wordt de kinderboerderij bij de oude boerderij. Maar ook de nieuwe midgetgolfbaan leent zich daar uitstekend voor. Iedereen kan die baan straks huren.” Uit alles blijkt dat Cor het geen straf vindt deze klus voor zijn oude werkgever te klaren. Cor: “Het doet mij als mens goed om te zien dat de bewoners van GGZ NML in deze prachtige voorzieningen kunnen wonen en ook nog in een mooi park. Dat verdienen ze.”
Mentaal
Voortgang bouw
Door: P. Platzbeecker, Bouwcoördinator
BW = Begeleid Wonen • LBV = Langdurige begeleiding en Verzorging • IWB= Intramurale woonbegeleiding • LCZ = Langdurige complexe zorg
Start voorbereiding inhuizen eerste appartementen De Divisie BW is begonnen met de voorbe-
De 73 zorgappartementen
reiding van de verhuizing naar de apparte-
hebben postcode 5803 AD
menten in de binnenhof van Servaashof. De
gekregen. De aannemer is
huisnummers zijn toegekend en met de toe-
gereed met het storten van
komstige bewoners is gesproken over hun
de keldervloer en er is een
woonplek en de inrichting daarva
begin gemaakt met de kelderwanden.
D’n Herk 50 t/m 88 (LCZ appartementen A/ LBV/IWB; gebouw 7 west)
Kapel / gebouw A
Het metselwerk is gereed. De timmerman is
De bedoeling was om de
begonnen met het aanbrengen van de houten
werkzaamheden aan de
latten aan de gevels. Alle binnenwanden staan
achterzijde van de kapel op
nagenoeg op hun plaats.
7 mei op te leveren. Dat is
De elektriciens en loodgieters zijn bezig om
niet gelukt. De oplevering
alle buizen, kabels en leidingen aan te leg-
is nu gepland op 4 juni
gen. De kleuren van de vloerbedekkingen zijn
fase is het bouwdeel aan de kant van paviljoen
2008. Het is nu verder aan het bestuur van
vastgesteld.
G. De fundering is gestort en de installateurs
het toekomstige museum om de voormalige
De aannemers doen hun uiterste best het ge-
zijn bezig met het leggen van de leidingen in
ruimtes van de keuken, slagerij, bakkerij en
bouw voor de bouwvakvakantie af te hebben.
de kruipruimtes.
afwaskeuken verder vorm te geven tot een
Het plaatsen van de keukens en het leggen
museum.
van de vloerbedekking gebeurt meteen na de
Sint Servatiusweg 51 t/m 177 oneven
bouwvakvakantie.
(73 zorgappartementen)
D’n Herk 27 t/m 65 (LCZ appartementen A; LBV/IWB; gebouw 8 oost) Het metselwerk is grotendeels klaar. De timmerman maakt de achterconstructie voor de houten buitengevels. De afwerkvloer is gesmeerd en de installateurs hebben de stijgleidingen voor alle technische voorzieningen gemonteerd. De kleuren van de vloerbedekkingen zijn vastgesteld. De aannemers proberen ook dit gebouw voor de bouwvakvakantie bouwkundig op te leveren. Het plaatsen van de keukens en het leggen van de vloerbedekking gebeurt ook hier meteen na de bouwvakvakantie. D’n Herk 92 (Korsakov NAH, gebouw 4) De bouw verloopt in twee fases. Het bouwdeel dat grenst aan paviljoen J behoort tot de eerste fase. De eerste dakplaten zijn gelegd. De installateurs zijn gestart met het inslijpen van alle leidingbuizen in de wanden. De tweede
Mentaal | 27
Gerard, cliënt en ervaringsdeskundige GGZ NML, blij met terugkeer naar maatschappij
‘Met één been in de samenleving en al geluk gevonden’
Steeds meer zorgaanbieders verkennen de mogelijkheden om cliënten met een psychische stoornis via projecten terug te laten keren in de samenleving. Om ze er zelfstandig(er) te laten wonen, verblijven en te laten participeren aan het reguliere maatschappelijk leven. GGZ NML geeft dat onder meer vorm door één- en tweepersoons appartementen te bouwen voor cliënten. Er is ook zorg en kritiek op deze visie: veroorzaakt deze zogeheten ambulantisering niet een te grote afstand tussen cliënt en verzorger? Voor Gerard, cliënt van GGZ NML, absoluut niet. “De komst van de éénpersoons appartementen geeft mij de kans om te wonen met veel privacy en met de juiste begeleiding die ik nodig heb.”
Mentaal | 28
Mentaal
Bron: Peel & Maas
schizofrenie. Gerard werd door de GGZ NML gevraagd deel te nemen aan diverse projecten en commissies. Hij valt op door zijn enthousiaste houding en fanatieke inzet.
Mijn naam werd genoemd in notulen en ik zag enkele van mijn ideeën terug in het resultaat. Dag gaf mij veel voldoening, een beter zelfbeeld en trots, ik merkte dat ik groeide als persoon.”
Fotografie
Aankleding
“Ik ben begonnen met fotograferen toen ik een professionele fotocamera kreeg. De nieuwbouw op het terrein van GGZ NML in Venray inspireert mij, daarom vind ik het leuk om de ontwikkelingen met betrekking tot de afbraak van afdelingen en de nieuwbouw vast te leggen. Tot het moment dat ik werd aangesproken door de beveiliging met de vraag wat ik daar deed, of ik toestemming had om foto’s te maken. Via deze confrontatie kwam ik in gesprek met Ton van het Infocentrum Servaashof. Evenals mensen uit mijn directe omgeving was Ton heel enthousiast over mijn foto’s. Ik had toen het idee om twee lijsten te maken: één van de oude bouw en één van de nieuwbouw. Ton gaf me toestemming om foto’s te maken, zolang er geen personen op de foto werden gezet. De collages en de inmiddels 600 andere foto’s hangen nu in het informatiecentrum, zodat iedereen ernaar kan kijken. Fotograferen is echt een hobby van me geworden. Ik doe het met veel plezier en het levert me de nodige afleiding op.”
De interieurcommissie werd het derde project in 2007. Ook weer samen met zijn vriendin. “Dit keer ging het niet om draadjes en kabeltjes, maar om de aankleding van 2x18 nog te bouwen appartementen. Vanaf het eerste moment werden wij betrokken bij de besprekingen. We hebben foto’s gemaakt van meubels die in aanmerking komen. Met mijn ervaring in de meubelbranche hoop ik een flink steentje bij te dragen aan een moderne, nieuwe setting.”
Gebruikersgroep
In de zorg en de ondersteunende processen wordt voortdurend vanuit het belang van cliënten of opdrachtgever ingezet op verbeterslagen. Dat is niet nieuw. Nieuw is wel dat cliënten worden ingezet als ervaringsdeskundigen en oprecht deel uitmaken van projecten die de begeleiding en woonvoorzieningen voor mensen met een psychische beperking moeten verbeteren en aanvullen. Gerard leidt aan
“Casemanager Anja vroeg mij en mijn vriendin vervolgens of wij wilden participeren in de gebruikersgroep voor de nieuwbouw van begeleid wonen. In het voorjaar van 2007 begonnen we en namen we tal van beslissingen. Eigenlijk alles wat met ICT te maken heeft, sanitaire voorzieningen, brandveiligheid. Geweldig! Een compleet huis inrichten. Eerlijk gezegd ervoer ik in het begin wel een drempel. Tijdens het project ben ik er echter achter gekomen dat het een ontzettende meerwaarde voor mij is. Ik, als cliënt, mag samen met mijn vriendin meedenken over de inrichting van de nieuwbouw.
Sociale participatie
“Dit jaar ben ik via Jolande, mijn eigen casemanager, ook betrokken bij het project Samen!? Sociale participatie voor cliënten uit de geestelijke gezondheidszorg. Ik zit als ervaringsdeskundige in een groep met vijf casemanagers. Het mooie vind ik, dat ik ervaringsdeskundige word genoemd. Mijn ervaring telt! Om cliënten zoals ik te helpen hun plek in de samenleving te vinden en om ons te begeleiden bij onze sociale participatie, is het project Samen?! opgezet. Het uitroepteken staat voor de vanzelfsprekendheid dat cliënten met een psychische aandoening in de maatschappij samenleven met anderen. Het vraagteken verwijst naar de praktijk: die is namelijk weerbarstiger. Door de toenemende ambulantisering bestaat het risico dat cliënten zoals ik vereenzamen, omdat we buiten de zorginstelling een heel beperkt sociaal netwerk hebben. Dat herken ik. Daarom juich ik het project ook toe. Er wordt voor mij individueel, evenals voor de andere cliënten in het project, een persoonlijk doel nagestreefd. De meerwaarde daarvan merk ik nu al: ik sta met één been in de samenleving en ben daar heel gelukkig mee!”
Mentaal | 29
Door: Fun Sijbers
Reportage
GGZ NML op weg naar nieuwe aanpak cliëntenlogistiek In 1993 sloot het toenmalige Vincent van Gogh Instituut het zogenaamde “convenant Zorgvernieuwing” af met zorgverzekeraars en overheid. In dat convenant werd de toekomstige omvang van de klinische capaciteit van het Vincent van Gogh Instituut omschreven. Bovendien werd in het convenant ook de fasegewijze afbouw van de instelling beschreven. Het convenant was en is een belangrijk, toekomst bepalend document omdat het de onderlegger vormde voor de nieuwbouwplannen in het huidige Servaashof en de oprichting van de regionale centra. Nu, 15 jaar later zijn de resultaten van het convenant zichtbaar, maar doen zich ook nieuwe knelpunten voor. Een van die knelpunten is het feit dat de huidige GGZ NML nog steeds, in vergelijking met de rest van het land, teveel cliënten in Venray heeft gehuisvest.
Voor het oplossen van dit knelpunt heeft de Raad van Bestuur inmiddels een aantal oplossingsrichtingen ontwikkeld. Geert Derks, lid van de Raad van Bestuur, licht ze toe. Het knelpunt
In het verzorgingsgebied van GGZ NML zijn ongeveer 2100 mensen met ernstige en langdurige psychiatrische problemen. Daarvan zijn er ongeveer 1500 in zorg bij de regionale GGZvoorzieningen en het grootste deel daarvan is bij GGZ NML in zorg. De GGZ NML beschikt, zeker afgezet tegen de landelijke cijfers, over een (te) grote klinische capaciteit.
Mentaal | 30
Nu de klinische capaciteit afgebouwd wordt leidt dit tot grote druk op de “voordeur” van GGZ NML en tot knelpunten op het gebied van de doorstroming van cliënten. Afdelingen slibben dicht, cliënten stromen na hun behandeling niet uit, cliënten krijgen niet de juiste zorg op het gewenste moment.
Bovendien blijkt uit landelijke trends dat in de komende jaren de zorgvragen van cliënten van aard zullen veranderen. Er komt meer vraag naar individuele zorgarrangementen op maat én meer vraag naar ondersteuning bij het sociale en maatschappelijke bestaan. Dus minder vraag naar langdurige klinische behandeling.
Enige tijd geleden heeft het Trimbos Instituut op verzoek van de Raad van Bestuur onderzocht of GGZ NML voor uitbreiding van de klinische capaciteit in aanmerking komt. Dit blijkt niet zo te zijn. De conclusie die het Trimbos Instituut trok, was dat het proces van vermaatschappelijking te traag verliep.
De oplossing
Met “Koersen op Kansen” in de hand is de oplossingsrichting duidelijk: vermaatschappelijking, deconcentratie en vraaggerichtheid. Met name als het gaat om deconcentratie en vermaatschappelijkingsmogelijkheden zal het aanbod voor ambulante ondersteuning flink
Mentaal
moeten groeien. Dit geldt ook voor voorzieningen op het gebied van arbeid, scholing, dagbesteding en gespreide woonvoorzieningen. Met een passend aanbod op deze gebieden neemt de noodzaak tot klinische behandeling af. Meer mensen met psychiatrische problemen in de maatschappij houden, betekent ook dat de vraag naar adequate en kortdurende crisisopvang toeneemt. Om dat probleem, de druk op de “voordeur” van GGZ NML, op te lossen starten we op korte termijn met een echte crisisafdeling. Deze heeft uitsluitend tot taak om cliënten die in crisis verkeren op te nemen, de crisis te behandelen en cliënten ook weer direct uit te plaatsen. Dit is echter nog niet de gehele oplossing. Cliënten, woonachtig in de maatschappij, moeten kunnen rekenen op een compleet maatschappelijk steunsysteem. Hiervoor zullen we nog nadrukkelijker dan we al doen, de samenwerking moeten zoeken en verbeteren met regionale en lokale voorzieningen op het gebied van wonen, zorg, welzijn, onderwijs en arbeid. Het gaat er om dat we gezamenlijk een ondersteuningsaanbod tot stand brengen dat mensen met psychiatrische problemen in staat stelt om volgens eigen wensen en mogelijkheden te wonen, te leven en aan de samenleving deel te nemen.
Door samenwerking aan te gaan met verpleeghuis- en thuiszorgorganisaties en door een enorme toename van de poliklinische- en dagbehandelingen, zijn de ziekenhuizen er in geslaagd om cliënten sneller te ontslaan, de ligtijden daardoor substantieel te verkorten en wachtlijsten af te bouwen. Met andere woorden een medisch verantwoorde verbetering van de cliëntenlogistiek. Voor GGZ NML geldt dat ook wij oplossingen zoeken in de richting van de cliëntenlogistiek. Uitgangspunt daarbij is: de cliënt maakt alleen gebruik van onze voorzieningen als hij of zij ook daadwerkelijk meerwaarde ondervindt van onze psychiatrische kennis en interventiemogelijkheden en participeert zo snel mogelijk weer in het maatschappelijk leven. Zorglijnen
Met de vraag van de cliënt als uitgangspositie organiseren we de zorgprocessen voor een specifieke cliëntencategorie in een zorglijn. Daarbij leggen we minder nadruk op de geografische ordening van onze voorzieningen, maar brengen we elk aanbod en alle voorzieningen die samen een zorglijn, bijvoorbeeld schizofrenie, vormen (niet fysiek, maar wel qua organisatie en afstemming) bij elkaar.
Het maatschappelijk ondersteuningsaanbod moet gericht zijn op emancipatie en maatschappelijke participatie van cliënten. Om dat te bereiken moeten lokale maatschappelijke voorzieningen actief benaderd worden en wordt de samenwerking met gemeenten en andere GGZ-aanbieders geïntensiveerd.
De stuurgroep cliëntenlogistiek en zorglijn schizofrenie heeft de regie over dit complexe proces van verandering van de zorgorganisatie. De stuurgroep bestaat uit de volgende leden: Ger Lijnders (voorzitter), Constant Favier, Geert Derks, Anja Böhlke, Christien Boumans, Wybe Zwart, Marc Doorakkers, Lex ’t Hart, Kathleen Sawafuji. Ondersteuning krijgt de stuurgroep van prof. Dr. ir. Jan Vissers en Sander van Montfort van Prismant.
De vraag die overblijft, is hoe de doorstroming en uitstroom te bevorderen. De situatie binnen GGZ NML is vergelijkbaar met de situatie binnen algemene ziekenhuizen zo’n 15 tot 20 jaar geleden. Destijds verbleven patiënten langer dan nodig was in het ziekenhuis waardoor er wachtlijsten ontstonden en kosten toenamen omdat patiënten op te dure bedden lagen en de in- en uitstroom verstopte.
Dit jaar zetten we voor de Zorglijn Schizofrenie een pilot op. Daarbij hoort op de eerste plaats het beantwoorden van een aantal vragen, zoals, hoe groot is de cliëntengroep die het betreft, welke zorg wordt er op dit moment aan besteed en met welke middelen. Voor het verzamelen van deze informatie is een werkgroep opgericht onder regie van de stuurgroep. De werkgroep bestaat uit de
volgende leden: Anja Böhlke, Constant Favier, Leen Vrolijk, Vincent Huygens Tholen, Frank van der Heijden, Christien Boumans, Toon Wijdeveld, Jack Schuurmans, Kathleen Sawafuji, Jan Vissers-Prismant, Sander van Montfort-Prismant. We willen maximaal inzicht krijgen in deze getalsmatige vraagstukken. Pas dan kunnen we gaan toewerken naar het oplossen van knelpunten als wachtlijsten en verkeerdebeddenproblematiek. Als we over dit inzicht beschikken kunnen we een omslag maken om niet langer vanuit ons zorgaanbod te redeneren, maar vanuit de zorgvraag van de cliënt. Expertgroep
Voor de inhoud van de pilot Zorglijn Schizofrenie is een expertgroep geformeerd die tevens functioneert onder de regie van de stuurgroep. De expertgroep bestaat uit de volgende leden: Marga Muris, Hans van Dillen, Coby Thijssen, Judith Duijkers, Wim Smeets, Willy Martens, Taco Hans, Hans Kok, Marc Doorakkers, Kathleen Sawafuji, Chloë Bollen, Edwin Geurtz– CCR en No Sijben-externe adviseur. De expertgroep richt zich op vragen als: welke zorg is er voor deze groep noodzakelijk, wat is er Evidence Based voor deze groep beschikbaar, zijn er beargumenteerde alternatieven en kunnen wij implementeren wat regionaal en landelijk acceptabel is. We willen nadrukkelijk niet het wiel opnieuw uit gaan vinden, maar ons richten op wat al bedacht is en werkzaam is. Multidisciplinaire richtlijnen, zoals die voor Schizofrenie, zijn daarbij erg bruikbaar. Als we weten wat we nodig vinden voor deze cliëntengroep en we weten precies wat we momenteel doen voor de schizofrene cliënt, dan wordt duidelijk welke veranderingen in de zorglijn moeten worden doorgevoerd. Bovendien is het belang van de toepassing daarvan erg groot omdat de tarieven voor verrichtingen en behandeling binnen de DBC’s en de ZZP’s gebaseerd zijn op de multidisciplinaire richtlijnen. Voor vragen kan men zich richten tot Constant Favier, projectleider pilot Schizofrenie.
Mentaal | 31
Agenda Informatiecentrum Geestelijke Gezondheid Alzheimer Café Venlo
te maken hebben met jeugdzorg. De
Op dinsdag 3 juni en 1 juli 2008 is het
volgende onderwerpen komen aan de
Alzheimer Café Venlo in
orde: tuchtrecht in de jeugdzorg, wat
Gemeenschapshuis De Bantuin,
schiet u ermee op?; waarom is profes-
Pastoor Kierkelsplein 20 te Venlo
sionalisering in de jeugdzorg drin-
geopend. De thema’s voor deze
gend nodig?; de hoofdzaken uit het
avonden zijn: Rol van de
jeugdrecht op een rij. Aanmelding voor
mantelzorg. Gastspreker: Helma
beide dagen via www.medilex.nl of de
van de Leeuw, coördinator
brochure bij het IGG.
Voor meer informatie over genoemde activiteiten of andere vragen omtrent geestelijke gezondheidszorg kunt u
Steunpunt Mantelzorg Venlo en op 1 juli: Toneelvoorstelling met
contact opnemen met:
eenakter over dementie met een
Innovatieprijs Stichting Voorzorg
optreden van Bertie en Colla
Utrecht
Bemelman. De inloop is vanaf 19.00
Ter gelegenheid van haar 25-jarig jubi-
uur en aanvang programma om 19.30
leum stelt de SVU een prijs beschikbaar
uur. De avond wordt uiterlijk 22.00 uur
van € 25.000 voor diegenen die in staat
afgesloten en de toegang is gratis.
zijn om zorginnovaties te presenteren
Informatiecentrum Geestelijke Gezondheid
op het gebied van preventie, educatie en niet gericht op curatie, maar zoveel Alzheimer Café Venray
mogelijk op het behouden van gezond-
Op maandag 9 juni en 14 juli 2008
heid. Sluitingsdata voor inzending zijn 1
is het Alzheimer Café Venray open
oktober 2008 (voorkeursdatum) en 31
voor alle mensen met dementie, hun
maart 2009. Voor meer informatie zie:
partners, familieleden en betrokkenen.
www.voorzorg-utrecht.nl
Stationsweg 46, 5803 AC Venray tel: 0478-52 7066 e-mail:
[email protected]
Hulpverleners en andere belangstellenden zijn ook van harte welkom. Het thema voor deze avond is: De
Zelfbinding in de psychiatrie,
rol van de huisarts bij dementie.
nieuwe brochure van de Stichting
Gastspreker: Huisarts mw. M. Ste-
PVP
vens. Op 14 juli is er een vakantie-
De regeling Zelfbinding is sinds 1 janu-
programma met video. Het Alzhei-
ari 2008 van kracht. Dit betekent dat
mer Café Venray vindt plaats in De
cliënten met hun psychiater bindende
Kemphaan, Kennedyplein 1 te Venray.
afspraken kunnen maken over hoe ze
Inloop vanaf 19.00 uur en aanvang
behandeld willen worden op het ogen-
programma 19.30 uur. De avond wordt
blik dat het slecht met hen gaat. Deze
uiterlijk 22.00 uur afgesloten. De toe-
afspraken komen in de zelfbindings-
gang is gratis.
verklaring. Er zijn twee mogelijkheden: de verklaring gericht op opname, verblijf en behandeling en de verklaring
Professionalisering en tuchtrecht in
gericht op alleen behandeling.
de jeugdzorg en basiscursus
De brochure is verkrijgbaar bij het IGG.
jeugdrecht Op 10 en 12 juni 2008 organiseert medilex een tweetal bijeenkomsten die zich richten op medewerkers die
Mentaal | 32
Openingstijden Informatiecentrum:
maandag t/m vrijdag van 09.00 - 12.00 uur en van 13.00 - 16.00 uur.
Mentaal
Boekbespreking
“Het slimme onbewuste” Auteur: Ap Dijksterhuis Uitgeverij Bert Bakker ISBN 978 90 351 2968 9 Prijs 17,95 euro 239 pagina’s; 20 x 12.5 x 2,1 cm; gewicht: ca. 290 gr.
Complexe beslissingen maakt de mens het best door er niet weloverwogen over na te denken, maar door het probleem een tijdje te laten betijen en dan intuïtief te kiezen. Voor eenvoudige keuzes loont enig bewust denkwerk wel de moeite. Teveel nadenken heeft in complexe situaties vaak een teleurstellend effect. Door het meewegen van complexiteit als een belangrijke factor bij onze keuzes, kunnen we ook zien hoe we daar het best mee kunnen omgaan. Wanneer een belangrijke beslissing goed genomen moet worden, proberen we eerst de relevante feiten te beschouwen en vervolgens te vertrouwen op ons onderbuikgevoel. Dat was de conclusie uit een onderzoek waarmee de schrijver op 17 februari 2006 in het toonaangevende wetenschappelijke blad Science de internationale wetenschappelijke wereld op zijn kop zette. Velen hadden gedacht dat het maken van rijtjes met belangrijke en minder belangrijke aspecten plus het zorgvuldig wikken en wegen, tot juiste beslissingen over moeilijke zaken zouden leiden. Het tegendeel bleek het geval. Dit spraakmakende onderzoek van twee jaar geleden komt op pagina 132 van het boek aan de
Nieuws van de bibliotheek Scripties PMT en muziektherapie opgenomen in catalogus Op de diverse afdelingen van de vaktherapeuten zijn door de jaren heen aardig wat scripties verzameld en opgeslagen. Helaas waren die slechts voor een beperkte groep toegankelijk. Via de vakgroep vaktherapie zijn ze nu geïnventariseerd en gescreend voor opname in de bibliotheekcatalogus. De afstudeerscripties van de muziektherapie en de PMT zitten inmiddels in de catalogus. Ze zijn te vinden door te zoeken op ‘scriptiemuziektherapie’ respectievelijk ‘scriptiePMT’. Ze zijn nu te leen via de bibliotheek, maar we streven ernaar ze ook digitaal toegankelijk te maken. Dat doen we door ze t.z.t. als pdf in te scannen. Die van de beeldende therapie zijn waarschijnlijk bij verhuizingen verdwenen. In 2006 is ook de HBO-kennisbank van start gegaan. Deze bevat digitale scripties van allerlei hogeschooldisciplines. De afdeling creatieve therapie van de HAN (Hogeschool van Arnhem en Nijmegen ) start daarmee in 2009. Nieuwe tijdschriften: - Autisme Centraal (Vlaams tijdschrift). - Best Practices Zorg: praktijkcases voor de manager in de zorg. Het eerste nummer hiervan is als pdf in te zien. Het is de opvolger van Zorgmanagement Tools. Dit tijdschrift met bijbehorende site is opgeheven.
orde; de conclusies eruit worden nu wereldwijd geaccepteerd en we kunnen nu wetenschappelijk beredeneren dat Willem van Hanegem goede beslissingen neemt (pag.138). Wanneer u in uw leven ook zulke goede besluiten wilt leren nemen, moet u dit boek dan lezen? Het antwoord is ‘nee’; de schrijver zegt ook nadrukkelijk dat het geen zelfhulpboek is. Het is een boek vol met wetenswaardigheden die de psychologie ontsluierd heeft en/of van een solide experimentele basis heeft voorzien, zoals de uitspraak van Freud dat vitale beslissingen uit het onbewuste moeten komen. Niet een boek om in één ruk uit te lezen, wel om er steeds stukjes in te lezen die de lezer zullen verbazen en laten nadenken. Dat ons onbewuste slim is, en dat het voor de gek gehouden kan worden, maakt de schrijver
Het tijdschrift Bijzijn heeft in 2007 een aantal themanummers/bewaarbijlages gepubliceerd over: - kwaliteit - innovatie - evidence based practice - chronisch zieken. Helaas niet online maar wel te leen via de bibliotheek. Voor meer nieuws en wetenswaardigheden zie de weblog van de bibliotheek.
wel duidelijk; wilt u weten hoe slim, en hoe het gemanipuleerd kan worden, lees het boek dan, het staat in de bibliotheek.
De bibliotheek is geopend van ma. t/m do. van 8.30 tot 17.00 uur.
abe
e-mail:
[email protected] telefoon: (0478) 52 76 45
Mentaal | 33
Personalia
In dienst april 2008 Liesbeth Rutten IWB Horst, Begeleider (1)
Sanne Vriens HRK21b LCZ Kliniek Begeleiding & Verzorging Unit B, Assistent Verpleegafd.
Lina Duis LCZ IOC, Fysiotherapeut
Ron van den Hurk HRK2 LCZ Kliniek Intensief 1 Indirect
Manita Langerak-Camps Behandeling & Begeleiding Locatie Weert, Medisch adm. Secr. (vk/kk)
José Janssen-Jacobs Behandeling en Begeleiding Locatie Venlo
Astrid Peeters Korsakov Kliniek Woonbegeleiding, Medw. Huish. Zaken Miny Olffen-Hanssen Centrum voor Adolescentenpsychiatrie, Verpleegkundige Loes Hendriks Centrum voor Adolescentenpsychiatrie, Psycholoog Marieke Swinkels Team – Neuropsychiatrie, Verpleegk (neuropsych) Angela Verbruggen Centrum voor Angststoornissen (KGT), Gezondheidszorgpsycholoog Anneloes Wensveen Team GGZ preventie, Preventiewerker Britt van Dijck Afdeling Keuken, Medw. Service Dennis Raaijmakers Afdeling Keuken, Medw. Service Annemiek van Duren Personeel en Organisatie, Secretaresse
Uit dienst april 2008
Robbert Vernooij Begeleider (1), IWB Horst Hedwig Hendriks LCZ IMC, Fysiotherapeut Annerie Greif HRK21d LCZ Kliniek Begeleiding & Verzorging Unit D, Assistent Verpleegafd.
Mentaal | 34
Twan Verlijsdonk Verblijf RCG Venray, Verpleegkundige Peter Muijsers LCZ Overige Ondersteuning, Projectcoördinator Jordi Kreijen Maatschappelijke Integratie Roermond, Mw. Maatsch. Integratie Augusto Traversin Centrum voor Psychotherapie Venlo, Psychotherapeut io Adrianus Stoop Consultatie Huisartsen RCG Venlo, SPV met crisisdienst Suzanne van der Sterren Afdeling Keuken, Medw. Service William Buil Huisvesting & Technische Zaken, Hoofd Huisvesting en Techniek Monique Bos-Wijers Stafafdeling Personeel & Organisatie, Beleidsmedw. P & O
Dienstjubileum 40 jaar
Pieter Vermeulen verpleegkundige Kerkdijklaan 3, per 1 juli 2008 Ton Jeuken creatief therapeut deeltijd Volwassenen RCG Venray, per 1 juli 2008
:
Deze maand
Symposium ‘Beslist doen!’
B
E
E
L
D
S
P
R
A
A
K
van het plan en el d er d n o e d p o g n ti h ic Toel dgebouw met 1. Het St. Anna ensemble; Het hoof onument rijksm een is e huisj lijken het de kapel en nten St. ume mon elijke en blijft staan. De gemeent gehandhaafd. ook n blijve ne Euge St. en esia Ther en St. Bernard De gebouwen St. Vincent, St. Jan een goede staat zijn geen monument, maar wel in uwen worden geom te behouden. De overige gebo en zeven nieuwe kom ts plaa de sloopt. Daarvoor in nieuwe pavilpaviljoens met appartementen. De r. elde eerk park een joens hebben e dokterswonin2. Dokterswoningen; De bestaand ent. Daarteonum rijksm zijn alaan gen aan de Ann name sfeer nog genover worden in dezelfde voor woningen gebouwd. onument en 3. Boerenhof; De boerderij is rijksm grondige een t krijg en afd ndha geha blijft dan ook , de boederij boer de rond opknapbeurt. Het terrein met verspreid lling invu een t krijg , zegd zoge of renh op de uitstraling liggende woningen, geïnspireerd van binnen zicht met en opbouw van een boerderij hoge ruimtes. met en dak het van ten span op de r vroeger de 4. Kweektuinen; Op de plaats waa voorzien, op n inge won nu zijn n lage kweektuinen e voortuilang en hebb n ruime kavels. De woninge erd. Dat geeft hake gesc om en om n ligge en nen ne ruimte. De een ontspannen sfeer met veel groe n doen herintuine de fruitbomen in de randen van dit terrein. van s keni bete e risch histo de aan neren de voormalige 5. De Graven; Op de plaats van n, ‘de grainge won voor te ruim is begraafplaats net als de en hebb n inge ven’ genoemd. Deze won raling. De geuitst e nam voor een gen onin ersw dokt ens benadrukken smede stalen hekken aan de erfgr hiedenis van de status en herinneren aan de gesc grond. de gelegenom burgers van Venray en regio in van het terrein komen vrije kavels, zijde elijk huizen oost mog de het aan is and llen bosr rschi de teve In ; hoog e 6. Boskavels Door in te spelen op de bestaand . lijken ezen en op te huiz verw te de uis om bosh stel n heid te stellen hun eige laten zijn van het bos, is het voor e scheiding evels. Om de huizen onderdeel te gisch splitl ecolo of e, ns urlijk errai natu sout een met en en vorm mak te stammen aardse tinten. Opgestapelde boom trekken uit materialen met donkere bos. het tussen de privétuinen en uit. De Vrijstaande oude bomen stralen rust is een prachtige plek in het park. tot bied dus enge ort midd beho en open mak Het ; iek bied muz 7. Open middenge erse avond lekker buiten en zijn rijksmonument. Op een zom ien in de molen, draa , boek goed een met boom bestaande muziektent en draaimol r een zijn ren kan ook. Even bijkomen onde straks voor iedereen wel iets van de mogelijkheden. Alleen maar luiste weitje. Met wat aanpassingen is hier een op n ligge uit lang oon gew spelen met een bal of gading te vinden. elijkheid om een paar seweg is op twee plaatsen de mog rand van het park langs de Overloon St. Anna terrein. Hier zijn het eren mark ree dent 8. Woningen Overloonseweg; In de noor de j de woningen aan de noordrand nabi woningen toe te voegen. Vooral gen. spireerd op de huidige dokterswonin geïn zien voor n voorname woninge geen nieuwe gehandhaafd. In dit gebied komen torisch waardevol en blijven dan ook Door een urhis rkt. cultu bepe zijn en zeer en duin stuif dbom De naal en; met 9. Stuifduin is door de eenzijdige begroeiing duin stuif het van s . keni bete roten e verg woningen. De ecologisch waarde van de stuifduinen te is het mogelijk om de ecologische meer gemengd bos te ontwikkelen oostrand. Het plan voorziet daarom de omvang van het loofbos aan de t slink avels bosk de van st kom 10. Het loofbos; Met de midden. s de St. Anna enclave en het open Het leefgebied van in nieuwe aanplant in de rand lang kweektuinen ligt een dassenburcht. de van te hoog ter in, terre het van op andere dasden zen noor ewe het In aang in’; is al Dieren op het terre zijn voortplanting voor er geworden. Omdat de das voor enburchten. Met het dass ige over de j nabi en de das is de laatste jaren steeds klein ikkel g te ontw en. voornemen om nieuwe huisvestin een goede overlevingskans te bied senburchten in het noorden is het re burchten is het mogelijk de das ande e die oend van vold en jheid nabi muiz de vleer in en das overplaatsen van de ige dieren, zoals vogels, vlinders van het terrein blijft er voor de over Ook na bebouwing van een deel leefmogelijkheden over.
De volgende Mentaal verschijnt in juli 2008.